Samenvatting door een scholier 3042 woorden 17 augustus 2010 6,5 18 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde Atlantis Migratie; zorg of zegen? 1.1; Migranten uit alle hoeken. Wat is een migrant? Fort Europa: term gebruikt om aan te geven dat Europa moeilijk toegankelijk is voor (arbeids-) migranten. Verhuizen: wisselen van woningen binnen een gemeente Migratie: verhuizen van het ene naar het andere gebied, buiten een gemeente Binnenlandse migratie: verhuizen binnen een land Buitenlandse migratie: verhuizen over de landsgrenzen heen Intraregionale migratie: migratie binnen een landsdeel of provincie Interregionale migratie: migratie tussen verschillende landsdelen of provincies Migratiesaldo: verschil vertrek en vestiging (binnenl & buitenl migratiesaldo) Immigratie: het zich vestigen in ander land of gebied, naar Nederland Emigratie: het vestigen in ander land of gebied, vanuit Nederland 1.2; Immigranten in soorten Nederlandse nationaliteit: krijgt een kind als zijn vader of moeder deze nationaliteit hebben, ongeacht in welk land dit kind wordt geboren= autochtoon Allochtoon: tenminste één vd ouders in buitenland geboren Eerste generatie: net als ouders in buitenland geboren Tweede generatie: in tegenstelling tot ouders in Nederland geboren Vreemdelingen: in Nederland wonende personen zonder Nederlandse nationaliteit Naturalisatie: vreemdelingen krijgen een Nederlandse nationaliteit voorwaarden: 18+, minimaal 5 jaar gevestigd in Nl, Antillen of Aruba/ minder dan vijf jaar: partner van Nler (min 3 jaar), Oud-Nlers, vluchtelingen (na 4 jaar indienen) geen bedenkingen tegen verblijf voor onbepaalde tijd, ingeburgerd zijn, goed gedrag, afstand doen van huidige nationaliteit (uitzonderingen) 1.3 Etnische minderheden Etnische minderheid: een groep personen: - met een bepaalde nationaliteit - binnen een gebied een minderheid vormt - sociaal-economische achterstandspositie bij arbeid, onderwijs en huisvesting 2.1; Hoe komt migratie tot stand?. De interactie van Ullman Interactietheorie van Ullman: voorwaarden - Complementariteit; gebieden vullen elkaar aan https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 1 van 11
- Interventing opportunist; geen tussenliggende mogelijkheid - Transferability; transporteerbaarheid (relatieve afstand) 2.2; Het push-pullmodel Push-pullmodel: voorwaarden - kenmerken van het vertrek- en vestigingsgebied Meer push- dan pullfactoren (afstotend naar aantrekkelijk gebied) - tussenliggende hindernissen Zaken die migratie bemoeilijken (afstand, geld, familie, toelatingsbeleid,..) - persoonlijke kenmerken Perceptie (beeld) van een gebied door leeftijd, opleiding, ervaring, anderen Vaak economisch, politiek en/of sociaal motief. Cirkelmigratie: vorm van tijdelijke migratie waarbij mensen met regelmatige tussenpozen heen en weer reizen tussen het vestigingsgebied, waar de migrant werkt, en het herkomstgebied. Seizoensmigratie: vorm van tijdelijke migratie waarbij een gebied een tijdelijke pullfactor arbeid heeft, vooral arme landen. Migratie met economische motieven: - arbeidsmigranten: hopen in vestigingsgebied werk en inkomen te krijgen - bedrijfsgebonden migranten: werken voor een bedrijf in vestigingsgebied - migrerende ondernemers: start eigen bedrijf in vestigingsgebied - studenten: studeren/stage in vestigingsgebied met oog op baan - pensioensmigranten: economisch inactief, laatste jaren in vestigingsgebied Migratie met politieke motieven: - politieke vluchtelingen: vlucht uit politieke redenen, verblijf na toestemming overheid in het vestigingsgebied Migratie met sociale motieven: - gezinsherenigers: reden: nauwe verwantschap bij familie in het vestigingsgebied - gezinsvormers: trouwen met bewoner van het vestigingsgebied - retourmigranten: keren terug naat het gebied van herkomst - woonmigranten: vestigen zich elders, want betere woonomgeving/ -mogelijkheden 3.1 Binnenlandse migratie. Binnenlandse migraties naar soort Migratie in Nederland in de twintigste eeuw belangrijke oorzaken: werk en woonomgeving/woning Urbanisatie (tot 1960) - Van platteland naar de stad - Pushfactoren van urbanisatie 1. Opkomende mechanisatie van de landbouw; - hoeveelheid werk werd minder - vooral kinderen, landarbeiders en zelfstandige boeren vertrokken - eind 19e eeuw: landbouwcrisis - industrialisatie in westelijke provincies 2. Verdwijnen van ambachtelijke huisnijverheid op het platteland - kon niet concurreren met de industrie https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 2 van 11
Expulsiegebieden: jarenlang achter elkaar een vertrekoverschot Attractiegebied: aantrekkingsgebied Suburbanisatie (1960-1975) - migratie vanuit grotere steden en agglomeraties naar kleinere kernen en het platteland in het omliggende landelijke gebied - eerst: vooral jonge, zeer welgestelde gezinnen - later: welvaartsstijging en toename autobezit; ook middengroepen - nadelen steden; verpauperde wijken, ruimtegebrek (groen) - nieuwbouwwijken met eengezinswoningen - ontstaan agglomeraties (steden met vastgegroeide gemeenten) - Overheid: groeikernenbeleid : tegen het volbouwen van het platteland - Aantal dorpen mochten groeien, overige alleen voor eigen volk bouwen groeikernen: gemeentes met ruim woningbouwprogramma om de overloop uit de grote steden op te vangen selectieve migratie: bepaalde groep mensen verhuisden naar andere gebieden Desurbanisatie (na 1975) - migratie vanuit de agglomeratie naar verder weg gelegen (landelijke) gebieden, waardoor inwonertal in de stad en randgemeenten daalt en in landelijk gebied stijgt. - vanwege aantrekkingskracht van het woongebied - drukte rondom steden, toenemend ruimtegebrek - nog landelijker woonomgeving Re-urbanisatie (na 1980) - migratie van platteland terug naar de stad - platteland: afstand voorzieningen, slechte bereikbaarheid (verkeersoverlast) - verpaupering dreigde in de stad, door de trek van de vermogende bewoners, dus: - compacte-stadsbeleid Overheidsbeleid dat ruimtelijke concentratie van wonen in de stad bevordert door open plekken vol te bouwen, door een woon- of bedrijfsfunctie te geven aan leegstaande gebouwen, stadsvernieuwing en door te stimuleren dat wonen, werken en recreëren zich op korte afstand van elkaar verbinden. - toen: aantrekkelijkheid van opgeknapte stadswijken, voorzieningen in grote steden - yuppen (young urban professionals) - dinkies (double income no kids) - grampies (oude welgestelde personen; growing, retaired, active, mobile persoon in e excellent state) - woop (well of older people) - VINEX-locaties Door de overheid aangewezen grootschalig stedelijk bouwproject dicht in de buurt van steden (vooral gezinnen) Allerlei categorieën woningbouw Goed openbaar vervoer tussen wijken en centrum (tegen files) 3.2 Binnenlandse migraties op verschillende schaalniveaus - Landsdeel Noord https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 3 van 11
- op landbouw gericht - binnenlands vertrekoverschot (tot 50, binnenlands vestigingsoverschot (na 60), vertrekoverschot (nu) - Landsdeel Zuid - vestigingsoverschot ( 70) - Limburg als enige vestigingsoverschot (nu) - Landsdeel Oost - vertrekoverschot ( 50) - Binnenlands verstigingsoverschot (nu) - Landsdeel West - binnenlands vestigingsoverschot (tot 60), vertrekoverschot (tot 80) 3.3 De gevolgen van binnenlandse migratie op de ruimtelijke inrichting Gevolgen urbanisatie economisch: arbeidsaanbod in expulsiegebieden omlaag, dus werkloosheid omhoog Demografisch: vergrijzing, dus minder aantrekkelijk voor bedrijven Sociaal en ruimtelijk: leefbaarheid gaat achteruit kleine-kernenproblematiek: voorzieningen in zeer kleine kernen van landelijke gebieden verdwijnen, niet meer rendabel door vele migratie congestieverschijnselen: geluid- en stankoverlast, files Druk op woningmark nam toe, grond-, woning- en huurprijzen omhoog Gevolgen suburbanisatie nationaal niveau nauwelijks gevolgen, want bleven in zelfde regio Gevolgen voor het vestigingsgebied in de wijken: Positieve effecten voor bewoners want meer groen en ruimte Negatieve effecten voor milieu want meer verkeer Kans op vergrijzing, gemiddelde inkomen in de wijk omlaag Sommige wijkvoorzieningen in steden verdwenen Gevolgen re-urbanisatie vooral gevolgen op lokaal en regionaal niveau Minder verkeer (werken en wonen in de stad) Meer woningen, wijkvoorzieningen en winkels in binnensteden Leefbaarheid omhoog (opknappen oude wijken) Inwoneraantal in steden omhoog 4.1 Is Nederland een immigratieland? Buitenlandse migratie 1945-1960 Emigratieoverschot tot 60 - naar Canada, VS, Australië en Nieuw-Zeeland - Nederland grote werkloosheid, slechte economie/handel na WOII en terugloop arbeidsplaatsen in landbouw - bevolkingsgroei - regering: emigratiepolitiek https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 4 van 11
Immigratie - veel immigranten uit Nederlands-Indië 1949 onafhankelijkheid Indonesië 1951 Molukkers (oud-soldaten) regering dacht: tijdelijk 52-55 Indische Nederlanders (halfbloedjes) Eind 50 plannen Indonesië om Nieuw-Guinea in te lijven 1960-1973 Eind 50 tekort laaggeschoold personeel G-> gastarbeiders uit Portugal, Spanje, Italië, Joego en Griekenland Later: Marokko en Turkije Tijdelijk verblijf werd permanent 60 immigratie vanuit Suriname en Ned. Antillen O-> beter onderwijs / arbeidsmarkt 1973 - midden 80 (na oliecrisis van 1973) Twee immigratiegolven - gezinshereniging (achtergebleven gezinsleden migreren naar het eerder gemigreerde gezinslid) gastarbeiders uit Zuid-Eur met voldoende inkomen en woonruimte mochten vrouw en kinderen naar Nederland halen. - onafhankelijkheid Suriname 1975 Immigranten uit vrees voor politieke moeilijkheden + werk en school Mid 80 - NU Gezinshereniging omlaag Gezinsvormende migratie omhoog (partner zoekt in land van herkomst een huwelijkspartner) mensen die een gezin willen stichten komen naar Nederland (huwelijkskandidaten voor kinderen van eerste generatie) Aantal asielzoekers en vluchtelingen omhoog (variërende herkomst) Vreemdelingen die op grond van het Vluchtelingengedrag van Genève om toelating in een land vragen Retourmigratie (/remigratie) Aantal migranten willen terug naar land van herkomst : oude dag Jongere mensen willen bedrijf starten met hun ervaring en scholing 4.2 Het migratiebeleid Huidige toelatingsbeleid: internationale verdragen staan boven de Nederlandse wet Verdragen ivm arbeidsmigratie Vanaf 70 geen arbeidskrachten meer binnengelaten, alleen werkvergunningen als er geen Nederlandse kracht was, voorkeur: uit EU Verdrag van Maastricht (1991) EU: Eu-inwoners mogen in andere EU landen vestigen en mogen werken Arbeidsmigratie vanuit niet-lidstaten is vrijwel onmogelijk geworden Akkoord van Schengen (1985) https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 5 van 11
Aantal Europese landen: afschaffing van grenscontroles tussen die landen Overige grenscontroles versterkt (voorkomen toestroom illegale arbeidskrachten) Verdragen ivm gezinsvorming, asielzoekers en vluchtelingen Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (vanaf 70) Iedereen heeft recht op gezinsleven, gezinsleden moeten op grond hiervan worden toegelaten soepel beleid, vanaf 90 strenger: >3mnd; toestemming vragen & verblijfsdoel opgeven (gezinsvorming, gezinshereniging, arbeid, studie of asiel) als je mag blijven krijg je een verblijfsvergunning (elk jaar verlengen) - officiële toestemming om in een land te verblijven - na 5 jaar kan je een vestigingsvergunning aanvragen (onbeperkte duur) Vluchtelingenverdrag van Genève (1951)Staat in wat een vluchteling is: iemand die gegronde redenen heeft om te vrezen voor vervolging vanwege godsdienst of politieke overtuiging, nationaliteit, ras of het behoren tot een bepaalde groep. Vervolging moet met de overheid te maken hebben. Dus slachtoffers van natuurrampen, hongersnood of armoede niet. (politiek dus niet economisch). Verdrag geeft geen recht op toelating. Dus asielzoeker heeft onzekere positie. Bij toelating ben je een vluchteling. De 26 Staten waren hoofdzakelijk westers of liberaal georiënteerd, hoewel ook Staten als Irak, Egypte en Colombia v/d partij waren. Verdrag van Dublin (1977) Europees verdrag Het eerste land waar de asielzoeker in terechtkomt/ waarvoor hij een visum heeft, is verantwoordelijk voor de asielaanvraag Nieuwe Vreemdelingenwet (2001) Nederlandse wet Niet iedereen mag Nederland binnen, tenzij: - met hun komst een wezenlijk Nederlands belang gediend is (arbeid) - verdragen daartoe verplichten (Vluchtelingenverdrag/VvRvdM) - zwaarwegende humanitaire redenen (oorlogsslachtoffers) Vanaf 80 aantal asielaanvragen omhoog - overheid bedacht opvangsysteem voor asielzoekers (vier aanmeldcentra) Verblijfstitels van asielzoekers - A-status vluchteling volgens het Verdrag van Genève meeste rechten voor onbepaalde tijd - C-status vergunning tot verblijf Geen gegronde vrees voor vervolging Bij kans op onmenselijke behandeling bij teruggaan/ traumatische ervaringen Jaarlijks verlengd, maar niet ingetrokken - Voorwaardelijke vergunning tot verblijf https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 6 van 11
Tijdelijk niet teruggestuurd ivm situatie in het land van herkomst Tijdelijke vergunning (na 3 jaar mogelijk omgezet in C-status) - Alleenstaande minderjarige asielzoekers (AMA) niet in aanmerking voor A of C familie wordt gezocht om voor de AMA te zorgen Lukt dat niet: officieel een verblijfsvergunning als AMA na 2 jaar verlenging voor jaar, mogelijk omgezet in C 4.3 Spreiding van immigranten over Nederland Nationale verdeling wordt/werd bepaald door: - Spreiding van bedrijfstakken Gastarbeiders uit Z-Eu: Amsterdam/Rotterdam ivm havens en Twente (textiel) - Aanwezigheid landgenoten gezinshereniging - Spreidingsbeleid van de overheid Alle gemeenten: klein percentage vluchtelingen - Ligging t.o.v. buurlanden woonmigranten:net over de grens (goedkopere woningen/mooiere omgeving) Ruimtelijke segregatie = sociaal economische groepen concentreren zich sterk in bepaalde stadsdelen (bij allochtonen: etnische segregatie) - Beschikbaarheid goedkope huisvesting - Beleid van de woningbouwverenigingen en de lokale overheid - Kettingmigratie Allochtonen zoeken elkaar op (familie/bekenden) - Aanwezigheid van voorzieningen voor allochtonen 4.4 Ben ik welkom? Voorstanders internationale migratie toekomstige vergrijzing in veel Eur-landen (arbeidskrachten nodig) Onderzoek: geen oplossing op termijn (wel tijdelijk) - grote immigratiestroom nodig - immigranten worden zelf ook ouder - immigranten hebben niet hetzelfde opleidingspeil Tegenstanders internationale migratie Arbeidsmarkt is al krap genoeg / geen wetenschap. onderzoek naar gevolgen Multiculturele samenleving = maatschappij met bevolkingsgroepen van verschillende culturen op voet van gelijkwaardigheid met elkaar samenleven. Acculturatie = veranderingen van culturen door contact met elkaar Assimilatie = immigranten passen hun cultuur volledig aan Integratie = wederzijdse beïnvloeding 5.1 Internationale migratie. Internationale migratie op Europese schaal https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 7 van 11
Heel Europa heeft een positief migratiesaldo 5.2 Europa: van vertrek- naar vestigingsgebied De migratiegeschiedenis van Europa - Tweede wereldoorlog tot begin jaren 60 Retourmigranten na de oorlog Immigratie door dekolonisatie Frankrijk: Algerije, Tunesië en Marokko / Nederland: Indonesië (Suriname pas 70) Emigratie door beperkte economie en sterke bevolkingsgroei/spanningen O-W Naar Noord-Amerika, Australië en Nieuw-Zeeland - Jaren 60 tot 1973 Eind 50 betere economie - laaggeschoolde arbeiders nodig (textiel/mijnhaven) Immigratie vanuit Zuid-Europese landen o-> IJzeren gordijn blokkeerde Oost Eerst Spanje, Greece, Italie, Portugal - later Marokko en Turkije - Na 1973 (oliecrisis) Europese landen stopten met werving van arbeidskrachten (slechte economie) Gastarbeiders bleven - bij remigratie konden ze nooit meer in Europa vestigen voor tijdelijk werk Door slechte economie in land van herkomst, lieten ze gezin overkomen Geen arbeidskrachten meer, wel migratie door naar Eur: - gezinshereniging/gezinsvorming steeds strenger beleid - als asielzoeker/vluchteling groot deel asielverzoeken werd afgewezen - Illegale migratie begin: gedoogd Verdeling over de Eur landen werd sterk beïnvloed door: - verdeling van industrie en diensten ten tijde van de arbeidsmigratie - oude koloniale banden - aanwezigheid van groepen allochtone landgenoten (later) - relatieve ligging van Unielanden t.o.v. herkomstlanden - Compartimentering en decompartimentering Decompartimentering opheffing van ruimtelijke scheiding tussen twee of meer gebieden de Europese ruimte werd steeds minder verdeeld in afzonderlijke gebieden en dat vergrootte de bewegingsvrijheid van arbeidskrachten Jaren 80/ 90 zette het voort - meer landen traden tot de EU toe - 94: EER (lidstaten + 3 EVA landen) daarbinnen:vrije arbeidsmigratie Compartimentering ruimtelijke scheiding tussen twee of meer gebieden als gevolg van de aanleg van (spoor)wegen, kanalen https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 8 van 11
of dergelijke Is nog sprake van op Europees schaalniveau Zolang de Mid en Oost Eulanden nog geen lid zijn van de EU, is moeilijk arbeidsmigratie naar de EER erg 5.3 Marokko en Turkije voor gesloten Europese deur Turkije en Marokko grenzen beide aan de EER, toch is arbeidsmigratie nauwelijks mogelijk. Veel illegale arbeidsmigratie, want pushfactoren: - Demografische factoren sterke bevolkingsgroei in T&M / jonge bevolking - veel geld aan onderdak, voeding en scholing van jonge mensen - Economische factoren welvaart in T&M is laatste decennia omlaag / veel werkloosheid - ruraal-urbane migratie = migratie van platteland naar stad (Istanboel) - ruraal-rurale migratie = migratie tussen plattelandsgebieden (Marokko) - Migratie naar andere landen in het Midden-Oosten - Politieke factoren niet respecteren van mensenrechten, politiek onrust en problematiek van etnische minderheden (Turkije) 5.4 Mondiale migratieproblemen Migratiepatronen op mondiale schaal - Traditionele attractiegebieden Noord-Amerika, Oceanië en Pacifische eilanden (dunbevolkt) VS/Canada trekken veel vrijwillige internationale migranten aan (dunbevolkt) - Het oude afstotingsgebied nu attractiegebied: (West-)Europa - omkeer na WOII - Oud aantrekkingsgebied nu afstotingsgebied: Latijns-Amerika - omkeer in de loop van 20e eeuw - Afstotingsgebied Afrika; massale migratie - burgeroorlogen/honger Ivoorkust/Zuid-Afrika beperkt aantal migranten ivm economie - Een gemengd beeld Azië; attractiegebieden: olieproducerende landen China, India, Pakistan - migratie naar Canada 5.5 Welvaartskloof, motor achter mondiale migratie Economisch: kloof tussen Noord en Zuid (werkloosheid) Demografisch: vestigingsgebieden hebben lagere natuurlijke bevolkingsgroei en verdergaande vergrijzing Toelatingsbeleid: EU: sloot geleidelijk zijn grenzen, arbeidsmigratie onmogelijk https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 9 van 11
Overige migratie - strenger beleid Vraaggestuurd VS: migratiequota - arbeidsmigranten én familieleden Gevolg: enorme toename illegalen (veel werk in zuiden) Aanbodgestuurd Mondiale migratie verminderen - welvaartskloof verkleinen Samenwerking herkomst- en bestemmingsgebieden VS: vrije handel met Mexico/ investeren economie zuidlanden EU: buitengrenzen meer economisch afgesloten Meer zorgen over verlies arbeidsplaatsen dan economische ontwikkeling van zuidlanden 5.6 Primate Cities : draaischijven van zuid-noordmigratie Vaak eerst ruraal-urbane migratie Pushfactoren platteland: niet genoeg bestaansmogelijkheden, tekort voorzieningen, harde groei bevolking Verwachten werk in de stad, vaak niet het geval - armoede - krottenwijken Dan aantal urbaan-urbane migratie migratie van stad naar (grotere) stad getrapte migratie = migratie waarbij mensen tijdens de migratie gedurende meestal wat langere tijd verblijven in tussenbestemmingen, kan ook over verschillende generaties uitstrekken (herhaling van urbaan-urbane migratie) Uiteindelijk naar de primate city Vele malen groter dan de andere steden, vaak hoofdstad Belangrijke industrieën en kantoren uit dienstensector Urbanisatiegraad is toegenomen in ontwikkelingslanden = Percentage mensen dat in een stad woont Bewoners van primate city krijgen meer informatie over emigreren naar rijke landen - zij proberen te emigreren naar het rijke noorden 5.7 De gevolgen voor het vestiging- en vertrekgebied Gevolgen voor het vertrekgebied - vertrek van de meest ondernemende mensen Tekort aan arbeidskrachten, vertrek van kennis brain drain = vertrek van hoogopgeleide mensen naar andere gebieden - migranten maken veel geld over naar hun moederland Goed voor de plaatselijke economie Gevolgen vestigingsgebied - veel mensen gaan in steden wonen Oorzaak: getrapte migratie Urbanisatietempo is hoog = snelheid waarmee het percentage stedelingen groeit - niet genoeg werk in de steden voor nauwelijks opgeleide migranten https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 10 van 11
Gevolg: overurbanisatie - ontwikkelingslanden kunnen niet genoeg woningen bouwen om de migratiestromen op de vangen Gevolg: krottenwijken - migranten van het platteland maken kennis met moderne opvattingen en andere levenswijze in de stad Gevolg: sociaal-culturele problemen Gevolgen vestigingsgebied bij internationale migratie - verhouding opbrengsten en kosten veranderde Bijdrage aan de economie door migranten werd in 70 minder - migratie heeft effect op de collectieve sector Meer uitgaven aan onderwijs, ziektekosten en werkeloosheidsuitkeringen Bijdrage immigranten aan coll. Uitgaven door economische prestatie - In landen van vertrek wordt bevolkingsomvang kleiner, bij vestiging groter - samenstelling van bevolking verandert Vooral in het vestigingsgebied https://www.scholieren.com/verslag/36910 Pagina 11 van 11