A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

Vergelijkbare documenten
A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door

Type 1: De Docent TEST LEERKRACHTSTIJL LAGER. Centrum voor Taal en Onderwijs MIJN PROFIEL

Ga positief om met het gebruik van de eigen taal (dialect, andere moedertaal) van de kinderen.

Taalleermechanisme het kind praat uitgebreid en op eigen initiatief: hij gebruikt zo creatief en actief mogelijk zijn kennis van de taal

kijkwijzer hoger onderwijs de les de docent taalontwikkelend lesgeven

Rol van de leerkracht

Stimuleren begrijpend luisteren in groep 1-2

KIJKWIJZER MOEILIJKHEID ACTIVITEITEN. 1. Wereld onderwerp. van eenvoudig naar complex

ONDERWIJSBEHOEFTES VAN JONGEREN EN ONDERSTEUNINGSBEHOEFTES VAN MENTOREN EN LEERKRACHTEN IN KAART BRENGEN

Hoe help je meertalige kinderen bij het leren van een tweede taal? Tips voor leerkrachten

GESPREKS- EN DOELEN VANDAAG 6/1/2016 SPREEKVAARDIGHEID IN DE ISK ONDERWIJSACTIVITEITEN. Hoe zeg je dat?

TAALSTIMULERENDE TIPS

Taaltaken, verwerkingsniveaus, tekstsoorten, tekstkenmerken en strategieën

MODERNE VREEMDE TALEN - ASO DUITS Het voorliggende pakket eindtermen beantwoordt aan de decretale situatie waarbij in de basisvorming in de derde

Wurm - de installatie

Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Hoe kun je meertalige ouders bereiken en ondersteunen? Tips voor schoolteams

Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

LUISTERVAARDIGHEID EN

Taaltaken, verwerkingsniveaus, tekstsoorten, tekstkenmerken en strategieën

Taaltaken, verwerkingsniveaus, tekstsoorten, tekstkenmerken en strategieën

Aartsbisdom Mechelen-Brussel Vicariaat Onderwijs Diocesane Pedagogische Begeleiding Secundair Onderwijs

Hoe werken met de portfolio s? In de portfolio s is een duidelijke leerlijn ingebouwd.

1

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Mondelinge taalvaardigheid: Van pingpongen naar tafelvoetballen

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Begrijpend Luisteren

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Wat stelt de doorlichting vast? Enkele voorbeelden:

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING BASISONDERWIJS

Het is goed om een dagelijks ritueel te hebben, bv. even lezen en zingen voor het naar bed gaan.

PEUTERS MET TOS. Vroeg, 23 mei 2019, Utrecht. Marthe Wijs - van Lonkhuijzen

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING. Kleuterklas

2 x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen, daarnaast verrijking en verdiepingswerk op Studiemeter.nl.

ONDERSTEUNING BIJ HET LEZEN

Taalstimulering voor kinderen en volwassenen. Taal en taalbeleid 3 februari 2014

Registratieblad aanbod doelen SLO groep 1 en 2

Methodeanalyse. Leeslijn & Zo leer je kinderen lezen en spellen

Onderwijskundige Visie

VOORTRAJECT TAALBELEID

Les 13a Zoek de verschillen

Verzamellijst onderwijsbehoeften

Opleiding. Tolk Vlaamse Gebarentaal. Code + officiële benaming van de module. Module Vlaamse Gebarentaal B. Academiejaar

ACHTERGROND EN TIPS VOOR LEERKRACHTEN EN DIRECTIES IN DE VERVOLGSCHOOL BIJ DE OPVANG VAN EX- ONTHAALKLASSERS

COMPETENTIEPROFIEL ANIMATOR VOOR ANDERSTALIGE NIEUWKOMERS

CHECKLIST LEIDSTERVAARDIGHEDEN DE TAALLIJN

Taalontwikkelend Lesgeven

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING

Zin in goed onderwijs Frans! Doelen. Even kennismaken 27/10/ Visie op goed taalonderwijs Frans kennen

KIJKWIJZER: THUISTAAL IN EEN KRACHTIGE LEEROMGEVING

Bijlage 4 De meterstanden-lijst voor begeleiders

Vaste aanpak contextopgaven met Vakbegrip en Nieuwsrekenen

Inhoudsopgave. Visie van de Pionier. blz. 3. Visie spelend leren op de Pionier.. blz. 3. Spel blz. 3. De hoeken: een rijke speel-werkplek... blz.

«Iedere leraar een taalleraar» Waarom? Wat? Hoe?

Hoeken talig verrijken vanuit de drie cirkels van taalvaardigheid

Team-teaching. VBS t Bieske Gellik-Lanaken

TAAL IS LEUK. Adviezen om de taalontwikkeling te stimuleren

op (afnemende) sturing Een interventie gericht op docenten bij het opleiden en begeleiden van studenten naar zelfstandig beroepsbeoefenaars.

Groep 7 en 8. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 8

Laat ze blinken. Lut Maes PBD GO!

Waarom Wetenschap en Techniek W&T2015

Basisarrangement. Groep: AGL fase 1 Leerjaar 1 Vak: Nederlandse taal. 5x per week 45 minuten werken aan de basisdoelen

TOETSTIP 9 SEPTEMBER 2005

Luisteren leerjaar 1-2 havo/vwo

Puberbrein als Innovatiekans. Beschrijving van de 4 basiscompetenties

Instrument om de beginsituatie in kaart te brengen op niveau van de leraar eerste graad 3de GOK-cyclus

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

Wij gaan met plezier naar school.

COMPETENTIEPROFIEL ANIMATOR

Werken met visualisaties in de kleuterklas

Maak betekenisvolle onderwerpen bespreekbaar Individuele docententraining DAG 3 PPOZO Marije Fris trainer & masterclassdocent St.

Luister- en kijkvaardigheid in de lessen Nederlands

LESVOORBEREIDINGSFORMULIER (LVF)

Doelenlijst G-start voor VVKBaO

Verklarende woordenlijst bij de strategieën uit Praten doe je met z n tweeën voor ouders

ID bijdrage: Logo talenwebsite: wel niet

Summerschool. Graad 1 Leerjaar 1

Zelfbeeld. Het zelfvertrouwen wordt voor een groot deel bepaald door de ideeën die het kind over zichzelf heeft: het zelfbeeld.

J L. Nordwin College Competentiemeter MBO - 21st Century & Green Skills. Vaardigheden Gedragsindicatoren. 21st Century Skill - -

Pedagogie van het jonge kind

VERWACHTINGEN VAN DE OVERHEID

Groep 4. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 4

Reader voor pedagogisch medewerkers

TAALONTWIKKELING 2. Activiteiten bij leren. Inspiratie:

Visie basisschool De Grasspriet

PUK! Spelkaartjes behorende bij spelbord Pak een Puk!, thema Woordenschat & Taal.

CONCEPT TOOL ONTWERPEN IN BEELD VOOR EIGEN GEBRUIK

Beargumenteer je beoordeling met minimaal één voorbeeld uit je stage Is je motivatie voor het werk toegenomen of afgenomen? Leg uit waarom.

Opdracht bij een bedrijfsbezoek door leerlingen Een aantrekkelijk bedrijfsbezoek speurtocht door het bedrijf

DE 12 VAN DOK12. Dit ben ik

De doorgaande woordenschatlijn (huidige situatie) Basisschool de Kameleon April 2008

Begeleiding van kind en ouders op de SEH. Leerdoelen. ontwikkeling. 20% van de patienten die een SEH bezoeken is jonger dan 16 jaar.

Het belang van (ondersteuning van) communicatie bij personen met een verstandelijke handicap

Richtlijn Het Activerende Directe Instructie Model

Transcriptie:

A. Creëer een positief, veilig en rijk leerklimaat door elk kind zich thuis te laten voelen in de klas. Respecteer de stille periode van kinderen. Geef kinderen die het nodig hebben, meer tijd om een luisteropdracht voor te bereiden. Stap regelmatig eens af van voorbereide onderwerpen door in te spelen op wat kleuters/leerlingen zelf aandragen. Vertel zelf regelmatig iets naast de lesinhoud. Maak prentenboeken toegankelijk door veel context en visuele ondersteuning te geven, een duidelijk luisterdoel te geven en kinderen ervaringen te laten opdoen in de nieuw te ontdekken wereld van een verhaal. Roep ervaringen van kinderen op of laat hen nieuwe ervaringen opdoen door indien nodig voorbereidingsactiviteiten te doen. elk kind te benaderen vanuit groeimogelijkheden. Ga in op het onbegrip van leerlingen als ze naar een tekst/prentenboek luisteren. Maak van het onbegrip een leermoment. Fouten worden niet afgestraft. Fouten dienen als leermomenten waarop je feedback geeft. Heb in je feedback ook aandacht voor de inhoud van de boodschap. Zorg voor veel positieve bevestiging. een rijk aanbod te doen op vlak van taal, spelletjes, teksten, Zorg voor een rijk aanbod. Laat kinderen in de lagere school verschillende luistertaken uitvoeren: luisteren naar verhalen, instructies, informatieve teksten, Zorg dat elke tekstsoort in elk leerjaar aan bod komt. Werk hier ook al aan in de kleuterklas. Benut de dagelijkste routines en rituelen (kleuter) en overgangsmomenten (lager: drank- en opruimmomenten) om gesprekjes aan te knopen met kleuters/leerlingen. Speel als leerkracht mee in de hoeken. De leerkracht heeft een voorbeeldfunctie waarin hij/zij in volledig correcte zinnen met de leerlingen in interactie is. Vereenvoudig het taalaanbod voor taalzwakkere leerlingen niet (o.a. letterlijke herhaling, korte zinnen, boekentaal omzetten naar spreektaal). Streef naar een

basisspreekvaardigheid en zelfs iets meer dan dat. Help taalzwakkere kinderen om moeilijkere prentenboeken te verwerken door heel interactief voor te lezen en veel aandacht te besteden aan leesplezier en motivatie. Werk minimaal twee weken rond een zelfde thema en verhaal, zodat de kleuters de woordenschat uit het verhaal verwerven. Link een voorleesverhaal aan een thema. Zo leeft een voorleesverhaal in een thema dat uitgewerkt wordt in de klas en krijgen de kleuters de hele dag door de kans om gesprekjes te voeren die verband houden met het thema. Plan tijd in om voor te lezen. Werk een verhaal voldoende uit: zorg voor verwerkingsactiviteiten en eventuele voorbereidingsactiviteiten. met alle kleuters/leerlingen te werken aan alle doelen van taal. Geef alle kinderen de kans om te luisteren naar een kwaliteitsvol taalaanbod. Stel ook open vragen aan taalzwakke kinderen en ga pas over naar meer gesloten vragen als je voelt dat kinderen die extra ondersteuning nodig hebben. Ontwikkel woordenschat bij leerlingen d.m.v. functionele opdrachten (rijke taken) uit te voeren waarbij de leerlingen door te handelen tot een ruimere, actieve woordenschat komen. Treed meer in interactie met taalzwakkere leerlingen dan met taalsterkere leerlingen. Taalzwakkere leerlingen krijgen de nodige feedback om hun mondelinge vaardigheden uit te breiden. bewust om te gaan met taal in alle vakken en activiteiten. Geef in de kleuterklas én in de lagere klassen luisterkansen gedurende de hele dag én dus ook tijdens alle lessen. Dus taal de HELE dag! Las vaak korte overlegmomenten tussen leerlingen in tijdens klassikale lessen. Ook tijdens de lessen LO kan je werken aan luistervaardigheid en woordenschatontwikkeling. positief om te gaan met taalheterogeniteit. Voorzie voorleesmomenten in de thuistaal van de kinderen. Geef kinderen de kans om elkaar in hun eigen taal uitleg te geven. Maak samen met hen afspraken hierover.

B. Maak gebruik van betekenisvolle taken door te zorgen voor een motiverende taak. Zorg voor interessante opdrachten. (betrokkenheid, leefwereld) Zorg dat er voldoende uitdaging en leerpotentieel in de opdracht zit. Werk naar een concreet doel toe. Maak dit doel duidelijk. Laat kinderen experimenteren. Laat kinderen samenwerken. het gebruik van taal in deze activiteit functioneel te maken. Zorg dat taal een middel is om een voor de kinderen interessant doel te bereiken. Zorg dat kinderen zowel kennis, vaardigheden als attitudes moeten inzetten en ontwikkelen. Werk aan relevante eindtermen. kinderen aan te zetten tot interactie. Creëer kansen voor kinderen om samen te werken, informatie/ideeën/opinies uit te wisselen, te overleggen, Gebruik afwisselende werkvormen/groeperingsvormen. taken te contextualiseren. Bouw verder op ervaringen en voorkennis van de kinderen. Bouw abstracte inzichten en bewerkingen op vanuit concrete ervaringen en voorbeelden. Pas abstracte inzichten opnieuw toe op concrete gevallen.

C. Ondersteun door zelf in interactie te gaan met de kinderen. Reflecteer over je eigen interactiestijl. o Stel je zoveel mogelijk op als begeleider en minder als leider. (Doe mee met de kinderen. Ga mee aan tafel zitten.) o Wees alert voor wat kinderen zeggen en pik daar met je eigen taalaanbod op in. o Help kinderen door middel van bijvragen om zelf het probleem op te lossen (en niet de pap in de mond te geven, ). o Help de kinderen verwoorden wat ze willen zeggen. o Speel zelf gedifferentieerd in op reacties en vragen van kinderen. Maak je taalaanbod toegankelijk. o Spreek in volledige en correcte zinnen. o Zorg voor een rijk en duidelijk taalaanbod. o Maak nieuwe taal concreet door ze te verbinden met: o een handeling, beweging, actie o een voorwerp o woorden die het kind al kent o ervaringen die het kind al opdeed in zijn/haar leefwereld o Onderhandel samen met het kind over de betekenis van woorden. Bevorder interactie door gesprekstechnieken toe te passen. o Blijf doorvragen. o Kaats terug wat kinderen zeggen. o Breid wat kinderen zeggen uit. o Stel vragen ter bevestiging. o Daag kinderen uit, lok hen uit hun tent. o Denk na over de vragen die je stelt. Stel zeker voldoende open vragen.

Geef constructieve feedback. o Richt je feedback vooral op de inhoud en minder op de vorm (correct taalgebruik). o Corrigeer het taalgebruik van kinderen eerder onrechtstreeks via je reacties (in plaats van rechtstreeks). o Richt je ondersteuning vooral op het proces. Reflecteer met de kinderen of laat kinderen onderling reflecteren over hun taalgebruik en over hoe ze de taak aanpakten. Ondersteun kinderen op verschillende punten bij een spreektaak: o Doel kennen en uitvoeren, bv. door samen een voorbeeld te maken o Afstemming publiek o Idee bedenken o Structuur/samenhang o Woordenschat/begrippen, bv. door ervaringen op te roepen o Tempo, gebaren, o Strategieën, bv. door de manier van aanpak te bespreken, voorkennis op te roepen, o Attitude o Zelfredzaamheid, bv. door te leren om hulp in te roepen van anderen interactie tussen kinderen te stimuleren. Bied kinderen de kans om samen te werken en elkaar te ondersteunen.