VLAAMSE OVERHEID inventarisatie van het onroerend erfgoed : ORGELS Provincie West-Vlaanderen Administratieve entiteit DENTERGEM Gemeente OESELGEM Parochiekerk Sint-Martinus Arrondissement Tielt (Kerkplein, z.nr.) KERK In 1720 werd de oude gotische kerk vervangen door een nieuwe, die in hetzelfde jaar ingewijd werd. De oude kerk werd niet volledig afgebroken: de toren bleef overeind, samen met een aantal stukken muur en gerecupereerde pijlers; de vieringtoren werd in de nieuwe kerk een geveltoren. Het exterieur van de kerk bleef onveranderd tot in 1847, toen de gotische toren werd afgebroken en de kerk naar het westen toe uitgebreid werd met twee traveeën; een nieuwe toren en doopkapel werden opgericht in neogotische stijl. De kerk liep zware beschadigingen op bij de aftocht van het Duitse leger in oktober 1918; een obus ontplofte boven het orgel en richtte ernstige schade aan. In 1921 is het gebouw hersteld. In 1940 werd de kerk opnieuw zwaar beschadigd bij gevechten aan de Leie. ORGEL Auteur oorspronkelijk orgel : onbekend (het is niet uit te sluiten dat het een werk betreft van de gebroeders De Rijckere uit Kortrijk) Bouwjaar : 1765 - in het midden van de 19 de eeuw zijn renovatiewerken geschied, mogelijks door orgelmaker Ch.-L. van Houtte (Waregem) - ergens tussen 1900 en 1911 werden werken uitgevoerd door Fr. Joris (Ronse) - door de beschieting van de kerk in oktober 1918 liep het orgel averij op; O. Anneessens (Kortrijk) voerde een eerste voorlopige herstelling uit in 1919; verdere herstellingen maar tevens wijzigingen, door dezelfde, hadden plaats in 1924-25 - in mei 1940 werd het instrument opnieuw erg beschadigd door oorlogsfeiten; in 1941 opnieuw hersteld door O. Anneessens - ook in 1953 werden nog werken uitgevoerd (orgelbouwer niet vermeld, cfr. Bibliografie) - in 1984-1987 werd het instrument totaal gerenoveerd door J. Bruggeman (Moeskroen)
INSTRUMENT A. Beschrijving van de toestand vóór 1987 Volgende notities zijn gebaseerd op een onderzoek verricht in december 1972 door Gh. Potvlieghe (inventarisatie door Rijksdienst voor Monumenten- & Landschapszorg). Dispositie Cornet, Prestant 4, Bourdon 8, Fluit 4, Doublette 2, Bourdon 16, Monter 8, Salicionaal 8. Tremolo. manuaalomvang : C - e 3 * (een f 3 -toets is aanwezig, doch zonder functie) pedaal : geen *nota : er kan een opschuiving gebeurd zijn van een halve toon; misschien was de tessituur in origine C.D - f 3, ook het feit dat de Cornet nu op c 1 begint (en niet op c# 1 ) kan daarvoor een aanwijzing zijn Klaviatuur - thans aan de rechterzijkant van de orgelkast; was vóór 1941 aan de rugzijde ingebouwd (registergaten nog aanwezig : naast sommige van deze registergaten is nog een ronde uitholling zichtbaar waarin een porceleinen naam-medaillon gekleefd was, mogelijks daterend van ca. 1900) - nieuw klavier; merkwaardigerwijze is het wit beleg (been) ouder dan de toetsen Pijpwerk + frontpijpen - deels oud, deel nieuw van 1941 - de pijpen in de torens hebben opgeworpen labia - het metaal van de oude pijpen (tin) was op doek gegoten; met vlakke kernen - in het rechter tussenveld staan 12 nieuwe pijpen (zink) - alle pijpen thans geverfd met aluminium-bronsverf + binnenpijpwerk Cornet : de pijpstok en het rooster zijn nog origineel en voorzien op 5 koren; 2 ervan zijn verdwenen; beginnend op c 1 ; de pijpen op de rechtse helft (vanaf rugzijde bekeken) is oud, de linkse helft is nieuw Prestant 4 : de bas in het front Bourdon 8 : oud Fluit 4 : - Doublette 2 : -
Bourdon 16 : nieuw van 1941; zou ter vervanging van een Nasard geplaatst zijn Monter 8 : nieuw van 1941 Salicionaal 8 : nieuw van 1941 Windlade - oud (1765?), slechts in geringe mate gewijzigd (bijv. pulpeten vervangen door vilten lapjes) Tractuur - nieuw wellenbord, liggend onder de windlade - de registertractuur is zo goed als nieuw; de vierkantige stokken zijn mogelijks nog een 18 de -eeuws restant Windvoorziening - nieuwe magazijnbalg - de tremulant is nieuw ORGELKAST - de rugwand is weinig geschonden, niettegenstaande het meubel naar achteren uitgebreid werd; de oude deuren bleven bestaan en dan nog wel aan hun originele hengsels, doch ze staan nu open en dienen als zijwanden - er zijn duidelijke sporen van de voormalige plaats van het klavier en de registers; aan elke zijde van het klavier waren er 8 registertrekkers op een vertikale rij - in de voet van de prospectzijde is er een kijkgat voor de organist, thans dichtgemaakt - in de doksaalbalustrade staat, los van het eigenlijke orgel, een sierfront met twee pijptorentjes en een middenveld; het middenveld is vervangen door een heiligenbeeld (op een foto van 1943 is het pijpenveldje nog aanwezig); het is niet zeker dat dit sierfrontje in origine bij dit orgel hoorde HUIDIGE TOESTAND instrument : zeer geschonden en in verval meubel : in verval (ontlijmingen, afzakkingen...) onderhoud : onvoldoende; thans [i.e. 1972] zelfs geen meer
B. Beschrijving van de toestand na 1987 Volgende notities zijn gebaseerd op een onderzoek verricht door de Afdeling Monumenten & Landschappen, in november 1998. Dispositie registertrekkers aan weerszijden van het klavier : O Prestant [4] O Flutte 4 O Doublette [2] O Fourniture * O Trompet b O Terts bas O Nazaard O Wind klavier Cornet O Gedekt [8] O * Sifflet 1 O Larigot O Cimbel O Trompet D O Terts dis O Regaal O *pijpwerk van dit register is nog niet geplaatst manuaalomvang : C - f 3 pedaal : C - f 0 (soort kistpedaal, naar vrij ontwerp, niet naar historische voorbeelden) Klaviatuur - de klaviatuur werd in 1987 terug op de oorspronkelijke plaats, aan de rugzijde van de orgelkast, geïnstalleerd (was tussen 1941 en 1987 aan de rechterzijkant aanwezig) - vierkantige registerstokken; zijn mogelijks ten dele 18 de - eeuwse residua die ook reeds in de vorige toestand behouden waren gebleven - de registerknoppen zijn nieuw Pijpwerk + frontpijpen : nieuw van 1987 + binnenpijpwerk Cornet : volledig nieuw; ook de laadjes waar het pijpwerk staat zijn nieuw; verbonden met de lade d.m.v. flexibele conducten Prestant 4 : front- en binnenpijpen zijn nieuw Gedekt 8 : deels oud; de 6 kleinste zijn conische open pijpjes (oud) Flutte 4 : gedekten; het hoogste octaaf bestaat uit nieuwe pijpjes Sifflet 1 : [plaats is nog leeg] Doublette 2 : nieuw Larigot 1 1 /3 : bestaat deels uit oud pijpwerk en deels uit ingekort "romantisch" pijpwerk; gedekten in het groot octaaf
Fourniture : [plaats is nog leeg] Cimbel 2 r : nieuw Trompet 8 : pijpwerk vermoedelijk door Bruggeman uit een of ander Anneessens-orgel gerecupereerd; bas in zink, het hoogste octaaf is "harmonique" Terts 1 3 /5 : bestaat uit ingekort "romantisch" pijpwerk Nazaard 2 2 /3 : een zestal gedekten is nieuw, de rest bestaat uit open ingekort "romantisch" pijpwerk Regaal 8 : de bekers bestaan uit een trechter met daarop een conus; nieuw seriepijpwerk van behoorlijke factuur Windlade - oude windlade, afmetingen 140 x 83 cm; zeer grof hersteld in 1987 - de pijpstokken zijn nieuw of minstens grondig afgeschuurd - alles is met parker-vijzen aangeschroefd - pijprooster uit multiplexplaat - steunbrillen voor de tongwerken : in triplex Tractuur - mechanisch - de registertractuur is grotendeels nieuw (uit holle metalen buis) Windvoorziening - balg en ventilator geplaatst in de voet van de orgelkast ORGELKAST - het meubel is al bij al vrij goed behouden - er zou vroeger een chronogram aanwezig geweest zijn " LooV god gheel WeL Met t orgelspel " (wat het jaartal 1765 geeft) - in de doksaalbalustrade is een sierfrontje aanwezig; het vormt echter geen eenheid met het orgel HUIDIGE TOESTAND instrument : in 1987 "hersteld" met veelvuldige aanwending van niet in de orgelbouw gebruikelijke industriële materialen (holle vierkantige buis, koperbuis, PVC, siliconen etc.); het instrument is compleet windziek meubel : - onderhoud : - datum onderzoek : november 1998
ARCHIVALIA Kerkarchief Oeselgem, pastorij Oeselgem, uittreksel uit "Liber Memorialis de Oeselgem" : Mr. Oscar Anneessens-Marinus, Van de Peereboomlaan - Kortrijk. In orde op 22 Sept. 1941. Onkosten : 22.550 fr. Het orgel werd eerste gemaakt en 't is nog de bestaande orgel Kas van 1765. Nu telt het 8 volledige spelen, tesamen 458 pijpen, waarvan nog een zeker getal oude pijpen van de jaren 1765 - 't orgel werd omtrent volledig vernield in mei 1940 - veel pijpen waren gans vernield - en er moesten 166 nieuwe gekocht worden, waarvan 12 frontpijpen. Een gans nieuw spel Bourdon 16 voet heeft de oude nazard vervangen. De grootste pijp van dit spel meet 22 cm. [sic] en 8 voet lang gestopt. Het orgel is op den normalen diapason gebracht en de reharmonisatie der spelen is merkelijk verbeterd en melodieuzer geworden, alsook werd een krachtiger en ronder toon bekomen. Het orgel bevat nu: 1. Bourdon 16 voet; 2. Monter 8 v.; 3. Bourdon 8 v.; 4. Salicionaal 8 v.; 5. prestant 4 v.; 6. fluit 4 v.; 7. doublet 2 v.; 8. Cornet. Het klavier was vroeger langs den achterkant v/h orgel en is nu op de linkerkant gebracht, waardoor de organist goed het altaar kan zien. Heel het mechanisme werd erom veranderd en vernieuwd. De electrische ventilator alsook de orgelkas die beiden erg beschadigd waren, zijn hersteld geworden. Aan het orgel werd een tremolo gevoegd. Een koppeling met een tirasse aan den voet om verschillende spelen samen uit te trekken en in te steken is er ook aangebracht.
BIBLIOGRAFIE 1) Programmafolder "Parochiale kerk te St. Gillis-Waas / Inhuldiging van het nieuwe Orgel.", d.d. 5 sept. 1911. Op de laatste bladzijde staat een "Lijst der Orgels vervaardigd en der merkelijke herstellingen gedaan door het huis François Joris, gebreveteerd te Ronse."; in deze lijst komt voor : "Ouselghem" [in een gelijkaardige lijst, anno 1900, wordt Oeselgem nog niet vermeld] 2) J. Bossu : Petrus Jaille, pastoor van Oeselgem (1692-1728), in De Roede van Tielt, jg. XX/2, 1989, blz. 46-100; blz. 49 : Jaille zorgde voor een "positief orgelke" dat evenwel zijn persoonlijke eigendom bleef. [In 1695, tijdens de Negenjarige Oorlog (1688-1697), was de kerk zwaar geplunderd geweest. In 1720 liet pastoor Jaille de vervallen kerk grondig verbouwen; de plaatsing van een "orgelke" kadert wellicht in deze laatste campagne.] 3) J. Bossu : Herstelling van Oeselgems kerk na de oorlog 1914-1918, in De Roede van Tielt, jg. XXI, 1990, blz. 162-179; - blz. 163 : [anno 1918] Twaalf dagen later kwam iedereen naar huis terug, maar niemand vond de moed om op 11 november de wapenstilstand te vieren. De Franse soldaten deden dat wel en maakten daarbij het orgel onklaar. - blz. 165 : [1918] Pastoor Muylle trof de kerk in een erbarmelijke toestand aan. Op het schutblad van het Rekeningboek schrijft hij : Bij mijn aankomst alhier als pastoor heb ik de kerk ledig gevonden. Obussen hadden grote gaten geboord in de toren, dak en muren, en waren in de kerkruimte ontploft. Eentje was uitgerekend boven het orgel uiteengespat met alle gevolgen vandien. - blz. 167 : [1919] Met hetzelfde vooruitzicht liet de pastoor nog 145 stoelen bestellen, het mechanisme en de blaasbalg van het orgel en nog een vaandel herstellen en door de kerkfabriek betalen. (13) (13) [...] Orgelmechanisme en blaasbalg hersteld door Oscar Anneessens, orgelbouwer uit Kortrijk: 30 fr. - blz. 171 : Oscar Anneessens orgelbouwer uit Kortrijk schatte de schade aan het orgel op 1.450 fr. [...] Aan de kerkfabriek werd toegekend : voor luxevoorwerpen zoals schilderijen : 2.267 fr., voor kerkmeubels : 21.483 fr., voor het orgel : 3.600 fr. Samen 27.350 fr. (29) (29) Liber Memorialis I blz. 107. 1/ Gewone vergoeding zonder herstelling, voor luxevoorwerpen (schilderijen, enz.) : 2.267 fr. 2/ Gewone vergoeding met herstelling, voor kerkmeubels : 7.161 fr., voor orgel : 1.200 fr. 3/ Bijkomende vergoeding voor herstelling, voor kerkmeubels : 14.322 fr., voor orgel : 2.400 fr. - blz. 173 : Pastoor De Poortere wou een orgel met meer macht. (38)
(38) Kerkarchief Oeselgem, dossier oorlogsschade 1914-18, orgel. Oscar Anneessens verving de verwoeste trompet en clairon door een monter en een salicionaal 8 voet. Er kwam ook een nieuwe blaasbalg. Het gerestaureerde orgel werd tijdens de noveen van de H. Apollonia in februari 1925 ingespeeld. (39) (39) Liber Memorialis I, blz. 109. Deze orgelvernieuwing kostte 7.960 fr. (40) (40) Liber Memorialis I, blz. 111. 4) J. Bossu : De pastoors van Oeselgem, in De Roede van Tielt, jg. XXIII, 1992, blz. 162-179; blz. 112 e.v. - onder pastoor P.J. Buyse (van 1763 tot 1817) plaatsing van een orgel in de kerk, 1765; [...] - onder pastoor G. Butaye (van 1947 tot 1956) 1953, reparatie en uitbreiding van het orgel, [...] - onder pastoor J. Bossu (van 1977 tot 1990) herbouw van kerkorgel; [...] 5) L. Lannoo & K. D'Hooghe : West-Vlaamse Orgelklanken, uitg. Marc Van de Wiele, Brugge, 1997; hierin o.m.: L. Lannoo : West-Vlaanderen, een boeiend orgellandschap, blz. 23-75; - blz. 36 In de schaduw van de grotere orgelmakers als Berger en Vander Haeghen werkten op een gedegen manier de orgelmakers De Rijckere. Petrus-Josephus (1716-1791) en zijn broer Joannes (1728-ca.1808) bouwden orgels in [... ] Wakken (1760), Oeselgem (1765) en [... ]. [... ] Het instrument in de Sint-Martinus te Oeselgem (Dentergem) is in feite een orgel van Charles-Louis van Houtte in de oude orgelkast van De Rijckere uit 1765. Het bevat enkel nog twee registers van het oorspronkelijke instrument, de Bourdon en de Fluit en heeft nu de volgende samenstelling: (I/54-P/18) Bourdon 8, Prestant 4, Fluit 4, Doublette 2, Mixtuur II, Cornet III, Nazard 2 2/3, Terts bas en sup. 1 3/5, Trompet bas en sup. 8, Regaal 8. Men moet er wel rekening mee houden dat de huidige toestand van het orgel teruggaat op een revisie door de orgelmaker Jean Bruggeman uit Marke/Moeskroen, gerealiseerd in 1984.
ICONOGRAFIE 1) K.I.K. (Brussel), afd. Fototheek, - cliché B53345 (1943), zicht naar het doksaal KIK-IRPA, Brussel
- cliché M33197 (1968), orgel KIK-IRPA, Brussel
2) foto's Afdeling Monumenten & Landschappen, nov. 1998 - globaal zicht op binnenpijpwerk - klaviatuur - pijpwerk (detail) - registertrekkers - positief-front (uit functie) in de doksaalbalustrade - potsierlijk slot-afdekplaatje (uit oude orgelpijp)