Delfzijl Wagenborgen - De Hoogte 53 bestemmingsplan identificatie identificatiecode: NL.IMRO.0010.07BP9945RW53-VA01 projectnummer: 20170240 projectleider: J-J. Posthumus planstatus datum: 28-07-2017 16-09-2017 23-11-2017 22-02-2018 status: concept voorontwerp ontwerp vastgesteld gecertificeerd door Lloyd's conform ISO 9001: 2008 aangesloten bij
Rho Adviseurs bv Niets uit dit drukwerk mag door anderen dan de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van Rho Adviseurs bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk een openbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.
Wagenborgen - de Hoogte 53
2 Inhoudsopgave Bijlagen bij de regels 3 Bijlage 1 Inrichtingsschets 5 Bijlage 2 Landschappelijke inpassing 7 Rho adviseurs voor leefruimte 20170240
3 Bijlagen bij de regels Rho adviseurs voor leefruimte 20170240
4 Rho adviseurs voor leefruimte 20170240
5 Bijlage 1 Inrichtingsschets Rho adviseurs voor leefruimte 20170240
1 Situatie 1 : 200 Hoofdweg 10 9616 TD SCHARMER Tel. 050 4041545 Fax. 050 4041598 E-mail. ku@karla-ubels.nl www.karla-ubels.nl tekening nr. V.000 VO 1629 1 : 200 Karla Ubels 16-08-2017 n.t.b. A1 oprit TREURBERK bestaande boom TREURBEUK bestaande grote boom bestaande schuur 56 m2 ESDOORN Singel met bijvoorbeeld KASTANJE, HEMELBOOM, CEDER, LINDE,ROBINA en AMBERBOOM met ondergroei noord ESDOORN haag ESDOORN 450 m2 incl. overstekken woonhuis + schuur 10400 4900 15700 5000 17300 2100 42900 7500 contour bestaande bebouwing 15000 paardenbak max. 20x40 min. 15x30 5000 haag omschrijving: SITUATIE TERREININRICHTING project: DE HOOGTE 53 WAGENBORGEN fase: opdrachtgever: werknummer: schaal: getekend: datum: konstructeur Doornbos : formaat: 3: 2: 14-09-2017 1: datum: revisie: haag BOUWBLOK 45000 toekomstige schuur 144 m2 toegang via halfverharde weg 5000 7500 1265 EIK bestaande boom WALNOOT ESDOORN BOUWBLOK 50000 10000 30000 BEBOUWINGSOPPERVLAK: 1. woning incl. schuur - 450 m2 2. bestaande schuur - 56 m2 3. toekomstige schuur - 144 m2 TOTAAL = 650 m2 (50% van de bestaande bebouwing) D:\Karla\Zakelijk-1\projecten-lopend\1629-Wagenborgen\1629-PLANNEN\1629-000-TEKENBESTANDEN\1629-VO-12.rvt
7 Bijlage 2 Landschappelijke inpassing Rho adviseurs voor leefruimte 20170240
LANDSCHAPPELIJKE INPASSING De Hoogte 53, Wagenborgen
Tijdens de voorlaatste ijstijd was Nederland bedekt met landijs. De door opstuwing ontstane stuwwallen, drumlins en grondmoreneruggen liggen nog als hogere opduikingen in het landschap, zoals het schiereiland van Winschoten en de hoogtes van Ulsda, Wagenborgen en Noord- en Zuidbroek. Aan het begin van de jaartelling was bewoning schaars. In de Karolingische tijd zijn de menselijke activiteiten in het Oldambt toegenomen. Ook bij Wagenborgen en bij Ulsda vinden we zulke oude bewoningskernen. De pleistocene hoogten werden in gebruik genomen als akkercomplexen (essen) of dorpsweiden, de zogenoemde ga(r)sten. De basis voor de dorpskern vormt de hoger gelegen rug die het aanzien van een wierde heeft. De Hoofdweg van Wagenborgen is de oude weg van Delfzijl naar Slochteren en werd rond 1600 Heerenwegh genoemd. De Hoofdweg en de oostelijker gelegen Kerkstraat vormen de oude bewoningsassen van het dorp. Later werd de bebouwing voortgezet langs de Boelmanweg. Dit lag niet meer op de glaciale rug. In het laaggelegen gebied rondom Wagenborgen lagen vroeger diverse kleinere kolken, maren en meren (Stolderijkolk, Rotkolk, Janjemeer, Proostmeer, Hondshalstermaar). Door ruilverkaveling en verbeterde waterhuishouding is het grootste deel verdwenen. Rond het dorp liggen een aantal dorpsbosjes, zoals het Wagenborgerbos aan noordzijde, het Zeevaartterrein aan oostzijde van het dorp en de parkachtige bosschages rond het voormalige Groot Bronswijk. De te onderzoeken lokatie ligt als een apart van het dorp gelegen bewoningskern waarschijnlijk op een zavelige ophoging iets ten westen van de rug van Wagenborgen. Het erf is duidelijk georienteerd op deze verhoging en is over de langsas opgebouwd met de kop naar het noordoosten. Van oudsher lag het los van het dorp en was het sterk in zichzelf gekeerd. Uitbreidingen hebben de plek bijna in het dorp opgenomen. GLACIALE RUG vlakte vlakte Erf vormt aparte entiteit naast dorp Klassieke foto waarop solitaire ligging duidelijk is Erfbeplanting aan noorden westzijde fungeert als coulis Erf heeft intern gerichte structuur open erfcontor open diverse vormen rijk, gevarieerd, zwaartepunt van contour eenvormig, utilitair eenvoudig materiaal
opbouw erf is vervaagd door toevoeging opening is dichtgeslibt groen is verwilderd groot deel onzichtbaar Door de aanwezige beplanting en de structuur van het erf en bouwwerken is er nu veel niet zichtbaar van het erf. De voorkant van het erf op het noordoosten is dankzij de meer rijke beplanting en zwaartepunt duidelijk te herkennen ten opzicht van de achterzijde. De achterzijde zal in vroegere tijden meer toegankelijk zijn geweest en vormde wellicht de meest drukke zijde van het erf. Door leegstand en gebrek aan beplanting vormt deze zuidwestelijke zijde nu een anonieme en afstandelijke kant van het erf. De huidige constellatie en de wens en noodzaak recht te doen aan het historische beeld geeft mogelijkheden voor de opbouw/doorontwikkeling van het huidige erf dat niet al te zeer afwijkt van het huidige beeld terwijl het toch de karakteristieken respecteert. Daarvoor is de opbouw aan de westzijde van belang. Tegelijkertijd kan de ervaring van het losstaande erf weer prominent vormgegeven worden. Uitgangspunt van een inpassing blijft een los van het dorp liggend carré wat gekenmerkt wordt door een groene mantel met het zwaartepunt aan de noordzijde. De koppeling met de openbare ruimte is de toegang in de noordwesthoek. Daarbinnen ligt een intern geörienteerd erf wat uitkijkt en gericht is op de landerijen aan de oostzijde. Aan de zuidzijde is er contact tussen het erf en de openbare ruimte. Het aanzicht van de zuidzijde van het erf vanaf het wandelpad verhoogt de sociale veiligheid. open zone sober groene achterzijde rijke, groene voorzijde binnenkant open interne structuur beleefbaar koppeling met buitenkant open zone markeer hoekpunt
Uit opname van de beplanting (medio mei 2017) blijkt dat de meest noordelijke beplantingszone grotendeels bestaat uit spontane, laagwaardige opslag (wilg, esdoorn, meidoorn, vlier, lijsterbes). Deze heeft de bestaande gracht grotendeels overwoekerd. De westelijke singel kent enkele opvallende elementen zoals een uit de kluiten gewassen Treurbeuk en een treurberk. Onder deze bomen is een vrij open beplanting die kenmerken heeft van een stinzenflora. Aan de zuidzijde en oostzijde van het erf is geen belangwekkende of substantiele beplanting aangetroffen. Treurberk Treurbeuk De wagenschuur gelegen in de zuidwesthoek is waard om te behouden. Dit element is in staat het verhaal van de plek te vertellen en biedt een goed geleding van de wand. Tevens blijft door het behoud het erfaanzicht redelijk gelijk. De nieuwe opbouw en inrichting van het erf achter deze coulis kan in abstractie als volgt weergegeven worden. De noordzijde refereert naar de orifiginele kop van het erf. Het is een zware, gevarieerde beplantingstructuur die veel afwisseling kent. Het noordelijke interne gedeelte van het erf is kleinschalig en redelijk besloten. Hierdoor wordt massa gecreeerd. De zuidzijde is open en lichter. De hoekpunten van het erf worden gemarkeerd en aan de oostzijde wordt scheiding tussen de verschillende bebouwingselementen aangeduid. toegang: los van straat, ingang op zijkant kop: redelijk gesloten, gevarieerde en opvallende beplanting. voorkant: kleine kamers scheiding en geleding bebouwingswand achterkant: grote ruimtes
5x lindes singel met bijvoorbeeld Kastanje, Hemelboom, Ceder, Linde, Robinia en Amberboom, ondergroei fruitbomen 3x heg, 50cm 2x Esdoorn 2x Esdoorn Walnoot Concept beplantingsplan Gezien het voorlopige karakter van de ontwikkeling en de verkennende fase warin het project verkeert geven we hier een concept beplantingsplan bij. Dit beplantingsplan biedt nog ruimte voor verbeteringen en aanvullingen maar laat wel zien welke richting het uiteindelijke plan op gaat. Aan de noordzijde wordt een rijke, gevarieerde singel aangelegd die bestaat uit opvallende elementen. Daaronder zal een heesterlaag komen bestaand uit streekeigen soorten. De naar het dorp gerichte zijde bestaat uit een rij lindes met dezelfde ondergroei. De oprit naar het erf komt niet in het verlengde van de straat maar wordt duidelijk geproportioneerd als aparte oprit. Samen met het voetpad zijn het elementen die aan de westzijde begeleid worden door lage heggen. De zuidzijde wordt ook door een heg afgescheiden van de openbare ruimte. robinia hemelboom ceder kastanje amberboom linde
Status Opdrachtnummer Datum Contactgegevens Concept (toevoegen: def. beplantingsplan) 20170240 31 mei 2017 Ir. M.J. Oosterhagen Landschapsarchitect Registratienummer 3.021101.001 058-24564083 michiel.oosterhagen@rho.nl