Welke jongere is (g)een lezer?

Vergelijkbare documenten
Waarom lees je? Belang van motivatie-aspecten. Wanda Polak & Femke Scheltinga

(Digi)taal 12+: een dag over het vo, mbo en digitale geletterdheid

Checklist technisch lezen onderwijs en leesmethodes

Inhoudelijke middag Dyslexie

Groep 7 en 8. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 8

Groep 4. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind groep 4

Leerjaar 1 en 2 vmbo-g/t. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Vrij lezen groep 4. Doelen eind groep 4

Leesplezier: Het belang van thuisondersteuning en de rol van digitale media

Weerzin tegen lezen of weer zin in lezen?

Effectief aanvankelijk leesonderwijs

Verhogen van leerlingmotivatie. bij wereldoriëntatie / kernconcepten door motivatie-ondersteunend leerkrachtengedrag

Leerjaar 1 en 2 vmbo-b/k. Doelen Leerdoelen technisch lezen eind leerjaar 2

Wat kan een hond betekenen voor leesmotivatie? Wetenschappelijk Congres Stichting Lezen, 13 december 2018

Nationaal congres Taal en Lezen. 15 oktober 2015 Plezier beleven aan leren en lezen

Betrokken lezers in het vmbo

Nationaal Congres Taal en lezen. 13 oktober De rol van de goede tekst in relatie tot leesmotivatie. Bianca Lammers

Een praktijkreviewstudie naar het motiveren van leerlingen met verschillende prestatieniveaus en sociale en etnische achtergrond

Checklist Begrijpend lezen en woordenschat Curriculum Nederlands ? - + +

Juf, er staat geen leuk boek in de kast!

SAMENVATTING SAMENVATTING

De kijkwijzer lezen: een alternatief voor het beoordelen van de leesvaardigheden van de kinderen

Lezen in het voortgezet onderwijs (2): Improving Adolescent Literacy

Stap 3 Leeractiviteiten begeleiden

Welke ruimte en skills hebben leerlingen nodig om bevlogen en gemotiveerd te werken. Astrid van den Hurk 22 januari 2015

Thoni Houtveen. Afscheidscollege 19 april 2018

LEERLINGEN HELPEN EFFECTIEF ANDERE LEERLINGEN

Technisch lezen. Wat is technisch lezen?

Een doorlopende leeslijn voor elke leerling. Alle facetten van leesontwikkeling in het voortgezet onderwijs belicht

Aandacht voor laaggeletterde ouders. Nynke Okma Stichting Lezen & Schrijven

Model om schoolse taalvaardigheden te observeren en te reflecteren

Succesvolle lezers zijn betrokken lezers

Wat te doen met zwakke begrijpend lezers?

Je Lijf, Je Lief! Lesprogramma voor het praktijkonderwijs over wensen en grenzen in relaties en seks. Rutgers: Iris Coehoorn & Sanne Veldhuis-Nikkelen

Leesplezier ter preventie. Conferentie Studiesucces met dyslexie en dyscalculie in het mbo juni 2012

Beter lezen en beleven met theaterlezen

GOESTING IN LEZEN! LEESMOTIVATIE ALS SLEUTEL VOOR LEESSUCCES? Hilde van Keer & Amélie Rogiers

Rubrics vaardigheden

Groep 7 en 8. Doelen. Waar werkt u aan in groep 7 en 8?

Rubrics vaardigheden

Groep 5 en 6. Doelen. Waar werkt u aan in groep 5 en 6?

Sinemiddag Verdiepend lezem. 30 maart 2016 Plezier beleven aan leren en lezen

De vragen sluiten aan bij de belevingswereld van de leerlingen en zijn onderverdeeld in de volgende vijftien categorieën:

Weerzin tegen lezen of weer zin om te lezen?

Pimp je leesles! 10 handige tips! Morgen meteen aan de slag! Terry van de Beek

Leidt voorlezen tot meer leesplezier?

Werkschuurbijeenkomst Lessen uit 10 jaar Betrokken bij Buiten onderzoek

Zelfsturend leren met een puberbrein

Lezen voor Beroep en Studie. 1 e trainingsavond, 6 oktober 2014

Formatieve evaluatie bij voortgezet lezen: het voeren van leesgesprekken

Voor wie? Het leesplan is voor basisscholen die structureel en planmatig willen werken aan leesbevordering.

Ilona de Milliano. Lees- en schrijfontwikkeling op het vmbo: de rol van betrokkenheid bij lezen en schrijven op school

Leeswijzer. Aan de slag met de serie Leeslicht!

Werken met de Estafetteloper: Hoe te organiseren en Aanpak 3-leerlingen te motiveren

Onderwijs op het Cals College Nieuwegein

Leesplan maken? Introductie basisonderwijs

Strategisch lezen voor beroep en studie

LEZEN EN DYSLEXIE Nicole Verkerk

Strategisch lezen voor beroep en studie

Lesbrief Uitgeverij Zwijsen B.V. Tilburg

Kwispellezen Beestachtig goed lezen met een hond.

Lezen in het PRO en BBL. Wat is PRO? Wat lezen leerlingen in PRO? Wat helpt hen om het lezen te verbeteren? Wat kunnen bibliotheken nog meer doen?

Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Werken vanuit gezamenlijk inzicht

Hoe een training in metacognitieve vaardigheden leerlingen en docenten helpt! Bijeenkomst 2

Thoni Houtveen Congres Stichting Lezen 8 november Lectoraat Geletterdheid

TAAL- EN LEESMETHODEN. Het aanbod Taal- en leesmethoden Begrijpend Lezen. Begrijpend lezen. Effectieve strategieën voor begrijpend lezen ALGEMEEN

Lezen? Lekker belangrijk!

Stappenplan Jong & Natuur. Betrek jongeren in 8 stappen bij uw organisatie

Ontwerponderzoek: Paper 3

Effectiviteit van leesmotivatie bevorderende interventies: Uitkomsten van een meta-analyse

1. ONTWERPEN Duits spreken in een 4 VWO

Zo verstuurt u een WhatsApp! Opdracht: Analyseren, evalueren

Lezen hoort erbij. Bouwstenen voor leesbevordering

Terugblikken en vooruit kijken 25 juni 2015

Ontkavelen van taalonderwijs Presentatie titel

ONDERSTEUNING BIJ HET LEZEN

Samenhang opdrachten en leerjaren

Vakantielezen is leuk!

en 2 Brochure Begrijpend lezen VMBO 1

Behandel een kind zoals die is, en het zal zo blijven. Behandel het kind zoals het kan zijn, en het zal zo worden.

Taalconferentie Hoera! Lezen. In gesprek met de inspectie. Programma. Uw beeld. Marja de Boer

Lezen met begrip: de sleutel tot schoolsucces

Werken met een ontwikkelingsperspectief begrijpend lezen. Programma. Doelen. 1

vaardigheden - 21st century skills

Bijlage 1: Vragenlijst voormeting Kidzwise...2 Bijlage 2: Aanvullingen vragenlijst eindmeting Kidzwise...6 Bijlage 3: Project geldgenoeg voormeting,

1.1 Vragenlijst: Wat ik leuk Vind

Samenwerking. Betrokkenheid

Educatief arrangeren rond LOB

Jong geleerd. Beatrijs Brand en Saskia Snikkers

Infosessie& Workshop Opvoedingsondersteuningvan oudersin jeugdsportclubs

Een begrijpend leesaanpak

HOUT EN BOUW. Activerende werkvormen? De leraar doet er toe.

INFORMATIEAVOND BEGRIJPEND LEZEN LIDY AHLERS

Voordat we beginnen..

CUBISS BUITENSCHOOLSE TAALACTIVITEITEN VOOR JONGEREN (14+) AMSTERDAM 6 NOVEMBER 2017

LESMATERIAAL BOEKVERSLAG 2.0

Transcriptie:

Welke jongere is (g)een lezer? De weerstand voorbij Femke Scheltinga femke.scheltinga@itta.uva.nl Aanleiding Theoretische inleiding Aantal leerlingen met leesproblemen stijgt Bijna 18% van de 15-jarigen is laaggeletterd. Aantal leerlingen met motivatieproblemen stijgt Vanaf groep 6 daalt de motivatie. Leestijd buiten school daalt Ongeveer 40% van de 12-19 jarigen lees in de vrije tijd. Leerlingen ervaren lezen als iets wat moet (lezen om te leren) 1

Aanleiding Theoretische inleiding Meer lezen Minder lezen Leesmotivatie stijgt Betere leesvaardigheid Leesmotivatie daalt Mindere leesvaardigheid Het lezen gaat gemakkelijker Teksten worden moeilijker, lezen wordt moeilijker Aanleiding Theoretische inleiding Verschillende programma s en initiatieven om jongeren aan het lezen te krijgen. Beperkte differentiatie, niet op maat. 2

Opzet van het project: onderdelen Doel: leesbevordering op maat in (v)mbo 1. Literatuurstudie 2. Vragenlijstonderzoek en focusgroepen 3. Ontwikkeling toolbox 4. Ervaringen onderzocht in vmbo Opzet van het project: onderdelen Doel: leesbevordering op maat in (v)mbo 1. Literatuurstudie 2. Vragenlijstonderzoek en focusgroepen 3. Ontwikkeling toolbox 4. Ervaringen onderzocht 3

Literatuurstudie: wat werkt? Verschillende doelgroepen/leerlingkenmerken: Leerlingen met taal- en/of leesproblemen Leerlingen met beperkte concentratie/aandachtsspanne Leerlingen met autismespectrumstoornissen Leerlingen met matige/beperkte coginitieve vermogens Leerlingen met anderstalige/meertalige achtergrond Jongens versus meisjes Leerlingen uit verschillende thuissituaties, invloed van SES Literatuurstudie: wat werkt? Verschillende doelgroepen/leerlingkenmerken: Leerlingen met taal- en/of leesproblemen Typering Gevolgen voor leesvaardigheid Gevolgen voor leesmotivatie Wetenschappelijk onderzoek naar Leerlingen met beperkte concentratie/aandachtsspanne Leerlingen met autismespectrumstoornissen interventies Concrete adviezen voor leesbevordering Leerlingen met matige/beperkte coginitieve vermogens Leerlingen met anderstalige/meertalige achtergrond Jongens versus meisjes Leerlingen uit verschillende thuissituaties, invloed van SES 4

Literatuurstudie, wat werkt? Nastreven van beheersingsdoelen Sluit aan bij de interesse van de lezer Ruimte voor sociale interactie rondom lezen Gevoel van autonomie bij de lezer Belang van lezen is duidelijk voor de lezer De lezer voelt zich competent Theoretische inleiding Van Steensel, Oostdam en Van Gelderen (2016). Effecten van leesmotivatie-interventies: uitkomsten van een meta-analyse Literatuurstudie, wat werkt? Theoretische inleiding Nastreven van beheersingsdoelen Sluit aan bij de interesse van de lezer Ruimte voor sociale interactie rondom lezen Gevoel van autonomie bij de lezer Belang van lezen is duidelijk voor de lezer De lezer voelt zich competent Concrete adviezen per doelgroep Visuele ondersteuning Inzet van ict Korte teksten, structuur van teksten Samenwerking en interactie Eigen doelen laten stellen Van Steensel, Oostdam en Van Gelderen (2016). Effecten van leesmotivatie-interventies: uitkomsten van een meta-analyse 5

Leesmotivatie Opzet van het project: onderdelen 1. Literatuurstudie 2. Vragenlijstonderzoek en focusgroepen 3. Ontwikkeling toolbox 4. Ervaringen onderzocht Theoretische inleiding Vragenlijst Leesplezier: de mate waarin de leerling plezier ervaart aan lezen en intrinsiek gemotiveerd is om te lezen. Leesvermijding: de mate waarin de leerling geneigd is om te lezen en het niet vermijdt of uit de weg gaat Leesvertrouwen: de mate waarin de leerling vertrouwen heeft in eigen kunnen met betrekking tot lezen. Vmbo (367) Mbo (202) Vragenlijstconstructie: - 20 definitieve items - 3 factoren Resultaten: In mbo minder leesplezier Jongens versus meisjes: Minder leesplezier Meer leesvermijding Leerlingen met dyslexie Minder leesplezier Meer leesvermijding Lager leesvertrouwen 6

Hieronder staat een aantal stellingen over lezen. Kies het antwoord dat het beste bij je past. Kruis bij iedere stelling één hokje aan. Stelling Helemaal Meestal Meestal Helemaal niet waar niet waar waar waar 1 Ik lees graag in mijn vrije tijd 2 Ik heb extra hulp nodig bij lezen 3 Ik houd wel van een moeilijk boek 4 Als ik boeken moet lezen voor school, probeer ik er onderuit te komen 5 Lezen ontspant me 6 Ik kan lange woorden goed hardop lezen 7 Ik denk vaak ik wil dit niet lezen 8 Ik kan alle woorden makkelijk herkennen als ik lees 9 Ik zou willen dat ik voor school niet hoef te lezen 10 Ik vind lezen saai 11 Ik ben een goede lezer 12 Ik word vrolijk van lezen 13 Ik heb het gevoel dat andere leerlingen beter kunnen lezen dan ik 14 Ik word zenuwachtig als ik eraan denk dat ik moet lezen 15 Ik vind het leuk als boeken me aan het denken zetten 16 Hardop voorlezen in de klas is lastig voor mij 17 Ik kies makkelijkere boeken, zodat ik niet zo veel moeite hoef te doen 18 Ik vind het leuk om lang achter elkaar lezen 19 Ik maak veel leesfouten 20 Ik lees zo weinig mogelijk = leesplezier = leesvertrouwen = leesvermijding Overzicht voor docenten leerlingnaam leesplezier leesvermijding leesvertrouwen Piet gemiddeld gemiddeld laag Sanne laag gemiddeld Gemiddeld Focusgroepen Aan de hand van een gespreksleidraad 1. Veranderingen in leesattitude 2. Redenen om te lezen en belang van lezen 3. Belemmerende factoren 4. Faciliterende factoren 7

Focusgroepen Veranderingen in leesattitude Des te ouder je wordt des te meer dingen komen kijken in het leven. Werken, sporten, vriendinnetje Nu heb je een telefoon. Het was toen heel gemakkelijk en niet veel. Nu is het veel meer en dikkere boeken. Dunne boeken zijn dan weer te saai. Ontwikkeling materialen voor docenten Redenen om te lezen en belang van lezen De laatste tijd lees ik alleen als het moet van school Niet echt hekel, maar ik heb er geen zin in. Lezen is toch belangrijk in het leven. Je moet wel weten wat je moet doen en wat er gebeurt om je heen, bijvoorbeeld dat je de exit kunt lezen 8

Focusgroepen Belemmerende factoren : verschillen tussen leerlingen Social media Concentratie Leesmateriaal sluit niet aan De boeken van school zijn een beetje oud, daar kom je niet ver mee Moeilijke woorden Leesproblemen Ik kreeg te horen dat ik dyslexie had, dus toen ging ik minder lezen. Focusgroepen Faciliterende factoren: verschillen tussen leerlingen Afwisseling Telefoon weg Muziek/oortjes Thuis versus school Moderne boeken Oude zijn echt saai. In moderne boeken staat het anders omschreven qua locaties en taalgebruik Moet een doel hebben Verschillend materiaal (niet persé boeken) Moeilijkheidsgraad moet duidelijk zijn 9

Opzet van het project: onderdelen 1. Literatuurstudie 2. Vragenlijstonderzoek en focusgroepen 3. Ontwikkeling toolbox 4. Ervaringen onderzocht Ontwikkeling materialen toolbox Verzamelen van informatie over de leerling Checklist leesvaardigheden = eigen beeld van de leerling Leesmotivatievragenlijst Leesgesprek en leesplan Open gesprek met de leerling om te achterhalen waar een leerling staat en wat het wil bereiken. Een plan voor de leerling: wat wil ik lezen? / wat ga ik doen? Een plan voor de docent: wat laat ik lezen? / wat ga ik doen? 10

Ontwikkeling materialen toolbox Beschrijving van effectieve elementen Overzicht van effectieve elementen binnen leesbevorderingsprogramma s, waarom ze effectief zijn en algemene tips die voor de hele klas inzet baar zijn Overzicht van tips specifieke leerlingbehoeften Beheersingsdoelen (algemeen) Sluit aan bij de interesses (leesplezier) Sociale interactie (leesplezier) Als leerlingen beheersingsdoelen nastreven, zijn ze gemotiveerd om een taak uit te voeren, ervaren ze het belang van lezen en zullen zich competent gaan voelen. Bij een beheersingsdoel ligt de nadruk op het proces dat nodig is om tot meer kennis en vaardigheden te komen. Beheersingsdoelen leiden tot effectiever leesgedrag dan prestatiedoelen waarbij de nadruk ligt op de uitkomst en de vergelijking met anderen. Door leerdoelen op te stellen en deze te evalueren hebben leerlingen het idee dat het lezen ook iets oplevert. De mate waarin leerlingen gemotiveerd zijn om een tekst te lezen, hangt samen met de mate waarin leerlingen geïnteresseerd zijn in het onderwerp van de tekst of boek. Het kan gaan om individuele interesse waarbij persoonlijke belangstelling voor een bepaald onderwerp centraal staat. Het kan ook gaan om situationele interesse, die wordt aangesproken door kenmerken van de tekst of leestaak zelf (bijvoorbeeld tekstsoort). Ook kan de interesse voor een onderwerp worden aangewakkerd door een thema op school of in de actualiteit door de verbinding met de eigen belevingswereld te maken. De behoefte aan sociale interactie is een van de drie psychologische basisbehoeften waarin geïnvesteerd moet worden om de motivatie te vergroten. Sociale interactie is een belangrijke motivator om te blijven lezen. Het delen van ervaringen geeft niet alleen meer inzicht in het eigen leesproces en de eigen interesses, maar verhoogt ook het ervaren van plezier rondom het lezen. Het zorgt er ook voor dat anderen nieuwsgierig worden naar een boek of onderwerp. Naast individuele en klassikale werkvormen is er veel ruimte voor werken in groepjes. Stel samen met de leerlingen doelen op die relevant zijn voor de leerling. De doelen kunnen betrekking hebben op vaardigheid (sneller lezen, meer woorden kennen) of op inhoud (meer weten over ). Stel zowel korte-termijn (eind van de les) als lange-termijn doelen (over een paar weken / maanden) om aan te sluiten bij het planningsvermogen van de leerlingen. Doelen moeten concreet en niet te groot zijn zodat leerling ze zelf goed begrijpen en kunnen evalueren. Een manier om dit te doen is via de SMART-methode. Zorg voor een divers en aantrekkelijk boekenaanbod (boekenkast in de klas, goed gevulde mediatheek, samenwerking met de bibliotheek). Gebruik apps of websites bij het maken van een goede keuze. Laat een kort filmpje zien of een filmtrailer om interesse in een onderwerp of boek aan te wakkeren. Dit zorgt ook voor voorkennis die helpt bij het lezen. Leg met de klas / school een waarderings-logboek aan waarin leerlingen aangeven wat ze leuk vonden aan het boek en wat ze minder leuk vonden. Laat leerlingen regelmatig met elkaar praten over de boeken die ze hebben gelezen, bijvoorbeeld in leesgroepjes van leerlingen die hetzelfde boek of over een zelfde onderwerp lezen. Wat vinden ze van de hoofdpersoon? Wat herkennen ze? Laat leerlingen samen aan een boekposter, boekenkaft, collage of online prikbord (bijv. Padlet) werken naar aanleiding van een boek of tekst. Kies voor activerende werkvormen rondom de leestaak (bijvoorbeeld: denken-delenuitwisselen, zelf vragen verzinnen en interviewen) Autonomie (leesplezier) De behoefte aan autonomie is een van de drie psychologische basisbehoeften waarin geïnvesteerd moet worden om de motivatie te vergroten. Leerlingen beginnen gemotiveerder aan een taak als ze zelf keuzes hebben in de inrichting van de les. Het bevorderen van de autonomie betekent niet dat leerlingen zelf de gehele les mogen indelen, maar wel dat ze inspraak krijgen in de les. Ze mogen zelf het leesmateriaal (genre, inhoud of vorm) kiezen of ze mogen uit een aantal taken of opdrachten kiezen. Laat leerlingen meedenken over de onderwerpen die ze in de les willen bespreken en welke werkvormen ze hiervoor willen gebruiken. Beperk het aantal keuzes. Geef leerlingen inspraak in de verwerkingsopdracht die ze maken aan het einde van de les of na het uitlezen van een boek. Laat leerlingen zelf een boek kiezen. Sommige leerlingen hebben hierbij echter wel behoefte aan begeleiding, maar laat ze uiteindelijk zelf kiezen. Belang van lezen (leesvermijding) Competentiegevoel (leesvertrouwen) Leesmotivatie kan versterkt worden door leerlingen de waarde en nut van lezen in te laten zien. In de geletterde maatschappij waarin we leven is het lezen van geschreven materiaal de voornaamste manier van communiceren. Het goed kunnen lezen van teksten is niet alleen belangrijk om nieuwe kennis op te doen, maar zal ook een rol spelen wanneer ze gaan werken. Ook voor vrijetijdsdoeleinden is het lezen belangrijk (denk aan het lezen van de voorwaarden voor een lidmaatschap van bijvoorbeeld een sportclub). De behoefte om competent te zijn is een van de drie psychologische basisbehoeften waarin geïnvesteerd moet worden om de motivatie te vergroten. Leerlingen die vertrouwen hebben in hun eigen leesvaardigheden en het idee hebben dat ze een (lees)taak tot een goed einde kunnen brengen ervaren weinig tot geen drempels om te gaan lezen. Dit competentiegevoel wordt bevorderd door leerlingen succeservaringen op te laten doen met contextrijke teksten en boeken die aansluiten bij hun interesse. Benadruk de relevantie van lezen door leerlingen koppelingen te laten maken met de eigen situatie. Waar gebruiken de leerlingen nu hun leesvaardigheden voor? Hoe gaan ze deze later nodig hebben in hun werk? Laat leerlingen een rolmodel (bijvoorbeeld, vader/moeder, oudere zus/broer, docent, etc.) interviewen over de rol van leesvaardigheden in hun eigen leven. Laat leerlingen een leesdagboek bijhouden waarin ze bijhouden wat en wanneer ze lezen (ook bij andere vakken en thuis) om inzicht te krijgen in de waarde van lezen. Bevestig succeservaringen met positieve feedback gericht op het leesproces (goed, hoe je je in de hoofdpersoon hebt verplaatst). Zorg voor leesbaar materiaal. Dat wil zeggen: de moeilijkheidsgraad en het onderwerp moeten aansluiten bij het niveau en de interesse van de leerling. Herinner leerlingen aan de leesstrategieën die ze geleerd hebben en kunnen gebruiken om het leesbegrip te vergroten. Help leerlingen bij het opstellen van uitdagende maar haalbare doelen. 11

Jongens versus meisjes Taal- /leesvaardigheid Technische leesvaardigheid, leesbegrip, woordenschat Leesplezier Leesaanpak Leesver tr ouwen Sluit aan bij interesses Jongens hebben dikwijls interesse in andere genres en onderwerpen. Denk aan fantasie, sport, informatieve boeken, biografieën en strips. Besteed in de klas aandacht aan zowel jongens als meisjes -boeken, zonder dit te benoemen. Meisjes kunnen ook van jongensboeken houden. Laat tijdens lezen of verwerkingsopdrachten gebruik maken van digitale media (zie Bijlage 5). Sociale interactie Organiseer activiteiten rondom jongensboeken en jongensonderwerpen. Sommige jongens vinden een wedstrijdelement motiverend (denk aan de Nationale voorleeswedstijd, De Weddenschap). Betrek vaders bij het leesbevorderingsproject (www.vadersvoorlezen.nl). Versterk het gevoel van autonomie Zorg voor een divers boekenaanbod (genre, onderwerp) waaruit zowel jongens als meisjes een ruime keuze kunnen maken. Laat jongens een voorkeurslijst maken bij bezoek aan bibliotheek of aanschaf van nieuwe (leenboeken) (boekenopschool.nl of boekenzoeker.org). Sluit aan bij interesses De interesse en voorkennis bepalen deels de leesbaarheid van een tekst. Leerlingen kunnen soms ook boeken of teksten boven hun niveau lezen. Zorg voor een boekenaanbod dat varieert in moeilijkheidsgraad en onderwerpen en let bij de keuze uit materiaal op de rijkdom van de tekst. Zorg voor sociale interactie Laat zwakke lezers samenwerken met sterke lezers. De zwakke lezer kan zo steun ervaren van de goede lezers. Laat leerlingen met elkaar praten of discussiëren over teksten en boeken. Dit leidt tot het beter en dieper begrip van de tekst. Versterk het gevoel van autonomie Zorg voor keuzemogelijkheden: sluit aan bij interesse en/of leesniveau, de wijze waarop er gelezen wordt (e-books of papier) en met welke ondersteuning. Laat leerlingen uit een aantal taken of opdrachten kiezen. Help leerlingen bij hun keuze door te wijzen waarop ze kunnen letten (tekstkenmerken, lengte van hoofdstukken, structuur, visuele ondersteuning van plaatjes of foto s, de kaft en achterflap). Maak het belang van lezen duidelijk Bespreek of en waarom de leerling lezen belangrijk vindt. Bespreek verschillende persoonlijke doelen. Doelen kunnen te maken hebben met maatschappelijk succes (carrière), bruikbare informatie vergaren, Ga na wat het belang voor de jongens/meisjes is. Voor jongens kan lezen vaak belangrijk zijn om iets te weten te komen of om een probleem op te lossen. Verander het imago van lezen onder jongens door goede mannelijke rolmodellen te laten zien (posters van jongens die lezen, filmfragmenten waarin bekende jonge Nederlanders boeken aanprijzen). Zorg voor taken die relevantie hebben voor de leerling en aansluiten bij de persoonlijke doelen van de leerling. Zorg voor boeken waarmee leerlingen zich kunnen identificeren. Jongens herkennen zich bijvoorbeeld soms gemakkelijker in mannelijke hoofdpersonages. Maak het belang van lezen duidelijk Bespreek of en waarom de leerling lezen belangrijk vindt. Bespreek verschillende persoonlijke doelen. Doelen kunnen te maken hebben met maatschappelijk succes, schoolsucces, kennis vergaren, Leg uit dat door veel lezen, het lezen gemakkelijker zal gaan en overleg wat een leerling daarvoor nodig heeft. Koppel dit aan persoonlijke beheersingsdoelen. Zorg voor relevante, betekenisvolle leestaken en opdrachten die de inspanning belonen. Vergroot het competentiegevoel Meisjes zijn soms minder zelfverzekerd over hun leesvaardigheid. Zorg voor succeservaringen en positieve feedback op het leesproces. Vergroot het competentiegevoel Maak een zorgvuldige selectie van leesbaar leesmateriaal (tekstlengte, moeilijkheidsgraad, etc.) waaruit een leerling kan kiezen. Besteed aandacht aan vaardigheden zoals hulp (durven) inschakelen, oplossingen zoeken en het probleem aanpakken. Laat ICT-hulpmiddelen gebruiken bij lezen (zie Bijlage 5) Laat gebruikmaken van woordenhulp zoals een (online) woordenboek. Laat visuele schema s gebruiken, zoals woordwebben of schema s om de tekststructuur duidelijk te maken. Help leerlingen bij het toepassen van leesstrategieën door ze hieraan te herinneren en het te modellen. Voor zwakke lezers is het bepalen van een haalbaar maar uitdagend beheersingsdoel motiverend. Het behalen van dergelijke doelen kan het competentiegevoel van de leerling vergroten. Zorg voor kleine doelen zodat de voortgang snel merkbaar is. Koppel het persoonlijke of eigen succes van de leerling aan de inzet van de leerling. Zo ervaart de leerling dat de geleverde moeite / inzet tot resultaat leidt. Maak geen vergelijking met andere leerlingen. Geef concrete feedback op het leesproces in relatie tot de gestelde doelen. Ontwikkeling materialen toolbox Ter inspiratie Zes uitgewerkte programma s Algemene informatie; Kenmerken van het programma; Overzicht effectieve elementen, hoe het programma hier al aan werkt en hoe aanpassingen gedaan kunnen worden om het programma effectiever te maken Beschrijving van losse activiteiten Tips voor aantrekkelijke leesomgeving 12

Opzet van het project: onderdelen 1. Literatuurstudie 2. Vragenlijstonderzoek en focusgroepen 3. Ontwikkeling toolbox 4. Ervaringen onderzocht Werkwijze Pilot met scholen Leerlingen Docent Werkwijze bepalen Welk type lezer? Leesmotivatie motivatievragenlijst Leerlingkenmerken checklist leesprofiel In gesprek met de leerling Leesplan opstellen Ondersteuning Monitoring leerling 1 leerling 2 leerling Leesmotivatie: Leesplezier Leesaanpak Leesvertrouwen Leerlingkenmerken: Taal/leesvaardigheid Werkhouding Sekse Thuistaal TOOLBOX Leesactiviteiten en leesbevordering Sluit aan bij interesses van de leerling Zorg voor sociale interactie rondom teksten en boeken Ondersteun het gevoel van autonomie Versterk het competentiegevoel Maak het belang van lezen duidelijk Help bij het stellen van beheersingsdoelen Specifieke aandachtspunten in overleg met de leerling, bijvoorbeeld: Inzet hulpmiddelen bij problemen met technisch lezen Kortere teksten als doel stellen Haalbare, voor de leerling relevante doelen stellen Inzet van woordenhulp bij zwakke woordenschat 13

Stappenplan 1. Keuze voor 10 leerlingen Met de hele klas wordt gewerkt aan leesbevordering, maar 10 leerlingen worden op maat begeleid. 2. Verzamelen informatie 10 leerlingen 3. Algemene tips en tips leerlingbehoeften Algemene tips en tips voor leerlingen met specifieke behoeften om de programma s effectiever in te zetten. 4. Keuze voor programma(elementen) en/of activiteiten Bij de programma s worden programma specifieke tips gegevens om het programma effectiever in te zetten. Onderzoeksopzet Leerlingen vulden motivatievragenlijst in Leerlingen maakten een aantal toetsen Docenten werden naar hun ervaringen gevraagd 14

Onderzoeksgroep Geslacht vmbo-niveau Thuistaal* Dyslexie Totaal J M B BK BKT K K(G)T GT T NL NL en andere Andere Wel Niet Experimenteel (N) 142 125 31 100 19 44 20 28 25 197 22 45 41 205 267 % 53% 47% 12% 37% 7% 16% 7% 10% 9% 74% 8% 17% 15% 77% 100% Controle (N) 119 104 62 13 17 22 62 28 20 175 21 21 44 154 224 % 53% 46% 28% 6% 8% 10% 28% 13% 9% 78% 9% 9% 20% 69% 100% Resultaten: leesmotivatie (leesplezier) 2,1 Leesplezier 2,05 2 1,95 1,9 1,85 1,8 1,75 1,7 controle groep experimentele groep voormeting nameting 15

Resultaten: leesmotivatie (leesvermijding) 2,45 Leesvermijding 2,4 2,35 2,3 2,25 2,2 2,15 2,1 2,05 controle groep experimentele groep voormeting nameting Resultaten: leesvertrouwen bij dyslexie 2,45 Leesvertrouwen kinderen met dyslexie 2,4 2,35 2,3 2,25 2,2 2,15 2,1 2,05 2 1,95 1,9 controle groep experimentele groep voormeting nameting 16

Resultaten: begrijpend lezen Effect begrijpend lezen 0,25 0,2 0,15 0,1 0,05 0-0,05 controle groep experimentele groep -0,1-0,15-0,2 voormeting nameting Resultaten: woordenschat en technisch lezen Alle leerlingen gaan vooruit op woordenschat Controlegroep gaat iets meer vooruit op technisch lezen 17

Resultaten: veranderingen onderwijs? Leerlingen in experimentele groep antwoorden: - De leesles is leuker geworden - Ik heb vaker gelezen op school - We praten vaker over boeken Resultaten: ervaringen van docenten Docenten: Enthousiast Meestal klassikaal Meer tijd nodig om het voor te bereiden Leesgesprekken voeren is moeilijk in te plannen Hulp van orthopedagoog, mediathecaris, etc. is aan te bevelen 18

Opbrengsten Rapport zal na goedkeuring worden gepubliceerd Materialen worden toegankelijk gemaakt Voorlichtingsfilm Aanvullend onderzoek met inzet van scriptiestudenten Op de hoogte gehouden worden? femke.scheltinga@itta.uva.nl 19