Belgische Vereniging voor Creatieve Therapie www.bvct-abat.be hier en nu werken met het lichaam in het beeldend medium Jan Vandromme
Zorgrelaties in verandering Binnen de zorgrelatie is het gebruik van het woord in verandering. Andere media, zoals het beeld en het lichaam, zijn vaak dankbare en werkbare alternatieven die hun macht en kracht in de concrete toepassing in het medium bewijzen. Na een korte verkenning van 4 actuele begrippen en methodes binnen de beeldende creatieve therapie werken we twee tekenopdrachten uit.
1. Vitality affects (Daniel N. Stern) Stern beschrijft vitality affects als globale dynamische kinetische gevoelskwaliteiten. Het gaat hier om rushes of vlagen van gevoelsenergie, die aanzwellen en afnemen, die heftig kunnen uitbarsten, maar ook weer tot ontspanning en rust kunnen komen. Lichamelijke zintuiglijkheid en motorische vitaliteit zijn betrokken in deze lijn van gevoelskwaliteiten. Het gaat hier nadrukkelijk niet om afzonderlijke gevoelens zoals blijheid, angst, boosheid of verdriet. De vitality affects beheersen het bestaan van het jonge kind heel sterk, maar omdat met de gevoelservaring lichamelijke beweging gepaard gaat, is deze uiterlijk waarneembaar. Deze vitality affects zijn in de handelingen waar te nemen of in de details die de beweging in een product achterlaat.
2. Emerging Body Language (Marijke Rutten-Saris) De basale affectstroom (vitality affects) is niet te zien als een onbewuste stroom in traditionele zin. Veel meer is het een soort weten zonder woorden, een non-verbaal weten. Marijke Rutten-Saris heeft mede op basis van de concepten van Stern de methodiek emerging body language voor beeldend therapeuten ontwikkeld (Rutten-Saris, 1990)
3. Florence Canemethode Deze methode komt uit de kunsteducatie en heeft als doelstellingen dat de studenten zich vrijer gaan bewegen, minder faalangstig zijn en meer in contact komen met hun persoonlijke verbeelding en vormgeving. Het doen van bewegingsoefeningen op papier en het maken en uitwerken van scribbles vormen de belangrijkste onderdelen. Ademhaling, beweging, verbeelding en vormgeving komen in één ritme en raken op elkaar afgestemd.
4. De tekenbewegingsmethode
Een tekenbeweging is een beweging die een teken voortbrengt. De beweging komt eerst. Het teken (de tekening) komt eruit voort en is de materiële verschijningsvorm van de beweging. De interactie van materiaal, beeld en beweging brengt een verbinding tussen binnen- en buitenwereld teweeg. Het beeld is belangrijk voor de voortgang van de beweging. Bewegingen veroorzaken gevoelens. Elke lijn is beweging en roept projecties op: eerst ervaar je niets, dan een beetje, vervolgens krijgt het gevoel meer gestalte en tenslotte kom je bij het onderliggende specifieke gevoel. Al bewegend kun je er verbinding mee maken, het opnieuw beleven en er iets van verwerken. De voorbereiding op een tekenbeweging bestaat uit een moment van stilte, waarin het mogelijk is om waar te nemen wat er in lichaam en geest plaatsvindt. Door rustig te staan, bij voorkeur met gesloten ogen en met geen ander doel dan het huidige moment te ervaren, ontstaat er ruimte voor beweging.
De 10 oervormen: de schaal de boog de cirkel de spiraal de liggende lemniscaat de staande lemniscaat de aardelijn de verticale lijn de diagonale lijn de zon
Opdracht 1: houtskool op papier opwarming met horizontalen, verticalen, diagonalen, met beide handen golfjes op ritme van de ademhaling Opdracht 2: (blind) tekenbewegen op muziek laat de muziek door je heen gaan, hou je aandacht bij je schouders, armen en handen en de bewegingen die de muziek je doet maken (concentreer je dus niet op je denken of voelen) neem, na het beëindigen van de muziek, de tekening in je op en maak nog enkele aanpassingen indien nodig