Implementation and Dissemination of Physical Activity Promotion for Older Persons A policy analysis

Vergelijkbare documenten
Impact en disseminatie. Saskia Verhagen Franka vd Wijdeven

NETWORK CHARTER. #ResourceEfficiency

ANGSTSTOORNISSEN EN HYPOCHONDRIE: DIAGNOSTIEK EN BEHANDELING (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 16 June 2016

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 15 June 2018

Intercultural Mediation through the Internet Hans Verrept Intercultural mediation and policy support unit

Digital municipal services for entrepreneurs

Appendix A: List of variables with corresponding questionnaire items (in English) used in chapter 2

Ius Commune Training Programme Amsterdam Masterclass 22 June 2017

OPEN TRAINING. Onderhandelingen met leveranciers voor aankopers. Zeker stellen dat je goed voorbereid aan de onderhandelingstafel komt.

SAMPLE 11 = + 11 = + + Exploring Combinations of Ten + + = = + + = + = = + = = 11. Step Up. Step Ahead

Instruction project completion report

GOVERNMENT NOTICE. STAATSKOERANT, 18 AUGUSTUS 2017 No NATIONAL TREASURY. National Treasury/ Nasionale Tesourie NO AUGUST

2010 Integrated reporting

Chapter 4 Understanding Families. In this chapter, you will learn

Group work to study a new subject.

Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of

Issues in PET Drug Manufacturing Steve Zigler PETNET Solutions April 14, 2010

Global TV Canada s Pulse 2011

Introductie in flowcharts

Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt The role of mobility in higher education for future employability

FOR DUTCH STUDENTS! ENGLISH VERSION NEXT PAGE. Toets Inleiding Kansrekening 1 8 februari 2010

Alcohol policy in Belgium: recent developments

(1) De hoofdfunctie van ons gezelschap is het aanbieden van onderwijs. (2) Ons gezelschap is er om kunsteducatie te verbeteren

Process Mining and audit support within financial services. KPMG IT Advisory 18 June 2014

MyDHL+ Van Non-Corporate naar Corporate

Fidelity of a Strengths-based method for Homeless Youth

Academisch schrijven Inleiding

Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen

PRIVACYVERKLARING KLANT- EN LEVERANCIERSADMINISTRATIE

The role of local municipalities and labor market regions in adult education: monitoring quality

Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch

Fysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50

Communication about Animal Welfare in Danish Agricultural Education

Preschool Kindergarten

BE Nanoregistry Annual Public Report

Aim of this presentation. Give inside information about our commercial comparison website and our role in the Dutch and Spanish energy market

Online Resource 1. Title: Implementing the flipped classroom: An exploration of study behaviour and student performance

Understanding and being understood begins with speaking Dutch

It s all about the money Group work

Understanding the role of health literacy in self-management and health behaviors among older adults Geboers, Bas

Opleiding PECB IT Governance.

RECEPTEERKUNDE: PRODUCTZORG EN BEREIDING VAN GENEESMIDDELEN (DUTCH EDITION) FROM BOHN STAFLEU VAN LOGHUM

Sport participation and the role of sport facilities in the Netherlands

Archief Voor Kerkelijke Geschiedenis, Inzonderheid Van Nederland, Volume 8... (Romanian Edition)

Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?

Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

Mentaal Weerbaar Blauw

B1 Woordkennis: Spelling

De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden

Het Effect van Verschil in Sociale Invloed van Ouders en Vrienden op het Alcoholgebruik van Adolescenten.

Verschillen in het Gebruik van Geheugenstrategieën en Leerstijlen. Differences in the Use of Memory Strategies and Learning Styles

Synergia - Individueel rapport

International Leiden Leadership Programme

Invloed van het aantal kinderen op de seksdrive en relatievoorkeur

De Samenhang tussen Dagelijkse Stress en Depressieve Symptomen en de Mediërende Invloed van Controle en Zelfwaardering

From Padua to Groningen

Read this story in English. My personal story

Dutch Research Council: women in scientific careers

Opleiding PECB ISO 9001 Quality Manager.

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Education in wrist arthroscopy Obdeijn, Miryam. Link to publication

Engels op Niveau A2 Workshops Woordkennis 1

Persoonlijke informatie / Personal information

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

Growing old is becoming lonely? Jana D hoedt

LONDEN MET 21 GEVARIEERDE STADSWANDELINGEN 480 PAGINAS WAARDEVOLE INFORMATIE RUIM 300 FOTOS KAARTEN EN PLATTEGRONDEN

PERSOONLIJKHEID EN OUTPLACEMENT. Onderzoekspracticum scriptieplan Eerste begeleider: Mw. Dr. T. Bipp Tweede begeleider: Mw. Prof Dr. K.

Examenreglement Opleidingen/ Examination Regulations

Mindfulness als Aanvullende Hulpbron bij het JD R model voor het. Verklaren van Bevlogenheid bij Werknemers uit het Bankwezen in.

Activant Prophet 21. Prophet 21 Version 12.0 Upgrade Information

Running Head: INVLOED VAN ASE-DETERMINANTEN OP INTENTIE CONTACT 1

APPROACHING THE FAMILY

De grondbeginselen der Nederlandsche spelling / Regeling der spelling voor het woordenboek der Nederlandsche taal (Dutch Edition)

5-point scale: Strongly disagree OOOOO Strongly agree O No opinion / n.a. Zeer mee oneens OOOOO Zeer mee eens O Geen mening / n.v.t.

S e v e n P h o t o s f o r O A S E. K r i j n d e K o n i n g

Quality of life in persons with profound intellectual and multiple disabilities. Marga Nieuwenhuijse maart 2016

Summary 124

Multi-disciplinary workshop on Ageing and Wellbeing

Adherence aan HWO en meer bewegen

Usability evaluation of a guideline implementation systym for cardiac rehabilitation: Think aloud study

CREATING VALUE THROUGH AN INNOVATIVE HRM DESIGN CONFERENCE 20 NOVEMBER 2012 DE ORGANISATIE VAN DE HRM AFDELING IN WOELIGE TIJDEN

University of Groningen. Who cares? Kamstra, Aafke

Determinantenonderzoek naar Factoren waarmee een Actief Stoppen-met-Roken Beleid op Cardiologieverpleegafdelingen kan worden bevorderd

Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën

Talentmanagement in tijden van crisis

Cambridge Assessment International Education Cambridge International General Certificate of Secondary Education. Published

CORPORATE BRANDING AND SOCIAL MEDIA: KEY FINDINGS FOR DUTCH CONSUMERS Theo Araujo

UvA-DARE (Digital Academic Repository) Keeping youth in play Spruit, A. Link to publication

Patiëntenparticipatie in

Add the standing fingers to get the tens and multiply the closed fingers to get the units.

Running head: BREAKFAST, CONSCIENTIOUSNESS AND MENTAL HEALTH 1. The Role of Breakfast Diversity and Conscientiousness in Depression and Anxiety

Annual event/meeting with key decision makers and GI-practitioners of Flanders (at different administrative levels)

Expertise seminar SURFfederatie and Identity Management

Vergaderen in het Engels

CSRQ Center Rapport over onderwijsondersteunende organisaties: Samenvatting voor onderwijsgevenden

Overview of the presentation

Verloop bij de Politie: de Rol van Procedurele en Interactionele Rechtvaardigheid en Commitment

Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive

Transcriptie:

TNO report KvL/B&G 2008.051 Implementation and Dissemination of Physical Activity Promotion for Older Persons A policy analysis Prevention and Health Wassenaarseweg 56 P.O. Box 2215 2301 CE Leiden The Netherlands www.tno.nl T +31 71 518 18 18 F +31 71 518 19 10 info-zorg@tno.nl National Report - The Netherlands Date June 2008 Author(s) E.C.P.M. Tak P.L. de Vreede H.W. Akkermans M. Hopman-Rock Assignor EUNAAPA Project number 031.10735 Number of pages 55 (incl. appendices) Number of appendices 7 All rights reserved. No part of this report may be reproduced and/or published in any form by print, photoprint, microfilm or any other means without the previous written permission from TNO. All information which is classified according to Dutch regulations shall be treated by the recipient in the same way as classified information of corresponding value in his own country. No part of this information will be disclosed to any third party. In case this report was drafted on instructions, the rights and obligations of contracting parties are subject to either the Standard Conditions for Research Instructions given to TNO, or the relevant agreement concluded between the contracting parties. Submitting the report for inspection to parties who have a direct interest is permitted. 2008 TNO

2 / 25 Acknowledgements This project would not have been possible without the participation of policy makers from governmental bodies, various national and local organizations. We would like to thank them for their cooperation and input. We also would like to thank our colleagues from the Institute of Sport Science and Sport Friedrich-Alexander University Erlangen-Nuremberg: Peter Gelius, Karim Abu- Omar and Alfred Rüetten. We are grateful to Mr. Eddy Engelsman for his role as discussion leader during the National Workshop.

3 / 25 Summary The objective of the third round of the EUNAAPA project was to exchange with policy makers in order to learn about policy rationales and windows of opportunity in the area of physical activity and ageing. This report presents the analysis of dissemination and implementation of promotion of physical activity in the Netherlands. Relevant policy makers were identified and selected from three sectors (sport, health and social) and on two levels (national/regional and local). The policy makers were then asked to participate in a mini phone survey in which systematically questions were asked about four policy determinants: goals, obligations, resources and opportunities. Based on these outcomes a national workshop was organised (1) to inform policy makers about best practice recommendations for assessment of physical activity (EUNAAPA round 1) and physical activity promotion for older persons (EUNAAPA round 2) and (2) to exchange on policy rationales and windows of opportunity for the development and implementation of policies in this field. Relevant policy makers were selected based on the results of the mini phone survey. Invited policy makers were sent statements on physical activity promotion to prepare for the workshop. In total 52 policy makers were identified of which 34 agreed to participate in the mini phone survey. Especially the social sector was less well represented. Four out of the 34 organisations stated that they currently weren t active in the field of physical activity promotion for older persons. Main reasons were not aiming specifically for older persons or being primarily a research institute. For the organisations that are involved in the promotion of physical activity of older adults, the determinants goals and obligations are relatively well developed. Resources are seen as most critical, while opportunities have been stable. Looking at individual items of the survey three results stand out. Scientific results do no seem to guide action (especially on the local level), most policy makers are sceptical about popular support, and financial resources form a significant barrier. Furthermore, policy makers working on the local level or health/social sector seem less personally obliged. In total 13 out of 20 invited policy makers attended the national workshop. Mainly representatives from municipal organisations (GGD, VNG) declined the invitation. Following the presentation of the results of EUNAAPA round 1 (assessment) it was discussed that there is a need for a preferred national set of evidence based instruments, but also usability of the instruments should be taken into account, especially at the local level. The discussion of the results of EUNAAPA round 2 (Programmes and promotion strategies for older persons) lead to a discussion on whether the primary aim is only improving health, or whether also social aims are important. According to most participants, both should be taken into account. Following the presentation of the results of the mini phone survey, possible strategies were discussed for improving the popular support. Concerning the role of the health sector it was decided that both the health and social sector should be more involved, with a clear coordinating role for one of the sectors. Municipalities should take a coordinating role on the local level. From the health sector it became clear that there were already initiatives (e.g. prescribing physical activity by doctors) which were supported by all participants.

4 / 25 Lastly, policy makers were of opinion that next to working evidence based, there also should be room for working practice based, which was especially important at the local level. Also, more sports instructors should be trained for working with older persons. In conclusion, policy (makers) from both the health and social sector needs to be more integrated with the dominant sport sector in the field of physical activity and older persons. Concrete goals need to be spelled out officially and obligations made. There are currently promising initiatives from the health sector on promoting health through physical activity. Likewise the social sector could focus on initiatives with social aims such as social integration, fun and relaxation in addition to the primary aim of improving health. Local policymakers and organisations mostly operate from a clear pragmatic point of view. This approach may have the highest rate of success in terms of reaching and satisfying older persons but it remains unclear what effects are achieved on health outcomes or other aims, even if social aims are considered just as important. More research on this topic is therefore necessary. EUNAAPA can provide practical tools and knowledge through their best practice reports which could contribute to the dissemination of this information to all levels and improving the promotion of physical activity in older persons. Further and active steps need to be taken for nationwide implementation in all sectors. Recommendations are made for improving the promotion of physical activity for older persons in the Netherlands.

5 / 25 Contents Acknowledgements... 2 Summary... 3 1 Introduction...6 1.1 Objectives of EUNAAPA... 6 1.2 Objective of round 3... 6 2 Methods... 8 2.1 Identification of relevant policy makers... 8 2.2 Mini Phone Survey... 8 2.3 The National Workshop... 10 3 Results... 12 3.1 Results identification of relevant policy makers... 12 3.2 Results Mini Phone Survey... 12 3.3 Results of the National Workshop... 16 4 Discussion... 21 4.1 Relevancy of selected policy makers... 21 4.2 Survey analysis and workshop discussion... 21 4.3 Future steps...22 4.4 Limitations...22 4.5 Conclusions... 23 5 Recommendations... 24 6 References... 25 Appendices A Phone Screening Questionnaire (Dutch) B Agenda National Workshop (Dutch) C List of statements (Dutch) D Summary National Workshop (Dutch) E Identification details of respondents F Definitions of used terms G Powerpoint presentation by TNO during National Workshop

6 / 25 1 Introduction 1.1 Objectives of EUNAAPA TNO Quality of Life (QoL), section Physical Activity and Health is the Dutch Associate Partner of the European Network for Action on Ageing and Physical Activity (EUNAAPA). EUNAAPA is a European network which has the aim to use evidencebased strategies to improve health and quality of life among older persons in Europe through physical activity. EUNAAPA s strategy is to represent a new approach by setting a strategic overall framework and timeframe, including cross-sectional work, in partnership with member states and stakeholders. It will set out common aims, objectives and milestones to set a high profile agenda for future health policy across the EU, in which the contribution to health by all sectors and partners is fully recognized. It will aim to trigger real change by delivering concrete results through an effective implementation process. In 2006 the Network started a project funded by the European Commission with the following strategic objectives: To establish a self-sustaining network to facilitate the promotion of evidence-based physical activity To foster an intersectional approach to the promotion of physical activity To identify evidence-based, cost effective and acceptable ways to promote physical activity To facilitate the contribution of European scientists to the development and implementation of evidence-based physical activity promotion policies in Europe To achieve the mentioned objectives, information is collected in both the Netherlands and in 13 1 other European countries in three rounds, concerning: assessment of physical activity and physical functioning in the elderly (round 1) identification and critical comparison of successful programmes and promotion strategies for promoting physical activity (round 2) dissemination and implementation of successful strategies (round 3) In rounds 1 and 2, data were mainly collected with the participation of researchers and professionals. Results of both rounds have been published in national reports (De Vreede & Tak, 2007; Tak et al., 2008) and a European Report for round 1 (Frändin et al., 2007). Round 3 is especially aimed at policy-makers and results are described in the current national Dutch report. 1.2 Objective of round 3 The objective of round 3 was to exchange with policy makers from relevant policy sectors (sports, health and social), in order to learn about policy rationales (goals, obligations, resources and opportunities) and windows of opportunities in the area of 1 In addition to these countries there have been 6 other European countries that participated in the data collection in 1 or more rounds

7 / 25 physical activity and ageing. This was done by means of a Mini Phone Survey and a National Workshop. The Dutch results have been submitted to the leader of round 3: the Institute of Sport Science and Sport Friedrich-Alexander University Erlangen-Nuremberg for incorporation into a cross-national report. The present document is a national report on the analysis of dissemination and implementation of promotion of physical activity in the Netherlands.

8 / 25 2 Methods Data were collected in three steps. At first relevant policymakers were identified from different policy sectors. Secondly, identified policymakers were contacted for a Mini Phone Survey. This survey served as an option for selecting the most relevant workshop participants and for analysis of current policy on physical activity and older persons. Thirdly, a National Workshop with relevant policy makers was organised in order to (1) inform participants about best-practice recommendations for physical activity assessment and physical activity promotion for older persons and (2) to exchange on policy rationales and windows of opportunity for the development and implementation of policies in this field. 2.1 Identification of relevant policy makers As requested by the leader of round 3, policy makers were identified with the help of the matrix below (Table 1) 2. Ideally, at least one policy maker from each of the 12 boxes was to be identified. The matrix was to be used flexibly, bearing in mind, for example, that several organisations could be located in more than one box. Table 1 Matrix used to guide the selection of national Experts for round 3 Most of the Dutch policymakers identified were professional contacts of the Dutch Associate EUNAAPA partner, TNO Quality of Life. In order to ensure the selection of policy makers from all of the 12 boxes for the workshop, at the start 52 policy makers were identified and contacted by e-mail and telephone. The purpose of the project and round 3 were explained to the policy maker by TNO and their participation was requested. 2.2 Mini Phone Survey During the Mini Phone Survey (see appendix A for the full questionnaire) respondents were first asked whether they were promoting any program/activity for physical activity for seniors. Depending on whether an organisation was taking action or not, the organisations were ranked separately. The Mini Phone Survey continued by asking questions based on four policy determinants: 2 Comparable matrix have been used in round 1 and 2 to identify experts

9 / 25 goals obligations resources opportunities This framework has been adapted to explain policy making rationales in the field of health promotion by the MAREPS project (Rüetten et al., 2003). A shortened version of the original MAREPS scale is used to measure the policy determinants for policy makers actions. Table 2 shows the actual questions for each determinant. Table 2 Questions of the Mini Phone Survey, divided over the policy determinants goals, obligations, resources and opportunities Goals 3a The goals are concrete enough. 3b The goals are officially spelled out. 3c The action concentrates on improving health of the population. Obligations 4a Scientific results demand the action. 4b The action is part of my professional duties. 4c Personally I feel obliged to do something in this field. Resources 5a The population supports the action. 5b There is enough personnel. 5c My organization has the necessary capacities. 5d There are sufficient financial resources. Opportunities 6a The involvement of the population. 6b The media s interest. 6c My own involvement. 6d The cooperation within my organization. The respondents could answer each question on a five point Likert Scale ranging from not true at all to definitely true. A colour scheme with corresponding label was attached to these answer categories for analysis purposes (see table 3). Table 3 Answer categories for the Mini Phone Survey and labelling of the colours Analysis of the data was done on the following aspects: number of organisations with action vs. those with no action in the promotion of physical activity in older persons general comparison of the four policy determinants (which are less or more developed)

10 / 25 comparison of the four policy determinants on item level (in percentage dissatisfaction) comparison between different levels of the sampling matrix: sectors, national/local on item level (in percentage dissatisfaction) Percentages dissatisfaction were calculated by recoding values 1 3 and 1-2 for opportunities 1-2 into one category. 2.3 The National Workshop 2.3.1 Selection of participants Based on the matrix, an evaluation by the project team and on the results of the Mini Phone Survey, participants were selected for the National Workshop. We set out to invite 15 to 20 policy-makers to the national workshop. Selection criteria included were: cover all fields of the matrix focus on the national level rather than on the local level focus on organizations who are already active in the field or who indicate they might become active in the future 2.3.2 Contents of the workshop The objectives of the Workshop were (1) to inform participants about best-practice recommendations for assessment of physical activity and physical activity promotion for older persons and (2) to exchange on policy rationales and windows of opportunity for the development and implementation of policies in this field. In preparation of the workshop and to stimulate discussion, ten statements were constructed based on the results of rounds 1 and 2, and on the results of the Mini Phone Survey. The list of statements was sent to the workshop participants, and they were asked to indicate whether they agreed or disagreed with the statement and why. The statements which showed the most opposite answers or were considered most important by the policy makers were selected for further discussion in the National Workshop. (For the full list of statements, see table 7). Secondly, a well known expert in the field of physical activity was contacted to guide the discussion objectively. Prior to the workshop, the goals of the workshop were explained to him and the program talked through. The program started with a word of welcome and introduction by the Dutch National Officer. An introduction was given of the EUNAAPA project, the agenda and the goals of the workshop. Next, presentations were given on the results of the inventories of round 1 and 2 of EUNAAPA followed by a discussion. After that, the results of the analysis of the Mini Phone Survey were presented and discussed. The second part of the National Workshop was guided by the selected statements not related to one of the three rounds. The statements concerning the results of round 1 and 2 were addressed directly after the presentation of these results. 2.3.3 Data collection During the workshop, notes were taken by the project team. At the end of the workshop, a summary of the discussion was presented to the participants, and they indicated

11 / 25 whether they agreed with these outcomes. This summary served as data for the analysis of the workshop.

12 / 25 3 Results 3.1 Results identification of relevant policy makers Of the 52 identified and contacted policy makers, 34 agreed to participate. In table 4 an overview is given of the identified policy makers divided over the different sectors and levels. The numbers in black are the policy makers who participated in the survey, the number of those who did not respond ore participate are given in red. Reasons for non response were no interest (n=3), being away for a holiday (n=2), unreachable (n=8), responding to late (n=4) and being ill (n=1). Table 4 Division over the matrix of the 52 policy makers who were interviewed; in black are the 34 policy makers who participated, in red are the policy makers who did not. Table 4 demonstrates that all sectors were represented in the Mini Phone Survey. The social sector was less well present, especially on the governmental level. Some organizations were interviewed twice. This is the case for NISB, NHG, ZonMw, the Ministry of Public Health, GGD and SWO. There were several reasons for interviewing more then one person from the same organization: different departments (Ministry of Health, ZonMw) local organizations working in different regions (GGD, Amsterdam and Gouda; SWO, Breda and Dongeradeel) more then one expert/policy maker working in this field (NISB) 3.2 Results Mini Phone Survey 3.2.1 Cases of action vs. no action The results of the Mini Phone Survey data are shown in table 5, which presents the four policy determinants translated into the colour scheme (see also table 3). Four of the 34 policy makers (RIVM, Age Platform, CSO and NHG 3 ) stated that they currently do not take any action in implementing and promoting programmes for physical activity for older persons. For some organisations not all questions were applicable (Age platform, VU University and RIVM). Both the VU and the RIVM are research institutes. The Age Platform judged the questions as not applicable because they did not see any possibility for 3 Abbreviations of organisations are explained in appendix 5

13 / 25 implementing or promoting action in the field of Physical Activity and Elderly in the future. The data for NOC*NSF and NHG suggests that these organizations main deficit is the lack of concrete and spelled-out goals in the field of physical activity and ageing. In the future, NHG (scientific organisation for General Practitioners) hopes to develop these goals. The NOC*NSF (National Olympic Committee*National Sports Federation) is not sure whether they will aim future programs more at older persons. Their aim is at improving participation of all persons in the Netherlands in organized sports. Table 5 Results of the Mini Phone Survey. In the first column, the cooperating organizations are shown. Secondly their position in the matrix is given (sectors Sports, Health and Social, and divided in organizations at national level (with N behind the sector) and at local/regional level). The answers are divided over the four policy determinants goals, obligations, resources and opportunities. Colours and numbers indicate the level of development (see also table 3) 3.2.2 General comparison of policy determinants In general the first two determinants (goals and obligations) are relatively well developed, (most fields green or yellow), while resources for physical activity promotion among older persons in the Netherlands are seen as more critical by most respondents. In the fourth field (opportunities), the majority of respondents can either see no change of the opportunity situation during the last year (yellow, value 3) or a slight improvement (green, value 4). Only 4 out of 34 respondents felt that opportunities for PA promotion among the elderly deteriorated during the last year. 3.2.3 Comparison of policy determinants on item level Figure 1 presents the results of the individual items of the Mini Phone Survey (the columns of table 5) Three items of the survey show a high percentage of dissatisfaction: scientific results demand action (Q4a), the population supports the action (Q5a) and there are sufficient financial resources (Q5d). (For the complete questions: see Appendix A or table 2)

14 / 25 Percentage dissatisfaction (%) 0 20 40 60 Questions Goals Obligations Resources Opportunities Figure 1 Percentage of respondents in the Netherlands reporting dissatisfaction (values 1-3; for opportunities 1-2) (for those reporting any action) About 53% of the respondents did not seem to believe that scientific results demanded action in the field of physical activity and ageing (Q4a). The workshop could try to clarify why this is the case and why many organizations are active in the field without being aware of the scientific evidence. Moreover, this result is a good opportunity to present the scientific evidence for the benefits of physical activity among older persons and the results of EUNAAPA s work packages 4 and 5 to the workshop audience. The answers on Q5a indicate that a majority of respondents (63%) are rather sceptical as far as popular support for action in the field of ageing and physical activity is concerned. Bearing in mind the answers to question Q6a ( How did the involvement of the population change during the last year? ), one could say that the population does not seem to support action in this field very well and that the situation has remained unchanged during the last year. Thus, searching for reasons for the lacking popular support and finding strategies to improve the situation could be another important topic of the workshop. The third column that stands out (57% of respondents are dissatisfied) indicates that financial resources are a barrier in the Netherlands for (further) promotion of physical activity in older persons. 3.2.4 Comparison between different levels of the sampling matrix A horizontal analysis of table 3 shows some differences between the respondents on two different levels: local and national/regional level (figure 2).

15 / 25 Percentage dissatisfaction (%) 0 20 40 60 0 20 40 60 Questions Figure 2 Percentage of respondents per level reporting dissatisfaction (values 1-3; for opportunities 1-2) (for those reporting any action) On the local level policy makers have less spelled out goals (Q3b), their actions are less based on scientific evidence (Q4a) and they are less personally obliged then policy makers on a national level (Q4c). There seems to be only a slight difference between the local and national/regional level as far as the question of popular support (Q5a) is concerned: respondents from the local level seem to be even more sceptical with respect to this issue than representatives of the national level (43% and 38% respectively). Concerning a comparison between the three sectors (sport, health and social) it can be seen that subjects working for national NGOs in the health care and social care sector do not seem to feel to be as obliged (to be active in the field of physical activity and ageing) as those in the sport sector (Q4b and Q4c) The workshop could try to ascertain if this is due to the individual respondents position within their organization or if this pattern is typical for the situation in the Netherlands.

Q3a Q3b Q3c Q4a Q4b Q4c Q5a Q5b Q5c Q5d Q6a Q6b Q6c TNO report KvL/B&G 2008.051 June 2008 16 / 25 90 80 percentage dissatisfaction 70 60 50 40 30 20 10 0 Sport Health Social Figure 3 Percentage of respondents per sector reporting dissatisfaction (values 1-3; for opportunities 1-2) (for those reporting any action) 3.3 Results of the National Workshop 3.3.1 Selection of participants In table 6 an overview is presented of all invited persons to the National Workshop. In total 22 policy makers were invited, of whom 13 actually participated (presented in black). In Appendix E an explanation is given of the abbreviated names of the invited organizations. Due to absence, three boxes were not present at the workshop: Health/local/governmental, Social/national/governmental and Social/local/NGO. Table 6 Matrix with names of invited policy makers for different sectors and levels. The names in black are policy makers that attended the workshop. The policy makers in red were absent during the workshop. Sports Sector Health Sector Social Sector National/ regional level Local Governmental NGO Governmental NGO Governmental NGO M. Koornneef J. Kat M. Stiggelbout T. Drenthen Min. Public Health MBvO A dam NIGZ NHG/ZonMW Sports/PA/Health G. Kroes NISB D. Bloemert Sportraad Overijssel R. Verelzen VNG Taskforce 50+ A. de Jeu VSG W. van Duikel MBvO A dam M Goedmakers Sportbedrijf Tilburg G. Karsten CIOS A. Jonkers Min. Public Health Social Support A. van Ketel GGD A dam M. Hekman GGD HM P. van den Hombergh LHV R. van Bokhoven STIOM F. Gardenbroek Min. Public Health Social Support Reina Hes Fryzo- Stichting Welzijn Ouderen Dongeradeel Els de Swart Stichting Ouderenwerk Breda M. van Tellingen ANBO for 50+ P. Kruitbosch CSO F. Nalkiran MEE

17 / 25 The following organizations were invited but absent due to lack of time (GGD, Fryzo) or lack of priority (VNG, MEE and Ministry of Public Health, Welfare and Sports - Department of Public Health and Social Welfare) at the workshop: The GGD (Municipal Health Services) was selected because of their role in carrying out activities and research for local communities in the field of public health. The department of public health and social welfare of the Ministry of Health, Welfare and Sports was selected because of the discussion on whether physical activity promotion should primarily be aimed at improving health. This department is currently less active in the field of physical activity promotion. The VNG (National Organization Dutch Municipalities) was selected because since January 2007, a new Act in the Netherlands (WMO) creates more responsibility for municipalities in carrying out public health related tasks. The VNG supports municipalities in carrying out this Act. The LHV (National Organization for General Practitioners) and Sportraad Overijssel (Provincial Sport Institute) were at the last minute unable to come. Selection of topics The ten statements were sent to all invited policy makers, of whom eight replied before the workshop. Based on these results, six statements were selected to be further discussed during the workshop (see table 7). Additional topics to be covered were based on the result of the analysis and statements, which include: clarification of why many organizations are active in the field without being aware of the scientific evidence reasons for the lacking popular support and finding strategies to improve this situation try to ascertain why participants working for national health care and social care sector do not seem to feel to be as obliged as those in the sport sector Table 7 Full list of statements sent to participants with results of the answers (n=8) (statements in italic are selected for the workshop) Statement Source agree (%) disagree (%) no answer (%) 1 The role of municipalities in the promotion of physical activity in the elderly will become more and more important in the next years, especially since the start of the WMO; currently, municipalities do not have enough resources to take on this role. Website Ministry of VWS 87,5 12,5-2 The programme Prescription of PA should be covered by the national health insurance Website Ministry of VWS/VNG 62,5 12,5 25 MPS 25 62,5 12,5 3 Physical activity programmes for elderly should be primarily aimed at the promotion of physical health 4 More focus should be given to carrying out pa MPS 50 37,5 12,5 programmes which are evidence based 5 On a national level there should be a preferred set of Round 1 87,5 12,5 - assessment instruments for the evaluation of efficacy of pa programmes, screening of fitness levels of participants etc. 6 Higher order qualifications for promoting physical activity Round 2 25 62,5 12,5 in the elderly should be obligatory for personnel 7 There will a shortage of personnel with higher order Round 2 50 37,5 12,5 qualifications in the near future 8 Migrant populations are underrated in the promotion of Website 50 12,5 37,5

18 / 25 Statement Source agree (%) disagree (%) no answer (%) physical activity; more pa programmes should be MEE NL developed which focus on this group of inactives 9 There should be more resources for developing physical MPS 87,5-12,5 activity programs for the elderly 10 Promotion of physical activity should be developed more in MPS 62,5 12,5 25 the sector health and less in the sector sport * MPS = Mini Phone Survey; Round 1: assessment of pa and physical functioning; round 2: successful programmes and promotion strategies; MEE NL=National Societal Organisation for Disabled Persons; VWS=Ministry of Public Health, Social Care and Wellbeing; VNG= National Organization Dutch Municipalities. 3.3.2 Discussion of Round 1: Assessment of physical activity and Physical Functioning in Older Persons The attendees were satisfied with the approach and methodology of the national report on the assessment of physical activity and physical functioning in older persons. The Dutch Physical Activity Guideline was mentioned as missing. None of the participants spontaneously voiced interest in implementation of the results of the assessment report. Most of the attendees agreed that at an international level there should be a preferred set of evidence-based assessment instruments (first statement). At a national level such a set of assessment instruments is generally welcomed but the following points should be taken into account: differentiation for different outcomes (functioning, fitness, satisfaction, independence etc.) differentiation for different older target groups (age, mental problems, functional limitations etc.) and users (researchers, professionals, doctors, older persons themselves) at the local/practical level there is a stronger need for a set of assessment instruments that is easy to use compared to scientific qualities In order to prevent reluctance to use a preferred set, the participants thought it was necessary to also develop a calibration method by which it would be able to compare results obtained by different assessment instruments. In this way users can choose the instrument they think is best or most practical, but results can be compared to other measurements or (inter)national standards. 3.3.3 Discussion of Round 2: Identifying Existing Programmes for physical activity and Promotion for Older Persons Few comments were given about the approach and methodology of the national report on Identifying Existing Programmes for PA and PA Promotion for Older Persons by the participants. Although the topic was not brought up specifically, none of the participants spontaneously indicated that they wanted to take a lead in implementing the results of this report. There was a lot of discussion on the second statement whether physical activity programs for elderly should be primarily aimed at improving (physical) health. Almost all participants mentioned that improving physical health was not the only goal of the programs they promoted: the social aspect was equally important: Physical health improvement is the aim but social aspects are a condition to participate and continue the program. Policy makers and researchers mostly design and promote physical activity with the aim of improving health, while according tot local organizations most of the older persons join for social aspects (contact, fun etc.) and are not so much concerned in achieving a specific or preset goal.