VOORSTEL VAN AHOVOKS VOOR EEN ONDERWIJSKWALIFICATIE Graduaat in het sociaal-cultureel werk

Vergelijkbare documenten
Bijlage. Beschrijving van de beroepskwalificatie van sociaal-cultureel begeleider (0359) als vermeld in artikel 1.

Beroepenstructuur Sociaal Cultureel Werk

Bijlage. Beschrijving van de beroepskwalificatie van maatschappelijk werker (0361) als vermeld in artikel 1.

IVV Sint-Vincentius. Iets voor jou? Sociale en Technische Wetenschappen 2de en 3de graad TSO Jeugd- en Gehandicaptenzorg 3de graad TSO

Combinatiefunctie Wijkwerk-coach (Wijkwerken Zuid-West-Vlaanderen) & Trajectbegeleider Anzegem/Deerlijk Functiebeschrijving en competentieprofiel

GEZONDHEIDS- EN WELZIJNSWETENSCHAPPEN

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Advies over het voorstel van onderwijskwalificatie graduaat in het winkelmanagement

Bijlage. Beschrijving van de beroepskwalificatie van maatschappelijk assistent (0362) als vermeld in artikel 1.

Mensen met licht verstandelijke beperking met moeilijk verstaanbaar gedrag

Assisteren bij Sport en Recreatie

IMK Dilsen-Stokkem. Imk Lanklaar Rotem. Jeugd- en gehandicaptenzorg 3 de graad

De Deskundige Gezin werkt nauw samen met de Teamverantwoordelijke Gezin en de Jeugdconsulent. Voor deze functie?

Model Beroepsprofiel Cliëntondersteuner voor mensen met een beperking

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

OVERZICHTSTABEL VERKORTE OPLEIDINGEN ZORGKUNDIGE IN DE CENTRA VOOR VOLWASSENENONDERWIJS OPLEIDINGSPROFIEL ZORGKUNDIGE 2011

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

De Brug, een instelling voor verstandelijk gehandicapte mensen

VACATURE Trajectbegeleider / educatief medewerker (m/v) Persoonlijke ontwikkelingstrajecten vzw LEJO (tijdelijke vervanging 1 december 30 juni)

1. Opstellen van een plan van aanpak 2. Bieden van ondersteunende, activerende begeleiding en zorg

Teamcoördinator ALERT-team

Body of Knowledge. Kwalificatiedossier Sociaal Werk. Werkversie /7 Sociaal Werk v0.1

Functiebeschrijving: controleur leidinggevend (m/v)

Tweede graad tso. Techniek-wetenschappen

JAARACTIEPLAN Sept 2015 Aug 2016 RTC Vlaams-Brabant VZW

Competentieprofiel. Maatschappelijk werker

1. Functienaam: centrumleider lokaal dienstencentrum Oud St. Jozef. Niveau : B1-B2-B3 Weddeschaal : B1- B2-B3

Brugfiguur flankerend onderwijs FUNCTIEBESCHRIJVING

Evaluatieformulieren

FUNCTIEBESCHRIJVING GEMEENTE SCHOTEN

Stagedoelstelling exploratiestage

1 Basiscompetenties voor de leraar secundair onderwijs

STUDIEGEBIED PERSONENZORG (tso)

Studiegebied. (tso) Tweede graad... Sociale en technische wetenschappen. Derde graad...

Bij de MSF (verwijzers) is het verplicht minimaal 3 verwijzers een vragenlijst te sturen, voor de

FUWA-VO Voorbeeldfunctie docent LD Type 1

Een verslag van coachende begeleidingsgesprekken met een klasgenoot over de leerdoelen en leerpunten tijdens de stage.

pedagogie van het jonge kind PJK: Opvoeding en Coaching

Voorjaar I. Missie van het centrum

Voorjaar I. Missie van het centrum

ITT/HU Beoordelingscriteria praktijk Fase 3 (jaar 3)

groepswerker/ begeleider (m/v) uur. Voor onze locatie de Schuilplaats, 24-uurs zorg, zijn wij op zoek naar een:

stafmedewerker Voorjaar 2018

Gelet op het decreet van 30 april 2009 betreffende de kwalificatiestructuur, inzonderheid op artikel 15/1, 15/2 en 15/3;

Takenpakketprofiel ( )

SOCIALE EN BURGERSCHAPSCOMPETENTIE

Mensen met niet-aangeboren hersenletsel

F U N C T I E P R O F I E L

Specificaties. Pedagogisch medewerker 4 jeugdzorg. Creëer een veilig seksueel klimaat. Werksituatie:

kempelscan P1-fase Kempelscan P1-fase 1/7

Functieprofiel projectmedewerker

Werktrajectbegeleider

Functie- en competentieprofiel

Departement Burger en Vrije Tijd Binnenschoolse Opvang. administratief

VISIE PEDAGOGISCH PROJECT

Teamcoördinator Regioteam Mortsel

Communiceren met de doelgroep voor OA en PW Kinderopvang

ZAKELIJKE BEOORDELING IN DE OVERGANGSPERIODE, GELDIG VOOR ALLE ORGANISATIES

STEM. Visietekst van het GO! onderwijs van de. 28 november Vlaamse Gemeenschap

VACATURE Trajectbegeleider (m/v) Persoonlijke ontwikkelingstrajecten vzw LEJO 100% Voor een op te starten P.O.T.-antenne in Boom

HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE SPD. ILS Nijmegen

Gemeentelijke basisschool De Knipoog Cardijnlaan Vorselaar 014/ / /

Functie en competentieprofiel ZORGKUNDIGE

Competenties en talenten in het vrijwilligerswerk. Studiedag Week van de Vrijwilliger 28/2

Spelenderwijs begeleiden bij ingrijpende levensgebeurtenissen

Het gekleurde vakje is het vereiste niveau voor het voltooien van de oriënterende stage, het kruisje geeft aan waar ik mezelf zou schalen

SECTORCONVENANTS GENERATIE Inhoudelijk kader - krijtlijnen

ASO - studierichtingen in VIA-TIENEN

ACTUELE BELEIDSKADER VOOR SECTORCONVENANTS. Contactdag Levenslang Leren

Maatschappelijk assistent

Niveau onderwijskwalificatie : 5

FUNCTIEFAMILIE 1.2 Klantenadviserend (externe klanten)

Advies over de decreetwijziging betreffende de Regionale Technologische Centra (RTC)

FUNCTIEBESCHRIJVING: Gemeenschapswacht

Functiebeschrijving: Deskundige (m/v)

VOORTGANGSRAPPORTAGE Pedagogisch Werk Jeugdzorg BOL Leerjaar 2 Praktijk

Talentcoach Kwalificatieprofiel

KLIMKRACHT FUNCTIEPROFIEL IBO DE BALLON

Keuzedeel mbo. Zorg en technologie. gekoppeld aan één of meerdere kwalificaties mbo. Code K0137

Functiebeschrijving verzorgende IG (FWG 35) A. Plaats in de organisatie

De beoordelingselementen en -criteria voor de evaluatie in 2018

COMPETENTIEPROFIEL ONDERSTEUNER PASSEND ONDERWIJS. Resultaatgebieden 1. Ondersteuning en advisering aan IB en leraren

T: Instructies en procedures opvolgen. 1.2.Bereidt de uitvoering

Portfolio. Pro-U assessment centrum. Eigendom van:

STUDIEGEBIED ALGEMENE VORMING

Werkproces 1: Interpersoonlijk competent: De leerkracht is zich bewust van zijn houding en gedrag en de invloed daarvan op de groep.

Competentiewoordenboek niet-kaderleden

Functiebeschrijving voor een directeur van de Gemeentelijke Academie voor Muziek en Woord Lede

Gemeentebestuur Knokke-Heist Competentiewoordenboek kaderleden Januari 2005

Specificaties. Medewerker maatschappelijke zorg. Verdieping doelgroepen

Titel Sociaal Cultureel Werker 2. Ingangsdatum Per Uren. 24 uren. Omschrijving

Secundair onderwijs - Tweede graad ASO/KSO/TSO - Natuurwetenschappen - Vakgebonden eindtermen

ECTS- FICHE. L.Fret, H. Hicketick, S. Van Schoubroeck

Zorginnovaties en technologie

SWOT-ANALYSE. 1 Interpersoonlijk competent. 1.1 Eisen. 1.2 Mijn ontwikkelpunten. 1.3 Mijn leerdoelen

KIEZEN VOOR HET SECUNDAIR ONDERWIJS info ouders basisonderwijs 1, 2 en 3 april 2019

Kwalificatiebewijs voor kinderbegeleider (gezinsopvang en groepsopvang) en voor verantwoordelijke van maximaal 18 opvangplaatsen

Transcriptie:

VOORSTEL VAN AHOVOKS VOOR EEN ONDERWIJSKWALIFICATIE Graduaat in het sociaal-cultureel werk ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// 1. Algemene informatie 1.1 TITEL Graduaat in het sociaal-cultureel werk 1.2 NIVEAU Vijf 1.3 STUDIEGEBIEDEN Sociaal-agogisch werk 1.4 STUDIEPUNTEN 120 1.5 IDENTIFICATIEGEGEVENS Datum van indiening 7 januari 2019 2. Samenstelling Het voorstel van onderwijskwalificatie omvat 1 erkende beroepskwalificatie, namelijk 'Sociaalcultureel begeleider'. 1

2.1 BEROEPSKWALIFICATIE SOCIAAL-CULTUREEL BEGELEIDER Niveau Vijf Jaar van erkenning 2018 Competenties Zie bijlage 1 deel 2 bij het besluit van de Vlaamse Regering van 27 april 2018 ter erkenning van de beroepskwalificatie Sociaal-cultureel begeleider 3. Samenhang 4. Analyse decretale criteria 4.1 MAATSCHAPPELIJKE, ECONOMISCHE EN CULTURELE BEHOEFTE Economische relevantie Tewerkstellingsgegevens In de sector is er sprake van 2.175 organisaties waar 24.590 werknemers werken. We spreken over een arbeidsvolume van 16.521 voltijdse equivalenten (bron: rsz-cijfers 1de kwartaal 2013). Elke organisatie uit onderstaande opsomming stelt minimum een sociaal-cultureel begeleider tewerk: 130 organisaties actief in het sociaal-cultureel volwassenenwerk 158 gemeenschapscentra en cultuurcentra 400 jeugdhuizen 67 organisaties landelijk jeugdwerk 2

23 cultuureducatieve verenigingen Vacatures I. Aantal vacatures (in het normaal economisch circuit zonder uitzendopdrachten en indien beschikbaar het aantal vacatures voor uitzendopdrachten) en aandeel in de sector voor het beroep sociocultureel werker DB 1810. Onderstaande cijfers hebben betrekking op 2015, tenzij anders is aangegeven. i. Spreiding over de betrokken sectoren ii. Aantal openstaande vacatures (aantal, spreiding, evolutie) - Openstaande vacatures (aantal, evolutie) 3

- Openstaande vacatures (aantal, spreiding) II. Evolutie van het aantal vacatures (in de tijd) III. Spreiding van het aantal vacatures per provincie en/of regio IV. Aantal niet werkende werkzoekenden Het beroep behoort niet tot de knelpuntberoepen. 4

4.2 DE ONDERWIJSKUNDIGE EN OPVOEDKUNDIGE CONTEXT Aansluiting bij het onderwijsniveau Sociaal-cultureel werk wordt ingevuld vanuit een spectrum aan opleidingsniveaus gaande van secundair onderwijs (tso-studierichtingen: Gezondheids- en welzijnswetenschappen, Jeugd- en gehandicaptenzorg, Sociale en technische wetenschappen) tot professionele bachelor. Een opleiding op hbo5-niveau heeft dan ook zeker een plaats binnen dit continuüm. Een voorstel van onderwijskwalificatie dat de beroepskwalificatie 'Sociaal-cultureel begeleider' bevat, sluit aan bij het profiel van het hoger beroepsonderwijs. Dit voorstel van onderwijskwalificatie heeft een duidelijke arbeidsmarktgerichte focus en draagt bij aan de versterking van de arbeidsmarktkansen van cursisten. Daarnaast biedt het een relevante opstap in functie van doorstroom naar de professionele bachelor 'Sociaal werk'. Aansluiting bij studiegebieden en bestaande studierichtingen In het huidige aanbod van het hoger beroepsonderwijs behoort de opleiding 'Sociaal-cultureel werk' tot het studiegebied Sociaal-agogisch werk. Als sociaal-cultureel werker ben je in staat om op te treden als begeleider, vormer, hulpverlener en dienstverlener op plaatsen waar mensen werken, zich scholen of vormen, wonen, hun vrije tijd vormgeven en elkaar ontmoeten. De sociaal-cultureel werker is een bruggenbouwer tussen individuen, groepen en de samenleving en geeft hierbij maatschappelijk kwetsbare groepen een stem. Een voorstel van onderwijskwalificatie dat de beroepskwalificatie 'Sociaal-cultureel begeleider' omvat, sluit eveneens aan bij het studiegebied Sociaal-agogisch werk. Aansluiting bij de doelgroep De doelgroep van het hoger beroepsonderwijs is zeer uitgebreid en bestaat uit werkenden (volwassenen), werkzoekenden en jongeren die voldaan hebben aan de deeltijdse leerplicht. Ze beschikken over een welbepaald studiebewijs, willen hun kansen op de arbeidsmarkt vergroten en/of willen doorstromen naar een bacheloropleiding. De competenties van de beroepskwalificatie 'Sociaal-cultureel begeleider' zijn haalbaar voor de genoemde doelgroep. 4.3 DE CONTINUÏTEIT IN DE (STUDIE)LOOPBAAN Leerlijnen ONDERLIGGEND NIVEAU Secundair onderwijs (3de graad tso en bso) Gezondheids- en welzijnswetenschappen (tso) De opleiding richt zich tot sociaalvoelende jongeren met interesse voor alles wat met de gezondheid en het welzijn van de mensen te maken heeft. De lerende leert sociale en zorgende vaardigheden en de ondersteunende wetenschappelijke kennis. De focus ligt op de omgang met de mens als totale persoon in al zijn aspecten: fysiek, psychisch, sociaal (en spiritueel). De studie omvat volgende componenten: opvoedkunde (psychologie en pedagogiek), verzorging (gezondheid en welzijn), toegepaste wetenschappen (biologie, chemie en 5

fysica). In de praktijklessen en stages in het kleuteronderwijs, kinderdagverblijven, bejaardentehuizen, gehandicaptenzorg, onthaalgezinnen... oefent de lerende vaardigheden en kennis. Jeugd- en gehandicaptenzorg (tso) In de opleiding wordt de nodige theoretische kennis aangereikt maar attitudes en vaardigheden zijn even belangrijk. Er gaat veel aandacht naar stages in de meest diverse voorzieningen die later het beroepsveld zullen uitmaken: medisch-pedagogische instituten, gezinsvervangende tehuizen, dagcentra. De lerende leert mensen van alle leeftijden met een fysieke, zintuiglijke, verstandelijke, sociale of meervoudige beperking begeleiden. De lerende vertrekt hierbij van de overtuiging dat ze heel wat mogelijkheden hebben tot (persoonlijkheids)ontplooiing. De lerende leert werken in team en met groepen. Naast theoretische kennis en technieken, krijgen attitudes en vaardigheden zoals inlevingsvermogen, openheid, sociale betrokkenheid, discretie veel aandacht. De lerende leert de noden, behoeften en eigenschappen van de mens in de verschillende fasen van het leven kennen. De lerende leert over EHBO, hygiëne en de zorg voor het comfort van de gehandicapte. Daarnaast leert de lerende met taal, muziek, beweging en handvaardigheid creatief werken. Deze technieken worden verwerkt in activiteiten en projecten voor bepaalde doelgroepen. De lerende leert over de verschillende soorten handicaps en hun problemen. De oorzaken, de begeleiding en de mogelijke behandeling worden bekeken. De lerende leert samenwerken, observeren, vergaderen en rapporteren. Er wordt aandacht besteed aan de wetgeving over bijzondere jeugdbijstand. Ook de bouw en werking van het menselijk lichaam wordt bestudeerd. Stages bieden de lerende de gelegenheid om de aangeleerde technieken en vaardigheden toe te passen. Sociale en technische wetenschappen (tso) Sociale en technische wetenschappen biedt de lerende een brede vorming aan op sociaal, wetenschappelijk en technisch vlak. Het uitgangspunt voor elk vak is de mens en zijn omgeving. De wetenschappen worden niet zuiver abstract en theoretisch benaderd, maar verwijzen voortdurend naar concrete toepassingen. De lerende heeft een brede interesse in mens en maatschappij, is sociaal voelend en creatief. De opleiding leert de lerende hoe de mens functioneert in de samenleving. De lerende leert sociale activiteiten organiseren aangepast aan verschillende doelgroepen en contexten. Ook voor de materiële ondersteuning leert de lerende instaan. Het technisch aspect uit zich in de praktijk rond voeding gesteund op wetenschappelijke 6

inzichten. De vakken kunnen onderverdeeld worden in drie groepen: - natuurwetenschappen In Natuurwetenschappen verwerft de lerende inzichten en vaardigheden via experimenten en praktische opdrachten, gesteund op de theorie; - sociale wetenschappen; de doelstellingen zijn: verkennen van eigen mogelijkheden, verduidelijken van leerprocessen, passend communiceren in verschillende situaties, menselijk gedrag en interacties waarnemen en observeren, omgaan met rechten en plichten als jongere, verkennen en illustreren van de diversiteit tussen mensen; - voeding; hier wordt er concreet gewerkt met voedingsproducten. De voedingsmiddelen worden verwerkt volgens bepaalde principes. De lerende leert hierbij de juiste methode of techniek hanteren met aandacht voor het correct gebruik van de gepaste apparatuur. ZELFDE NIVEAU Hoger beroepsonderwijs (HBO5) Sociaal-cultureel werk De student wordt opgeleid inzake vorming, begeleiding en hulpverlening. De doelstelling is om mensen te activeren en motiveren om deel te nemen aan het maatschappelijk leven en om maatschappelijk kwetsbare groepen een stem te geven. Er kunnen verschillende keuzetrajecten aangeboden worden. Afgestudeerden kunnen terecht in verschillende organisaties zoals vormingsinstellingen, cultuurcentra, jeugdhuizen, jeugd-, volwassenen- en seniorenverenigingen, centra voor basiseducatie, buurt- en wijkwerking, als educatief medewerker in musea. Vakken: - Basis sociaal werk (menselijk gedrag en sociale omgeving, organisatiebeleid, methodische vorming, leer- en praktijkbegeleiding). - Sociaal-cultureel werk (oriëntatie op beroep en werkveld, recht en beleid, methodische professionalisering, keuzemodules). Sociale readaptatiewetenschappen De opleiding wordt momenteel niet ingericht. BOVENLIGGEND NIVEAU Professionele bachelor Sociaal werk De studenten worden de nodige beroepsmethodiek en vaardigheden bijgebracht om tegemoet te komen aan de noden 7

aan animatie, educatie, activering en organisatie van groepen en organisaties in de socioculturele sector. De student leidt mensen naar vormingscursussen (educatie), zet culturele evenementen (cultuuranimatie) op en werkt actiemomenten uit om mensen te bewegen rond een bepaalde thematiek (activering). De sociaal-cultureel werker is een groepswerker én organisator bij uitstek. De student verhoogt de betrokkenheid in de sociaalculturele leefomgeving. De opleiding leidt tot de beschermde titel van 'maatschappelijk assistent'. Aansluiting onderwijs - arbeidsmarkt Het sociaal-cultureel werk is sterk uitgebouwd in Vlaanderen en dagelijks goed voor een hele reeks cursussen, uitstappen, lezingen, kinderactiviteiten, bijeenkomsten, tentoonstellingen, vaardigheidsoefeningen, sensibiliseringsacties, debatten... Hoe divers al deze activiteiten ook zijn, de vele organisaties in de sector hebben twee zaken gemeen. Het uitgesproken engagement voor een bepaalde doelgroep en/of thema én de sterke vrijwillige betrokkenheid van medewerk(st)ers, leden en deelnemers. De honderden organisaties die de sector rijk is, bieden een brede waaier van activiteiten aan die zowel (re)creatief, educatief als maatschappelijk georiënteerd kunnen zijn. Het sociaal-cultureel werk herleiden tot initiatieven die netjes behoren tot één van deze domeinen zou echter verkeerd zijn. Net de integratie van vorming, animatie, cultuur en sociale actie is immers een specifiek kenmerk van het sociaal-cultureel werk. De socioculturele sector kent dan ook niet minder dan 17 subsectoren: - Minderhedensector - Sport, cultuur en gemeenschapscentra - Podiumkunsten - Samenlevingsopbouwwerk - Beroepsopleidingen - Milieu - Jeugdwerk - Volksontwikkeling - Gespecialiseerde landelijke verenigingen - Steunpunten - Bibliotheken - Centra voor basiseducatie - Organisaties ter ondersteuning van het gedachtengoed - Amateurkunsten - Niet commerciële radioverenigingen en/of televisieverenigingen - Musea - Niet commerciële toeristische organisaties 8

4.4 DE VERWACHTE INSTROOM EN UITSTROOM Instroom in de opleiding ONDERLIGGEND NIVEAU Secundair onderwijs (3de graad tso en bso) Bovenstaande tabel geeft voor elke verwante studierichting/opleiding een overzicht van de leerling- /studentenpopulatie (uniek). Voor de derde graad secundair onderwijs worden enkel de aantallen voor het eerste leerjaar weergegeven. Voor alle andere studierichtingen/opleidingen gaat het steeds om de aantallen voor de totale studierichting/opleiding. (Bron: Dataloep en Statistisch jaarboek onderwijs Vlaanderen) Uitstroom uit de opleiding 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Gezondheids- en welzijnswetenschappen (tso) 1356 1345 1298 Jeugd- en gehandicaptenzorg (tso) 750 640 627 Sociale en technische wetenschappen (tso) 4730 4994 5008 ZELFDE NIVEAU Hoger beroepsonderwijs (HBO5) 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Sociaal-cultureel werk 498 454 426 Sociale readaptatiewetenschappen / / / BOVENLIGGEND NIVEAU Professionele bachelor 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Sociaal werk 6646 6509 6313 ONDERLIGGEND NIVEAU 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Secundair onderwijs (3de graad tso en bso) Gezondheids- en welzijnswetenschappen (tso) 1084 1065 1116 Jeugd- en gehandicaptenzorg (tso) 516 600 572 Sociale en technische wetenschappen (tso) 4007 4171 4070 ZELFDE NIVEAU 2014-2015 2015-2016 2016-2017 9

Hoger beroepsonderwijs (HBO5) Sociaal-cultureel werk / / / Sociale readaptatiewetenschappen / / / BOVENLIGGEND NIVEAU 2014-2015 2015-2016 2016-2017 Professionele bachelor Sociaal werk 1466 1557 1629 Voor het hbo5 zijn er geen of te weinig gedetailleerde gegevens beschikbaar om ze te kunnen opnemen. (Bron: Statistisch jaarboek onderwijs Vlaanderen) 4.5 DE BESCHIKBARE MATERIËLE EN FINANCIËLE MIDDELEN EN EXPERTISE EN DE MOGELIJKHEID TOT SAMENWERKING MET ANDERE INSTELLINGEN OF MET DE ARBEIDSMARKT / HET BEDRIJFSLEVEN INDIEN VEREIST Bestaande inhoudelijk verwante opleidingen in onderwijs Verschillende instellingen bieden momenteel verwante studierichtingen/opleidingen aan. Deze studierichtingen/opleidingen beschikken over voldoende materiële middelen en expertise die noodzakelijk zijn en aangewend kunnen worden voor de inrichting van een opleiding gebaseerd op het voorstel van onderwijskwalificatie dat de beroepskwalificatie 'Sociaal-cultureel begeleider' omvat. Verwante opleidingen van publieke opleidingsverstrekkers VDAB noch Syntra bieden verwante opleidingen aan. Samenwerkingsverbanden onderwijs - arbeidsmarkt Er bestaat een sectorconvenant (2018-2019) afgesloten tussen de Vlaamse Regering en de sociale partners van de social-profitsectoren (Paritaire Comités 318.02, 319.01, 327.01, 329.01, 330, 331, 337). PRIORITEIT 2: Instroom in de sector bevorderen. - Actie 2.1: Instroom van jongeren/generatiestudenten in de sector bevorderen o via de eigen tool www.werkmetmensen.be o Instroom van jongeren in de sector bevorderen door deelname aan SID- IN, beroepenhuis, DREAM-Day VLAJO. o informeren van leerkrachten en CLB s over de mogelijkheden voor jongeren in de sector - Actie 2.2: Opvolgen en informeren over de trajecten naar de beroepen verzorgende/zorgkundige en verpleegkundige - Actie 2.3: Instroom van zij-instromers/werkzoekenden stimuleren - Actie 2.4: Instroom van mensen met een migratieachtergrond en andere kansengroepen bevorderen ( ieder talent telt apart ESF-project): zie onder prioriteit 9 Diversiteit - Actie 2.5: Zij-instroom en doorstroom bevorderen via EVC ) De sectorspecifieke maatregelen geformuleerd in dit convenant zijn verbintenissen die betrekking hebben op het ondersteunen en uitvoeren van: 10

- de afstemming tussen onderwijs en de arbeidsmarkt; - een competentiebeleid, waaronder levenslangleren; - het beleid van evenredige arbeidsdeelname en diversiteit, vermeld in het decreet van 8 mei 2002 houdende evenredige participatie op de arbeidsmarkt. 5. Berekening van de studieomvang Op basis van de activiteiten van de beroepskwalificatie 'Sociaal-cultureel begeleider' met onderliggende kennis en vaardigheden wordt onderstaand een inschatting gemaakt van het aantal studiepunten van een graduaatsopleiding gebaseerd op een onderwijskwalificatie die deze beroepskwalificatie omvat. Wanneer zinvol worden voor deze berekening meerdere inhoudelijk aansluitende activiteiten geclusterd. Deze werkwijze en analyse heeft enkel tot doel de studieomvang van een graduaatsopleiding te bepalen. Er wordt geen uitspraak gedaan over het uiteindelijke opleidingsprogramma van de graduaatsopleiding. 5.1 ACTIVITEIT 1, 7 (BK-0359:SOCIAAL-CULTUREEL BEGELEIDER) Vaardigheden Handelt volgens de professionele, ethische en deontologische principes Handelt met oog voor het eigen referentiekader Bouwt een relatie op met respect voor de medische, sociale en culturele achtergrond van de doelgroep/het individu Draagt bij tot empowerment* van de doelgroep/het individu Gaat op een discrete en vertrouwelijke manier om met informatie conform het wettelijk kader Respecteert de passende omgangsvormen Verzorgt de persoonlijke hygiëne en zorgt voor een verzorgd voorkomen Kennis Basiskennis van psychosociale wetenschappen Kennis van beroepsethiek en deontologisch handelen Kennis van het eigen referentiekader Kennis van diversiteit: sociale (economische status, opleidingsniveau ), etnische, religieuze of filosofische achtergrond, seksuele geaardheid, gender Basiskennis van relevante wetgeving Eerbiedigt de persoonlijke levenssfeer van het individu/de doelgroep zonder discriminatie op grond van ideologische, godsdienstige en filosofische overtuiging of lidmaatschap of enig ander criterium op grond waarvan kan worden gediscrimineerd 11

Past de eigen communicatiestijl aan ten aanzien van het individu/de doelgroep Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 1, 7 (BK-0359:Sociaal-cultureel begeleider): 10,0 studiepunten 5.2 ACTIVITEIT 3, 8, 9, 10, 11, 12 (BK-0359:SOCIAAL-CULTUREEL BEGELEIDER) Vaardigheden Past communicatie, taalgebruik, zijn stijl aan de doelgroep aan Gaat op empathische wijze om met de doelgroep waarbij de nodige afstand bewaard wordt om een professionele relatie te behouden Luistert actief zonder een waardeoordeel te vellen, rekening houdend met de geschiedenis en eigenheid van de doelgroep/het individu Werkt acties uit volgens afspraken en visie van de organisatie Rapporteert aan de leidinggevende Analyseert de situatie van de doelgroep Detecteert de behoeften en problematieken van de doelgroep Leeft zich in de situatie van de doelgroep in Specificeert de doelgroep(en) Bekijkt de situatie vanuit verschillende invalshoeken Luistert naar de vragen van de doelgroep of partners Zoekt actief naar onderwerpen waarmee en manieren waarop de doelgroep bereikt kan worden Betrekt de actoren bij het inschatten van de situatie Bepaalt de doelstellingen, inhoud, vorm en volgorde van activiteiten samen met de doelgroep Toetst de doelstellingen van activiteiten aan de visie van de organisatie Kennis Grondige kennis van diverse socioculturele en groepsdynamische werkvormen (vb. uitwisselingstechnieken, leerprocessen opzetten, vormingstechnieken...) Basiskennis van organisatiebeheer Kennis van communicatietechnieken Kennis van doelgroepgerichte sociale vaardigheden (vb. actief luisteren, conflicthantering, samenwerkingsvormen, onderhandelingstechnieken, bemiddelingstechnieken ) Basiskennis van de sociale kaart Kennis van methodische modellen (vb. leerstijlen...) Kennis van empowerment Kennis van de functies en de rollen van het sociaal-cultureel werk Kennis van projectmanagement Kennis van pedagogische technieken Kennis van methodes voor probleemoplossing Kennis van maatschappelijke tendensen en knelpunten Kennis van de Nederlandse taal om op deskundige wijze te kunnen hanteren in het kader van het beroep en dit zowel mondeling als schriftelijk Kennis van evaluatietechnieken Kennis van relevante informatiebronnen Kennis van de organisatie 12

Toetst de uitgewerkte activiteiten af aan de visie van de organisatie en de analyse van de doelgroep Zet doelgericht leeromgevingen op Werkt op maat van de doelgroep Legt en onderhoudt contact met de doelgroep en betrokkenen Respecteert het aanbod van andere organisaties en werkt samen waar mogelijk Raadpleegt verschillende bronnen Brengt eigen sociaal-agogische expertise in Respecteert de evoluties in de samenleving Selecteert en hanteert sociaal-culturele werkvormen aangepast aan de doelgroep, het thema en de situatie Werkt het programma uit (dagactiviteiten, workshops, ateliers, tentoonstellingen) en stelt een plan van aanpak op Respecteert de beschikbare tijd en middelen Betrekt alle betrokken actoren (collega s, vrijwilligers, deelnemers ) Maakt werkafspraken met alle betrokken actoren Werkt volgens het voorgestelde draaiboek Bewaakt de vooruitgang van de activiteit Signaleert knelpunten Informeert alle betrokken actoren bij wijzigingen Reserveert accommodaties, materiaal en middelen en stuurt bij waar nodig Richt de ruimte in in afstemming met de leefwereld van de doelgroep en de doelstellingen van de activiteit Geeft aanwijzingen aan de betrokken actoren Is aanspreekpunt voor eventuele vragen Leidt sociaal-culturele activiteiten Stimuleert en steunt de doelgroep bij het verkennen, (h)erkennen en aanpakken van noden, talenten en verwachtingen Speelt in op de actualiteit en de noden van de doelgroep Stimuleert de doelgroep tot interactie en betrokkenheid 13

Creëert of versterkt leerkansen bij personen, groepen, systemen of samenlevingen Verhoogt de deelname aan en het deelhebben en het deel zijn van cultuur (in enge en brede zin) Verhoogt de graad van betrokkenheid van burgers op hun samenleving volgens het vooropgestelde veranderingsdoel Gebruikt gepaste didactische hulpmiddelen Verfijnt samen met de doelgroep de doelstellingen en de aanpak Waarborgt de veiligheid van de deelnemers en medewerkers Informeert de doelgroep over andere beschikbare activiteiten van de organisatie Vraagt feedback over de activiteiten aan de doelgroep (evaluatieformulier ) Verzamelt al het materiaal en ziet er op toe dat de doelgroep het materiaal in de oorspronkelijke staat achterlaten Sluit het programma tijdig, ordelijk en op zinvolle wijze af Begeleidt mee het vertrek van de doelgroep Gaat met verschillende betrokken actoren na of de doelstellingen behaald werden Rapporteert mondeling en schriftelijk over knelpunten Draagt oplossingen aan Motiveert gemaakte keuzes Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 3, 8, 9, 10, 11, 12 (BK- 0359:Sociaal-cultureel begeleider): 50,0 studiepunten 5.3 ACTIVITEIT 2, 5, 14 (BK-0359:SOCIAAL-CULTUREEL BEGELEIDER) Vaardigheden Werkt samen in een team en in andere samenwerkingsverbanden om gemeenschappelijke doelstellingen te verwezenlijken in een klimaat van respect en vertrouwen Kennis Basiskennis van vergadertechnieken Kennis van rapportering Basiskennis van vrijwilligerswetgeving Kennis van vrijwilligerswerking en vrijwilligersmanagement 14

Overlegt om samen tot beslissingen te komen Luistert naar en geeft feedback op het standpunt van de andere Handelt flexibel Bemiddelt om afspraken te maken en conflicten te voorkomen Maakt gebruik van onderhandelingstechnieken om eventuele conflicten op te lossen Maakt zijn eigen professionele standpunt kenbaar tijdens overleg Kennis van planning en organisatie van het takenpakket Kennis van vakterminologie Plant zijn interne en externe activiteiten Voert zelfstandig zijn taken uit, neemt hiervoor de verantwoordelijkheid en behoudt het overzicht Gaat actief op zoek naar vrijwilligers Begeleidt, motiveert en versterkt vrijwilligers Participeert aan de opmaak en uitvoering van het vrijwilligersbeleid Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 2, 5, 14 (BK-0359:Sociaalcultureel begeleider): 12,0 studiepunten 5.4 ACTIVITEIT 6, 13 (BK-0359:SOCIAAL-CULTUREEL BEGELEIDER) Vaardigheden Volgt ontwikkelingen in het vakgebied op Blijft op de hoogte van de actualiteit in de relevante werkvelden Raadpleegt informatiebronnen (tijdschriften, internetsites...) Onderhoudt en verruimt de eigen kennis, attitudes en vaardigheden Maakt gebruik van feedback Reflecteert systematisch over het eigen professioneel handelen Stuurt het eigen professioneel handelen bij waar nodig Wisselt tips en ervaringen uit om te leren van de deskundigheid van anderen Kennis Basiskennis van onderzoeksmethodes Kennis van professionele fora Kennis van het beschikbare en relevante opleidingsaanbod Kennis van promotietechnieken Kennis van sociale media Kennis van reflectiestrategieën 15

Neemt deel aan teamvergaderingen Neemt deel aan externe overlegmomenten Neemt deel aan vormingsactiviteiten Volgt opleidingen of bijscholing Bouwt een professioneel netwerk uit Communiceert helder over inhouden en doelen van het educatieve programma Stemt communicatie- en interactievormen af op de kenmerken en behoeften van de doelgroep Doet beroep op externe expertise van de communicatieverantwoordelijke indien nodig Promoot de activiteiten, processen, projecten bij de doelgroep Voert de praktische aangelegenheden uit aangaande het communicatiebeleid: drukwerk, website, sociale media Helpt bij het ontwikkelen en uitvoeren van het communicatiebeleid Levert input voor een strategisch communicatieplan Representeert de organisatie extern Bouwt relaties op met andere organisaties, overheden, media en onderhoudt deze Prospecteert en contacteert mogelijke partners Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 6, 13 (BK-0359:Sociaal-cultureel begeleider): 8,0 studiepunten 5.5 INSCHATTING VAN HET TOTAAL AANTAL STUDIEPUNTEN VAN HET VOORSTEL VAN ONDERWIJSKWALIFICATIE o Inschatting van het totaal aantal studiepunten voor de gemeenschappelijke activiteiten: 80 SP Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 1, 7 (BK-0359: Sociaal-cultureel begeleider): 10 SP Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 6, 13 (BK-0359: Sociaal-cultureel begeleider): 8 SP Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 2, 5, 14 (BK-0359: Sociaal-cultureel begeleider): 12 SP Inschatting van het totaal aantal studiepunten van activiteit 3, 8, 9, 10, 11, 12 (BK-0359: Sociaal-cultureel begeleider): 50 SP 16

o o o o Het bekomen aantal studiepunten vertegenwoordigt ongeveer 2/3 van de totale studieomvang. Elke hbo5-opleiding moet minimaal een derde van het totaal aantal studiepunten aan werkplekleren spenderen. Hiermee werd bovenstaand geen rekening gehouden. Inschatting van het aantal studiepunten voor werkplekleren: 40 SP Geschatte studieomvang voor het geheel van de hbo5-opleiding: 120 SP Een hbo5-opleiding heeft een studieomvang van 90 of 120 studiepunten. Voor het voorstel van onderwijskwalificatie Graduaat in het sociaal-cultureel werk is een opleiding van 120 studiepunten dan ook aangewezen. 17