Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 EMAS



Vergelijkbare documenten
Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009 EMAS

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2008

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009 Bijgewerkte verklaring 2010 EMAS

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2006

Bijwerking 2013 (gegevens 2012) Federaal Planbureau Economische analyses en vooruitzichten

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau EMAS

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau EMAS

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau EMAS

ANNEX BIJLAGE. bij de. Verordening van de Commissie

JAARLIJKSE EMAS ONTMOETING

(Voor de EER relevante tekst) (3) Verordening (EG) nr. 1221/2009 moet daarom dienovereenkomstig worden gewijzigd.

Halfjaarlijks Evaluatierapport 2013

Milieubarometer

CO 2 -Voortgangsrapportage 2017-H1

PERSBERICHT Brussel, 20 december 2013

Het milieubeheer- en milieuauditsysteem (EMAS) bij de Commissie: vaak gestelde vragen

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

BENCHMARKING Vergelijk uw milieuprestaties met die van uw sector. Tertiaire sector. Label "Ecodynamische onderneming " Versie november 2013

Kunstlaan 47-49, 1000 BRUSSEL Eric AERDEN Vooruitgangsstraat 56, 1210 BRUSSEL T GSM Persbericht

Huishoudelijk elektriciteitsverbruik per aangesloten inwoner Hoeveelheid elektriciteit die verbruikt wordt binnen de Genkse huisgezinnen.

ENERGIEBALANS VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST Samenvatting

v Q1/Q2

CO 2 - en energiereductiedoelstellingen Alfen B.V. Auteur: H. van der Vlugt Versie: 1.0 Datum: 20-feb-2013 Doc.

RAP-224. Halfjaarlijks evaluatierapport 2017

CO 2 reductieplan: doelstellingen en voortgang Thales Transportation Systems 2 e half jaar 2015

Energieverbruik gemeentelijke gebouwen

Evaluatie en Voortgangsrapportage BRANDWIJK PROMO

Halfjaarlijkse CO 2 rapportage 2015

Groene bedrijfsvoering

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2018 H1

Samenvatting van de studie uitgevoerd door CO 2 logic in opdracht van de MIVB

VR MED.0081/1

CO2-monitor 2013 s-hertogenbosch

Halfjaarlijks evaluatierapport 2015

CO2 prestatieladder niveau 5

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Voortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3. Monitoring doelstellingen 2015 scope 1 en 2

Inventarisatie emissies en evaluatie doelstellingen

Voortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3. Monitoring doelstellingen 2013

Search CO2 footprint. Rapportage

Voortgangsrapportage emissies scope 1, 2 en 3. Monitoring doelstellingen 2014

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

Nieuwe Energiepremies «Om onze energierekening te verlichten en het klimaat te beschermen!»

CO2-prestatieladder 3.B.1_2 Review CO2 reductiedoelstellingen 2015 H1 Revisiedatum: Inhoudsopgave

CO2 prestatieladder niveau 5

Milieuprestatie-indicatoren 2008

FORMULIER ACTIEPLAN VLOOTBEHEER

CO2-reductieplan. Samen zorgen voor minder CO2. Rapportage M

Milieubarometer. Wat is de milieubarometer

Brussels Observatorium voor de Werkgelegenheid

ENERGIE ACTIEPLAN. Van der Wiel Holding BV. Conform NEN Oktober 2015 ENERGIE ACTIEPLAN VAN DER WIEL HOLDING B.V.

REGULERINGSCOMMISSIE VOOR ENERGIE IN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST

Bedrijfsvervoerplannen: ze werken!

Logistieke Dag Limburg 2012:


Voortgangsrapportage CO 2 Prestatieladder 2018

v Q1/Q2

CO 2 Voortgangsrapportage Kwartaal 3 en 4. Akkoord Directie:

Milieubarometer

Opdrachtgever: Directie HKV lijn in water. 3.A.1 CO 2 -emissie inventaris eerste helft ten behoeve van de CO 2 -Prestatieladder

Vlaamse bedrijven produceren minder afval en sorteren voortaan ook pmd

CO2-reductieplan 2015

CO2-reductiedoelstellingen + voortgang

DE ENERGIEPRESTATIES EN HET BINNENKLIMAAT VAN GEBOUWEN (EPB)

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 1 e helft 2014

Voortgangsrapportage CO 2 -Prestatieladder 2016

Review CO 2 reductiedoelstellingen 2014

HOE EN WAAROM MINDER PAPIER VERBRUIKEN OP KANTOOR

REISGEWOONTEN TOEN EN NU

KERNTHEMA VI ENERGIENEUTRALE BEDRIJFSVOERING MILIEU, GRONDSTOFFEN, ENERGIE EN EMISSIES

Energie meetplan

RAP 219 -rev1. Halfjaarlijks evaluatierapport 2016

V.o.f. transportbedrijf G.L. De Haan

CO2-reductiedoelstellingen

Document: Energiemanagementplan

Energie meetplan Conform niveau 3 op de CO2-prestatieladder 2.1

Voor de buitengewone dienst is nog steeds een gedetailleerde voorstelling per budgettaire functie van 8 cijfers vereist.

Vorming. VERPLICHTING BEDRIJFSVERVOERPLAN: HET ACTIEPLAN (de maatregelen)

Inhoudsopgave: 1. Inleiding Reductiedoelstellingen Algemeen 2.2 Per scope

Milieuverklaring 2011

3.B.1 Energiereductieprogramma 2014 ten behoeve van de CO2 -Prestatieladder. Hollandridderkerk Groep

Energiezorgplan Van Dorp installaties bv Versie 3.0 (Summary)

CO2-prestatieladder 3.B.1_1 Reductiedoelstellingen 2016 Revisiedatum: Inhoudsopgave

Realisaties Milieuactieprogramma Milieuverklaring van de Programmatorische federale overheidsdienst Duurzame ontwikkeling

Opgesteld door: L. Pira Datum: 10/07/2015. Energie management plan 2015

Voortgangsrapportage CO 2 reductie 2013

Review CO 2 reductiedoelstellingen voestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO 2 -prestatieladder 2.2

Periodieke rapportage eerste helft 2018

ENERGIEBEOORDELING 2012 H1

2.B.2 Energie meetplan 2018

Review CO2 reductiedoelstellingenvoestalpine WBN. Conform niveau 5 op de CO2-prestatieladder 2.1

Opmaak van een strategisch meerjarenplan?

PREMIE 13 ZONNEBOILER Nieuwbouw + Renovatie

Rapportage 2014 Swietelsky Rail Benelux B.V.

Periodieke rapportage 2016 H1

Milieuverklaring Jaar Koninklijk Meteorologisch Instituut

Compensatie CO 2 -emissie gemeentelijke organisatie Den Haag over 2013

A&M Recylcing CO2 Footprint 2012 (totaal: 263 ton CO2)

Begroting Raadgevend comité

Transcriptie:

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 EMAS

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Inhoudstafel INLEIDING DOOR DE COMMISSARIS... 4 MILIEUBELEID 2010-2012 (AANVAARD OP 13/11/2009 EN BEVESTIGD OP 24/10/2011)... 5 HET FEDERAAL PLANBUREAU... 6 FPB-ORGANIGRAM... 7 VOORSTELLING VAN HET MILIEUBEHEERSYSTEEM (MBS).... 8 DIAGRAM VAN DE STRUCTUUR VAN HET MBS OP HET FEDERAAL PLANBUREAU... 8 VERKLARING VAN DE FASEN... 9 HET FEDERAAL PLANBUREAU EN ZIJN IMPACT OP DE BELANGRIJKE DIRECTE MILIEUASPECTEN... 10 INDICATOREN VOOR HET MILIEUZORGSYSTEEM... 12 MOBILITEIT... 14 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 14 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 14 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 14 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 14 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 15 OPVOLGINGSINDICATOREN... 15 PAPIERVERBRUIK... 17 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 17 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 17 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 17 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 17 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 17 OPVOLGINGSINDICATOREN... 18 ENERGIEVERBRUIK... 19 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 19 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 19 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 19 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 19 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 19 OPVOLGINGSINDICATOREN... 20 WATERVERBRUIK... 23 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 23 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 23 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 23 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 23 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 23 OPVOLGINGSINDICATOREN... 24 AANKOPEN... 25 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 25 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 25 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 25 Page 2 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 25 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 26 OPVOLGINGSINDICATOREN... 27 AFVAL... 28 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009.... 28 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 28 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 28 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 28 OPVOLGINGSINDICATOREN... 29 INFORMATIE EN VORMING... 30 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 30 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 30 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 30 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 30 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 30 OPVOLGINGSINDICATOREN... 31 COMMUNICATIE... 32 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 32 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 32 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 32 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2010-2011... 32 BELANGRIJKSTE ACTIES VOORZIEN VOOR 2012... 33 OPVOLGINGSINDICATOREN... 34 TRANSVERSALE INDICATOREN... 35 UITSTOOT VAN BROEIKASGASSEN (BKG)... 35 UITSTOOT LUCHTVERONTREINIGENDE STOFFEN... 36 HET FEDERAAL PLANBUREAU EN ZIJN IMPACT OP DE INDIRECTE ASPECTEN... 37 DOELSTELLINGEN VOOR 2007-2009... 37 BELANGRIJKSTE UITGEVOERDE ACTIES IN 2007-2009... 37 OPVOLGINGSINDICATOREN... 37 DOELSTELLINGEN VOOR 2010-2012... 37 VERKLARING VAN DE MILIEUVERIFICATEUR OVER DE VERIFICATIE- EN VALIDERINGSWERKZAAMHEDEN... 38 Page 3 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Inleiding door de Commissaris Het personeel en de directie van het Federaal Planbureau zijn zich bewust van de impact van hun activiteiten op het leefmilieu en ondernamen gedurende de voorbije 10 jaren een groot aantal initiatieven op dat vlak. Onze organisatie doet al het mogelijke om haar negatieve (positieve) impact op het leefmilieu verder te verminderen (vermeerderen) en zal deze inspanningen ook in de toekomst blijven verderzetten. Een officieel erkend en extern geverifieerd milieuzorgsysteem vormt de beste waarborg voor het continu verbeteren van onze milieu-impact. Het directiecomité van het Federaal Planbureau heeft dan ook reeds in 2002 besloten om zich in te schrijven in het kader van het label ecodynamische onderneming van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en kreeg bij toetreding onmiddellijk twee sterren. De sindsdien ondernomen inspanningen werden ondertussen in 2008 beloond met een derde ster. Sinds 2006 kadert het Federaal Planbureau haar leefmilieustrategie eveneens binnen het Eco-Management and Audit Scheme (EMAS). Dit europees milieuzorgsysteem biedt een structureel kader dat de concrete opvolging van de vooropgestelde milieudoelstellingen en -acties mogelijk maakt op lange termijn. Ik zal mij inzetten om de goede werking van de EMAS-werkzaamheden binnen het Federaal Planbureau te verzekeren en mijn medewerkers aanmoedigen om bij te dragen aan de zorg voor het leefmilieu. Henri Bogaert, Commissaris van het Plan Page 4 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Milieubeleid 2010-2012 (aanvaard op 13/11/2009 en bevestigd op 24/10/2011) Het Federaal Planbureau stelt zijn wetenschappelijke deskundigheid inzake economische, sociaal-economische en ecologische beleidsvraagstukken, met inbegrip van de integratie van die beleidskwesties in een context van duurzame ontwikkeling, ter beschikking van de regering, het parlement, de sociale partners en nationale en internationale instellingen. De resultaten van zijn onderzoek worden aan de gemeenschap meegedeeld en dragen bij tot het democratisch debat. Het Federaal Planbureau wil een actieve bijdrage leveren in de zorg voor een leefbaar en gezond milieu. Daarmee wil het ook het belang van de voorbeeldfunctie van een overheidsinstelling in het licht stellen en hoopt het zo, naast zijn medewerkers, de andere overheidsdiensten, organisaties en bedrijven te overtuigen milieubewust te handelen. Om aan deze ambitie concreet gestalte te geven, schrijft het Federaal Planbureau zijn werkzaamheden in binnen twee milieuzorgsystemen. Het Federaal Planbureau bezit, sinds 2002, het label ecodynamische onderneming van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest ('2 sterren tussen 2002 en 2008 en '3 sterren' sinds 2008) en sinds 2007 is het ook geregistreerd in het Eco-Management and Audit Scheme kader van de Europese Unie. Het Federaal Planbureau, huurder van het gebouw op de Kunstlaan 47-49 in Brussel, verbindt zich er toe om zijn positieve (negatieve) invloed op het milieu voortdurend te verbeteren (verminderen). Het zal daartoe tevens een permanente dialoog onderhouden met de eigenaar van het gebouw. Om de continue verbeteringen waar te maken zal het Federaal Planbureau niet enkel oog hebben voor zijn milieuprestaties, maar ook rekening houden met de oorzaken van de effecten op het milieu. Het Federaal Planbureau zal zich, gedurende de jaren 2010-2012, meer bepaald concentreren op vijf milieuactiedomeinen: een minder vervuilende mobiliteit, een vermindering van het papierverbruik, een vermindering van het verbruik van hoogspanning en stookolie door het air-conditioningssyteem en door het verwarmingssyteem en een handhaving van het laagspanningsverbruik, een handhaving van het verbruik van technisch en sanitair water, een stijging van het aandeel "duurzame ontwikkeling"-aankopen. Een speciale aandacht zal gaan naar twee belangrijke instrumenten: de vorming van onze medewerkers en de informatie van het publiek betreffende de milieudoelstellingen, acties en prestaties van het Federaal Planbureau. Het Federaal Planbureau zal ook op de hoogte blijven van de relevante Europese, federale en regionale milieuwetgeving, hierop anticiperen en deze naleven. Henri Bogaert, Commissaris Michel Englert, Verantwoordelijke van de Algemene Directie Jan Verschooten, Adjunct-Commissaris en verantwoordelijke van de Algemene Diensten Joost Verlinden, Verantwoordelijke van de Sectorale Directie Page 5 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Het Federaal Planbureau Naam Bureau fédéral du Plan Het Federaal Planbureau (FPB) is een instelling van openbaar nut. Het maakt studies en vooruitzichten over economische, sociale en milieubeleidskwesties. Ook wordt de integratie van die beleidskwesties in een context van duurzame ontwikkeling bestudeerd. De instelling stelt ongeveer 100 personeelsleden te werk. In 2002 verkreeg het Federaal Planbureau van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest het label ecodynamische onderneming (twee sterren) voor het op poten zetten van een intern milieuzorgsysteem en een milieuprogramma. In 2005 werd het label, dankzij volgehouden inspanningen, verlengd tot eind 2008. In 2008, werd er een bijkomende ster verkregen en sindsdien heeft het FPB dus drie sterren voor het label ecodynamische onderneming. Daarnaast heeft de Directieraad van het Federaal Planbureau van 20 oktober 2005, overeenkomstig de beslissing van de ministerraad van 20 juli 2005, beslist om in 2006 de EMAS-registratie te behalen. Deze werd begin 2007 behaald. Mevr. Delbaere werd aangewezen als milieuverantwoordelijke EMAS en M. Verschooten volgt en ondersteunt het proces namens de directie. De EMAS-registratie is van toepassing op het door het Federaal Planbureau bezette gebouw op de Kunstlaan 47-49, 1000 Brussel en op alle missies van het Federaal Planbureau. Oprichtingsdatum van de instelling Vorm 1994 Instelling van openbaar nut Adres Kunstlaan 47-49 1000 Brussel Telefoon 02/507.73.11 Fax 02/507.73.73 Website NACE-code 84.111 Gemiddeld aantal werknemers/jaar Oppervlakte in m² Infrastructuur Activiteitensector Reeds verworven labels http://www.plan.be 89 VTE 7 verdiepingen van 620 m2 ; gelijkvloers wordt uitgebaat door een andere organisatie Huurder van het gebouw Uitvoeren van wetenschappelijke studies Label ecodynamische onderneming: 2 sterren voor 2002-2005 en voor 2006-2008 3 sterren voor 2008-2011 EMAS registratie REG. NO. BE-BXL-000011 Milieuvergunning Gemeenschappelijk voor Handelsstraat 44 en Kunstlaan 47-49 tot 18 juni 2018 Page 6 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 FPB-organigram In 1999 werd een greening -groep opgericht met een tiental vrijwilligers. Elke persoon van deze groep is verantwoordelijk voor een thema en zorgt voor de opvolging van dit thema zowel op het vlak van indicatoren als op het vlak van uit te voeren acties. Deze groep bestaat uit een milieucoördinator, een verantwoordelijke papier, een verantwoordelijke energie, een verantwoordelijke water, een verantwoordelijke aankopen, een verantwoordelijke eerlijke handel, een verantwoordelijke afval, een verantwoordelijke onderhoudsproducten en een greening communicatieverantwoordelijke. De verantwoordelijke voor het budget en het beheer van het gebouw evenals het directielid dat het proces ondersteunt komen de groep vervolledigen. De groep wordt voorgezeten door de Greeningverantwoordelijke. De milieuverantwoordelijke EMAS is verantwoordelijk voor het beheer van het EMAS-systeem. Page 7 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Voorstelling van het milieubeheersysteem (MBS). Diagram van de structuur van het MBS op het Federaal Planbureau Het onderstaande schema omvat de grote fasen van het EMAS-systeem, zoals beschreven in het EMASverordening. Ze worden toegelicht op de volgende bladzijde rekening houdend met de specifieke kenmerken van het Federaal Planbureau. Page 8 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Verklaring van de fasen De volgende fasen dienden te worden doorlopen om een registratie volgens het EMAS-verordening te verwerven. De voornaamste elementen van ons milieubeheersysteem (MBS) zijn: Het milieubeleid formaliseert de door de instelling aangegane verbintenis. Het wordt ondertekend door de Commissaris van het Plan en wordt ad valvas opgehangen. Het is ook beschikbaar op de website van het Federaal Planbureau. De milieuanalyse is de analyse van de directe en indirecte problemen, impact en resultaten op het vlak van milieu bij alle activiteiten. Ze maakt het mogelijk de belangrijke milieu-effecten en de te beheersen activiteiten te bepalen. De huidige reglementering vervolledigt de milieuanalyse met een lijst van alle wettelijke en andere vereisten die van toepassing zijn op het Federaal Planbureau. Deze reglementering is vooral afkomstig van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De milieudoelstellingen zijn de doelstellingen die werden gekozen om de belangrijke milieueffecten te verminderen en de activiteiten beter te beheersen. Ze zijn in overeenstemming met het milieubeleid van het Federaal Planbureau. Het milieuprogramma bepaalt de concrete acties om de milieudoelstellingen te halen. Het beschrijft de reeds genomen of geplande maatregelen op het vlak van menselijke, technische en budgettaire middelen. Het legt tevens toepassingstermijnen vast. Het milieubeheersysteem (MBS) beschrijft de organisatorische en operationele structuur op het vlak van planning, procedures en vereiste middelen. Hierdoor kunnen o.a. de milieudoelstellingen verwezenlijkt worden en kan de reglementering nageleefd worden. De milieuaudit is een interne toetsing van de goede werking van het MBS. Het belang van dat beheermiddel is dat eventuele functiestoornissen kunnen worden opgespoord en dat mogelijkheden tot verbetering kunnen worden aangebracht. De resultaten van de audit worden geanalyseerd tijdens de jaarlijkse beoordeling door de directie. De milieuverklaring maakt deel uit van de externe communicatie. Aangezien ze openbaar wordt gemaakt, dient ze begrijpelijk, doorzichtig en volledig te zijn. Ze is beschikbaar op de website van het Federaal Planbureau en ook bij de milieuverantwoordelijke EMAS. Het systeem en de verklaring worden gevalideerd door een geaccrediteerde externe verificateur. De registratie is de laatste stap waarbij men zich bij de bevoegde autoriteit laat registreren. Via dat systeem kan ons personeel gemakkelijk zijn verantwoordelijkheden en taken bepalen. Het personeel wordt ertoe aangespoord mee te werken aan projecten tot verbetering van de milieuprestaties. Het systeem wordt toegelicht in een handleiding en procedures. Page 9 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Het Federaal Planbureau en zijn impact op de belangrijke directe milieuaspecten De belangrijke directe milieuaspecten betreffen zes thema's die hieronder elk worden voorgesteld onder de vorm van een fiche van twee bladzijden: mobiliteit, papierverbruik, energieverbruik, waterverbruik, aankopen, afval. Naast deze zes thema's worden er ook twee fiches gewijd aan middelen in het systeem: enerzijds communicatie en, anderzijds, informatie en vorming. Elk van deze acht fiches heeft dezelfde structuur, wat het mogelijk maakt om de informatie over elk thema op een systematische wijze voor te stellen. Elke fiche bestaat uit vijf rubrieken: Doelstellingen voor 2007-2009: deze rubriek stelt de doelstellingen voor die werden vastgesteld in het kader van de eerste EMAScyclus 2007-2009 op het FPB. Deze doelstellingen dienden meestal behaald te worden in 2009. Belangrijkste gevoerde acties in 2007-2009: deze rubriek stelt de belangrijkste acties voor die uitgevoerd werden gedurende de drie jaren van de eerste EMAS-cyclus. Doelstellingen voor 2010-2012: deze rubriek stelt de doelstellingen voor die werden vastgesteld in het kader van de tweede EMAScyclus 2010-2012 op het FPB. Deze doelstellingen zijn meestal gemiddelden te behalen in de periode 2010-2012. Belangrijkste acties voorzien voor 2010-2012: deze rubriek stelt de belangrijkste acties voor die voorzien zijn gedurende de drie jaren van de tweede EMAS-cyclus. Opvolgingsindicatoren: deze rubriek stelt de indicatoren voor die het mogelijk maken om de impact van het FPB op het milieu op te volgen. Het Federaal Planbureau volgt zijn milieuzorgsysteem op aan de hand van een aantal indicatoren die in de vijfde rubriek van deze fiches voorgesteld worden en die op een synthetische wijze in de volgende tabel opgenomen zijn. Deze synthetische tabel herneemt eveneens de vastgestelde doelstellingen en in welke mate de indicatoren naar deze doelstellingen evolueren. Dit laatste element wordt getoond aan de hand van pictogrammen. De indicator evolueert naar de vastgestelde doelstelling en deze is bereikt / zou bereikt moeten worden. In afwezigheid van een doelstelling, evolueert de indicator naar een vermindering van de milieuimpact. De indicator evolueert niet voldoende en de doelstelling is niet bereikt/zal niet bereikt worden. In afwezigheid van een doelstelling, is de milieuimpact stabiel, zoals de evolutie van de indicator. De indicator evolueert in tegengestelde richting dan die van de vastgestelde doelstelling en deze is niet bereikt/zal niet bereikt worden. In afwezigheid van een doelstelling, evolueert de indicator naar een vermeerdering van de milieuimpact. De herziening van de EMAS-verordening leidde tot een aantal nieuwe indicatoren, waaronder emissieindicatoren. De nieuwe verordening vraagt ook om een indicator te berekenen over biologische diversiteit. Een dergelijke indicator is niet pertinent voor het Federaal Planbureau, als huurder van een deel van een gebouw in een volledig bebouwde kom. Page 10 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Tengevolge van deze herziening en van de audits van eind 2009 werd er ook een opvolging van het afvalthema opgestart in 2010. Dit thema wordt dan ook opgenomen in de milieuverklaring sinds de ijwerking van 2010, ook al zijn de gegevens nog beperkt. Page 11 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Indicatoren voor het milieuzorgsysteem Thema Indicator Doelstelling voor 2007-2009 Evol. Doelstelling voor 2010-2012 Evol. Mobiliteit Uitzonderlijke verplaatsingen voor rekening van het FPB (km). Totale CO2-uitstoot van de uitzonderlijke verplaatsingen voor rekening van het FPB (kg). Jaarlijkse CO2-uitstoot t.g.v. vliegtuigreizen in de periode 2007 2009 niet hoger maken dan die van 2005. Het gemiddelde van 11,55 ton CO 2 -emissies per jaar over de periode 2010-2012 niet overschrijden. Papier Aantal aangekochte vellen papier (aantal vellen). Stabilisatie van het papierverbruik. Geen doelstelling. Aantal afgedrukte vellen papier, externe afdrukken uitgezonderd (aantal vellen). * Papierconsumptie verminderen tot gemiddeld 440 000 aantal interne afgedrukte vellen papier per jaar over de periode 2010-2012. Percentage recto-verso afgedrukte vellen papier (%). Geen doelstelling. Energie Totaal energieverbruik (GJ). Geen doelstelling. Geen doelstelling. Hoogspanningsverbruik (kwh). Het jaarlijks hoogspanningsverbruik zal voor de jaren in de periode 2007 2009 het niveau van 2001 niet overstijgen. Het gemiddeld jaarlijks hoogspanningsverbruik verminderen tot gemiddeld 1 663 GJ per jaar over de periode 2010-2012. Laagspanningsverbruik (kwh). Geen doelstelling. Het gemiddeld jaarlijks laagspanningsverbruik handhaven op gemiddeld 335 GJ per jaar over de periode 2010-2012. Stookolieverbruik (1000 liter). Geen doelstelling. Het gemiddeld jaarlijks stookolieverbruik verminderen tot gemiddeld 60.000 liter per jaar over de periode 2010-2012. Water Totaal waterverbruik (m³) Geen doelstelling. Geen doelstelling. Page 12 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Thema Indicator Doelstelling voor 2007-2009 Evol. Doelstelling voor 2010-2012 Evol. Technisch waterverbruik (m³). Het technisch waterverbruik zal beperkt blijven tot 1300 m3 per jaar. Het technisch waterverbruik zal beperkt blijven tot gemiddeld 1 200 m3 per jaar over de periode 2010-2012. Sanitair waterverbruik (m³). Geen doelstelling. Het sanitair waterverbruik zal beperkt blijven tot gemiddeld 400 m3 per jaar over de periode 2010-2012. Aankopen Aandeel Fair trade producten in het totale budget van de cafetaria (%). Het gestaag verhogen van het aandeel Fair trade -producten in het totale budget van de cafetaria tot 10% in 2009. Geen doelstelling. Aandeel bureaumateriaal dat aan duurzame criteria beantwoordt. Afval Hoeveelheid geproduceerd afval naargelang het type. Geen doelstelling. Stijging van het aandeel van "duurzame ontwikkeling" aankopen. Geen doelstelling. ** Geen doelstelling. Informatie en vorming Aantal informatiesessies voor het personeel en aantal mensen die deze volgen. Geen doelstelling. Een globaal beheer van de milieuvormingen op punt stellen. Aantal specieke vormingssessies en aantal mensen die deze volgen Geen doelstelling. Communicatie Aantal thema's van de maand. Geen doelstelling. De interne en externe communicatie betreffende milieu verbeteren. Aantal downloads van de Milieuverklaring Geen doelstelling. ** ** Emissies Uitstoot broeikasgassen. Geen doelstelling. ** Geen doelstelling. ** Uitstoot 5 luchtverontreinigende Geen doelstelling. ** Geen doelstelling. ** stoffen. * De evolutie van de indicator kan om technische redenen niet geëvalueerd worden (onderbroken gegevens). ** De indicator werd in 2009 opgesteld en er is dus nog geen evolutie te evalueren. Page 13 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Mobiliteit De problematiek m.b.t. de vervoerswijze op het Federaal Planbureau betreft, enerzijds, de (dagelijkse) woon- werkverplaatsingen en, anderzijds, de internationale werkverplaatsingen (trein en vliegtuig) in opdracht van het Federaal Planbureau. Doelstellingen voor 2007-2009 Het verminderen van het aantal parkeerplaatsen met 10% tegen 2009. Het FPB zal zijn jaarlijkse CO 2 -uitstoot t.g.v. vliegtuigreizen in de periode 2007 2009 niet laten uitstijgen boven die van 2005, wat betreft de vliegtuigreizen die door het FPB beslist worden. De gemiddelde jaarlijkse CO 2 -emissies voor de periode 2007-2009 (8741.4kg) liggen goed onder de vastgestelde doelstelling en overschrijden de emissies van 2005 (12 679 kg) niet. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Een opvolgingsmethode voor de kilometers afgelegd met het vliegtuig werd voorgesteld en omgezet in de praktijk, om de doelstelling met betrekking tot de CO 2 -emissies te kunnen bereiken. In de mate van het mogelijke werd de trein t.o.v. het vliegtuig bevoordeeld. Een nieuw fietsenrek werd geplaatst, vermits het bestaande fietsenrek volledig volzet bleek, onder andere omdat een aantal personen van andere instellingen, die dezelfde garage gebruiken, er eveneens gebruik van maakten. De Dring-Dring activiteit (sensibilisatiedag met betrekking tot de woon-werkverplaatsing per fiets, jaarlijks georganiseerd in de regio Brussel- Hoofdstad) heeft dit jaar geen succes gehad, waarschijnlijk als gevolg van het slechte weer. In 2008 In de mate van het mogelijke werd de trein t.o.v. het vliegtuig bevoordeeld. Het realiseren en het analyseren van de mobiliteitsenquête (dat de boordtabel van verplaatsingen aanvult). Ook werd er hier een maandthema over geschreven. Een ander maandthema heeft de noodzakelijk praktische informatie gegeven om zich in Brussel, te voet, met de fiets of met het openbaar vervoer, te verplaatsen. In 2009 In de mate van het mogelijke werd de trein t.o.v. het vliegtuig bevoordeeld. De evolutie naar de doelstelling betreffende het aantal parkeerplaatsen is niet haalbaarin het kader van het huidige huurcontract. Tellingen van de door de verschillende huurders bezette parkeerplaatsen vonden plaats in november en december om te analyseren of er toch een mogelijkheid zou zijn om een aantal parkeerplaatsen aan andere huurders over te maken. Doelstellingen voor 2010-2012 Een betere mobiliteit op het FPB: wat betreft de vliegtuigreizen beslist door het FPB, zal het FPB het gemiddelde van 11,55 ton CO 2 -emissies per jaar over de periode 2010-2012 niet overschrijden. Het verminderen van het aantal parkeerplaatsen met 10% tegen 2012. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 "Villo"-abonnement voor het bureau. Analyse van de bezetting van de parkingplaatsen. In 2011 Page 14 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Vorming van de chauffeurs van het FPB in milieuvriendelijk rijden, begin september 2011. Maandthema juli over de goede milieugewoontes (multithematisch). Belangrijkste acties voorzien voor 2012 Een discussie aangaan met de eigenaar en de medehuurder i.v.m. het opstellen van een Mobiliteitsplan. Analyse van de mogelijke methodes om de CO 2 emissies van de vliegtuigreizen van het FPB te compenseren. Opvolgingsindicatoren Woon werkverplaatsingen (%) De mobiliteitsenquête van 2011 toont dat 54% van de agenten van het FPB de trein als belangrijkste vervoersmiddel gebruiken. Sinds de vorige enquête (2008), daalt het treingebruik met 4 %, gecompenseerd door een stijging met 2% van het metro, tram en busgebruik, met 1 %, van het autogebruik en met 1 % van het fietsgebruik. Deze situatie toont weinig verschillen t.o.v. de vorige enquête. Volgens de gegevens van FOD mobiliteit (2008) bedraagt het deel treingebruikers voor bedrijven, in het Brussels Gewest gemiddeld 34 %, terwijl dit percentage op het FPB 54 % bedraagt. Het gemiddelde metro, tram en busgebruik bedraagt 16 % terwijl et 22 % bedraagt op het FPB. Op dezelfde wijze is het aandeel van het personeel dat de auto voor het hoofdtraject gebruikt 43 %, tegen 19 % op het FPB. Globaal stellen de woon werkverplaatsingen 5556,76 km of 61km/VTE/dag voor, voor de 91 respondenten waarbij rekening gehouden wordt met deeltijds, tele en thuiswerken. Er zijn in 2010inderdaad 46 % werknemers die een telewerkdag per week hebben en 15 % deeltijds werkenden. In 2011 Page 15 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Evolutie 2005 2008 2011 bijvoorbeeld als gevolg van de verandering van het Europese voorzitterschap, alsook van het aantal personen dat aan de vergaderingen deelneemt. Dienstwagens Er zijn twee dienstwagens op het FPB: sinds eind 2010 zijn dit een wagen met ecoscore 65 en een wagen met ecoscore 68. Sinds 2009, zouden de kilometers en het verbruik opgevolgd moeten worden, om de totale uitstoot van vervuilende stoffen van het FPB te kunnen vervolledigen. Globaal, hebben deze wagens in 2009 92880 km afgelegd en 7208.19 liters diesel (of 278.2 GJ) verbruikt. In 2010 werden er 7590.58 liters diesel (of 292.99 GJ) verbruikt. Uitzonderlijke verplaatsingen voor rekening van het FPB (km) De CO 2 -emissies gelinkt aan de internationale verplaatsingen dalen opnieuw. Na een gestage stijging van het aantal vliegtuigkilometers tussen 2003 (71 310 km) en 2006 (88 234 km), zijn deze in 2008 sterk gedaald (50 576 km) om opnieuw te stijgen tot 84430 km in 2009 (het verschil is vooral te wijten aan twee transatlantische reizen) en opnieuw te dalen tot 77 764 in 2010. Daartegenover schommelt het aantal treinkilometers sinds 2005 rond de 18 200km. Het jaar 2009 is bijzonder hoog met 24132 km. Er werden 42 treintrajecten afgelegd, tegen 49 in 2009.De meting per voltijds equivalent geeft geen bijkomende informatie t.o.v. de schommelingen voor het FPB, aangezien het aantal VTE redelijk stabiel blijft. Het aantal treinreiskilometers is afhankelijk van het aantal reizen naar Parijs (jaarlijks verantwoordelijk voor meer dan de helft van de treinreiskilometers). Net als het aantal vliegtuigreiskilometers is dit aantal afhankelijk van het aantal congressen en vergaderingen die veraf dan wel dichtbij doorgaan, Page 16 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Papierverbruik Doelstellingen voor 2007-2009 Het papierverbruik stabiliseren. uit andere gecontroleerde bronnen gebruikt worden). Maandthema van november " Verstandig en zuinig printen, enkele tips". Het aantal aangekochte A4-vellen is niet enkel stabiel gebleven ten opzichte van 2006 (doelstelling) maar is gedaald met 26%. Doelstellingen voor 2010-2012 Vermindering van het papierverbruik: papierconsumptie verminderen tot gemiddeld 440 000 aantal interne afgedrukte vellen papier per jaar over de periode 2010-2012. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Het FPB heeft de papierconsumptie geanalyseerd om het printgedrag (recto-verso, 2 bladzijden op 1 enz) en de printredenen (vergadering, lezen enz) te identificeren. Er werd in dit kader ook een sensibilisatieactie ondernomen. In 2008 Een algemene sensibilisatiezin werd standaard toegevoegd aan de handtekening van de mails van de personeelsleden van het Federaal Planbureau: Please consider your environmental responsibility before printing this email. Het FPB heeft deelgenomen aan de Week van de Afvalvermindering georganiseerd door Leefmilieu Brussel en meer bepaald aan de recto-verso uitdaging om het percentage recto-verso printen op het FPB te doen stijgen. Een maandthema werd hieraan ook besteed. In dit kader werd er ook besloten om de interne nota's niet meer op papier rond te delen, maar om deze elektronisch te versturen. In 2009 Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 Het op bepaalde verdiepingen nog gebruikte voorblad bij elke afdruk is afgeschaft. De evaluatie fase gerecycleerd printpapier op 7de verdieping is gestart. In 2011 De evaluatie fase gerecycleerd printpapier op 7de verdieping is opnieuw gestart na de vervanging van de printer.maandthema juli over de goede milieugewoontes (multithematisch). Belangrijkste acties voorzien voor 2012 Realisatie van het stockbeheer. Het aangekochte papier bezit het FSC-label mixed source (het product komt uit een productproces waarbij FSC-gecertificeerd materiaal, gerecycleerd materiaal en/of materiaal Page 17 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Opvolgingsindicatoren Aantallen afgedrukte vellen Tot in 2007, was er enkel de indicator "aantal geprinte bladzijden" beschikbaar. Deze indicator werd opgevolgd vanaf 2003 en tussen 2003 en 2006 is het aantal geprinte bladzijden merkelijk gedaald (-28%). Deze indicator is niet ideaal aangezien hij niet de reële papierconsumptie toont. Deze indicator zou, bijvoorbeeld, stabiel kunnen blijven niettegenstaande een sterke vermindering van de papierconsumptie, dankzij een overgang van recto naar recto-verso printen. afdrukken Het percentage recto-verso afgedrukte vellen papier (tov het totaal) daalde van 79% in 2007 tot 75% in 2010. Papierafval Het gewicht van het papier dat weggevoerd werd als afval om gerecycleerd te worden bedroeg 4 390 kg in 2009 (49,6 kg per voltijds equivalent) en 5328 kg in 2010 (59,8 kg/vte). De vooruitgang van de technologie maakt het mogelijk om nieuwe indicatoren op te volgen vanaf 2008. Door een onvoorzien technisch probleem zijn de gegevens wat het aantal afdrukken betreft, niet beschikbaar voor de jaren 2009 en 2010 (gegevens niet beschikbaar van oktober 2009 tot mei 2010). De nodige maatregelen werden genomen opdat een dergelijk probleem niet meer zou voorkomen in de toekomst. Een vergelijking van de maanden juni tot mei toont een vermindering tussen 2008/2009 (5425 vellen/vte) en 2010/2011 (4204 vellen/vte). De copies zijn hierin nog niet inbegrepen aangezien de opvolging hiervan pas in januari 2009 begonnen is. Aantal aangekochte A4-vellen Het aantal gekochte A4-vellen papier vermindert gestaag.percentage recto-verso Page 18 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Energieverbruik Het Federaal Planbureau verbruikt: (i) laagspanning voor verlichting en bureautica; (ii) hoogspanning voor de koeling van de lokalen en voor de liften; (iii) stookolie voor de verwarming. Doelstellingen voor 2007-2009 Laagspanning: geen vastgestelde doelstelling. Hoogspanning: het jaarlijks hoogspanningsverbruik zal voor de jaren in de periode 2007 2009 het niveau van 2001, niet overstijgen. Stookolie: geen vastgestelde doelstelling. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Vervanging van de verlichting in het hele gebouw (gespreid over 2005-2006-2007). Vervanging van de koelmachines voor de airconditionning door performantere machines. In 2008 Het hoogspanningsverbruik is stabiel gebleven ten opzichte van 2001 (doelstelling). Opmaak bestek groene stroom en opstart van de procedure om op de groene stroom over te stappen. Plaatsing van zonnewering in alle kantoren aan de achterkant van gebouw. Vervanging voorgevel (plaatsing zonnewerende beglazing, isolatie). In 2009 Vervanging achtergevel (plaatsing zonnewerende beglazing, isolatie). Isolatie van het dak. Doelstellingen voor 2010-2012 Laagspanning: het gemiddeld jaarlijks laagspanningsverbruik handhaven op gemiddeld 335 GJ per jaar over de periode 2010-2012. Hoogspanning: het gemiddeld jaarlijks hoogspanningsverbruik verminderen tot gemiddeld 1 663 GJ per jaar over de periode 2010-2012 Stookolie: het gemiddeld jaarlijks stookolieverbruik verminderen tot gemiddeld 60.000 liter per jaar over de periode 2010-2012 Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 In 2011 Maandthema mei over thermostaatgebruik. Maandthema over thermostaatgebruik in de winter (februari) en over de goede milieugewoontes (multithematisch; juli). Belangrijkste acties voorzien voor 2012 Opvolging van de finetuning van de verwarming. Sensibilisatie t.o.v. de verschillende maatregelen betreffende energiebesparende aankopen: verlichting, informaticamateriaal, enzovoort (zie ook acties in verband met aankopen). Overgang op groene stroom en het maandthema van de maand maart werd hieraan gewijd. Page 19 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Opvolgingsindicatoren Gemiddelde verdeling energievectoren (GJ/VTE) daalde met 18 %, het laagspanningsverbruik met 36 % en het stookolieverbruik zelfs met 37 %. Het FPB kan via energiebesparende maatregelen enkel ingrijpen op het laagspanningsverbruik. Het is dankzij investeringen in nieuwe verlichting in de jaren 2005-2007 dat de daling van het laagspanningsverbruik kon gerealiseerd worden. Na die belangrijke werken zit het FPB wel stilaan aan het plafond van wat aan energiebesparende maatregelen kan gerealiseerd worden. Ten opzichte van 2009 daalde het aantal voltijds equivalenten (VTE) licht met 0,4 %. Ten opzichte van 2000 is sprake van een daling van 4,5 %. Het energieverbruik per VTE daalde dus met 28 % ten opzichte van 2009 komt zo terug op het verbruiksniveau van2000. Er moet opgemerkt worden dat het de eerste keer is dat de verklaring zicht beperkt tot de gegevens van het FPB. De eigenaar geeft de totale gegevens door voor de twee huurders van het gebouw, maar het BFP is zich daar maar sinds 2011 bewust van. Deze bijwerking 2011 van de verklaring 2009-2012 is dus niet vergelijkbaar met de originele versie van de verklaring, noch met de bijwerking van 2010. In 2010 klokt het energieverbruik van het FPB af op 2881 GJ. Dit is een daling van 25 % ten opzichte van 2009. Die daling gaat op voor alle energiedragers 1 : de grootste daling is voor het stookolieverbruik (- 34 %), gevolgd door het hoogspanningsverbruik -19 %) en het laagspanningsverbruik (-0,4 %). Door die sterke daling van het stookolieverbruik wordt hoogspanningselektriciteit de belangrijkste energiedrager: in 2010 was hoogspanning goed voor 45 % van het energieverbruik van het FPB. Op korte afstand volgt nu mazout met een aandeel van 43 %. Het aandeel van laagspanning bedraagt nu 12 %. Sinds maart 2009 is de laagspanningselektriciteit hernieuwbaar. Het koppelen van de evolutie van de twee groeiposten, het stookolie- en hoogspanningsverbruik, aan de evolutie van het aantal VTE heeft niet veel zin. Dat verbruik wordt beheerst door het verbruik van de airconditioning installatie: stookolie voor verwarming en hoogspanning voor koeling. Die installatie wordt beheerd door een derde maatschappij, Cofely Services, en het verbruik hangt bovendien sterk af van klimatologische omstandigheden. Voor laagspanning heeft de koppeling meer zin. Het laagspanningsverbruik wordt beheerst door het verbruik voor verlichting en informatica, waarop de individuele werknemer meer greep heeft. De daling van het laagspanningsverbruik in 2010 is te wijten aan een combinatie van een daling van het aantal VTE en een daling van het gemiddelde laagspanningsverbruik per VTE. De daling over de periode 2000-2010 is in de eerste plaats te wijten aan een daling van dat gemiddelde verbruik. Ten opzichte van 2000 ligt het energieverbruik 29 % lager. In die tien jaaris het verbruik van de drie energievectoren gedaald.. Het hoogspanningsverbruik 1 Indien men de stookolieleveringen als benaderende waarde voor het stookolieverbruik gebruikt. Page 20 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Evolutie laagspanningsverbruik (GJ/VTE) Na een stijging in 2009 is in 2010 het laagspanningsverbruik licht gedaald ( - 0,4 %). Het laagspanningsverbruik blijft ruimschoots onder dat van 2000. Dankzij de vervanging van de verlichting in de jaren 2005 tot 2007 ligt het verbruik nog 36 % lager dan in 2000. Evolutie hoogspanningsverbruik (GJ) stijging van het verbruik van 2004 was mede te wijten aan de overstap naar een nieuwe beheerder van de technische installaties. Zij schakelden te laat de condensatoren voor de correctie van de cos(phi) van de koelgroep in, met een groter verbruik als resultaat. Dankzij de isolatie van het dak en de gevels met inbegrip van zonnewerende beglazing ligt het hoogspannings-verbruik in 2010 18 % onder het niveau van 2000. In 2009 lag dat nog 2 % hoger. De stijgingen in 2008 en 2009 zijn te wijten aan een stijging van het verbruik in de daluren in respectievelijk de maanden november en mei. De installatiebeheerder meent dat de stijging in 2008 te wijten zou zijn aan de werkzaamheden aan de voorgevel. Voor de stijging in 2009 konden zij geen verklaring geven. Het wegvallen van het abnormaal verbruik tijdens de daluren, gekoppeld aan een daling van het dagverbruik leverde in 2010 een energiebesparing van 19 % op ten opzichte van 2009. Aangezien hoogspanningselektriciteit hoofdzakelijk dient om de airconditioning te doen werken, wordt deze per m² uitgedrukt i.p.v. per VTE. Dit geeft 0,66 GJ/m² in 2010. Hoogspanningselektriciteit wordt ingezet voor de koeling, ventilatie en de werking van de liften. Het verbruik ervan wordt verdeeld tussen de twee hurders van het gebouw op basis van een quotiteit 69.995/100.000 voor het FPB. De gepresenteerde gegevens hebben betrekking op het aandeel van het FPB en niet op het geheel van het hoogspanningsverbruik 2. Evolutie stookolieleveringen en -verbruik (GJ) Voor het hoogspanningsverbruik werd voor de periode 2007-2009 vooropgesteld om het niveau van 2001 (rode lijn) niet te overstijgen. De verklarende factoren voor die evolutie zijn zowel van technische als van klimatologische aard. Uit de grafiek blijkt dat 2004 een uitzonderlijk jaar was. De 2 Het is de eerste keer dat de verklaring zicht beperkt tot de gegevens van het FPB. De eigenaar geeft de totale gegevens door maar het BFP is zich daar maar sinds 2011 bewust van. Page 21 of 38 Stookolie wordt gebruikt voor de verwarming van het gebouw. Net al voor hoogspanning, wordt het verbruik ervan wordt verdeeld tussen het FPB en HealthCity op basis van een quotiteit 69.995/100.000. De gepresenteerde gegevens hebben betrekking op

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 het aandeel van het FPB en niet op het geheel van het stookolieverbruik 3. Over de periode 1997-2010 vertoont de evolutie van het stookolieverbruik een grillig verloop. Een belangrijke verklarende factor voor deze evolutie is het aantal graaddagen 4. Uit de grafiek blijkt dat het aantal graaddagen in 2010 groter is dan in 2009. Toch liggen de stookolieleveringen in 2010 lager dan in 2009. Het FPB berekent ook het stookolieverbruik op basis van de opname van de meterstand van de stookoliedebietmeter. In de figuur is vanaf 2007 de evolutie van deze gegevens opgenomen. Op basis van die indicator is het verbruik in 2010 verder gedaald (- 20 %) ten opzichte van 2009. Dit is te verklaren door de isolatie van het dak en de plaatsing van isolerende beglazing. 3 Het is de eerste keer dat de verklaring zicht beperkt tot de gegevens van het FPB. De eigenaar geeft de totale gegevens door maar het BFP is zich daar maar sinds 2011 bewust van. 4 Eén graaddag komt overeen met het verschil tussen de gemiddelde temperatuur op een bepaalde dag en een referentietemperatuur (16,5 C) vanaf dewelke het nodig wordt te verwarmen. Zij zijn een maat voor de verwarmingsbehoeften. Page 22 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Waterverbruik Het Federaal planbureau heeft twee grote verbruiksposten voor water: technisch water (koeling en luchtbevochtiging) en sanitair water (WC, cafetaria). Doelstellingen voor 2007-2009 Technisch water: het technisch waterverbruik beperken tot 1 300 m3 per jaar. Sanitair water: geen vastgestelde doelstelling. Met een gemiddelde van 1024 m³ is het technisch waterverbruik ruim onder de 1300 m³ gebleven gedurende heel de periode 2007-2009. Doelstellingen voor 2010-2012 Technisch water: het technisch waterverbruik zal beperkt blijven tot gemiddeld 1 200 m3 per jaar over de periode 2010-2012. Sanitair water: het sanitair waterverbruik zal beperkt blijven tot gemiddeld 400 m3 per jaar over de periode 2010-2012. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 Maandthema mei over thermostaatgebruik. In 2011 Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Vervanging van de koelmachines van het airconditioningsysteem door performantere machines. In 2008 Plaatsing van zonnewering in alle kantoren aan de achterkant van gebouw. Vervanging voorgevel (plaatsing zonnewerende beglazing, isolatie). In 2009 Maandthema van de maand juli betreft water. Vervanging achtergevel (plaatsing zonnewerende beglazing, isolatie). Isolatie van het dak. Maandthema over water (maart), maandthema over het gebruik van de airco in de winter (februari) en maandthema over de goede milieugewoontes (multithematisch; juli). Belangrijkste acties voorzien voor 2012 Opvolging van de finetuning van de verwarming. Sensibilisatie sanitair waterverbruik. Page 23 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Opvolgingsindicatoren Totaal waterverbruik (m³) In 2010 bereikte het FPB het minimum aan waterverbruik sinds de start van de metingen. Het totale waterverbruik door het FPB werd sinds 1999 met meer dan 1000 m³ gereduceerd. Deze daling vond hoofdzakelijk plaats vanaf 2007. De daling is iets minder uitgesproken indien het verbruik uitgedrukt wordt per voltijds equivalent. Het aantal aanwezige voltijds equivalenten is immers afgenomen. In de periode 2000-2006 bedroeg het verbruik per voltijds equivalent ongeveer 21 m³ per jaar. Dit daalde naar ongeveer 16 m³ per jaar in de periode 2007-2010. Gemiddelde verdeling van het sanitair en technisch waterverbruik (%) Het waterverbruik van het FPB bestaat enerzijds uit technisch waterverbruik en anderzijds uit sanitair waterverbruik. doelstelling voor de periode 2010-2012 (400 m³ per jaar) ruimschoots overschreden werd. Dit is een gevolg van het toenemend aantal lekken aan de spoelmechanismes van de toiletten. Daardoor is het verbruik per voltijds equivalent in 2010 opnieuw op het niveau beland van de periode 2000-2003. Indien het FPB in de lopende driejarige periode haar doelstelling met betrekking tot het sanitair waterverbruik wil waarmaken, zal er dus nauwlettend op deze lekken dienen te worden toegekeken. Technisch waterverbruik (m³) In 2006 werd de koeltoren van het airconditioningssysteem vernieuwd. De installatie en de afstelling ervan leidde tot een sterk oververbruik van technisch water in dat jaar. Door de vervanging van de koelmachines in 2007 kon het technisch waterverbruik aanzienlijk ingeperkt worden, zelfs in die mate dat we voor het eerst sinds 2004 het vooropgestelde doel van een maximaal verbruik van 1300 m³ opnieuw bereikten. Ook in 2008 en 2009 werd deze doelstelling ruimschoots gehaald. Bijgevolg werd de doelstelling voor de periode 2010-2012 verscherpt naar 1200 m³. Deze doelstelling werd in 2010 ruimschoots gehaald, daar het technisch waterverbruik een minimum bereikte sinds de start van de meting in 2003. Tussen 2003 en 2010 werd het verbruik zowat gehalveerd. Per voltijds equivalent is de daling iets minder geprononceerd, met een daling van 14 m³ naar 9 m³. Het technisch waterverbruik was in de periode 2008-2010 verantwoordelijk voor 68% van het totale waterverbruik. Sanitair waterverbruik (m³/etp) Het sanitair waterverbruik kende van 2000 tot 2004 een sterke stijging als gevolg van de slijtage van de spoelmechanismes van de toiletten en de lavabokranen. Deze werden vernieuwd in 2005, wat resulteerde in een sterke daling van het sanitair waterverbruik. In 2006 werd een minimaal verbruik van 380 m³ opgetekend. In de twee daaropvolgende jaren steeg het verbruik lichtjes. Vanaf 2009 was de stijging meer afgetekend, in die mate zelfs dat de Page 24 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Aankopen De aankopen betreffen, enerzijds, het bureaumateriaal, en anderzijds, de producten voor de cafetaria. Doelstellingen voor 2007-2009 Het gestaag verhogen van het aandeel Fair trade - producten in het totale budget van de cafetaria tot 10% in 2009. Het aandeel Fair trade aankopen ligt met 28 % in 2009 ruim boven de doelstelling van 10%. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Wat betreft de aankopen van bureau-artikelen zijn er indicatoren bepaald die bij elke bestelling aangevuld worden. Enkele voorbeelden van nieuwe producten aangekocht op basis van duurzaamheidscriteria: ringmappen ( Der Blaue Engel -label), balpennen (milieuquotering van vier duimpjes op een schaal van vijf) en vullingen voor deze balpennen zijn eveneens beschikbaar, ongelakte potloden. Een Oxfam koffiemachine werd in de cafétaria geplaatst, die zowel Fair trade koffie als Fair trade chocolademelk aanbiedt. Een aantal "Fair trade"-producten werden voorgesteld. Het personeel van het FPB heeft deze producten kunnen proeven. "Vino Del Mundo"-wijnen werden besteld in het kader van de eindejaarsdrink. In het kader van de Fair trade -week werd er een Fair trade -maaltijd georganiseerd In 2008 Een aankoopprocedure werd opgesteld om de omzendbrief duurzame aankopen op te volgen. Page 25 of 38 Enkele voorbeelden van nieuwe producten aangekocht op basis van duurzaamheidscriteria: post-it ( Der Blaue Engel -label), enveloppen (FSC-label), schriften (PEFC-label). In het kader van de Fair trade -week werd er een Fair trade -maaltijd georganiseerd Het bureau nam deel aan de Fairtrade at Work dag dankzij een Fair trade -ontbijt. Uitbreiding van het aangeboden Fair trade - gamma in de cafetaria. In 2009 Enkele voorbeelden van nieuwe producten aangekocht op basis van duurzaamheidscriteria: gerecycleerd en recycleerbare mappen met het TCF-label; spaarlampen. De jaarlijkse acties "Fair Trade ontbijt" en "Fair Trade maaltijd" vonden respectievelijk plaats op de FairtradeWork-dag en gedurende de week van de eerlijke handel. Doelstellingen voor 2010-2012 Stijging van het aandeel van "duurzame ontwikkeling" aankopen. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 Aankoop van milieuvriendelijkere agenda s 2010. Maandthema februari 2010 over duurzame aankopen. Progressieve vervanging van standaardlampen door spaarlampen. Progressieve vervanging van halogeenbureaulampen door bureaulampen die spaarlampen bevatten. Progressieve vervanging van de CRT-schermen door LCD-schermen. Progressieve vervanging van PC's van het "desktop"- type door PC's van het "laptop"- type met een lager energieverbruik. In de mate van het mogelijke 4 jaar garantie vragen (i.p.v. 3 jaar) bij het aankopen van informaticamateriaal.

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Jaarlijkse Fair trade ontbijt (04/05) en maaltijd (05/10). In 2010 Aankoop van fluopotloden in FSC-hout en verdere verduurzaming van het bureaumateriaal. Coffee-break over duurzame labels (11/10) Jaarlijkse Fair trade ontbijt (17/05) en maaltijd (11/10). Belangrijkste acties voorzien voor 2012 Verder de aankopen verduurzamen. Page 26 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Opvolgingsindicatoren Aankopen van bureaumateriaal Een cijfermatige indicator werd voor de eerste keer berekend voor het jaar 2008. In 2008 stelt het aandeel milieuvriendelijke aankopen 27% voor van het budget van de bureaumateriaalaankopen (met uitzondering van papier en informaticamateriaal). Aankopen van Fair trade producten Het aandeel Fair trade producten in het totale budget van de cafetaria is sterk gestegen in 2007 (van 6% naar 22%). Deze stijging is vooral het gevolg van het introduceren van "Fair trade" koffie in februari 2007 en van de uitbreiding van het gamma "Fair trade" producten verkocht in de cafetaria. Deze trend werd in 2008 voortgezet met een aandeel dat 41% bereikt heeft. Deze sterke stijging in 2008 is evenwel verbonden met een unieke wijnaankoop en dat jaar is dus moeilijk vergelijkbaar met andere jaren. In 2009 daalt het aandeel dan ook t.o.v. 2008, maar het stijgt t.o.v. 2007, met een stabiel budget. In 2010, is het aandeel fair trade producten met 28 % stabiel gebleven t.o.v. 2009. Dit aandeel bereikt zo zijn kruissnelheid.. De 10% doelstelling voor eind 2009 is dus ruim bereikt vanaf 2007. Op te merken is dat de daling tussen 2005 en 2006 onder andere een gevolg is van het feit dat het niet fair trade - assortiment in 2006 sterk werd uitgebreid. In 2009 wordt dit aandeel bijna gedubbeld tot 51%. Deze stijging is zowel verbonden meteen daling van het totale budget (totaal budget) als aan een stijging van het budget besteed aan milieuvriendelijke aankopen ('groen' budget). Deze twee budgetten stijgen in 2010, maar het "groene" budget stijgt sneller en bedraagt 82% van de totale aankopen. Het papier is drager van het FSC mixed sources label. Page 27 of 38

Milieuverklaring van het Federaal Planbureau 2009-2011 Bijgewerkte verklaring 2011 Afval Doelstellingen voor 2007-2009. Geen enkele doelstelling werd in dit kader vastgelegd. De keuze was gemaakt om zich op de belangrijkste afvalstroom van het FPB te concentreren, namelijk papier. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2007-2009 In 2007 Maandthema en affiches " Eindelijk selectief sorteren op het Planbureau!". Doelstellingen voor 2010-2012 Geen expliciete doelstelling in het programma, maar het opstarten van een opvolgingssysteem voor de verschillende afvalstromen. Belangrijkste uitgevoerde acties in 2010-2011 In 2010 Een verantwoordelijke afval aanstellen. Opstarten van een opvolgingssyteem voor afval. Maandthema en affiches "Selectief sorteren verplicht in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest!". Mailing in het kader van de week van de afvalreductie. In 2011 Maandthema juli over de goede milieugewoontes (multithematisch). Analyse van de inhoud van de zakken rest- en PMD-afval. Page 28 of 38