Versterking bestuur pensioenfondsen: het vervolg

Vergelijkbare documenten
Nota van wijziging. Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: In artikel I, onderdeel D, komt artikel 99 te luiden:

Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Wet versterking Bestuur Pensioenfondsen

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Toelichting bij brief aan Stas Klijnsma dd. 14 maart 2014, P.C./MVE/ Mag een pensioenfonds gewogen stemverhoudingen hanteren in het bestuur?

VITP Toezichtcode 2019

Bestuursmodellen WVBP

Bestuurt het pensioenfonds Stelt profielschets op voor de leden van het bestuur Kan kandidaat afwijzen indien deze niet aan profielschets voldoet

V & A s n.a.v. Wet versterking bestuur pensioenfondsen d.d. 24 januari 2014

2513AA22XA. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 A 2513 AA S GRAVENHAGE

W erkboek PREVIEW. Op weg naar een. nieuw bestuursmodel. P e r s o o n l i j k. en interactief

VITP-visie op visitatie 3 november 2016 (finale versie voor ledenvergadering november 2016)

Update Code Pensioenfondsen

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van [[Datum openlaten]], nr. [[nr invullen]];

Pensioen Flash 2012 / 1

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Advies inzake het wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen (TK 33182)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

In artikel 28, eerste lid, wordt de deelnemersraad vervangen door: de deelnemers- en pensioengerechtigdenraad of het belanghebbendenorgaan.

P O S I T I O N P A P E R

Reactie op het voorontwerp van Wet versterking bestuur pensioenfondsen

Vanuit het oogpunt van leesbaarheid zijn sommige vragen uit het verslag samengevoegd en is de volgorde van beantwoording aangepast.

Grenzen aan (intern) toezicht

Reglement Verantwoordingsorgaan. Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959

In artikel 28, eerste lid, wordt de deelnemersraad vervangen door: de deelnemersraad of het belanghebbendenorgaan.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Tweede Kamer der Staten-Generaal

1. Uitgangspunten voor een nieuwe bestuursstructuur

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

No.W /III 's-gravenhage, 21 april 2011

PROFIELSCHETS. Philips Pensioenfonds NIET UITVOEREND BESTUURDER 1/5. Stichting Philips Pensioenfonds

Deze publicatie betreft de ministersversie van het advies, vooruitlopend op de officiële SER-uitgave.

Bestuursmodellen pensioenfonds

PROFIELSCHETS LEDEN VERANTWOORDINGSORGAAN (2014) 1. HET PENSIOENFONDS TNO EN ZIJN BESTUUR

Profielschets lid Raad van Toezicht. 20 mei 2019

Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Reglement intern toezicht. In werking

PROFIELSCHETS LID VERANTWOORDINGSORGAAN Vastgesteld 28 maart 2019.

Initiatief. Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid T.a.v. de heer H.G.J. Kamp Postbus LV 'S-GRAVENHAGE. Geachte heer Kamp,

Tweede Kamer der Staten-Generaal

2513AA22. De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA S GRAVENHAGE

Huishoudelijk reglement van het verantwoordingsorgaan (definitief) Bedrijfstakpensioenfonds voor de drankindustrie

AMBTELIJK VOORONTWERP Memorie van Toelichting

REGLEMENT VAN DE RAAD VAN TOEZICHT STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE BOUWNIJVERHEID

Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting-Telegraafpensioenfonds 1959 Januari 2018

Reglement voor de raad van toezicht

Input op consultatie DNB/AFM Beleidsregel Deskundigheid. vanuit KPS-werkgroep Pension Fund Governance

Functieprofielen Algemeen Bestuur Stichting Pensioenfonds ING. Algemeen functieprofiel Bestuur Stichting Pensioenfonds ING

Bijzondere Deelnemersvergadering 24 april 2014

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING PENSIOENFONDS ERNST & YOUNG ROTTERDAM. 1 juli 2014

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Werken aan geschiktheid

Profielschets lid Raad van Toezicht. 6 maart 2018

Reglement verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen

Speciale nieuwsbrief over personentoetsingen

VITP jaarcongres Intern Toezicht GOED, BETER, BEST..

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT. [Versie 1 januari 2019]

REGLEMENT RAAD VAN TOEZICHT STICHTING PENSIOENFONDS ACHMEA

Themadag Pensioenfederatie 13 september Voorontwerp van wet versterking bestuur pensioenfondsen

Aan de Koning. 1. Geschiktheidstoets

Stichting Pensioenfonds Sligro Food Group. Reglement Verantwoordingsorgaan

Pensioenen... Reglement raad van toezicht

TIJDPAD IMPLEMENTATIE WET VERSTERKING BESTUUR PENSIOENFONDSEN

Pensioenbericht 9 oktober 2015

Reglement Raad van Toezicht

Functieprofiel bestuurs- en commissielid namens pensioengerechtigden Stichting Pensioenfonds F. van Lanschot

Huishoudelijk Reglement Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Deutsche Bank Nederland.

Reglement Raad van Toezicht. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Reglement Verantwoordingsorgaan. van de. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor het Schilders-, Afwerkings- en Glaszetbedrijf

Voorontwerp van wet tot wijziging van de Pensioenwet in verband met aanpassing van het bestuursmodel voor pensioenfondsen

Omgekeerd gemengd bestuur is prettig, maar wel wennen

financieel toetsingskader pensioenfondsen en enige andere besluiten in verband met het beloningsbeleid en enige andere wijzigingen

GOVERNANCE CODE WONINGCORPORATIES

Profielschets Verantwoordingsorgaan Stichting Pensioenfonds Flexsecurity

Reglement van de Raad van Toezicht. Stichting Personeelspensioenfonds APG (PPF APG)

Stichting Pensioenfonds SMIT. Bestuursreglement V120620

Input KPS-werkgroep PFG op wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen

Stichting IKEA Pensioenfonds. Reglement Verantwoordingsorgaan

In het opschrift komt de zinsnede en deskundigheidstoetsing van commissarissen te vervallen.

Governance voorstellen helpen pensioensector vooruit

Stichting Pensioenfonds AT&T Nederland. SPAN Verantwoordingsorgaan

6 december Diversiteitsbeleid Pensioenfonds Vervoer

Stichting Pensioenfonds voor Fysiotherapeuten

U wordt getoetst. Wat betekent dat? Wat kunt u verwachten?

Profielschets lid van de Raad van Toezicht

Samenvatting beloningsbeleid Datum: Versie: definitief

1. Inleiding. 2. Huidige bestuurs- en governancestructuur

Profielschets Raad van Toezicht Stichting Pensioenfonds Rockwool

Tweede Kamer der Staten-Generaal

4. Bestuurders van de fondsen kunnen geen lid zijn van het Verantwoordingsorgaan.

Reglement Raad van Toezicht

SPEECH JOANNE KELLERMANN TGV UITREIKING TOOLKIT GOVERNANCE PENSIOENFONDSEN 2014, 19 MEI 2014, UUR.

HUISHOUDELIJK REGLEMENT VAN HET VERANTWOORDINGSORGAAN

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN STICHTING PENSIOENFONDS OPENBARE BIBLIOTHEKEN

REGLEMENT VERANTWOORDINGSORGAAN Stichting Pensioenfonds Thales Nederland. Artikel 2. Samenstelling van het Verantwoordingsorgaan

FUNCTIEPROFIEL VOOR: BESTUURSLID NAMENS PENSIOENGERECHTIGDEN STICHTING PENSIOENFONDS GRONTMIJ 8 SEPTEMBER 2016

Governance, control en verantwoording

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Transcriptie:

Versterking bestuur pensioenfondsen: het vervolg De kritiek op het wetsvoorstel versterking bestuur pensioenfondsen van februari 2012 was niet mals. In de Nota naar aanleiding van het Verslag van juni kondigt de minister aanpassingen aan. Er komt toch een one tier board. Maar aan het geven van benoemingsen ontslagregels wil hij zich niet branden, dat blijft een zaak van de sociale partners die dat in de nieuwe code voor goed pensioenfondsbestuur gaan regelen. De aangekondigde aanpassingen betreffen de volgende vier onderwerpen: a) de toevoeging van het zogenaamde one tier bestuursmodel, b) de mogelijkheid tot afwijking van de verplichting tot beperking van het zetelaantal van werkgevers bij premiemaximalisatie, c) de vermindering van het aantal goedkeuringsrechten van de raad van toezicht, d) een eigen regeling voor het aantal bestuurs- en toezichtfuncties voor de pensioensector. Daarover zal eerst advies aan de SER worden gevraagd. Na verwerking van de reactie van de SER ontvangt de Kamer dan een nota van wijziging. Hierna volgen de high lights uit de Nota. One Tier Board Een aantal fracties had gevraagd waarom de one tier board (wel geregeld in het voorontwerp) geschrapt was. In antwoord daarop stelt de minister dat de bezwaren van de regering zich niet richten op het one tier bestuursmodel als zodanig, maar op de wijze waarop dit model in het voorontwerp was ingevuld. De beoogde verbeterslag zou bij dit model onvoldoende gewaarborgd zijn. De reacties van de verschillende fracties in het verslag op het ontbreken van het one tier model hebben de regering er toe gebracht de verschillende aspecten van het one tier bestuursmodel opnieuw te bezien en om een wijziging voor te bereiden waarin het one tier bestuursmodel alsnog wordt verwerkt. Deze wijziging wordt eveneens voorgelegd aan de SER. Intern toezicht bij one tier board De regering acht het van belang dat het intern toezicht uitgeoefend wordt door personen die zich onafhankelijk kunnen opstellen ten opzichte van de uitvoerende bestuurders, en die deskundig zijn en onbevangen tot hun oordeel komen, die zonder last en ruggespraak opereren en die te allen tijde het belang van het pensioenfonds voorop stellen en niet het belang van de geleding die zij vertegenwoordigen. De voorgestelde wijziging wijkt daarom af van het one tier model zoals dat was opgenomen in het voorontwerp. Het wordt nu mogelijk om zowel het paritaire bestuursmodel als het onafhankelijke bestuursmodel in de vorm van een one tier bestuur te organiseren, waarbij als het ware de leden van de raad van toezicht of de visitatiecommissie dan de leden worden van het toezichthoudende deel van het bestuur. Omdat het intern toezicht dichtbij is, namelijk onderdeel vormt van het bestuur, kan dit efficiencywinst voor de betrokken fondsen opleveren. De regering is zich ervan bewust dat in de pensioensector ook behoefte bestaat aan een variant op het hiervoor beschreven one tier model. In deze variant wordt het uitvoerende deel van het bestuur gevormd uit externe beroepsbestuurders. Het niet-uitvoerende deel van het bestuur bestaat uit vertegenwoordigers van belanghebbenden. Deze laatste bestuurders houden toezicht op de uitvoerende bestuurders. Deze variant komt overeen met de variant uit het voorontwerp. De bezwaren die hiertegen bestonden, namelijk het risico dat het interne toezicht niet voldoende onafhankelijk is van de belangen van de

geledingen, zullen ondervangen moeten worden. Daarom acht de regering in het geval van intern toezicht door vertegenwoordigers van belanghebbenden de toevoeging van extra wettelijke waarborgen noodzakelijk. Een van die extra waarborgen vormt de mogelijkheid van een onafhankelijke voorzitter. Premiemaximalisatie en zetelverdeling Het voornemen bestaat om het wetsvoorstel aan te passen zodat het bestuur de mogelijkheid krijgt tot afwijking van de verplichting tot beperking van het zetelaantal van de werkgever bij premiemaximalisatie. Aanleiding hiervoor vormen de opmerkingen over een te grote inperking van de rol van de werkgever. Bij premiemaximalisatie wordt dan het aantal zetels voor de werkgever beperkt, tenzij het bestuur besluit om de bestaande zetelverdeling te handhaven. Er is geen reden om het zetelaantal van de werkgeversgeleding te beperken als de andere geledingen het er mee eens zijn dat zetelverdeling zonder premiemaximalisatie wordt gehandhaafd. Deskundigheidstoetsing Het is de taak van de toezichthouder DNB om de ontwikkelingen op het gebied van deskundigheid (binnenkort geschiktheid) van pensioenfondsbesturen te monitoren. Daarbij kan worden opgemerkt dat het wetsvoorstel DNB de mogelijkheid geeft om meer en vaker (mede-)beleidsbepalers op geschiktheid te toetsen. Nu toetst DNB individuele kandidaatbestuursleden aan de eisen van deskundigheid en betrouwbaarheid, het wetsvoorstel zorgt ervoor dat DNB voortaan ook de leden van de raad van toezicht en het belanghebbendenorgaan moet toetsen op geschiktheid. De toetsing op geschiktheid en betrouwbaarheid van de leden van de visitatiecommissie zal vanwege hun beperkte rol niet steeds bij benoeming plaatsvinden, maar alleen als daartoe een bepaalde aanleiding bestaat. DNB voert de toetsing uit aan de hand van de principes die zijn vastgelegd in de Beleidsregel deskundigheid 2011 (binnenkort: geschiktheid) van de Autoriteit Financiële Markten en DNB. Deskundigheid en geschiktheid In de Wet op het financieel toezicht (Wft) zal met ingang van 1 juli 2012 de deskundigheidstoetsing vervangen worden door de toets op geschiktheid (Wet van 22 december 2011, Stb. 2012, nr. 7). Ook wordt dan in de Wft de toets op geschiktheid voor interne toezichthouders ingevoerd. Vergelijkbare wijzigingen worden in dit wetsvoorstel opgenomen. Het begrip geschikt past beter bij hetgeen getoetst wordt dan het begrip deskundig. Zo gaat het niet alleen om kennis en ervaring, maar ook om vaardigheden en professioneel gedrag. Daarnaast geeft het begrip geschikt beter weer dat de samenstelling van het beleidsbepalende of toezichthoudende orgaan waarvan de getoetste persoon onderdeel uitmaakt een element is dat de toezichthouder in aanmerking neemt bij de toetsing van die persoon. De individuele kennis en vaardigheden van de getoetste persoon worden dan ook altijd bezien in samenhang met de kennis en vaardigheden van de andere leden van het betrokken orgaan. De geschiktheidstoets ziet dus zowel op het functioneren van het individu, als op zijn bijdrage aan de geschiktheid van het collectief. Voor de huidige (op deskundigheid getoetste) bestuurders is in het overgangsrecht geregeld dat zij worden geacht geschikt te zijn tot een wijziging in de relevante feiten en omstandigheden aanleiding geeft tot een ander oordeel.

De geschiktheidstoetsing in de Wft beperkt zich tot de dagelijks beleidsbepaler (3:8 Wft), de toetsing in de Pensioenwet en de Wet verplichte beroepspensioenregeling ziet ook op (mede)beleidsbepalers. Bij medebeleidsbepalers kan primair gedacht worden aan leden van de directie. Het artikel met betrekking tot de deskundigheid dan wel geschiktheid is niettemin al sinds de Pensioenen spaarfondsenwet ruim geformuleerd om ook personen te kunnen toetsen die buiten de gebruikelijke structuren vallen, maar die wel substantiële invloed uitoefenen op het beleid of de besluitvorming. Leden van organen met goedkeuringsrechten (raad van toezicht en belanghebbendenorgaan) zullen daarom op geschiktheid getoetst worden als (mede)beleidsbepaler. De bepaling met betrekking tot de geschiktheidstoetsing van interne toezichthouders is dan ook beperkt tot de leden van de visitatiecommissie, omdat die niet als (mede)beleidsbepalers kunnen worden aangemerkt (geen goedkeuringsrechten). Aantal (bestuurs)functies Er wordt in het wetsvoorstel een op de pensioensector gerichte regeling opgenomen. De doelen van de Wet van 6 juni 2011 (bevattende regels voor het bestuur en toezicht bij NV s en BV s) blijven ook voor deze regeling het uitgangspunt: mensen moeten voldoende tijd hebben om hun functie adequaat te vervullen en het ontstaan van een old boys network en belangenverstrengeling moet worden tegengegaan. Raad van toezicht en visitatie De regering streeft ernaar om op termijn ook voor ondernemingspensioenfondsen met een paritair of een onafhankelijk model een permanente raad van toezicht verplicht te stellen. Vanuit praktische overwegingen, namelijk het op korte termijn onvoldoende beschikbaar zijn van onafhankelijke deskundigen, is gekozen voor tijdelijke verschillen tussen ondernemingspensioenfondsen en bedrijfstakpensioenfondsen in de wijze waarop het intern toezicht wordt vormgegeven. Na een periode van vijf jaar zal worden geëvalueerd hoe het stelsel van intern toezicht functioneert. Dan wordt bekeken of ook ondernemingspensioenfondsen verplicht kunnen worden tot het instellen van een permanente raad van toezicht. De regering ziet in het feit dat in de uitvoeringsovereenkomst van een ondernemingspensioenfonds meer wordt vastgelegd en in de directere vorm van vertegenwoordiging een voldoende rechtvaardiging voor de tijdelijke mogelijkheid voor ondernemingspensioenfondsen om te kiezen voor een visitatiecommissie in plaats van een raad van toezicht. Een op onderdelen andere regeling voor ondernemingspensioenfondsen is overigens niet ongebruikelijk in de Pensioenwet. De regering gaat niet van de veronderstelling uit dat ondernemingspensioenfondsen die kiezen voor een visitatiecommissie iets te verbergen zouden hebben. De regering overweegt geen uitbreiding van de bevoegdheden van de visitatiecommissie. Het wetsvoorstel heeft de rol van de visitatiecommissie al versterkt door de verplichting tot jaarlijkse in plaats van driejaarlijkse visitatie. De raad van toezicht en de visitatiecommissie hebben voor een belangrijk deel dezelfde taken. Beide organen moeten toezien op het beleid van het bestuur, de algemene gang van zaken van het pensioenfonds, de risicobeheersing en evenwichtige belangenafweging door het bestuur. Daarnaast heeft de raad van toezicht nog extra taken, waaronder het bestuur met raad ter zijde staan en het melden van disfunctioneren van het bestuur. Een belangrijk verschil tussen beide organen is het feit dat de raad van toezicht goedkeuringsrechten heeft bij een aantal belangrijke besluiten van het bestuur. De bevoegdheden van de raad van

toezicht zijn daarmee uitgebreider dan die van de visitatiecommissie. Waar de visitatiecommissie achteraf nagaat of het bestuur goed gehandeld heeft, heeft de raad van toezicht ook invloed op de besluitvorming van het bestuur. Benoeming en ontslag leden raad van toezicht en bestuur Er is bewust voor gekozen de nadere uitwerking van een aantal onderwerpen over te laten aan de partijen in het veld om ruimte te bieden voor maatwerk per fonds. Dit geldt ook voor de nadere uitwerking van de procedure voor benoeming en ontslag van leden van de raad van toezicht. Deze nadere uitwerking zal een plaats moeten krijgen in een nieuwe code voor goed pensioenfondsbestuur. Op een aantal punten is in het wetsvoorstel wel een regeling opgenomen. Zo stelt de raad van toezicht een profielschets op voor leden van de raad van toezicht, wordt de deelnemers- en pensioengerechtigdenraad of het belanghebbendenorgaan in de gelegenheid gesteld advies uit te brengen over deze profielschets en moeten in de statuten bepalingen worden opgenomen betreffende de wijze waarop de leden van de raad van toezicht worden benoemd en ontslagen. Ook voor de benoeming en ontslag van de leden van het bestuur geldt dat de nadere uitwerking een plaats zal moeten krijgen in een nieuwe code voor goed pensioenfondsbestuur. De partijen in het veld kunnen bij de formulering van deze code ervoor kiezen de deelnemers- en pensioengerechtigdenraad, het belanghebbendenorgaan of het interne toezicht een rol te geven bij de benoeming en ontslag van bestuurders. Net zoals de huidige principes van goed pensioenfondsbestuur zal ook de nieuwe code een wettelijke basis hebben. Verder dienen op grond van het voorgestelde artikel 111, eerste lid, in de statuten van het pensioenfonds bepalingen te worden opgenomen betreffende de wijze waarop bestuurders worden benoemd en ontslagen. Goedkeuringsrechten en sancties raad van toezicht De regering zal naar aanleiding van verschillende vragen hierover de goedkeuringsrechten van de raad van toezicht in het paritair model wijzigen in die zin dat de rol van de raad van toezicht in beide modellen (paritair en onafhankelijk model) meer in overeenstemming wordt gebracht. Ook wordt de taakverdeling tussen bestuur en raad van toezicht daarmee scherper. Het voornemen is dat het goedkeuringsrecht vervalt ten aanzien van twee onderwerpen, namelijk ten aanzien van de actuariële en bedrijfstechnische nota en de vaststelling van een kortetermijnherstelplan en een langetermijnherstelplan. Dit is aan de SER voorgelegd. De regering ziet (in het algemeen) het toekennen van de goedkeuringsrechten aan de raad van toezicht ten aanzien van een beperkt aantal onderwerpen als een goede invulling van het interne toezicht. De onafhankelijkheid van de raad van toezicht ziet op de onafhankelijkheid ten opzichte van het bestuur en de geledingen daaruit. Het betekent niet dat de onafhankelijkheid van de raad van toezicht in het geding is als deze vooraf invloed uitoefent op de besluitvorming door het bestuur. Vraag is hoe de raad van toezicht het gewenste toezicht moet kunnen uitoefenen zonder over de bevoegdheid te beschikken om bestuurders te kunnen sanctioneren bij problemen, waarbij gedacht kan worden aan het enquêterecht, schorsing en ontslag. De regering is van mening dat de raad van toezicht voldoende bevoegdheden heeft om invloed uit te oefenen op het bestuur. De raad van toezicht kan ten aanzien van bepaalde besluiten zijn goedkeuring onthouden. Wanneer er problemen zijn in de vorm van disfunctioneren van het bestuur, dan moet de raad van toezicht dit melden aan de partij die

bevoegd is tot benoeming van het bestuur, aan de deelnemers- en pensioengerechtigdenraad en aan het belanghebbendenorgaan. Daar wil de regering het bij laten. Conclusie Stevig aan de tand gevoeld door de Kamerleden geeft de minister slechts op een belangrijk punt (en een aantal minder wezenlijke) toe, namelijk het alsnog mogelijk maken van een one tier board. Maar het heetste hangijzer, de benoeming en het ontslag van leden van het bestuur en de raad van toezicht, blijft voorbehouden aan de sociale partners, die dit in een nieuwe code voor goed pensioenfondsbestuur gaan regelen. Mr. P.J.M. Akkermans, senior advisor Akkermans & Partners, Tilburg