Suïcidepreventie Hoe open je deuren naar hulp voor mensen die gevaar lopen zichzelf wat aan te doen? Mark Mepschen psychiater crisisdienst-iht Pro Persona Arnhem
Inhoud Visie op suicidaliteit Wat te doen? Contact maken, hoe doe je dat? Evaluatie
Visie op suïcidaliteit
6 mythen over zelfmoord 1. Zelfmoord komt weinig voor. 2. Mensen plegen vaak zelfmoord om rationele redenen. 3. De meeste mensen plegen zelfmoord in het najaar. 4. Zelfmoord is altijd een daad uit individuele wanhoop. 5. Mensen plegen vaker zelfmoord in tijden van oorlog. 6. Praten over zelfmoord of er na vragen maakt mensen suïcidaler.
Risico van een poging Na 1 poging 10% overlijdt later aan suïcide Na meer pogingen risico loopt op Pogingen zijn oefeningen in suïcidaal gedrag
Suïcide tendentie Suïcide poging Suïcide Observeerbaar gedrag Niet observeerbaar gedrag Bewuste en onbewuste gedachten, impulsen en suïcideplannen Bron: Hawton, 2001 Tijd
Hoe ontstaan suïcidale gedachten? 1. Kwetsbaarheid en nare gebeurtenissen bedreigen het zelfbeeld 2. Men voelt zich niet in staat om huidige en toekomstige problemen op te lossen 3. Men gaat zich dan wanhopig of hopeloos voelen 4. Dit wordt beleefd als een ondraaglijke situatie waaruit men zelf niet meer kan ontsnappen en die niet meer zal veranderen 5. En men denkt dat anderen ook niet kunnen helpen, ziet zichzelf als hulpeloos
Visie op suïcidaliteit
Selectie van stress- en kwetsbaarheidsfactoren Suïcide in de familie, eerdere suïcidepoging(en) Stemmingsstoornis (depressie, bipolaire stoornis) Psychotische stoornis / schizofrenie Persoonlijkheidsstoornissen Verslaving alcohol / drugs en intoxicatie Recente verlieservaring (overlijden naaste, verlies baan) Angst, agitatie, agressie, impulsiviteit Zwart-wit denken, last voor ander, afwijzing, krenking Hoge lijdensdruk (hopeloosheid, wanhoop) Onvoldoende contact, onvoldoende informatie 9
Beschermende factoren Goede sociale steun, sociaal netwerk Verantwoordelijkheid voor anderen, kleine kinderen, vrouw Belijdend religieus Probleemoplossende vaardigheden Goede therapeutische relatie, goede werkrelatie, begrip 10
Specifieke factoren bij jongeren Psychologische factoren: Neiging tot internaliseren en emotioneel terugtrekken Schijnautonomie Matige emotionele vaardigheden Geringe zelfwaardering Sociale kenmerken Veel onrust in hun leven gehad, meerdere verlatingen Zoeken vooral contact met lotgenoten Misbruiken vaker alcohol/drugs Zoeken geen hulp Gezinskenmerken Veel onrust in hun leven gehad, meerdere verlatingen Zoeken vooral Soms onderbetrokken ouders Negatieve gezinsinteracties Veel eigen (psychiatrische) problematiek bij de ouders Onzekerheid bij ouders over hun rol 11
Wat te doen?
Suïcidepreventie is: Het doorbreken van zelfmoordgedachten en voorkomen van pogingen. En wordt gerealiseerd door: Vroegsignalering bij (keten)partners en psycho-educatie 13
Richtlijn suïcidaal gedrag Aanbevelingen zijn ook geschikt voor gatekeepers
Aanbevelingen uit Richtlijn maak contact en vraag door zorg voor veiligheid en continuïteit betrek anderen erbij en denk daarbij ook aan 113online, voor de persoon die denkt aan zelfmoord en ook voor vragen van gatekeepers
Algemene principes Thema s in de richtlijn: contact maken suïcidaal gedrag als focus van diagnostiek en behandeling systematisch onderzoek van suïcidaal gedrag zorg voor veiligheid en continuïteit betrekken van naasten bij de diagnostiek en behandeling Leidend tot: diagnose en indicatiestelling van suïcidaal gedrag 16
Systematisch onderzoek: CASE interview (Chronological Assessment of Suicidal Episodes) ruimere voorgeschiedenis; eerdere episoden van suïcidaal gedrag gebeurtenissen in de recente voorgeschiedenis actuele suïcidegedachten die aanleiding zijn voor het onderzoek verwachting en plannen voor de toekomst Shea (1998) 17
Indruk van ernst Licht: af en toe gedachte aan suïcide, geen plan gemaakt, kan nog aan andere dingen denken, realiseert zich gevolgen voor familie en vrienden Ambivalent: de ander wil afwisselend dood en dan weer leven, geen duidelijke plannen of voorbereidingen Ernstig: voortdurend gedachten en beelden van suïcide, gevoelens van wanhoop, heeft een duidelijk plan met voorbereidingen, denkt dat het voor anderen beter is als hij of zij er niet meer is, afscheidsbrieven zijn soms overwogen of geschreven Zeer ernstig: denkt alleen maar aan suïcide, enorme gevoelens van wanhoop, geen oog voor gevolgen voor anderen, er is een duidelijk plan, mogelijk reeds geoefend, elk moment kan een impulsdoorbraak leiden tot suïcide
Contact maken, hoe doe je dat?
De basis Het gaat in gesprek om contact, begrip en erkenning. Het gaat niet om precies willen weten. Weet je hoe sterk de suïcidale gedachten zijn? Weet je waar de wanhoop vandaan komt?
Contact maken neem elke suïcidale uitlating van de ander serieus vraag zo nodig op eigen initiatief naar gedachten aan suïcide ga in op directe of indirecte suïcidale uitspraken van de ander vraag door naar gevoelens van wanhoop probeer naasten van de ander erbij te betrekken
Open en respectvol Heb respect voor de ander, ook al is deze wanhopig Het is een persoon met kwaliteiten en mogelijkheden Die op dit moment, door bepaalde omstandigheden, zelfmoord gedachten heeft Dat geeft ruimte aan de ander om suïcidegedachten te uiten aan jou om door te vragen naar suïcidegedachten en wanhoop gevoelens Dat kan helpen om een indruk te krijgen van de ernst samen te zorgen voor goed vervolg (huisarts of 113)
Contact maken met wanhoop Probeer te begrijpen waarom de ander in zo n toestand is Ga niet snel of oppervlakkig geruststellen Probeer in contact te komen, zowel verbaal en non-verbaal
Belangrijk om te vragen Je denkt aan suïcide: dan moet je wel wanhopig zijn. Klopt dat? Wat maakt je zo wanhopig?
en empathisch door te vragen Empatisch doorvragen: Het gaat niet zozeer om welke vragen je stelt, MAAR meer om de manier waarop je ze stelt. Verkeerde vragen bestaan niet, mits open gesteld. Valkuilen empathie: ervaringsdeskundige : ik weet hoe jij je voelt betweter : ik weet wat goed is rechter : ik vind niet dat je dit kan doen optimist : de zon schijnt Je leeft je in in de ander zonder dat je de pijn voelt; je stelt je NAAST de ander op.
en empathisch door te vragen denk je vaak aan zelfmoord? af en toe, dagelijks, bij voortduring hoe voel je je, ben je erg wanhopig? bij vlagen, voortdurend, erger dan ooit heb je een plan gemaakt? voorkeur voor een methode, een plaats of een datum wat hoop je te bereiken met je zelfmoord? eindelijk rust, overleden dierbare terugzien, geen pijn meer voelen, het voor anderen makkelijker maken, wraak nemen, anderen duidelijk maken hoe wanhopig je bent Wie respectvol luistert hoeft niet bang te zijn een verkeerde vraag te stellen
Suïcidale signaleren herkennen: taal Directe signalen: Ik zou willen slapen en nooit meer wakker willen worden. Ik wil rust. Ik zou willen dat ik er niet meer was. Ik wil er een eind aanmaken. Ik wou dat ik dood was. Indirecte signalen: Ik zie het niet meer zitten. Ik heb er genoeg van, ik kan het allemaal niet meer aan. Ik ben een last, iedereen is beter af zonder mij. 27
Suïcidale signaleren herkennen: gedrag Zich isoleren, terugtrekken, stiller zijn Lusteloosheid, futloosheid, sombere stemming Slaapstoornissen Verslechtering van het concentratievermogen en geheugen Verandering in de kwaliteit van de prestaties Verandering in sociaal gedrag Neiging om interessante activiteiten die men vroeger leuk vond te verwaarlozen Opvallende verandering en/of verwaarlozing van uiterlijk 28
Suïcidale signaleren herkennen: gedrag Verzuim, spijbelen of anderszins afwezig zijn Zelfmoordpoging Weglopen / doelloos rondzwerven / verwaarlozing Wisselende stemming / emotioneel labiel Schriftelijke aanwijzingen bv. tekening, brief, sociale media Weggeven van persoonlijke bezittingen Aanwezigheid van zelfmoordplannen Problematisch alcohol en/of drugsgebruik 29
Specifieke barrières bij jongeren In zijn algemeenheid geldt dat interventies die barrières wegnemen bij jongeren om hulp te zoeken, het bereik kunnen vergroten. Barrières bij jongeren zijn: Problemen zelf willen oplossen; Ontkenning problemen; Onderschatting problemen; Pessimisme over nut van hulpverlening; Angst voor stigmatisering. 30
Chronisch suïcidaal gedrag (1) valkuilen professional en patiënt raken gedemoraliseerd; dit vormt een bedreiging voor een effectieve werkrelatie professional raakt ongevoelig voor acuut suïcidaal gedrag 31
Chronisch suïcidaal gedrag (2) valkuilen professional en patiënt raken gedemoraliseerd; dit vormt een bedreiging voor een effectieve werkrelatie professional raakt ongevoelig voor acuut suïcidaal gedrag patiënt moet meer uit de kast halen om luisterend oor te vinden 32
Chronisch suïcidaal gedrag (3) cluster B persoonlijkheidsstoornissen BPS: suïcidaal gedrag is diagnostisch criterium 75% doet poging(en); 10% van de patiënten overlijdt door suïcide vaak gebrekkige impulscontrole (middelenmisbruik kan zowel oorzaak als gevolg zijn) zelfbeschadiging en suïcidaal gedrag komen vaak samen voor suïciderisico bij cluster B extra verhoogd bij comorbide depressie en verslaving/alcoholgebruik vatbaar voor crises; acuut-op-chronisch risico 33
In crisissituaties: Chronisch suïcidaal gedrag (4) diagnostiek & behandeling onderzoek de oorzaak van het acuut-op- chronische-suïcidale gedrag > aandacht voor acute stressoren (CASE-benadering) Behandeling is gericht op drie niveau s: psychiatrische comorbiditeit uitlokkende en onderhoudende factoren (stressoren) revalidatie: remoralisering en psychosociaal herstel tegen de achtergrond van het bestaan van chronisch suïcidaal gedrag (gericht op: veiligheid en continuïteit) 34
Autisme en suïcidaliteit (1) Kenmerken ASS Sociale communicatie problemen Beperkte intuitieve afstemming in de sociale context Pragmatische taal problemen Stereotiep gedrag & beperkte interesses Behoefte aan voorspelbaarheid Zintuiglijke over-/onderprikkeling Monique Post heeft autisme vanuit autisme bekeken https://www.youtube.com/watch?v=ggezis3gnye 35
Autisme en suïcidaliteit (2) Kenmerken ASS Welke kenmerken van ASS noemt Monique? Er was iets anders Hoe moet je contact maken Constant analyseren Uitgeput aan einde van de dag Opeenstapeling van moeizame momenten Frustratie Geen perspectief meer Plannen en organiseren Moeite met eigen grenzen te voelen 36
Autisme en suïcidaliteit (3) Relatie ASS met suïcidaliteit Besef van gemis aan intuitieve afstemming Relaties buiten bereik Negatief en onzeker zelfbeeld Angst Moeite met nemen van perspectief Verbeelding in de toekomst Bewust zijn van niet kunnen relativeren Moeite om emoties te uiten Moeite met de omgeving Overprikkeling Betrekkings ideeen Woede 37
Autisme en suïcidaliteit (4) Wat weten we uit de praktijk? Risicofactoren op suicidaal gedrag bij ASS zijn: misbruik of pesten, hogere intelligentie, verandering in routines, comorbide depressie of psychose. Rigide oplossing: A+B = suicide Vaak onvoorspelbaar Vaak na langdurige worsteling met veel lijdensdruk Uitzichtloosheid Documentaire - De regels van Matthijs https://www.youtube.com/watch?v=kyxg-tgr-ws 38
Autisme en suïcidaliteit (5) Welke thema s zijn er bij de behandeling? Hoe serieus neem ik het? Wat doe ik met die autistische logica? Vaak uitspraken als: Suicide, logisch toch? Hoe sluit ik aan bij emand met autisme? Snap ik het dilemma? Welke andere logische opties zijn er? Voelt iemand zich begrepen? 39
Evaluatie Wat heb je geleerd over contact maken? Voel je je nu meer bekwaam om signalen te herkennen en met iemand te spreken met suïcidale gedachten? Denk je dat je een ander zo kunt motiveren om hulp te vragen? Weet je hoe en naar wie je kunt verwijzen? Wat doe je als iemand geen hulp wil?
Suïcide voorkom je samen! Samen gaan we deuren openen naar hulp voor mensen die gevaar lopen zichzelf wat aan te doen