Ecologie Cursus Natuurgids
Hoofdstuk ecologie 1. Wat is ecologie? 2. Abiotische factoren 3. Relaties tussen individuen van dezelfde soort 4. Relaties tussen individuen van verschillende soorten 5. Processen in ecosystemen 2
1. Wat is ecologie? 3
1. Wat is ecologie? Ecologie is de studie van de onderlinge relaties tussen soortgenoten levende natuur andere soorten niet-levende natuur 4
1. Wat is ecologie? 1866: Ernst Haeckel Οίκος (huis) + λογος (leer) na W.O. II: ecosysteemtheorie (Odum) complexiteit leidt tot stabiliteit beheersbaar 1975 e.v.: chaostheorie complexiteit leidt tot instabiliteit toeval, onzekerheid 5
1. Wat is ecologie? Ecologie is van een wetenschappelijk begrip een containerbegrip geworden Renault Clio 1.2 Turbo 'eco2': ecologisch en economisch 6
2. Abiotische factoren 7
2. Abiotische factoren planten licht dieren licht autotroof energie warmte water chemische stoffen heterotroof energie warmte water chemische stoffen 8
2. Abiotische factoren Warmte microklimaat 9
2. Abiotische factoren Water waterkringloop 10
2. Abiotische factoren Chemische stoffen atmosfeer zuurstofgas koolstofdioxide lithosfeer stikstof fosfor kalium boor chloor koper ijzer calcium magnesium zwavel mangaan molybdeen zink (macronutriënten) water (micronutriënten) hydrosfeer 11
3. Relaties tussen individuen van dezelfde soort 12
3. Relaties soortgenoten Het begrip soort Soort = groep van individuen die zich met elkaar (kunnen) voortplanten 13
3. Relaties soortgenoten Voortplanting regenwormen lagere dieren: soms tweeslachtig (hermafrodiet) bladluizen parthenogenese: nakomelingen zonder bevruchting 14
3. Relaties soortgenoten edelhert dieren met minder natuurlijke vijanden: natuurlijke selectie door competitie 15
3. Relaties soortgenoten planten: vaak ongeslachtelijke vermenigvuldiging wortelstok paardenbloemen: zaadvorming zonder bestuiving 16
3. Relaties soortgenoten Ontwikkeling van populaties populatieaangroei evenwichtsniveau = draagkracht A B C 17
3. Relaties soortgenoten Ontwikkeling van populaties 18
3. Relaties soortgenoten densiteit prooidierpopulatie predatorpopulatie zomer 1 zomer 2 zomer 3 zomer 4 relatie predatorpopulatie / prooidierpopulatie 19
3. Relaties soortgenoten koolmees pimpelmees stadspark naaldbos eikenbos De aantallen schommelen parallel in de drie gebieden en voor beide soorten. Een minimum trad op na de zeer koude winter van 1963. 20
3. Relaties soortgenoten Zich voeden broedterritoria bij zangvogels 21
3. Relaties soortgenoten Andere relaties school massa-effect 22
4. Relaties tussen individuen van verschillende soorten 23
4. Relaties verschillende soorten Enkele ecologische begrippen Biotoop (Wilde eend) 24
4. Relaties verschillende soorten Biotoop van oranjetipje: vochtig hooiland Habitat van oranjetipje: braam en pinksterbloem 25
4. Relaties verschillende soorten Ecotopen 26
3. Relaties verschillende soorten zonne-energie Ecosysteem watercyclus fotosynthese bladeren hout kruiden strooisel bacteriën en schimmels humus wortels bodemfauna koolstofcyclus 27
4. Relaties verschillende soorten Areaal landkaartje 28
4. Relaties verschillende soorten abiotische factoren levensomstandigheden biotische factoren Milieu 29
4. Relaties verschillende soorten Concurrentie en ecologische niche 30
4. Relaties verschillende soorten Eten en gegeten worden Predatoren insecteneter alleseter vleeseter 31
schol 4. Relaties verschillende soorten zweefvlieg Camouflage Mimicry horzelvlinder wesp 32
4. Relaties verschillende soorten Vleesetende planten 33
4. Relaties verschillende soorten Bloemen en bloemhoofdjes insecten mycoplasma s slakken schimmels spinachtigen virussen zoogdieren Pollenkorrels insecten Wortel aaltjes - bacteriën insecten - schimmels zaadplanten Vruchten schimmels - insecten vogels Wortelhals schimmels Herbivoren Hoofdjessteel aaltjes - insecten schimmels zoogdieren Bladsteel aaltjes - bacteriën insecten - schimmels zoogdieren Blad aaltjes - insecten mycoplasma s schimmels - slakken spinachtigen - virussen vogels - zoogdieren 34
1 Larve snuitkever (bladmineerder) 2 Eikenbladrolkever 3 Meikever 4 Bastaardsatijnvlinder 5 Ringelrups 6 Grote wintervlinder 7 Kleine wintervlinder 8 Groene eikenbladroller 9 Eikelboorder 10 Bladsnuitkever 11 Soldaatje sp. 12 Groen smalbuikje 13 Eikenspintkever 14 Eikenbok sp. 15 Heldenbok 16 Vliegend hert 17 Meikeverlarve (engerling) 18 Kniptorlarve (ritnaald) 19 Galwesp sp. (aardappelgal) 35
4. Relaties verschillende soorten stekels doorns kooieffect Planten verdedigen zich met stekels en doorns 36
4. Relaties verschillende soorten ruig hertshooi brandhaar grote brandnetel Planten verdedigen zich chemisch 37
4. Relaties verschillende soorten aardappelgal Gallen ananasgal galnoten 38
4. Relaties verschillende soorten ongeslachtelijk aardappelgal juliaugustus wortelgallen Biorhiza pallida lente geslachtelijk 39
4. Relaties verschillende soorten aaseters Detritivoren Afbraak van een afgevallen blad, door schimmels en vervolgens door saprofagen saprofyten 40
4. Relaties verschillende soorten Symbiose schimmel Mutualisme wier korstmossen 41
4. Relaties verschillende soorten Coöperatie berken vliegenzwam mycorrhiza 42
4. Relaties verschillende soorten Commensalisme slingerplanten klimplanten epifyten epixylen 43
4. Relaties verschillende soorten Parasitisme halfparasiet: maretak parasiet: klein warkruid halfparasiet: grote ratelaar 44
4. Relaties verschillende soorten Parasitisme 45
4. Relaties verschillende soorten Klimaatverandering zorgt voor warmere, nattere winters en vervroegde lentes actievere periode van teken verlengd Gastheren overleven meer de winter Gevolg: groei van het aantal teken, dus vergroot kans op besmetting: Hoe ga je met teken om in jouw excursies? Voorzorgsmaatregelen? Wat met kinderen in korte broek struinend door gras? Wat als iemand teek op zich krijgt? 46
5. Processen in ecosystemen 47
5. Processen in ecosystemen Kringloop van het water 1 verdamping (water; door planten) 2 wolken 3 neerslag 4 rivieren 5 grondwater 6 water loopt in de zee 48
5. Processen in ecosystemen Opbouw, consumptie en afbraak calciumcarbonaat schelpen kalksteen koolstofkringloop koolstofdioxide in de lucht en opgelost in water organische fossielen steenkool aardolie planten = producenten ademhaling fotosynthese koolstofverbindingen in autotrofe organismen opgegeten koolstofverbindingen in heterotrofe organismen 49
5. Processen in ecosystemen stikstofkringloop denitrificerende bacteriën nitraationen stikstofgas stikstoffixerende bacteriën eiwitrotting ammoniumionen nitraationen stikstofgas in de lucht wortelknolletjesbacteriën eiwitsynthese in autotrofe organismen in bodem (en water) organisch afval afsterven uitwerpselen opgegeten eiwitten in heterotrofe organismen 50
5. Processen in ecosystemen consumenten consumenten 2 de orde consumenten 3 de orde consumenten 1 ste orde 51
5. Processen in ecosystemen reducenten rottingsbacteriën schimmels afbraakproces 52
5. Processen in ecosystemen biomassa Biomassa van een hectare oud eikenbos (120 jaar) houtgewassen kruiden grote zoogdieren (wild zwijn, ree, edelhert) kleine zoogdieren vogels regenwormen 4 ton bladeren 30 ton takken 240 ton stammen 1 ton 2 kg 5 kg 1,3 kg 600 kg 53
5. Processen in ecosystemen Voedselketen, -web en -kringloop producenten energie die door het organisme zelf verbruikt wordt 1 % BM TM VM TM VM voedselketen warmte o u o u TM reducenten 54
5. Processen in ecosystemen voedselweb 55
5. Processen in ecosystemen voedselkringloop lichtenergie energievermindering PRODUCENTEN CONSUMENTEN REDUCENTEN energievermindering energievermindering 56
5. Processen in ecosystemen plaats van de zwammen in het ecosysteem ZWAMMEN Groene planten Herbivoren Carnivoren Organische resten ZWAMMEN 57
5. Processen in ecosystemen Voedselpiramide sperwer mezen gaasvliegen bladluizen bladeren 58
Herhaling Densiteit Massa-effect Biotoop tov ecotoop Areaal Predator Mutualisme Commensalisme Detritivoren Reducent, producent, consument Biomassa 59