Reactie inzake consultatie Europese Commissie over grensoverschrijdende fusies en splitsingen; met aanvullende opmerkingen

Vergelijkbare documenten
26 mei secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel fax c.heck@knb.nl

VEREENIGING PREADVIEZEN. Europa! Europa? De invloed van het Europese vennootschaps- en effectenrecht nu en in de toekomst. Prof. mr. M.L.

6 oktober secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel fax

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

VOORWOORD LIJST VAN GEBRUIKTE AFKORTINGEN

COMMISSIE VOOR BOEKHOUDKUNDIGE NORMEN. CBN-advies Omrekening van kapitaal bij grensoverschrijdende fusies

14257/16 pro/oms/fb 1 DG G 2B

GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT

NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT

Omzetting van de Europese richtlijn naar het Belgisch recht

Fusie is op grond van artikel 2:309 van het Burgerlijk Wetboek (BW) de rechtshandeling van

10 september 2018 Documentnummer: , MoB Nummer 39/2018 Dossiernummer : K3875

(Niet-wetgevingshandelingen) VERORDENINGEN

2. Voor de voorgestelde insolventierichtlijn geldt de gewone wetgevingsprocedure.

Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie. Reactie consultatie Implementatiewet vierde anti-witwasrichtlijn

29 maart secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel

Artikel 1 In dit besluit wordt verstaan onder wet: Wet op het financieel toezicht.

ZIFO Institute for Financial law en Corporate Law Amsterdam Toelichting bij de beantwoording van genoemde vragen uit de questionnaire.

19 oktober secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel fax

e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Raad voor Regelgevingstoetsing SWD (2018) 141

HET VENNOOTSCHAPSRECHT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

VERDERZETTING DOELGROEPVERMINDERINGEN BIJ OVERGANG ONDERNEMING - MODEL VERKLARING

RICHTLIJN 2005/56/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen

28 februari secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel

Advies van de Adviescommissie vennootschapsrecht over grensoverschrijdende fusie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

RICHTLIJN 2009/109/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Tweede Kamer der Staten-Generaal

ARREST VAN HET HOF (Grote kamer) 13 december 2005 *

TETRALERT - ONDERNEMING VOORSTEL TOT HERZIENING VAN DE RICHTLIJN AANDEELHOUDERSRECHTEN

Deponering, publicatie en verzet

Tweede Kamer der Staten-Generaal

RICHTLIJN 2005/56/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 26 oktober 2005 betreffende grensoverschrijdende fusies van kapitaalvennootschappen

Grensoverschrijdende juridische fusie. 20 januari 2011 Marike Stoffers Jasmijn van der Wilden

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

Toelichting bij aanvraagformulier voor een verklaring van geen bezwaar (vvgb) artikel 3:96 Wft. Alleen van toepassing op banken met zetel in

11558/02 jv 1 DG G I

De juridische organisatie van de onderneming

De nummers van het Handelsregister. Versie 1.3, 15 november 2010

De rol van de accountant bij grensoverschrijdende fusie

VOORBEELDNOTIFICATIE VOOR ARTIKEL 5:25 LID 2-3 ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING (MELDING VOOR KLEINE EVENEMENTEN) VOLGENS DE MODELVERORDENING VNG

INHOUDSOPGAVE. Woord vooraf / V. Lijst van gebruikte afkortingen / XIII. HOOFDSTUK 1 Enkele begrippen / 1

de Nederlandse Orde van Belastingadviseurs Commissie Wetsvoorstellen

Knipperlichten. Vennootschapsrecht. Bart Bellen Reinout Vleugels. 2 februari 2012

Inbrengovereenkomst. tussen. de gemeente Den Helder. Port of Den Helder NV

I. Grensoverschrijdende fusie door overneming van Eindhoven De Kroon B.V.

Ontwikkelingen inzake het UBO-register in Nederland

Reactie inzake de consultatie over het Ontwerpbesluit Wijzigingsbesluit financiële markten 2012 (het "Ontwerpbesluit")

Inhoud. INLEIDING... v. 1. WETTELIJKE CONTEXT Europa België... 1

VIOHALCO NV Marnixlaan 30, 1000 Brussel, België RPR (Brussel) STEMMING PER BRIEF. (1) per brief. (2) per

CMS_LawTax_Negative_28-10 CONSULTATIE UITVOERINGSBESLUIT WWFT 2018

Fiscale aspecten bij éénmalige revisorale opdrachten

1. Wettelijke context Europa België Vennootschap... 3

I. DE GRENSOVERSCHRIJDENDE FUSIE: BEGRIP EN RECHTSGEVOLGEN... 1

1. Is verzekeringnemer statutair gevestigd in Nederland? ja nee. 2. Is verzekeringnemer een vereniging van eigenaars? ja nee

DIT DOCUMENT IS BELANGRIJK EN VEREIST UW ONMIDDELLIJKE AANDACHT. WIN BIJ TWIJFEL PROFESSIONEEL ADVIES IN.

Inbreng in een Belgische vennootschap door een niet-europese vennootschap van haar Belgische vaste inrichting (filialisering) (art.

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

en notarissen & Droogleever Pels Rijeken Fortu ij n advocaten Stuurgroep Governance Havenschap Moerdijk t.a.v. de voorzitter, de heer L.W.L.

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Het komende Surinaamse rechtspersonenrecht

12494/1/07 REV 1 yen/il/lv 1 DG H 2B

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument COM(2009) 283 definitief.

Voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

VIOHALCO NV Marnixlaan 30, 1000 Brussel, België RPR (Brussel) VOLMACHT

INHOUD. Deel I Overdracht van ondernemingen

WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE SAMENVATTING VAN DE EFFECTBEOORDELING. bij. Voorstel voor een

Wet van 13 maart 2016 op het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, de artikelen 107 tot 122.

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST NR. 94 VAN 29 APRIL 2008 BETREFFENDE WERKNEMERSMEDEZEGGENSCHAP IN DE UIT GRENSOVERSCHRIJ-

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 september 2011 (OR. en) 10765/1/11 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2009/0035 (COD)

Online Aansprakelijkheidsverzekering bestuurders en commissarissen

Raad van de Europese Unie Brussel, 7 oktober 2016 (OR. en)

Bijlage voor feitelijke verenigingen (bij de aansluitingsfiche rechtspersonen en verenigingen)

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Blok 10: IS 1: tarieven, gelieerde partijen, onderkapitalisatie, belastingparadijzen, fiscale eenheid

Advies inzake de wijziging van de Wet op het financieel toezicht in verband met introductie van een meldingsplicht voor bepaalde cash settled

30 december secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel fax

De verhouding tussen Richtlijn 98/34/EG en de Verordening betreffende wederzijdse erkenning

Tweede Kamer der Staten-Generaal

17 april secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus BA Den Haag - tel fax

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 14 oktober 2016 Betreft Voorhangbrief Holland Casino NV

Openbare raadpleging over de mogelijke herziening van Verordening (EG) nr. 764/2008 (de verordening wederzijdse erkenning)

GROEP BRUSSEL LAMBERT Naamloze Vennootschap Maatschappelijke zetel: Marnixlaan Brussel Ondernemingsnummer:

LEDEN INBRENG OVEREENKOMST. Datum: (1) Stimuleringsfonds Duurzame Energie Regio Alkmaar U.A. (2) GEMEENTE Bergen

Ontbinding en vereffening

Uiteindelijk belanghebbende (UBO) verklaring

279. Ik vertrek. Verplaatsen feitelijke leiding en hoofdbestuur MR. B.P. BUIRMA

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

Heeft de vennootschap een aandeelhoudersbelang in een andere vennootschap? Ja Nee Zo ja, wat is de waarde van dit aandeelhoudersbelang?

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

NOTA "A"-PUNT het Comité van permanente vertegenwoordigers

(3) Het verslag bevat feedback over de ervaringen met de overgangsmaatregelen van Verordening (EG) nr. 2076/2005 van de Commissie (4). In het verslag

GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT ("Gecombineerde Commissie") van de. Nederlandse Orde van Advocaten. en de

RICHTLIJN (EU) 2018/1910 VAN DE RAAD

PUBLIC 10927/03 Interinstitutioneeldosier: 2002/0286(CNS)

Transcriptie:

Reactie inzake consultatie Europese Commissie over grensoverschrijdende fusies en splitsingen; met aanvullende opmerkingen 1 december 2014 secretaris - mr. C. Heck-Vink - Postbus 16020-2500 BA Den Haag - tel. 070-3307139 - c.heck@knb.nl

Case Id: 3e64d685-61e5-4b73-ad05-aab173e942eb Grensoverschrijdende fusies en splitsingen Grensoverschrijdende fusies en splitsingen Raadpleging door de Europese Commissie, DG MARKT INLEIDING Opmerking vooraf Deze vragenlijst heeft als doel informatie te verzamelen die het directoraat-generaal Interne markt en diensten kan helpen bij de evaluatie van de huidige EU-wetgeving voor grensoverschrijdende activiteiten van ondernemingen en bij de beantwoording van de vraag of die eventueel moet worden gewijzigd. De vragen zijn gericht op de verbetering van het bestaande kader voor grensoverschrijdende fusies en de mogelijke creatie van een kader voor grensoverschrijdende splitsingen van ondernemingen. Ze weerspiegelen niet het officiële standpunt van de Europese Commissie en lopen geenszins vooruit op haar eventuele toekomstige beslissingen over een verbetering van het kader voor grensoverschrijdende activiteiten van ondernemingen. Het actieplan Europees vennootschapsrecht en corporate governance benadrukte dat Richtlijn 2005/56/EG (de richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies) een grote vooruitgang betekende voor de grensoverschrijdende mobiliteit van vennootschappen in de EU en erkende tegelijkertijd dat het misschien nodig zou zijn de richtlijn aan te passen om aan de veranderende behoeften van de eengemaakte markt te voldoen. In de studie over de toepassing van deze richtlijn werd gewezen op een aantal problemen/moeilijkheden met betrekking tot de uitvoering en de werking ervan in de praktijk. In de studie werd bijvoorbeeld vastgesteld dat procedurele regels, meer bepaald regels over de bescherming van schuldeisers, de bescherming van minderheidsaandeelhouders en de waardering van activa voor, tot onzekerheid en complexiteit kunnen leiden. De relevante regels rond splitsingen zijn een aantal jaar geleden geharmoniseerd op nationaal niveau door Richtlijn 82/891/EEG. Tot op vandaag is er echter nog geen kader voor grensoverschrijdende splitsingen op EU-niveau. Ondernemingen die tot een grensoverschrijdende splitsing willen overgaan moeten verschillende operaties uitvoeren, zoals een binnenlandse splitsing en een fusie over de grenzen heen of de oprichting van een dochteronderneming gevolgd door een overdracht van activa. Om die reden vermeldde de Commissie in haar actieplan van 2012 dat zij zou nagaan of er een initiatief moet komen in verband met een kader voor grensoverschrijdende splitsingen. Mogelijk doet ze dit via een wijziging van de richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies, gezien deze bekend is bij de belanghebbenden en eveneens een beproefd kader voor grensoverschrijdende herstructureringen zou vormen. Het resultaat van de raadpleging over de toekomst van het Europese vennootschapsrecht uit 2012 toonde aan dat de meerderheid van de belanghebbenden interesse heeft in een verdere harmonisatie op het vlak van grensoverschrijdende fusies en splitsingen.

Het doel van de huidige raadpleging is om meer grondige informatie te verzamelen over de volgende thema's: a) welke belemmeringen er bij internationale activiteiten bestaan; b) welke aanpassingen volgens de belanghebbenden nodig zijn; c) welke kosten kunnen worden bespaard door actie op EU-niveau. Bij de beoordeling of er nood is aan Europese actie op dit vlak zal er met de antwoorden rekening worden gehouden. Reacties op deze raadpleging moeten beknopt zijn en betrekking hebben op bovengenoemde aspecten. U kunt uw reactie inzenden tot 1 december 2014. U kunt deze vragenlijst online insturen. Eventuele bijlagen kunt u uploaden aan het einde van de vragenlijst in sectie IV. Mocht u nog vragen of opmerkingen hebben over deze raadpleging, stuur die dan naar markt-f2@ec.europa.eu. De Commissie wil graag alle belanghebbende partijen bedanken voor hun bijdrage aan deze raadpleging en behoudt zich het recht om respondenten te contacteren in het geval dat verdere informatie of verduidelijkingen nodig zijn. Zie de specifieke privacyverklaring. I. Informatie 1. Land van herkomst van de respondent a) EU-lidstaat b) Niet-EU-lidstaat Gelieve uw land aan te duiden: Nederland 2. Vul uw naam en adres in. Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht te Den Haag: zie vraag 3. 3. In welke hoedanigheid beantwoordt u deze vragenlijst? a) Overheid (ook regering) b) Universiteit, onderzoeksinstelling, denktank e.d. c) Advocaat, notaris d) Ondernemingsfederatie, ondernemingsvereniging, Kamer van Koophandel, consumentenvereniging, andere federatie, vereniging of organisatie e) Vakbond, werknemersvertegenwoordiging e.d. f) Onderneming g) Particulier h) Andere

Gelieve te specificeren: De Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB) en de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) werken samen in de Gecombineerde Commissie Vennootschapsrecht. Deze Commissie brengt deze consultatiereactie namens de beide beroepsorganisaties uit. Is uw organisatie opgenomen in het Transparantieregister? (Als u niet geregistreerd bent, kunt u zich nu in het Transparantieregister inschrijven, maar dit is niet verplicht om aan deze enquête deel te nemen.) Ja Nee Ik weet het niet 4. Informatie over uw onderneming. Is het: a) een onderneming waaraan u advies geeft b) een onderneming waarvan u deel uitmaakt (bijvoorbeeld waar u voor werkt, die u beheert) c) een onderneming waarvan u de eigenaar of mede-eigenaar bent d) niet van toepassing II. Grensoverschrijdende fusies De richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies bevat een geharmoniseerd regelgevingskader voor fusies tussen vennootschappen van verschillende lidstaten. In de raadpleging van 2012 liet de meerderheid van de belanghebbenden verstaan dat de bestaande EU-regels voor grensoverschrijdende fusies aangepast moet worden om aan de veranderende behoeften van de eengemaakte markt te voldoen. Verder bracht de studie over de toepassing van de Richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies van 2013 een aantal concrete voorstellen naar voren om het bestaande wettelijke kader te verbeteren. De volgende vragen steunen op het hierboven genoemde onderzoek en gaan over concrete acties die op Europees niveau kunnen worden genomen. 1. Moet de richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies van toepassing zijn op grensoverschrijdende fusies van vennootschappen die niet in de EU/EER zijn gevormd maar zijn omgezet in een EU/EER-vorm?

2. Zouden grensoverschrijdende fusies tussen vennootschappen van een verschillend type mogelijk moeten zijn, bijvoorbeeld tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid en een naamloze vennootschap? 3. Is er een harmonisatie nodig van de rechten van schuldeisers in het geval van een grensoverschrijdende fusie? 3.1. Welke methode moet voor de harmonisatie worden gekozen? a) Volledige harmonisatie van de rechten van de schuldeisers in alle lidstaten b) Aanpak met twee opties - het EU-recht zal in twee pakketten rechten voor de schuldeisers voorzien. De lidstaten zouden één pakket hiervan moeten toepassen. c) Open-menu aanpak - het EU-recht zal in twee pakketten rechten voor de schuldeisers voorzien. De lidstaten zouden vrijblijvend één pakket hiervan kunnen toepassen. d) Ik weet het niet 3.2. De schuldeisers zouden het recht moeten hebben om: [verschillende antwoorden mogelijk] a) De fusie tegen te houden b) Een onderneming te verzoeken om een garantie voor of waarborg aan de schuldeiser c) De rechtbank te vragen om te eisen dat een bedrijf in een garantie of waarborg voorziet d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet 4. Is er een harmonisatie nodig van de eisen waaraan de bedrijven moeten voldoen tijdens de periode waarin de bescherming voor schuldeisers geldt?

4.1. Welke eisen aan bedrijven moeten geharmoniseerd worden? De eisen die betrekking hebben op: [verschillende antwoorden mogelijk] a) Ontmoetingen van schuldeisers b) Garanties/waarborgen c) Gescheiden beheer van activa en passiva d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet 5. Is er een harmonisatie nodig van de datum die het begin van de periode aanduidt waarin de schuldeisers van fuserende bedrijven beschermd zijn? 5.1. Deze beschermingsperiode zou moeten starten op een dag: a) vóór de grensoverschrijdende fusie van kracht wordt ("ex ante") b) nadat de grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden ("ex post") c) Andere (geef aan welke) d) Ik weet het niet 6. Is er een harmonisatie nodig van de rechten van minderheidsaandeelhouders in het geval van een grensoverschrijdende fusie? 6.1. Welke methode moet voor de harmonisatie worden gekozen? a) Volledige harmonisatie van de rechten van de minderheidsaandeelhouders in alle lidstaten b) Aanpak met twee opties - het EU-recht zal in twee pakketten rechten voor de minderheidsaandeelhouders voorzien. De lidstaten zouden één pakket hiervan moeten toepassen. c) Open-menu aanpak - het EU-recht zal in twee pakketten rechten voor de minderheidsaandeelhouders voorzien. De lidstaten zouden vrijblijvend één pakket hiervan kunnen toepassen. d) Ik weet het niet

6.2. De minderheidsaandeelhouders zouden het recht moeten hebben om: [verschill ende antwoorden mogelijk] a) De fusie tegen te houden b) Onderzoek te doen c) Een vergoeding te eisen d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet 7. Is er een harmonisatie nodig van de datum die het begin van de periode aanduidt waarin de minderheidsaandeelhouders van fuserende ondernemingen beschermd zijn? 7.1. Welke "gebeurtenis" moet aanleiding geven tot de start? [verschillende antwoorden mogelijk] a) Algemene vergadering b) Als er geen algemene vergadering plaatsvindt, de publicatie van het gemeenschappelijk voorstel voor een grensoverschrijdende fusie in het register of op de website van een onderneming c) Als er geen algemene vergadering plaatsvindt, de aanvraag bij de bevoegde autoriteiten voor het pre-fusieattest d) Als er geen algemene vergadering plaatsvindt, de registratie van de fusie in het ondernemingsregister e) Andere (geef aan welke) f) Ik weet het niet 8. Is er een harmonisatie nodig van de lengte van de periode waarin de minderheidsaandeelhouders van de fuserende ondernemingen hun rechten kunnen uitoefenen? 8.1. Hoe lang moet die beschermingsperiode duren? a) Eén maand b) Twee maanden c) Langer dan twee maanden (gelieve te specificeren) d) Ik weet het niet

9. Wanneer een grensoverschrijdende fusie de uitgifte van nieuwe aandelen met zich meebrengt, is een waardering van de activa en de passiva mogelijk nodig. Onder de lidstaten worden twee verschillende types van waarderingsmethodes gebruikt: de reëlewaardemethode en de boekwaardemethode. De twee methodes kunnen mogelijk verschillende waarderingen als resultaat hebben. Moeten er gemeenschappelijke regels vastgelegd worden in alle lidstaten? 9.1. Voor welke methode moet worden geopteerd? a) De onderneming moet vrij zijn om te kiezen voor de reëlewaardemethode of de boekwaardemethode b) De boekwaardemethode moet als gemeenschappelijke norm worden opgelegd c) De reëlewaardemethode moet als gemeenschappelijke norm worden opgelegd d) Andere e) Ik weet het niet 10. Is er een harmonisatie nodig van de datum vanaf welke de handelingen van de grensoverschrijdend fuserende bedrijven boekhoudkundig worden geacht voor rekening van het uit de grensoverschrijdende fusie ontstane bedrijf te zijn verricht? 10.1. Met welke datum moet er rekening gehouden worden? a) De effectieve wettelijke datum ("registratiedatum") van de fusie, meer bepaald de datum waarop de fusie in het ondernemingsregister is ingeschreven b) De boekingsdatum ("definitieve datum") van de fusie die moet zijn vastgelegd in het gemeenschappelijke voorstel voor een grensoverschrijdende fusie, meer bepaald de datum vanaf welke de transacties van de verworven onderneming boekhoudkundig worden geacht voor rekening van de verwervende onderneming te zijn verricht c) Andere (geef aan welke) d) Ik weet het niet 11. Als, onder bepaalde omstandigheden, geen algemene vergadering vereist is, moet de datum voor publicatie van het ondernemingsregister worden geharmoniseerd?

11.1. Aan de hand van welke "gebeurtenis" moet de publicatiedatum van het gemeenschappelijk voorstel voor een grensoverschrijdende fusie bepaald worden? a) Voorlegging van de documenten bij de nationaal verantwoordelijke autoriteit voor het controleren van de rechtmatigheid van de grensoverschrijdende fusie b) Voorlegging van de documenten bij het ondernemingsregister c) Bekendmaking van de fusie in het ondernemingsregister d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet 12. Moet er voor bepaalde gevallen een geharmoniseerde versnelde procedure voor grensoverschrijdende fusies geïntroduceerd worden? 12.1. Onder welke omstandigheden moet een dergelijke procedure beschikbaar zijn? [verschillende antwoorden mogelijk] a) Wanneer een bedrijf geen werknemers heeft b) Wanneer alle aandeelhouders akkoord gaan c) Wanneer 90 % van de aandeelhouders akkoord gaan d) Wanneer er geen impact is voor de schuldeisers e) Andere (geef aan welke) f) Ik weet het niet 13. Moet elk van de respectievelijke nationale autoriteiten die betrokken zijn bij de grensoverschrijdende fusie enkel toezien op de naleving van de opgelegde eisen van de eigen lidstaat? 14. Is er een aanpassing nodig van de regels die momenteel van kracht zijn overeenkomstig de richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies voor medezeggenschap van de werknemers? Gelieve te specificeren:

III. Grensoverschrijdende splitsingen Splitsingen op nationaal vlak zijn momenteel geharmoniseerd door Richtlijn 82/891/EEG, maar het EU-vennootschapsrecht bevat geen regels voor grensoverschrijdende splitsingen. De raadpleging van 2012 over de toekomst van het EU-vennootschapsrecht heeft aangetoond dat er nood is aan een duidelijk Europees wettelijk kader dat de voorwaarden waaronder een grensoverschrijdende splitsing mag worden uitgevoerd, vastlegt. 1. Waarom zou een onderneming tot een grensoverschrijdende splitsing willen overgaan? [verschillende antwoorden mogelijk] a) Nieuwe kansen van de interne markt grijpen b) De structuur van de organisatie wijzigen/vereenvoudigen c) Zich aanpassen aan de veranderende marktomstandigheden d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet Gelieve te specificeren: De grensoverschrijdende splitsing kan ook gebruikt worden in overnames van bedrijven. 2. Hoe kan een harmonisatie van de wettelijke eisen met betrekking tot grensoverschrijdende splitsingen op Europees niveau ondernemingen helpen en de toename van grensoverschrijdende activiteiten van ondernemingen binnen de EU vergemakkelijken? [verschillende antwoorden mogelijk] a) Verlaging van de regelgevingskosten (vergoedingen) b) Verlaging van de direct aan de grensoverschrijdende splitsing verbonden kosten (bijvoorbeeld kosten voor vertalingen, advies...) c) Verlaging van de werkingskosten van de onderneming of de groep ondernemingen d) Andere (geef aan welke) e) Ik weet het niet 3. Voor zover deze er zijn, wat zijn de obstakels voor de uitvoering van grensoverschrijdende splitsingen in vergelijking met nationale splitsingen? [verschill ende antwoorden mogelijk] a) Kosten van een grensoverschrijdende splitsing die wordt uitgevoerd door een nationale splitsing en dan een grensoverschrijdende fusie b) Moeilijke financiering van grensoverschrijdende splitsingen c) Rechtsonzekerheid door het gebrek aan Europese regels d) Duur en complexiteit van de huidige procedures die nodig zijn om een grensoverschrijdende splitsing uit te voeren e) Fiscale problemen f) Andere obstakels dan de hierboven vermelde (Gelieve te specificeren) g) Ik weet het niet

3.1. Gelieve aan te duiden welke volgens u de belangrijkste kosten zijn [verschillend e antwoorden mogelijk] a) Vertalingen b) Registratievereisten/-vergoedingen c) Kosten voor verschillende regels inzake activawaardering bij de uitvoering van een grensoverschrijdende splitsing d) Kosten voor advies over een grensoverschrijdende splitsing e) Kosten die verbonden zijn aan de voorbereiding van rapporten voor aandeelhouders en andere belanghebbenden (schuldeisers, werknemers) f) Werkingskosten voor de voorbereiding en organisatie van algemene vergaderingen g) Andere kosten h) Ik weet het niet 3.1.1. Geef alstublieft een schatting van deze kosten. [verschillende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen) 3.1.3. Geef een schatting van deze kosten. [verschillende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen) 3.1.4. Geef alstublieft een schatting van de kosten voor juridische adviseurs [verschil lende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen) 3.1.5. Geef alstublieft een schatting van de kosten voor notarissen [verschillende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen) 3.1.6. Geef alstublieft een schatting van de kosten voor boekhouders [verschillende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen)

3.1.7. Geef een schatting van deze kosten. [verschillende antwoorden mogelijk] a) Bedrag in euro (gelieve in te vullen) b) % van de totale kosten van de splitsing (gelieve in te vullen) 3.2. Welk bedrag kan een bedrijf uitsparen als het in de plaats van een nationale splitsing en een grensoverschrijdende fusie meteen een grensoverschrijdende splitsing zou kunnen uitvoeren? a) Gelieve het bedrag in euro in te vullen b) Gelieve het % van de totale kosten van de splitsing in te vullen 4. Wat zijn de belangrijkste zaken in verband met grensoverschrijdende splitsingen die op Europees niveau moeten worden geregeld? [verschillende antwoorden mogelijk] a) Schuldereisersproblematiek b) Problematiek rond minderheidsaandeelhouders c) Problematiek rond belanghebbenden d) Procedure kwesties e) Boekhoudkundige aspecten f) Medezeggenschap van werknemers g) Andere (geef aan welke) h) Ik weet het niet 5. Moeten de geharmoniseerde regels over grensoverschrijdende splitsingen geïntegreerd worden in het door de richtlijn betreffende grensoverschrijdende fusies vastgestelde kader? a) Akkoord (gelieve aan te geven waarom) b) Niet akkoord (gelieve aan te geven waarom) Gelieve aan te geven waarom: Het integreren van regels over grensoverschrijdende splitsingen in de bestaande richtlijn zou de duidelijkheid niet bevorderen. Derhalve zijn wij van mening dat er een nieuwe richtlijn zou moeten worden opgesteld. IV. Algemene opmerkingen

Als u algemene opmerkingen over de vragenlijst of specifieke punten naar voren wil brengen die niet worden besproken in deze vragenlijst, upload dan hier uw bijdrage. 1. c084927d-13ab-4509-985d-65b87e6c0b48/aanvullende opmerkingen GCVR Grensoverschrijdende fusies en splitsingen 01122014.doc Contact markt-f2@ec.europa.eu

1 GECOMBINEERDE COMMISSIE VENNOOTSCHAPSRECHT van de Nederlandse Orde van Advocaten en de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie Aanvullende opmerkingen op de EU Survey inzake Grensoverschrijdende fusies en splitsingen. 1. Inleiding Dit document is een bijlage bij de vragenlijst van de Europese Commissie inzake de evaluatie van de huidige EU-wetgeving voor grensoverschrijdende activiteiten van ondernemingen en bij de beantwoording van de vraag of deze eventueel moet worden gewijzigd. 2. Opmerkingen II. Grensoverschrijdende fusies Vraag 1: De Nederlandse wetgeving staat volgens de huidige stand van de literatuur in Nederland een grensoverschrijdende fusie van vennootschappen die niet in de EU/EER zijn opgericht, maar het gevolg zijn van een omzetting van een vennootschap in een niet EUR/EER-vorm in een vennootschap in een EU/EER-vorm, niet in de weg. Het verdient de voorkeur om dit op EUniveau te verduidelijken. Vraag 2: Een fusie tussen een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid en een naamloze vennootschap, is op grond van de Nederlandse wetgeving al mogelijk omdat deze twee rechtsvormen uitdrukkelijk in de Nederlandse wet als rechtspersonen met dezelfde rechtsvorm worden aangemerkt. De Commissie meent dat een grensoverschrijdende fusie tussen verschillende rechtsvormen (zoals een coöperatie en een besloten vennootschap) onder omstandigheden mogelijk zou moeten zijn, zoals thans ook al naar Nederlands recht mogelijk is bij nationale fusies (vergelijk artikel 2:310 lid 4 BW). Het zou mogelijk moeten worden dat een verkrijgende vereniging, coöperatie, onderlinge waarborgmaatschappij of stichting ook kan ook fuseren met een naamloze of besloten vennootschap waarvan zij alle aandelen houdt. Een verkrijgende stichting, naamloze of besloten vennootschap zou ook moeten kunnen fuseren met een vereniging, coöperatie of onderlinge waarborgmaatschappij waarvan zij het enige lid is. Vraag 3.1:

2 In deze vraag wordt verwezen naar een aanpak met twee opties. De Commissie neemt aan dat met deze twee opties wordt gedoeld op de bescherming van crediteuren ex ante en ex post. In de Nederlandse literatuur (zie met name de proefschriften van mr. H.J.M.M. van Boxel (met betrekking tot de grensoverschrijdende fusie van kapitaalvennootschappen) en mr. E.R. Roelofs (met betrekking tot de grensoverschrijdende splitsing van kapitaalvennootschappen)) is nadrukkelijk gewezen op de problemen die kunnen ontstaan in de praktijk doordat de beide opties casu quo systemen van bescherming van crediteuren naast elkaar in verschillende lidstaten worden toegepast. Een sprekend voorbeeld is een grensoverschrijdende fusie van een Duitse vennootschap als verdwijnende vennootschap in een Nederlandse vennootschap als verkrijgende vennootschap. In Duitsland geldt een systeem van crediteurenbescherming ex post, terwijl in Nederland een ex ante systeem geldt. Doordat de Duitse vennootschap ophoudt te bestaan is in Duitsland geen bescherming ex post meer mogelijk ten aanzien van de Duitse vennootschap, terwijl doordat de fusie dan al van kracht is geworden in Nederland een Duitse bescherming ex ante ten aanzien van de Nederlandse vennootschap ook niet meer mogelijk is. Om dit probleem op te lossen heeft Duitsland een specifieke voorziening getroffen in haar eigen nationale wetgeving (artikel 122 j Umwandlunggesetz). Dit zou door een goede harmonisatie niet meer nodig moeten zijn. Vraag 6.1: Het is voor de Commissie niet geheel duidelijk welke twee opties hier worden bedoeld. De Commissie meent dat één van de opties in ieder geval zou moeten betreffen een uittreedrecht met verzoek tot schadeloosstelling van een minderheidsaandeelhouder van de verdwijnende rechtspersoon, zoals thans ook in de Nederlandse wetgeving is opgenomen. De uittreding is op zichzelf een nationale aangelegenheid. Het kan wel verschil maken of de uittredingsvergoeding ten laste van de verkrijgende of de verdwijnende vennootschap zal komen (en op welk moment deze opeisbaar zal worden) op grond van de betreffende nationale regeling. In het eerste geval gaat in beginsel het gehele vermogen van de verdwijnende vennootschap over en komt daarna de vergoeding ten laste van de verkrijgende vennootschap. In het tweede geval gaat niet het gehele vermogen over indien de uittredingsvergoeding opeisbaar zal worden voordat de fusie van kracht wordt, maar (slechts) het vermogen van de verdwijnende vennootschap na aftrek van de uittredingsvergoeding. Dit onderwerp is thans niet geharmoniseerd op EU/EER-niveau. De lidstaten hebben de vrijheid om passende maatregelen te treffen. Hierdoor kunnen ten aanzien van dit onderwerp discrepanties ontstaan en blijven bestaan. Vraag 6.2: Uit de vraagstelling blijkt niet duidelijk of bedoeld wordt dat "een vergoeding eisen" enkel mogelijk is in geval van het uittreden van de betrokken minderheidsaandeelhouder. De Commissie is van mening dat dit wel het geval zou moeten zijn, aangezien een recht tot vergoeding, terwijl de minderheidsaandeelhouder niet zal uittreden, tegenstrijdig lijkt. In het kader van het vaststellen van de vergoeding dient informatie over de betrokken rechtspersoon vrijgegeven te worden. Het toekennen van een recht tot het doen van onderzoek zonder dat dit in verband staat met een verzoek tot vergoeding lijkt een onevenredig zwaar recht dat aan de minderheidsaandeelhouder toekomt. In een zodanig geval zullen de gewone regels op het recht van informatie die aan de minderheidsaandeelhouder onder lokaal recht toekomen, voldoende moeten zijn.

3 Vraag 9.1: De Commissie is van mening dat in principe iedere waarderingsmethode gebruikt zou kunnen worden voor zover deze een in het maatschappelijke verkeer als aanvaardbaar beschouwde waarderingsmethode is. Vraag 12: In de vraagstelling wordt verwezen naar een "versnelde procedure" (fast track) voor de fusie. Het is de Commissie thans niet duidelijk wat precies met deze versnelde procedure wordt bedoeld. De Commissie gaat er vanuit dat hiermee bedoeld wordt dat er geen wachttermijn voor crediteuren in acht behoeft te worden genomen. Vraag 14: De huidige regeling met betrekking tot de werknemerszeggenschap werkt belemmerend en schiet haar doel voorbij. In de praktijk wordt hier dan ook vaak omheen gestructureerd. De regeling is ook niet altijd waterdicht. Zo ziet artikel 16 lid 7 Tiende Richtlijn (en artikel 2:333kk lid 7 BW) alleen op binnenlandse fusies/nationale fusies die binnen drie jaar nadat een grensoverschrijdende fusie van kracht is geworden tot stand komen en niet op bijvoorbeeld opvolgende binnenlandse/nationale splitsingen. Hierdoor zit er een gat in de regeling en wordt het doel, het voorkomen van misbruik, niet bereikt. Dit is nu ook niet zo bij de grensoverschrijdende splitsingen en grensoverschrijdende omzettingen die op basis van de jurisprudentie van de EU worden geïmplementeerd. Het valt te overwegen om de bescherming uiteindelijk over te laten aan het nationale recht dat van toepassing is op de verkrijgende vennootschap. De Commissie beseft echter ook dat deze gewijzigde benadering wellicht teveel ingrijpt op de huidige systematiek die na een lange voorgeschiedenis uiteindelijk tot stand is gekomen. III. Grensoverschrijdende splitsingen Vraag 3: Antwoord d) is ten aanzien van Nederland thans niet relevant omdat er nog geen wettelijke procedure bestaat met betrekking tot de implementatie van een grensoverschrijdende splitsing. Eventueel kunnen reeds gevestigde zekerheidsrechten op aandelen van een splitsende vennootschap tot complicaties leiden. Hetzelfde geldt ten aanzien van de (subsidiaire) aansprakelijkheid voor verplichtingen van de splitsende vennootschap die op grond van artikel 2:334f BW kan ontstaan. Vraag 3.2: Het is niet mogelijk om een specifiek bedrag in te vullen. Echter, de Commissie meent dat er aanzienlijke bedragen kunnen worden bespaard op de advieskosten van advocaten en notarissen indien een bedrijf in plaats van een nationale splitsing en een grensoverschrijdende fusie meteen een grensoverschrijdende splitsing zou kunnen uitvoeren. IV. Algemene opmerkingen De Commissie is van mening dat de focus van de EU meer zou moeten liggen op het opstellen van een EU richtlijn voor grensoverschrijdende omzettingen dan op een EU-richtlijn voor grensoverschrijdende splitsingen. In de praktijk blijkt hier een grotere behoefte aan te bestaan. Deze lijkt onder andere te worden veroorzaakt door de continuïteit van een omgezette rechtspersoon waardoor ook geen overgang van vermogen plaats behoeft te vinden.

4 Een dergelijke EU-richtlijn voor grensoverschrijdende omzettingen zou naar de mening van de Commissie tot een aanzienlijke besparing op de advieskosten moeten leiden. Den Haag, 1 december 2014