Versie 1.04: 19 augustus 2004 Concept Visiedocument NBC-steunpuntregio s

Vergelijkbare documenten
BRANDWEERTAKEN & SAMENWERKING BIJ

Optreden bij NBC-incidenten. informatie voor de brandweer

Leidraad Kernongevallenbestrijding

Kwaliteitskader uitruk- en opkomsttijden Regionale Brandweer Haaglanden

NBC-ontsmettingspeloton Voorzet ontwikkeling ontsmettingspeloton volgens de NBC steunpuntregeling

Resultaten Workshop IBGS

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Protocol Decontaminatie. Irene van der Woude

Dekkingsplan 2012 BRANDWEER BRABANT-NOORD. Presentatie: algemene toelichting

IDENTITEIT ONBEKEND. omgaan met potentieel zeer gevaarlijke stoffen in het laboratorium Jeroen van der Meer

2e druk, 6e oplage, februari Instituut Fysieke Veiligheid ISBN

Protocol Schuilen of ontruimen/evacueren

grootschalige tankbranden.

Landelijk Team Forensische Opsporing

Decontaminatie. Irene van der Woude

DE BRANDWEER IN FRYSLÂN

CBRNincidentbestrijding

1. Kenmerken van een inzet bij OGS. 2. Belangrijkste Risico's bij OGS. 3. Specifieke zaken voor Beeldvorming bij OGS

Bijlage 11. Voertuigspecificaties

Bovenregionaal Gewondenspreidingsplan. voor de regio s Noord-Holland en Flevoland

Specialisten van de VRU. Ongevalsbestrijding Gevaarlijke Stoffen (OGS)

Algemeen bestuur Veiligheidsregio Groningen

Bovenregionaal Gewondenspreidingsplan. voor de regio s Noord-Holland en Flevoland

Grootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten

Rampenplan gemeente Heerhugowaard. B3 1 Deelplan Bron- en Effectbestrijding Brandweer

Optreden bij buisleiding incidenten. Drs. B.M.G. Janssen MCDM Directeur Gezamenlijke Brandweer Voorzitter NVBR Netwerk OGS

# Overwegingen Aantekeningen 1 Alarm

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Het Rotterdam-scenario

Uitvraagprotocol. Uitvraagprotocol ten behoeve van meldkamers die een incidentmelding kunnen ontvangen.

Van OGS naar IBGS versie 1: 2017

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR GASPAKDRAGER

Brandweercompagnie Veiligheidsregio IJsselland. Versie 1.1

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Asbestincidenten Zijn brandweermensen asbestwerkers?

Bijlage 4a bij circulaire

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

1. Inleiding. 2. Huidige organisatie IBGS Groningen

CONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES

Inzetprocedure O.G.S.

Verbindende schakel in rampenbestrijding

Landelijk Protocol Coördinatie Grootschalige Brandwonden Incidenten, openbaar

Pastorale zorg bij rampen

Microdata Services. Documentatie Aantal meldkamerincidenten voor brand en hulpverlening naar alle kenmerken (INCIDENTENBRANDENENHULPVERLENINGEN)

Inrichting piket Incidentbestrijding gevaarlijke stoffen

Ambulancebijstand gewondenspreiding en slachtofferregistratie

Inzetvoorstellen en codes

Nationaal Nummerplan Ambulancezorg Nederland

Samenvatting voor Bent u een man of een vrouw? (N=164) Antwoord Telling Percentage

Rampenplan Gemeente Assen 2007 Deel X: Beschrijvingen operationele processen brandweer

Verkenner gevaarlijke stoffen TB

De regels zijn gelijk. Toch is iedereen anders. Eerstelijns verblijf

Convenant project Informatieveiligheid

Brandweer Amsterdam-Amstelland

Joint CBRN School. en multi CBRN opleidingen. Lkol E.R. Sinninghe Commandant Joint CBRN School

Pastorale zorg bij rampen

Quick scan regionale voorbereiding op een nucleair ongeval

PROGRAMMA NATUURBRANDEN VGGM PROJECT GEZONDHEIDSZORG. Jan Kuyvenhoven

Beperkt OGS Manschappen en bevelvoerder (ploeg) Frequentie: minimaal 1 keer per oefencyclus. waarbij een gevaarlijke stof vrijkomt.

Geachte heer Heijnen,

JAAROVERZICHT. Deelnemers. Projecten Referaten. Financiën

Calamiteitenplan Haven

BHV 10 TIPS VOOR DE BHV ER ALS DE BRANDWEER KOMT DE BEWONERS- HULPVERLENER. 1. Zorg voor herkenbaarheid van de BHV ers.

Teams algemeen Voortgang aanbevelingen/acties komend uit de Memo Leermomenten Moerdijk VRZ

OGS-documenten op Brandweerkennisnet

December Beschrijvingen operationele processen brandweer

Toekomst Bluswaterbeleid. Gerda J. Bouma, NVBR Projectgroep Bluswater

Brandweer Sliedrecht Draaiboek brand- en ontruimingsoefening ASZ Sliedrecht

Bedrijfshulpverleningsplan

Brandweer Bedum. Commissie Algemene Bestuurlijke Zaken. Rapportage en voortgang van de lokale Brandweer Bedum

de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Plein CR Den Haag

Wat doet een GAGS bij een ongeval met gevaarlijke stoffen op de weg? Henk Jans, Vz GAGS platform

U vult deze vragenlijst Beleving Incident anoniem in. Beleving Incident (versie 0.1) * 1. Datum invullen vragenlijst?

B3 - Hoofdproces Bron- en Effectbestrijding Deelplan Bron- en Effectbestrijding Brandweer B3-1.0 Inleiding en leeswijzer

Bijlage 1 Advies brandweer Veiligheidsregio Haaglanden

OGS ontsmetting. (benaming wordt decontaminatie kortweg DECO)

Erratum Regionaal Crisisplan Uitwerking calamiteitencoördinator (CaCo)

GRIP 1 zeer grote brand Portiekflat

Samenvatting. Adviesvragen

Visie op het meten van stoffen tijdens en na chemische incidenten

Crisismanagement Groningen. Basismodule

Evaluatie van de brand in De Punt op 9 mei 2008

MOED brandweer VNOG T.b.v. de 22 gemeenteraden

Convenant project Informatieveiligheid

Gemeente Nijmegen College van burgemeester en wethouders D.t.v. de heer J. Groeneweg Afdeling Bedrijven G660 Postbus HG NIJMEGEN

Beperkt OGS Manschappen en bevelvoerder (ploeg) Frequentie: minimaal 1 keer per oefencyclus

Calamiteitenplan. Avond Vierdaagse Engelen

Persbericht. Gevoelens van onveiligheid iets verminderd. Centraal Bureau voor de Statistiek

Bijlage A, behorende bij artikel 2 lid 1 Besluit personeel veiligheidsregio s

Visie herziening deco units

Gecoördineerde Regionale Incidentbestrijding Procedure (GRIP) Drenthe/Assen

Optreden bij vuurwerkbranden. Herman Schreurs

Aan Regiegroep Aan Veiligheidsdirectie Goedkeuring Dagelijks bestuur Vaststelling Algemeen Bestuur

Specialisten van de VRU. Hoogtereddingsteam: voor redden op hoogte én diepte

Protocol Decontaminatie. Operationele uitvoering van kleinschalige chemische besmettingen

KWALIFICATIEPROFIEL VOOR BRANDWEERDUIKER

Rode meetbuisjes. Is de brandweer in staat om in de acute fase van een incident RNBC-stoffen te meten? Commandeursscriptie MCDM 8 e leergang

Wat je al met 4 niet kan!!! Pilot TS-4 Brandweer Utrecht Brandweer Amersfoort

RIVM presentatie Meten is Weten

1 De coördinatie van de inzet

Transcriptie:

Concept Visiedocument NBC-steunpuntregio s 0. Samenvatting In dit visiedocument wordt beschreven wat er van iedere regio in Nederland verwacht wordt en wat er van de NBC-steunpuntregio s wordt verwacht. Bij een Nucleair (radiologisch), biologisch of chemisch incident zal er volgens de normale OGSprocedures, bijstandsmechanismen en opschalingsprocedures moeten worden gewerkt: - Elke regio dient een goede OGS-organisatie te hebben om de eerste klap te kunnen uitdelen en om OGS-bijstand te kunnen leveren aan een getroffen buurregio. - De NBC-steunpuntregio s hebben vooral een taak bij de grootschalige burgerontsmetting, specifieke(re) NBC-kennis en het aanleveren van extra materieel, m.n. beschermende kleding en extra meetapparatuur. Een gedetailleerdere taakomschrijving en een operationele uitwerking op hoofdlijnen zijn in dit document verder uitgewerkt. 1

1. Aanleiding Sinds het einde van de Koude Oorlog leek de NBC-dreiging afgenomen waardoor de NBC-kennis binnen de hulpdiensten langzamerhand minder werd. Na de terroristische aanslagen van 11 september 2001 en 11 maart 2004 is het dreigingsbeeld echter veranderd en lijken aanslagen met NBC-middelen reëler geworden. Het belang van een goede NBC-responsorganisatie is dus toegenomen. 2. Probleemstelling De opbouw van een NBC-responsorganisatie wordt bemoeilijkt doordat er bij de bestrijding van NBC-aanslagen gespecialiseerde kennis en vaardigheden nodig zijn. Het instandhouden van die kennis en vaardigheden wordt bovendien bemoeilijkt door de lage frequentie (hopelijk nooit) van voorkomen. Om de instandhouding te waarborgen is er begin 2003 gekozen om de kennis en vaardigheden te gaan concentreren in zes NBC-steunpuntregio s. De NBC-steunpuntregio s zijn gekozen op basis van geografische overwegingen, OGS-organisatie en risicoprofiel voor aanslagen. In dit visiedocument wordt beschreven wat er van iedere regio in Nederland verwacht wordt en wat er van de NBC-steunpuntregio s wordt verwacht. Dit visiedocument is een groeidocument en zal op een aantal, met name beheersmatige zaken, nog nader uitgewerkt moeten worden. 3. Uitgangspunten Operationeel Een NBC-aanslag kan in principe in heel Nederland plaatsvinden. Voor de bestrijding van (de gevolgen van) een NBC-aanslag worden de volgende uitgangspunten gehanteerd: - Allereerst geldt dat men zoveel mogelijk moet aansluiten bij bestaande procedures en organisaties. Uitgangspunt is dat een NBC-incident moet worden aangepakt als een normaal OGS-incident. De OGS-procedures zijn bekend en worden regelmatig beoefend en zijn een goede basis voor de aanpak van een NBC-incident. - Elke regio heeft een eigen OGS-organisatie. Afhankelijk van de schaal van het incident zal om bijstand gevraag moeten worden aan omliggende regio s en één of meer NBCsteunpuntregio s. De NBC-steunpuntregio s kunnen aanvullende bijstand verlenen aan de omliggende regio s. De primaire taak van NBC-steunpuntregio s is grootschalige burgerontsmetting. Tevens zijn de NBC-steunpuntregio s verantwoordelijk voor het aanleveren van specifieke(re) NBC-deskundigheid en het aanleveren van extra materieel, m.n. beschermende kleding en extra meetapparatuur (zie verder). - Bovenop de OGS-procedures is er bij de NBC-problematiek gekozen voor een snelle landelijke opschaling om de landelijk aanwezige expertise zo snel mogelijk beschikbaar te krijgen. Zo zijn er contracten gesloten met het RIVM en TNO/PML over een 24hr/dag beschikbaarheid van monsternameteams. AGS en van de NBC-steunpuntregio kunnen (desnoods telefonisch) extra ondersteuning geven bij het inschatten van de ernst en 2

omvang van het incident. Zodoende kan de tijd worden overbrugd met een eerste advies, totdat de landelijke expertise arriveert. - Om de slagkracht van de operationele diensten te vergroten en om de tijd te overbruggen totdat de landelijke expertise is gearriveerd, heeft de raad van regionale commandanten tijdens de oplopende spanning rondom Irak (begin 2003) ingestemd met de instelling van zes NBC-steunpuntregio s. De overwegingen om te komen tot NBC-steunpuntregio s waren: Het beheer en de bediening van specifiek NBC-materiaal (kosten voor onderhoud, opslag en gebruik e.d.). Gezien de lage frequentie van voorkomen, lijkt het niet opportuun alle regio s te voorzien van materiaal dat zelden tot nooit gebruikt hoeft te worden. Ook het correct kunnen omgaan met het NBC-materieel lijkt beter gewaarborgd indien het beperkt wordt tot zes NBC-steunpuntregio s. Het actueel houden van de benodigde kennis: doordat het maar een beperkt aantal mensen en contactpersonen betreft, kan de benodigde kennis makkelijker in stand worden gehouden. Vanuit de NBC-steunpuntregio s kunnen de belangrijkste do s en don ts geïnitieerd worden. De organisatie van terugkomdagen en de overdracht van de laatste ontwikkelingen verloopt makkelijker door het beperktere aantal betrokken AGS en. - De ontdekking en bestrijding van een biologische aanslag zal hoogst waarschijnlijk voornamelijk via de GHOR/GGD verlopen. Indien er een duidelijke bron is aan te wijzen (poederbrieven, pakjes e.d.) kan de brandweer een rol spelen bij de bronbestrijding, zoals beschreven in het protocol Verdachte Objecten (zie bijlage 1, specifieke verwachtingen). - De wijze van optreden bij radiologische en/of nucleaire incidenten wordt beschreven binnen het project Revitalisering Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding (RNPK). De belangrijkste conclusies en hoofdlijnen van het RNPK worden in dit document meegenomen. Behalve de in het RNPK benoemde A-regio s, wordt ook in de NBCsteunpuntregio een goede deskundigheid stralingshygiëne verwacht (de brandweermodule stralinghygiëne niveau 3*, zoals die momenteel ontwikkeld wordt en in het radiologisch handboek zal worden opgenomen). Daarnaast zullen de NBC-steunpuntregio s 10 personen moeten kunnen aanleveren die radiologische meting t.b.v. ontsmettingscontrole (zie bijlage 1, specifieke verwachtingen) kunnen verrichten. Gezien de tijdsdynamiek bij radiologische/nucleaire incidenten is er meer tijd beschikbaar voor het nemen van maatregelen en het organiseren van bijstand dan bij chemische aanslagen. - De nadruk bij de opbouw van een NBC-responsorganisatie binnen de brandweerwereld ligt daarom op het optreden bij chemische aanslagen. 3

4. Logistiek concept NBC-bijstand / organisatie Er wordt gewerkt met de volgende chemische scenario s (zie voor meer details, bijlage 2): Te redden slachtoffers Te ontsmetten mensen Postkamer Winkelcentrum Dance-event 2 50 500 7 250 2500 Uit te voeren door: Getroffen regio Getroffen regio + buurregio( s) + NBCsteunpuntregio( s) Regio + buurregio s + NBC-steunpuntregio s + verdere bijstand Haalbaar Ja Ja Improviseren De Landelijke Faciliteit Rampen bestrijding (LFR) i.o. maakt momenteel een inventarisatie van de in de regio s in gebruik zijnde gas- en chemiepakken en de daarbij behorende resistentie. Postkamerscenario (voor beschrijving zie bijlage 2) Elke regio moet in principe met zijn OGS-organisatie tot max. 10 slachtoffers kunnen redden en ontsmetten. Winkelcentrumscenario (voor beschrijving zie bijlage 2) De eerste verkenning en redding zijn voor de getroffen regio. Door middel van bijstand van de omliggende regio( s) kan de reddingscapaciteit vergroot worden. M.b.v. de bijstand vanuit omliggende regio( s) moeten 50 non-ambulante slachtoffers gered kunnen worden, in een tijdsspanne tot maximaal 4 uur. De dichtstbijzijnde NBC-steunpuntregio (zie bijlage 3) levert een grootschalige ontsmettingsfaciliteit aan. De NBC-steunpuntregio s krijgen een ontsmettingscontainer tot hun beschikking, die een capaciteit heeft van 50 tot 100 slachtoffers per uur, afhankelijk van de mobiliteit van de te ontsmetten slachtoffers. De NBC-steunpuntregio levert ook de bediening en bemensing van de ontsmettingscontainer. Om de reddingscapaciteit verder te verhogen kan elk NBC-steunpuntregio 50 NBC-resistente chemiepakken leveren. De inzet in deze chemicaliënpakken zal moeten gebeuren door manschappen vanuit de getroffen regio of buurregio s. De AGS en van de NBC-steunpuntregio s kunnen verder de regionale ROGS van de getroffen regio adviseren en zorgdragen voor metingen met de E-CAM (Enhanced Chemical Agent Monitor). 4

Dance-eventscenario (voor beschrijving zie bijlage 2) Een groter scenario dan het genoemde winkelcentrumscenario kan niet volledig met de aanwezige middelen worden aangepakt. De hulpdiensten zullen moeten improviseren en praktisch handelen om zoveel mogelijk tegemoet te kunnen komen aan de gevraagde hulpbehoefte. Vanuit de NBC-steunpuntregio s worden 50 extra chemiepakken aangeleverd om de reddingscapaciteit te vergroten. Taken: Afhankelijk van aard van de besmetting (aggregatie toestand, concentratie, type agens etc.) kunnen een aantal taken onderscheiden worden. Het optreden is analoog aan de huidige OGSprocedures en opschaling. De 1 e uitruk naar een incident te verzorgen. Een eerste verkenning en redding te verrichten. Elke regio heeft 2 chemiepakken per Tankautospuit (in het bestek-tas worden zelfs 4 chemiepakken genoemd). Elke regio moet in staat zijn minstens één compagnie (dus 16 tot 32 chemiepakdragers) te kunnen leveren voor redding van slachtoffers. Één OGS-peloton te kunnen leveren (6 tot 8 gaspakken) voor (eventuele) bronbestrijding of specifieke reddingen. 10 slachtoffers te kunnen ontsmetten. Bijstandsregelingen en afspraken te maken over de inzet van brandweercompagnieën t.b.v. redding in chemiepakken of de inzet van een OGS-peloton van buurregio s. De vrijgekomen stof te meten en het effectgebied vast te stellen (gasdetectiebuisjes voor strijdmiddelen, Automess voor radiologisch). Tot opkomst van buurregio s en/of NBC-steunpuntsregio s al de nodige reddingscapaciteit in gang te zetten. Zelf de operationele leiding en coördinatie te (blijven) verzorgen In het kader van de bijstandsregelingen moet elke regio in staat zijn om: Een compagnie (16 32 chemiepakken) of OGS-peloton als bijstand te leveren aan een getroffen buurregio t.b.v. redding 10 slachtoffers (simpel) te ontsmetten. Een voldoende restdekking (niet-ogs) voor de eigen regio te handhaven. De taken van de NBC-steunpuntregio s zijn de volgende: Primaire taak is grootschalige burgerontsmetting d.m.v. een door BZK ter beschikking gestelde ontsmettingscontainer. De NBC-steunpuntregio levert de bemanning van de ontsmettingscontainer. Ondersteunen van redding (secundaire taak). Ondersteunen van de bronbestrijding (tertiaire taak). Indien het lokale gezag besluit om de manschappen van de NBC-steunpuntregio in te zetten voor redding of bronbestrijding kan dit ten koste gaan van de ontsmettingscapaciteit. Specifieke kennis / middelen voor detecteren. De AGS van de NBC-steunpuntsregio levert meetapparatuur en een ploeg van de NBC-steunpuntsregio voert de meting uit. 5

De NBC-steunpuntregio s dienen 10 personen voor besmettingscontrole te kunnen leveren. Radiologische besmettingscontrole is eenvoudig uit te voeren (zie rapport meetstrategie brandweer van het RNPK), maar dient wel te gebeuren o.l.v. stralingsdeskundige met minimaal niveau 4. Materieel: De NBC-steunpuntregio krijgt tot haar beschikking: - 20 extra gaspakken met meer-urenaansluiting, ademluchttoestellen en ademlucht wagen - 60 extra chemicaliënoveralls met NBC-filterbusmaskers. De pakken zijn ook geschikt om te dragen met eigen ademluchttoestel + masker, uit eigen regionale uitrusting. Voor een langdurige inzet dienen de maskers met NBC-filterbussen te worden gebruikt, - 6 oefenpakken - 1 ontsmettingscontainer met een capaciteit van 50 tot 100 slachtoffers per uur, afhankelijk van de mobiliteit van de slachtoffers. Na oproep dient de container binnen maximaal 2 uur ter plaatse te zijn, gevolgd door een opbouwtijd van 30 minuten! - Gas detectie buizen - 2 E-CAM s (Enhanced Chemical Agent Monitors) voor de detectie van het gebruik van zenuwgassen en/of blaartrekkers - Ondersteuning en verzorging door BZK voor het op peil krijgen en houden van de NBCdeskundigheid van de AGS en in de NBC-steunpuntregio s. - Er wordt nog onderzocht of en hoe de NBC-steunpuntregio s voorzien kunnen worden van extra haakarmbakvoertuigen om deze materialen op het rampterrein te krijgen. Elke regio moet op deze voorzieningen een beroep kunnen doen, analoog aan een reguliere bijstandsaanvraag voor een peloton of compagnie. Een NBC-steunpuntregio moet in staat zijn om de chemie- en gaspakken, ontsmettingscontainer, en meetmiddelen naar de getroffen regio te brengen. Het materiaal en de manschappen vanuit een NBC-steunpuntregio vallen bij aankomst onder het lokale commando. Er moet nog nader uitgezocht worden in hoe de bijstand (eventueel) ook via het Landelijk Operationeel Coordinatie Centrum (LOCC) kan verlopen. De chemie- en gaspakken en adembescherming zijn opgeslagen in een haakarmbak, zodat het uitrijden voor logistieke ondersteuning in de getroffen regio vlot kan verlopen. De NBC-steunpuntregio levert niet de bemensing voor de chemiepakken. De pakken zijn bedoeld als logistieke uitbreiding/aanvulling op de eigen regionale uitrusting. Eenheden zouden na de rustperiode van de eerste inzet, een tweede keer ingezet kunnen worden m.b.v. nieuwe pakken vanuit de NBCsteunpuntregio. De extra chemiepakken van de NBC-steunpuntregio zijn NBC-resistent. Nader onderzoek moet uitwijzen of dit ook geldt voor de in de regio s in gebruik zijnde chemiepakken, zodat zeker is dat dat de redding van slachtoffers met een gas/dampbesmetting uitgevoerd kan worden in chemiepak met adembescherming. De getroffen regio, aangevuld met manschappen vanuit buurregio s, nemen de redding van slachtoffers op zich. De NBC-steunpuntregio heeft als primaire taak de ontsmetting van de slachtoffers. Afhankelijk van de omstandigheden en lokale behoeften, zouden de NBC-steunpuntregio-manschappen ook ingezet kunnen worden voor redding (secundaire taak) of bronbestrijding (tertiaire taak). Dit is een afweging die het lokale commando moet maken. De inzet van de manschappen van de NBC-steunpuntregio voor redding of bronbestrijding gaat dan ten koste van de ontsmettingscapaciteit. 6

5. Uitgangspunten - Organisatorisch Hieronder volgen de uitgangspunten m.b.t. de organisatie van elke regio en van NBCsteunpuntregio s om aan de eerder genoemde operationele uitgangspunten en verwachtingen te kunnen voldoen. NBC-steunpuntregio - Beschikbaarheid en inzet NBC-middelen en kennis Hieronder volgt een opsomming wat binnen een NBC-steunpuntregio s aanwezig dient te zijn: - De NBC-steunpuntregio levert een ontsmettingscontainer met bijbehorend personeel in adequaat beschermende kleding. De ontsmettingscapaciteit van één container bedraagt 50-100 slachtoffers per uur, afhankelijk van de zelfredzaamheid en mobiliteit van de slachtoffers. - Bij een lichte besmetting kan gebruik gemaakt worden van chemiepakken bij een een zware besmetting dient gebruik gemaakt te worden van gaspakken. De gaspakken met een meerurenaansluiting en worden door BZK aangekocht en ter beschikking gesteld aan de NBC-steunpuntregio s. De gaspakken en toebehoren worden opgeslagen in de NBC middelen container. - De NBC-steunpuntregio is in staat om 10 personen te leveren t.b.v. radiologische besmettingscontrole. Het ministerie van BZK verzorgt de beschikbaarheid van de meetapparatuur. Deze taak kan belegd worden bij bovenstaande ontsmettingseenheid. De meetprocedure is sterk vereenvoudigd (handboek radiologische meetstrategie brandweer) en staat onder toezicht van de AGS/ontsmettingsdeskundige of ontsmettingsleider. - De NBC-steunpuntregio zorgt dat zij beschikt over een robuuste OGS-organisatie. Dit houdt in ieder geval in dat zij voldoet aan de landelijke kwaliteitseisen en dat zij de beschikking heeft over minimaal vier volledig opgeleide AGS-en voor één piketdienst, alsmede een ontsmettingspeloton (Zie boven). Het AGS-piket mag gevuld worden door een bovenregionale invulling. - De voornoemde AGS-en hebben een aanvullende NBC-cursus/instructie gevolgd. Deze deskundigen hebben kennis van: a. het handboek NBC b. het NBC-protocol hulpverleners c. instructiekaarten van NBC-specifieke beschermings- en detectiemiddelen. - De hierboven genoemde gevaarlijke stoffen deskundigen dragen zorg voor: a. Het (laten) verrichten van metingen met de verstrekte specifieke meetapparatuur (E-CAM) b. Interpretatie van de meetresultaten c. Advisering over de te volgen ontsmettingsprocedure. d. Advisering van de lokale/regionale staf over de verdere aanpak van het incident. - De NBC-steunpuntregio levert de NBC-deskundigheid en bijbehorende faciliteiten binnen de eigen regio alsmede aan de omliggende regio s die tot haar verzorgingsgebied behoren. Voor een indeling: zie bijlage 3. 7

De NBC-steunpuntregio maakt afspraken met de regio s in hun verzorgingsgebied over de inzetprocedure, de wijze van alarmering en opkomsttijden. - De NBC-steunpuntregio kan logistieke ondersteuning bieden door 60 chemicaliënpakken en adembescherming (filterbusmaskers) aan te leveren om de reddingscapaciteit te vergroten. De chemicaliënpakken kunnen worden gebruikt door de manschappen van de getroffen regio en/of assisterende buurregio s. NBC-steunpuntregio - Interne organisatie - Indien een AGS wordt ingezet buiten de eigen regio, wordt een tweede aanvullend opgeleide AGS in dienst geroepen om de functionaliteit binnen de eigen regio te waarborgen. - De NBC-steunpuntregio zorgt ervoor dat zij is voorbereid op de inzet van minimaal 16 personen bij incidenten waarbij C of R/N-middelen zijn gebruikt - De inzet van deze 16 personen is vooral gericht op grootschalige burgerontsmetting. Een gedetailleerde uitwerking van de ontsmettingsprocedure zal gemaakt worden als duidelijk is welk materiaal precies aangeschaft is. Deze procedure zal in samenwerking met vertegenwoordigers van brandweer en GHOR (GAGS) worden ontwikkeld. - Indien gewenst kan, op verzoek van de getroffen regio, de inzet van de NBCsteunpuntregio manschappen worden gebruikt voor redding en/of bronbestrijding. Dit gaat ten koste van de ontsmettingscapaciteit. - De ontsmette slachtoffers worden overgedragen aan de geneeskundige diensten. - De NBC-steunpuntregio kan zelf beslissen of er een apart ontsmettingspeloton wordt opgezet of dat de ontsmettingscontainer en bemensing wordt ondergebracht bij het OGSpeloton van de NBC-steunpuntregio. Randvoorwaarde is een snelle inzetbaarheid van de ontsmettingscapaciteit. - Tenminste 1 maal per half jaar oefenen de aanvullend opgeleide AGS-en en/of de personen die deel uitmaken van de hierboven genoemde eenheid: a. het gebruik van de beschermingsmiddelen b. het verrichten van de specifieke NBC-taken in beschermende kleding c. het gebruik van gasdetectiebuizen voor C-middelen d. het gebruik van de E-CAMS Iedere regio - Iedere regio dient een eigen OGS-organisatie te hebben, conform de leidraad OGS. Er zijn regionale OGS alarmerings- en inzetprocedures vastgesteld. De eerst aankomende brandweereenheden kunnen de eerste gevaarsinschatting maken. Op basis daarvan kan door hen een verkenning of een spoedeisende redding ingezet worden. Zij hebben daartoe de beschikking over beschermende kleding. Er zijn 2 tot 4 chemicaliënpakken per tankautospuit beschikbaar. In het TAS-bestek worden 4 chemicaliënpakken per tankautospuit voorgeschreven. Bij een vloeistof besmetting dient gebruik gemaakt te worden van NBC middelen resistente gaspakken. Aanvullend deskundig advies is geregeld middels een AGS-piket. Indien het AGS-piket bovenregionaal geregeld is, heeft de AGS een opkomsttijd van een uur. Een eerste advies kan ook telefonisch worden gegeven. 8

Er is gespecialiseerde interventiecapaciteit: een OGS-peloton. Gaspakkeninzet gebeurt vooral t.b.v. bronbestrijding. Er zijn een meetplanleider en meetploegen benoemd. Verplichtingen BZK Materiaal Het ministerie van BZK zal daartoe zorgdragen dat de NBC-steunpuntregio, in aanvulling op de al bij de regionale brandweer aanwezige detectieapparatuur, beschikt over de navolgende middelen: a. Extra gasdetectiebuizen voor C-middelen; b. Enhanced Chemical Agent Monitors (E-CAM) waarmee zenuwgassen en blaartrekkende gassen kunnen worden gedetecteerd; c. (Aanvullende) gaspakken met onafhankelijke adembescherming en chemiepakken. De chemiepakken worden geleverd met filterbusmaskers, inclusief gebruikersinstructies. Bij inzet kunnen regio s zelf beslissen of zij onafhankelijke ademluchtbescherming dan wel filterbusmaskers willen gebruiken. d. Oefenpakken e. Ontsmettingscontainer om grotere groepen (hulpverleners en slachtoffers) te kunnen ontsmetten f. Reservekleding en handdoeken voor 250 personen g. Haakarmbakken om het materiaal in te vervoeren. De mogelijkheden om een haakarmbakvoertuig ter beschikking te stellen worden nog uitgezocht. Het ministerie van BZK zal de kosten dragen voor aanschaf, beheer en onderhoud van deze materialen. Deze kosten zullen worden vastgelegd in een zgn. logistiek beleidskader NBCmiddelen. Kennis Het ministerie van BZK zal zorgdragen voor de organisatie van jaarlijkse NBC-terugkomdagen voor de AGS en, zodat kennis en vaardigheden op peil blijven. In opdracht van BZK zijn NBC-lesmodules voor AGS en en OVD s ontwikkeld. Voor het volgen van deze modules zal het ministerie van BZK een vergoeding geven aan de NBCsteunpuntregio s. Tevens zullen de landelijk bijstandsregelingen in stand worden gehouden (contracten met het RIVM MOD-regeling en TNO-PML monsternameteams). Financieel Het ministerie van BZK is bereid een jaarlijkse vergoeding te betalen om alle extra kosten, die voortvloeien uit bovenstaande organisatorische eisen en uitgangspunten, te vergoeden. In overleg met de NBC-steunpuntregio s zal een bedrag moeten worden afgesproken, waarin redelijkerwijs aannemelijk is gemaakt welke kosten zijn gemaakt t.b.v. het functioneren als NBCsteunpuntregio. Deze kosten zullen worden vergoed. Men kan hierbij denken aan de kosten voor de verzwaring van het piket, onderhoud van het materiaal, oefenen en opleiden van eigen of ander personeel (van een andere regio) e.d. 9

6. Planning en Beheer Planning De planning om te komen tot daadwerkelijke NBC-steunpuntregio s ziet er als volgt uit: Apr 2004 mei 2004 jun 2004 jul 2004 aug 2004 sep 2004 okt 2004 nov 2004 Informeren region. commandanten Ontwikkeling (uniforme) procedures, afspraken buurregio s NBC-handboek af Pakket van eisen aanschaf materiaal Cursus ROGS / AGS- NBC- Cursus OVD Discussie organisatievorm Steunpuntregio Organ. voorstel Voorlopig akkoord orga-vorm door commandanten Definitief vaststellen organisatie en werkwijze(n) dec 2004 jan 2005 feb 2005 mrt 2005 apr 2005 mei 2005 jun 2005 juli 2005 (Voorlopig) convenant commandanten Terugkomdag Oefening Trainen en opleiden manschappen Functionerende NBCsteunpuntregio s De verschillende cursussen worden momenteel ontwikkeld en kunnen dit najaar gegeven gaan worden. Veel nadere beheersmatige afspraken, met name over de tijdsbesteding en kwaliteitseisen moet nog nader ingevuld worden in overleg met de regio s en de NBC-steunpuntregio s om zo reëel mogelijk eisen aan elkaar te kunnen stellen. 10

Bijlage 1: Specifieke verwachtingen Specifieke verwachtingen t.a.v. Radiologisch / Nucleair De wijze van optreden bij een radiologische incident is al opgenomen in de lesstof. Daar bovenop zijn in het kader van de Revitalisering Nationaal Plan Kernongevallen de producten Meetstrategie Brandweer en een invulling van de Leidraad Maatramp en Leidraad Operationele prestaties ontwikkeld. Op basis van deze producten moet het voor de brandweer duidelijk zijn, wat men kan verwachten en moet doen in geval van een scenario met een A- dan wel B-object. Iedere regio in Nederland moet een B-incident (bijv. transportongeluk) aankunnen. In de bovengenoemde producten is nog geen rekening gehouden met een vuile bom scenario. Vuile bom scenario Hieronder volgen enkele kentallen voor een vuile bom scenario. Het betreft een samenvatting van enkele vuile bom-berekeningen van enkele in Nederland voorkomende stralingsbronnen. De gebruikte stralingsbronnen hebben een vrij hoge activiteit (tot 500 TBq), maar komen wel overeen met in Nederland gebruikte bronnen, zoals bijvoorbeeld gebruikt in ziekenhuizen. Afhankelijk van de gebruikte bron, weersomstandigheden e.d. kunnen de besmette gebieden groter of kleiner zijn dan hier genoemd: Naar alle waarschijnlijkheid is alleen in een klein gebied rond de plaats van de explosie (r < 200m) sprake van een 24 -uurs dosis van 50 msv. De slachtoffers zullen waarschijnlijk grotere verwondingen hebben van de ontploffing dan van de opgelopen stralingsdosis. Enkele vierkante kilometers (ongeveer 2 tot 4 km 2 (tot r < 5000m, in pluimvorm vanaf de plaats van het incident)) hebben een 24-uurs dosis van 1 tot 5 msv. Het lage interventieniveau voor schuilen en daarna evacuatie is vastgesteld op 5 msv/24 hr. Hoe groot de inwendige besmetting is, is in dit geval op grond van dosistempometingen moeilijk in te schatten en moet op individuele basis worden bepaald in het ziekenhuis. Op basis van de genoemde afstanden, dient men zelf in te schatten, hoe groot de gevolgen zijn in dichtbevolkte gebieden en hoeveel mensen er ongeveer geëvacueerd dienen te worden. Gezien de intenties van terroristische groeperingen mag men echter veronderstellen dat een dichtbevolkt gebied zal worden gekozen voor de aanslag, waardoor enkele honderden tot duizenden mensen (station, Schiphol?) ontsmet en geëvacueerd moeten worden. Landelijke expertise en adviezen kan verkregen worden via de Eenheid Planning en Advies nucleair (EPA-n). De EPA-n is te bereiken via het NCC of het meldpunt-vrom. Voor de langere termijn maatregelen en effecten dient men rekening te houden met de volgende waarden: De interventiewaarde-jaardosis voor evacuatie ligt in het bereik 50 250 msv. Indien de juiste bron in de vuile bom is gebruikt, bestaat de mogelijkheid dat dit niveau gehaald wordt in een straal van 1400 tot 2500 meter (pluimvorm) vanaf de explosie. Deze gebieden (0,8 km 2 tot 1,2 km 2 ) zouden dan in aanmerking komen voor (permanente) ontruiming. Buiten dat gebied zal in overleg met deskundigen en bestuurders een beslissing over passende maatregelen moeten worden genomen. 11

Landelijke expertise en adviezen kan verkregen worden via de Eenheid Planning en Advies nucleair (EPA-n). De EPA-n is te bereiken via het NCC of het meldpunt-vrom. Hieronder worden de belangrijkste brandweerprocessen benoemd in relatie met het vuile bom scenario. De wijze van optreden komt overeen met de in de lesstof en in de RNPK beschreven wijze van optreden. Enkele punten van aandacht worden hieronder nogmaals genoemd: 1. Bestrijden brand en emissie Een nog niet ontplofte / verspreide vuile bom zal onklaar gemaakt dienen te worden in overleg tussen brandweer, politie, GHOR, EOCKL en eventuele andere deskundigen. Dit is beschreven in het protocol Verdachte Objecten. Binnen de hulpdiensten zal het besef dusdanig moeten zijn, dat in verdachte gevallen (bomaanslag bij Amerikaanse doelen e.d., hartje centrum grote stad), waar vroeger geen radiologische metingen werden uitgevoerd, men dit nu voor de zekerheid wel dient te doen. Indien de bom ontploft is, is het voor bronbestrijding (bestrijding van de primaire bron) en het voorkomen van de emissie van de gevaarlijke stof is (te) laat. Het radioactieve materiaal is als gevolg van de explosie deels als fijn stof vervlogen. Mogelijk is een klein gedeelte van het radioactieve materiaal nog als kleine brokstukken ( hot spots ) verspreid over de omgeving. 2. Redden en technische hulpverlening Voor redden en technische hulpverlening gelden de regels en interventiewaarden zoals die ook voor reguliere nucleaire of radiologisch ongelukken gelden. 3. Meten Het is een goed idee om meten op radioactiviteit na een bomaanslag als standaardprocedure op te nemen. Het proces meten verloopt zoals beschreven in het RNPK. Van de brandweer wordt verwacht dat zij, in alle hectiek en haast van de eerste fase van het incident, de grove contouren van het gevarengebied (het gebied waarbinnen men een dosis ioniserende straling die hoger is dan de waarde die voor het brandweeroptreden als maximum is vastgesteld, kan oplopen) kan bepalen. Vervolgens kan, als de contouren eenmaal bepaald zijn, het gebied meer gedetailleerd in kaart gebracht worden. Indien nodig kan (via het meldpunt VROM, LSO-regeling (Laboratorium voor Stralingsonderzoek, LSO)) door de brandweer specifieke deskundigheid te hulp geroepen worden voor bijvoorbeeld advies (desnoods telefonisch) of identificatie van het betrokken radionuclide. 4. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten mensen Via de Revitalisering Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding (RNPK) is een structuur bedacht voor het oproepen van meetteams t.b.v. het meten van besmettingen. In de NBC-steunpuntregio s en op het LCZ zullen ontsmettingscontainers komen te staan, met een capaciteit van 50 tot 100 personen per uur (afhankelijk van mate van besmetting en zelfredzaamheid van de getroffen burgers). De container van het LCZ dient voornamelijk als 12

reserve en ter vervanging indien de container van de NBC-steunpuntregio s buiten gebruik is (onderhoud e.d.). Het LCZ kan de ontsmettingscontainer wel aanleveren, maar doet dat zonder bemensing voor de bediening. De container in de dichtstbijzijnde NBC-steunpuntregio, dient (na oproep) binnen 2 uur ter plaatse te zijn, waarna opbouw de ontsmetting kan aanvangen. De NBC-steunpuntregio s dienen in staat te zijn 10 personen te leveren t.b.v. besmettingscontrole. Deze taak kan belegd worden bij het speciale ontsmettingspeloton. Het ministerie van BZK levert de daarvoor benodigde (Automess) meetapparatuur. Indien de vuile bom tot ontploffing wordt gebracht in een druk bevolkt gebied zullen tot enkele duizenden mensen ontsmet moeten worden. Het alternatief voor de ontsmettingscontainers is dan het organiseren van ontsmettingsfaciliteiten in bijvoorbeeld, sporthallen, hotels, thuis douchen e.d. Besmettingscontrole bij iedereen is dan niet haalbaar. 5. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten voertuigen en infrastructuur. Er moet voldoende meetapparatuur met deskundige bediening en interpretatie van de meetgegevens beschikbaar zijn, om de omgevingsbesmetting en de besmetting van voertuigen en dergelijke te kunnen bepalen. Het ontsmetten van voertuigen en infrastructuur kan later aangepakt worden, volgens de plannen van het Nationaal Plan Kernongevallenbestrijding. Daarnaast lopen er gesprekken met Defensie voor de inzet van de 101 ontsmettingscompagnie. Afhankelijk van de omstandigheden en tijdstip van inschakelen kan Defensie na 6 tot 24 uur aanwezig zijn om voor aflossing van de ontsmettingstaak m.b.t. voertuigen en infrastructuur te zorgen. Specifieke verwachtingen t.a.v. Biologische agentia en aanslagen De afhandeling van een biologische aanslag zal, naar alle waarschijnlijkheid vooral verlopen via de geneeskundige diensten (GHOR/GGD); De brandweer is in dat geval (logistiek) ondersteunend aan de geneeskundige diensten GHOR/GGD. Er is een grotere rol voor de brandweer, indien er een duidelijke bron voor handen is, bijv. een antrax-brief. Zo n B-incident kan grotendeels afgehandeld worden volgens het protocol Verdachte Objecten, waarin de Brandweer een rol is toebedeeld m.b.t. bronbestrijding en het (ondersteunen van) monstername. In overleg met GHOR/GGD (expertise) en politie (sporenonderzoek) moeten afspraken worden gemaakt over hoe de bron onschadelijk te maken / te ontsmetten is. 1. Bestrijden brand en emissie De kans is groot dat bij een biologische aanslag geen duidelijke bron is aan te wijzen. Indien er wél een duidelijke bron is aan te wijzen (bijv. antrax-brief), zal de brandweer in overleg met de GHOR, politie en (eventueel) andere deskundigen een rol spelen m.b.t. de bronbestrijding en mogelijke verzending naar een laboratorium voor verder onderzoek. Voor het verwijderen en verpakken (isoleren) van de bron kan de brandweer worden ingezet. De brandweer beschikt over de juiste beschermingsmiddelen om dit op een veilige manier te kunnen doen. 13

2. Redden en technische hulpverlening In overleg met deskundigen moet besloten worden in welke beschermende kleding de brandweer kan overgaan op redding en technische hulpverlening. 3. Meten De brandweer beschikt niet over biologische meetapparatuur en speelt hier derhalve geen rol. Via het VROM-meldpunt kan het RIVM worden ingeschakeld voor het nemen van monsters en verdere analyse en onderzoek naar het gebruikte agens. 4. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten mensen Besmettingscontrole zal voornamelijk plaatsvinden via de reguliere zorgkanalen (huisarts, ziekenhuis e.d.). Indien er een duidelijke bron aanwezig is, zal de brandweer verantwoordelijk zijn voor het ontsmetten van de mensen (burgers én hulpverleners) die in de buurt van de bron zijn geweest. Er is ontsmettingscapaciteit nodig voor het eigen personeel en voor andere mensen die mogelijk met het poeder / de bron in aanraking zijn gekomen. Gezien de tijdsdynamiek van biologische agentia zal iedereen in staat zijn zichzelf te ontsmetten of kan gebruik worden gemaakt van de ontsmettingscontainer van één of meer NBC-steunpuntregio s. 5. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten voertuigen en infrastructuur. Indien nodig, kan dit analoog gebeuren aan de maatregelen, die genomen zijn rondom de MKZcrisis. Specifieke verwachtingen t.a.v. Chemische agentia 1. Bestrijden brand en/of emissie: Indien er nog een bron (pakketje o.i.d.) gelokaliseerd kan worden, dient de bronbestrijding te gebeuren door het gaspakkenteam van de getroffen regio. Het gaspakkenteam kan worden bijgestaan door de gaspakkenteams van buurregio s. Bij bronbestrijding kan men bijvoorbeeld denken aan het isoleren van de bron d.m.v. een overmaats vat. 2. Redden en technische hulpverlening Volgens experts van TNO-PML kan de redding van slachtoffers met een gas/damp-besmetting plaatsvinden in een chemicaliënoverall met adembescherming. Uitgaande van 2 chemiepakken per Tankautospuit kunnen de getroffen regio en de voor bijstand opgeroepen buurregio s zorgdragen voor de redding van ongeveer 50 slachtoffers ( winkelcentrumscenario ). De (dichtstbijzijnde) NBC-steunpuntregio kan 50 nieuwe chemicaliënoveralls leveren. De NBCsteunpuntregio levert deze overalls zonder bemensing. Met de 50 chemicaliënoveralls kunnen eerder ingezette eenheden (na een rustperiode) opnieuw ingezet worden. De chemiepakken vergroten de huidige reddingscapaciteit. Daarnaast kunnen de NBC-steunpuntregio s 20 gaspakken met meerurenaansluiting leveren, waardoor er ook meer mogelijkheden ontstaan voor de bronbestrijding. 14

3. Meten Elke regio heeft de beschikking over gasdetectiebuisjes, waardoor in ieder geval de aanwezigheid van een strijdgas kan worden aangetoond. De NBC-steunpuntregio s hebben 2 E- CAM s (Enhanced Chemical Agent Monitoren) tot hun beschikking. Hiermee kunnen continu semi-kwantitatieve metingen worden gedaan naar de aanwezigheid zenuwgassen en/of blaartrekkers. De NBC-steunpuntregio s zorgen ervoor dat zij kunnen omgaan met de E-CAM en dat zij de metingen kunnen (laten) verrichten. De E-CAM is vooral geschikt voor het bepalen van veilige en onveilige gebieden. De kennis van inzet en gebruik van de E-CAM wordt d.m.v. terugkomdagen op peil gehouden. Bovenop de middelen die de brandweer ter beschikking staan, kan men via het NCC de monsternameteams van TNO-PML en/of het RIVM inschakelen, voor de precieze identificatie van het gebruikte agens/agentia. 4. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten mensen Elke regio zal een simpele ontsmetting van 10 slachtoffers moeten kunnen uitvoeren. Voor het winkelcentrumscenario zal de ondersteuning van de ontsmetting vanuit een NBCsteunpuntregio noodzakelijk zijn. De NBC-steunpuntregio krijgt de beschikking over een ontsmettingscontainer voor grootschalige ontsmetting van burgerslachtoffers. De NBCsteunpuntregio levert hiervoor materiaal en bemensing aan. Op aanwijzing/advies van de AGS van de NBC-steunpuntregio (na overleg met een GAGS) wordt de wijze van ontsmetting bepaald. Het ontsmettingspeloton neemt de verdere uitvoering van de ontsmetting ter hand, zodat de AGS ook de getroffen regio / zijn (haar) collega ROGS kan adviseren over de verdere aanpak van het incident. Indien de ontsmetting goed wordt aangepakt is de restbesmetting zo laag dat de E-CAM niet geschikt is voor besmettingscontrole. De gehele inzet en uitvoering van de ontsmetting blijft onder leiding van het lokale gezag vallen. Bij het LCZ zal ook een ontsmettingscontainer opgeslagen zijn. Deze container is in principe bedoeld als reserve, indien een container van een NBC-steunpuntregio wegens onderhoud niet beschikbaar. Het LCZ kan de ontsmettingscontainer wel naar het rampterrein brengen, maar zal geen bemensing van de container leveren. Bij grotere aantallen (honderden) besmette slachtoffers kunnen de ontsmettingscontainers van meerdere NBC-steunpuntregio s of het LCZ ingezet worden en/of zal men moeten improviseren (alleen droge ontsmetting (uitkleden), zwembaden, hotels e.d.). Bij nog grotere aantallen zal de ontsmetting vooral op zelfredzaamheid en alternatieve methoden aankomen. Een goede, gedetailleerde grootschalige ontsmettingsprocedure moet nog nader uitgewerkt worden. 5. Besmettingscontrole en organisatie ontsmetten voertuigen en infrastructuur. Dit zal in eerste instantie geen prioriteit hebben. Met Defensie wordt gepoogd afspraken te maken over de inzet van twee ontsmettingsstraten, die uiterlijk 24 uur na oproep beschikbaar zijn. De Defensie-ontsmettingsstraten kunnen het ontsmetten overnemen van de civiele hulpverleners. Echter, gezien de lange aanrijtijd lijken de ontsmettingsstraten van Defensie vooral geschikt voor het ontsmetten van het terrein en de daarop aanwezige voertuigen en infrastructuur. 15

Bijlage 2: Scenario s Scenario 1: Postkamer Een pakketje wordt afgeleverd bij een postkamer van een grote Amerikaanse multinational. Bij het openmaken van het pakketje wordt er automatisch een gat geprikt in een fles met een vrij zuiver zenuwgas, waardoor dit zenuwgas begint te verdampen en zich te verspreiden. De 7 medewerkers, die in de postkamer aanwezig zijn, komen te overlijden. De deuren van de postkamer zijn open. Via de gangen en het ventilatiesysteem verspreidt het gas zich verder. In de naastgelegen kamers worden een aantal mensen onwel. Iemand in de verder gelegen kamer merkt dat er wat aan de hand is en belt 112 met de melding dat er allerlei medewerkers onwel zijn geworden. Zelf, besluit zij en haar collega s naar buiten te gaan. Een aantal mensen valt onderweg onderuit. Totaal liggen er nog zo n 2 mensen gewond binnen. En zijn er zo n 5 mensen met lichte vergiftigingsverschijnselen door collega s naar buiten gebracht. Scenario 2: Winkelcentrum Op een koopzondag gaan veel mensen rustig een dagje winkelen. Het is neutraal weer, maar met veel kans op regen. Door de weersverwachting zijn er veel mensen op de been in een overdekt winkelcentrum. Met een gemiddelde van 1 persoon per 4 m 2 en redelijk brede winkelboulevard, zijn er totaal ongeveer 500 mensen in de buurt van een besmettingsbron. Ongeveer 250 mensen overlijden. Zo n 50 mensen blijven levend achter, maar zijn niet meer in staat zelf weg te komen. De ambulance en politie worden gebeld. Er ontstaat grote paniek en mensen proberen de plaats des onheil te ontvluchten door andere mensen weg te drukken. Behalve de 50 achtergebleven levende slachtoffers in het effectgebied, hebben er nog eens 200 mensen last van symptomen als pupilvernauwing en sterke afscheiding van speeksel en slijm. Deze 200 personen weten zichzelf naar een veiliger gebied te manoeuvreren, maar een groot aantal (circa 50) wordt in het veiligere gebied onwel en zakken in elkaar. Enige toeschouwers, die aan zijn komen snellen worden ook onwel, vanwege het uit de kleren dampen van de toxische stof bij de overige slachtoffers. Enige hulpverleners gaan het effectgebied in en worden onwel. Het ambulancepersoneel durft het gebied niet meer te betreden om slachtoffers te behandelen, vanwege mogelijk gevaar voor hun eigen veiligheid. Er is het vermoeden dat het om een terroristische aanslag met een zenuw-strijdgas gaat. De brandweer wordt erbij gehaald vanwege de meetcapaciteit, het verzorgen van logistieke hand- en spandiensten en voor het verplaatsen en ontsmetten van slachtoffers. Er gaat een melding naar de brandweer: groot aantal slachtoffers, vermoedelijk vanwege het vrijkomen van een toxische stof. Er zijn slachtoffers eigen eenheden. Er wordt groot alarm gegeven. De GNK en traumaheli worden gealarmeerd. Van de 200 weggevluchte mensen melden er zich verscheidene bij hun eigen huisarts. Ook mensen die eerder die dag boodschappen hebben gedaan, maar geen besmetting hebben opgelopen, melden zich bij de dienstdoende huisarts of een ziekenhuis. 16

De slachtoffers die gered zijn uit het effect gebied en de mensen die op eigen kracht naar een veiliger gebied zijn gekomen en gewacht hebben op de hulpverlening, zullen moeten worden ontsmet, alvorens ze kunnen worden overgedragen aan de GHOR. Scenario 3: Stadion Tijdens de opbouw van een groot dance-evenement (5 duizend bezoekers) hebben terroristen een grote chemische bom mee naar binnen gesmokkeld en geïnstalleerd onder het hoofdpodium, dat midden in de zaal staat. Op het hoogtepunt van de avond, als alle bezoekers zo n beetje binnen zijn, wordt de bom tot ontploffing gebracht. Door de explosie stort het podium en een deel van een tribune en het dak in, waardoor een deel van de uitgangen wordt geblokkeerd en mensen moeilijker weg kunnen komen. De explosie, de paniek in de menigte en de werking van de chemische stof doen hun werk: ongeveer 2500 mensen komen om. De werking van de chemische stof lijkt op die van een zenuwgas. Een deel van de chemische stof wordt door de explosie in kleine vloeistofdruppels verspreid en begint meteen met uitdampen, de rest van de stof verdampt meteen door de bij de explosie vrijgekomen hitte. Overige slachtofferindeling: 500 non-ambulant binnen en 2000 mensen weten nog buiten de zaal te komen, omdat zij in veel mindere mate in aanraking zijn gekomen met de chemische stof. 17

Maatgevend C-Scenario n.a.v. Leidraad Maatramp (ongeval giftige stof (open lucht) en ongeval grote gebouwen) Postkamer Winkelcentrum Stadion 1. Bestrijden van brand en emissie - - - Gevraagde pomp/bluscapaciteit (meters vuurfront) 2. Redden en technische hulpverlening Te redden personen door BRW 5 50 500 3. Meten Oppervlakte te bemeten (km 2 ) 0,05 1 10 4. Besmettingscontrole en organisatie Potentieel besmette burgers (doden niet meegerekend) Besmette hulpverleners 5. Besmettingscontrole en organisatie Aantal besmette voertuigen 1 10 100 25 20 250 100 2500 100 1. Geneeskundige hulpverleningsketen Aantal slachtoffers (Doden + gewonden T1 + T2 + T3) Aantal doden (50%) Aantal gewonden T1 + T2 + T3 (50%) Aantal gewonden T1 + T2 (20% van T1+T2+T3) Aantal gewonden T3 (80% van T1+T2+T3) Aantal besmette gewonden 50 25 25 5 20 25 500 250 250 50 200 250 5000 2500 2500 500 2000 2500 2. Geestelijke gezondheidszorg Aantal personen met psychische hulpbehoefte 3. Preventie gezondheidszorg Aantal personen met behoefte aan medicatie/vaccinatie Collectief gezondheidsonderzoek (aantal personen) 25 50 250 500 2500 5000 18

Bijlage 2: Indeling Regio s en NBC-steunpuntregio s Op basis van geografie al bestaande contacten en is de volgende indeling gemaakt, welke regio primair afspraken moet maken met welke steunpuntregio: Amsterdam en omstreken: - Flevoland - Gooi en de Vechtstreek - Kennemerland - Noord-Holland Noord - Utrechts Land - Zaanstreek-Waterland Groningen: - Fryslân - Drenthe Haaglanden - Hollands-Midden Noord-Oost Gelderland - IJssel-Vecht - Twente - Gelderland-Midden - Gelderland-Zuid Rotterdam-Rijnmond - Midden en West-Brabant - Zeeland - Zuid-Holland Zuid Zuid-Oost Noord-Brabant - Brabant Noord - Noord- en Midden-Limburg - Zuid-Limburg 19