PEILPROEVEN WISKUNDE TWEEDE GRAAD ASO 1 De resultaten Op 9 mei 2012 werden door de overheid de resultaten meegedeeld van de peilproeven over (een deel van) de eindtermen wiskunde van de tweede graad aso secundair onderwijs. Dat betekende dat de globale gemiddelde scores voor Vlaanderen werden meegedeeld en dat de deelnemende scholen een individueel rapport kregen waarmee ze hun prestatie kunnen vergelijken met de landelijke gemiddelden. De brochure waarin de resultaten worden besproken, is te downloaden op http://www.ond.vlaanderen.be/curriculum/peilingen/secundaironderwijs/brochures/brochure_wiskunde_so2a_6mei_volledig.pdf Uit de inhoud: 1. Peilingen: wat en waarom? p. 4 2. De peiling wiskunde van 23 mei 2011 p. 7 3. Beschrijving van de steekproef p. 10 4. Van toetsresultaat tot een uitspraak over de eindtermen p. 25 5. De resultaten p. 27 6. Interpretatie van de resultaten p. 41 7. Wat nu? p. 49 Bijlage: de getoetste eindtermen en voorbeeldopgaven p. 50 Bij de resultaten lezen we op pagina 27: 1
Aan de leerkrachten werd gevraagd om in te schatten welke leerlingen de eindtermen wiskunde voor de tweede graad aso halen. Volgens de leerkrachten haalt 80 procent van hun leerlingen de eindtermen. De resultaten liggen lager dan het oordeel van de leerkrachten over hun deelnemende leerlingen (zie verder: figuur 29 uit de brochure p. 28). Per optiegroep verwachten de leerkrachten zelf dat de eindtermen wiskunde behaald worden door 92 procent van de leerlingen uit klassieke talen, 80 procent uit de optiegroep wetenschappen, 74 procent van de leerlingen uit economie, 71 procent van de leerlingen uit humane wetenschappen en 68 procent van de leerlingen uit sport. Uit tabel 5 (brochure p.28) blijkt dat de leerkrachten het aantal leerlingen overschatten dat de eindtermen in werkelijkheid beheerst. 2
In de bijlage van de brochure worden bij enkele eindtermen twee voorbeeldopgaven vrijgegeven met vermelding van het aantal leerlingen met een correct antwoord. De eerste opgave is telkens een basisopgave die de leerlingen volgens de beoordelaars moeten beheersen om de eindtermen te behalen. De tweede opgave is een bijkomende opgave, die volgens de beoordelaars verder gaat dan wat een leerling die deze eindtermen beheerst moet kennen en kunnen. De meeste opgaven worden niet vrijgegeven zodat ze bij een herhaling van de peiling opnieuw kunnen worden gebruikt. 3
De overheid stelt wel een parallelversie van de toetsen van peilingen beschikbaar. Meer informatie: zie http://www.ond.vlaanderen.be/toetsenvoorscholen/paralleltoetsen/ 2 Opvolging Het verdient zeker aanbeveling dat leerkrachten wiskunde de brochure met zorg doorlezen en dat de brochure in de vakgroep wordt besproken. De mogelijkheid wordt geboden om te reageren op deze peiling en de beschreven resultaten (richtvragen: zie pagina 49 in de brochure). Het verdient aanbeveling dat vakgroepen wiskunde die hier ernstig werk van maken hun commentaar effectief aan de bevoegde diensten en de begeleiding laten kennen. Het verdient zeker aanbeveling inzage te nemen van de paralleltoetsen. Dit geeft een concreter beeld van deze peiling. Merk wel op dat niet alle opgaven basisopgaven zijn. Verder willen we wijzen op de algemene mededeling vanuit de vakbegeleiding wiskunde i.v.m. de tweede graad die vorig schooljaar is verspreid. In deze mededeling wordt ingegaan op initiatieven en documenten vanuit de begeleiding om het leerplan wiskunde van de 2 de graad beter te realiseren. De 2 de graad heeft een belangrijke rol als schakel tussen de wiskundevorming in de 1 ste graad en in de 3 de graad. Daarom heeft de pedagogische begeleiding wiskunde allerlei initiatieven genomen die specifiek naar de 2 de graad gericht zijn. Een overzicht van de initiatieven: In april 2011 heeft de pedagogische begeleiding wiskunde een document samengesteld met als titel Aansluiting van de tweede graad op het nieuwe leerplan van de eerste graad A. Dit document wil enerzijds de leraren van de 2 de graad informeren over het nieuwe leerplan in de 1 ste graad en anderzijds ook inspireren om de krachtlijnen in dit leerplan te continueren in de 2 de graad en tips aanreiken om de realisatie van het leerplan in de 2 de graad te versterken. Deze krachtlijnen zijn: - zinvol en functioneel gebruik van ICT, - meer aandacht voor het verwerven van rekenvaardigheden, - meer aandacht voor het verwerven van probleemoplossende vaardigheden, - meer aandacht voor de didactische aanpak, - meer aandacht voor wiskundige taalvaardigheden, de verschillende taalniveaus en taalondersteuning, - meer aandacht voor procesevaluatie. In een eerste fase werd dit aansluitingsdocument door de pedagogische begeleiding toegelicht in een regionale sessie of tijdens een vakvergadering. In een volgende fase worden krachtlijnen uit dit aansluitingsdocument verder geconcretiseerd. Hier is gekozen voor regionale sessies, vakvergaderingen onder leiding van de pedagogisch begeleider of begeleidingsactiviteiten. In het SOHO-rapport (mei 2010 zie www.sohowiskunde.be) dat gericht is naar de derde graad leerplan a, werden onder meer aanbevelingen geformuleerd i.v.m. vaardigheden, vakgebonden attitudes, didactische aanpak en de rol van ICT. De aanbevelingen hebben geleid tot een opvolging 4
van dit SOHO-rapport waarbij in een regionale sessie of tijdens een vakvergadering suggesties en tips worden aangereikt om de vastgestelde problemen te voorkomen. In het belang van de continuering van een degelijke wiskundevorming en in het kader van een goed onderbouwde oriëntering op het einde van de tweede graad, willen we de vakgroepen vragen om ook op schoolniveau afspraken te maken en samen met collega s van de 1 ste en 3 de graad leerlijnen uit te werken waarbij deze krachtlijnen, aanbevelingen en aandachtspunten concreet vorm krijgen. De vermelde documenten en de informatie vanuit de regionale sessies of vakvergaderingen kunnen hierbij als uitgangspunt gebruikt worden en ondersteuning bieden. Zo kan bijvoorbeeld het aansluitingsdocument gebruikt worden bij een vakoverleg tussen de 1 ste graad A en de 2 de graad, in het bijzonder bijlage 3 (Discussietekst: Aanzet tot een document van parate kennis en vaardigheden wiskunde) en bijlage 4 (Wat kennen en kunnen alle leerlingen op het einde van de 1 ste graad?). De tips voor het verhogen van de rekenvaardigheid als één van de aandachtspunten bij de opvolging van het SOHO-rapport, kunnen tijdens een vakoverleg met alle graden besproken worden en leiden tot afspraken binnen de vakgroep. Dit is eveneens van toepassing voor de rol van procesevaluatie om de leerprestaties van leerlingen te verhogen. Ook dit is een boeiende materie voor een vakoverleg met alle graden. Vakgroepen die verdere toelichting of ondersteuning wensen, kunnen contact opnemen met hun vakbegeleider. De vakbegeleiding wiskunde raadt aan om regionale sessies of schooloverstijgende vakvergaderingen m.b.t. de 2 de graad bij te wonen. Hilde De Maesschalck Luc De Wilde 5