Questions. Vragen. Réponses. Antwoorden N. 119 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Questions. Vragen. Réponses. Antwoorden N. 119 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE"

Transcriptie

1 N CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE (*) GEWONE ZITTING (*) 5 SEPTEMBRE SEPTEMBER 1994 Questions et Réponses Vragen en Antwoorden QUESTIONS ET RÉPONSES - CHAMBRE DES REPRÉS. DE BELGIQUE VRAGEN EN ANTWOORDEN - BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERT. (SO) (GZ) (*) Troisième session de la 48'~ législature. (*) Derde zitting van de 48' zittingsperiode. 1593

2 12506 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) -(119)- Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) SOMMAIRE Pages Blz. INHOUD Premier Ministre Eerste Minister Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques Vice-Premier Ministre et Ministre des Affaires étrangères Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice et des Affaires économiques Vice-Premier Ministre et Ministre du Budget Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken Vice-Eerste Minister en Minister van Begroting Ministre des Finances Minister van Financiën Ministre de la Politique scientifique et de l'infrastructure Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Ministre de l'intérieur et de la Fonction publique Minister van Wetenschapsbeleid en Infrastructuur Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken Ministre des Pensions Minister van Pensioenen Ministre de l'emploi et du Travail, chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'agriculture Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw. Ministre de la Défense nationale Minister van Landsverdediging Ministre des Affaires sociales Minister van Sociale Zaken Ministre pour l'intégration sociale, la Santé publique et l'environnement Secrétaire d'etat à la Coopération au Développement, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu Staatssecretaris voor Ontwikkelingssamenwerking, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Questions posées aux ministres-membres du Conseil des ministres européen via le comité d'avis chargé de questions européennes Vragen gesteld aan de ministers-leden van de Europese Raad van ministers via het adviescomité voor Europese aangelegenheden Un sommaire par objet est reproduit in fine du Bulletin In fine van het Bulletin is een summiere onderwerp afgedrukt, opgave per

3 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) (119) Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) Questions auxquelles il n'a pas encore été répondu dans le délai fixé par le règlement, à partir de la session extraordinaire * Vragen waarop nog niet geantwoord is binnen de door het reglement bepaalde termijn, vanaf de buitengewone zitting * Date Question n Page Date Question n Page Auteur Auteur Datum Vraag nr. Blz. Daturn Vraag nr, Blz. Vice-Premier Ministre Van Dienderen et Ministre des Communications Van Dienderen et des Entreprises publiques Van Dienderen Vice-Eerste Minister Van Dienderen en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven Perdieu Van Nieuwenhuysen Olaerts Olaerts Leo Peeters Olaerts Michel Olaerts Van Dienderen Olaerts Mw. Dillen Olaerts Van Nieuwenhuysen Olaerts Beysen Van Vaerenbergh Van Rompuy Van Dienderen Van Dienderen Van Dienderen Barbé Van Dienderen Annemans Ramoudt Ramoudt Draps Ramoudt Ghesquière Van Nieuwenhuysen Taylor Van houtte Olivier Van den Eynde Van Nieuwenhuysen Duquesne Van den Eynde Ansoms Van den Eynde Ansoms Knoops Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Reynders Van Dienderen De Mol Ylieff Cheron Poty Van Dienderen De Mol Saulmont Olivier Defeyt Van Dienderen Buisseret Van Eetvelt Van den Eynde Van Nieuwenhuysen Taylor Van Dienderen Ansoms Van Dienderen Van Nieuwenhuysen Mw. Dillen Defeyt Van Nieuwenhuysen Ghesquière Van Dienderen Van Nieuwenhuysen Tant Van Nieuwenhuysen Grimberghs Van Nieuwenhuysen de Clippele Kubla Caubergs de Clippele Goutry Van Grembergen Olivier Duquesne Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Van Vaerenbergh Van Eetvelt Barbé Olaerts Van Dienderen Van Dienderen Reynders * Listeclôturée le 5 septembre 1994 * Lijst afgesloten op 5 september 1994

4 12508 Chambre des Représentants de Belgique Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers -(119)- Questions et Réponses (SO ) Vragen en Antwoorden (GZ ) Date Question n Auteur : Page Date Question n Page Datum Vraag nr, Biz. Datum Vraag nr, Auteur Blz Van Nieuwenhuysen Platteau Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Van Nieuwenhuysen Mw. Dillen Dewinter Devolder Van Dienderen Coveliers Van Dienderen Dewinter Van Dienderen Ylieff Standaert Van Nieuwenhuysen Van Dienderen Dewinter Marsoul Van Nieuwenhuysen 5028 Vice-Premier Ministre Perdieu 5280 et Ministre des Affaires étrangères Goutry Vice-Eerste Minister Van Dienderen MmeLizin en Minister van Buitenlandse Zaken Buisseret Barbé Knoops Van Vaerenbergh 398 Caudron Dielens 426 Van Vaerenbergh De Mol De Mol Maingain Van Dienderen Van Dienderen Leo Peeters Leo Peeters Leo Peeters Leo Peeters Vice-Premier Ministre Dewael 7805 et Ministre de la Justice De Mol et des Affaires économiques Van Nieuwenhuysen 7808 Vice-Eerste Minister De Mol 7810 en Minister van justitie Reynders 7810 en Economische Zaken Chevalier Coveliers DeMan 7817 Justice - Justitie Landuyt Van den Eynde Taelman Duquesne de Clippele Van den Eynde Annemans Dallons Caudron Simonet Caudron Mayeur Caudron Perdieu Caudron Standaert Caudron Dewinter Caudron Van den Eynde Annemans Vandeurzen de Clippele Van Dienderen : Buisseret Coveliers Dewinter Van Nieuwenhuysen Damseaux Brouns Van Nieuwenhuysen Simons De Groot Van Nieuwenhuysen Winkel Van Vaerenbergh Annemans Van Vaerenbergh Mw. Vogels Landuyt Van Nieuwenhuysen Ylieff Annemans Vandeurzen 8845

5 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) -(119)- BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) Date Question n Page Date Question n Page Auteur Datum Vraag nr, Blz. Auteur Datum Vraag nr, Blz Vandeurzen 8846 Affaires économiques - Economische Zaken Vandeurzen Vandeurzen Mw. Leysen Vandeurzen Knoops Van den Eynde Standaert DeMan Ylieff Winkel Van Vaerenbergh Pierco MmeLizin Barbé Michel Swennen De Brernaeker Eerdekens Kubla Simons Leo Peeters Van den Eynde Defeyt Leo Peeters Duquesne Olaerts Standaert Gabriëls Van Grembergen Poncelet Ramoudt Simonet De Mol Standaert De Mol Grimberghs Devolder Vandendriessche Defeyt Simons De Mol Vandendriessche De Mol Barbé De Mol Draps De Mol Eerdekens De Mol Olaerts Annemans Duquesne Duquesne Vice-Premier Ministre et De Clerck Ministre du Budget Mw. Vogels DeMan Vice-Eerste Minister en Van Dienderen Minister van Begroting Van Nieuwenhuysen Tant Marsoul Dupré Van den Eynde de Clippele Van Nieuwenhuysen Knoops Taylor Ramoudt De Mol Standaert De Mol Ylieff Van Grembergen Maingain Taylor Van Vaerenbergh Ministre des Finances Mw. Dillen De Mol Minister van Financiën De Vlieghere de Clippele Eerdekens Bertrand Vandendriessche VanHecke Standaert de Clippele DeMan de Clippele Landuyt de Clippele De Mol Duquesne Dewinter Geysels Standaert Berben De Mol Annemans 12064

6 12510 Chambre des Représentants de Belgique Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers -(119)- Questions et Réponses (Sa ) Vragen en Antwoorden (GZ ) Date Question n" Page. Date Question n Auteur Page Datum Vraag nr, Blz. Datum Vraag nr. Auteur Biz Knoops 9088 Ministre de la Politique scientifique Vanleenhove 9159 et de l'infrastructure Geysels MmeCorbisier-Hagon 9754 Minister van Wetenschapsbeleid Berben 9925 en Infrastructuur Knoops Olaerts Simons Bertouille Marsoul Barbé Marsoul Pinxten Marsoul Saulmont Marsoul Van Mechelen Marsoul Knoops Maingain Taylor Leo Peeters de Clippele Leo Peeters de Clippele Marsoul de Clippele De Mol de Clippele de Clippele de Clippele Van Nieuwenhuysen Hazette Simons Dufour ' 114 Candries Poncelet Candries de Clippele Maingain Platteau Candries Geysels Simons de Clippele Simons Duquesne Barbé de Clippele Maingain Saulmont Simons Vandendriessche Simons Taylor Simons Dupré Simons Thissen Simons de Clip pele Simons de Clippele Simons Olaerts Simons Van Nieuwenhuysen Simons De Vlieghere Simons Lisabeth Simons Lisabeth Simons Lisabeth Simons Olaerts Simons Olaerts Simons Olaerts Van Nieuwenhuysen Van Grembergen Marsoul de Clippele Vautmans Goutry Van Vaerenbergh Van Vaerenbergh Dielens Olivier Barbé Olivier Mw. Dillen Knoops Maingain De Mol Van Nieuwenhuysen de Clip pele Vautmans de Clippele Mw. Dillen Dewinter Ghesquière Standaert Duquesne Standaert Van Rompuy Standaert Olivier 10414

7 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) -(119)- BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) Date Question n Page Date Question n Page Auteur Datum Vraag nr, Biz. Auteur Datum Vraag nr, Blz Duquesne Van Nieuwenhuysen Philippe Charlier Viseur Taylor Simons Wymeersch Van der Poorten Maingain Buisseret Guy Charlier Barbé Candries Leo Peeters Ramoudt Leo Peeters Barbé Van Dienderen De Mol Van Dienderen De Mol Van Dienderen Vandendriessche Leo Peeters Standaert DeMan Taylor DeMan Van den Eynde Leo Peeters Olaerts Simonet Van Nieuwenhuysen Damseaux Annemans DeMan De Mol DeMan De Mol Van den Eynde Van Vaerenbergh Mw. Vogels Vandendriessche Caubergs De Mol Mw. Vogels DeMan Dewinter Dewinter 8866 Ministre du Commerce extérieur Dewinter 8867 et des Affaires européennes, Dewinter 8869 adjoint au Ministre des Affaires étrangères Standaert Minister van Buitenlandse Handel 657 Beysen en Europese Zaken, Van Nieuwenhuysen toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Swennen Van den Eynde Taylor 686 Olaerts Michel Grimberghs De Mol Ministre de l'intérieur et de la Fonction publique DeMan Van Vaerenbergh Vandendriessche Minister van Binnenlandse Zaken Standaert en Ambtenarenzaken Standaert Simons Mw. Vogels Van Overmeire Annemans Detienne Van Dienderen Barbé Mw. Vogels Gabriëls Detienne DeMan Van den Eynde Knoops Tant Grimberghs Dewinter Taylor Van Nieuwenhuysen Van den Eynde Van Dienderen Beysen Mw. Vogels Van Nieuwenhuysen DeMan DeMan Buisseret Van Nieuwenhuysen De Man Hiance Van Nieuwenhuysen De Mol 12442

8 12512 Chambre des Représentants de Belgique Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers -(119)- Questions et Réponses (SO ) Vragen en Antwoorden (GZ ) Date Question n Page Date Question n Page Datum Vraag nr. Auteur Blz. Auteur Datum Vraag nr. Blz Kubla Hancké Perdieu Perdieu Perdieu De Mol Duquesne Kubla Duquesne De Mol Standaert Standaert Ministre de l'emploi et du Travail; chargé de la politique d'égalité des chances entre hommes et femmes Minister van Tewerkstelling en Arbeid, belast met het beleid van gelijke kansen voor mannen en vrouwen Ministre des Petites et Moyennes Entreprises et de l'agriculture Minister voor de Kleine en Middelgrote Ondernemingen en Landbouw Clerfayt 4380 Petites et Moyennes Entreprises Caudron 4827 Kleine en Middelgrote Ondernemingen Detienne Bertrand Standaert DeMan Bertrand Van Vaerenbergh De Mol Landuyt Lauwers Lauwers Lauwers 8487 Agriculture - Landbouw Vanvelthoven Poty Taylor Santkin Schuermans MmeColette Burgeon De Mol Barbé De Mol Philippe Charlier De Mol DeMan Dewinter Demeulenaere Dewinter Ministre de la Défense nationale Mw. Vogels Goutry Minister van Landsverdediging Ghesquière Buisseret Goutry Duquesne Breyne Hazette Barbé De Mol Van Nieuwenhuysen Knoops Bertrand Hiance Vandeurzen De Mol Detienne Bertrand Van Vaerenbergh Standaert Eerdekens Simonet Van der Poorten Olaerts Vandendriessche Olaerts Ministre des Affaires sociales Taylor Minister van Sociale Zaken Van Eetvelt Schellens Van Vaerenbergh Vande Lanotte Vandendriessche Desmet Van Vaerenbergh Van Vaerenbergh Van Vaerenbergh 8733

9 ChambredesReprésentantsdeBelgique BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers -(119)- Questionset Réponses(SO ) VragenenAntwoorden(GZ ) Date Question n Page Date Question n Page Datum Vraag Auteur Auteur nr, Blz. Datum Vraag nr, Blz Winkel 8734 Secrétaire d'etat De Mol 8875 à la Coopération au Développement, Hazette 9771 adjoint au Ministre des Affaires étrangères Perdieu Staatssecretaris Jan Peeters voor Ontwikkelingssamenwerking, 301 Breyne Taylor toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken Van Vaerenbergh Jan Peeters De Mol Van Eetvelt Caudron De Mol Van Dienderen Vandeurzen Leo Peeters Van Vaerenbergh De Mol Saulmont Standaert Taylor Ministre pour l'intégration sociale, De Mol la Santé publique et l'environnement Barbé Barbé Minister voor Maatschappelijke Integratie, Van Nieuwenhuysen Volksgezondheid en Leefmilieu Van Dienderen De Mol Gabriëls De Mol De Mol Viseur Barbé Barbé De Mol De Mol Barbé Barbé Van Vaerenbergh Barbé Barbé De Mol De Mol Caubergs Barbé Barbé Barbé Dewinter De Mol De Mol De Mol De Mol De Mol De Mol De Mol De Mol De Mol Geysels Geysels De Mol De Mol Poncelet De Mol De Mol De Mol Standaert

10

11 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) (Fr.) : Question posée en français. - (Fr.] : In het Frans gestelde vraag. - (N.) : Question posée en néerlandais. (N.) : In het Nederlands gestelde vraag. Questions posées par les membres de la Chambre des Représentants et réponses données par les Ministres. Vragen van de leden van de Kamer van Volksvertegenwoordigers en antwoorden van de Ministers. Vice-Premier Ministre et Ministre des Communications et des Entreprises publiques Vice-Eerste Minister en Minister van Verkeerswezen en Overheidsbedrijven DO Question n? 697 de M. Van Vaerenbergh du 24 septembre 1993 (N.) : Cadres linguisti- Régie des transports maritimes. - ques. Le 18 décembre 1991, la Commission permanente de contrôle linguistique a rendu l'avis n" concernant la Régie des transports maritimes. A ce jour, aucune suite n'a encore été donnée à cet avis. Quelles mesures comptez-vous prendre? Réponse: Mon administration étudie, à ma demande, des mesures de restructuration de la RTM. Ces mesures auront à tenir compte de l'évolution de la concurrence dans le secteur. Le dossier du cadre linguistique sera revu sur cette base. DO Vraag nr, 697 van de heer Van Vaerenbergh 24 september 1993 (N.) : Regie voor maritiem transport. - Taalkaders. van Op 18 december 1991 heeft de Vaste commissie voor taaltoezicht advies nr uitgebracht over de Regie voor maritiem transport. Aan dat advies werd nog altijd geen gevolg gegeven. Welke maatregelen neemt u? Antwoord: Mijn adrninistratie onderzoekt op mijn vraag herstructureringsmaatregelen voor de RMT. Die maatregelen zullen moeten rekening houden met de evolutie van de concurrentie in de sector. Het dossier van de taalkader zal op die basis worden bezien. DO Questionn? 927 de M. De Mol du 1 er mars 1994 (N.) : Droit communautaire. - Directive. - Transposition en droit interne. - Niveau sonore. - Dispositif d'échappement des véhicules à moteur. La directive 92/97/CEE relative au niveau sonore admissibleet au dispositif d'échappement des véhicules à moteur devait être transposée en droit belge pour le 1 er juillet 1993 au plus tard. Ce délai est à présent écoulé. 1. Qu'en est-il de la transposition de cette directive? DO Vraag nr. 927 van de heer De Mol van 1 maart 1994 (N.) : Gemeenschapsrecht. - Richtlijn. - Omzetting in intern recht. - Geluidsniveau. - Uitlaatrichting. Richtlijn 92/97/EEG omtrent het geluidsniveau en de uitlaatrichting moest voor 1 juli 1993 in Belgisch recht zijn omgezet. Die termijn is ondertussen verstreken. 1. Hoever staat het met de omzetting van de richtlijn?

12 12516 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119) _ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) 2. La procédure de transposition a-t-elle déjà été entamée? 3. Un projet d'arrêté royal visant à transposer la directive a-t-il déjà été élaboré? 4. a) Dans l'affirmative, quand le projet sera-t-il soumis à la signature royale? h) Dans l'affirmative, quand l'arrêté royal entrera-t-il en vigueur? 5. a) Dans la négative, pourquoi la directive n'est-elle pas encore transposée? h) Quand la directive sera-t-elle reprise dans la législation nationale? c) De quoi la transposition dépend-elle encore? Réponse: J'ai l'honneur de demander à l'honorable membre de se référer à ma réponse à la question n? 899 du 10 février 1994, déposée par M. Van Eetvelt et publiée au bulletin des Questions et Réponses, Chambre, n" 103 du 25 avril 1994, pages et suivantes. 2. Werd al een aanvang gemaakt met de omzetting? 3. Werd al een ontwerp van koninklijk besluit ter omzetting van de richtlijn uitgewerkt? 4. a) Zo ja, wanneer zal het ontwerp voor ondertekening aan de koning worden overgezonden? h) Zo ja, wanneer zal het koninklijk besluit in werking treden? 5. a) Zo niet, waarom is de richtlijn nog niet omgezet? h) Wanneer zal de richtlijn opgenomen zijn in de nationale wetgeving? c) Waarvan is de omzetting nog afhankelijk? Antwoord: Ik verwijs het geacht lid naar mijn antwoord op vraag nr. 899 van 10 februari 1994, neergelegd door de heer Van Eetvelt en gepubliceerd in het bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, nr, 103 van 25 april1994, blz en volgende. DO Question n? 1020 de M. Ramoudt du 4 mai 1994 (N.) : Transports routiers. - Suisse. - Poids lourds étrangers. Les Suisses ont décidé par référendum que les poids lourds étrangers seront à l'avenir bannis des routes suisses. Cette interdiction de transit entrera en vigueur en Son but est de détourner les marchandises transportées p~r route vers le transport par voie ferrée. 1. Quelle mesures prenez-vous à l'égard des camions suisses transitant par la Belgique? 2. Quelles démarches comptez-vous entreprendre et quelles propositions concrètes entendez-vous soumettre à la Commission européenne? Réponse: L'honorable membre trouvera ci-dessous les réponses aux questions posées. La position unilatérale retenue par la Suisse soulève des problèmes importants tels que par exemple, la discrimination entre les transporteurs suisses et ceux de l'union européenne; elle est également de nature à limiter le choix du chargeur. Le Conseil des ministres de l'union européenne a demandé à la Commission d'étudier la situation ainsi que les conséquences du vote suisse. Sur ces bases, le dossier a à nouveau été examiné lors de la dernière session du Conseil. La Commission a fait rapport de ses contacts avec les autorités suisses afin d'évaluer l'impact du vote Sur DO Vraag nr, 1020 van de heer Ramoudt van 4 mei 1994 (N.): Wegvervoer. - Zwitserland. - Buitenlandse vrachtwagens. De Zwitsers hebben tijdens een referendum beslist dat in de toekomst geen buitenlandse vrachtwagens meer over de Zwitserse wegen mogen rijden. Dat doorrijverbod wordt in 2004 van kracht. De bedoeling is om het vrachtwagenverkeer af te leiden naar het spoorverkeer. 1. Welke maatregelen neemt u ten opzichte van Zwitserse vrachtwagens die in België rijden? 2. Welke stappen zal u doen en met welke concrete voorstellen stapt u naar de Europese commissie? Antwoord : Het geacht lid vindt hieronder het antwoord op de door hem gestelde vragen. Het door Zwitserland weerhouden standpunt schept door zijn unilaterale aard een aantal problemen zoals, bijvoorbeeld, de discriminatie tussen de Zwitserse vervoerders en die van de Europese Unie; tevens is het van aard om de vrije keuze van de bevrachter te beperken. De Raad van ministers van de Europese Unie heeft de Commissie gevraagd de toestand evenals de gevolgen van de Zwitserse stemming te onderzoeken. Op die basis werd het dossier opnieuwonderzocht tijdens de laatste zitting van de Raad. De Commissie heeft verslag uitgebracht over haar contacten met de Zwitserse overheid om de weerslag

13 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) les transports et d'obtenir des informations sur les mesures d'application. Les premiers éléments donnés ne répondent pas à toutes les interrogations des Etats membres. Les contacts se poursuivront. J'attends donc des clarifications qui seront encore apportées par la Commission. Lors des prochaines réunions ministérielles, je confirmerai les premières positions de principe que j'ai prises publiquement. Elles se résument par la nécessité de retenir des solutions multilatérales, non seulement en conformité avec les règles européennes, mais aussi en harmonie avec l'obligation d'améliorer la mobilité, y compris dans les zonessensibles. J'ai déjà eu l'occasion d'être en contact sur ce sujet avec mon collègue suisse: nos vues sont très convergentes. van de stemming op het transport te ramen en informatie over de van toepassing zijnde maatregelen te bekomen. De eerste elementen geven geen antwoord op alle vragen van de lidstaten. De contacten worden voortgezet. Ik wacht dus de verduidelijkingen af, die mij door de Commissie zullen worden gegeven. Op de volgende ministeriële vergaderingen zal ik de eerste principiële standpunten bevestigen die ik al in het openbaar heb ingenomen. In het kort komt dat neer op de noodzaak om tot multilaterale oplossingen te komen, die niet alleen conform zijn met de Europese regels, maar ook in harmonie met de verplichting de mobiliteit te verbeteren, ook in de gevoelige zones. Ter zake heb ik al contact gehad met mijn Zwitserse collega: onze zienswijzen stemmen zeer goed overeen. Vice-Premier Ministre et Ministre des Affaires étrangères Vice-Eerste Minister en Minister van Buitenlandse Zaken DO Question n? 420 de M. Van den Eynde du 27 juin 1994 (N.): Chine.- Droits de l'homme. - Liberté de culte. L'organisation américaine de défense des droits de l'homme «Human Rights Watch Asia» a lancé un appel aux principaux partenaires commerciaux de la Chine afin d'obliger ce pays à permettre une enquête des Nations unies relative à la répression pour des motifs religieux. L'organisation pense que les religieux enfermés comme prisonniers politiques sont plus nombreux que ce que l'on admet généralement. Quelles démarches le gouvernement a-t-il entreprisespour amener la Chine à instaurer enfin la liberté de culte? Réponse: 1. Le problème des libertés religieuses en Chine doit être situé dans la problématique générale des droits de l'homme dans ce pays, dont la situation, ainsi que j'ai déjà eu l'occasion d'en faire part à de nombreuses reprises dans mes réponses à d'autres questions, est l'objet de toute notre attention, que ce soit au niveau bilatéral ou de la part de l'union européenne, ou au sein de la Commission des droits de l'homme des Nations unies. 2. Je rappellerai simplement que la situation des droits de l'homme en Chine fait l'objet d'un examen à chaque réunion du groupe de travail Asie de la Coopération politique européenne. Les ambassadeurs des Douzeanalysent fréquemment la situation sur place et en font part à leur gouvernement. L'Union européenne DO Vraag nr. 420 van de heer Van den Eynde van 27 juni 1994 (N.): China. - Mensenrechten. - Godsdienstvrijheid. De Amerikaanse mensenrechtenorganisatie «Human Rights Watch Asia» riep China's voornaamste handelspartners op het land te dwingen een onderzoek van de Verenigde Naties naar godsdienstvervolging toe te laten. De organisatie vermoedt dat heel wat meer religieuzen politieke gevangene zijn dan tot nog toe werd aangenomen. Welke stappen deed de Belgische regering om China ertoe aan te zetten eindelijk godsdienstvrijheid in te voeren? Antwoord: 1. Het probleem van de godsdienstvrijheid in China moet worden gezien in het kader van de algemene kwestie van de mensenrechten in dat land. In mijn antwoorden op eerdere vragen heb ik al meermaals onderstreept dat de situatie van de mensenrechten in China onze volle aandacht geniet, zowel op bilateraal vlak, in Europees verband als binnen de Commissie voor mensenrechten van de Verenigde Naties. 2. Ik wil enkel in herinnering brengen dat de toestand van de mensenrechten in China op elke bijeenkomst van de werkgroep Azië van de Europese politieke samenwerking wordt onderzocht. De ambassadeurs van de Twaalf analyseren regelmatig de toestand ter plaatse en houden hun regeringen ervan op de

14 12518 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) publie régulièrement des communiqués appelant les autorités chinoises à respecter pleinement les droits de l'homme. Chaque occasion de rencontre est mise à profit par moi-même ou mes collègues des Douze, que ce soit à Pekin ou dans nos capitales, pour attirer l'attention des autorités chinoises sur les violations des droits de l'homme qui ont lieu dans leur pays et pour les inciter à respecter pleinement ceux-ci, 3. Pour ce qui est de la liberté religieuse, je partage les inquiétudes de l'organisation américaine des droits de l'homme «Human Rights Watch Asia», Malgré que l'article 36 de la Constitution de la République populaire de Chine stipule que les citoyens jouissent de la liberté religieuse et que l'etat protège les pratiques religieuses «normales ", un nombre considérable de personnes est persécuté en raison de leurs activités religieuses qui sont supposées nuire à l'ordre social ou aux intérêts de l'etat chinois. Ceci est incontestablement une violation de la liberté de religion. Le rapporteur spécial de la Commission des droits de l'homme, M. Amor, a adressé une communication dans ce sens au gouvernement chinois le 25 novembre Cette communication mentionne entre autres que «depuis 1992, la politique de répression exercée par les autorités chinoises contre les églises tant protestantes que catholiques, en marge des structures officielles aurait pris des contours nouveaux. On assisterait à une recrudescence de condamnations par décret administratif, à un transfert de prisonniers passant de la détention judiciaire à la détention administrative, à l'usage récurrent de la torture et à la réaffirmation constante de la part des autorités de leur volonté d'en finir avec les activités religieuses dites illégales», La communication du rapporteur spécial porte également sur des informations concernant la situation des communautés religieuses au Tibet. Le 22 décembre 1993, la mission permanente de la République populaire de Chine auprès de l'office des Nations unies à Genève a transmis une série de renseignements au sujet des allégations mentionnées cidessus sous la forme d'une première réponse de principe du gouvernement chinois. Cette réponse rappelle notamment le contenu des législations en usage dans ce pays et fournit des informations sur les structures internes qui sont en charge des questions religieuses en Chine et dans la région autonome du Tibet. 4. Comme elle le fait depuis plusieurs années, la Belgique, lors de la dernière session de la Commission des droits de l'homme n'a pas manqué de réitérer son plein appui, en la coparrainant, à la résolution déposée par l'irlande et adoptée par la commission qui porte sur l'application de la déclaration sur l'élimination de toutes les formes d'intolérance et de discrimination fondées sur la religion et la conviction (doc. OnulFJCN.4/1994.L.18). hoogte. De Europese Unie publiceert regelmatig communiqués, die de Chinese overheden oproepen de mensenrechten ten volle te eerbiedigen. Ikzelf en mijn collega's van de Twaalf maken bij elke ontmoeting hetzij in Peking hetzij in onze hoofdsteden, van de gelegenheid gebruik om de aandacht van de Chinese overheden te trekken op de schendingen van de mensenrechten in hun land en om hen ertoe aan te zetten die mensenrechten volledig te eerbiedigen. 3. Wat nu meer bepaald de godsdienstvrijheid betreft, deel ik de bezorgdheid van de Amerikaanse mensenrechtenorganisatie «Human Rights Watch Asia ". Hoewel artikel 36 van de Grondwet van de Volksrepubliek China stelt dat alle burgers genieten van de godsdienstvrijheid en dat de Staat elke «normale" religieuze praktijk beschermt, wordt een aanzienlijk aanral personen vervolgd omdat hun religieuze activiteiten zogezegd zouden indruisen tegen de maatschappelijke orde of tegen de belangen van de Chinese Staat. Dat is ontegensprekelijk een schending van de Godsdienstvrijheid. De bijzondere rapporteur van de Commissie voor mensenrechten, de heer Amor, stuurde de Chinese regering op 25 november 1993 een bericht hierover. Dat bericht stelt onder meer dat «sinds 1992, het repressiebeleid van de Chinese overheid ten overstaan van de protestantse en katholieke kerken in de marge van de officiële structuren nieuwe vormen zou hebben aangenomen. Er zou sprake zijn van een verhoging van het aantal veroordelingen door middel van administratieve decreten, van het overhevelen van gevangenen in gerechtelijke hechtenis naar administratieve hechtenis en van het herhaaldelijk gebruik van martelpraktijken. De overheden zouden constant hun wil bevestigen om komaf te maken met de zogezegd «illegale» religieuze activiteiten. Het bericht van de bijzondere rapporteur betreft eveneens informatie over de toestand van de religieuze gemeenschappen in Tibet. Op 22 december 1993 overhandigde de permanente missie van de Volksrepubliek China bij het Bureau van de Verenigde Naties in Genève een aantal inlichtingen over de hierboven aangehaalde beweringen onder de vorm van een eerste beginselantwoord van de Chinese regermg. Dat antwoord herinnert onder meer aan de inhoud van de gangbare wetgeving in dat land en levert informatie over de interne structuren die belast zijn met de religieuze zaken in China en in het autonome gebied Tibet. 4. Net zoals in de voorbije jaren bevestigde België tijdens de recentste zitting van de Commissie voor mensenrechten zijn volledige steun en beschermheerschap aan de door Ierland ingediende en door de commissie aangenomen resolutie over de toepassing van de verklaring over de bestrijding van alle vormen van intolerantie en discriminatie steunend op godsdienst of overtuiging (doc./e/cn.4/1994.l.18).

15 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) Cet appui se fonde sur l'attachement que porte la Belgique au principe selon lequel la liberté de pensée, de conscience, de religion et de conviction constitue un droit de l'homme découlant de la dignité inhérente à la personne humaine et qui doit être garanti à tous sans discrimination. 5. Je puis donc assurer l'honorable membre que cet aspect des droits de l'homme en Chine reste, comme l'ensemble de cette problématique, l'objet d'une attention constante de moi-même aussi bien que de mes services, et que nos préoccupations à cet égard continueront à être exprimées à nos interlocuteurs chinois. Die steun gaat uit van de Belgische gehechtheid aan het beginsel dat de vrijheid van mening, geweten, godsdienst en overtuiging een recht is van de mens, dat voortvloeit uit de waardigheid die eigen is aan de menselijke persoon en voor iedereen zonder discriminatie moet worden gegarandeerd. 5. Ik kan het geacht lid verzekeren, dat dat aspect van de mensenrechten in China, net zoals de gehele problematiek hierrond, het onderwerp blijft van een constante aandacht, zowel van mezelf als van mijn diensten. Wij zullen onze bezorgdheid hierover dan ook blijven duidelijk maken aan onze Chinese gesprekspartners. DO Question n? 433 de M. De Mol du 14 juillet 1994 (N.) : Conseil national pour le développement durable. Le Conseil national pour le développement durable s'est réuni le 15 juin dernier. 1. Quels points ont été débattus lors de cette rencontre? 2. Quels sont les résultats concrets de la réunion? Quelles décisions ont été prises? 3. a) S'est-on prononcé sur le règlement intérieur? b) Quelles sont les lignes essentielles de ce règlement intérieur? 4. a) Les différents groupes de travail ont-ils déjà présenté des résultats? b) Dans l'affirmative, quels sont ces résultats? S. a) Les groupes de travail nouvellement créés (recherche scientifique et développement durable; déclaration d'intention et politique des médias) sont-ils à présent opérationnels? b) Ces groupes de travail se sont-ils déjà réunis? 6. Quand la prochaine assemblée générale aura-telle lieu? Réponse: 1. Le procès-verbal de la réunion de l'assemblée générale du conseil, qui s'est tenue le 30 juin - et non le 15 juin comme mentionné dans la question - n'a encore été approuvé ni par le bureau exécutif, ni par l'assemblée générale. La prochaine réunion du bureau se tiendra le 6 septembre, et l'assemblée plénière le 22 septembre. Dès lors, les informations demandées aux points 1 à 3 parviendront à l'honorable membre après ces deux réunions. DO Vraag nr. 433 van de heer De Mol van 14 juli 1994 (N.): Nationale raad voor duurzame ontwikkeling. Op 15 juni kwam de Nationale raad voor duurzame ontwikkeling samen. L Wat werd tijdens die bijeenkomst besproken? 2. Wat zijn de concrete resultaten van die bijeenkomst? Welke beslissingen werden genomen? 3. a) Werd al een beslissing genomen over het huishoudelijk reglement? b) Wat zijn de krachtlijnen van dat reglement? 4. a) Kwamen de verschillende werkgroepen al tot resultaten? b) Zo ja, tot welke resultaten? 5. a) Zijn de nieuwopgerichte werkgroepen (wetenschappelijk onderzoek en duurzame ontwikkeling; opdrachtsverklaring en mediabeleid) al operationeel? b) Kwamen die werkgroepen al samen? 6. Wanneer is een volgende algemene vergadering gepland? Antwoord: 1. Het proces-verbaal van de Algemene vergadering van de raad gehouden op 30 juni 1994, en niet op 15 juni zoals vermeld, werd nog niet door het uitvoerend bureau, noch door de algemene vergadering goedgekeurd. De volgende vergadering van het bureau zal worden gehouden op 6 september, en van de algemene vergadering op 22 september aanstaande. De gevraagde inlichtingen zullen derhalve na die data aan het geacht lid worden overgemaakt.

16 12520 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) 2. Pour le point 4 de la question, je puis envoyer à l'honorable membre, s'hie souhaite, les trois avis déjà rendus lors de l'assemblée générale du 5 mai Il s'agit: a) de l'avis remis par le groupe - Energie» sur le Programme national belge de réduction des émissions de COz; h) des deux avis remis par le groupe <~ Plan national» sur: la seconde session de la Commission du développement durable à New York (16-27 mai 1994) et les interventions belges prévues; l'amélioration de la procédure relative aux rapports de la Belgique à la CDD. 3. Point 5 : les deux groupes de travail cités viennent de commencer leurs travaux (juin-juillet). Un premier rapport du groupe «Termes de référence» sera présenté lors de l'assemblée générale du 22 septembre. 2. Wat punt 4 betreft kan het geacht lid worden verwezen naar de drie adviezen die al door de algemene vergadering werden uitgebracht op 5 mei Het betreft : a) het advies uitgebracht door de groep «Energie» over het nationaal Belgisch programma inzake de vermindering van de COz-uitstoot; h) de twee adviezen vanwege de groep «Nationaal plan» over: de tweede zittijd van de Commissie voor duurzame ontwikkeling te New York (16-27 mei 1994) en de voorziene Belgische tussenkomsten; de verbetering van de procedure betreffende de Belgische rapporten aan de Uno-cornmissie, 3. De beide vermelde werkgroepen hebben hun werkzaamheden aangevat (juni-juli 1994). Een eerste verslag van de groep «Opdrachtsverklaring» zal worden voorgelegd aan de algemene vergadering van 22 september DO Question n? 434 de M. De Mol du 14 juillet 1994 (N.) : Déchets. - Conventions. - Ratification. Le chapitre 20 de l'agenda 21 est consacré à la gestion et au transport des déchets dangereux. Les propositions formulées dans ce cadre concernent essentiellement une prévention maximale, un renforcement de la logistique et une coopération internationale. Il s'agit avant tout de lutter contre le trafic illégal des déchets dangereux. Une stratégie internationale pour une gestion écologique des déchets dangereux suppose avant tout une gestion intégrale du cycle des déchets. Il convient de stimuler la mise en œuvre du processus de production permettant un contrôle intégral de l'extraction des matières premières ainsi que du stockage, du traitement, du transport et du recyclage des substances dangereuses. Pour ce qui regarde la promotion de la coopération internationale, les conventions existantes de Bâle et de Bamako doivent en premier lieu être ratifiées et mises en œuvre le plus vite possible. Pour la première convention, l'adoption serait presque acquise. Au niveau européen, on élaborait un projet de règlement concernant la surveillance et le contrôle du transport des déchets tant à l'intérieur de l'union qu'en direction et en provenance de celle-ci. 1. Quelles mesures concrètes avez-vous déjà prises afin d'atteindre les objectifs du chapitre 20 de l'agenda 21? 2. a) Où en est la ratification de la convention de Bâle? DO Vraag nr, 434 van de heer De Mol van 14 juli 1994 (N.): Afvalstoffen. - Verdragen. - Bekrachtiging. Hoofdstuk 20 van Agenda 21 handelt over het beheer en het transport van gevaarlijk afval. De voorstellen die Agenda 21 formuleert inzake gevaarlijk afval zijn in grote lijnen gericht op maximale preventie, versterking van de logistiek en internationale samenwerking, vooralom illegaal transport tegen te gaan. Een internationale strategie voor het milieuvriendelijk beheer van gevaarlijk afval begint met een integraal ketenbeheer : het stimuleren van produktieprocessen met een volledige controle op de winning van grondstoffen, opslag, behandeling, het transport en hergebruik van gevaarlijke stoffen. Wat de bevordering van internationale samenwerking betreft moeten in de eerste plaats de bestaande conventies van Basel en Bamako zo snel mogelijk worden geratificeerd en geïmplementeerd. Voor het eerste verdrag zou de goedkeuring bijna rond zijn. Op Europees niveau zou worden gewerkt aan een ontwerp van verordening betreffende toezicht en controle op de overbrenging van afvalstoffen zowel binnen als naar en uit de Unie. 1. Welke concrete maatregelen nam u alom de doelstellingen van hoofdstuk 20 van Agenda 21 uit te voeren? 2. a) Hoever staat het met de ratificatie van de conventie van Basel?

17 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) b) De quoi dépend-elle encore? c) Quand un projet sera-t-il déposé au Parlement? 3. a) Où en est la ratification de la convention de Bamako? b) De quoi dépend-elle encore? c) Quand un projet sera-t-il soumis au Parlement? 4. Quelles initiatives avez-vous déjà prises au niveau international pour faire en sorte qu'il y ait davantage de coopération internationale dans le domaine de la gestion et du transport des déchets dangereux? Réponse: 1. En ce qui concerne la mise en œuvre des objectifs du chapitre 20 de l'agenda 21, il y a lieu de faire remarquer que les compétences en matière de contrôle des transports transfrontières de déchets dangereux ont été transférées de l'autorité fédérale (qui n'a gardé que la compétence en matière de contrôle du transit) aux régions (qui ont l'importation et l'exportation dans leurs attributions). 2. La Convention de Bâle a été ratifiée par la Belgique le 1 er novembre Elle est parue au Moniteur belge du 25 février La Convention de Bamako du 30 janvier 1991 concerne l'interdiction d'importer des déchets dangereux en Afrique et la surveillance des mouvements transfrontières de ceux-ci. L'article 13 de l'acte final de la conférence panafricaine sur l'environnement et le développement durable, organisée à la même date par l'organisation de l'unité africaine, stipule que la convention est ouverte à la signature de tous les membres de l'oua. L'article 15 de la convention dit simplement que les organisations peuvent se faire représenter en tant qu'observateurs aux réunions des parties contractantes. La Belgique n'est donc pas partie à cette convention, parce que celle-ci est un accord concernant exclusivement les pays africains. 4. En ce qui concerne la coopération internationale en matière de gestion et de transport des déchets dangereux, il y a lieu d'attendre pour l'instant l'issue de consultations, qui sont toujours en cours, entre les instances fédérales et régionales au sujet de la conclusion éventuelle d'accords de coopération relatifs au transport international et à la mise en œuvre d'un système central d'information pour l'enregistrement des transports de déchets. h) Waarvan is de ratificatie nog afhankelijk? c) Wanneer zal een ontwerp aan het Parlement worden voorgelegd? 3. a) Hoever staat het met de ratificatie van de conventie van Bamako? b) Waarvan is de ratificatie nog afhankelijk? c) Wanneer zal een ontwerp aan het Parlement worden voorgelegd? 4. Welke initiatieven nam u al op internationaal niveau voor meer internationale samenwerking betreffende het beheer en transport van gevaarlijk afval? Antwoord: 1. Wat de verwerkelijking van de doelstellingen van hoofdstuk 20 van Agenda 21 betreft, moet worden opgemerkt dat op 6 mei 1994 de bevoegdheden inzake de controle op grensoverschrijdende afvaltransporten van de federale overheid (alleen nog bevoegd voor het transit) aan de gewestelijke autoriteiten (bevoegd voor import en export) werden overgedragen. 2. De Conventie van Bazel werd door België bekrachtigd op 1 november Ze verscheen in het Belgisch Staatsblad van 25 februari De Conventie van Bamako van 30 januari 1991 betreft het verbod op de invoer van gevaarlijke afvalstoffen in Afrika en het toezicht op de grensoverschrijdende bewegingen ervan. Artikel 13 van de Slotakte van de panafrikaanse conferentie over het leefmilieu en de duurzame ontwikkeling, die op die datum door de organisatie van Afrikaanse eenheid werd gehouden, stelt dat de conventie van toetreding openstaat voor alle leden van de OAE. Artikel15 van de conventie vermeldt uitsluitend dat organisaties zich als waarnemers op de bijeenkomst van de verdragsluitende partijen mogen laten vertegenwoordigen. België is dus geen lid van die conventie, omdat die uitsluitend een overeenkomst onder de Afrikaanse landen betrof. 4. Wat de internationale samenwerking inzake beheer en vervoer van gevaarlijke afvalstoffen betreft, moet voorlopig worden gewacht op overleg dat nog aan de gang is tussen de federale en de gewestelijke instanties betreffende mogelijke samenwerkingsakkoorden in verband met internationaal transport en de toepassing van een centraal informatiesysteem voor de registratie van afvaltransporten. 1595

18 12522 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa ) -(119)- Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) Vice-Premier Ministre et Ministre de la Justice et des Affaires économiques Vice-Eerste Minister en Minister van Justitie en Economische Zaken Justice Justitie DO Question n? 244 de Mme Stengers du 11 janvier 1993 (Fr.) : Naturalisation. - Procédure. Il me revient que les étrangers qui viennent déposer leurs dossiers de naturalisation à l'annexe du palais de Justice, 13 rue de Quatre Bras, reçoivent un ticket non signé leur indiquant à quelle date ils pourront se présenter (souvent 3 ou 4 mois plus tard). Cette situation me semble tout à fait anormale, puisqu'il ne s'agit que de réceptionner des dossiers et non de les examiner. Cette situation est d'autant plus déplorable qu'elle décourage les candidats à la naturalisation et retarde encore la procédure. Quelles mesures prenez-vous pour mettre fin à cette politique? DO Vraag nr, 244 van mevrouw Stengers van 11 januari 1993 (Fr.) : Naturalisatie. - Procedure. De buitenlanders die hun naturalisatiedossiers in het bijgebouw van het Justitiepaleis, Quatre Brasstraat 13, indienen, ontvangen naar verluidt een niet ondertekend bewijs waarop vermeld staat op welke datum zij zich kunnen aanmelden (vaak 3 of 4 maanden later). Dat lijkt mij een zeer abnormale toestand, aangezien de dossiers daar enkel in ontvangst worden genomen en niet worden onderzocht. Die toestand is des te betreurenswaardiger omdat hij degenen die zich willen laten naturaliseren, ontmoedigt en de procedure nog vertraagt. \Velke maatregelen neemt u om daaraan een einde te maken? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les renseignements qui m'ont été transmis par les autorités judiciaires concernées. Jusqu'au 31 janvier 1992, les personnes qui désiraient déposer une demande de naturalisation dans l'arrondissement judiciaire de Bruxelles devaient se présenter au bureau Naturalisation du parquet du procureur du Roi, le mardi ou mercredi. Eu égard au nombre croissant des demandes de naturalisation, ce service s'est vu contraint de modifier cet usage depuis le 1 er février En ce qui concerne l'accroissement de la charge de travail de la section «Nationalité» du parquet du tribunal de première instance de Bruxelles, l'honorable membre voudra bien se référer au tableau ci-après, qui indique le nombre de naturalisations et d'options souscrites, dans cet arrondissement, au cours des six dernières années. Antwoord: Hierbij deel ik aan het geacht lid de inlichtingen mee die mij door de betrokken gerechtelijke autoriteiten zijn verstrekt. Tot 31 januari 1992 moesten personen die in het gerechtelijk arrondissement Brussel een aanvraag tot naturalisatie wensten in te dienen, zich op dinsdag of woensdag aanmelden bij de dienst Naturalisatie van het parket van de procureur des Konings. Gelet op het groeiend aantal aanvragen tot naturalisatie heeft die dienst voornoemde regeling sedert 1 februari 1992 moeren wijzigen. Wat betreft de toename van de werklast van de afdeling «Nationaliteit» van het parket bij de rechtbank van eerste aanleg van Brussel, verwijs ik het geacht lid naar de hierna volgende tabel die het aantal naturalisaties en opties weergeeft die, in dat arrondissement, gedurende de laatste zes jaar werden afgelegd. Naturalisations Options Naturalisaties Opties Face à cette situation et dans le but d'instaurer un système plus efficace pour la réception des demandes In het licht van die situatie en teneinde de ontvangst van de aanvragen tot naturalisatie op een meer doel-

19 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) de naturalisation et d'éviter ainsi des heures d'attente aux personnes désirant acquérir la nationalité belge, les autorités judiciaires m'ont fait savoir qu'il a été décidé de recevoir les intéressés sur rendez-vous. Actuellement, le requérant doit s'adresser en premier lieu au service accueil du parquet qui lui remet, outre le formulaire de demande de naturalisation et la notice de renseignements, un billet mentionnant la date et l'heure fixées pour le dépôt de la requête. Ce rendez-vous est inscrit dans un agenda dont un double se trouve au bureau Naturalisation. Il convient de souligner que lorsque le requérant se présente le jour fixé pour le dépôt de son dossier, l'employé ne se limite pas à réceptionner le dossier. Il s'attache également à vérifier de façon approfondie si la requête est dûment remplie et si toutes les pièces requises y sont jointes. Ce travail permet au requérant d'éviter soit d'introduire une demande irrecevable, soit de déposer un dossier incomplet. Il faut à ce sujet noter que dans 75% des cas, le dossier n'est pas en ordre et ceci pour différents motifs à savoir: le requérant n'a pas lu la notice de renseignements ou ne l'a pas comprise; le requérant ne s'exprime pas ou difficilement en français ou en néerlandais; le requérant ne sait pas écrire; le requérant fait preuve de mauvaise volonté. Une assistance réelle est donc fournie au candidat lors de ce rendez-vous. En cas de difficultés, l'employé consulte le magistrat. Des erreurs peuvent ainsi être évitées dès le départ. Les employés font preuve à cette occasion d'une patience exemplaire. Ils aident les requérants à compléter leur demande, vérifient l'exactitude des renseignements fournis et jouent très souvent un rôle d'interprète. Au cas où le dossier est complet, il est réceptionné et un numéro de notice lui est attribué. S'il s'avère que le dossier est incomplet, l'employé invite l'intéressé à rassembler les renseignements ou documents manquants. Il lui remet un billet, lui permettant de déposer le dossier dûment complété à la date qui lui convient. Un simple dépôt des pièces entraînerait des convocations ultérieures et les délais de procédure seraient encore plus importants. Par ailleurs, lorsqu'auparavant, les candidats se présentaient sans rendez-vous, on assistait à de longues treffende wijze te regelen en alsook te voorkomen dat personen die de Belgische nationaliteit wensen te verwerven, urenlang moeten wachten, hebben de gerechtelijke autoriteiten mij ervan in kennis gesteld dat besloten is de betrokkenen nog slechts na afspraak te ontvangen. Thans moet de verzoeker zich eerst wenden tot de dienst ontvangst van het parket die hem het aanvraagformulier inzake naturalisatie en het daarmee verband houdende inlichtingenblad verstrekt, alsook een briefje met vermelding van de dag en het uur vastgesteld voor de indiening van de aanvraag. Die afspraak wordt ingeschreven in een agenda, waarvan op de dienst Naturalisatie een tweede exemplaar wordt bijgehouden. Er moet worden onderlijnd dat wanneer de verzoeker zich op de vastgestelde dag aanmeldt om zijn dossier neer te leggen de bediende er zich niet toe beperkt het dossier in ontvangst te nemen. Hij gaat tevens grondig na of de aanvraag behoorlijk is ingevuld en alle vereiste stukken erbij zijn gevoegd. Die werkwijze laat toe te voorkomen dat verzoeker hetzij een onontvankelijk verzoek indient, hetzij een onvolledig dossier neerlegt. In dat verband moet worden opgemerkt dat in 75% van de gevallen het dossier niet in orde is, zulks om verschillende redenen, te weten: de verzoeker heeft het inlichtingenblad niet gelezen of heeft de inhoud ervan niet begrepen; de verzoeker kan zich helemaal niet of slechts moeilijk in het Nederlands of in het Frans uitdrukken; de verzoeker de verzoeker kan niet schrijven; geeft blijk van onwil. Bij die afspraak wordt derhalve aan de kandidaat een reële hulp geboden. Bij moeilijkheden raadpleegt de bediende de magistraat. Vergissingen kunnen zo vanaf het begin worden vermeden. De bedienden tonen bij die gelegenheid een voorbeeldig geduld. Zij helpen de verzoekers bij de aanvulling van hun verzoekschrift, verifiëren of de meegedeelde inlichtingen correct zijn en spelen zeer dikwijls voor tolk. Ingeval het dossier volledig is, wordt het in ontvangst genomen en wordt een dossiernummer toegekend. Indien blijkt dat het dossier onvolledig is, vraagt de bediende aan de aanvrager hem de ontbrekende inlichtingen of stukken te bezorgen. Hij overhandigt hem een briefje waarmee betrokkene het dossier, op behoorlijke wijze aangevuld, op een voor hem geschikte datum kan dienen. Een eenvoudige neerlegging van de stukken zou latere oproepingen voor gevolg hebben en de termijnen van de procedure zouden erdoor nog worden verlengd. Bovendien maakte men vroeger, toen de kandidaten zich zonder afspraak aanmeldden, lange files van

20 12524 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ).files d'attente. Celles-ci étaient particulièrement pénibles pour les candidats et les employés du service. De nombreux incidents se sont produits. Un rétablissement du système antérieur entraînerait des problèmes au niveau de la sécurité. Actuellement, dix personnes sont reçues chaque matin. Les employés consacrent environ 15 minutes à l'examen de chaque demande. Les personnes qui se trouvent dans l'impossibilité de se présenter le matin sont reçues l'après-midi. Je puis assurer à l'honorable membre que je partage ses préoccupations et que je suis, à l'instar des autorités judiciaires, conscient de ce que les délais pour obtenir actuellement un rendez-vous (trois mois) sont longs. En tout état de cause, au vu de ce qui précède, il ne peut en aucun cas être question d'un blocage volontaire des naturalisations. wachtenden mee. Die waren uiterst penibel voor de kandidaten en de bedienden van de dienst. Talrijke incidenten hebben zich voorgedaan. Een herstel van het vroeger systeem zou problemen inzake de veiligheid met zich brengen. Op dit ogenblik ontvangt de dienst Naturalisatie iedere ochtend tien personen. De bedienden besteden gemiddeld ongeveer 15 minuten aan het onderzoek van iedere aanvraag. Personen die zich in de loop van de ochtend niet kunnen aanmelden, worden in de namiddag ontvangen. Ik kan het geacht lid verzekeren dat ik haar bezorgdheid deel en dat ikzelf, net als de gerechtelijke autoriteiten, mij ervan bewust ben dat voor het maken van een afspraak thans lange termijnen zijn gesteld (drie maanden). Hoe het ook zij, gezien wat voorafgaat, zou er in geen geval sprake zijn van een vrijwillige blokkering van de naturalisaties. DO Question no 333 de M. Winkel du 27 avril 1993 (Fr.) : Naturalisation. - Parquet de Bruxelles. - Durée d'attente. Pour obtenir sa naturalisation, une personne d'origine étrangère doit rassembler divers documents (acte de naissance, certificats, reçus, et cetera) et les déposer au parquet du procureur du Roi pour que l'enquête de moralité puisse avoir lieu. Ce dépôt de documents au parquet de Bruxelles pose actuellement problème, car il faut attendre près de quatre mois pour être reçu au bureau de naturalisation. 1. Quel est le délai moyen d'attente pour être reçu au parquet de Bruxelles pour remettre un dossier de naturalisation? 2. Quelle est la durée d'attente auprès des autres parquets en Belgique? 3. Quelles sont les raisons de ce délai d'attente? 4. S'il s'agit d'un problème d'effectifs, de combien de personnes manque-t-on pour ne pas dépasser un délai d'attente de 15 jours? 5. Quelles mesures ont été prises pour supprimer ce délai d'attente? 6. Ce problème alimente des rumeurs de blocage volontaire des naturalisations. Ce problème n'est-il pas en contradiction avec l'idée de faciliter la procédure de naturalisation? DO Vraag nr. 333 van de heer Winkel van 27 april 1993 (Fr.) : Naturalisatie. - Parket van Brussel. - Wachttijd. Om zijn naturalisatie te verkrijgen moet een vreemdeling verscheidene documenten bijeenbrengen (geboorteakte, getuigschriften, ontvangstbewijzen, enzovoort) en die bij het parket van de procureur des konings indienen, zodat een onderzoek naar zijn zedelijk gedrag kan plaatshebben. De indiening van documenten bij het parket van Brussel doet momenteel problemen rijzen: de betrokkenen moeten bijna vier maanden wachten vooraleer ze in het naturalisatiekantoor worden ontvangen, 1. Hoelang duurt het gemiddeld vooraleer de betrokkenen op het parket van Brussel worden ontvangen om er een naturalisatiedossier te overhandigen? 2. Wat is de wachttijd bij de andere parketten in België? 3. Wat zijn de redenen van die wachttijd? 4. Indien het gaat om een probleem van personeelsgebrek, hoeveel personen ontbreken dan om de wachttijd niet langer dan 15 dagen te laten duren? 5. Welke maatregelen werden genomen om die wachttijd weg te werken? 6. Het probleem wakkert de geruchten van een bewuste blokkering van de naturalisaties aan. Is dat probleem echter niet in tegenspraak met het voornemen om de naturalisatieprocedure te vergemakkelijken?

21 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) Réponse: J'ai l'honneur de porter à la connaissance de l'honorable membre, les renseignements qui m'ont été communiqués par les autorités judiciaires. 1. Le délai moyen d'attente pour être reçu au parquet de Bruxelles afin d'y déposer un dossier de naturalisation est actuellement de trois mois. 2. Aucun délai d'attente pour le dépôt des demandes de naturalisation n'est relevé dans les autres parquets du pays. En ce qui concerne les autres points de sa question, je me permets de renvoyer l'honorable membre à ma réponse à la question n 244 de Mme Stengers du Il janvier 1993, publiée au présent bulletin (page 12522), qui soulève également le problème du dépôt des dossiers de naturalisation au parquet de Bruxelles. Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid de inlichtingen mee te delen die mij door de gerechtelijke overheden werden verstrekt. 1. De gemiddelde wachttijd om op het parket van Brussel te worden ontvangen om er een naturalisatiedossier neer te leggen bedraagt thans 3 maanden. 2. Bij de andere parketten werd geen enkele wachttermijn voor het neerleggen van naturalisatieverzoeken vastgesteld, Wat de andere punten van zijn vraag betreft veroorloof ik mij het geacht lid te verwijzen naar mijn antwoord - gepubliceerd in dit bulletin (blz ) - op de vraag nr. 244 van Il januari 1993 van mevrouw Stengers, die eveneens betrekking heeft op het probleem van de neerlegging van de naturalisatiedossiers op het parket van Brussel. DO Question n? 499 de M. Perdieu du 18 novembre 1993 (Fr.) : Cultes.- Etablissements pénitentiaires. - Allocation aux prêtres. Un arrêté du 27 octobre 1977 règle l'octroi d'une allocation aux prêtres du culte catholique ainsi qu'aux chantres-organistes qui prêtent occasionnellement leur concours dans les établissements pénitentiaires. C'est ainsi qu'une allocation de 200 francs belges par messe ou par séance de confession est accordée aux prêtres du culte catholique, étrangers à l'administration des établissements pénitentiaires, appelés à célébrer la messe lesdimanches et jours de fête ou à célébrer un service d'obit ou à entendre les confessions. Par ailleurs, les personnes agréées en qualité de chantre-organiste pour les besoins des cultes dans les établissements pénitentiaires bénéficient d'une allocation de 200 francs belges par prestation. Le montant visé aux alinéas précédents est soumis au régime de mobilité applicable aux traitements du personnel des ministères. Ce montant est rattaché à l'indice-pivot 114, Quelles sommes ont été versées durant les dix dernières années aux prêtres du culte catholique ainsi qu'aux chantres-organistes qui prêtent occasionnellement leur concours dans les établissements pénitentiaires? 2. Des dispositions analogues sont-elles d'application pour les représentants des autres cultes et les conseillerslaïques? Réponse: 1. Les sommes versées aux prêtres du culte catholique étrangers à l'administration pénitentiaire et aux chantres-organistes ne font pas l'objet d'un relevé spécifique;elles sont incluses dans une rubrique plus large qui comprend les indemnités octroyées à divers inter- DO Vraag nr. 499 van de heer Perdieu van 18 november 1993 (Fr.) : Erediensten. - Strafinrichtingen. - Toekenning van toelage aan priesters. Een koninklijk besluit van 27 oktober 1977 regelt de toekenning van een toelage aan priesters van de katholieke eredienst alsmede aan zangers-organisten die bij gelegenheid hun medewerking verlenen in de strafinrichtingen. Aan de priesters van de katholieke eredienst die niet tot het bestuur Strafinrichtingen behoren en die de mis celebreren op zon- en feestdagen of een zielmis opdragen of biecht horen, wordt een toelage van 200 Belgische frank per mis of per biechtzitting toegekend. De personen die voor de behoeften van de eredienst als zanger-organist in de strafinrichtingen worden toegelaten, genieten een toelage van 200 Belgische frank per prestatie, Het bedrag van de in de voorgaande alinea's genoemde toelage valt onder de mobiliteitsregeling die van toepassing is op de bezoldiging van de personeelsleden van de ministeries. Dat bedrag is gekoppeld aan de spilindex 114, Welke bedragen werden de jongste tien jaar aan priesters van de katholieke eredienst en aan zangersorganisten die bij gelegenheid in de strafinrichtingen hun medewerking verlenen, toegekend? 2. Wordt een gelijktijdige regeling toegepast voor de vertegenwoordigers van de overige erediensten en de lekenconsulenten? Antwoord: 1. De bedragen uitbetaald aan priesters van de katholieke eredienst, alsook aan zangers-organisten die niet onder het bestuur Strafinrichtingen ressorteren, worden niet in een afzonderlijke tabel vermeld. Zij worden opgenomen in een ruimere rubriek betreffende

22 12526 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) venants au sein des établissements pénitentiaires: conseillers moraux, traducteurs, membres des commissions de probation, attachés universitaires, et cetera). Outre l'allocation de 200 francs belges à laquelle se réfère l'honorable membre, une indemnité est également octroyée au remplaçant de l'aumônier catholique attaché à l'établissement pénitentiaire. (Article 50 de l'arrêté ministériel du 12 juillet 1971 portant instructions générales pour les établissements pénitentiaires). L'indemnité est calculée sur la base d'un traitement barémique annuel de francs belges (temps plein) ou francs belges (temps partiel). Ces barêmes sont liés à l'indice 138,01. L'indemnité journalière est de 1/360 du traitement barémique. Il n'existe pas de comptabilité spécifique à cette indemnité. 2. Les dispositions applicables aux représentants des autres cultes et aux conseillers moraux sont les suivantes: aumôniers suppléants du culte protestant (arrêté royal du 6 janvier 1976): indemnité de 122,5 francs belges par vacation horaire (liée à l'indice 114,20). L'aumônier en chef protestant fait partie du cadre des services extérieurs de l'administration pénitentiaire; aumôniers des autres cultes reconnus (arrêté ministériel du 31 janvier 1957) : indemnité forfaitaire de 200 francs belges ou 100 francs belges par visite selon que le nombre de détenus visités est supérieur ou non à dix. Cette réglementation concerne les représentants du culte orthodoxe, israélite et musulman; conseillers moraux (arrêté royal du 14 août 1972) : indemnité de 245 francs belges par vacation hebdomadaire d'un demi-jour (liée à l'indice 114,20). La vacation d'un demi-jour doit être d'une durée minimum de 2 heures. vergoedingen toegekend aan bepaalde personen die in de strafinrichtingen een functie vervullen: geestelijke raadslieden, vertalers, leden van de probatiecommissies, universitaire attachés, enzovoort. Naast de toelage van 200 Belgische frank waarnaar het geacht lid verwijst, wordt eveneens een vergoeding toegekend aan de vervanger van de katholieke aalmoezenier verbonden aan de strafinrichting. (Artikel 50 van het ministerieel besluit van 12 juli 1971 houdende de algemene instructie voor de strafinrichtingen). De vergoeding wordt berekend op basis van een jaarlijkse baremawedde van Belgische frank (voltijds) of Belgische frank (deeltijds). Die barema's zijn gekoppeld aan de index 138,01. De dagelijkse vergoeding is 1/360 van de baremawedde. Er bestaat geen specifieke boekhouding voor die vergoeding. 2. Volgende bepalingen zijn op de vertegenwoordigers van de andere erediensten en op de geestelijke raadslieden van toepassing: plaatsvervangende aalmoezeniers van de protestantse eredienst (koninklijk besluit van 6 januari 1976) : een vergoeding van 122,5 Belgische frank per uur vacatie (gekoppeld aan de index 114,20). De hoofdaalmoezenier van de protestantse eredienst maakt deel uit van de personeelsformatie van de buitendiensten van het bestuur Strafinrichtingen; aalmoezeniers van de andere erkende erediensten (ministerieel besluit van 31 januari 1957): een forfaitaire vergoeding van 200 Belgische frank of 100 Belgische frank per bezoek, zulks naargelang meer of minder dan tien gedetineerden zijn bezocht, Die regeling geldt voor de vertegenwoordigers van de orthodoxe, de Joodse en de islamitische erediensten; geestelijke raadslieden (koninklijk besluit van 14 augustus 1972) : een vergoeding van 245 Belgische frank per wekelijkse vacatie van een halve dag (gekoppeld aan de index 114,20). Voornoemde vacatie moet ten minste twee uur duren. DO Question n? 545 de M. Van den Eynde du 6 janvier 1994 (N.): Parlementaire européen. - Attentat. - Enquête. - Coûts. Le 14 novembre 1993, le parlementaire européen jaak Vandemeulebroucke prétendait s'être retrouvé avec sa voiture dans un fossé à la suite d'un attentat. Il DO Vraag nr, 545 van de heer Van den Eynde van 6 januari 1994 (N.): Europarlementslid. - Aanslag. - Onderzoek. - Kosten. Op 14 november 1993 beweerde europarlementslid jaak Vandemeulebroucke dar hij tengevolge van een aanslag in Leffinge met zijn wagen in een gracht te-

23 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119) _ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) ressort cependant des constatations du parquet qu'il n'a jamais été question d'attentat. Pour arriver à cette conclusion, les enquêteurs auraient entre autres fait appel à deux experts. 1. Est-ce exact? 2. Dans l'affirmative, quels frais cela a-t-il entraînés? 3. D'autres dépenses ont-elles été faites dans le cadre de cette enquête? 4. Dans l'affirmative, de quels montants s'agit-il? 5. A-t-on envisagé de demander à l'intéressé de rembourser tous ces frais? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre ce qui suit. 1. Deux experts ont, en effet, été désignés dans le cadre de l'affaire en question. 2. Les frais d'expertises se sont élevés à francs belges et francs belges. 3 et 4. Les autres frais sont limités à ceux qui ont été engagés pour le déplacement et l'entreposage temporaire de la voiture accidentée aux fins d'examen par les experts. Les frais d'entreposage sont évalués à environ francs belges. 5. L'engagement de frais provient de l'accomplissement d'une mission légale effectuée par une autorité habilitée, notamment le procureur du Roi, qui a pour mission de découvrir la vérité et les circonstances exactes de certains faits qui ont des conséquences sur le plan pénal. De tels frais incombent à l'etat si aucune poursuite n'est introduite. rechtgekomen was. Uit de bevindingen van het parket blijkt nu echter dat daar nooit sprake van was. Om tot die conclusie te komen zouden de onderzoekers onder meer een beroep op twee deskundigen gedaan hebben. 1. Klopt dat? 2. Zo ja, welke kosten waren daaraan verbonden? 3. Zijn nog andere kosten in het raam van dat onderzoek gemaakt? 4. Zo ja, om welke bedragen gaat het? 5. Werd overwogen aan de betrokkene de terugbetaling van al die kosten te vragen? Antwoord: mee te delen. Ik heb de eer het geacht lid het volgende 1. Er werden inderdaad twee deskundigen aangesteld in het kader van bedoelde zaak. 2. De expertisekosten bedroegen Belgische frank en Belgische frank. 3 en 4. De overige kosten bleven beperkt tot die die werden gemaakt voor het slepen en het tijdelijk stallen van het verongelukte voertuig ten behoeve van het onderzoek door de deskundigen. De stallingskosten worden geraamd op ongeveer Belgische frank. 5. De gemaakte kosten zijn het gevolg van de vervulling van de wettelijke opdracht van de bevoegde overheid, met name de procureur des Konings, die erin bestaat de waarheid en de juiste toedracht te achterhalen omtrent bepaalde feiren die een strafrechtelijk aspect kunnen vertonen. Dergelijke kosten vallen ten laste van de Staat wanneer geen vervolging wordt ingesteld. DO Question n? 600 de M. Van den Eynde du 21 mars 1994 (N.): Viol.- Fausses déclarations. - Poursuites. La presse a signalé, dans ses éditions du jeudi 17 mars, que le parquet d'anvers se plaint de devoir traiter un grand nombre de viols simulés. C'est préjudiciable non seulement aux services de police, auxquels cela procure beaucoup de travail inutile, mais également aux vraies victimes de viol, qui se voient confrontées de la sorte à un problème de crédibilité. 1. Les autres parquets constatent-ils également ce phénomène? 2. De combien de fausses déclarations s'agit-il? 3. Quelles mesures ont été prises? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre ce qui suit. 1. La majorité des parquets, quoique rarement, est confrontée au phénomène des fausses dépositions de viols, et plus généralement, de faits de mœurs. DO Vraag nr.600 van de heer Van den Eynde van 21 maart 1994 (N.) : Verkrachting. - Valse aangiften. - Vervolgingen. Op donderdag 17 maart meldde de pers dat het parket van Antwerpen klaagt over het feit dat het teveel nep-verkrachtingen moet behandelen. Dat is niet alleen erg voor de politiediensten die ten gevolge hiervan heel wat nutteloos werk moeten verrichten, maar ook voor de slachtoffers van echte verkrachting die hierdoor met een geloofwaardigheidsprobleem zitten, 1. Hebben de andere parketten hetzelfde fenomeen waargenomen? 2. Over hoeveel valse aangiften gaat het? 3. Welke maatregelen werden genomen? Antwoord: mee te delen. Ik heb de eer het geacht lid het volgende 1. De meeste parketten worden, zij het zelden, geconfronteerd met het fenomeen van valse aangiften van verkrachting, en meer algemeen van zedenfeiten.

24 12528 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Ahtwoorden (GZ ) Presque tous les cas rapportés se placent dans le cadre de difficultés familiales telles que le divorce et les conflits relatifs au droit de garde et de visite. Les dépositions sont alors surtout faites par des mineurs et des épouses, par jalousie ou vengeance. Néanmoins, parfois des dépositions non fondées sont faites de bonne foi par des tiers. 2. Je ne peux pas donner des chiffres précis sur le nombre de fausses dépositions, vu qu'il s'agit ici d'un phénomène difficile à quantifier et que la plupart des arrondissements n'en tient pas de statistiques. Il n'est cependant pas question d'une croissance. 3. Prendre des mesures préventives à l'égard de ces fausses dépositions est impossible et certainement inopportun. Afin de ne pas entraver la crédibilité des vraies victimes, chacun des cas mérite une enquête sérieuse. Il faut éviter à tout prix de laisser non élucidés et impunis des crimes aussi graves que des viols et des attentats à la pudeur. La désignation d'un médecin légiste ou d'un (pédo )psychiatre permettra généralement de déceler la vérité. Si c'est opportun, on peut envisager des poursuites pour fausse déposition dans des cas flagrants. Bijna alle gerapporteerde gevallen kaderen binnen familiale moeilijkheden zoals echtscheidingen en betwistingen omtrent hoede- en bezoekrecht. De aangiften worden dan vooral gedaan door minderjarigen en echtgenotes uit jaloersheid of wraakzucht. Niettemin gebeuren er ook soms ongefundeerde aangiften door derden te goeder trouw. 2. Precieze cijfers over het aantal valse aangiften kan ik niet verstrekken, aangezien het hier om een moeilijk te kwantificeren fenomeen gaat en er in de meeste arrondissementen geen statistieken over worden gehouden. Van een toename is echter geen sprake. 3. Het nemen van preventieve maatregelen ten aanzien van die valse aangiften is onrnogelijk en zeker onwenselijk. Teneinde de geloofwaardigheid van de echte slachtoffers niet te ondermijnen, verdient elk geval een ernstig onderzoek. Er moet ten allen prijze worden vermeden dat zo ernstige misdaden als verkrachtingen en aanrandingen van de eerbaarheid onopgehelderd en onbestraft blijven. De aanstelling van een wetsdokter of een (pedo)-psychiater zal veelal de waarheid aan het licht brengen. Wanneer het in flagrante gevallen opportuun is, kan er worden overwogen vervolgingen in te stellen wegens het doen van een lasterlijke aangifre. DO Question n? 606 de M. Eerdekens du 25 mars 1994 (Fr.) : Dératisation. - Poursuites. Dans votre réponse à ma question n 246 du 13 janvier 1993, vous me communiquiez qu'une instruction judiciaire était effectivement ouverte à l'égard des personnes impliquées dans la dératisation, le juge d'instruction Bulthé ayant charge de ce dossier et son instruction portant aussi bien sur les contrats passés par l'etat que par la région, le Comité supérieur de contrôle poursuivant ses investigations (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n 83, page 7901). 1. Cette enquête peut-elle être considérée comme terminée? 2. D'autre part, est-il exact qu'une perquisition aurait été opérée à la Région wallonne le 4 mars 1994? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre ce qui suit.. 1. Le juge d'instruction Bulthé m'a fait connaître que l'instruction pourraît être clôturée en fin d'année. 2. Il n'est pas exact qu'une perquisition a été effectuée à la Région wallonne le 4 mars DO Vraag nr. 606 van de heer Eerdekens van 25 maart 1994 (Fr.) : Ontratting. - Vervolgingen. In uw antwoord op mijn vraag nr. 246 van 13 januari 1993 deelt u mee dat inderdaad een gerechtelijk onderzoek geopend is tegen de personen betrokken bij de zaak van de rattenverdelging en dat onderzoeksrechter Bulthé met dat dossier is belast. U preciseert tevens dat het gerechtelijk onderzoek zowel betrekking heeft op de contracten aangegaan door de Staat als door de gewesten en dat het Hoog comité van toezicht zijn werkzaamheden nog voortzet (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr. 83, blz. 7901). 1. Kan dat onderzoek als afgesloten worden beschouwd? 2. Is het juist dat op 4 maart 1994 bij het Waalse Gewest een huiszoeking werd verricht? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid het volgende mee te delen. 1. De onderzoeksrechter Bulthé heeft mij laten weten dat het gerechtelijk onderzoek op het einde van het jaar zal kunnen worden afgesloten. 2. Het is onjuist dar op 4 maart 1994 een huiszoeking werd uitgevoerd bij het Waalse Gewest.

25 DO Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) DO Question n? 617 de M. de Clippele du 13 avril 1994 (Fr.) : Etablissements pénitentiaires. - Bruges. 1. Quelle est la capacité d'hébergement de cette «nouvelle» prison de Bruges? 2. Quelle est l'évolution de l'occupation de cette prison depuis la fin de sa construction en 1990 jusqu'à ce jour? 3. Pour quelles raisons cette prison n'est-elle pas occupée depuis longtemps alors que les autres prisons sont surchargées (il y a 50% d'étrangers parmi les prisonniers, donc ce ne peut être une raison linguistique)? 4. Quelle est l'évolution du nombre de gardiens et de tout le personnel occupé dans cette prison depuis 1990 jusqu'à ce jour? Réponse: 1. Dans l'hypothèse d'un effectif complet, la capacité théorique du complexe pénitentiaire s'élève à : section masculine 294; section féminine 117; défense sociale 198; haute sécurité la; hôpital... 30; semi-liberté 25; Total La capacité réelle utilisable de la section masculine est actuellement de 292 unités. Entre sa mise en service partielle (un seul niveau) le la novembre 1991 et le 1 er mars 1993, cette section a été progressivement occupée, ce en tenant compte du nombre d'agents pénitentiaires disponibles, en créant temporairement des cellules duo et en installant six personnes dans des cellules à quatre places. Cette façon de procéder a permis de créer 390 places. Du la novembre 1991 au 1 er juin 1992, la moitié de la section, c'est-à-dire sept unités de vie, a été occupée. Du 1 er juin 1992 au t- novembre 1992 et du 1 er novembre 1992 au 1 er mars 1993, il a été mis en service respectivement trois et deux unités de vie supplémentaires. Depuis le 1 er mars 1993, la totalité de la section, soit quatorze unités de vie, est occupée. En ce qui concerne la section féminine, la capacité réelle s'élève à 95 places. La création temporaire de cellules duo et l'occupation par six personnes de cellules à quatre places a permis d'augmenter la capacité jusqu'à 127 unités. En raison du fait que lors du déménagement du 15 mars 1992, le vitrage du bâtiment n 5 ne répondait pas aux normes imposées, les femmes ont été hébergées dans un seul des niveaux du bâtiment réservé à la défense sociale. La section «serni-liberté» est occupée par les condamnés qui sont soumis à ce régime. Vraag nr, 617 van de heer de Clippele van 13 april 1994 (Fr.) : Strafinrichtingen. - Brugge. 1. Wat is de opvangcapaciteit van de «nieuwe» gevangenis te Brugge? 2. Hoe is de bezetting in die nieuwe gevangenis sinds het einde van de bouwervan in 1990 tot nu geëvolueerd? 3. Waarom werd die nieuwe gevangenis niet allang in gebruik genomen terwijl andere gevangenissen overbevolkt zijn (50% van de gevangenen zijn vreemdelingen, het kan dus niet om een taalprobleem gaan)? 4. Wat is de evolutie van het aantal bewakers en van al het in die gevangenis tewerkgesteld personeel sinds 1990 tot nu? Antwoord: 1. De theoretische capaciteit van het penitentiair complex bij volledige personeelsbezetting bedraagt: mannenafdeling 294; vrouwenafdeling 117; sociaal verweer 198; hoge veiligheid la; ziekenhuis... 30; hal ve vrijheid 25 ; Totaal De reële benutbare capaciteit van de mannenafdeling bedraagt heden 292. Vanaf de gedeeltelijke ingebruikname (een niveau) op la november 1991 tot 1 maart 1993 werd de volledige afdeling progressief bezet en dat volgens het aantal beschikbare penitentiaire beambten, door de oprichting van tijdelijke duocellen en door de bezetting van kamers voor vier door zes personen. Die werkwijze liet toe 390 plaatsen te creëren. Van la november 1991 tot 1 juni 1992 was de helft van de afdeling, zijnde zeven leefeenheden, bezet. In de periode van 1 juni 1992 tot 1 november 1992 werden achtereenvolgens drie en in de periode van 1 november 1992 tot 1 maart 1993 twee bijkomende leefeenheden in gebruik genomen. Vanaf 1 maart 1993 is de volledige afdeling zijnde veertien leefeenheden bezet, Voor de vrouwenafdeling bedraagt de reële capaciteit 95. Door het oprichten van tijdelijke duo-cellen en door bezetting van kamers voor vier door zes personen werd de capaciteit verhoogd tot 127. Tengevolge van het feit dat bij de verhuizing op 15 maart 1992 de beglazing in deelgebouw 5 niet voldeed aan de gestelde normen werden de vrouwen ondergebracht op een niveau van het deelgebouw sociaal verweer. De afdeling halve vrijheid wordt bezet door de veroordeelden die van dat regime genieten. 1596

26 12530 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) 3. Le fait que les autres sections du complexe pénitentiaire ne soient pas encore été mises en service est dû principalement au manque de personnel et de matériel. 4. Depuis 1990, l'effectif, surveillants et autre personnel, a évolué comme suit: 3. Het feit dat de overige afdelingen van het penitentiair complex nog niet in gebruik genomen zijn, is hoofdzakelijk te wijten aan gebrek aan personeel en aan materieel. 4. Het aantal bewaarders en het overige personeel is sinds 1990 als volgt geëvolueerd: Surveillants Année Bewaarders Autre personnel Total Jaar Sint-Andries Bruges Ander personeel Totaal Brugge c c Sc Depuis mars 1992 : complexe pénitentiaire de Bruges.1 Vanaf maart 1992 : penitentiair complex Brugge c c c c c = c = c = c = c = 382. c = contractuel. I contractueel. DO Question n" 632 de M. Van den Eynde du 27 avril 1994 (N.): Financement des partis. - Information judiciaire. Le bourgmestre de Bruxelles a récemment démissionné à la suite de quelques déclarations controversées dans un hebdomadaire francophone. Il avait entre autres déclaré que les gens qui venaient lui offrir de l'argent étaient toujours renvoyés au bureau principal de son parti. Il me revient que le parquet aurait ouvert une information sur une corruption éventuelle sur la base de ces déclarations. 1. Est-ce exact? 2. Le parquet étendra-t-il son information jusqu'au quartier général concerné? Réponse: En réponse à sa question, j'ai l'honneur de communiquer à.l'honorable membre les renseignements suivants. 1. Une information judiciaire a effectivement été ouverte par le parquet de Bruxelles à la suite d'articles de presse mettant en cause la gestion de la ville de Bruxelles par l'ancien bourgmestre Michel Demaret. 2. Cette information qui a été classée sans suite en raison du fait que les charges n'ont pu être établies, n'a pas été étendue à l'égard d'autres personnes. DO Vraag nr. 632 van de heer Van den Eynde van 27 april 1994 (N.): Partijfinanciering. - Gerechtelijk vooronderzoek. De burgemeester van Brussel nam onlangs ontslag omwille van enkele omstreden verklaringen aan een Franstalig weekblad. Hij zei toen onder meer dat mensen die hem geld kwamen aanbieden steeds verwezen werden naar het hoofdkantoor van zijn parti]. Op basis hiervan opende het parket naar verluidt een onderzoek met betrekking tot eventuele omkoperij. 1. Klopt dat? 2. Zal het parket zijn onderzoek tot het betrokken partijhoofdkwartier uitbreiden? Antwoord: In antwoord op zijn vraag kan ik aan het geacht lid de volgende inlichtingen meedelen. 1. Er werd inderdaad een gerechtelijk vooronderzoek geopend door het parket van Brussel tengevolge van persartikels die het bestuur van de stad Brussel door de vroegere burgemeester Michel Demaret in opspraak brachten. 2. Dat onderzoek, dar werd geklasseerd wegens het feit dat de tenlasteleggingen niet gegrond waren, is niet naar andere personen uitgebreid geworden.

27 DO Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) DO Question n? 637 de M. Van Dienderen du 6 mai 1994 (N.) : «La main dans la main», - Menaces. Le 27 mars dernier, l'association «La main dans la main» a organisé une manifestation pour la tolérance et contre le racisme. Avant et après cette manifestation, des sections locales d'oxfam-magasins du monde, une organisation qui a appelé, avec d'autres, à participer à cette manifestation, et de «La main dans la main», ont été intimidées par une organisation appelée NSDAP. Je tiens à rappeler quelques fait: le NSDAP a revendiqué la démolition des vitrines des magasins du monde Oxfam de Bruxelles, de Merksem et de Tongres; le magasin du monde Oxfam d'anvers a reçu des menaces par téléphone émanant du NSDAP, menaces qui concernaient la destruction du magasin; un délégué local de «La main dans la main» de Brasschaat a reçu chez lui des menaces téléphoniques du NSDAP, menaces dont lui-même ainsi que sa famille étaient l'objet. 1. Disposez-vous de plus d'informations concernant le NSDAP? 2. Des mesures sont-elles prises contre cette organisation? 3. Des démarches sont-elles entreprises afin d'empêcher que de tels faits ne se reproduisent à l'avenir et de façon à protéger ces associations contre de tels faits? Vraag nr. 637 van de heer Van Dienderen van 6 mei 1994 (N.): «Hand-in-Hand», - Bedreigingen. Op 27 maart orwganiseerde de vereniging «Handin-Hand» een betoging voor verdraagzaamheid en tegen racisme. In de periode voor en na die betoging werden plaatselijke afdelingen van Oxfarn-wereldwinkels, een organisatie die mee opriep voor de betoging, en van «Hand-in-Hand >', geïntimideerd door een organisatie NSDAP. Enkele feiten: de NSDAP eiste het ingooien van etalages van de Oxfam-wereldwinkels van Brussel, Merksem, Tongeren op; de Oxfam-wereldwinkel van Antwerpen ontving dreigtelefoons van de NSDAP waarbij werd gedreigd de winkel te vernietigen; een plaatselijke afgevaardigde van Hand-in-Hand Brasschaat ontving thuis dreigtelefoons van de NSDAP, waarbij hij en zijn gezin werden bedreigd. 1. Heeft u meer informatie over de NSDAP? 2. Worden maatregelen getroffen tegen de NSDAP? 3. Worden stappen gedaan om een herhaling van dergelijke feiten te voorkomen, om die verenigingen tegen dergelijke feiten te beschermen? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre ce qui suit. Antwoord: mee te delen. Ik heb de eer het geacht lid het volgende 1. L'organisation à laquelle il est fait référence, est la NSDAP-AO, ce qui signifie «Nazional Sozialistische Deutsche Arbeiterpartei - Ausland Organisation», Elle est établie au Nébraska (USA) et elle est l'organisation internationale néo-nazi dominante, qui œuvre pour le rétablissement de la race blanche dans toutes les nations blanches, par moyen d'une révolution dirigée de façon national-socialiste. En outre, elle viseégalement à la constitution d'un «Reich Germanique national-socialiste, souverain et unifié. 2. Jusqu'à présent, aucune trace utile qui pourrait mener à l'identification des auteurs des infractions récentes en Belgique n'a encore pu être dégagée. De ce fait, la prise de mesures contre cette organisation n'est pas encore à l'ordre du jour. 3. Ce point relève de la compétence de mon collègue de l'intérieur (question n" 881 du 1 er septembre 1994). 1. De organisatie waarnaar wordt verwezen, is de NSDAP-AO, wat staat voor «Nazional Sozialistische Deutsche Arbeiterpartei - Ausland Organisation», Ze is gevestigd in Nebraska (USA) en is de internationale overkoepelende ne a-nazi organisatie, die ijvert voor het herstel van het blanke ras in alle blanke naties, door middel van een nationaal-socialistisch geleide revolutie. Daarnaast beoogt ze het tot stand brengen van een nationaal-socialistisch, soeverein en verenigd Germaans Rijk. 2. Tot op heden werden nog geen nuttige sporen gevonden die zouden kunnen leiden naar de identificatie van de daders van de recente inbreuken in België. Het nemen van maatregelen tegen die organisatie is derhalve nog niet aan de orde. 3. Dat punt behoort tot de bevoegdheid van mijn collega van Binnenlandse Zaken (vraag nr. 881 van 1 september 1994).

28 12532 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) DO Question n? 639 de M. Standaert du 6 mai 1994 (N.) : Etablissements pénitentiaires. - Bruges. Il ressort de votre réponse à ma question n 482 du 5 novembre 1993 (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n? 102, page 10450) que dans l'établissement pénitentiaire de Bruges, une partie du bâtiment n 4 et l'ensemble du bâtiment n 5 du complexe pénitentiaire sont inoccupés. Selon des informations dont j'ai connaissance, on s'y livrerait actuellement à des déprédations: des éléments défectueux ou cassés des cellules occupées seraient remplacés par des pièces analogues (par exemple des sanitaires) enlevées dans les cellules inoccupées. La raison en est une fois de plus le manque de moyens financiers. 1. Ces rumeurs sont-elles conformes à la vérité? 2. Dans l'affirmative, de telles pratiques aurontelles pour effet de nous rapprocher de l'utilisation des parties inoccupées de cet établissement pénitentiaire? Réponse: Je puis communiquer à l'honorable membre qu'en raison de réparations très urgentes dans la partie occupée du complexe pénitentiaire de Bruges, une carte de communication pour l'interphonie et deux caméras des parties inoccupées du complexe ont été utilisées au cours de l'année Ces pièces ont été remplacées entre-temps. Le terme «déprédation» me paraît dès lors exagéré.. Par contre, il est a noter qu'un certain nombre d'équipements sanitaires font défaut dans les parties inoccupées du complexe et au centre médical- c'était déjà le cas avant la mise à disposition du complexe à la Justice - et que des travaux de finition doivent encore être effectués. Mon service technique l'a communiqué à la Régie des bâtiments dès 1991 et l'a rappelé à plusieurs reprises par écrit depuis. Aussi les bâtiments 4 et 5 ainsi que le centre médical ne sont-ils toujours pas entièrement opérationnels sur le plan matériel. DO Vraag nr, 639 van de heer Standaert van 6 mei 1994 (N.); Strafinrichtingen. - Brugge. Uit uw antwoord op mijn vraag nr. 482 van 5 november 1993 (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr. 102, blz ) blijkt dat in de strafinrichting van Brugge een gedeelte van deelgebouw vier en heel deelgebouw vijf van het penitentiair complex onbezet zijn. Uit berichten die mij bereiken zou op dat onbenut gedeelte een roofbouw aan de gang zijn: defecte of gebroken onderdelen van de gebruikte cellen zouden worden vervangen door gelijkaardige stukken (sanitair bijvoorbeeld) uit de leegstaande cellen te verwijderen. De reden daarvan is opnieuween gebrek aan de nodige financiële middelen. 1. Kloppen die geruchten? 2. Zo ja, brengen dergelijke praktijken de ingebruikname van de onbezette gebouwen dichterbij? Antwoord: Ik kan het geacht lid meedelen dat in de loop van 1993 omwille van hoogdringende herstellingen in het bezette gedeelte van het penitentiair complex te Brugge een communicatiekaart voor interfonie en twee camera's uit de onbezette deelgebouwen werden gebruikt. Die onderdelen werden intussen vervangen. De term roofbouw lijkt mij dan ook overdreven. Er dient wel te worden vermeld dat in de onbezette deelgebouwen en in het medisch centrum een aantal sanitaire voorzieningen al van voor de terbeschikkingstelling van het complex aan Justitie ontbreken en er nog afwerkingen dienen te worden doorgevoerd. Dat werd door mijn technische dienst al in 1991 gemeld aan de Regie van gebouwen en nadien meermaals schriftelijk herinnerd. De deelgebouwen vier en vijf en het medisch centrum zijn dus thans nog niet volledig operationeel op het materiële vlak. DO Question n? 647 de M. Vandeurzen du 20 mai 1994 (N.): Etat civil. - Copies. - Délivrance. En vertu de l'article 45 du Code civil, toute personne peut se faire délivrer des extraits d'actes inscrits dans les registres de l'état civil. En outre, seules les autorités publiques, la personne que l'acte concerne et certains de ses ascendants, descendants et autres parents peuvent obtenir une copie conforme d'un acte de l'état civil de moins de cent ans. DO Vraag nr, 647 van de heer Vandeurzen 1994 (N.): Burgerlijke stand. - Afschriften. - Afgifte. van 20 mei Krachtens artikel45 van het burgerlijk wetboek kan iedereen zich uittreksels doen afgeven uit akten, ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. Voorts kunnen enkel de openbare overheden, de persoon op wie de akte betrekking heeft en sommige bloed- en aanverwanten, een eensluidend afschrift verkrijgen van een akte van de burgerlijke stand die minder dan 100 jaar oud is.

29 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119) - BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) D'autres personnes qui souhaitent obtenir une copie doivent justifier «d'un intérêt familial, scientifique ou de tout autre intérêt légitime»; Si le dépositaire du registre refuse de leur donner une copie, ils peuvent introduire une demande orale ou écrite auprès du président du tribunal de première instance de l'arrondissement où le registre est déposé. Le président peut alors accorder éventuellement la délivrance d'une copie. Dans la pratique, toutefois, ces dispositions ne sont pas appliquées uniformément. Il se pose surtout un problème pour des tiers qui justifient d'un intérêt économique (par exemple les banques qui doivent prendre contact avec des débiteurs dont le domicile n'est plus connu) et demandent que des extraits leur soient délivrés.. 1. a) Qu'entend-on exactement par «tout autre intérêt légitime» (article 45, 2, Code civil)? h) Peut-il s'agir d'un intérêt financier? 2. Des circulaires ont-elles été publiées ou des directivesgénérales ont-elles été données? 3. Quelles mesures s'imposent pour que ces dispositions soient appliquées partout identiquement? Réponse: J'ai l'honneur de répondre ce qui suit aux questions de l'honorable membre. 1. a) Je renvoie à ce sujet à ma réponse à la question n 376 du 17 juin 1993 de M. Ghesquière, (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, session ordinaire , page 10260). J'y ai exposé que, d'après les rapports des autorités judiciaires, lors de demandes de faire effectuer des recherches dans les registres de l'état civil, comme intérêt légitime, en plus d'un intérêt familial et scientifique, il est surtout invoqué qu'i! est nécessaire de connaître les héritiers d'une personne pour l'acquittement d'une dette ou à l'occasion d'une dévolution successorale. h) Dans un desdits rapports il était question de l'exemple cité par l'honorable membre: le président du tribunal de première instance a systématiquement rejeté toutes les demandes émanant de banques qui voulaient, au moyen de recherches dans les registres de l'état civil, obtenir l'adresse de leurs débiteurs. 2. J'estime qu'il ne m'appartient pas d'intervenir auprès des présidents des tribunaux de première instancedans une matière pour laquelle le législateur a fait appelà eux afin de juger, en tenant compte des circonstances concrètes de chaque cas particulier, si l'intérêt alléguéest conforme à la loi. Andere personen moeten voor het verkrijgen van een afschrift blijk geven van een «familiaal, wetenschappelijk of enig ander wettig belang». Als de bewaarder van het register hen weigert een afschrift te geven kunnen zij een mondeling of schriftelijk verzoek indienen bij de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg van het arrondissement waar het register wordt bewaard. De voorzitter kan dan de eventuele afgifte toestaan. In de praktijk blijken die bepalingen echter verschillend te worden toegepast. Het probleem rijst vooral voor derden die blijk geven van een economisch belang (bijvoorbeeld banken die contact moeten nemen met debiteuren, van wie de woonplaats niet langer bekend is), en die afgifte van uittreksels vragen. 1. a) Wat is de precieze draagwijdte van «enig ander wettig belang» (artikel45, 2 lid, Burgerlijk wetboek)? h) Kan dat ook een financieel belang zijn? 2. Zijn daarover rondzendbrieven of algemene richtlijnen uitgevaardigd? 3. Hoe kan worden bereikt dat die bepalingen overal op dezelfde manier worden toegepast? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid het volgende te antwoorden op zijn vragen. 1. a) Ik verwijs dienaangaande naar mijn antwoord op de vraag nr. 376 van 17 juni 1993 van de heer Ghesquière (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, gewone zitting , blz ). Ik heb daarin uiteengezet dat, volgens de verslagen van de gerechtelijke overheden, bij aanvragen om opzoekingen te laten verrichten in de registers van de burgerlijke stand, als wettig belang, naast het familiaal en wetenschappelijk belang, vooral wordt naar voren gebracht dat het noodzakelijk is de erfgenamen van een persoon te kennen voor de betaling van een schuld of de verdeling van een erfenis. h) In een van die verslagen was er sprake van het door het geacht!id aangehaalde voorbeeld: de voorzitter van de rechtbank van eerste aanleg heeft systematisch alle verzoeken van bankinstellingen verworpen om via opzoekingen in de registers van de burgerlijke stand het adres van hun schuldenaars te bekomen. 2. Ik meen dat het mij niet toekomt om bij de voorzitters van de rechtbanken van eerste aanleg tussen beide te komen in een aangelegenheid waarin de wetgever juist op hen een beroep heeft gedaan om, rekening houdend met de concrete omstandigheden van ieder geval, te oordelen of het aangevoerde belang in overeenstemming is met de wet.

30 12534 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) 3. Des rapports susmentionnés je n'ai en aucun cas pu déduire que l'article 45, 1 er, alinéa 3, du Code civil, est sujet à une interprétation ambiguë. 3. Uit voormelde verslagen heb ik alleszins niet kunnen opmaken dat artikel45, 1, derde lid, van het Burgerlijk wetboek aanleiding geeft tot een uiteenlopende interpretatie. DO Question na 671 de M. Beysen du 20 juin 1994 (N.) : Sans-logis. - Mesures. La loi sur le vagabondage a été abrogée l'année dernière. La fermeture des colonies de Wortel et de Merksplas a privé un grand nombre de sans-logis d'un dernier refuge. Contrairement au gouvernement flamand, qui a consenti de sérieux efforts pour venir en aide aux sans-logis, les autorités fédérales ne semblent pas offrir d'alternative valable. Des mesures d'accompagnement avaient pourtant été promises. Quel contraste avec les milliards de francs engloutis par les contrats de sécurité! Et entre-temps le phénomène de la clochardisation s'amplifie: on note une croissance dramatique du nombre de sans-abri. Il ne s'agit plus uniquement de vagabonds, mais aussi de personnes démunies, pauvres de génération en génération, de jeunes, de toxicomanes, de jeunes prostitués et prostituées, d'étrangers en séjour illégal, et cetera. 1. Quand pourrons-nous espérer des mesures correctives? 2. Les administrations communales, qui actuellement appliquent souvent des règlements plus répressifs encore que l'ancienne loi sur le vagabondage, ont-elles reçu des directives en la matière? 3. Disposez-vous de données chiffrées et d'autres informations relatives aux conditions de séjour actuelles des 300 vagabonds expulsés des colonies de Wortel et de Merksplas l'année dernière? Réponse: 1. La loi contenant un programme d'urgence pour une société plus solidaire du 12 janvier 1993, publiée au Moniteur belge du 4 février 1993, prévoit en son chapitre VI, articles 28 et 29, l'abrogation des dispositions législatives relatives à la répression du vagabondage et de la mendicité. La même loi, chapitre VII, article 31, permet, par mesure transitoire, aux individus internés dans les colonies de bienfaisance par application de la loi pour la répression du vagabondage et de la mendicité, ce avant son abrogation, d'y rester, s'ils le désirent, jusqu'à ce qu'une solution adéquate ait été trouvée pour eux. Contrairement à ce qu'affirme l'honorable membre, les 261 vagabonds encore internés à l'époque n'ont nullement été expulsés desdites colonies. Il leur a été donné la possibilité de préparer leur réinsertion de façon approfondie. Au 30 juin 1994, 48 personnes faisaient encore usage de cette facilité. DO Vraag nr. 671 van de heer Beysen van 20 juni 1994 (N.) : Thuislozen. - Maatregelen. Vorig jaar werd de wet op de landloperij opgeheven. Met de sluiting van de kolonies van Wortel en Merksplas werd vele thuislozen een mogelijke schuilplaats onrzegd. In tegenstelling tot de Vlaamse regering, die aanzienlijke inspanningen heeft geprogrammeerd voor de thuislozen, blijkt de federale overheid geen passend alternatief aan te bieden. Nochtans werden destijds begeleidende maatregelen toegezegd. Dat is toch wel een schril contrast met de miljarden die in de veiligheidscontracten worden gepompt, Intussen stijgt de thuisloosheid dramatisch. Het gaat niet langer om landlopers alleen, maar ook om generatie-armen, jongeren, druggebruikers, jeugdprostitutie, illegale vreemdelingen, enzovoort. 1. Wanneer kunnen we corrigerende maatregelen verwachten? 2. Zijn al richtlijnen uitgevaardigd aan de gemeentebesturen, die nu vaak reglementen toepassen die nog repressiever zijn dan de oude wet op de landloperij zelf? 3. Heeft u cijfergegevens en informatie over de verblijfssituatie van de 300 landlopers, die vorig jaar uit Wortel en Merksplas werden gezet? Antwoord: 1. De wet «houdende een urgentieprogramma voor een meer solidaire samenleving» van 12 januari 1993 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 4 februari 1993 voorziet in hoofdstuk VI, artikels 28 en 29, in de opheffing van de wetsbepalingen betreffende de beteugeling van de landloperij en de bedelarij. Hoofdstuk 7, artikel31, maakt het bij wijze van overgangsbepaling mogelijk dat personen die voor de datum van de opheffing in de weldadigheidskolonies werden opgesloten onder toepassing van voormelde wet, indien ze dat wensten, er konden blijven totdat een voor hen geschikte oplossing wordt gevonden. In tegenstelling tot wat het geacht lid beweert, werden de 261landlopers die op dar ogenblik nog aanwezig waren geenszins uit de kolonies gezet, Hen werd de mogelijkheid geboden hun reïntegratie grondig voor te bereiden. Op 30 juni 1994 maakten nog 48 personen van die faciliteit gebruik.

31 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) 2. La réponse à cette question n'est pas de la compétence du ministre de la Justice. 3. La diminution progressive du nombre de vagabonds est suivie de près par mon administration. Je dispose dès lors de toutes les données chiffrées et je connais également les informations relatives à leur résidence fournies par les intéressés lors de leur départ. Il va de soi que je ne sais pas si ces personnes s'y sont réellement établies après que la levée, à titre individuel, de la mesure d'internement a eu lieu. 2. Het antwoord op die vraag valt buiten de bevoegdheid van de minister van Justitie. 3. De progressieve afname van de populatie landlopers wordt door mijn administratie op de voet gevolgd. Ik beschik dan ook over alle cijfergegevens. De informatie over de verblijfplaats die door de betrokkenen bij hun vertrek wordt opgegeven is mij eveneens bekend. Ik ben uiteraard niet op de hoogte van het feit of de persoon er zich na de individuele opheffing van de maatregelook effectief heeft gevestigd. DO Question n? 676 de M. Eerdekens du 29 juin 1994 (Fr.) : Bruxelles.- Bourgmestre. - Poursuites. M. Demaret qui était bourgmestre de Bruxelles a présenté sa démission à la suite des remous provoqués par son interview dans un hebdomadaire. M. Deprez, président du Parti social chrétien, n'a pas hésité à faire état de comportements douteux de l'intéressé en matière de marchés publics. Les déclarations du président du PSC ont-elles débouché soit sur une instruction, soit sur une information judiciaire? Réponse : J'ai l'honneur de renvoyer l'honorable membre à la réponse donnée à la question n" 632 du 27 avril 1994 de M. Van den Eynde (page de ce bulletin). DO Vraag nr, 676 van de heer Eerdekens van 29 juni 1994 (Fr.) : Brussel. - Burgemeester. - Rechtsvervolging. De gewezen burgemeester van Brussel, de heer Michel Demaret, heeft ontslag genomen tengevolge van de beroering die zijn interviewaan een weekblad had veroorzaakt. PSC-voorzitter Deprez heeft zonder aarzelen gewaagd van twijfelachtige praktijken in verband met overheidsopdrachten waartoe betrokkene zich zou hebben geleend. Hebben de uitspraken van de PSC-voorzitter aanleiding gegeven tot een gerechtelijk onderzoek of een vooronderzoek? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid te verwijzen naar het antwoord op de vraag nr. 632 van 27 april 1994 van de heer Van den Eynde (blz van dit bulletin). DO Question n? 678 de M. Geysels du 1er juillet 1994 (N.) : Matières radio- Service de la sécurité nucléaire. - actives. - Trafic. Dans votre réponse à ma question n? 650 du 24 mai 1994, vous déclarez que «depuis trois ans, quelques rares affaires de tentatives de trafic illicite de très faibles quantités de inatières radioactives» ont été signalées (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n 111, page 11616). 1. De combien d'affaires s'agit-il au juste? 2. De quelles quantités et de quel type de matières radioactives s'agit-il? 3. Quel était le pays d'origine de ces matières radioactives, et quelle était leur destination? 4. Quelle était la nationalité des personnes impliquées dans ce trafic? Réponse: 1. Depuis 3 ans, la Sécurité nucléaire a été amenée à connaître 10 affaires pouvant avoir trait à des trafics DO Vraag nr, 678 van de heer Geysels van 1 juli 1994 (N.) : Dienst voor nucleaire veiligheid. --: Radioactieve stoffen. - Illegale handel. Op mijn vraag nr. 650 van 24 mei 1994 antwoordt u dat er zich de jongste 3 jaren «enkele gevallen van poging tot illegale handel van nucleaire stoffen» hebben voorgedaan (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr, 111, blz ). 1. Over hoeveel gevallen gaat het? 2. Over welke hoeveelheden en welke soort radioactieve stoffen gaat het? 3. Van welk land kwamen die nucleaire stoffen en wat was de bestemming? 4. Wat was de nationaliteit van de bij die illegale handel betrokken personen? Antwoord: 1. In drie jaar tijd zijn tien zaken ter kennis van de Veiligheid inzake kernenergie gebracht die allen kon-

32 12536 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) illicites de matières nucléaires (uranium ou plutonium). 2, 3 et 4. Une seule affaire a permis la saisie d'une pastille de dioxyde d'uranium (U02) d'un poids de 4,8 gr, provenant d'une aiguille de combustible fabriquée vraisemblablement en Russie, en possession d'un citoyen tchèque. Les autres affaires se sont rélévées des tentatives d'escroquerie portant sur des quantités d'uranium ou de plutonium proposées à des prix fantaisistes par des citoyens zaïrois pour la plupart mais également polonais, italiens, britanniques et belges. den verband hebben met onwettige handel in kernmateriaal (uranium of plutonium). 2, 3 en 4. Bij een zaak werd een pastille uraniumoxyde (U02) met een gewicht van 4,8 gr in beslag genomen. De pastille, die voortkwam uit een brandstofnaald van waarschijnlijk Russische oorsprong, was in het bezit van een Tsjechische onderdaan. De andere zaken bleken pogingen tot oplichting te zijn en te gaan over hoeveelheden uranium of plutonium aangeboden aan buitensporige prijzen door voornamelijk Zaïrezen maar ook door Polen, Italianen, Britten en Belgen. Ministre des Finances Minister van Financiën Dû Question n? 1056 de M. Van der Poorten du 29 avril 1994 (N.): Impôts sur les revenus. - Investigation et contrôle. - Compte financier. Lors de la vérification des déclarations des revenus soumis à l'impôt des personnes physiques, l'administration ne traite pas de la même manière tous les dossiers relatifs à l'apurement de découverts indiciaires au moyen d'un virement effectué au départ d'un compte financier personnel. Le contribuable est à même de prouver cet apurement en présentant une copie d'un extrait de compte ou d'autres moyens de preuve. Si le découvert est apuré par un prélèvement opéré sur un compte personnel, l'administration est-elle habilitée à contrôler ce compte intégralement ou doit-elle se satisfaire, lors de son investigation, de la preuve du transfert? Réponse: Dans le cas visé par l'honorable membre, l'administration des contributions directes ne doit pas se contenter de la preuve du transfert. En effet, la simple production d'un extrait de compte duquel il ressort qu'une dépense a été payée via un compte financier personnel ne constitue pas en soi la preuve contraire en cas d'application de l'article 341 du Code des impôts sur les revenus Dû Vraag nr, 1056 van de heer Van der Poorten 29 april1994 (N.) : Inkomstenbelastingen. - Onderzoek en controle. - Financiële rekening. van Bij de verificatie van de aangiften van inkomsten in de personenbelasting behandelt de administratie niet alle dossiers gelijk betreffende het dekken van indiciaire tekorten door middel van een overschrijving van een persoonlijke financiële rekening. De belastingplichtige kan die dekking bewijzen door een kopie van een rekeninguittreksel of andere bewijsmiddelen. Kan de administratie, als het tekort wordt gedekt door een afname van de persoonlijke rekening, die rekening volledig controleren of moet de administratie bij haar onderzoek genoegen nemen met het bewijs van de overdracht? Antwoord: In het door het geacht lid bedoelde geval moet de Administratie der directe belastingen geen genoegen nemen met het bewijs van de overdracht. Inderdaad, de loutere overlegging van een rekeninguittreksel waaruit blijkt dat een uitgave via een persoonlijke financiële rekening is betaald, vormt op zich niet het tegenbewijs in geval van toepassing van artikel341 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen Dû Question n 1092 de M. Duquesne du 11 mai 1994 (Fr.) : Loterie nationale. - Télé Kwinto. - Vente. - Commission. Lors du lancement du «Télé Kwinto», les vendeurs ont eu la désagréable surprise d'apprendre que leur Dû Vraag nr, 1092 van de heer Duquesne van 11 mei 1994 (Fr.) : Nationale loterij. - Tele Kwinto. - Verkoop. - Commissieloon. Bij het opstarten van «Tele Kwinto» kregen de verkopers tot hun ongenoegen te horen dat hun com-

33 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)- BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) commission sur la vente de ce nouveau produit de la Loterie nationale passerait de 6,75% à 5%. La grogne des libraires paraît justifiée dans la mesure où la vente de ces produits, si elle attire des clients dans leur établissement, leur prend cependant un temps important par rapport à la marge bénéficiaire offerte, d'autant que celle-ci est donc encore réduite. 1. Comment justifiez-vous cette décision, alors que la commission sur le Lotto a déjà été réduite de 7,5% à 7%? 2. Quelles garanties pouvez-vous donner qu'à l'avenir, d'autres «rabotages» de commissions sur la vente des autres produits de la Loterie nationale ne suivront pas? Réponse : L'honorable membre trouvera ci-après une réponse aux deux volets de sa question. 1. La Loterie nationale a effectivement fixé à 5% la commission sur la vente des billets du «Télé-Kwinto» au lieu des 6,75% octroyés pour les autres types de loterie à billets (Presto-Subito-Baraka-21). La Loterie nationale justifie ce taux par des raisons objectives d'ordre économique. Le Télé-Kwinto est en effet un type de loterie qui s'ajoute à l'offre existante de la Loterie nationale et qui nécessite moins de manipulations de la part du vendeur, lequel dispose ainsi d'une source supplémentaire de revenus sans augmentation proportionnelle du volume de travail. D'autre part, le réseau de vente bénéficie d'une action promotionnelle dont profitent également le commerce et les relations entre le vendeur et sa clientèle. Chaque vendeur d'un billet procurant le droit de participer au tirage est en effet invité par la Loterie nationale à assister, aux frais de celle-ci et en compagnie du titulaire du billet, aux activités dans le cadre du tirage. Enfin, il paraît utile de faire remarquer que le prix de vente d'un billet du Télé-Kwinto est de 100 francs belges, de sorte que la commission du vendeur, exprimée en chiffres absolus, est plus élevée que pour les billets du Subito et du Presto, dont le prix de vente est fixé à 50 francs belges. Cela dit, à de rares exceptions près, les vendeurs ont accepté de collaborer à la vente des billets du «Télé- Kwinto» moyennant une commission de vente de 5%, laquelle est, soit dit en passant, identique à celle appliquée en France. Quant à la réduction de 7,5% à 7% de la commission allouée aux exploitants d'un centre Lotto/Joker, elle est directement liée à l'informatisation (système online) de leurs points de vente et s'explique aisément au regard de l'allégement considérable des tâches matér~elles et administratives dont ils ont ainsi pu bénéficier. 2. Après avoir l'année dernière informatisé complètement le réseau de distribution du Lotto, la Loterie missieloon op de verkoop van dat nieuw produkt van de Nationale loterij van 6,75 naar 5% zou worden teruggeschroefd. Hun ontevredenheid lijkt terecht, omdat de verkoop van dat produkt, dat weliswaar cliënten naar hun winkel lokt, erg tijdrovend is in vergelijking met de geboden winstmarge, te meer daar die nog wordt teruggeschroefd. 1. Hoe rechtvaardigt u die beslissing, terwijl het commissieloon op de Lotto al van 7,5 naar 7% werd teruggebracht? 2. Welke waarborgen kan u geven dat men in de toekomst ook het commissieloon op de verkoop van de overige produkten van de Nationale loterij niet zal «inkrimpen»? Antwoord: Het geacht lid vindt hieronder een antwoord op de twee luiken van zijn vraag. 1. De Nationale loterij heeft inderdaad de commissie op de verkoop van «Tele-Kwinto»-biljetten vastgesteld op 5% in plaats van de 6,75% die worden toegekend voor de overige types van loterijen met biljetten (Presto-Subito-Baraka-21). De Nationale loterij rechtvaardigt dat percentage met objectieve redenen van economische aard. De Tele-Kwinto is immers een loterijtype dat zich bij het al bestaande aanbod van de Nationale loterij voegt, doch dat anderzijds minder handelingen vergt vanwege de verkoper, die aldus een bijkomende bron van inkomsten krijgt zonder dat hieraan een evenredige toename van werk verbonden is. Anderzijds, trekt het verkoopnet voordeel van een promotionele actie die ook de handelszaak en de relaties tussen de verkoper en zijn cliënteel ten goede komt, nu elke verkoper van een winnend biljet dat recht geeft op deelname aan de trekking, door de Nationale loterij wordt uitgenodigd om, op haar kosten, samen met de titularis van het biljet, aanwezig te zijn bij de activiteiten in het kader van de trekking. Ten slotte lijkt het nuttig erop te wijzen dat de verkoopprijs van een biljet van de Tele-Kwinto 100 Belgische frank bedraagt, zodat de commissie voor de verkoper, in absolute cijfers uitgedrukt, groter is dan die voor de verkoop van de biljetten van de Subito en de Presto, waarvoor de verkoopprijs op 50 Belgische frank werd vastgesteld. Enkele zeldzame uitzonderingen niet te na gesproken, hebben de verkopers trouwens aanvaard om mee te werken aan de verkoop van de biljetten van de «Tele-Kwinto»tegen een verkoopscommissie van 5% die, dat even terzijde, identiek is met de commissie die in Frankrijk wordt toegepast. De vermindering van 7,5% naar 7% van de cornmissie die wordt toegekend aan de uitbaters van een Lotto/Joker-centrum, is rechtstreeks verbonden met de informatisering (online-systeem) van hun verkooppunt en vindt een eenvoudige verklaring in de aanzienlijke verlichting van de materiële en administratieve taken die ze daaraan te danken hebben. 2. Na vorig jaar het volledige Lotto-distributienet geïnformatiseerd te hebben, zal de Nationale loterij in 1597

34 12538 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) nationale procédera en 1994 à l'informatisation du réseau de distribution de la loterie à billets. Cette modernisation aura -ici aussi pour conséquence d'alléger grandement les tâches matérielles et administratives des vendeurs. Elle amènera corrélativement la Loterie nationale à envisager un nouveau mode de rétribution des vendeurs tenant compte dans la mesure du possible des intérêts de toutes les parties overgaan tot de informatisering van het distributienet van de loterij met biljetten. Ook die modernisering zal een grote verlichting van de materiële en administratieve taken van de verkopers voor gevolg hebben. Zij zal er de Nationale loterij dan ook toe aanzetten zich te bezinnen over een nieuwe vergoedingswijze van de verkopers die zoveel mogelijk rekening houdt met de belangen van alle partijen, DO Question n? 1107 de M. de Clippele du 25 mai 1994 (Fr.) : Département. - Publicité de l'administration. Le plan particulier d'action du département des Finances visait à améliorer la communication extérieure en La circulaire 360 du 28 avril 1992, la charte de l'utilisateur des services publics et la loi sur la publicité de l'administration stipulent que les lettres de l'administration doivent mentionner clairement: la personne à contacter; la qualité de ce fonctionnaire; le numéro de téléphone direct ou le numéro de l'appareil; éventuellement les heures auxquelles on peut contacter les services. Il est fréquent que les fonctionnaires de l'administration des contributions directes ne respectent pas ces règles. Quelles mesures comptez-vous prendre? Réponse: L'honorable membre voudra bien trouver ci-après la réponse à sa question. Dans le but d'optimaliser la communication de l'information, tous les services ont été priés de faire apparaître sur toute correspondance administrative, les références (nom, grade et numéro de téléphone) de la personne auprès de laquelle de plus amples informations peuvent être obtenues concernant les sujets repris dans les dossiers traités. On ne peut nier que la correspondance libre (c'est-àdire autre que les lettres types) provenant de quelques bureaux locaux des contributions directes ne mentionne pas toujours le nom de la personne ayant traité le dossier. Toutefois, cette situation ne peut entraîner de gros problèmes pour le contribuable étant donné que toute correspondance porte toujours le cachet du service comportant toute information utile permettant au contribuable de s'adresser au service compétent. Néanmoins, j'ai à nouveau insisté pour que toute correspondance mentionne le nom de la personne ayant traité le dossier. DO Vraag nr van de heer de Clippele van 25 mei 1994 (Fr.) : Departement. - Openbaarheid van bestuur. Voor 1993 beoogde het bijzonder actieplan van het departement van Financiën een verbetering van de externe communicatie. Rondzendbrief 360 van 28 april 1992, het handvest van de gebruiker van de openbare diensten en de wet op de openbaarheid van bestuur bepalen dat brieven van het bestuur duidelijk moeten vermelden: de te contacteren persoon; de hoedanigheid van die ambtenaar; het rechtstreeks telefoonnummer of het toestelnummer; eventueel de uren waarop men contact kan nemen. Ambtenaren van de Administratie van de directe belastingen leven die regels vaak niet na. Welke maatregelen neemt u? Antwoord : Het geacht lid gelieve hierna het antwoord te vinden op de door hem gestelde vraag. Met het oog op een optirnalisering van de informatieverstrekking, werden alle diensten er uitdrukkelijk op gewezen dat op alle administratieve briefwisseling de referenties (naam, graad en telefoonnummer) dienen te worden vermeld van de persoon bij wie nadere inlichtingen kunnen worden ingewonnen omtrent het desbetreffend onderwerp. Het kan niet worden ontkend dat de vrije briefwisseling (dat wil zeggen andere dan standaardbrieven) van sommige plaatselijke kantoren van de directe belastingen niet altijd de naam vermeldt van de persoon die het dossier behandeld heeft. Er kan echter bezwaarlijk worden gesteld dat dat problemen oplevert voor de belastingplichtige vermits op alle briefwisseling steeds de kantoorstempel wordt aangebracht die alle nuttige inlichtingen bevat opdat de belastingplichtige zich tot de bevoegde dienst zou kunnen wenden. Niettemin heb ik er nogmaals op aangedrongen opdat op alle briefwisseling de naam zou worden vermeid van de persoon die het dossier behandeld heeft.

35 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)- BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) DO Question n? 1108 de M. de Clippele du 25 mai 1994 (Fr.) : Département. - Publicité de l'administration. Le gouvernement se propose d'améliorer la confiance entre les citoyens et les services publics. Parmi les plans d'action concrets auxquels le gouvernement entendait accorder une attention prioritaire, il y a la mention systématique sur toute correspondance du nom, de la fonction et du numéro de téléphone du fonctionnaire chargé du dossier (déclaration gouvernementale et accord de gouvernement, INBEL, D/1992/ 0255/39, page 32). Après plus d'un an et demi, force est toutefois de constater que l'administration des contributions directes n'a pas encore rétabli cette relation de confiance, la majeure partie des fonctionnaires refusant toujours de communiquer ces données aux citoyens appelés à alimenter le Trésor. 1. Envisagez-vous d'autres mesures pour rétablir cette indispensable confiance? 2. Envisagez-vous une sanction (par exemple la nullitédu document) en cas d'omission des données destinéesà rétablir la relation de confiance? 3. Ne s'indiquerait-il pas d'ajouter ces rubriques (nom du correspondant, fonction et numéro de téléphone) sur les imprimés existants ou à renouveler (nos279,297 El, 279 E2, 332, 332ter, 440 B, 440 BI, et cetera)? Réponse : L'Administration des contributions directesa donné à ses services des directives suivant lesquelles toute correspondance doit mentionner le nom, la qualité et le numéro de téléphone de l'agent traitant le dossier. Le non-respect de cette obligation ne constitue cependant pas en soi un motif d'irrecevabilité ou de nullité du document dont il est question et il n'est pas envisagéd'entrer dans cette voie. Par ailleurs, le contribuable peut toujours s'adresser au chef de service du bureau concerné qui, en tant que dirigeant, est compétent en premier ressort pour résoudre, après concertation, les problèmes éventuellement rencontrés. Quant aux imprimés utilisés par l'administration, ils sont, à l'occasion de leur réimpression, progressivement et systématiquement complétés par une rubrique préimprirnéereprenant les informations citées par l'honorable membre. On peut donc considérer que, d'une manière générale,l'administration des contributions directes met tout en œuvre pour respecter et maintenir la relation de confianceavec les contribuables. Néanmoins, j'ai à nouveau insisté pour que toute correspondance mentionne le nom de la personne ayant traité le dossier. DO Vraag nr, 1108 van de heer de Clippele van 25 mei 1994 (Fr.) : Departement. - Openbaarheid van bestuur. Het is de bedoeling van de regering om de vertrouwensrelatie tussen de burgers en de openbare diensten te verbeteren. Een van de concrete actieplannen waaraan de regering prioritair aandacht wenste te besteden, was het systematisch aanduiden op elke brief van de naam, de functie en het telefoonnummer van de ambtenaar die belast is met een dossier (regeringsverklaring en regeerakkoord, INBEL, D/1992/0255/39, blz. 32). Nochtans moet, na meer dan anderhalf jaar, worden vastgesteld dat de Administratie van de directe belastingen die vertrouwensrelatie nog niet hersteld heeft, aangezien de meeste ambtenaren nog weigeren die gegevens mee te delen aan diegenen die de Schatkist moeten spijzen. 1. Overweegt u nog maatregelen om die noodzakelijke vertrouwensrelatie te herstellen? 2. Overweegt u een sanctie (bijvoorbeeld: de nietigheid van het document) in te voeren wegens het niet vermelden van de noodzakelijke gegevens die de vertrouwensrelatie moeten herstellen? 3. Zou het niet aangewezen zijn om die rubrieken (naam van de correspondent, functie en telefoonnummer) aan de bestaande of te vernieuwen drukwerken (nrs. 279,279 El, 279 E2, 332, 332ter, 440 B, 440 BI, enzovoort) toe te voegen? Antwoord: De Administratie der directe belastingen heeft aan haar diensten richtlijnen gegeven waardoor op elke briefwisseling de naam, de hoedanigheid en het telefoonnummer van de behandelende ambtenaar dienen te worden vermeld. Het niet-naleven van die verplichting vormt op zichzelf evenwel geen reden van onontvankelijkheid of nietigheid van het desbetreffende document en in die zin wordt ook geen wijziging overwogen. Overigens kan de belastingplichtige zich altijd richten tot de dienstleider van het betrokken kantoor die als chef in eerste instantie bevoegd is om eventueel gerezen problemen na overleg op te lossen. Wat de door de administratie gebruikte drukwerken betreft, die worden bij herdruk stelselmatig voorzien van een voorgedrukte rubriek waarop de door het geacht lid aangehaalde inlichtingen voorkomen. In het algemeen kan men dus stellen dat de Administratie der directe belastingen alle middelen aanwendt om de vertrouwensrelatie met de belastingplichtigen in ere te houden en te bestendigen. Niettemin heb ik er nogmaals op aangedrongen opdat op alle briefwisseling de naam zou worden vermeld van de persoon die het dossier behandeld heeft.

36 12540 DO Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) DO Question n? 1127 de M. Van den Eynde du la juin 1994 (N.): Département. - Association des membres du personnel. - Brochure. - Emploi des langues. Le 25 juin 1994, l'association des membres du personnel du ministère des Finances organise une visite de Bruxelles. Une brochure intitulée «Ficult V goes ta Brussels» est distribuée à cette occasion. 1. S'indique-t-il que l'association des membres du personnel de votre département prête main forte à l'anglicisation de plus en plus envahissante? 2. Sur formulaire d'inscription joint à la brochure, les fonctionnaires néerlandophones avaient la possibilité de cocher la langue (néerlandais ou français) dans laquelle ils souhaitaient participer à cette initiative. Pareille pratique est-elle conforme aux lois relatives à l'emploi des langues? 3. a) Le ministère subventionne-t-il cette initiative? b) Dans l'affirmative, à concurrence de quel montant? Réponse : Ficult V a été organisé par deux des 80 cercles que le ministère des Finances compte. Ces 80 cercles sont chapeautés par l'amicale des cercles culturels et sportifs du personnel des Finances, une association de fait, qui, en tant que telle, n'est pas visée par l'application des lois linguistiques. Chaque participant à Ficult V a payé pour les activités auxquelles il a participé, de sorte que l'organisation assure son propre auto-financement. Vraag nr, 1127 van de heer Van den Eynde van la [uni 1994 (N.): Departement. - Personeelsvereniging. - Brochure. - Taalgebruik. Op 25 juni 1994 organiseert de personeelsvereniging van het ministerie van Financiën een bezoek aan Brussel. In dat verband wordt een brochure verspreid onder de titel «Fieult V goes to Brussels». 1. Moet de personeelsvereniging van uw departement de altijd meer om zich heen grijpende verengelsing hand- en spandiensten verlenen? 2. Op het inschrijvingsformulier dat bij de brochure gevoegd is, kregen de Nederlandstalige ambtenaren de mogelijkheid aan te duiden in welke taal (Nederlands of Frans) zij aan dat initiatief wilden deelnemen. Is dat conform 'cie taalwetten? 3. a) Subsidieert het ministerie dar initiatief? b) Zo ja, met welk bedrag? Antwoord : Ficult V werd georganiseerd door twee van de 80 vriendenkringen die het ministerie van Financiën telt. Die 80 vriendenkringen worden overkoepeld door de Vriendenbond van de culturele- en sportkringen van het personeel van Financiën, die een feitelijke vereniging is en als dusdanig niet onder de toepassing van de taalwetten valt. Elke deelnemer aan Ficult V heeft betaald voor de activiteiten waar hij aan deelgenomen heeft, zodat de hele opzet autofinancierend was. DO Question n? 1141 de M. Lisabeth du 24 juin 1994 (N.) : Impôts sur les revenus. - Avantage anormal et bénévole. - Maison d'habitation. Lorsqu'une société met des maisons d'habitation à la disposition d'un tiers (non membre du personnel de la société), cet acte est considéré, dans le cadre du plan anticrise, comme avantage anormal et bénévole lorsque le loyer demandé est inférieur à un loyer normal. Dans le rapport à la Chambre, vous déclarez qu'une circulaire relative à cette matière sera diffusée à l'intention de l'administration. 1. Cette circulaire a-t-elle déjà été rédigée? 2. Dans l'affirmative, que stipule-t-elle? DO Vraag nr, 1141 van de heer Lisabeth van 24 juni 1994 (N.): Inkomstenbelastingen. - Abnormaal en goedgunstig voordeel. - Woonhuis. In het kader van het crisisplan wordt het ter beschikking stellen van woonhuizen door vennootschappen aan een derde (niet personeelslid van de vennootschap) beschouwd als een abnormaal en goedgunstig voordeel als de verhuurprijs lager is dan een normale huurprijs. In het kamerverslag verklaart u dat een rondzendbrief voor de administratie zal worden opgesteld. 1. Is die rondzendbrief al opgesteld? 2. Zo ja, wat is de inhoud ervan?

37 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) Réponse: Les dispositions de l'article 2, 5, de l'arrêté royal du 18 février 1994 modifiant l'arrêté royal CIR 1992 en ce qui concerne le coefficient de revalorisation pour les revenus cadastraux et l'évaluation forfaitaire des avantages de toute nature obtenus autrement qu'en espèces, auxquelles se réfère apparemment l'honorable membre, ont fait l'objet d'une requête en annulation auprès du Conseil d'etat. Dès lors, l'honorable membre comprendra que, dans l'état actuel des choses, il est prématuré de fournir des instructions administratives au sujet des dispositions précitées, aussi longtemps que le Conseil d'etat ne se sera pas prononcé dans cette affaire. Antwoord: Tegen de bepalingen van artikel2, 5, van het koninklijk besluit van 18 februari 1994 tot wijziging van het koninklijk besluit WIB 1992 op het stuk van de revalorisatiecoëfficiënt voor kadastrale inkomens en de forfaitaire raming van de anders dan in geld behaalde voordelen van alle aard, waarnaar het geacht lid blijkbaar verwijst, is een verzoekschrift tot vernietiging bij de Raad van State ingediend. Het geacht lid zal dan ook willen begrijpen dat het in de huidige stand van zaken voorbarig is om met betrekking tot de voormelde bepalingen administratieve onderrichtingen te verstrekken, zolang de Raad van State geen uitspraak in die zaak heeft gedaan. DO Question n? 1158 de M. Thissen du 4 juillet 1994 (Fr.) : Impôts sur les revenus. - Imposition. - Période imposable. - Estimations d'éléments de l'actif ou du passif. - Amortissements. Une société acquiert en 1987 un bâtiment industriel usagé. La valeur d'acquisition du bien, ainsi que des frais accessoires sont portés en immobilisés et amortis régulièrement; cependant, la valeur du terrain (+ la quote-part des frais accessoires) n'a jamais été extraite du prix global d'acquisition, de telle sorte que les amortissements ont également porté sur la valeur du terrain. Dans le courant de l'année 1994, le contrôle descontributions signifie sur la base de l'article 361 du CIR92 une rectification de la base imposable de l'exercice 1993, rectification qui cumule tous les amortissements postulés à tort et ce, depuis l'acquisition du bien (1987). Il n'est certes pas contestable de rectifier lesdéclarations fiscales relatives aux exercices fiscaux 1992et 1993 en corrigeant les amortissements postulés au cours de ces deux exercices. Cependant, si nous comprenons que certaines évaluations d'actifs soient taxées au moment de leur découverte (exemple: sous-évaluation de stock), nous pouvons difficilement admettre, dans le cas présent, la position de l'administration des contributions: dans la mesure où le bien investi figurait dans les tableaux d'amortissements depuis 1987, il était loisible à l'administration de découvrir cette erreur dès l'introduction dela première déclaration, cet élément ayant été pris en compte pour déterminer les résultats fiscaux de ces années. 1. Le fait que l'entreprise en cause ait présenté ses bilansdepuis de nombreuses années en postulant, erronément bien évidemment, un amortissement du terrain sur lequel était érigé le bâtiment professionnel, n'est-il pas assimilable à un accord tacite de la part de l'adrni- DO Vraag nr van de heer Thissen van 4 juli 1994 (Fr.) : Inkomstenbelastingen. - Aanslag. - Belastbaar tijdperk. - Waardering van activa en passiva. - Afschrijving. Een vennootschap koopt in 1987 een tweedehands industriegebouw aan. De aankoopwaarde van het goed en de bijkomende kosten worden onder de vaste activa geboekt en regelmatig afgeschreven; de waarde van de grond (+ het overeenkomstig gedeelte van de bijkomende kosten) werd evenwel niet uit de totale aankoopprijs gelicht, zodat ook die waarde van de grond in de afschrijvingen begrepen is. In de loop van 1994 betekent de belastingcontroleur uit hoofde van artikel 361 van het WIB 1992 een wijziging van de aangifte van de belastinggrondslag van het aanslagjaar In die wijziging van de aangifte staan alle sinds de aankoop van het goed (1987) ten onrechte in rekening gebrachte afschrijvingen. Dat belastingaangiften over de aanslagjaren 1992 en 1993 worden gewijzigd en gedurende die twee aanslagjaren geboekte afschrijvingen worden gecorrigeerd, vechten wij niet aan. Wij begrijpen eveneens dat bepaalde waarderingen van activa op het moment van de vaststelling worden belast (bijvoorbeeld: onderwaardering van de stock), maar in het onderhavige geval kunnen wij het standpunt van de belastingadministratie toch moeilijk billijken: aangezien het investeringsgoed al sinds 1987 in de afschrijvingstabellen vermeld stond, had de belastingadministratie de fout al meteen bij de eerste aangifte kunnen constateren. Met dat gegeven werd hoe dan ook toch rekening gehouden bij het bepalen van de fiscale resultaten van die jaren. 1. Dient het feit dat het betrokken bedrijf jarenlang zijn boeken voorgelegd heeft en daarin al evenlang - welteverstaan verkeerdelijk - de grond waarop het bedrijfsgebouw staat, kon afschrijven, niet gelijkgesteld te worden met een stilzwijgend akkoord van de

38 12542 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) nistration qui disposait de tous les éléments de droit pour procéder à une rectification dès le dépôt de la déclaration? 2. Dans ce cas, l'administration peut-elle, à juste titre, faire abstraction de la prescription légale pour les amortissements postulés à tort au cours des exercices fiscaux 1988 à 1991? 3. Ne considérez-vous pas qu'il s'agit d'une utilisation abusive des prescriptions de l'article 361 qui pourrait permettre à l'administration de contourner, dans une très grande majorité de cas, le délai de prescription qui lui est opposable? 4. Quelles prérogatives envisagez-vous de donner aux agents taxateurs pour l'application de cet article361? Réponse : L'honorable membre visant manifestement un cas particulier, je suis disposé à le faire examiner si l'identité et l'adresse du contribuable intéressé me sont communiquées. administratie, die uiteindelijk rechtens over alle gegevens en middelen beschikte om de aangifte al meteen bij de indiening te wijzigen? 2. Kan de administratie de wettelijke verjaringstermijn voor de ten onrechte geboekte afschrijvingen in de aanslagjaren 1988 tot 1991 met recht naast zich neerleggen? 3. Meent u niet dat artikel 361 hier onrechtmatig wordt toegepast, waardoor de administratie overigens in het overgrote deel van de gevallen de inroepbare verjaringstermijn kan ontduiken? 4. Welke prerogatieven denkt u de ambtenaren die de belasting vaststellen, inzake de toepassing van artikel361 te geven? Antwoord : Het geacht lid beoogt blijkbaar een concreet geval. Ik ben bereid een onderzoek te laten instellen indien mij de naam en het adres van de betrokken belastingplichtige worden meegedeeld. DO Question n? 1164 de M. Van Vaerenbergh du 13 juillet 1994 (N.): France. - Rwanda. - Sabena. - Distrigaz. - Eurocorps. 1. La politique très laxiste du gouvernement belge à l'égard de l'attitude de la France au Rwanda n'est-elle pas contraire à la mission qu'il avait accepté de remplir? 2. a) L'attitude du gouvernement belge concernant la Sabena et Air France, dont témoigne B. Attali dans son livre Les guerres du ciel (pages ), ne doit-elle pas être interprétée comme l'expression de la même francolâtrie? Attali y raconte notamment comment le premier ministre Dehaene et MM. Godefroid et Attali ont conclu une affaire dans une petite chambre d'hôtel obscure non loin de la gare de Luxembourg, et ce dans le but de supplanter British Airways et de la remplacer par Air France, dont la situation financière n'est pas pour autant florissante. Cette opération a été rendue possible grâce à de nombreux milliards puisés dans les caisses de l'etat belge et sur le marché des capitaux belges. Cet état de choses compliquerait même de nouvelles formes de coopération avec la compagnie aérienne saine Swiss Air. b) Cette erreur ne s'avère-t-elle pas plus flagrante encore aujourd'hui, compte tenu des nouvelles difficultés financières et du fait que ce lien entre la Sabena et Air France pourrait faire obstacle à une collaboration éventuelle avec Swiss Air? DO Vraag nr, 1164 van de heer Van Vaerenbergh van 13 juli 1994 (N.) : Frankrijk. - Rwanda. - Sabena. - Distrigaz. - Eurocorps. 1. Is het zeer lakse beleid van de Belgische regering ten aanzien van de Franse houding in Rwanda niet in strijd met de zending die men aanvaard had? 2. a) Moet de houding van de Belgische regering met betrekking tot Sabena en Air France waarvan B. Attali in zijn boek «Les guerres du ciel» (blz ) getuigt, niet worden gezien als een uiting van dezelfde eenzijdige gerichtheid op Frankrijk? Attali vertelt daar hoe een koopje werd gesloten tussen eerste minister Dehaene, en de heren Godefroid en Attali in een obscuur hotelkarnertje bij het station van Luxemburg, om British Airways een voetje te lichten en te vervangen door het nochtans financieel niet florissante Air France. Dat gebeurde toen met de steun van vele miljarden Belgische frank uit de Belgische staatskas en uit de Belgische kapitaalmarkt. Dar zou nu zelfs nieuwe associaties met het degelijke Swiss Air bemoeilijken. b) Wordt die vergissing nu niet nog duidelijker, gezien de nieuwe financiële moeilijkheden van Air France en het feit dat die band een beletsel kan zijn voor een eventueel samengaan met Swiss Air?

39 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) 3. N'y a-t-il pas lieu d'interpréter la vente récente de Distrigaz à Tractebel, filiale de la Société générale, devenue elle-même une filiale de Suez (grâce au soutien que l'etat français lui a accordé à l'époque), comme l'expression de la même francolâtrie? Tractebel et la France ont ainsi accaparé l'ensemble du secteur belge de l'énergie dès lors que Tractebel contrôle déjà Electrabel. 4. Pourquoi le gouvernement belge a-t-il estimé, en dépit de l'existence de l'ueo et de l'otan au sein desquelles des coopérations régionales sont possibles, devoir participer à un «Eurocorps» axé sur la France et l'allemagne et doté d'une structure très unilatérale? 5. Quelles avantages ou perspectives avantageuses le gouvernement belge a-t-il consentis ou fait miroiter à l'allemagne sur le plan européen pour que ce pays approuve un alignement unilatéral de la Belgique sur la France et l'emprise de la France sur l'économie belge? Réponse: Réponse à la partie 3. Sur proposition de la Commission d'évaluation des actifs de l'etat, le conseil des ministres a marqué son accord sur la vente des actions de l'etat dans la Société nationale d'investissement à la société anonyme Ackermans & van Haaren, qui à son tour rétrocédera les actions de Distrigaz à la société anonyme Tractebel. En vertu de l'accord du 21 mai 1994, Tractebel à son tour est obligé de présenter environ 16% des actions de Distrigaz à la bourse de Bruxelles, et de présenter à nouveau un paquet similaire dans le secteur public. La Commission d'évaluation des actifs de l'etat a formulé ses recommandations sur la base de critères objectifs, mentionnés dans le communiqué de presse du ministre des Finances du 27 octobre 1993 et précisés dans le recueil d'information qui a été transmis à tous les candidats intérieurs et extérieurs, moyennant la signature d'une déclaration de confidentialité. Ces critères étaient principalement d'ordre financier (paiement au comptant immédiat, information sur les capacités financières, audits et due diligence seulement après la signature de l'accord définitif) et d'ordre budgétaire (réalisation en 1994) et ils contiennent des garanties en vue de sauvegarder les intérêts des autorités belges dans le secteur de l'énergie (sauvegarde d'un contrôle public efficace dans le secteur de l'énergie par une action spécifique en faveur de l'autorité fédérale en Distrigaz, la SNTC et Synatorn), Le critère de la «nationalité» n'a pas joué de rôle comme critère de sélection. Le droit européen interdit par ailleurs toute discrimination sur la base de nationalité (voir notamment les articles 7 et 52 du Traité de la CEE). Il faut enfin rappeler que le dossier de la SNI a dû être soumis à la Commission des Communautés européennes, et que cette instance a approuvé le dossier sous l'article 92 du Traité de la CEE. 3. Is er geen reden om de recente verkoop van Distrigaz aan Tractebel, een dochter van de Société Générale, die zelf een dochter is geworden van Suez (destijds met Franse overheidssteun), te interpreteren als een uiting van dezelfde eenzijdige gerichtheid? Tractebel en Frankrijk kregen aldus de hele Belgische energiesector in handen, daar Tractebel ook reeds Electrabel controleert. 4. Waarom heeft de Belgische regering, niettegenstaande het bestaan van de WEU en de Navo, waarbinnen zelfs regionale associaties mogelijk zijn, gemeend te moeten deelnemen aan een zogenaamd Eurocorps rond Frankrijk en Duitsland, dar zeer eenzijdig van structuur is? 5. Welke voordelen of voordelige perspectieven heeft de Belgische regering in Europees verband toegezegd of voorgespiegeld aan Duitsland opdat dit land zou instemmen met een eenzijdige instelling van België op Frankrijk en de beslaglegging van Frankrijk op de Belgische economie? Antwoord: Antwoord op het punt 3. Op voorstel van de Commissie voor de evaluatie van de activa van het Rijk heeft de ministerraad zijn goedkeuring gehecht om de aandelen van de Staat in de Nationale investeringsmaatschappij te verkopen aan de naamloze vennootschap Ackermans & van Haaren, die op haar beurt de aandelen in Distrigas zal retrocederen aan de naamloze vennootschap Tractebel. Krachtens de overeenkomst van 21 mei 1994 heeft Tractebel op haar beurt de verplichting circa 16% van de Distrigas-aandelen op de beurs van Brussel te plaatsen, en een gelijkaardig pakket te herplaatsen in de publieke sector. De Commissie voor de evaluatie van de activa van het Rijk heeft haar aanbevelingen geformuleerd op basis van objectieve criteria, vermeld in de persmededeling van de minister van Financiën van 27 oktober 1993, en verduidelijkt in de informatiebundel die, mits het ondertekenen van een confidentialiteitsverklaring, aan alle kandidaten uit binnen- en buitenland werd verstrekt. Die criteria waren hoofdzakelijk van financiële aard (onmiddellijke cashbetaling, toelichting van financiële capaciteiten, audits en due diligence pas na de ondertekening van de definitieve overeenkomst), budgettaire aard (realisatie in 1994), en met garanties ter vrijwaring van de belangen van de Belgische overheid in de energiesector (vrijwaring van een efficiënt overheidstoezicht in de energiesector door een bijzonder aandeel ten voordele van de federale overheid in Distrigas, NMP en Synatom). Het criterium «nationaliteit «heeft geen rol gespeeld als selectiecriterium. Het Europees recht verbiedt overigens elke discriminatie op grond van nationaliteit (zie onder meer de artikelen 7 en 52 van het EEG-verdrag). Men dient er ten slotte aan te herinneren dat het NIM-dossier diende te worden voorgelegd aan de Commissie van de Europese Gemeenschappen, en door die instantie onder artikel 92 van het EEGverdrag werd goedgekeurd.

40 12544 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) DO Question n? 1165 de M. Poncelet du 13 juillet 1994 (Fr.) : Impôts sur les revenus. - Assurance. - Indemnité. Il est attribué chaque année à l'épouse aidante d'un contribuable soumis au statut social des indépendants un montant de francs belges au titre de quotepart des bénéfices. Par ailleurs, elle est titulaire d'un contrat d'assurance individuelle destiné à lui attribuer une indemnité dans le cas d'une incapacité temporaire totale ou partielle subie à la suite d'une maladie ou d'un accident à charge ou non d'un tiers responsable. Les montants des primes payées en vertu dudit contrat ne peuvent être portées en déduction du revenu en tant que charges professionnelles au sens de l'article 49 du CIR 1992 dans le chef du mari. Elles ne sauraient être prises en charge dans le chef de l'épouse, qui ne bénéficie pas d'autres rémunérations. 1. Peut-il être considéré dans le cas d'un sinistre survenu à la personne titulaire du contrat d'assurance que l'indemnité perçue par l'assuré ou sa succession ne constitue pas en principe un bénéfice ou une rémunération imposable? 2. Qu'en serait-il dans le cas d'un contrat d'assurance «revenus garantis» au bénéfice de la même personne titulaire? 3. Dans l'affirmative, sous quel régime fiscal faudra-t-il classer l'indemnité pour déterminer le taux de l'imposition? Réponse: 1 et 2. Les indemnités en cause constituent en principe des revenus professionnels imposables, même si les primes des contrats visés n'ont pas été déduites à titre de frais professionnels. 3. Ces indemnités sont à ranger parmi les revenus de remplacement visés à l'article 146,5, du Code des impôts sur les revenus 1992 s'il s'agit d'une incapacité de travail temporaire ou parmi les pensions visées à l'article 146, 1, du même code s'il s'agit d'une incapacité permanente. DO Vraag nr, 1165 van de heer Poncelet van 13 juli 1994 (Fr.) : Inkomstenbelastingen. - Verzekering. - Vergoeding. De meewerkende echtgenote van een belastingplichtige die onder het sociale statuut van zelfstandige valt, ontvangt jaarlijks een bedrag van Belgische frank als winstaandeel. Daarnaast werd voor haar een individueel verzekeringscontract gesloten, dat haar een vergoeding waarborgt in geval van volledige of gedeeltelijke tijdelijke arbeidsongeschiktheid tengevolge van een ziekte of ongeval waarvoor al dan niet een derde aansprakelijk is. De op grond van dar contract betaalde premies zijn door de echtgenoot niet aftrekbaar als beroepskosten zoals bedoeld in artikel49 van het WIB De echtgenote, die geen andere inkomsten heeft, kan die kosten evenmin inbrengen. 1. Ingeval de persoon op wiens naam een verzekeringscontract werd gesloten, een ongeluk overkomt, wordt de vergoeding die de verzekerde of zijn erfgenamen ontvangen, dan in principe niet als winst of belastbare bezoldiging beschouwd? 2. Wat gebeurt er in geval van een verzekeringscontract «gewaarborgd inkomen x ten gunste van dezelfde verzekeringsnemer? 3. Onder welk fiscaal stelsel moet de vergoeding eventueel worden ondergebracht om het tarief van de aanslag te bepalen? Antwoord: 1 en 2. De beoogde vergoedingen vormen in beginsel belastbare beroepsinkomsten, zelfs indien de premies van de desbetreffende contracten niet als beroepskosten zijn afgetrokken. 3. Die vergoedingen moeten onder de in artikel 146, 5, van het Wetboek van inkomstenbelastingen 1992 bedoelde vervangingsinkomsten worden gerangschikt indien het om een tijdelijke arbeidsongeschiktheid gaat of onder de in artikel 146, 10, van hetzelfde wetboek bedoelde pensioenen indien het om een bestendige ongeschiktheid gaat, DO Question n? 1168 de M. de Clippele du 14 juillet 1994 (Fr.) : Modération salariale. - Indépendants. - Provision. -Amendes. L'arrêté royal du 24 décembre 1993 et la loi du 30 mars 1994 traitent de la modération salariale des indépendants, professions libérales, associés et administrateurs. 1. Un indépendant répond aux conditions pour appliquer la modération salariale en Par exem- DO Vraag nr van de heer de Clippele van 14 juli 1994 (Fr.): Loonmatiging. - Zelfstandigen. - Provisie. - Boeten. Het koninklijk besluit van 24 december 1993 en de wet van 30 maart 1994 handelen over de Ioonrnatiging van de zelfstandigen, vrije beroepen, vennoten en bestuurders. 1. Een zelfstandige voldoet aan de voorwaarden voor de toepassing van de loonmatiging in In

41 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) pie, il avait francs belges de bénéfice avant impôts en 1993 et il a en 1994 un bénéfice avant impôt de francs belges. Il doit appliquer la modération salariale et bloquer sur un compte bancaire distinct la somme de francs belges x 1,5% soit francs belges et ce pour le 31 décembre 1995 au plus tard. A la suite d'un contrôle fiscal en 1996, le fisc redresse les revenus de 1994 de l'indépendant et estime qu'ils sont de francs belges. Il en résulte donc que la modération salariale de 1995 n'a pas été bien appliquée puisqu'elle aurait dû être de francs belges ( francs belges x 1,5%). a) Que se passe-t-il dans ce cas? Le contribuable doitil reverser les 750 francs qui manquaient en 1995? b) Subit-il des amendes et sur quelle somme? c) Si oui, de combien sont ces amendes et le contribuable subit-il des sanctions? 2. La première provision devra être constituée pour le 31 décembre 1995 sur la base de l'augmentation de revenus de 1994 par rapport à Imaginons un indépendant qui investit en 1994 : la provision qu'il devrait constituer est de francs belges et son investissement de francs belges hors TVA. Etant donné que cette provision constituée doit servir notamment à des investissements, peut-on considérer que la provision est faite et utilisée pour l'année 1994? 3. Un indépendant commence ses activités le 1 er juillet 1993, le 1 er août 1994, il crée avec un associé une sprl et devient associé actif. Imaginons que son bénéfice soit plus important pour les 7 mois travaillés en 1994 que pour les 6 mois exercés en Si cette personne était restée indépendante, il y aurait eu provision. a) Maintenant qu'elle est associé actif, doit-elle tout de même calculer cette provision? b) Si oui, sur la base de quels critères, ceux de l'indépendant ou de l'associé actif? c) Quid si cette personne devient un associé non actif? 4. a) Est-il exact que la provision devrait être calculée sur la base d'un revenu net après déduction des charges professionnelles et de l'impôt? b) Si oui, comment tenir compte de l'impôt si au cours de l'exercice il y a une réclamation ou une rectification de la déclaration fiscale ou si le comptable a obtenu un délai tel que l'impôt n'a pu être calculé à temps? c) Exemple (en prenant pour hypothèse que les dates mentionnées au point 1. sont exactes) : pour établir la déclaration fiscale revenus 1994 exercice 1995, le comptable obtient un délai jusqu'au 30 septembre Compte tenu des délais normaux, l'impôt ne pourra donc être établi pour 1993 had hij bijvoorbeeld een winst vóór belasting van Belgische frank en in 1994 een winst vóór belasting van Belgische frank. Hij moet de loonmatiging toepassen en tegen uiterlijk 31 december Belgische frank x 1,5% of Belgische frank op een afzonderlijke bankrekening storten. Na een belastingcontrole in 1996 raamt de fiscus de inkomsten voor 1994 van de zelfstandige op Belgische frank. De loonmatiging voor 1995 had dus Belgische frank ( Belgische frank x 1,5%) moeten bedragen. a) Wat gebeurt er in dat geval? Moet de belastingplichtige de in 1995 ontbrekende 750 Belgische frank betalen? h) Moet hij een boete beralen, en op welk bedrag? c) Zo ja, hoe groot is die boete, en wordt de belastingplichtige bestraft? 2. De eerste provisie moet zijn aangelegd tegen 31 december 1995 op basis van de inkomstenverhoging in 1994 ten opzichte van Een zelfstandige investeert in 1994 : de provisie die hij moet aanleggen, bedraagt Belgische frank, en hij investeert voor Belgische frank zonder BTW. Mag men ervan uitgaan dat de provisie aangelegd en gebruikt werd voor het jaar 1994, aangezien de aangelegde provisie met name voor investeringen moet dienen? 3. Een zelfstandige begint zijn activiteit op 1 juli Op 1 augustus 1994 richt hij met een vennoot een bv op en wordt werkend vennoot. We nemen aan dat zijn winst in de 7 in 1994 gewerkte maanden groter is dan in de 6 maanden van Als de betrokkene zelfstandige was gebleven, was er een provisie geweest. a) Moet de persoon in kwestie, nu hij werkend vennoot is, toch de provisie berekenen? h) Zo ja, op grond van welke criteria: die van de zelfstandige of die van de werkende vennoot? c) Quid als betrokkene stille vennoot wordt? 4. a) Moet de provisie berekend worden op basis van een netto-inkomen na aftrek van beroepskosten en belastingen? h) Zo ja, wat met de belastingen als tijdens het aanslagjaar een bezwaar wordt ingediend of een wijziging van de belastingaangifte gebeurt of als de boekhouder verlenging van de termijn krijgt, zodat de belasting niet tijdig kan worden berekend? c) Voorbeeld (in de veronderstelling dat de in punt 1. vermelde data juist zijn) : om de belastingaangifte inkomsten.1994 aanslagjaar 1995 op te stellen, krijgt de boekhouder tijd tot 30 september Gelet op de normale termijnen zal de belasting niet tegen 31 december 1995 kunnen worden ge- 1598

42 12546 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) -(119)- Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) le 31 décembre Comment tenir compte de cet impôt pour le calcul de la provision? Réponse: Comme déjà précisé dans la réponse à la question n 927 du 22 février 1994 de l'honorable membre (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, session ordinaire , n 101, du 11 avril 1994, page 10287), le ministre des Finances ne figure pas dans la liste des ministres chargés de l'exécution de l'arrêté royal du 24 décembre 1993 portant exécution de la loi du 6 janvier 1989 de sauvegarde de la compétitivité du pays. Etant donné que les questions qu'il soulève ne concernent pas les implications fiscales éventuelles de l'arrêté susvisé, je ne puis qu'inviter l'honorable membre à les adresser directement à ceux de mes collègues dont la compétence s'étend à cette matière. vestigd. Hoe moet met die belasting rekening worden gehouden om de provisie te berekenen? Antwoord : Zoals al werd aangegeven in het antwoord op de vraag nr. 927 van 22 februari 1994 van het geacht lid (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, gewone zitting , nr.lol, van 11 april 1994, blz ), is de minister van Financiën niet opgenomen in de lijst van de ministers die met de uitvoering van het koninklijk besluit van 24 decernber 1993 ter uitvoering van de wet van 6 januari 1989 tot vrijwaring van 's lands concurrentievermogen zijn belast. Daar zijn vragen geen betrekking hebben op de eventuele fiscale gevolgen van het voorrneld besluit, kan ik het geacht lid slechts verzoeken ze rechtstreeks te richten tot diegenen van mijn collega's die ter zake bevoegd zijn. DO Question n? 1169 de M. de Clippele du 14 juillet 1994 (Fr.) : Modération salariale. - Indépendants. - Début de carrière. L'arrêté royal du 24 décembre 1993 et la loi du 30 mars 1994 traitent de la modération salariale des indépendants, professions libérales, associés et administra teurs. l. a) Une personne qui décide de s'installer en tant qu'indépendant à titre principal en 1994 est-elle visée par l'arrêté royal et la loi susmentionnés? b) Que se passe-t-il si cette personne débute ses activités en tant qu'indépendant à titre complémentaire? 2. Une personne commence une carrière d'indépendant à titre complémentaire (car il travaille déjà comme salarié 20 heures/semaine minimum) le 1 er octobre En 1993, il reste indépendant à titre complémentaire. En 1994, alors que ses affaires prospèrent convenablement, il passe indépendant à titre principal. Cette personne est-elle visée par l'arrêté royal et la loi susmentionnés ou doit-on considérer qu'il ya eu installation en 1994, et dans ce cas est-elle touchée? 3. Une personne qui est indépendante depuis le 1er janvier 1987 décide, à la suite de circonstances fondées, de stopper ses activités en a) Cette personne est-elle visée par l'arrêté royal et la loi susmentionnés? b) Quid si cette personne avait débuté ses activités le 1 er janvier 1994 et les avait arrêtés le i- septembre 1993 (cf. point I)? Réponse : Je me permets de renvoyer l'honorable membre à la réponse donnée à sa question n 1168 du 14 juillet 1994 (page de ce bulletin). DO Vraag nr van de heer de Clippele van 14 juli 1994 (Fr.) : Loonmatiging. - Zelfstandigen. - Loopbaanbegin. Het koninklijk besluit van 24 december 1993 en de wet van 30 maart 1994 handelen over de loonmatiging van zelfstandigen, vrije beroepen, vennoten en bestuurders. l. a) Zijn bedoelde wet en koninklijk besluit toepasbaar op degene die beslist in 1994 van een zelfstandige activiteit zijn hoofdberoep te maken? b) Wat gebeurt er als die persoon een zelfstandige activiteit in bijberoep begint? 2. Een persoon begint een loopbaan van zelfstandige in bijberoep (hi] werkt al 20 uur/week minimum als loontrekkende) op loktober In 1993 blijft hij zelfstandige in bijberoep. Wanneer zijn zaak in 1994 behoorlijk draait, wordt hij uitsluitend zelfstandige. Valt die persoon onder toepassing van het koninklijk besluit en van de wet, of wordt de vestiging als zelfstandige in 1994 in aanmerking genomen, en hoe gebeurt de toepassing dan? 3. Iemand is sinds 1 januari 1987 zelfstandige en beslist om gegronde redenen zijn activiteit in 1994 stop te zetten. a) Zijn bovengenoemde koninklijk besluit en wet op hem toepasbaar? b) Quid als die persoon zijn activiteit was begonnen op 1 januari 1993 en ermee ophield op 1 september 1993 (cf. punt I)? Antwoord: Ik ben zo vrij het geacht lid te verwijzen naar het anrwoord op zijn vraag nr van 14 juli 1994 (blz van dit bulletin).

43 DO Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) DO Question n? 1171 de M. Standaert du 15 juillet 1994 (N.): Impôts sur les revenus. - Frais professionnels. - Commissions secrètes. L'article 58 du CIR 1992 prévoit que les commissions secrètes octroyées par les entreprises sont considérées comme étant des frais professionnels si elles sont de pratique courante dans le secteur; elles doivent en plus rester dans les limites normales, et l'entreprise doit payer un impôt évalué forfaitairement sur celles-ci. La circulaire administrative n CI D19/ prévoit 2 conditions supplémentaires pour l'application de cet article, à savoir que les commissions soient nécessaires pour lutter contre la concurrence étrangère et que la demande soit adressée au ministre. 1. Combien de demandes ont été adressées à vos services pour les années 1991 et 1992? 2. Combien de demandes ont été refusées par vos services pour les années 1991 et 1992? 3. Quels sont les montants totaux par pays et par secteur qui ont été acceptés par vos services pour les années 1991 et 1992? Réponse: On suppose que l'honorable membre vise à obtenir des renseignements concernant les commissions secrètes payées au cours des années 1991 et Si tel est le cas, il voudra bien trouver ci-après les réponses à ses questions. 1. Demandes introduites: 25 pour 1991 et 18 pour Demandes rejetées: 2 pour 1991 et 1 pour 1992, le nombre de dossiers clôturés pour ces années s'élevant respectivement à 13 et Montants acceptés: francs belges et francs belges en ce qui concerne respectivement les années 1991 et Les statistiques tenues par l'administration des contributions directes ne permettent pas de fournir les précisions demandées par pays et par secteur. Vraag nr, 1171 van de heer Standaert van 15 juli 1994 (N.) : Inliomstenbelastingen, - Beroepskosten. - Geheime commissielonen. Artikel 58 van het WIB 1992 stelt dat door ondernemingen toegekende geheime commissielonen als beroepskosten kunnen worden aangemerkt, mits het toekennen van dergelijke geheime commissielonen tot de dagelijkse praktijk van ondernemingen behoort, de betreffende sommen de normale grenzen niet overschrijden en de onderneming de desbetreffende belasting betaalt volgens een forfaitair tarief. De bestuurscirculaire nr. Cl D19/ stipuleert twee bijkomende voorwaarden voor de toepassing van dat artikel: enerzijds moeten die commissielonen onvermijdelijk zijn om de buitenlandse concurrentie het hoofd te kunnen bieden, en anderzijds moet het verzoek daartoe aan de minister worden gericht. 1. Hoeveel aanvragen werden voor de jaren 1991 en 1992 aan uw diensten gericht? 2. Hoeveel aanvragen hebben uw diensten voor diezelfde jaren 1991 en 1992 afgewezen? 3. Welke totaalbedragen hebben uw diensten per land en per sector voor de jaren 1991 en 1992 aanvaard? Antwoord: Ik veronderstel dat het geacht lid inlichtingen wenst te bekomen nopens de tijdens de jaren 1991 en 1992 betaalde geheime commissielonen. Indien zulks het geval is, gelieve hij hierna de antwoorden op zijn vragen te willen vinden. 1. Ingediende aanvragen: 25 voor 1991 en 18 voor Afgewezen aanvragen: 2 voor 1991 en 1 voor 1992, het aantal afgehandelde dossiers voor die jaren bedraagt respectievelijk 13 en Aangenomen bedragen: Belgische frank en Belgische frank voor respectievelijk de jaren 1991 en De door de Administratie der directe belastingen bijgehouden statistieken laten niet toe om per land en per sector de gevraagde inlichtingen te verstrekken. DO Question n? 1173 de M. Duquesne du 15 juillet 1994 (Fr.) : Département. - Restructuration. - Luxembourg. Le ministère des Finances projetterait de transférer l'administration des contributions d'athus vers Arlon. Or, de nombreux éléments semblent plaider pour son maintien à Athus. DO Vraag nr van de heer Duquesne van 15 juli 1994 (Fr.) : Departement. - Herstructurering. - Luxemburg. Het ministerie van Financiën zou voornemens zijn de belastingadministratie van Athus naar Aarlen over te hevelen, hoewel een hele reeks factoren tegen die geplande verhuizing pleiten.

44 12548 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (SO ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) La région d'aubange connaît en effet depuis quelques années un nouvel essor économique à la suite d'une progression sensible du nombre de ses habitants et à la croissance de son tissu industriel et commercial grâce surtout à la création du pôle européen de développement. Il s'ensuit que les sociétés de la région et leurs travailleurs remettent un nombre très important de déclarations fiscales au contrôle des contributions d'aubange. Pas moins de habitants sont ainsi desservis par ce bureau. En outre, pour traiter les déclarations aux impôts des pensionnés du grand-duché et de France, pour lesquels la procédure simplifiée n'est actuellement pas envisageable, il importe de maintenir sur place des fonctionnaires qualifiés. Enfin, le bâtiment qui abrite les services administratifs de l'etat à Athus est suffisamment vaste pour continuer à accueillir l'administration des contributions. Au vu de ces éléments, qu'est-ce qui pourrait justifier un éventuel transfert vers Arlon? Réponse : La mise au point concrète du plan de restructuration des administrations fiscales de mon département est encore actuellement en voie d'élaboratian: elle en est pour l'instant au stade de l'étude et de la concertation avec les organisations syndicales. La localisation des nouvelles structures devra évidemment tenir compte des disponibilités en matière de bâtiments et de personnel. J'ai aussi invité l'administration à rechercher un équilibre entre la nécessité absolue de disposer d'une administration efficace, d'une part, et les intérêts justifiés du personnel et des citoyens de tout le pays, d'autre part. La situation de la ville d'athus, en faveur de laquelle intervient l'honorable membre, sera examinée en fonction des critères prédécrits. Il comprendra toutefois qu'au stade actuel du dossier, il ne m'est pas encore possible de lui préciser la solution définitive qui sera retenue. De economie in de streek van Aubange neemt sinds een paar jaar, dankzij de aanzienlijke aanwas van het inwonertal en de groei van de industrie en de handel in de regio, een hoge vlucht, wat niet het minst te danken is aan de vestiging van een Europese ontwikkelingskern. Dientengevolge leveren de bedrijven uit de regio en hun werknemers een aanzienlijke hoeveelheid be- Iastingaangiften in bij het controlekantoor van de belastingen van Aubange, dat niet minder dan inwoners bedient, Bovendien moeten in Athus gekwalificeerde ambtenaren ter plaatse blijven om de belastingaangiften van gepensioneerden uit het groothertogdom Luxemburg en Frankrijk, waarop de eenvoudige procedure nog niet toepasselijk is, te verwerken. Ten slotte biedt het gebouw waarin de adrninistratieve rijksdiensten in Athus ondergebracht zijn, ruimte genoeg om de belastingadministratie ook in de toekomst onder dak te brengen. Wat kan in weerwil van al die argumenten een eventuele verhuizing naar Aarlen rechtvaardigen? Antwoord: De concrete invulling van het herstructureringsplan voor de fiscale administraties van mijn departement is op dit ogenblik nog volop aan de gang: momenteel wordt het plan nog bestudeerd en is er overleg met de vakorganisaties. Bij de nieuwe lokalisaties zal uiteraard rekening moeten worden gehouden met de beschikbaarheid van gebouwen en personeel Ik heb de administratie ook verzocht om een evenwicht te zoeken tussen de absolute noodzaak om over een efficiënte administratie te beschikken enerzijds en de rechtmatige belangen van het personeel en de burgers anderzijds. De toestand in Athus, waarvoor het geacht lid tussenkomt, zal worden onderzocht aan de hand van voormelde criteria. Hij zal echter willen begrijpen dat het in de huidige stand van het dossier voorbarig is om aan te geven welke oplossing zal worden weerhouden. Ministre du Commerce extérieur et des Affaires européennes, adjoint au Ministre des Affaires étrangères Minister van Buitenlandse Handel en Europese Zaken, toegevoegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken DO Question n? 145 de M. De Mol du 6 juillet 1994 (N.) : Commerce international. - Substances dangereuses. - Autorisation. Le chapitre 19 de l'agenda 21 traite de la gestion de substances dangereuses. Les risques liés à l'utilisation de substances dangereuses doivent être limités au DO Vraag nr. 145 van de heer De Mol van 6 juli 1994 (N.) : Internationale handel. - Gevaarlijke stoffen. - Toelating. Hoofdstuk negentien van Agenda 21 handelt over het beheer van gevaarlijke stoffen. De risico's van het gebruik van gevaarlijke stoffen moeten zoveel mogelijk

45 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) maximum, grâce à l'application du principe de prévoyance et à une analyse approfondie du cycle de vie de la substance. Ce chapitre de l'agenda 21 comporte toute une série d'actions axées essentiellement sur les aspects de la gestion et de la coopération internationale. L'une de ces actions vise à empêcher le trafic international de substances dangereuses grâce à un contrôle effectif. A cet égard, il convient d'opter pour la substitution du principe de l'autorisation explicite des pays de destination ou de transit à celui de la communication préalable. Le principe du «prior informed consent», déjà reconnu par l'union européenne, a de surcroît un champ d'application trop limité. 1. Quelles mesures concrètes avez-vous déjà prises en vue de réaliser les objectifs consignés dans le chapitre 19 de l'agenda 21? 2. a) Quelle est votre position concernant le principe de l'agrément préalable? b) Quelle est votre position concernant le principe de l'autorisation explicite du pays de destination ou de transit? 3. a) Le gouvernement fédéral a-t-il déjà entrepris des démarches sur le plan international afin de faire remplacer le principe de la communication par celui de l'autorisation explicite du pays de destination ou de transit? b) Dans l'affirmative, lesquelles? c) Dans la négative, quelles mesures envisagez-vous? 4. a) Notre pays a-t-il déjà, sur le plan européen, prôné une extension du champ d'application du règlement européen reconnaissant le principe du «prior informed consent»? b) Dans l'affirmative, quelles démarches ont déjà été effectuées? c) Dans la négative, de quelle manière comptez-vous pouvoir défendre cette extension au niveau européen? Réponse complémentaire: 1. La Belgique participe activement aux réunions des organisations internationales compétentes en la matière (OCDE, FAO, PNUE, Union européenne). Une participation à toutes ces réunions s'impose et le ministère de la Santé publique et de l'environnement donne une priorité à cet aspect important de la protection de l'environnement. Un certain nombre de fonctionnaires a été transféré depuis mai 1994 au service des produits dangereux dans l'attente de nouveaux recrutements. En même temps se réalise la restructuration de la Commission produits dangereux. 2. a) et h) Il est important de rappeler les deux obligations imposées par l'union européenne (directive 2455/92) : worden beperkt door toepassing van het voorzorgsprincipe en door een brede analyse van de levenscyclus van de stof. Dit hoofdstuk van Agenda 21 bevat een hele reeks acties die vooral gericht zijn op het beheer en op internationale samenwerking. Een van de actiepunten is het voorkomen van internationale illegale handel in gevaarlijke produkten door effectieve controle. In dat opzicht moet worden geopteerd voor de vervanging van het principe van de voorafgaande melding door de expliciete toelating door de staten van ontvangst of doorvoer. Het principe van «prior informed consent» dat al werd erkend door de Europese Unie heeft bovendien een te beperkt toepassingsgebied. 1. Welke concrete maatregelen nam u alom de doelstellingen van hoofdstuk 19 van Agenda 21 te verwezenli jken? 2. a) Wat is uw standpunt over het principe van voorafgaande erkenning? h) Wat is uw standpunt over het principe van expliciete toelating door het land van ontvangst of van doorvoer? 3. a) Deed de federale regering op internationaal niveau al inspanningen om het meldingsprincipe te vervangen door de expliciete toelating door het land van ontvangst of van doorvoer? b) Zo ja, welke stappen deed ons land al? c) Zo neen, welke maatregelen overweegt u? 4. a) Pleitte ons land op Europees niveau al voor een verruiming van het toepassingsgebied van de Europese verordening die het principe van de «prior informed consent» erkent? b) Zo ja, welke stappen werden al gedaan? c) Zo neen, op welke manier denkt u die verruiming op Europees niveau te kunnen bepleiten? Aanvullend antwoord: 1. België neemt acrief deel aan de vergaderingen van de internationale instanties (OESO, FAO, UNEP, enzovoort) en ook van de EEG. Een aanwezigheid op alle vergaderingen is gevraagd en het ministerie van Volksgezondheid en Leefmilieu geeft voorrang aan dar heel belangrijke gebied. Een aantal ambtenaren zijn sinds mei 1994 naar de diensten van gevaarlijke produkten overgeplaatst in afwachting van nieuwe aanwerving. Tegelijk wordt gewerkt aan een herstructurering van de Commissie gevaarlijke produkten. 2. a) en b) Het is belangrijk te weten dat de Europese Unie twee verplichtingen oplegt (zie verordening 2455/92) :

46 12550 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) -(119)- BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) la notification pour l'exportation des produits dangereux qui, dans l'union européenne sont défendus ou réglementés, mais qui ne sont pas encore défendus dans le pays d'importation; la procédure PIC qui implique une défense d'exporter des produits dangereux vers les pays qui ont signalé à la FAO et le PNUE que ces produits sont défendus à l'importation. Le consentement préalable en connaissance de cause implique que les pays vers lesquels un produit est exporté créent une administration qui est capable d'étudier les demandes d'admission à l'importation et de prendre une décision à cet effet dans un délai raisonnable. Assez souvent ce n'est pas le cas et le consentement préalable de produits chimiques se limite dans la plupart des pays à quelques catégories bien déterminées de produits tels que les médicaments, les pesticides, et cetera. C'est la raison pour laquelle les autorités compétentes belges préfèrent optimaliser la notification d'exportation et la procédure PIC par le biais de la coopération internationale dans le domaine des produits dangereux. 3. a) et c) La Belgique n'est pas pour un remplacement du principe du PIC par un système généralisé de permission préalable. La Belgique exécute les dispositions communautaires. 4. a) De fait, il n'existe pas une limitation de principe dans l'application de la directive européenne qui introduit la procédure de «prior informed consent», La directive ne s'applique pas toutefois aux matières ou préparations qui sont importées ou exportées pour des raisons d'analyse ou de recherche scientifique dans des quantités tellement réduites qu'il est improbable qu'elles puissent avoir des effets négatifs sur la santé publique ou l'environnement. c) En ajoutant des produits dangereux à l'annexe II de la directive de melding voor de uitvoer van gevaarlijke stoffen die in de Europese Unie verboden zijn of streng gereglementeerd maar die in het land van invoer nog niet verboden zijn; De PIC-procedure die een verbod is van uitvoer van de gevaarlijke stoffen naar de landen die aan de FAO, UNEP laten weten dat die stoffen bij hen verboden zijn. De expliciete toelating veronderstelt dat de landen waarnaar een produkt wordt uitgevoerd een adrninistratie zouden opzetten die bij machte is de toelatingsaanvragen te onderzoeken om erover binnen een redelijke termijn te beslissen. Dikwijls is dat niet het geval en de voorafgaande toelating van chemische stoffen en preparaten is dan ook in de meeste landen beperkt tot enkele welomschreven categorieën van produkten, bijvoorbeeld geneesmiddelen, de bestrijdingsmiddelen, enzovoort. Om die reden geven de bevoegde Belgische instanties er de voorkeur aan via internationale samenwerking op vlak van gevaarlijke produkten de melding van uitvoer en de PIC-procedure te optimaliseren. 3. a) en c) België is geen voorstander om het PIC-principe te vervangen door een veralgemeend systeem van voorafgaande toelating. België voert de verordeningen uit, 4. a) Er is eigenlijk geen principiële beperking van het toepassingsgebied van de Europese verordening die het pincipe van de «prior informed consent» invoert. Die verordening is evenwel niet van toepassing op stoffen of preparaten die voor analyse of voor wetenschappelijk onderzoek en wetenschappelijke ontwikkeling worden in- of uitgevoerd in zodanig geringe hoeveelheden dat het onwaarschijnlijk is dat de gezondheid van de mens en het milieu daardoor nadelig worden beïnvloed. c) Door toevoeging van gevaarlijke stoffen aan bijlage II van de verordening

47 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) Ministre de l'intérieur et de la Fonction publique _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) Minister van Binnenlandse Zaken en Ambtenarenzaken DO Dû Question n? 193 de M. Simonet du 6 octobre 1992 (Fr.) : Ordre de quitter le territoi- Etrangers clandestins. - re. - Exécution. Dans votre note politique (doc. Chambre, , n 649/1), vous considérez que l'immigration clandestine constitue une menace pour la survie de notre société. Vous avez répété cette affirmation (( la clandestinité est un fléau») lors de la réunion publique de la commission de l'intérieur du 24 septembre Dans ce contexte, on pouvait espérer que le dépistage systématique et le renvoi des clandestins constitueraient une priorité du gouvernement. Je m'étonne dès lors que vous ayez pu affirmer candidement en commission de l'intérieur qu'«on peut supposer que la majorité des personnes qui auraient reçu l'ordre de quitter le pays l'ont effectivement fait», Hélas, rien n'est moins sûr, et votre angélisme dans ce dossier contraste singulièrement avec la réalité quotidienne qui voit des milliers d'étrangers en séjour illégal, s'étant vu notifier un ordre de quitter le territoire, demeurer envers et contre tout sur le sol belge. Je rappellerai la décision rendue le 5 décembre 1991 par le juge des référés de Liège (rôle des référés n /91) saisi d'une action tendant à obtenir la condamnation d'un CPAS de la région liégeoise à verser une aide sociale mensuelle provisionnelle au demandeur. Ce dernier était un candidat réfugié politique auquel ce statut avait été refusé, en sorte qu'il se trouvait (ainsi que le relève le juge) en séjour illégal en Belgique. Le tribunal n'en a pas moins fait droit à la demande en soulignant «que le pouvoir exécutif délivre des ordres de quitter le territoire sans se préoccuper de leur exécution». On ne saurait mieux dire que le gouvernement n'exerce pas les responsabilités qui sont les siennes en matière d'éloignement du pays des étrangers en séjour illégal. Entendez-vous mener une politique volontariste par laquelle le pouvoir exécutif se préoccupera effectivement et activement de l'exécution des ordres de quitter le territoire qu'il a lui-même délivrés et vous assurer que l'étranger en séjour illégal a bel et bien quitté le pays plutôt que de «supposer» que le clandestin «expulsé» quittera de son plein gré la Belgique? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer les informations suivantes à l'honorable membre. Vraag nr. 193 van de heer Simonet van 6 oktober 1992 (Fr.) : Illegale vreemdelingen. - Bevel het grondgebied te verlaten. - Uitvoering. In uw beleidsnota (stuk Kamer, , nr. 649/ 1) zegt u dat de clandestiene immigratie het voortbestaan van onze samenleving bedreigt. U herhaalde dat standpunt «< illegaliteit is een plaag») tijdens de openbare vergadering van de commissie voor de Binnenlandse Zaken op 24 september Men had in die context dan ook kunnen verwachten dat het systematisch opsporen en het terugzenden van de illegalen voor de regering een prioriteit zouden zijn. Ik verbaas me over uw naïeve bewering in de commissie voor de Binnenlandse Zaken als zou «men mogen aannemen dat een groot deel van diegenen die het bevel kregen het land te verlaten, ook effectief vertrokken is», Niets is echter minder waar, en uw goedgelovigheid in dit dossier staat dan ook in schril contrast met de dagelijkse realiteit: duizenden illegale vreemdelingen krijgen het bevel om het grondgebied te verlaten maar blijven ondanks alles op Belgische bodem. Ik verwijs naar de uitspraak van een rechter te Luik op 5 december 1991 in kort geding (rol van de korte gedingen nr /91), over een vorderingdie ertoe strekte een OCMW uit het Luikse tot het betalen van een provisionele maandelijkse tegemoetkoming aan de eiser te veroordelen. De eiser was een kandidaat-politiek vluchteling aan wie dat statuut geweigerd werd, zodat hij (zoals de rechter opmerkt) clandestien in België verbleef. De rechtbank is nochtans op het verzoek ingegaan met het argument dat de uitvoerende macht bevelen geeft om het grondgebied te verlaten zonder zich om de uitvoering ervan te bekommeren. In die uitspraak wordt dus onomwonden gesteld dat de regering haar verantwoordelijkheden op het stuk van het verwijderen van clandestiene buitenlanders uit de weg gaat. Zal u een voluntaristisch beleid voeren, zodat de uitvoerende macht zich daadwerkelijk en actief zal bekommeren om de door haarzelf uitgevaardigde bevelen het grondgebied te verlaten? Zal u, in plaats van ervan uit te gaan dar de «uitgewezen» illegale vreemdeling vrijwillig het land zal verlaten, zich ervan vergewissen dat hij/zij het land wel degelijk heeft verlaten? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid de volgende inlichtingen te verstrekken.

48 ChambredesReprésentantsdeBelgique (119)- Questionset Réponses(SO ) La question de l'éloignement effectif des étrangers en séjour illégal constitue en effet le point central de la politique d'immigration que je compte mener. Toutefois, j'aimerais attirer l'attention de l'honorable membre sur le fait que les mesures d'éloignement prise à l'égard d'étrangers qui ne remplissent pas ou plus les conditions d'entrée ou de séjour sur le territoire belge, ne peuvent être prises que dans les conditions prévues par la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers. En outre, lorsqu'en vertu de cette loi, l'étranger peut être détenu en vue de son rapatriement, de nombreux problèmes peuvent compliquer l'exécution effective de cette mesure d'éloignement. 1. La plupart des étrangers en séjour illégal étant dépourvus de documents d'identité ou de voyage, ils ne peuvent être éloignés vers leur pays d'origine. L'Office des étrangers doit dès lors entreprendre les démarches nécessaires afin de se les procurer auprès des autorités nationales de l'étranger en question. A cette fin, la loi du 6 mai 1993 modifiant la loi du 15 décembre 1980 précitée a porté à deux mois la durée maximum de détention d'un étranger en vue de son éloignement effectif du territoire. Cela augmente considérablement les possibilités d'obtenir les documents de voyage nécessaires avant l'expiration de ce délai. En outre, afin de remédier à ce problème, des accords de réadmission ont été conclus par l'intermédiaire de l'ambassadeur à la politique de l'immigration avec la Roumanie et le Maroc. Des négociations avec d'autres pays à problèmes sont actuellement en cours. 2. L'Office des étrangers ne peut ordonner la détention d'un étranger dans l'attente de son éloignement que dans la limite des places disponibles dans les établissements pénitentiaires. Conscient du problème de la surpopulation dans les prisons, causée entre autres par la détention d'étrangers illégaux dans les centres pénitentiaires ordinaires, le conseil des ministres a approuvé, lors de sa séance du 13 novembre 1992, la création de centres d'accueil pour étrangers illégaux. Ces centres auront une capacité totale de 550 lits. En 1994, 300 places supplémentaires disponibles. seront ainsi Depuis le 1 er mars 1994, un premier centre a été ouvert à Merksplas. Dans trois mois, un deuxième centre sera ouvert à Bruges. BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) De effectieve verwijdering van vreemdelingen die zich in illegaal verblijf bevinden, vormt inderdaad de spil van mijn immigratiepolitiek. Ik zou de aandacht van het geacht lid echter willen vestigen op het feit dat de verwijderingsmaatregelen die ten opzichte van vreemdelingen, die niet of niet meer aan de binnenkomst- of verblijfsvoorwaarden op het Belgisch grondgebied voldoen, worden genomen, slechts kunnen worden genomen binnen de voorwaarden en de beperkingen die bij de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, bepaald zijn. Bovendien, wanneer een vreemdeling met het oog op zijn repatriëring kan worden opgesloten, kunnen talrijke problemen de effectieve tenuitvoerlegging van de verwijderingsmaatregel moeilijker maken. 1. De meeste vreemdelingen die zich in illegaal verblijf bevinden, zijn niet in het bezit van enige identiteits- of reisdocumenten en kunnen bijgevolg niet naar hun land van oorsprong worden verwijderd. In dat geval dient de dienst Vreemdelingenzaken de nodige stappen te doen om die bij de nationale overheden van de betrokken vreemdeling te bekomen. De wet van 6 mei 1993, houdende wijziging van de voornoemde wet van 15 december 1980, heeft te dien einde de duur van de detentie van een vreemdeling, die met het oog op zijn effectieve verwijdering werd opgesloten, op maximum twee maanden gebracht. Hierdoor wordt de mogelijkheid om de nodige reisdocumenten voor het einde van die termijn te bekomen, inderdaad aanzienlijk verhoogd. Om aan dat probleem tegemoet te komen werden er bovendien, door toedoen van de ambassadeur voor het immigratiebeleid, al met verschillende landen, waaronder Roemenië en Marokko, overnameakkoorden afgesloten. In dat verband verwijs ik tevens naar de antwoorden die ik op de talrijke vragen die hieromtrent werden gesteld, verstrekt heb. 2. De dienst Vreemdelingenzaken kan bovendien slechts opdracht geven om, in afwachting van zijn verwijdering, een vreemdeling op te sluiten voor zover er in de strafinrichtingen plaatsen beschikbaar zijn. Zich bewust van het probleem van de overbevolking in de gevangenissen, die onder meer wordt veroorzaakt door het vasthouden van illegale vreemdelingen in gewone strafinrichtingen, heeft de ministerraad, tijdens haar zitting van 13 november 1992, haar goedkeuring gehecht aan de oprichting van opvangcentra voor illegale vreemdelingen, die een totale capaciteit van 550 bedden zullen hebben. al 300 bijko- In 1994 zullen dienovereenkomstig mende plaatsen beschikbaar zijn. Op 1 maart 1994 werd het eerste centrum te Merksplas geopend. Een tweede centrum zal binnen drie maanden te Brugge worden geopend.

49 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses( ) _ (119) _ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) Fin 1995, cette capacité sera augmentée de 150 places afin d'arriver au quota prévu. Tegen eind 1995 zal die capaciteit nog eens met 150 plaatsen aangevuld zijn om het voorziene quotum te bereiken. DO Question n? 436 de M. Buisseret du 29 avril 1993 (N.): Etrangers. - Séjour illégal. - Attaque. - Arrestation. Le 1 er avril 1993, une jeune femme a été victime d'une attaque commise par deux Marocains en séjour illégal dans notre pays. L'attaque aurait été commise à la «De Coninckxplein» à Anvers. La jeune femme aurait été frappée et dépossédée de son argent et de ses cigarettes. Gravement blessée, elle a dû être hospitalisée. Les deux Marocains auraient été arrêtés le jour même et immédiatement libérés. La jeune femme est décédée le 19 avril avril des suites de ses blessures. Lorsqu'on a su que la jeune femme était décédée, les Marocains auraient à nouveau été arrêtés. 1. Cette version des faits est-elle exacte? 2. Dans l'affirmative, comment se peut-il que deux étrangers en séjour illégal dans notre pays puissent être arrêtés et libérés immédiatement après? 3. Ces étrangers avaient-ils déjà reçu un ordre d'expulsion? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre que les renseignements contenus dans sa question sont insuffisants pour me permettre d'y répondre. DO Vraag nr. 436 van de heer Buisseret van 29 april1993 (N.): Vreemdelingen. - Illegaal verblijf. - Overval. - Aanhouding. Op 1 april1993 werd een jonge vrouw het slachtoffer van een overval, gepleegd door twee Marokkanen die illegaal in ons land verblijven. De overval zou gepleegd zijn op het De Coninckxplein in Antwerpen. De jonge vrouw zou zijn neergeslagen en beroofd van het geld dat ze op zak had en haar sigaretten. Wegens de ernstige verwondingen moest zij in het ziekenhuis worden opgenomen. De twee Marokkanen zouden dezelfde dag zijn aangehouden en onmiddellijk vrijge- Iaten zijn. Op 19 april overleed de jonge vrouw in het ziekenhuis, tengevolge van de verwondingen die ze opliep tijdens de overval. Toen bekend werd dat de vrouw was overleden, zouden de Marokkanen terug zijn aangehouden. 1. Is die weergave van de feiten juist? 2. Zo ja, hoe is het mogelijk dat twee vreemdelingen die illegaal in ons land verblijven, worden aangehouden en onmiddellijk weer worden vrijgelaten? 3. Hadden die vreemdelingen al een bevel tot uitwijzing gekregen? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid mee te delen dat ik, gezien de karige inlichtingen die zijn vraag bevat, niet in de mogelijkheid verkeer die te beantwoorden. DO Question n? 594 de M. Eerdekens du 27 octobre 1993 (Fr.) : Etrangers. - CPAS. - Fraudes. La presse a fait écho aux déclarations du ministre de l'intérieur quant à la mise au point d'un système destiné à comparer les empreintes digitales des demandeurs d'asile. 1. Quelle est la date de mise en service de ce nouveau système? 2. Est-il exact, comme la presse l'annonce, que des fraudes auraient été constatées depuis son utilisation? DO Vraag nr, 594 van de heer Eerdekens van 27 oktober 1993 (Fr.) : Vreemdelingen. - OCMW. - Fraude. De pers haakte uitgebreid in op de verklaringen van de minister van Binnenlandse Zaken in verband met het uitwerken van een systeem om de vingerafdrukken van asielzoekers te checken. 1. Wanneer werd dat nieuwe systeem in gebruik genomen? 2. Klop het, zoals in de pers wordt gemeld, dat sinds de ingebruikneming ervan al diverse gevallen van fraude werden geconstateerd? 1599

50 12554 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) 3. Quelle est la nature de ces fraudes et quelles sont les nationalités des doubles, triples ou quadruples emplois ainsi constatés? 4. Quels sont généralement les CPAS victimes de ces agissements? 5. A-t-on pu identifier les filières responsables de cette situation puisqu'on ne peut imaginer que sans une filière, de telles pratiques frauduleuses soient concevables? 6. La multiplicité des recours introduits, généralement par des avocats, ne devrait-elle pas mettre en évidence une complicité objective et active de certains membres du barreau? 7. Dans ce dernier cas, les autorités judiciaires ontelles été saisies de faits éventuellement reprochables à des membres du barreau, de même que l'ordre des avocats? 8. Le Comité supérieur de contrôle a-t-il ou non été saisi de ce dossier? 9. Les CPAS victimes de fraudes ont-ils été avisés de la situation? la. Leur collaboration a-t-elle été sollicitée pour tenter de démanteler les filières? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les renseignements suivants. 1. Le matériel de dactyloscopie acquis par l'office des étrangers a été mis en service le 20 septembre Depuis la date de sa mise en service jusqu'au 29 octobre 1993, ce matériel de dactyloscopie a permis de déceler 158 cas de fraudes, sur un total de fiches d'empreintes vérifiées. 3. Ces fraudes consistent en des doubles, triples ou quadruples d'asile, introduites sous des identités ou des nationalités différentes. Les pays d'origine de ces demandeurs d'asile sont: l'inde (23,5% des demandes multiples); la Roumanie (18% des demandes multiples); le Zaïre (14% des demandes multiples); le Ghana (12% des demandes multiples); le Nigéria (11 % des demandes multiples); le Pakistan (4,5% des demandes multiples); le Bangladesh (4% des demandes multiples); le Togo (2% des demandes multiples); le Sénégal, la Côte d'ivoire, le Burkina Faso et l'angola, présentant chacun 1,5% des demandes multiples. 4. Cette question relève de la compétence de la ministre de l'intégration sociale, de la Santé publique et de l'environnement (question n 350 du 27 octobre 1994, voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n" 85, page 8150). 5. En introduisant une demande d'asile sous de multiples identités, les candidats réfugiés visent à sé- 3. Wat is de aard van die fraude, en van welke nationaliteit zijn de vreemdelingen die zich twee-, drieof zelfs viermaal, telkens onder een andere identiteit, komen aanmelden? 4. Welke OCMW's zijn het vaakst het slachtoffer van dar soort praktijken? 5. Heeft men de netwerken die achter die situatie zitten - men kan immers bezwaarlijk geloven dat dat soort oplichting mogelijk is zonder de hulp van een georganiseerd netwerk -, kunnen uiteenrafelen? 6. Wijst het buitengewoon grote aantal dossiers waarvoor, doorgaans door advocaten, beroep wordt ingesteld, niet duidelijk op een objectieve en actieve medeplichtigheid van sommige leden van de balie? 7. Werden in laatstgenoernd geval feiten die leden van de balie mogelijk ten laste kunnen worden gelegd, bij de gerechtelijke instanties en bij de Orde van advocaten aanhangig gemaakt? 8. Werd dat dossier bij het Hoog comité van toezicht aanhangig gemaakt? 9. Werden de opgelichte OCMW's over die situatie geïnformeerd?. la. Werden ze aangezocht om mee te werken aan het oprollen van de filières? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid de volgende inlichtingen te verstrekken. 1. Het dactyloscopisch materiaal dat door de dienst Vreemdelingenzaken werd aangeschaft, werd op 20 september 1993 in gebruik genomen. 2. Vanaf de datum van zijn ingebruikname tot 29 oktober 1993, heeft dit dactyloscopisch materiaal toegelaten om op een totaal aantal van gecontroleerde fiches van vingerafdrukken 158 fraudegevallen te ontdekken. 3. Het bedrog bestaat erin dat dubbele, drie- of viervoudige asielaanvragen worden ingediend telkens onder een andere identiteit of nationaliteit. De landen van oorsprong van die asielzoekers zijn: Indië (23,5% van de meervoudige aanvragen), Roemenië (18% van de meervoudige aanvragen); Zaïre (14% van de meervoudige aanvragen); Ghana (12% van de meervoudige aanvragen); - Nigeria (11 % van de meervoudige aanvragen}; - Pakistan (4,5% van de meervoudige aanvragen); Bangladesh (4% van de meervoudige aanvragen); Togo (2% van de meervoudige aanvragen); Senegal, Ivoorkust, Burkina Faso en Angola met elk 1,5% van de meervoudige aanvragen. 4. Die vraag valt onder de bevoegdheid van de minister van Maatschappelijke integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu (vraag nr. 350 van 27 oktober 1994, zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr. 85, blz. 8150). 5. Door een asielaanvraag onder verscheidene identiteiten in te dienen, beogen de kandidaat-vluchtelin-

51 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) journer plus longtemps en Belgique et à multiplier les chances de voir leur demande déclarée recevable. Mes services n'ont pas encore constaté l'organisation de filières tendant à cette situation. 6 et 7. Je ne dispose pas d'informations à ce sujet. 8. A ma connaissance, le Comité supérieur de contrôle n'a pas été saisi quant à des faits éventuellement reprochables à des membres du barreau. 9. Depuis le 1 er octobre 1993, l'office des étrangers et le commissaire général aux réfugiés et aux apatrides sont tenus d'avertir le ministère de la Santé publique dans tous les cas où une procédure d'asile est définitivement clôturée par un ordre de quitter le territoire définitif, c'est-à-dire lorsque l'éloignement ne peut plus être suspendu. Cette information est destinée à une banque de données centrale localisée au ministère de la Santé publique, qui utilisera ce fichier des demandes d'asile afin de mieux gérer les dépenses des CP AS et de lutter contre les abus à ce niveau. 10. A ce jour, la collaboration des CPAS n'a pas été requise quant au démantèlement de filières. gen langer in België te verblijven en de kansen om hun aanvraag ontvankelijk te zien verklaren, te verhogen. Mijn diensten hebben nog geen organisatie van netwerken die hierop gericht zijn, vastgesteld. 6 en 7. Ik beschik hieromtrent niet over inlichtingen. 8. Bij mijn weten werd het Hoog comité van toezicht nog niet gevat met betrekking tot eventueel wraakbare feiten die door leden van de balie zouden gesteld zijn. 9. Vanaf loktober 1993 zijn zowel de dienst Vreemdelingenzaken als de commissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen gehouden om in alle gevallen waar een asielprocedure definitief werd beéindigd door de afgifte van een definitief bevel omhet grondgebied te verlaten, met name wanneer de verwijdering niet meer kan worden opgeschort, het ministerie van Volksgezondheid te verwittigen. Die informatie is bestemd voor een centrale gegevensbank die bij het ministerie van Volksgezondheid gesitueerd is en dat van dat bestand van asielaanvragen gebruik maakt om de uitgaven van de onderscheiden OCMW's beter te beheren en om op dat niveau de misbruiken te bestrijden. 10. Tot op heden werd de medewerking van de OCMW's bij het ontmantelen van netwerken nog niet vereist. DO Question n? 645 de M. Dewinter du 22 décembre 1993 (N.) : Etrangers.- Séjour illégal. - Occupation. - Accord. Afin de pouvoir mieux lutter contre l'occupation d'étrangers en séjour illégal, vous avez proposé récemment la signature d'un protocole d'accord entre les différents services concernés. Une coordination et une concertation seraient en outre organisées entre ces services. 1. Cette coordination et cette concertation ont-elles déjà eu lieu? 2. Un protocole a-t-il déjà été signé? 3. Dans l'affirmative, quel en est le contenu? Réponse complémentaire: 1 et 2. A cet égard je me réfère à la réponse donnée à la question n 646 du 22 décembre 1993 (voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n 120). 3. L'accord de coopération pourrait comprendre les éléments suivants: le cadre socio-économique dans lequel les autorisations de travail pourraient être délivrées, en déterminant éventuellement certains contingents; DO Vraag nr. 645 van de heer Dewinter van 22 december 1993 (N.): Vreemdelingen. - Onwettig verblijf. - Tewerkstel/ing. - Akkoord. Om de tewerkstelling van illegale vreemdelingen beter te kunnen aanpakken stelde u onlangs voor een protocolakkoord te ondertekenen tussen de verschillende betrokken diensten. Tevens zouden coördinatie en overleg worden georganiseerd tussen die diensten. 1. Vonden die coördinatie en dat overleg al plaats? 2. Werd al een protocolondertekend? 3. Zo ja, wat is de inhoud van dat protocol? Aanvullend antwoord: 1 en 2. In dat verband verwijs ik naar het antwoord dar ik verstrekt heb op de vraag nr. 646 van 22 december 1993 (zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr. 120). 3. Het samenwerkingsakkoord zou de volgende elementen kunnen bevatten: het sociaal-economisch kader waarbinnen arbeidsvergunningen kunnen worden afgeleverd, met eventuele vaststelling van een bepaalde contingentering;

52 12556 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses ( ) -(119)- Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) des dispositions garantissant une application uniforme de la réglementation en matière d'autorisations de travail sur la totalité du territoire; des mesures visant une application cohérente de la réglementation en matière de permis de travail par rapport à la réglementation relative à la délivrance d'autorisations de séjour; la mise au point d'un système d'échange d'informations; la mise au point d'un système de contrôle fermé. bepalingen waarbij een eenvormige toepassing van de reglementering inzake arbeidsvergunningen over het hele grondgebied wordt verzekerd; maatregelen tot coherente toepassing van de reglementering inzake arbeidskaarten ten opzichte van reglementering inzake verblijfsvergunningen; het op punt stellen van een stelsel van informatieuitwisseling; het uitwerken van een sluitend controlesysteem. DO Question n? 652 de M. Dewinter du 22 décembre 1993 (N.) : Etrangers. - Demandeurs d'asile. - Empreintes digitales. Il a été décidé d'installer un système informatisé appelé Printrak afin de dépister les demandes d'asile doubles ou multiples. Ce système est opérationnel depuis le 20 septembre Combien de cas de demandes d'asile doubles ou multiples ont été découverts depuis le 20 septembre 1993? 2. Les procédures concernant les personnes ayant introduit des demandes doubles ou multiples ont-elles été arrêtées? 3. Ces personnes ont-elles été expulsées? Réponse: 1. Depuis la date de sa mise en service jusqu'au 31 décembre 1993, le matériel de dactyloscopie acquis par l'office des étrangers a permis de déceler 253 cas de demandes d'asile doubles ou multiples, sur un total de fiches d'empreintes vérifiées. 2 et 3. Lorsque l'office des étrangers constate l'introduction d'une demande d'asile double ou multiple, la procédure suivie varie selon les situations qui se présentent. Lorsque la première demande d'asile, introduite sous une première identité, est clôturée et qu'un demandeur d'asile refusé ne donne pas suite à l'ordre de quitter le territoire, il peut en vue de son éloignement, sur la base de l'article 27, alinéa 3, de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, être écroué et sa nouvelle demande ne sera pas prise en considération. Lorsque la première demande d'asile, introduite sous une première identité n'est pas encore clôturée, celle-ci sera poursuivie et clôturée dès que possible, et DO Vraag nr, 652 van de heer Dewinter van 22 december 1993 (N.): Vreemdelingen. - Asielzoekers. - Vingerafdrukken. Om dubbele of meervoudige asielaanvragen te ontdekken werd onlangs het Printrak-systeem geïnstalleerd dat sinds 20 september 1993 operationeel is. 1. Hoeveel gevallen van dubbele of meervoudige asielaanvraag werden sinds 20 september 1993 al ontdekt?. 2. Werd de asielprocedure van de personen die een dubbele of meervoudige asielaanvraag hadden ingediend gestopt? 3. Werden die personen die een dubbele of meervoudige asielaanvraag indienden het land uitgewezen? Antwoord: 1. Het dactyloscopisch materiaal dat door de dienst Vreemdelingenzaken werd verworven, heeft, vanaf de datum van zijn inwerkingtreding tot op 31 december 1993, toegelaten om 253 gevallen van dubbele of meervoudige asielaanvragen op een totaal van gecontroleerde fiches van vingerafdrukken te ontdekken. 2 en 3. Wanneer de dienst Vreemdelingenzaken vaststelt dat een dubbele of meervoudige asielaanvraag werd ingediend, varieert de gevolgde procedure naargelang van de situatie die zich voordoet. Wanneer de eerste asielaanvraag, die onder een eerste identiteit werd ingediend, werd beëindigd en de afgewezen asielzoeker geen gevolg gegeven heeft aan het bevel om het grondgebied te verlaten, kan hij met het oog op zijn verwijdering, op basis van artikel27, lid 3, van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, worden opgesloten en wordt zijn nieuwe asielaanvraag niet in overwegmg genomen. Wanneer de eerste asielaanvraag, die onder een eerste identiteit werd ingediend, nog niet werd beëindigd, zal die zo vlug mogelijk verder worden afgehandeld en

53 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) la ou les nouvelles demandes d'asile introduites sous d'autres identités ne seront pas prises en considération. beëindigd en zal of zullen de nieuwe aanvra(a)g(en), die onder andere identiteiten werden ingediend, niet in overweging worden genomen. DO Question n? 693 de M. Minet du 31 janvier 1994 (Fr.) : Etrangers. - Candidats réfugiés politiques.- Registre des étrangers. En principe, en début de procédure, un candidat réfugié politique obtient l'annexe 26 et est inscrit au registre des étrangers. Il dispose ainsi du droit d'obtenir les documents réclamés par les caisses d'allocations familiales et les mutuelles (document Z., certificat de résidence, composition du ménage). 1. Lorsque, par la suite, le candidat réfugié politique reçoit l'annexe 26bis (ordre de quitter le territoire), doit-il être rayé automatiquement du registre des étrangers? Ou au contraire, doit-on l'y maintenir pendant la durée de la procédure de recours, qui est suspensive et entraîne la prorogation de mois en mois de son ordre de quitter le territoire? 2. S'il doit être radié, y a-t-il une possibilité de satisfaire aux demandes des organismes précités (par exemple: certificat de type particulier, adaptation d'un certificat existant, et cetera)? 3. Par ailleurs, il semble que les réfugiés de l'ex- Yougoslavie pourraient obtenir l'annexe 3 qui leur conférerait le statut particulier de personne déplacée. En vertu de l'arrêté royal du 9 novembre 1992, ils pourraient bénéficier ipso facto de l'appui d'une mutuelle. Quels sont les documents qui peuvent être délivrés à cet effet? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les informations suivantes. 1. En application de l'article 75, 2, de l'arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, l'étranger qui n'est pas admis à séjourner en qualité de réfugié dans le Royaume, reçoit un ordre de quitter le territoire (annexe 26bis). Il est alors procédé au retrait des documents remis au moment où il s'était déclaré réfugié. Il est donc rayé du registre des étrangers. L'introduction d'un recours urgent auprès du commissaire général aux réfugiés et aux apatrides a pour effet de suspendre l'exécution de la décision contestée. Mais cela n'entraîne pas une réinscription au registre des étrangers. DO Vraag nr. 693 van de heer Minet van 31 januari 1994 (Fr.) : Vreemdelingen. - Kandidaat-politieke vluchtelingen. - Vreemdelingenregister. Bij de aanvang van de procedure ontvangt een kandidaat-politieke vluchteling in beginsel bijlage 26 en wordt hij in het vreemdelingenregister ingeschreven. Dat geeft hem het recht de door de kassen voor kinderbijslag en de ziekenfondsen geëiste documenten (document Z., bewijs van verblijfplaats, samenstelling van het gezin) te verkrijgen. 1. Wanneer de kandidaat-politieke vluchteling vervolgens bijlage 26bis ontvangt (bevel om het grondgebied te verlaten), moet hij dan automatisch uit het vreemdelingenregister worden geschrapt? Of mag hij daar niet uit worden geschrapt zolang de beroepsprocedure, die opschortend is en tot gevolg heeft dat het bevel tot het verlaten van het grondgebied telkens met een maand wordt uitgesteld, loopt? 2. Indien hij uit het register moet worden geschrapt, is er een mogelijkheid om aan de eisen van voornoemde instellingen te voldoen (bijvoorbeeld: bijzonder certificaat, aanpassing van een bestaand certificaat, enzovoort)? 3. Vluchtelingen uit voormalig Joegoslavië zouden bovendien bijlage 3 kunnen verkrijgen, die hen het bijzonder statuut van ontheemde toekent. Krachtens het koninklijk besluit van 9 november 1992 zouden zij ipso facto ziekenfondssteun kunnen genieten. Welke documenten kunnen daartoe worden uitgereikt? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid de volgende inlichtingen te verstrekken. 1. In toepassing van artikel 75, 2, van het koninklijk besluit van 8 oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, ontvangt de vreerndeling, die niet wordt toegelaten in de hoedanigheid van vluchteling in het Rijk te verblijven, een bevel om het grondgebied te verlaten (bijlage 26bis). Er wordt vervolgens overgegaan tot het intrekken van alle documenten die hem op het ogenblik dat hij zich vluchteling verklaarde werden afgegeven en hij wordt uit het vreemdelingenregister geschrapt. Het indienen van een dringend beroep bij de cornmissaris-generaal voor de vluchtelingen en de staatlozen heeft de. opschorting van de tenuitvoerlegging van de betwiste beslissing tot gevolg maar dat geeft geen aanleiding tot herinschrijving in het vreerndelingenregister.

54 12558 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) Cette réglementation reste d'application jusqu'au moment où la loi sur la création d'un «registre d'attente» sera entrée en vigueur. 2. Conformément à l'arrêté royal du 16 juillet 1992 relatif à la communication des informations reprises dans les registres de la population et dans le registre des étrangers, dès qu'une personne est rayée, l'administration communale ne peut plus délivrer de certificats ou d'extraits de registres. En effet, dans ce cas, l'administration communale n'est plus en mesure de garantir la validité des informations qu'elle serait amenée à communiquer. 3. Les ressortissants de l'ex-yougoslavie qui obtiennent le statut de personne déplacée, sont mis en possession d'une déclaration d'arrivée (annexe 3). Munis de ce document, ils peuvent obtenir le bénéfice des prestations de l'assurance maladie-invalidité (voir l'arrêté royal du 9 novembre 1992 fixant les conditions dans lesquelles les prestations de l'assurance maladie-invalidité obligatoire sont accordées aux ressortissants de l'ex-yougoslavie porteurs d'un titre de séjour provisoire). Die reglementering blijft van kracht tot op her ogenblik dat de wet houdende instelling van een «wachtregister», in werking zal zijn getreden. 2. Overeenkomstig de bepalingen van het koninklijk besluit van 16 juli 1992 betreffende het meedelen van inlichtingen die in het bevolkingsregister en in het vreemdelingenregister zijn opgenomen, mag het gemeentebestuur geen attesten en uittreksels uit de registers meer afgeven vanaf het ogenblik dat een persoon geschrapt is. Het gemeentebestuur is in dar geval inderdaad niet meer bij machte de echtheid van de inlichtingen die ze zou moeten vertsrekken, te waarborgen. 3. De onderdanen uit voormaligjoegoslavië die het statuut van ontheemde bekomen, worden in het bezit gesteld van een aankomstverklaring (bijlage 3). Dank zij dat document kunnen zij de tussenkomsten van de ziekte- en invaliditeitsverzekering genieten (zie het koninklijk besluit van 9 november 1992 tot vaststelling van de voorwaarden waaronder de verstrekkingen van de verplichte ziekte- en invaliditeitsverzekering worden toegekend aan de onderdanen van het voormalige joegoslavië die houder zijn van een titel van voorlopig verblijf). DO Question no 707 de M. De Man du 8 février 1994 (N.) : Etrangers. - Séjour illégal. - Eloignement. Le 17 janvier 1994, vous avez affirmé à la Chambre que, compte tenu du manque de place dans les prisons, les contrôles de police visant à identifier les étrangers en séjour illégal n'avaient aucun sens.vous avez également précisé qu'il était absurde d'expulser tous les (faux) réfugiés politiques dont la demande d'asile a été rejetée. 1. Ces déclarations ne sont-elles pas en contradiction avec la législation? 2. Quelles mesures prendrez-vous pour assurer le rapatriement des quelque illégaux? Ou dois-je déduire de vos déclarations que vous refusez d'appliquer la loi? Réponse: J'estime qu'une approche exclusivement répressive ne peut résoudre le problème des étrangers séjournant illégalement sur le territoire belge. Il entre dans mes intentions de mener une politique d'immigration restrictive mais humaine. Dans cette optique, il ne me semble pas opportun d'organiser des contrôles de police massifs en vue de dépister les illégaux. 1. Une telle approche n'est toutefois pas contraire à la législation en vigueur. L'article 7 de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'êta- DO Vraag nr, 707 van de heer De Man van 8 februari 1994 (N.) : Vreemdelingen. - Onwettig verblijf. - Verwijdering. Op 17 januari 1994 stelde u in de Kamer dar politiecontroles van illegalen «zinlooszijn... bij gebrek aan gevangenissen». U vond het eveneens «absurd» om de afgewezen (valse) politieke vluchtelingen allemaal uit te wijzen. 1. Is dat niet in strijd met de wetgeving? 2. Welke maatregelen neemt u om de zowat illegalen te repatriëren of moet ik uit voornoemde verklaringen besluiten dat u de wet niet wil toepassen? Antwoord : Ik ben de mening toegedaan dat men met een uitsluitend repressieve aanpak, het probleem van de illegaal op het Belgisch grondgebied verblijvende vreemdelingen niet kan oplossen. Het ligt in mijn bedoeling een restrictief maar humaan vreemdelingenbeleid te voeren. In dat kader past het mijns inziens dus niet om massale politiecontroles, om illegalen op te sporen, te organiseren. 1. Een dergelijke aanpak is echter niet in strijd met de vigerende wetgeving. Artikel 7 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het

55 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) blissement et l'éloignement des étrangers, stipule en effetque le ministre de l'intérieur ou son délégué «peuvent» faire ramener à la frontière un étranger et «peuvent» décider sa détention à cette fin, dans les cas où un ordre de quitter le territoire lui a été délivré. Dans l'esprit de cette loi, il est donc en principe donné priorité au départ volontaire. Les moyens mis en œuvre à l'appui de cette politique ont été augmentés considérablement. L'étranger qui obtempère volontairement à l'ordre de quitter le territoire peut solliciter uneaide financière et d'assistance en vue de son voyage de retour. Toutefois, une politique d'immigration ne peut être menéeavec succès sans organiser le rapatriement effectif des étrangers qui ne quittent pas volontairement le pays.tout est mis en œuvre afin d'augmenter considérablement le nombre d'éloignements. L'éloignement effectif d'illégaux - si nécessaire par la force - reste ainsi le moyen ultime pour l'exécution de la mesure d'éloignement. 2. Ne disposant d'aucune information objective à cet égard, je ne peux ni affirmer ni nier le chiffre de illégaux. A ce sujet, les mesures suivantes ont été prises: La loi du 6 mai 1993, modifiant la loi du 15 décembre 1980, a porté la durée de détention d'un étranger illégal à deux mois, ce qui augmente considérablement la possibilité d'obtenir les documents d'identité ou de voyage nécessaires avant la fin de la durée maximale de détention. Le ministre des Affaires étrangères a désigné un ambassadeur afin d'apporter une aide essentielle à la résolution de problèmes d'une dimension internationale (décision du conseil des ministres du 24 avril 1993). Une de ses priorités consiste dans la négociation d'accords avec les consulats étrangers visant la délivrance rapide de documents d'identité ou de voyage, sans lesquels il est quasiment impossible d'éloigner une personne vers son pays d'origine. L'ambassadeur à la politique d'immigration a déjà obtenu quelques résultats à ce sujet. Des centres fermés pour illégaux seront ouverts dans le courant de l'année 1994, apportant de la sorte une solution au problème de la disponibilité de places pour la détention d'étrangers illégaux. En 1994, on disposera de 300 places supplémentaires pour l'écrou d'illégaux. Fin 1995, cette capacité sera encore augmentée de 150 places. Le centre fermé 127bis, pour demandeurs d'asile qui sont en attente de la clôture de leur procédure grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwiidering van vreemdelingen, bepaalt immers dat de minister van Binnenlandse Zaken of zijn gemachtigde, zo hij het nodig acht, in de gevallen waar een bevel om het grondgebied te verlaten aan een vreemdeling wordt afgegeven, de vreemdeling naar de grens «kan» doen terugleiden en hem te dien einde «kan» opsluiten. In de geest van die wet wordt dus in principe voorrang gegeven aan een vrijwillig vertrek. De middelen ter ondersteuning van dat beleid werden sterk verhoogd. De vreemdeling die vrijwillig gevolg geeft aan een bevel om het grondgebied te verlaten, kan, voor zijn terugkeer, financiële steun en begeleiding krijgen. Toch kan een succesvol immigratiebeleid niet zonder een beleid van effectieve repatriëring van degenen die weigeren om vrijwillig te vertrekken, worden geleid. AI het mogelijke wordt gedaan om het aantal verwijderingen in bijzondere mate te verhogen. Zodoende is de effectieve verwijdering van illegalen - zonodig met de sterke hand van de wet - een uiterste middel bij de tenuitvoerlegging van de verwijderingsmaa tregel. 2. Het cijfer van illegalen kan ik noch beamen noch ontkennen aangezien hieromtrent geen objectieve gegevens bestaan, Volgende maatregelen werden dienaangaande al genomen: Bij de wet van 6 mei 1993 tot wijziging van de wet van 15 december 1980, werd de duur van opsluiting van een illegale vreemdeling verlengd van een maand tot twee maanden, wat de kans op het verkrijgen van de vereiste reis- of identiteitsdocumenten voor het aflopen van de maximumduur van opsluiting, in sterke mate verhoogt. De minister van Buitenlandse Zaken heeft een ambassadeur aangesteld om problemen met een internationale dimensie te helpen oplossen (beslissing ministerraad van 24 april 1993). Een van zijn belangrijkste opdrachten is de onderhandeling van afspraken met buitenlandse consulaten om te komen tot een snelle afgifte van reis- en identiteitsdocumenten. Zonder die documenten is het in de meeste gevallen onmogelijk om een persoon naar zijn land van herkomst terug te zenden. De ambassadeur voor het immigratiebeleid heeft ter zake al enkele successen geboekt. Gesloten centra voor illegale vreemdelingen worden in 1994 in gebruik genomen, waardoor het probleem van de beschikbaarheid van plaatsen voor opsluiting van illegale vreemdelingen in belangrijke mate zal worden opgelost. In 1994 zal men over 300 bijkomende plaatsen voor opsluiting van illegalen kunnen beschikken. Eind 1995 zal die capaciteit nogmaals met 150 plaatsen worden verhoogd, Op 9 maart 1994 werd het gesloten centrum 127 bis voor asielzoekers, die in afwachting van de

56 12560 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) d'asile, a été ouvert le 9 mars 1994, ce qui garantira l'éloignement des demandeurs d'asile dont la possibilité de reconnaissance est faible. A partir du moment où un plus grand nombre de places sera disponible pour l'écrou d'étrangers illégaux, je donnerai l'ordre de procéder à une vérification plus systématique du départ effectif des personnes ayant reçu un ordre de quitter le territoire. A cet effet, une meilleure coordination entre les services concernés (exemple Office des étrangers et services de police) sera mise au point. A cet égard, je me réfère également aux réponses données aux nombreuses questions qui ont déjà été posées à ce sujet. afhandeling van de asielprocedure zijn, in gebruik genomen, wat ook de verwijdering van asielzoekers met erg weinig kans op erkenning zal garanderen. Eenmaal wanneer er meer plaatsen voor opsluiting van illegale vreemdelingen ter beschikking zullen zijn, zal ik de opdracht geven om op een meer systematische wijze na te gaan of een persoon die een bevel om het grondgebied te verlaten ontvangen heeft, ook effectief vertrokken is. Hiervoor zal er een betere coördinatie tussen de betrokken diensten (bijvoorbeeld de dienst Vreemdelingenzaken en de politiediensten) worden uitgewerkt, In dat verband verwijs ik tevens naar de antwoorden die ik op de talrijke vragen die hieromtrent al werden gesteld, verstrekt heb. DO Question no 714 de M. Van Nieuwenhuysen du 11 février 1994 (N.) : Emploi des langues. - Organisation sur place. L'article 46 des lois coordonnées sur l'emploi des langues stipule entre autres que dans les services d'exécution dont l'activité s'étend à tout le pays, le traitement des affaires relatives à l'organisation sur place doit s'effectuer dans la langue de la commune du siège du service. Comment vos services appliquent-ils les «affaires relatives à l'organisation sur place»? Réponse: J'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les éléments suivants. Les obligations imposées par l'article 46, 2, des lois coordonnées sur l'emploi des langues en matière administrative aux services d'exécution dont l'activité s'étend à tout le pays et dont le siège est établi en dehors de Bruxelles-capitale sont les suivantes: «Pour l'organisation en service interne des affaires relatives à l'organisation du service sur place -les affaires concernant le personnel exceptées - et pour la correspondance adressée à leur sujet aux services centraux, il est fait usage de la langue de la commune du siège du service», A ma connaissance, elles n'ont pas fait l'objet de discussions parlementaires particulières, ni de développements doctrinaux; il semble également que le Conseil d'etat n'ait pas eu à produire de jurisprudence à ce sujet. Seul fut parfois souligné le souci d'homogénéité linguistique manifesté par le législateur. Les services de mon département soumis à ces obligations sont, d'une part, l'ecole royale de la protection DO Vraag nr, 714 van de heer Van Nieuwenhuysen van 11 februari 1994 (N.) : Taalgebruik. - Organisatie ter plaatse. Artikel 46 van de samengevatte taalwetten (SWT) bepaalt onder meer dat in de uitvoeringsdiensten waarvan de werkkring het hele land bestrijkt, de behandeling van de zaken die betrekking hebben op de organisatie ter plaatse moet gebeuren in de raal van de gemeente van vestiging. Hoe passen uw diensten «zaken betreffende de organisatie ter plaatse» toe? Antwoord: Ik heb de eer het geacht lid de volgende elementen mee te delen. De verplichtingen die door artikel 46, 2, van de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in de bestuurszaken aan de uitvoeringsdiensten waarvan de zetel gevestigd is buiten Brussel-hoofdstad worden opgelegd, zijn de volgende: «Voor de binnendienstbehandeling van de zaken betreffende de organisatie van de dienst ter plaatse - de zaken die het personeel zelf betreffen uitgezonderd - en voor de betrekkingen, die in verband daarmee met de centrale diensten ontstaan, wordt er gebruik gemaakt van de taal van de gemeente waar de zetel van de dienst gevestigd is». Bij mijn weten werden hieraan noch bijzondere parlementaire besprekingen noch dogmatische uiteenzettingen gewijd; tevens blijkt dar de Raad van State zich hierover nier heeft moeten uitspreken. Alleen werd soms de zorg voor taalkundige hornogeniteit die door de wetgever werd geuit, benadrukt. De diensten van mijn departement die aan die verplichtingen zijn onderworpen zijn, enerzijds de Ko-

57 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) civile basée au château de Florival, et d'autre part les centres d'accueil pour étrangers dépendant de l'office des étrangers. Quant à l'ecole royale de la protection civile, qui est située en Région wallonne, je puis communiquer à l'honorable membre que, par exemple, les contacts avecla commune du siège du service (Grez-Doiceau) et avec la Régie des bâtiments à Nivelles ont lieu en français; il en va de même pour la correspondance avec lesservices centraux au sujet de divers actes de gestion logistique et budgétaire. Quant aux centres pleinement opérationnels d'accueil pour étrangers, qui sont situés à Melsbroek, Steenokkerzeel et Merksplas (en Région flamande) et ont été intégrés à mon département depuis le mois de janvier dernier, j'ai fait vérifier si la même attitude yest observée et tel est effectivement le cas: les contacts précités, que l'on peut compléter par ceux entretenus avecla gendarmerie, les pompiers, les prisons, la Régie desvoies aériennes et les compagnies aériennes ont lieu en néerlandais. ninklijke school van de civiele bescherming die in het kasteel van Florival gevestigd is, en anderzijds de onthaalcentra voor vreemdelingen die afhangen van de dienst Vreemdelingenzaken. Wat de Koninklijke school van de civiele bescherming betreft, die in het Waalse Gewest is gelegen, kan ik het geacht lid meedelen dat, bijvoorbeeld de contacten met de gemeente van de zetel van de dienst (Graven) en met de Regie der gebouwen van Nijvel plaatshebben in het Frans; hetzelfde geldt voor de briefwisseling met de centrale diensten aangaande verschillende beheerhandelingen van logistieke en budgettaire aard. Wat de volledig operationele onthaalcentra voor vreemdelingen betreft, die te Melsbroek, Steenokkerzeel en Merksplas (in het Vlaamse Gewest) gelegen zijn en die sinds januari jongstleden in mijn departement werden geïntegreerd, heb ik laten onderzoeken of er dezelfde houding kan worden waargenomen en dat is inderdaad het geval : de voornoemde contacten, die kunnen worden aangevuld met diegene die met de rijkswacht, de brandweer, de gevangenissen, de Regie der luchtwegen en de luchtvaartmaatschappijen worden onderhouden, gebeuren in het Nederlands. DO Question n? 762 de M. Dewinter du 25 mars 1994 (N.): Etrangers. - Chili. - Terroristes. Le vendredi, le 18 mars dernier, j'ai appris par le journal radio de 8 heures que 3 terroristes chiliens ont obtenu un permis de séjourner dans notre pays. Selon le service d'information de la BRTN, il s'agit de résistants qui ont combattu contre la dictature de Pinochet. Leprésident Pinochet ayant gracié ces terroristes, ceuxci peuvent venir s'installer dans notre pays. Le service d'information de la BRTN précisait qu'en vertu d'un accord entre le Chili et notre pays, les terroristes chiliens ayant obtenu la grâce présidentielle peuvent obtenir chez nous un permis de séjour. 1. a) Cette information est-elle exacte? Notre pays et le Chili ont-ils conclu un tel accord? b) Dans la négative, avez-vous l'intention de conclure un tel accord? c) Comment se fait-il que ces trois terroristes ont déjà obtenu un permis de séjour? 2. Dans l'affirmative, un tel accord n'est-il pas contraire à la réglementation relative aux réfugiés politiques? DO Vraag nr, 762 van de heer Dewinter van 25 maart 1994 (N.): Vreemdelingen. - Chili. - Terroristen. Op vrijdag 18 maart jongstleden vernam ik via het radionieuws van 8 uur dat 3 Chileense terroristen een verblijfsvergunning kregen voor ons land. Volgens de BRTN-nieuwsdienst gaat het om verzetsstrijders die tegen de dictatuur van Pinochet streden. Aangezien president Pinochet die terroristen gratie had verleend konden zij nu naar ons land komen. De BRTN-nieuwsdienst verduidelijkte dat Chili en ons land een overeenkomst sloten waarbij Chileensè terroristen waaraan president Pinochet gratie had verleend een verblijfsvergunning voor ons land krijgen. Dat zou dus kunnen betekenen dar als president Pinochet beslist om alle terroristen in zijn land gratie te verlenen, zij allemaal een verblijfsvergunning voor ons land krijgen. 1. a) Klopt dat bericht? Hebben ons land en Chili inderdaad zo'n overeenkomst gesloten? h) Zo neen, overweegt u een dergelijke overeenkomst te sluiten met Chili? c) Zo neen, waarom werd intussen een verblijfsvergunning uitgereikt aan die drie terroristen? 2. Zo ja, is zo'n overeenkomst geen omzeiling van de bestaande wetgeving voor politieke vluchtelingen? 1600

58 12562 Chambre des Représentants de Belgique Questions et Réponses (Sa ) _ (119) _ Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers Vragen en Antwoorden (GZ ) 3. Les titulaires d'un permis de séjour doivent-ils satisfaire à des conditions supplémentaires, comme une déclaration écrite par laquelle ils s'engagent à renoncer à toute activité politique en Belgique? Ou ces étrangers, qui sont tout de même des terroristes, peuvent-ils continuer à exercer des activités politiques? 4. Ne pensez-vous pas qu'il s'agit là, pour le Chili, de se débarasser de ses propres criminels, lesquels peuvent très facilement s'installer dans notre pays? Un tel accord ne fait-il pas courir à notre pays un risque sur le plan de la sécurité publique? Réponse: 1. Les 17 et 18 mars 1994, quatre prisonniers politiques sont en effet arrivés en Belgique, (accompagnés de leurs épouses et de leurs enfants). Ils étaient tous en possession des documents requis. L'octroi d'une telle autorisation de séjour a lieu dans le cadre d'un programme humanitaire, décidé il y a plusieurs années par le conseil des ministres, afin d'offrir un soutien aux opposants chiliens qui se trouvent en détention. Le président Aylwin avait en effet décidé de libérer tous les prisonniers politiques de la dictature à l'exception, de ceux qui s'étaient rendus coupables d'homicide. Une procédure spécifique a été créée pour cette dernière catégorie de prisonniers: ils peuvent ainsi bénéficier d'une mesure de grâce à condition de quitter le Chili et de renoncer à la violence (procédure d'exil volontaire). 2. Un tel engagement ne peut être considéré comme un contournement de la législation en matière d'asile. Il s'agit en effet d'une action purement humanitaire. En général, l'organisation du transfert se fait en collaboration avec des organisations internationales s'occupant des droits de l'homme, l'accueil en Belgique étant organisé par des organisations humanitaires locales. Les autorités belges agissent en collaboration avec le gouvernement chilien actuel en vue d'apporter son appui à la politique de réconciliation nationale actuellement menée. 3. Les autorités belges examinent si les dossiers entrent dans le cadre des programmes d'accueil approuvés par le gouvernement. Aucune autre condition n'est posée à l'octroi de l'autorisation de séjour. La renonciation à la violence est une condition d'octroi de la grâce par les autorités chiliennes et non une condition d'octroi de l'autorisation de séjour. 4. Je suis d'avis que ces ex-prisonniers politiques de la dictature militaire du président Pinochet ne peuvent être considérés comme des criminels de droit commun pouvant compromettre la sécurité publique. Je déplore profondément la campagne de dénigrement menée à cet égard par certains groupes et personnes de l'extrême droite. 3. Zijn bijkomende voorwaarden gesteld waaraan de begunstigden van de verblijfsvergunning dienen te voldoen, zoals het tekenen van een verklaring waarin ze stellen af te zien van politieke activiteiten in ons land? Of kunnen die vreemdelingen, die toch terroristen zijn, politieke activiteiten blijven uitoefenenî. 4. Bent u niet van mening dat Chili zich op die wijze kan ontdoen van zijn misdadigers en dat die op een vrij eenvoudige manier naar ons land kunnen komen? Is zo'n overeenkomst geen gevaar voor de openbare veiligheid in ons eigen land? Antwoord: 1. Op 17 en 18 maart 1994 zijn er inderdaad vier politieke gevangenen met hun farnilies (echtgenoten en kinderen) naar België gekomen. Allen waren in het bezit van de vereiste documenten. De verlening van de machtiging tot verblijf situeert zich in een humanitair programma waartoe de ministerraad jaren geleden besloot, ter ondersteuning van gevangen Chileense opposanten. President Aylwin besloot alle politieke gevangenen van de dictatuur vrij te laren, met uitzondering van die die zich schuldig hebben gemaakt aan doodslag. Voor die categorie van gevangenen werd een speciale procedure toegepast: betrokkenen krijgen gratie op voorwaarde dat ze Chili verlaten voor een opvangland, na afzweren van ieder geweld (procedure van «zelfverbanning»]. 2. Dergelijke overeenkomst kan niet worden beschouwd als een omzeiling van de bestaande wetgeving inzake asiel. Het is een zuiver humanitaire actie. De organisatie van de overbrenging gebeurt in het algerneen in samenwerking met internationale organisaties voor mensenrechten; de opvangin België wordt georganiseerd door plaatselijke humanitaire organisaties. De Belgische overheden doen dat in samenwerking met de huidige Chileense regering om hiermee bij te dragen aan de politiek van nationale vezoening van de huidige regering. 3. De Belgische autoriteiten gaan na of de dossiers passen in de door de regering goedgekeurde onthaalprogramma's. Er worden geen bijkomende voorwaarden gesteld aan het verlenen van de machtiging tot verblijf. Het afzweren van ieder geweld is een voorwaarde voor het bekomen van gratie door de Chileense overheden en wordt niet vereist voor het bekomen van de verblijfsvergunning. 4. Ik ben niet van mening dar die ex-politieke gevangenen van de militaire dictatuur onder president Pinochet zomaar kunnen worden gelijkgesteld met gewone misdadigers en ze als dusdanig een bedreiging zouden betekenen voor de openbare veiligheid, Ik betreur dan ook ten zeerste de hetze die door groepen en personen van uiterst rechtse signatuur hiertegen werd ontketend.

59 DO Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119) _ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) DO Question n? 764 de M. Ghesquière du 29 mars 1994 (N.): Etrangers. - Ostende-furnes-Dixmude. 1. Combien d'immigrés résident légalement dans les arrondissements d'ostende, de Furnes et de Dixmude? 2. Quel est leur nombre par nationalité, par sexe et par commune? Réponse: En réponse à sa question, j'ai l'honneur de communiquer à l'honorable membre les renseignements suivants. 1. Dans les arrondissements d'ostende, de Furnes et de Dixmude résident au total étrangers (Dixmude : 328, Ostende: 2.988, Furnes: 1.577). 2. Vu l'étendue de cette réponse, ces renseignements seront transmises directement à l'honorable membre. Elle peut être consultée au greffe de la Chambre des Représentants (service des Questions parlementaires). Vraag nr. 764 van de heer Ghesquière van 29 maart 1994 (N.): Vreemdelingen. - Oostende-Veurne-Diksmuide. 1. Hoeveel migranten verblijven wettelijk in de arrondissementen Oostende- Veurne-Diksmuide? 2. Hoeveel zijn dat er per nationaliteit, per geslacht en per gemeente? Antwoord: In antwoord op zijn vraag, heb ik de eer het geacht lid de volgende inlichtingen te verstrekken. 1. In de arrondissementen Oostende, Veurne, Diksmuide verblijven in totaal4.873 vreemdelingen (Diksmuide: 328, Oostende: 2.988, Veurne: 1.557). 2. Gezien de omvangrijkheid van die gegevens, zullen die inlichtingen rechtstreeks aan het geacht lid worden toegestuurd. Ze liggen ter inzage bij de griffie van de Kamer van Volksvertegenwoordigers (dienst Parlementaire vragen). DO Question n? 806 de M. Van den Eynde du 18 mai 1994 (N.): Etrangers. ~ Rwanda. Lors de l'évacuation récente de nos concitoyens du Rwanda, un certain nombre de Rwandais ont été amenés chez nous. 1. Combien sont-ils? 2. Ont-ils reçu le statut de réfugié politique? 3. Est-il prévu qu'ils resteront ici définitivement? Réponse: 1. Lors de l'évacuation des ressortissants belges (opération «Silver Back»), 166 ressortissants rwandais, dont un grand nombre d'enfants, ont été ramenés dans notre pays. Une déclaration d'arrivée a été délivrée à chacun d'eux. 2 et 3. Une circulaire à Mmes et MM. les bourgmestres du Royaume concernant l'entrée et le séjour dans le royaume des ressortissants rwandais a été publiée au Moniteur belge du 22 juin Cette circulaire contient les instructions suivantes à leur égard. Un document de séjour à durée limitée est accordé à une catégorie limitée de ressortissants rwandais qui n'ont pas introduit de demande d'asile. Cette disposition - délivrance d'une déclaration d'arrivée valable trois mois - est limitée aux personnes de nationalité rwandaise se trouvant dans une des conditions suivantes: DO Vraag nr. 806 van de heer Van den Eynde van 18 mei 1994 (N.): Vreemdelingen. - Rwanda. Naar aanleiding van de recente evacuatie van Belgische staatsburgers uit Rwanda werden ook een aantal Rwandezen naar ons land gebracht, 1. Wat is hun aantal? 2. Kregen zij het statuut van politiek vluchteling? 3. Is het de bedoeling dat zij hier definitief blijven? Antwoord: 1. Bij de evacuatie van Belgische staatsburgers (operatie «Silver Back») werden 166 Rwandezen naar ons land gebracht, waaronder een groot aantal kinderen. Zij werden allen in het bezit gesteld van een aankomstverklaring. 2 en 3. In het Belgisch Staatsblad van 22 juni 1994 werd een rondzendbrief aan de mevrouwen en heren burgemeesters van het Rijk met betrekking tot de toegang tot en het verblijf in het Rijk van Rwandese onderdanen, bekendgemaakr. Die rondzendbrief bevat dienaangaande de volgende richtlijnen. Een verblijfsdocument van beperkte duur wordt toegekend aan een beperkte categorie van Rwandese onderdanen die geen asielaanvraag indienden. Die schikking - afgifte van een aankomstverklaring geldig drie maanden - wordt beperkt tot de personen van Rwandese nationaliteit die zich in de volgende situaties bevinden:

60 12564 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(Sa ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) rapatriées dans le cadre de l'action «Silver Back» et qui ont reçu, le cas échéant, un visa de transit à l'hôpital militaire; arrivées avant le 9 avril 1994 conformément à l'article 2 de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, à condition que leur séjour soit encore en règle le 9 avril 1994 ou que leur séjour ne soit pas irrégulier depuis plus de deux mois à cette date; entrées après le 9 avril 1994 avec un visa délivré par un poste consulaire ou diplomatique à condition que le visa ait été donné dans le but d'un long séjour. Pour chaque cas, l'administration communale a reçu comme instruction de l'office des étrangers de délivrer aux intéressés une déclaration d'arrivée valable trois mois. A l'échéance de cette déclaration d'arrivée et s'ils désirent poursuivre leur séjour en Belgique, ces ressortissants rwandais seront inscrit à l'intervention de l'office des étrangers au registre des étrangers et recevront un certificat d'inscription au registre des étrangers - «séjour temporaire» d'une durée de 6 mois - sur la base de l'article 13 de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers. Leur situation de séjour sera réévaluée en fonction de l'évolution des événements au Rwanda. Entretemps, quelques intéressés avaient, en effet, introduit une demande d'asile. Ces demandes ont été introduites de façon légale et seront examinées de manière individuelle par les services compétents. gerepatrieerden in het kader van de operatie «Silver Back» die, in voorkomende gevallen, een transitvisum kregen in het militair hospitaal; aankomsten voor 9 april1994 overeenkomstig het artikel2 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, op voorwaarde dat hun verblijf nog regelmatig is op 9 april 1994 of dar hun verblijf nog niet meer dan twee maanden onregelmatig is op die datum; binnenkomsten na 9 april1994 met een visum afgeleverd door een consulaire of diplomatieke post, op voorwaarde dat het visum werd afgegeven met het oog op een verblijf van langere duur. Voor elk van de gevallen heeft het gemeentebestuur instructie gekregen van de dienst Vreemdelingenzaken aan de betrokkenen een aankomstverklaring die drie maanden geldig is, af te leveren. Bij de vervaldatum van die aankomstverklaring en in geval zij hun verblijf in België wensen verder te zetten, zullen die Rwandese onderdanen worden ingeschreven door tussenkomst van de dienst Vreemdelingenzaken in het vreemdelingenregister en zullen zij een bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister ontvangen - «tijdelijk verblijf» voor een termijn van 6 maanden - ingevolge artikel 13 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. Hun verblijfssituatie zalopnieuw worden geëvalueerd in functie van de ontwikkeling van de gebeurtenissen in Rwanda. Ondertussen hebben sommige betrokkenen inderdaad een asielaanvraag ingediend. Die aanvragen zullen op de wettelijk voorgeschreven wijze en op individuele basis door de bevoegde diensten worden onderzocht. DO Question n? 807 de M. Buisseret du 18 mai 1994 (N.) : Etrangers. - Condamnation pénale. - CP AS. Le mardi3 mai, le tribunal correctionnel de Bruxelles a condamné 9 Pakistanais à des peines d'emprisonnement fermes de deux ans et à francs belges d'amende. Cinq d'entre eux, déférés devant le juge, bénéficiaient de l'aide du CPAS dans l'attente d'une décision finale concernant leur demande d'asile politique. 1. Ces cinq condamnés jouissent-ils encore du soutien du CPAS? DO Vraag nr. 807 van de heer Buisseret van 18 mei 1994 (N.) : Vreemdelingen. - Strafrechtelijke veroordeling. - OCMW. Dinsdag 3 mei veroordeelde de correctionele rechtbank van Brussel 9 Pakistani tot onvoorwaardelijke celstraffen van twee jaar en Belgische frank boete. Vijf van hen, die aangehouden voor de rechter verschenen, genoten OCMW-steun in afwachting van een definitieve beslissing over hun verzoek tot politiek asiel. 1. Genieten die vijf veroordeelden nu ook nog OCMW-steun?

61 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) 2. Obtiendront-ils encore l'asile politique ou seront-ils expulsés sans délai de notre pays? Réponse: 1. Ne disposant pas de l'identité des intéressés, mon administration se trouve dans l'impossibilité de vous fournir des renseignements concrets à leur sujet. 2. Sauf en cas d'application de l'article 52bis de la loi du 15 décembre 1980 sur l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangers, une condamnation pénale n'a aucune incidence sur le cours de la procédure d'asile. Conformément aux dispositions de cet article le ministre qui à l'accès au territoire, le séjour, l'établissement et l'éloignement des étrangersdans ses attributions peut en effet, s'il existe à l'égard d'un étranger qui demande ou a demandé la reconnaissance de la qualité de réfugié, de sérieuses raisonspermettant de le considérer comme un danger pour l'ordre public ou la sécurité nationale, selon le cas,lui refuser l'accès au territoire ou décider qu'il ne peut pas ou ne peut plus y séjourner, ni s'y établir en cettequalité. 2. Zullen zij nog politiek asiel krijgen of worden zij nu onmiddellijk het land uitgewezen? Antwoord: 1. Aangezien ik niet over de personalia van de betrokkenen beschik, verkeert mijn administratie niet in de mogelijkheid u hieromtrent enige concrete informatie te verstrekken. 2. Behalve met toepassing van artikel 52bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen, heeft een strafrechterlijke veroordeling geen enkele invloed op het verloop van de asielprocedure. Overeenkomstig de bepalingen van dat artikel, kan, indien ten aanzien van een vreemdeling, die vraagt of heeft gevraagd als vluchteling te worden erkend, ernstige redenen bestaan hem te beschouwen als een gevaar voor de openbare orde of de nationale veiligheid, de minister die de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen onder zijn bevoegdheid heeft, naar gelang van het geval, hem inderdaad de toegang tot het grondgebied weigeren of besluiten dat hij er niet meer mag verblijven of er zich niet mag vestigen in die hoedanigheid. DO Questionn? 813 de M. Van Nieuwenhuysen du 25 mai 1994 (N.): Etrangers.- UE. - Schengen. - Politique en matière d'asile. Les accords de Maastricht prévoient une politique commune en matière d'asile des Etats membres de l'union européenne. En revanche, l'article 32 des accordsde Schengen permet toujours aux Etats membres demener une politique nationale en matière d'asile. 1. Cette analyse est-elle exacte? 2. Le cas échéant, quel accord prend le pas sur l'autre? Réponse: 1. Conformément à l'article Kl du traité du 7 février1992 sur l'union européenne, la politique d'asile fait partie des questions d'intérêt commun au sujet desquelles le Conseil peut, en application de l'articlek3, arrêter des positions communes, promouvoirtoute coopération utile, adopter des actions communesou encore établir des conventions dont il recommandel'adoption par les Etats membres. L'article K9 du même traité permet, sous certaines conditions,de transférer ces compétences à la Communauté européenne et d'en faire un domaine d'action DO Vraag nr. 813 van de heer Van Nieuwenhuysen 25 mei 1994 (N.) : Vreemdelingen. - EU. - Schengen. - Asielbeleid. van Het akkoord van Maastricht voorziet in een gemeenschappelijk asielbeleid van de lidstaten van de Europese Unie. Artikel 32 van de akkoorden van Schengen daarentegen laat de lidstaten nog altijd toe een eigen, nationaal asielbeleid te voeren. 1. Klopt dat? 2. Welk akkoord heeft desgevallend voorrang? Antwoord: 1. Overeenkomstig artikel Kl van het verdrag van 7 februari 1992 over de Europese Unie, maakt het asielbeleid deel uit van de vragen van algemeen belang, omtrent dewelke de Raad, in toepassing van artikel K3, gemeenschappelijke standpunten kan innemen, alle nuttige samenwerking kan aanmoedigen, gemeenschappelijke acties kan aannemen of nog, verdragen kan opstellen waarvan het de aanneming door de lidstaten aanbeveelt. Artikel K9 van hetzelfde verdrag laat, onder bepaalde voorwaarden toe, die bevoegdheden aan de Europese Gemeenschappen over te maken en er een

62 12566 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) communautaire, géré par le Conseil en association avec la Commission et le Parlement européen. Par ailleurs, il est exact qu'aux termes de l'article 32 de la convention d'application de l'accord de Schengen du 14 juin 1985, la partie contractante responsable du traitement de la demande d'asile assure celui-ci conformément à son droit national. 2. Il n'existe toutefois aucun risque d'incompatibilité entre les deux conventions, étant donné que tant la convention d'application de l'accord de Schengen (articles 134 et 142) que le Traité sur l'union européenne (article K7) et le Traité instituant la Communauté européenne (article 100C, 7, nouveau) font prévaloir, en tout état de cause, les mesures prises au niveau communautaire. communautair actiedomein, dar door de Raad, in samenwerking met de Commissie en het Europees Parlement, wordt beheerd, van te maken. Daarenboven is het juist dat overeenkomstig de bepalingen van artikel 32 van het toepassingsakkoord van het akkoord van Schengen van 14 juni 1985, de contracterende partij, die verantwoordelijk is voor het behandelen van de asielaanvraag, dat doet overeenkomstig zijn nationale wetgeving. 2. Er bestaat echter geen enkel risico van onverenigbaarheid tussen beide akkoorden, aangezien zowel het toepassingsakkoord van het akkoord van Schengen (de artikelen 134 en 142) als het Verdrag van de Europese Unie (artikel K7) en het Oprichtingsverdrag van de Europese Gemeenschap (artikellooc, 7, nieuw) in elk geval, de maatregelen die op communautair vlak worden genomen, voorrang geven. DO Question n? 823 de M. Clerfayt du 2 juin 1994 (Fr.) : Communes. - Comptabilité. - Compte communal. -Arrêt. L'article 240 de la loi communale et les articles 78 et 79 du nouveau règlement général de la comptabilité communale (RGCC) visent l'arrêt du compte communal. Si l'article 78 précité confirme que le compte communal est, avant tout, le compte du receveur communal, les questions suivantes se posent. 1. a) Le compte communal est-il arrêté définitivement par le conseil communal ou par l'autorité de tutelle? h) Ladite autorité de tutelle peut-elle, dans le cadre des lois sur la régionalisation, soumettre le compte communal à la tutelle d'approbation? 2. Le rapport accompagnant le compte et VIse a l'article 96 de la loi communale émane-t-il du collège échevinal ou du receveur communal? 3. Le dernier alinéa de l'article 79 du nouveau RGCC impose-t-il que toutes les pièces de dépenses soient transmises à l'autorité de tutelle pour être perforées ou revêtues de la marque indélébile? 4. Le dernier alinéa de l'article 78 du nouveau RGCC précise qu'après vérification, le collège échevinal certifie que tous les actes relevant de sa compétence ont été correctement portés au compte. a) Cela signifie-t-il que les actes portés au compte ne relèvent pas tous de la compétence du collège échevinal? DO Vraag ne. 823 van de heer Clerfayt van 2 juni 1994 (Fr.) : Gemeenten. - Comptabiliteit. - Gemeentelijke rekening, - Yaststelling, Artikel 240 van de gemeentewet en de artikelen 78 en 79 van het nieuw Algemeen reglement op de gemeentelijke cornptabiliteit (ARGC) hebben betrekking op de vaststelling van de gemeenterekening. Aangezien voornoemd artikel 78 bevestigt dat de gerneenterekening in de eerste plaats de rekening is van de gerneenteontvanger, rijzen de volgende vragen: 1. a) Wordt de gemeenterekening definitief vastgesteld door de gemeenteraad of door de toezichthoudende overheid? h) Kan bedoelde toezichthoudende overheid in het kader van de wetten op de gewestvorming de gemeenterekening aan een goedkeuringstoezicht onderwerpen? 2. Gaat het in artikel 96 van de gemeentewet bedoelde verslag waarvan de rekening is vergezeld, uit van het schepencollege of van de gemeenteontvanger? 3. Betekent het laatste lid van artikel 79 van het nieuwe ARGC dar alle stukken betreffende de uitgaven van de toezichthoudende overheid moeten worden overgezonden om te worden geperforeerd of van een onuitwisbaar rnerkreken voorzien? 4. Het laatste lid van artikel 78 van het nieuwe ARGC preciseert dat, na verificatie, het schepencollege bevestigt dat alle handelingen waarvoor het bevoegd is, correct in de rekeningen zijn opgenomen. a) Wil dat zeggen dat niet alle in de rekening opgenomen handelingen tot de bevoegdheid van het schepencollege behoren?

63 Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) h) Dans l'affirmative, quels sont ces actes? _ (119)- BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) h) Zo ja, om welke handelingen gaat het? Réponse: 1. Selon le prescrit de l'article 240, t-, de la nouvelle loi communale, tel qu'il sera en vigueur le t- janvier 1995, le conseil communal procède chaque année, au cours du premier trimestre, au règlement des comptes annuels afférents à l'exercice précédent. Ceux-ci sont établis par le receveur communal qui les signe. En Région wallonne, sans préjudice de l'article 244 de la nouvelle loi communale pour ce qui concerne les communes de la région de langue allemande et la commune de Comines-Warneton, l'article 18, alinéa t-, 1, du décret du 20 juillet 1989 organisant la tutelle sur les communes, les provinces et les intercommunales de la Région wallonne, confie l'approbation des comptes à la députation permanente. C'est donc le collège exécutif provincial qui arrête définitivement les comptes annuels d'une commune, dans le cadre d'une mission de tutelle spéciale. En Région flamande, sans préjudice de l'article 244 précité de la nouvelle loi communale pour ce qui concerne les communes périphériques visées à l'article 7 des lois coordonnées sur l'emploi des langues en matière administrative ainsi que la commune de Fourons, il ressort de l'article 16 du décret du 28 avril 1993 portant réglementation, pour la Région flamande, de la tutelle administrative des comrnunes.. que le gouverneur arrête définitivement les comptes annuels des communes, sauf le recours de la commune auprès du gouvernement flamand, auquel cas les comptes sont établis par celui-ci dans les cinquante jours de la réception du recours (articles 17 et 18 du décret précité). Dans la Région de Bruxelles-capitale, l'arrêt définitif des comptes annuels de la commune constitue un acte du gouvernement de la Région de Bruxelles-capitale, par l'application conjointe de l'article 77, 9, de la loi communale du 30 mars 1836 et de l'article 56, 1 er, alinéa le" de la loi du 26 juillet 1971 organisant les agglomérations et les fédérations de communes, cette dernière disposition devant être interprétée en se référant à l'article 7, alinéa 1 er, a), de la loi spéciale du 8 août 1980 de réformes institutionnelles. 2. Le rapport visé à l'article 96 de la nouvelle loi communale est un acte du collège des bourgmestre et échevins qui en porte la responsabilité devant le conseil communal. Rien n'interdit toutefois ledit collège de se faire assister, dans l'élaboration de ce document, par le receveur communal. 3. Pour satisfaire au prescrit de l'article 79 du règlement général sur la comptabilité communale, la députation permanente doit être en possession de tous les documents relatifs à des dépenses reprises dans une Antwoord: 1. Volgens de bepaling van artikel240, 1, van de nieuwe gemeentewet, zoals het in werking zal zijn op 1 januari 1995, stelt de gemeenteraad ieder jaar, tijdens het eerste kwartaal, de jaarlijkse rekeningen van het voorgaande dienstjaar vast. Dieworden opgemaakt door de gemeentelijke ontvanger die ze ondertekent. Onverminderd artikel244 van de nieuwe gemeentewet wat betreft de gemeenten van het Duitse taalgebied en gemeente Komen-Waasten wordt in het Waalse Gewest door artikel 18, eerste lid, I", van het decreet van 20 juli 1989 houdende organisatie van het toezicht op de gemeenten, de provincies en op de intercommunales van het Waalse Gewest de goedkeuring van de rekeningen aan de bestendige deputatie toevertrouwd. Het is dus het provinciaal 'uitvoerend college dar de jaarlijkse rekeningen van een gemeente definitief vaststelt, in het kader van een opdracht van bijzonder toezicht. In het Vlaamse Gewest volgt, onverminderd het voormeld artikel 244 van de nieuwe gemeentewet wat betreft de randgemeenten bedoeld in artikel 7 van de gecoördineerde wetten op het gebruik van de talen in bestuurszaken en voor de gemeente Voeren, uit artikel16 van het decreet van 28 april 1993 houdende regeling, voor het Vlaamse Gewest van het administratief toezicht op de gemeenten, dat de gouverneur de rekeningen van de gemeenten definitief vaststelt, behalve in geval van beroep van de gemeente bij de Vlaamse regering, in welk geval de rekeningen door die laatste worden vastgesteld binnen de vijftig dagen na de ontvangst van het beroep (artikelen 17 en 18 van het voormeld decreet). In het Brusselse hoofdstedelijk Gewest vormt de definitieve vaststelling van de jaarlijkse rekeningen van de gemeente een handeling van de regering van het Brusselse hoofdstedelijk Gewest, door de gezamenlijke toepassing van artikel 77, 9, van de gemeentewet van 30 maart 1836 en van artikel56, 1, eerste lid, van de wet van 26 juli 1971 houdende organisatie van de agglomeraties en de federaties van gemeenten, waarbij die laatste bepaling moet worden geïnterpreteerd met verwijzing naar artikel 7, eerste lid, a), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming van de instellingen. 2. Het verslag waarvan sprake in artikel 96 van de nieuwe gemeentewet is een akte van het college van burgemeester en schepenen die er de verantwoordelijkheid voor draagt voor de gemeenteraad. Niets belet echter dat college zich, bij de uitwerking van dat document, te laten bijstaan door de gemeentelijke onrvanger. 3. Om te voldoen aan de bepaling van artikel 79 van het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit, moet de bestendige deputatie in het bezit zijn van alle documenten betreffende uitgaven opgenomen

64 12568 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) écriture des livres de compte. Elle doit aussi disposer des pièces comptables des exercices antérieurs, afin d'être en mesure d'effectuer d'éventuelles recherches. 4. Lorsqu'en application de l'article 78, alinéa 2, du règlement général sur la comptabilité communale, le collège des bourgmestre et échevins certifie que tous les actes relevant de sa compétence ont été correctement portés aux comptes, il faut entendre par là qu'il atteste qu'aucune recette ou dépense n'a été omise dans les comptes annuels qui comportent à la fois le compte budgétaire, le compte de résultats et le bilan. in een schriftuur van de rekeningsboeken. Zij moet ook beschikken over de boekhoudingsstukken van de voorafgaande dienstjaren om in staat te zijn eventuele opzoekingen te verrichten. 4. Wanneer, met toepassing van artikel 78, tweede lid, van het algemeen reglement op de gemeentelijke comptabiliteit, het college van burgemeester en schepenen bevestigt dat alle handelingen waarvoor het bevoegd is correct zijn opgenomen in de rekeningen, dient hieronder te worden verstaan dat het verklaart dat geen enkele ontvangst of uitgave werd weggelaten in de jaarlijkse rekeningen die tegelijk de begrotingsrekening, de resultatenrekening en de balans behelzen. DO Question n? 833 de M. Bertrand du 15 juin 1994 (Fr.) : Elections. - Listes des électeurs. - Prix. Le code électoral communal prévoit que toute personne figurant comme candidat sur un acte de présentation déposé en vue de l'élection peut obtenir un exemplaire de la liste des électeurs contre paiement du prix coûtant. Une disposition identique était en vigueur pour les élections européennes. Il semble cependant que le prix coûtant puisse varier, au sein d'une même commune, selon que la liste ait été délivrée en vue des élections européennes ou le soit dans le cadre de la campagne communale. La différence de prix peut être supérieure à 50%. Bien que le prix le plus élevé ait été demandé dans le cadre de la campagne pour les élections européennes, on ne peut expliquer cette variation par la seule différence du nombre d'exemplaires imprimés dans chaque cas. 1. Une telle situation est-elle conforme au prescrit légal? 2. Le cas échéant, comment entendez-vous mettre fin à cette distorsion? Réponse: L'article 4 de la loi électorale communale dispose que chaque parti politique peut obtenir gratuitement deux exemplaires ou copies de la liste des électeurs communaux selon les conditions prévues par cet article. Des exemplaires supplémentaires sont délivrés à la demande des partis ou des candidats contre paiement du prix coûtant fixé par le collège des bourgmestre et échevins. La fixation de ce prix relève donc de l'autonomie communale et la délibération du collège est soumise au contrôle des autorités chargées de l'exercice de la tutelle générale. Le ministre de l'intérieur ne peut que rappeler le prescrit de la loi (prix coûtant). DO Vraag nr, 833 van de heer Bertrand van 15 juni 1994 (Fr.) : Verkiezingen. - Kiezerslijsten. - Prijs. De gemeentekieswet bepaalt dat personen die als kandidaat op een met het oog op de verkiezing ingediende voordracht voorkomen, tegen betaling van de kostprijs een exemplaar van de kiezerslijst kunnen bekomen. Voor de Europese verkiezingen was een identieke bepaling van kracht. Naar verluidt schommelt de kostprijs in éénzelfde gemeente al naargelang het de lijst voor de Europese verkiezingen of de lijst voor de gemeenteraadsverkiezingen betreft. Het prijsverschil kan meer dan 50% bedragen. Hoewel de hoogste prijs werd gevraagd in het kader van de Europese verkiezingscampagne, is die prijsschommeling niet lourer te verklaren door het verschillend aantal exemplaren dat voor beide verkiezingen wordt gedrukt. 1. Is die toestand wettelijk? 2. Wat zal u er desgevallend aan doen? Antwoord : Artikel 4 van de gemeentekieswet bepaalt dar elke politieke partij gratis twee exemplaren of afschriften van de lijst van de gemeenteraadskiezers kan bekomen onder de in dat artikel bepaalde voorwaarden. Op aanvraag van de politieke partijen of de kandidaten worden bijkomende exemplaren afgegeven tegen betaling van de kostprijs bepaald door het college van burgemeester en schepenen. De bepaling van die prijs ressorteert onder de gemeentelijke autonomie en de beslissing van het college is onderworpen aan de controle van de toezichthoudende overheid. De minister van Binnenlandse Zaken kan slechts in herinnering brengen hetgeen de wet voorschrijft (kostprijs).

65 DO Chambredes Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119) - BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) DO Question no 834 de M. Van Vaerenbergh du 16 juin 1994 (N.): Elections européennes. - Hal- Vilvorde. - Bulletin de vote. - Mentions. Pour les élections européennes qui viennent d'avoir lieu, les administrations communales des communes de Hal-Vilvorde ont affiché les listes des candidats pour les collèges électoraux néerlandophone et francophone, surmontées respectivement de la mention «Collège électoral néerlandophone» et de la mention «Collège électoral francophone», Or, le bulletin de vote remis aux électeurs ne portait pas cette mention, ce qui a probablement donné lieu à quelque confusion. Prenez-vous les mesures nécessaires pour que les mentions «Collège électoral néerlandophone» et «Collège électoral francophone» soient imprimées sur les bulletins de vote également? Réponse : Le bulletin de vote utilisé lors des élections européennes du 12 juin 1994 a été arrêté par les présidents des bureaux principaux de collège respectifs, conformément à l'article 24 de la loi du 23 mars 1989 relative à l'élection du Parlement européen, tel que modifié. Des copies des modèles des bulletins de vote établis par les bureaux principaux de collège français et néerlandais ont été envoyées au président du bureau principal de la circonscription électorale de Bruxelles-Hal-Vilvorde, qui a fait imprimer les bulletins de vote nécessaire en conformité avec ces modèles. Ces bulletins de vote correspondent dès lors aux prescriptions légales. Les listes de candidats qui ont dû être affichées par les communes conformément à l'article 23 de la loi précitée, ont également été arrêtées par les bureaux principaux de collège. Ces listes de candidats font partie d'un avis émanant respectivement du collège électoral français et néerlandais, précisément afin d'éviter toute confusion chez l'électeur. Vraag nr.834 van de heer Van Vaerenbergh van 16 juni 1994 (N.) : Europese verkiezingen. - Ha lle-vilvoorde. - Stembiljet. - Vermeldingen. Bij de recente Europese verkiezingen hingen de gemeentebesturen in de gemeenten Halle-Vilvoorde de lijsten op van de kandidaten van het Nederlandstalig en het Franstalig kiescollege met bovenaan de verrnelding «Nederlandstalig kiescollege», respectievelijk «Franstalig kiescollege». Op de stembrief die aan de stemgerechtigden werd overhandigd stond die verrnelding niet. Dat heeft waarschijnlijk aanleiding gegeven tot verwarring. Neemt u maatregelen om ook op de stembrieven de vermeldingen «Nederlandstalig kiescollege. en «Franstalig kiescollege» op te nemen? Antwoord: Het stembiljet gebruikt bij de Europese verkiezingen van 12 juni 1994 is vastgesteld door de voorzitters van de respectieve collegehoofdbureaus overeenkomstig artikel 24 van de wet van 23 maart 1989 betreffende de verkiezing van het Europees Parlement, zoals gewijzigd. Afschriften van de door het Nederlandse en het Franse collegehoofdbureau opgemaakte stembiljetten zijn aan de voorzitter van het hoofdbureau van de kieskring Brussel-Halle-Vilvoorde gezonden die de nodige stembiljetten overeenkomstig die modellen heeft laten drukken. Die stembiljetten beantwoorden dan ook aan de wettelijke voorschriften. De kandidatenlijsten die de gemeenten overeenkomstig artikel23 van voormelde wet moesten aanplakken, zijn eveneens vastgesteld door de collegehoofdbureaus. Die kandidatenlijsten zijn opgenomen in een bericht uitgaande van respectievelijk het Nederlandse en het Franse kiescollege, juist om elke mogelijke verwarring bij de kiezer te verrnijden, DO Question n? 836 de Mme Dillen du 20 juin 1994 (N.) : Etrangers.- Demandeurs d'asile. - CPAS. - Service social. L'Etat a été obligé pendant longtemps de rembourser aux CPAS les frais dus pour le paiement tardif de l'assistance sociale aux demandeurs d'asile, assistance à laquelle un CPAS avait été condamné par décision judiciaire. 1. Combien de condamnations ont ainsi été prononcées au cours de ces cinq dernières années, par année et par province? DO Vraag nr, 836 van mevrouw Dillen van 20 juni 1994 (N.): Vreemdelingen. - Asielzoekers. - OCMW. - Maatschappelijke dienstverlening. Lange tijd was de Staat verplicht om aan de OCMW's de kosten terug te betalen verschuldigd voor de laattijdige betaling van de sociale steun aan asielzoekers waartoe een OCMW bij gerechtelijke beslissing werd veroordeeld. 1. Tot hoeveel veroordelingen heeft dat de jongste vijf jaar, per jaar per provincie, geleid? 1601

66 12570 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) 2. Quelles étaient les dépenses y afférentes par année? Réponse: Cette question relève de la compétence du ministre de l'intégration sociale, de la Santé publique et de l'environnement (question n? 551 du 5 septembre 1994). 2. Wat waren de uitgaven per jaar? Antwoord : Die vraag valt onder de bevoegdheid van de minister van Maatschappelijke integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu (vraag nr. 551 van 5 september 1994). DO Question n? 837 de Mme Dillen du 20 juin 1994 (N.) : Etrangers. - Demandeurs d'asile. - CPAS. - Service social. Le conseil des ministres du 21 janvier 1994 a approuvé une série de mesures relatives à la répartition des demandeurs d'asile sur l'ensemble des communes du pays. L'Etat fédéral ne remboursera les CPAS qu'à raison de 50% de l'assistance sociale accordée aux demandeurs d'asile si le lieu de résidence effectif ne correspond pas au lieu d'inscription obligatoire. 1. Comment le CPAS peut-il empêcher que le lieu de résidence effectif ne correspond pas au lieu d'inscription obligatoire? 2. La limitation ne s'applique pas si la commune démontre qu'elle a offert un logement adapté au demandeur d'asile et que ce dernier a refusé. Toutes les communes ne sont pas en mesure d'offrir un logement adapté. Quelle disposition est applicable dans ce cas? 3. Le CPAS peut accorder l'assistance sociale totalement ou partiellement en nature. Quelles mesures cette disposition vise-t-elle? Qu'entend-on précisément par «assistance en nature»? Réponse: Cette question relève de la compétence du ministre de l'intégration sociale, de la Santé publique et de l'environnement (question n 514 du 20 juin 1994) DO Vraag nr, 837 van mevrouw Dillen van 20 juni 1994 (N.) : Yreemdelingen, - Asielzoekers. - OCMW. - Maatschappelijke dienstuerlening. De ministerraad van 21 januari 1994 keurde een aantal maatregelen goed in verband met de spreiding van asielzoekers over alle gemeenten van ons land. De federale staat zal slechts 50% van de sociale steun, die is verleend aan de asielzoekers, terugbetalenaan het OCMW indien de effectieve verblijfplaats niet de verplichte inschrijvingsplaats is. 1. Hoe kan het OCMW voorkomen dat de effectieve verblijfplaats niet de verplichte inschrijvingsplaats is? 2. De beperking geldt niet indien er wordt aangetoond dat de asielzoeker een aangepast aanbod heeft gekregen en geweigerd. Niet alle gemeenten kunnen echter een aangepast aanbod geven. Welke regeling geldt in zo'n geval? 3. Het OCMW kan een deel of het geheel van de sociale steun in natura verlenen. Welke rnaatregelen vallen hieronder? Wat houdt «steun in natura» in? Antwoord : Die vraag valt onder de bevoegdheid van de minister van Maatschappelijke integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu (vraag nr. 514 van 20 juni 1994).. DO Question n? 844 de M. Cortois du 30 juin 1994 (N) : Pompiers. - Aide médicale urgente. - Formation. Nombreux sont les corps de pompiers qui assurent actuellement l'aide médicale urgente dans le cadre de la réglementation relative au service 100 (arrêté royal du 6 juillet 1964). Pour pouvoir assumer la fonction d'ambulancier, les pompiers doivent être en possession d'un brevet (auquel correspond un badge) délivré par le ministère de la Santé publique à l'issue d'un cours suivi au sein du service d'incendie et dont le programme est agréé par le département de la Santé publique. Dans la DO Vraag nr, 844 van de heer Cortois van 30 juni 1994 (N.) : Brandweer. - Dringende medische hulpverlening. - Opleiding. Momenteel verzorgen heel wat brandweerkorpsen de dringende medische hulpverlening (DMH) in het kader van de 100-reglementering (koninklijk besluit van 6 juli 1964). Om de functie van ambulancier te mogen uitoefenen, moeten brandweerlieden een brevet (badge) hebben, afgeleverd door het ministerie van Volksgezondheid, op basis van een cursus gevolgd binnen de brandweer waarvan her programma de goedkeuring heeft van het departement Volksgezond-

67 ChambredesReprésentantsdeBelgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervanVolksvertegenwoordigers VragenenAntwoorden(GZ ) pratique, les pompiers suivent le cours dans leur caserne, tout en demeurant disponibles en cas d'intervention. Le département de la Santé publique envisagerait d'étendre la formation de base en la portant de 60 à 120 heures de théorie plus 40 heures de formation pratique. Le temps consacré au recyclage passerait de 5 à 20 heures par an. Il ne s'agit certes pas d'un problème fondamental, le département de la Santé publique a apparemment l'intention de détacher progressivement la formation et le recyclagedes structures existantes du service d'incendiepour créer lui-même des centres de formation. Il est évident que notamment les cours de recyclage organisés à l'extérieur du service d'incendie compliqueront considérablement le travail des pompiers et placeront lescapitaines des pompiers devant de sérieux problèmesd'organisation. 1. Quel est votre point de vue à ce sujet? 2. Vous concertez-vous à ce propos avec votre collèguede l'intégration sociale, de la Santé publique et de l'environnement? Réponse : Pour ce qui concerne la formation des ambulanciers et les intentions à ce sujet, je demande à l'honorable membre de s'adresser directement à mon collèguede la Santé publique, de l'environnement et de l'intégration sociale, compétent en la matière (question n 546 du 31 août 1994). La décision d'augmenter le nombre d'heures de formation pour les ambulanciers exigera effectivement des efforts supplémentaires de certains membres des servicesd'incendie. Etant donné que le sauvetage de vies humaines occupe en l'occurrence une position centrale, cette formation ne peut qu'être encouragée. Mon collègue de la Santé publique, de l'environnementet de l'intégration sociale m'a fait savoir qu'une concertation aura lieu avec mon administration sur tous les problèmes qui surgiront lors de l'élaboration pratique de cette formation rénovée. heid. In de praktijk betekent dar dar de manschappen de cursus volgen in hun kazerne, maar altijd beschikbaar blijven in geval van interventie. Het departement Volksgezondheid zou nu de intentie hebben de basisopleiding op te trekken van 60 uren naar 120 uren theorie, plus 40 uren praktijk. De recyclage zou worden opgetrokken van 5 uren naar 20 uren per jaar. Dar is geen fundamenteel probleem. Maar het departement van Volksgezondheid overweegt blijkbaar om de opleiding en recyclage los te weken van de bestaande structuren binnen de brandweer, en zelf opleidingscentra op te richten. Het hoeft geen betoog dat vooral de recyclagecursussen, georganiseerd buiten de brandweerkorpsen, het optreden van de brandweer erg zullen bemoeilijken, en de brandweercommandanten met zware organisatorische problemen zullen opzadelen. 1. Wat is uw opvatting? 2. Pleegt u overleg met uw collega van Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu? Antwoord: Wat de opleiding van ambulanciers en de intenties daaromtrent betreft mag ik het geacht lid vragen zich rechtstreeks te richten tot mijn collega van Volksgezondheid, Leefmilieu en Sociale integratie, die op dat stuk bevoegd is (vraag nr. 546 van 31 augustus 1994). De beslissing om het aantal uren opleiding voor de ambulanciers op te trekken, zal inderdaad bijkomende inspanningen vergen van sommige leden van de brandweer. Daar het redden van mensenlevens hier centraal staat, kan die opleiding alleen maar worden aangemoedigd. Door mijn collega van Volksgezondheid, Leefmilieu en Sociale integratie, werd mij meegedeeld dat overleg zal worden gepleegd met mijn administratie nopens alle problemen die bij de praktische uitwerking van die vernieuwde opleiding zullen rijzen. DO Questionn? 846 de MmeDillen du 1erjuillet 1994 (N.) : Prisons.- Evasions. 1. Combien de détenus se sont échappés des prisons belgesen 1989, 1990 et 1991? 2. Pourriez-vous ventiler ces données par prison? 3. Dans combien de cas les détenus évadés ont-ils bénéficiéd'une aide extérieure? Dans combien de cas Jespersonnes ayant fourni cette aide ont-elles été arrêtéeset condamnées? 4. Combien de détenus évadés ont été repris? Dans queldélai l'ont-ils été? DO Vraag nr, 846 van mevrouw Dillen van 1 juli 1994 (N.): Gevangenissen. - Ontsnappingen. 1. Hoeveel gedetineerden zijn in 1989, 1990 en 1991 uit de Belgische gevangenissen ontsnapt? 2. Om welke gevangenissen ging het en hoeveel ontsnappingen waren er per gevangenis? 3. In hoeveel gevallen hebben de ontsnapte gedetineerden hulp van buiten gekregen en in hoeveel gevallen werd de hiervoor verantwoordelijke persoon gevat en gestraft? 4. Hoeveel ontvluchte gevangenen zijn achteraf opnieuw gevat, en binnen welke termijn?

68 12572 Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden (GZ ) 5. Combien de personnes n'ont pas subi de condamnation en vertu de l'ancien article 335, deuxième alinéa, du Code pénal? Réponse: Vos questions relevant de la compétence du ministre de la Justice, je vous renvoie aux réponses qu'il vous a fournies (voir question n 196 du 30 octobre 1992, voir bulletin des Questions et Réponses, Chambre, , n 111, page 11597). 5. Hoeveel personen zijn op grond van het vroegere artikel 335, tweede lid, van het Strafwetboek, niet gestraft? Antwoord : Gezien uw vragen onder de bevoegdheid van de minister van Justitie vallen verwijs ik u naar de antwoorden die hij u ter zake heeft bezorgd (vraag nr: 196 van 30 oktober 1992, zie bulletin van Vragen en Antwoorden, Kamer, , nr.tl l, blz ). DO Question n? 854 de M. Van der Poorten du 15 juillet 1994 (N.): Fonction publique. - Absence pour convenances personnelles. Un fonctionnaire accompagne son épouse chez le gynécologue à l'hôpital. Il présente une attestation pour une absence d'une journée, où le gynécologue déclare que sa présence était requise. Peut-on appliquer, dans ce cas, l'article 6bis de l'arrêté royal du 1er juin 1964 relatif à certains congés accordés à des agents des administrations de l'etat et à l'absence pour convenances personnelles? Réponse: L'article 6bis de l'arrêté royal du 1erjuin 1964 relatif à certains congés accordés à des agents des administrations de l'etat et aux absences pour convenance personnelle dispose qu'il peut être accordé aux agents des congés exceptionnels pour cause de force majeure résultant de la maladie ou d'un accident survenu à une des personnes suivantes habitant sous le même toit que l'agent: le conjoint, la personne avec laquelle il vit maritalement, un parent, un allié, une personne accueillie en vue de son adoption ou de l'exercice d'une tutelle officieuse. Une attestation médicale témoigne de la nécessité de la présence de l'agent à son foyer. L'emploi du mot «peut», permet de déduire que les congés exceptionnels ne constituent pas un droit. Il n'y a, dans le chef de l'administration, pas d'obligation de les accorder. Selon une jurisprudence constante de la Fonction publique, il faut concevoir le terme «foyer» de manière restrictive. Le congé a en effet été introduit pour permettre à l'agent de donner les premiers soins au foyer en attendant une aide extérieure ou une admission à l'hôpital et ne peut dès lors pas être accordé pour donner à un agent la possibilité d'accompagner une des personnes précitées à l'hôpital pour un examen. DO Vraag nr, 854 van de heer Van der Poorten van 15 juli 1994 (N.): Ambtenarenzaken. - Afwezigheid wegens persoonlijke aangelegenheden. Een ambtenaar vergezelt zijn echtgenote naar een gynaecoloog in een ziekenhuis voor een onderzoek. Hij legt een arrest voor van afwezigheid voor één dag waarop de gynaecoloog verklaart dat zijn aanwezigheid is vereist. Kan en mag in dit geval artikel 6bis van het koninklijk besluit van 1 juni 1964 betreffende sommige verloven toegestaan aan personeelsleden van de rijksbesturen en betreffende de afwezigheid wegens persoonlijke aangelegenheid, worden toegepast? Antwoord: Artikel 6bis van het koninklijk besluit van 1 juni 1964 betreffende sommige verloven toegestaan aan personeelsleden van de rijksbesturen en betreffende de afwezigheden wegens persoonlijke aangelegenheid, stelt dat aan de ambtenaren uitzonderlijk verlof kan worden toegestaan wegens overmacht die het gevolg is van de ziekte of van een ongeval overkomen aan de volgende, met de ambtenaar onder hetzelfde dak wonende personen: de echtgenoot, de persoon met wie hij samenleeft, een bloed- of aanverwant, een persoon opgenomen met het oog op zijn adoptie of met het oog op de uitoefening van een pleegvoogdij. De noodzaak van de aanwezigheid thuis wordt bewezen aan de hand van een doktersattest. Uit het gebruik van het woord «kan» blijkt dat het uitzonderlijk verlof geen recht is. Er is dus, in hoofde van het bestuur, geen verplichting om het toe te staan, Volgens een vaste rechtspraak van het Openbaar Ambt moet de term «thuis» restrictief worden opgevat. Het verlof werd inderdaad ingevoerd om de ambrenaar in staat te stellen thuis de eerste zorgen toe te dienen in afwachting van hulp van buitenshuis of opname in een ziekenhuis en kan dan ook niet worden toegestaan om een ambtenaar de mogelijkheid te bieden orn een van de voormelde personen te vergezellen naar een ziekenhuis voor een onderzoek.

69 DO Chambre des Représentantsde Belgique Questionset Réponses(SO ) _ (119)_ BelgischeKamervan Volksvertegenwoordigers Vragenen Antwoorden(GZ ) DO Question n? 860 de M.Annemans du 2 août 1994 (N.): Discrimination des femmes. - Groupement turc. Lors du congrès du groupement turc Görus, les femmes ont été ouvertement discriminées. Les milliers de participants à ce congrès furent obligés d'emprunter, sur la voie publique, des chemins séparés pour permettre aux hommes de pénétrer dans le bâtiment par l'entrée principale alors que les femmes devaient y accéder par une sinistre sortie de secours située à l'arrière. 1. Etes-vous au courant de cette discrimination publique? 2. Des mesures ont-elles été envisagées afin d'éviter que de telles pratiques ne se répètent à l'avenir? Réponse: Le ministre de l'intérieur doit veiller à ce que soient assurés l'ordre public et la sécurité de la population. Les faits que vous mentionnez ne concernent ni l'ordre public, ni la sécurité. Il ne m'appartient donc pas, en dehors de ce cadre, de prendre des mesures pour réglementer l'accès aux bâtiments ou les déplacements de la population. Vraag nr. 860 van de heer Annemans van 2 augustus 1994 (N.) : Discriminatie van vrouwen. - Turkse groepering. Tijdens het congres van de Turkse groepering Milli Görüs werden de vrouwen openlijk gediscrimineerd. De tienduizenden bezoekers van dat congres moesten immers op de openbare weg worden «gescheiden» om het mogelijk te maken dat de mannen door de vooringang en de vrouwen door een groezelige achterin gelegen nooduitgang zouden binnengaan. 1. Bent u op de hoogte van die publieke discriminatie? 2. Werden maatregelen overwogen om dat in de toekomst te vermijden? Antwoord : De minister van Binnenlandse Zaken dient te waken over de handhaving van de openbare orde en de veiligheid van de bevolking. De feiten die u aanhaalt, hebben noch betrekking op de openbare orde, noch op de veiligheid. Het is dan ook mijn taak niet orn, buiten dat kader, maatregelen te nernen, die de toegang tot gebouwen of de verplaatsingen van de bevolking regelen. Ministre pour l'intégration sociale, la Santé publique et l'environnement Minister voor Maatschappelijke Integratie, Volksgezondheid en Leefmilieu DO Question n? 526 de M. Hazette du 5 juillet 1994 (Fr.) : Test HIV. Les associations d'aide aux séropositifs et malades du sida s'inquiètent de l'expansion de tests pratiqués à l'insu des malades ainsi qu'à propos de la manière dont sont ou ne sont pas communiqués les résultats des dits tests. 1. a) Une banque nominative des séropositifs et/ou malades existe-t-elle? b) Si oui, que recouvre la notion d'anonymat? c) Si oui, à qui et à quoi servent ces données? 2. a) Le test HIV se pratique-t-il à l'insu et ou en batterie? DO Vraag nr, 526 van de heer Hazette van 5 juli 1994 (Fr.) : HIV-test. De verenigingen voor hulp aan seropositieven en aidslijders maken zich zorgen over het toenemend aantal tests die zonder het medeweten van de zieken worden uitgevoerd, alsook over de manier waarop de resultaten van die tests al dan niet worden meegedeeld. 1. a) Bestaat er een databank met de namen van de seropositieven en/of zieken? b) Zo ja, wat wordt onder «anonimiteit» verstaan? c) Zo ja, wie gebruikt die gegevens, en waarvoor dienen ze? 2. a) Wordt de HiV-test zonder het medeweten van de patiënt en/of als onderdeel van een reeks tests uitgevoerd?

Réponses. Questions. Yragen. Antwoorden N. 101 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZIITING (*)

Réponses. Questions. Yragen. Antwoorden N. 101 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZIITING (*) N. 101 10185 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZIITING 1993-1994 (*) 11 AVRIL 1994 11 APRIL 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

de heer 1 M. Caubergs, Mevr. 1 Mme Dillen. de heren f MM. Olaerts, Van Vaerenbergh.

de heer 1 M. Caubergs, Mevr. 1 Mme Dillen. de heren f MM. Olaerts, Van Vaerenbergh. - 8 / 3-91 / 92 (B.Z.) Belgische Kamer van Volksvertegenw -rdigers - 8 / 3-91 / 92 (S.E.) Chambre des Représentants de Belgique GEWONE ZITTING 1992-]993 ("') SESSION ORrINAlRE 1992-1993 (*) COMMISSIES

Nadere informatie

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

22490 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 22490 BELGISCH STAATSBLAD 04.04.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2016/00214] Omzendbrief van 23 maart 2016 tot wijziging van de omzendbrief van 21 juni 2007 betreffende

Nadere informatie

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 61190 BELGISCH STAATSBLAD 12.09.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2016/11363] 1 SEPTEMBER 2016. Koninklijk besluit tot goedkeuring van het zesde beheerscontract

Nadere informatie

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION

KONINKRIJK BELGIË ROYAUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION KONINKRIJK BELGIË FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FÉDÉRAL PERSONNEL ET ORGANISATION Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

61190 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 61190 BELGISCH STAATSBLAD 12.09.2016 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST ECONOMIE, K.M.O., MIDDENSTAND EN ENERGIE [C 2016/11363] 1 SEPTEMBER 2016. Koninklijk besluit tot goedkeuring van het zesde beheerscontract

Nadere informatie

Vragen. Antwoorden. Questions. Réponses N, 142 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

Vragen. Antwoorden. Questions. Réponses N, 142 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS N, 142 15083 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 «0) 27 FEBRUARI 1995 27 FEVRIER 1995 Vragen en Antwoorden

Nadere informatie

1. -COMMISSION DES AFFAIRES SOCIALES - COMMISSIE VOOR DE SOCIALE ZAKEN

1. -COMMISSION DES AFFAIRES SOCIALES - COMMISSIE VOOR DE SOCIALE ZAKEN - 8 / 6-91 / 92 (S.E.) Chambre des Représentants de Beh!;lUe - 8 / 6-91 /92 (B.Z.) Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZITIING 1993-1994 (*1 COMMISSIONS ET

Nadere informatie

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

35968 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 35968 MONITEUR BELGE 07.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD CHAPITRE V. Dispositions abrogatoires et finales Art. 15. Dans la deuxième colonne de l annexe 3 PJPol, les mots «Inspecteur général et Inspecteur général

Nadere informatie

Integraal verslag van de interpellaties en mondelinge vragen. Compte rendu intégral des interpellations et des questions orales

Integraal verslag van de interpellaties en mondelinge vragen. Compte rendu intégral des interpellations et des questions orales I.V. COM (2014-201) Nr. 70 C.R.I. COM (2014-201) N 70 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK PARLEMENT PARLEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES-CAPITALE Integraal verslag van de interpellaties en mondelinge vragen Compte

Nadere informatie

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER

ALBERT ALBERT BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER BELGISCH STAATSBLAD 09.05.2012 MONITEUR BELGE 27295 FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER N. 2012 1310 [C 2012/14127] 22 APRIL 2012. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit

Nadere informatie

Publicatie BS : Publication M.B. :

Publicatie BS : Publication M.B. : kb04.03.2008.doc 4 MAART 2008 - Koninklijk besluit tot uitvoering van artikel 19, tweede lid, van het koninklijk besluit van 28 september 1984 tot uitvoering van de wet van 19 december 1974 tot regeling

Nadere informatie

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale

Formeel advies van de Planningscommissie Medisch aanbod. Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale Avis formel de la Commission de planification de l offre médicale Conformément à l article 35novies, de l'arrêté royal n 78 du 10 novembre 1967 relatif à l'exercice des professions de santé et à l arrêté

Nadere informatie

1. - COMMISSION DES AFFAIRES SOCIALES- COMMISSIE VOOR DE SOCIALE ZAKEN

1. - COMMISSION DES AFFAIRES SOCIALES- COMMISSIE VOOR DE SOCIALE ZAKEN - 8 / 1-91 / 92 (S.E.) Chambre des Représentants de Belgique - 8 / 1-91 /92 (B.Z.) Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers SESSION EXTRAORDINAIRE 199î-1992 (*) BUITENGEWONE ZITTING 1991-1992 (*) COMMISSIONS

Nadere informatie

Antwoorden. Questions. Vragen. Réponses N. 109 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Antwoorden. Questions. Vragen. Réponses N. 109 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE N. 109 11253 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZITTING 1993-1994 (*) 13 JUIN 1994 13 JUNI 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 80072 BELGISCH STAATSBLAD 15.10.2014 MONITEUR BELGE GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE FLAMANDE

Nadere informatie

Antwoorden. Vragen. Questions N. 138 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*)

Antwoorden. Vragen. Questions N. 138 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) N. 138 14565 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 (*) 30 JANUARI 1995 30 JANVIER 1995 Vragen en Questions

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS

FEDERALE OVERHEIDSDIENST MOBILITEIT EN VERVOER SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS ROYAUME DE BELGIQUE SERVICE PUBLIC FEDERAL MOBILITE ET TRANSPORTS Arrêté ministériel déterminant les marchandises dangereuses visées par l article 48 bis 2 de l arrêté royal du 1 er décembre 1975 portant

Nadere informatie

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP

Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers / 1-96 / 97 WETSONTWERP - 737 / 1-96 / 97 Chambre des Représentants de Belgique - 737 / 1-96 / 97 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers SESSION ORDINAIRE 1996-1997 (*) 31 OKTOBER 1996 GEWONE ZITTING 1996-1997 (*) 31 OKTOBER

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1725/006 DOC 54 1725/006 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 10 januari 2017 10 janvier 2017 VOORSTEL VAN RESOLUTIE waarbij wordt gevraagd de preventie

Nadere informatie

- 1173 / 1-96 / 97. Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers WETSONTWERP

- 1173 / 1-96 / 97. Chambre des Représentants de Belgique. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers WETSONTWERP - 1173 / 1-96 / 97 Chambre des Représentants de Belgique - 1173 / 1-96 / 97 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers SESSION ORDINAIRE 1996-1997 (~) 9 SEPTEMBRE 1997 GEWONE ZITTING 1996-1997 (~) 9 SEPTEMBER

Nadere informatie

Vragen. Antwoorden. Questions. Réponses N. 145 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

Vragen. Antwoorden. Questions. Réponses N. 145 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS N. 145 15467 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 (*) 20 MAART 1995 20 MARS 1995 Vragen en Antwoorden

Nadere informatie

Vragen. Questions. Réponses. Antwoorden N. 94 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Vragen. Questions. Réponses. Antwoorden N. 94 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE N. 94 9137 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZIITING 1993-1994 (*) 14 FEVRIER 1994 14 FEBRUARI 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst Budget en Beheerscontrole Service Public Fédéral Budget et Contrôle de la Gestion

Federale Overheidsdienst Budget en Beheerscontrole Service Public Fédéral Budget et Contrôle de la Gestion Federale Overheidsdienst Budget en Beheerscontrole Service Public Fédéral Budget et Contrôle de la Gestion De minister van Begroting - La Ministre du Budget Antwoord op de parlementaire vraag nr. 179 (Begroting)

Nadere informatie

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE

75410 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 4 MONITEUR BELGE 75410 BELGISCH STAATSBLAD 28.12.2006 Ed. 4 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2006 5305 [C 2006/10029] 21 DECEMBER 2006. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van

Nadere informatie

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE

13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE 13286 BELGISCH STAATSBLAD 09.03.2004 Ed. 2 MONITEUR BELGE PROGRAMMATORISCHE FEDERALE OVERHEIDSDIENST WETENSCHAPSBELEID N. 2004 842 [C 2004/21028] 13 FEBRUARI 2004. Ministerieel besluit tot vastlegging

Nadere informatie

49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE

49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE 49188 BELGISCH STAATSBLAD 22.09.2008 MONITEUR BELGE Art. 3. Artikel 15 van hetzelfde besluit wordt vervangen als volgt : «Art. 15. De subsidies die ten bate van het Nationaal Geografisch Instituut zijn

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 04.06.2014 MONITEUR BELGE 42651 FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2014/22260] 14 MEI 2014. Ministerieel besluit tot vaststelling van de modellen van de inlichtingenformulieren

Nadere informatie

Questions. Réponses. Âll1ltw 00 rd en N. 97 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Questions. Réponses. Âll1ltw 00 rd en N. 97 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE N. 97 9577 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (") GEWONE ZITTING 1993-1994 ("'J 7 MARS 1994 7 MAART 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008

Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008 Barema's op 01/09/2008 Barèmes au 01/09/2008 SPILINDEX 110,51 INDICE-PIVOT 110,51 Tegemoetkomingen aan personen met een handicap Allocations aux personnes handicapées (Jaarbedragen) (Montants annuels)

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 76315 Art. 4. Les dispositions de l article 8/3, 1 er, de la loi du 12 avril 1965 relative au transport de produits gazeux et autres par canalisations, qui étaient d application préalablement à l entrée

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. met betrekking tot het Belgische ontwikkelingsbeleid. relatif à la politique belge de développement

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. met betrekking tot het Belgische ontwikkelingsbeleid. relatif à la politique belge de développement DOC 54 3423/004 DOC 54 3423/004 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 24 januari 2019 24 janvier 2019 WETSONTWERP met betrekking tot het Belgische ontwikkelingsbeleid

Nadere informatie

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE

39150 BELGISCH STAATSBLAD Ed. 2 MONITEUR BELGE 39150 BELGISCH STAATSBLAD 14.05.2014 Ed. 2 MONITEUR BELGE Op de voordracht van de Minister van Werk, Hebben Wij besloten en besluiten Wij : Artikel 1. Dit besluit is van toepassing op de werkgevers en

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 1726/002 DOC 54 1726/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 12 april 2016 12 avril 2016 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 15 december 1980 betreffende

Nadere informatie

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

PHILIPPE FILIP BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 16.05.2018 MONITEUR BELGE 40503 FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN [C 2018/11917] 23 APRIL 2018. Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake het uniform

Nadere informatie

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

36930 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 36930 MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2013/03159] 29 MAI 2013. Arrêté royal portant approbation du règlement du 12 février 2013 de l Autorité des services

Nadere informatie

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN 20-11-2014 NOTA AAN HET GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN Betreft: Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 11 juli 2003 tot uitvoering, voor de overheidsdiensten

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN DOC 50 1871/004 DOC 50 1871/004 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 22 januari 2003 22 janvier 2003 WETSONTWERP tot vaststelling van de algemene bepalingen die gelden

Nadere informatie

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

57936 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 57936 MONITEUR BELGE 15.09.2015 BELGISCH STAATSBLAD Les propositions sont introduites auprès du Ministre-Président du Gouvernement flamand et comprennent au moins les données suivantes : 1 les prénoms

Nadere informatie

Antwoorden. Vragen N.126 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE (*)

Antwoorden. Vragen N.126 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE (*) N.126 13139 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 (*) 24 OKTOBER 1994 24 OCTOBRE 1994 Vragen en et Antwoorden

Nadere informatie

COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 24 JUIN 1999 RELATIVE A LA FORMATION ET A L'EMPLOI DES TRAVAILLEURS

COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 24 JUIN 1999 RELATIVE A LA FORMATION ET A L'EMPLOI DES TRAVAILLEURS COMMISSION PARITAIRE DES GRANDS MAGASINS CONVENTION COLLECTIVE DE TRAVAIL DU 24 JUIN 1999 RELATIVE A LA FORMATION ET A L'EMPLOI DES TRAVAILLEURS CHAPITRE I - CHAMP Article 1 - La présente convention collective

Nadere informatie

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

21396 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 21396 BELGISCH STAATSBLAD 13.03.2014 MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID [C 2014/22060] SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2014/22060] 21 FEBRUARI 2014. Koninklijk besluit

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 13.06.2013 BELGISCH STAATSBLAD 36987 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2013/03172] 29 MAI 2013. Arrêté royal portant approbation du règlement du 12 février 2013 de l Autorité des services

Nadere informatie

Questions. Vragen. Antwoorden. J&epODSeS N,134 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS

Questions. Vragen. Antwoorden. J&epODSeS N,134 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS N,134 13965 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 (*) 27 DECEMBER 1994 27 DECEMBRE 1994 Vragen en Antwoorden

Nadere informatie

Questions. Réponses. Antwoorden. Vragen N. 146 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS (GZ) (SO)

Questions. Réponses. Antwoorden. Vragen N. 146 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS (GZ) (SO) N. 146 15613 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 n SESSION ORDINAIRE 1994-1995 (*) 27 MAART 1995 27 MARS 1995 Vragen en Antwoorden

Nadere informatie

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN MONITEUR BELGE 10.02.2015 BELGISCH STAATSBLAD 11523 LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN

Nadere informatie

Réponses. Antwuorden. Vragen N. 95 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1993-1994 (,.

Réponses. Antwuorden. Vragen N. 95 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1993-1994 (,. N. 95 9265 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 n GEWONE ZITTING 1993-1994 (,.) 21 FEVRIER 1994 21 FEBRUARI 1994 Vragen et Réponses

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 30.12.2013 BELGISCH STAATSBLAD 103249 SERVICE PUBLIC FEDERAL SECURITE SOCIALE [C 2013/22606] 21 DECEMBRE 2013. Arrêté royal modifiant l arrêté royal du 18 mars 1971 instituant un régime

Nadere informatie

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

36152 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 36152 BELGISCH STAATSBLAD 14.06.2016 MONITEUR BELGE BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2016/31426] 2 JUNI 2016. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende wijziging van de prijzen voor het

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 101 INHOUD SOMMAIRE. 710 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2320/005 DOC 54 2320/005 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 28 maart 2017 28 mars 2017 WETSONTWERP tot oprichting van het War Heritage Institute en

Nadere informatie

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

7172 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 7172 MONITEUR BELGE 24.02.2005 BELGISCH STAATSBLAD Vu les lois sur le Conseil d Etat, coordonnées le 12 janvier 1973, notamment l article 3, 1 er, remplacé par la loi du 4 juillet 1989 et modifié par la

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Gratis tel. nummer : N. 74. Numéro tél. gratuit : INHOUD SOMMAIRE. 104 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische zorg DOC 54 0413/004 DOC 54 0413/004 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 18 mei 2016 18 mai 2016 VOORSTEL VAN RESOLUTIE over een betere tegemoetkoming voor de orthodontische

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. betreffende het Belgisch Fonds voor de Voedselzekerheid

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS. betreffende het Belgisch Fonds voor de Voedselzekerheid DOC 54 2171/002 DOC 54 2171/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 24 januari 2017 24 janvier 2017 VOORSTEL VAN RESOLUTIE betreffende het Belgisch Fonds voor

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION

FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION ROYAUME DE BELGIQUE KONINKRIJK BELGIE SERVICE PUBLIC FEDERAL PERSONNEL ET ORGANISATION FEDERALE OVERHEIDSDIENST PERSONEEL EN ORGANISATIE Arrêté royal modifiant les arrêtés royaux du 16 novembre 2006 relatif

Nadere informatie

}Réponses. VrageJl1l N. 100 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITIING (*)

}Réponses. VrageJl1l N. 100 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITIING (*) N. 100 10009 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZITIING 1993-1994 (*) 28 MARS 1994 28 MAART 1994 VrageJl1l et en }Réponses

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 07.09.2005 BELGISCH STAATSBLAD 39161 Si, dans les douze mois à compter de cette date, cet arrêté n est pas confirmé par une ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles- Capitale, il

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN TEKST AANGENOMEN IN PLENAIRE VERGADERING EN AAN DE KONING TER BEKRACHTIGING VOORGELEGD

BELGISCHE KAMER VAN TEKST AANGENOMEN IN PLENAIRE VERGADERING EN AAN DE KONING TER BEKRACHTIGING VOORGELEGD DOC 54 2668/005 DOC 54 2668/005 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 9 november 2017 9 novembre 2017 WETSONTWERP tot wijziging van het Wetboek van de Belasting over

Nadere informatie

Vragen. Antwoorden N.135 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS (GZ) (SO)

Vragen. Antwoorden N.135 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS (GZ) (SO) N.135 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 14077 GEWONE ZITTING 1994-1995 ("') SESSION ORDINAIRE 1994-1995 ("') 9 JANUARI 1995 9 JANVIER 1995 Vragen en et Antwoorden

Nadere informatie

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs;

38 heures pour les entreprises qui occupent moins que 50 travailleurs; BLANCHISSERIES - C.C.T. : DUREE DU TRAVAIL - DUREE DU C.C.T. du 07.02.1991 (A.R. 17.06.1992 - M.B. 01.08.1992) C.C.T. du (A.R. - M.B. 16.06.1994), modifiée par C.C.T. du 16.03.1995 (A.R. 19.09.1995 - M.B.

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE 48001 N. 2010 2506 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35508] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 19 juli 2007 betreffende de modulaire structuur

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : 0800-98 809 Gratis tel. nummer : 0800-98 809. 104 pages/bladzijden. www.staatsblad.

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : 0800-98 809 Gratis tel. nummer : 0800-98 809. 104 pages/bladzijden. www.staatsblad. MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD Publication conforme aux articles 472 à 478 de la loi-programme du 24 décembre 2002, modifiés par les articles 4 à 8 de la loi portant des dispositions diverses du 20

Nadere informatie

Antwoorden. Questions. Vragen N.143 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE ("-)

Antwoorden. Questions. Vragen N.143 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE (-) N.143 15221 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING 1994-1995 (*) SESSION ORDINAIRE 1994-1995 ("-) 6 MAART 1995 6 MARS 1995 Vragen en Questions

Nadere informatie

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN

RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING. Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN ZIEKENFONDSEN RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING Openbare instelling opgericht bij de wet van 9 augustus 1963 Tervurenlaan 211-1150 Brussel Dienst Geneeskundige Verzorging NATIONALE COMMISSIE ARTSEN

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 08.01.2010 Ed. 2 MONITEUR BELGE 731 MINISTERIE VAN HET BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST N. 2010 45 [C 2010/31002] 17 DECEMBER 2009. Besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering tot

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 28893 FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE N. 2008 1822 [C 2008/09406] 2 JUNI 2008. Ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst met punten voor prestaties verricht door advocaten belast met gedeeltelijk

Nadere informatie

NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN

NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN Brussel, 20 oktober 2015 NOTA AAN DE GEMEENSCHAPPELIJK COMITE VOOR ALLE OVERHEIDSDIENSTEN BETREFT: voorontwerp van wet tot wijziging van de wet van 14 december 2000 tot vaststelling van sommige aspecten

Nadere informatie

Arrêté royal moclifiant l 'arrêté royal du 27 mai 2014 relatif à la mise sur Ie marché des substances manufacturées à l'état nanoparticulaire

Arrêté royal moclifiant l 'arrêté royal du 27 mai 2014 relatif à la mise sur Ie marché des substances manufacturées à l'état nanoparticulaire ONTWERP KONINKRIJK BELGIE PROJET ROY AUME DE BELGIQUE FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE

Nadere informatie

MONITEUR BELGE 23.12.2011 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD. Par le Roi : Le Secrétaire d Etat au Budget, M. WATHELET

MONITEUR BELGE 23.12.2011 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD. Par le Roi : Le Secrétaire d Etat au Budget, M. WATHELET MONITEUR BELGE 23.12.2011 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 80387 Sur la proposition de Notre Secrétaire d Etat au Budget, Nous avons arrêté et arrêtons : Article 1 er. Un crédit d engagement et de liquidation

Nadere informatie

40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD

40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD 40816 MONITEUR BELGE 29.10.1999 BELGISCH STAATSBLAD MINISTERE DES AFFAIRES ECONOMIQUES F. 99 3542 [99/11342] 30 SEPTEMBRE 1999. Arrêté ministériel modifiant l arrêté royal du 30 décembre 1993 prescrivant

Nadere informatie

Questions. Réponses. Vragen. Antweorden N. 121 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Questions. Réponses. Vragen. Antweorden N. 121 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE N. 121 12629 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZITTING 1993-1994 (*) 19 SEPTEMBRE 1994 19 SEPTEMBER 1994 Questions

Nadere informatie

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

47990 BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 47990 BELGISCH STAATSBLAD 28.07.2010 MONITEUR BELGE N. 2010 2505 VLAAMSE OVERHEID [C 2010/35507] 11 JUNI 2010. Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de modulaire structuur van het secundair volwassenenonderwijs

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR Réponse à la question parlementaire n 279 du 24 janvier 2011 de Monsieur Filip De Man, Député Concerne: Nombre d'acquisitions de la nationalité en 2010 L honorable Membre

Nadere informatie

Vragen. Questions. Antwoorden. Réponses N.115 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE

Vragen. Questions. Antwoorden. Réponses N.115 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE N.115 12049 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSIONORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZITIING 1993-1994 (*) 1" AOUT 1994 1 AUGUSTUS 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD 15.07.2014 MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD 15.07.2014 MONITEUR BELGE 53805 BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST [C 2014/31492] 10 JUNI 2014. Ministerieel besluit tot vaststelling van de typeinhoud en de algemene uitvoeringsmodaliteiten van de energieaudit opgelegd door het Besluit

Nadere informatie

Vragen. Antweerden. IRépoD e N.114 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE SESSION ORDINAIRE (*)

Vragen. Antweerden. IRépoD e N.114 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE SESSION ORDINAIRE (*) N.4 90 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 993-994 (*) GEWONE ZITTING 993-994 (*) 8 JUILLET 994 8 JULI 994 Vragen et IRépoD e en Antweerden

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR BINNENLANDSE ZAKEN

FEDERALE OVERHEIDSDIENST SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR BINNENLANDSE ZAKEN FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN Ministerieel besluit van 8 juni 2007 tot bepaling van het model van de werkkleding en het embleem van bewakingsagenten. SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR Arrêté

Nadere informatie

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

30548 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 30548 MONITEUR BELGE 16.04.2009 BELGISCH STAATSBLAD F. 2009 1369 SERVICE PUBLIC FEDERAL SANTE PUBLIQUE, SECURITE DE LA CHAINE ALIMENTAIRE ET ENVIRONNEMENT [C 2009/24134] 8 AVRIL 2009. Arrêté ministériel

Nadere informatie

- 1747 / 1-97 / 98. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. Chambre des Représentants de Belgique PROJET DE LOI WETSONTWERP

- 1747 / 1-97 / 98. Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers. Chambre des Représentants de Belgique PROJET DE LOI WETSONTWERP - 1747 / 1-97 / 98 Belgische Kamer van Volksvertegenwoordigers - 1747 / 1-97 / 98 Chambre des Représentants de Belgique GEWONE ZITTING 1997-1998 (') loktober 1998 SESSION ORDINAIRE 1997-1998 (') pr OCTOBRE

Nadere informatie

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD

77220 MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD 77220 MONITEUR BELGE 23.12.2015 BELGISCH STAATSBLAD SERVICE PUBLIC FEDERAL ECONOMIE, P.M.E., CLASSES MOYENNES ET ENERGIE [C 2015/11511] 16 DECEMBER 2015. Arrêté ministériel établissant les formulaires

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2569/005 DOC 54 2569/005 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 14 juli 2017 14 juillet 2017 WETSONTWERP tot wijziging van het Wetboek der registratie-,

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 1703 1704 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1705 1706 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1707 1708 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010 MONITEUR BELGE 1709 1710 BELGISCH STAATSBLAD 15.01.2010

Nadere informatie

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN 61276 MONITEUR BELGE 12.12.2007 Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN VLAAMSE GEMEENSCHAP COMMUNAUTE

Nadere informatie

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN

LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN 23178 MONITEUR BELGE 16.04.2013 BELGISCH STAATSBLAD LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN SERVICE PUBLIC FEDERAL INTERIEUR [C 2012/00569] 10 JUILLET 2012.

Nadere informatie

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS

BELGISCHE KAMER VAN CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DOC 54 2227/003 DOC 54 2227/003 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 20 juli 2017 20 juillet 2017 WETSVOORSTEL tot wijziging van de programmawet van 27 april

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN. modifiant la loi du 22 mars 2001 instituant la garantie de revenus aux personnes âgées DOC 54 2141/007 DOC 54 2141/007 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 11 januari 2017 11 janvier 2017 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 22 maart 2001

Nadere informatie

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD

52686 MONITEUR BELGE Ed. 2 BELGISCH STAATSBLAD 52686 VLAAMSE OVERHEID Leefmilieu, Natuur en Energie [C 2015/36016] 30 JULI 2015. Ministerieel besluit tot wijziging van de kaart van de focusgebieden, opgenomen in de bijlage bij het besluit van de Vlaamse

Nadere informatie

GOUVERNEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES CAPITALE NOTIFICATION DE LA RÉUNION DU CONSEIL DES MINISTRES DU JEUDI 16 MARS 2017

GOUVERNEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES CAPITALE NOTIFICATION DE LA RÉUNION DU CONSEIL DES MINISTRES DU JEUDI 16 MARS 2017 Bruxelles, jeudi 16 mars 2017 GOUVERNEMENT DE LA RÉGION DE BRUXELLES CAPITALE NOTIFICATION DE LA RÉUNION DU CONSEIL DES MINISTRES DU JEUDI 16 MARS 2017 POINT 1 Approbation du Procès-Verbal de la réunion

Nadere informatie

Instemmingsdecreten van de Vlaamse overheid betreffende kinderbijslag

Instemmingsdecreten van de Vlaamse overheid betreffende kinderbijslag Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Trierstraat 70 1000 Brussel Tel.: 02-237 21 11 Instemmingsdecreten van de Vlaamse overheid betreffende kinderbijslag Op 3 juli 2017 werden de volgende decreten

Nadere informatie

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS

WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS 13102 BELGISCH STAATSBLAD 28.03.2002 Ed. 2 MONITEUR BELGE WETTEN, DECRETEN, ORDONNANTIES EN VERORDENINGEN LOIS, DECRETS, ORDONNANCES ET REGLEMENTS MINISTERIE VAN ECONOMISCHE ZAKEN N. 2002 1113 [C 2002/11054]

Nadere informatie

Vragen. Antwoorden N.83 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZIITING 1993-1994 (*)

Vragen. Antwoorden N.83 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZIITING 1993-1994 (*) N.83 7765 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (*) GEWONE ZIITING 1993-1994 (*) 22 NOVEMBRE 1993 22 NOVEMBER 1993 Vragen et en Antwoorden

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 48101 FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU N. 2008 3134 [C 2008/24352] 29 AUGUSTUS 2008. Ministerieel besluit tot wijziging van de bijlagen I tot en met

Nadere informatie

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD

MONITEUR BELGE Ed. 3 BELGISCH STAATSBLAD 30611 SERVICE PUBLIC FEDERAL FINANCES [C 2015/03204] 26 MAI 2015. Arrêté royal déterminant le modèle de la formule de déclaration en matière d impôt des sociétés pour l exercice d imposition 2015 (1) PHILIPPE,

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE FEDERALE OVERHEIDSDIENST JUSTITIE [C - 2005/09451] N. 2005 1425 31 MEI 2005. Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 26 juni 2003 op de openbaarmaking van akten en stukken van verenigingen

Nadere informatie

Réponses. Vragen. Questions. Antwoorden N. 102 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING (.

Réponses. Vragen. Questions. Antwoorden N. 102 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE GEWONE ZITTING (. N. 102 10385 CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS SESSION ORDINAIRE 1993-1994 (.) GEWONE ZITTING 1993-1994 (.) 18 AVRIL 1994 18 APRIL 1994 Questions et Réponses

Nadere informatie

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE

BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE 35327 FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN N. 2006 2713 [C 2006/00412] 27 JUNI 2006. Ministerieel besluit betreffende de motorrijderskledij van de geïntegreerde politie, gestructureerd op twee niveaus

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD. Numéro tél. gratuit : Gratis tel. nummer : N. 351 INHOUD SOMMAIRE. 144 bladzijden/pages BELGISCH STAATSBLAD MONITEUR BELGE Publicatie overeenkomstig artikelen 472 tot 478 van de programmawet van 24 december 2002, gewijzigd door de artikelen 4 tot en met 8 van de wet houdende diverse bepalingen

Nadere informatie

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN

CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS BELGISCHE KAMER VAN DOC 54 2248/002 DOC 54 2248/002 BELGISCHE KAMER VAN VOLKSVERTEGENWOORDIGERS CHAMBRE DES REPRÉSENTANTS DE BELGIQUE 6 januari 2017 6 janvier 2017 WETSONTWERP tot wijziging van de wet van 26 juli 1996 tot

Nadere informatie

CONSEIL DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD ONTWERP VAN ORDONNANTIE PROJET D'ORDONNANCE

CONSEIL DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD ONTWERP VAN ORDONNANTIE PROJET D'ORDONNANCE A-147/1-96/97 A-147/1-96/97 BRUSSELSE HOOFDSTEDELIJKE RAAD CONSEIL DE LA REGION DE BRUXELLES-CAPITALE GEWONE ZITTING 1996-1997 2 DECEMBER 1996 SESSION ORDINAIRE 1996-1997 2 DECEMBRE 1996 ONTWERP VAN ORDONNANTIE

Nadere informatie