Uniform Begrippenkader Ambulancezorg
|
|
- Christel Brouwer
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Uniform Begrippenkader Ambulancezorg
2 Colofon Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: fax: Tekst Ambulancezorg Nederland Vormgeving Vormix, Maarssen Fotografie A3chem, Hilversum Drukwerk Stimio Consultants Drukwerk & Design, Tiel Versie 2.0, augustus 2009, vastgesteld door: het algemeen bestuur van de vereniging Ambulancezorg Nederland op 17 juni 2009 het bestuur van de stichting Ambulancezorg Nederland op 17 juni 2009
3 Voorwoord Voor u ligt versie 2.0 van het uniform begrippenkader ambulancezorg (UBK). De vorige versie 1.0 is in 2003 opgesteld als werkdocument in het kader van het Project Versterking Ambulancezorg (PVAZ). In de loop der jaren is gebleken dat het uniform begrippenkader ambulancezorg meer is dan alleen een woordenboek, maar in de praktijk ook veelvuldig wordt gebruikt als uitgangspunt voor onder meer registratie en definiëring. De ontwikkelingen binnen de sector ambulancezorg staan niet stil en dat heeft ook gevolgen voor de actualiteit van het UBK. Daarom is besloten om het UBK te actualiseren. In 2008 is een werkgroep hiermee gestart, bestuurlijke besluitvorming heeft plaatsgevonden in juni Conform de procesbeschrijving ambulanceinformatiebeleid wordt het UBK jaarlijks ge-update, in 2012 zal een nieuwe actualisatie plaatsvinden. OVERAL WAAR IN DIT UNIFORM BEGRIPPENKADER AMBULANCEZORG HET BEGRIP CENTRALIST STAAT, WORDT DE CENTRALIST VAN DE MELDKAMER AMBULANCEZORG (MKA) BEDOELD. DAAR WAAR EEN ANDERE CENTRALIST WORDT BEDOELD, IS DIT EXPLICIET AANGEGEVEN. OVERAL WAAR IN DIT UNIFORM BEGRIPPENKADER AMBULANCEZORG HET BEGRIP AMBULANCETEAM STAAT WORDT -IN HET GEVAL ER IN DE PRAKTIJK SPRAKE IS VAN DE INZET VAN EEN RAPID RESPONDER- DEZE RAPID RESPONDER (P. 20) BEDOELD. uniform begrippenkader ambulancezorg voorwoord 3
4 4
5 Inhoudsopgave Voorwoord 1 Over het uniform begrippenkader ambulancezorg 7 Wat is het uniform begrippenkader ambulancezorg? 9 Waarom het UBK actualiseren? 9 Uitgangspunten van het UBK 9 Opbouw van het UBK 9 2 Ambulancezorg als product en proces 11 Korte algemene beschrijving 13 Het proces ambulancezorg 13 3 Algemene beschrijvingen Basisbegrippen ambulancezorg Differentiatie binnen de ambulancezorg Specifieke functies en specialistisch vervoer Voorzieningen aanvullend op ambulancezorg Spreiding & beschikbaarheid 22 4 Ritgegevens: aanleiding ritopdracht Drie soorten urgentie naar aanleiding van een concrete zorgvraag Rit ter bewaking van de beschikbaarheid Rit in het kader van GHOR / openbare orde en veiligheid (OOV) 26 5 Ritgegevens: aard van de rit Mate van urgentie Soort vervoer Vervoer van een patiënt Geen vervoer van een patiënt Soort rit: interregionaal en internationaal vervoer 32 uniform begrippenkader ambulancezorg inhoudsopgave 5
6 6 Melding: de handelingen bij een concrete zorgvraag 33 7 Inzet ambulance: de handelingen na uitgifte Uitruk Aanrijden Behandeling, vervoer en overdracht 40 8 Geneeskundige Hulpverlening bij Ongevallen en Rampen Algemene GHOR-begrippen GHOR-functionarissen GHOR-voorzieningen 45 Bijlagen 47 Bijlage 1: Referentielijst uniform begrippenkader ambulancezorg versie 2.0, Bijlage 2: Afkortingen 50 Bijlage 3: Verantwoording 52 6 uniform begrippenkader ambulancezorg inhoudsopgave
7 1 Over het uniform begrippenkader ambulancezorg uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 1 7
8 8 uniform begrippenkader hoofdstuk
9 Wat is het uniform begrippenkader ambulancezorg? In 2003 is de eerste versie van het uniform begrippenkader ambulancezorg opgesteld, binnen de sector beter bekend als UBK. Het UBK beschrijft het product en het primaire proces ambulancezorg. Het UBK richt zich op de logistiek van het primaire proces en niet op de medisch-inhoudelijke processen, deze zijn vastgelegd in de door de sector vastgestelde protocollen. In het UBK zijn alleen die begrippen vastgelegd die een wettelijke basis kennen of anderszins verankerd zijn in landelijk beleid en landelijke richtlijnen. Nieuwe ontwikkelingen die nog niet goed zijn uitgekristalliseerd of waarover binnen de sector nog geen overeenstemming is bereikt, maken geen onderdeel uit van het UBK. Het UBK is een van de documenten die de basis vormen voor het MI-traject (managementinformatie) van de sector ambulancezorg. Het UBK moet gezien worden als het logistieke woordenboek van de ambulancezorg. Waarom het UBK actualiseren? Het eerste UBK stamt uit 2003 en is sindsdien niet meer aangepast en/of aangevuld. Het actualiseren van het UBK was om verschillende redenen wenselijk: verschillende begrippen uit het UBK behoeven inmiddels een nadere aanscherping, mede naar aanleiding van de ontwikkeling van de MI-kernset; de begrippen en meetmomenten, zoals deze zijn vastgelegd in het UBK, worden in de praktijk nog niet overal eenduidig gehanteerd. Uitgangspunten van het UBK De volgende uitgangspunten waren het vertrekpunt bij het actualiseren van het UBK: de basisuitgangspunten van het UBK, zoals in de versie van 2003 geformuleerd, gelden nog steeds: - de RAV biedt verantwoorde ambulancezorg, zoals vastgesteld in wet- en regelgeving en in het landelijk beleid (van overheid en sector) en verankerd in de nota verantwoorde ambulancezorg - in het proces van ambulancezorg is de vraag van de patiënt het vertrekpunt - de geformuleerde definities sluiten zoveel mogelijk aan bij reeds bestaande definities het UBK richt zich op ambulancezorg en gaat niet in op andere vormen van zorg- en hulpverlening het UBK moet afgestemd zijn op de actuele MI-kernset en de daarbij behorende definities en meetplannen toekomstige uitbreidingen van de kernset moeten worden afgestemd op de meest recente versie van het UBK nieuwe ontwikkelingen en definities die in de afgelopen jaren in de ambulancezorg zijn ontstaan dienen -indien relevant en verankerd in wet of beleid- ook een plaats in het UBK te krijgen daarnaast moeten, indien relevant, begrippen en definities uit andere relevante documenten worden verwerkt in het UBK (bijvoorbeeld de Wet Ambulancezorg (WAZ), de brancherichtlijn OGS, de nota Verantwoorde Ambulancezorg, richtlijn First Responder, beleidsnotitie Dynamisch Ambulancemanagement en het referentiekader spreiding en beschikbaarheid) het UBK beperkt zich tot het (logistieke) primaire proces en product ambulancezorg medisch-inhoudelijke processen zijn derhalve geen onderdeel van het UBK, maar zijn vastgelegd in de door de sector vastgestelde protocollen Opbouw van het UBK Deze geactualiseerde versie van het UBK kent een vernieuwde opbouw en inhoud ten opzichte van de vorige versie. Na een beschrijving van het product en proces ambulancezorg in hoofdstuk 2, gaat hoofdstuk 3 in op algemene begrippen binnen de ambulancezorg. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 1 9
10 Hoofdstuk 4 beschrijft de verschillende urgenties die binnen de ambulancezorg worden onderscheiden. Ook wordt ingegaan op een aantal soorten ritten, waarbij accent ligt op de aanleiding van de ritopdracht. Hoofdstuk 5 gaat eveneens in op de verschillende soorten ritten, maar nu ligt het accent op de aard van de rit. Hoofdstuk 6 en 7 beschrijven het proces ambulancezorg van melding tot en met overdracht. In hoofdstuk 6 ligt het accent op het proces van de melding en de meldkamer ambulancezorg (MKA). Hoofdstuk 7 start op het moment dat de centralist een ritopdracht heeft uitgegeven en richt zich op het proces dat met name wordt uitgevoerd door het ambulanceteam. Wanneer een verband wordt gelegd met de sectorrapporten die op basis van de MI-kernset worden opgesteld, hebben de hoofdstukken 4 en 5 betrekking op de productie en de hoofdstukken 6 en 7 op de (logistieke) prestaties. Het is wenselijk om overeenstemming te hebben over een aantal basisbegrippen met betrekking tot ketenpartners, daarom is een nieuw hoofdstuk 8 opgenomen met daarin de voor de sector ambulancezorg belangrijkste GHOR-terminologie. De begrippen in het UBK zijn zo kort en bondig mogelijk omschreven. Daar waar wenselijk en/of noodzakelijk is een (korte) nadere toelichting opgenomen of bijvoorbeeld een verwijzing naar aan ander document. In bijlage 1 is een referentielijst opgenomen, waar de bronnen voor de omschrijvingen zijn opgesomd. Alle in het UBK gehanteerde afkortingen, met uitzondering van die in de GHOR-paragraaf, zijn in bijlage 2 opgenomen. 10 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 1
11 2 Ambulancezorg als product en proces Ambulancezorg wordt in Nederland verleend door Regionale Ambulancevoorzieningen (RAV-en), ambulancediensten en meldkamers ambulancezorg (MKA). Het proces ambulancezorg loopt van melding tot en met overdracht van de patiënt aan de ketenpartner, c.q. (zorg)advies of doorverwijzing naar een andere zorg- of hulpverlener. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 2 11
12 12 uniform begrippenkader hoofdstuk
13 Korte algemene beschrijving Ambulancezorg wordt in opdracht van de meldkamer ambulancezorg verleend om een patiënt hulp te bieden, naar aanleiding van zijn aandoening of letsel, en waar nodig te vervoeren dan wel de patiënt naar een andere zorgverlener te verwijzen. Het belangrijkste doel van ambulancezorg is het behalen van gezondheidswinst voor de betreffende patiënt. Het proces ambulancezorg Het proces ambulancezorg bestaat uit zes onderdelen: zorgintake en -indicatie: ambulancezorg begint op het moment dat de centralist de telefoon aanneemt. De centralist beoordeelt de hulpvraag en indiceert of, en zo ja welke vorm van ambulancezorg nodig is en met welke urgentie; zorgtoewijzing en -coördinatie: de centralist zorgt er voor dat de juiste zorg op het juiste moment en op de juiste plaats wordt ingezet en dat de ingezette zorgverleners de noodzakelijke informatie ontvangen; (zorg)advisering: in afwachting van de komst van de zorgverlening ter plaatse geeft de centralist aanwijzingen c.q. instructies aan de melder of zorgvrager om de zorgverlening zo optimaal mogelijk te laten verlopen. Soms volstaat de hulpverlening met een (zorg)advies van de centralist; ambulancezorgverlening: de ambulancezorgverlener onderzoekt de patiënt ter plaatse, stelt een werkdiagnose en behandelt de patiënt volgens protocol. Indien vervoer noodzakelijk is, wordt de patiënt hierop voorbereid. Tijdens het transport wordt de behandeling gecontinueerd. De chauffeur zorgt er voor dat transport op verantwoorde wijze plaatsvindt; overdracht: indien noodzakelijk wordt de patiënt door de ambulancezorgverlener overgedragen aan andere zorgverleners. Een goede informatieoverdracht is daarbij essentieel; nazorg: indien de patiënt, zijn naasten of een melder hier behoefte aan heeft, verlenen de centralist en/of de ambulancezorgverlener nazorg. Deze nazorg kan bestaan uit onder andere het geven van informatie. De bovenstaande stappen sluiten naadloos op elkaar aan. Overigens is het zo dat niet iedere patiënt alle stappen hoeft te doorlopen. Het proces is op de volgende pagina schematisch weergegeven. N.b.: de afmetingen van de verschillende tijdsintervallen zeggen niets over de tijdsverhoudingen in de praktijk. uniform begrippenkader hoofdstuk 2 13
14 begin aanname tijdsduur aanname en uitgifte = aanname > indicatiestelling: is ambulancezorg noodzakelijk? of zorgadvies? = urgentiebepaling> A1, A2 of B = uitgifte (alarmering en/of ritopdracht) meldkamer ambulancezorg ambulanceteam uitruktijd aanrijtijd behandeltijd vervoerstijd overdrachtstijd responstijd ritopdracht/ alarmering vertrektijd ambulance aankomsttijd ter plaatse vertrektijd locatie patiënt tijd aankomst bestemming = uitrukken > vertrek ambulance = rijden > aankomst ter plaatse = zorg en vervoer patiënt = patiënt overdragen of thuisbrengen = aanwijzingen en instructies door de MKA in afwachting van de ambulance = onderzoek & diagnose > stabiliseren patiënt = behandeling > is vervoer noodzakelijk? = patiënt vervoersklaar maken tijd vrijmelding 14 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 2
15 3 Algemene omschrijvingen De begrippen in dit hoofdstuk vormen de basis voor de andere omschrijvingen in het uniform begrippenkader ambulancezorg. De begrippen die hier gedefinieerd worden, keren terug in de omschrijvingen in de volgende hoofdstukken. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3 15
16 16 uniform begrippenkader hoofdstuk
17 3.1 Basisbegrippen ambulancezorg ambulancezorg Ambulancezorg is de zorg die beroepsmatig wordt verleend om een patiënt binnen het kader van zijn aandoening of letsel hulp te verlenen en waar nodig adequaat te vervoeren met inachtneming van datgene wat op grond van algemeen beschikbare medische en verpleegkundige kennis vereist is, dan wel de patiënt te verwijzen naar een andere zorgverlener. Hoofddoel van ambulancezorg is het behalen van individuele gezondheidswinst op basis van de zorgbehoefte van de patiënt. Het proces ambulancezorg loopt van melding tot en met overdracht. ambulancezorg conform de Wet Ambulancezorg Bovenstaande definitie is een meer uitgewerkte variant van de definitie van ambulancezorg zoals deze is vastgelegd in artikel 1c van de Wet Ambulancezorg (WAZ): zorg, er op gericht een zieke of gewonde ter zake van zijn aandoening of letsel hulp te verlenen en per ambulance te vervoeren. verantwoorde zorg In de nota Verantwoorde Ambulancezorg heeft de sector vastgelegd aan welke eisen moet worden voldaan om verantwoorde ambulancezorg te bieden. Dit houdt in dat de zorg van goed niveau is en in ieder geval doeltreffend, doelmatig, afgestemd en gericht is op de reële behoefte van de patiënt. De nota Verantwoorde Ambulancezorg beschrijft tevens de kaders voor ambulancezorg. Regionale Ambulancevoorziening (RAV) De RAV is, op grond van artikel 3 van de WAZ, de rechtspersoon waaraan de vergunning tot het verrichten van ambulancezorg is verleend. De RAV is integraal verantwoordelijk voor het verrichten van verantwoorde ambulancezorg, zowel van de dagelijkse routinematige situatie als bij rampen en ongevallen. Een RAV is een zorginstelling krachtens de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). Onder het verrichten van ambulancezorg vallen zowel het functioneren van de meldkamer ambulancezorg (MKA) als het verlenen van zorg door het ambulanceteam. instelling voor gezondheidszorg Een organisatorisch verband dat een toelating heeft krachtens artikel 5 van de Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi). patiënt/zorgvrager Iemand die medische zorg nodig heeft of nodig denkt te hebben: een zieke of slachtoffer. zorgvraag Vraag om ambulancezorg (andere zorgvragen vallen buiten het domein van dit begrippenkader). uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3 17
18 aanvrager Degene die primaire ambulancezorg aanvraagt, al dan niet met spoed en al dan niet voor zichzelf. De volgende categorieën aanvragers kunnen onderscheiden worden: burger huisarts huisartsenpost (HAP) politie brandweer zorginstelling verloskundige rapid responder OvDG (Officier van Dienst Geneeskundig) andere MKA overig Meldkamer Ambulancezorg (MKA) De meldkamer ambulancezorg is verantwoordelijk voor het proces van intake, indicatiestelling, zorgtoewijzing en -coördinatie en zorginstructie, 7 dagen in de week, 24 uur per dag. De MKA zorgt ervoor dat de juiste (ambulance)zorg op het juiste moment en op de juiste plaats wordt ingezet en/of dat de overdracht van de patiënt aan andere hulpverleners zo soepel mogelijk verloopt. De MKA is toegangspoort voor de ambulancezorg en vervult tevens een poortwachtersfunctie voor andere hulpverleners. centralist Medewerker van de meldkamer ambulancezorg, die inhoud geeft aan het meldkamerproces (zoals bovenstaand beschreven). De centralist is bevoegd om te bepalen of en op welke wijze ambulancezorg ingezet wordt. In principe heeft de centralist een verpleegkundige opleiding en achtergrond. Intake, indicatiestelling, zorgtoewijzing, etc. mogen alleen door verpleegkundig centralisten worden uitgevoerd. De verpleegkundig centralist heeft een door de sector erkende opleiding gevolgd. Er zijn ook niet-verpleegkundig centralisten in dienst van de sector, deze worden ingezet op het logistieke proces van uitgifte van ambulanceritten. ambulance Voertuig waarmee ambulancezorg wordt uitgevoerd en dat speciaal is ingericht voor vervoer en behandeling van patiënten. Een ambulancevoertuig is erkend via een aanhangsel bij de vergunning aan de RAV. De ambulance en de inventaris zijn afgestemd op het geldende protocol voor ambulancezorg en voldoen aan overige relevante wet- en regelgeving. Voor ambulances en de uitrusting gelden internationale NEN-normen. Ook zijn specificaties voor brancards en andere middelen voor vervoer van patiënten van toepassing. ambulanceteam Het ambulanceteam bestaat uit een ambulanceverpleegkundige en een ambulancechauffeur. In geval van de inzet van bijvoorbeeld een rapid responder of een solo-ambulance is er sprake van een zelfstandig opererende ambulanceverpleegkundige. 18 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3
19 ambulanceverpleegkundige De ambulanceverpleegkundige is deskundig en bekwaam voor het functioneel zelfstandig uitvoeren van bepaalde voorbehouden handelingen. De ambulanceverpleegkundige verricht werkzaamheden op een zodanig niveau dat aan de wettelijke en kwaliteitseisen van (spoedeisend) medisch- en verpleegkundig handelen wordt voldaan. Deze eisen staan beschreven in landelijke en regionale protocollen en richtlijnen. De ambulanceverpleegkundige heeft een door de sector erkende opleiding gevolgd. ambulancechauffeur De ambulancechauffeur bestuurt de ambulance en assisteert de ambulanceverpleegkundige. De ambulancechauffeur beschikt over specifieke medische -assisterende- vaardigheden. Daarnaast is de chauffeur verantwoordelijk voor het veilige vervoer van de patiënt. De ambulancechauffeur heeft een door de sector erkende opleiding gevolgd. medisch management De RAV is eindverantwoordelijk voor het leveren van verantwoorde ambulancezorg. De RAV dient derhalve de medische verantwoordelijkheid voor de te leveren en de geleverde zorg integraal binnen de organisatie in te bedden. Het medisch management wordt zodanig vormgegeven dat: de kwaliteit van de medisch inhoudelijke aspecten van de ambulancezorgverlening geborgd is er toezicht is op de bekwaamheid van ambulancezorgverleners de eindverantwoordelijkheid voor het medisch management in handen van een arts ligt er een beschikbaarheid wordt gegarandeerd van 7 x 24 uur medisch manager ambulancezorg (MMA) De MMA is binnen de RAV verantwoordelijk voor de medisch-inhoudelijke aspecten van de ambulancezorg. De MMA is arts. Taken van de MMA zijn onder andere: toezien op de bevoegdheid en bekwaamheid van ambulancezorgverleners in het kader van de Wet BIG; betrokkenheid bij het formuleren van het medische beleid en toezien op de uitvoering van het medische beleid en de toepassing van protocollen binnen de ambulancezorg medisch-inhoudelijke afstemming met ketenpartners toezien op de uitvoering van de in de WGBO vastgelegde rechten en plichten van patiënt en hulpverlener standplaats Een locatie waar vandaan de ambulance vertrekt, waar voorzieningen zijn voor ambulancepersoneel en waar materieel voorradig is (een en ander conform de rekenstaat van de NZa). In de beleidsregels van de NZa is vastgelegd dat een standplaats een op basis van het (provinciaal) spreidingsplan aangewezen hoofdvestiging dan wel secundaire vestiging van een ambulancedienst is. In de praktijk worden met standplaatsen ook onder meer uitrukposten en opstelplaatsen bedoeld. Over het algemeen zijn hier geen voorzieningen en/of materieel beschikbaar. Benaming en invulling zijn regio-afhankelijk. N.b.: het betreft hier geen door de NZa erkende standplaatsen. De NZa kent wel stationeringsplaatsen, de inzetbaarheid wordt slechts gedurende bepaalde dagen en uren vanuit deze locatie gerealiseerd. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3 19
20 3.2 Differentiatie binnen de ambulancezorg In de loop der jaren heeft de ambulancezorg zich verder ontwikkeld en gedifferentieerd, zowel in functies als in materieel. Naast reguliere ambulances beschikt de sector ook over gedifferentieerde eenheden zoals bijvoorbeeld de rapid responder. Een en ander wordt in deze paragraaf nader omschreven Specifieke functies en specialistisch vervoer rapid responder Een rapid responder is een ambulanceverpleegkundige die ter plaatse geheel zelfstandig handelt, al dan niet in afwachting van de komst van een ambulance of andere zorgverlener. De rapid responder biedt reguliere ambulancezorg, conform de daartoe geldende protocollen, op ALS-niveau (Advanced Life Support). Het belangrijkste verschil met de reguliere ambulance is dat de rapid responder als solo-eenheid optreedt en niet kan vervoeren. Afhankelijk van de regionale situatie kan de rapid responder over verschillende voertuigen beschikken, zoals motor, auto of fiets. spoed IC-transport Het interklinisch transport van een IC-patiënt, waarbij de indicatie van het transport naar een ander ziekenhuis aanvullende spoedbehandeling is. De te verwachten winst van de behandeling is dusdanig groot, dat deze opweegt tegen het risico van IC-transport zonder MICU. Uitstel van transport in afwachting van een MICU is onverantwoord. Het spoed IC-transport wordt begeleid door een IC-arts. Voor meer informatie en voorbeelden van ziektebeelden die indicatie geven van spoed IC-transport: zie Staatscourant nr. 211 d.d. 31 oktober MICU-transport MICU = Mobiele Intensive Care Unit Het interklinisch transport van een IC-patiënt, begeleid door een MICU-team. Het MICU-team bestaat uit een IC-arts of intensivist en een MICU-verpleegkundige, beiden bekwaam in het uitvoeren van MICU-transport. Het MICU-transport wordt uitgevoerd met behulp van een Mobiele Intensive Care Unit, bestaande uit een MICU-trolley en een IC-ambulance. De betreffende RAV heeft van het ministerie van VWS een vergunning gekregen voor het uitvoeren van MICU-transport. voor meer informatie: zie Staatscourant nr. 211 d.d. 31 oktober 2007 begeleid IC-transport Het interklinisch transport van een IC-patiënt begeleid door een IC-arts of intensivist, bekwaam in het uitvoeren van IC-transport, aangevuld met het ambulanceteam. Het transport wordt uitgevoerd met een reguliere ambulance. Voor meer informatie en een omschrijving van de criteria waar de patiënt aan moet voldoen: zie Staatscourant nr. 211 d.d. 31 oktober 2007 intensivist Een intensivist is een medisch-specialist in het bezit van de aantekening in het aandachtsgebied IC-geneeskunde. Voor meer informatie: zie Staatscourant nr. 211 d.d. 31 oktober uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3
21 IC-arts Een IC-arts is een arts (niet-intensivist) die praktische zorg verleent aan IC-patiënten, onder eindverantwoordelijkheid van een intensivist. Voor meer informatie: zie Staatscourant nr. 211 d.d. 31 oktober 2007 PICU-rit PICU = Pediatrische Intensive Care Unit Een rit waarbij de te verlenen ambulancezorg de protocollen van de ambulanceverpleegkundige overstijgt en waarbij het ambulanceteam wordt aangevuld met een kinderarts en eventueel ook een gespecialiseerd verpleegkundige of een gespecialiseerd arts. Bij een PICU-rit is sprake van interklinisch intensive-care vervoer van een patiënt in de leeftijd tussen 0 en 18 jaar. De begeleidende arts is over het algemeen een kinderintensivist. NICU-rit NICU = Neonatale Intensive Care Unit Een rit waarbij de te verlenen ambulancezorg de protocollen van de ambulanceverpleegkundige overstijgt en waarbij het ambulanceteam wordt aangevuld met een kinderarts en eventueel ook een gespecialiseerd verpleegkundige of een gespecialiseerd arts. Bij een NICU-rit is sprake van interklinisch vervoer van een baby. De begeleidende arts is over het algemeen een neonatoloog Voorzieningen aanvullend op ambulancezorg first responder Een first responder is een hulpverlener, die als eerste ter plaatse komt en die competent is eerste hulp te verlenen in een situatie waarin dit noodzakelijk is, in afwachting van een ambulance. De first responder is opgeleid en geoefend in levensreddende handelingen en heeft de beschikking over en kennis van het gebruik van een Automatische Externe Defibrillator (AED). De inzet van een first responder wordt bepaald door de RAV aan de hand van voorafgestelde criteria, vastgelegd in een protocol en bestuurlijk vastgesteld. De inzet van de first responder vindt plaats nadat de MKA een ambulance-eenheid heeft ingezet. De ambulance-eenheid neemt ter plaatse de hulpverlening van de first responder over. De inzet van de first responder dient als aanvulling op de reguliere ambulancezorg. Uitgangspunt voor de inzet van de first responder is dat dit nooit mag leiden tot vertraging in de ambulancezorg. Mobiel Medisch Team (MMT) Een MMT bestaat uit een gespecialiseerd arts, een gespecialiseerd verpleegkundige en een chauffeur of piloot. Het MMT levert ter plekke specialistische acute medische zorg aan slachtoffers van ernstige ongevallen en rampen. Het MMT is gekoppeld aan een traumacentrum. De zorg door het MMT vormt een aanvulling op de reguliere ambulancehulpverlening. Het ambulanceteam kan voor aanvullende medische hulp in bijzondere situaties, zeer ernstig gewonde patiënten en/of grootschalige ongevallen, een beroep doen op het MMT. Nederland kent elf traumacentra, vier hiervan beschikken over een traumahelikopter (Groningen, Nijmegen, Amsterdam en Rotterdam-Rijnmond). uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3 21
22 3.3 Spreiding & beschikbaarheid De basis voor de in Nederland beschikbare capaciteit voor ambulancezorg en de wijze waarop de ambulances zijn verspreid over de verschillende standplaatsen wordt gevormd door het landelijk referentiekader spreiding & beschikbaarheid. In deze paragraaf zijn de belangrijkste begrippen die samenhangen met en afkomstig zijn uit dit referentiekader opgenomen. criteria voor rijtijden Binnen de sector ambulancezorg worden twee normen gehanteerd voor rijtijden, die relevant zijn voor de planning en spreiding van ambulances: de eerste norm is een norm die betrekking heeft op de responstijden die gelden bij spoedeisende ambulancezorg (A1- en A2-ritten, zie ook 4.1) de tweede norm is een norm die het voorzieningenniveau binnen de regio regelt met betrekking tot de tijdsduur om een patiënt in het ziekenhuis te krijgen. landelijk referentiekader spreiding & beschikbaarheid Het landelijk referentiekader spreiding & beschikbaarheid is een modelmatige beschrijving van de spreiding en beschikbaarheid van ambulancezorg op landelijk niveau. Het referentiekader vormt tevens de grondslag voor de regionale verdeling van budgetten binnen het landelijke macro-budget. Het landelijk referentiekader wordt frequent opgesteld door het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM), in opdracht van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS). spreiding De wijze waarop de beschikbare ambulances in de RAV-regio over de standplaatsen (en eventuele andere uitrukposten) worden verdeeld. Deze definitie is overeenkomstig de definitie die het RIVM hanteert voor het landelijk referentiekader spreiding & beschikbaarheid. beschikbaarheid Het beschikbare aanbod van ambulances, inclusief ambulanceteam conform het dienstrooster, in de RAV-regio waarover een centralist gedurende een bepaald tijdvak kan beschikken. Het beschikbare aanbod wordt ingezet naar aanleiding van een concrete zorgvraag voor ambulancezorg, met en zonder spoed (ritten met A- of B- urgentie). De beschikbaarheid wordt ingevuld door verschillende soorten diensten (zoals parate dienst, aanwezigheidsdienst en beschikbaarheidsdienst). dynamisch ambulancemanagement (DAM) Dynamisch ambulancemanagement is de wijze waarop de MKA de beschikbare ambulancecapaciteit inzet. De MKA draagt zorg voor een optimale spreiding en beschikbaarheid van de eigen ambulancecapaciteit in de eigen regio, maar kan in voorkomende gevallen ook een beroep doen op de ambulancecapaciteit van de andere regio. Met andere woorden: dynamisch ambulancemanagement heeft zowel betrekking op regionaal als op bovenregionaal niveau. Zie ook de beleidsnotitie Dynamisch ambulancemanagement. interregionale assistentie / ambulancezorg Een inzet van de dichtstbijzijnde vrije ambulance van de ene regio in een andere regio. grensoverschrijdende assistentie / ambulancezorg Een inzet van een Nederlandse ambulance in België of Duitsland of de inzet van een Belgische of Duitse ambulance in Nederland. 22 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 3
23 4 Ritgegevens: aanleiding ritopdracht Voor de ritgegevens is het van belang te weten wat de aanleiding van de ritopdracht is geweest. De centralist verstrekt een ritopdracht vanwege: 1. een concrete zorgvraag, waarbij een onderscheid in 3 urgenties geldt (zie 4.1) 2. het bewaken van de beschikbaarheid ten behoeve van een mogelijke concrete zorgvraag: voorwaardenscheppende rit (zie 4.2) 3. een GHOR-inzet, dan wel het handhaven van de openbare orde en veiligheid: stand by-rit (zie 4.3) uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 4 23
24 24 uniform begrippenkader hoofdstuk
25 4.1 Drie soorten urgentie naar aanleiding van een concrete zorgvraag A1-urgentie (A1-rit) Een spoedeisende rit in opdracht van de centralist in geval van acute bedreiging van de vitale functies van de patiënt of in het geval dat dit gevaar pas na beoordeling door het ambulanceteam ter plaatse kan worden uitgesloten. De rit wordt zo snel mogelijk uitgegeven en het ambulanceteam dient zo snel mogelijk ter plaatse te zijn. De ambulance maakt altijd gebruik van optische en geluidssignalen. A2-urgentie (A2-rit) Een rit in opdracht van de centralist naar aanleiding van een zorgvraag waaruit blijkt dat er geen sprake is van direct levensgevaar, maar waarbij er wel sprake kan zijn van (ernstige) gezondheidsschade en de ambulance wel zo snel mogelijk ter plaatse dient te zijn. A2-rit met gebruik van optische en geluidssignalen Een A2-rit waarbij gebruik wordt gemaakt van optische en geluidssignalen en waarbij de status vertrek is gegeven door het ambulanceteam. Dit gebruik van de optische en geluidssignalen is gemeld aan de centralist en wordt door hem/haar geregistreerd. B-urgentie (B-rit) Een rit in opdracht van de centralist van de MKA naar aanleiding van een zorgvraag zonder A1- of A2-urgentie, waarbij een tijdstip of tijdsinterval is afgesproken voor het halen of brengen. brengrit Een brengrit is een rit waarbij een patiënt op een bepaald tijdstip, overeengekomen tussen aanvrager en centralist MKA, in het ziekenhuis of een andere instelling moet zijn voor een behandeling, onderzoek of opname. haalrit Een haalrit is een rit waarbij is aangegeven dat een patiënt vanaf een bepaald tijdstip opgehaald kan worden uit een ziekenhuis of andere instelling na behandeling, onderzoek of opname. urgentiewijziging Een op aangeven van de centralist gewijzigde urgentie van de rit, die ook als zodanig door de centralist is geregistreerd, tijdens het aanrijden door de ambulance naar de locatie van de patiënt. In geval van een urgentiewijziging wordt de nieuwe indicatie en urgentie geregistreerd, maar blijft ook de oorspronkelijke staan. Indien de urgentiewijziging leidt tot gebruik van optische en geluidssignalen, wordt dit geregistreerd. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 4 25
26 4.2 Rit ter bewaking van de beschikbaarheid voorwaardenscheppende rit Een voorwaardenscheppende rit is een rit in opdracht van de centralist van de MKA waarbij het ambulanceteam naar een door de centralist bepaalde plaats rijdt om de beschikbaarheid van de ambulancezorg te waarborgen. 4.3 Rit in het kader van GHOR 1 /openbare orde en veiligheid (OOV) stand-by rit Een stand-by rit is een rit in opdracht van de centralist van de MKA waarbij de ambulance zich verplaatst naar een bepaald(e) gebeurtenis of evenement vanwege de openbare orde of veiligheid. De ambulance blijft ter plekke stand by. Bij de inzet van een ambulance en ambulanceteam voor een stand-by rit kunnen twee varianten onderscheiden worden: de inzet vindt plaats vanuit de vastgestelde capaciteit voor beschikbaarheid gedurende een bepaald tijdvak de inzet is aanvullend op de vastgestelde capaciteit voor beschikbaarheid, op basis van afspraken met de opdrachtgever. De opdrachtgever is primair verantwoordelijk; dit kan de GHOR zijn, maar ook een andere organisatie. 1 Voor GHOR: zie hoofdstuk 8 26 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 4
27 5 Ritgegevens: aard van de rit Met betrekking tot de ritgegevens is het relevant meer te weten over de aard van de rit. De aard van de rit is alleen relevant indien de rit wordt uitgegeven naar aanleiding van een concrete zorgvraag (zie 4.1). Bij de aard van de rit zijn de volgende zaken van belang: de mate van urgentie (zie 5.1) het soort vervoer (zie 5.2) - patiënt vervoerd (zie 5.2.1) - geen patiënt vervoerd (zie 5.2.2) de soort rit (zie 5.3) De aard van de rit kan door zowel de centralist van de MKA als door het ambulanceteam bepaald worden, dit verschilt per rit. In het geval van een B-rit bepaalt de centralist van de MKA de aard van de rit (van waar naar waar). In andere gevallen kan de aard van de rit pas bepaald worden nadat het ambulanceteam de situatie van de patiënt heeft beoordeeld. 5.1 Mate van urgentie uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 5 27
28 28 uniform begrippenkader hoofdstuk
29 5.1 Mate van urgentie In de memorie van toelichting op de Wet Ambulancezorg is opgenomen dat ambulancezorg in Nederland spoedeisende en planbare ambulancezorg (besteld vervoer) omvat. spoedeisende ambulancezorg Bij spoedeisende zorgvragen moet de ambulancezorg zo spoedig mogelijk ter plaatse kunnen zijn. De intentie is zorg verlenen en, indien noodzakelijk, de patiënt vervoeren. De centralist bepaalt de riturgentie (A1 of A2). Spoedeisende ambulancezorg kan ieder moment van de dag nodig zijn en is daarmee per definitie niet planbaar. De situatie ter plaatse is bepalend voor wat er gebeurt: zorg verlenen en vervoeren, alleen zorg verlenen, geen van beide of verwijzen naar aan andere zorgverlener. Spoedeisende ambulancezorg valt uiteen in ritten met een A1-urgentie en ritten met een A2-urgentie. Bij spoedeisende ambulancezorg kan er sprake zijn van zowel hoogcomplexe als laagcomplexe zorg. Spoedeisende ambulancezorg is een onderdeel van de Spoedeisende Medische Hulpverlening. Spoedeisende ambulancezorg speelt daarnaast een cruciale rol in de geneeskundige hulpverlening bij grootschalige ongevallen en rampen. De functie van de ambulancezorg verandert in dat geval niet, het verschil is gelegen in de omvang van de vereiste zorg en de intensievere afstemming met andere hulpverleners. planbare ambulancezorg De planbare ambulancezorg wordt in de dagelijkse praktijk ook wel besteld vervoer genoemd. Het betreft zorg en vervoer van patiënten tussen het woon- of verblijfadres en/of zorginstellingen voor diagnostiek, therapie, opname of ontslag. Er worden afspraken gemaakt met de patiënt, c.q. de aanvrager, over de tijdstippen van halen en brengen en de plaats van bestemming. Bij de planbare ambulancezorg wordt, onvoorziene situaties daargelaten, altijd een patiënt vervoerd. Er is dus altijd sprake van een combinatie van zorg en vervoer. Veelal betreft het vervoer van patiënten van, tussen en naar ziekenhuizen, andere zorginstellingen en het eigen woonadres. Kenmerkend voor de planbare ambulancezorg is dat de patiënt liggend vervoerd wordt en vrijwel altijd zorg nodig heeft. De aard van de zorghandelingen is afhankelijk van de situatie ter plaatse. Het planbare ambulancevervoer heeft een B-urgentie. Een groot deel van de planbare ambulancezorg is tijdgebonden. Evenals bij spoedeisende ambulancezorg kan er sprake zijn van zowel hoogcomplexe als laagcomplexe zorg. 5.2 Soort vervoer Bij soort vervoer kan een onderscheid gemaakt worden tussen ritten waarbij wel een patiënt is vervoerd en ritten waarbij geen patiënt is vervoerd: Vervoer van een patiënt Bij ritten waarbij patiënten worden vervoerd is het mogelijk een nadere onderverdeling te maken tussen vervoer van patiënten tussen het woon- of verblijfsadres en een zorginstelling en het vervoer van een patiënt tussen verschillende zorginstellingen: uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 5 29
30 Vervoer tussen woon- of verblijfsadres en een zorginstelling: opnamerit Vervoer van een patiënt naar een instelling voor gezondheidszorg ter opname. ontslagrit Vervoer van een patiënt vanuit een instelling voor gezondheidszorg naar het woon- of verblijfadres. poliklinische rit Vervoer van een patiënt naar een vooraf bekende polikliniek van een ziekenhuis. Of : Vanaf een polikliniek (inclusief SEH) naar het woon- of verblijfadres. SEH-rit Vervoer van een patiënt naar een, al dan niet gedifferentieerde, Spoedeisende Eerste Hulp van een ziekenhuis. Voorbeelden van een gedifferentieerde SEH zijn de Eerste Harthulp en de Acute opvang voor kinderen. Vooraf is niet duidelijk of de patiënt, na presentatie op de SEH-afdeling moet worden opgenomen, overgeplaatst of poliklinisch behandeld. Vervoer tussen zorginstellingen: overplaatsingsrit Vervoer van een patiënt na ontslag vanuit een instelling voor gezondheidszorg naar een andere instelling voor gezondheidszorg ter opname daar. interklinische rit, diagnostisch Vervoer van een patiënt van een instelling voor gezondheidszorg naar een andere instelling voor gezondheidszorg, waarbij de patiënt alleen wordt onderzocht en/of behandeld en niet wordt opgenomen. Het onderzoek en/of de behandeling vallen onder het diagnose stellen en zijn voor rekening van de eerstgenoemde instelling voor gezondheidszorg (veelal een ziekenhuis). Onder andere de volgende onderzoeken zijn bedoeld om een diagnose te stellen: MRI, VP-scan, ERCP, botscan, hartcatherisatie (CAG). interklinische rit, therapeutisch Vervoer van een patiënt van een instelling voor gezondheidszorg naar een andere instelling voor gezondheidszorg, waarbij de patiënt alleen wordt behandeld en niet wordt opgenomen. De behandeling is therapeutisch van aard en is voor rekening van de zorgverzekeraar. 30 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 5
31 5.2.2 Geen vervoer van een patiënt Niet altijd wordt een patiënt vervoerd, het ambulanceteam beoordeelt ter plaatse of behandeling en/of vervoer noodzakelijk zijn. In de volgende gevallen is er geen sprake van vervoer van een patiënt: EHGV-rit (Eerste Hulp Geen Vervoer) Een rit die wordt uitgevoerd met de intentie tot hulpverlening en/of vervoer van één of meer patiënten, waarbij ter plaatse de noodzaak tot vervoer na onderzoek van de patiënt of hulpverlening niet gebleken is. Bij een EHGV-rit is er altijd sprake van contact met een patiënt. De volgende categorieën EHGV-ritten worden onderscheiden: ritten uitgevoerd door een rapid responder behandeling ter plaatse geen behandeling nodig patiënt wil geen behandeling patiënt wil geen vervoer assistentie ongeval / medische assistentie assistentie reanimatie assistentie tillen reanimatie gestaakt / patiënt overleden tijdens behandeling patiënt overleden aangetroffen geannuleerde rit Een rit die wordt opgestart, en eventueel ook wordt uitgegeven, met de intentie tot hulpverlening en/of vervoer, maar die door de centralist van de MKA wordt stopgezet voordat het ambulanceteam met de ambulance is vertrokken naar het opgegeven adres. Een rit kan worden geannuleerd tijdens de tijdsduur aanname en uitgifte of tijdens de uitruktijd. afgebroken rit Een rit die wordt uitgevoerd met de intentie tot hulpverlening en/of vervoer, waarbij tijdens het aanrijden -dus voordat de ambulance op de plaats van bestemming arriveert- de centralist de rit afbreekt. In geval van pech of een ongeluk met de ambulance, kan het ambulanceteam de rit afbreken. Een rit kan worden afgebroken tijdens de aanrijtijd. loze rit Een rit die wordt uitgevoerd met de intentie tot hulpverlening en/of vervoer, waarbij na aankomst op de (veronderstelde) locatie van de patiënt blijkt dat geen noodzaak voor hulpverlening en/of vervoer (meer) aanwezig is. Een rit kan pas een loze rit blijken te zijn nadat de ambulance is gearriveerd op de plaats waar de patiënt zou moeten zijn. De volgende categorieën loze ritten kunnen onderscheiden worden: patiënt niet gereed geen patiënt aangetroffen ambulance weigert i.v.m. bedreiging/agressie/geweld uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 5 31
32 Een geannuleerde rit, een afgebroken rit en een loze rit lijken sterk op elkaar. Het gaat in alle drie gevallen om een rit die wordt uitgevoerd, maar waarbij uiteindelijk geen hulpverlening noch vervoer van een patiënt plaatsvindt. De verschillen zijn gelegen in het moment waarop de rit eindigt en door wie: de geannuleerde rit en de afgebroken rit worden -voortijdig- beëindigd door de centralist van de MKA tijdens de melding, het uitrukken of aanrijden de loze rit eindigt op het moment dat de ambulance arriveert op de plaats van bestemming, het ambulanceteam constateert dat er sprake is van een loze rit aankomst patiënt tijdsduur aanname en uitgifte uitruktijd aanrijtijd patiënt niet gereed/ patiënt niet aanwezig geannuleerde rit afgebroken rit loze rit 5.3 Soort rit: interregionaal en internationaal vervoer interregionale rit Een rit waarbij het breng- en haaladres in verschillende RAV-regio s gelegen zijn. grensoverschrijdende rit Een rit waarbij het breng- en haaladres in verschillende landen (Nederland en België/Duitsland) gelegen zijn. internationale rit Een rit waarbij de patiënt naar het buitenland of een internationale luchthaven wordt vervoerd, dan wel uit het buitenland of van een internationale luchthaven wordt opgehaald. De definitie van internationale rit is bedoeld voor die ambulanceorganisatie die van het ministerie van VWS een vergunning tot het uitvoeren van zogenaamd buitenlandvervoer hebben verkregen (WAV). De volgende soorten internationaal vervoer worden onderscheiden: een patiënt wordt vervoerd naar het buitenland een patiënt wordt gerepatrieerd uit het buitenland. In beide gevallen gaat het om vervoer van een patiënt door een Nederlandse ambulance. 32 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 5
33 6 Melding: de handelingen bij een concrete zorgvraag In dit hoofdstuk zijn de begrippen beschreven die horen bij het meldingsproces dat start nadat een melding is binnengekomen bij de Meldkamer Ambulancezorg. Het gaat hier om aanname en uitgifte. Bij de MKA werken (verpleegkundig) centralisten die bevoegd zijn om de vraag af te handelen. De centralist biedt geprotocolleerde zorg conform de geldende triagesystematiek. N.b.: de medisch-inhoudelijke handelingen die door de centralist worden uitgevoerd zijn niet in dit begrippenkader opgenomen, hiervoor wordt verwezen naar door de sector vastgestelde protocollen. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 6 33
34 34 uniform begrippenkader hoofdstuk
35 aanname Het uitvragen van de aanvrager door de centralist. Dit resulteert in een indicatiestelling, al dan niet gevolgd door de inzet van een zorgverlener door de centralist. begin aanname De aanname start op het moment dat de telefoon door de centralist wordt aangenomen. indicatie Aanduiding van de (vermoede) aandoening, het letsel en/of de toestand van de patiënt. Op grond van de indicatie bepaalt de centralist of en met welke urgentie ambulancezorg noodzakelijk is. Ter ondersteuning van het triageproces maakt de centralist van de MKA gebruik van de door de sector vastgestelde triagemethodiek. Indien een aanvrager belt met 112, komt hij/zij niet direct bij de centralist van de MKA terecht. Dit voorafgaande traject is in dit begrippenkader niet nader beschreven. triage Het dynamische proces van urgentie bepalen en het vervolgtraject indiceren. meldersinstructie De zorginstructie aan de aanvrager door de centralist ter overbrugging van de periode tot het ambulanceteam ter plaatse is of waarmee de aanvrager de zorgvraag zelf kan afhandelen. De instructie kan zowel medisch/inhoudelijk als van logistieke aard zijn. uitgifte Het inschakelen van de ambulance door de centralist indien deze inzet van ambulancezorg noodzakelijk acht. Dit resulteert in een ritopdracht van de centralist aan het ambulanceteam. Selectie van de ambulance vindt plaats op basis van de beschikbaarheid, de urgentiestelling en de locatie waar de ambulance zich bevindt én de plaats waar de ambulance naar toe moet. De volgende redenen voor het geven van een ritopdracht worden onderscheiden (nader uitgewerkt in hoofdstuk 5): een concrete zorgvraag, waarbij een onderscheid in 3 urgenties geldt ( 4.1) het bewaken van de beschikbaarheid: voorwaardenscheppende rit ( 4.2) een GHOR-inzet, dan wel het handhaven van de openbare orde en veiligheid: stand by-rit ( 4.3) knipmoment Het moment in de melding waarop de centralist besluit om een ambulance te sturen en waarop hij/zij een ambulanceteam alarmeert. tijdsduur aanname en uitgifte De tijdsduur vanaf het begin van de aanname (= het opnemen van de telefoon) door de centralist tot het moment waarop de centralist de ritopdracht heeft verstrekt aan het uitvoerende ambulanceteam. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 6 35
36 ritopdracht Opdracht van de centralist aan het ambulanceteam. Hierbij worden tenminste urgentie en de locatie van de patiënt doorgegeven. De ritopdracht vindt plaats in de vorm van alarmering van het ambulanceteam, via de (mobiele) telefoon, de portofoon, de pager, de mobilofoon of de mobiele data terminal (MDT). De ritopdracht kan variëren in urgentie en soort (spoed, besteld, voorwaardenscheppend, etc.). Andere relevante informatie volgt later als de ambulance onderweg is. geen ritopdracht, alternatieve actie De centralist van de MKA constateert naar aanleiding van de melding dat inzet van een ambulance niet noodzakelijk is. Eventueel volgt een alternatieve actie. De volgende alternatieve acties kunnen door de centralist van de MKA ondernomen worden: doorverwijzing naar een andere zorg- of hulpverlener: - huisarts - HAP - verloskundige - specialist - SEH - psychiater - RIAGG - politie - anders zelfzorgadvies overig 36 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 6
37 7 Inzet ambulance: de handelingen na uitgifte In dit hoofdstuk zijn de begrippen beschreven die horen bij alle handelingen vanaf het moment dat de centralist van de MKA het ambulanceteam een ritopdracht heeft verstrekt. Het ambulanceteam biedt geprotocolleerde zorg conform het geldende protocol. N.b.: de medisch-inhoudelijke handelingen die door het ambulanceteam worden uitgevoerd zijn niet in dit begrippenkader opgenomen, hiervoor wordt verwezen naar de door de sector vastgestelde protocollen. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 7 37
38 38 uniform begrippenkader hoofdstuk
39 7.1 Uitruk uitruk Het ambulanceteam maakt zich klaar voor vertrek na de opdracht van de centralist (alarmering of ritopdracht). vertrektijd ambulance na opdracht Het moment waarop de ambulance vertrekt met het complete ambulanceteam (ambulancechauffeur + ambulanceverpleegkundige). De ambulance kan vanuit verschillende locaties vertrekken: vanaf de standplaats vanaf een uitrukpost of opkomstplaats van elders (al dan niet mobiel) De ambulance kan vanuit een bepaalde dienstenstructuur vertrekken: vanuit een parate dienst vanuit een aanwezigheidsdienst vanuit een beschikbaarheidsdienst uitruktijd De tijdsduur vanaf het moment waarop de centralist het uitvoerende ambulanceteam heeft gealarmeerd tot het moment waarop de ambulance na de alarmering vertrekt (= wielen in beweging) met het complete ambulanceteam naar de door de centralist opgegeven plaats. 7.2 Aanrijden koerswijziging Wijziging van de bestemming van de ambulance terwijl de ambulance onderweg is naar de patiënt na overleg tussen de centralist van de MKA en het ambulanceteam. aankomsttijd ter plaatse Het moment waarop de ambulance arriveert op de door de centralist van de MKA aangegeven plaats zo dicht mogelijk bij de patiënt en waar de ambulance nog kan komen. aanrijtijd De tijdsduur vanaf het moment waarop de ambulance na de alarmering vertrekt met het complete ambulanceteam naar de door de centralist aangegeven plaats tot het moment waarop de ambulance arriveert bij de plaats waar de patiënt zich bevindt en waar de ambulance nog kan komen. In de registratie van de prestaties van ambulancezorg worden drie tijdsintervallen bij elkaar opgeteld (de tijdsduur aanname en uitgifte, de uitruktijd en de aanrijtijd) tot tezamen de responstijd: responstijd De tijdsduur vanaf het begin van de aanname door de centralist van de MKA tot het moment waarop de ambulance arriveert bij de plaats waar de patiënt zich bevindt en waar de ambulance nog kan komen. uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 7 39
40 7.3 Behandeling, vervoer en overdracht behandeltijd ter plaatse De tijdsduur tussen het moment waarop het ambulanceteam aankomt bij de patiënt en het moment waarop de ambulance vertrekt vanaf de locatie patiënt. vertrektijd vanaf locatie patiënt Het moment waarop de ambulance vertrekt vanaf de locatie van de patiënt. vooraankondiging aan de meldkamer Het ambulanceteam informeert, wanneer een patiënt wordt vervoerd, de centralist (conform het geldende protocol) over: bestemming ambulance vervoersurgentie MIST-gegevens (ongevalsmechanisme, vermoedelijk letsel, vitale functies en gegeven behandeling) al dan niet noodzaak tot vooraankondiging aan de ontvangende instelling De vooraankondiging aan de ontvangende instelling kan door de centralist of door het ambulanceteam gedaan worden. De vooraankondiging vindt bij voorkeur plaats via een conference call of een andere verbinding die wordt gelogd. bestemming De locatie waar het ambulanceteam de patiënt naar toe brengt. Indien de patiënt naar een instelling voor gezondheidszorg wordt gebracht, is deze instelling pas verantwoordelijk voor de zorg voor de patiënt na overdracht door het ambulanceteam. bestemmingswijziging Wijziging van de bestemming van de ambulance tijdens het vervoer van een patiënt na overleg tussen de centralist, het ambulanceteam en de ontvangende zorginstelling. tijd aankomst bestemming Het moment waarop het ambulanceteam met de patiënt op de plaats van bestemming is aangekomen. vervoerstijd De tijdsduur vanaf het moment waarop de ambulance vertrekt vanaf de locatie patiënt tot het moment waarop de ambulance aankomt bij de plaats bestemming. overdrachtstijd De tijdsduur vanaf het moment waarop de ambulance aankomt bij de plaats bestemming tot het moment waarop het ambulanceteam zich vrijmeldt. tijd vrijmelding Het moment waarop het ambulanceteam zich beschikbaar meldt bij de centralist voor een nieuwe ritopdracht. Voor het bewaken van de beschikbaarheid geldt de regel: mens gaat voor materiaal. Dit houdt in dat wanneer er een spoedmelding is, het ambulanceteam beschikbaar is, al moet na de (vorige) hulpverlening het materieel in de ambulance nog aangevuld worden en is de ambulance nog niet (volledig) inzetgereed. Indien de ambulance inzetgereed gemaakt moet worden, meldt het ambulanceteam dit zo spoedig mogelijk na aankomst op de bestemming bij de centralist. tijdsduur opdracht De tijdsduur vanaf het moment waarop de centralist van de MKA het uitvoerende ambulanceteam heeft gealarmeerd tot het moment waarop het ambulanceteam zich vrijmeldt. 40 uniform begrippenkader ambulancezorg hoofdstuk 7
Uniform Begrippenkader Ambulancezorg
Uniform Begrippenkader Ambulancezorg Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 secretariaatazn@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl tekst
Nadere informatieHighlights Ambulances in-zicht 2011
Highlights Ambulances in-zicht 2011 Ambulancezorg Nederland brengt ieder jaar een sectorrapport uit waarmee breed inzicht geboden worden in de sector ambulancezorg. Het sectorrapport, Ambulances in-zicht,
Nadere informatieUniform Begrippenkader Ambulancezorg
Uniform Begrippenkader Ambulancezorg Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 secretariaatazn@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl tekst
Nadere informatieHighlights Ambulances in-zicht 2010
Highlights Ambulances in-zicht 2010 Ambulancezorg Nederland brengt ieder jaar een sectorrapport uit waarmee breed inzicht geboden worden in de sector ambulancezorg. Het sectorrapport, Ambulances in-zicht,
Nadere informatieStaat van vaste activa Financiering deelnemende gemeenten Resultaat deelneming Ambulancedienst Timmermans BV
BIJLAGEN Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3 Bijlage 4 Bijlage 5 Staat van vaste activa Financiering deelnemende gemeenten Resultaat deelneming Ambulancedienst Timmermans BV Meerjarenraming Producten BEGROTING
Nadere informatieAmbulancezorg en ziekenvervoer
Ambulancezorg en ziekenvervoer Inhoud Kort en bondig Ambulancezorg samengevat Terreinbeschrijving en organisatie Wat is ambulancezorg? Aanbod Hoe groot is het aanbod en neemt het toe of af? Zijn er regionale
Nadere informatieSpecialtyteam. Wanneer en waar? Waarom een Specialtyteam?
Specialtyteam Specialtyteam Wanneer en waar? Vanaf begin dit jaar is ons nieuwe Specialtyteam operationeel inzetbaar vanaf standplaats Karperweg in Amsterdam. Dat brengt ook zichtbare veranderingen in
Nadere informatieDynamisch Ambulancemanagement
Dynamisch Ambulancemanagement Versie: 2.0, juni 2009 Status: definitief Vastgesteld door: het Algemeen Bestuur Vereniging Ambulancezorg Nederland op 17 juni 2009 Dynamisch Ambulancemanagement inhoudsopgave
Nadere informatieNota Verantwoorde Ambulancezorg
Nota Verantwoorde Ambulancezorg Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Postbus 489 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst Ambulancezorg Nederland Redactie
Nadere informatieNota Verantwoorde Ambulancezorg 2013
Nota Verantwoorde Ambulancezorg 2013 Nota Verantwoorde Ambulancezorg Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Postbus 489 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatieReferentielijst 2013 Nota Verantwoorde Ambulancezorg
Referentielijst 2013 Nota Verantwoorde Ambulancezorg Hoofdstuk 1 Ambulancezorg; mobiele schakel in de (acute) zorgketen 1.1 Sectorrapport Ambulances-in-zicht 2011, artikel 4 en 6 Wet veiligheidsregio s
Nadere informatieDe opleiding tot verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg
De opleiding tot verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg De beschrijving van het deskundigheidsgebied van de verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg is ontleend aan het functieprofiel
Nadere informatieAmbulancezorg in Nederland. van melding tot overdracht
Ambulancezorg in Nederland van melding tot overdracht 2 Inleiding Deze brochure gaat over ambulancezorg. Iedereen is bekend met ambulances; toch weten maar weinig Nederlanders wat er rondom ambulances
Nadere informatieAmbulancezorg in Nederland
Koos Reumer, 2 februari 2015 Ambulancezorg algemeen Vereniging Ambulancezorg Nederland Ontwikkelingen binnen ambulancezorg Jonge sector Wet ambulancevervoer 1973 Tijdelijke wet ambulancezorg 2013 Vereniging
Nadere informatieProtocol verantwoordelijkheidsverdeling prehospitale zorgverlening
Protocol verantwoordelijkheidsverdeling prehospitale zorgverlening 1. Doelstelling Preshospitale zorgverlening, die acuut van aard kan zijn, wordt in dit protocol gedefinieerd als zorg, die om reden van
Nadere informatieAmbulances in-zicht 2013
541.164 A1-inzetten 274.907 A2-inzetten Ambulances in-zicht 2013 328.709 B-inzetten Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl
Nadere informatieKernset 2013. peildatum: 31 december 2013
Kernset 2013 peildatum: 31 december 2013 ALG Algemeen NAW-gegevens ALG 1.1 naam RAV / MKA / regio ALG 1.2 adres ALG 1.3 postcode ALG 1.4 woonplaats ALG 1.5 telefoonnummer ALG 1.6 faxnummer ALG 1.7 emailadres
Nadere informatieProcedure Wijziging Acute Zorgaanbod Brabant 20 juni 2013
Procedure Wijziging Acute Zorgaanbod Brabant 20 juni 2013 De Wet Toelating Zorginstellingen (WTZi), welke 1 januari 2006 in werking is getreden, beoogt dat zorgaanbieders zelf verantwoordelijk worden voor
Nadere informatieAmbulances in-zicht 2013
541.164 A1-inzetten 274.907 A2-inzetten Ambulances in-zicht 2013 328.709 B-inzetten Colofon Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl
Nadere informatieAmbulances in-zicht 2015
Sectorrapport Ambulancezorg is zorg aan patiënten die dit acuut nodig hebben. Bijvoorbeeld omdat ze het slachtoffer van een ongeval zijn of omdat ze plotseling ernstig ziek worden. Bij acute ambulancezorg
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2012 208 Wet van 26 april 2012, houdende tijdelijke bepalingen over de ambulancezorg (Tijdelijke wet ambulancezorg) 0 Wij Beatrix, bij de gratie Gods,
Nadere informatieAlles voor de patiënt
Alles voor de patiënt In Oirschot De ambulancezorg Brabant-Zuidoost (AZ) staat voor verantwoorde ambulancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk. AZ biedt verantwoorde ambulancezorg
Nadere informatieNota Verantwoorde Ambulancezorg
Nota Verantwoorde Ambulancezorg Colofon Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon:038 422 57 72 fax: 038 422 26 47 secretariaatbt@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst
Nadere informatieVoorwoord. Colofon. Tekst Ambulancezorg Nederland
Ambulances in-zicht 2010 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 fax: 038 488 26 47 secretariaatazn@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatieVoorwoord. Colofon. Tekst Ambulancezorg Nederland
Ambulances in-zicht 2009 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 fax: 038 488 2647 secretariaatbt@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatieAlles voor de patiënt
Alles voor de patiënt in De ambulancezorg Brabant-Zuidoost (AZ) staat voor verantwoorde ambulancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk. AZ biedt verantwoorde ambulancezorg door
Nadere informatieMet dank aan Anne van den Berg, Jannie Damstra, Geert Jan Kommer, Maarten Mulder, Marjolein Pijnappels, Luppo de Vries
Ambulances in-zicht 2014 Colofon Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst Ambulancezorg Nederland, Zwolle
Nadere informatieAlles voor de patiënt
Alles voor de patiënt In Deurne De ambulancezorg Brabant-Zuidoost (AZ) staat voor verantwoorde ambulancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk. AZ biedt verantwoorde ambulancezorg
Nadere informatieSAMENWERKING HUISARTSENPOST + RAV RAPPORTAGE VAN DE ONDER HUISARTSENPOSTEN GEHOUDEN INTERVIEWS
SAMENWERKING HUISARTSENPOST + RAV RAPPORTAGE VAN DE ONDER HUISARTSENPOSTEN GEHOUDEN INTERVIEWS STAND VAN ZAKEN PER 1 APRIL 2015 SAMENWERKING HUISARTSENPOST + RAV Stand van zaken per 1 april 2015 In het
Nadere informatieAlles voor de patiënt
Alles voor de patiënt in De ambulancezorg Brabant-Zuidoost (AZ) staat voor verantwoorde ambulancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk. AZ biedt verantwoorde ambulancezorg door
Nadere informatieRichtlijn Verantwoordelijkheid Ter Plaatse Regio ZWN
Projectcode Versie 1.0 definitief Datum Januari 2012 Opstellers:: Robert Jan Houmes, medisch coordinator MMT Wim Thies, chief nurse MMT Mr Marie José Blondeau, jurist Erasmus MC Els van der Wallen, manager
Nadere informatieAlles over de ambulance Lesboekje voor groep 5 & 6
Alles over de ambulance Lesboekje voor groep 5 & 6 1 1 Colofon Dit lesboekje is uitgegeven door: Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489 8000 AL Zwolle T 038 422 57 72 F 038 422 26 47 info@ambulancezorg.nl
Nadere informatieAmbulances in-zicht, hoofdstuk
Ambulances in-zicht, 2007 hoofdstuk Colofon Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 fax: 038 422 26 47 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst
Nadere informatieGrootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten
Grootschalige Geneeskundige Bijstand Geneeskundige hulpverlening bij grote incidenten Roel Kerkhoff Beleidsmedewerker GHOR Reggie Diets Regionaal Opleidingscoördinator RAV / Officier van Dienst Geneeskundig
Nadere informatieHoe voorspellend is MKA triage voor A1 en A2?
Hoe voorspellend is MKA triage voor A1 en A2? Jan de Nooij 1 1 Jan de Nooij, arts MG, Medisch Manager Ambulancezorg, RAV en MKA Hollands Midden, Leiden. Contact: jdenooij@ravhm.nl Jan de Nooij: Hoe voorspellend
Nadere informatieColofon. Voorwoord. Tekst Ambulancezorg Nederland
Ambulances in-zicht 2008 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 fax: 038 422 26 47 secretariaatbt@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatieDeskundigheidsgebied en Eindtermen
Deskundigheidsgebied en Eindtermen Opleidingseisen van de opleiding tot verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg Datum 1 september 2015 Versie 1.0 Auteur Opleidingscommissie AZN Beheerder document
Nadere informatieWensenAmbulance Amsterdam e.o. Richtlijnen WensenAmbulance Versie 1.3
Criteria wens De patiënt bevindt zich in een (pre-) terminale fase of lijdt aan een ernstige chronische ziekte ten gevolge waarvan hij/zij niet in staat is op een andere manier dan liggend vervoerd te
Nadere informatieEffectmeting DIA. Conclusies en aanbevelingen. Ambulancezorg Nederland
Effectmeting DIA Conclusies en aanbevelingen Ambulancezorg Nederland bijlage: Effectmeting Directe Inzet Ambulance (DIA), TNO-rapport, TNO 2015 R10240, 11 februari 2015 februari 2015 1 Effectmeting DIA
Nadere informatieAmbulances in-zicht, 2006
Ambulances in-zicht, 2006 Ambulances in-zicht, 2006 Colofon AmbulanceZorg Nederland Veerallee 64 Postbus 485, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 421 86 91 fax: 038 423 68 38 info@ambulancezorgnederland.nl www.ambulancezorgnederland.nl
Nadere informatieCONVENANT met betrekking tot de implementatie van de Wet ambulancezorg (Waz)
CONVENANT met betrekking tot de implementatie van de Wet ambulancezorg (Waz) Partijen: De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, dr. A. Klink, handelend als bestuursorgaan en als vertegenwoordiger
Nadere informatieAmbulances in-zicht 2012 de highlights
Ambulances in-zicht 2012 de highlights Voorwoord 2012 markeert een bijzonder jaar voor de ambulancezorg. Na jarenlange voorbereiding werd de Tijdelijke wet ambulancezorg in de Staten-Generaal vastgesteld.
Nadere informatieAmbulances in-zicht Ambulances in-zicht 2011 2011
Ambulances Ambulancesin-zicht in-zicht2011 2011 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 secretariaatazn@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 1 september 2016 Betreft Kamervragen. Geachte voorzitter,
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340
Nadere informatieBeschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg
Beschrijving Functiegebied Medisch Management binnen de ambulancezorg Opdrachtgever : Ambulancezorg Nederland Opsteller : THYMOS training & advies Status : definitief, bestuurlijk vastgesteld op 22 april
Nadere informatieTabellenboek 2016 Versie d.d. 3 oktober 2017
Tabellenboek 2016 Versie d.d. 3 oktober 2017 Voorwoord Over de jaren 2006 tot en met 2015 heeft Ambulancezorg Nederland het sectorrapport Ambulances in-zicht gepubliceerd. Met ingang van de verslaglegging
Nadere informatieAmbulances in-zicht Ambulances in-zicht 2011 2011
Ambulances Ambulancesin-zicht in-zicht2011 2011 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 secretariaatazn@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl
Nadere informatie/// Help ons beter helpen.
/// Help ons beter helpen. Als je 112 belt In het verkeer Bij zorgverlening ////////////////////////////////////////////////////////////// /// de mensen van de ambulance /// de mensen van de ambulance
Nadere informatieHierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Bruins Slot (CDA) over spoed-ambulances die vaak te laat komen (2016Z08663).
> Retouradres Postbus 20350 2500 EJ Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Bezoekadres: Parnassusplein 5 2511 VX Den Haag T 070 340 79 11 F 070 340
Nadere informatieKwaliteitskader. f irst responder
Kwaliteitskader f irst responder Versie 1.0. Juli 2015 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 1.1 Inleiding 3 1.2 Totstandkoming kwaliteitskader first responder 3 1.3 Reikwijdte kwaliteitskader first responder 3
Nadere informatieMarktgedrag. Nederlandse Zorgautoriteit
Nederlandse Zorgautoriteit Marktstructuur In Nederland zijn 25 RAV's aangewezen als aanbieder van ambulancezorg. De RAV is verantwoordelijk voor de uitvoering van ambulancezorg in de betreffende regio.
Nadere informatieLeidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland
Leidraad wijziging acuut zorgaanbod Midden-Nederland APRIL 2015 1. Inleiding Het doel van het Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ) is het borgen en optimaliseren van de beschikbaarheid, de bereikbaarheid
Nadere informatieNationaal Nummerplan Ambulancezorg Nederland
Nationaal Nummerplan Ambulancezorg Nederland Versie 5.4 Februari 2016 Nationaal nummerplan Ambulancezorg Nederland versie 5.4 Referentie: Landelijk Kader Fleetmap C2000 versie 2015 Uniform Begrippenkader
Nadere informatieLEIDRAAD WIJZIGING ACUUT ZORGAANBOD 2.0
LEIDRAAD WIJZIGING ACUUT ZORGAANBOD 2.0 November 2015 1. Inleiding Het doel van het Regionaal Overleg Acute Zorgketen (ROAZ) is het borgen en optimaliseren van de beschikbaarheid, de bereikbaarheid en
Nadere informatieGespecialiseerd Ambulancevervoer. Voor Psychiatrisch Patiënten Presentatie dd 21 05 2013 Door Bryan Tjon a Njoek, Chauffeur Jerzy Koopmans SPV
Gespecialiseerd Ambulancevervoer Voor Psychiatrisch Patiënten Presentatie dd 21 05 2013 Door Bryan Tjon a Njoek, Chauffeur Jerzy Koopmans SPV Juni 1892 Pilot gespecialiseerd vervoer 2 jaar voorbereiding
Nadere informatieSAMENWERKING IS DE BRUG NAAR DE TOEKOMST
SAMENWERKING IS DE BRUG NAAR DE TOEKOMST EEN VISIE OP SAMENWE RKING IN DE NACHT IN DE SPOEDZOR G Versie 2.1- maart 2015 1 1. Inleiding 1.1 Aanleiding LHV Kring Midden-Nederland, Primair Huisartsenposten
Nadere informatieVerpleegkundige met taakaccent (acute) psychiatrie
Verpleegkundige met taakaccent (acute) psychiatrie Doelstelling van de functie: Verleent in planbare situaties laag- en mediumcomplexe ambulancezorg en verleent in aanvulling daarop zorg ten behoeve van
Nadere informatieMarktscan en beleidsbrief Ambulancezorg
Marktscan en beleidsbrief Ambulancezorg Weergave van de markt 2010-2013 december 2013 Marktscan Ambulancezorg 2013 Inhoud Vooraf 5 Managementsamenvatting 7 1. Inleiding 11 1.1 Aanleiding 11 1.2 Totstandkoming
Nadere informatieFunctieprofiel Ambulanceverpleegkundige (uitgebreid)
Functieprofiel Ambulanceverpleegkundige (uitgebreid) Doelstelling van de functie: Verleent ambulancezorg aan patiënten, stelt een werkdiagnose en voert op basis daarvan conform protocol de noodzakelijke
Nadere informatieREFERENTIELIJST 2018: NOTA GOEDE AMBULANCEZORG
REFERENTIELIJST 2018: NOTA GOEDE AMBULANCEZORG 1. AMBULANCEZORG: MOBIELE SCHAKEL IN DE (ACUTE)ZORGKETEN 1.1 Ambulances in-zicht 2015 Ambulancezorg Nederland,, artikel 4 en 6 Wet veiligheidsregio s 2012
Nadere informatieAlles voor de patiënt in Bladel
Alles voor de patiënt in De Regionale Ambulance Voorziening Brabant-Zuidoost staat voor verantwoorde ambulancezorg op maat, op het afgesproken moment en/of zo spoedig mogelijk. RAV Brabant-Zuidoost biedt
Nadere informatieFundamentele vraagstukken
Fundamentele vraagstukken gekoppeld aan het Bekwaamheidsbeleid Verpleegkundig Centralist Meldkamer Ambulancezorg Nederlandse Vereniging van Medisch Managers Ambulancezorg Verpleegkundigen & Verzorgenden
Nadere informatie: Verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg
Functieomschrijving Organisatie Functiebenaming : RAV Brabant WMN : meldkamer ambulancezorg Datum van vaststelling : Kern/doel van de functie De verpleegkundig centralist meldkamer ambulancezorg draagt
Nadere informatieAmbulances in-zicht 2012
Ambulances in-zicht 2012 Colofon Voorwoord Ambulancezorg Nederland Veerallee 68 Postbus 489, 8000 AL Zwolle telefoon: 038 422 57 72 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst Ambulancezorg Nederland,
Nadere informatieProcedure communicatie & gewondenspreiding tijdens opgeschaalde zorg / rampopvang
Procedure communicatie & gewondenspreiding tijdens opgeschaalde zorg / rampopvang Document-informatie onderdeel van het kritische proces opschaling opgesteld door manager MKA & directie Ambulance Amsterdam
Nadere informatieRegionale samenwerking in de triage in de acute (huisartsen)zorg
Regionale samenwerking in de triage in de acute (huisartsen)zorg Symposium Samen in de acute zorg 2016 14 maart 2016 Inhoud presentatie: Visie op spoed (huisartsen)zorg tijdens ANW-uren Dokterswacht Friesland
Nadere informatieNOTA GOEDE AMBULANCEZORG
NOTA GOEDE AMBULANCEZORG COLOFON Ambulancezorg Nederland Postbus 489 8000 AL Zwolle Telefoon: 088-3838200 info@ambulancezorg.nl www.ambulancezorg.nl Tekst Ambulancezorg Nederland Redactie De Huurwoordenaar
Nadere informatieVerpleegkundig Centralist/ Verpleegkundig Centralist i.o.
Voor onze Meldkamer (MKA) zijn wij op zoek naar kandidaten voor de functie van: Verpleegkundig Centralist/ Verpleegkundig Centralist i.o. Arbeidsduur: Functie-inhoud: 36 uur per week Als Verpleegkundig
Nadere informatieAmbulancechauffeur (i.o.) standplaats Amsterdam-West
Wij zijn op zoek naar een kandidaat die per mei/juni 2017 start met de opleiding voor de functie van: Ambulancechauffeur (i.o.) standplaats Amsterdam-West Arbeidsduur: 36 uur per week Functie-inhoud: Als
Nadere informatieNationaal Nummerplan Ambulancezorg Nederland
Nationaal Nummerplan Ambulancezorg Nederland Versie 5.0 April 2009 Nationaal nummerplan Ambulancezorg Nederland versie 5.0 Referentie: Landelijk Kader Fleetmapping C2000 versie 2008/6.1 Versie : 1.0 Definitieve
Nadere informatieInzet centralist op de Meldkamer voor Ambulancezorg
Inzet centralist op de Meldkamer voor Ambulancezorg Versie: 2.0, augustus 2009 Status: definitief Opgesteld door: Mr. J.J.A. van Boven, VAN BOVEN Juridisch Adviesbureau voor de Gezondheidszorg in opdracht
Nadere informatieAmbulancechauffeur i.o.
Voor alle standplaatsen van Ambulance Amsterdam zijn wij voor de opleiding van 1 november 2015 op zoek naar kandidaten voor de functie van: Ambulancechauffeur i.o. Arbeidsduur: 36 uur per week Functie-inhoud:
Nadere informatieInzetvoorstellen en codes
Inzetvoorstellen en codes GHOR Groningen en de Meldkamer Ambulancezorg werken bij grootschalige calamiteiten met inzetvoorstellen. Een inzetvoorstel geeft aan hoeveel ambulances, functionarissen en eventueel
Nadere informatieBrancherichtlijn Optische en Geluidssignalen Spoedeisende medische hulpverlening
Brancherichtlijn Optische en Geluidssignalen Spoedeisende medische hulpverlening Versie: augustus 2009 Status: definitief Vastgesteld door: - het algemeen bestuur Vereniging Ambulancezorg Nederland op
Nadere informatieOnderwerp: Overzicht ontwikkelingen en maatregelen aanrijtijden RAV Haaglanden
Bijlage 2 bij Informatiebrief aan de Raad m.b.t. aanrijtijden RAV Haaglanden: Onderwerp: Overzicht ontwikkelingen en maatregelen aanrijtijden RAV Haaglanden 2013-2017 Aanleiding RAV Haaglanden legt verantwoording
Nadere informatieDe beschrijving van het deskundigheidsgebied van de ambulanceverpleegkundige is ontleend aan het functieprofiel ambulanceverpleegkundige.
De opleiding tot ambulanceverpleegkundige De beschrijving van het deskundigheidsgebied van de ambulanceverpleegkundige is ontleend aan het functieprofiel ambulanceverpleegkundige. Het deskundigheidsgebied
Nadere informatieprotocolwaaier VerloSKUNDiGeN
protocolwaaier VERLOSKUNDIGEN AmbulanceZorg Rotterdam-Rijnmond Breslau 2 2993 LT Barendrecht Tel: 0180 64 33 00 Dringend patiëntenoverleg Dienstdoende medisch manager ambulancezorg 7 x 24 uur via meldkamer
Nadere informatieHij draagt in deze hoedanigheid zorg voor:
Inleiding Patiënten worden in het ziekenhuis regelmatig door meerdere medisch specialisten tegelijk behandeld. In het verleden is verschillende malen geconstateerd dat de onderlinge verantwoordelijkheden
Nadere informatiePROTOCOLLEN MELDINGEN BESCHIKBAARHEID ZIEKENHUIZEN
PROTOCOLLEN MELDINGEN BESCHIKBAARHEID ZIEKENHUIZEN calamiteit, time-out, capaciteitsbeperking Auteur: Opdrachtgever: Werkgroep meldingen beschikbaarheid ziekenhuizen ROAZ Drenthe/Groningen en ROAZ Friesland
Nadere informatieManagementsamenvatting
Managementsamenvatting Urgentie-indeling in de ambulancezorg en acute eerstelijnszorg Een verantwoording voor de urgentie-indeling ISBN 978-94-6122-558-0 Aanleiding Het verder ontwikkelen van de samenwerking
Nadere informatieProgramma. Even voorstellen. Beeldvorming. De Calamiteiten coördinator VRGZ
Programma Even voorstellen Beeldvorming De Calamiteiten coördinator VRGZ Even voorstellen Beeldvorming Gemeenschappelijke meldkamer Gelderland-Zuid Brandweer Meldkamer Ambulance Politie Calamiteiten coördinator
Nadere informatieBELEIDSREGEL BR/REG-18126
BELEIDSREGEL Beleidsregel prestatiebeschrijvingen voor ergotherapie Gelet op artikel 57, eerste lid, onderdelen b en c, van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg), stelt de Nederlandse Zorgautoriteit
Nadere informatieNOTA VERANTWOORDE AMBULANCEZORG
NOTA VERANTWOORDE AMBULANCEZORG Zwolle, maart 2003 Inhoudsopgave Voorwoord 2 1. Inleiding 3 1.1 De eisen uit de Kwaliteitswet Zorginstellingen 3 1.1.1 Het leveren van verantwoorde zorg 3 1.1.2 Het ontwikkelen
Nadere informatieProgramma espoed. Gert Koelewijn Project Manager 23 november 2012
Programma espoed Gert Koelewijn Project Manager 23 november 2012 Boodschap Voor het verbeteren van de medicatieveiligheid in de acute zorg zijn standaarden beschikbaar. Zij hebben gegevens nodig Inhoud
Nadere informatieOp weg naar een efficiënte zorgverlening
Op weg naar een efficiënte zorgverlening INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Organisatie 4 2.1. AZRR / RHRR 4 2.2. AZRR / BIOS-groep 5 2.3. AZRR / stafbureau 5 2.4. Privacy 5 2.5. Nazorg 5 2.6. Klachten 5
Nadere informatieBehandeld door adres Kenmerk directie Zorgmarkten Cure JKUK/mbrd/CI/08/01c
Aan de besturen van: - Algemene ziekenhuizen (010) - Academische ziekenhuizen (020) - Ambulancediensten (240) - CPA s (810) en zorgverzekeraars Newtonlaan 1-41 3584 BX Utrecht Postbus 3017 3502 GA Utrecht
Nadere informatieINHOUDSOPGAVE. 1. Inleiding 3
INHOUDSOPGAVE 1. Inleiding 3 2. Organisatie 4 2.1. AZRR / RHRR 4 2.2. AZRR / BIOS-groep 5 2.3. AZRR / stafbureau 5 2.4. Privacy 5 2.5. Nazorg 5 2.6. Klachten 5 3. Medewerkers 7 3.1. Verpleegkundige 7 3.2.
Nadere informatieIncident Monstertruck Haaksbergen
Tijs Klaassen, Rapid Responder Ambulance Oost OvD-G GHOR Twente Start incident 28 september 2015 15:59:30 uur - Totaal 8 112-meldingen - Tijdens de eerste meldingen wordt door de melders aangegeven dat
Nadere informatieCONVENANT. SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES
CONVENANT SLOTERVAART ZIEKENHUIS VEILIGHEIDSREGIO Amsterdam-Amstelland SAMENWERKINGSAFSPRAKEN VOOR RAMPEN EN CRISES 2012 Ondergetekenden: 1. Het Slotervaart, gevestigd te Amsterdam, in deze rechtsgeldig
Nadere informatiePastorale zorg bij rampen
2 Inhoud: 1. Doelstelling pag. 3 2. Realisatie pag. 4 3. Begrippen pag. 5 4. Verantwoordelijkheid pag. 6 5. Pastorale verzorger pag. 7 6. Taken pastorale verzorger pag. 8 7. Coördinator pastorale zorg
Nadere informatieBas Leerink. Lid Dagelijks Bestuur Landelijk Netwerk Acute zorg
Bas Leerink Lid Dagelijks Bestuur Landelijk Netwerk Acute zorg Nationale Spoedzorg Congres Bas Leerink 8 november 2018 Van papier naar praktijk 3 Ontwikkelingen in de acute zorg Druk op de acute zorgketen;
Nadere informatiePICA Seminar Patiëntenlogistiek. Spreiding en bereikbaarheid acute zorg
PICA Seminar Patiëntenlogistiek Spreiding en bereikbaarheid acute zorg 1 10 december 2012 Spreiding en bereikbaarheid acute zorg Acute zorg, vraag, aanbod, patiëntenstromen Bereikbaarheid SEH s Spreiding
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2001 2002 26 956 Beleidsnota Rampenbestrijding 2000 2004 Nr. 11 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT EN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE
Nadere informatieAdvies. Bekostiging en financiering ambulancezorg per 1 januari 2014
Advies Bekostiging en financiering ambulancezorg per 1 januari 2014 juni 2013 2 Inhoud Vooraf 5 Managementsamenvatting 7 1. Inleiding 11 1.1 Aanleiding advies 11 1.2 Totstandkoming advies 12 1.3 Afbakening
Nadere informatieKwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO
addendum Kwaliteitskader Crisisbeheersing en OTO De zorgsector aantoonbaar voorbereid op rampen en crises Landelijke Huisartsen Vereniging inhoudsopgave Inhoudsopgave I Voorwoord 5 II Definities III Leeswijzer
Nadere informatieCZO Opleiding Verpleegkundig Centralist Meldkamer Ambulancezorg Projectgroep CZO Accreditatie Opleidingen Ambulancezorg Nederland
10-04-2013 DESKUNDIGHEIDSGEBIED EN EINDTERMEN OPLEIDING VERPLEEGKUNDIG CENTRALIST MELDKAMER AMBULANCEZORG CZO Opleiding Verpleegkundig Centralist Meldkamer Ambulancezorg Projectgroep CZO Accreditatie Opleidingen
Nadere informatieBESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer
BESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer Het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie,
Nadere informatieGelet op artikel 4, eerste en derde lid, van de Wet ambulancezorg en de artikelen 7, 10, tweede lid, en 11 van het Besluit ambulancezorg;
Regeling van de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport van 2009, CZ, houdende nieuwe eisen inzake de ambulancezorg (Regeling ambulancezorg) CZ Datum versie 18 september 2009, versie 1.0 De Minister
Nadere informatieREGIONAAL OVERLEG ACUTE ZORG regio Zwolle. procedure wijziging acute zorgaanbod
REGIONAAL OVERLEG ACUTE ZORG regio Zwolle procedure wijziging acute zorgaanbod 1. Achtergrond Het doel van het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) is het optimaliseren van de afstemming tussen de aanbieders
Nadere informatieInstructie Intensive Care v (ingangsdatum instructie )
Instructie Intensive Care v20081001 (ingangsdatum instructie 1-1-2009) Contactgegevens Stichting DBC-Onderhoud Telefoon: 030-2739685 Fax: 030-2739553 E-mail Helpdesk: info@dbconderhoud.nl Internetadres:
Nadere informatie