1 Kader: naar een nieuwe prioriteitsbepaling voor de zorgregie

Transcriptie

1 Omzendbrief 26 oktober 2010 gericht aan de voorzitters en de stuurgroepen van de ROG's gericht aan de provinciale coördinatiepunten handicap gericht aan de voorzieningen en diensten, de multi-disciplinaire teams, de gebruikersverenigingen en de derde aanmeldersorganisaties Uw coördinator zorgregie: Micheline De Gussem (Antwerpen); Liesbet Maes (Vlaams- Vragen naar: Brabant en Brussel) Evi Vangeneugden (Limburg); Lies Ouvry (Oost-Vlaanderen); Janick Appelmans (West-Vlaanderen) Telefoon: 02/ Bijlage(n): geen Opstart van de regionale prioriteitencommissies 1 Kader: naar een nieuwe prioriteitsbepaling voor de zorgregie 1.1 Waarom een nieuwe prioriteitsbepaling? Uit de evaluatie van de uitvoeringsrichtlijnen zorgregie is gebleken dat we er met de huidige uitvoeringsrichtlijnen niet toe komen om de meest urgente zorgvragen duidelijk naar boven te halen. 1.2 Grote lijnen van de toekomstige prioriteitsbepaling (najaar 2011) In nauwe samenspraak met de Permanente Cel werkt het VAPH een nieuwe en eenvoudige prioriteitsbepaling uit, waarbij de meest prioritaire zorgvragen in gezamenlijk overleg worden aangeduid. In de toekomst (najaar 2011) zal de prioriteitsbepaling gebaseerd zijn op drie codes. De contactpersoon kent aan de zorgvragen de status actief of de status toekomstgericht toe. Om binnen de grote groep van de actieve zorgvragen de meest dringende zorgvragen naar boven te halen, zullen we op volgende wijze werken: wanneer de contactpersoon meent dat één van zijn zorgvragers tot de meest dringende vragen behoort, vult hij/zij een checklist in. Een ROG-vergadering (de regionale prioriteitencommissie) beoordeelt de zorgvraag op basis van de checklist en kan het statuut prioritair te bemiddelen toekennen. Als de prioriteitencommissie dit statuut niet toekent, blijft de zorgvraag een actieve vraag. Samengevat zal de prioriteitsbepaling er als volgt uitzien: Prioriteitengroep 1: prioritair te bemiddelen vragen, migratievragen en zorgvragen met terugvalbasis (beschermd en geïntegreerd wonen) Prioriteitengroep 2: (alle) actieve vragen (ongeacht wachttijd) Geregistreerd, maar niet opneembaar: toekomstgerichte vragen Deze aanpassing zal zich vormelijk in hoofdzaak vertalen in een aangepast besluit zorgregie, nieuwe uitvoeringsrichtlijnen, een aangepaste webapplicatie zorgregie en de bijhorende infosessies. 1

2 Inhoudelijk zijn de nieuwe prioriteitsbepaling en meer regionale, collectieve verantwoordelijkheid de belangrijkste kenmerken. 1.3 Scoop van de overgang Om na de zomer van 2011 over te gaan naar de nieuwe prioriteitsbepaling en de daaraan aangepaste webapplicatie zorgregie, starten we vanaf dit najaar met de eerste voorbereidingen. De kern van de eerste aanpassingen vormt de opstart van de regionale prioriteitencommissies en de omslag naar het werken met prioritair te bemiddelen dossiers (in plaats van knelpuntdossiers). 1.4 Doel van deze omzendbrief Met deze omzendbrief regelen we de: Opstart van de regionale prioriteitencommissies; Overdracht van de adviesbevoegdheid inzake (convenants voor) knelpuntdossiers na noodsituatie van de Vlaamse naar de regionale prioriteitencommissies; Verdere toekenning van de status knelpuntdossier, die voortaan prioritair te bemiddelen dossier heet: in de overgangsfase van 1/10/2010 tot 31/08/2011 kunnen zowel de zorgbemiddelingsvergadering als de regionale prioriteitencommissie deze status toekennen; Opstart of uitbreiding van de advisering van gemotiveerde afwijkende opnames door de regionale prioriteitencommissie. 2 Prioritair te bemiddelen zorgvragen 2.1 Prioritair te bemiddelen zorgvragen vervangen de knelpuntdossiers en hebben geen wachttijdvereiste Vanaf 1/10/2010 spreken we van prioritair te bemiddelen zorgvragen in plaats van knelpuntdossiers. We kiezen voor de benaming prioritair te bemiddelen zorgvragen omdat deze term beter weergeeft dan knelpuntdossier dat deze groep dringende zorgvragen als eerste aan bod moet komen bij oplossingen onder de vorm van reguliere open plaatsen, convenants of andere ondersteuning. Door in de naamgeving erop te wijzen dat we in collectief overleg deze dossiers prioritair zullen moeten bemiddelen, willen we ook scherper het onderscheid maken met de plotse noodsituaties, waarvoor onmiddellijke opvang en/of ondersteuning vereist is. Tot nu toe merkten we dat door de vereiste, (vanaf 1/10/2010 afgeschafte) twee jaar wachttijd met hoge urgentie, een grote druk ontstond om beroep te doen op het protocol noodsituatie. Het statuut prioritair te bemiddelen kan toegekend worden aan zorgvragen met een hoge urgentie (urgentiecodes 1 of 2), ongeacht de wachttijd. Dit betekent dat er dus geen vereiste meer is van twee jaar hoge urgentie voor zorgvragen voor meerderjarigen. De ROG s kunnen beslissen om alle bestaande knelpuntdossiers als prioritair te bemiddelen zorgvragen te erkennen, zolang het quotum niet overschreden wordt. Dit statuut eindigt bij het afsluiten van de zorgvraag of wanneer de bevoegde vergadering het statuut ontneemt. 2.2 Criteria om prioritair te bemiddelen zorgvragen te beoordelen Uiteraard geldt als minimale vereiste dat enkel een zorgvraag met urgentiecode 1 of 2 in aanmerking kan komen voor het statuut prioritair te bemiddelen zorgvraag. In de beoordeling wordt minimaal rekening gehouden met volgende punten: 2

3 De kloof tussen de huidige ondersteuning en de noodzakelijke ondersteuning; De vraag tot op welke hoogte de gevraagde ondersteuning (met overeenstemmende zorgvorm en doelgroep) volstaat; De draagkracht van het sociaal netwerk; Het bemiddelingstraject van de zorgvraag; De geestelijke en lichamelijke integriteit van de persoon met een handicap en of zijn netwerk; Het ondersteuningsperspectief en de houdbaarheid hiervan; De instapbereidheid en expliciete voorkeur van de persoon met een handicap. 2.3 Quota per zorgvorm en per ROG Bij de toekenning wordt rekening gehouden met een door het VAPH opgelegd quotum per zorgvorm. Het VAPH berekent een maximaal quotum maar het ROG kan zelf beslissen hoeveel ze van dit maximale quotum wil uitputten. Het quotum is bedoeld om de zorgvragers met prioritair te bemiddelen zorgvragen maximale instroomkansen te bieden. Uitgangspunt bij het bepalen van dit quotum is het gemiddelde van de effectieve uitstroom van de laatste drie jaar vermeerderd met het eventueel toekomstig uitbreidingsbeleid in de regio gedurende het komende jaar. Het ROG kan deze maxima nog verfijnen (naar doelgroep, regio, e.d.). 2.4 Overdracht van de toekenning van de zorgbemiddelingsvergadering naar de regionale prioriteitencommissie Vanaf het najaar 2011 zullen enkel de regionale prioriteitencommissies het statuut van prioritair te bemiddelen zorgvraag kunnen toekennen. Tot dan kunnen zowel zorgbemiddelingsvergaderingen als regionale prioriteitencommissies dit statuut toekennen. Elk ROG beschikt tot het najaar 2011 over de vrijheid om de overgang te regelen. 3 De regionale prioriteitencommissie 3.1 Samenstelling en werking De regionale prioriteitencommissie bestaat uit een vertegenwoordiging van de drie geledingen namelijk vertegenwoordigers van de gebruikersorganisaties, vertegenwoordigers vanuit de voorzieningen en vertegenwoordigers vanuit de verwijzende instanties. In het nieuwe BVR zorgregie voorzien we een evenredige vertegenwoordiging tussen deze drie geledingen. Deze samenstelling wordt aangevuld met een vertegenwoordiger vanuit het VAPH (coördinator zorgregie). Het coördinatiepunt handicap van het ROG neemt naast de inhoudelijke ondersteuning ook het secretariaat van de regionale prioriteitencommissie waar. Het ROG werkt de concrete samenstelling en werking van de regionale prioriteitencommissie uit en vervat dit in een huishoudelijk reglement. Ter inspiratie kan het huishoudelijk reglement van de Vlaamse prioriteitencommissie opgevraagd worden via zorgregie@vaph.be. 3.2 Een eerste opdracht: beslissen over de voortzetting van de lopende convenants voor prioritair te bemiddelen zorgvragen na noodsituatie Tot nu toe kent de Vlaamse prioriteitencommissie het statuut knelpuntdossier na noodsituatie toe en draagt zij cliënten voor om een budget voor een convenant (knelpuntdossier na noodsituatie) te krijgen. Aangezien deze bevoegdheid in 2011 naar de ROG s gaat, heeft het geen zin dat de Vlaamse prioriteitencommissie nog beslist over de verlengingen in Om budgettair-technische redenen 3

4 hebben de meeste convenants voor knelpuntdossier na noodsituatie immers een looptijd tot 31/12/2010. We willen de cliënten en de zorgaanbieders voldoende tijdig zekerheid verstrekken over het al dan niet kunnen voortzetten van hun convenant of van de zoektocht naar een passend aanbod met convenantsmiddelen. Het staat het ROG vrij om de vergadering aan te duiden die zich uitspreekt over de voortzetting van de toekenning. Het VAPH wil hiermee de nodige soepelheid inbouwen: als de regionale prioriteitencommissie nog niet opgericht of samengesteld is, kan het ROG een ander overleg aanduiden of samenstellen om te beslissen over de voortzetting van de lopende convenants voor knelpuntdossier na noodsituatie. Vanaf dan heten deze ook convenants voor prioritair te bemiddelen zorgvragen. Ten laatste op 1/1/2011 starten de regionale prioriteitencommissies, minstens met de toekenning en verlenging van convenants voor prioritair te bemiddelen zorgvragen. Aangezien de ervaring leert dat niet alle middelen voor convenants knelpuntdossier na noodsituatie uitgeput worden, mag tot 125% van het provinciale budget toegekend worden. Vooralsnog zijn de budgetten voor 2011 nog niet gekend, maar indicatief bezorgen we u hierbij de budgetten voor 2010 (100%) en de maximale toekenningsmogelijkheid (125%). Deze budgetten houden dus geen rekening met indexering of uitbreidingsbeleid ROG 100% 125% Antwerpen Vlaams-Brabant en Brussel Limburg Oost-Vlaanderen West-Vlaanderen Totaal (= UB 2008+UB 2010) Nvt Voorts weten we dat in de loop van elk jaar budgetten geheel of gedeeltelijk vrijkomen. Wanneer een cliënt bijvoorbeeld kan instromen in een reguliere plaats komt het budget definitief vrij. Wanneer een cliënt tijdelijk geen gebruik maakt van een budget, bijvoorbeeld omdat de cliënt in een andere sector opgevangen wordt, is het budget voor een beperkte periode beschikbaar. De prioriteitencommissie kan de aldus vrijkomende middelen opnieuw inzetten om voor andere personen een budget te voorzien. In het kader van de Vlaamse prioriteitencommissie ontwikkelde het VAPH een opvolgingstool. Met de coördinatiepunten handicap zullen, aansluitend op een overleg van de technische werkgroep, de nodige afspraken gemaakt worden om de budgetopvolging performant te laten verlopen. 3.3 Een eerste permanente taak: voorstellen voor alle convenants voor meerderjarigen Vanaf 1/1/2011 zullen de regionale prioriteitencommissies de adviesbevoegdheid hebben over alle convenants voor meerderjarigen die een oplossing wensen voor hun zorgvraag met voorkeursregio in of samenvallend met de regio van de prioriteitencommissie. Dit betekent dat zij aan nieuwe prioritair te bemiddelen zorgvragen, ongeacht of er een gevalideerde noodsituatie aan voorafging, middelen voor een convenant kunnen voorstellen, uiteraard binnen de budgettaire mogelijkheden. Bij de opstart zal deze taak zich in hoofdzaak richten op het toekennen van budgetten uit het bijkomend budget voor prioritair te bemiddelen dossiers in het uitbreidingsbeleid Voor deze opdracht zal de budgettaire ruimte bestaan uit de samengevoegde middelen per ROG van alle prioritair te bemiddelen zorgvragen voor meerderjarigen. 4

5 3.4 Toekennen van de status prioritair te bemiddelen Vanaf de inwerkingtreding van de nieuwe prioriteitsbepaling in het najaar 2011 zijn de regionale prioriteitencommissies exclusief bevoegd om de status prioritair te bemiddelen toe te kennen. Het ROG beslist over de timing van de taakoverdracht tussen zorgbemiddelingsvergaderingen en regionale prioriteitencommissie(s). 3.5 Adviseren over afwijking prioriteiten bij opname Ten laatste vanaf het najaar 2011 zal elke regionale prioriteitencommissie zich buigen over de motivatie tot afwijking van de prioriteiten bij opname. De beslissingsbevoegdheid ligt bij het VAPH (coördinator zorgregie), dat met het verleende advies rekening zal houden. Het ROG beslist over de timing van de opstart van deze taak door de regionale prioriteitencommissie(s). 4 Samenvatting Om efficiënt naar een nieuwe en deugdelijkere prioriteitsbepaling toe te werken, starten de ROG s een of meer regionale prioriteitencommissies op. Een eerste opdracht, het beslissen over de voortzetting van de lopende convenants voor prioritair te bemiddelen zorgvragen na noodsituatie, mondt vanaf 1/1/2011 uit in de opname van een recurrente taak, namelijk het toekennen van budgetten voor convenants voor alle prioritair te bemiddelen zorgvragen, ongeacht hun historiek. Ten laatste vanaf het najaar 2011 zullen de regionale prioriteitencommissies ook de bevoegdheid hebben om de prioritair te bemiddelen zorgvragen aan te duiden en motivaties bij afwijkende opnames te beoordelen. Het ROG bepaalt het tempo van de opstart van deze taken of de wijze waarop deze taken overgedragen worden van de zorgbemiddelingsvergadering naar de regionale prioriteitencommissie. Voor een vlotte overgang schrapt het VAPH met onmiddellijke ingang elke wachttijdvereiste met een hoge urgentie om het statuut van prioritair te bemiddelen zorgvraag te krijgen. Wat? Door wie? Vanaf wanneer? Verlengingen bestaande convenants prioritair te Regionale prioriteitencommissie of voorloper daarvan Vanaf 1/10/2010, ten laatste vanaf 1/1/2011 bemiddelen zorgvragen na noodsituatie Toekenning statuut prioritair te Zorgbemiddelingsvergadering Ten laatste tot najaar 2011 bemiddelen zorgvraag Regionale prioriteitencommissie Ten laatste vanaf najaar 2011 Toekenning budgetten Regionale prioriteitencommissie Vanaf 1/1/2011 convenants (bindend advies) Advisering afwijkende opnames Regionale prioriteitencommissie Ten laatste vanaf najaar 2011 Met vriendelijke groeten Laurent Bursens Administrateur-generaal 5