DEFINITIEF d.d REALISATIEOVEREENKOMST

Transcriptie

1 DEFINITIEF d.d REALISATIEOVEREENKOMST DE ONDERGETEKENDEN: 1. DE PROVINCIE NOORD-HOLLAND, te dezen vertegenwoordigd door haar gedeputeerde C. Mooij, namens de commissaris van de Koningin handelend ter uitvoering van het besluit van het college van gedeputeerde staten van [nader invullen], kenmerk [nader invullen], hierna te noemen: Noord-Holland ; 2. DE GEMEENTE HAARLEMMERMEER, te dezen vertegenwoordigd door haar wethouder M.T.J. Blankers-Kasbergen, namens de burgemeester handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van [nader invullen], kenmerk [nader invullen], hierna te noemen: Haarlemmermeer ; 3. DE GEMEENTE AALSMEER, te dezen vertegenwoordigd door haar wethouder P. Boom, namens de burgemeester handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van [nader invullen], kenmerk [nader invullen], hierna te noemen: Aalsmeer ; 4. DE GEMEENTE UITHOORN, te dezen vertegenwoordigd door haar wethouder G.K. Verbruggen, namens de burgemeester handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van [nader invullen], kenmerk [nader invullen], hierna te noemen: Uithoorn ; 5. DE GEMEENTE DE RONDE VENEN, te dezen vertegenwoordigd door haar wethouder A.C. Poortman, namens de burgemeester handelend ter uitvoering van het besluit van het college van burgemeester en wethouders van [nader invullen], kenmerk [nader invullen], hierna te noemen: De Ronde Venen, hierna gezamenlijk te noemen: Partijen, de Partijen sub 2, 3, 4 en 5 hierna gezamenlijk te noemen: de Gemeenten ; OVERWEGENDE DAT: (a) Partijen samen met de gemeente Amstelveen op 7 mei 2001 een overeenkomst (hierna te noemen: de Bestuursovereenkomst ) zijn aangegaan waarin zij afspraken hebben gemaakt teneinde de op het project N201+ betrekking hebbende delen van de intergemeentelijke gebiedsvisie van 4 oktober 2000 (IGGV) in concrete acties te vertalen om te komen tot realisatie van het project N201+ door middel van een, bij voorkeur publiek-private samenwerking, of een daaraan wat financieel resultaat en slagvaardigheid betreft gelijkwaardige samenwerkingstructuur;

2 (b) Partijen overleg hebben gevoerd over samenwerking in het kader van de realisatie van het project N201+, welk overleg geleid heeft tot het regioakkoord N201+ (hierna te noemen: het Regioakkoord ) dat is vastgesteld in de stuurgroep N201+ d.d. 4 november 2002, in welke stuurgroep de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland), de provincie Utrecht, het Regionaal Orgaan Amsterdam (hierna te noemen: ROA ), het Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht, het Hoogheemraadschap Groot-Haarlemmermeer en het Hoogheemraadschap van Rijnland als adviserend lid deelnemen; (c) de Bestuursovereenkomst na verlenging is geëindigd per 18 september 2002 door het uittreden van de gemeente Amstelveen, doch Partijen op 30 januari 2003 een tweede overeenkomst (hierna te noemen: de Bestuursovereenkomst II ) zijn aangegaan waarin zij afspraken hebben gemaakt om te komen tot de uitvoering van het Regioakkoord conform de daarin opgenomen bepalingen, met terugwerkende kracht ingaande per 18 september 2002; (d) De Ronde Venen in tegenstelling tot de overige Partijen, volgens de Bestuursovereenkomst II geen risicodragende positie inneemt en dat ook niet zal gaan doen; (e) Partijen zich in de Bestuursovereenkomst II onder meer ten doel stellen om, ter nadere uitwerking van het Regioakkoord, een realisatieovereenkomst te sluiten, hierna te noemen: de Realisatieovereenkomst. Deze Realisatieovereenkomst is een uitvoeringsovereenkomst in de zin van artikel 4:63 van de Algemene Wet Bestuursrecht; (f) vooruitlopend op de inwerkingtreding van de Realisatieovereenkomst, Partijen in het kader van de Bestuursovereenkomst II hebben besloten het projectonderdeel Verbreding Kruisweg van 2 naar 3 rijstroken reeds in uitvoering te nemen; (g) Noord-Holland, de provincie Utrecht, Uithoorn en De Ronde Venen op 23 april 2003 de als bijlage 1 aangehechte intentieovereenkomst N201+ (hierna te noemen: de Intentieovereenkomst ) zijn aangegaan waarin de provincie Utrecht onder meer heeft verklaard zich in te zullen spannen om de uitvoering van het Regioakkoord mogelijk te maken, zowel ambtelijk als bestuurlijk deel te zullen nemen aan de gewenste besluitvormingsprocessen, zorg te zullen dragen voor tijdige en volledige informatievoorziening met betrekking tot de individuele belangen en standpunten, en terzake het in de Intentieovereenkomst omschreven besluit Fase 2 te zullen handelen met respect voor individuele en gezamenlijke belangen van partijen bij de Intentieovereenkomst. Voorts zijn partijen bij de Intentieovereenkomst overeengekomen dat zij nader vast zullen stellen of en in welke vorm deelname door de provincie Utrecht in de Realisatieovereenkomst wenselijk is; (h) Partijen zijn overeengekomen dat het project N201+, bestaande uit de realisatie van de nieuwe N201 en de realisatie van de ontwikkelgebieden in Aalsmeer en Haarlemmermeer, zoals omschreven in het Regioakkoord, niet volledig op de in het Regioakkoord voorziene wijze zal worden uitgevoerd. Partijen zijn overeengekomen dat de nieuwe N201 volgens het tussen Partijen vastgestelde wegontwerp met bijdragen van Haarlemmermeer, Aalsmeer en Uithoorn tot stand zal worden gebracht door Noord-Holland. De realisatie van de ontwikkelgebieden in Aalsmeer en Haarlemmermeer maakt geen deel uit van het project.

3 Eventuele realisatie van deze gebieden behoort tot de verantwoordelijkheid van de betreffende Gemeente. Het project voor de realisatie van de nieuwe N201 op de hiervoor omschreven wijze wordt door Partijen aangeduid als het project N201; (i) als gevolg van de wijziging van de inhoud van het project zoals omschreven in overweging (h), de eerder tussen Partijen in de Bestuursovereenkomst, het Regioakkoord, de Bestuursovereenkomst II en de Intentieovereenkomst gemaakte afspraken vervallen, de uitvoering van het project N201 in beginsel voor rekening en risico van Noord-Holland komt en de bijdragen van de Gemeenten niet afhankelijk zijn van de opbrengsten uit de gebiedsontwikkeling door de Gemeenten; (j) Partijen niet langer genoodzaakt zijn te kiezen voor fasering van het project N201+, doch voor uitvoering van het project N201 in één bouwstroom, waarmee het Besluit fase 2 zoals omschreven in het Regioakkoord en de Intentieovereenkomst niet meer aan de orde is; (k) de provincie Utrecht geen partij wordt bij de Realisatieovereenkomst. Noord-Holland en de provincie Utrecht hebben afzonderlijk afspraken gemaakt omtrent de uitvoering en afwikkeling van het deel van het Project N201 dat betrekking heeft op het grondgebied van de provincie Utrecht; (l) als uitgangspunt voor het Project N201 geldt dat de uitvoering van het Project N201 niet mag leiden tot overbelasting van de huidige weginfrastructuur van de gemeente De Ronde Venen; (m) Noord-Holland, Aalsmeer en ROA, een overeenkomst zijn aangegaan volgens welke zij een (additionele) bijdrage aan het project N201 leveren van 4,5 miljoen (prijspeil 1 januari 2001) ten behoeve van de realisatie van de ongelijkvloerse kruising omgelegde N201- Middenweg. Een kopie van de overeenkomst tussen Noord-Holland, Aalsmeer en ROA is als bijlage 2 aan deze Realisatieovereenkomst gehecht; (n) Partijen ervan uitgaan dat de naamloze vennootschap N.V. Luchthaven Schiphol (hierna te noemen: Schiphol ) en de coöperatie Verenigde Bloemenveiling Aalsmeer (hierna te noemen VBA ) een bijdrage leveren aan de uitvoering van het project N201, maar dat het overleg daarover nog niet tot concrete afspraken heeft geleid [aanpassen aan actuele situatie ten tijde van ondertekening van de Realisatieovereenkomst]; (o) Aalsmeer en Uithoorn de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Green Park Aalsmeer Gebiedsontwikkeling B.V. hebben opgericht, met behulp waarvan voor gezamenlijke rekening en risico het te ontwikkelen gebied in Aalsmeer wordt geëxploiteerd; (p) Provincie Noord-Holland, Haarlemmermeer en de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord- Holland) op 16 november 2000 een bestuurlijk afspraak hebben gemaakt over uitvoering van de zogenaamde noordelijke link. Partijen (ondersteund door de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland) gaan er van uit dat na uitvoering van de Realisatieovereenkomst de mogelijkheid van ontwikkeling van de Noordelijke link en een extra zuidelijke aansluiting met de A4 in het verlengde van de nieuwe Bennebroekerweg open blijven;

4 (q) Partijen Overeenkomst verrekening planschade en nadeelcompensatie N201-project hebben gesloten; (r) de colleges van burgemeester en wethouders van de Haarlemmermeer, Aalsmeer en Uithoorn heden de als bijlage 3 onderdeel A, B en C (zonder bijlagen) aan deze Realisatieovereenkomst gehechte beschikkingen hebben genomen, waarbij zij ieder een subsidie aan Noord-Holland hebben verstekt ten behoeve van het project N201; KOMEN OVEREEN ALS VOLGT: Artikel 1 Het Project N Partijen verstaan onder het Project N201 het voorbereiden en het realiseren van de aanleg van de N201 volgens het wegontwerp, zoals opgenomen in bijlage 4 (hierna te noemen: het Wegontwerp ), met inachtneming van de volgende aanpassingen en/of aanvullingen: A Tracédeel Fokkerweg-A9 Partijen gaan ervan uit dat de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland), de gemeente Amstelveen en de gemeente Amsterdam de benodigde bestuurlijke medewerking zullen verlenen om het Wegontwerp terzake het tracédeel Fokkerweg-A9, zoals opgenomen in bijlage 4, mogelijk te maken. Partijen zullen zich inspannen deze bestuurlijke medewerking te verkrijgen. Partijen treden in overleg over de gevolgen voor de uitvoering van het Project N201 indien mocht blijken dat de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland), de gemeente Amstelveen en/of de gemeente Amsterdam de in dit artikel 1.1 sub A bedoelde bestuurlijke medewerking niet verlenen. B Amstelpassage (i) In het Wegontwerp terzake de passage van de Amstel is uitgegaan van een hoge vaste brug. Onderdeel van het Wegontwerp vormen compenserende maatregelen ter beperking van de nadelige effecten van de hoge vaste brug ter waarde van maximaal 2 miljoen (exclusief BTW, prijspeil per 1 januari 2005), welke door Noord-Holland in overleg met De Ronde Venen zullen worden uitgewerkt. (ii) Het is Partijen bekend dat de gemeenteraad van De Ronde Venen heeft aangegeven slechts in te stemmen met een passage van de Amstel in de vorm van een aquaduct. Partijen zullen mede om deze reden onderzoek doen naar de mogelijkheden van de aanleg van een aquaduct in plaats van de in artikel 1.1 sub B (i) genoemde hoge brug in combinatie met een door het Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht gewenst compartimenteringswerk. Indien uit het onderzoek volgt dat een gecombineerde aanleg van een aquaduct en het compartimenteringswerk wenselijk is, zullen Partijen in overleg treden teneinde te trachten binnen één maand overeenstemming te verkrijgen over verdeling van de aanvullende kosten van de aanleg van het aquaduct ten opzichte van de

5 voornoemde hoge brug. Indien Partijen over de aanleg van een aquaduct in plaats van de voornoemde hoge brug overeenstemming bereiken, vervallen de compenserende maatregelen als bedoeld in artikel 1.1 sub B (i). Artikel 2 Planning Het Project N201 wordt uitgevoerd volgens de planning zoals opgenomen in bijlage 5. Artikel 3 Bijdragen van derden 3.1 Partijen gaan ervan uit dat de Minister van Verkeer en Waterstaat, het bevoegde bestuursorgaan binnen ROA en het bevoegde bestuursorgaan binnen de stichting Stichting BONRoute subsidiebeschikkingen zullen nemen inhoudende dat zij de bedragen aan Noord- Holland zullen verstrekken ten behoeve van het Project N201 in overeenstemming met het schema opgenomen in bijlage 6. Mochten de Minister van Verkeer en Waterstaat, het bevoegde bestuursorgaan binnen ROA en het bevoegde bestuursorgaan binnen de stichting Stichting BONRoute deze bijdragen niet, niet geheel of niet tijdig leveren, zullen Partijen in overleg treden over de gevolgen hiervan voor de uitvoering van het Project N Partijen gaan ervan uit dat Schiphol, Schiphol Airport Development Company en VBA bijdragen aan Noord-Holland zullen leveren ten behoeve van het Project N201 volgens het schema opgenomen in bijlage 6. Partijen stellen vast dat indien Schiphol, Schiphol Airport Development Company en/of VBA deze bijdragen niet, niet geheel of niet tijdig leveren, het Wegontwerp door Partijen in onderling overleg zal worden aangepast. 3.3 Aalsmeer zal een schadeclaim indienen bij het Schadeschap Luchthaven Schiphol ter zake van schade die zij lijdt als gevolg van het Luchthavenindelingbesluit Schiphol van 26 november Artikel 4 Uitvoering van het Project N201, risicoverdeling en leges 4.1 Noord-Holland verplicht zich jegens Aalsmeer, Haarlemmermeer en Uithoorn het Project N201 volgens het bepaalde in deze Realisatieovereenkomst uit te voeren. Alle kosten die voortvloeien uit c.q. verband houden met de voorbereiding en uitvoering van het Project N201 komen voor rekening en risico van Noord-Holland, tenzij in deze Realisatieovereenkomst anders is bepaald en behoudens de kosten die zijn ontstaan als gevolg van: (i) een door één van de overige Partijen voorgestelde wijziging van bijlagen 4 en 5; (ii) een aan één van de overige Partijen toe te rekenen vertraging in de planologische besluitvorming; (iii) overmacht als bedoeld in artikel 6:75 Burgerlijk Wetboek. 4.2 De kosten ontstaan als gevolg van een wijziging als bedoeld in artikel 4.1 sub (i) komen voor rekening en risico van de Partij die deze wijziging voorstelt. De kosten ontstaan als gevolg van een vertraging als bedoeld in artikel 4.1 sub (ii) komen voor rekening en risico

6 van de Partij die deze vertraging heeft veroorzaakt. Over de verdeling van de kosten ontstaan als gevolg van overmacht als bedoeld in artikel 4.1 sub (iii) zullen Partijen zodra het geval van overmacht zich voordoet in overleg treden. 4.3 Als het verloop en de uitkomst van planologische procedures door een niet aan Partijen toe te rekenen oorzaak zodanig is dat het Project N201 niet volgens de planning zoals opgenomen in bijlage 5 of volgens het Wegontwerp kan worden uitgevoerd, zullen Partijen in het overleg als bedoeld in de laatste volzin van artikel 4.2 overleggen over aanpassing in uitvoering en planning. 4.4 Duidelijkheidshalve stellen Partijen vast dat ontwikkeling van gebieden in de omgeving van de N201 door de Gemeenten en uitgifte van grond binnen de ontwikkelgebieden niet behoort tot het Project N201 en dat tegenvallende opbrengsten uit de ontwikkelgebieden derhalve voor rekening en risico van de betrokken Gemeenten komen, behoudens voor zover anders is bepaald in de subsidiebeschikkingen als bedoeld in overweging (p). 4.5 De Gemeenten zullen de leges die zij in verband met het Project N201 aan Noord-Holland in rekening moeten brengen, vooralsnog voor eigen rekening nemen. De Gemeenten zullen de door hen gemaakte kosten ter zake van de verlening van bouwvergunningen ten behoeve van het Project N201 separaat administreren. Zodra het Project N201 is voltooid, zullen Partijen met elkaar in overleg treden teneinde te bezien of, en zo ja in hoeverre, bedragen van de leges in verband met de uitvoering van het Project N201 binnen het voor het Project N201 beschikbare budget zoals opgenomen in bijlage 7 en zoals geïndexeerd volgens bijlage 7 voor rekening van Noord-Holland kunnen komen. Indien en voor zover de leges als bedoeld in dit artikel 4.5 niet binnen het voornoemde budget voor het Project N201 voor rekening van Noord-Holland kunnen komen, zullen Partijen in overleg treden teneinde te komen tot een verdeling van de kosten van deze leges. 4.6 De stuurgroep N201 zoals bedoeld in artikel 5.1 heeft het in bijlage 7 genoemde budget vastgesteld voor de realisatie van het nader in dit besluit omschreven tracédeel omlegging Aalsmeer Uithoorn. Indien in de door Noord-Holland uit te voeren aanbesteding van de aanleg van dit tracédeel door gegadigden geen bieding wordt gedaan die het mogelijk maakt de opdracht te gunnen voor een prijs die valt binnen het hiervoor genoemde budget, (geïndexeerd volgens het bepaalde in bijlage 7) treden Partijen in overleg over de gevolgen hiervan voor de uitvoering van het Project N201. Artikel 5 Organisatie 5.1 De stuurgroep N201 (hierna te noemen: de Stuurgroep ) draagt zorg voor de bestuurlijke coördinatie tussen het Project N201 en de gebiedsontwikkeling door de Gemeenten alsmede voor de informatievoorziening tussen Partijen. In de Stuurgroep nemen zitting een gedeputeerde van Noord-Holland (voorzitter) en de dagelijks bestuurders van de Gemeenten. Secretaris van de Stuurgroep is de projectdirecteur van het projectbureau N201. Als adviserende leden nemen een vertegenwoordiger van de Staat (Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland), de provincie Utrecht, ROA en één vertegenwoordiger namens het

7 Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht, het Hoogheemraadschap Groot- Haarlemmermeer, en het Hoogheemraadschap van Rijnland deel. 5.2 Het projectbureau N201 (hierna te noemen: het Projectbureau ) is in opdracht van Noord- Holland tijdelijk ingesteld. Het Projectbureau heeft de volgende taken: coördinatie en afstemming tussen Partijen en projectonderdelen; het voorbereiden en faciliteren van het managementoverleg N201 als bedoeld in artikel 5.3; het voorbereiden en faciliteren van het overleg in de Stuurgroep; het bewaken van de afspraken uit de Realisatieovereenkomst; de wensen tot tussentijdse programmatische wijzigingen transparant en objectief te beoordelen. Noord-Holland zal de taken van het Projectbureau op een nader door Partijen overeen te komen tijdstip overnemen. 5.3 Het managementoverleg N201 bewaakt de voortgang van het Project N201, signaleert knelpunten en bereidt de besluitvorming in de Stuurgroep voor. In het managementoverleg N201 nemen zitting een vertegenwoordiger van Partijen. Als adviserend lid nemen deel een vertegenwoordiger van de Staat (Rijkswaterstaat directie Noord-Holland), de provincie Utrecht, ROA, één vertegenwoordiger namens het Hoogheemraadschap Amstel Gooi en Vecht, het Hoogheemraadschap Groot-Haarlemmermeer, en het Hoogheemraadschap van Rijnland. De voorzitter van het managementoverleg N201 is de projectdirecteur van het Projectbureau, dan wel nadat Noord-Holland de taken van het Projectbureau heeft overgenomen, Noord-Holland. Artikel 6 Aanvullende verplichtingen van Partijen 6.1 Partijen zullen zowel ambtelijk als bestuurlijk tijdig deelnemen in de gewenste besluitvormingsprocessen en zullen zorgdragen voor tijdige en volledige informatievoorziening met betrekking tot de individuele belangen en standpunten van Partijen. Partijen zullen zorgdragen voor bijpassende overlegstructuren en overige vormen van informatievoorziening. 6.2 Noord-Holland zal gedurende de uitgifte van de ontwikkelgebieden, waarvoor de betreffende Gemeenten zorgdragen en verantwoordelijk zijn, desgewenst in overleg treden over de door de betreffende Gemeente nodig geachte aanpassingen van de programmatische uitgangspunten van één of meerdere ontwikkelgebieden. 6.3 Indien de Realisatieovereenkomst, waaronder de bijlagen, wordt gewijzigd, spannen de betrokken Partijen zich in om de wijzigingen in bestemmingsplannen en de wijzigingen in en/of verlening van vergunningen tot stand te brengen welke noodzakelijk zijn om de uitvoering van de wijziging mogelijk te maken.

8 6.4 Haarlemmermeer zal zorgdragen voor een directe en adequate verbinding tussen de nieuwe noordelijke aansluiting op de A4 en de Van Heuven Goedhartlaan tegelijkertijd met de ingebruikname van de nieuwe noordelijke aansluiting van de N201 op de A4. Partijen zijn bekend met het streekplan Noord-Holland Zuid en de voorwaarden die daarin zijn gesteld aan ruimtelijke ontwikkeling en infrastructuur. 6.5 Noord-Holland en Haarlemmermeer onderkennen dat op de middellange termijn op het wegvak Fokkerweg tussen Kruisweg en Beechavenue capaciteitsproblemen kunnen ontstaan. Noord-Holland en Haarlemmermeer spannen zich in om in overleg met Schiphol en eventuele andere belanghebbenden het mogelijk ontstaan van verkeerskundige problemen tegen te gaan en zullen daar waar nodig binnen het Project N201 oplossingsrichtingen realiseren. Artikel 7 Overdracht wegen 7.1 Het gedeelte van de bestaande N201 tussen de Fokkerweg en de Amstel wordt door Noord- Holland overgedragen aan respectievelijk Haarlemmermeer, Aalsmeer en Uithoorn in een nader overeen te komen staat van onderhoud, voor zover de bestaande N201 niet de functie van HOV/Regionet-verbinding krijgt. Overdracht aan Haarlemmermeer respectievelijk Uithoorn geschiedt in beginsel om niet. Overdracht van het gedeelte van de bestaande N201 dat is gelegen in Aalsmeer geschiedt in beginsel om niet voor zover het gaat om 2x1 baan van deze bestaande weg. Overdracht van het overige gedeelte van de bestaande N201 dat is gelegen in Aalsmeer voor zover dit niet de functie van HOV/Regionet-verbinding krijgt, geschiedt tegen betaling van een bedrag van 0,5 miljoen (prijspeil 1 januari 2001) door Aalsmeer aan Noord-Holland. Indien binnen 10 jaar na uitvoering van het Project N201 de functie van de grond van de bestaande N201 verandert, en Haarlemmermeer, Aalsmeer en/of Uithoorn baten ontvangen door herontwikkeling, treden Noord-Holland en de Partij die deze baten ontvangt in overleg over het beginsel van de overdracht om niet, zulks ten aanzien van Aalsmeer met inachtneming van het bepaalde in de overeenkomst genoemd in overweging (m). 7.2 De Fokkerweg tussen de nieuwe, omgelegde N201 en de Bosrandbrug wordt door Haarlemmermeer in beginsel om niet overgedragen aan Noord-Holland in een nader overeen te komen staat van onderhoud. 7.3 Het binnen het Project N201 te bouwen weggedeelte tussen de nieuwe zuidelijke aansluiting op de A4 en de bestaande Bennebroekerweg wordt door Noord-Holland in beginsel om niet overgedragen aan Haarlemmermeer in een nader overeen te komen staat van onderhoud. 7.4 In afwijking van het bepaalde in artikel 7.1 van deze Realisatieovereenkomst blijft de busbaan Haarlemmermeer Mijdrecht eigendom van Noord-Holland en blijven de bruggen over vaarwegen op het in artikel 7.1 genoemde weggedeelte in beheer en eigendom van Noord-Holland.

9 7.5 Het gebied waarin de bestaande N201 is gelegen in Aalsmeer en Uithoorn zal na de overdracht zoals vermeld in artikel 7.1 van deze Realisatieovereenkomst door en op kosten van Aalsmeer en Uithoorn worden heringericht, waarbij doorgaand verkeer zonder lokale bestemming zoveel mogelijk zal worden geweerd. 7.6 De kruisende infrastructuur van de nieuwe N201 volgens het Wegontwerp wordt eigendom van Noord-Holland. Noord-Holland draagt zorg voor het groot onderhoud aan de kruisende infrastructuur. De Gemeenten dragen zorg voor het beheer van en het klein onderhoud aan de kruisende infrastructuur. Partijen zullen voordat de nieuwe N201 voor het verkeer wordt opengesteld nadere afspraken maken over de inhoud van de begrippen klein en groot onderhoud. 7.7 De overdracht van de wegen als bedoeld in artikel 7.1 tot en met 7.3 zal geschieden op een nader tussen de betrokken Partijen overeen te komen tijdstip, waarbij als uitgangspunt geldt dat overdracht plaatsvindt op het tijdstip van ingebruikname van het overeenkomstige deel van de nieuwe N201. Artikel 8 Eerder gemaakte afspraken Deze Realisatieovereenkomst vervangt alle eerder tussen Partijen gemaakte afspraken met betrekking tot het Project N201 met uitzondering van het bepaalde in artikel 4.2, 4.3 en 4.5 van de Bestuursovereenkomst II welke regelingen worden geacht tussen Partijen te blijven gelden. Artikel 9 Geschillenregeling 9.1 Op deze Realisatieovereenkomst is Nederlands recht van toepassing. 9.2 Indien in verband met de uitvoering van deze Realisatieovereenkomst tussen Partijen een geschil ontstaat zal worden getracht dit geschil in onderling overleg op te lossen. 9.3 Mocht het overleg niet binnen twee maanden nadat één der Partijen schriftelijk te kennen heeft gegeven dat er sprake is van een geschil als in dit artikel bedoeld, tot oplossing van het geschil leiden, dan zullen Partijen trachten het geschil op te lossen met behulp van mediation conform het reglement van de Stichting Nederlands Mediation Instituut te Rotterdam, zoals dat luidt op de aanvangsdatum van de mediation. 9.4 Mocht mediation niet binnen twee maanden na het eerste bericht aan Stichting Nederlands Mediation Instituut tot oplossing van het geschil hebben geleid, zal het geschil worden beslecht door de bevoegde rechter te Haarlem. Artikel 10 Onvoorziene omstandigheden 10.1 Indien tijdens de looptijd van deze Realisatieovereenkomst onvoorziene omstandigheden, als bedoeld in artikel 6:258 BW opkomen, zullen Partijen over de noodzaak van wijziging

10 van de Realisatieovereenkomst in overleg treden. De Partij die stelt te worden geconfronteerd met onvoorziene omstandigheden dient het bestaan hiervan aan te tonen Partijen treden binnen één maand nadat een Partij de andere Partijen schriftelijk heeft medegedeeld dat sprake is van onvoorziene omstandigheden als bedoeld in artikel 6:258 Burgerlijk Wetboek in overleg als bedoeld in artikel Tenzij Partijen anders overeenkomen, is er sprake van een geschil als bedoeld in artikel 9 dat wordt beslecht op de wijze als beschreven in artikel 9.3 en 9.4, indien het overleg niet binnen een maand na aanvang daarvan tot overeenstemming tussen Partijen heeft geleid. Artikel 11 Ontbinding Ontbinding van deze Realisatieovereenkomst wordt door Partijen uitgesloten. Artikel 12 Wijziging Realisatieovereenkomst Deze Realisatieovereenkomst kan uitsluitend worden aangevuld en/of gewijzigd indien en voor zover aanvullingen en/of wijzigingen schriftelijk tussen Partijen zijn overeengekomen. Artikel 13 Inwerkingtreding en duur Deze Realisatieovereenkomst treedt in werking op de dag van ondertekening door alle Partijen en eindigt op het moment dat het Project N201 - inclusief de financiële afwikkeling daarvan is uitgevoerd of zoveel eerder als Partijen overeenkomen. Artikel 14 Slotbepalingen 14.1 Deze Realisatieovereenkomst inclusief de aangehechte bijlagen, die integraal onderdeel van deze Realisatieovereenkomst uitmaken, vormt de volledige overeenkomst tussen Partijen ter zake van het Project N Aan de opschriften ( kopjes ) boven de onderscheidene bepalingen van de Realisatieovereenkomst komt geen zelfstandige betekenis toe en deze opschriften zijn niet van invloed op de uitleg van de bepalingen van de Realisatieovereenkomst Indien één of meer bepalingen van deze Realisatieovereenkomst onverbindend zijn of worden, blijven de overige bepalingen van kracht. Partijen verbinden zich om zo spoedig mogelijk de niet-verbindende bepalingen te vervangen door bepalingen die wel verbindend zijn en die zo min mogelijk gelet op het doel en de strekking van deze Realisatieovereenkomst afwijken van de niet-verbindende bepalingen. Aldus in vijfvoud opgemaakt en ondertekend te [nader invullen] op [nader invullen] 2004.

11 PROVINCIE NOORD-HOLLAND C. Mooij GEMEENTE HAARLEMMERMEER M.T.J. Blankers-Kasbergen GEMEENTE AALSMEER P. Boom GEMEENTE UITHOORN G.K. Verbruggen GEMEENTE DE RONDE VENEN A.C. Poortman

12 BIJLAGE 1 Intentieovereenkomst tussen Noord-Holland, provincie Utrecht, Uithoorn en De Ronde Venen van 23 april 2003

13 BIJLAGE 2 Overeenkomst tussen Noord-Holland, Aalsmeer en ROA

14 BIJLAGE 3 Onderdeel A Subsidiebeschikking Haarlemmermeer BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE HAARLEMMERMEER: gezien het besluit van de Raad van [invullen] nr. [invullen]; gezien de aanvraag om subsidie van de provincie Noord-Holland in verband met de aanleg van de N201; gelet op de uitkomsten van het overleg dat heeft plaatsgevonden in de Stuurgroep N201+; BESLUITEN: 1. aan de provincie Noord-Holland, [adres] een subsidie te verlenen voor de voorbereiding en de realisatie van de aanleg van de provinciale weg N201, volgens het wegontwerp zoals opgenomen in bijlage 1 bij dit besluit. 2. De subsidie wordt vastgesteld op een vast bedrag van Uitbetaling van de subsidie geschiedt als volgt: (i) (ii) een bedrag van binnen een maand na oplevering van de zuidelijke knoop met de A4 zoals omschreven in bijlage 1 bij dit besluit; een bedrag van binnen een maand na oplevering van de noordelijke knoop met de A4 zoals omschreven in bijlage 1 bij dit besluit. 4. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat de provincie meewerkt aan de totstandkoming van een overeenkomst volgens het in bijlage 2 bij dit besluit opgenomen concept (de Realisatieovereenkomst) uiterlijk binnen één week na de datum van dit besluit.

15 Onderdeel B Subsidiebeschikking Aalsmeer I BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE AALSMEER: gezien het besluit van de Raad van [invullen] nr. [invullen]; gezien de aanvraag om subsidie van de provincie Noord-Holland in verband met de aanleg van de N201; gelet op de uitkomsten van het overleg dat heeft plaatsgevonden in de Stuurgroep N201+; BESLUITEN: 1. aan de provincie Noord-Holland, [adres], een subsidie te verlenen voor de voorbereiding en de realisatie van de aanleg van de provinciale weg N201, volgens het wegontwerp zoals opgenomen in bijlage 1 en de planning zoals opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit. 2. De subsidie wordt verleend onder het voorbehoud dat de gemeente Aalsmeer en het Schadeschap Luchthaven Schiphol een vergoeding ontvangt naar aanleiding van een aanspraak die de gemeente heeft gemaakt ter zake van de schade die zij lijdt als gevolg van het Luchthavenindelingbesluit Schiphol van De subsidie is gelijk aan het bedrag dat de gemeente Aalsmeer van het schadeschap Schiphol ontvangt, maar bedraagt maximaal Uitbetaling van de subsidie geschiedt binnen één maand na ondertekening door alle partijen van de in dit besluit onder 4 bedoelde overeenkomst. 4. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat de provincie meewerkt aan de totstandkoming van een overeenkomst volgens het in bijlage 3 bij dit besluit opgenomen concept (de Realisatieovereenkomst) uiterlijk binnen één week na de datum van dit besluit. 5. Een deel van de subsidie groot wordt verleend onder de voorwaarde dat de door de gemeente Aalsmeer opgestelde Inrichtingsvisie 10-6 zone Bedrijventerrein N201 Aalsmeer van 1 juni 2004, door de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer wordt goedgekeurd. Indien de Minister haar goedkeuring aan deze visie onthoudt treedt Aalsmeer in overleg met de provincie Noord-Holland over de ontstane situatie.

16 Subsidiebeschikking Aalsmeer II BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE AALSMEER: gezien het besluit van de Raad van [invullen] nr. [invullen]; gezien de aanvraag om subsidie van de provincie Noord-Holland in verband met de aanleg van de N201; gelet op de uitkomsten van het overleg dat heeft plaatsgevonden in de Stuurgroep N201+; BESLUITEN: 1. aan de provincie Noord-Holland, [adres], een subsidie te verlenen voor de voorbereiding en de realisatie van de aanleg van de provinciale weg N201, volgens het wegontwerp zoals opgenomen in bijlage 1 en de planning zoals opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit. 2. De subsidie wordt berekend op het bedrag dat de gemeente Aalsmeer van het Schadeschap Luchthaven Schiphol ontvangt naar aanleiding van een aanspraak die de gemeente Aalsmeer heeft gemaakt ter zake van de schade die zij lijdt als gevolg van het Luchthavenindelingsbesluit Schiphol van 26 november De subsidie als bedoeld bedraagt maximaal Op de subsidie zal steeds een voorschot worden verleend van ter hoogte van een door de gemeente Aalsmeer van het Schadeschap Luchthaven Schiphol ontvangen bedrag, binnen één maand na ontvangst van zulk een bedrag door de gemeente Aalsmeer. 5. Vaststelling van de subsidie zal plaatsvinden binnen drie maanden nadat het project N201 als gedefinieerd in de onder 5 van dit besluit genoemde overeenkomst is voltooid en de provincie Noord-Holland een hiertoe strekkend verzoek heeft ingediend.

17 Onderdeel C Subsidiebeschikking Uithoorn BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE UITHOORN: gezien het besluit van de Raad van [invullen] nr. [invullen]; gezien de aanvraag om subsidie van de provincie Noord-Holland in verband met de aanleg van de N201; gelet op de uitkomsten van het overleg dat heeft plaatsgevonden in de Stuurgroep N201+; BESLUITEN: 1. aan de provincie Noord-Holland, [adres], een subsidie te verlenen voor de voorbereiding en de realisatie van de aanleg van de provinciale weg N201, volgens het wegontwerp zoals opgenomen in bijlage 1 en de planning zoals opgenomen in bijlage 2 bij dit besluit. 2. De subsidie wordt vastgesteld op een vast bedrag van Uitbetaling van de subsidie geschiedt binnen één maand na ondertekening door alle partijen van de in dit besluit onder 4 bedoelde overeenkomst. 4. De subsidie wordt verleend onder de voorwaarde dat de provincie meewerkt aan de totstandkoming van een overeenkomst volgens het in bijlage 3 bij dit besluit opgenomen concept (de Realisatieovereenkomst) uiterlijk binnen één week na de datum van dit besluit.

18 BIJLAGE 4 Wegontwerp

19 BIJLAGE 5 Planning

20 BIJLAGE 6 Bijdragen van derden

21 BIJLAGE 7 Budget Titel:Vd 72: Realisatieovereenkomst N201 (overeenkomst) Datum: Nummer:72