BESLUITEN. B&W-nr.: d.d Beantwoording schriftelijke vragen fractie CDA inzake Bowling Menken

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "BESLUITEN. B&W-nr.: d.d Beantwoording schriftelijke vragen fractie CDA inzake Bowling Menken"

Cornelis Pieters
6 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Behoudens advies van de commissie ROWR B&W-nr.: d.d Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen fractie CDA inzake Bowling Menken BESLUITEN 1. De beantwoording van de schriftelijke vragen van J.J. de Haan en A. Flippo (CDA), ingekomen 17 januari 2005, inzake Bowlingbaan Menken conform bijgevoegde conceptbeantwoording vast te stellen; 2. Dit besluit te zenden aan de vragenstellers en de overige leden van de gemeenteraad.

2 16. Schriftelijke vragen aan het College van Burgemeester en Wethouders van de raadsleden J.J. DE HAAN en A. FLIPPO (CDA) inzake bowlingbaan Menken (ingekomen 14 januari 2005). Op basis van art. 43 van het Reglement van Orde van de gemeenteraad wil de CDA-fractie graag de volgende vragen stellen. Bowling Menken, gevestigd aan de Boshuizerlaan in het 5-mei bad-complex, is sinds 1994 in gesprek met de gemeente over een nieuwe locatie. Tot op de dag van vandaag (ruim 10 jaar later) is deze locatie nog niet gevonden. Hoewel geschikte locaties voor handen waren, bleken er steeds ruimtelijke bezwaren: het bestemmingsplan. Hierover is o.a. in het Leidsch Dagblad van 3 november bericht. Antwoord van Burgemeester en Wethouders (ingezonden 8 maart 2005). 1. Kunt u bevestigen dat al sinds 1994 contacten zijn over herhuisvesting van de bowlingbaan? Ja. Ondanks de vele locaties, die door de eigenaren zelf zijn aangedragen, heeft de gemeente in 2003 aangegeven dat de eigenaren beter buiten Leiden konden gaan kijken. 2. Kunt u bevestigen of een dergelijk advies is gegeven? Nee, niet in die zin. Wel heeft de toenmalige accountmanager van de afdeling Economische Zaken, Menken Bowling na twee jaren zoeken, gewezen op een mogelijke vrije ruimte bij het Valkenburgse Meer. Rond dit meer wilde de gemeente Valkenburg destijds een concentratie van recreatieve functies realiseren, hetgeen later niet is doorgegaan. 3. Op basis van welk beleid worden dergelijke, goed lopende (recreatie) voorzieningen naar buiten Leiden verwezen? Ter zake bestaat geen beleid. 4. Acht u het wenselijk dat Leidse ondernemingen, waarvoor fysiek voldoende ruimte is in de stad, vanwege procedurele argumenten naar elders worden verwezen?

3 Nee. Er dient naast fysieke ruimte ook planologische ruimte aanwezig te zijn. Overigens worden mogelijke locaties binnen de Leidse regio niet op voorhand afgewezen. 5. Deelt u onze mening dat dergelijke uitlatingen richting ondernemingen onwenselijk zijn en niet bijdragen aan een goed vestigingsklimaat? Ten dele. De uitlating(zie onder vraag 2) werd gedaan om de onderneming te faciliteren bij de zoektocht naar een geschikte vestigingslocatie. Op dit moment nadert snel een belangrijke deadline van Op deze datum wordt een algeheel rookverbod van kracht in het 5-meibad, waardoor de bedrijfsvoering van de bowling ernstig in de problemen komt. De concurrentiepositie ten opzicht van andere banen komt daardoor in gevaar.

4 6. Op welk gemeentelijk beleid is het betreffende rookverbod gebaseerd? 2 Het betreft landelijk beleid. Het betreft een overeenkomst tussen Horeca Nederland en de minister van Volksgezondheid, gesloten medio september 2004, over commerciële instellingen in overheidsgebouwen. Er is overeengekomen dat al deze instellingen per 1 januari % rookvrij moeten zijn. Er zijn regelmatige controles aangekondigd. De eigenaar van het gebouw riskeert boetes. Als bedrijven een aparte ruimte instellen, die voldoet aan alle eisen, mag roken in die ruimte wel. 7. Waarom wordt het (besloten) bowling-deel gelijk gesteld aan het openbare deel van het 5-meibad? Een Bowlingbaan is toch geen publieke gelegenheid? De onderneming zit in een overheidsgebouw. Het restaurant van de bowlingbaan is tevens het restaurant van het 5 mei-bad. 8. Is het omdat het gemeentelijk beleid betreft- mogelijk een overgangsregime te treffen, waardoor de eigenaren (nog) iets meer tijd hebben een andere locatie te vinden? De periode tot 1 januari 2006 wordt door de Minister al gezien als overgangsperiode. Er is geen gemeentelijke vrijheid om aanvullende overgangsperiodes af te spreken. Daarnaast hebben de eigenaren vernomen dat per 1 maart a.s. hun vergunning t.b.v. speelautomaten verliezen. Dit leidt tot inkomstenderving en in combinatie met het rookverbod- tot ontslagen en mogelijk het eind van de onderneming. 9. Op welk gemeentelijk beleid is het intrekken van de speelautomatenvergunning gebaseerd? Het betreft landelijk beleid. De Wet op de kansspelen bepaalt dat met name kinderen (maar ook volwassenen) zo min mogelijk in aanraking moeten kunnen komen met kansspeelautomaten. 10. Hangt deze intrekking eveneens samen met de gecombineerde vestiging met het 5-mei bad? Zo ja, betekent dit dat de speelautomaten op een andere locatie wel hadden mogen blijven staan?

5 Nee. Om kansspeelautomaten te mogen hebben dient de aanvrager een drank- en horecavergunning te hebben, restaurant of café te zijn, de nadruk te leggen op bezoekers van 18 jaar en ouder en geen zelfstandige stroom bezoekers aan te trekken (bezoekers die speciaal komen voor de automaten). 11. Bent u bereid om voor de speelautomaten eveneens een overgangsregime te treffen, totdat de nieuwe locatie in gebruik is genomen? Ja. Tot eind oktober zal een aanwezigheids vergunning verstrekt worden voor maximaal 2 kansspelautomaten en 1 behendigheidsautomaat. Gezien de aanstaande verhuizing zal geen verbouwingsverplichting opgelegd worden om tot een hoogdrempelige kwalificatie te komen.

6 Tijdens de afgelopen jaren hebben de ondernemers locaties op het oog gehad in de Stevenshof, aan de Lammenschansweg, aan de Zoeterwoudseweg en de Rooseveltstraat. Steeds bleken bestemmingsplannen een obstakel. Tegelijkertijd zijn er nieuwe bestemmingsplannen voor de Stevenshof, het gebied rond de Lammenschansweg en Leiden Zuid-West in (verregaande staat van) voorbereiding. Voor het laatste gebied is ook een Wijkontwikkelingsplan in voorbereiding Is de wens van de Bowling Menken om te verhuizen naar genoemde locaties betrokken bij de voorbereiding van de nieuwe bestemmingsplannen en/of het wijkontwikkelingsplan Zuid-West? Ja. 13. Zo ja, waarom heeft dit niet tot resultaat geleid cq. waarom zijn de betreffende locaties afgevallen? De nieuwe bestemmingsplannen Stevenshof, Cronesteijn en Zuid-West komen voor Menken te laat. Het is niet haalbaar om voor 1 januari 2006 de bestemmingsplanprocedure voor één of meerdere van deze gebieden te doorlopen, een bouwvergunning te verlenen (wordt alleen verleend als het bestemmingsplan de bouw toestaat) en het pand aan te passen. 14. Zo nee, waarom niet? De wens van deze firma was toch reeds lang bekend bij de gemeente? Zie onder vraag 13. De bowlingbaan heeft serieuze redenen om aan te nemen dat een groot deel van de klandizie na verloren zal gaan, waardoor waarschijnlijk voor de 15 personeelsleden ontslag aangevraagd moet worden. Op dit moment rest nog (te) weinig tijd om planologische procedures, zoals vrijstelling van bestemmingsplannen (art. 19 WRO) te voeren. Dit staat nog los van de bouwtijd die evt. nodig is. 15. Waarom is niet eerder een art. 19 WRO-procedure (vrijstelling van het bestemmings-plan) toegepast? De afgelopen jaren is gewerkt aan de opstelling van nieuwe bestemmingplannen. Het is niet gebruikelijk om gedurende dit proces art. 19 WRO-procedures te doorlopen.

7 16. Bent u bereid om alles in het werk te stellen om voor de onderneming voor zekerheid te geven over een nieuwe locatie in Leiden? Ja. 17. Op welke wijze wilt u dit realiseren? In afwijking van het gebruik om tijdens het maken van een bestemmingsplan geen WRO artikel 19 procedures te doorlopen, wordt in deze bijzondere situatie onderzocht of op deze manier een bestemmingswijziging doorgevoerd kan worden op een voor Menken geschikte locatie. Het betreft de locatie Kenauweg 10.

8 4 18. Kun u een indicatie geven wanneer de bowling op een nieuwe locatie open kan en wilt u het onder vraag 7 en 10 genoemde overgangsregime tot die tijd (of zoveel langer als nodig) instellen? De tijd die nodig is om een WRO artikel 19.3 procedure te doorlopen is mede afhankelijk van eventuele bezwaren. Het is echter zeer aannemelijk dat Menken voor 1 januari 2006 open kan. Een overgangsregime voor roken zou dan niet nodig zijn. Het overgangsregime voor gokken duurt tot 1 oktober Op deze datum verwacht Menken over te zijn. De CDA-fractie is van mening dat het zeer onwenselijk is dat een bedrijf, dat (mede door gemeentelijk beleid), een huisvestingsvraagstuk heeft, op een dergelijke wijze onnodig en te lang heeft moeten wachten op zekerheid over het voortbestaan. 19. Deelt u de mening van de CDA-fractie? Nee. Het herhuisvestingsvraagstuk van Menken is niet veroorzaakt door gemeentelijk beleid. 20. Wat wordt eraan gedaan om dit soort zaken te voorkomen? In nieuwe bestemmingsplannen wordt waar mogelijk meer flexibliteit voor recreatieve functies opgenomen.

Vergelijkbare documenten

Beantwoording schriftelijke vragen fractie CU inzake de Groenoordhallen BESLUITEN

$Beantwoording schriftelijke vragen fractie CU inzake de Groenoordhallen BESLUITEN$ Behoudens advies van de commissie EGTV B&W- nr.: 05.0320 d.d. 08-03-2005 Onderwerp Beantwoording schriftelijke vragen fractie CU inzake de Groenoordhallen BESLUITEN 1. De beantwoording van de schriftelijke