SCHOOLONTWIKKELPLAN SAMEN UNIEK

Transcriptie

1 SCHOOLONTWIKKELPLAN SAMEN UNIEK Instemming van de medezeggenschapsraad: 23 januari

2 Inhoud 1. Voorwoord Missie Visie Zes pijlers Kernwaarden en ambities Organisatie, samenwerken aan een professionele organisatie Bijlage 1: BOP Bijlage 2: organisatiestructuur

3 1. Voorwoord Met trots presenteren we het SchoolOntwikkelPlan (SOP) Het plan vertegenwoordigt een verlangen in ontwikkeling voor de komende jaren aan onze school. Er is ongeveer een jaar zorgvuldig gewerkt aan de formulering van dit schoolontwikkelplan. Diverse keren is gesproken met verschillende collega s, coördinatoren uit de verschillende onderwijskundige sectoren, collega s, ouders en leerlingen uit de deelraden van de medezeggenschap over de inhoud van het plan. Het schoolontwikkelplan is enerzijds een realistische uitdaging voor de komende jaren en tegelijkertijd een passende onderlegger voor de ontmoeting en het samensmelten van de collegascholen in Doetinchem in het jaar 2020 en vervolgens voor de verbinding van het VMBO van het Ulenhofcollege locatie t Beeckland met Het Stedelijk te Zutphen. Dit schoolontwikkelplan verwijst direct of indirect naar de kracht van het Ulenhofcollege. We verstaan als geen ander de kunst om te verbinden. We nemen deel en delen uit. We zien leerlingen, ouders en personeel actief participeren in deze verbindende leeromgeving. Het Ulenhofcollege is sterk maatschappelijk betrokken en hierin verbinden we binnen met buiten en mensen met elkaar. Hierdoor maken we gebruik van elkaars kwaliteiten. Dát maakt onze school tot Samen Uniek! Namens de directie, Gertjan van der Molen Rector 3

4 2. Missie Het Ulenhofcollege is een christelijke school. We handelen vanuit christelijke waarden als respect voor elkaar, eerlijkheid, openheid en vertrouwen. De kwaliteiten van onze leerlingen en medewerkers zijn uniek. Het is een gedeelde verantwoordelijkheid om deze kwaliteiten door middel van samenwerken te ontwikkelen. De school kenmerkt zich doordat we leerlingen opleiden tot mensen die verantwoordelijkheid nemen voor zichzelf, voor elkaar en voor de samenleving. 3. Visie Vanuit de traditie: Van oudsher kent de Achterhoek een traditie van noaberschap. Als er in de directe omgeving om hulp gevraagd wordt, dan wordt er geholpen. Dat is niet vrijblijvend, maar een opdracht die de samenleving zichzelf in de Achterhoek heeft opgelegd. Deze opdracht past goed bij het Ulenhofcollege als christelijke school. Vertaling naar het onderwijs: Elke docent en elke leerling heeft zijn eigen, unieke, kwaliteiten. Het is van belang dat leerlingen hun kwaliteiten ontdekken. Reflectie op het eigen handelen en op dat van de ander is noodzakelijk om er achter te komen waar leerlingen wel of (nog) niet goed in zijn. Docenten passen werkvormen toe waarbinnen leerlingen hun kwaliteiten beter leren kennen en deze kunnen ontwikkelen. Differentiatie dient vanuit dit gedachtengoed vorm te krijgen. Elk mens, elke leerling is uniek. Het bundelen van die kwaliteiten in de klas maakt ons samen uniek. Daarnaast is samenwerken een belangrijke didactische werkvorm in ons onderwijs. Leerlingen dienen te ervaren dat de kwaliteiten van anderen nodig zijn om samen tot een goede oplossing van een opdracht te komen. Vanuit bovengenoemde visie geeft onze school vorm aan passend onderwijs voor alle leerlingen. De docent heeft, in de juiste verhouding, aandacht voor de leerlingen en past zijn onderwijs zoveel mogelijk aan op de behoefte van de leerlingen. 4

5 4. Zes pijlers Het Ulenhofcollege heeft 6 pijlers: 1. De christelijke identiteit (Doetinchem en Vorden) Het leven vanuit christelijke waarden als respect voor elkaar, eerlijkheid, openheid en vertrouwen zien we als een opdracht voor ons eigen handelen naar elkaar en om door te geven aan de volgende generatie. 2. Tweetalig onderwijs (Doetinchem) Sinds 2006 biedt het Ulenhofcollege tweetalig onderwijs aan op het vwo. Daarmee willen we de leerlingen de mogelijkheid geven om goed voorbereid te zijn op de globaliserende wereld. 3. Technasium (Doetinchem) Sinds 2012 heeft het Ulenhofcollege een Technasium. De manier van werken binnen het vak Onderzoek & Ontwerpen doet recht aan de visie van de school. We vinden het belangrijk dat leerlingen met anderen samenwerken om hun kwaliteiten te ontdekken en te delen. Deze vorm van onderwijs wordt op havo en vwo aangeboden. 4. Bèta Challenge Programma (Doetinchem en Vorden) Sinds 2014 wordt het Bèta Challenge Programma aangeboden aan de vmbo-leerlingen. Binnen dit programma wordt het vak Technologie & Toepassing gegeven. De manier van werken komt overeen met hoe er gewerkt wordt binnen het Technasium en sluit goed aan op de werkwijze in het mbo. 5. Intersectoraal Programma (Vorden) Het intersectoraal programma Dienstverlening en Producten biedt de leerlingen een breed programma aan, waarin zij kennis maken met de vier sectoren van het vmbo. Ze werken o.a. aan allerlei ICT- en praktijkopdrachten. Voor de basis- en kaderberoepsgerichte leerlingen is er meer ruimte voor praktijkopdrachten. Alle leerlingen lopen stage om in 'het echt' te ontdekken wat bij hen past. 6. Opleidingsschool (Doetinchem en Vorden) Het Ulenhofcollege werkt onder andere met de HAN en de Radboud Universiteit samen om studenten op te leiden tot docent. Het geeft de mogelijkheid om nieuwe docenten zelf op te leiden en het geeft onze docenten input voor hun eigen manier van werken. Het Ulenhofcollege is sinds 2015 aspirant-opleidingsschool. 5

6 5. Kernwaarden en ambities 1. Persoonlijk leiderschap "Ik geef in de eerste plaats leiding aan mezelf, aan mijn drijfveren, aan de wijze waarop ik in het leven sta en me met anderen verbind. Ik ben verantwoordelijk voor en eigenaar van mijn leerproces, mijn ontwikkeling en mijn loopbaan. Ik ben me bewust van mijn kwaliteiten en van mijn emoties, weet te reflecteren en ben verantwoordelijk voor dat innerlijke proces in mijzelf. a. Leerlingen krijgen meer eigenaarschap over hun leerproces i. Ruimte voor differentiëren (keuzevrijheid, flexibel aanbod, minder klassenverband) ii. Meer focus op vaardigheden (zoals feedback geven en ontvangen, reflecteren, presenteren, samenwerken, werken met kaders en deadlines) b. De mentor stelt zich coachend op om de leerlingen als eigenaar van het leerproces goed te begeleiden c. Meer onderwijsontwikkeling door docenten 2. Ik ben, omdat wij zijn Ik maak deel uit van de samenleving, in al haar facetten. Ik verbind mijn persoonlijke belangen met die van de samenleving en zet mijn unieke kwaliteiten en talenten daarvoor in. Ik realiseer mij terdege dat ik ben, omdat wij zijn en heb daarbij ook de zorg voor een ander. Ik handel vanuit de christelijke waarden respect voor elkaar, eerlijkheid, openheid en vertrouwen. a. Het handelen vanuit waarden als respect voor elkaar, eerlijkheid, openheid en vertrouwen zien we als een opdracht voor ons eigen handelen naar elkaar en om door te geven aan de volgende generatie b. Verantwoordelijkheid nemen voor elkaar en elkaars leerproces c. Het bieden van integraal onderwijs (passend onderwijs voor elk kind) d. Leerlingen van verschillende niveaus laten samenwerken e. Als opleidingsschool samenwerken met andere scholen van Achterhoek VO en onder andere de opleidingsinstituten van de HAN en van de RU aan de ontwikkeling van studenten in opleiding f. De samenleving meer bij het onderwijs betrekken 6

7 3. Duurzaamheid "Ik houd bij het nemen van besluiten het lange termijn perspectief voor ogen. Mijn besluiten zijn gericht op duurzame werking in plaats van op 'snelle tevredenheid'. Ik prefereer ontwikkelingen met draagvlak en eigenaarschap van betrokkenen boven korte-termijnbesluiten. Ik houd bij al mijn besluiten rekening met de gevolgen ervan voor milieu en samenleving. Ik neem verantwoordelijkheid voor mijzelf, de ander en voor de samenleving. a. Leren voor het leven, om een bijdrage aan de maatschappij te kunnen leveren b. Loopbaanoriëntatie en begeleiding (LOB) om goede keuzes te kunnen maken c. De thema s duurzaamheid en mediawijsheid aanbieden d. Het ontwikkelen van het integraal personeelsbeleidsplan (IPB) e. Zorg dat de school financieel gezond blijft, zowel op personeel als materieel gebied f. De facilitaire dienst is er op gericht aansluitende ondersteuning ten behoeve van het primaire proces te leveren g. De facilitaire dienst kiest bij nieuwe ontwikkelingen voor duurzame oplossingen 4. Rekenschap "Ik ben aanspreekbaar op mijn handelen en de inzet van mijn unieke kwaliteiten ten behoeve van de ander en van mijzelf. Ik ben onderdeel van een lerende organisatie en ik wil blijven leren en groeien. Ik verantwoord me naar mijn opdrachtgever, naar mijn collega, naar mijn team, naar mijn leerlingen en naar mezelf. " a. De ontwikkeling van de professionele rol van de docent i. Coaching van en door docenten ii. Leren feedback te geven en te ontvangen iii. Intervisie voor medewerkers en leerlingen iv. Verantwoordelijkheid kunnen dragen en delen v. Gesprekkencyclus wordt uitgevoerd b. Kwaliteit op alle terreinen handhaven of verbeteren d.m.v. evaluatiecycli 7

8 5. Verandervermogen "Ik weet dat de samenleving sterk en in een hoog tempo verandert, op weg is naar een tijdperk dat ik niet ken en waarvan ik me deels geen voorstelling kan maken. Dat vraagt van mij het vermogen me aan relevante ontwikkelingen aan te passen, veerkrachtig en proactief te zijn. Ik sta hiervoor open en ik ga mee in wat mij en ons sterker maakt." a. De veranderende samenleving vraagt om een lerende organisatie waarin medewerkers zich blijven ontwikkelen b. Ons onderwijs dient afgestemd te worden op de ontwikkelingen in de samenleving en we werken samen met het primair onderwijs, praktijkonderwijs, speciaal onderwijs, mbo, hbo en wo c. De focus van onze school ligt op zinvolle vernieuwing en doorontwikkeling van het onderwijs, o.a. het verder ontwikkelen van taalbeleid en het toetsbeleid. We koppelen deze vernieuwing aan de speerpunten van VO2020 en Onderwijs Organisatie, samenwerken aan een professionele organisatie Het is van belang dat in onze school de focus ligt op het primaire proces: het lesgeven en het bieden van ondersteuning en begeleiding aan de leerlingen. De organisatiestructuur draagt bij aan dit proces. Iedere docent binnen een school moet zijn vak optimaal kunnen uitoefenen. Een docent is in staat kwalitatief goede lessen te geven en zorg te dragen voor de ontwikkeling van het vak. Andere functionarissen binnen de school dragen bij aan dit primaire proces. Het uitgangspunt is om ons te richten op doorlopende leerlijnen en onderwijskundig leiderschap. Dit leidt tot direct leidinggevenden die leidinggeven aan een verticale onderwijssector en zich via docenten richten op de ontwikkeling van leerlingen. Iedere medewerker aan onze school heeft één leidinggevende die formeel de medewerker aanstuurt en beoordeelt, maar waar een medewerker ook terecht kan met vragen en ondersteuning in ontwikkeling. Een leidinggevende oefent zijn vak uit door onder andere een sturende en coachende rol te vervullen naar de collega s waaraan hij of zij leidinggeeft. De eigenheid en vakmanschap van elke docent zijn belangrijk en komen, in combinatie met het samen vormgeven van onderwijs en de doelen van de organisatie, het beste tot zijn recht als er wordt gewerkt vanuit een lerende houding met als doel de eigen professionaliteit voortdurend te ontwikkelen (zie bijlage 2). 7. Bijlage 1: BOP 8. Bijlage 2: organisatiestructuur 8

9 9