landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB

Transcriptie

1 Examen VMBO-KB 2017 gedurende 200 minuten landbouw en natuurlijke omgeving dierhouderij en -verzorging productiedieren CSPE KB Het examen landbouw en natuurlijke omgeving CSPE KB bestaat uit twee deelexamens waarvan dit er één is. Naam kandidaat Kandidaatnummer Bij dit examen hoort een digitaal bestand. Dit examen bestaat uit 13 opdrachten. Voor dit examen zijn maximaal 91 punten te behalen. Voor elk opdrachtnummer staat hoeveel punten met een goede uitvoering behaald kunnen worden. PK-0941-b-17-1-o

2 Onderdeel A tijdsduur ongeveer 50 minuten 14p 1 Maak de minitoets bij opdracht 1. Voor dit onderdeel heb je het bestand start_skal.htm nodig. Varkenshouder Van der Speck heeft een verouderde vleesvarkensstal. Deze wil hij ombouwen tot een stal waar hij biologische vleesvarkens kan houden. Zijn stal voldoet namelijk niet aan de eisen voor biologische varkenshouderij. Er zitten bijvoorbeeld nog geen glasramen in de stal. Hier zie je een bovenaanzicht van de bestaande stal. De afmetingen zijn allemaal binnenmaten. 20 m 1,35 m 3,25 m 2,65 m 10 m Legenda: roostervloer dichte vloer voerbak voergang Voordat je aan de opdracht begint De examinator vertelt je waar je het benodigde bestand kunt vinden. Open het bestand. PK-0941-b-17-1-o 2 / 16 lees verder

3 Uitvoering van de opdracht 11p 2 Beantwoord de vragen die varkenshouder Van der Speck heeft over de huisvesting van biologische vleesvarkens. Schrijf ook de berekeningen op. Bereken hoeveel biologische vleesvarkens er maximaal in één hok van zijn stal passen. Bereken hoe lang (diep) de uitloop minimaal moet zijn voor elk binnenhok als de uitloop even breed wordt als een binnenhok. Welke eis wordt gesteld aan ventilatie in een biologische varkensstal? In de uitloop komt een dichte vloer, maar biologische varkens moeten volgens de eisen wel kunnen wroeten. Hoe kan varkenshouder Van der Speck ervoor zorgen, dat varkens kunnen wroeten in de uitloop? Er worden ook eisen gesteld aan de oppervlakte van een dichte vloer in een binnenhok. Moet varkenshouder Van der Speck de dichte vloer van het binnenhok aanpassen? Bereken of hij dat wel of niet moet doen. PK-0941-b-17-1-o 3 / 16 lees verder

4 Bereken hoeveel glasramen van 0,8 m 2 er minimaal in de stal van Van der Speck moeten komen volgens de eis. Varkenshouder Van der Speck vraagt zich af wanneer het vlees van een varken nog wel en wanneer niet meer als biologisch vlees verkocht mag worden. 3p 3 Geef bij elke uitgevoerde behandeling met een kruisje aan of het vlees als biologisch vlees verkocht mag worden of niet. uitgevoerde behandeling Eén hok met varkens is twee keer tegen schurft (een parasiet) behandeld, omdat één van de aangekochte biggen schurft bleek te hebben. Een varken die een ontstoken poot had, is op advies van de dierenarts één week dagelijks behandeld met een antibioticum. Een varken heeft één keer antibiotica gekregen voor een longontsteking en een maand later preventief nog één keer, omdat het varken weer erg hoestte. Een varken is één week voor de slacht behandeld met een antibioticum, waar een wachttijd van zes dagen op zit. wel biologisch vlees niet biologisch vlees Als je klaar bent met de opdracht Sluit het bestand. PK-0941-b-17-1-o 4 / 16 lees verder

5 Onderdeel B tijdsduur ongeveer 90 minuten Voor dit onderdeel heb je nodig: kalf of pink meetlint De examinator geeft aan welk kalf of welke pink je voor dit onderdeel moet gebruiken en geeft je een bedrijfslijst. 7p 4 Bekijk het dier en bepaal het type. Zoek de gevraagde gegevens van het dier op in de bedrijfslijst en schrijf ze in de tabel. gevraagde gegevens gegevens kalf of pink levensnummer kalf/pink naam (indien van toepassing) geboortedatum geslacht ( of ) naam of levensnummer moeder naam of levensnummer vader Omcirkel het type waartoe het dier behoort, volgens jouw inschatting. melktype / dubbeldoel / vleestype PK-0941-b-17-1-o 5 / 16 lees verder

6 Bekijk onderstaande kenmerken bij het dier en omcirkel de juiste score in de tabel. melktype (score 1) score* vleestype (score 5) borstbreedte stand schouderbladen vorm van opzij vorm van bovenaf vulling achterhand / bevleesdheid * 1 = melktype 2 = matig melktype 3 = dubbeldoel 4 = matig vleestype 5 = vleestype Tel de scores op en kruis in de tabel aan tot welk type je dier behoort. melktype score 5 t/m 10 dubbeldoel score 11 t/m 17 vleestype score 18 t/m 25 Omcirkel of je het type juist hebt ingeschat. Ik heb het type van het dier goed / fout ingeschat. PK-0941-b-17-1-o 6 / 16 lees verder

7 5p 5 Bepaal het gewicht van het dier. Schat voordat je het dier meet, het gewicht van het dier in hele kilogrammen.... kg Meet de borstomvang van het dier.... cm In de tabel kun je het gewicht in kilogram aflezen met behulp van de borstomvang en het type. borstomvang (in cm) melktype dubbeldoel vleestype PK-0941-b-17-1-o 7 / 16 lees verder

8 Lees in de tabel het gewicht van het dier af.... kg Bereken hoeveel kilogram je het dier te zwaar of te licht hebt geschat. Vul in en omcirkel.. kg te zwaar / te licht Zet nu op de juiste plek in de grafiek een kruisje met daarbij het 4-cijferige levensnummer van het dier. Gebruik hiervoor het gewicht (dat je hebt bepaald door de borstomvang te meten) en de leeftijd in maanden van het dier. grafiek: gemiddelde groei van jongvee gewicht (in kg) leeftijd (in maanden) melktypisch dubbeldoel vleestypisch Omcirkel wat de groei van het dier is, vergeleken met de gemiddelde groei van jongvee. meer dan / gelijk aan / minder dan de gemiddelde groei van jongvee Laat de examinator weten als je klaar bent met de opdracht. De examinator geeft je een grafiek met gegevens van het jongvee op het bedrijf. PK-0941-b-17-1-o 8 / 16 lees verder

9 4p 6 Vergelijk de groei van het dier met de groei van de rest van het jongvee in de stal. Gebruik de grafiek die je hebt gekregen van de examinator. Omcirkel de juiste antwoorden. Hoe groeit het jongvee op dit bedrijf? minder goed dan / gelijk aan / beter dan het gemiddelde omdat Zoek het dier op de grafiek die je hebt gekregen van de examinator. Wijkt het dier af vergeleken met het jongvee op het bedrijf? wijkt wel af / wijkt niet af omdat De veehouder wil graag dat het jongvee op tweejarige leeftijd afkalft. 2p 7 Bepaal met de leeftijd van het dier en de beschikbare gegevens wat de situatie is en vul in de tabel het tijdstip in. situatie Het dier is nog niet geïnsemineerd. Het dier is kort geleden geïnsemineerd. Het dier is meer dan twee maanden geleden geïnsemineerd. tijdstip insemineren over... maand(en) controleren op tochtigheid over. dagen Verwachte kalfdatum is PK-0941-b-17-1-o 9 / 16 lees verder

10 Om parasieten te bestrijden gebruikt de veehouder onderstaand anti-parasietenmiddel. Tectonik pour-on (14067N) voor uitwendig gebruik bij runderen. Het werkzame bestanddeel van Tectonik is Permethrine (3,6 gram). Permethrine is een krachtige en breedwerkzame insecticide tegen vele kruipende insecten en vliegende insecten (vliegen, wespen, knutten). Niet toepassen in de nabijheid van oppervlaktewater, maar wel toepassen bijvoorbeeld in stallen. Uitwendige lokale aanwending. De totale dosis in een dunne streep op de ruglijn aanbrengen, van de nek tot de basis van de staart. Alle dieren van een koppel tegelijk behandelen. Door de blauwe kleur is markering niet nodig. Na behandeling met Tectonik pour-on de runderen niet direct de zon in laten gaan. Dosering: 10 ml per 100 kg lichaamsgewicht met een maximum van 25 ml per rund. Indien nodig behandeling herhalen na zeven weken. gewicht dosering Tectonik pour-on per rund kg 1 10 ml (1 ml per 10 kg) kg ml (1 ml per 10 kg) kg ml (1 ml per 10 kg) > 250 kg maximaal 25 ml Wachttermijn: Vlees: drie dagen Melk: geen Tectonik pour-on is verkrijgbaar in een 1 liter en 2,5 liter flacon. Voor de volgende opdracht heb je een flacon anti-parasietenmiddel nodig. 2p 8 Bepaal met het eerder bepaalde gewicht van het dier hoeveel ml anti-parasietenmiddel je het dier toe moet dienen. Schrijf dit hier op.... ml Maak de flacon gereed en laat deze controleren door de examinator. Breng op het dier het anti-parasietenmiddel aan. PK-0941-b-17-1-o 10 / 16 lees verder

11 3p 9 Beoordeel je eigen werk. Je hebt een anti-parasietenmiddel aangebracht op het dier. In de tabel staan hierover drie beoordelingspunten. Gebruik één van de volgende cijfers: 2 goed 1 gedeeltelijk goed 0 slecht of niet gedaan Geef een toelichting bij elke beoordeling. beoordelingspunt cijfer toelichting Ik heb de juiste hoeveelheid anti-parasietenmiddel gebruikt. Ik heb de totale dosis antiparasietenmiddel van nek tot de basis van de staart in een dunne streep aangebracht. Ik heb tijdens het aanbrengen van het anti-parasietenmiddel veilig gewerkt. PK-0941-b-17-1-o 11 / 16 lees verder

12 Voor de volgende opdracht heb je nodig: kunstmelkpoeder thermometer maatbeker emmer garde tabel: voedingsschema kunstmelk per voerbeurt opfokperiode dag 1, 2 en 3 biest of kunstmelk per voerbeurt biest opmerkingen dag 4 t/m 7 2 liter vanaf de 4e dag beginnen met kunstmelk week 2 3 liter week 3 t/m 5 3,5 liter week 6 3 liter week 7 t/m 9 2 liter week 10 stoppen met kunstmelk tabel: mengschema kunstmelk Stap 1: Neem warm water van ongeveer 45 C. Stap 2: Voeg kunstmelk toe en los op. Stap 3: Vul met water aan tot de gewenste liters en temperatuur. 2 liter 0,4 kg 3 liter 4 liter 0,8 kg 6 liter 6 liter 1,2 kg 9 liter 8 liter 1,6 kg 12 liter 10 liter 2,0 kg 15 liter Let op: bij opdracht 10 word je beoordeeld op werktempo. Als je de opdracht binnen 10 minuten hebt uitgevoerd, krijg je het maximumaantal punten voor werktempo. De examinator geeft aan wat je met de gemaakte kunstmelk moet doen. 6p 10 Maak voor twee kalveren van zes weken oud kunstmelk aan volgens het voedings- en mengschema. Hoeveel gram melkpoeder heb je gebruikt?... g Reinig de gebruikte materialen. PK-0941-b-17-1-o 12 / 16 lees verder

13 Onderdeel C tijdsduur ongeveer 60 minuten Voor de volgende opdracht heb je nodig: drie konijnen weegschaal Een konijnenhouder heeft twee stallen op zijn bedrijf. Een stal met voedsters en een stal met vleeskonijnen. De stal met de vleeskonijnen is verdeeld in zes afdelingen. Eén afdeling heeft ongeveer 500 vleeskonijnen. De jonge konijnen blijven gemiddeld vijf weken bij de voedster en gaan dan naar de vleeskonijnenstal. Aan het begin van iedere week weegt de konijnenhouder 3% van de konijnen uit elke afdeling. Hij controleert op oorschurft en kale hakken. Ook bekijkt hij de conditie van de konijnen. Wanneer hij de gegevens verzameld heeft, vult hij een overzichtstabel in. Als bij de controle 30% of meer van de konijnen oorschurft heeft, gaat hij de hele afdeling behandelen. Konijnen met kale hakken worden uit de afdeling gehaald. tabel: overzicht resultaten week 33 overzicht week 33; afdeling 1 aantal konijnen: 500 gemiddeld gewicht in gram aantal oorschurft aantal kale hakken gemiddelde groei afgelopen week: 275 gram leeftijd: 10 weken opmerkingen: geen uitval, geen behandeling nodig, goede conditie PK-0941-b-17-1-o 13 / 16 lees verder

14 De examinator geeft aan welke drie konijnen je moet gebruiken. De konijnenhouder heeft al een deel van de konijnen gecontroleerd en vraagt jou de laatste drie dieren van afdeling 1 te controleren. 6p 11 Controleer de drie konijnen en vul de overzichtstabel verder in. konijn gewicht in gram controle week 34; afdeling 1 oorschurft ja/nee kale hakken ja/nee conditie goed/matig/slecht ja nee goed nee nee goed ja nee matig nee nee goed nee nee goed nee nee goed ja nee goed nee ja slecht nee nee goed nee nee goed nee nee goed nee nee goed totaalgewicht Moeten er nog maatregelen getroffen worden bij deze 15 konijnen in afdeling 1? PK-0941-b-17-1-o 14 / 16 lees verder

15 10p 12 Vul de overzichtstabel van week 34 in met de gegevens van opdracht 11 en de onderstaande vragen. Schrijf bij alle vragen de berekening op. overzicht week 34; afdeling 1 aantal konijnen: 500 leeftijd: gemiddeld gewicht in gram aantal oorschurft aantal kale hakken opmerkingen: gemiddelde groei afgelopen week: Bereken het gemiddelde gewicht van de gecontroleerde konijnen in grammen. Bereken hoeveel gram de konijnen gemiddeld zijn gegroeid de afgelopen week. Bereken de gemiddelde groei per dag van de konijnen over de afgelopen week. PK-0941-b-17-1-o 15 / 16 lees verder

16 tabel: gemiddelde groei per dag van vleeskonijnen bij een bepaalde leeftijd leeftijd groei in gram per dag 4 weken 20 5 weken 30 6 weken 40 7 weken 45 8 weken 50 9 weken weken weken weken 30 Vergelijk de gemiddelde groei per dag van de konijnen uit afdeling 1 van week 34 met de gegevens uit de tabel. Wat is je conclusie? Toen de konijnen in afdeling 1 kwamen, wogen ze gemiddeld 800 gram per konijn. Bereken hoeveel de konijnen in deze afdeling gemiddeld zijn gegroeid. De konijnen hebben gemiddeld 4680 gram krachtvoer per konijn gekregen. Bereken de voederconversie. 18p 13 Maak de minitoets bij opdracht 13. einde PK-0941-b-17-1-o 16 / 16 lees verder