PRINCIPEAKKOORD CAO APOTHEKEN

Transcriptie

1 PRINCIPEAKKOORD CAO APOTHEKEN Op onderhandelaarsniveau is op 9 januari 2007 tussen KNMP, FNV Bondgenoten en CNV Publieke Zaak overeenstemming bereikt over een principeakkoord betreffende een nieuwe CAO Apotheken In het najaar van 2006 zijn de onderhandelingen voor een CAO over 2006 vastgelopen. Om uit de impasse te komen is er op bestuurdersniveau eind december 2006 begin januari 2007 onderhandeld met als resultaat dat partijen een tweejarige CAO zijn overeengekomen van 1 april 2006 tot 1 april Dit principeakkoord moet eerst door de achterbannen van de organisaties worden goedgekeurd, waarna de gewijzigde CAO Apotheken kan worden aangemeld bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Tevens zal worden verzocht om een algemeenverbindendverklaring. De procedure van algemeenverbindendverklaren bij het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid vergt enige tijd. De leden van de organisaties en de pers zijn separaat op de hoogte gebracht. De KNMP zal het principeakkoord op 27 februari 2007 aan haar leden ter goedkeuring voorleggen. FNV Bondgenoten en CNV Publieke Zaak leggen de eerste twee weken van februari het principeakkoord schriftelijk voor aan hun leden. Nadat de leden van de organisaties het principeakkoord goedgekeurd hebben treedt de CAO voor hen in werking. Dit houdt in dat de loonsverhoging in de vorm van een eenmalige uitkering zoals overeengekomen onder 2.a uitgekeerd moet worden en de structurele loonsverhogingen onder 2.a en 2.b met terugwerkende kracht tot 1 januari 2007 in werking treden. De overige punten van het akkoord treden direct in werking, per 1 april 2007 of op een later tijdstip (zie hieronder). De afgesproken onderzoeken zullen zo spoedig mogelijk aanvangen. Het principeakkoord van de nieuwe CAO Apotheken omvat de volgende onderwerpen. 1. Looptijd CAO Apotheken (artikel 39 lid 1) Van 1 april 2006 tot 1 april 2008 Er is een tweejarige CAO afgesproken met terugwerkende kracht van 1 april 2006 tot 1 april Zoals hierboven weergegeven zal de CAO voor de leden van de KNMP en de bij hen in dienst zijnde werknemers en de werknemers lid van de FNV Bondgenoten of CNV Publieke Zaak (ook indien zij in dienst zijn bij een werkgever die niet lid is van de KNMP) van kracht worden op het moment dat de ledenorganisaties de CAO goedgekeurd hebben. De algemeenverbindendverklaring zal alleen betrekking hebben op de periode dat deze verklaring wordt afgegeven tot en met 31 maart 2008, dus niet met terugwerkende kracht tot 1 april Loonsverhoging (artikel 6 leden 1 en 2) a. 1% structurele loonsverhoging per 1 april Voor de maanden april tot en met december 2006 zal deze loonsverhoging uitgekeerd worden in de vorm van een eenmalige uitkering van 1% over de bruto maandsalarissen aan de werknemers die op dat moment in dienst waren (naar rato van het dienstverband). Werknemers kunnen aangeven deze eenmalige uitkering in hun levensloopregeling te storten voor zover wettelijk toegestaan b. 2% structurele loonsverhoging per 1 januari 2007 c. 1,5% structurele loonsverhoging per 1 januari

2 De eenmalige uitkering van 1% over het bruto maandsalaris in 2006 zal in de maand maart 2007 uitgekeerd worden door de werkgever aan de werknemer die bij hem dienst was gedurende een of meer maanden van april tot en met december De structurele loonsverhoging van 1% per 1 april 2006 gaat effectief in per 1 januari Per dezelfde datum gaat de structurele loonsverhoging van 2% in. De nabetaling van de structurele loonsverhoging van 1% en de structurele loonsverhoging van 2% per 1 januari 2007 over de maanden januari en februari 2007 zal eveneens gebeuren in maart Over de nabetaling van de eenmalige uitkering en de nabetaling van de structurele loonsverhogingen zal overeenkomstig artikel 27 lid 1 van de CAO Apotheken 8% vakantie toeslag uitgekeerd moeten worden. 3. Invoering van aanloopstap (artikel 6 lid 1) Een aanloopstap voor alle schalen 1 tot en met 9 volgens de bestaande Bakkenist MNT methodiek met ingang van 1 april 2007 indien gewenst toe te passen voor werknemers die instromen en geen werkervaring in de desbetreffende functie hebben. Vóór de functionele periodieken genoemd in de tabel van artikel 6 lid 1 zal in alle salarisschalen een aanloopstap gezet worden overeenkomstig de bestaande methodiek van Bakkenist MNT. Werkgevers kunnen vanaf 1 april 2007 werknemers die nog geen werkervaring hebben in de desbetreffende functie en de functie nog niet vervullen, inschalen in deze aanloopstap. De bestaande jeugdschalen van 15, 16 en 17 jarigen in de schalen 1 tot en met 5 blijven van toepassing. De laatste ingroeiperiodiek van de schalen 3 en 6 is met ingang van 1 april 2006 vervallen. 4. Verlaging van de toeslagen (artikel 15, 16 en 23) Met ingang van 1 april 2007 worden de toeslag avonddienst en de toeslag nachtdienst verlaagd met 25% van respectievelijk 50% naar 25% en 75% naar 50% op het uurloon. De verlaging per 1 april 2007 geldt niet voor de huidige werknemers met een bestaand dienstrooster waarin de toeslag avond - en/of nachtdienst voorkomt. Deze overgangsregeling vervalt indien de werknemer niet meer voor de avond - en/of nachtdienst wordt ingeroosterd in een periode van 12 maanden (of langer achterelkaar). De toeslag voor de avonddienst op maandag tot en met zondag wordt met ingang van 1 april 2007 verlaagd van 50% naar 25% op het uurloon voor nieuwe roosters. De toeslag voor de nachtdienst op maandag tot en met zondag wordt met ingang van 1 april 2007 verlaagd van 75% naar 50% op het uurloon voor nieuwe roosters. Bovengenoemde verlagingen van de toeslagen geldt niet voor de werknemer die op 1 april 2007 reeds is ingeroosterd volgens een dienstrooster waarin de avond- en/of nachtdienst is opgenomen. Deze overgangsregeling vervalt indien de werknemer niet meer voor de avond- en/of nachtdienst is ingeroosterd geweest in een periode van 12 maanden (of langer achterelkaar). 5. Verruiming dagdienst (artikel 14 en 23) Met ingang van 1 april 2007 wordt de dagdienst verruimd van maandag tot en met vrijdag van uur tot uur, indien deze uren aansluiten op de bestaande dagdienst en deze uren geen deel uitmaken van de avonddienst. 2

3 In verband met de toenemende openstelling van apotheken na uur wordt met ingang van 1 april 2007 de dagdienst van maandag tot en met vrijdag verruimd van uur tot uur. Dit houdt in dat indien op voornoemde uren de apotheek geopend blijft er geen toeslag op het uurloon wordt betaald, mits deze uren aansluiten op de bestaande dagdienst van voor uur en deze uren geen deel uitmaken van de avonddienst. 6. Vergoeding aanwezigheidsdienst (artikel 17, 18 en 23) Met ingang van 1 april 2007 wordt de vergoeding van de aanwezigheidsdienst vastgesteld op een uniforme vergoeding van 50% van het uurloon tijdens de aanwezigheidsdienst, zonder extra vergoeding van de zorgvragen. In plaats van achteraf wordt vooraf bepaald of er sprake is van een aanwezigheidsdienst. De grens voor het bepalen of er sprake is van een aanwezigheidsdienst is het aantal te verwachten zorgvragen. Is dit aantal 3 of meer in de periode van tot uur, dan is een nachtdienst van toepassing. De referentieperiode voor het bepalen van het aantal te verwachten zorgvragen is het roosterkwartaal voorafgaande aan de inroostering. Tijdens de dagdienst, avonddienst en nachtdienst is de werknemer in de apotheek aanwezig en verricht hij arbeid. Tijdens de aanwezigheidsdienst is de werknemer in de apotheek aanwezig en verricht de werknemer uitsluitend arbeid voor het afhandelen van (acute) zorgvragen (voorheen oproepen of storingen genoemd). In de oude CAO werd de aanwezigheidsdienst vergoed met percentages van 50% respectievelijk 66% van het uurloon per uur aanwezigheidsdienst afhankelijk van het tijdstip van de aanwezigheidsdienst plus een vergoeding per zorgvraag van 1 uur of 1.5 uur vrij eveneens afhankelijk van het tijdstip van de aanwezigheidsdienst. Met ingang van 1 april 2007 wordt de standaard vergoeding voor alle aanwezigheidsdiensten 50% van het uurloon per uur aanwezigheidsdienst zonder vergoeding van de zorgvragen. De nieuwe regeling geldt ook voor werknemers die 1 april 2007 reeds waren ingeroosterd voor een aanwezigheidsdienst. Ook nieuw is de bepaling, dat vooraf bepaald wordt of er sprake zal zijn van een aanwezigheidsdienst dan wel een nachtdienst. Is in de voorafgaande referentieperiode van het roosterkwartaal het aantal zorgvragen in de periode van tot uur 3 of meer, dan is de nachtdienst van toepassing met de daarbij behorende vergoeding en verrichting van arbeid. 7. Invoering kwartaal uren systematiek (artikel 12) Er zal een kwartaalurensysteem volgens de systematiek van Déhora ingevoerd worden met ingang van 1 januari 2008 (in overleg met de SBA in verband met de implementatie in de branche). Daarnaast worden de volgende afspraken gemaakt: a. keuze vrije tijd of geld vergoeding blijft mogelijk onder de voorwaarde dat de werknemer vooraf per kalenderjaar de keuze maakt b. akkoord met feestdagenvergoeding overeenkomstig de systematiek. Reeds in de CAO van 2005 was overeengekomen dat CAO partijen naar een langere roosterperiode zouden kijken in verband met de gewenste flexibiliteit voor de werkgever en werknemer. Binnen het langere rooster kan de werknemer ingeroosterd worden voor weken met minder en weken met meer uren dan de overeengekomen contractuele uren waarbij compensatie in de opvolgende roosters plaatsvindt. CAO partijen hebben samen met de SBA gekozen voor de systematiek van Déhora met een roostertermijn van een kwartaal. Vooraf kunnen werkgever en werknemer overleggen voor inroostering van het kwartaal waarbij de werknemer per week meer en minder uren dan contractueel overeengekomen ingeroosterd kan worden. Hierbij wordt rekening gehouden met de wensen van de 3

4 werkgever voor wat betreft de bedrijfsvoering en de aanwezigheid van de overige werknemers en de wensen van de werknemer voor wat betreft zijn privé - situatie. Het kwartaalurensysteem zal ingaan per 1 januari 2008 en hieraan voorafgaand zal de SBA werkgevers en werknemers tijdig en goed informeren. 8. Loonfunctie gebouw (artikel 3 lid 3 en bijlage 8) Tijdens de looptijd van de CAO zullen de bestaande functiebeschrijvingen geëvalueerd worden en zal er onderzocht worden of er andere, nieuwe functies opgenomen moeten worden. In 2003 is het functiewaarderingssysteem ingevoerd met 11 beschreven functies en een bijpassend concurrerend loongebouw. CAO partijen vinden het wenselijk dat de destijds beschreven functies op hun actualiteitswaarde geëvalueerd worden en tevens gekeken zal worden of er andere, nieuwe functies met daarbij behorende functiebeschrijvingen opgenomen moeten worden. CAO-partijen zullen een en ander in nauw overleg doen met de SBA en andere partijen in de markt. 9. Intentieverklaring bij - en nascholing( bijlage) De in 2005 vervallen intentieverklaring inzake de bij - en nascholing zal opnieuw als bijlage in de CAO worden opgenomen. Met de invoering van het Beoordelingssysteem in 2005 is de bijlage over een intentieverklaring inzake de bij - en nascholing behorend bij de CAO niet in de nieuwe CAO opgenomen. CAO-partijen waren van mening dat met de invoering van dit beoordelingsbeleid de te maken afspraken over de bij - en nascholing goed zouden verlopen. De intentieverklaring voegt echter de wens van CAO-partijen toe dat werknemers geacht worden voldoende bij - en nascholing te volgen om goed hun beroep uit te kunnen oefenen. 10. Onderzoek registratieregeling apothekersassistenten Tijdens de looptijd van de CAO zullen partijen de mogelijkheid onderzoeken om een registratieregeling op te zetten voor apothekersassistenten. Aan een goede kwalitatieve beroepsuitoefening van de apothekersassistent hechten CAO partijen grote waarde. Om dit beroep ook daadwerkelijk meer inhoud te geven zullen CAO partijen met andere partijen waaronder de SBA en Optima Farma onderzoeken of en op welke wijze een registratieregeling voor apothekersassistenten opgezet kan worden. 11. Afschaffing CAO regeling Kinderopvang (artikel 32) Met ingang van 1 april 2007 vervalt de CAO regeling Kinderopvang in verband met de invoering van de wettelijke werkgeversbijdrage voor de kinderopvang per 1 januari De hierdoor vrijvallende gelden per 1 april 2007 zullen besteed worden aan het branchegewijs financieren van de kosten van stage - en nascholingsactiviteiten uit te voeren door de SBA. De nog resterende gelden van het Kinderopvangfonds zullen zo mogelijk ook voor deze activiteiten worden gebruikt. Met ingang van 1 januari 2007 is de wettelijke werkgeversbijdrage voor de kinderopvang van kracht geworden waardoor de CAO regeling Kinderopvang komt te vervallen. 4

5 CAO partijen zijn overeengekomen dat met de resterende vrijval van de gelden als gevolg van de afschaffing van de CAO regeling deze gelden besteed zullen worden aan de kosten van de stage- en nascholingsactiviteiten voor de gehele branche. Dus alle openbare apotheken kunnen hieraan meedoen. Deze regeling zal nog nader uitgewerkt worden waarbij de SBA onder regie van CAO partijen de uitvoering ter hand zal nemen. 12. Extra periodiek boven de maximum salarisschaal (artikel 6 lid 4) Er wordt een eenmalige periodiek voor bepaalde tijd van maximaal een jaar mogelijk gemaakt (eventueel als een eenmalige uitkering te verstrekken) naast de bestaande mogelijkheid van een periodiek voor onbepaalde tijd indien de werknemer het maximum van de salarisschaal heeft bereikt. Bij de invoering van het Beoordelingssysteem in 2005 is de mogelijkheid geïntroduceerd dat het maximum van de van toepassing zijnde periodiek in de salarisschaal overschreden kan worden met maximaal een periodiek waarvoor toestemming moet worden aangevraagd aan de Adviescommissie Arbeidsvoorwaarden. De extra periodiek is voor onbepaalde tijd. Naast deze bestaande mogelijkheid kan nu bij het maximum van de van toepassing zijnde periodiek een extra periodiek voor bepaalde tijd van maximaal een jaar gegeven worden hetgeen de aantrekkelijkheid van belonen van goede prestaties bevordert. Deze extra periodiek voor bepaalde tijd kan eventueel gegeven worden in de vorm van een uitkering ineens. Huub Overgaag Secretaris Onderhandelingscommissie CAO Apotheken 9 januari