Principe-akkoord ING CAO

Transcriptie

1 Principe-akkoord ING CAO

2 ING enerzijds en de vakorganisaties FNV Bondgenoten, De Unie, CNV Dienstenbond en de BBV anderzijds hebben een principe-akkoord bereikt met betrekking tot de ING CAO De Vakorganisaties zullen dit akkoord met een positief advies aan hun leden voorleggen. De hoofdpunten (de cursieve teksten zijn rechtstreeks in de CAO op te nemen teksten): 1. Looptijd De CAO heeft een looptijd van 18 maanden. Deze gaat in 1 januari 2007 en loopt tot en met 30 juni Indien geen van de partijen bij de CAO uiterlijk drie maanden voor het tijdstip waarop deze CAO eindigt, per aangetekende brief te kennen heeft gegeven dat zij de overeenkomst wenst te beëindigen of in een of meer bepalingen wijziging wenst, zal de overeenkomst worden geacht voor een jaar stilzwijgend te worden verlengd. (vervangt artikel 1.1. CAO) 2. Inkomensaanpassing Structurele loonsverhoging. De persoonlijke maandsalarissen van de medewerkers en de salarisschalen worden per 1 juli 2007 verhoogd met 2,75% en per 1 januari 2008 met 1,5%. (vervangt 2.1 CAO) 3. Employability ING en de vakorganisaties hechten groot belang aan employability van de medewerkers van ING. Mede om die reden zijn afspraken terzake gemaakt in het Sociaal Plan , die als volgt zijn uitgewerkt: ING stelt voor het eerste half jaar van 2008 een budget van 5 miljoen euro beschikbaar ten behoeve van employabilitydoeleinden. ING heeft de intentie in de jaren 2008, 2009 en 2010 telkens een budget van 10 miljoen euro ter beschikking te stellen. Iedere medewerker met een dienstverband voor onbepaalde tijd kan eens in de drie kalenderjaren een beroep doen op het employabilitybudget, voor een richtbedrag van in totaal Uit het budget wordt ook een aantal employability-consulenten gefinancierd. Hun taak is om medewerkers en leidinggevenden te ondersteunen en te stimuleren. Er zal een jaarlijkse evaluatie van de uitnutting van het budget plaatsvinden. De doelstelling van het employabilitybudget is de versterking van de inzetbaarheid van de medewerker en zijn positie op de interne en externe arbeidsmarkt. 2

3 De eigen invulling staat voorop. Het gebruik staat naast reguliere opleidingen, die gericht zijn op de eigen functie of de geplande volgende functie. Het staat tevens los van eventuele activiteiten in het kader van het Sociaal Plan. De activiteiten vinden plaats in eigen tijd. Er is tweemaal per jaar een aanvraagronde. De medewerker geeft aan: o Wat hij wil gaan doen en wanneer o De kosten van de activiteit o Een korte motivering In overleg met de vakorganisaties wordt voor 1 november 2007 een eenvoudig goedkeuringsproces ingericht. (artikel 8 CAO dient te worden aangepast) Naast bovenstaande zal worden bezien of de EVC-methode kan worden ingepast in het FITprogramma van ING. 4. Vakantiedagen Mede naar aanleiding van de Wet Gelijke Behandeling zijn de volgende wijzigingen overeengekomen: De medewerker met een gemiddelde arbeidsduur van 36 uur per week heeft vanaf 1 januari 2008 recht op 194,4 vakantie-uren per jaar. TVoor de medewerker met een andere gemiddelde arbeidsduur geldt dit aantal uren naar evenredigheid. Bij aanvang of beëindiging van het dienstverband in de loop van het kalenderjaar wordt de vakantieduur naar evenredigheid verminderd.t Indien de medewerker over het jaar 2007 een aanspraak heeft op meer uren dan volgens bovenstaande bepaling, dan worden deze (omgerekend) als garantie-uren gegarandeerd. Bij vermindering van de gemiddelde arbeidsduur worden de garantie-uren naar evenredigheid aangepast. (vervangt artikel CAO) De buitendienstmedewerker heeft vanaf 1 januari 2008 recht op 27 vakantiedagen per jaar.t Bij aanvang of beëindiging van het dienstverband in de loop van het kalenderjaar wordt de vakantieduur naar evenredigheid verminderd. Indien de buitendienstmedewerker over het jaar 2007 een aanspraak heeft op meer vakantiedagen dan bovenstaand, behoudt hij deze extra dagen tot het moment waarop deze aanspraak kleiner of gelijk is aan het aantal dagen op grond van deze CAO. (vervangt artikel CAO) 3

4 5. Overgangsbeleid oudere medewerker De medewerker die geboren is vóór 1950 heeft vanaf 1 januari 2008 de mogelijkheid om zijn arbeidsduur met 10% of met 20% te verminderen. De arbeidsvoorwaarden zullen met 5%, respectievelijk 10% worden verminderd, met uitzondering van vakantie-uren en pensioenopbouw. Het aantal vakantie-uren wordt berekend op basis van het daadwerkelijk te werken aantal jaaruren. De pensioenopbouw vindt plaats op basis van de oorspronkelijke arbeidsduur. Het werkpatroon zal met inachtneming van het bepaalde in 3.3 CAO worden aangepast, zodanig dat in de praktijk sprake is van hanteerbare werkpatronen. De regeling van CAO blijft gehandhaafd voor bestaande afspraken. (nieuw 3.2.3, vervangt 8.3 en en CAO) ING heeft de intentie bovenstaande regeling ook van toepassing te verklaren voor de medewerker die geboren is in de jaren 1950 tot en met 1954, vanaf het moment dat deze de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt. 6. Functieschaalwijziging Indien de medewerker een functie gaat vervullen in een andere functieschaal, anders dan ten gevolge van een reorganisatie, geldt vanaf 1 januari 2008 het volgende: Hogere functieschaal: i. ING stelt het salaris van de medewerker vast per de eerste dag van de maand waarin de medewerker door ING in de nieuwe of ten gevolge van functiewaardering gewijzigde functie is benoemd. ii. Het salaris wordt verhoogd met een bedrag ter grootte van minimaal één tot maximaal tweemaal het maximum verhogingspercentage behorend bij een 3-beoordeling van de nieuwe salarisschaal en voorzover het maximumsalaris in de nieuwe salarisschaal daardoor niet wordt overschreden. Een eventuele persoonlijke toeslag wordt ingebouwd in de nieuwe salarisschaal. Lagere functieschaal: i. ING stelt het salaris van de medewerker vast per de eerste dag van de maand waarin de medewerker door ING in de nieuwe of ten gevolge van functiewaardering gewijzigde functie is benoemd. ii. Indien het persoonlijk maandsalaris het maximum van de nieuwe salarisschaal te boven gaat, wordt het verschil vastgesteld in de vorm van een toeslag. Het totaal van het nieuwe salaris en deze toeslag blijft nominaal gelijk, tot het moment dat de toeslag volledig is inverdiend volgens onderstaande systematiek: de toeslag wordt afgebouwd met het bedrag waarmee het nieuwe salaris op grond van overeengekomen CAOverhogingen stijgt. Bovenstaande regeling geldt bij een verlaging met één functie- en salarisschaal. Indien de nieuwe of gewijzigde functie op andere gronden 4

5 dan reorganisatie of functieherwaardering meer dan één schaal lager ligt, wordt het salaris vastgesteld op het maximum van de bij de nieuwe functie horende schaal. Het verschil tussen het nieuw vastgestelde salaris en het maximum van de naasthogere functieschaal wordt als toeslag toegekend. Het totaal van het nieuwe salaris en deze toeslag blijft nominaal gelijk, tot het moment dat de toeslag volledig is inverdiend volgens onderstaande systematiek: de toeslag wordt afgebouwd met het bedrag waarmee het nieuwe salaris op grond van overeengekomen CAO-verhogingen stijgt. Het verschil tussen het huidige persoonlijke maandsalaris en het maximum van genoemde naasthogere functieschaal (`het maandverschil ) wordt afgebouwd door middel van een eenmalig bedrag dat bestaat uit 13,96 maal het maandverschil. (nieuw artikel CAO; artikelen 8.3, 8.4 en 8.5 vervallen). 7. Studieafspraak Beloningsbeleid Partijen zullen uitvoering geven aan hetgeen zij in de bijgevoegde Studie-afspraak Beloningsbeleid van 8 mei 2007 zijn overeengekomen. 8. Werkafspraak Vereenvoudiging Partijen zullen uitvoering geven aan hetgeen zij in de bijgevoegde Werkafspraak Vereenvoudiging van 8 mei 2007 zijn overeengekomen 9. Pensioen en levensloop ING zal in geval een medewerker meer dan 13 weken onbetaald verlof neemt, ook dan risicodekking geven voor partnerpensioen en arbeidsongeschiktheidspensioen, tot een maximum van 18 maanden. Per 1 januari 2008 zullen de in artikel CAO genoemde variabele inkomenscomponenten worden betrokken in de berekening van 3,5% werkgeversbijdrage levensloop, zoals genoemd in artikel CAO. Partijen zullen gedurende de looptijd van deze CAO de gevolgen van de per 2015 ingaande individualisering van de AOW voor de pensioenregeling gezamenlijk in kaart brengen en bezien of dit onderwerp moet worden ingebracht in de volgende CAO-onderhandelingen. 10. Representativiteit vakorganisaties ING is bereid om mee te werken aan de vergroting van de representativiteit aan de vakorganisaties binnen ING. Zij zal dit onder andere doen door aan de vakorganisaties de 5

6 P zin P zin kosten van 1 gratis proeflidmaatschap, dat tussen 1 januari 2008 en 1 januari 2009 bij ING in dienst tredende medewerker zal worden aangeboden, te vergoeden. De vakorganisaties zullen hiertoe in januari 2009 een met aantallen proefleden` gespecificeerde nota indienen. De effecten van de inspanningen zullen worden geëvalueerd. ING en de vakorganisaties zullen in het Periodiek Overleg de overige door de vakorganisaties ingediende voorstellen nader bespreken. 11. Internationale solidariteit ING stelt euro aan de vakorganisaties ter beschikking voor een project dat zich richt op de nationale of internationale arbeidsmarkt of arbeidsverhoudingen. Voorwaarde is dat ING haar goedkeuring aan het project en het land van bestemming geeft. 12. Diversen a. Mede ten gevolge van de Wet Gelijke Behandeling: Artikel 3.7 CAO: (Medewerkers van 55 jaar en ouder zullen niet worden verplicht tot het verrichten van meerwerk.) wordt vervangen door: De medewerker kan worden verplicht tot het verrichten van meerwerk, tenzij zwaarwegende persoonlijke omstandigheden zich hiertegen verzetten. b. Ten gevolge van fiscale maatregelen: i. Artikel 11.4 CAO: Bij overlijden van de medewerker zal ING aan de nagelaten betrekkingen van de medewerker een uitkering doen ter grootte van het persoonlijk maandsalaris over de resterende dagen van de maand van overlijden en over de volgende drie maanden. [ ] ii. Artikel CAO: Bij overlijden van de buitendienstmedewerker zal ING aan de nagelaten betrekkingen van de medewerker een uitkering doen ter grootte van het persoonlijk maandsalaris over de resterende dagen van de maand van overlijden en over de volgende drie maanden. [ ] c. Ten gevolge van compenserende overheidsmaatregelen: e i. Artikel 14.3 `WAO-regime : 1P vervalt, per 1 januari 2008: (Bij een arbeidsongeschiktheid in de zin van de WAO van 80% of meer bestaat aanspraak op een arbeidsongeschiktheidspensioen ter grootte van de som van 5% van het inkomen dat gelijk is aan of lager is dan het maximum WAO-uitkeringsloon) e ii. Artikel 14.3 `WIA regime : 1P vervalt, per 1 januari 2008: (Bij een arbeidsongeschiktheid in de zin van de WIA van 80% of meer bestaat aanspraak op een arbeidsongeschiktheidspensioen ter grootte van de som van 5% van het inkomen dat gelijk is aan of lager is dan het maximum WIA-uitkeringsloon en 75% van het inkomen gelegen tussen het maximum WIA-uitkeringsloon en het grensbedrag.) 6

7 d. Ten gevolge van generlei gebruik: i. Artikel 14.5 CAO (Vrijwillige aanvullende verzekeringen) vervalt e. Ten gevolge van praktijkbehoefte: i. [ ]. Deze blokken worden in principe jaarlijks vooraf in overleg met de medewerker vastgesteld, [ ] (aanpassing in 3.3 CAO). f. Motivatie, engagement en plezier in het werk: ING zal in het najaar van 2007 in het Periodiek Overleg aan de vakorganisaties de resultaten presenteren van interne onderzoeken naar motivatie en engagement van medewerkers. Op basis daarvan zal worden bezien of een verbinding kan worden gemaakt met het thema `Plezier in het werk zoals in de CAO-onderhandelingen ingebracht door CNV Dienstenbond. 13. CAO tekst-commissie De CAO tekst commissie zal het principe-akkoord uitwerken in CAO-teksten. Tevens zal de commissie wijzigingen van technische aard aanbrengen. De tekst voor de nieuwe CAO dient uiterlijk 1 oktober 2007 aan CAO-partijen ter goedkeuring te worden voorgelegd. CAO-partijen beslissen uiterlijk 1 november

8 Ondertekening De vertegenwoordigers van de partijen bij deze CAO stemmen in met de tekst van dit principe-akkoord. De vakorganisaties zullen er naar streven hun ledenraadplegingen voor 1 juli 2007 te hebben afgerond. Sint Michielsgestel, 7 juni 2007 FNV Bondgenoten De Unie J.P. Veenhuizen R. Schuurman CNV Dienstenbond BBV A. Kansouh R. Schuurman ING W.J.M. Buiter A. Verheijden 8