Commissie van beroep vo
|
|
- Kurt Koning
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Een zij-instromer die per eerste schooldag ná is benoemd en het hele schooljaar les gaf, heeft redelijkerwijze recht op het entreerecht. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te D, appellant, hierna te noemen A en het College van Bestuur van B, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. M. Rietbergen 1. VERLOOP VAN DE PROCEDURE Bij beroepschrift van 14 oktober 2016, heeft A beroep ingesteld tegen de beslissing van de werkgever van 7 september 2016 om hem niet op grond van het entreerecht een LD-functie toe te kennen. De werkgever heeft op 15 november 2016 een verweerschrift ingediend. De mondelinge behandeling van het beroep nd plaats op 9 december 2016 te Utrecht. A verscheen in persoon. De werkgever werd ter zitting vertegenwoordigd door de heer F, adjunct directeur C, en de heer G, manager stafdienst, daartoe bijgestaan door de gemachtigde. 2. DE FEITEN A, geboren 17 november 1964, is sinds 25 augustus 2014 werkzaam als docent Scheikunde bij C van B. A had aanvankelijk een dienstverband or bepaalde tijd wegens onbeegdheid. Op 7 maart 2016 heeft A de opleiding Science Education and Communication afgerond en is daarmee eerstegraads beegd geworden. Per 1 april 2016 is A or onbepaalde tijd benoemd in de functie van docent LB met een betrekkingsomvang van laatstelijk 0,8 fte. Op de arbeidsverhouding is van toepassing de cao. A heeft vanaf de datum van indiensttreding, 25 augustus 2014, al zijn lessen gegeven binnen de structurele formatie in de bovenbouw van ha en vwo. Na het behalen van zijn eerstegraads beegdheid op 7 maart 2016 heeft A de werkgever verzocht om toekenning van het entreerecht. Bij brief van 7 september 2016 heeft de werkgever dit verzoek afgewezen en A bericht dat hij heeft besloten hem geen LD-benoeming toe te kennen op grond van het entreerecht. Tegen deze beslissing heeft A beroep ingesteld. 3. STANDPUNTEN VAN PARTIJEN / uitspraak d.d. 21 december 2016 pagina 1 van 5
2 A stelt aanspraak te hebben op het entreerecht omdat hij vanaf het schooljaar % van zijn lessen in de bovenbouw geeft en inmiddels ook eerstegraadsbeegd is. Omdat hij or 1 augustus 2014 al was gestart met zijn masteropleiding, heeft hij tot en met 31 juli 2017 nog aanspraak op het entreerecht. In de cao staat nergens dat leraren op 1 augustus 2014 al in dienst moeten zijn; het woord vanaf betekent vanaf die datum, dus vanaf 1 augustus A had or de zomervakantie 2014 al gesolliciteerd en ook de arbeidsovereenkomst was al opgesteld. Het leek hem destijds logisch dat de datum indiensttreding gelijk was aan die van de eerste schooldag. Pas later begreep hij dat het schooljaar formeel begint op 1 augustus van het desbetreffende jaar. A heeft de akte van benoeming ingaande 1 april 2016, waarin sprake was benoeming als docent LB, getekend op uitdrukkelijk verzoek van de directeur, omdat de school dan was verzekerd van een vaste docent Scheikunde. A heeft toen ook al aangegeven dat hij aanspraak maakte op het entreerecht. A vindt het ook in strijd met de redelijkheid en billijkheid dat hij, bij een indiensttreding op 1 augustus 2014, wel aanspraak had kunnen maken op het entreerecht en dat hij enkel en alleen door de indiensttreding op de eerste schooldag, deze aanspraak niet heeft. Daar komt bij dat hij in de schoolvakantie al is begonnen met het orbereiden van zijn lessen. Verder zijn al zijn collega s in de bovenbouw door de werkgever aangespoord om het entreerecht te verkrijgen, aldus A. De werkgever ert aan dat A niet ldoet aan de in artikel 5.2 cao gestelde eisen, omdat hij op 1 augustus 2014 niet in dienst was van B noch elders was benoemd als docent. Desgevraagd geeft de werkgever aan dat, als A op 1 augustus 2014 in dienst was getreden, hij aanspraak zou hebben gemaakt op het entreerecht. De werkgever heeft echter het beleid dat zij-instromers per datum eerste schooldag in dienst treden. Uit de betekenis van het woord vanaf lgt ook dat het moet gaan om de docent die op 1 augustus 2014 benoemd was. De grote Van Dale zegt over het woord vanaf immers: van de te noemen plaats, tijd of prijs af. Het toekennen van het entreerecht is niet de goede manier om personeelsbeleid te eren. Daarom ert de werkgever het entreerecht strikt uit, dat wil zeggen dat een benoeming als docent LD betekent dat deze docent ook moet (gaan) ldoen aan het vereiste niveau van functioneren van een docent LD. Op 1 augustus 2014 hebben 15 docenten gebruik gemaakt van het entreerecht en daarvan zijn er per 1 augustus 2016 twee teruggeplaatst in hun oude functie. Ook zijn er docenten geweest die bewust geen gebruik hebben gemaakt van het entreerecht. A heeft orts in april 2016 zijn akte van benoeming or onbepaalde tijd getekend en daarmee te kennen gegeven dat hij het eens was met de benoeming als docent LB, aldus de werkgever. 4. OVERWEGINGEN VAN DE COMMISSIE De beegdheid en de ontvankelijkheid De instelling is aangesloten bij deze Commissie. Naar het oordeel van de Commissie dient de beslissing dat A niet op grond van het entreerecht in aanmerking komt or een LD-functie te worden aangemerkt als een beslissing waarbij aan A promotie wordt onthouden. Tegen een dergelijke beslissing staat ingelge het bepaalde in artikel 20 lid 1 cao beroep open bij de / uitspraak d.d. 21 december 2016 pagina 2 van 5
3 Commissie. Nu het beroep orts binnen de daartoe geldende termijn is ingesteld, is A ontvankelijk in zijn beroep. Het onthouden van promotie Tot 1 augustus 2014 bepaalde artikel 5.2 cao dat elke docent met een eerstegraads beegdheid, die structureel 50% of meer van zijn lessen geeft in een of meer jaren 4 en 5 ha en/of 4, 5 en 6 vwo, vanaf 1 augustus 2014 recht heeft op een LD-functie. Artikel 5.2 lid 1 cao luidt als lgt: Vanaf 1 augustus 2014 heeft elke leraar met een eerstegraads beegdheid die 50% of meer van zijn lessen binnen de structurele formatie geeft in een of meer van de jaren 4 en 5 ha en/of 4, 5 en 6 vwo recht op een LD-functie. De cao bevat de lgende toelichting op artikel 5.2: Indien een leraar die benoemd is op basis van het entreerecht uiterlijk op 1 augustus 2016 niet ldoet aan de functievereisten van de functiebeschrijving die de werkgever op grond van artikel 12.4 CAO-VO heeft vastgesteld, kan hij teruggeplaatst worden in zijn oude functie. De inschaling geschiedt op het laatstelijk genoten salaris of het naast hogere bedrag, niet hoger dan het maximum behorende bij het carrièrepatroon van de oude functie. De etnoot bij artikel 5.2 lid 1 cao luidt : Onder structurele formatie wordt verstaan formatie niet zijnde projectformatie en kortdurende vervanging minder dan een jaar. Artikel 5.2 cao , welke cao op 1 juli 2016 in werking is getreden, luidt: 5.2. Entreerecht LD 1. De leraar die or 1 augustus 2014 is gestart met een opleiding or een master/ eerstegraadsbeegdheid en ldoet aan de vereisten van het entreerecht (zie toelichting), heeft tot en met 31 juli 2017 recht op het entreerecht. 2. De leraar die or 1 augustus 2015 benoemd is op basis van het entreerecht en uiterlijk op 1 augustus 2016 niet ldoet aan de functievereisten van de functiebeschrijving die de werkgever op grond van artikel 12.4 cao heeft vastgesteld, kan teruggeplaatst worden in de oude functie. De inschaling geschiedt op het laatstelijk genoten salaris of het naasthogere bedrag, niet hoger dan het maximum behorende bij het carrièrepatroon van de oude functie. Toelichting Tot 31 juli 2015 was sprake van het entreerecht. Het entreerecht hield in dat elke leraar met een eerstegraadsbeegdheid die 50% of meer van zijn lessen binnen structurele formatie gaf in een of meer van de jaren 4 en 5 ha en/of 4, 5 en 6 vwo, recht op een LD-functie had. Onder structurele formatie wordt verstaan formatie niet zijnde projectformatie en kortdurende vervanging minder dan een jaar / uitspraak d.d. 21 december 2016 pagina 3 van 5
4 Vast staat dat A op 25 augustus 2014 is benoemd als docent LB, dat zijn functie deel uitmaakt van de structurele formatie en dat hij sinds 7 maart 2016 eerstegraadsbeegd is. Voorts staat vast dat A al zijn lessen, derhalve 50% of meer van zijn lessen, verzorgt in de bovenbouw van de ha/vwo. Op het moment dat A zijn beegdheid haalde en de werkgever verzocht om in aanmerking te komen or het entreerecht gold nog de cao waarin vermeld staat dat vanaf 1 augustus 2014 de leraar die eerstegraads beegd is en meer dan 50% werkzaam is in de bovenbouw, recht heeft op het entreerecht. Ten tijde van het op schrift stellen van de weigering door de werkgever, op 7 september 2016, gold de nieuwe cao waarin is gesteld dat De leraar die or 1 augustus 2014 is gestart met een opleiding or een master/eerstegraadsbeegdheid en ldoet aan de vereisten van het entreerecht heeft tot en met 31 juli 2017 recht op het entreerecht. Hetgeen partijen verdeeld houdt, is de vraag of A op 1 augustus 2014 in dienst moest zijn van de werkgever om aanspraak te kunnen maken op het entreerecht of dat dit ook bij een latere datum van indiensttreding mogelijk was geweest, ervan uitgaande dat hij dan aan alle overige vereisten ldeed. De Commissie overweegt dienaangaande als lgt. De uitleg van een cao-bepaling geschiedt lgens vaste jurisprudentie van de Hoge Raad lgens de zogeheten cao-norm. Deze norm houdt in dat aan de bepalingen van de cao een uitleg naar objectieve maatstaven moet worden gegeven. Het komt niet aan op bedoelingen van partijen omdat deze bedoelingen niet kenbaar zijn or de niet bij de onderhandelingen over de cao betrokken partijen. Daarbij zijn de bewoordingen van de cao, inclusief de eventueel daaraan toegeegde schriftelijke toelichting, in beginsel van doorslaggevende betekenis en komt het aan op de betekenis die naar objectieve maatstaven lgt uit deze bewoordingen. Bij de uitleg kan onder meer acht worden geslagen op de elders in de cao gebruikte formuleringen en op de aannemelijkheid van de rechtsgelgen waartoe de onderscheiden, op zichzelf mogelijke tekstinterpretaties zouden leiden. De Commissie constateert dat cao-partijen geen toelichting hebben gegeven over hetgeen zij met de woorden vanaf 1 augustus 2014 precies hebben beoogd. Tevens constateert de Commissie dat de werkgever aangeeft dat A bij een indiensttreding op 1 augustus 2014 wel aanspraak zou hebben gemaakt op het entreerecht. A is echter, vanwege het feit dat hij zij-instromer is, conform vast beleid van de werkgever, niet per 1 augustus 2014 in dienst genomen maar per 25 augustus Daarmee heeft A wel gedurende het gehele schooljaar les gegeven. Gezien deze feiten, daarmee in het midden latend hoe de uitleg van de cao-bepaling overigens dient te zijn, is de Commissie van oordeel dat de werkgever niet in redelijkheid A het entreerecht kan onthouden. Voor de interpretatie van de bepaling over het entreerecht is zijn positie gelijk te stellen met een docent die op 1 augustus 2014 al in dienst was, omdat hij dezelfde werkzaamheden gedurende het gehele schooljaar aanvangend op 25 augustus 2014 heeft verricht. Daarom is de Commissie van oordeel dat A ldoet aan de vereisten van artikel 5.2 cao. Dat A de akte van benoeming in de functie van docent LB ingaande 1 april 2016 heeft ondertekend, betekent naar het oordeel van de Commissie niet dat hij daarmee afstand heeft gedaan van de aanspraak op grond van het entreerecht van een LD-functie. De door A ter / uitspraak d.d. 21 december 2016 pagina 4 van 5
5 zitting gegeven -en niet door de werkgever weersproken- toelichting, dat hij op uitdrukkelijk verzoek van zijn directeur tot ondertekening is overgegaan, alsook het gegeven dat hij direct na het behalen van zijn beegdheid, de werkgever heeft verzocht om gebruik te mogen maken van het entreerecht, maken dat het de werkgever duidelijk moet zijn geweest dat A aanspraak wilde maken op de functie van docent LD. Het tekenen van de akte van benoeming staat daaraan niet in de weg. Gelet op het bovenstaande is de Commissie van oordeel dat de werkgever niet in redelijkheid het entreerecht heeft kunnen onthouden door hem niet te benoemen in de functie van docent LD. De Commissie zal het beroep daarom gegrond verklaren. 5. OORDEEL Op grond van bovenstaande overwegingen verklaart de Commissie het beroep gegrond. Vastgesteld te Utrecht op 21 december 2016 door mr. L.C.J. Sprengers, orzitter, drs. K.A. Kool en mr. M.Th. van Wel, leden, in aanwezigheid van mr. R.M. de Bekker, secretaris. mr. L.C.J. Sprengers orzitter mr. R.M. de Bekker secretaris / uitspraak d.d. 21 december 2016 pagina 5 van 5
het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
106484 - Door werkneemster niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,
Nadere informatieDoor werknemer niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is hem ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden.
106478 - Door werknemer niet te belasten met lesuren in de bovenbouw is hem ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatiehet College van Bestuur van de C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. W. Lindeboom
106605 - Door werkneemster bij volledige arbeidsgeschiktheid minder dan 50% van haar lessen in de bovenbouw toe te delen, is haar ten onrechte promotie in het kader van het entreerecht onthouden; in het
Nadere informatieCommissie van Beroep VO SAMENVATTING
SAMENVATTING 106377 - Beroep tegen onthouden promotie (entreerecht); Het beroep is gericht tegen de beslissing van de werkgever met betrekking tot de urenverdeling voor het schooljaar 2014-2015 waaruit
Nadere informatieBeroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie.
108067 Beroep tegen onthouden promotie ongegrond omdat er geen aanspraak op een benoeming in een LD-functie. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw [appellant], wonende te [plaatsnaam], appellante, hierna
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
107773 - Beroep tegen onthouding van promotie. Terugplaatsing van docent LD naar docent LC mocht, omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten docent LD UITSPRAAK in het geding tussen: de heer
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
107363 - Terugplaatsing in functie docent LB is onthouding van promotie; terugplaatsing is niet redelijk omdat niet gebleken is dat niet voldaan is aan de functievereisten docent LD in het geding tussen:
Nadere informatieBeroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd.
108508 - Beroep tegen onthouding promotie gegrond omdat de werkgever de procedure niet correct heeft gevolgd. UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting voor D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105932 - Beroep tegen indirecte onthouding promotie: Het beroep is gericht tegen de beslissing om de werknemer in het schooljaar 2013-2014 met 7 lessen in de bovenbouw en 7,5 lessen in de
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 104017 Geschil toekenning ouderschapsverlof Een docent vraagt voor zijn drie geadopteerde kinderen ouderschapsverlof aan. Over de aard - betaald of onbetaald - van het verlof voor twee kinderen
Nadere informatieCommissie van Beroep voor het VO en HBO ingesteld door de Verenigde Bijzondere Scholen voor onderwijs op algemene grondslag
De Commissie van Beroep VO/HBO, ingesteld door de Verenigde Bijzondere Scholen voor onderwijs op algemene grondslag, heeft de volgende uitspraak gedaan in de zaak van: XXX, wonende te XXX, appellant, tegen
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. S.K. Oskam
107544 Terugplaatsing in de functie docent LB is onthouding van promotie. De terugplaatsing is redelijk omdat de werknemer niet voldeed aan de functievereisten van docent LD en omdat hij de aangeboden
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106226 - Beroepen tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING Werknemers zijn bij de werkgever in vaste dienst met een betrekkingsomvang boven de normbetrekking van 1 wtf. Omdat de werkgever vele
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. C.A.C.M.
107626 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, appellante, gemachtigde: de heer mr. J. Roose en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde:
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107669 - De terugplaatsing in de oude LB-functie komt neer op de onthouden van promotie. Terugplaatsing mocht omdat de werkneemster niet voldeed aan de functievereisten docent LD. in het geding tussen:
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105421 - Beroep tegen beëindiging dienstverband; De werkgever stelt dat geen sprake is van ontslag maar van het van rechtswege eindigen van een verlengd tijdelijk dienstverband wegens onbevoegdheid.
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant]
108430 - Beroep tegen onthouding promotie. De werkgever heeft de sollicitatieprocedure juist gevolgd en in redelijkheid kunnen beslissen om de werknemer niet te bevorderen naar een LDfunctie. in het geding
Nadere informatieBESLISSING OP ONTSLAGAANVRAAG. [de hogeschool], gevestigd te [vestigingsplaats], hierna te noemen de hogeschool gemachtigde: de heer mr. M.A.
108064 - Toestemming voor ontslag wegens bedrijfseconomische redenen niet verleend. De werkgever heeft onvoldoende aangetoond dat er geen herplaatsingsmogelijkheden zijn. Inzake het verzoek van: BESLISSING
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 106285/106286/106287 Beroepen (3) tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking;. Werkneemster is ontslagen op grond van opheffing van de betrekking als bedoeld in artikel 3.8 lid 3 cao
Nadere informatieBeroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster.
108379 - Beroep tegen overplaatsing gegrond vanwege het ontbreken van de instemming van de werkneemster. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellante], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 104265 - Geschil over de toepassing van artikel I-12b lid 2 De werkgever kent de werkneemster geen bindingstoelage toe omdat zij niet op alle beoordelingscriteria van de functie positief beoordeeld
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106228 - Beroep tegen vermindering betrekkingsomvang; SAMENVATTING De werkgever heeft vele werknemers in dienst die, om verschillende redenen, een betrekkingsomvang van meer dan 1,0 wtf hebben. De werkgever
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.
107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het E, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105464 - Beroep tegen beëindiging verlengd tijdelijk dienstverband; De werknemer heeft bij de werkgever vier tijdelijke dienstverbanden gehad. Tussen het tweede en derde dienstverband zat
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van B, gevestigd te G, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. G.M.
106879 - Uitspraak voor zover er nog een ontslagbesluit zou zijn: het ontslag wegens arbeidsongeschiktheid kan niet in stand blijven, omdat herstel binnen 26 weken na het ontslagbesluit niet uitgesloten
Nadere informatieBezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond.
108785 - Bezwaar tegen niet voortzetten tijdelijk dienstverband vanwege niet tijdig behalen van de onderwijsbevoegdheid ongegrond. in het geding tussen: ADVIES [bezwaarde], wonende te [woonplaats], hierna
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. dr. J.H. van Gelderen
104967 - Beroep tegen ontslag wegens arbeidsongeschiktheid; De werknemer is 50% arbeidsongeschikt en de werkgever ontslaat hem voor 0,5 fte. De werkgever heeft ter zitting gesteld dat de ontslagbeslissing
Nadere informatiehet College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
Samenvatting 02073 Commissie voor geschillen Geschil omtrent inschaling van de functie. De werknemer treedt in tijdelijke dienst van de werkgever en ontvangt eerst een salarisstrook met vermelding van
Nadere informatieSAMENVATTING / Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO
SAMENVATTING 105366 / 105383 Beroepen (2) tegen rddf-plaatsingen; PO De werkgever heeft de in de CAO PO voorgeschreven procedure om tot een rddf plaatsing te besluiten op een juiste wijze gevolgd. Op grond
Nadere informatieUITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen
107336 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder,
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105659 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking/gewichtige reden; De werknemer kan na een periode van detachering niet terugkeren in zijn oude functie van manager bedrijfsvoering.
Nadere informatie105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; hbo
105753 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en tegen ontslag wegens gewichtige reden; De werknemer is geschorst vanwege het opnemen van gesprekken met leidinggevenden en het delen van deze opnamen.
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma
107969 UITSPRAAK in het geding tussen: [appellant], wonende te [woonplaats], appellante, hierna te noemen [appellant] gemachtigde: de heer mr. E.A.C. Sietsma en het College van Bestuur van [school], gevestigd
Nadere informatie1.2 Tegen dit besluit heeft appellant bij brief van 19 juni 2014 beroep bij de Commissie ingesteld.
COMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK CvB.VO-HBO.2014.082-U.2014.11 in de zaak van: XX, appellant; tegen Stichting voor Protestants Christelijk
Nadere informatieUITSPRAAK. de Vereniging B, gevestigd te C, verweerster, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. M. De Vita
107818 - Beroep tegen schriftelijke berisping. De werkgever heeft een te groot verschil gemaakt in sanctionering van de werknemer en diens collega, terwijl sprake was van gelijke omstandigheden. in het
Nadere informatieDe berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden.
108160 - De berisping houdt geen stand omdat niet vaststaat dat de werknemer de geheimhoudingsplicht heeft geschonden. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer [appellant], wonende te [woonplaats], appellant,
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer F
SAMENVATTING 105474 - Geschil over toepassing van art. H-60 CAO BVE Werknemer heeft jarenlang gewerkt als docent maar is, na een periode van arbeidsongeschiktheid, werkzaam als onderwijsassistent. De werkgever
Nadere informatieUITSPRAAK. de personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad van [de school], gevestigd te [plaatsnaam], verweerder, hierna te noemen de PMR.
107987 UITSPRAAK in het geding tussen: het College van Bestuur van [naam stichting], gevestigd te [plaatsnaam], verzoeker, hierna te noemen het bevoegd gezag, gemachtigde: mevrouw mr. S.A. Geerdink en
Nadere informatieSAMENVATTING. 106382 - Beroep tegen mededeling einde tijdelijk dienstverband van rechtswege; PO
SAMENVATTING 106382 - Beroep tegen mededeling einde tijdelijk dienstverband van rechtswege; De werkgever heeft de werknemer meegedeeld dat het verlengd tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. Er
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
SAMENVATTING 105083 De werknemer is op staande voet ontslagen omdat hij zich niet op correcte wijze had ziek gemeld, omdat hij ondanks deze ziekmelding en zonder toestemming op studiereis naar Londen is
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van Stichting C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. J.A.
107540 - De berisping wegens het niet naleven van het programma van toetsing en afsluiting is terecht; het beroep tegen schorsing is niet-ontvankelijk. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende
Nadere informatieVerzoek voorlopige voorziening tot wedertewerkstelling, vacant houden functie en loondoorbetaling; HBO SAMENVATTING
106426 - Verzoek voorlopige voorziening tot wedertewerkstelling, vacant houden functie en loondoorbetaling; SAMENVATTING De werkgever heeft de werknemer meegedeeld dat de (verlengde) arbeidsovereenkomst
Nadere informatieSAMENVATTING. 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; BVE
SAMENVATTING 105871/105939 - Beroep (2) tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging schorsing; Gelet op de mogelijke onregelmatigheden in leerlingdossiers bestond er op zichzelf voldoende reden voor
Nadere informatieCOMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK. CvB VO-HBO U
COMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK CvB VO-HBO.2014.099-U.2015.04 in de zaak van: J. te H., appellant, tegen de Stichting voor Christelijk
Nadere informatieBeroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. UITSPRAAK
107912 - Beroep tegen berisping is gegrond omdat het plichtsverzuim niet ernstig genoeg is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te C, appellante, hierna te noemen A, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatie106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend.
106593 - Docente terecht op staande voet ontslagen omdat zij stagebezoeken heeft gefingeerd en hiervoor reiskostendeclaraties heeft ingediend. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B, appellante,
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: de heer A, wonende te B, bezwaarde, hierna te noemen A gemachtigde: mevrouw mr. J.G.T.M. Bekkers-Van Heumen
107335 - Het bezwaar tegen de beschrijving en waardering van de functie van accountmanager schaal 10 is ongegrond omdat de opgedragen werkzaamheden voldoende in overeenstemming zijn met de functiebeschrijving
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. drs. M.
107486 - De ontheffing uit de taken wordt gelijkgesteld aan een schorsing. Omdat de voorgeschreven verweerprocedure niet is gevolgd, houdt deze schorsing geen stand. in het geding tussen: UITSPRAAK de
Nadere informatieCOMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET PROTESTANTS CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS. UITSPRAAK CvB.VO-HBO U.2015.
COMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET PROTESTANTS CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK CvB.VO-HBO.2014.148-U.2015.12 Entreerecht Voor het aanmerking komen voor het entreerecht toetst
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
105209 - Beroep tegen onthouden promotie; SAMENVATTING Getoetst wordt of de procedure in het door de werkgever opgestelde implementatieplan salarismix zorgvuldig en correct is gevolgd en of de werkgever
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr.
SAMENVATTING 105584 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; Het dienstverband met de werknemer, werkzaam als Projectmanager B, is opgezegd wegens opheffing van de betrekking als gevolg van
Nadere informatieBeroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische levert geen plichtsverzuim op. UITSPRAAK
108343 - Beroep tegen berisping gegrond. De verzonden kritische e-mail levert geen plichtsverzuim op. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, gemachtigde: mevrouw
Nadere informatieSAMENVATTING. 106233 - Beroep ontslag wegens arbeidsongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 106233 - Beroep ontslag wegens arbeidsongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; De werkgever heeft de arbeidsovereenkomst wegens blijvende arbeidsongeschiktheid opgezegd op het
Nadere informatie107502/ De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was.
107502/107581 - De twee schorsingen van de werknemer zijn onjuist; de eerste vanwege een vormfout en de tweede omdat daarvoor onvoldoende grond was. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te
Nadere informatieCOMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK. CvB.VO-HBO U
COMMISSIE VAN BEROEP VOOR HET CHRISTELIJK VOORTGEZET ONDERWIJS EN HOGER BEROEPSONDERWIJS UITSPRAAK CvB.VO-HBO.2014.125-U.2015.06 in de zaak van: G., te W., appellant, gemachtigde mr. G.A.M.C. Verschuren
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105600 - Ontslag op staande voet wegens werkweigering; Naast haar functie bij de werkgever is werkneemster werkzaam in haar eigen agrarisch bedrijf. In verband met oogstwerkzaamheden heeft
Nadere informatieUITSPRAAK. [Bestuur], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever
108101 - Het bezwaar tegen handhaving van de functie informatiemanager schaal 11 is gegrond omdat bepaalde structurele werkzaamheden niet in de functiebeschrijving zijn opgenomen. in het geding tussen:
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. A, B, C, D, E, F, G, werknemers van ROC H, gevestigd te I, verzoekers, hierna te noemen de werknemers gemachtigde: de heer J
SAMENVATTING 106262 - Geschil over toepassing vakantieregeling werkgever; BVE Het geschil is in goed overleg tussen partijen aan de Commissie voorgelegd (N-7 cao bve). De werkgever heeft gaandeweg het
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. B.J. van Hees
106796 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing van de betrekking gegrond omdat de werkgever een onjuiste afvloeiingssystematiek hanteert; BVE in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatieBeroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft.
108604 - Beroep tegen een disciplinaire overplaatsing is niet-ontvankelijk omdat de overplaatsing geen disciplinair karakter heeft. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieUITSPRAAK. in het geding tussen: mevrouw A, wonende te B, appellante, hierna te noemen A
107607 - De overplaatsing als gevolg van boventalligheid houdt geen stand omdat de werkgever de regels die hij hiervoor heeft opgesteld niet juist heeft toegepast. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw
Nadere informatiede Personeelsgeleding van de medezeggenschapsraad van C, te B, verweerder, hierna te noemen de PMR
Het bevoegd gezag deelde uren aan het personeel toe voor algemene schooltaken, zoals vergaderingen. Hierbij werd een vaste voet gehanteerd die het bevoegd gezag nu wil laten vallen. Het bevoegd gezag is
Nadere informatieUITSPRAAK. [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen [appellant]
108054 - Beroepen tegen onthouding van promotie. De werkgever heeft de sollicitatieprocedure juist gevolgd en in redelijkheid kunnen beslissen om de werknemers niet te bevorderen naar een LC-functie. UITSPRAAK
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 105250 - Geschil over toepassing artikel H-60 De werknemer is op grond van artikel H-60 CAO BVE (herplaatsing in lagere functie vanwege disfunctioneren) vanuit een schaal 14-functie zonder
Nadere informatie107991/ Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK
107991/108080 Beroep tegen schorsingen als ordemaatregel ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], appellant, hierna te noemen
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. Y.E.M.
103369 SAMENVATTING Verzoek voorlopige voorziening HBO De werkgever heeft de werkneemster meegedeeld dat haar tijdelijk dienstverband van rechtswege eindigt. De werkneemster stelt dat zij in vaste dienst
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106978 - De plaatsing van de schoonmaker-functie in het rddf is juist omdat de functiegroep schoonmaak vanwege formatietekort wordt opgeheven. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te E, appellante,
Nadere informatieDe werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen.
107674 - De werkgever heeft de werknemer nogmaals mogen schorsen om nader onderzoek te doen naar zijn mogelijk onrechtmatig handelen. in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant,
Nadere informatiein het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
108047 UITSPRAAK in het geding tussen: de heer [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant] en het College van Bestuur van [de werkgever], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder,
Nadere informatieSAMENVATTING Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; BVE
SAMENVATTING 105569 - Beroep tegen ontslag wegens onbekwaamheid/ongeschiktheid, subsidiair wegens gewichtige redenen; Onvoldoende is vast komen te staan dat werkneemster disfunctioneerde of als ongeschikt
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
107780 - De cao mbo is niet goed toegepast, omdat de werknemer ten onrechte is aangemerkt als betrokken bij het primaire proces en de werkgever de afwijzing van het (on)betaald verlof onvoldoende heeft
Nadere informatieSAMENVATTING ADVIES. de bestuurscommissie van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 104042 Bezwaar tegen waardering als Docent-LB VO Werknemer is afgewezen in de sollicitatieprocedure voor een LC-functie aan een openbare school. Werknemer heeft intern bezwaar ingediend, de
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. K.A.P. Moonen
105081 - Beroep tegen schriftelijke berisping; De werkgever heeft aan de disciplinaire maatregel ten grondslag gelegd dat de docent in de lessen allerlei privézaken bespreekt en in de lessen en tijdens
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen
108216 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel en verlenging daarvan is gegrond, omdat de werknemer niet vooraf zijn zienswijze kon indienen in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats],
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK
SAMENVATTING 103720/103727 Twee Beroepen tegen ontslag wegens reorganisatie BVE Het dienstverband is opgezegd tijdens ziekte van de werknemer. De Commissie overweegt dat de werkgever ingevolge artikel
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106405 - Bij de overplaatsing van de leerkracht heeft de werkgever een juiste belangenafweging gemaakt en zich voldoende ingespannen voor het vinden van een juiste functie. UITSPRAAK in het geding tussen:
Nadere informatieUITSPRAAK. [Verweerder] het College van Bestuur van [Stichting], gevestigd te [vestigingsplaats], verweerder, hierna te noemen de werkgever
108289 - Beroep tegen onthouden promotie gegrond; de werkgever heeft de procedure niet juist gevolgd en de werknemer wist niet aan welke criteria zij moest voldoen om structureel een LD-functie te krijgen.
Nadere informatiehet College van Bestuur van Stichting B, gevestigd te F, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. A.H.
107833/107861/107922 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond vanwege een vormfout. Beroep tegen tweede en derde schorsing ongegrond omdat daarvoor voldoende redenen waren. UITSPRAAK in het geding
Nadere informatieSAMENVATTING Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO
SAMENVATTING 105154 - Geschil met betrekking tot het taakbelastingsbeleid van de opleiding; HBO Het taakbelastingsbeleid van de opleiding is van toepassing op de personeelsleden en heeft gevolgen voor
Nadere informatieSAMENVATTING t/m , t/m en Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; VO
SAMENVATTING 104994 t/m 104997,104999 t/m 105002 en 105007 - Beroepen tegen ontslag wegens opheffing van de school; De werknemers voeren aan dat voortzetting van de school mogelijk is, dat de werkgever
Nadere informatieCommissie van Beroep HBO
105956 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; SAMENVATTING De werkneemster wordt in verband met reorganisatie ontslagen. Een eerder ontslag is ingetrokken vanwege formele gebreken. Partijen
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
104275 SAMENVATTING Landelijke De hoofdlocatie van de school bezit een mediatheek. De vestiging waar bezwaarde werkzaam is heeft een open leercentrum. Het scoreprofiel van de Coördinator Mediatheek wijkt
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105601 SAMENVATTING Werknemer heeft Niet Aangeboren Hersenletsel en er dient op advies van de bedrijfsarts een goede werkbalans te zijn. De werknemer wordt verweten dat zich een aantal incidenten hebben
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE SAMENVATTING
SAMENVATTING 105700 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; De functie van de werknemer is vanwege een formatiereductie komen te vervallen. Hij is daarom boventallig verklaard en uiteindelijk
Nadere informatieCommissie van Beroep BVE
105933 - Beroep tegen ontslag wegens dringende reden, subsidiair wegens andere redenen van gewichtige aard; SAMENVATTING De werkgever kocht stageplaatsen in bij de fietsenwinkel van werknemer, die de bij
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK
SAMENVATTING 105309 - Geschil met betrekking tot de toepassing van artikel F-5 CAO BVE De werkgever kent een uitvoeringsregeling voor de werkverdeling 2011-2012 en heeft conform de daarin opgenomen procedure
Nadere informatieSAMENVATTING UITSPRAAK. het bestuur van de Stichting C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 104274 - Beroep tegen ontslag wegens opheffing betrekking; PO Werkneemster is als onderwijsassistente werkzaam op basis van de zgn. regeling Voor- en Vroegschoolse Educatie. De subsidie daarvoor
Nadere informatieLANDELIJKE BEZWARENCOMMISSIE FUNCTIEWAARDERING VOOR HET KATHOLIEK ONDERWIJS
FUWA RK VO 2012-03, 11 december 2012 Bezwaarde benoemd in de docentfunctie LB: bezwaar gegrond SAMENVATTING De Commissie stelt vast dat tussen partijen in confesso is dat bezwaarde de door hem beschreven
Nadere informatiesollicitatieprocedure niet te benoemen in de (hogere ) functie van schooldirecteur kan in stand blijven.
108178 - Beroep tegen onthouding promotie. Het besluit de werknemer na een sollicitatieprocedure niet te benoemen in de (hogere ) functie van schooldirecteur kan in stand blijven. in het geding tussen:
Nadere informatieCommissie van Beroep VO
105924 - Beroep tegen schriftelijke berisping; SAMENVATTING De gymleraar heeft bezittingen van leerlingen in bewaring genomen. Na de les ontbreekt een ipod. De werkgever stelt dat de werknemer in strijd
Nadere informatieSAMENVATTING. het College van Bestuur van het D, gevestigd te E, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr.
SAMENVATTING 105285 - Beroep tegen direct of indirect onthouden van promotie; De werknemer heeft in het kader van de salarismix gesolliciteerd op twee functies. Zij is hiervoor niet in aanmerking gekomen
Nadere informatie106706 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de functie van werkneemster is vervallen en er geen andere passende functie voor haar is.
106706 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de functie van werkneemster is vervallen en er geen andere passende functie voor haar is. in het geding tussen: UITSPRAAK mevrouw A, wonende te B,
Nadere informatieSAMENVATTING U I T S P R A AK. het College van Bestuur van het ROC C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever
SAMENVATTING 104000 Geschil toepassing FPU-suppletieregeling BVE De werkneemster maakt aanspraak op de FPU-suppletieregeling op basis van het Sociaal Plan van de instelling. Werkneemster was werkzaam in
Nadere informatieSAMENVATTING. 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; HBO
SAMENVATTING 106049/106052 - Beroep tegen ontslag wegens gewichtige reden en tegen vrijstelling van werkzaamheden; De aan het ontslag ten grondslag gelegde gewichtige reden houdt verband met het functioneren
Nadere informatieNalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren.
108524 - Nalevingsgeschil; als MR-leden weigeren af te treden, kan een bevoegd gezag niet de MR ontbinden en eigenmachtig MR-verkiezingen organiseren. UITSPRAAK in het geding tussen: de medezeggenschapsraad
Nadere informatieUITSPRAAK. het College van Bestuur van het ROC D, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: de heer mr. A.
106562 - Ontslag wegens gewichtige omstandigheden (verstoorde arbeidsrelatie) dan wel ongeschiktheid niet toegestaan omdat deze onvoldoende zijn gebleken. Beroep tegen de schorsing houdt evenmin stand
Nadere informatieOntslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de werkgever het Sociaal Plan correct heeft toegepast; HBO
106522 - Ontslag wegens reorganisatie houdt stand omdat de werkgever het Sociaal Plan correct heeft toegepast; in het geding tussen: UITSPRAAK de heer A, wonende te B, appellant, hierna te noemen A gemachtigde:
Nadere informatiehet College van Bestuur van C, gevestigd te B, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mr. E.M. Kauffman
Werknemer, aanvankelijk benoemd als docent, kampt al vele jaren met hartproblemen als gevolg waarvan hij langdurig arbeidsongeschikt is geweest. Na volledig herstel is hij weer gaan werken als projectleider,
Nadere informatieCommissie van Beroep PO
106982 - De plaatsing van de functie van de werknemer in het rddf is niet juist omdat de werkgever ten onrechte uitgaat van één afvloeiingslijst voor al zijn werknemers terwijl er per school als bedrijfsvestiging
Nadere informatieBeroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was.
108550 - Beroep tegen schorsing als ordemaatregel gegrond, omdat er onvoldoende grond voor de schorsing was. in het geding tussen: UITSPRAAK [appellant], wonende te [woonplaats], hierna te noemen [appellant]
Nadere informatie