GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEINZE. ONTWERP GRS richtinggevend deel
|
|
- Pieter-Jan van de Veen
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN DEINZE ONTWERP GRS richtinggevend deel Identificatienummer : /kja Datum Status / beschrijving revisie Paraaf Ontwerp GRS, aangepast aan opmerkingen adviesronde Aanpassing in functie van definitieve vaststelling Einddocument Opdrachtgever Markt DEINZE Opdrachthouder Soresma nv. / Irtas nv.
2 INHOUD 1 UITWERKEN VAN RUIMTELIJKE VISIE GLOBALE UITGANGSHOUDING TOEPASSING VOOR DEINZE RUIMTELIJKE VISIE GLOBALE RUIMTELIJKE VISIE CONCEPTEN VOOR DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING GEWENSTE DEELSTRUCTUREN OPENRUIMTE STRUCTUUR GEWENSTE LANDSCHAPPELIJKE STRUCTUUR GEWENSTE NEDERZETTINGSSTRUCTUUR WONINGBOUWPROGRAMMATIE GEWENSTE VOORZIENINGEN GEWENSTE ECONOMISCHE STRUCTUUR ELEMENTEN VAN DE GEWENSTE TOERISTISCH RECREATIEVE STRUCTUUR GEWENSTE VERKEERSSTRUCTUUR WATERTOETS GEWENSTE STRUCTUUR DEELGEBIEDEN STEDELIJKE RUIMTE / KERNEN VAN DE STEDELIJKE RUIMTE LEIERUIMTE / KERNEN IN DE LEIERUIMTE NOORDELIJK OPENRUIMTEGEBIED / KERNEN IN HET NOORDELIJK OPENRUIMTEGEBIED ZUIDELIJK OPENRUIMTEGEBIED KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 1 van 115
3 KAARTEN Kaart 36. gewenste ruimtelijke structuur Kaart 37. gewenste openruimtestructuur Kaart 38. gewenste ruimtelijke structuur / stedelijke ruimte Kaart 39. ontwikkelingsvisie zonevreemde woningen Kaart 40. woningbouwprogrammatie Kaart 41. ontwikkelingsvisie zonevreemde bedrijven Kaart 42. gewenste verkeersstructuur Kaart 42bis. beleidsplan parkeren centrum Kaart 43. gewenst fietsroutenetwerk Kaart 44. watertoets Kaart 45. gewenste ontwikkeling Deinze Kaart 46. gewenste ontwikkeling Petegem Kaart 47. gewenste ontwikkeling Astene Kaart 48. gewenste ontwikkeling Maria - Leerne Kaart 49. gewenste ontwikkeling Sint Martens - Leerne Kaart 50. gewenste ontwikkeling Bachte Kaart 51. gewenste ontwikkeling Grammene Kaart 52. gewenste ontwikkeling Gottem Kaart 53. gewenste ontwikkeling Vinkt Kaart 54. gewenste ontwikkeling Wontergem Kaart 55. gewenste ontwikkeling Meigem Kaart 56. gewenste ontwikkeling Zeveren TABELLEN Tabel 1. ontwikkelingsmogelijkheden zonevreemde woningen Tabel 2. synthese woningprogrammatie Tabel 3. classificatie zonevreemde bedrijven KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 2 van 115
4 1 UITWERKEN VAN RUIMTELIJKE VISIE 1.1 GLOBALE UITGANGSHOUDING De uitgangshouding van waaruit de ruimtelijke structuur wordt bekeken, steunt op de grote lijnen van de filosofie die aan de basis ligt van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV) en het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Oost Vlaanderen (PRS). De kans op tegenstrijdigheden tussen het gemeentelijk structuurplan en de hogere structuurplannen wordt hierdoor verminderd. Hieronder gaan we nog even dieper in op de uitgangshouding die in het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 1 is geformuleerd. Een drietal ruimtelijke begrippen vormen het fundament van de ruimtelijke visie. Zuinig omspringen met de ruimte Vermits de ruimte in Vlaanderen schaars is en talrijke menselijke activiteiten en behoeften er gebruik van maken, is het noodzakelijk er zuinig mee om te springen. De bescherming van de natuur en landschapswaarden moet aandacht krijgen maar ook de landbouw als gebruiker van deze open ruimte moet worden beschermd. Verdichting en bundeling van menselijke activiteiten is een basis voor een goed ruimtelijk beleid. Het beleid afstemmen op de draagkracht van het gebied Draagkracht is de mate waarin de menselijke activiteiten binnen een bepaalde ruimte kunnen plaatsvinden zonder met elkaar in conflict te treden. Draagkracht betekent ook dat de natuurlijke en ecologische werking van het fysisch systeem niet in het gevaar worden gebracht. Erg belangrijk in dit verband is het begrip evenwicht. Het behoud van het evenwicht is immers een voorwaarde voor zowel de geleidelijke en duurzame ontwikkelingen, als voor het beoogde effect van de gewenste veranderingen. Het is niet eenvoudig om die draagkracht van een gebied vast te leggen. Draagkracht is plaats-, situatie- en soms tijdsgebonden. Nochtans moet een goed ruimtelijk beleid de draagkracht als norm voor ogen houden bij het nemen van beslissingen. Daarom kan het zinvol zijn de draagkracht aan de hand van een aantal criteria vast te leggen en indien nodig randvoorwaarden op te stellen om deze te handhaven. Het begrip duurzame ruimtelijke ontwikkeling is een belangrijke uitgangshouding. 2 Aandacht besteden aan de kwaliteit van de ruimte De ruimte heeft voor de mens een bepaalde verschijningsvorm. Het begrip kwaliteit kan daarbij opgevat worden als een waardering van die ruimte, waarbij een oordeel of een wenselijkheid wordt uitgedrukt. Waardering van een plek, een gebied of een object handelt in eerste instantie niet over de intrinsieke kenmerken ervan maar om de waarde die eraan gehecht wordt. Deze kan, afhankelijk van de betrokkenheid van de persoon, de weersgesteldheid, de omgeving, e.d. zowel positief als negatief ervaren worden. Door het uitbouwen van een goede ruimtelijke ordening en door aandacht te schenken aan de kwaliteit en de vormgeving van de ingrepen kan een positieve waardering en beleving ontstaan. 1.2 TOEPASSING VOOR DEINZE De toepassing van de globale uitgangshouding kan als volgt voor Deinze worden geformuleerd. Het fysisch systeem als basis voor de verdere ontwikkeling De ruimtelijke ontwikkelingen zijn in het verleden steeds geënt geweest op het fysisch systeem. Het reliëf, de bodem en de waterhuishouding zijn hiervan de belangrijkste elementen voor de ontwikkeling 1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, integrale versie ; Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap AROHM Afdeling ruimtelijke planning, Brussel Een ontwikkeling die voorziet in de behoefte van de huidige generatie zonder daarmee voor de toekomstige generaties de mogelijkheden in gevaar te brengen om ook in hun behoefte te voorzien Agenda 21- Verenigde Naties in Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, AROHM afdeling Ruimtelijke Planning, Brussel KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 3 van 115
5 van de ruimte. Grootschalige ontwikkelingen en infrastructuren kunnen ontwikkeld worden los van dit systeem. Het streven is er echter om nieuwe ontwikkelingen af te stemmen op dit fysisch systeem. Bundelen van activiteiten en ontwikkelingen in de stedelijke ruimte en de dorpskernen Verdichting, inbreiding en bundeling van de menselijke activiteiten zijn belangrijke voorwaarden voor een goed ruimtelijk beleid. Bundelen van activiteiten in de stedelijke ruimte en de dorpskernen verhoogt de leefbaarheid van de kernen. Door het wonen, de bedrijvigheid en de voorzieningen te concentreren in de kernen is het mogelijk om de open ruimte te vrijwaren voor de natuur en de landbouw. De open ruimte vrijwaren voor essentiële functies Vermits de open ruimte schaars wordt in Vlaanderen, zo ook in Deinze is het noodzakelijk er voorzichtig mee om te springen. Landbouw en natuur zijn structuurbepalend voor het buitengebied in de gemeente en dienen gevrijwaard om een duurzame ontwikkeling naar de toekomst toe te garanderen. De Leievallei vormt een belangrijk openruimte gebied binnen een sterk verstedelijkte omgeving. Het beschermen en ontwikkelen van de natuur en ondersteunen van de grondgebonden landbouw vormt hier een belangrijk uitgangspunt. Streven naar gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit De nodige condities dienen geschapen om een duurzame landbouw en natuurontwikkeling mogelijk te maken en de leefbaarheid van de kernen te garanderen. Dit hangt samen met de draagkracht van een gebied en de mate waarin invloeden in een gebied kunnen toegelaten worden. Zo zullen ontwikkelingen in aansluiting met de dorpskernen een ander invulling krijgen, dan deze die zich geïsoleerd bevinden in de open ruimte. Aandacht voor de verschijningsvorm van de ruimte Niet alleen dient aandacht besteed aan de verschijningsvorm van de bebouwde ruimte en het landschap, streefdoel is de beeldwaarde van de publieke ruimte te verhogen. Aan de publieke ruimte en het openbaar domein, zeker de plekken die de beeldwaarde van Deinze bepalen moet veel aandacht besteed worden. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 4 van 115
6 2 RUIMTELIJKE VISIE kaart 36 gewenste ruimtelijke structuur 2.1 GLOBALE RUIMTELIJKE VISIE Naar indeling toe, wordt de structuur die in het informatief deel uitgewerkt is verder gehanteerd. Dit betekent dat een onderscheid wordt gemaakt tussen de Stedelijke ruimte, de Leieruimte en het Noordelijk Openruimtegebied en Zuidelijk Openruimtegebied. Het betreft vier soorten gebieden met een verschillend ontwikkelingsprofiel. Het ontwikkelingsperspectief voor de Stedelijke ruimte is dat van een gebied met een sterke ruimtelijke dynamiek, geconcentreerd in de stedelijke kern Deinze Petegem - Astene, de verstedelijkte band langs de N 43 en de bedrijfsgebieden langs het Leiekanaal, Europalaan Industrielaan en langs de E 17 snelweg. Het is een sterk verdichte ruimte met de aanwezigheid van lokale en bovenlokale functies : de N 35 als secundaire weg, de N43 als hoofdstraat in de stedelijk kern, het centrum met zijn veelheid aan functies, de kernen Deinze, Astene en Petegem, de Brielmeersen en Palaestra als stedelijke recreatievoorzieningen, de regionale bedrijfszones langs het Leiekanaal en in de omgeving Europalaan, Industrielaan, De Tonne, De Prijkels,. Het verder uitbouwen van de stedelijkheid en het sturen van de stedelijke dynamiek is hier aan de orde. Daarbij legt de afbakening van het kleinstedelijk gebied randvoorwaarden op inzake wonen en bedrijvigheid met implicaties voor het buitengebiedsdeel van de gemeente. De Leieruimte is een waardevol landschap in een verstedelijkte omgeving. Het ontwikkelingsperspectief is gericht op het behouden en versterken van de natuur- en landschapswaarden al dan niet in samenhang met de landbouw. Aan de randen van de vallei vinden we aantrekkelijke woonkernen Sint Martens-Leerne en Bachte-Maria-Leerne en de landelijke kernen Gottem en Grammene. De dynamiek wordt er afgestemd op de eigenheid van de kernen. De Leieruimte leent zich verder voor het uitbouwen van het recreatief medegebruik in de riviervallei zo mogelijk gekoppeld aan een aantal lokale recreatieve knooppunten. De Leieruimte wordt in het noorden begrensd door het Schipdonkkanaal (Afleidingskanaal van de Leie) en de valleien van het complex Vondelbeek Zeverenbeek oude Kaandelbeek en de oude Mandelbeek. In het zuiden vormt de bebouwing langs de N43 de grens van het gebied. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 5 van 115
7 Het Noordelijk en Zuidelijk Openruimtegebied concentreert voornamelijk openruimte functies en de dorpskernen in het buitengebied. De ontwikkelingsperspectieven zijn er vooral gericht op het behoud en versterken van de landbouw. Het Noordelijk openruimtegebied is een uitgesproken landbouwgebied gericht op een dynamische landbouw met ondermeer veehouderijen en beperkte glastuinbouw. Lokaal dient de land- en tuinbouw zich rekenschap te geven van de landschappelijke aspecten (open kouters, beekvalleien). In de woonkernen Vinkt en Wontergem en de landelijke kernen Zeveren en Meigem wordt de dynamiek afgestemd op de eigenheid van de kern. De deelruimte wordt begrensd door de vallei van de Oude Kale (Schipdonkkanaal) in het oosten, de valleien van het complex Vondelbeek Zeverenbeek Oude Mandelbeek in het zuiden. Het Zuidelijk Openruimtegebied is een halfopen landschap gekenmerkt door een groot aantal houtkanten en bomenrijen. De uitbouw van de grondgebonden landbouw wordt er ondersteund. Het gebied leent zich uitstekend voor de uitbouw van het recreatief medegebruik. De aanwezige woonlinten worden niet verder verdicht. Op kaart 36 is de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Deinze weergegeven. De voornaamste elementen zijn: onderscheid tussen de stedelijke kern en de landelijke gebieden er om heen; talrijke dorpskernen met een eigen ontwikkelingsperspectief; diverse landbouwgebieden gericht op de specifieke agrarische geschiktheden; rivier- en beekvalleien als ruggengraat van de natuurlijke structuur; groen- en bosgebieden al dan niet met recreatieve mogelijkheden; diverse zones voor lokale en bovenlokale bedrijven; handelszones in de stedelijke kern; hoogdynamische recreatieve activiteiten in de stedelijke kern en lokale recreatieve activiteiten aansluitend bij de dorpskernen. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 6 van 115
8 2.2 CONCEPTEN VOOR DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING Een ruimtelijk concept is de kernachtige en bondige vertaling van de visie in ruimtelijke termen. Het geeft de principes weer ten aanzien van de ontwikkeling van de ruimtelijke structuur en de invulling ervan. Concepten bepalen de ordeningsbeginselen die aan de basis liggen van de gewenste ruimtelijke structuur. Concepten zijn realiseerbaar en kunnen vertaald worden in een project of te realiseren maatregelen. Volgende conceptelementen geven een schematisch beeld van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van Deinze Concepten m.b.t. Stedelijke ruimte Omwille van het samengaan van de ontwikkeling van de stedelijke ruimte met het afbakeningsproces van het kleinstedelijk gebied Deinze, zal gelet op de subsidiariteit, de ontwikkelingsvisie en mogelijke acties voor een aantal gebieden bepaald worden door de provincie Oost - Vlaanderen. Dit betekent dat de gemeentelijke visie op deze delen van het grondgebied als suggestie naar de provincie wordt beschouwd. Sturen van de stedelijke dynamiek Belangrijke delen van Deinze, Astene en Petegem behoren tot de stedelijke kern omwille van hun schaal, dichtheid en multifunctioneel karakter. De Stedelijke ruimte is een gebied met een grote dynamiek. Het is een kerngebied voor wonen, bedrijvigheid en voorzieningen. Het beleid is er gericht op kernversterking gekoppeld aan de uitbouw van een duidelijke verkeersstructuur. Er wordt geopteerd voor een in oppervlakte ruim stedelijk gebied dat de bestaande dynamiek kan opvangen en sturen. Dit omvat naast de stedelijke kern Deinze / Petegem de randstedelijke gebieden van Petegem en Astene die een meer ondersteunende rol vervullen. Selectief verdichten van de Stedelijke ruimte De Stedelijke ruimte heeft een taakstelling inzake wonen en bedrijvigheid. Naast het versterken van de stedelijke woongebieden en het aanbieden van een grote diversiteit aan woonvormen moet er aandacht zijn voor de woonkwaliteit binnen de verschillende deelgebieden. Grote in- en uitbreidingsgebieden worden weloverwogen en gestructureerd aangesneden. De Leie en de verlaten bedrijfsgebieden in het centrum vormen aanknopingspunten voor aantrekkelijk stedelijk wonen. Het verhogen van de stedelijke dichtheid is hierbij een streefdoel. Het stedelijk wonen vergroot het draagvlak voor stedelijke voorzieningen en dienstverlening. Uitbouwen van een gedifferentieerd bedrijfsbeleid De werkgelegenheid wordt in Deinze verder gestimuleerd. Dit betekent het verder uitbouwen van de bedrijfsactiviteiten met aandacht voor de ruimtelijke, verkeerskundige en milieuhygiënische randvoorwaarden. Naast het optimaliseren van de bestaande bedrijfsterreinen wordt gekozen voor de uitbouw van het regionaal bedrijfsgebied De Prijkels nabij de E17 snelweg. In de stedelijke kern zelf worden een aantal achterhaalde KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 7 van 115
9 bedrijfsgebieden herbestemd in functie van kernondersteunende activiteiten. De N43 vormt een hoofdstraat binnen de stedelijke kern en wordt uitgebouwd als ontwikkelingsas voor stedelijke functies. De ontwikkeling van bijkomende lokale KMO-zones zal gebeuren in aansluiting met de stedelijke kern om de openruimte in het buitengebiedsdeel van de gemeente maximaal te vrijwaren. Deinze Petegem Astene verkeersleefbaar houden De leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de kernen binnen de Stedelijke ruimte wordt vandaag gehypothekeerd door verkeersoverlast. Dit is o.a. het gevolg van het ontbreken van een goede verbinding tussen de N 35 en de E 17 snelweg. De bestaande verkeers- en vervoersstructuren dienen te worden geoptimaliseerd. Dit noopt tot een goede bereikbaarheid en ontsluiting van de verschillende woongebieden en voorzieningen. Daarnaast dienen de bedrijfsgebieden goed ontsloten te worden richting hoofdwegennet, zonder dat de woongebieden hiervan te veel hinder ondervinden. Door herinrichting van het stedelijk centrum en de belangrijkste hoofdassen kan de verblijfskwaliteit van de publieke ruimte gevoelig worden verbeterd. Dit gaat gepaard met een goed openbaar vervoersysteem zowel binnen in de kern als in relatie met de omliggende gebieden. Het station neemt een plaats in als knooppunt van het openbaar vervoer. Voorzieningen, sport en recreatie uitbouwen op kwalitatief niveau Deinze beschikt over een groot aantal voorzieningen op het vlak van onderwijs, dienstverlening, rust- en verzorging. De grootste concentratie bevindt zich in het centrum van de stedelijke kern. Het optimaliseren van deze voorzieningen en bereikbaar houden voor alle types van verkeer wordt nagestreefd. Het commerciële centrum vormt een belangrijk onderdeel van de stedelijk kern en zal verder worden versterkt. Sport en recreatie worden verder uitgebouwd op stedelijk niveau. Door aandacht te besteden aan een goede ontsluiting en verkeersafwikkeling, vooral voor zwakke weggebruikers en door inbedding in een groene omgeving kunnen ze als stedelijke polen worden versterkt. Stadsbos en Leievallei groene longen voor de stedelijke kern Het stadsbos Deinze wordt uitgebouwd tussen Deinze- Petegem en Astene. Het sluit aan op de groenzone van Astene Dreef. Gelet op de toeristisch recreatieve troeven wordt werk gemaakt van een goede en veilige ontsluiting voor fietsers. De Leie en het Schipdonkkanaal zijn niet alleen structurerend voor groen- en natuur in de stedelijke kern, de rivier en het kanaal zorgen voor een verbinding tussen het openruimte gebied en de stedelijke kern. De recreatieve ontsluiting van de valleigebieden wordt ondersteund voor fietsers en voetgangers. Een verdere verdichting van de valleigebieden wordt tegengegaan. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 8 van 115
10 2.2.2 Concepten m.b.t. Leieruimte Dorpskernen dragers van maatschappelijke ontwikkelingen Sint Martens Leerne en Bachte - Maria Leerne zijn de kernen waar de voorzieningen zijn geconcentreerd. Gottem en Grammene zijn zeer landelijke kernen. Het beleid in deze kernen is gericht op het versterken van de centrumfunctie. Dit betekent naast het uitbouwen van het kernversterkend wonen in de dorpskern, het uitbouwen van handel, diensten en voorzieningen op schaal van de kern en het uitbouwen van recreatievoorzieningen in aansluiting met de kern. Bedrijvigheid wordt maximaal verweven met de andere functies in de kern. Kwalitatief wonen in een aantrekkelijk openruimte gebied De groei van het aantal woningen wordt afgestemd op de lokale behoeften. Nieuwe ontwikkelingen houden rekening met het aspect van het landelijk wonen en de eigen dichtheid van het gebied. Door herwaardering van het openbaar domein kan de woonomgeving aantrekkelijker worden gemaakt. De aandacht gaat daarbij naar de uitbouw van verkeersveilige doortochten en de aanleg van poorten. De kernen zelf sluiten aan op een aantrekkelijk openruimte gebied. Het wordt als kwaliteit ervaren dat de open ruimte tot tegen de kern kan doordringen. Nieuwe ontwikkelingen in de richting van het valleigebied worden dan ook tegengegaan. Landbouw en natuur dragers van de open ruimte De Leievallei en het valleicomplex Vondelbeek Zeverenbeek Oude Mandelbeek bezit belangrijke landschappelijke en ecologische waarden. De natuur wordt er verder versterkt en uitgebouwd. Dit is noodzakelijk voor het leefbaar houden van plant- en diersoorten. Dit kan op basis van verweving met de landbouw om het karakter van de valleigebieden te vrijwaren. Op de hoger gelegen gronden wordt de grondgebonden landbouw gevrijwaard en worden de nodige kansen geboden voor een verdere bedrijfsontwikkeling. Voor de zonevreemde woningen en bedrijven wordt een gebiedsgerichte ontwikkeling nagestreefd. Toeristisch recreatief netwerk De landschappen in de Leieruimte lenen zich voor het recreatief medegebruik door extensieve recreatie (fietsen en wandelen). De verdere uitbouw van het recreatieve netwerk wordt nagestreefd. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 9 van 115
11 2.2.3 Concepten m.b.t. Noordelijk Openruimtegebied Dorpskernen dragers van maatschappelijke ontwikkelingen Vinkt en Wontergem en in mindere mate Meigem en Zeveren zijn kernen waar de voorzieningen zijn geconcentreerd. Het woonbeleid is er gericht om de centrumfunctie te versterken. Dit betekent naast het uitbouwen van het wonen in de dorpskern, het afstemmen van handel, diensten en voorzieningen op schaal van de kern. Bedrijvigheid wordt maximaal verweven met de andere functies in de kern. Kwalitatief wonen in een landelijke omgeving De groei van het aantal woningen wordt afgestemd op de lokale behoeften. Nieuwe ontwikkelingen houden rekening met het aspect van het landelijk wonen en de eigen dichtheid van het gebied. Initiatieven worden genomen inzake woonvernieuwing, waarbij het draagvlak voor appartementsbouw beperkt is. Door herwaardering van het openbaar domein kan de woonomgeving aantrekkelijker worden gemaakt. De aandacht gaat daarbij naar de uitbouw van verkeersveilige doortochten en de aanleg van poorten. De kernen zelf sluiten aan op een grootschalig openruimte gebied. Het wordt als kwaliteit ervaren dat de open ruimte tot tegen de kern kan doordringen. Landbouw drager van het landelijk gebied Het vrijwaren van de openruimte als land- en tuinbouwgebied is zinvol, gelet op de dynamiek van de landbouwsector. Aan de landbouw worden de nodige kansen geboden om zich verder te ontwikkelen. Veeteeltbedrijven en beperkte glastuinbouw behoren tot de eigenheid van het gebied. De ontwikkelingen worden daarbij afgestemd op het duurzaam ruimtegebruik en de landschappelijke aspecten. Voor de zonevreemde woningen en bedrijven die verspreid in het gebied voorkomen, wordt een gebiedsgerichte ontwikkeling nagestreefd. Toeristisch recreatief netwerk De uitbouw van sport en recreatie vindt plaats op lokaal niveau. Daarbij worden de ontwikkelingen gericht naar de dorpskernen en afgestemd op de draagkracht van het gebied. Extensieve recreatie (fietsen en wandelen) is een uiterst geschikte medegebruiker van de open ruimte. De verdere uitbouw van het recreatieve netwerk wordt nagestreefd. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 10 van 115
12 2.2.4 Concepten m.b.t. Zuidelijk Openruimtegebied Kwalitatief wonen in een landelijke omgeving Het aantal woningen is beperkt tot een aantal verspreide woonlinten. Er wordt geen verdere verdichting van de woonlinten nagestreefd. Het landelijk wonen wordt als kwaliteit aanzien waardoor het verhogen van de dynamiek enkel kan worden onderzocht in aansluiting met de dorpskernen. Nieuwe ontwikkelingen kunnen plaatsvinden in aansluiting met de dorpskernen en de Stedelijke ruimte. Landbouw drager van het landelijk gebied Het vrijwaren van de openruimte als landbouwgebied is zinvol, gelet op de dynamiek van de landbouwsector. Aan de grondgebonden landbouw worden de nodige kansen geboden om zich verder te ontwikkelen. Intensieve veeteelt en glastuinbouw worden hier niet verder gestimuleerd vanuit het landschappelijk waardevol karakter. Voor de zonevreemde woningen en bedrijven die verspreid in het gebied voorkomen, wordt een gebiedsgerichte ontwikkeling nagestreefd. Versterken van het bestaand ecologisch netwerk De verspreide bosgebieden vormen eilandjes van natuur in het landelijk gebied. De natuurwaarden worden hier verder versterkt en gebufferd ten aanzien van hun omgeving. Verder vormen de houtkanten en de kleine landschapselementen aanknopingspunten voor natuur. Het uitwerken van natuurverbindingen aan de hand van een netwerk van punt- en lijnvormige elementen is belangrijk voor het leefbaar houden van plant- en diersoorten. Toeristisch recreatief netwerk Extensieve recreatie (fietsen en wandelen) is een uiterst geschikte medegebruiker van de open ruimte. De verdere uitbouw van het recreatieve netwerk wordt nagestreefd. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 11 van 115
13 3 GEWENSTE DEELSTRUCTUREN 3.1 OPENRUIMTE STRUCTUUR kaart 37 gewenste openruimte structuur Fysisch systeem als basis Een duurzame ruimtelijke ontwikkeling is slechts mogelijk indien het fysisch systeem als uitgangspunt wordt gehanteerd 3. De elementen vanuit het fysisch systeem die de ruimte te Deinze structureren zijn enerzijds de valleigebieden van Leie en Oude Kale die de gemeente van noordoost naar zuidwest doorkruisen en anderzijds de beekvalleien van Oude Mandelbeek, Vondelbeek, Zeverenbeek en Oude Kaandelbeek die hiermee enigszins parallel lopen. De valleistructuren zijn op basis van reliëf en grondgebruik vaak duidelijk af te bakenen. Het noordelijk deel van de gemeente behoort tot het plateau van Tielt. Menselijke ingrepen houden niet altijd rekening met het fysisch systeem. Door de enorme inovatie van de moderne technieken kan op een eenvoudige wijze afgestapt worden van dit systeem. De binding tussen mens en fysisch systeem vervaagt. Door het fysisch systeem als leidraad te nemen bij de ruimtelijke beslissingen wordt een duurzaam ruimtegebruik nagestreefd Integraal waterbeheer De uitbouw van een integraal waterbeheer is wenselijk maar kan niet worden geregeld in een ruimtelijk structuurplan. Een integraal waterbeheer is enkel mogelijk door een optimale afstemming van het milieubeleid, het ruimtelijk beleid en het beheer van de waterlopen. In overleg met de bevoegde overheden en besturen kan het gemeentebestuur initiatieven nemen om de waterhuishouding te beschermen en eventueel te verbeteren. Er wordt gestreefd naar een maximaal afkoppelingsbeleid, waardoor een overmatige toevoer van regenwater naar het RWZI wordt vermeden. Dit betekent dat men de verdunning van het afvalwater tegengaat en het aantal overstorten vermindert zodat de kans op overstroming afneemt. Dit moet voorkomen dat vervuild water in de waterlopen terecht komt en een aantasting betekent van de natuurlijke kwaliteiten van deze systemen. Het uiteindelijke doel is het behoud en het herstel van gezonde, evenwichtige watersystemen. Het beheer van de waterhuishouding is voor een gebied even belangrijk als het beheer van de open ruimte. Beide zijn trouwens tot op zekere hoogte aan elkaar gekoppeld. Een andere doelstelling vanuit het integraal waterbeheer ten aanzien van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan bestaat erin om de effectief overstromingsgevoelige zones te vrijwaren van bebouwing. De problematiek inzake overstromingsgevoelige zones betreft een beperkt aantal gebieden in de valleigebieden van Poekebeek, Oude Mandelbeek, Vondelbeek, Zeverenbeek, Oude Kaandelbeek, Oude Kale en Leie. Om de schade door overstromingen te beperken, wordt zo veel mogelijk gekozen voor de uitbouw van waterbufferzones die aansluiten bij de natuurlijke watersystemen. Een aanpak aan de bron en het voorzien van buffering voor overtollig oppervlaktewater zijn elementen van het integraal waterbeheer. Daarom wordt er gestreefd om het bestaan en de gebruiksmogelijkheid van de natuurlijke overstromingsgebieden te vrijwaren en zo nodig vast te leggen in de vorm van een RUP (in principe op bovengemeentelijk niveau). In het kader van het integraal waterbeheer mag de waterloop niet uitsluitend een functie van waterafvoer toegewezen krijgen maar moet tevens rekening gehouden worden met andere functies van de waterloop en watersystemen zoals natuurontwikkeling en waar mogelijk beperkt recreatief medegebruik( hengelsport, ). Doel is tevens de kwetsbare zones inzake een combinatie van de natuurlijke en risicozones voor overstromingen te vrijwaren van bebouwing. Het betreft met 3 Ruimtelijk structuurplan Vlaanderen, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Brussel 1997 KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 12 van 115
14 name delen van de Leievallei, langs het Schipdonkkanaal (vallei van de Oude Kale) en in de vallei van de Zeverenbeek. Deze gebieden vervullen een belangrijke functie inzake waterberging. Als referentiekader kan het gegevensbestand en de kaarten die de potentiële en actuele overstromingsgebieden weergeven gelden (databank AGIV Vlaanderen) Visie op de openruimte structuur Omwille van het belang van de openruimte structuur op Vlaams en provinciaal niveau zullen gelet op de subsidiariteit de ontwikkelingsvisie en mogelijke acties voor een aantal gebieden bepaald worden door de Vlaamse en de provinciale overheid. Dit betekent dat de gemeentelijke visie op deze delen van het grondgebied als suggestie naar deze overheden dienen te worden beschouwd. Bij het ontwikkelen van een gewenste openruimte structuur wordt uitgegaan van het principe dat de structuurbepalende elementen en processen die ervan aan de basis liggen, moeten worden behouden en versterkt. Daarnaast wordt er maximaal ingespeeld op de aanwezige potenties. Het bestuur hanteert hierbij volgende doelstellingen: respectvol omspringen met de basisfactoren die bepalend zijn voor de openruimte structuur, o.a. bodem, hydrografie en topografie; ondersteunen en differentiëren van de agrarische structuur in functie van de eigenheid van de verschillende deelgebieden en in functie van de bebouwingsmogelijkheden; voldoende omvangrijke aaneengesloten arealen voor de grondgebonden en gemengde landbouw afbakenen in samenhang met de landschappelijke hoofdstructuur; ondersteunen van het recreatief medegebruik van de open ruimte en benutten van de kansen die de landbouwsector krijgt vanuit de recreatiesector; bewaren en versterken van de gebieden die vandaag reeds kenmerkend zijn voor de natuurlijke structuur in samenhang met hun ecologische relaties. Behoud en versterken van alle waardevolle natuurgebieden, waarbij het instandhouden en herstellen van de ecologische processen belangrijk is en het behoud van bestaande gebieden en het versterken ervan de voorkeur geniet, eerder dan het creëren van nieuwe gebieden; tot stand brengen van een samenhangende structuur van voldoende omvangrijke gebieden waar de voor natuur structuurbepalende elementen en processen tot uiting komen en deze onderling met elkaar verbinden om de bestaande versnippering van natuurelementen te doorbreken; afbakenen van verwevingsgebieden met belangrijke landschappelijke en (potentiële) natuurwaarden waarbij afstemming gebeurt tussen landbouw en natuur en beide als nevengeschikte functies worden beschouwd; ondersteunen van de watersystemen in functie van waterberging en de uitbouw van natuurontwikkeling. De visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de natuurlijke en agrarische structuur is getoetst met de ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Leiestreek zoals weergegeven door het Vlaamse gewest 4. De ruimtelijke visie voor de gewenste openruimtestructuur kan als volgt worden samengevat: Globaal genomen is in de Noordelijk Openruimtegebied de landbouw ruimtelijk structurerend. Het ruimtelijk beleid ondersteunt er de grondgebonden landbouw zowel als de intensieve veeteelt en op lokaal niveau tevens de glastuinbouw. Voor de natuurlijke structuur zijn vooral de beekvalleien ruimtelijk structurerend. De Poekebeek en op lokaal vlak de Maanbeek, Scheerbeek en Kleine Reigersbeek zijn belangrijke elementen. De natuur in deze beekvalleien heeft een ondergeschikte functie. Het structurerend reliëfelement ten zuiden van Vinkt wordt gevrijwaard evenals de open kouter ten noorden van de Zeverenbeekvallei. Het Zuidelijk Openruimtegebied wordt gevrijwaard voor de landbouw die ruimtelijk structurerend is. Het ruimtelijk beleid ondersteunt hier de grondgebonden landbouw. De ecologische functie wordt er versterkt door de uitbouw van een netwerk van kleine landschapselementen zoals bomenrijen, dreven, 4 Ruimtelijke visie voor landbouw, natuur en bos regio Leiestreek, verkenningsnota februari 2007, RWO Vlaanderen KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 13 van 115
15 bosjes en houtkanten. Tussen Petegem en Astene wordt in aansluiting met Astene Dreef en de Stedelijke ruimte, het stadsbos Deinze ontwikkeld. De Leieruimte is structuurbepalend voor natuur en landschap op bovenlokaal niveau. De valleien van het complex Vondelbeek Zeverenbeek oude Kaandelbeek vormen een belangrijk kerngebied voor natuur binnen de deelruimte. Een tweede belangrijk kerngebied voor natuur wordt gevormd door de Leievallei, in het bijzonder de deelgebieden van het kasteeldomein Ooidonk en Vosselareput. Binnen deze gebieden wordt gestreefd naar een afwisseling van beekbegeleidende bossen, moerasvegetaties, kleine landschapselementen en extensief begraasde graslanden. Elders in de Leievallei wordt in hoofdzaak een verweving van landbouw en natuur nagestreefd. De hoger gelegen gebieden worden gevrijwaard voor de in hoofdzaak grondgebonden landbouw Gewenste openruimte structuur Gewenste ruimtelijke ontwikkeling Inzake de gewenste openruimte structuur wordt erop gewezen dat grote delen van de gemeente naar alle waarschijnlijkheid zullen behoren tot de macrostructuur voor landbouw, natuur en bos. De hierna geformuleerde opties moeten dan ook gezien worden als een lokale differentiatie en aanbeveling aan het Vlaamse gewest en de provincie. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 14 van 115
16 Noordelijk Openruimtegebied vrijwaren als agrarisch gebied met diverse geschiktheden Dit ruimtelijk aaneengesloten landbouwgebied wordt gevrijwaard voor de land- en tuinbouw als ruimtelijke drager. Het vrijwaren van de landbouw is zinvol gelet op de dynamiek van de sector. Het betreft een weinig versnipperd en goed gestructureerd landbouwgebied dat zorgt voor een sterke landbouwstructuur. Het in evenwicht houden van grondgebonden als de niet grondgebonden landbouw is er aan de orde. De locale glastuinbouw kan er zich verder ontwikkelen, waarbij gestreefd wordt naar een bundeling in afstemming met de landschappelijke eigenheid van het gebied. Andere economische functies kunnen los van de landbouw behouden blijven en beperkt ontwikkelen voor zover ze het functioneren van de landbouw niet structureel hinderen. De beekvalleien vormen zones voor natuurverbinding. De natuur heeft hier een ondergeschikte functie. Naast het streven naar een goede waterkwaliteit wordt een betere landschappelijke integratie nagestreefd. Er is een opvallende steilrand aanwezig ten zuiden van Vinkt. De onmiddellijke omgeving van de steilrand en de zichtlocaties worden gevrijwaard van bebouwing. De open kouters aan de rand van het plateau te Wontergem en Zeveren worden gevrijwaard van bijkomende bebouwing. Het bulkengebied te Wontergem is een bijzonder aandachtsgebied voor het in evenwicht houden van grondgebonden en niet grondgebonden activiteiten. Binnen het landbouwgebied komen kleine landschapselementen voor. Er wordt gestreefd naar het behoud en het versterken van een netwerk van deze elementen. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 15 van 115
17 Zuidelijk Openruimtegebied vrijwaren als agrarisch gebied grondgebonden landbouw gericht op de Dit ruimtelijk aaneengesloten landbouwgebied wordt gevrijwaard voor de landbouw als ruimtelijke drager. Het vrijwaren van de landbouw is zinvol gelet op de dynamiek van de sector. Het betreft een weinig versnipperd en goed gestructureerd landbouwgebied dat zorgt voor een sterke landbouwstructuur. Het landbouwgebied tussen de E17 en het kleinstedelijk gebied Deinze is een weinig versnipperd en landschappelijk waardevol gebied. Het zorgt voor een openruimte buffer die maximaal wordt gevrijwaard van verdere verdichting. Daarom is het inplanten van nieuwe intensieve veeteeltbedrijven en nieuwe glastuinbouwbedrijven hier niet wenselijk. De bestaande bedrijven kunnen echter uitbreiden. Bestaande economische functies kunnen los van de landbouw behouden blijven en beperkt ontwikkelen voor zover ze het functioneren van de landbouw niet structureel hinderen en de draagkracht van de ruimte niet overstijgen. Het recreatieve medegebruik van de openruimte kan het functioneren van het gebied versterken, zonder de landbouw te belemmeren en de openruimte verder te versnipperen. De beekvalleien (Kattebeek, Petegemsebeek, ) vormen zones voor natuurverbinding. Naast het streven naar een goede waterkwaliteit wordt een betere landschappelijke integratie nagestreefd. Het ruimtelijk beleid is gericht op het behoud van de hoofdfunctie landbouw. Kleinschalige waardevolle bosgebiedjes komen verspreid voor. De samenhang met andere natuur en bosgebieden kan worden versterkt. Het stadsbos Deinze vormt een te ontwikkelen groengebied voor het kleinstedelijk gebied Deinze. Naast bosuitbreiding gaat de aandacht vooral naar het herstellen en ontwikkelen van het dreven- en landbouwlandschap en het poelen- en slotensysteem. De uitbouw van het recreatief medegebruik is hier erg belangrijk. Binnen het landbouwgebied komen een groot aantal kleine landschapselementen en enkele kleine bosgebiedjes. Er wordt gestreefd naar het behoud en het versterken van de bestaande groenelementen en het uitbouwen van een samenhangend netwerk van deze elementen. Dit is noodzakelijk voor het leefbaar houden van plant- en diersoorten. Een openruimte verbinding wordt gevrijwaard tussen Astene en De Pinte. Op lokaal vlak wordt een openruimte corridor aangewezen tussen Deinze/ Petegem en Machelen en tussen Deinze/ Petegem en het industriegebied De Prijkels. Deze verbindingen zijn belangrijk om de verdere verstedelijking tegen te gaan en de openheid van het landschap te bewaren. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 16 van 115
18 Leieruimte gericht op het vrijwaren en versterken van de natuurkernen, het uitbouwen van verweving van natuur en landbouw en het ondersteunen van de grondgebonden landbouw op de hoger gelegen gebieden. Grote delen van het valleigebied van de Leie en het complex Vondelbeek Zeverenbeek oude Kaandelbeek zijn structuurbepalend voor de natuur. Het gaat om ecologisch zeer waardevolle gebieden met een hoofdfunctie natuur. De herstel en ontwikkeling van vochtige gras- en hooilanden en de uitbouw van beekbegeleidende bossen en moerasvegetaties wordt voorop gesteld. Het ruimtelijk beleid ondersteunt in de valleigebieden het integraal waterbeheer. De aanwezige valleiranden worden bewaard om de biotopen van gradiënten te behouden of te herstellen. De overige valleilandschappen worden gevrijwaard in functie van verweving van natuur en landbouw met ruimte voor waterberging. Natuur en landbouw zijn hier nevengeschikte functies. Er wordt ruimte geboden aan het natuurlijk functioneren van de watersystemen. Het behoud en herstel van het kleinschalig landschap staat voorop. De kasteeldomeinen worden bewaard omwille van hun landschappelijke en cultuurhistorische kwaliteiten. Ze kunnen hoge natuurwaarden bezitten en de samenhang tussen de verschillende natuurgebieden versterken. De bestaande waardevolle landschappen en hun erfgoedwaarden worden gevrijwaard en verstrekt vanuit hun landschappelijke eigenheid. De landschappelijke kwaliteit van het gebied biedt een groot aantal troeven voor het recreatieve medegebruik van het gebied, voor zover de draagkracht niet wordt overschreden. Op de hogergelegen aaneengesloten landbouwgebieden wordt de landbouw als ruimtelijke drager erkend en gevrijwaard. Het betreft doorgaans een weinig versnipperd en goed gestructureerd landbouwgebied dat zorgt voor een sterke landbouwstructuur. Omwille van het landschappelijk belang van de Leieruimte wordt het landbouwgebied gevrijwaard van verdere verdichting. Daarom wordt gekozen voor de grondgebonden landbouw en wordt het inplanten van nieuwe intensieve veeteeltbedrijven en nieuwe glastuinbouwbedrijven hier niet wenselijk geacht. De bestaande bedrijven kunnen behouden blijven en eventueel uitbreiden in overeenstemming met de draagkracht van het gebied. Bestaande economische functies kunnen los van de landbouw behouden blijven en beperkt ontwikkelen voor zover ze het functioneren van de landbouw niet structureel hinderen en de draagkracht van de ruimte niet overstijgen. De open kouters aan de rand van het valleigebied ter hoogte van Gottem, Grammene, Deinze en Bachte Maria Leerne worden gevrijwaard van bijkomende bebouwing. KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 17 van 115
19 Park- en groenstructuren behouden binnen de Stedelijke ruimte, rivier- en beekvalleien aanknopingspunten voor natuurontwikkeling. De Leie en de beekvalleien (Kattebeek, Petegemsebeek, ) vormen aanknopingspunten voor natuurontwikkeling binnen de stedelijke ruimte. Naast het streven naar een goede waterkwaliteit wordt een betere integratie in de woonomgeving nagestreefd. Het ruimtelijk beleid is gericht op het versterken van de natuur- en landschapswaarden en waar mogelijk het uitbouwen van het recreatief netwerk langs de beekvallei. De parkgebieden van Gampelaere hoeve, Astene Dreef en domein de Ceder zijn landschappelijk bepalend en cultuurhistorisch belangrijk. De groenfunctie (parkgebied), dan wel de natuur- en bosfunctie zijn hier de hoofdfunctie. De samenhang met andere natuur en bosgebieden kan worden versterkt. Het stadsbos Deinze vormt een te ontwikkelen groengebied voor het kleinstedelijk gebied Deinze. Naast bosuitbreiding gaat de aandacht vooral naar het herstellen en ontwikkelen van het dreven- en landbouwlandschap en het poelen- en slotensysteem. De uitbouw van het recreatief medegebruik is hier erg belangrijk Ontwikkelingsmogelijkheden voor de landbouw Ontwikkelingsperspectief agrarisch gebied met diverse geschiktheden Het agrarisch gebied met diverse geschiktheden betreft goed gestructureerde agrarische productiegebieden waar zowel grondgebonden, grondloze agrarische activiteiten (intensieve veeteelt) als glastuinbouw voorkomen en waar de landbouw de hoofdfunctie is. De landbouw wordt hier gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan bedrijven en productierichtingen en heeft een belangrijke economische functie. Naast akkerbouw zijn grote delen van het gebied georiënteerd op de veeteelt en varkenshouderijen (Vinkt, Meigem) en beperkt op glastuinbouw (Wontergem, Zeveren, Meigem). Het zijn homogene gebieden met landbouw als hoofdfunctie waar land- en tuinbouw als ruimtelijke drager wordt gevrijwaard en naar de toekomst toe alle kansen krijgt en waarbij ondermeer voldoende flexibiliteit wordt gewaarborgd tegenover het bodemgebruik door (intensieve) niet grondgebonden teelten en glastuinbouw. In deze gebieden gelden de minste beperkingen inzake milieu. Op het vlak van landschap zal in het kader van het uitwerken van ontwikkelingsperspectieven rekening worden gehouden met de aanwezige kleine landschapselementen. Daarnaast wordt rekening gehouden met bepaalde elementen die van belang zijn om natuurverbindingen te realiseren in functie van de natuurlijke structuur, in het bijzonder de beekvalleien. Vanuit het ruimtelijk beleid kunnen maatregelen worden genomen om de glastuinbouw ter hoogte van de kernen Wontergem, Meigem en Zeveren te versterken en de spreiding naar andere gebieden te beperken. Bundeling van activiteiten kan o.a. door het valoriseren en versterken van de aanwezige infrastructuur (gemeenschappelijke voorzieningen en afvalwaterzuivering, toeleveringsstructuur, warmtebronnen enz.). Buffering en verweving met de grondgebonden landbouw is hierbij noodzakelijk om te voorkomen dat ontwikkelingen een meer dan lokaal karakter krijgen. Bij de ontwikkeling van nieuwe glastuinbouw en intensieve veeteeltbedrijven wordt een afweging gemaakt ten aanzien van de landschappelijke aspecten. Het in evenwicht houden van de KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 18 van 115
20 grondgebonden en niet grondgebonden bedrijfsactiviteiten is een aandachtspunt, in het bijzonder voor het bulkengrondengebied ten noordwesten van Wontergem. De bestaande steilrand met aanwezige zichtlocaties ten zuiden van Vinkt en de open kouters ter hoogte van Zeveren en Wontergem worden gevrijwaard van de inplanting van nieuwe landbouwbedrijven. Bestaande bedrijfszetels kunnen uitbreiden binnen de weergegeven ruimtelijke randvoorwaarden. Naast het versterken van de landbouw kan er ruimte zijn voor uitbouw van nevenfuncties aan de agrarische bedrijfsvoering. De landbouw wordt in dit gebied ondersteund door het onder meer aanleggen van de nodige nutsvoorzieningen en het uitvoeren van eventuele infrastructuurwerken teneinde het gebied adequaat te ontsluiten in functie van de land- en tuinbouw. Algemene principes Nieuwe inplantingen van bedrijfszetels zijn mogelijk voor volwaardige agrarische bedrijven. Bij uitbreiding van de bestaande landbouwbedrijven wordt de bebouwing (woning, bedrijfsgebouwen) geconcentreerd en geordend tot een ruimtelijk geheel om een verdere versnippering van het landbouwgebied tegen te gaan. Erfbeplanting is waardevol voor de inbuffering van de landbouwbedrijfsgebouwen. Groenbuffers en beplanting spelen een belangrijke rol in het uitbouwen van een netwerk van kleine landschapselementen en in aansluiting met de beekvalleien. Het gebied heeft mogelijkheden voor plattelandstoerisme. Het beperkt toelaten van nevenfuncties kan worden onderzocht in functie van de economische verbreding van de landbouw. Nevenfuncties hebben betrekking op handel en hoevetoerisme gekoppeld aan de landbouwfunctie. Handel kan enkel plaatsvinden indien de relatie met de eigen landbouwbedrijvigheid wordt ondersteund zoals de verkoop van hoeveproducten (groente, fruit, aardappelen, roomijs, e.d.). Het opzetten van activiteiten los van de landbouw is niet wenselijk. De nevenbestemmingen zijn complementair aan de hoofdbestemming en worden afgestemd op de schaal van het landbouwbedrijf. Dit vergt veeleer een afweging op microschaal. Functies, activiteiten en externe invloeden die de landbouw ernstig kunnen belemmeren, worden geweerd. Uitzondering wordt gemaakt voor bepaalde elementen die van belang zijn om natuurverbinding te realiseren, in het bijzonder de natuurverbindingszones langs de beekvalleien. Het betreft in hoofdzaak de beek met haar oevers en beekbegeleidende beplanting, in tweede orde graslandcomplexen gebonden aan de beekvallei. Bij nader onderzoek zal de Biologische waarderingskaart gehanteerd worden en als richtinggevend beschouwd worden inzake de te behouden of ontwikkelen natuurelementen. Recreatie in het landbouwgebied beperkt zich tot het recreatief medegebruik van de bestaande wegen. Wandel-, fietswegen en ruiterpaden kunnen afzonderlijk worden uitgebouwd zonder de functionele werking van het landbouwgebied aan te tasten. De principes van het plattelandsbeleid zoals door de hogere overheid uitgewerkt, kunnen hier worden toegepast. Het betreft de volgende gebieden:. Het agrarisch gebied in de omgeving van Wontergem, Vinkt, Zeveren, Meigem Ontwikkelingsperspectief agrarisch gebied gericht op de grondgebonden landbouw Het agrarisch gebied gericht op de grondgebonden landbouw betreft goed gestructureerde agrarische productiegebieden waar vandaag in hoofdzaak grondgebonden agrarische activiteiten plaatsvinden en waar de landbouw de hoofdfunctie is. Het handhaven van de grondgebonden landbouw is hier belangrijk vanuit ruimtelijk en landschappelijk perspectief. Bestaande niet grondgebonden agrarische activiteiten moeten kunnen blijven functioneren. Op het vlak van landschap zal in het kader van het uitwerken van ontwikkelingsperspectieven rekening worden gehouden met de aanwezige kleine landschapselementen (dreven, bomenrijen, bosjes, houtkanten, ). Daarnaast wordt rekening gehouden met bepaalde KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 19 van 115
21 elementen die van belang zijn om natuurverbindingen te realiseren in functie van de ondersteuning van de natuurlijke structuur. Deze gebieden vervullen een belangrijke rol in het vrijwaren van de open ruimte. Bij de ontwikkeling van nieuwe landbouwbedrijven wordt een afweging gemaakt ten aanzien van de landschappelijke aspecten. De inplanting en verdere uitbouw van de landbouwbedrijven gebeurt omwille van de gaafheid van het landschap in aansluiting met de bestaande bebouwing. De inplanting van nieuwe glastuinbouwbedrijven en intensieve veeteelt bedrijven is in dit gebied niet wenselijk, bestaande bedrijven kunnen verder uitbreiden binnen gebiedsgerichte ruimtelijke randvoorwaarden. De open kouters ter hoogte van Gottem, Grammene, Deinze en Bachte Maria Leerne worden gevrijwaard van de inplanting van nieuwe landbouwbedrijven. Bestaande bedrijfszetels kunnen uitbreiden binnen de weergegeven ruimtelijke randvoorwaarden. Naast het versterken van de landbouw kan er ruimte zijn voor uitbouw van nevenfuncties aan de agrarische bedrijfsvoering. De landbouw wordt in dit gebied ondersteund door het onder meer aanleggen van de nodige nutsvoorzieningen en het uitvoeren van eventuele infrastructuurwerken teneinde het gebied adequaat te ontsluiten in functie van de land- en tuinbouw. Tenslotte wordt een zone ten noordoosten (omgeving Leernsesteenweg) en een beperkte zone ten noordwesten (omgeving Deinze kouter) beschouwd als structureel aangetast agrarisch gebied. Gezien het gaat om relatief ingesloten, sterk versnipperde landbouwgebieden in aansluiting met de stedelijke kern kan bovenop de hoger vermelde aspecten hier de uitbouw van agrarisch verwerkende, toeleverende of landbouwaanverwante bedrijvigheid aanvaard worden. Algemene principes Bij uitbreiding van de bestaande landbouwbedrijven wordt de bebouwing (woning, bedrijfsgebouwen) van de landbouwbedrijven geconcentreerd en geordend tot een ruimtelijk geheel om een versnippering van het landbouwgebied tegen te gaan en delandschappelijke integratie na te streven. Nieuwe bebouwing wordt opgericht in aansluiting met bestaande bedrijfsgebouwen en langs de bestaande ontsluitingswegen van het gebied. Nieuwe inplantingen van bedrijfszetels is mogelijk voor volwaardige, in hoofdzaak grondgebonden agrarische bedrijven. Erfbeplanting is waardevol voor de inbuffering van de landbouwbedrijfsgebouwen. Groenbuffers en beplanting spelen een belangrijke rol in het uitwerken van een netwerk van kleine landschapselementen. Het gebied heeft sterke mogelijkheden voor plattelandstoerisme. Het beperkt toelaten van nevenfuncties kan worden onderzocht in functie van de economische verbreding van de landbouw. Nevenfuncties hebben betrekking op handel en hoevetoerisme gekoppeld aan de landbouwfunctie. Handel kan enkel plaatsvinden indien de relatie met de eigen landbouwbedrijvigheid wordt ondersteund zoals de verkoop van hoeveproducten (groente, fruit, aardappelen, roomijs, e.d.). Het opzetten van activiteiten los van de landbouw is niet wenselijk. De nevenbestemmingen zijn complementair aan de hoofdbestemming en worden afgestemd op de schaal van het landbouwbedrijf. Dit vergt veeleer een afweging op microschaal. Functies, activiteiten en externe invloeden die de landbouw ernstig kunnen belemmeren, worden geweerd. Uitzondering wordt gemaakt voor bepaalde elementen die van belang zijn om natuurverbinding te realiseren, in het bijzonder de natuurverbindingszones langs de beekvalleien. Het betreft in hoofdzaak de beek met haar oevers en beekbegeleidende beplanting, in tweede orde graslandcomplexen gebonden aan de beekvallei. Bij nader onderzoek zal de Biologische waarderingskaart gehanteerd worden en als richtinggevend beschouwd worden inzake de te behouden of ontwikkelen natuurelementen. Recreatie in het landbouwgebied beperkt zich tot het recreatief medegebruik van de bestaande wegen. Wandel-, fietswegen en ruiterpaden kunnen afzonderlijk worden uitgebouwd zonder de functionele werking van het landbouwgebied aan te tasten. De principes van het plattelandsbeleid zoals door de hogere overheid uitgewerkt, kunnen hier worden toegepast. Het betreft de volgende gebieden: KJA doc ontwerp GRS richtinggevend deel pagina 20 van 115
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS richtinggevend deel
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE ONTWERP GRS richtinggevend deel Identificatienummer : 104792413/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 21.05.2007 Voorontwerp GRS 2007 20.03.2008 Ontwerp
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE. ONTWERP GRS Bindend deel
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ASSENEDE ONTWERP GRS Bindend deel Identificatienummer : 104792414/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 21.05.2007 Voorontwerp GRS 2007 jpa 20.03.2008 Ontwerp
BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN. 1 Hiërarchie. 2 Afbakening gebieden. 2.1 Kwetsbare gebieden
BIJLAGE 3: AFBAKENING GEBIEDEN In onderstaande tekst wordt de afweging gemaakt tussen juridische toestand van een gebied, de toestand op het terrein en de visie van het GRS. Daaruit wordt een conclusie
ruimtelijk structuurplan provincie Limburg richtinggevend gedeelte richtinggevend gedeelte
richtinggevend gedeelte Deel I: visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling informatief gedeelte richtinggevend gedeelte I II III IV V bindend gedeelte deel I. visie op de gewenste ruimtelijke ontwikkeling
KAARTENLIJST RICHTINGGEVEND GEDEELTE
KAARTENLIJST RICHTINGGEVEND GEDEELTE Kaart nr. 1: Kaart nr. 2: Kaart nr. 3: Kaart nr. 4: Kaart nr. 5: Kaart nr. 6: Kaart nr. 7: Kaart nr. 8: Kaart nr. 9: Kaart nr. 10: Kaart nr. 11: Kaart nr. 12: Kaart
Art6.6 bufferzone. GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied. Woongebied. Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND
Art6.6 bufferzone GEWESTPLAN Woonuitbreidingsgebied Woongebied Groengebied PLAN B - BESTAANDE JURIDISCHE TOESTAND PLAN C - EIGENDOMSSTRUCTUUR 13 PLANNINGSCONTEXT Relatie met het structuurplan Vlaanderen
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN ZELZATE ONTWERP COLOFON Opdracht: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Zelzate Opdrachtgever: Gemeentebestuur Zelzate Grote Markt 1 9060 Zelzate Opdrachthouder: SORESMA
Richtinggevend gedeelte
116/183 43-03/26000512 DEEL 3 Richtinggevend gedeelte Leeswijzer In het voorgaande informatief gedeelte werd een analyse van de bestaande ruimtelijke structuur gemaakt door vanuit een globale en sectorale
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS richtinggevend deel
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS ONTWERP GRS richtinggevend deel Identificatienummer : 00287313/KJA Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 15.11.2002 Voorontwerp 2002 10.02.2004
Structuurplan Herne. PRESENTATIE GRS Herne
PRESENTATIE GRS Herne Wat komt aan bod: Wat is een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Hoe past het gemeentelijk structuurplan in het structuurplan van de provincie Vlaams-Brabant en de Vlaamse overheid?
Inhoud mei 2004 Globale toekomstvisie Schematische weergave kaart 1 Gewenste natuurlijke en landschappelijke structuur Schematische weergave kaart 2 Gewenste agrarische structuur Schematische weergave
Etten-Leur. (Bron: www. nederland-in-beeld.nl)
Etten-Leur (Bron: www. nederland-in-beeld.nl) Introductie Etten-Leur is een middelgrote gemeente in Brabant, gelegen ten westen van Breda. De gemeente bestaat uit één kern van ruim 40.000 inwoners. Door
Provincie Vlaams Brabant
156 Provincie Vlaams Brabant OPEN RUIMTE Open ruimte is de zuurstof van onze ruimte. Het is dus een kostbaar goed, dat we moeten beschermen. Voor de Visienota Ruimte betekent dit dat we de verdere inname
12 Conceptuele benadering van de ruimtelijke structuur
121/183 43-03/26000512 12 Conceptuele benadering van de ruimtelijke structuur De beschreven visie wordt vertaald in een ruimtelijk concept voor Opwijk. Concepten zijn de ruimtelijke vertaling van de visie.
Openruimtegebieden Beneden-Nete
ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Openruimtegebieden Beneden-Nete Afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur, regio Neteland Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS. ONTWERP GRS Bindende bepalingen
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN SINT - LAUREINS ONTWERP GRS Bindende bepalingen Identificatienummer : 00287314/kja Datum Status/beschrijving revisie Paraaf 15.11.2002 Voorontwerp GRS 2002 10.02.2004
Bijlage III. De bespreking van deze deelgebieden is hieronder weergegeven.
Bijlage III De N43 is een belangrijk structuurbepalend element in de ruimte tussen Gent en Kortrijk, en situeert zich als historische ontwikkelingsas tussen de oude as van de Leie en de nieuwe as van de
ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN.
ADVIES VAN DE GEMEENTELIJKE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING OVER HET ONTWERP VAN HET GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. De commissie, vergaderd in besloten zitting van 15 november en 29 november
afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Schelde-Dender gebieden van het geactualiseerd Sigmaplan Polder van Vlassenbroek, Grote
Gewenst. iris. LEGENDE Bocholt: woonkern met een band naar het kanaal
? Hees Reppel 1 Bocholt 2 76 LEGEDE Bocholt: woonkern met een band naar het kanaal Ruimtelijke band kanaal-bocholt-centrum versterken Herwaardering van de oude kanaalarm Woonstructuur versterkt in het
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan AFBAKENING VAN HET STRUCTUURONDERSTEUNEND KLEINSTEDELIJK GEBIED KNOKKE-HEIST DEFINITIEVE VASTSTELLING SEPTEMBER 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Inhoudstafel
Inhoud mei 00 Gewenste ruimtelijke structuur RD Kaart : Schematische weergave Gewenste agrarische structuur RD Kaart : Schematische weergave Gewenste natuurlijke en landschappelijke structuur RD Kaart
RICHTINGGEVEND DEEL RSTRUCTUURPLAN GLABBEEK
RICHTINGGEVEND DEEL LEGENDE netwerk van valleigebieden: groene dragers van de open ruimte open ruimte gebied structurerend voor natuur en landschap structureel landbouwgebied structureel landbouwgebied
afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Waasland gebieden van het geactualiseerd Sigmaplan Durmevallei Bijlage II: stedenbouwkundige
Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening en stedenbouw dd. 29 maart Nog steeds hét juridisch planninginstrument in Watou
Structuurplan "De Watounaar" Bewonersplatform Watou. Ruimtelijke Ordening Watou. De diverse planinstrumenten van toepassing op het grondgebied van Poperinge. Ingevolge de wet op de ruimtelijke ordening
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING. Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Gemeente Opwijk. A. Inleiding. A.1 Positie van VLACORO
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Gemeente Opwijk A. Inleiding A.1 Positie van VLACORO Art. 33 5 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie
DEEL 3: BINDEND GEDEELTE
DEEL 3: BINDEND GEDEELTE GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN MEISE Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Meise 1 september 2006 167 Deel 3: Bindend gedeelte Ontwerp Gemeentelijk
Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan
Melle Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Definitief ontwerp Kaartenbundel richtinggevend gedeelte september 2011 Gent 20-02-2008 Ontwerpteam: Annelies De Clercq Cindy Van Caeneghem port arthurlaan 11!
Niel. Een structuurplan voor
Een structuurplan voor Niel ghoe gaat Niel er in de toekomst uitzien? gzal er nog bouwgrond genoeg zijn? gwaar zullen we kunnen spelen en sporten? ghoe worden verkeersknelpunten opgelost? gblijft er nog
Omzendbrief RO/2010/01
Omzendbrief RO/2010/01 Aan: de colleges van burgemeester en schepenen de deputaties van de provincies Vlaams minister van Financiën, Begroting, Werk, Ruimtelijke Ordening en Sport Koning Albert II-laan
kleine amer L52 L54 kalfort dienstverleningszone infrastructuurelement recreatiepool polder (natuurverwevingsgebied) natuur- en boscomplex
antwerpen rupel leuk ruisbroek sint-niklaas kleine amer schoorveld N16 L52 sauvegarde puurs centrum L54 kalfort gorrebroek mechelen liezele A12 breendonk brussel centrumgebied hoofddorp type I secundaire
Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur en natuurpark Oude Landen te Ekeren Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Spoorweginfrastructuur
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING. Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Gemeente Landen. A. Inleiding. A.1 Positie van VLACORO
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Gemeente Landen A. Inleiding A.1 Positie van VLACORO Art. 33 5 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie
Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel
Gemeente Wuustwezel Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kaartenatlas Informatief en richtinggevend deel Dossier WUU582 Opdrachtgevend bestuur: Gemeentebestuur van Wuustwezel November 2006 Provincie Gemeente
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN NIEL. EINDDOCUMENT GRS bindend deel
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN NIEL EINDDOCUMENT GRS bindend deel COLOFON Opdracht: Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Niel Opdrachtgever: Gemeentebestuur Niel Dorpstraat 26 2845 Niel Opdrachthouder:
Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan
ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Antwerpse Gordel en Klein-Brabant landbouw-, natuur- en bosgebieden Vallei van
Gebiedvisie op het. buitengebied van de. gemeente Drimmelen
Gebiedvisie op het buitengebied van de gemeente Drimmelen Door de ZLTO Afdeling Drimmelen Gebiedsvisie voor de gemeente Drimmelen Vanuit de ZLTO-afdeling Drimmelen is het idee gekomen om in navolging van
Steenbakkerij Floren en Cie NV
Steenbakkerij Floren en Cie NV gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften 1 van 6 2 van 6 gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Steenbakkerij Floren en Cie NV de
Ruimtelijk rendement op het platteland: creatief binnen de grenzen. Inspiratiemoment Herbestemmen op het platteland - 2 december 2016
Ruimtelijk rendement op het platteland: creatief binnen de grenzen Inspiratiemoment Herbestemmen op het platteland - 2 december 2016 Inhoud Ruimtelijk rendement Zonevreemd Ruimtelijk beleid Agrarische
RUP Zonevreemde recreatie. Toelichting Bevolking
RUP Zonevreemde recreatie Toelichting Bevolking 11 juni 2018 RUP Is een uitvoering van het Gemeentelijke Ruimtelijke Structuurplan (GRS) Vervangt het gewestplan Bestaat uit een grafisch plan en bijhorende
BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A,
1 BPA CENTRUM ZUID, WIJZIGING A, herziening en uitbreiding 2 1. SITUERING VAN HET BPA Het Bpa is gesitueerd in de deelgemeente Dadizele, ten zuidwesten van de kerk en de Marktplaats, meer bepaald ten zuiden
Kempische Kleiputten. Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften. Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan. 1 van 12
Ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische Kleiputten Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften 1 van 12 2 van 12 3 van 12 ontwerp van gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kempische
Waarom een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Voor wie wordt een ruimtelijk structuurplan opgemaakt?
1 UIMTELIJKE ODENING EN STUCTUUPLANNING Waarom een gemeentelijk ruimtelijk structuurplan? Het decreet op de ruimtelijke ordening verplicht elke overheid om op haar niveau een ruimtelijk structuurplan op
1. UITWERKEN VAN RUIMTELIJKE VISIE...4
INHOUD 1. UITWERKEN VAN RUIMTELIJKE VISIE...4 1.1 GLOBALE UITGANGSHOUDING...4 1.2 TOEPASSING VOOR STABROEK...5 2. GEWENSTE RUIMTELIJKE STRUCTUUR...6 2.1. VISIE OP DE GEWENSTE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING...6
1. Streekplan Brabant in balans
1. Streekplan Brabant in balans Het plangebied is gelegen in de AHS-landschap; subzone leefgebied dassen en voor een deel (duinrand) binnen de GHS-natuur. De Interimstructuurvisie Noord-Brabant Brabant
TEKSTEN. ruimtelijk structuurplan kalmthout. gemeente kalmthout 31 maart 2006
TEKSTEN ruimtelijk structuurplan kalmthout gemeente kalmthout 31 maart 2006 colofon Het ruimtelijk structuurplan Kalmthout is opgemaakt in opdracht van de gemeenteraad. De ontwerper is Studiegroep Omgeving
p r o v i n Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat TONGEREN Geacht college
2015-04-16 p r o v i n Directie Ruimte College van burgemeester en schepenen Maastrichterstraat 10 3700 TONGEREN Dienst Ruimtelijke Planning en Beleid Geacht college Betreft: uw verzoek tot raadpleging
Herziening GRS Dendermonde
Herziening GRS Dendermonde Toelichting deelkern Appels 5 december 2011 Openbaar onderzoek 31 oktober tot 29 januari 2011 1 Inleiding Tweede toelichtingsronde Alle opmerkingen zijn bekeken en overwogen
Informatiebrochure. Burgmeester Yvan T Kint Schepen Walter De Donder Secretaris Juliaan Van Ginderdeuren
Voorwoord Nieuwsbrief Informatiebrochure Gemeente Affligem Kruishoutem Ontwerp van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem De gemeente heeft een ontwerp van het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan
TOELICHTEND. VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften. toelichting en visie. 1. bestemmingsvoorschriften. 2. inrichting en beheer
voorschriften art. 1: natuurgebied VERORDENEND Stedenbouwkundige voorschriften 1. bestemmingsvoorschriften Onderhavige zone wordt bestemd voor de instandhouding, de ontwikkeling en het herstel van de
3 BELEIDSCONTEXT 3.1 RSV. Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 1
3 BELEIDSCONTEXT 3.1 RSV In dit onderdeel wordt aandacht besteed aan de ruimtelijke beleidsplannen die een rechtstreekse invloed (kunnen) uitoefenen op het op te maken RUP. Hierbij komen zowel de plannen
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan. Deel 3 : bindende bepalingen. F:\2001\042\Inh\GRS\VO_OW\ _OW_BG1_LCR.doc
DENTERGEM Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Ontwerp Deel 3 : bindende bepalingen F:\2001\042\Inh\GRS\VO_OW\ 184524_OW_BG1_LCR.doc Gemeentebestuur Dentergem Kerkstraat 1 8720 Dentergem Grontmij afdeling
Besluit van de Deputatie
3e Directie Dienst 33 Ruimtelijke ordening en Stedenbouw aanwezig André Denys, gouverneur-voorzitter Besluit van de Deputatie Alexander Vercamer, Marc De Buck, Peter Hertog, Jozef Dauwe, Eddy Couckuyt,
RUIMTELIJKE PLANNING EN STEDENBOUW. Grim Sekeris MAR Haacht
RUIMTELIJKE PLANNING EN STEDENBOUW Grim Sekeris MAR Haacht 2015 0478 23 16 36 Grimwald.Sekeris@telenet.be Ruimtelijke ordening in een notedop Geschiedenis Doelstellingen Samenhang Haacht Andere wetgeving
Groene Sporen. Strategisch project regionale groenstructuur Zuid-West-Vlaanderen
Groene Sporen Strategisch project regionale groenstructuur Zuid-West-Vlaanderen Waarom Groene Sporen? Zuid-West-Vlaanderen wordt geconfronteerd met een aantal ruimtelijke uitdagingen die in de komende
Bouvelobos, Hemsrode en Steilrand van Moregem
VR 2017 0112 DOC.1233/5 gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bouvelobos, Hemsrode en Steilrand van Moregem. Stedenbouwkundige voorschriften Het gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bouvelobos, Hemsrode
Oostende - Middenkust
Oostende - Middenkust 1. Toeristisch recreatiepark (KB 26/01/76) 0410 De gebieden voor toeristische recreatieparken die op de kaarten welke de bestemmingsgebieden omschrijven en oranje gekleurd en met
ADVIES VAN 25 MEI 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP MUNSTERBOS
ADVIES VAN 25 MEI 2016 OVER HET VOORONTWERP RUP MUNSTERBOS SARO KONING ALBERT II-LAAN 19 BUS 24 1210 BRUSSEL INHOUD I. SITUERING... 1 II. ALGEMENE BEOORDELING... 1 III. MUNSTERBOS ALS GROTE EENHEID NATUUR...
ADVIES Buitengebied regio Leiestreek
ADVIES Buitengebied regio Leiestreek De Vlaamse Jeugdraad adviseert het eindvoorstel over de gewenste ruimtelijke structuur van de buitengebiedregio Leiestreek in het kader van de afbakening van gebieden
Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei
Besluit van de Vlaamse Regering tot goedkeuring en instelling van het landinrichtingsproject Moervaartvallei DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 28 maart 2014 betreffende de landinrichting, artikel
Landschap en ruimtelijke ontwikkeling
WINVORM 19 mei 2015 MAARTEN HOREMANS ruimtelijk planner stedenbouwkundig ambtenaar Landschap en ruimtelijke ontwikkeling een noodzakelijk duo voor een kernversterkend beleid Situering Situering Situering
1 DEEL. PLANNINGS- EN BELEIDSCONTEXT...5. 1.1 Juridisch kader... 5. 1.2 Beleidsopties en -context... 10 2 DEEL. BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR...
INHOUD 1 DEEL. PLANNINGS- EN BELEIDSCONTEXT...5 1.1 Juridisch kader... 5 1.2 Beleidsopties en -context... 10 2 DEEL. BESTAANDE RUIMTELIJKE STRUCTUUR...29 2.1 Evolutie van de ruimtelijke structuur... 29
Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving
Actuele topics in aardrijkskunde: RUP in de eigen leefomgeving Situering in Vlaanderen Tielt-Winge is een Vlaamse gemeente gelegen in hartje Hageland in de provincie Vlaams-Brabant. Het is een landelijke
ISTRUCTUURPLAN GLABBEEK
STRUCTUURPLAN GLABBEEK Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Glabbeek Dit plan werd opgesteld onder de verantwoordelijkheid van: (voor ARCADIS Gedas) Gezien en definitief vastgesteld door de Gemeenteraad
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Potyze. Stad Ieper. september 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Potyze Stad Ieper september 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan Potyze Stad Ieper september 2011 STEDENBOUWKUNDIGE VOORSCHRIFTEN
Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese
Kaart 2.1 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Macroschaal Synthese Kaart 2.2 : Bestaande Ruimtelijke Structuur op Mesoschaal Fysisch Systeem. Bron: pro Gis Vlaams-Brabant, Vlaamse Hydrografische Atlas,
Provincie. landbouw- bijlage 2.
Provincie Antwerpen Gemeente Sint-Katelijne-Waver, Lier en Duffel gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebie eden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Neteland landbouw-
afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Kust-Polders-Westhoek landbouw-, natuur- en bosgebieden Zwinpolders
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Kust-Polders-Westhoek landbouw-, natuur- en bosgebieden Zwinpolders bijlage 2 : stedenbouwkundige
gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan
gewenste ruimtelijke structuur in het definitief gemeentelijk ruimtelijk structuurplan gemeente zoersel - RUP herziening BPA gemeenschapsvoorzieningen achterstraat - kaart 1 elementen van bovenlokaal belang
RUP Kanaalzone West Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016
RUP Kanaalzone West Wielsbeke Bewonersvergadering OC Leieland 24/08/2016 Inhoud Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Welke plannen worden vervangen? Situering van het plangebied Hoger beleidskader
Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant
Bijlage 3 Relevante artikelen Verordening ruimte Noord-Brabant Artikel 2.1 - Zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit 1. Een bestemmingsplan dat voorziet in een ruimtelijke ontwikkeling buiten bestaand stedelijk
Moervaartvallei fase 1
VR 2017 1407 DOC.0688/5BIS Moervaartvallei fase 1 Afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur ontwerp gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Bijlage II. Stedenbouwkundige voorschriften
Richtinggevend deel en Bindende bepalingen
Richtinggevend deel en Bindende bepalingen Colofon Opdrachtgever Opdrachthouder Projectleiding Projectmedewerkers Gemeente Houthalen Helchteren Libost-groep nv Freija Bas (gemeente Houthalen-Helchteren)
RUIMTELIJKE VISIE REGIO LEIE & SCHELDE. Griet Lannoo Brussel, BRV partnerforum 16 maart 2017
RUIMTELIJKE VISIE REGIO LEIE & SCHELDE Griet Lannoo Brussel, BRV partnerforum 16 maart 2017 Regio van 13 gemeenten KORTRIJK I N T E R C O M M U N A L E L E I E D A L 2 1910 Waregem Kortrijk Menen 1940
situering van de gebieden
situering van de gebieden provincie oost-vlaanderen - project gentse kanaalzone - kaart 1 koppelingsgebieden in onderzoek 0 0,5 1,5km basis: hypothese van de gewenste ruimtelijke structuur kanaalzone OMGEVING
Veurne - Westkust. 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76)
Veurne - Westkust 1. Toeristisch recreatiepark (KB 6/12/76) 0410 De gebieden voor toeristische recreatieparken die op de kaarten welke de bestemmingsgebieden omschrijven, in oranje gekleurd en met de letters
gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden
gewenste ruimtelijke structuur voor Sint-Truiden stad sint-truiden - rup recastrip brustem - kaart 1 secundaire verbindingsweg met laanbeplanting beekvalleien te ontwikkelen als natuurlijke dragers met
GruunRant. memorandum gemeenteraadsverkiezingen Brasschaat
GruunRant memorandum gemeenteraadsverkiezingen 2018 Brasschaat WAAROM GRUUNRANT? Rode draad: behouden versterken - verbinden GruunRant begint stilaan een begrip te worden als het gaat over de versterking
RUP Hernieuwenburg Wielsbeke. Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015
RUP Hernieuwenburg Wielsbeke Bewonersvergadering OC Hernieuwenburg 24/08/2015 Inhoud Wat is een ruimtelijk uitvoeringsplan (RUP)? Situering van het plangebied Aanleiding aan te pakken ruimtelijke vraagstukken
Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree
Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel
afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan afbakening van de gebieden van de natuurlijke en agrarische structuur regio Haspengouw-Voeren Natuur-, bos- en landbouwgebieden Jongenbos en vallei van de Mombeek
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING. Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Gemeente Nazareth. A. Inleiding. A.1 Positie van VLACORO
ADVIES VLAAMSE COMMISSIE VOOR RUIMTELIJKE ORDENING Gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Gemeente Nazareth A. Inleiding A.1 Positie van VLACORO Art. 33 5 van het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN. GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant
GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN Gellenberg 16 Tel.: 016 47 97 30 Fax: 016 47 97 01 GEMEENTE LUBBEEK Provincie Vlaams-Brabant KAARTENBUNDEL Dossiernr.: 003357 Projectnr.: 07/3357 Versie: F juni 2009
Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Beleidskader Robuuste en Samenhangende Open Ruimte. Partnerforum Gent, 18 februari 2016
Beleidsplan Ruimte Vlaanderen Beleidskader Robuuste en Samenhangende Open Ruimte Partnerforum Gent, 18 februari 2016 Sterke druk op Vlaamse open ruimte als gevolg van klimaatverandering en bevolkingsgroei
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem
Gemeente Kruishoutem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Kruishoutem Ontwerp Bindend gedeelte Uitgave Datum 1 november 2004 2 februari 2005 3 mei 2005 4 oktober 2005 5 april 2006 Studiebureau VDS b.v.b.a.
13/ / Informatief deel
13/183 43-03/26000512 DEEL 2 Informatief deel Leeswijzer Het is de bedoeling dat het informatief gedeelte de bestaande ruimtelijke structuur van de gemeente schetst, met inbegrip van de ruimtelijk relevante
Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning
gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Gebieden voor oppervlaktedelfstoffenwinning Oppervlaktedelfstoffenzone ALLUVIALE KLEI VAN SCHELDE- EN MAASBEKKEN & POLDERKLEI Bijlage II: stedenbouwkundige voorschriften
Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Zingem
Provincie Oost-Vlaanderen Arrondissement Oudenaarde Gemeente Zingem Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan Zingem Richtinggevend gedeelte juni 2009 (Studiebureau VDS b.v.b.a.) Bruulstraat 35 9450 Haaltert
Figuur 2: Situering van Opwijk binnen het RSV (bron:
21/183 43-03/26000512 7 Planningscontext 7.1 Structuurplannen 7.1.1 Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen 2 Figuur 2: Situering van Opwijk binnen het RSV (bron: www.ruimtelijkeordening.be) Opwijk ligt volgens
UITGANGSPUNTEN UITDAGINGEN WONEN ECONOMIE STEDELIJKE VOORZIENINGEN OPEN RUIMTE LANDBOUW Bruto -taakstelling
UITDAGINGEN WONEN Bruto -taakstelling Aftopping buitengebied (max.groeiwvl + groeirwm) 2012-2017 2017-2022 1118 583 stedelijk gebied Buitengebied stedelijk gebied Buitengebied 803,36 314,64 418,92 164,08
Opmaak mobiliteitsplan stad Deinze. Inspraakvergadering 6 juni. VECTRIS cvba Mobiliteitsplan Deinze / juni 2012 / 1
Opmaak mobiliteitsplan stad Deinze Inspraakvergadering 6 juni VECTRIS cvba Mobiliteitsplan Deinze / juni 2012 / 1 Procedure verschillende stappen Evaluatie bestaand mobiliteitsplan met sneltoets gekozen
SumResearch Urban Consultancy
SumResearch Urban Consultancy GEMEENTELIJK RUIMTELIJK STRUCTUURPLAN LEDE Deel III: bindend deel SumResearch / Ruimtelijk Structuurplan Lede bindend deel - i INHOUD 1. INLEIDING 1 2. PRIORITEITEN OF ACTIES
AFBAKENING VLAAMS STEDELIJK GEBIED ROND BRUSSEL
AFBAKENING VLAAMS STEDELIJK GEBIED ROND BRUSSEL Onderzoek en overleg voor afbakening in nieuwe fase Op 11 mei 2007 heeft de Vlaamse Regering een tussentijdse beslissing genomen over de afbakening van het
PLANNING ALS MEERVOUDIGE OPDRACHT IN DE DEMERVALLEI
Wouter Pattyn SYMPOSIUM DEMERVALLEI PLANNING ALS MEERVOUDIGE OPDRACHT IN DE DEMERVALLEI drv afdeling Gebieden en Projecten Jana Van Hoyweghen Gerard Stalenhoef www.ruimtevlaanderen.be departement Ruimte
Kaart 1: Synthese gewenste ruimtelijke structuur (zie kaart omgeving) Kaart 2: Kernwinkelgebieden in de centrale woonband
KAARTENUNDEL Kaart : Synthese gewenste ruimtelijke structuur (zie kaart omgeving) Kaart 2: Kernwinkelgebieden in de centrale woonband Kaart 3: Gewenste ruimtelijke structuur centrale woonband (kaart omgeving
Ruimte voor windturbineparken in West-Vlaanderen
Provinciale ruimtelijke beleidsvisie Ruimte voor windturbineparken in West-Vlaanderen Goedgekeurd deputatie 24.04.2008 DOELSTELLING STAND VAN ZAKEN KADER Doel van de beleidsnota (1) Visie op grootschalige
Oudenaarde. 1. Vallei of brongebieden (KB 24/02/77)
Oudenaarde 1. Vallei of brongebieden (KB 24/02/77) 0912 De agrarische gebieden met landschappelijke waarde, die op de kaart welke de bestemmingsgebieden omschrijven overdrukt zijn met de letters V of B,
VERSTEDELIJKT GEBIED ZANDLEEMGEBIED SCHELDE - DURME. afbakening stedelijk gebied sint-niklaas rivier- of beekvallei
R2 NL N403 E34/N49 N451 N70 antwerpen R4 moervaart sint-niklaas N70 E17//A14 zuidlede N449 N70 lokeren N41 N419 schelde A12 gent R4 lede N407 N445 durme N446 N470 N16 rupel schelde N406 dendermonde N47
RICHTINGGEVEND DEEL VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING...135 1. UITGANGSHOUDING...135 2. BRECHT: VELE (GE)ZICHTEN MAKEN ÉÉN GROOT GEHEEL...
RICHTINGGEVEND DEEL INHOUDSOPGAVE RICHTINGGEVEND DEEL DEEL 1: VISIE OP DE RUIMTELIJKE ONTWIKKELING...135 1. UITGANGSHOUDING...135 2. BRECHT: VELE (GE)ZICHTEN MAKEN ÉÉN GROOT GEHEEL...136 3. BASISDOELSTELLINGEN
13.5 Gewenste toeristisch-recreatieve en voorzieningenstructuur
172/183 43-03/26000512 13.5 Gewenste toeristisch-recreatieve en voorzieningenstructuur Kaart 19: gewenste toeristisch-recreatieve en voorzieningenstructuur De gemeente Opwijk heeft geen grote toeristisch-recreatieve