Datum: 1 februari 2016 vervangende nieuwbouw Noordereinde 131/ 133 te s Graveland Werknummer:

Transcriptie

1 RUIMTELIJKE ONDERBOUWING Datum: 1 februari 2016 Project: vervangende nieuwbouw Noordereinde 131/ 133 te s Graveland Werknummer: HUIDIGE SITUATIE: Op bedoelde locatie aan het Noordereinde 131 en 133 te s-graveland staan twee panden, een garage achtige aanbouw en een oud bedrijfspand, zie bovenstaande situatie en onderstaande foto.

2 De aanbouw is aangebouwd aan een voormalig koetshuis, opgetrokken in houtbouw en in gebruik als restaurant op de begane grond en op de verdieping een appartement. Het voormalige bedrijfspand staat leeg en verkeert in een slechte bouwkundige staat. Beide panden hebben geen specifieke bescherming in de zin van Rijks-, Provinciaal- of Gemeentelijk Monument, wel vormen zij onderdeel van het beschermd dorpsgezicht. De eigenaar van deze panden, Kroon Beheer BV, is tevens eigenaar van de aangrenzende panden waarvan restaurant Vlaar op de begane grond momenteel de uitbater is. De eigenaar heeft Stork en Albrecht architecten en bouwadviseurs uit Weesp opdracht gegeven om de mogelijkheden te onderzoeken van vervangende nieuwbouw op de locatie van deze twee panden. BESTEMMINGSPLAN:

3 Voor bedoelde locatie geeft het bestemmingsplan aan dat de bestemming Wonen is zoals op de kaart aangegeven als geel gebied. De contouren van het bouwblok staan aangegeven in de dikke zwarte lijn. Maximale goothoogte is 4 meter. Maximale bouwhoogte is 9 meter. Ook heeft deze locatie de dubbelbestemming waarde-cultuurhistorie en dubbelbestemming waardearcheologie-3, dit omdat het onderdeel is van het beschermd dorpsgezicht en het AMK-terrein dorpslint s-graveland. HISTORISCHE CONTEXT: De oorsprong van het dorp s-graveland moet worden gezocht omstreeks de eerste helft van de 17e eeuw. Mr. Jan Ingel richt zich in 1625 tot de kamer van de grafelijkheidsdomeinen om s-graveland te mogen verkavelen. Zo ontstaat het dorp s-graveland. Via de heren Adriaan Pauw en Pieter Corneliszoon Hooft zet hij arbeiders aan het werk om het land te ontginnen. Dit levert een aanklacht op van Hilversum en de ingezetenen van Gooiland. Bijna 100 jaar later worden de partijen het pas eens, maken de ingelanden een contract op en leggen zij de voorwaarden vast voor de s-gravelandse polder. Van 1637 tot 1641 wordt de s-gravelandse vaart gegraven. In 1672 stichten de Fransen overal branden in s-graveland, dat hierdoor grotendeels wordt verwoest. De schadevergoeding bedraagt 6000 gulden. Door de eeuwen heen hebben de buitenplaatsen het aanzien van het dorp bepaald. De herenhuizen werden gebouwd aan de oostkant van het dorp, de arbeiderswoningen aan de vaart. De bewoners van de landgoederen bepalen het sociale leven en zij stichten onder andere scholen en een wijkgebouw. De bewoners van de buitenplaatsen wonen s zomers in s-graveland en s winters in de stad. Zo is er s winters geen werk voor de mensen. Omdat het water in s-graveland erg zacht is, zetten de vrouwen in de zomermaanden een wasserij-industrie op. Zo kunnen zij wat extra s verdienen voor de winter. Later sturen schippers zelfs vanuit Amsterdam hun was. De vrouwen kunnen het werk niet meer alleen aan en de mannen gaan meehelpen. In 1658 vestigen zich enkele lakenwevers in het dorp, maar houden het hier niet lang uit. De laatste lakenweverij was gevestigd in het oude 'Het Wapen van Amsterdam', het pand waar nu restaurant Vlaar gevestigd is. Na de Tweede wereldoorlog begint het verval van de buitenplaatsen. De Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten koopt deze op om de schoonheid van de landgoederen te bewaren. s-graveland heeft een duidelijke structuur, langs de oostzijde van het Noordereinde en Zuidereinde staan de landgoederen en langs de s-gravelandsevaart staan de woningen en kleinschalige bedrijfsgebouwen. In de loop van de jaren zijn er ook woningen aan de oostzijde gebouwd. De korrelgrootte van de lintbebouwing aan de oostzijde is kleinschalig met differentiatie in hoogte en breedte. Daar waar het (voormalige) bedrijfsbebouwing betreft zien wij een iets grotere korrelgrootte.

4 UITGANGSPUNTEN ONTWERP TWEE NIEUWE WONINGEN: Vanzelfsprekend zijn de kaders van het vigerende bestemmingsplan maatgevend geweest voor de uitgangspunten van de vervangende nieuwbouw, dus; - Twee woningen, - Maximale goothoogte 4 meter, - Maximale bouwhoogte 9 meter. Massa: Gezien de korrelgrootte van de bebouwing langs de vaart is er gekozen voor een duidelijke differentiatie van de gevel, hierdoor is de totale gevelbreedte opgedeeld in drie delen, waarvan het middensegment iets naar voren steekt. Er is erg veel variëteit in de kapvormen van de bebouwing langs het Noordereinde en Zuidereinde; Nokrichtingen haaks en parallel aan de weg, zadelkappen, mansardekappen, afgeknotte kappen etc. Maar ook de hellingshoeken van de kappen zijn zeer divers. In het ontwerp is er gekozen voor een basiskap evenwijdig aan de weg, de bovenzijde van deze kap is plat, met in het midden een zadelkap die haaks op de weg staat, zowel aan de voor- als achtergevel. Een goede weerspiegeling van de kapvormen die in het gebied voorkomen en wat zeer ten goede komt aan de differentiatie van de gevel. Het middendeel aan de voorzijde steekt iets naar voren, wat het uitgangspunt versterkt. Aan de achterzijde is de buitenruimte opgenomen grenzend aan de s Gravelandsevaart, deze gevel heeft veel plasticiteit doordat gevels verspringen.

5 Architectuur: Voor de architectuur is gekozen voor een moderne uitwerking van een historische context. De gevelopeningen zijn verticaal wat goed aansluit bij het ritme en structuur van s Graveland. De kozijnen worden gemaakt van hout en voorzien van een roede indeling. Duidelijke goed geprofileerde houten goten zonder teveel profilering, de kappen worden voorzien van keramische dakpannen. De dakkapellen zijn strak van detaillering en afgewerkt met zink, de dekstukken van de kappen worden afgewerkt met zink. De gevels zijn van metselwerk met boven de gevelopeningen hanekammen, de gevels worden geschilderd met keim in de kleuren wit en zwart, hierdoor is er wel een verwijzing naar de geschiedenis maar zullen de gevels meer als vlakken gaan werken wat de differentiëring zal versterken. De hemelwaterafvoeren worden uitgevoerd in zink. De architectuur toont dus respect voor de historische omgeving en de tijd waarin het gebouwd zal worden.

6

7 DUBBELBESTEMMING CULTUURHISTORIE (artikel 22) Het bouwplan is in strijd met de bestemming Waarde cultuurhistorie artikel 22.2 sub c, d en f. In sub c staat dat nieuwe gebouwen moeten worden uitgevoerd met een kap waarbij de bestaande kapvorm, dakhelling en nokrichting, zoals weergegeven op de kappenkaart, behouden moeten blijven. In sub d staat dat de voorgevelbreedte behouden moet blijven. In sub f staat dat samenvoeging van hoofdgebouwen niet is toegestaan. Het bestemmingsplan geeft afwijkingsmogelijkheden voor artikel 22. 2f Op grond van artikel 22.3a kan afgeweken worden van 22.2f (samenvoeging van hoofdgebouwen is niet toegestaan) voor zover geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan en dit mede strekt tot behoud en versterking van de aanwezige landschappelijke, cultuurhistorische en natuurlijke waarden van het beschermd dorpsgezicht. Op grond van artikel 22.3b is hiervoor op 16 november 2015 een advies aan de monumentencommissie gevraagd. Op de volgende pagina is het advies weergegeven. Voor drie voorschriften van Waarde-cultuurhistorie is geen afwijking mogelijk In Waarde cultuurhistorie artikel 22.2 sub c staat dat nieuwe gebouwen moeten worden uitgevoerd met een kap waarbij de bestaande kapvorm, dakhelling en nokrichting, zoals weergegeven op de kappenkaart, behouden moeten blijven. In sub d staat dat de voorgevelbreedte behouden moet blijven. Het bestemmingsplan biedt hiervoor geen afwijkingsmogelijkheden. Ook kan geen medewerking worden verleend met de kruimelgevallenregeling. Op grond van artikel 2.12 lid 1a 3 0 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht kan medewerking worden verleend aan het afwijken van artikel 22.2 c en d onder de voorwaarde dat het bouwplan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening en de motivering van het besluit een goede ruimtelijke onderbouwing bevat. Ruimtelijke onderbouwing In de uitgangspunten voor het ontwerp in deze ruimtelijke onderbouwing is de keuze voor een afwijkende kapvorm, dakhelling en nokrichting ruimtelijk en architectonisch gemotiveerd.

8 De welstands-en monumentencommissie heeft positief geadviseerd over het bouwplan. Op 16 november 2015 heeft de welstands- en monumentencommissie een positief advies uitgebracht. Het advies luidt als volgt: Welstandsadvies: De commissie is van mening dat het plan voldoet aan de relevante criteria uit de welstandsnota, passend is in deze omgeving en niet in strijd is met redelijke eisen van welstand. Monumentenadvies: De commissie is van mening dat de hoofdvorm passend is in de omgeving en dat deze voldoende kleinschaligheid en diversiteit tot stand brengt. De commissie is van mening dat het plan passend is in de schaal en korrel van het beschermd dorpsgezichten passend is afgestemd op het ritme en de karakteristiek van het Noordereinde. DUBBELBESTEMMING WAARDE ARCHEOLOGIE-3 ADC ArcheoProjecten heeft op deze locatie een Archeologisch Bureauonderzoek en Inventariserend Veldonderzoek, door middel van boringen uitgevoerd. Er zijn geen archeologische waarden aangetroffen. Het college van Wijdemeren onderschrijft de conclusie en aanbeveling in het rapport en heeft een negatief selectiebesluit genomen. De bouwplannen op het perceel kunnen derhalve worden uitgevoerd zonder aanvullend archeologisch onderzoek. PARKEREN Voor deze locatie geldt een parkeernorm van 2,2 plaatsen per woning, afgerond 5 parkeerplaatsen. De eigenaar kan voorzien in voldoende parkeerplaatsen op eigen terrein, aangezien hij eigenaar is van de parkeerstrook aan de overzijde van de weg. Deze parkeerstrook (ca. 46 plaatsen) is voldoende voor deze woningen, het restaurant Vlaar en de 2 appartementen boven het Koetshuis. De parkeerplaatsen voor de bewoners zullen worden afgescheiden van de andere parkeerplaatsen door middel van een heg. BODEM Op basis van het bij de aanvraag gevoegde bodemonderzoek is gebleken dat er uit milieuhygiënisch oogpunt geen belemmeringen zijn voor de bouw van de twee woningen. Aldus opgemaakt te Weesp, 1 februari 2016 Ir J.A. Stork