Concessieleidraad. Toewijzingsprocedure voor concessie voor diensten. Besteknummer GAPA - GAPA Publicatiedatum:

Transcriptie

1 1 / 23 Concessieleidraad Oproep tot kandidaten voor concessie van openbare dienst met als voorwerp het leveren, plaatsen en exploiteren van laadinfrastructuur in de stad Antwerpen Toewijzingsprocedure voor concessie voor diensten Besteknummer GAPA - GAPA Publicatiedatum: CONCESSIEGEVER: Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen (GAPA) Grote Markt Antwerpen CONTACTPERSOON VOOR BIJKOMENDE INLICHTINGEN: Lise Belmans Telefoon: lise.belmans@stad.antwerpen.be INDIENEN VAN DE OFFERTES De offertes dienen uiterlijk op om 14u00 te zijn bezorgd op het hierboven vermelde adres.

2 2 / 23 Inhoudsopgave A. Algemene en administratieve bepalingen...3 ARTIKEL 1. Voorwerp van de concessie (samenvatting)... 3 ARTIKEL 2. Identiteit van de concessiegever... 3 ARTIKEL 3. Duur van de concessie... 4 ARTIKEL 4. Communicatie, vragen en opmerkingen concessieleidraad... 4 ARTIKEL 5. Algemeen Algemeen Taalgebruik Wijzigingen aan eisen en voorwaarden concessieleidraad Vergoeding deelname aanbesteding Combinaties Onderaanneming Discretie en vertrouwelijkheid Exclusiviteit en non-exclusiviteit... 6 ARTIKEL 6. Indienen van het voorstel... 6 ARTIKEL 7. Inhoud van het voorstel... 7 ARTIKEL 8. Verloop van de procedure en mogelijkheid tot onderhandeling... 9 ARTIKEL 9. Afbreken van de procedure ARTIKEL 10. Toewijzingscriteria B. Technische voorschriften ARTIKEL 11. Beschrijving van de concessie Beleidsvisie laadinfrastructuur stad Antwerpen Uitwerking van het beleid: concessiemodel Aanvraagproces en locatiebepaling ARTIKEL 12. Verantwoordelijkheden concessiegever ARTIKEL 13. Verantwoordelijkheden van de concessiehouder ARTIKEL 14. Grootte van de concessie (cfr. indicatieve hoeveelheid) Categorie 1: laadinfrastructuur op de eigen parkings en parkings in het beheer van GAPA Categorie 2: laadinfrastructuur op het openbaar domein Categorie 3: laadinfrastructuur op het domein van instellingen en agentschappen die nauw verbonden zijn met de stad Antwerpen Concessionarissen van de stad Antwerpen ARTIKEL 15. Overige technische bepalingen Minimale eisen aan het ontwerp van de laadpalen op openbaar domein Minimale eisen voor wallboxen op openbaar domein Minimale eisen aan de laaddienstverlening... 21

3 3 / Minimale eisen aan de continuïteit van de laaddienstverlening Minimale eisen aan de toegankelijkheid van de laaddienstverlening Minimale eisen aan de eigendom en overdracht van de laaddienst A. Algemene en administratieve bepalingen ARTIKEL 1. Voorwerp van de concessie (samenvatting) Voorliggende concessieleidraad heeft betrekking op de concessie van openbare dienst met als voorwerp het leveren, plaatsen en exploiteren van laadinfrastructuur in de stad Antwerpen. De werken die door de concessiehouder dienen te worden uitgevoerd zijn ondergeschikt aan de dienstverlenings- en exploitatiecomponent. Enerzijds omvat de opdracht een raamovereenkomst waarbij in functie van de behoeften bestellingen geplaatst kunnen worden door de concessiegever voor de levering en plaatsing van de aangeboden laadinfrastructuur. Anderzijds omvat de opdracht de exploitatie en het onderhoud door de concessiehouder van de laadinfrastructuur. De stad Antwerpen heeft een beleidsvisie opgemaakt rond elektrisch laden voor bewoners en werknemers in de stad Antwerpen. Dit beleid baseert zich op twee basisprincipes: de ladder van laden en paal volgt wagen. In deze beleidsvisie kiest de stad voor een concessiemodel, specifiek voor zowel laadpunten op de eigen parkings in het beheer van GAPA, als op het openbaar domein, als op het domein van andere instellingen en agentschappen van de groep stad Antwerpen. Meer concreet bevatten de laaddiensten die GAPA wil aanbieden zowel normaal laden als snelladen, in de vorm van oplaadpalen of wallboxen. Meer gedetailleerde informatie over de inhoud van de concessie volgt verderop in artikel 11 op pagina 12. De concessie wordt uitgevoerd onder het toezicht van de concessiegever en overeenkomstig de toepasselijke wettelijke normen, reglementen en vergunningen (ARAB, stedenbouwkundige vergunning, ) alsmede overeenkomstig de bepalingen van onderhavige concessieleidraad en zijn bijlagen, zijnde: Bijlage 1: inschrijvingsformulier; Bijlage 2: model van concessieovereenkomst; Bijlage 3: visualisering mogelijk ontwerp laadinfrastructuur. Deze bijlagen maken deel uit van de concessieleidraad en zijn dan ook integraal van toepassing op de onderhavige opdracht. ARTIKEL 2. Identiteit van de concessiegever Concessiegever: Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen (GAPA) Grote markt Antwerpen Contactpersoon: Lise Belmans, lise.belmans@stad.antwerpen.be

4 4 / 23 ARTIKEL 3. Duur van de concessie De concessieovereenkomst zal worden gesloten met één dienstverlener en bestaat uit een plaatsingsonderdeel in de vorm van een raamovereenkomst, dit is de termijn voor de levering en plaatsing van de laadinfrastructuur (de plaatsingstermijn) en een exploitatieonderdeel waarin exploitatie en onderhoud ervan worden opgenomen (dienstverleningstermijn). De concessie (zowel plaatsings- als exploitatieonderdeel) vangt aan op het ogenblik van ondertekening van de concessieovereenkomst. De geleverde prestaties in het kader van de uitvoering van deze opdracht zullen na jaar één door de concessiegever geëvalueerd worden. Op basis van gunstige evaluatie wordt door het bestuur besloten om al dan niet te verlengen. Plaatsingsonderdeel: de duurtijd voor dit onderdeel bedraagt één jaar, met de mogelijkheid om maximaal twee maal met één jaar te verlengen. De verlenging wordt aan de concessiehouder genotificeerd tenminste 15 kalenderdagen voor het verstrijken van de lopende geldigheidstermijn. Exploitatieonderdeel: de duurtijd voor dit onderdeel bedraagt negen jaar, met mogelijkheid om maximaal twee maal met één jaar te verlengen. Deze verlenging is enkel mogelijk indien ook het plaatsingsonderdeel verlengd werd en enkel voor de duurtijd waarmee het plaatsingsonderdeel verlengd wordt. De verlenging wordt samen met de verlenging van het plaatsingsonderdeel aan de concessiehouder genotificeerd tenminste 15 kalenderdagen voor het verstrijken van de lopende geldigheidstermijn. Elke laadpaal / wallbox zal dus maximaal 9 jaar in exploitatie zijn. De infrastructuur die in jaar 1 besteld is, gaat uit exploitatie bij beëindiging van jaar 9 (in geval de opdracht verlengd werd), de infrastructuur die in jaar 2 besteld is, gaat uit exploitatie bij beëindiging van jaar 10 (in geval de opdracht verlengd werd). Hier kan in onderling overleg van worden afgeweken, echter behoudens mogelijke verlenging van de dienstverleningstermijn omwille van de gevallen voorzien in artikel 10 van de concessieovereenkomst,gaat alle infrastructuur uit exploitatie bij beëindiging van de opdracht (laatst mogelijke verlengbare dienstverlening). De exploitatie betreft de door de concessiehouder geplaatste laadinfrastructuur. ARTIKEL 4. Communicatie, vragen en opmerkingen concessieleidraad Alle correspondentie en vragen in verband met de concessieleidraad dienen aan de contactpersoon van de concessiegever te worden gericht. Teneinde de communicatie zo efficiënt mogelijk te laten verlopen, wenst de concessiegever de communicatie met de kandidaten via één contactpersoon te laten verlopen. De contactpersoon moet gemachtigd zijn om namens de kandidaat op te treden. De naam, het adres, het telefoonnummer en het adres van de contactpersoon moet in het inschrijvingsformulier (bijlage 1) worden vermeld. Kandidaten kunnen vragen stellen en/of opmerkingen over de concessieleidraad maken. Deze vragen en opmerkingen kunnen uitsluitend per , bij de contactpersoon van de concessiegever worden ingediend en dit ten laatste 10 kalenderdagen vóór het indienen van de kandidatuurstellingen. De concessiegever zal uitsluitend de vragen of opmerkingen die een algemene draagwijdte hebben en die tot verdere verduidelijking van de bepalingen van de concessieleidraad aanleiding kunnen geven, beantwoorden. Vragen en opmerkingen die verder gaan dan een loutere verduidelijking of het bekomen van bijkomende informatie en die een zeker overleg of onderhandeling veronderstellen, evenals vragen of opmerkingen die na de uiterste indieningstermijn worden ingediend, zullen in eerste

5 5 / 23 instantie niet door de concessiegever worden beantwoord. De vragen en/of opmerkingen dienen door de kandidaat gegroepeerd te worden ingediend. ARTIKEL 5. Algemeen 5.1 Algemeen Door het indienen van een voorstel stemt een inschrijver onvoorwaardelijk in met alle eisen en voorwaarden die in deze concessieleidraad, inclusief de bijlagen, zijn opgenomen. Onderhavige concessie van openbare dienst is niet onderworpen aan de Wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten (en latere wijzigingen) en de uitvoeringsbesluiten uitgevaardigd krachtens deze wet. Wel is de concessiegever bij de aanduiding van de concessiehouder gebonden door de algemene vereisten van transparantie, objectiviteit en non-discriminatie. Om deze reden werd ervoor geopteerd vrijwillig te publiceren op Europees niveau in het Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen en op nationaal niveau in het Bulletin der Aanbestedingen. 5.2 Taalgebruik De kandidaat gebruikt uitsluitend Nederlands in zijn mondelinge en schriftelijke communicatie met de concessiegever. 5.3 Wijzigingen aan eisen en voorwaarden concessieleidraad De concessiegever behoudt zich het recht voor de eisen en voorwaarden die zijn opgenomen in de concessieleidraad, alsmede de wijze waarop de concessie zal verlopen te wijzigen. Een dergelijke wijziging zal schriftelijk en uiterlijk 10 werkdagen vóór het indienen van de kandidaturen aan de kandidaten worden medegedeeld. 5.4 Vergoeding deelname aanbesteding De concessiegever verstrekt geen vergoeding aan de kandidaten ter vergoeding van de kosten die het gevolg zijn van deelname aan deze opdracht. 5.5 Combinaties Indien één van de partners van een combinatie na de toewijzing niet meer aan de door de concessiegever gestelde eisen blijkt te voldoen, behoudt de concessiegever zich het recht voor om, overeenkomstig de bepalingen daaromtrent in de concessieovereenkomst de contractuele relatie met de overgebleven partij(en) te beëindigen, dan wel voorwaarden te stellen aan de selectie van een nieuwe partij ten behoeve van de combinatie. Combinaties dienen in hun kandidatuurstelling de naam op te geven van een gemachtigde die onvoorwaardelijk en zonder enige beperking bevoegd is de combinatie gedurende de gehele looptijd van deze concessie te vertegenwoordigen. 5.6 Onderaanneming Voor zover kandidaten gebruik willen maken van derden bij de uitvoering van de concessie, dienen die derden als onderaannemer van de kandidaat te worden ingezet. Het gebruik van onderaannemers laat de aansprakelijkheid en verplichtingen van de (winnende) kandidaat geheel.

6 6 / 23 Indien de hoofdaannemer dan wel de onderaannemer voorafgaand aan de toewijzing, niet meer aan de door concessiegever gestelde eisen blijkt te voldoen, behoudt de concessiegever zich het recht voor om de overgebleven partij(en) uit te sluiten van verdere deelname aan de opdracht. Indien de hoofdaannemer dan wel de onderaannemer na de toewijzing niet meer aan de door concessiegever gestelde eisen blijkt te voldoen, behoudt de concessiegever zich het recht voor om, overeenkomstig te bepalingen daaromtrent in de concessieovereenkomst de contractuele relatie met de overgebleven partij(en) te beëindigen, dan wel voorwaarden te stellen aan de selectie van een nieuwe partij ten behoeve van hoofd- en onderaannemerschap. 5.7 Discretie en vertrouwelijkheid Kandidaten dienen alle informatie die in deze concessieleidraad is opgenomen vertrouwelijk te behandelen en alleen te verstrekken aan werknemers die direct zijn betrokken bij de voorbereiding van de kandidatuurstelling. De informatie kan in geen geval zonder schriftelijke toestemming van de concessiegever meegedeeld worden aan derden. 5.8 Exclusiviteit en non-exclusiviteit Tijdens de plaatsingstermijn van de opdracht heeft de concessiehouder het alleenrecht op het in de concessie gegunde exploitatierecht voor alle bij GAPA binnenkomende aanvragen. De exclusiviteit kan niet gegarandeerd worden op de terreinen waar GAPA geen eigenaar van is. De concessiegever behoudt zich het recht voor om na afloop van de plaatsingstermijn met derden overeenkomsten te sluiten voor gelijksoortige activiteiten zoals bedoeld in deze procedure. Tijdens de plaatsingstermijn plaatst de concessiehouder bestellingen al naargelang de behoeften. Het recht op uitvoering is pas verworven bij elke concrete bestelling. Het aantal bestellingen en de categorie waarin besteld zal worden (zie verder) kan op voorhand niet worden ingeschat. De mogelijks hierin opgenomen informatie is louter indicatief, hieruit kunnen geen rechten geput worden wat de bestellingen betreft. Er wordt evenwel een minimale afnamehoeveelheid vooropgesteld van 11 laadpunten binnen de voorziene plaatsingstermijn, meer bepaald 7 op openbaar domein en 4 op privaat domein. Het staat de concessiegever vrij om binnen de plaatsingstermijn van de opdracht van deze exclusiviteit af te wijken, om pilots waar laaddiensten een onlosmakelijk onderdeel van zijn op kleine schaal mogelijk te maken. ARTIKEL 6. Indienen van het voorstel Het voorstel moet uiterlijk op om 14u00 ingediend worden op het volgende adres: Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen (GAPA) Grote Markt Antwerpen Voorstellen die later worden ingeleverd, worden niet in aanmerking genomen. Het voorstel dient op een digitale drager afgeleverd te worden. De voorkeur gaat hierbij uit naar een pdf-bestand dat op een USB-stick wordt aangeleverd.

7 7 / 23 Het voorstel moet in een definitief gesloten omslag worden gestoken met de volgende vermelding: Kandidatuurstelling offerte Concessie van openbare dienst met als voorwerp het leveren, plaatsen en exploiteren van laadinfrastructuur in de stad Antwerpen Uiterste datum indiening van de offerte om 14u00 Gemeentelijk Autonoom Parkeer- en mobiliteitsbedrijf Antwerpen (GAPA) Grote Markt Antwerpen IN GEEN GEVAL OPENEN VOOR VOORMELDE DATUM Als een voorstel op een andere wijze wordt ingediend, dan valt dit onder de volledige verantwoordelijkheid van de kandidaat, zonder dat de concessiegever enige fout kan worden aangerekend zelfs indien op een andere wijze ingediend voorstel door aangestelden van de concessiegever, andere dan zij die voor ontvangst van de kandidatuurstellingen worden aangeduid, in ontvangst zijn genomen. De kandidaten blijven gebonden door de inhoud van hun voorstel gedurende een termijn van 120 kalenderdagen, ingaand op de dag volgend op voormelde uiterlijke datum voor indiening van het voorstel. ARTIKEL 7. Inhoud van het voorstel De kandidaat maakt zijn voorstel op in het Nederlands en middels het in bijlage toegevoegd inschrijvingsformulier (bijlage 1). De kandidaten dienen bij het voorstel de nodige stukken te voegen waaruit blijkt dat zij beschikken over de vereiste kwalificaties om de opdracht tot een goed einde te kunnen brengen. 7.1 De kandidatuur wordt niet aanvaard in volgende gevallen: De aanwezigheid van een rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan en waarvan de aanbestedende overheid kennis heeft, waarbij de kandidaat veroordeeld is voor : deelname aan een criminele organisatie als bedoeld in artikel 324bis van het Strafwetboek; omkoping als bedoeld in artikelen 246 en 250 van het Strafwetboek; fraude als bedoeld in artikel 1 van de overeenkomst aangaande de bescherming van de financiële belangen van de Gemeenschap, goedgekeurd door de wet van 17 februari 2002; witwassen van geld als bedoeld in artikel 5 van de wet van 11 januari 1993 tot voorkoming van het gebruik van het financieel stelsel voor het witwassen van geld en de financiering van terrorisme; in staat van faillissement of van vereffening verkeert, die zijn werkzaamheden heeft gestaakt, die een gerechtelijke reorganisatie ondergaat, of die in een vergelijkbare toestand verkeert als gevolg van een gelijkaardige procedure die bestaat in andere nationale reglementeringen; aangifte heeft gedaan van zijn faillissement, voor wie een procedure van vereffening of gerechtelijke reorganisatie aanhangig is, of die het voorwerp is van een gelijkaardige procedure bestaande in andere nationale reglementeringen;

8 8 / 23 bij rechterlijke beslissing die in kracht van gewijsde is gegaan, veroordeeld is geweest voor een misdrijf dat zijn professionele integriteit aantast; bij zijn beroepsuitoefening een ernstige fout heeft begaan; niet voldaan heeft aan zijn verplichtingen inzake betaling van zijn sociale zekerheidsbijdragen. niet in orde is met de betaling van zijn belastingen volgens de Belgische wetgeving of die van het land waar hij gevestigd is, overeenkomstig de bepalingen van artikel 63; zich in ernstige mate heeft schuldig gemaakt aan het afleggen van valse verklaringen bij het verstrekken van inlichtingen, opeisbaar bij toepassing van dit hoofdstuk, of die deze inlichtingen niet heeft verstrekt. In het kader van administratieve vereenvoudiging zal de concessiegever, voor de Belgische kandidaten, de volgende documenten zelf opvragen: 1. Attest inzake sociale zekerheid en het bijhorend attest inhoudingsplicht artikel 30bis ; 2. Attest niet-faillissement; 3. Fiscaal attest inzake directe belastingen en BTW. De kandidaat dient aanvullend zelf de volgende documenten voor te leggen: 1. Voor alle kandidaten: o een recent uittreksel van het strafregister of een evenwaardig document uitgereikt door een gerechtelijke instantie of overheidsinstantie van het land van oorsprong of herkomst en waaruit blijkt dat de betrokkene niet veroordeeld is geweest voor een misdrijf zoals hogervermeld; 2. Voor de Belgische kandidaat die personeel tewerkstelt dat onderworpen is aan de sociale zekerheidswetgeving van een andere lidstaat van de Europese Unie: o een attest dat uitgereikt werd door de bevoegde overheid en waarin bevestigd wordt dat hij, volgens de rekening die ten laatste de uiterste dag bepaald voor de ontvangst van de aanvragen tot kandidatuur, is opgemaakt, op die datum voldaan heeft aan de voorschriften inzake betaling van de bijdragen voor sociale zekerheid overeenkomstig de wettelijke bepalingen van het land waar hij gevestigd is; 3. Bovendien voor de niet-belgische kandidaten: o Een origineel attest uitgereikt door de bevoegde overheidsinstantie van het land waar hij gevestigd is en waaruit blijkt dat hij voldaan heeft aan de voorschriften inzake bijdrage voor sociale zekerheid; o Getuigschrift van niet-faillissement uitgereikt door de bevoegde overheidsinstantie van het betrokken land; o Een attest uitgereikt door de bevoegde overheidsinstantie waaruit blijkt dat de betrokkene in orde is met de betaling van zijn belastingen (directe belastingen en BTW). De attesten zijn niet ouder dan drie maanden te rekenen vanaf de datum van de opening van de kandidaturen. De concessiegever behoudt zich het recht voor om een geactualiseerde versie van de attesten die de niet-uitsluiting bewijzen op te vragen ongeacht het moment van de procedure vóór de toewijzing van de concessieovereenkomst. 7.2 De kandidaten dienen hun technische bekwaamheid ter zake aan te tonen door het verstrekken van de volgende bewijsstukken: Minstens 2 referenties van eerdere en gelijkaardige gerealiseerde projecten m.b.t. de levering, plaatsing en exploitatie van laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen. Deze

9 9 / 23 referenties dienen gepaard te gaan met attesten die het bewijs leveren dat deze naar behoren werden uitgevoerd. 7.3 De kandidaat geeft in zijn voorstel uitdrukkelijk aan op welke wijze en met welke partners het voorstel wordt ingediend. Dit betekent dat elke partner (ongeacht de vorm van het samenwerkingsverband) uitdrukkelijk geïdentificeerd wordt, de samenwerkingsvorm wordt aangegeven, alsmede wordt aangegeven welke partner(s) welk onderdeel van de opdracht voor zijn/haar rekening zal nemen. Indien de kandidaat een beroep gedaan had op de draagkracht van een andere entiteit of entiteiten, om te voldoen aan de vereisten in het kader van de criteria m.b.t. technische bekwaamheid, dient de kandidaat opnieuw de nodige documenten toe te voegen aan zijn voorstel ter bevestiging van de in het kader van de kandidatuurstelling ingediende verbintenis(sen) van deze onderaannemer(s) of van andere entiteit(en). Uit deze verbintenis(en) blijkt het engagement van deze entiteit(en) om de voor de opdracht noodzakelijke middelen ter beschikking te stellen van de kandidaat. Zoals in de vorige paragraaf vermeld, duidt de kandidaat tevens in zijn offerte het volgende aan: Identificatie van de andere entiteit(en) waarop hij beroep doet; Voor welk gedeelte van de opdracht bij beroep doet op de draagkracht van de andere entiteit(en). 7.4 De kandidatuurstelling dient ondertekend te worden door een persoon bevoegd om de kandidaat te verbinden voor de opdracht. Indien de kandidatuur door gemachtigden wordt ingediend, vermeldt deze duidelijk de volmachtgever(s) voor wie wordt gehandeld. 7.5 Naast de bovenstaande documenten dient de kandidaat de volgende documenten bij zijn voorstel te voegen: De documenten vereist voor de beoordeling van de vereiste kwalificaties (cfr. 7.1, 7.2, 7.3); De documenten vereist voor de beoordeling van de toewijzingscriteria (cfr. toewijzingscriterium artikel 10) waaronder o.m. het plan van aanpak; Documenten die het mandaat van de ondertekenaar van de kandidatuurstelling bevestigen (cfr. 7.4); Vereiste technische documentatie in het kader van artikel 15; Het inschrijvingsformulier. Deze oplijsting is niet limitatief. ARTIKEL 8. Verloop van de procedure en mogelijkheid tot onderhandeling Belangrijk bericht voor de kandidaten: Na het indiending van de kandidatuur wordt er een demosessie gepland. Tijdens deze sessie krijgt de kandidaat de mogelijkheid om zijn aangeboden laadinfrastructuur in testconfiguratie te demonsteren en toe te lichten. Het bestuur heeft hierbij de mogelijkheid om vragen te stellen. Deze testconfiguratie wordt ingericht om het bestuur de mogelijkheid te geven om, naast de ingediende documenten bij de kandidatuurstelling, een oordeel te kunnen vellen of de aanbieding voldoet aan de technische eisen en voorwaarden gesteld in artikel 15 (uitgezonderd kleur en vorm), en ter beoordeling van gunningscriterium 2.

10 10 / 23 De potentiële kandidaat dient hiermee rekening te houden in zijn agenda. Na opening offertes zal de kandidaat door het bestuur worden uitgenodigd voor deze demosessie, die zal doorgaan op onderstaand adres: Den Bell Francis Wellesplein Antwerpen Deze demosessie zal maximaal 1 uur in beslag nemen. Met de kandidaten die voldoen aan de vereiste kwalificaties in artikel 7 en die tijdig een geldig voorstel hebben ingediend, kunnen door de concessiegever onderhandelingen worden gevoerd. De concessiegever behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor om, indien hij dit wenselijk acht, slechts onderhandelingen te voeren met de drie kandidaten die op basis van de toewijzingscriteria genoemd in deze concessieleidraad het best geklasseerd zijn op grond van een eerste voorlopige rangschikking. De concessiegever zal de voor onderhandelingen geselecteerde kandidaten informeren over de sterke en de zwakke punten van hun respectievelijke kandidatuurstellingen. Desgevallend verzoekt de concessiegever de concessiehouder om bijkomende voorstellen te doen, die het voorwerp kunnen uitmaken van verdere besprekingen. Nadat de concessiehouder, waarmee aldus door de concessiegever werd onderhandeld, in de gelegenheid werden gesteld een laatste voorstel (Best And Final Offer, BAFO) in te dienen, beoordeelt de concessiegever deze kandidatuur en maakt een finale rangschikking op. Met de uiteindelijk aangehouden kandidaat zal tenslotte door de concessiegever verder worden onderhandeld teneinde alle nodige overeenkomsten en afspraken te finaliseren. Indien deze laatste onderhandelingen niet tot een goed einde zouden kunnen worden gebracht, zal de concessiegever onderhandelingen kunnen heropenen met de volgende best geklasseerde kandidaat of kandidaten, zo nodig telkens opnieuw tot de onderhandelingen zijn afgerond. De onderhandelingen zullen onder meer betrekking hebben op de financiële voorwaarden, de technische voorwaarden (uitvoeringswijze, aangeboden materiaal, ) en over het model voor de concessieovereenkomst die als bijlage 2 wordt toegevoegd. Deze concessieovereenkomst is indicatief. De onderhandelingen worden uitsluitend in het Nederlands gevoerd. ARTIKEL 9. Afbreken van de procedure De concessiegever behoudt zich uitdrukkelijk het recht voor de procedure te allen tijde te beëindigen. Het afbreken van de procedure geeft de kandidaten geen enkel recht op enige vergoeding of andere aanspraak. De concessiegever behoudt zich het recht voor om een nieuwe concessieopdracht uit te schrijven, onder meer in geval van onregelmatigheden of betwistingen van onderhavige concessieleidraad inclusief bijlagen. ARTIKEL 10. Toewijzingscriteria GAPA zal de concessiehouder toewijzen op basis van de volgende toewijzingscriteria: 1. De prijszetting ten aanzien van de (potentiële) e-rijders (40 punten) GAPA gaat uit van een exploitatiemodel, waarbij de concessiehouder het geheel van de diensten kan leveren zonder bijdrage van GAPA of andere overheden. In het kader hiervan

11 11 / 23 dient de kandidaat in zijn voorstel een prijszetting op te geven die de (potentiële) e-rijder maximaal zal betalen aan de laadpunten. De kandidaat dient zijn prijs (per kwh) op te delen volgens twee betaalmethoden: De maximale prijs per kwh (bijvoorbeeld via een laadpas, app, ) (15 punten); De maximale prijs per kwh via SMS-betaling (prijs inclusief SMS-betaling) (cfr. ad hoc betaalwijze) (15 punten); Rotatietarief per 15 minuten (overdag) (10 punten). De concessiegever staat niet toe dat er een boetetarief / rotatietarief wordt aangerekend in de nachtelijke uren (van 20u00 s avonds tot en met 7u59 s morgens) aan de e-rijder van zodra de batterij van het voertuig volledig is volgeladen. Voor het laden overdag en het rotatietarief mag de kandidaat bij de kwaliteit van de dienstverlening (toewijzingscriterium 2) toelichten hoe hij tot dit tarief gekomen is en hoe hij zal omgaan met bewonersladen versus bezoekersladen. Het rotatietarief moet telkens ter goedkeuring voorgelegd worden aan de concessiegever. Dit rotatietarief kan tevens op vraag van de concessiegever op elk moment gewijzigd worden. De offerte met de laagste prijs krijgt een maximale score van 40. De minimale score mag niet lager zijn dan 10. De andere scores worden berekend volgens deze formule: score van de offerte = (laagste prijs/prijs van de onderzochte offerte)x De kwaliteit van de dienstverlening ten aanzien van de (potentiële) e-rijders en ten aanzien van GAPA (40 punten) GAPA draagt de kwaliteit van de dienstverlening ten aanzien van de (potentiële) e-rijders en ten aanzien van GAPA zelf hoog in het vaandel. De kandidaat dient bijgevolg aan te tonen hoe hij kwalitatieve dienstverlening kan garanderen doorheen de concessietermijn rekening houdende met de gestelde minimale eisen en voorwaarden (zie artikel 15). Concreet dient dit aangetoond te worden door in het voorstel minstens gedetailleerd in te gaan op de volgende onderdelen: Toekomst bestendigheid van de laadinfrastructuur: hoe zal de kandidaat omgaan met nieuwe technologieën en standaarden? Op welke manier kan de kandidaat garanderen dat zijn laadinfrastructuur meegaat met de technologische vooruitgang (vb. smart grid, load balancing, slim / gestuurd laden)? Onderhoudsaanpak: het uitgangspunt van het bestuur is dat de laadinfrastructuur minimaal 9 jaar onderhoudsarm moet kunnen functioneren in de buitenruimte. Op welke wijze kan de aangeboden laadinfrastructuur hieraan voldoen? Vereiste minimale beschikbaarheidsgraad: welke berekeningswijze wordt gehanteerd om hieraan te voldoen? Welke paramaters worden opgenomen (bijv. in het kader onderhoud)? Service Level Agreement (SLA): overzicht van de SLA van de kandidaat en hoe hij omgaat met storingen (meer bepaald hoe snel kan een storing verholpen worden, hoe snel is de laadinfrastructuur terug beschikbaar, ). Dit gaat zowel over de back-office, dienstverlening en interventietijden bij vragen, reparaties en onderhoud van hardware of software; Interoperabiliteit: een overzicht van de exploitanten / hubs / service providers waarmee de inschrijver interoperabel is, of kan zijn in de toekomst; Gebruiksvriendelijkheid en aanpak communicatie naar de gebruiker toe wat de aangeboden dienstverlening betreft (zowel via website, app, telefonisch als aan het laadpunt zelf, ); Aanpak communicatie naar GAPA toe, alsook de contactmomenten;

12 12 / 23 Hoe zal de kandidaat omgaan met bewoners- versus bezoekersladen? (zie toewijzingscriterium 1); Communicatiemogelijkheden met andere protocollen dan deze opgelegd in artikel 15. Naast de ingediende kandidatuur, zal tevens de verplichte demosessie in acht worden genomen voor de beoordeling van dit criterium. Enkel de kandidaten die voor toewijzingscriterium 2 minstens 25 op 40 punten behalen komen in aanmerking voor toewijzing. 3. Het plan van aanpak van de concessiehouder (20 punten) De kandidaat zal een gedetailleerd plan van aanpak opstellen met betrekking tot het proces dat uiteindelijk resulteert in het leveren, plaatsen en exploiteren van de laadinfrastructuur. De concessiegever wil op deze manier inzicht bekomen in de verschillende stappen die de kandidaat zal doorlopen nadat GAPA een locatie voor een laadpunt heeft doorgegeven. Bij het overzicht van deze stappen dienen ook richttermijnen opgegeven worden, op deze manier kan er een inschatting gemaakt worden van de totale doorlooptijd tot levering, plaatsing en effectieve exploitatie van laadinfrastructuur. Naast de richttermijnen dient er in het processchema opgenomen te worden welke stappen de concessiehouder zal nemen vóór de netaansluiting en na de netaansluiting. In artikel 11 van deze concessieleidraad is een schema opgenomen inzake het aanvraagproces en de locatiebepaling van de laadinfrastructuur. In het plan van aanpak moet de kandidaat dit proces verder vervolledigen door het toevoegen van deelstappen, inclusief richttermijnen. De kandidaat dient in zijn plan van aanpak tevens een SWOT-analyse (cfr. sterktes, zwaktes, opportuniteiten en bedreigingen) toe te voegen van het dienstverleningsproces. Specifiek voor de zwaktes en de bedreigingen dient de kandidaat aan te geven hoe er zal worden omgegaan met deze uitdagingen. Het plan van aanpak moet opgemaakt worden op een concrete, duidelijke, logische,overzichtelijke en volledige (wordt ingegaan op alle genoemde onderdelen) wijze, Het plan van aanpak wordt eerst beoordeeld op volledigheid, met name er zal worden beoordeeld of het plan ingaat op alle in het bestek genoemde onderdelen. Naast de inhoud zal er als dusdanig bij de beoordeling rekening gehouden worden met de vorm van het plan van aanpak. Het plan van aanpak maakt integraal deel uit van de goedgekeurde kandidatuur, en dient bij de uitvoering steeds gevolgd te worden. De concessiegever behoudt zich evenwel ten allen tijde het recht voor om tussen te komen in de voorgestelde werkwijze uit het plan van aanpak en eventueel wijzigingen aan te brengen tijdens de uitvoering van de opdracht Enkel de kandidaten die voor toewijzingscriterium 3 minstens 12 op 20 punten behalen komen in aanmerking voor toewijzing. B. Technische voorschriften ARTIKEL 11. Beschrijving van de concessie Beleidsvisie laadinfrastructuur stad Antwerpen GAPA heeft een beleidsvisie opgemaakt m.b.t. het elektrisch laden voor bewoners en werknemers in de stad Antwerpen. Er wordt hierbij een antwoord gegeven op de steeds toenemende vraag naar elektrische mobiliteit en bijhorende laadinfrastructuur binnen de stad Antwerpen. Het beleid heeft

13 13 / 23 concreet betrekking op elektrische wagens en lichte vrachten 1, overige elektrische voertuigen zijn buiten beschouwing gelaten. De beleidsvisie van GAPA baseert zich op 2 principes: de ladder van laden en paal volgt wagen. Ladder van laden De visie van GAPA stelt dat bewoners en werknemers maximaal laden op privaat domein, en volgt hiermee de ladder van laden. De ladder van laden bestaat uit drie treden voor laadoplossingen vanuit het perspectief van de e-rijder. Deze zijn: (1) parkeren en laden op eigen terrein, (2) een private laadvoorziening en publiek toegankelijke laadpunten op semipubliek 2 domein en (3) publieke laadvoorzieningen. Het parkeerbeleid van de stad hanteert het POET-principe, wat staat voor Parkeren Op Eigen Terrein. We volgen dit principe ook wat het laadpuntenbeleid betreft. Dit impliceert dat e-rijders in eerste instantie op zoek gaan naar de private laadmogelijkheden in hun buurt. Indien de private markt geen oplossing biedt, wordt er gekeken naar semipublieke laadpunten of offstreet parkings. Semipubliek domein kan omschreven worden als (deels) publiek toegankelijke parkeerplaatsen in private handen (vb. private parkings, buurtparkings, offstreet parkings, retail, parkeergarages, publieke / private kantoorlocaties, hotels / toerisme, autogarages, tankstations, immomarkt (voor het huren van een parkeerplaats, ). Daar waar het niet mogelijk is om te laden op privaat terrein of semipubliek domein bekijkt de stad of er op één of andere manier een oplossing kan geboden worden op of privaat of semipubliek domein. In de allerlaatste instantie worden de mogelijkheden bekeken voor laadinfrastructuur op openbaar domein. Hier geven we de voorkeur aan pleinen, parkeerpockets, waar meerdere wagens aan één laadpaal kunnen laden. Paal volgt wagen Paal volgt wagen is een reactieve strategie waarbij er een laadpunt voorzien wordt in de buurt van een e-rijder van zodra er een bepaalde garantie is dat een inwoner (of onderneming) een elektrisch voertuig zal kopen/leasen. De stad wil dus pas een paal plaatsen als hij effectief gebruikt zal worden. Zo zijn er geen parkeerplaatsen voorbehouden voor elektrische wagens, die uiteindelijk leeg blijven. Door het paal volgt wagen - principe toe te passen is er een optimale benutting van de parkeerplaatsen. Bezoekers worden om te laden doorverwezen naar private - en offstreet parkings. Hierbij helpt het parkeergeleidingssysteem om bezoekers naar de parkings te leiden waar er geladen kan worden. Ook strategische locaties, zoals bvb. park en rides, worden uitgerust met laadpunten voor bezoekers. 1 Het gaat hierbij concreet om 3 typen voertuigen: Volledig elektrische voertuigen. Voorbeelden: BMW i3, Nissan Leaf, Renault ZOE, Tesla Model S en Volkswagen e- Golf, ; Voertuigen met een elektrische aandrijving en een (kleine) verbrandingsmotor (cfr. range extender) die de batterij oplaadt. Voorbeelden: BMW i3 (dit model heeft 2 versies, volledig elektrisch en met range extender), Chevrolet Volt en Opel Ampera, ; Plug-in hybrides met zowel een elektro- als verbrandingsmotor. Voorbeelden: Audi A3 e-tron, Mitsubishi Outlander PHEV, Toyota Prius Plug-in, Volkswagen Golf GTE, Volvo V60 PHEV,. 2 Een semipubliek laadpunt is een laadpunt dat beperkt toegankelijk is (definitie volgens Code Publiek Toegankelijk laden EVORA). De term semipubliek wordt voornamelijk in Nederland gebruikt, in Vlaanderen komt dit overeen met privaat domein. De Vlaamse overheid is momenteel bezig met de opmaak van een uniforme definitie over de toegankelijkheid van publieke laadpalen in Vlaanderen. De betreffende definitie zal later worden toegevoegd aan de definities in deze concessieleidraad.

14 14 / 23 Uitwerking van het beleid: concessiemodel Voor de uitwerking van het beleid kiest GAPA voor het concessiemodel, volgens voorliggende concessieleidraad. De concessie heeft betrekking op het leveren, plaatsen en exploiteren van laadinfrastructuur zowel op de eigen parkings in het beheer van GAPA, als op het openbaar domein, als op het domein van andere agentschappen en instellingen van de groep stad Antwerpen. GAPA wil de elektrische rijder faciliteren door vraaggestuurd (paal volgt wagen) laadpunten te voorzien. Vanuit de gedachte dat het succes van elektrisch vervoer direct afhangt van de mogelijkheid om te kunnen laden, maar niet alle bewoners en werknemers in Antwerpen over eigen terrein beschikken om te kunnen opladen. Omdat GAPA instaat voor het ontwikkelen, beheren en exploiteren van de parkeeren stallingsinfrastructuur van de stad op de openbare weg, en dus ook voor het aanbieden van laaddiensten in de openbare ruimte wil GAPA publiek toegankelijk laden mogelijk maken. De concessiehouder verkrijgt het exploitatierecht voor laaddiensten in de eigen parkings in het beheer van GAPA, in de openbare ruimte en op het domein van andere instellingen en agentschappen van de stad Antwerpen. Aanvraagproces en locatiebepaling Bij de stad Antwerpen kunnen via een elektronisch formulier op de website van de stad Antwerpen laadpunten worden aangevraagd. De specifieke doelgroep hierbij zijn de (potentiële) e-rijders die niet beschikken over een eigen terrein om op te laden. Verdere voorwaarden voor de aanvrager zijn: (toekomstig) bezit of lease van een elektrisch voertuig met een volledig elektrisch bereik van minimaal 50 kilometer bij fabrieksopgave (toekomstige e-rijders moeten kunnen aantonen dat ze een voertuig hebben aangekocht / geleased via een aankoopfactuur, ); Woonachtig zijn in de stad Antwerpen of minimaal 18 uur per week werkzaam zijn op grondgebied Antwerpen. GAPA zal voor elke aanvraag de ladder van laden doorlopen waarbij onder andere de bovenstaande voorwaarden afgetoetst worden. Indien, na het doorlopen van de ladder van laden, blijkt dat er een laadpunt moet komen vraagt GAPA per laadlocatie een proefopstelling aan bij het districtscollege voor twee parkeerplaatsen voor het opladen van elektrische voertuigen, waarvan één in eerste instantie wordt ingericht en een tweede plek op een later moment kan worden ingericht bij een hoog gebruik van de openbare laaddienst. De doorlooptijd voorzien voor de goedkeuring van het aanvullend verkeersreglement is een maximale duurtijd op grond van de huidige processen. Mogelijkheden tot inkorten van deze termijn worden actueel onderzocht. Het bestuur wenst de kandidaten er nogmaals op attent te maken dat de concessiegever niet over technische informatie van de netaansluiting beschikt. De kandidaat dient hiervoor zelf het nodige te doen, in samenspraak met de netbeheerder. De concessiehouder is aldus verantwoordelijk voor de samenwerking met en goedkeuring van onderdelen van de netbeheerder. Hieronder volgt ter verduidelijking een schematische weergave van het aanvraag- en realisatieproces.

15 15 / 23

16 16 / 23 ARTIKEL 12. Verantwoordelijkheden concessiegever GAPA is verantwoordelijk voor het ontwikkelen, beheren en exploiteren van de parkeer- en stallingsinfrastructuur van de stad op de openbare weg. Bij de uitvoering van de concessie heeft GAPA de volgende taken: 1. Aanvraagproces, inclusief uiteindelijke zeggenschap over de locatiekeuze (de concessiehouder kan op het microniveau nog een bepaalde aanbeveling doen aan de concessiegever om de locatie te optimaliseren, de eindbeslissing over de locatiekeuze ligt bij de concessiegever); 2. Wijziging aanvullend verkeersreglement of proefopstelling aanvragen; 3. Inrichting parkeervak en signalisatie (met uitzondering van het laadpunt zelf en eventuele aanrijbeveiliging); 4. Controle op de uitgevoerde werken op het openbaar domein; 5. Handhaving binnen de bestaande processen van het parkeer- en mobiliteitsbedrijf; 6. Financiën: GAPA levert geen vergoeding. ARTIKEL 13. Verantwoordelijkheden van de concessiehouder De concessiehouder verkrijgt het exploitatierecht over specifieke laadlocaties in de eigen parkings in het beheer van GAPA, in de openbare ruimte en op het domein van andere instellingen en agentschappen van de stad Antwerpen gedurende een termijn van 9 jaar (zie artikel 3 duur van de concessie). De concessiehouder is ten aanzien van de laadpunten verantwoordelijk voor: 1. Levering en plaatsing (inclusief de netaansluiting) 2. Exploitatie, inclusief beheer en onderhoud; 3. Informatievoorziening aan GAPA en gebruiker; 4. Risico s, proces- en projectmanagement; 5. Laaddienstverlening (facturatie, verrekening, communicatie); 6. Voorzien van een aanrijbeveiliging zodat de veiligheid te allen tijde gewaarborgd kan worden. Deze aanrijbeveiliging is conform de regels van de stad zoals vermeld in artikel 15. Wat betreft de facturatie dient de concessiehouder alle kosten enkel door te rekenen aan de gebruiker(s) in de vorm van tarieven aan de laadinfrastructuur voor de gebruikte stroom. Het is in geen geval mogelijk om op een andere manier kosten te factureren. ARTIKEL 14. Grootte van de concessie (cfr. indicatieve hoeveelheid) GAPA wil een concessie verlenen met betrekking tot het leveren, plaatsen en exploiteren van laadinfrastructuur in de stad Antwerpen. Ook stroomlevering, dienstverlening aan gebruikers en aan GAPA en het verplaatsen van de laadinfrastructuur in het openbare domein behoren tot de concessie. Optioneel behoort tevens het verwijderen van de geplaatste laadinfrastructuur na afloop van de contracttermijn tot de concessie. Onder de dienstverlening verstaat GAPA tevens dat de concessiegever de keuze heeft, indien het aanwezige vermogen dit toelaat, een snellader of een normaal lader te plaatsen. Indien er namelijk een grote laadbehoefte is op één locatie kan het interessanter zijn om een snellader te voorzien om op deze manier een grotere groep e-rijders te bedienen. Er wordt een indeling gemaakt volgens drie categorieën, namelijk de laadinfrastructuur op de eigen parkings en parkings in het beheer van GAPA, laadinfrastructuur op het openbaar domein en ten slotte laadinfrastructuur op het domein van andere instellingen en agentschappen van de stad Antwerpen.

17 17 / Categorie 1: laadinfrastructuur op de eigen parkings en parkings in het beheer van GAPA De hoeveelheid te plaatsen laadinfrastructuur op de eigen parkings in het beheer van GAPA is afhankelijk van het aantal vragen van bewoners en werknemers. Het is echter zo dat, door het doorlopen van de ladder van laden in eerste instantie gekeken zal worden naar buurtparkings, Park & Rides en offstreetparkings in eigen beheer van GAPA. Ter wijze van informatie volgt hieronder een overzicht van de parkings in het beheer van GAPA, inclusief de aanwezigheid van laadinfrastructuur. Dit is een niet-limitatieve lijst, en zal nog groeien in de toekomst. Nr. Postcode Naam buurtparking Adres Toegankelijkheid Aanwezigheid laadinfrastructuur Hangar 18 Plantinkaai 24/7 Nee Rijnkaai Rijnkaai 28 24/7 Nee* SD Worx Rouaansekaai 4 Deeltijds Nee AVA Brederode Brederodestraat 9 Deeltijds Nee Delhaize Plantin Moretus Plantin en Moretuslei 106 Deeltijds Nee Plantin Moretus Plantis en Moretuslei /7 Nee Den Bell Francis Wellisplein 1 Deeltijds en 24/7 Nee Durletstraat Durletstraat 10 Deeltijds Nee Eandis Boomgaardstraat 29 Deeltijds Nee Lamorinierestraat Lamorinierestraat 227 Deeltijds Nee Albert Heijn Karel Oomsstraat 47 Deeltijds en 24/7 Nee Markgravelei Markgravelei 97 24/7 Nee Sanderusstraat Sanderusstraat 70 24/7 Nee Europark Carel Van Manderstraat 1 24/7 Nee Gasstraat Gasstraat 56 24/7 Nee Districtshuis Berchem Grote steenweg 150 Deeltijds Nee Huis van de Sport Boomgaardstraat 22 Deeltijds Nee Vijfhoek Frans van Hombeeckplein Deeltijds en 24/7 Nee Nr. Postcode Naam Park & Ride Adres Toegankelijkheid Aanwezigheid laadinfrastructuur P + R Olympiade Kruishofstraat 24/7 Ja** P + R Keizershoek Bredabaan 24/7 Nee P + R Luchtbal Groenendaallaan /7 Nee P + R Linkeroever Blancefloerlaan 24/7 Nee P + R Schoonselhof Krijgsbaan 24/7 Nee Nr. Postcode Andere strategische Aanwezigheid Adres Toegankelijkheid locaties laadinfrastructuur MAS / 24 / Godefriduskaat (exacte locatie te / / Nee bepalen) Steenplein*** / / Ja Turnhoutsebaan Borgerhout*** / / Ja

18 18 / Uitbreidingsstraat Berchem*** / / Ja Victor Roossensplein / / Ja Merksem*** Centraal station / / Nee * Op deze locatie zullen er, naar verwachting, op korte termijn 10 laadpunten voorzien worden (wallboxen te voorzien op palen wegens gevaar m.b.t. springtij). GAPA heeft dit terrein in concessie voor een looptijd van 5 jaar (verlengbaar) ** In zijn totaliteit zijn er op deze parking 3 laadpunten, waarvan 2 normale laadpunten en 1 snellaadpunt *** Op deze locaties is er vandaag reeds een hoog verbruik aan de laadpalen, er is hier naar verwachting vervanging wenselijk Er dient te worden opgemerkt dat de techniciteit en de nood ten behoeve van laadinfrastructuur (cfr. bij de concessiehouders van deze parkings) thans nog niet onderzocht werd. Er is dan ook geen garantie dat er laadinfrastructuur voorzien dient te worden op al de bovenstaande parkings. Verder merken we ook op dat GAPA geen eigenaar is van de buurtparkings. De toestemming voor het plaatsen van laadinfrastructuur zal steeds in overeenstemming met de eigenaar gebeuren. De eigenaar van de parking moet de mogelijkheid hebben om, na afloop van het contract van de buurtparking met GAPA, het contract van de laadinfrastructuur voor de resterende duurtijd over te nemen aan dezelfde voorwaarden. Indien de eigenaar dit niet wil, moet de concessiehouder de laadinfrastructuur verwijderen (cfr. Artikel 10 in de concessieovereenkomst). Voor de aansluiting van laadinfrastructuur op de parkings in het eigen beheer van GAPA kan er mogelijkerwijs gebruik gemaakt worden van een bestaande netaansluiting Categorie 2: laadinfrastructuur op het openbaar domein De hoeveelheid te plaatsen laadpalen op het openbaar domein in de stad Antwerpen is afhankelijk van het aantal vragen van bewoners en werknemers. Momenteel liggen er bij GAPA reeds een 115-tal aanvragen tot plaatsing van een laadpunt op het openbaar domein. Dit aantal is erg onzeker. De aanvraagvoorwaarden en de ladder van laden werden hier echter nog niet op toegepast. Voor de aansluiting van laadinfrastructuur op openbaar domein wordt steeds uitgegaan van een nieuw te voorziene netaansluiting Categorie 3: laadinfrastructuur op het domein van instellingen en agentschappen die nauw verbonden zijn met de stad Antwerpen De concessiegever zal in het kader van deze opdracht kunnen optreden als aankoopcentrale voor: de stad Antwerpen; instellingen die vallen onder de rechtspersoonlijkheid van de stad (bv. districten, gewone gemeentebedrijven, intern verzelfstandigde agentschappen, ); instellingen met een aparte rechtspersoonlijkheid die: o door de stad belast zijn met een bepaalde taak van gemeentelijk belang (stedelijke vzw s, autonome gemeentebedrijven, andere extern verzelfstandigde agentschappen in privaatrechtelijke vorm, enz.); andere instellingen die zeer nauw verbonden zijn met de stad.

19 19 / 23 De bovenstaande instellingen en agentschappen kunnen bij de concessiegever een aanvraag indienen voor de plaatsing van laadinfrastructuur. Deze instellingen en agentschappen hebben de mogelijkheid, doch niet de verplichting om beroep te doen op deze concessieovereenkomst. Voor de netaansluiting van laadinfrastructuur op het domein van de agentschappen en instellingen van de stad Antwerpen kan er mogelijkerwijs gebruik gemaakt worden van een bestaande netaansluiting Concessionarissen van de stad Antwerpen Deze categorie heeft betrekking op alle partijen die een concessie hebben of zullen afsluiten bij de stad Antwerpen. Voor de netaansluiting van laadinfrastructuur bij de concessionarissen van de stad Antwerpen kan er mogelijkerwijs gebruik gemaakt worden van een bestaande netaansluiting. ARTIKEL 15. Overige technische bepalingen Hier volgt een overzicht van de minimale eisen waaraan de laadinfrastructuur van de kandidaat moet voldoen. De kandidaten dienen bij hun kandidatuur voldoende technische documenten toe te voegen zodat GAPA in staat is om de infrastructuur te kunnen beoordelen. Specifiek voor de beoordeling van het ontwerp van de aangeboden laadinfrastructuur wordt een visualisatie (tekening, ontwerp, 3D, ) bijgevoegd bij de kandidatuur Minimale eisen aan het ontwerp van de laadpalen op openbaar domein a. Het straatmeubilair van de stad Antwerpen heeft tot doel de efficiëntie in overheidshandelen te verhogen en een opwaardering van de publieke ruimte. Vanuit deze doelstelling worden een aantal algemene eisen geformuleerd aan de vormgeving van het straatmeubilair. Het moet functioneel, rationeel, creatief en esthetisch, ergonomisch, harmonieus, duurzaam, conform de norm, toegankelijk, onderhoudsvriendelijk en betaalbaar zijn. Deze eisen vormen het algemeen kader bij de beoordeling van de offertes. De straatmeubilaris is te vinden op: Het ontwerp van de laadpaal moet in afstemming zijn met deze bestaande straatmeubilaris (ronde paal of kokerprofiel), cfr. zie bijlage 3: visualisering mogelijk ontwerp laadinfrastructuur Er moet gestreefd worden naar een eenvoudig ontwerp zonder toevoeging van allerlei extra s zoals led s, kleuren, speciale vormen, In het bijzonder zal aandacht worden besteed aan het wegwerken van alle oneffenheden en scherpe randen van de laadinfrastructuur. b. De kleur van het straatmeubilair is de warme geel-grijze standaardkleur van de stad Antwerpen, stadsgrijs genoemd. Technische standaard: TSOU-001. Een staal kan opgevraagd worden bij het bedrijf Stadsontwikkeling, Francis Wellesplein 1, 2018 Antwerpen. c. Duurzaamheid: de stad Antwerpen kiest, net zoals de Vlaamse en de federale overheid, voor duurzame overheidsopdrachten waarbij ecologische, sociale en economische criteria opgenomen worden in leveringen, diensten en werken. Duurzaamheid steunt immers op het evenwicht tussen ecologische (Planet), sociale (People) en economische (Profit) principes. Met duurzame overheidsopdrachten wil de stad haar impact op het milieu zoveel mogelijk beperken, rekening houdend met de omstandigheden waarin producten gemaakt