Bestuursformatieplan Stichting OOP

Transcriptie

1 Bestuursformatieplan Stichting OOP Bfp OOP v Pagina 1

2 Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 Doel 3 2. Arbeidsvoorwaarden 3 CAO 3 Voorstellen voor de nieuwe CAO 3 3. Lumpsum 4 4. Kaders formatie en allocatiemodel 4 5. Schooljaar Toelichting op de cijfers 5 Basisformatie 5 Rugzakjes en zorgbudget 5 Lokale overheid 5 PAMB 5 BAPO 5 Impulsregeling 6 Functiemix Gevolgen per school 6 De Octopus 6 De Kersenboom 6 De Grote Beer 7 t Palet 7 De Venser 8 6. Schooljaar e.v. 8 Ontwikkeling leerlingenaantallen 8 Ontwikkeling personeelsbestand 8 Ontwikkeling formatiebudget 9 Bijlagen (Excel): Personeelsinzet bovenschools, bestuursbureau Formatiebudget Specificatie uitgaven tbv bovenschoolse inzet Bfp OOP v Pagina 2

3 1. Inleiding Voor u ligt het Bestuursformatieplan voor het schooljaar Het bestuursformatieplan is de personeelsbegroting voor alle scholen van de stichting. De basis voor het bestuursformatieplan zijn de afzonderlijke schoolformaties. Deze laten zien hoe de scholen georganiseerd zijn, hoeveel groepen er gevormd zijn, de organisatie van de zorg en de inzet van onderwijsondersteunend personeel. Doel Het bestuursformatieplan is een belangrijke bron voor het opstellen van de begroting. Het geeft een opsomming van de budgetten en personele verplichtingen op bestuursniveau, de consequenties hiervan op schoolniveau en de keuzes die hierover op bestuursniveau worden gemaakt. Het bestuursformatieplan heeft tot doel om te bepalen of er sprake is van vacatures bij de start van het volgend schooljaar, of van boventalligheid op scholen waar sprake is van een teruglopend leerlingenaantal. In dat geval zal boventalligheid moeten worden bestreden door middel van (verplichte) mobiliteit binnen het bestuur. CAO 2. Arbeidsvoorwaarden In november 2010 zijn onderhandelingen gestart over een nieuwe CAO voor het primair onderwijs. In maart van 2011 hebben de PO-raad en de vakbonden de onderhandelingen -zonder resultaat- afgerond. Totdat alle partijen overeenstemming hebben bereikt over een nieuwe CAO, blijft de huidige CAO (CAO PO 2009) van kracht. Doordat er nog geen duidelijkheid bestaat over een eventuele nieuwe CAO, zal er vooralsnog geen wijziging in het bestaande arbeidsvoorwaardenbeleid komen. Decentralisatie CAO Op 4 oktober 2011 heeft de Tweede Kamer ingestemd met het wetsvoorstel volledige decentralisatie arbeidsvoorwaarden in het primair onderwijs. Hierdoor kan de PO-Raad met de vakbonden onderhandelen over het hele pakket van arbeidsvoorwaarden. Voorheen spraken de minister en de vakbonden over de primaire arbeidsvoorwaarden en onderhandelde de PO-raad met betrekking tot de secundaire arbeidsvoorwaarden. De PO-raad verwacht door deze ontwikkeling meer onderhandelingsruimte te hebben bij komende CAO onderhandelingen. 3. Lumpsum De lumpsumbekostiging voor personeel bestaat, net als in voorgaande jaren, uit de volgende vaste componenten: - Een vast bedrag per leerling t/m 7 jaar, - Een vast bedrag per leerling vanaf 8 jaar, - Een vast bedrag per eenheid schoolgewicht. Bfp OOP v Pagina 3

4 Het te ontvangen budget wordt gecorrigeerd aan de hand van de gewogen gemiddelde leeftijd (GGL) van de medewerkers. De landelijke GGL geldt daarbij als spilpunt. Deze is thans 40,42 jaar. Het over- cq onderschrijden van deze GGL op schoolniveau leidt dus tot een positieve (bij overschrijding) cq. negatieve (bij onderschrijding) correctie van de lumpsumbedragen. De maximale rekenleeftijd is overigens 50 jaar. Voor oudere medewerkers vindt doorgaans geen volledige compensatie plaats van de loonkosten. Voor scholen met een hogere GGL en dus naar verhouding meer oudere medewerkers, betekent dit dat naar verhouding minder formatieplaatsen kunnen worden ingevuld, om de hogere loonkosten te compenseren. Andere inkomsten in het kader van de personele lumpsum zijn: - Een vaste directietoeslag, - Leerlinggebonden financiering ( rugzakjes ) voor leerlingen met een geïndiceerde handicap, - Zorgmiddelen, vanuit de samenwerkingsverbanden Weer Samen Naar School (WSNS), - Budget voor personeels- en arbeidsmarktbeleid (PAMB -budget) 4. Kaders formatie en allocatiemodel De formatie zal primair per school worden uitgevoerd op grond van de door de school gegenereerde reguliere lumpsuminkomsten. De lumpsum is berekend op basis van de leerlingentelling van 1 oktober 2011, vermeerderd met een percentage van 3%. Dit wordt ook wel het T-1 model genoemd. 5. Schooljaar Basisformatie a. Toelichting op de cijfers Voor de berekening van het formatiebudget vanaf 1 augustus 2012 wordt het leerlingenaantal van 1 oktober 2011 als grondslag genomen. Voor de onderbouw (leerlingen tot en met 7 jaar) geldt vervolgens een hoger tarief dan voor leerlingen van 8 jaar en ouder. Dit betekent dat scholen waarvan de onderbouw kleiner is dan de bovenbouw gemiddeld per leerling minder inkomsten hebben. Rugzakjes en zorgbudget Onze scholen ontvangen aanvullende inkomsten voor leerlingen met een geïndiceerde handicap. Deze rugzakjesformatie zal in het komende schooljaar voor het laatst in deze vorm worden uitgekeerd. Als gevolg van de stelselwijziging op het gebied van Passend onderwijs zullen deze middelen vanaf 1 augustus 2013 niet meer naar de scholen gaan, maar naar het samenwerkingsverband WSNS (dan samenwerkingsverband Passend onderwijs). Op grond van de afspraken in het Lenteakkoord zijn de bezuinigingen op passend onderwijs ingetrokken. We verwachten dan ook vanaf 2013 een gelijke bekostiging als het jaar daarvoor. Het samenwerkingsverband wordt verantwoordelijk voor de Bfp OOP v Pagina 4

5 bekostiging van ondersteuningsarrangementen. De samenwerkingsverbanden zullen groter worden en met nieuwe verdeelmodellen komen. Lokale overheid Hier zijn middelen opgenomen die de gemeente Diemen beschikbaar stelt voor heet verzorgen van vakonderwijs bewegingsonderwijs. Andere middelen worden niet ontvangen. Prestatiebox Nieuw zijn de middelen die de scholen vanaf 1 januari 2012 ontvangen in het kader van de Prestatiebox. Deze middelen worden toegekend op basis van afspraken uit het (oorspronkelijke) regeerakkoord. Met de Prestatiebox zijn de middelen uit de Bestemmingsbox voor taal en rekenen komen te vervallen. De Prestatiebox kent een looptijd van vier jaar, tot 1 januari Omdat we al rekening houden met een budget voor scholing en professionalisering binnen het (bovenschoolse te besteden) PAMB, zijn de middelen Prestatiebox toegevoegd aan de personele lumpsum, zonder verdere oormerking. Scholen zijn vrij om deze middelen te gebruiken voor inzet in personeel en/of voor extra scholing. Niet verwerkt in het Bestuursformatieplan maar wel van belang om te melden zijn de additionele middelen die worden ontvangen voor scholing van het schoolmanagement. Jaarlijks en gedurende de looptijd zal hiervoor een bedrag van 1.940,- per school beschikbaar worden gesteld. De middelen voor scholing van het schoolmanagement worden toegevoegd aan de schoolbegrotingen van de individuele scholen. PAMB Net als het formatiebudget wordt ook het budget voor personeelsbeleid en arbeidsmarktbeleid berekend op basis van het aantal leerlingen. Scholen met een leerlingenaantal kleiner dan 200 ontvangen daarbinnen tevens een toeslag voor het versterken van de schoolleiding. Het PAMB budget wordt aangewend voor bovenschoolse inzet van personeel op de scholen, de bekostiging van de medewerkers op het bestuursbureau en voor het bestrijden van bovenschoolse kosten. BAPO De kosten aan de BAPO regeling worden tussen de scholen vereffend, zodat scholen met een ouder lerarenbestand niet onevenredig door BAPO gebruik worden getroffen. Bij alle scholen wordt een percentage op de lumpsum ingehouden (dit jaar 4,87%, een stijging van 1,5%) en vervolgens wordt aan de school terug gegeven wat er aan BAPO kosten is begroot. Voor de ene school is het resultaat van deze werkwijze negatief (een meebetaler), voor de andere positief (ontvanger). In de rijksvergoeding wordt rekening gehouden met 2,8% compensatie van loonkosten als gevolg van BAPO. De meerkosten worden door de scholen betaald uit hun reguliere formatiebudget. Het percentage BAPO stijgt het komende schooljaar substantieel. Dit heeft enerzijds te maken met de toegenomen vraag, in verband met het bereiken van de BAPO gerechtigde leeftijd en/of uitbreiding van uren, maar komt ook door een betere berekening van de kosten, die hoger uitvallen dan oorspronkelijk begroot. Bfp OOP v Pagina 5

6 Impulsregeling Basisschool De Venser ontvangt opnieuw extra inkomsten in het kader van de Impulsregeling. Deze inkomsten worden betrokken bij de verevening van de personeelskosten op de overige scholen, en met name de financiering van de personeelskosten van De Kersenboom. Zeer recent is bekend geworden dat de impulsregeling nog zal worden verlengd tot 1 augustus Tot 1 augustus 2015 zijn de middelen voor De Venser gegarandeerd. Op 1 augustus 2015 is een herziening van de indeling in postcodegebieden voorzien, dit zou gevolgen kunnen hebben voor de bekostiging in de laatste twee jaar van de regeling. Functiemix Met ingang van het nieuwe schooljaar zullen opnieuw (5) leerkrachten doorstromen naar een LB functie in het kader van de functiemix. De onderliggende sollicitatieprocedures zijn inmiddels afgerond. Op 1 augustus 2012 zal (ruim) 27% van het formatievolume aan leerkrachtfuncties bestaan uit LB functies. Dit volume is in overeenstemming met ons vastgestelde beleid. De Octopus b. Gevolgen per school Op De Octopus is opnieuw sprake van een daling van het leerlingenaantal: van 387 leerlingen op de teldatum 1 oktober 2010, naar 350 op de teldatum 1 oktober Het leerlinggewicht daarentegen is toegenomen, van 17 naar 26. Deze stijging wordt primair veroorzaakt doordat de leerlingen van De Kersenboom niet langer administratief deel uitmaken van De Octopus. De gemiddelde leeftijd is iets gedaald, van 41,87 naar 41,44. Dit is één jaar boven het landelijk gemiddelde. Als gevolg van deze ontwikkelingen zijn de lumpsuminkomsten verder teruggelopen. Door ontslag op eigen verzoek in verband met fpu van een van de leerkrachten, kunnen de loonkosten worden verlaagd, maar helaas zal er toch sprake zijn van een (lichte) overschrijding van de loonkosten in het nieuwe schooljaar. Het schooljaar zal De Octopus 14 groepen vormen, twee groepen minder dan in het lopende schooljaar. De Kersenboom De Kersenboom is vanaf het schooljaar een dependance van basisschool De Venser. Deze verandering (hiervoor was De Kersenbooom een dependance van De Octopus) is doorgevoerd om administratieve redenen. De school mist nog steeds de basisinkomsten van een zelfstandige school. De bekostiging van het personeel vindt nu plaats uit de rijksvergoeding voor het aantal ingeschreven leerlingen (51, op de teldatum 1 oktober 2011) en wordt aangevuld met onder meer de Impulsmiddelen en middelen uit de Prestatiebox. Na enkele jaren van zorg omtrent de leerlingontwikkeling op De Kersenboom, zijn de vooruitzichten nu aanmerkelijk beter. De nieuwbouw in de wijk Plantage de Sniep is inmiddels hervat en zal binnen afzienbare termijn de eerste nieuwe bewoners mogen Bfp OOP v Pagina 6

7 verwelkomen. Dit zal leiden tot een forse toename van het leerlingenaantal. In de loop van het schooljaar verwachten we een instroom van 80 leerlingen. We zullen moeten anticiperen op deze groei, door het vergroten van onze onderwijsruimte en door het aanstellen van extra personeel. De kans is klein dat we ook extra groeiformatiebudget kunnen verwerven, hiervoor moet het leerlingenaantal binnen de gehele stichting toenemen met 3% + 13 leerlingen ten opzichte van de teldatum 1 oktober Dit komt overeen met een leerlingenaantal van 1131, ofte wel een stijging van 55 leerlingen. De Kersenboom zal het nieuwe schooljaar starten met 4 groepen, één groep meer dan in het lopende schooljaar. De bemensing van de uitbreiding zal primair worden verzorgd door de inzet van LIO en door middel van interne mobiliteit. Idealiter zou een start met 5 groepen gewenst zijn, maar hiervoor ontbreken op dit moment de financiële middelen. Overleg met onze partner, de stichting Spirit, is hiervoor noodzakelijk. De Grote Beer Het leerlingenaantal op De Grote Beer is licht gestegen; van 263 leerlingen op 1 oktober 2010 naar 271 op de teldatum 1 oktober Het schoolgewicht is inmiddels gedaald van 3 naar 0. De gemiddelde leeftijd van het personeel is opnieuw gestegen, van 45,96 naar 46,16, ruim 5,5 jaar boven het landelijk gemiddelde. De school zal in het nieuwe schooljaar afscheid nemen van een oudere leerkracht in verband met fpu, daarnaast zal een leerkracht via vrijwillige mobiliteit worden overgeplaatst naar De Kersenboom. Deze vacatures zullen slechts gedeeltelijk worden herbezet, waardoor een besparing kan plaatsvinden op de loonkosten. Het schooljaar zal De Grote Beer 10 groepen vormen, één groep minder dan in het lopende schooljaar. t Palet Op t Palet is sprake van een verdere daling van het leerlingenaantal; van 262 op 1 oktober 2010 naar 250 op 1 oktober De gemiddelde leeftijd is licht gestegen; van 43,85 naar 44,14, ruim 3,5 jaar boven het landelijk gemiddelde. De lumpsuminkomsten van de school nemen verder af. Weliswaar zijn er wat kleine wijzigingen in de personele bezetting, maar de personele bezetting blijft het beschikbare formatiebudget overschrijden. De groepsformatie is complex, combinatiegroepen zijn niet gemakkelijk te maken. Daarom zullen er in het nieuwe schooljaar, ondanks de verder gedaalde leerlingenaantallen, opnieuw 10 groepen moeten worden gevormd. Op 1 januari 2012 heeft t Palet onverwacht afscheid genomen van haar directeur, die een betrekking elders had aanvaard. De vacature wordt tot het begin van het nieuwe schooljaar waargenomen door een directeur in opleiding die reeds werkzaam is binnen de stichting. Met ingang van het nieuwe schooljaar verwachten we dat de functie weer structureel zal worden ingevuld. Een van de taken van de directeur zal zijn om, samen met de directeur van bs De Duif, invulling te geven aan het onderwijsconcept van de nieuw te bouwen Brede School in Diemen Noord, waar beide scholen medio 2013 zullen worden gehuisvest. Bfp OOP v Pagina 7

8 De Venser Op De Venser is opnieuw sprake van een daling van het leerlingenaantal; van 175 op 1 oktober 2010 naar 162 op 1 oktober Omdat de leerlingen van De Kersenboom ook aan De Venser worden ingeschreven, komt het totaal aantal getelde leerlingen op 1 oktober 2011 op 215. Ook het schoolgewicht daalde opnieuw; van 50 naar 38. Daar staat tegenover dat de gemiddelde leeftijd van het personele verder is gedaald; van 44,32 naar 43,23, 2,8 jaar boven het landelijk gemiddelde. De lumpsuminkomsten van de school geven een vertekend beeld, omdat ook de leerlingen van De Kersenboom zijn meegeteld. Na correctie blijft een lichte overschrijding van het formatiebudget. De inkomsten in het kader van de Impulsmiddelen zijn hier niet bij meegeteld. Het schooljaar zal De Venser 8 groepen vormen. 6. Schooljaar e.v. Ontwikkeling leerlingenaantallen Op grond van de prognosecijfes van de lokale overheden verwachten we de komende jaren een lichte groei van het leerlingenaantal. Een korte toelichting per school: De Octopus zal nog een lichte daling van het leerlingenaantal kennen, als gevolg van het opdrogen van de leerlingen in het voedingsgebied. De school verwacht te stabiliseren op 12 tot 13 groepen; Voor t Palet in is nieuwbouw gepland. Samen met De Duif (stichting Spirit) zal de school in 2013 worden gehuisvest op een nieuwe locatie in Diemen Noord. De twee scholen samen zullen het Brede School concept gaan toepassen. Door deze maatregelen verwacht t Palet het leerlingenaantal eerst te stabiliseren en daarna aan te trekken. De Venser verwacht de komende jaren een lichte groei van het leerlingenaantal. De geconstateerde instroom van jonge leerlingen is hiervoor een gezonde basis. De Grote Beer verwacht een stabilisatie van het leerlingenaantal en op termijn een lichte groei. Dit mede als gevolg van het toenemende aantal jonge leerlingen aan de school. In 2013 zal De Grote Beer nieuwbouw krijgen. Ontwikkeling personeelsbestand Het medewerkersbestand van onze scholen is verder aan het verjongen. Dit heeft vooral te maken met de uitstroom van oudere leerkrachten in verband met fpu of pensionering. In de komende jaren zal deze uitstroom zich voortzetten. De dan openvallende functies zullen worden herbezet door jonge(re) leerkrachten, die de gemiddelde leeftijd nog verder naar beneden zullen brengen. Het teruglopen van de gemiddelde leeftijd is een ontwikkeling die ook in landelijke cijfers is terug te vinden. De daling van de gemiddelde leeftijd heeft ook een positief effect op onze loonkosten. Omdat de vergoeding wordt gebaseerd op de gemiddelde leeftijd van het personeelsbestand op de teldatum, kan er naar verhouding meer jonger personeel worden aangesteld. Aangetekend moet worden dat de personeelskosten in het afgelopen jaar, juist als gevolg van gestegen loonkosten ten gevolge van hogere premiedruk, weer Bfp OOP v Pagina 8

9 verder zijn toegenomen. In hoeverre deze toename van kosten door de Rijksoverheid zal worden gecompenseerd is zeer ongewis. Medewerkers geboren vóór 1 januari 1950 en met een ononderbroken aanstelling bij de overheid van vóór 1 april 1997 hebben nog de mogelijkheid om gebruik te maken van de fpu -regeling. Of medewerkers gebruik maken van de fpu regeling is een persoonlijke afweging van betrokkenen. Ontwikkeling formatiebudget Naar verwachting zullen de inkomsten in het kader van de leerling gebonden financiering (LGF) en de vergoeding vanuit de samenwerkingsverbanden, door de stelselwijziging op het gebied van Passend Onderwijs, na het schooljaar worden aangepast. De eerder aangekondigde bezuinigingen van 300 miljoen zijn echter van de baan. Naar verwachting zal het formatiebudget, in verband met de daling van de landelijke gewogen gemiddelde leeftijd, de komende jaren naar beneden worden bijgesteld. Over de hoogte van deze bijstelling noch over de termijn waarop deze opportuun zal zijn, valt vooralsnog niets concreets te zeggen. Tegenover de dalende inkomsten staan gelukkig ook positieve ontwikkelingen. De verwachte stijging van het leerlingenaantal (met name De Kersenboom) zal een positief effect hebben op de inkomsten. Maar ook de verdere uitstroom in de komende jaren van ouder personeel en de instroom van nieuw, jonger personeel, wat leidt tot een verdere verlaging van de gemiddelde leeftijd en, daarmee samenhangend, lagere loonkosten, heeft een positief effect op onze begroting. We gaan er vooralsnog van uit dat deze positieve ontwikkelingen de dalende inkomsten volledig kunnen opvangen en we ons de personele bezetting die we thans hebben ook kunnen blijven veroorloven. Bfp OOP v Pagina 9