Het verband tussen attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy, werk zoeken en. het vinden van een baan. Arja van Hout. Universiteit van Amsterdam
|
|
- Roeland de Valk
- 7 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Het verband tussen attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy, werk zoeken en het vinden van een baan. Arja van Hout Universiteit van Amsterdam Studentnummer Werkstuk voor de afstudeerrichting Arbeids- en Organisatie Psychologie Begeleider: dr. M.J. Schabracq Beoordelaar: dr. A.V.A.M. Evers Januari
2 Abstract. Dit onderzoek richt zich op vraag: Wat is het verband tussen attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy, werk zoeken en het vinden van baan? Dit onderzoek maakt deel uit van een groter veldonderzoek naar de evaluatie van de nieuw gecreëerde functie, de arbeidsadviseur. Met behulp van vragenlijsten is getracht een model te toetsen waarin self-efficacy de relatie tussen attitude tegenover werk zoeken en werk zoeken medieert en waarin werk zoeken de relatie tussen self-efficacy en het vinden van een baan medieert. Deze mediaties komen echter niet uit de resultaten van het onderzoek naar voren. Wel blijkt uit dit onderzoek het belang van attitude tegenover werk zoeken bij self-efficacy en werk zoeken. Ook ondersteunt dit onderzoek opnieuw de relatie tussen self-efficacy en werk zoeken. De variabelen attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy en werk zoeken blijken na een factoranalyse drie van elkaar te onderscheidden factoren die gezamenlijk een aanzienlijk deel van de totale variantie verklaren. 2
3 Inleiding Langdurige werkeloosheid kan serieuze, nadelige gevolgen hebben voor de maatschappij. Voorbeelden hiervan zijn verlaagde levenstandaarden, verhoogde criminaliteitcijfers, verhoogd alcohol- en drugsgebruik. (Liem & Rayman, 1982). Daarnaast kan werkloos zijn of worden ingrijpende gevolgen hebben voor de werklozen zelf. Uit veel onderzoeken is gebleken dat mensen die hun baan verliezen een verhoogd risico hebben op problemen met betrekking tot hun mentale gezondheid en sociaal functioneren (Catalano, 1991; Dooley & Catalano, 1980; Kessler, Turner & House, 1988; McKee- Ryan, Song, Wanberg & Knicki, 2005; Vinokur, Caplan & Williams, 1987). Uit longitudinaal onderzoek is gebleken dat dergelijke negatieve gevolgen verdwijnen wanneer mensen weer aan het werk gaan (Caplan, Vinokur, Price, & van Ryn, 1989; Kessler et al. 1988; Vinokur et al., 1987). Het is dus van groot belang dat wanneer mensen werkloos zijn of dreigen te raken, zij spoedig een nieuwe baan vinden. Het wel of niet vinden van een nieuwe baan kan door vele verschillende factoren worden beïnvloed zoals de economie, de werkgelegenheid, het opleidingsniveau van de werkzoekende of zijn of haar werkervaring. Naast dergelijke feitelijke factoren is er ook een aantal psychische factoren die het vinden van een baan kunnen beïnvloeden. Een aantal van deze factoren die vaak terug te vinden zijn in onderzoek dat zicht richt op het vinden van werk is: self-efficacy, werkzoekattitude en werk zoeken. Hieronder zullen deze constructen en hun relatie met het vinden van werk worden besproken. Bandura (1986) definieert self-efficacy als volgt: Perceived self-efficacy refers to beliefs in one s capabilities to organize and execute the causes of action required to 3
4 produce given attainments. Oftewel self-efficacy is het geloof in de eigen competentie om zich zo te gedragen dat men bepaalde doelen bereikt. De ideeën die mensen hebben over hun eigen self-efficacy bepalen of zij coping zullen vertonen, hoeveel moeite zij ergens voor zullen doen en hoelang zij coping zullen blijven volhouden wanneer zij obstakels en belemmeringen voor het succesvol afronden van een taak tegenkomen. Volgens Bandura beïnvloeden verwachtingen over de eigen self-efficacy de keuzes die mensen maken wat betreft de omgeving waarin zij verkeren en de gedragingen die zij vertonen. Individuen met een lage self-efficacy zullen eerder situaties en omgevingen vermijden die hun vaardigheden mogelijk te boven gaan. Daarnaast beïnvloeden verwachtingen op het gebied van self-efficacy het doorzettingsvermogen en de hoeveelheid moeite die iemand in een bepaalde taak steekt. Personen met een grotere self-efficacy houden langer vol wanneer zij tegen obstakels aanlopen, waardoor zij sneller een gevoel van beheersing van de taak of situatie krijgen en hun self-efficacy opnieuw stijgt. Mensen met een lage self-efficacy echter leggen eerder het bijltje erbij neer, daarbij hun gevoel bekrachtigend dat zij niet de vaardigheden bezitten die nodig zijn om in de bepaalde situatie succesvol te handelen. Uit verschillende studies is gebleken dat niveaus van self-efficacy verband houden met prestatie, namelijk hogere niveaus van self-efficacy leiden tot hogere niveaus van prestatie. (Bandura, Reese &Adams, 1992; Wood & Bandura, 1989). Omdat selfefficacy het succesvol afronden van een bepaalde taak bevordert, ligt het voor de hand dat iemands vertrouwen in zijn of haar potentie om succesvol naar werk te zoeken, oftewel iemands self-efficacy tegenover werk zoeken, tevens het daadwerkelijk vinden van een baan bevordert. Self-efficacy tegenover werk zoeken heeft specifiek betrekking 4
5 op iemands geloof dat hij of zij in staat is gedrag te vertonen waarmee hij of zij een baan kan vinden (Kanfer en Hulin, 1985; Nesdale en Pinter, 2000). De invloed van selfefficacy op het vinden van een baan is al verschillende malen onderzocht. Renegold, Sherman en Fenzel (1999) deden onderzoek naar self-efficacy als de voorspeller van employment outcome (oftewel de werkhervatting) bij personen met psychiatrische problemen die op zoek waren naar een baan. Hoewel self-efficacy al vaker als voorspeller van het vinden van een baan is beschreven bij mensen met psychiatrische problemen is dit een van de weinige empirische onderzoeken naar deze relatie. In het onderzoek werd allereerst de Career Search Efficacy Scale afgenomen. Daarnaast werd de Brief Symptom Inventory afgenomen en werd er nog naar demografische variabelen gevraagd. De studie onderzocht het effect van deze variabelen op het vinden van een fulltime- of parttime- baan. Hoewel symptomatologie en werkverleden correleerden met het vinden van een baan bleek career self-efficacy de enige significante voorspeller. Dit onderzoek ondersteunt de relatie tussen self-efficacy en het vinden van een baan bij mensen met psychiatrische problemen. Alan Saks deed in 2005 vragenlijstonderzoek onder 225 studenten in hun laatste semester voor het afstuderen. Uit dit onderzoek bleek dat self-efficacy een significante voorspeller was van uitnodigingen voor sollicitaties, aangeboden banen en werkstatus. Naast het effect van self-efficacy testte dit onderzoek tevens het effect van werk zoeken op het vinden van werk. Werk zoeken werd in dit onderzoek geoperationaliseerd als het gebuik van formele en informele bronnen voor vacatures, de intensiteit van het werk zoeken oftewel de frequentie van en hoeveelheid tijd gestoken in het zoeken naar werk en ten slotte de moeite die iemand in het werk zoeken steekt in de zin van energie, tijd en 5
6 volharding. Het wel of niet succesvol zijn van het werk zoeken werd bepaald aan de hand van de volgende criteria: sollicitaties, aanbiedingen van banen, werkstatus, Person-Job fit en Person-Organisation fit. De intensiteit van het werk zoeken bleek positief gerelateerd aan sollicitaties, en aanbiedingen van banen. Op basis hiervan kan dus gezegd worden dat hoe intenser het werkzoekgedrag hoe groter de kans op een sollicitatie en des te groter de kans op een aangeboden baan. Dit onderzoek is een aanvulling op ander onderzoek waarin het effect van werk zoeken op het vinden van een baan al eerder is gebleken.(kanfer, Wanberg & Kantrowitz 2001; Wanberg, Kanfer & Rotundo, 1999). Tevens blijkt uit onderzoek naar werk zoeken dat hoge niveaus van self-efficacy leiden tot meer job search behavior (oftewel werk zoeken) (Kanfer & Hulin, 1985). Het onderzoek van Rife en Kilty (1990) toonde aan dat lagere niveaus van self-efficacy leiden tot stoppen met werk zoeken. Eden en Aviram (1993) deden onderzoek naar de invloed van self-efficacy op de motivatie van werklozen om werk te gaan zoeken. Zij suggereerden dat langdurige werkloosheid de job search self-efficacy verlaagde en een negatief effect had op de moeite die mensen doen om een baan te zoeken. Zij toonden aan dat een hogere self-efficacy samenging met vaker en intensiever werk zoeken, wat op zijn beurt weer van invloed was op het vinden van een baan. Saks en Ashworth (2000) onderzochten bij 121 bijna afgestudeerden aan de hand van vragenlijsten de relatie tussen self-efficacy tegenover werk zoeken, werk zoeken en de uitkomst van het werk zoeken. Uit het onderzoek bleek dat self-efficacy gerelateerd was aan werk zoeken en dat bovendien de individuele verschillen hierin een grote hoeveelheid variantie verklaarden in het aantal aangeboden banen. Werk zoeken bleek positief van invloed op het aantal sollicitaties, dat op zijn beurt weer een positief effect 6
7 had op het aantal aangeboden banen. In dit onderzoek bleken dus zowel self-efficacy als werk zoeken van invloed op werkhervatting. Naast self-efficacy en werk zoeken zou ook de attitude tegenover werk zoeken een rol kunnen spelen bij het vinden van een baan. Attitude tegenover werk zoeken houdt de houding in (positief, dan wel negatief) die iemand heeft tegenover werk zoeken. Naar de relatie tussen de attitude tegenover werk zoeken en het vinden van een baan is er nog weinig direct onderzoek gedaan, maar het construct is wellicht toch van belang, omdat het van grote invloed is op gedrag en motivatie in het algemeen. Het is dus niet onwaarschijnlijk dat werkzoekattitude invloed heeft op werk zoeken, self-efficacy tegenover werk zoeken en het vinden van werk. Theorieën die zich bezighouden met attitudes en gedrag in het algemeen zijn de theory of reasoned action en the theory of planned behavior. De theory of reasoned action gaat ervan uit dat het meeste sociaal relevante gedrag wordt vertoond vanuit vrije wil en dat iemands intenties zich op een bepaalde manier te gedragen de grootste determinant is van zijn uiteindelijke gedrag. Volgens de theorie wordt iemands intentie bepaald door twee determinanten te weten: de subjectieve norm, oftewel de verwachtingen van belangrijke anderen over het gedrag en de attitude ten opzichte van het gedrag, oftewel de negatieve of positieve evaluatie van het vertonen van het gedrag (Ajzen & Fishbein, 1980). Ajzen & Madden (1985) introduceerden jaren later the theory of planned behavior. Deze theorie is afgeleid van de theory of reasoned action, maar voegt het concept beheersing over het eigen gedrag toe. Volgens deze theorie is de intentie tot 7
8 gedrag niet alleen afhankelijk van de vrije wil, maar ook van de controle die iemand heeft over het gedrag. Op basis van deze bovenstaande theorieën is er een aantal onderzoeken uitgevoerd die betrekking hebben op de attitude te opzichte van werk zoeken en het vinden van werk. Allereerst deden Wiener, Oei & Creed (1999) vragenlijstonderzoek naar de theory of planned behavior, self-efficacy & job search behavior. Uit hun onderzoek bleek dat de intentie tot het zoeken naar werk groter was bij personen met hoge niveaus van algemene self-efficacy. Daarnaast bleek de intentie om werk te zoeken de frequentie van het werk zoeken te voorspellen. Hoe groter de intentie, des te vaker de mensen op zoek gingen naar werk. Westaby & Braithwaite (2003) onderzochten de relatie van gevoelens van beheersing en motivationeel redeneren met self-efficacy wat betreft werkhervatting. Gevoelens van beheersing betroffen in dit onderzoek percepties van bepaalde specifieke factoren, die werkhervatting makkelijker of moeilijker maken. Volgens de theory of planned behavior voorspellen deze gevoelens van beheersing de self-efficacy, die vervolgens de gedragsintenties beïnvloedt. Motivationele redenatie betstaat uit een cognitief schema bestaande uit specifieke cognitieve factoren verantwoordelijk voor het motiveren en handhaven van intenties, beslissingen en gedragingen. Motivationele redenen zijn de factoren die mensen gebruiken om hun gevoelens van self-efficacy uit te leggen. Bijvoorbeeld iemand denkt geen werk te zullen vinden, omdat er toch te weinig vacatures zijn. In het onderzoek werd met behulp van vragenlijsten de relatie onderzocht van motivationeel redeneren en gevoelens van beheersing met iemands geloof dat hij/zij 8
9 in staat is opnieuw werk te vinden. In het onderzoek bleken beide factoren van invloed te zijn op self-efficacy over het vinden van werk. Kort gezegd zijn in het hierboven beschreven onderzoek werk zoeken en selfefficacy tegenover werk zoeken van invloed gebleken op het vinden van werk: selfefficacy en attitude tegenover werk zoeken bleken daarbij van invloed op werk zoeken en ten slotte bleek self-efficacy van invloed op de attitude tegenover werk zoeken. Hoewel alle bovenstaande constructen in meer of mindere mate eerder zijn onderzocht in relatie tot werkhervatting zijn zij nog nooit alle drie tegelijk in een onderzoek opgenomen. In deze studie zullen de attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy tegenover werk zoeken en werk zoeken alle drie worden onderzocht in relatie tot werkhervatting. Hiermee zal getracht worden antwoord te geven op de vraag: Wat is het verband tussen de factoren attitude tegenover werk zoeken, selfefficacy, werk zoeken en het vinden van een baan? In eerder onderzoek zijn er reeds veel verschillende relaties aangetoond tussen deze drie constructen. Dit is op zichzelf voor de hand liggend aangezien de constructen inhoudelijk dicht bij elkaar liggen. De intentie om werk te zoeken, het geloof in het eigen kunnen om werk zoeken en het werk te zoeken zelf liggen dicht bij elkaar. Daarom zal allereerst getracht wordende vraag te beantwoorden is of de drie factoren zich daadwerkelijk van elkaar laten onderscheidden en niet in wezen een en dezelfde factor zijn. Daarnaast is het interessant te kijken naar de samenhang van deze variabelen in relatie tot werkhervatting. Op basis van het bovenstaande onderzoek is het volgende model opgesteld. 9
10 Attitude Selfefficacy Werk zoeken Baan gevonden Het onderzoek zal zich richtten op de volgende hypotheses. Hypothese 1: Self-efficacy, attitude tegenover werk zoeken en werk zoeken zijn drie constructen die laden op drie aparte factoren. Hypothese 2: De attitude tegenover werk zoeken heeft een positieve invloed op werk zoeken. Hypothese 3: De relatie tussen de attitude tegenover werk zoeken en werk zoeken wordt gemedieerd door self-efficacy. Hypothese 4: Self-efficacy tegenover werk zoeken heeft een positieve invloed op het vinden van een baan. Hypothese 5: De relatie tussen self-efficacy tegenover werk zoeken en het vinden van een baan wordt gemedieerd doorwerk zoeken. Methode Proefpersonen en procedure Dit onderzoek maakte deel uit van een groter onderzoek gericht op het evalueren van een nieuwe functie, namelijk die van de arbeidsadviseur. Dit is een onafhankelijke adviseur die op vrijwillige basis informatie en advies verstrekt aan werkzoekenden met 10
11 vragen over werk en reïntegratie. De arbeidsadviseur functioneert onder verantwoordelijkheid van een stuurgroep waarin CWI, UWV, Divosa en de LCR zijn vertegenwoordigd. Inhoudelijk worden de arbeidsadviseurs aangestuurd door een, onder de stuurgroep resorterende, landelijke Werkgroep arbeidsadviseur. Klanten van de arbeidsadviseur konden op het toestemmingsformulier aangeven of zij al dan niet wilden deelnemen aan het onderzoek. Na het bezoek aan de arbeidadviseur werd de klant door deze geïnformeerd over het onderzoek en kreeg hij of zij een informatiepakket mee. Dit informatiepakket bevatte een informatiebrochure voor de klant met uitleg over het onderzoek, een toestemmingsformulier, een vragenlijst en een retourenvelop. Indien de klanten de vragenlijst door middel van de retourenvelop hadden terugzonden kregen zij een kraslot teruggestuurd ter waarde van 2,50. Afhankelijk van het tijdstip van invullen en retour zenden van de vragenlijst werden de deelnemers ingedeeld in een viertal cohorten, waarbij het eerste cohort op vier verschillende tijdstippen een vragenlijst toegezonden kreeg, het tweede cohort op 3 tijdstippen en het derde cohort op twee, terwijl het laatste cohort alleen de eerste vragenlijst invulde. Zie voor een overzicht Tabel 1 Tabel 1 Logistiek Arbeidsadviseur, in cohorten T1 (1 september-1 T2 (1 november-1 T3 (1 januari-1 T4 (1 maart-1 mei) november) januari) maart) Cohort Vragenlijst 1 Vragenlijst 2 Vragenlijst 3 Vragenlijst 4 1 Cohort Vragenlijst 1 Vragenlijst 2 Vragenlijst 3 2 Cohort Vragenlijst 1 Vragenlijst 2 3 Cohort 4 Vragenlijst 1 11
12 Per cohort werden er 1200 informatiepakketjes verstuurd naar de arbeidsadviseurs, dus 4800 in het totaal. Self-efficacy, attitude tegenover werk zoeken en werk zoeken werden voor dit onderzoek alleen gemeten in de eerste meting. Wat betreft de variabele baan gevonden werd alleen meting 4 in de analyses opgenomen. Het onderzoek vond dus plaats over een periode van zes maanden en bood de deelnemers geruime tijd om een baan te vinden. De variabele baan gevonden zal vanwege de onderzoeksopzet een aanzienlijk kleiner aantal proefpersonen bevatten. Materialen Voor het onderzoek is een door TNO zelf ontwikkelde vragenlijst gebruikt (zie bijlage 1). In deze vragenlijst zijn onderwerpen opgenomen die betrekking hadden op de tevredenheid van de arbeidsadviseur. Deze zijn echter niet van belang voor dit deel van het onderzoek. Voor dit onderzoek wordt slechts gekeken naar self-efficacy bij het zoeken naar werk, werk zoeken, attitude tegenover werk zoeken en ten slotte nog enkele demografische variabelen, welke ook in de vragenlijst zijn opgenomen. De self-efficacy tegenover werk zoeken wordt gemeten met behulp van negen vragen. Deze vragen zijn afgeleid van schalen gebruikt door Ellis en Taylor (1983) en Van Ryn en Vinokur (1992). Een typerend item is: Ik heb een goed beeld van mijn sterke en zwakke kanten die van belang zijn bij het zoeken naar werk. Respondenten konden hun antwoorden omcirkelen op een 5-punts Likert-schaal, met als extremen: helemaal oneens en helemaal mee eens. 12
13 Attitude tegenover werk zoeken wordt gemeten met een schaal, bestaande uit 6 items en mede gebaseerd op Van Hooft et al. (2002). Een voorbeeld van een item is Ik vind het zoeken naar een baan plezierig om te doen. Respondenten konden hun antwoorden omcirkelen op een 5-punt Likert-schaal, met als extremen: helemaal oneens en helemaal mee eens. Werk zoeken werd gemeten over de periode van vier weken voor het invullen van de vragenlijst. Deze schaal bevat vragen over de werkzoekactiviteiten, die deelnemers hebben ondernomen om een baan te vinden of om zich te oriënteren op werk. In totaal hadden zeven vragen betrekking op werk zoeken. De items zijn mede gebaseerd op een vragenlijst van Blau (1994; in Van Hooft et al., 2002). Een voorbeeldvraag is: Hoeveel tijd heeft u de afgelopen vier weken besteed aan het lezen van personeelsadvertenties? De respondenten konden hun antwoorden aankruisen op een 5-punt Likert-schaal, met als extremen: helemaal geen tijd en heel veel tijd. Wanneer deelnemers een baan gevonden hadden, konden ze dit aangeven op de vragenlijst. Zij konden hierbij aangeven of zij een betaalde baan, een betaalde parttime baan of een gesubsidieerde baan hadden gevonden. Indien deelnemers dit item hadden ingevuld werden zij in de analyses opgenomen als hebbende een baan gevonden. Ten slotte is een aantal demografische variabelen in de lijst opgenomen, namelijk geslacht, leeftijd, aantal jaren werkervaring, opleidingsniveau en afkomst. Een deelnemer werd als allochtoon beschouwd indien een of beide ouders in het buitenland waren geboren. 13
14 Resultaten. Beschrijving steekgroep De analyses van het onderzoek die zijn gedaan over de eerste meting betreffen een steekgroep van 741 proefpersonen. Deze groep bestond uit 423 vrouwen en 318 mannen met een gemiddelde leeftijd van 44 jaar. Zoals te zien in Tabel 2, is het opleidingsniveau van de groep gevarieerd. MBO is het meest voorkomende niveau. Tabel 2 Opleidingsniveaus. Opleiding Frequentie Percentage Lager onderwijs MAVO/LBO/VBO/MBO MBO HAVO/VWO HBO Universiteit 60 8 Anders Ook het aantal jaren werkervaring was gevarieerd. Dit is te zien in Tabel 3. De meerderheid van de groep had meer dan 10 jaar werkervaring. Tabel 3 Hoeveelheid werkervaring Jaren werkervaring Frequentie Percentage Nooit een baan gehad. 5.7 Minder dan 1 jaar tot 5 jaar tot 10 jaar tot 20 jaar jaar of meer ,9 procent van de groep was van allochtone afkomst. 14
15 Betrouwbaarheden vragenlijst Onderzoek Arbeidsadviseur De betrouwbaarheid van de self-efficacy-schaal was bij alle vier de metingen goed. De eerste meting had een Cronbach s alfa van.82 (n=678). Daarop volgend hadden de tweede, de derde en de vierde meting respectievelijk een Cronbach s alfa van.80 (n=678),.84 (n=382) en.80 (n=198). De betrouwbaarheid van de schaal: attitude tegenover werk zoeken was tevens bij alle vier de metingen goed. De eerste meting had een Cronbach s alfa van.83 (n=709) daarop volgend hadden de tweede, de derde en de vierde meting respectievelijk een Cronbach s alfa van.82 (n=379),.83 (n=215) en.77 (n=105). Ten slotte was ook de betrouwbaarheid van de werk zoeken-schaal bij alle vier de metingen goed. De eerste meting had een Cronbach s alfa van.83 (n=658). Daarop volgend hadden de tweede, de derde en de vierde meting respectievelijk een Cronbach s alfa van.86 (n=362),.9 (n=193) en.91 (n=96). Factoranalyse De factoranalyse (principale componentenanalyse) is gedaan over de eerste meting. De KMO-meting van de factoranalyse was.86. KMO is de afkorting van Kaiser- Meyer-Olkin en toetst de hoeveelheid variantie die door alle factoren in de test kan worden verklaard. Een KMO van.86 geeft aan dat een groot gedeelte van de variantie kon worden verklaard door de factoren. 15
16 Tabel 4 Eigenwaarden en pecentages verklaarde variantie. Initial Eigenvalues Component Total % of Variance Cumulative % 1 5,73 26,04 26,04 2 2,76 12,56 38,61 3 2,20 9,99 48,60 4 1,18 5,35 53,94 De factoranalyse leverde 4 factoren op met een eigenwaarde van groter dan 1.0, te zien in Tabel 4. Voor de volledig tabel met alle factoren zie bijlage 3. De eerste factor omvatte de items die vielen onder de self-efficacy schaal, deze factor verklaarde 26% van de variantie. De tweede factor verklaarde 12,6% van de variantie. De items die onder deze factor vielen horen bij de schaal zoeken naar werk. Een item van deze schaal viel er echter niet onder. De derde factor verklaarde 9.99% van de variantie. Deze factor omvatte de items die vielen onder de schaal attitude tegenover werk zoeken. Deze drie factoren verklaarden gezamenlijk 48,46 % van de variantie. De vierde factor bestond uit het item: Hoeveel tijd heeft u de afgelopen tijd besteed aan het opstellen van een re-integratieplan? Deze factor verklaart slechts 5% van de variantie. Ten opzichte van de eerste drie factoren is dit vrij weinig. Daarnaast viel dit item onder het kopje werk zoeken, ook al wijkt dit item inhoudelijk van deze schaal af. Het opstellen van een re-integratieplan houdt niet echt concreet zoeken naar werk in zoals het schrijven van sollicitatiebrieven of zoeken naar vacatures, zoals de in de overige items wordt gevraagd. Wanneer in de betrouwbaarheidsanalyse het item wordt verwijderd uit de schaal, stijgt de betrouwbaarheid van α=.83 tot α=
17 Een na het verwijderen van dit item, opnieuw uitgedraaide factoranalyse (variant: principale componenten analyse) leverde bij een eigenwaarde groter dan 1.2 opnieuw drie factoren op, te zien in Tabel 5 (KMO =.85). Tabel 5 Eigenwaarden en percentages verklaarde variantie Initial Eigenvalues Component Total % of Variance Cumulative % 1 6,15 29,29 29,29 2 3,801 18,12 47,41 3 1,91 9,11 56,52 Voor de volledige tabel met alle factoren zie bijlage 4. Deze maal verklaarde de eerste factor 29.29% van de variantie en de hierbij horende items vielen opnieuw onder de Self-efficacy-schaal. De tweede factor verklaarde nu 18, 12 % van de variantie en de hier onder vallende items horen bij de schaal van werkzoekgedrag. Bij verwijdering van het item werd het aandeel van het zoeken naar werk in de verklaarde variantie dus groter. De derde factor verklaarde nu 9,11% en de items die hieronder vielen horen bij de schalen attitude tegenover werk zoeken. Uit de factoranalyse kwam naar voren dat self-efficacy, werk zoeken en attitude tegenover werk zoeken ieder een apart deel van de variantie verklaarden en laden op drie aparte factoren. Gezamenlijk verklaarden deze factoren nu 56,52 % van de variantie. Intercorrelaties In Tabel 6 is te zien dat conform hypothese 2, attitude tegenover werk zoeken positief samenhing met self-efficacy: r=.41, P<.01. Daarnaast hing ook naar verwachting, 17
18 self-efficacy tegenover werk zoeken significant samen met werk zoeken r=.29, p.01. Ten slotte hing de attitude tegenover werk zoeken significant samen met het werk zoeken r=.28, p,0.1. Tegen de verwachting in hing geen van deze variabelen significant samen met het vinden van een baan. Hiermee wordt hypothese 4 niet ondersteund. Tabel 6 Intercorrelaties tussen de Variabelen, Range, Betrouwbaarheden, Gemiddelden en Standaard deviatie Variabelen Range Alfa M SD 1. Baan gevonden Self-efficacy over werk zoeken 3. Attitude tegenover ** werk zoeken 4. Werk zoeken.00.29**.28** Noot: Baan gevonden, Self-efficacy over werk zoeken gemeten met 9 vragen, attitude tegenover werk zoeken gemeten met 6 vragen en werk zoeken gemeten met vier vragen. ** p<.01 (tweezijdig, met 108<N<718.) Mediatie. Hypothese twee, drie worden allereerst getoetst aan de hand van een methode voor het toetsen van mediatie ontwikkeld door Baron en Kenny (1986). Dit is de meest 18
19 gebruikelijke test voor mediatie in de psychologie. De mediatie wordt met een regressieanalyse getoetst aan de hand van vier stappen. Indien er sprake is van een mediatie dient de situatie er als volgt uit te zien. 1. De onafhankelijke variabele voorspelt de afhankelijke variabele. 2. De onafhankelijke variabele voorspelt de mediator. 3. De mediator voorspelt de afhankelijke variabele. 4. De onafhankelijke variabele voorspelt de afhankelijke variabele niet indien er gecontroleerd wordt voor de mediator. Deze vier stappen werden allereerst toegepast op de relatie tussen attitude tegenover werk zoeken en werk zoeken, waarvan werd verwacht dat deze werd gemedieerd door selfefficacy tegenover werk zoeken. Daarna werd de relatie tussen self-efficacy, werk zoeken en baan gevonden op dezelfde wijze getoetst. In de eerste test voorspelde attitude tegenover werk zoeken significant het zoeken naar werk, r=.28 en p<.01. Tevens voorspelde attitude tegenover werkzoeken significant de self-efficacy, r=.41 en p<0.1. Wanneer wordt gecontroleerd voor self-efficacy neemt de invloed van attitude tegenover werk zoeken af van r=.28 tot r=.19 p<0.1. In het geval van mediatie zou de relatie tussen attitude tegenover het zoeken naar werk en het zoeken naar werk nu niet meer significant moeten zijn. Aangezien dit wel het geval was, is in deze relatie dus geen sprake van mediatie volgens de methode van Baron en Kenny. Hiermee werd geen steun gevonden voor hypothese drie. Voor het tweede gedeelte van het model werd gekeken naar de relatie tussen selfefficacy en het vinden van een baan en daarbij de eventuele mediatie door werk zoeken. Uit de regressieanalyse in Tabel 6 bleek dat in de eerste plaats self-efficacy samenhing 19
20 met het vinden van baan. Deze relatie is echter niet significant. Opnieuw is er dus geen mediatie gevonden en werd er geen steun gevonden voor hypothese 5. Uitwerking van deze regressie analyses is te zien in Tabel A in bijlage 2. Door de jaren heen is de methode van Baron en Kenny bekritiseerd vanwege: een lage power, een grote kans op een fout van de eerste soort en het niet in staat zijn de centrale vraag te beantwoorden of het indirecte effect significant verschilt van nul en daarnaast in de verwachte richting is (McKinnon, Lookwood, Hoffman, & West, 2002; Preach & Hayes, 2004; Shrout & Bolger, 2002). Om deze redenen werd de mediatie op een nog andere wijze getoetst, namelijk aan de hand van de Sobel-test van Preacher en Hayes (2004). Deze test is gedaan met behulp van een rekenprogramma dat te vinden op de volgende site: Opnieuw werd de mediatie getoetst in twee delen. De Sobel-test werkt echter het beste bij een grote groep proefpersonen en is daarmee vooral geschikt voor de toetsing van het eerste deel van het model. Omdat de variabele baan gevonden pas bij de vierde meting is gemeten heeft deze een kleinere sample. Echter aan de hand van de Sobel test werd noch voor het eerste, noch voor het tweede deel van het model een significante mediatie gevonden. Exploratieve analyses In dit onderzoek hing leeftijd negatief samen met het vinden van een baan r=.219, p=.05, wat betekent dat hoe hoger de leeftijd hoe minder vaak men een baan vond. Ondanks dat hing leeftijd positief samen met self-efficacy bij het zoeken naar werk r=.90, p,0.5. De 20
21 verlaagde kans op het vinden van werk bij een hogere leeftijd verminderde het zelfvertrouwen hieromtrent dus niet. Ook opleidingsniveau bleek significant samen te hangen met self-efficacy bij werk zoeken r=.102, p=.01. Hoe hoger het opleidingsniveau, hoe meer vertrouwen men had in het eigen vermogen naar werk te zoeken. Discussie Uit de resultaten van het onderzoek blijkt allereerst dat wanneer attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy tegenover werk zoeken en werk zoeken alle drie worden opgenomen in een onderzoek naar het vinden van werk, zij alle drie laden op een aparte factor en gezamenlijk een groot deel van de variantie verklaren. Hier valt echter nog wel op aan te merken dat bij de laatste factoranalyse van een eigenwaarde van 1.2 uit is gegaan, terwijl een eigenwaarde van 1.0 hiervoor wordt voorgeschreven. Er is voor een eigenwaarde van 1.2 gekozen, omdat de resultaten op die manier meer in de verwachting lagen dan bij een eigenwaarde van 1.0. Op basis van een factoranalyse met gebruik van een eigenwaarde van 1.2 kan gezegd worden dat deze drie factoren zich daadwerkelijk van elkaar laten onderscheiden. Daarnaast waren de betrouwbaarheden van de schalen in de vragenlijsten van alle drie de factoren vrij hoog. Hieruit kan worden geconcludeerd dat de factoren in wezen niet een en de dezelfde factor zijn en dat het onderscheid tussen deze drie factoren dat wordt gemaakt in onderzoek naar het vinden van werk terecht is. De mediaties zoals beschreven in het procesmodel zijn niet uit de resultaten van het onderzoek naar voren gekomen. Hoewel attitude tegenover werk zoeken een significant effect had op werk zoeken werd deze relatie niet gemedieerd door self- 21
22 efficacy. Daarnaast bleek self-efficacy geen significant effect te hebben op het vinden van een baan en bestond er in dit verband geen mediatie door werk zoeken. Kortom selfefficacy en werk zoeken spelen geen rol als mediator in het vinden van werk. Wel bleek attitude tegenover werk zoeken een significant positieve invloed te hebben op self-efficacy. Dit betekent dat de mening die iemand heeft over werk zoeken, het vertrouwen in de eigen competenties hieromtrent verhoogt. Tevens heeft attitude tegenover werk zoeken een positief effect op werk zoeken. De houding tegenover en de intentie tot werk zoeken leiden blijkbaar tot meer concreet zoeken naar werk. Deze resultaten ondersteunen het onderzoek van Wiener, Oei & Creed (1999), waarbij attitude tegenover werk zoeken, werk zoeken en self-efficacy wat betreft werk zoeken, versterkte. Buiten dit onderzoek en dat van Wiener, Oei en Creed (1999) is de attitude tegenover werk zoeken nog niet vaak onderzocht in relatie tot werk zoeken, self-efficacy tegenover werk zoeken en het vinden van een baan. De resultaten van dit onderzoek benadrukken het belang van dit construct in het werkzoekproces. Self-efficacy had tevens een significante positieve invloed op werk zoeken. Blijkbaar heeft het geloof in de eigen vaardigheden met betrekking tot werk zoeken tot gevolg dat men ook daadwerkelijk meer naar werk gaat zoeken. Dit resultaat ondersteunt wederom het bestaan van deze reeds veel onderzochte relatie (Eden & Aviram, 1993; Kanfer & Hulin, 1985; Rife & Kilty, 1990; Saks & Ashworth, 2000). In tegenstelling tot eerder onderzoek had geen van de variabelen een significant effect op het vinden van een baan. Wellicht komt dit doordat het vinden van een baan alleen in de vierde meting is gemeten en daardoor een kleinere steekproef betrof. 22
23 Wellicht was dit effect wel gevonden wanneer deze steekproef even groot was als de steekproef van de eerste meting. Tevens zou het kunnen zijn dat de rol van de arbeidsadviseur de relatie tussen werk zoeken, attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy en het vinden van een baan heeft verstoord. De arbeidsadviseur zou invloed kunnen hebben uitgeoefend op de attitude tegenover werk zoeken, werk zoeken of de self-efficacy. Hiermee zou het effect van deze drie variabelen op het vinden van een baan kunnen worden verward met de kwaliteiten van de arbeidsadviseur. Eventueel is de invloed van de arbeidsadviseur groter geweest bij het vinden van een baan in de vierde meting dan de invloed van attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy en werk zoeken. De rol van de arbeidsadviseur wordt echter niet in dit onderzoek meegenomen. Daarnaast is het mogelijk dat in de zes maanden tussen de eerste meting en de vierde meting er zich een ander verschijnsel heeft voorgedaan dat de relatie met de drie variabelen en het vinden van werk heeft beïnvloedt. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan het aantrekken van de economie. In het onderzoek is geen controlegroep opgenomen. Mede hierdoor ontbreekt het dit onderzoek aan interne validiteit en zijn uitspraken over causaliteit niet terecht. Het onderzoek geeft echter wel reden tot verder onderzoek waarin attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy en werk zoeken alle drie worden onderzocht in relatie tot het vinden van werk. Een experiment waarin deze drie factoren in relatie tot het vinden van werk zouden worden getoetst zal wellicht meer inzicht verschaffen in de richtingen van de verbanden tussen deze factoren. Hierbij is het gebruik van een degelijke nulmeting en een controlegroep aan te raden, zodat er uitspraak gedaan kan worden over 23
24 de causaliteit. Indien een experiment met een goede interne validiteit inzicht geeft in de richtingen van de verbanden tussen attitude tegenover werk zoeken, self-efficacy en werk zoeken is een grootschalig veldonderzoek zoals in dit verslag beschreven wellicht meer op zijn plaats. Ondanks dat blijkt uit dit onderzoek dat attitude tegenover werk zoeken, selfefficacy en werk zoeken drie van elkaar te onderscheiden factoren zijn die ieder apart invloed op elkaar uit oefenen. Zo onderstreept dit onderzoek nogmaals het verband tussen self-efficacy en werk zoeken. Daarnaast blijkt uit dit onderzoek het belang van de attitude tegenover werk zoeken. Aangezien attitude verband houdt met zowel self-efficacy als zoeken naar werk is het zeer belangrijk ook deze variabele op te nemen in verder onderzoek naar het vinden van werk. Tevens zijn er wellicht nog andere psychische factoren die eveneens van belang zijn voor het vinden van werk. Men kan hierbij bijvoorbeeld denken aan negativisme en positivisme, die eventueel van invloed zouden kunnen zijn op self-efficacy. Hoewel in dit onderzoek geen mediaties zijn gevonden zou men in een beter opgezet onderzoek wellicht opnieuw op zoek kunnen gaan naar eventuele mediaties. Echter het procesmodel in dit onderzoek was slecht een speculatie naar het daadwerkelijk bestaande verband tussen werk zoeken, attitude tegenover werk zoeken en self-efficacy op basis van eerder gedaan onderzoek. In een beter opgezet onderzoek zou men wellicht op zoek kunnen gaan naar partiële mediaties. De afname van de invloed attitude tegenover werk zoeken op werk zoeken van r=.28 naar r=19 wanneer er wordt gecontroleerd voor self-efficacy is vrij groot en geeft hier dus wel degelijk aanleiding toe. Ook zou in dergelijk onder gekeken kunnen worden naar eventuele moderaties. 24
25 Verder onderzoek in de vorm van een experiment naar verschillende psychische factoren die een rol spelen het vinden van een baan bieden inzicht in het proces van werk zoeken en vinden. Dergelijke inzichten bieden handvatten om meergerichte en effectieve interventiemethoden te ontwikkelen waarbij de kans op een succesvolle zoektocht wordt verhoogd. Interventiemethoden kunnen de aandacht vestigen op specifieke punten die verbeterd kunnen worden en op deze wijze efficiënt te werk gaan. Deze efficiëntie vermindert het ongemak bij werklozen die re-integratietrajecten moeten doorlopen die niet goed aansluiten op hun behoeften. Tevens kan inzicht in het proces van het zoeken en vinden van werk leiden tot een meer doelgerichte aanpak, die wellicht de kans op succes verhoogt. Succesvolle interventiemethoden en het spoedig vinden van werk verminderen de nadelige gevolgen van werkloosheid, waarmee zowel de persoon zelf als de maatschappij gebaat is. Literatuurlijst Ajzen, I. & Fishbein, M. (1980), Understanding attitudes and predicting social behavior, Engelwood Cliffs, NJ: Prentice Hall. Ajzen, I., & Madden, J. (1985). Prediction of goal-directed behavior: Attitudes, intentions and perceived behavioral control. Journal of Experimental Social Psychology, 20,
26 Bandura, A. (1977). Self-efficacy: Toward a unifying theory of behavioral change. Psychological review, 2, Bandura, A. (1986). Social foundations of thoughts and action. Eglewood Cliffs, NJ: Prentice-Hall. Bandura, A., Reese, L., & Adams, N.E. (1982). Microanalysis of action and fear arousal as a function of differential levels of perceived self-efficacy. Journal of Personality and Social Psychology, 43, Bandura, A., & Wood, R. (1989). Effect of perceived controllability and performance standards on self-regulation of complex decision making. Journal of Personality and Social Psychology, 56, Baron, R.M. & Kenny, D.A. (1986). The moderator-mediator variable distinction in social psychological research: Conceptual, strategic, and statistical considerations. Journal of Personality and Social Research, 51, Blau, G. (1994), Testing a two-dimensional measure of job search behavior, Organizational Behavior and Human Decision Processes, 59, Caplan, R.D., Vinokur, A.D., Price, R.H., & Rijn, M van. (1989). Job seeking, reemployment, and mental health: a randomnized field experiment in coping with job loss. Journal of Applied Psychology, 74,
27 Catalano, R., (1991). The health effects of economic insecurity. American Journal of Public Health, 81, Dooley, D, & Catalano, R Economic change as a cause of behavioral disorder. Psychological Bulletin, 87, Eden, D. & Aviram, A. (1993). Self-efficacy training to speed reemployment: Helping people to help themselves. Journal of Applied Psychology, 78, Ellis, R.A. & Taylor, M.S. (1983). Role of self-esteem within the job search process, Journal of Applied Psychology, 68, Hooft, E.A van., Born, M.P., Taris, T.W., & Flier, H van der. (2002). Culturele verschillen in werkzoekgedrag: Motivationele factoren en belemmeringen bij het zoeken naar werk. Gedrag en Organisatie, 15, Liem, R., & Rayman, P. (1982). Health and social costs of unemployment: Research and policy considerations. American Psychologist, 37, Kanfer, R., & Hulin, C.L. (1985). Individual differences in successful job-searches following lay-off. Personnel Psychology, 38,
28 Kanfer, R., Wanberg, C.R., & Kantrowitz, T.M. (2001). Job search and employment: A personality-motivational analysis and a meta-analytic review. Journal of Applied Psychology, 86, Kessler, R.C., Turner, J.B., & House, J.S. (1987). Intervening processes in the relationship between unemployment and health. Psychological Medicine, 17, MacKinnon, D.P., Lockwood, C.M., Hoffman, J.M., West, S.G., &Sheets, V. (2002). A comparison of methods to test mediation and other intervening variable effects. Psychological methods, 7, McKee-Ryan, F., Song, Z., Wanberg, C.R., & Kinicki, A.J. (2005). Psychological and physical well-being during unemployment: A meta-analytic study. Journal of applied psychologie, 90, Moynihan, L.M., Roehling, M.V., LaPine, M.A., & Boswell, W.R. (2003). A longitudinal study of the relationships among job search self-efficacy, job interviews, and employment outcomes. Journal of Business and Psychology, 18, Nesdale, D., & Pinter, K. (2000). Self-efficacy and job-seeking activities in unemployed ethnic youth. Journal of Social Psychology, 140,
29 Preacher, K.J., & Hayes, A.F. (2004). SPSS and SAS procedures for estimating indirect effects in simple mediation models. Behavior Research Methods, Instruments and Computers, 36, Renegold, M., Sherm,an, M.F., & Fenzel, M. (1999). Getting back to work: self-efficacy as a predictor of employment outcome. Psychiatric Rehabiliation Journal, 22, Rife, J., & Kilty, K. (1990). Job search discouragement and the older worker: Implications for social work practice. Journal of Applied Social Sciences, 14, Rijn, M van., Vinokur, A.D. (1992). How did it work? An examination of the mechanisms through which an intervention for the unemployed promoted job search behavior. American Journal of Community Psychology, 20, Saks, A.M. (2005). Multiple predictors and criteria of job search success. Journal of Vocational Behavior, 168, Saks, A.M., & Ashforth, B.E. (2000). Change in job search and employment outcomes. Journal of Vocational Behavior, 56, Shrout, P.E., & Bolger, N. (2002). Mediation in experimental and nonexperimental studies: New procedures and recommendations. Psychological methods, 7,
30 Vinokur, A., Caplan, R.D., & Williams, C.C. (1887). Effects of recent and past stress on mental health: Coping with unemployment among Vietnam veterans and non-veterans. Journal of Applied Psychology, 17, Wanberg, C.R., Kanfer, R., & Rotundo, M. (1999). Unemployed individuals: Motives, Job search Competencies, and job-search constraints as predictors of job seeking and reemployment. Journal of Applied Psychology, 84, Westaby, J.D., & Braithwaite, K.N. (2003). Specific factors underlying reemployment self-efficacy. The Journal of Applied Behavioral Science, 39, Wiener, K. K., Oei, T.P.S., & Creed, P.A. (1999). Predicting Job seeking frequency and psychological well being in the unemployed. Journal of Employment Counseling,36,
31 Bijlage 2 Tabel A Correlaties tussen variabelen bij toetsing mediatie Variabelen Attitude 2.Self-efficacy.41** 3.Werk zoeken.28**.29** 4.Baan gevonden.13 Attitude (gecontroleerd voor Self-efficacy).40** Self-efficacy (gecontroleerd voor Werk zoeken).14 31
32 Bijlage 3 Initial Eigenvalues Component Total % of Variance Cumulative %
33 Bijlage 4 Initial Eigenvalues Component Total % of Variance Cumulative %
PERSOONLIJKHEID EN OUTPLACEMENT. Onderzoekspracticum scriptieplan Eerste begeleider: Mw. Dr. T. Bipp Tweede begeleider: Mw. Prof Dr. K.
Persoonlijkheid & Outplacement: Wat is de Rol van Core Self- Evaluation (CSE) op Werkhervatting na Ontslag? Personality & Outplacement: What is the Impact of Core Self- Evaluation (CSE) on Reemployment
Nadere informatieMotivation Matters Werkzoekgedrag Verklaard aan de Hand van Motivationele Factoren en Processen
Werkzoekgedrag Verklaard aan de Hand van Motivationele Factoren en Processen Stephanie Wijdeveld 6036988 Universiteit van Amsterdam Bachelorthese Arbeids- & Organisatiepsychologie Begeleider mw. Dr. Brigitte
Nadere informatieKaren J. Rosier - Brattinga. Eerste begeleider: dr. Arjan Bos Tweede begeleider: dr. Ellin Simon
Zelfwaardering en Angst bij Kinderen: Zijn Globale en Contingente Zelfwaardering Aanvullende Voorspellers van Angst bovenop Extraversie, Neuroticisme en Gedragsinhibitie? Self-Esteem and Fear or Anxiety
Nadere informatieFiguur 1 Precede/Proceed Model
Nederlandse samenvatting Benzodiazepinen zijn geneesmiddelen die vooral bij angstklachten en slaapstoornissen worden voorgeschreven. Ze vormen de op één na meest voorgeschreven middelen in Nederland. Tien
Nadere informatieDANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1
DANKBAARHEID, PSYCHOLOGISCHE BASISBEHOEFTEN EN LEVENSDOELEN 1 Dankbaarheid in Relatie tot Intrinsieke Levensdoelen: Het mediërende Effect van Psychologische Basisbehoeften Karin Nijssen Open Universiteit
Nadere informatieGeloof in eigen kunnen: het effect van JOBS, een groepsinterventie voor werklozen
Geloof in eigen kunnen: het effect van JOBS, een groepsinterventie voor werklozen Veerle Brenninkmeijer, Arjan Van Houwelingen, Roland Blonk en Nico Van Yperen* In dit onderzoek staat de JOBS-training
Nadere informatieVerklarende factoren van werkzoekgedrag en werkhervatting
Verklarende factoren van werkzoekgedrag en werkhervatting Onderzoeksrapport Juni 2007 Edwin van Hooft Marije Ottervanger Instituut voor Psychologie, Erasmus Universiteit Rotterdam Arjan van Dam AGENS SAMENVATTING
Nadere informatiePsychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women. Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere
Psychological Determinants of Absenteeism at Work by Pregnant Women Psychologische determinanten van uitval uit het arbeidsproces door zwangere vrouwen: Onderzoek naar de relatie tussen angst, depressieve
Nadere informatieDe Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij. Verslaafde Patiënten met PTSS
Persoonskenmerken en ervaren lijden bij verslaving en PTSS 1 De Relatie Tussen Persoonskenmerken en Ervaren Lijden bij Verslaafde Patiënten met PTSS The Relationship between Personality Traits and Suffering
Nadere informatieSucces in het vinden van een baan
Succes in het vinden van een baan De invloed van persoonlijkheid en mediatie door zoekgedrag Masterthese Michelle Tabbers Arbeids- en Organisatiepsychologie Universiteit van Amsterdam Collegekaartnummer:
Nadere informatieDe relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen.
De relatie tussen intimiteit, aspecten van seksualiteit en hechtingsstijl in het dagelijks leven van heteroseksuele mannen en vrouwen. The Relationship between Intimacy, Aspects of Sexuality and Attachment
Nadere informatieVerklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van. The explanation of the physical activity of elderly by determinants of
Verklaring van het beweeggedrag van ouderen door determinanten van het I-change Model The explanation of the physical activity of elderly by determinants of the I-change Model Hilbrand Kuit Eerste begeleider:
Nadere informatieTerugkeer naar werk: Predictoren voor deelname aan een subsidiebaan door langdurig werklozen
Terugkeer naar werk: Predictoren voor deelname aan een subsidiebaan door langdurig werklozen Masterthesis Mira Jurzik Naam: Mira Jurzik Studentnummer: 0434531 Opleiding: Master Arbeids- en Organisatiepsychologie
Nadere informatieDe Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag. The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior
De Invloed van Perceived Severity op Condoomgebruik en HIV-Testgedrag The Influence of Perceived Severity on Condom Use and HIV-Testing Behavior Martin. W. van Duijn Student: 838797266 Eerste begeleider:
Nadere informatieRelatie van Eigenwaarde en Motivatie met Employability bij Werklozen. Association of Unemployed Self Esteem and Motivation with Employability
Running head: EIGENWAARDE, MOTIVATIE EN EMPLOYABILITY 1 Relatie van Eigenwaarde en Motivatie met Employability bij Werklozen Association of Unemployed Self Esteem and Motivation with Employability Inge
Nadere informatieNederlandse samenvatting
Addendum A 173 Nederlandse samenvatting Het doel van het onderzoek beschreven in dit proefschrift was om de rol van twee belangrijke risicofactoren voor psychotische stoornissen te onderzoeken in de Ultra
Nadere informatieTestattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als. Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties
Testattitudes van Sollicitanten: Faalangst en Geloof in Tests als Antecedenten van Rechtvaardigheidspercepties Test-taker Attitudes of Job Applicants: Test Anxiety and Belief in Tests as Antecedents of
Nadere informatieSamenvatting (Dutch summary)
Parenting Support in Community Settings: Parental needs and effectiveness of the Home-Start program J.J. Asscher Samenvatting (Dutch summary) Ouders spelen een belangrijke rol in de ontwikkeling van kinderen.
Nadere informatieicoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence,
icoach, een Web-based en Mobiele Applicatie voor Stoppen-met-roken: Verschillen tussen Gebruikersgroepen, Beïnvloedende Factoren voor Adherence, en het Verband tussen Adherence en Effect icoach, a Web-based
Nadere informatieHealthy Work? Christiane de Lange & Nienke Velterop
Healthy Ageing @ Work? Christiane de Lange & Nienke Velterop Healthy Ageing @ Work? Inhoud Presentatie: Onderzoek Christiane naar Duurzame Inzetbaarheid van werknemers Onderzoek Nienke Velterop naar Oudere
Nadere informatieDenken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van. zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten
Denken is Doen? De cognitieve representatie van ziekte als determinant van zelfmanagementgedrag bij Nederlandse, Turkse en Marokkaanse patiënten met diabetes mellitus type 2 in de huisartsenpraktijk Thinking
Nadere informatieWerk zoeken en werk vinden: Een vergelijking van Turkse en autochtone Nederlanders
Werk zoeken en werk vinden 1 Kopregel: WERK ZOEKEN EN WERK VINDEN Werk zoeken en werk vinden: Een vergelijking van Turkse en autochtone Nederlanders Edwin A.J. van Hooft Vrije Universiteit Amsterdam Toon
Nadere informatiegedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang?
Is er een samenhang tussen seksuele attituden en gedragsintenties voor veilig seksueel Is there a correlation between sexual attitudes and the intention to engage in sexually safe behaviour? Does gender
Nadere informatieDe Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende. Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering
De Relatie tussen Mindfulness en Psychopathologie: de Mediërende Rol van Globale en Contingente Zelfwaardering The relation between Mindfulness and Psychopathology: the Mediating Role of Global and Contingent
Nadere informatieHartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken
1 Hartpatiënten Stoppen met Roken De invloed van eigen effectiviteit, actieplannen en coping plannen op het stoppen met roken Smoking Cessation in Cardiac Patients Esther Kers-Cappon Begeleiding door:
Nadere informatievan Werknemers Well-being Drs. P.E. Gouw
De Invloed van Werk- en Persoonskenmerken op het Welbevinden van Werknemers The Influence of Job and Personality Characteristics on Employee Well-being Drs. P.E. Gouw Eerste begeleider: Dr. S. van Hooren
Nadere informatie/hpm. Onderzoek werkstress, herstel en cultuur. De rol van vrijetijdsbesteding. 6 februari 2015. Technische Universiteit Eindhoven
Onderzoek werkstress, herstel en cultuur De rol van vrijetijdsbesteding 6 februari 2015 Technische Universiteit Eindhoven Human Performance Management Group ir. P.J.R. van Gool prof. dr. E. Demerouti /hpm
Nadere informatieVoorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel
Voorspellers van Leerbaarheid en Herstel bij Cognitieve Revalidatie van Patiënten met Niet-aangeboren Hersenletsel Een onderzoek naar de invloed van cognitieve stijl, ziekte-inzicht, motivatie, IQ, opleiding,
Nadere informatieBent u gemotiveerd? L.E.J. Gerretsen Studentnummer: Eerste begeleider: prof. dr. L. Lechner Tweede begeleider: Dr. A.
Bent u gemotiveerd? Een Experimenteel Onderzoek naar de Invloed van een op het Transtheoretisch Model Gebaseerde Interventie op de Compliance bij de Fysiotherapeutische Behandeling van Psychiatrische Patiënten
Nadere informatieLeader Member Exchange: Effecten van Locus of Control, Coping en de Mediatie van Persoonlijk Initiatief
Leader Member Exchange: Effecten van Locus of Control, Coping en de Mediatie van Persoonlijk Initiatief Leader Member Exchange: Effects of Locus of Control, Coping and the Mediation of Personal Initiative
Nadere informatiePositieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen
Positieve, Negatieve en Depressieve Subklinische Psychotische Symptomen en het Effect van Stress en Sekse op deze Subklinische Psychotische Symptomen Positive, Negative and Depressive Subclinical Psychotic
Nadere informatieGezondheid en arbeidsparticipatie: determinanten, gevolgen en bouwstenen voor reïntegratie
Gezondheid en arbeidsparticipatie: determinanten, gevolgen en bouwstenen voor reïntegratie Prof Dr Lex Burdorf Afdeling Maatschappelijke Gezondheidszorg Erasmus MC, Rotterdam Gezondheid van uitkeringsgerechtigden
Nadere informatieHoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het
Samenvatting Hoofdstuk 1 is de algemene inleiding van dit proefschrift. Samenvattend, depressie is een veelvoorkomende stoornis met een grote impact op zowel het individu als op populatieniveau. Effectieve
Nadere informatieManagement Summary. Auteur Tessa Puijk. Organisatie Van Diemen Communicatiemakelaars
Management Summary Wat voor een effect heeft de vorm van een bericht op de waardering van de lezer en is de interesse in nieuws een moderator voor dit effect? Auteur Tessa Puijk Organisatie Van Diemen
Nadere informatieFysieke Activiteit bij 50-plussers. The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and. Physical Activity among Adults Aged over 50
De relatie tussen eigen-effectiviteit 1 De Relatie tussen Eigen-effectiviteit, Intrinsieke Motivatie en Fysieke Activiteit bij 50-plussers The Relationship between Self-efficacy, Intrinsic Motivation and
Nadere informatieHet Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping. The Relation Between Personality, Stress and Coping
Het Verband Tussen Persoonlijkheid, Stress en Coping The Relation Between Personality, Stress and Coping J.R.M. de Vos Oktober 2009 1e begeleider: Mw. Dr. T. Houtmans 2e begeleider: Mw. Dr. K. Proost Faculteit
Nadere informatieDe Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een. Vaste Relatie
De Samenhang tussen Dagelijkse Stress, Emotionele Intimiteit en Affect bij Partners met een Vaste Relatie The Association between Daily Stress, Emotional Intimacy and Affect with Partners in a Commited
Nadere informatieDe Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving
De Relatie tussen Hechting en Welbevinden bij Ouderen: De mediërende Invloed van Mindfulness en Zingeving Relationships between Attachment and Well-being among the Elderly: The mediational Roles of Mindfulness
Nadere informatieDe Invloed van Familie op
De Invloed van Familie op Depressie- en Angstklachten van Verpleeghuisbewoners met Dementie The Influence of Family on Depression and Anxiety of Nursing Home Residents with Dementia Elina Hoogendoorn Eerste
Nadere informatieDe causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de. modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie
Causale Relatie tussen intimiteit en seksueel verlangen 1 De causale Relatie tussen Intimiteit en Seksueel verlangen en de modererende invloed van Sekse en Relatietevredenheid op deze relatie The causal
Nadere informatieWerkloosheid dynamisch bekeken
Werkloosheid Werkloosheid dynamisch bekeken Hoe evolueren zoekgedrag, sbeleving en zoeksucceskansen naarmate men langer werkloos is? Hierover is nog erg weinig geweten, grotendeels omdat de meeste studies
Nadere informatieDe re-integratie van langdurig werklozen naar de arbeidsmarkt
De re-integratie van langdurig werklozen naar de arbeidsmarkt Masterthesis Marleen Wilms 5660734 Dr. Thomas de Vroome Master Arbeid, Zorg & Participatie Universiteit Utrecht 1 juli 2016 1 Samenvatting
Nadere informatieEenzaam ben je niet alleen
Eenzaam ben je niet alleen Een verdiepend onderzoek naar de risicofactoren van eenzaamheid onder volwassenen van 19-65 jaar. Amy Hofman 1, Regina Overberg 1, Marcel Adriaanse 2 1 GGD Kennemerland, 2 Vrije
Nadere informatieWelke Factoren hangen samen met Kwaliteit van Leven na de Kanker Behandeling?
Welke Factoren hangen samen met Kwaliteit van Leven na de Kanker Behandeling? Which Factors are associated with Quality of Life after Cancer Treatment? Mieke de Klein Naam student: A.M.C.H. de Klein Studentnummer:
Nadere informatieEffect publieksvoorlichting
Effect publieksvoorlichting Inleiding Om het effect van de voorlichtingsbijeenkomsten te kunnen meten is gevraagd aan een aantal deelnemers aan deze bijeenkomsten om zowel voorafgaand aan de voorlichting
Nadere informatieWat beïnvloedt zoekgedrag naar een baan?
Master Kinder- en Jeugdpsychologie THESIS Wat beïnvloedt zoekgedrag naar een baan? Onderzoek naar het verband tussen zelfcontrole en zoekgedrag naar een baan, en de invloed van motivatie op dit verband.
Nadere informatieSamenvatting. Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld
Samenvatting Mensen creëren hun eigen, soms illusionaire, visie over henzelf en de wereld om hen heen. Zo hebben vele mensen een natuurlijke neiging om zichzelf als bijzonder positief te beschouwen (bijv,
Nadere informatieSamenvatting, conclusies en discussie
Hoofdstuk 6 Samenvatting, conclusies en discussie Inleiding Het doel van het onderzoek is vast te stellen hoe de kinderen (10 14 jaar) met coeliakie functioneren in het dagelijks leven en wat hun kwaliteit
Nadere informatieHoe weet ik waarom mijn interventies werken en voor wie?
Hoe weet ik waarom mijn interventies werken en voor wie? Maartje van Stralen: Mine Yildirim: Femke van Nassau: Mia Kösters: Hoe evalueer ik hoe mijn interventie werkt? Analyse van mediatoren Hoe evalueer
Nadere informatieSamenvatting (Summary in Dutch)
Samenvatting (Summary in Dutch) Het aantal eerste en tweede generatie immigranten in Nederland is hoger dan ooit tevoren. Momenteel wonen er 3,2 miljoen immigranten in Nederland, dat is 19.7% van de totale
Nadere informatieRelatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën
Relatie tussen Persoonlijkheid, Opleidingsniveau, Leeftijd, Geslacht en Korte- en Lange- Termijn Seksuele Strategieën The Relation between Personality, Education, Age, Sex and Short- and Long- Term Sexual
Nadere informatieZelfinstructie bij de Training MBSR
Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op Stress, Mindfulness, Self efficacy en Motivatie Audrey de Jong Zelfinstructie bij de Training MBSR 2 Zelfinstructie bij de Training MBSR De Effecten op
Nadere informatieDe Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van. Criminaliteit.
Running head: Desistance van Criminaliteit. 1 De Invloed van Persoonlijke Doelen en Financiële Toekomst perspectieven op Desistance van Criminaliteit. The Influence of Personal Goals and Financial Prospects
Nadere informatieAlain Van Hiel en Bart Duriez
Een meetinstrument voor individuele verschillen in Social Dominantie Oriëntatie Alain Van Hiel en Bart Duriez Het concept Sociale Dominantie Oriëntatie (SDO) wordt gedefinieerd als een algemene opvatting
Nadere informatieDe Invloed van Altruïsme op de Samenhang tussen Leeftijd en Mentale Veerkracht
De Invloed van Altruïsme op de Samenhang tussen Leeftijd en Mentale Veerkracht Study of the Influence of Altruism in the Association of Age and Resilience Maik P.W. de Vos Eerste begeleider: Tweede begeleider:
Nadere informatie(In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem
(In)effectiviteit van Angstcommunicaties 1 (In)effectiviteit van Angstcommunicaties op Verminderen van Lichamelijke Inactiviteit: Rol van Attitudefuncties, Self-Monitoring en Self-Esteem (In)effectiveness
Nadere informatieHet verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij
Het verband tussen alledaagse stress en negatief affect bij mensen met een depressie en de rol van zelfwaardering daarbij Een vergelijking van een depressieve en een niet-depressieve groep met Experience-Sampling-Method
Nadere informatieMINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1. Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden
MINDFULNESS, ZELFASPECTEN EN WELZIJN 1 Bewust (wel)zijn? De mediërende rol van het zelf in de relatie tussen mindfulness en psychologisch welbevinden Mindful (well)being? The mediating role of the self
Nadere informatieCode Course name block Ects International Organizations Advanced Project management * Cross Cultural HRM 3 6
Global management of Social Issues Interesting courses Global Management of Social Issues 410129 International Organizations 1 6 410130 Advanced Project management * 3 6 410133 Cross Cultural HRM 3 6 410134
Nadere informatieDeterminanten van Career Decision Self-Efficacy. Determinants of Career Decision Self-Efficacy
Determinanten van Career Decision Self-Efficacy Determinants of Career Decision Self-Efficacy Irma M.Wilst-Blom Eerste begeleider : Dr. J.E.M.M. Syroit Tweede begeleider : Dr. W.J. Pouwelse Student : Mw.
Nadere informatieBeïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten?
Beïnvloedt Gentle Teaching Vaardigheden van Begeleiders en Companionship en Angst bij Verstandelijk Beperkte Cliënten? Does Gentle Teaching have Effect on Skills of Caregivers and Companionship and Anxiety
Nadere informatieCode Cursusnaam block Ects Organization Theory Organization Development Relations and Networks of Organizations 4 6
Minor Organisatiewetenschappen (Organization Studies) 441074 Organization Theory 2 6 441079 Organization Development 3 6 Choose 1 of the following 2 courses: 441057 Relations and Networks of Organizations
Nadere informatieLangdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken
Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari
Nadere informatieGeslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive. Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive
1 Geslacht, Emotionele Ontrouw en Seksdrive Gender, Emotional Infidelity and Sex Drive Femke Boom Open Universiteit Naam student: Femke Boom Studentnummer: 850762029 Cursusnaam: Empirisch afstudeeronderzoek:
Nadere informatieEffecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme
Effecten van contactgericht spelen en leren op de ouder-kindrelatie bij autisme Effects of Contact-oriented Play and Learning in the Relationship between parent and child with autism Kristel Stes Studentnummer:
Nadere informatieArbeidsre-integratie Personen met psychische problemen Arbeidstrajectbegeleiders Hulpverleners. PhD-verdediging Knaeps Jeroen 6 maart 2015
Arbeidsre-integratie Personen met psychische problemen Arbeidstrajectbegeleiders Hulpverleners PhD-verdediging Knaeps Jeroen 6 maart 2015 Probleemstelling Een op drie werkzoekenden heeft psychische problemen
Nadere informatieInhoudsopgave Samenvatting Summary Inleiding Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd. Fout! Bladwijzer niet gedefinieerd.
Evaluatieonderzoek naar de Effectiviteit van de Zomercursus Plezier op School bij Kinderen met Verschillende Mate van Angstig en Stemmingsverstoord Gedrag en/of Autistische Gedragskenmerken Effect Evaluation
Nadere informatieDe kunst bevlogen te blijven
De kunst bevlogen te blijven De rol van persoonlijke hulpbronnen in het welbevinden van jonge veterinaire professionals Nederlandstalige samenvatting Het psychisch welzijn van dierenartsen en andere zorgprofessionals
Nadere informatieManagen van professioneel behandelgedrag door en voor fysiotherapeuten
Managen van professioneel behandelgedrag door en voor fysiotherapeuten Saxion University of Applied Sciences Kenniskring Ondernemend in de Zorg Monique Filart, Jos van der Werf Mei 2015 Aanleiding Behoefte
Nadere informatieEnkelvoudige ANOVA Onderzoeksvraag Voorwaarden
Er is onderzoek gedaan naar rouw na het overlijden van een huisdier (contactpersoon: Karolijne van der Houwen (Klinische Psychologie)). Mensen konden op internet een vragenlijst invullen. Daarin werd gevraagd
Nadere informatieDe Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale. Veerkracht en Demografische Variabelen
Running head: INVLOED VAN DAGELIJKSE STRESS OP BURN-OUT KLACHTEN De Invloed van Dagelijkse Stress op Burn-Out Klachten, Gemodereerd door Mentale Veerkracht en Demografische Variabelen The Influence of
Nadere informatieLichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch. en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa. Physical factors as predictors of psychological and
Lichamelijke factoren als voorspeller voor psychisch en lichamelijk herstel bij anorexia nervosa Physical factors as predictors of psychological and physical recovery of anorexia nervosa Liesbeth Libbers
Nadere informatieWat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten?
De Modererende rol van Persoonlijkheid op de Relatie tussen Depressieve Symptomen en Overeten 1 Wat is de Modererende Rol van Consciëntieusheid, Extraversie en Neuroticisme op de Relatie tussen Depressieve
Nadere informatieEffecten Omgevingsinterventie en Fysieke Activiteit 1. Hoofdeffecten en Mediators van een Omgevingsinterventie op Maat ter Bevordering van
Effecten Omgevingsinterventie en Fysieke Activiteit 1 Hoofdeffecten en Mediators van een Omgevingsinterventie op Maat ter Bevordering van Fysieke Activiteit bij Ouderen Main Effects and Mediators of a
Nadere informatieAnalyse van confounders en mediatoren. Cursus Bachelor Project 2 B&O College 3 Harry B.G. Ganzeboom
Analyse van confounders en mediatoren Cursus Bachelor Project 2 B&O College 3 Harry B.G. Ganzeboom 1 AGENDA Nabespreking Practicum 2. Terug naar College 2: regressie met dummyvariabelen. Confounding en
Nadere informatieMarrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131. chapter 10 samenvatting
Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 131 chapter 10 samenvatting Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 132 Marrit-10-H10 24-06-2008 11:05 Pagina 133 Zaadbalkanker wordt voornamelijk bij jonge mannen vastgesteld
Nadere informatieSELF-MANAGEMENT ABILITY SCALE: SMAS-30/versie 2. Achtergrond, handleiding en scoring.
SELF-MANAGEMENT ABILITY SCALE: SMAS-30/versie 2. Achtergrond, handleiding en scoring. Nardi Steverink Rijksuniversiteit Groningen en Universitair Medisch Centrum Groningen Achtergrond December 2009 Sinds
Nadere informatiePrepare and Pursue. routes to suitable(re-)employment
W N S E Prepare and Pursue routes to suitable(re-)employment Jessie Jessie Koen Koen SAMENVATTING 229 PREPARE AND PURSUE Werkloosheid is voor veel mensen een zeer vervelende ervaring. Niet alleen betekent
Nadere informatieHoe marketingcommunicatie werkt
OHT 3.1 Hoe marketingcommunicatie werkt In dit hoofdstuk zul je het volgende leren: Hoe de hiërarchie van effecten de werking van communicatie kan beschrijven Het belang van attitudevorming voor het overtuigen
Nadere informatieEmotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en. Bevlogenheid
Emotionele Arbeid, de Dutch Questionnaire on Emotional Labor en Bevlogenheid Emotional Labor, the Dutch Questionnaire on Emotional Labor and Engagement C.J. Heijkamp mei 2008 1 ste begeleider: dhr. dr.
Nadere informatieKnelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch
Knelpunten in Zelfstandig Leren: Zelfregulerend leren, Stress en Uitstelgedrag bij HRM- Studenten van Avans Hogeschool s-hertogenbosch Bottlenecks in Independent Learning: Self-Regulated Learning, Stress
Nadere informatieDe Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden
De Rol van Zelfregulatie, Motivatie en Eigen Effectiviteitsverwachting op het Volhouden van Sporten en de Invloed van Egodepletie, Gewoonte en Geslacht The Role of Selfregulation, Motivation and Self-efficacy
Nadere informatieType Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag. Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer?
Type Dementie als Oorzaak van Seksueel Ontremd Gedrag Aanwezigheid van het Gedrag bij Type Alzheimer? Type of Dementia as Cause of Sexual Disinhibition Presence of the Behavior in Alzheimer s Type? Carla
Nadere informatieSELF-MANAGEMENT ABILITY SCALE: SMAS-30 (versie 2/2008)
SELF-MANAGEMENT ABILITY SCALE: SMAS-30 (versie 2/2008) Achtergrond Nardi Steverink Sinds een aantal jaren wordt er binnen het GRIP-en-GLANS-programma (Gezondheidswetenschappen, Universitair Medisch Centrum
Nadere informatieIn hoeverre verschillen de testsscores van laaggeschoolden (tm vmbo tl niveau)van die van hoger geschoolden.
In hoeverre verschillen de testsscores van laaggeschoolden (tm vmbo tl niveau)van die van hoger geschoolden. Houding ten aanzien van arbeid (WAV) De wav onderscheidt de volgende persoonlijkheidstrekken
Nadere informatieKenmerken van jongeren met en zonder sportief zelfbeeld
Dag van het Sportonderzoek 7 oktober 2010 Kenmerken van jongeren met en zonder sportief zelfbeeld Kirsten Verkooijen Gezondheid en Maatschappij Onderzoeksvraag Welke persoonlijke en demografische variabelen
Nadere informatieBeschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw
Beschrijving resultaten onderzoek biseksualiteit AmsterdamPinkPanel Oktober 2014 Joris Blaauw Dit document beschrijft kort de bevindingen uit het onderzoek over biseksualiteit van het AmsterdamPinkPanel.
Nadere informatieEMPO voor Ouders en Jongeren versie 2.0
EMPO voor Ouders en Jongeren versie 2.0 2011 Praktikon BV Nijmegen: Harm Damen 1. Wat is de EMPO? De EMPO 2.0 is een lijst voor zelfevaluatie om de empowerment bij ouders (EMPO Ouders 2.0) en jongeren
Nadere informatieDenken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie.
0 Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve en reflectieve cognitie. Denken en Doen Doen of Denken Het verband tussen seksueel risicovol gedrag en de impulsieve
Nadere informatieDe Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit. The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility.
RELATIE ANGST EN PSYCHOLOGISCHE INFLEXIBILITEIT 1 De Relatie tussen Angst en Psychologische Inflexibiliteit The Relationship between Anxiety and Psychological Inflexibility Jos Kooy Eerste begeleider Tweede
Nadere informatieDeterminanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting. aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen
Determinanten en Barrières van Seksuele Patiëntenvoorlichting aan Kankerpatiënten door Oncologieverpleegkundigen Determinants and Barriers of Providing Sexual Health Care to Cancer Patients by Oncology
Nadere informatieLinkedIn Profiles and personality
LinkedInprofielen en Persoonlijkheid LinkedIn Profiles and personality Lonneke Akkerman Open Universiteit Naam student: Lonneke Akkerman Studentnummer: 850455126 Cursusnaam en code: S57337 Empirisch afstudeeronderzoek:
Nadere informatieJongeren & hun financiële verwachtingen
Nibud, februari Jongeren & hun financiële verwachtingen Anna van der Schors Daisy van der Burg Nibud in samenwerking met het 1V Jongerenpanel van EenVandaag Inhoudsopgave 1 Onderzoeksopzet Het Nibud doet
Nadere informatieCover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation.
Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/19103 holds various files of this Leiden University dissertation. Author: Pisanti, Renato Title: Beyond the job demand control (-support) model : explaining
Nadere informatieKOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN
Gepubliceerd in: Maandblad Reïntegratie nr. 9, 2007, p. 6-10 KOSTENEFFECTIVITEIT RE-INTEGRATIETRAJECTEN Drs. Maikel Groenewoud 2007 Regioplan Beleidsonderzoek Nieuwezijds Voorburgwal 35 1012 RD Amsterdam
Nadere informatieWetenschappelijke onderbouwing Dariuz Works
Wetenschappelijke onderbouwing Dariuz Works Dariuz vindt zijn wetenschappelijke basis in door TNO ontwikkelde methodieken. Sinds 2004 zijn TNO en Dariuz Works samen voortdurend bezig met het doorontwikkelen
Nadere informatieOM JEZELF TE BLIJVEN, MOET JE VERANDEREN (J. BRANSEN) CONCEPTUEEL ONTWERP. X Methoden van Organisatieonderzoek. Voorbereiding op de masterthesis
OM JEZELF TE BLIJVEN, MOET JE VERANDEREN (J. BRANSEN) CONCEPTUEEL ONTWERP Voorbereiding op de masterthesis X Methoden van Organisatieonderzoek P a g i n a 1 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 0 1. Conceptueel
Nadere informatieTechnicus bij Defensie : Je Moet Het Maar kunnen Willen
Master Arbeids- & Organisatiepsychologie THESIS Technicus bij Defensie : Je Moet Het Maar kunnen Willen Een explorerend onderzoek naar de rol van motivatie in het probleem met de werving van technisch
Nadere informatieEen effectiviteitsanalyse van de
Verzuimende werknemers Een effectiviteitsanalyse van de verzuimbegeleiding door Top-Care Onderzoek naar de effectiviteit van de verzuimspecifieke aanpak van Top-Care Esther Hilbers 1 In deze rapportage
Nadere informatie