Onderzoek naar het gebruik van ziekenhuisgegevens : Minimale Klinische Gegevens

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Onderzoek naar het gebruik van ziekenhuisgegevens : Minimale Klinische Gegevens"

Transcriptie

1 Onderzoek naar het gebruik van ziekenhuisgegevens : Minimale Klinische Gegevens RA Pascal Lammar, Luc Hens Steunpunt Verkeersveiligheid Onderzoekslijn 1: Kennis verkeersonveiligheid DIEPENBEEK, STEUNPUNT VERKEERSVEILIGHEID

2 Documentbeschrijving Rapportnummer: RA Titel: Onderzoek naar het gebruik van ziekenhuisgegevens : Minimale Klinische Gegevens Auteur(s): Promotor: Onderzoekslijn: Pascal Lammar Prof. Dr. L. Hens kennis verkeersonveiligheid Aantal pagina s: 69 Trefwoorden: verkeersveiligheid, ongevallen, koppeling, ziekenhuis, Minimale Klinische Gegevens Projectnummer Steunpunt: 1.4 traffic safety, accidents, hospital data, Minimal Clinical Data Projectinhoud: Bespreking van de bruikbaarheid van de Minimale Klinische Gegevens in het verkeersveiligheidsdomein en meer specifiek in het kader van het project Haalbaarheidsstudie voor de correctie van de ongevallengegevens. Uitgave: Steunpunt Verkeersveiligheid, maart Steunpunt Verkeersveiligheid Universitaire Campus Gebouw D B 3590 Diepenbeek T F E info@steunpuntverkeersveiligheid.be I

3 Samenvatting Ziekenhuisbestanden bevatten een heleboel informatie die nuttig gebruikt kan worden voor het verkeersveiligheidsbeleid. Ze kunnen namelijk gebruikt worden om een beeld te geven van het totale aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers en van het aantal verkeersslachtoffers die de spoedgevallendiensten opzoeken. Daarnaast vormen ze een grote bron van medische informatie over verkeersslachtoffers, met onder meer gegevens over soort verwonding (letselpatroon, letseltype), verpleegduur, medische verrichtingen. Deze gegevens laten verschillende analyses toe, evenals de mogelijkheid om de werkelijke financiële kost van verkeersslachtoffers te berekenen. In dit rapport gaat de aandacht in eerste instantie uit naar het bepalen van de omvang van het aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers, en meer bepaald naar de rol die de Minimale Klinische Gegevens hierbij kunnen spelen. De Minimale Klinische Gegevens (MKG), een systeem dat in de algemene ziekenhuizen informatie verzamelt over gehospitaliseerde patiënten, laten toe om via de E-codes de externe oorzaak van het ongeval te identificeren. Bijgevolg geven deze aan of het letsel opgelopen werd bij een verkeersongeval of bij een ander ongeval. Een recentelijk uitgevoerd onderzoek naar de bruikbaarheid van de E-codes binnen de MKG door de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu gaf aan dat de E-codes onvoldoende geregistreerd worden om voldoende bruikbaar te zijn voor beleidsondersteuning. Dit onderzoek leidde tot het rondsturen van een omzendbrief naar de ziekenhuizen betreffende de verplichting tot E-codering binnen de MKG. Vanaf 2003 moet deze verplichting leiden tot een aanzienlijke verhoging van de registratiegraad van de E-codes en stijgt bijgevolg ook het nut van deze gegevens in het kader van de eerder geformuleerde doelstelling. Om de MKG verder kwalitatief te verbeteren, dient bijkomende aandacht gegeven te worden aan het (juist) coderen van de vervoerswijze van het slachtoffer evenals het terugdringen van de hoge graad van codering van niet-gespecificeerde verkeersongevallen. Een verbetering van de MKG beantwoordt aan de nood aan kwalitatief betere medische gegevens om, zoals in het buitenland, succesvolle koppelingen te maken tussen de politiebestanden en ziekenhuisbestanden. Dergelijke koppelingen kunnen gebruikt worden voor de correctie van het aantal verkeersslachtoffers, maar bieden bijkomend ook de mogelijkheid tot diepgaander onderzoek naar de relaties tussen tal van ongevals- en letselkenmerken en naar de graad van misclassificatie van de letselernst door de politie. Het ontbreken van een unieke koppelvariabele, zoals naam of rijksregisternummer, zorgt ervoor dat het koppelen van politie- en ziekenhuisbestand geen sinecure is. Toch blijken er in het buitenland, zoals o.m. in Nederland en Engeland, voorbeelden te zijn waar men via een nauwkeurig geselecteerde set van variabelen die in beide bestanden voorkomen tot een behoorlijke graad van koppeling te komen. Volgende variabelen zouden bij een koppeling in Vlaanderen/België in aanmerking kunnen komen, gebaseerd op buitenlandse koppelingsonderzoeken: tijdstip van ongeval/opname, geslacht, leeftijd, plaats van gebeuren/geografische locatie, E-code en eventueel type weggebruiker en letselernst. Daarnaast kan men ook gebruikmaken van andere variabelen die noodzakelijkerwijze gecodeerd moeten worden omwille van de wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer, maar dan dient goedkeuring verkregen te worden van de Ethische Comités van de ziekenhuizen en aangifte gedaan te worden bij de Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.

4 De taak van de overheid bestaat eruit dit proces van verbetering van de medische gegevens aan te moedigen en te ondersteunen. Daarnaast dient ervoor gezorgd te worden dat er daadwerkelijk gebruik gemaakt wordt van deze Minimale Klinische Gegevens door ze toe te passen voor de analyse van medische kenmerken van verkeersslachtoffers en in het kader van de correctie van het aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers. Op deze manier wordt een duidelijk positief signaal gegeven zowel naar de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu als naar de ziekenhuizen, dat de data wel degelijk gebruikt worden voor epidemiologisch onderzoek. Om dit proces te ondersteunen en verbeteren is het nodig dat de intersectorale samenwerking tussen de verkeers- en gezondheidsoverheden verbeterd wordt door het opstellen van een protocol of samenwerkingsovereenkomst. Een werkgroep samengesteld uit de verschillende betrokken actoren kan bovendien opgericht worden om het opstarten van een koppelingsprocedure tussen ziekenhuis- en politiebestand te begeleiden en vergemakkelijken.

5 Tabellen Tabel 1 : Fragment uit het Recommended Framework for Presenting Injury Mortality and Morbidity Data Tabel 2 : Aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers MKG versus BIVV, België, Tabel 3 : Aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers van BIVV in vergelijking met MKG gedurende Tabel 4 : Ernstig gewonde verkeersslachtoffers uit BIVV-statistieken en MKG onderverdeeld naar vervoerswijze, over de periode Tabel 5 : Schatting van het aantal gevallen volgens letselmechanisme gebaseerd op gecomputeriseerde ontslaggegevens van 32 bestudeerde ziekenhuizen (Washington, VS) vergeleken met de resultaten van de review door de externe expert codeerder Tabel 6 : Aantallen bezoeken aan spoedgevallendiensten, aantal ziekenhuisopnames en aantal doden in Missouri en Nebraska (VS) voor de studieperiode 1996 t.e.m Tabel 7 : Jaarlijks aantal bezoeken voor verkeersongevallen met motorvoertuigen (E810- E819) aan spoedgevallendiensten voor Missouri en Nebraska in vergelijking met het aantal volgens het NEISS-AIP Tabel 8 : Verdeling naar vervoerswijze van de totale doelpopulatie en van de groep opgenomen in de politieregistratie (VOR), met ophoogfactoren, op basis van de bestanden van Tabel 9 : Registratiegraad naar vervoerswijze voor 1997, resulterend uit koppeling van VOR en LMR Tabel 10 : Aantallen geregistreerde ziekenhuisgewonden in LMR en VOR en de berekende werkelijke aantallen, evenals de registratiegraad en koppelingsgraad voor Tabel 11 : Overzicht van de gebruikte methodologie bij uitgevoerde koppelingen tussen politiebestand en ziekenhuisbestand/traumaregister Tabel 12 : Resultaten (% gematchte records) van koppelingen tussen politiebestand en ziekenhuisbestand/traumaregister volgens vervoerswijze Tabel 13 : Registratiegraad (%) naar type weggebruiker en type ongeval op basis van in het ziekenhuisbestand toegekende E-codes Tabel 14 : Variabelen in politiebestand en ziekenhuisbestand Figuren Figuur 1 : Evolutie van het aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers van BIVV in vergelijking met MKG gedurende Figuur 2 : Voorstelling van de relatie tussen ICD-10 en ICECI-variabelen Figuur 3 : Structuur van ICECI... 31

6 Inhoudsopgave Samenvatting INLEIDING INTERNATIONAL CLASSIFICATION OF DISEASES (ICD) Situering ICD-9 en E-codes ICD-10 en V-codes MINIMALE KLINISCHE GEGEVENS Wat? Doel Samenstelling MKG Gegevensverwerking en rapportering Kwaliteit MKG en spoedgevallendiensten Nut Beperkingen Onderzoek Uitwendige oorzaken in de Minimale Klinische Gegevens BUITENLANDSE ERVARINGEN MET ICD-CLASSIFICATIE EN E-CODERING Ervaringen met gebruik E-codering bij ziekenhuisopname Ervaringen met gebruik E-codering binnen de dienst spoedgevallen en de mogelijkheden van injury surveillance systemen Initiatieven ter verbetering ICD-classificatie Koppeling ziekenhuis- en politiebestanden Nederland Resultaten van een selectie van andere koppelingsonderzoeken Meerwaarde ziekenhuisbestand en/of koppeling politie- en ziekenhuisbestand Knelpunten bij koppeling AANBEVELINGEN VOOR DE VLAAMSE OVERHEID CONCLUSIES LITERATUURLIJST BIJLAGE 1 : ICD-9-CM classificatiesysteem BIJLAGE 2 : Vervoersgerelateerde E-codes (ICD-9) BIJLAGE 3 : Vervoersgerelateerde V-codes (ICD-10)... 59

7 BIJLAGE 4 : Te registreren bestanden in het kader van de registratie van de Minimale Klinische Gegevens BIJLAGE 5 : Omzendbrief verplichte codering van de E-codes in de MKG BIJLAGE 6 : NCECI (sectie vervoersongevallen)... 68

8 1. I N L E I D I N G Dit rapport over de rol die ziekenhuizen kunnen spelen in het verkeersveiligheidsdomein vormt een onderdeel van de werkzaamheden binnen Onderzoekslijn 1: Kennis verkeersonveiligheid van het Steunpunt Verkeersveiligheid. Het gaat meer bepaald om Project 1.4: Haalbaarheidsstudie voor correctie van ongevallengegevens dat tot doel heeft te zoeken naar een methodologie om de verkeersongevallencijfers te corrigeren door gebruik te maken van een aantal binnen dit kader geselecteerde doelgroepen, met name ziekenhuizen, ziekenfondsen, verzekeringsmaatschappijen, huisartsen en de bevolking. Om te weten hoeveel verkeersslachtoffers in de hedendaagse ongevallenregistratie gemist worden, is het gebruik van verschillende doelgroepen noodzakelijk, omdat op dit moment geen doelgroep op zich een volledig beeld kan geven van de werkelijke verkeersongevallencijfers. De belangrijkste reden om gebruik te maken van werkelijke verkeersongevallencijfers vloeit voort uit de behoefte om de werkelijkheid juist weer te geven. Analyse van de ongevalsgegevens afkomstig van de politie kan immers tot verkeerde beslissingen aanleiding geven, aangezien deze gegevens niet op alle punten representatief zijn. In dit rapport wordt dieper ingegaan op de doelgroep ziekenhuizen. Ziekenhuizen vormen een interessante doelgroep omdat ze alle verkeersslachtoffers die medische behandeling vereisen, groeperen, met uitzondering van de verkeersslachtoffers met lichtere verwondingen die zich buiten het ziekenhuis laten verzorgen. Globaal kan gesteld worden dat zowat elk verkeersslachtoffer met matige of ernstige verwondingen in het ziekenhuis terechtkomt. De gegevensbestanden die binnen de ziekenhuizen bijgehouden worden, kunnen een meervoudig doel dienen: 1. een beeld geven van de omvang van het totale aantal ernstig gewonden via gegevens over ziekenhuisopname, evenals van de respectievelijke onderverdelingen, zodat ophoogfactoren kunnen worden berekend; 2. een beeld geven van de omvang van het aantal verkeersslachtoffers die niet in het ziekenhuis opgenomen worden, maar wel de spoedgevallendiensten opzoeken; 3. de mogelijkheid bieden tot diepgaander onderzoek naar de relaties tussen ongevals- en letselkenmerken; 4. informatie aanreiken om de reële financiële kost van verkeersslachtoffers te becijferen. Deze doelen kunnen bereikt worden op verschillende manieren: enerzijds kan gewerkt worden met een zo groot mogelijk bestand waarin zoveel mogelijk ziekenhuizen omvat zijn, anderzijds kan gebruikgemaakt worden van een selectie aan ziekenhuizen. Wanneer het de bedoeling is een beeld te krijgen van de omvang van het totale aantal verkeersslachtoffers, wordt bij voorkeur gewerkt met een zo groot mogelijk bestand van voldoende kwaliteit. Voor punt 3 is een (kleiner) gekoppeld bestand van de hoogste kwaliteit te prefereren. In het kader van dit rapport gaat de aandacht in eerste instantie uit naar punt 1, zonder evenwel zomaar voorbij te lopen aan de andere punten. Steunpunt Verkeersveiligheid 9 RA

9 De primaire aandacht voor de ernstig gewonde verkeersslachtoffers vloeit voort uit het bestaan van de Minimale Klinische Gegevens. Deze Minimale Klinische Gegevens vormen een registratiesysteem in alle algemene ziekenhuizen in België waarbij een set van standaardgegevens geregistreerd wordt voor alle ziekenhuisopnames. Dit systeem biedt het voordeel dat er met een zeer groot bestand kan gewerkt worden, waarbij heel België omvat wordt. Aangezien de ziekenhuispatiënten de ernstig gewonde verkeersslachtoffers omvatten (volgens de definitie van ernstig gewonden die stelt dat een verkeersslachtoffer ernstig gewond is bij ziekenhuisopname van langer dan 24 uur), biedt dit registratiesysteem de mogelijkheid om een idee te verkrijgen van het werkelijk aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers. In dit rapport wordt meer bepaald een antwoord gegeven op volgende vragen : - Welk potentieel hebben ziekenhuisbestanden in het verhogen van de kennis van verkeersonveiligheid? - Wat zijn de Minimale Klinische Gegevens? - Welke rol vervullen de Minimale Klinische Gegevens? - Wat is het potentieel van deze Minimale Klinische Gegevens en van de ziekenhuizen als doelgroep in het kader van de correctie van de ongevallengegevens? - Welke aanvullende informatie bieden de Minimale Klinische Gegevens ten opzichte van de registratie door de politie? - Welke mogelijkheden bieden de Minimale Klinische Gegevens om extra inzicht te krijgen in de kwaliteit en de volledigheid van de registratie door de politie? - Wat zijn de beperkingen van de Minimale Klinische Gegevens? - Welke gelijkaardige systemen worden in het buitenland gehanteerd en in welke mate worden ze gebruikt in relatie tot verkeersongevallen en verkeersslachtoffers? - Wat zijn de mogelijkheden van koppeling tussen de Minimale Klinische Gegevens en de politiegegevens? - Hoe gebeuren koppelingen van ziekenhuis- en politiebestanden in het buitenland? Steunpunt Verkeersveiligheid 10 RA

10 2. I N T E R N A T I O N A L C L A S S I F I C A T I O N O F D I S E A S E S ( I C D ) 2.1 Situering Om het nut van de Minimale Klinische Gegevens te begrijpen voor de correctie van de verkeersslachtoffers enerzijds en voor het verschaffen van medische gegevens inzake verkeersslachtoffers anderzijds, is het noodzakelijk dieper in te gaan op de International Classification of Diseases (ICD). Dit classificatiesysteem werd ingevoerd door de WHO en is nu het meest wijdverbreide coderingskader voor de categorisering van ziekten, letsels en doodsoorzaken (WHO, 1977; Langley et al., 1999). Ook de gebruikte procedures worden via dit systeem gecodeerd. Aangezien mortaliteit en morbiditeit een enigszins andere classificatie behoeven, werd voor morbiditeit een aangepaste classificatie uitgewerkt, namelijk de International Classification of Diseases, Clinical Modification (ICD- CM). Deze is gebaseerd op de ICD van de mortaliteit, maar heeft een fijnere opsplitsing (vier en/of vijf getallen waar de ICD er drie of vier voorziet) en een andere regelgeving. De classificatie van mortaliteit en morbiditeit verschilt doordat bij morbiditeit de aandacht voornamelijk uitgaat naar de huidige aandoening of letsel, waarvoor een patiënt behandeld wordt. Er wordt prioriteit gegeven aan de behandeling, preventie komt slechts op de tweede plaats. Bij sterfte geldt het concept van de oorspronkelijke doodsoorzaak ( underlying cause of death ) met name : The underlying cause of death is (a) the disease or injury which initiated the train of events leading directly to death, or (b) the circumstances of the accident or violence which produced the fatal injury (Aelvoet et al., 2002). Sinds de ontwikkeling van de International Classification of Diseases (ICD) werd deze classificatie herhaaldelijk aangepast om beter aan de praktijkbehoeften te voldoen. Op dit moment zijn de negende revisie (ICD-9) en/of de tiende revisie (ICD-10) internationaal in gebruik. De 10 de revisie van de ICD (ICD-10) is de laatste versie tot hiertoe door de WHO uitgebracht in 1992 (Langley et al., 1999). De International Classification of Diseases wordt zowel gebruikt voor de classificatie van mortaliteit als morbiditeit. Voor morbiditeit werd een aangepaste versie uitgewerkt, de International Classification of Diseases, Clinical Modification (ICD-CM). Op dit moment gebruikt men in België de ICD-10 voor de mortaliteitclassificatie en de ICD-9-CM voor de morbiditeitclassificatie. De nieuwe morbiditeitclassificatie ICD-10-CM is (nog) niet in gebruik in België. Het interessante aan de ICD-classificatie vloeit voort uit het bieden van de mogelijkheid om de ongevalsoorzaken van letsel(s) te typeren (E-codes in ICD-9 en V-codes in ICD-10, ook wel externe oorzaken van letsels en vergiftiging genoemd). 2.2 ICD-9 en E-codes De ICD-9 is de negende revisie van de International Classification of Diseases. De ICD-9-CM wordt nog in heel wat landen gebruikt, waaronder België. Dit classificatiesysteem bevat een lijst met numerieke codes ( ) voor de verschillende mogelijke ziektes en letsels. De hoofdclassificatie van ICD-9-CM telt 17 categorieën. De laatste categorie behandelt de Letsels en vergiftigingen, Steunpunt Verkeersveiligheid 11 RA

11 welke voor verkeersongevallen relevant is om zicht te krijgen op de specifieke letsels opgelopen tijdens het ongeval via de letselcodes of N-codes. Daarnaast bestaan er twee aanvullende classificaties: de V-codes en de E-codes. De V-codes behandelen de Factoren die de gezondheidsstatus beïnvloeden en het contact met gezondheidsdiensten, terwijl de E-codes de Uitwendige oorzaken van letsels en vergiftigingen behandelen (zie bijlage 1). De E-codes vormen een aanvullende codering die gewoonlijk wordt toegevoegd als de ziekenhuisopname het gevolg is van een ongeval (categorie: letsel en vergiftiging ( )). De externe oorzaken van letsels worden geclassificeerd in verschillende categorieën die onderzoek mogelijk maken naar zowel letselmechanisme (vb. val, motorvoertuigongeval,...) als opzet (opzettelijk zoals moord, onopzettelijk zoals verkeersongeval). E-codes kunnen gegroepeerd worden in grote categorieën om bijvoorbeeld alle verkeersongevallen met motorvoertuig te omvatten of kunnen zeer precies zijn met onder meer onderscheid naar het type ongeval (vb. betreft het een botsing of niet) en de vervoerswijze van het slachtoffer. E-codes laten ook toe de plaats van gebeuren te identificeren (vb. straat, recreatie- en/of sportterrein,...), hoewel dit laatste minder gebruikt wordt (Christoffel et al., 1999; van Kampen et al., 2002). Meer specifiek bestaat de E-code uit de letter E, gevolgd door drie cijfers (de standaardomschrijving), een punt en dan nog één of twee cijfers. Het vierde cijfer geeft een verdere specificatie aan, terwijl het vijfde cijfer voor een selectie van E- codes de locatie van het ongeval aanduidt. De E-codes die in het kader van de verkeersonveiligheidsproblematiek voornamelijk van belang zijn, zijn de volgende : E : Spoorwegongevallen E : Verkeersongevallen met motorvoertuig E : Andere vervoersongevallen Voor de meer gedetailleerde classificatie van deze E-codes wordt verwezen naar bijlage 2. Bij de vervoersgerelateerde E-codes geven de cijfers vóór de punt het soort ongeval aan, terwijl de cijfers na de punt meestal de vervoerswijze van het slachtoffer aanduiden (EICD, 2003; Polak, 2001). Ter verduidelijking volgen enkele voorbeelden: E814.7 betreft een verkeersongeval waarbij een voetganger aangereden wordt door een motorvoertuig met de voetganger als slachtoffer. E817.2 betreft een verkeersongeval waarbij een bromfietser of motorrijder gewond raakt tijdens het op- of afstappen zonder dat er een botsing plaatsheeft. E823.3 betreft een niet-verkeersongeval waarbij een passagier van een brom- of motorfiets gewond wordt bij een botsing met een stilstaand voorwerp. (EICD, 2003). Het potentieel van de E-codes voor letselepidemiologie is groot. Ze verschaffen data voor letselonderzoek, zodat bepaalde letselproblemen geïdentificeerd kunnen worden, geven de mogelijkheid om letselpreventiestrategieën op maat uit te werken en om deze vervolgens te kunnen evalueren. De E-codes worden wel eens de missing link in de letselpreventie genoemd. Een samenwerking tussen het National Center for Health Statistics, het National Center for Injury Prevention and Control, en de Injury Control and Emergency Health Services Section van de American Public Health Association leverde een Steunpunt Verkeersveiligheid 12 RA

12 kader op dat aanbevolen wordt voor de presentatie van mortaliteitsdata ten gevolge van letsels ( Recommended Framework for Presenting Injury Mortality Data ). Deze publicatie stelt de standaard categorieën van E-codes voor in een matrix die de letselmechanismen groepeert overeenkomstig het opzet (vb. zelfmoord (opzet) door vergiftiging (mechanisme) ) eerder dan de traditionele tabulatiecategorieën die enkel de manier van sterfte benadrukken (moord, zelfmoord, onopzettelijk) (Christoffel et al., 1999). Een variant werd ontwikkeld voor niet-dodelijke letsels: Recommended framework of E-code groupings for presenting injury mortality and morbidity data (Injury Surveillance Workgroup, 2003) (zie tabel 1). Een dergelijk kader is belangrijk voor de ontwikkeling van een doel voor dit systeem en om aan te tonen wat men via het verzamelen van de E- codes kan bereiken wanneer het volledige potentieel van deze benadering gebruikt wordt (Christoffel et al., 1999). Mechanism/Cause Unintentional Selfinflicted Motor vehicle traffic 1 Occupant Motorcyclist Pedal cyclist Pedestrian Unspecified Manner/intent Assault Undetermined Other E (.0-.9) E958.5 E968.5 E988.5 E (.0,.1) E (.2,.3) E (.6) E (.7) E (.9) Pedal cyclist, other 2 E (.3); E (.6); E826.1,.9; E (.1) Pedestrian, other 3 E (.2); E (.7); E (.0) Transport, other 4 E800- E958.6 E (.0,.1,.8,.9); E (.0-.5,.8,.9); E ; E (.2-.9); E : E833.0-E845.9 Tabel 1 : Fragment uit het Recommended Framework for Presenting Injury Mortality and Morbidity Data (Injury Surveillance Workgroup, 2003); in geval van mortaliteit dient selfinflicted vervangen te worden door suicide en assault door homicide, de code E968.5 onder assault valt dan weg (Christoffel et al., 1999). 2.3 ICD-10 en V-codes De ICD-10 is de tiende en laatste nieuwe revisie van de International Classification of Diseases. De ICD-10 wordt op dit moment in vele landen gebruikt voor de mortaliteitclassificatie, zoals ook in België. De nieuwe versie voor de morbiditeitclassificatie, ICD-10-CM, is in een aantal landen pas recentelijk ingevoerd zoals onder meer in de Verenigde Staten, Australië, Nieuw-Zeeland, de Scandinavische landen (Noorwegen, Finland, Denemarken, Zweden), Duitsland en 1 Motor vehicle traffic : Injury involving automobiles, vans, trucks, motorcycles, and other motorized cycles known or assumed to be traveling in public roads or highways excluding nontraffic or off-road injuries 2 Pedal cyclist, other : Injury to a pedal cyclist not involving motor vehicle traffic incidents 3 Pedestrian, other : Injury to a pedestrian hit by a train, a motor vehicle where the collision did not occur in traffic (not on a public road or highway), or another means of transportation 4 Transport, other : Injury associated with various other means of transportation such as railway, offroad, and other motor vehicles not in traffic, other surface transportation, water and aircraft, animaldrawn vehicle, and animal being ridden (Quinlan et al., 1999) Steunpunt Verkeersveiligheid 13 RA

13 het Verenigd Koninkrijk. In België is de ICD-10-CM nog niet ingevoerd. Ze verschilt van de vorige versie, ICD-9-CM, in het aanbieden van een nog groter aantal classificatiemogelijkheden. Andere verschillen zijn de toevoeging van een korte classificatie Type activiteit (vb. tijdens sportactiviteit, tijdens vrije tijd, tijdens werk,...) en een herziene code Plaats van gebeuren (vb. thuis, op straat, sportterrein,...). Terwijl numerieke codes ( ) gebruikt worden in ICD-9 maakt men in ICD-10 gebruik van een alphanumeriek codeerschema, gebaseerd op codes beginnende met een letter en gevolgd door twee cijfers (A00-Z99). Verdere detaillering is vervolgens mogelijk door gebruik te maken van decimale numerieke subdivisies (EICD, 2003). ICD-10 bestaat uit een twintigtal hoofdstukken, waarvan er twee relevant zijn voor letsels, namelijk hoofdstuk 19 en 20. Hoofdstuk 19 classificeert het soort letsel (letselcodes beginnende met de letters S en T) en hoofdstuk 20 classificeert de externe oorzaak van de letsels. Voor de externe oorzaken van letsels maakt men gebruik van de letters V, W, X en Y in tegenstelling tot de E-codes in de 9 e revisie van de ICD (ICD-9). Ongevallen worden gecodeerd via de categorieën V01-X59 (Barss et al., 1998; Lund, 2003; Fingerhut et al., 2000). In ICD-10 vormen de externe oorzaken geen aanvullend hoofdstuk meer, maar worden geïntegreerd in de hoofdclassificatie (Barss et al., 1998; Fingerhut et al., 2000). In sommige landen, zoals Finland en Noorwegen, werden van dit hoofdstuk aangepaste (verkorte) versies opgesteld (Lund, 2003; Fingerhut et al., 2000) (zie hoofdstuk 4). Binnen deze classificatie geven de drie eerste karakters informatie over het ongevalsmechanisme en het opzet van het letsel. Het vierde karakter kenmerkt de plaats van gebeuren, behalve bij transportongevallen. Het vijfde karakter kenmerkt de activiteit van de gewonde persoon op het ogenblik van letseloptreden (Lund, 2003). Bijkomende karakters kunnen toegevoegd worden naargelang de specifieke situatie. Verschillende aangepaste versies worden gehanteerd in de diverse landen (Fingerhut et al., 2000). De codes voor transportongevallen (V00-V99) hebben over het algemeen 4 karakters met de V als eerste karakter. Het tweede karakter (het eerste cijfer na de V) geeft de vervoerswijze van het slachtoffer weer (vb. voetganger, fietser, inzittende); het derde karakter identificeert de tegenpartij of de omstandigheid van het ongeval (botsing met voertuig, niet-botsing); het vierde karakter identificeert de activiteit van het slachtoffer (bestuurder, passagier) en of het ongeval plaatsvond in een verkeers- of niet-verkeerssituatie (zie ook bijlage 3) (Fingerhut et al., 2000). Ter verduidelijking volgen enkele voorbeelden : V44.5 : Autobestuurder gewond bij botsing met een vrachtwagen of bus in een verkeersongeval. Het tweede karakter (namelijk de 4 (V44.5)) geeft aan dat het om een auto-inzittende gaat; bij het derde karakter staat de 4 (V44.5) voor een botsing met een vrachtwagen of bus; het vierde karakter (namelijk de 5 (V44.5)) geeft aan dat de bestuurder gewond werd in een verkeersongeval. V01.12 : Voetganger op skateboard gewond bij botsing met fietser in een verkeersongeval. Het tweede karakter (namelijk de 0 (V01.12)) geeft aan dat het om een voetganger gaat; bij het derde karakter staat de 1 (V01.12) voor een botsing met een fietser; het vierde karakter (namelijk de 1 (V01.12)) geeft aan dat de voetganger gewond werd in een verkeersongeval; het vijfde karakter (namelijk de 2 (V01.12)) geeft aan dat het een voetganger op een skateboard betreft. V17.0 : Fietsbestuurder gewond bij botsing met een vast of stilstaand voorwerp in een niet-verkeersongeval. Het tweede karakter (namelijk de 1 (V17.0)) geeft aan dat het om een fietser gaat; bij het derde karakter staat de 7 (V17.0) voor Steunpunt Verkeersveiligheid 14 RA

14 een botsing met een vast of stilstaand voorwerp; het vierde karakter (namelijk de 0 (V17.0)) geeft aan dat de bestuurder gewond werd in een nietverkeersongeval. (Fingerhut et al., 2000; National Center for Health Statistics, 2003). Steunpunt Verkeersveiligheid 15 RA

15 3. M I N I M A L E K L I N I S C H E G E G E V E N S In dit hoofdstuk wordt nader ingegaan op de bruikbaarheid van ziekenhuisgegevens en meer bepaald de Minimale Klinische Gegevens. In het algemeen is er aanzienlijke variatie in de gegevensverzameling van patiënten binnen ziekenhuizen, wat o.m. samenhangt met de werkbelasting (deze bepaalt hoeveel tijd overblijft voor gegevensverzameling) en het intern belang dat gehecht wordt aan de gegevensverzameling. Bepaalde gegevens, zoals de Minimale Klinische Gegevens, moeten echter verplicht verzameld worden volgens het Koninklijk Besluit van 6 december 1994 (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 2002). Aangezien de Minimale Klinische Gegevens de mogelijkheid bieden het aantal in het ziekenhuis opgenomen verkeersslachtoffers te selecteren, wat perfect overeenkomt met de definitie voor zwaargewonde zoals die bij de politieregistratie gehanteerd wordt, is het door gebruik te maken van deze gegevens in principe mogelijk om na te gaan hoe groot de onderregistratie is van het aantal zwaargewonde verkeersslachtoffers door de politie. Dit laat toe ophoogfactoren te berekenen, eventueel gedifferentieerd naar vervoerswijze. Daarnaast geven deze Minimale Klinische gegevens ook een beeld van de medische gegevens van verkeersslachtoffers, zodat o.m. cijfers betreffende letselpatroon en letseltype van verkeersslachtoffers afgeleid kunnen worden. 3.1 Wat? De Minimale Klinische Gegevens (MKG) zijn gegevens over alle verblijven van ziekenhuispatiënten in de algemene 5 niet-psychiatrische ziekenhuizen in België. De MKG moeten verplicht geregistreerd worden sinds oktober Vanaf 1995 geldt deze registratie ook voor daghospitalisatie 6 en sinds 2000 is ze ook verplicht voor alle pasgeborenen, zelfs als er niet gefactureerd wordt. De MKG hebben enkel betrekking op personen die in het ziekenhuis opgenomen worden. Binnen dit registratiesysteem wordt gewerkt met registratieperiodes. Een registratieperiode omvat hierbij de gegevens van alle verblijven waarvoor er gefactureerd mag worden en waarbij de patiënt ontslagen wordt binnen een periode van zes maanden. Dit betekent dat tweemaal per jaar de MKG door de ziekenhuizen naar de overheid doorgestuurd worden, welke de gegevens van de twee registratieperiodes samenvoegt om de resultaten voor het betreffende registratiejaar te kennen (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 2002). 3.2 Doel De registratie van Minimale Klinische Gegevens heeft tot doel het te voeren gezondheidsbeleid te ondersteunen, onder meer voor wat betreft: - vaststelling van de behoeften aan ziekenhuisvoorzieningen; - omschrijving van de kwalitatieve en de kwantitatieve erkenningsnormen van de ziekenhuizen en hun diensten; - organisatie van de financiering van de ziekenhuizen; - bepaling van het beleid inzake de uitoefening van de geneeskunst; - uitstippeling van een epidemiologisch beleid. 5 Algemene ziekenhuizen zijn ziekenhuizen waar je terecht kan voor alle soorten pathologieën. 6 Daghospitalisatie : de patiënt wordt op dezelfde dag ontslagen als deze waarop hij werd opgenomen en er wordt geen volledige ligdag gefactureerd. Steunpunt Verkeersveiligheid 16 RA

16 (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 2002). Vooral in het kader van de laatste doelstelling, namelijk het uitstippelen van een epidemiologisch beleid, is nog veel progressie mogelijk. Van belang is de vaststelling dat de MKG fungeren als informatiebron bij het bepalen van de financiering van de ziekenhuizen. Dit gebeurt aan de hand van de verblijfsduurperformantie van de ziekenhuizen. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de diagnosegroepen, AP-DRG (zie 3.4). Per diagnosegroep wordt de verblijfsduur in het desbetreffende ziekenhuis vergeleken met de nationaal gemiddelde verblijfsduur. Dit systeem levert per diagnosegroep een bonus aan de ziekenhuizen met een kortere verblijfsduur dan het nationale gemiddelde en een malus voor een langere verblijfsduur dan het nationale gemiddelde. Geleidelijk aan wordt een nieuw financieringssysteem ingevoerd waarbij de verblijfsduurperformantie a priori in de ziekenhuisbudgetten verwerkt wordt. Hierbij wordt op basis van de nationaal gemiddelde verblijfsduur een aantal verantwoorde dagen toegekend. Aangezien de financiering in toenemende mate activiteits- en pathologiegebaseerd wordt, stijgt het belang van een correcte en volledige registratie en codering. 3.3 Samenstelling MKG De mee te delen Minimale Klinische Gegevens omvatten, volgens het KB van 6 december 1994 : 1. Algemene gegevens betreffende de instelling en de dienst(en): - het registratienummer van de instelling toegekend door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft; - het erkenningsnummer toegekend door de overheid die bevoegd is voor de erkenning van ziekenhuisdiensten; - de code van het gegevensbestand toegekend door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft. 2. Gegevens met betrekking tot de patiënt: - het registratienummer, dat uniek dient te zijn en geen enkel persoonlijk gegeven, zoals de geboortedatum, mag bevatten; - het geboortejaar; - het geslacht; - voor de Belgen, de gemeente van hun hoofdverblijf, en voor de vreemdelingen, hun land van herkomst; - de heropname na ontslag uit hetzelfde ziekenhuis. 3. Gegevens betreffende het verblijf van de patiënt: - het verblijfsnummer dat per verblijf in het ziekenhuis uniek dient te zijn; - het aantal verpleegdagen per ziekenhuisverblijf; - de datum van opname, uitgedrukt in jaar, maand en dag in de week; - de datum van ontslag, uitgedrukt in jaar, maand en dag in de week; - de verblijfsduur in intensieve zorgen, uitgedrukt in dagen; - de aard van opname; - de verwijzende instantie; - de aard van ontslag; - de bestemming van de patiënt na ontslag; - de verblijfsduur. 4. Diagnoses gecodeerd volgens ICD-9-CM-code met 5 cijfers. 5. Ingrepen gecodeerd volgens de RIZIV-nomenclatuur en volgens de ICD-9-CMcode met 4 cijfers. 6. Uitbestede onderzoeken: aard en aantal van onderzoeken die elders dan in het berokken ziekenhuis zijn verricht. 7. Risicodragende technieken gecodeerd volgens de RIZIV-nomenclatuur met 6 cijfers zoals nader omschreven door de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid heeft. Steunpunt Verkeersveiligheid 17 RA

17 (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 2002). Recentelijk werd een nieuw concept uitgewerkt aangaande de Richtlijnen voor de registratie van de Minimale Klinische Gegevens (MKG). De nieuwe richtlijnen voeren het gebruik van de MKG in voor de registratie van de chirurgische daghospitalisatie vanaf het tweede semester (1 juli) van het registratiejaar 2002 (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). De registratie bestaat nu uit een geheel van 10 bestanden : bestand ziekenhuis, bestand patiënt in ziekenhuis, bestand ziekenhuisverblijf, bestand verblijf in specialisme, bestand verblijf in bedindex 7, bestand verblijf in verpleegeenheid, bestand diagnose, bestand procedure ICD-9-CM, bestand procedure RIZIV en het bestand geboortegegevens pasgeborene. Deze bestanden bevatten voornamelijk volgende gegevens: CIV-nummer (uniek ziekenhuisnummer), registratiejaar en semester, anoniem patiëntennummer ziekenhuis (registratienummer genoemd in het KB), patiëntensleutel, geboortejaar, verblijfsnummer, type ziekenhuisverblijf, opname- en ontslagdata (jaar, maand + dag in de week), geslacht, verblijfplaats, nationaliteit, verblijfsduur, plaats vóór opname, type opname, verwijzing, bestemming, type ontslag, diagnose (hoofd- en nevendiagnoses), code heropname en procedure ICD-9-CM. De gedetailleerde bestanden, van belang bij verkeersongevallen, worden in bijlage 4 weergegeven (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). Voor wat betreft het bestand diagnose gelden volgende nieuwe richtlijnen voor het gebruik van ICD-9-CM voor hospitalisatie: - alle codes moeten met maximale precisie (= met het maximaal aantal toegelaten karakters voor de betrokken codes) gebruikt worden; - Alle codes voor traumatologie en vergiftiging (de codes ) moeten aangevuld worden met de codes voor uitwendige oorzaken van letsel en vergiftiging (E-codes). (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a) Nieuw is ook de ontwikkeling van controle- en exportprogrammatuur voor de ziekenhuizen, welke ervoor moet zorgen dat de gegevens op een uniforme en correcte wijze kunnen worden overgedragen aan de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen, Leefmilieu (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). Bepaling van de letselernst van patiënten via internationale letselernstschalen (zoals AIS, ISS)(zie rapport Impact van de verkeersonveiligheid op de volksgezondheid, RA ) gebeurt niet systematisch binnen de Belgische ziekenhuizen. Het is enkel in het kader van specifieke onderzoeken dat men gebruikmaakt van AIS en/of ISS-codering. Elk Belgisch ziekenhuis registreert voor zijn patiënten echter standaard de ICD-9-CM codes, zodat dit probleem grotendeels opgelost zou kunnen worden wanneer deze ICD-codes geconverteerd kunnen worden naar AIS-codes. Hiervoor werden in het buitenland diverse systemen ontwikkeld, zoals het programma ICDMAP van The Johns Hopkins 7 Bedindex : Het gaat hier om de index waarop er gefactureerd werd. Deze index bestaat uit 1 of 2 karakters (vb. A: dienst neuro-psychiatrie voor observatie en behandeling; C: dienst voor diagnose en heelkundige behandeling) (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). Steunpunt Verkeersveiligheid 18 RA

18 Health Research and Development Center (Alsop et al., 2001; Rosman, 2001; Langley et al., 2003b). Binnen de MKG krijgt men wel een idee van de letselernst door de toekenning van een severity score met vier mogelijkheden : 1 (mineur), 2 (matig), 3 (majeur), 4 (extreem). Deze worden toegekend op basis van de diagnoses en eventuele complicaties en/of co-morbiditeiten. 3.4 Gegevensverwerking en rapportering De Minimale Klinische Gegevens worden grotendeels eerst verzameld per specialisme (vb. spoedgevallendienst, intensieve zorgen, verblijf psychiatrie) in elk ziekenhuis, daarna op het niveau van het ziekenhuis om vervolgens doorgestuurd te worden voor verwerking naar de Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid van de FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu. Deze stelt vervolgens een selectie van de gegevens op geaggregeerd niveau via rapportering ter beschikking. Tot 1998 gebeurde dit in de zogenaamde Algemene Feedback -rapporten. Binnen deze rapporten is volgende informatie beschikbaar: aantal verblijven, percentage van het totaal aantal verblijven, aantal ligdagen, percentage van het totaal aantal ligdagen, gemiddelde ligduur en percentielen van de ligduur. Deze informatie betreffende verblijven en ligdagen is beschikbaar voor o.m. de volgende indelingen: leeftijdsgroepen, leeftijdsgroepen per geslacht, code aard van opname, code verwezen door, code aard van ontslag, code bestemming, code heropname in hetzelfde ziekenhuis, grote diagnosecategorieën (MDC s) (medische en chirurgische verblijven), 30 meest voorkomende hoofddiagnosen (ICD-9-CM), 50 meest voorkomende prestaties (ICD-9-CM), pathologiegroepen (DRG s) (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 1998). Om een beter overzicht te krijgen van de soort pathologie in een bepaald ziekenhuis, worden de patiënten onderverdeeld in een aantal categorieën. Er werd geopteerd voor de volgende drie indelingen: - ICD-9-CM codes tot op drie cijfers; - Major Diagnostic Categories (MDC) = grote diagnosecategorieën: elke MDC groepeert één medische entiteit en bestaat uit een medische en een chirurgische subgroep; - Diagnosis Related Groups (DRG) = pathologiegroepen of homogene patiëntengroepen : elke groep bevat verblijven met gelijksoortige pathologieën en vergelijkbare ligduren. De verdeling in MDC s gebeurt op basis van de hoofddiagnose. Een verdere indeling in medische en chirurgische verblijven is gebaseerd op het al dan niet aanwezig zijn van een heelkundige prestatie. Voor de indeling in DRG s wordt rekening gehouden met de hoofd- en nevendiagnosen, de prestaties, het geslacht, de leeftijd en de aard van ontslag. Sommige DRG s worden in twee groepen gesplitst: een groep met en een groep zonder complicaties en comorbiditeiten (Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, 1998). Sinds 1999 zijn deze gegevens verkrijgbaar op CD-rom met enkele nieuwe indelingen (mini-feedback) : type ziekenhuisverblijf, verblijf in bedindex, MDC s met onderverdeling naar graad van ernst en sterfterisico (mineur-matig-majeurextreem). Steunpunt Verkeersveiligheid 19 RA

19 Een uitgebreidere feedback is in voorbereiding (maxi-feedback) (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003b). De gedetailleerde MKG-gegevens bieden echter nog veel meer analysemogelijkheden, waarbij analyses met combinaties van de diverse geregistreerde variabelen bijkomende interessante en relevante informatie kunnen opleveren. Zo kan gewerkt worden met de E-codes, wat niet mogelijk is met de gegevens uit de standaardrapportering. 3.5 Kwaliteit In 2000 werd een kwaliteitsbevraging in de Belgische ziekenhuizen gehouden aangaande het beheer van de Minimale Klinische Gegevens (Federal Public Service Health, Food Chain Safety and Environment, 2000). De antwoorden van de 157 ziekenhuizen waren als volgt: (1) 93% vermelden het gebruik van een voorgedrukt formulier MKG; (2) 95% de codering door een gespecialiseerd persoon; (3) 97% het bestaan van een controleprogramma MKG; (4) 82% het interne gebruik van de gegevens MKG. In het kader van een verhoging van de kwaliteit van de MKG werd een omzendbrief rondgestuurd aan de beheersorganen van de ziekenhuizen, waarin melding gedaan wordt van gerichte audits die op de MKG zullen worden uitgevoerd. Hierbij zullen ziekenhuizen die hun gegevens met een te grote achterstand binnensturen of waarvan de gegevens te veel leemtes vertonen in de toekomst financieel gesanctioneerd worden. Door middel van de nodige controles op de gegevens kan de geloofwaardigheid en de betrouwbaarheid van de gegevensbank verhoogd worden, dit zowel ten aanzien van de overheid als van de ziekenhuissector. 3.6 MKG en spoedgevallendiensten Vanaf 1 oktober 2003 is via nieuwe richtlijnen het gebruik van de MKG ook ingevoerd voor de registratie van de ambulante spoedgevallen (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). De registratie van alle contacten op de erkende spoedgevallendiensten (zowel op diensten voor gespecialiseerde spoedgevallenzorg als voor eerste opvang) heeft in eerste instantie als doelstelling: - een beeld te krijgen van de geografische spreiding van de activiteiten van de functies spoedgevallenzorg (tot op het niveau campus van de ziekenhuizen); - een beeld te krijgen van alle patiëntencontacten met erkende spoedgevallendiensten, dus ook de ambulante, die niet leiden tot een hospitalisatie. In eerste instantie zal het eerder gaan om administratieve en organisatorische gegevens en worden er nog geen ICD-9-CM codes gevraagd binnen de spoedgevallendiensten. De reden voor opname wordt wel vermeld met volgende keuzemogelijkheden, namelijk: ongeval, ziekte, zelfmoordpoging of controle (FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu, 2003a). 3.7 Nut Minimale klinische gegevens kunnen bijzonder interessant zijn om een zicht te krijgen op het werkelijk aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers. Steunpunt Verkeersveiligheid 20 RA

20 Via de E-codes binnen de ICD-classificatie kunnen immers de verkeersslachtoffers geïdentificeerd worden. Aangezien binnen de Minimale Klinische Gegevens ook het aantal ligdagen vermeld wordt, is het mogelijk om de selectie van verkeersslachtoffers te maken volgens de definitie van ernstig gewonden, namelijk waarbij opname voor meer dan 24 uur in een ziekenhuis noodzakelijk is (BIVV, 2001) 8. Vervolgens is het mogelijk om het aantal ernstig gewonde verkeersslachtoffers in de Minimale Klinische Gegevens te vergelijken met deze geregistreerd door de politie. Als de graad van E-codering voldoende hoog is en betrouwbaar bestaat bovendien de mogelijkheid een koppeling uit te voeren tussen het ziekenhuisbestand en politiebestand, waardoor het werkelijk aantal ernstig gewonden kan bepaald worden. Deze koppelingen tussen politie- en ziekenhuisbestand zijn in het verleden reeds verschillende keren gebeurd in het buitenland, zoals o.m. in Engeland, Australië, VS en Nederland (zie ook 4.4). De grootste moeilijkheid bij deze koppeling is het vinden van een geschikte sleutel opdat de matching met voldoende precisie kan plaatsvinden. De invoering van de MKG op de spoedgevallendiensten kan in de toekomst, bij betrouwbare codering van de verkeersslachtoffers, eveneens een beeld geven van de aantallen verkeersslachtoffers die zich op de spoedgevallen aanbieden. Hierin zit echter maar een fractie van de lichtgewonden. Om op het totaal aantal lichtgewonden zicht te krijgen, is het nodig om ook te weten hoeveel verkeersslachtoffers medische hulp zoeken bij huisarts, arts-specialist/polikliniek en/of kinesist en hoeveel personen zichzelf verzorgen. Via de grote mate van detaillering zijn deze gegevens ook bijzonder bruikbaar in het kader van de uitwerking van preventiestrategieën en de opvolging daarvan. Vooraleer de uitgebreide medische gegevens bieden tal van toepassingsmogelijkheden. 3.8 Beperkingen Een beperking van de Minimale Klinische Gegevens vormt het feit dat het aantal verblijven geregistreerd wordt en niet het aantal patiënten. Het aantal verblijven zal nooit gelijk zijn aan het aantal patiënten omwille van o.m. dubbele registraties (codering van dezelfde patiënt binnen verschillende specialismen), heropnames, transfers tussen ziekenhuizen. Doordat de identificatienummers tussen de ziekenhuizen verschillen, kan eenzelfde patiënt bij transfer tussen ziekenhuizen niet meer gevolgd worden. Bovendien hebben patiënten over het algemeen slechts eenzelfde identificatienummer binnen 1 ziekenhuis en voor 1 jaar. Door combinatie van deze factoren zijn (lichte) verschillen te verwachten tussen het aantal ziekenhuisverblijven en het aantal verkeersslachtoffers. Aan deze problematiek wordt echter gewerkt door o.m. aan te raden het patiëntennummer in een ziekenhuis over de jaren heen constant te houden, zodat bij latere heropname duidelijk is dat het om dezelfde patiënt gaat. Eenzelfde problematiek bestaat ook binnen het LMR 9 -bestand in Nederland, een vergelijkbaar systeem als de MKG. In dit bestand komt dezelfde patiënt ook soms meer dan één keer voor, bvb. na overplaatsing naar een ander ziekenhuis. Dit wordt als volgt opgelost. Deze gevallen worden verwijderd, wat mogelijk is doordat per record 10 aangegeven wordt of er sprake is van heropname (in 8 Deze definitie wordt niet enkel in België gehanteerd, maar ook onder meer in Duitsland, Luxemburg, Portugal enz. 9 LMR : Landelijke Medische Registratie 10 In een record zijn alle geregistreerde variabelen die kenmerkend zijn voor een patiënt opgenomen. Steunpunt Verkeersveiligheid 21 RA

21 hetzelfde ziekenhuis) en ook of de herkomst van de patiënt een (ander) ziekenhuis was. Ter controle kan gebruik gemaakt worden van een variabele die aangeeft of de patiënt na ontslag naar een ander ziekenhuis is vervoerd (Polak et al., 1998). Eenzelfde aanpak is mogelijk binnen de Minimale Klinische Gegevens door gebruik te maken van de variabelen code heropname, plaats vóór opname, bestemming en type ontslag (zie bijlage 4). Een degelijke kennis van de classificatie en de richtlijnen is nodig om een betrouwbare E-codering toe te laten. Zo is het onder meer van belang dat er duidelijkheid is en kennis betreffende de definitie van een verkeersongeval om verkeerde codering te vermijden. Het onderscheid tussen verkeers- en niet-verkeersongeval wordt binnen de systematiek van de E-code alleen gemaakt bij de ongevallen waarbij een motorvoertuig betrokken is (E810-E819 voor verkeersongevallen met motorvoertuigen en E820-E825 voor niet-verkeersongevallen met motorvoertuigen). Bij de groep Ongevallen met andere wegvoertuigen (E-code ), die hoofdzakelijk fietsers betreft, is dat onderscheid er niet, waardoor een deel van deze ongevallen buiten de doelpopulatie (verkeersslachtoffers) valt. Het is van belang dat de E-codering zo precies mogelijk gebeurt. Te vaak wordt de meest vage code voor verkeersongevallen ingevuld, nl. E819: niet gespecificeerd verkeersongeval met een motorvoertuig. Zo bleek code E819.9, waarbij ook het verkeersslachtoffer niet gespecificeerd wordt, 338 maal toegekend te worden op een totaal van 662 codes voor (mogelijke) verkeersslachtoffers (codes E810-E829) (MKG-gegevens AZ-VUB (jaren ), contact Dr. B. Van Bruwaene). Op deze manier daalt het nut van het gebruik van deze gegevens sterk, zeker wanneer het gebruikt wordt voor preventiedoeleinden. 3.9 Onderzoek Uitwendige oorzaken in de Minimale Klinische Gegevens Op federaal vlak werd door de Cel Medische Informatieverwerking van de Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid in 2002 een studie uitgevoerd die de bruikbaarheid van de uitwendige oorzaken binnen de Minimale Klinische Gegevens als beleidsonderbouwend instrument wenste na te gaan. Het onderzoek werd als explorerend bestempeld aangezien registratie van de uitwendige oorzaken facultatief was en nog geen analyse-ervaring werd opgebouwd. De aandacht ging in dit onderzoek uit naar twee belangrijke gezondheidsproblemen met name verkeersongevallen en zelfmoord(pogingen). De MKG-bestanden van 1996 t.e.m werden geanalyseerd. In dit onderzoek werd duidelijk dat de uitwendige oorzaken niet steeds geregistreerd werden. Dit bleek uit de aanwezigheid van ziekenhuizen met een hoog aantal letselcodes zonder een enkele E-code (70 à 80%) en uit de sterke verschillen in registratie tussen de ziekenhuizen onderling (Aelvoet et al., 2002). Een vergelijking tussen het aantal verblijven betreffende ernstig gewonde verkeersslachtoffers, de slachtoffers die minstens 24 uur in het ziekenhuis verbleven, geregistreerd binnen de MKG en het aantal verkeersslachtoffers volgens de BIVV-cijfers wijst op de zwakke registratie van de E-codes tijdens de periode (zie tabel 2) BIVV MKG Steunpunt Verkeersveiligheid 22 RA

Bijkomende informatie voor de registratie van nietbeëindigde verblijven waarvoor reeds verpleegkundige gegevens doorgestuurd moeten worden

Bijkomende informatie voor de registratie van nietbeëindigde verblijven waarvoor reeds verpleegkundige gegevens doorgestuurd moeten worden Bijkomende informatie voor de registratie van nietbeëindigde verblijven waarvoor reeds verpleegkundige gegevens doorgestuurd moeten worden 1. Over welke verblijven gaat het? Alle verblijven: - die op het

Nadere informatie

Omzendbrief aan - de algemeen directeur - de MZG-verantwoordelijke - de hoofdgeneesheer - het hoofd van het verpleegkundig departement

Omzendbrief aan - de algemeen directeur - de MZG-verantwoordelijke - de hoofdgeneesheer - het hoofd van het verpleegkundig departement Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorvoorzieningen Dienst Datamanagement UW BRIEF VAN UW REF. ONZE REF. DM/MZG_RHM/n.58_08 DATUM 12/12/2008 BIJLAGE(N) 1 Omzendbrief aan - de algemeen directeur

Nadere informatie

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen Situering Sinds 1 januari 2005 moet ieder Vlaams ziekenhuis een periodieke evaluatie maken van de kwaliteit van de zorgen in het eigen ziekenhuis. Dit staat beschreven in het kwaliteitsdecreet van 17 oktober

Nadere informatie

Handleiding bij de tabellen van de globalisatie

Handleiding bij de tabellen van de globalisatie Handleiding bij de tabellen van de globalisatie Inleiding De tabellen van de globalisatie worden aangemaakt per registratiesemester. De globalisatie is een onderdeel van de controleprocedure. Het is de

Nadere informatie

Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren

Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren 2006-2015 Acute ziekenhuizen Zijn inbegrepen, alle verblijven : - in klassieke hospitalisatie, inclusief de lange verblijven (codes H, F, M, L) ; - in

Nadere informatie

Coordinatie--Minimale-klinische-gegevens

Coordinatie--Minimale-klinische-gegevens 6 DECEMBER 1994. - Koninklijk besluit houdende bepaling van de regels volgens welke bepaalde statistische gegevens moeten worden medegedeeld aan de Minister die de Volksgezondheid onder zijn bevoegdheid

Nadere informatie

Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren

Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren Evolutie van ziekenhuisverblijven overheen de jaren 2006-2015 Acute en subacute ziekenhuizen Zijn inbegrepen, alle verblijven : - in klassieke hospitalisatie, inclusief de lange verblijven (codes H, F,

Nadere informatie

BIJKOMENDE INFORMATIE VOOR DE REGISTRATIE VAN INHOUD DAGHOSPITALISATIES

BIJKOMENDE INFORMATIE VOOR DE REGISTRATIE VAN INHOUD DAGHOSPITALISATIES BIJKOMENDE INFORMATIE VOOR DE REGISTRATIE VAN DAGHOSPITALISATIES INHOUD INHOUD...1 1. Domein MEDISCHE GEGEVENS en FACTURATIEGEGEVENS...3 1.1 Daghospitalisaties op verpleegeenheden specifiek voor daghospitalisatie...3

Nadere informatie

Maxi feedback Alle ziekenhuizen. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu

Maxi feedback Alle ziekenhuizen. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Maxi feedback 2015 Alle ziekenhuizen FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu >> Selectie van de verblijven Registratiejaar 2015 - alle ziekenhuizen Zijn inbegrepen,

Nadere informatie

@Risk. Samenvatting. Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze

@Risk. Samenvatting. Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze @Risk Samenvatting Analyse van het risico op ernstige en dodelijke verwondingen in het verkeer in functie van leeftijd en verplaatsingswijze Samenvatting @RISK Analyse van het risico op ernstige en dodelijke

Nadere informatie

Maxi feedback Subacute ziekenhuizen. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu

Maxi feedback Subacute ziekenhuizen. FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Maxi feedback 2015 Subacute ziekenhuizen FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu >> Selectie van de verblijven Registratiejaar 2015 - subacute ziekenhuizen Zijn

Nadere informatie

Domein 5 Medische gegevens

Domein 5 Medische gegevens Medische gegevens Domein 5 Medische gegevens Medische gegevens. Het bestand Gegevens over de diagnoses 1. Het bestand Gegevens over de diagnoses 1.1. NAAM XXX-Z-VERS-M-DIAGNOSE-YYYY-PP.TXT Voorbeeld: 001-Z-1.0-M-DIAGNOSE-2007-01.TXT

Nadere informatie

Bijkomende informatie voor de registratie van de doodsoorzaak

Bijkomende informatie voor de registratie van de doodsoorzaak Bijkomende informatie voor de registratie van de doodsoorzaak 1. Veld 31: A2_CODE_DIAG_CAUSE_DEATH Veld 31 A2_CODE_DIAG_CAUSE_DEATH behoort tot het bestand STAYHOSP in domein 3 van de administratieve gegevens.

Nadere informatie

Bijkomende informatie bij het bestand 'geboortegegevens pasgeborene' (PATBIRTH)

Bijkomende informatie bij het bestand 'geboortegegevens pasgeborene' (PATBIRTH) BESTUUR VAN DE GEZONDHEIDSZORGEN DIRECTIE GEZONDHEIDSZORGBELEID M.K.G.-cel Contactpersoon: dr. C Hauzeur Geneesheer-inspecteur - diensthoofd : (02) 210.47.81 : (02) 210.47.91 : christiane.hauzeur@health.fgov.be

Nadere informatie

Bijkomende informatie over de diagnosen en de grouper

Bijkomende informatie over de diagnosen en de grouper Bijkomende informatie over de diagnosen en de grouper Inhoud 1. e hoofddiagnose van een specialisme... 1 1.1. Algemene regel... 1 1.2. Uitzonderingen... 1 2. e geverifieerde opnamediagnose... 2 2.1. Algemene

Nadere informatie

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen, Leefmilieu. Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen, Leefmilieu. Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen, Leefmilieu Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen Bestuursdirectie Gezondheidszorgbeleid Richtlijnen voor de registratie van

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering van 14 februari 2005;

Gelet op de aanvraag van het Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering van 14 februari 2005; SCSZ/05/56 1 BERAADSLAGING NR. 05/019 VAN 3 MEI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN GEGEVENS DOOR DE TECHNISCHE CEL AAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING IN HET KADER VAN HET ONDERZOEKSPROJECT

Nadere informatie

Bijkomende informatie voor de registratie van daghospitalisatie die omgezet wordt in klassieke hospitalisatie

Bijkomende informatie voor de registratie van daghospitalisatie die omgezet wordt in klassieke hospitalisatie Bijkomende informatie voor de registratie van daghospitalisatie die omgezet wordt in klassieke hospitalisatie De volgende regel is steeds van toepassing geweest voor alle verblijven (met uitzondering van

Nadere informatie

Domein 3 Administratieve gegevens

Domein 3 Administratieve gegevens Administratieve gegevens Domein 3 Administratieve gegevens Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE ADMINISTRATIEVE GEGEVENS... 5 1. PATHOSPI (A1): GEGEVENS OVER DE PATIËNT... 8 1.1. NAAM... 8 1.2.

Nadere informatie

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu

FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu FOD Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu Directoraat-generaal Organisatie gezondheidszorgvoorzieningen RAC Vesaliusgebouw Pachecolaan 19/5 1010 Brussel uw brief van uw kenmerk

Nadere informatie

Daarnaast moeten vanaf 1 juli 2007 de forfaits chronische pijn als daghospitalisatie geregistreerd worden (artikel 4, 8).

Daarnaast moeten vanaf 1 juli 2007 de forfaits chronische pijn als daghospitalisatie geregistreerd worden (artikel 4, 8). Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorvoorzieningen Dienst Datamanagement UW BRIEF VAN UW REF. ONZE REF. DM/RCM-MKG/n.48_07 DATUM 09/11/2007 Ter attentie van de Algemeen Directeur de Hoofdgeneesheer

Nadere informatie

Bijkomende informatie voor de registratie van. Daghospitalisaties

Bijkomende informatie voor de registratie van. Daghospitalisaties Bijkomende informatie voor de registratie van daghospitalisaties Inhoud 1. DOMEIN MEDISCHE GEGEVENS EN FACTURATIEGEGEVENS... 1 1.1. Daghospitalisaties op verpleegeenheden specifiek voor daghospitalisatie...

Nadere informatie

APR-DRG (versie 15.0)

APR-DRG (versie 15.0) APR-DRG (versie 15.0) Met de AP-DRG s (All Patient Diagnosis Related Groups) kan de ernst van de aandoening, zoals gedefinieerd door de artsen (de ernst van de pathologie, de prognose, het risico op overlijden,

Nadere informatie

Naar een nieuwe benadering van zwaargewonden. Wouter Van den Berghe Directeur, Kenniscentrum BIVV

Naar een nieuwe benadering van zwaargewonden. Wouter Van den Berghe Directeur, Kenniscentrum BIVV Naar een nieuwe benadering van zwaargewonden Wouter Van den Berghe Directeur, Kenniscentrum BIVV Inleiding: een kleine quiz 1 Is er in de volgende gevallen sprake van een verkeersongeval? 1. De bestuurder

Nadere informatie

Domein 3 Administratieve gegevens

Domein 3 Administratieve gegevens Administratieve gegevens Domein 3 Administratieve gegevens Administratieve gegevens. Het bestand Gegevens over de patiënt 1. Het bestand Gegevens over de patiënt 1.1. NAAM XXX-Z-VERS-A-PATHOSPI-YYYYP-P.TXT.

Nadere informatie

Domein, bestand, locatie Versie maart 2017 Domein 2: Personeelsgegevens P1 EMPLOPER, 1.2 Inhoud, nieuwe regels vanaf MZG 2017.

Domein, bestand, locatie Versie maart 2017 Domein 2: Personeelsgegevens P1 EMPLOPER, 1.2 Inhoud, nieuwe regels vanaf MZG 2017. Wijzigingen in MZG richtlijnen versie december 2017 ten opzicht van maart 2017 Domein 2: Personeelsgegevens P1 EMPLOPER, 1.2 Inhoud, nieuwe regels vanaf MZG 2017. / Op verschillende plaatsten: vanaf MZG

Nadere informatie

kenniscentrum verkeersveiligheid

kenniscentrum verkeersveiligheid kenniscentrum verkeersveiligheid Onderregistratie van verkeersslachtoffers Vergelijking van de gegevens over zwaar gewonde verkeersslachtoffers in de ziekenhuizen met deze in de nationale ongevallenstatistieken

Nadere informatie

Haalbaarheidsstudie voor de correctie van de ongevallengegevens

Haalbaarheidsstudie voor de correctie van de ongevallengegevens Haalbaarheidsstudie voor de correctie van de ongevallengegevens Eindrapport RA-2006-94 Pascal Lammar Onderzoekslijn Kennis verkeersonveiligheid DIEPENBEEK, 2006. STEUNPUNT VERKEERSVEILIGHEID. Documentbeschrijving

Nadere informatie

R I Z I V Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering

R I Z I V Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering R I Z I V Rijksinstituut voor Ziekte- en Invaliditeitsverzekering OMZENDBRIEF AAN DE ALGEMENE ZIEKENHUIZEN OMZ. ZH. 2013/13 Dienst voor geneeskundige verzorging Correspondent: Directie verzorgingsinstellingen

Nadere informatie

ADVIES VAN DE NRZV AANZET TOT EEN VERNIEUWDE MINIMALE REGISTRATIE IN DE GGZ-VOORZIENINGEN

ADVIES VAN DE NRZV AANZET TOT EEN VERNIEUWDE MINIMALE REGISTRATIE IN DE GGZ-VOORZIENINGEN FOD VOLKSGEZONDHEID BRUSSEL 8 november 2012 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU DIRECTORAAT- GENERAAL ORGANISATIE VAN DE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN NATIONALE RAAD VOOR ZIEKENHUISVOORZIENINGEN

Nadere informatie

THEMA IV.3. Diabetes Mellitus

THEMA IV.3. Diabetes Mellitus THEMA IV.3. Diabetes Mellitus Selectiecriteria Voor deze selectie worden alle ziekenhuisverblijven weerhouden die beantwoorden aan de algemene selectiecriteria (cfr. Inleiding 2.4.a) en bovendien als hoofddiagnose

Nadere informatie

Handleiding benchmarkrapport MPG

Handleiding benchmarkrapport MPG Handleiding benchmarkrapport MPG Inhoudsopgave 1. Wat is een benchmarkrapport?... 2 2. Wanneer wordt het benchmarkrapport ter beschikking gesteld?... 2 3. Waar kan u het benchmarkrapport raadplegen?...

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015

PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015 PERSBERICHT Brussel, 3 december 2015 Statistieken van de verkeersongevallen 2014 De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag de recentste cijfers over verkeersongevallen. Het

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/12/335 BERAADSLAGING NR. 12/109 VAN 20 NOVEMBER 2012 MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK VAN DE BASISDIENST CODERING

Nadere informatie

Geachte Mevrouw, Heer,

Geachte Mevrouw, Heer, Directoraat-generaal Organisatie Gezondheidszorvoorzieningen Dienst Datamanagement UW BRIEF VAN UW REF. ONZE REF. STA/CH/2007-181 DATUM 10 AUGUSTUS 2007 BIJLAGE(N) Ter attentie van de algemeen directeur

Nadere informatie

THEMA IV.1. Tuberculose

THEMA IV.1. Tuberculose THEMA IV.1. Tuberculose Specifieke selectiecriteria Voor deze selectie van tuberculose-verblijven worden alle ziekenhuisverblijven weerhouden die beantwoorden aan de algemene selectiecriteria (cfr. Inleiding

Nadere informatie

Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR

Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR Goede gegevensvastlegging voor een betrouwbare HSMR Een betrouwbare HSMR berekening is alleen mogelijk als ziekenhuizen volgens dezelfde regels, dus op uniforme wijze hun opnamen in de LMR (en diens opvolger

Nadere informatie

Microdataservices. Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB)

Microdataservices. Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Documentatierapport Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Datum:3 mei 2017 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling

Nadere informatie

Optimaliseren van ongevalregistratie? Koppelen van politieregistratie en ziekenhuisregistratie.

Optimaliseren van ongevalregistratie? Koppelen van politieregistratie en ziekenhuisregistratie. Optimaliseren van ongevalregistratie? Koppelen van politieregistratie en ziekenhuisregistratie. JOHAN DE MOL Universiteit Gent (http://cdonet.ugent.be - http://www.isaweb.be/) Johan.DeMol@UGent.be PASCAL

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017

PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 PERSBERICHT Brussel, 7 juni 2017 Verkeersongevallen 2016 in detail: oorzaken, leeftijd, & type weggebruiker, plaats & tijd ongeval De Algemene Directie Statistiek Statistics Belgium publiceert vandaag

Nadere informatie

INLEIDING INLEIDING. Versie juli 2007 p. I 1

INLEIDING INLEIDING. Versie juli 2007 p. I 1 INLEIDING INLEIDING Versie juli 2007 p. I 1 Registratieverplichting 1. Registratieverplichting 1.1. WETTELIJKE BASIS. De registratie van de Minimale Klinische Gegevens (M.K.G.) werd verplicht door publicatie

Nadere informatie

Wijzigingen vervoersongevallen m.i.v. 1/1/2015

Wijzigingen vervoersongevallen m.i.v. 1/1/2015 Wijzigingen vervoersongevallen m.i.v. 1/1/2015 Opgesteld in onderlinge afstemming door RIVM / WHO-FIC CC (H. ten Napel / C.H. van Gool), SWOV (Niels Bos), DHD (Chris van der Meijs), en Veiligheid.nl (Martien

Nadere informatie

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval

Fietsongevallen. Ongevalscijfers. Samenvatting. Fietsers kwetsbaar. Vooral ouderen slachtoffer van dodelijk fietsongeval Fietsongevallen Ongevalscijfers Samenvatting In 212 zijn 2 personen aan de gevolgen van een fietsongeval overleden. De dodelijke fietsongevallen zijn slechts het topje van de ijsberg van alle fietsongevallen.

Nadere informatie

23 april 2015 Dr. Hilde Pincé (UZ Leuven- KU Leuven) Dr. Ingrid Mertens (FOD Volksgezondheid)

23 april 2015 Dr. Hilde Pincé (UZ Leuven- KU Leuven) Dr. Ingrid Mertens (FOD Volksgezondheid) 23 april 2015 Dr. Hilde Pincé (UZ Leuven- KU Leuven) Dr. Ingrid Mertens (FOD Volksgezondheid) Pentalfa sessie ICD-10-BE Pentalfa sessie ICD-10-BE Wat zijn mogelijke financiële gevolgen voor uw ziekenhuis?

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen P4P indicatorenset 2018 Domein Effectiviteit

Nadere informatie

Voorbeeld: 001-Z-3.0-S-HOSPITAL TXT Verandering ICD-9-CM codes naar ICD-9-CM codes t.e.m. MZG 2014/2 ICD-10-BE codes vanaf MZG 2015/1

Voorbeeld: 001-Z-3.0-S-HOSPITAL TXT Verandering ICD-9-CM codes naar ICD-9-CM codes t.e.m. MZG 2014/2 ICD-10-BE codes vanaf MZG 2015/1 Wijzigingen in MZG richtlijnen versie februari 2015 ten opzichte van versie mei 2014 Algemeen Versie 2.0 veranderen in versie 3.0 vanaf MZG 2015/1 Voorbeeld: 001-Z-2.0-S-HOSPITAL-2012-1.TXT Voorbeeld:

Nadere informatie

De ontwikkeling van een heropnamemodel. Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD

De ontwikkeling van een heropnamemodel. Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD De ontwikkeling van een heropnamemodel Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD Aanleiding Heropname kan een indicator zijn voor sub-optimale zorg

Nadere informatie

THEMA IV.2. Maligne neoplasma van trachea, bronchus en long

THEMA IV.2. Maligne neoplasma van trachea, bronchus en long THEMA IV.2. Maligne neoplasma van trachea, bronchus en long Selectiecriteria Voor deze selectie worden alle ziekenhuisverblijven weerhouden die beantwoorden aan de algemene selectiecriteria (cfr. Inleiding

Nadere informatie

Domein 5 Medische gegevens

Domein 5 Medische gegevens Medische gegevens Domein 5 Medische gegevens Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE MEDISCHE GEGEVENS... 1 1. DIAGNOSE (M1): GEGEVENS OVER DE DIAGNOSES... 4 1.1. NAAM... 4 1.2. INHOUD... 4 1.3. INDELING...

Nadere informatie

Inleiding. Eisen. Doel. Toepassing

Inleiding. Eisen. Doel. Toepassing Proc 14.04 Inleiding Doel Toepassing Doelgroep Het doel van deze procedure is het uniform melden, classificeren en registreren van: incidenten vallend onder de Global Motor Vehicle Reporting Standard en

Nadere informatie

Domein 6 Facturatiegegevens

Domein 6 Facturatiegegevens Facturatiegegevens Domein 6 Facturatiegegevens Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE FACTURATIEGEGEVENS... 1 1. PROCRI30 (F3): GEGEVENS OVER DE VERPLEEGDAGEN... 3 1.1. NAAM... 3 1.2. INHOUD... 3

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker

Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij implantatie van een (permanente) pacemaker % verblijven voor een implantatie van een (permanente) pacemaker waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

Casestudies onderregistratie van ernstig gewonde verkeersslachtoffers

Casestudies onderregistratie van ernstig gewonde verkeersslachtoffers Casestudies onderregistratie van ernstig gewonde verkeersslachtoffers Officiële ongevallengegevens versus ziekenhuisgegevens RA-2006-83 Pascal Lammar Onderzoekslijn Kennis verkeersonveiligheid DIEPENBEEK,

Nadere informatie

Domein 1 Structuur van het ziekenhuis

Domein 1 Structuur van het ziekenhuis Structuur van het ziekenhuis Domein 1 Structuur van het ziekenhuis Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE STRUCTUURGEGEVENS... 4 1. HOSPITAL (S1): BASISINFORMATIE OVER HET ZIEKENHUIS... 7 1.1. NAAM...

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/178 BERAADSLAGING NR. 08/063 VAN 4 NOVEMBER 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» 1 Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/13/146 BERAADSLAGING NR. 12/109 VAN 20 NOVEMBER 2012, GEWIJZIGD OP 18 JUNI 2013, MET BETREKKING TOT HET GEBRUIK

Nadere informatie

Domein 4 Verpleegkundige gegevens

Domein 4 Verpleegkundige gegevens Verpleegkundige gegevens Domein 4 Verpleegkundige gegevens Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE VERPLEEGKUNDIGE GEGEVENS... 1 1. ITEMDIVG (N1): VERPLEEGKUNDIGE ITEMS... 4 1.1. NAAM... 4 1.2. INHOUD...

Nadere informatie

Microdata Services. Documentatie Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB)

Microdata Services. Documentatie Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Documentatie Diagnosen behorend bij ziekenhuisopnamen Landelijke Basisregistratie Ziekenhuiszorg (LBZDIAGNOSENTAB) Datum:13 februari 2019 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

MZG Nationale feedback Verpleegkundige gegevens April 2015. Nationale feedback verpleegkundige gegevens : Extern toelichtend document

MZG Nationale feedback Verpleegkundige gegevens April 2015. Nationale feedback verpleegkundige gegevens : Extern toelichtend document Nationale feedback verpleegkundige gegevens : Extern toelichtend document Inhoudstafel 1. ALGEMENE INFORMATIE... 2 1.1. De verpleegkundige gegevens in het MZG-registratiesysteem... 2 1.2. Selectie van

Nadere informatie

Handleiding bij het benchmarking rapport MPG

Handleiding bij het benchmarking rapport MPG Handleiding bij het benchmarking rapport MPG Inleiding De tabellen van het globalisatierapport of finale rapport worden aangemaakt per registratiesemester. De globalisatie is een fase van de controleprocedure.

Nadere informatie

THEMA IV.4. Ischemisch Hartlijden

THEMA IV.4. Ischemisch Hartlijden THEMA IV.4. Ischemisch Hartlijden Selectiecriteria Naast de algemene selectiecriteria (cfr. Inleiding 2.4.a.) die steeds in het kader van deze publicatie gehanteerd worden, is het specifieke selectiecriterium

Nadere informatie

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht HSMR: doorontwikkeling en interpretatie Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht Inhoud presentatie Wat is de HSMR? Doorontwikkeling HSMR tot

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese % verblijven voor implantatie van een totale heupprothese waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden,

Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, Aantal verkeersdoden en ernstige verkeersgewonden, 2000-2016 Indicator 6 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt

Nadere informatie

Factsheet verkeerscijfers 2017

Factsheet verkeerscijfers 2017 rapport Factsheet verkeerscijfers 217 Achtergrondinformatie persbericht Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht genomen. VeiligheidNL aanvaardt

Nadere informatie

5/18/2018. Wat is de context van deze studie? Criteria zorgopdrachten. Netwerken. Organisatie van zorg voor patiënten met een ernstig trauma

5/18/2018. Wat is de context van deze studie? Criteria zorgopdrachten. Netwerken. Organisatie van zorg voor patiënten met een ernstig trauma Organisatie van zorg voor patiënten met een Resultaten en aanbevelingen - KCE studie Wat is de context van deze studie? Werkt dit? Hoe is zorg voor georganiseerd in België? Welke aanbevelingen werden er

Nadere informatie

Statistisch Product. Doodsoorzaken

Statistisch Product. Doodsoorzaken Statistisch Product Doodsoorzaken Metadata De statistiek van de doodsoorzaken wordt opgesteld d.m.v. de statistische overlijdensformulieren (Model IIIC en Model IIID) die bij elk in België plaatsgevonden

Nadere informatie

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu.

Gezondheidsenquête, België Inleiding. Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding Wetenschap ten dienste van Volksgezondheid, Voedselveiligheid en Leefmilieu. Inleiding 1. Context De vergrijzing van de bevolking in onze samenleving is een heuse uitdaging op het gebied van

Nadere informatie

Domein 5 Medische gegevens

Domein 5 Medische gegevens Medische gegevens Domein 5 Medische gegevens Inhoud 0. LINKEN TUSSEN DE BESTANDEN VAN DE MEDISCHE GEGEVENS...1 1. DIAGNOSE (M1): GEGEVENS OVER DE DIAGNOSES...4 1.1. NAAM...4 1.2. INHOUD...4 1.3. INDELING...4

Nadere informatie

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013

PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 PERSBERICHT Brussel, 5 augustus 2013 Minder slachtoffers door verkeersongevallen in België in 2012 De Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie publiceert vandaag de recentste cijfers over

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid SCSZ/09/082 BERAADSLAGING NR 09/047 VAN 28 JULI 2009 MET BETREKKING TOT DE VERWERKING VAN GECODEERDE PERSOONSGEGEVENS

Nadere informatie

Microdata Services. Documentatie Doodsoorzaken (DO) 2012

Microdata Services. Documentatie Doodsoorzaken (DO) 2012 Documentatie Doodsoorzaken (DO) 2012 Datum: 8 juli 2013 Bronvermelding Publicatie van uitkomsten geschiedt door de onderzoeksinstelling of de opdrachtgever op eigen titel. Verwijzing naar Centraal Bureau

Nadere informatie

Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen

Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN VLAAMS AGENTSCHAP ZORG EN GEZONDHEID Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen

Nadere informatie

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands]

Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland. [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Valgerelateerde ziekenhuisopnamen bij ouderen in Nederland [Trends in Fall-Related Hospital Admissions in Older Persons in the Netherlands] Klaas A. Hartholt; Nathalie van der Velde; Casper W.N. Looman;

Nadere informatie

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016

Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 2015 Gemeente Eindhoven, november 2016 Bijlage 1: Verkeersongevallenmonitor 15 Gemeente Eindhoven, november 1 Inleiding Met dit document wordt inzicht gegeven in de actuele stand van zaken van de objectieve verkeersveiligheid in Eindhoven.

Nadere informatie

Europese unie en gezondheidszorg Studiedag OSE en RIZIV / INAMI Brussel, 16 januari 2006

Europese unie en gezondheidszorg Studiedag OSE en RIZIV / INAMI Brussel, 16 januari 2006 Europese unie en gezondheidszorg Studiedag OSE en RIZIV / INAMI Brussel, 16 januari 2006 Patiëntenmobiliteit: kansen en uitdagingen; Vanuit een ziekenhuis bekeken Luc Van Camp, Elke Panis, Johan Hellings

Nadere informatie

12 Ziekenhuissterfte, dossieronderzoek en onverwacht lange opnameduur

12 Ziekenhuissterfte, dossieronderzoek en onverwacht lange opnameduur 12 Ziekenhuissterfte, dossieronderzoek en onverwacht lange opnameduur De Hospital Standardized Mortality Ratio (HSMR) is een deels gecorrigeerde maat voor ziekenhuissterfte bij 50 diagnosegroepen (de zogenoemde

Nadere informatie

Statistisch Product. Verkeersongevallen. Algemene informatie

Statistisch Product. Verkeersongevallen. Algemene informatie Statistisch Product Verkeersongevallen Algemene informatie FOD Economie, K.M.O., Middenstand en Energie Sinds 1 juli 1926 maakt de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie de statistiek van

Nadere informatie

Bepaling van het aantal ernstig verkeersgewonden in 2012

Bepaling van het aantal ernstig verkeersgewonden in 2012 Bepaling van het aantal ernstig verkeersgewonden in 2012 Drs. N.M. Bos, dr. F.D. Bijleveld & dr. H.L. Stipdonk R-2013-18 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV SWOV Institute for

Nadere informatie

Ongevallen van fietsers met zwaar verkeer

Ongevallen van fietsers met zwaar verkeer rapport Ongevallen van fietsers met zwaar verkeer Cijfers over overledenen, ziekenhuisopnamen en SEH-bezoeken Disclaimer Bij de samenstelling van deze publicatie is de grootst mogelijke zorgvuldigheid

Nadere informatie

Nationaal verkeerskundecongres 2016

Nationaal verkeerskundecongres 2016 Nationaal verkeerskundecongres 2016 Regionale registratie verkeersongevallen in Friesland levert uniek beeld op Jannie Docter Medisch Centrum Leeuwarden Sipke van der Meulen Regionaal Orgaan verkeersveiligheid

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/13/165 ADVIES NR. 13/71 VAN 2 JULI 2013 INZAKE DE MEDEDELING VAN ANONIEME GEGEVENS DOOR DE KRUISPUNTBANK

Nadere informatie

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht

HSMR: doorontwikkeling en interpretatie. Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht HSMR: doorontwikkeling en interpretatie Agnes de Bruin (CBS), 11 oktober 2016 Themabijeenkomst Van getal naar patiëntveiligheid DHD, Utrecht Inhoud presentatie Wat is de HSMR? Doorontwikkeling HSMR tot

Nadere informatie

Coordinatie--ZH--KB methodologie-controle-minimale-klinische-gegevens.doc

Coordinatie--ZH--KB methodologie-controle-minimale-klinische-gegevens.doc 19 MAART 2007. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de methodologie voor de controle van de minimale klinische gegevens en de regelen volgens dewelke hun juistheid en hun volledigheid worden

Nadere informatie

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland

SWOV-Factsheet. Verkeersdoden in Nederland SWOV-Factsheet Verkeersdoden in Nederland Deze factsheet schetst hoe het aantal verkeersdoden in Nederland zich sinds heeft ontwikkeld. Het aantal verkeersdoden in Nederland vertoont, na een stijging in

Nadere informatie

Fors minder verkeersdoden in 2013

Fors minder verkeersdoden in 2013 Persbericht PB-025 24-04-2014 09.30 uur Fors minder verkeersdoden in 2013 570 verkeersdoden in 2013; 80 minder dan in 2012 Forse afname bij motorrijders Ook daling bij inzittenden personenauto, fietsers

Nadere informatie

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Ministerie van Volksgezondheid, Sociale Zaken, Leefmilieu Bestuur Gezondheidszorgbeleid Dinsdag 17 september 2002 Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Prof. Dr. W. Sermeus Prof. Dr. L. Delesie K. Van den

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsbarometer. Het jaar 2014. Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid

Verkeersveiligheidsbarometer. Het jaar 2014. Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid Verkeersveiligheidsbarometer Het jaar 214 Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid INHOUD INHOUD... 1 TECHNISCHE PRECISERINGEN... 2 ALGEMENE RESULTATEN... 3 A1. ALGEMENE EVOLUTIES... 3 A2. BELANGRIJKSTE

Nadere informatie

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN

DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN DERTIG KAN HET ANTWOORD ZIJN Artikel Mensen op straat (1980) (Voorjaar): 27 R-80-13 Voorburg, 1980 Stichting Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid SWOV -2- Inleiding Zal een verlaging van de maximumsnelheid

Nadere informatie

THEMA I.3. Daghospitalisatieverblijven

THEMA I.3. Daghospitalisatieverblijven THEMA I.3. Daghospitalisatieverblijven Selectiecriteria Alle ziekenhuisverblijven weerhouden in deze selectie voldoen aan de algemene criteria die betrekking hebben op woonplaats, leeftijd en geslacht

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsbarometer. Het jaar 2014. Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid

Verkeersveiligheidsbarometer. Het jaar 2014. Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid Verkeersveiligheidsbarometer Het jaar 214 Belgisch Instituut voor de Verkeersveiligheid INHOUD INHOUD... 1 TECHNISCHE PRECISERINGEN... 2 ALGEMENE RESULTATEN... 3 A1. ALGEMENE EVOLUTIES... 3 A2. BELANGRIJKSTE

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer,

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, COMMISSIE VOOR DE BESCHERMING VAN DE PERSOONLIJKE LEVENSSFEER ADVIES Nr 12 / 94 van 2 mei 1994 ------------------------------------------- O. ref. : A / 94 / 008 BETREFT : Ontwerp van koninklijk besluit

Nadere informatie

Domein 1 Structuur van het ziekenhuis

Domein 1 Structuur van het ziekenhuis Structuur van het. Domein 1 Structuur van het Structuur van het. Het bestand Basisinformatie over het 1. Het bestand Basisinformatie over het 1.1. NAAM XXX-Z-VERS-S-HOSPITAL-YYYY-P.TXT. Voorbeeld: 001-Z-1.0-S-HOSPITAL-2008-1.TXT

Nadere informatie

Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer. Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie

Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer. Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer Actuele stand van zaken op basis van de politieregistratie September 2017 Verkeersveiligheidsonderzoek naar jongeren in het verkeer Actuele stand

Nadere informatie

Aanvullende tabellen op de algemene federale feedback MVG 2006

Aanvullende tabellen op de algemene federale feedback MVG 2006 1 FOD Volksgezondheid, Veiligheid Voedselketen en Leefmilieu DG1 Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen Dienst Datamanagement Aanvullende tabellen op de algemene federale feedback MVG 2006 Annelies Ghesquiere,

Nadere informatie

Microdata Services. Nivel_CBS: procedure voor koppeling data Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn met CBS microdata

Microdata Services. Nivel_CBS: procedure voor koppeling data Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn met CBS microdata Microdata Services Nivel_CBS: procedure voor koppeling data Nivel Zorgregistraties Eerste Lijn met CBS microdata Datum: 11 oktober 2018 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Korte beschrijving van Nivel Zorgregistraties

Nadere informatie

Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren

Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren Internationale vergelijking van verkeersveiligheid op basis van ongevallendata en risicofactoren Elke Hermans Tom Brijs Geert Wets Steunpunt MOW - verkeersveiligheid Instituut voor Mobiliteit Universiteit

Nadere informatie

Domein, bestand, locatie Versie juli 2016 Versie maart 2017 Inleiding Finalisatie. Het postadres werd veranderd in het adres

Domein, bestand, locatie Versie juli 2016 Versie maart 2017 Inleiding Finalisatie. Het postadres werd veranderd in het  adres Wijzigingen in MZG richtlijnen versie maart 2017 ten opzicht van juli 2016 Inleiding 2.5.3 Finalisatie. Het postadres werd veranderd in het emailadres Domein 1: Structuurgegevens S3 CAMPUNIT, veld 5 CODE_UNIT,

Nadere informatie

24 MEI Besluit van de Vlaamse Regering. tot vaststelling van aanvullende normen. waaraan de zorgprogramma's cardiale pathologie B

24 MEI Besluit van de Vlaamse Regering. tot vaststelling van aanvullende normen. waaraan de zorgprogramma's cardiale pathologie B 24 MEI 2013. - Besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van aanvullende normen waaraan de zorgprogramma's cardiale pathologie B moeten voldoen om erkend te worden BS 13/06/2013 in voege vanaf 14/06/2013,

Nadere informatie