The Alcon Blue is a characteristic species of wet heathland and. fen meadows where Gentiana pneumonanthe and the host ant
|
|
- Monique van de Velden
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Gentiaanblauwtje The Alcon Blue is a characteristic species of wet heathland and fen meadows where Gentiana pneumonanthe and the host ant occur. The habitat has a mosaic structure with almost bare patches with gentians, and hummocks of heather. The caterpillars hibernate in the nests of the red ants Myrmica ruginodis and M.scabrinodis. In each nest, several caterpillars may reach the pupation stage, being fed by the ants rather than fending for themselves. Usually, the populations are small and isolated, often numbering less than a hundred butterflies. Furthermore, the habitat is mostly only a few hundred square metres in size, and populations sometimes survive for years, on fewer than a hundred gentian plants. While the range of the Alcon Blue has stayed the same during the twentieth century, the number of populations in the Netherlands has declined drastically, with only just over a hundred left. If an appropriate small-scale management is applied to maintain or restore wet heathland and fen meadows, there is a good chance that the Alcon Blue will remain in the Netherlands. Vlinder <foto vlinder> Het gentiaanblauwtje is een kenmerkende soort voor natte heiden, heischrale graslanden en blauwgraslanden waar zowel klokjesgentianen als waardmieren voorkomen. Mannetjes maken typische zigzaggende patrouillevluchten vlak boven de vegetatie om vrouwtjes te zoeken. Wanneer het mannetje een vrouwtje vindt, landt het vlak naast haar. Er wordt nauwelijks gebaltst en de paring duurt ongeveer een uur. Wil het vrouwtje niet paren, dan vliegt het mannetje na enkele minuten verder (Talloen 1998, Vanreusel et al. 2000). Gentiaanblauwtjes voeden zich vooral met nectar van gewone dopheide en klokjesgentiaan (Elfferich 1963, Tax 1989). Ei Het vrouwtje fladdert laag boven de vegetatie, op zoek naar een geschikte ei-afzetplaats op een klokjesgentiaan. Nadat ze op een gentiaanknop is neergestreken, wordt deze met de poten en het achterlijf afgetast. De eitjes worden afzonderlijk afgezet op zowel grote als kleine knoppen van de waardplant. Soms zet een vrouwtje twee tot vier eitjes tegelijk op één plant af. Dit gebeurt bijvoorbeeld wanneer zij door slecht weer enkele dagen geen eitjes heeft kunnen afzetten. In het begin van het seizoen zetten de vrouwtjes de eitjes af op planten die dichtbij waardmiernesten liggen. Later in het seizoen worden de eitjes veel meer op de lege DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 1
2 planten afgezet die ver bij de nesten vandaan groeien, omdat de planten op betere plaatsen al vol eitjes zitten (Elfferich 1963, Talloen 1998, Van Dyck et al. 2000). Rups De rups eet zich vanuit het ei direct de bloem in om zich te voeden met het vruchtbeginsel. Van de vijf eitjes die in de loop van het seizoen gemiddeld per knop worden afgezet, groeien gemiddeld drie rupsen op tot het vierde stadium. Deze rupsen laten zich op de grond vallen en wachten daar tot ze worden gevonden door een bossteekmier of ruwknoopmier. De meeste rupsen doen dit vroeg in de avond, juist wanneer de waardmieren actief zijn. De rups scheidt een stof af die de mier oplikt en wordt vrijwel onmiddellijk meegenomen naar het nest. Daar wordt de rups behandeld als een eigen larve. Wanneer er eenmaal een rups in het mierennest is geaccepteerd, gaat de acceptatie van volgende rupsen sneller. In het mierennest voedt de rups zich met mierenlarven, later ook met poppen. Ook laat hij zich voeren met wat de mieren meebrengen (Lycklama à Nijeholt 1928, 1929, Wilcke 1946, Elmes 1991, Hofland & Broekhans 1992, Als et al. 2001). Pop De rupsen overwinteren en verpoppen zich in het mierennest. In juni of juli komt het gentiaanblauwtje vroeg in de ochtend uit de pop. Wanneer de mieren al actief zijn, vallen deze de vlinder zeer agressief aan. Snel verlaat de verse vlinder het mierennest en klimt buiten meteen omhoog langs een takje of grasspriet, uit het zicht van de boze mieren. Dan pas worden de vleugels opgepompt. <Grafiek vliegtijden> <metamorfose-fasenschema> Het gentiaanblauwtje vliegt in één generatie per jaar van begin juni tot half augustus, met een top tussen 5 juli en 15 augustus. duur ei-stadium circa een week duur rups-stadium circa tien tot elf maanden duur pop-stadium circa drie weken levensduur vlinders circa twee tot vier dagen, maximaal twee weken (Vanreusel et al. 2000) Mobiliteit en dichtheid Het gentiaanblauwtje is een honkvaste soort die nauwelijks zwerfgedrag vertoont. Zelden worden vlinders op meer dan enkele honderden meters van een vangplaats teruggevonden (Wynhoff et al. 1996, Talloen 1998, Vanreusel et al. 2000). Wel hebben er enkele kolonisaties op grotere afstand van bekende populaties plaatsgevonden. Voorbeelden zijn de kolonisatie van de Plateaux (dichtstbijzijnde populaties op 1700 meter in Vlaanderen), van Lankheet in Overijssel (dichtstbijzijnde populatie op 800 meter) en in Vlaanderen is er mogelijk op zelfs bijna zeven kilometer een gebied gekoloniseerd (pers. meded. G. Palmans). Leefgebied <foto leefgebied> Het gentiaanblauwtje is een soort van natte tot vochtige heide, vochtige heischrale graslanden en blauwgraslanden. In Nederland is de soort tegenwoordig vooral te vinden op de overgangen van vochtige naar droge delen, omdat op deze plaatsen klokjesgentiaan groeit. Daarnaast is de vlinder afhankelijk van de waardmieren. De bossteekmier bouwt nesten in hooggelegen en relatief droge, gesloten en koele vegetatietypen. De ruwknoopmier kiest juist lager gelegen, vochtiger, open en warme vegetaties uit. Omdat het gentiaanblauwtje afhankelijk is van zowel klokjesgentiaan als waardmieren, moet het leefgebied op kleine schaal DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 2
3 een afwisselende structuur hebben, met zowel open plekken waar klokjesgentiaan kan verjongen als oudere vegetatie met waardmierennesten. Meer over het leefgebied is te lezen in het kader. Areaal <Kaart met verspreiding Europa> Van Frankrijk tot Mongolië en van Zuid-Zweden tot Noord-Spanje. De soort is in Europa een kwetsbare soort, die de afgelopen 25 jaar met 20-50% achteruit is gegaan. Hij staat zowel op de Vlaamse, Waalse als Duitse Rode Lijst. In Groot-Brittannië komt deze soort niet voor (Maes & Van Dyck 1996, Van Swaay & Warren 1999, Lafranchis 2000, Settele et al. 2000). Verspreiding in Nederland <drie verspreidingskaarten> Het gentiaanblauwtje vloog oorspronkelijk vooral op natte, schrale graslanden met veel klokjesgentiaan, zoals beekdalen en heidegebieden. Door de omzetting van heide in landbouwgronden en bos, door ontwatering van de natte heide en heischrale graslanden en door stikstofneerslag vanuit de lucht, is echter op veel plaatsen de klokjesgentiaan en daarmee ook het gentiaanblauwtje verdwenen. Het aantal vliegplaatsen nam vooral vanaf de jaren vijftig sterk af, maar de vlinder kwam nog lange tijd in alle gebieden voor waar de soort oorspronkelijk vloog. Dit komt doordat een geïsoleerde populatie lange tijd in een zeer klein gebied met enkele honderden waardplanten kan overleven. In de jaren tachtig bleek dat de vlinder sterk was achteruitgegaan in het oude IJsselland, het IJsseldal, de Gelderse Vallei, het beekdallandschap van Winterswijk, Salland, Midden-Twente en het Maasdal. Tegenwoordig is het een minder algemene standvlinder. Gedurende de jaren negentig is bijna de helft van de bekende populaties verdwenen. Er zijn nog ruim honderd populaties in Nederland te vinden, waarvan ruim zestig groot zijn, dat wil zeggen dat ze meer dan een halve hectare geschikt leefgebied tot hun beschikking hebben. De rest van de populaties is kleiner. Trend <presentie per vijf jaar> <landelijk meetnet dagvlinders> Over de twintigste eeuw vallen flinke fluctuaties op, maar vanaf de jaren vijftig is er een voortdurende achteruitgang te zien, zowel in aantal populaties als in grootte van de resterende populaties. Bescherming Het gentiaanblauwtje staat als kwetsbaar op de Rode Lijst. Het is een doelsoort voor onder andere zand- en beekdallandschappen en natte heide. De onderstaande gewenste maatregelen zijn overgenomen uit het Beschermingsplan gentiaanblauwtje (Wallis de Vries 2002): Instandhouden leefgebied. Door vergrassing, verbossing, verzuring, verdroging of te intensief grootschalig beheer verdwijnt geschikt leefgebied. De vegetatiesuccessie moet selectief worden teruggezet door kleinschalig plaggen, extensieve of periodieke begrazing, laat maaien en het verwijderen van opslag. De beheermaatregelen moeten kleinschalig worden uitgevoerd, zodat er variatie in de vegetatiestructuur ontstaat. Vernatting. Als het terrein verdroogt, trekt de vlinder zich vaak terug tot de laagste delen in het natuurreservaat, waar het nog vochtig is. Als de waterstand omhoog wordt gebracht, lopen deze stukjes als eerste onder; gebeurt de vernatting te snel, dan kunnen de mieren en rupsen vaak niet snel genoeg vluchten en verdrinken ze. Het is dus belangrijk dat het waterpeil over een periode van enkele jaren geleidelijk wordt verhoogd. Vernatting is alleen wenselijk wanneer het gepaard gaat met herstel van de grondwaterinvloed, zodat verzuring vermeden wordt. De grondwaterinvloed kan worden hersteld door het DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 3
4 tegengaan van ontwatering op kleine schaal en op de schaal van het landschap. Verbindingen. De uitwisseling van vlinders tussen populaties vermindert door versnippering van het leefgebied en vermindering van de samenhang in het landschap. Aaneenschakeling van leefgebieden is mogelijk door herstel of ontwikkeling van natte heide of nat schraalgrasland tussen geïsoleerde populaties. Omdat het gentiaanblauwtje een honkvaste soort is, mag de afstand tussen opeenvolgende leefgebieden hoogstens enkele kilometers zijn. Toekomst Wanneer bovenstaande maatregelen worden uitgevoerd, zijn er goede kansen voor een duurzaam behoud van het gentiaanblauwtje in Nederland. Met name de grotere, aaneengesloten gebieden bieden mogelijkheden, omdat hier voldoende populaties aanwezig zijn. De kleinste populaties kunnen jaren overleven in gebieden waar minder dan honderd klokjesgentianen bloeien, maar kleine en geïsoleerde populaties dreigen op termijn wel te verdwijnen. Ecologisch profiel van het gentiaanblauwtje Maculinea alcon (Denis & Schiffermüller 1775 mobiliteit vlinders honkvast, wel enkele kolonisaties op grotere afstand van bekende populaties kolonisatievermogen zwerft regelmatig dichtheid vlinders? voedsel rupsen klokjesgentiaan (Gentiana pneumonanthe) en andere gentiaansoorten. Vanaf het vierde stadium mierenbroed en voedsel dat door de mieren wordt aangeboden voedsel vlinders gewone dopheide (Erica tetralix), klokjesgentiaan (Gentiana pneumonanthe) habitat natte tot vochtige heide, vochtige heischrale graslanden, blauwgraslanden doelsoort nagenoeg-natuurlijk zand- en beekdallandschap; begeleid-natuurlijk zandlandschap; natte heide; hoogveenlandschap; nat schraalgrasland Rode Lijst kwetsbaar Europese status kwetsbaar knelpunten verdwijnen leefgebied; te snelle vernatting; isolatie van populaties toekomst minder algemene standvlinder maatregelen kleinschalig beheer; geleidelijke vernatting; leefgebieden aaneenschakelen DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 4
5 Kadertekst Een versnipperd leefgebied voor het gentiaanblauwtje De natte heide en blauwgraslanden waar het gentiaanblauwtje leeft, waren in het vroegere halfnatuurlijke landschap vooral op de hoge zandgronden wijdverbreid. Deze leefgebieden maakten deel uit van een samenhangend landschap. Natte heiden kwamen voor in vochtige laagten en op ondoorlatende bodems in het heidelandschap. Langs de randen van beekdalen en veengebieden kon de natte heide overgaan in blauwgrasland. Het Nederlandse landschap was vroeger onvoorstelbaar veel natter en schraler dan tegenwoordig. Het gentiaanblauwtje was daarin een tamelijk gewone verschijning, samen met de klokjesgentiaan en de knoopmieren waar de rupsen van afhankelijk zijn. Inmiddels is dit beeld drastisch veranderd. Van de blauwgraslanden resteren een paar snippers en ook de natte heide is thans beperkt tot enkele grote natuurgebieden en vele kleintjes. De leefgebieden van het gentiaanblauwtje liggen dus als eilanden in een zee van landbouw, bosaanplant en oprukkend stedelijk gebied. Steeds minder leefgebied Hoe reageert het gentiaanblauwtje op deze veranderingen? In 1998 en 1999 is een landelijk onderzoek uitgevoerd naar de toestand van het gentiaanblauwtje, als basis voor het soortbeschermingsplan (Wallis de Vries 2002). Dit onderzoek heeft inzicht verschaft in de invloed van de verschillende omgevingsfactoren op het voorkomen van de soort (Wallis de Vries et al. 2000). Van tevoren was bekend dat de mobiliteit van het gentiaanblauwtje gering is: in de regel hooguit enkele honderden meters. In het Nederlandse onderzoek werden vindplaatsen op meer dan 500 meter afstand van elkaar dan ook tot verschillende populaties gerekend. Alle bekende vindplaatsen met waarnemingen na 1989 werden bezocht, maar slechts 58% daarvan bleek in 1998 of 1999 nog bezet. Om te bepalen of een locatie nog bezet was, werd vooral naar eitjes gezocht. In tegenstelling tot de vlinders zijn de witte eitjes op de donkerblauwe bloemen en donkergroene bladeren en stengels van gentianen (Gentiana spp) gemakkelijk te vinden. Verwacht werd dat voor elke afzonderlijke populatie vooral de lokale omstandigheden het voorkomen van de vlinder bepalen, aangezien de kans op uitwisseling tussen populaties zo klein is. Beperkt aantal belangrijke factoren De omstandigheden op elke plek werden samengevat onder de noemer habitatkwaliteit. Tal van kenmerken van de locatie en de vegetatie werden daartoe beschreven. Uit het onderzoek komt een beperkt aantal cruciale factoren naar voren. Op grond daarvan kan de aan- of afwezigheid van de vlinder op 73% van de locaties juist worden ingeschat. Het meest bepalend voor het voorkomen van het gentiaanblauwtje was de oppervlakte van het leefgebied. De dichtheid aan bloeiende gentianen en het voorkomen van waardmieren kwamen op de tweede plaats, gevolgd door de strooiselbedekking en de oppervlakte van het heideterrein. De strooiselbedekking is een maat voor de ontwikkeling van de vegetatie: hoe ouder de vegetatie, hoe meer strooiselophoping. Met name de waardmieren ontbreken in de jongste stadia. De oppervlakte van het heideterrein als geheel is een weerspiegeling van de landschappelijke samenhang: hoe groter de heide, hoe beter. Het belang van een goede habitatkwaliteit, blijkt duidelijk uit de figuren 1.A en 1.B. DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 5
6 Kwaliteit van het leefgebied en isolatie De invloed van de aanwezigheid van andere leefgebieden in de omgeving, samengevat onder de noemer verbinding werd van tevoren klein geacht vanwege de beperkte mobiliteit van het gentiaanblauwtje. Als de mate van verbinding een grote rol zou spelen, zouden de stipjes in figuur 1.A aan de rechterkant geconcentreerd zijn. In grafiek 1.B zouden ze vooral aan de linkerkant gevonden moeten worden. Het blijkt dat de habitatkwaliteit van afzonderlijke plekken het leeuwendeel van de aanwezigheid van het gentiaanblauwtje verklaart. Toch blijkt de nabijheid van andere leefgebieden van enig belang te zijn. Vrijwel alle plekken met een hoge habitatkwaliteit en goede verbindingen zijn bezet. In figuur 1.A bevinden zich wel punten op de rechter helft, terwijl de rechterhelft van figuur 1.B zo goed als leeg is. In geïsoleerde leefgebieden met een hoge habitatkwaliteit komt het gentiaanblauwtje vaak voor, terwijl het op geïsoleerde plekken met een lage habitatkwaliteit eerder ontbreekt. Dit is te zien aan de puntenwolk linksboven in figuur 1.A en linksonder in figuur 1.B. Tevens zijn er in figuur 1.B ook geïsoleerde stippen (links), ondanks de aanwezigheid van vrij goede leefomstandigheden voor het gentiaanblauwtjes (boven). Deze plekken zijn niet opnieuw gekoloniseerd nadat de populatie er verdwenen was. Op de lange termijn mag dan ook worden verwacht dat het effect van isolatie belangrijker wordt. Dit komt inderdaad naar voren uit soortgelijk onderzoek in Vlaanderen (Vanreusel et al. 2000). Conclusie Het voortbestaan van het gentiaanblauwtje wordt bedreigd door de versnippering van zijn leefgebied. Per locatie heeft herstel van een voldoende oppervlakte met geschikt leefgebied de hoogste prioriteit. Verbinding van afzonderlijke populaties is op korte termijn minder belangrijk, maar op de lange termijn wel van belang. Figuur 1: De aanwezigheid (A) of afwezigheid (B) van het gentiaanblauwtje in relatie tot de habitatkwaliteit en de mate van verbinding; de lijnen geven een gelijke kans op aanwezigheid van 50% (lichtblauw) en 90% (donkerblauw) aan. De bezette plekken liggen hoger en meer naar rechts dan de verlaten plekken, dus bij plekken van goede kwaliteit komt het gentiaanblauwtje ook voor als ze niet onderling verbonden zijn. Bij plekken met een slechte habitatkwaliteit speelt de mate van verbinding een grotere rol. Een goede habitatkwaliteit is echter op korte termijn van veel groter belang dan een goede verbinding. DE VLINDERSTICHTING 2004 voorbeeld inhoud soorttekst atlas dagvlinders 6
Het wel en wee van het gentiaanblauwtje in Kampina
Het wel en wee van het gentiaanblauwtje in Kampina. 1970-2011 Bert van Rijsewijk Van Aelstlaan 31, 5503BB Veldhoven Tel: 040 2539971 e-mail: bert.riet.v.rijsewijk@hccnet.nl Inhoud INLEIDING.... 3 HET GENTIAANBLAUWTJE....
Nadere informatie4 Vlinders Nina de Vries
4 Vlinders 4 2017 Nina de Vries Code rood voor het gentiaanblauwtje In 2003 kwam het beschermingsplan voor het gentiaanblauwtje uit. Dit heeft een grote impuls gegeven aan kleinschalig heidebeheer, maar
Nadere informatiePimpernelblauwtje (Maculinea teleius) H1059
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Pimpernelblauwtje (Maculinea
Nadere informatieBeschermingsplan Gentiaanblauwtje 2003-2007
Beschermingsplan Gentiaanblauwtje 2003-2007 Expertisecentrum LNV, september 2003 Colofon 2003 Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit Rapport EC-LNV nr. 2003/230 Teksten mogen worden overgenomen
Nadere informatieBERGVENNEN. ROUTE 2,3 km
BERGVENNEN ROUTE 2,3 km Tegen de Duitse grens, in Noordoost Twente, ligt natuurgebied de Bergvennen. Een weids, glooiend landschap met zeven vennen, droge en natte heide, schrale hooilanden en bos. De
Nadere informatieBOETELERVELD. ROUTE 4,3 km
BOETELERVELD ROUTE 4,3 km 20 17 Weten hoe een groot deel van Salland er tot eind 19e eeuw uitzag? Wandel dan eens door het Boetelerveld bij Raalte. Ervaar rust, ruimte en openheid in dit enig overgebleven
Nadere informatieKleine parelmoervlinder Issoria lathonia
Kleine parelmoervlinder Issoria lathonia Ralf Joosse Soortbeschrijving De Kleine parelmoervlinder is een vrij kleine soort, met een vleugelspanwijdte van slechts 35-45 mm. Toch is het een opvallende verschijning
Nadere informatieVlinderstichting na kwart eeuw nog steeds hard nodig
Vlinderstichting na kwart eeuw nog steeds hard nodig Met sommige vlinders gaat het goed. Maar helaas zijn er meer soorten te vinden die het moeilijk hebben. Versnippering, klimaatverandering en andere
Nadere informatieArgusvlinder Lasiommata megera
Argusvlinder Lasiommata megera Angelique Belfroid Mijn eerste ervaring met de Argusvlinder was een aantal jaren geleden in de Vlietepolder op Noord-Beveland. Terwijl ik over de onverharde weg liep, vlogen
Nadere informatieKleine schorseneer aan het infuus voortgang herstelplan in Drenthe
Kleine schorseneer aan het infuus voortgang herstelplan in Drenthe WFD-dag, 28 februari 2015 Edwin Dijkhuis Dit project wordt uitgevoerd en mogelijk gemaakt door: Foto: Peter Meininger Portret: Kleine
Nadere informatieBeheeradvies zilveren maan Kaleweg
Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Beheeradvies zilveren maan Kaleweg 2 De Vlinderstichting 2018 / Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Beheeradvies zilveren maan Kaleweg Tekst Anthonie Stip Rapportnummer
Nadere informatieBMP Needse Achterveld 2006
BMP Needse Achterveld 2006 Ook in 2006 is er elke 2 weken geteld in het Achterveld. Op deze manier proberen we vast te stellen hoeveel vogels van elk soort hier broeden. In het najaar van 2005 is het Achterveld
Nadere informatieUitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in]
Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel [Voer de ondertitel in] Uitvoering herstelmaatregelen voor kommavlinder en bruine eikenpage in Overijssel Uitvoering herstelmaatregelen
Nadere informatieBlues in the Marshes Van maïsakker naar mierenblauwtjes
Blues in the Marshes Van maïsakker naar mierenblauwtjes Irma Wynhoff De Vlinderstichting Butterfly Conservation Europe www.bc-europe.eu The Netherlands Life+ Blues in the Marshes Pimpernelblauwtje
Nadere informatieHeidebeheer in de 21 e eeuw
Heidebeheer in de 21 e eeuw Henk Siebel Met OBN-faunaonderzoek van Joost Vogels, Arnold van den Burg, Eva Remke, Henk Siepel Stichting Bargerveen, Radboud Universiteit Nijmegen Herstel en beheer van droge
Nadere informatieHeideblauwtje Argus-Bläuling en Heivlinder Ockerbindinger Samtfalter. in de Nederlands-Duitse Grensstreek. Jan Hermans NHGL Peter Kolshorn - BSKS
Heideblauwtje Argus-Bläuling en Heivlinder Ockerbindinger Samtfalter in de Nederlands-Duitse Grensstreek Jan Hermans NHGL Peter Kolshorn - BSKS Heideblauwtje Argus-Bläuling en Heivlinder Ockerbindinger
Nadere informatieOBN-onderzoek Randvoorwaarden voor het herstel van kenmerkende en bedreigde soorten in het natte zandlandschap
OBN-onderzoek Randvoorwaarden voor het herstel van kenmerkende en bedreigde soorten in het natte zandlandschap Gert-Jan van Duinen Jaap Bouwman Hein van Kleef Michiel Wallis de Vries Hoofdpunten uit OBN-rapport
Nadere informatie1. Status. Groenknolorchis (Liparis loeselii) H Kenschets. 3. Ecologische vereisten. 4. Huidig voorkomen
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Groenknolorchis (Liparis loeselii)
Nadere informatieDrukbegrazing en Chopperen als Alternatieven voor Plaggen van Natte heide
Drukbegrazing en Chopperen als Alternatieven voor Plaggen van Natte heide Effecten op middellange termijn: Fauna De Vlinderstichting Stichting Bargerveen B-Ware Experimenteel onderzoek Abiotiek: ph, buffercapaciteit,
Nadere informatieVlinders van de Habitatrichtlijn,
Indicator 20 september 2018 U bekijkt op dit moment een archiefversie van deze indicator. De actuele indicatorversie met recentere gegevens kunt u via deze link [1] bekijken. Van de vijf Habitatrichtlijnsoorten
Nadere informatieBermenplan Assen. Definitief
Definitief Opdrachtgever: Opdrachtgever: Gemeente Assen Gemeente Mevrouw Assen ing. M. van Lommel Mevrouw M. Postbus van Lommel 30018 Noordersingel 940033 RA Assen 9401 JW T Assen 0592-366911 F 0592-366595
Nadere informatieAcuut bedreigde dagvlinders in Nederland
Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Acuut bedreigde dagvlinders in Nederland Tekst: Chris van Swaay Met medewerking van Calijn Plate, CBS. Rapportnummer: VS2004.023 Productie: De Vlinderstichting
Nadere informatieMetamorfose: vlinders in een veranderend landschap
Metamorfose: vlinders in een veranderend landschap Het gefladder van vlindervleugels trekt ieders aandacht. Beweging en kleurenpracht: we kunnen er niet aan ontsnappen. Wat doe je met die waarneming? En
Nadere informatieHerstel biodiversiteit in Noord-Brabant,
Herstel biodiversiteit in Noord-Brabant, hoe doen we dat en werkt het? Wiel Poelmans Programma Natuur Provincie Noord-Brabant Wat komt er aan de orde? Positie biodiversiteit in natuurbeleid Waarom, wat,
Nadere informatieLife+ Together for Nature. samen werken aan herstel van heidelandschap
Life+ Together for Nature samen werken aan herstel van heidelandschap Life+ Together for Nature samen werken aan herstel van heidelandschap TOGETHER? TOGETHER staat voor TO GET HEath Restored: we zetten
Nadere informatieDe invloed op de populatie van het gentiaanblauwtje in Kampina van het onderzoek OBN-Alternatieven voor Plaggen Stand van zaken juni 2012
De invloed op de populatie van het gentiaanblauwtje in Kampina van het onderzoek OBN-Alternatieven voor Plaggen Stand van zaken juni 2012 Bert van Rijsewijk Van Aelstlaan 31, 5503BB Veldhoven Tel: 040
Nadere informatieKleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen
Resultaten Uitgangssituatie Algemeen Kleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen Projectnummer: 2010_009 Projectnaam: Kleinschalig heidebeheer maatregelen diverse terreinen PMJP: B2 Kwaliteitsverbetering
Nadere informatieHerstel leefgebied gentiaanblauwtje in Overijssel stageverslag
Herstel leefgebied gentiaanblauwtje in Overijssel stageverslag DE VLINDERSTICHTING 2008 1 DE VLINDERSTICHTING 2008 2 Herstel leefgebied gentiaanblauwtje in Overijssel - stageverslag Tekst: Marieke Veldkamp
Nadere informatieIndeling lezing. Herstel van leefgebieden voor de gladde slang. Ringslang. Gladde slang. Adder
Indeling lezing Herstel van leefgebieden voor de gladde slang De gladde slang; uiterlijk, verspreiding en habitat Beheer Monitoring Jeroen van Delft Bladel, 13 september 2013 2/31 Ringslang Slanke bruine
Nadere informatieGrote vos Nymphalis polychloros
Nymphalis polychloros Jan Goedbloed Soortbeschrijving De is een grote bruinrode vlinder, behorend tot de familie van de schoenlappers Nymphalidae waar ook, Atalanta, Dagpauwoog, Gehakkelde aurelia en Distelvlinder
Nadere informatieVeldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009. Wouter Suykerbuyk en Laura Govers
Veldverslag zeegrasmitigatielocaties: begin augustus 2009 Wouter Suykerbuyk en Laura Govers Op 3 t/m 6 augustus 2009 is een bezoek gebracht aan de mitigatie- en een aantal natuurlijke zeegraslocaties.
Nadere informatieNaar een robuuste verbinding voor het gentiaanblauwtje in de Gelderse Vallei
Naar een robuuste verbinding voor het gentiaanblauwtje in de Gelderse Vallei Naar een robuuste verbinding voor het gentiaanblauwtje in de Gelderse Vallei Naar een robuuste verbinding voor het gentiaanblauwtje
Nadere informatieBESTUIVERS IN HET LANDSCHAP
BESTUIVERS IN HET LANDSCHAP INTRODUCTIE Biodiversiteit: Biodiversiteit of biologische diversiteit is een graad van verscheidenheid aan levensvormen binnen een gegeven ecosysteem, bioom of een gehele planeet.
Nadere informatieVraag 1. Waarom moet je goed voor de rupsen zorgen als je vlinders wilt hebben?
Naam: VLINDERS Vlinders zijn niet weg te denken uit onze leefomgeving. In het voorjaar kunnen we haast niet wachten tot de eerste Kleine vosjes of Citroenvlinders zich laten zien. En dan in de zomer en
Nadere informatieHeidebeheer en fauna. Verslag veldwerkplaats Droog Zandlandschap Strabrechtse Heide, 4 juni 2009
Heidebeheer en fauna Verslag veldwerkplaats Droog Zandlandschap Strabrechtse Heide, 4 juni 2009 Inleiders: Jap Smits (Staatsbosbeheer) en prof. dr. Henk Siepel (Alterra-WUR) De Strabrechtse Heide is een
Nadere informatieDonker pimpernelblauwtje (Maculinea nausithous) H Status. 2. Kenschets. 3. Ecologische vereisten
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Donker pimpernelblauwtje (Maculinea
Nadere informatieMET DE VLINDERWERKGROEP NAAR DE HEEMTUIN RUCPHEN
MET DE VLINDERWERKGROEP NAAR DE HEEMTUIN RUCPHEN Op 12 augustus ging de Vlinderwerkgroep van Ken en Geniet samen op excursie naar de Heemtuin in Rucphen. De ruim 2 hectare grote wilde bloementuin is aangelegd
Nadere informatieDagvlinders tellen: populatietrends en implicaties voor terreinmonitoring. Michiel Wallis de Vries De Vlinderstichting i.s.m. Arco van Strien CBS
Dagvlinders tellen: populatietrends en implicaties voor terreinmonitoring Michiel Wallis de Vries De Vlinderstichting i.s.m. Arco van Strien CBS Argusvlinder Van Data naar Monitoring Wat willen we weten?
Nadere informatieEcologische begeleiding
Ecologische begeleiding Afvangactie heideblauwtje, Vliegveld Twente Projectnummer: 6629.2016 Datum: 25-8-2016 Projectleider: G. Lubbers Opgesteld: C.E. Onnes & G. Lubbers Aanleiding In verband met ruimtelijke
Nadere informatieMarijn Nijssen, Toos van Noordwijk, Annemieke Kooijman, Herman van Oosten, Bart Wouters, Chris van Turnhout, Jasja Dekker, Michiel Wallis de Vries,
Zijn effecten van begrazing te voorspellen? Marijn Nijssen, Toos van Noordwijk, Annemieke Kooijman, Herman van Oosten, Bart Wouters, Chris van Turnhout, Jasja Dekker, Michiel Wallis de Vries, Ingo Jansen,
Nadere informatieAanvullend natuuronderzoek TATA. tbv tijdelijke natuur
Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur 2017 Aanvullend natuuronderzoek TATA tbv tijdelijke natuur C. van den Tempel & V. Ronde 2017 Projectleider Afdeling Opdrachtgever Financiering Foto
Nadere informatieAftekenlijst. Naam: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Aftekenlijst 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23. 24. 25. 26. 27. 28. 29. 30. Naam: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 Werkblad 1 Schematisch
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 24 april Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 24 april 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, De weersverwachting was niet best. Het zou koud zijn en er werd 6 mm regen verwacht. Gelukkig viel het mee. Het heeft heel
Nadere informatieHerstel van een soortenrijk zandlandschap. Jaap Bouwman (Unie van Bosgroepen)
Herstel van een soortenrijk zandlandschap Jaap Bouwman (Unie van Bosgroepen) Gert-Jan van Duinen Jaap Bouwman Hein van Kleef Michiel Wallis de Vries Achterliggende vraag Waarom hebben sommige soorten wel
Nadere informatieDE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL
DE BANEN NAAR EEN HOGER PEIL Bekijk op https://www.youtube.com/watch?v=pgyczqy-krm voor het herinirichtingplan Sarsven en De Banen. Begin vorige eeuw kwamen plantenliefhebbers uit het hele land al naar
Nadere informatieSamenwerking voor de gladde slang in Noord-Brabant, Jeroen van Delft & Arnold van Rijsewijk Vught, 1 december 2017
Samenwerking voor de gladde slang in Noord-Brabant, 1997-2017 Jeroen van Delft & Arnold van Rijsewijk Vught, 1 december 2017 2/35 Gladde slang Habitats Droge, reliëf- en structuurrijke heiden Drogere delen
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 22 augustus Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 22 augustus 2017 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was een mooie dag; lekker zonnig maar niet te, er stond weinig wind en het was droog. Een prima dag om te fotograferen,
Nadere informatieBermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen
Bermbeheerplan voor een ecologisch waardevolle berm langs te Elingen 1. Inleiding In het dichtbebouwde Vlaanderen zijn bermen overal te vinden. Meestal vervullen ze een vrij belangrijke ecologische rol,
Nadere informatieDagpauwoog Hoe ziet hij eruit? Wanneer vliegt hij? Waar kun je hem vinden? Waar leven de rupsen? Atalanta
Je hebt vast wel eens een vlinder gezien. Maar heb een vlinder wel eens goed bekeken? Weet je welke planten een rups lekker vindt? En weet je het verschil tussen dagvlinders en nachtvlinders? De vlinders
Nadere informatieActie voor Pimpernelblauwtjes!
Actie voor Pimpernelblauwtjes! Actie voor Pimpernelblauwtjes! Tekst: Irma Wynhoff Foto s: Jan Beekman, Jan Boeren, Rebekka Eckelboom, Sergej Jansen, Henkjan Kievit, Marcin Sielesniew, Anja Stankiewicz,
Nadere informatieStaatsbosbeheer T Eexterveld. Wandelen in het plantenparadijs - 7 km
Staatsbosbeheer T 0592 248 984 www.staatsbosbeheer.nl Eexterveld Wandelen in het plantenparadijs - 7 km Ruimte voor bijzondere planten In de verte ziet u ze al staan: de Schotse Hooglanders die meehelpen
Nadere informatieGevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042. 1. Status:
Gevlekte witsnuitlibel (Leucorrhinia pectoralis) H1042 1. Status: Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 8 augustus Beste natuurliefhebber/-ster,
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 8 augustus 2017 Beste natuurliefhebber/-ster, Dit keer fietste ik met gemengde gevoelens richting De Wiershoeck. Het was bewolkt, dat was niet erg, maar in de loop
Nadere informatieCaan begrazing op de natte heid
J De \levende ^atuur Caan begrazing op de natte heid Robert Ketelaar & Michiel Wallis de Vries Begrazing kent felle voorstanders en geduchte tegenstanders - en zeker wanneer het natte heide betreft. Inderdaad
Nadere informatieNr. 5 Jaargang 4 VLINDERNIEUWS. Vlinderwerkgroep HESPERIA Nieuwsbrief mei 2015 Nr. 5 Jaargang 4
Nr. 5 Jaargang 4 VLINDERNIEUWS Vlinderwerkgroep HESPERIA Nieuwsbrief mei 2015 Nr. 5 Jaargang 4 Een woordje vooraf. Beste vlindervrienden, Zondag 12 april hebben we onze eerste wandeling van het nieuwe
Nadere informatieBiotoop heide. Cursus natuurmanagement, 2019
Biotoop heide Cursus natuurmanagement, 2019 Natura 2000 Wat doen we vandaag? Heide Heide in Vlaanderen Begin 19 de eeuw Grootste uitbreiding heidelandschap (woeste grond) De mens vecht om er te overleven.
Nadere informatieFauna in de PAS. Hoe kunnen we effecten van N-depositie op Diersoorten mitigeren? Marijn Nijssen Stichting Bargerveen
Fauna in de PAS Hoe kunnen we effecten van N-depositie op Diersoorten mitigeren? Marijn Nijssen Stichting Bargerveen De Programatische Aanpak Stikstof Natuurdoelen en economische ontwikkelingsruimte 1600
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 21 augustus 2018
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 21 augustus 2018 Beste natuurliefhebber/-ster, Het was een prima dag. In de loop van de dag werd het warmer, een beetje benauwd zelfs en wat mij betreft had er iets
Nadere informatieAMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE KAMSALAMANDER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP
AMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE KAMSALAMANDER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP 1 2 KAMSALAMANDER De Achterhoek is één van de gebieden met de ruimste verspreiding van de kamsalamander in Nederland.
Nadere informatienatuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN
natuurbeheer Jens Verwaerde Natuurpunt CVN indeling inleiding: voorstelling a geschiedenis van het natuurbeheer b - biotopen en soorten en hun beheer pauze c - beheer richt zich op de omgeving d - natuurbeheer
Nadere informatieBestrijding bladwespen bij rode bes in kassen en tunnels.
Verslaglegging demoproject Bestrijding bladwespen bij rode bes in kassen en tunnels. Gefinancierd door Productschap Tuinbouw In opdracht van de Nederlandse Fruitteelt Organisatie In het kader van het project
Nadere informatieWist je dat?... Overwintering van vlinders. Vragen. De vlinder. De levenscyclus..
Lesbrief groep 5 6 Inhoudsopgave Wist je dat?... Vlinderwiel Stripverhaal.. Overwintering van vlinders. Vlinder mobiel Het voedsel van rupsen.. Vragen. De vlinder. De levenscyclus.. 1 Wist je dat Allerlei
Nadere informatieAMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE BOOMKIKKER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP
AMFIBIEËN IN DE ACHTERHOEK DE BOOMKIKKER SAMEN WERKEN AAN EEN OPTIMAAL LANDSCHAP 1 2 BOOMKIKKER De Achterhoek is voor de boomkikker momenteel het belangrijkste gebied in Nederland. In de jaren 80 van de
Nadere informatieKleurkeur: keurmerk voor goed bermbeheer. Context: steeds minder insecten. -76% insectenbiomassa Anthonie Stip
Kleurkeur: keurmerk voor goed bermbeheer Context: steeds minder insecten Anthonie Stip 1 juni 2018 anthonie.stip@vlinderstichting.nl @birdingstip -76% insectenbiomassa 1 Insectenverlies vooral na mei Biodiversiteit
Nadere informatieOnderzoek voor vlinderbescherming
Onderzoek voor vlinderbescherming Metamorfose: vlinders in Tekst: Michiel Wallis de Vries De Vlinderstichting Het gefladder van vlindervleugels trekt ieders aandacht. Beweging en kleurenpracht: we kunnen
Nadere informatieHeidebeheer en het Gentiaanblauwtje. Martin Scheper, Irma Wynhoff & Jan van der Made
De Levende Natuur 66 Heidebeheer en het Gentiaanblauwtje Martin Scheper, Irma Wynhoff & Jan van der Made Het Gentiaanblauwtje (Maculinea alcon ssp. ericaê) is een bijzondere dagvlinder vanwege de parasitaire
Nadere informatieHeide als landschap: historie, bodem en ontwikkeling. Rienk-Jan Bijlsma & Rein de Waal
Heide als landschap: historie, bodem en ontwikkeling Rienk-Jan Bijlsma & Rein de Waal 1953 Nieuwe functies vragen om nieuwe beheermethoden Evenwicht tussen hei en gras wanneer ontwikkeling ongestoord verloopt
Nadere informatieAchteruitgang loopkevers
Natuur.focusToelating gesloten verpakking Afgiftekantoor Antwerpen X P209602 Retouradres:, Coxiestraat 11, 2800 Mechelen V l a a m s D r i e m a a n d e l i j k s t i j d s c h r i f t o v e r n a t u
Nadere informatieHier zien jullie alweer de zesde uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw.
Hier zien jullie alweer de zesde uitgave van ons jeugdblad. Nieuwsgierig wat de Oele nu weer heeft te vertellen. Lees maar gauw. Vlinders in de tuin Vooral op warme dagen kun je veel vlinders zien in allerlei
Nadere informatieGrote vuurvlinder (Lycaena dispar) H1060
Dit profiel dient gelezen, geïnterpreteerd en gebruikt te worden in combinatie met de leeswijzer, waarin de noodzakelijke uitleg van de verschillende paragrafen vermeld is. Grote vuurvlinder (Lycaena dispar)
Nadere informatieActieplan Blauwe Brigade Brabant
Actieplan Blauwe Brigade Brabant Actieplan Blauwe Brigade Brabant Tekst: Michiel Wallis de Vries & José de Jonge Met medewerking van: Robert Ketelaar (NM), Jap Smits (SBB), Erik de Kruif (Landschap Overijssel),
Nadere informatieRealisatie Eckeltse vennen
Uitgangssituatie Algemeen Realisatie Eckeltse vennen Projectnummer: 2008_008 Projectnaam: Realisatie Eckeltse vennen PMJP: B1 Inrichting verworven EHS Natuurdoel: Inrichting van 5 voedselarme licht gebufferde
Nadere informatieinhoud blz. Vlinders 3 1. Insecten 4 2. De kop 5 3. De vleugels 6 4. Van ei tot vlinder 7 5. Dag en nachtvlinders 8 6. Voedsel 9 7. Vijanden 10 8.
Vlinders inhoud blz. Vlinders 3 1. Insecten 4 2. De kop 5 3. De vleugels 6 4. Van ei tot vlinder 7 5. Dag en nachtvlinders 8 6. Voedsel 9 7. Vijanden 10 8. Vlinders in Nederland 11 9. Filmpjes 15 Pluskaarten
Nadere informatieKONINGINNENPAGE (Papilio machaon) in Zeeland in 2013 In het kader van de actie OP DE BRES VOOR DE ZEEUWSE ZES.
KONINGINNENPAGE (Papilio machaon) in Zeeland in 2013 In het kader van de actie OP DE BRES VOOR DE ZEEUWSE ZES. Verslag Joop de Bakker Actieplan Met het actieplan wordt aandacht gevraagd voor zes karakteristieke
Nadere informatieHartelijk welkom. Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Holtingerveld
Hartelijk welkom Informatieavond Beheerplan Natura 2000 Holtingerveld Programma Opening Opzet en doel van deze avond Even terug kijken Hoe staat het met de Programmatische Aanpak Stikstof Korte samenvatting
Nadere informatieGroengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN
Groengebied Amstelland AB 16-04-2009 Agendapunt 8 Ecologische verbinding Holendrechter- en Bullewijkerpolder BIJLAGE 2: NOTA VAN UITGANGSPUNTEN De Holendrechter- en Bullewijkerpolder als ontbrekende schakel
Nadere informatieNematodenproef bestrijding dennenprocessierups Thaumetopoea pityocampa
Nematodenproef bestrijding dennenprocessierups Thaumetopoea pityocampa Spanje, Javea, Cap Sant Antoni december 2013 - februari 2014 Door: Silvia Hellingman-Biocontrole Onderzoek en Advies en Jan van Eijle
Nadere informatieBijen en Landschapsbeheer
Bijen en Landschapsbeheer Hoe maken we het landschap bijenvriendelijk Wat betekent dat voor de biodiversiteit en de kwaliteit van het landschap Een selectie van de mogelijkheden Arie Koster -- www.bijenhelpdesk.nl
Nadere informatieDe Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 28 juli 2015. Beste natuurliefhebber/- ster,
De Wiershoeck- Kinderwerktuin, dinsdag 28 juli 2015 Beste natuurliefhebber/- ster, De verwachte (korte) regenbuien vielen inderdaad en ik kwam daardoor niet geheel droog aan bij De Wiershoeck. Ook de excursie
Nadere informatieLandelijk meetnet vlinders
Landelijk meetnet vlinders Maart 2019 Beste teller, De winter loopt op zijn einde en we hebben in februari zelfs alweer vlinders kunnen zien. In deze nieuwsbrief een korte vooruitblik op het komende telseizoen.
Nadere informatieVLINDERS. generatie van o.a. de Kleine vos en Gehakkelde aurelia NATUURRIJK TESPELDUYN AUGUSTUS 2018
Als je je bal weer eens in de waterkant ziet verdwijnen, hebben sommige golfers toch enige huiver om in de kant te zoeken. De kikkers springen onverwacht op, libellen grazen over je hoofd en vreemde beestjes
Nadere informatieDe Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 25 oktober Beste natuurliefhebber/-ster
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 25 oktober 2016 Beste natuurliefhebber/-ster Het was een prachtige dag en ik was graag ook na de excursie nog een paar uurtjes op de tuin gebleven, maar dat zat er
Nadere informatievlinders infoblad Meer informatie van de afdeling NME (Natuur en Milieu Educatie) van Carmabi is te vinden op:
infoblad vlinders Alle vlinders en motten op de wereld horen tot de orde van Lepidoptera, het Latijnse woord voor insecten met geschubde vleugels. Deze schubben (die je onder een microscoop moet bekijken
Nadere informatieS100. SLEEDOORNPAGE Thecla betulae. Beschermingsstatus. Belangrijke leefgebieden. Korte soortbeschrijving. Soortkenmerken.
SLEEDOORNPAGE Thecla betulae (foto Vangompel W.) Beschermingsstatus Rode lijstcategorieën /? Beschermingsstatus ja nee Habitatrichtlijnsoort II IV Vogelrichtlijnsoort ja nee N A K Z B U V Belangrijke leefgebieden
Nadere informatieTegast in een vervreemd landschap? Eddy Wymenga, A&W
Tegast in een vervreemd landschap? Eddy Wymenga, A&W planologisch Hoog dynamische gebieden Stedelijk gebied, infrastructuur, economische zones, ontwikkelzones voor bedrijventerreinen, transportzones Laag
Nadere informatieDraaihals, verdwenen als broedvogel op de Meinweg
Draaihals, verdwenen als broedvogel op de Meinweg Maar voor hoe lang nog? Jan Boeren Stichting Koekeloere Inhoud presentatie Waarom is een Draaihals een Draaihals Meinweg al tientallen jaren kerngebied
Nadere informatieGrasland en Heide. Hoofdstuk 2.2 en 2.4
Grasland en Heide Hoofdstuk 2.2 en 2.4 Planning Grasland Voedselweb opdracht Heide Voedselweb opdracht Grasland Grasland is een gebied van enige omvang met een vegetatie die gedomineerd wordt door grassen
Nadere informatieProgramma. Beheerplan Elperstroomgebied
Beheerplan Elperstroomgebied Alie Alserda Pietop t Hof Christina Schipper Rienko van der Schuur 1 Elperstroomgebied Natura 2000 14 mei 2013 Programma Inleiding Doelen Knelpunten Activiteiten Aanvullend
Nadere informatieHerstel en beheer van heideterreinen
Herstel en beheer van heideterreinen Gevolgen van verzuring, vermesting en verdroging en de invloed van beheer op levensgemeenschappen van heide. Een samenvattend rapport voor beheerders. Chris van Turnhout
Nadere informatieDe zonnebloemen waren erg in trek bij de honingbijen (en hommels).
De Wiershoeck-Kinderwerktuin, dinsdag 20 september 2016 Beste natuurliefhebber/-ster, De dag begon een beetje fris, maar het werd in de loop van de dag steeds aangenamer en s middags was het zelfs warm.
Nadere informatieRuimte en tijd tezamen
Ruimte en tijd tezamen Persoonlijk onderzoek 2016-2 Door Frits Bink, Zuider-Eng 6, 6721 HH, Bennekom, Nederland. frits.en.rosita@tele2.nl Trefwoorden: Verspreidingskaart Fenogram Ecogram Gonepteryx rhamni
Nadere informatieHerstel van heide- en hoogveenlandschappen vereist herstel van gradiënten. Gert-Jan van Duinen
Herstel van heide- en hoogveenlandschappen vereist herstel van gradiënten Gert-Jan van Duinen Oppervlakte, depositie, soorten Oppervlakte, depositie, soorten Bargerveen Vaak alleen meest zure, voedsel-
Nadere informatieWaardevol heidelandschap op de Hondsrug Samenvatting van het beheerplan Drouwenerzand Concept
Waardevol heidelandschap op de Hondsrug Samenvatting van het beheerplan Drouwenerzand Concept a Waardevol heidelandschap op de Hondsrug Samenvatting van het beheerplan Drouwenerzand Colofon Deze samenvatting
Nadere informatiehet project:... Datum... Handtekening/naam...
HOE WERKT HET? 1. U doneert 750 euro aan Natuurmonumenten 2. Uw donatie geeft recht op vijf keer een dagdeel inspiratielocatie (incl. koffie en thee) 3. Indien gewenst, kiest u een extra arrangement naar
Nadere informatieWat valt er te kiezen?
Marijn Nijssen Effecten van duinbegrazing op faunadiversiteit Begrazing Wat valt er te kiezen? Effecten van duinbegrazing op faunadiversiteit Wat valt er te kiezen? Marijn Nijssen Bart Wouters Herman van
Nadere informatieGebiedswijzer Wierdense Veld
Programmatische Aanpak Stikstof Gebiedswijzer Wierdense Veld Nederland heeft ruim 160 natuurgebieden aangewezen als Natura 2000-gebied. Samen met de andere landen van de Europese Unie werkt Nederland zo
Nadere informatieBeheren met oog voor Insecten. Michiel Wallis de Vries
Beheren met oog voor Insecten Michiel Wallis de Vries Groot en Klein bijten elkaar soms Thomas et al. (2004) Science 303, 1791-1796 Insecten vs. Planten bij Begrazing Insecten wetsbaarder voor begrazing
Nadere informatieBestuurlijke samenvatting. Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal
Bestuurlijke samenvatting Laatste onderzoeksresultaten De Groote Meer op de Brabantse Wal De Groote Meer, deels gevuld met water De Brabantse Wal: een afwisselend natuurgebied met een grote variatie aan
Nadere informatie