LEIDRAAD ZANDIGE KUST

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "LEIDRAAD ZANDIGE KUST"

Transcriptie

1 Rij {: gwaters taal. Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ bibliotheek LEIDRAAD ZANDIGE KUST verslag van het symposium gehouden op 23 mei 1995 Voor de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen (TAW) georganiseerd door Dienst Weg- en Waterbouwkunde (DWW) en Rijksinstituut voor Kust en Zee (RIKZ) Redaktie: drs. T.H.M. Bucx drs. J. Jonkers Rijkswaterstaat Dienst Weg- en Waterbouwkunde Postbus GA Delft echnische dviescommissie voor de aterkeringen

2

3 INHOUDSOPGAVE VOORWOORD 5 1 DE LEIDRAAD ZANDIGE KUST EN DE KUSTNOTA ' Inleiding De Leidraad en de Kustnota : kader en accenten De Leidraad en de Kustnota : relaties Kustlijnhandhaving Waterkeringszorg Samenhang in de kustzone De Leidraad en de Kustnota: conclusie 21 2 DE KUST IN NATUURLIJK PERSPECTIEF Inleiding Wat wordt verstaan onder natuurlijk kustbeheer Wat wordt verstaan onder natuurlijke processen Waarom zoveel aandacht voor natuurlijk zeereepbeheer De Leidraad Zandige Kust Rekening houden met andere belangen in de kustzone Ervaringen met natuurlijk kustbeheer De kust in natuurlijk perspectief 36 3 HET WANGEDRAG VAN ONZE ZANDIGE KUST Inleiding Gedrag op de korte termijn Gedrag op de lange termijn Maatregelen en ingrepen Kennisbundeling en instrumenten Onderzoek in ontwil<i<eling Slotopmerkingen 44 4 WAT WIL, KAN EN MAG DE BEHEERDER De rol van de beheerder in het kustbeleid Waar is dit integraal waterkeringbeleid te vinden Wat is de beheersruimte voor een waterschap Omgaan met andere belangen Natuurlijke duinen Badplaatsen / recreatie Maatschappelijke waardering 57 5 SAMENVATTING VAN DE DISCUSSIE 59 Symposium Leidraad Zandige Kust 3

4 4 Symposium Leidraad Zandige Kust

5 VOORWOORD Werken aan de kust Van oudsher was het, en is het nog steeds, de taak van de werkers aan de kust, de bewoners van het achterland te beschermen tegen de steeds aanwezige dreiging van de zee. Het kon deze werkers niet euvel worden geduid dat zij deze bescherming wel erg absolute voorrang gaven. Hun taal< was ook zonder andere aspecten in beschouwing te nemen al moeilijk genoeg. Zij hadden bovendien de kennis nog niet om met die veiligheid te 'sjoemelen' om zo andere functies, bijvoorbeeld natuurwaarden, meer kans te geven. Bovendien, de bewoners van het achterland verwachtten niet anders van hen. Inmiddels zijn twee zaken veranderd. Ten eerste is de kennis gegroeid en ten tweede is de wens om deze natuurwaarden te behoeden toegenomen. Deze verandering blijkt ook uit de twee leidraden die op de zandige kust betrekking hebben. De oudste, de 'Leidraad Duinafslag', bemoeit zich voornamelijk met de afslag van het duin onder stormvloed omstandigheden. Kortom, met de veiligheid van de kust. De tweede heet niet voor niets 'Leidraad Zandige Kust'. Deze leidraad gaat in op alle aspecten van deze zandige kust. De kennis van de werkers aan deze kusten is bovendien inmiddels zo toegenomen dat zij in staat zijn alle aspecten op evenwichtige wijze in hun beschouwingen te betrekken. De veiligheid mag dan nog wel steeds voorop staan, de mogelijkheden zijn nu aanwezig om de maatregelen die de veiligheid garanderen zo te nemen dat de andere functies volledig tot hun recht komen en vaak ook nog in de handhaving van de veiligheid geïntegreerd kunnen worden. In de bijdragen van dit symposiumverslag wordt u hierin een inzicht gegeven. De heer De Ruig schetst het beleidskader voor de Nederlandse kust en geeft daarmee de relatie tussen de Leidraad Zandige Kust en de Kustnota aan. Mevrouw Lóffler laat zien welke natuurwaarden in een duinkust aanwezig zijn en hoe deze waarden in het kustbeheer kunnen worden ingepast. De heer Steetzel gaat in op de fundamentele aspecten van het gedrag van een zandige kust. De kennis hiervan vormt de basis voor al het werk aan deze kusten. De heer Provoost schetst tenslotte de taak van degene die uiteindelijk voor de kust verantwoordelijk is en hoe hij/zij met deze verantwoordelijkheid omgaat. Prof.dr.ir. E.W. Bijker Voorzitter werkgroep 'Zandige Kusten' van de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen (TAW-C) Symposium Leidraad Zandige Kust 5

6 6 Symposium Leidraad Zandige Kust

7 1 DE LEIDRAAD ZANDIGE KUST EN DE KUSTNOTA '95 Kader, accenten en relaties drs. J.H.M. de Ruig Rijksinstituut voor Kust en Zee/RIKZ 1.1 Inleiding De Leidraad Zandige Kust en de Kustnota zijn/worden beide opgesteld vanuit de sector kustverdediging. Er zijn dan ook (gelukkig maar) overeenkomsten tussen deze twee producten, hoewel ze een verschillend karakter en doelgroep hebben. In eerste instantie staan we kort en in algemene zin stil bij het kader, de accenten en relaties van de leidraad en de Kustnota '95. Die zullen we vervolgens uitdiepen in een drietal aspecten : Kustlijnhandhaving, beheer van de waterkering en de samenhang tussen de twee rapporten. De Leidraad Zandige Kust is gereed en verspreid. Dit geldt niet voor de Kustnota '95, die nog volop in voorbereiding is. Daarom eerst wat aanvullende inhoudelijke informatie over de Kustnota. Kustnota Om een landelijk beleid voor de kustlijnligging te ontwikkelen, is in 1989 de discussienota Kustverdediging na 1990 uitgebracht. Daarin werden vier beleidsalternatieven gepresenteerd die alle een garantie boden voor het handhaven van de veiligheid, en daarnaast in meer of mindere mate bescherming boden aan strand en duinen en de daarmee verbonden belangen. Op basis van een beleidsanalyse, de inspraak, de uitgebrachte adviezen en het gevoerde overleg hebben regering en parlement in 1990 gekozen voor het beleidsalternatief `dynamisch handhaven '. Sindsdien wordt de kustlijn gehandhaafd op de plaats waar zij begin 1990 lag. Doelstellingen van deze beleidskeuze zijn het duurzaam handhaven van de veiligheid door het bestrijden van de structurele kustachteruitgang en het duurzaam behoud van functies en waarden in duingebieden. Op verzoek van de Tweede Kamer zal de uitvoering van de beleidskeuze dit jaar worden geëvalueerd : Kustnota Eind 1993 is een bondige voortgangsrapportage Drie Jaar Kustlijnzorg verschenen, waarin een overzicht is gegeven van de wijze waarop in de periode de beleidskeuze voor `dynamisch handhaven ' is ingevuld. Symposium Leidraad Zandige Kust 7

8 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties In het in januari vorig jaar verschenen basisrapport Kustnota 1995 (De kust in breder perspectief) zijn alle aspecten samengebracht die mogelijk in de Kustnota aandacht behoeven. Het basisrapport vormt daarmee het uitgangspunt voor discussies met de Provinciale Overlegorganen voor de Kust (POK 's) en verder alle partners in het kustbeleid en -beheer. Op basis van de resultaten van de gevoerde discussies wordt in 1995 de Kustnota opgesteld. In het basisrapport staat de evaluatie van de uitvoering van 'dynamisch handhaven ' centraal. Er wordt dus vooral aandacht besteed aan de implementatie van het beleid dat in 1990 met de nota 'Kustverdediging na 1990 ' is ingezet. Daarbij horen vragen als: - Is de structurele achteruitgang van de Nederlandse kust een halt toegeroepen? Is zandsuppletie daarbij werkelijk de effectiefste en milieuvriendelijkste methode zoals in de kustnota van 1990 is aangegeven? Of biedt zeewaartse kustverdediging meer perspectieven? Heeft `dynamisch handhaven' kansen en mogelijkheden geschapen voor andere gebruiksfuncties? Welke kennis, methoden en middelen zijn nodig om in de toekomst te kunnen blijven handhaven? Daarnaast worden in dit basisrapport de mogelijkheden voor een integrale benadering van de kustzone onderzocht. De kust is namelijk niet in één dimensie te vangen. Het begrip kustlijn is te eng voor een goede beschouwing van het maatschappelijk en ecologisch functioneren van het gebied waar de kustlijn niet meer is dan een grens en een overgang tussen nat en droog. De kust zal steeds meer in zijn ruimtelijke en maatschappelijke context moeten worden beschouwd. Het maatschappelijk belang van de Nederlandse kust is groot. Achter de zeewering bezitten we een geïnvesteerd vermogen van meer dan 4000 miljard gulden. De kustzone herbergt grote natuurwaarden, zowel op land als op zee. Een belangrijk deel van de Nederlandse bevolking is voor de broodwinning direct afhankelijk van de kust. Verder biedt de kustzone vanwege zijn specifieke locatie een signaalfunctie bij uitstek ten aanzien van ontwikkelingen in het achterland. Dit betekent dat initiatieven meer dan voorheen in een ruimer perspectief beoordeeld dienen te worden. Ontwikkelingen die nu starten, zullen in de 8 Symposium Leidraad Zandige Kust

9 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties toekomst volgehouden moeten worden. Daarbij houden we rekening met een kustzone waar schalen en dimensies sterk uiteenlopen : Een willekeurige ingreep in de kust vertaalt zich, ` stroomafwaarts ' en op een later ogenblik, altijd en overal in lang niet altijd voorziene effecten. Vooraf zullen we ons hiervan rekenschap moeten geven ; vooraf zullen de lange termijn effecten getoetst moeten worden. 1.2 De Leidraad en de Kustnota : kader en accenten Tussen de Leidraad en de Kustnota bestaat een relatie, maar zijn ook verschillen aan te wijzen Voor alle duidelijkheid eerst kort even de verschillende accenten (fig. 1.1): - De Leidraad richt zich op de waterkering en de beheerders op het strand en in het duingebied. Het is primair een adviesproduct, een hulpmiddel van de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen (TAW). - De Kustnota is een beleidsstuk van de regering, waarin dit maal vooral de evaluatie van de uitvoering van het in 1990 ingezette beleid centraal staat. Het richt zich dan ook in eerste instantie op de kustlijn, maar constateert dat deze lijn niet los gezien kan worden van de rest van de kustzone. In de Kustnota worden keuzes gemaakt door de minister/regering die, als het goed is, gesteund worden door het parlement. Leidraad zandige kust Kustnota '95 * waterkering * beheer * advies: hulpmiddel (TAW) * kustlijn / kustzone * beleid / evaluatie uitvoering * regeringsbeleid: keuze ( minister / 2e kamer) Fig. 1.1 Kader + accenten Symposium Leidraad Zandige Kust 9

10 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties 13 De Leidraad en de Kustnota: relaties Er zijn drie items die zowel in de Leidraad als de Kustnota veel aandacht (zullen) krijgen: 1. kustlijnhandhaving; 2. waterkeringszorg; 3. samenhang in de kustzone Kustlijnhandhaving Twee elementen zijn onlosmakelijk verbonden met de kustlijnhandhaving: De basiskustlijn De basiskustlijn is de te handhaven 1990-kustlijn. Het is de norm voor dynamisch handhaven. Elk jaar opnieuw vindt een toetsing van de actuele ligging van de kustlijn plaats aan de hand van de resultaten van de meest recente kustmetingen. Dan wordt gekeken of de norm ten gevolge van structurele erosie is overschreden, of overschreden dreigt te worden. Wanneer de basiskustlijn wordt overschreden, worden maatregelen genomen. in de praktijk betekent dit dat er meestal een zandsuppletie wordt uitgevoerd. De methode van norm en toetsing is gericht op een relatief simpele en eenduidige signaalfunctie voor structurele erosie. Dit werkt over het algemeen goed. In de basisl<ustlijnligging is de dynamiek in de kustzone gefilterd in ruimte en tijd. Grotere fluctuaties hebben soms aanleiding gegeven voor een landwaartse verplaatsing, waardoor natuurlijke processen niet gefrusteerd worden door suppletie-ingrepen zonder dat andere functies in het geding komen. In zowel de Leidraad als de Kustnota wordt ingegaan op enkele bottlenecks. Paradoxaal genoeg brengen suppleties de belangrijkste beperking voor de berekeningsmethode van de toetsing met zich mee. In de eerste twee jaar na een suppletie zijn onvoldoende meetpunten beschikbaar om te toetsen. In dergelijke situaties wordt de ontwerplevensduur van de suppleties maatgevend gesteld. Mee- of tegenvallende ontwikkelingen kunnen eenvoudig gecorrigeerd worden met een bijstelling van de suppletiehoeveelheid of -frequentie. Suppleren is immers een flexibele methode van kustverdediging. Het mag duidelijk zijn dat ligging en toetsing van de basiskustlijn, èn de daaruit voortvloeiende (suppletie-)werkzaamheden een belangrijk ge- 10 Symposium Leidraad Zandige Kust

11 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties spreksonderwerp van het Provinciaal Overlegorgaan voor de Kust (POK) zijn. Tenslotte is niet alles altijd 100% te berekenen en hoeft overschrijding van de basiskustlijn op één of twee punten geen suppletie te betekenen. Hoe is de ligging van de kustlijn op dit moment? Uit figuur 1.2 blijkt dat de locaties met een overschrijding van de basiskustlijn langzaam afnemen. In 1995 voldoet nog altijd zo'n 19% niet aan de norm. Dat klopt, aangezien direct in 1991 een suppletie-achterstand is opgelopen. P Fig. 1.2 Basiskustlijn overschrijding Symposium Leidraad Zandige Kust 11

12 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties Suppleties en alternatieve kustverdediging Zandsuppletie is voor de Nederlandse kust nu en in de toekomst een doelmatige methode om de kustlijn te handhaven. Suppleren met als doel handhaven van de kustlijn biedt goede uitgangspunten voor het instandhouden van overige functies en waarden op het strand en in de duinen. Er blijkt een duidelijke relatie tussen het handhaven van de kustlijn en de stabiliteit van de duinvoet. In de periode is gemiddeld 62 miljoen gulden aan de kustlijnzorg besteed. Jaarlijks is gemiddeld 7 miljoen m 3 zand gesuppleerd. Figuur 1.3 geeft een overzicht waar het zand aangebracht is. Texel (sterke erosie) en Delfland (o.a. jaarlijkse by-pass Hoek van Holland) springen eruit. A. volume in m3 Fig. 1.3 Suppletievolume Symposium Leidraad Zandige Kust

13 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties Aan de hand van de zandbudgetten van grotere kustvakken is geconcludeerd dat met suppleties het zandvolume in de kustzone op peil kan worden gehouden. Een voorbeeld van de (morfologische) evaluatie van de zandsuppleties wordt voor het kustvak Ameland-Midden, Texel-Noord en de Kop van Schouwen gegeven in respectievelijk figuur 1.4a, b en c. Het handhaven van de kustlijn en het zandvolume in de kustzone is op Texel een probleem, maar op Ameland en Schouwen is dit prima gelukt. kustlijnverplaatsing volumeverandering m 3 / m b momentane kustlijn basiskustlijn,j, suppletie gemid. kustinhoud -- minus suppletie gemid. kustinhoud suppletie Fig. 1.4a Evaluatie suppleties Ameland, km m N m momentane kustlijn basiskustlijn,,,,., gemid. kustinhoud minus suppletie gemid. kustinhoud 1 suppletie 1 suppletie Fig. 1.4b Evaluatie suppleties Texel, km Symposium Leidraad Zandige Kust 13

14 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties m 3 / m momentane kustlijn - basiskustlijn 4 suppletie gemid. kustinhoud minus suppletie - gemid. kustinhoud 4 suppletie Fig. 1.4c Evaluatie suppleties Schouwen, km Ook kunnen we veel verder terug gaan in de tijd met onze evaluatie. In figuur 1.5 is te zien dat de langjarige achteruitgang van de kust (vanaf 1880) op zowel Ameland-Midden als Zuidwest-Walcheren tot staan is gebracht. In het laatste kustvak hebben we zelfs een vergelijkbare ligging als rond 1940 terug! De eerlijkheid gebiedt hier te zeggen dat de gunstige natuurlijke ontwikkeling hier een handje geholpen heeft. Ameland km jaar (zand-suppletie Fig. '1.5 Positie gemiddeld laagwaterlijn Zandsuppleties bieden mogelijk niet altijd en overal automatisch de meest efficiënte oplossing om kustachteruitgang te voorkomen. Op sommige lokaties wordt het gesuppleerde zand via diepe getijgeulen relatief snel afgevoerd. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de kop van Texel (Eierland). In dergelijke situaties kan een alternatieve kustverdediging 14 Symposium Leidraad Zandige Kust

15 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties worden overwogen. Meestal wordt hierbij aan een combinatie van 'harde' en 'zachte' kustverdediging gedacht, bijvoorbeeld een stenen dam loodrecht op de kust aangevuld met een kleine zandsuppletie. Aangezien de kustlijn dan in zeewaartse richting verschuift, wordt gesproken van zeewaartse kustverdediging. Feitelijk betreft dit een optimalisatie van de kustlijnzorg, waarbij de kust met minder inspanning gehandhaafd kan worden : Bij de aanleg worden hoge kosten gemaakt, maar dat leidt in de toekomst tot lagere suppletiekosten. Ameland Texel hangend strand/ vooroever bestorting hangend strand Fig. 1.6 Studies zeewaartse kustverdediging Symposium Leidraad Zandige Kust 15

16 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties Een overzicht van de locaties waar de afgelopen vijf jaar onderzoek is verricht naar de haalbaarheid van een zeewaarts kustverdedigingsalternatief voor suppleties is weergegeven in figuur 1.6. Het blijkt dat in veel gevallen om de vijf jaar herhaalde suppleties financieel minstens zo aantrekkelijk zijn als zeewaartse oplossingen, zelfs als we geen rekening met lij-erosie hoeven te houden. Alleen bij specifieke locaties met een zeer sterke erosie zijn zeewaartse constructies lonend. Aangezien structurele erosie niets anders is dan een gebrek aan zand, kan de winst van zeewaartse constructies op wat langere termijn en over de hele linie wel eens beperkt of zelfs afwezig zijn. Suppleties bieden in al hun ogenschijnlijke tijdelijkheid, meestal wel een structurele oplossing. Dit is niet alleen theorie. De beïnvloeding van harde elementen op het gedrag van onze kust is goed bekend (figuren 1.7a en b). Zo resulteerde de aanleg van een strandhoofd op Vlieland in ondermeer lij-erosie waardoor men gedwongen werd de reeks in oostelijke richting uit te breiden. Direct ter weerszijde van de havendammen bij IJmuiden sedimenteert zand dat afkomstig is van naburige kustvakken. Geleidelijk aan verschuift dit patroon van de dammen af. Fig. 1.7a 'Harde' elementen in de kustlijn (Oost-Vlieland) 16 Symposium Leidraad Zandige Kust

17 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties zuid noord IJmuiden haven Fig. 1.7b 'Harde' elementen in de kustlijn (IJmuiden haven) Waterkeringszorg Breedte waterkering Het beheer van de waterkering is een tweede item dat zowel in de Leidraad als de Kustnota met voorrang behandeld wordt. De keuze voor 'dynamisch handhaven' maakt het noodzakelijk het beheer van het duin daarmee in overeenstemming te brengen. Een belangrijk aspect is de wijze waarop omgegaan wordt met andere belangen zoals natuur en bebouwing. Daar waar de breedte van het duingebied het toelaat, is het wenselijk de primaire waterkering breder te dimensioneren dan uit veiligheidsoogpunt strikt noodzakelijk is (fig. 1.8). Naarmate het beheergebied breder is, zullen er meer mogelijkheden zijn voor het ontwikkelen van andere functies in het gebied. Wanneer dit het geval is, dienen de begrenzingen van de waterkering en de keurzones te worden verschoven. Het POI< speelt bij de inrichting van de primaire waterkering een belangrijke rol. In het POI< moet worden bezien of de beoogde verbreding van de waterkering maatschappelijk wenselijk is en of deze in overeenstemming te brengen is met de andere belangen. Ten slotte zullen de legger en de keurbegrenzingen door de beheerder, gehoord het POI<, worden vastgesteld. Een dergelijke aanpak kan erin resulteren dat onnodige hekken in het duingebied kunnen verdwijnen. Ook kan de zeereep er op veel plaatsen natuurlijker uit komen te zien. Bij een brede waterkeringszone is een stringent onderhoud, gericht op het instandhouden van een strakke zeereep immers niet meer nodig. Symposium Leidraad Zandige Kust 17

18 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties breed duingebied binnenduinen aanbevolen voldoende: niet aanbevolen smal duingebied polderland weg zeereep } voldoende duinvoet duingebied met bebouwing voldoende Fig. 1.8 Landwaartse grens waterkering (Semi-)permanente bebouwing De Leidraad Zandige Kust geeft geen éénduidig advies of gedragsregel t.a.v. het omgaan met (semi-)permanente bebouwing. Wèl staan in de Leidraad handreikingen voor beheerders. Een waterkeringbeheerder kan alleen toetsen op de veiligheid van de waterkering en hinder bij het onderhoud van de waterkering. Meer dan vroeger zal hij één en ander moeten beargumenteren. Zo mag aanzanding in de zomer niet ernstig gehinderd worden en zullen strandpaviljoens demontabel moeten kunnen blijven om een verschuiving in dwarsrichting mogelijk te maken. Over het algemeen echter heeft m.i. de aanwezigheid van strandpaviljoens geen di rekt nadeel voor het functioneren van de waterkering. Lokaal kan wat extra uitstuiving of afslag plaats vinden waardoor de beheerder zijn taak enigszins 18 Symposium Leidraad Zandige Kust

19 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties zal moeten intensiveren. Een belangrijker rol speelt in veel gevallen de maatschappelijke wenselijkheid van het toelaten van semi-permanente bebouwing op het strand in de winter (bijvoorbeeld natuurbelangen of -beleving). Zeker wanneer gestreefd wordt naar meer permanente paviljoens die het karakter van het strand wezenlijk kunnen veranderen. Ongewenste ontwikkelingen kunnen worden tegengegaan met bepalingen in streek- en bestemmingsplannen. In alle gevallen wijst de waterkeringbeheerder de vergunningaanvrager expliciet op de risico's die met semi-permanente bebouwing op het strand in de winter gemoeid zijn. Voor permanente bebouwing in de duinen geldt min of meer hetzelfde als voor strandpaviljoens op het strand. Nog meer geldt dat nagegaan moet worden of het toelaten van bebouwing met name in of tegen de zeereep maatschappelijk wenselijk is. Dit laatste is een ruimtelijk ordeningsvraagstuk. Bij de uitwerking van het bouwbeleid is derhalve een belangrijke rol weggelegd voor gemeenten en provincies. Het onder de Natuurbeschermingswet brengen van het gehele duingebied (actiepunt Natuurbeleidsplan) vormt een krachtig instrument bij het weren van ongewenste bebouwing. Aantasting van het duingebied kan daarmee voorkomen worden. De aanwijzingen blijven vooralsnog achter bij de planning. Een punt van aandacht is het onderscheid tussen (delta-)veiligheid en risico. Deltaveiligheid is gerelateerd aan het achterliggende polderland. Buiten deze gebieden wordt het in de ontwerp-wet op de waterkering aangegeven veiligheidsnivo niet gegarandeerd. Het is primair de verantwoordelijkheid van de gemeente om bewoners te attenderen op de grotere risico's van wonen op of voor de waterkering. De gemeente kan hierin desgewenst regulerend optreden door middel van het bestemmingsplan. Een mogelijkheid is bij het toelaten van nieuwbouw en uitbreidingen van bestaande bebouwing op of voor de waterkering een landelijke, uniforme faalkans te hanteren zodat het risico op grootschalige schade bij een stormvloed voorkomen of beperkt kan worden. Een directe vergelijking met het overstromingsrisico van bebouwing in het winterbed van de Maas is hier te trel<i<en! (fig. 1.9) Symposium Leidraad Zandige Kust 19

20 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties afslag 0 P Q R Fig. 1.9 Faalkans zonering in afslagzone Ten aanzien van de kust als natuurlijk systeem is het belangrijk te streven naar maximale robuustheid en veerkracht. Daarmee wordt de kwetsbaarheid van de kust zoveel mogelijk beperkt, zodat toekomstige (Klimaat-) veranderingen gemakkelijker kunnen worden opgevangen. Denk daarbij aan de ruimte die de Waddenzee nodig heeft ten behoeve van een natuurlijke respons op zeespiegelstijging. En aan een door bebouwing en infrastructuur vastgelegde zeereep, die moeilijk kan worden aangepast aan gewijzigde condities. Een natuurlijk systeem is bij uitstek geschikt om de gevolgen van plotselinge veranderingen op te vangen Samenhang in de kustzone Twee werelden treffen elkaar in de kustzone : de zee en het land, ieder met zijn eigen problematiek en ruimtelijke/bestuurlijke inrichting. Een caleidoscoop aan bestuurders en beheerders buigt zich over de kuststrook. De grote verscheidenheid aan functies heeft intussen geleid tot een sterke gebiedsafbakening. Toch is de kust in veel opzichten één geheel, niet alleen in onze beleving, maar vooral ook morfologisch bezien. Ingrepen op de ene plaats leiden onvermijdelijk tot effecten elders. De grote dynamiek manifesteert zich op verschillende, karakteristieke tijden ruimteschalen. Fluctuaties van de kustlijn bijvoorbeeld, resulteren in een weliswaar vertraagde en gedempte, maar onvermijdelijke reactie van de duinvoet (fig. 1.10). 20 Symposium Leidraad Zandige Kust

21 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties vertraging positie kustlijn / duinvoet kustlijn duinvoet (gedempt) tijd - Fig Positie kustlijn en duinvoet bij fluctuaties Dynamiek hóórt bij de kust. We kunnen de kustlijn vasthouden wat we willen, stormen zullen af en toe een hap uit de zeereep nemen. De kans daarop neemt toe als de zeespiegel verder stijgt. In een natuurlijk systeem is dat geen probleem. Herstel volgt meestal vanzelf. Daar waar mogelijk zullen we voorrang aan de dynamiek moeten verlenen. Bovendien is een dynamisch systeem aantrekkelijk, zeker ool< voor recreanten. Denk maar aan de grote aantrekkingskracht die de Slufter op Texel en het Zwin in Zeeuws-Vlaanderen uitoefenen. Na de vaststelling van de nota 'Kustverdediging na 1990' heeft (inzicht in) herstel en ontwikkeling van de natuurlijke dynamiek in de kustzone, zonder aantasting van de kustveiligheid, op vier wijzen gestalte gekregen: - loslaten van de basiskustlijn; landwaartse verlegging van de basiskustlijn; extensivering van het onderhoud aan duinvoet en zeereep; onderzoek naar herstel en ontwikkeling van een natuurlijke zeereep en duinen. 1.4 De Leidraad en de Kustnota : conclusie Uit het voorgaande blijkt dat de Leidraad Zandige Kust en de Kustnota niet los van elkaar staan. De belangrijkste overeenkomsten staan in figuur 1.11 onder elkaar. Symposium Leidraad Zandige Kust 21

22 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties * aandacht voor ruimtelijke ordening * korte termijn winst versus lange termijn belangen (Kustvisie) * samenhang functies : samenwerking kustpartners: taken i.p.v. gebieden * letter èn geest ademen brede waterkeringszone uit * bebouwing en waterkering Fig Overeenkomsten Leidraad en Kustnota Een leemte met betrekking tot het beleid voor de kustzone vormt het ontbreken van een overkoepelende en samenhangende visie op de ruimtelijke ontwikkeling van de overgang tussen zee en land. Een gevolg hiervan is dat veelal vanuit de korte termijn en vanuit een lokale optiek met nieuwe ontwikkelingen in de kustzone wordt omgegaan. Dat geldt voor kleine zaken, bijvoorbeeld nieuwbouw in de zeereep, èn grote projecten, zoals Íandaanwinning 'Nieuw-Holland' (fig. 1.12). Fig Kustontwikkelingsplannen : kustlocatie Nieuw-Holland 22 Symposium Leidraad Zandige Kust

23 1 De Leidraad Zandige Kusten en de Kustnota '95 : kader, accenten en relaties Dit betekent dat er een grote verantwoordelijkheid op de waterkeringbeheerder rust. Méér dan voorheen zal hij vanuit zijn taak èn in samenspel met de andere kustpartners het beheer van de waterkerings- en kustzone op basis van argumenten moeten vormgeven (fig. 1.13). * niet gebied, maar taak staat centraal géén (bestuurlijke)'hekjeskust' * vanuit leidraad spreekt grote mate van vrijheid 1 beheerder zal meer moeten beargumenteren! (groene versie leidraad) Fig Conclusie ten aanzien van waterkeringbeheer Symposium Leidraad Zandige Kust 23

24 24 Symposium Leidraad Zandige Kust

25 2 DE KUST IN NATUURLIJK PERSPECTIEF drs. M.A.M. L~ffler Rijkswaterstaat, Dienst Weg- en Waterbouwkunde 2.1 Inleiding De titel van deze lezing luidt 'de kust in natuurlijk perspectief'. Misschien klinkt een titel als deze of alle geluiden over natuurlijk kustbeheer en natuurlijke processen wat vreemd in de oren. Want, een zandige kust is toch per definitie natuur? Er is zand, er is wind, er is vegetatie, er is helm : wat valt er nu eigenlijk nog in natuurlijk perspectief te plaatsen. Op deze vraag wordt in deze lezing ingegaan. 2.2 Wat wordt verstaan onder natuurlijk kustbeheer Het Nederlandse kustduingebied vormt een voor Nederland uniek natuurgebied, dat is ontstaan door een eeuwenlang samenspel tussen zand, zee en wind. Terwijl de oppervlakte slechts ca. 2% van Nederland beslaat, is in deze smalle strook tweederde van alle Nederlandse plantesoorten te vinden. Voor broedvogels geldt een soortgelijk verhaal : 140 van de ca. 190 Nederlandse broedvogels kunnen in het duingebied worden aangetroffen. Ook in internationaal opzicht zijn de Nederlandse duinen van groot belang. Aaneengesloten duingebieden van deze grootte zijn in Europa slechts op vier andere plaatsen aanwezig. Uit dit oogpunt is het dan ook belangrijk de natuurwaarden van het Nederlandse kustduingebied te behouden of nog verder te ontwikkelen. Een natuurlijk kustbeheer beoogt dit. Hieronder wordt een zodanig beheer van de zandige kust verstaan dat de natuurlijke- en landschappelijke waarden behouden blijven, hersteld worden of nog verder ontwikkeld worden. Vaak kan dit worden bereikt door meer ruimte te geven aan natuurlijke processen door het extensiveren van het kustbeheer, soms aangevuld met enkele initiërende maatregelen. 2.3 Wat wordt verstaan onder natuurlijke processen Onder natuurlijke processen verstaan we vooral verstuiving, onder invloed van de wind, en inundatie van het duingebied door zout water, onder invloed van de zee. Hieronder wordt het belang van de natuurlijke processen geschetst. Symposium Leidraad Zandige Kust 25

26 2 De kust in natuurlijk perspectief De verstuiving van zand is in het duinecosysteem een van de meest basale, sturende abiotische processen. Verstuivingen bepalen de ontwikkeling van de landschapsvormen (geomorfologie), de ontwikkeling van de bodems en daarmee samenhangend, van flora en fauna (fig. 2.1). Verstuiving vormt als het ware de 'motor' van cyclische successie. Dit betekent dat verder ontwikkelde bodems en vegetatie onder invloed van verstuiving kunnen worden verjongd. Hiermee kunnen effecten van atmosferische depositie, zoals vergrassing en de sterke toename van struiken in het duingebied, worden tegengegaan. Zo ontstaat een grotere ecologische variatie in het duingebied. Positieve effecten van verstuiving op landschapsecologische variatie: (geomorfologie, hydrologie, flora en fauna) vorming gekerfde zeereep uitstuiving vochtige valleien primaire duinvorming verjonging vegetatie (beheersmaatregel tegen vergrassing) biotoop voor diersoorten verhoging vitaliteit helm Fig. 2.1 Belang van verstuiving Verder is verstuiving van belang voor het behoud en verdere ontwikkeling van landschapsvormen. Op rustige stranden langs aangroeikusten kan door verstuiving primaire duinvorming plaatsvinden. Hierbij speelt in eerste instantie de vestiging van het zouttolerante Biestarwe-gras een cruciale rol. Achter de kiem accumuleert zand, waardoor zich uiteindelijk een duintje vormt (figuren 2.2 en 2.3). In een later stadium komt andere vegetatie op, zoals Zeeraket of, als het duintje hoog genoeg is om zoet water vast te houden, Helm (fig. 2.4). Primaire duintjes zijn zowel waardevol uit landschappelijk oogpunt als uit oogpunt van flora en fauna. Zij bieden een broedgebied voor diverse strandvogels. 26 Symposium Leidraad Zandige Kust

27 2 De kust in natuurlijk perspectief Fig. 2.2 Ontkieming Biestarwegras Fig. 2.3 Accumulatie van zand Symposium Leidraad Zandige Kust 27

28 2 De kust in natuurlijk perspectief Fig. 2.4 Vestiging Zeeraket Verstuiving in de zeereep van een stabiele of van een afslagl<ust kan leiden tot een 'gekerfde zeereep'. Dit is een grillig gevormde zeereep met stuivende toppen en dalen (fig. 2.5). De hoge dynamiek is van belang voor een aantal bijzondere zeereepplanten. Tevens vormt het een broedbiotoop voor diverse strandbroedvogels. Ook achter de zeereep speelt verstuiving een belangrijke rol. Verstuiving kan hier leiden tot uitstuiving van valleien tot op het grondwater. 28 Symposium Leidraad Zandige Kust

29 2 De kust in natuurlijk perspectief Doordat het uitstuivingsproces jaren duurt, krijgen de valleibodems een wisselend maaiveld. Er is sprake van ecologisch belangrijke gradiënten in grondwaterstand, overstromingsduur, voedselrijkdom en kalkgehalte. Het planten- (en dieren)leven in vochtige/natte duinvalleien is bijzonder gevarieerd, met een aantal zeldzame soorten. En tenslotte is enige verstuiving essentieel voor een gezonde helmbegroeiing. Al lang is bekend dat helm slechts goed gedijt indien de planten regelmatig worden overstoven met vers strandzand. Als deze zandaanvoer stagneert, wordt het wortelstelsel van helm aangetast door een combinatie van schadelijke schimmels en aaltjes die in 'oud zand' voorkomen. De vitaliteit van de plant gaat hierdoor achteruit (fig. 2.6). Beheersmaatregelen als steken, branden en maaien blijken geen effect te hebben om kwijnende helm weer vitaal te krijgen. Uit onderzoek blijkt dat het toelaten van enige verstuiving in de zeereep een oplossing is om schadelijke organismen kwijt te raken. Eenmaal besmet zand verliest tijdens het verstuivingsproces deze organismen door wrijving, schuring en ontmenging. Hierdoor kan kwijnende helm weer vitaal worden. Bij inundatie van het duingebied door zout zeewater via een inbraak in de zeereep kan een slufter ontstaan : een zoute of brakke d uinvallei, verbonden met de zee door een opening in de voorste duinenrij waar de zee dagelijks via een geulenstelsel het achterland binnendringt. Nederland kent twee omvangrijke slufters, namelijk de Slufter op Texel (fig. 2.7) en het Zwin in Zeeuws-Vlaanderen. Symposium Leidraad Zandige Kust 29

30 2 De kust in natuurlijk perspectief Daarnaast komt een aantal slufterachtige gebieden voor, waar de zee incidenteel een achter de zeereep liggende vlakte overstroomt, zoals de Kwade Hoek op Goeree en enkele gebieden aan de oostelijke einden van de eilanden Terschelling, Ameland en Schiermonnikoog. Slufters en slufterachtige gebieden zijn een verrijking van de natuurlijke en landschappelijke waarden van het kustgebied. De hoge natuurwaarden hangen samen met de grote variatie aan milieus. Er komen gradiënten voor van zandig naar slibrijk, van hoog naar laag, voedselrijk/voedselarm, zout/zoet etc. Elk gedeelte kent zijn eigen specifieke vegetatie (fig. 2.8). 30 Symposium Leidraad Zandige Kust

31 2 De kust in natuurlijk perspectief Verder zijn slufters van belang als fourageer- en als broedgebied voor allerlei vogels. Overigens wil ik benadrukken dat een slufter altijd een tijdelijk stadium van de ontwikkeling van een zandige kust is. In aangroeikusten zal een slufter op den duur verzanden, waarbij de sluftervlakte verandert in een zoete primaire vallei met eigen specifieke natuurwaarden. Dit proces kan overigens decennia of nog langer duren. In afslagkusten zal een slufter, als er geen maatregelen worden genomen, op den duur eroderen. 2.4 Waarom zoveel aandacht voor natuurlijk zeereepbeheer De mens heeft altijd een belangrijke rol gespeeld in het duingebied. De eerste bewoning in het westen van het land vond plaats op de hoge, droge strandwallen langs de kust. Na verloop van tijd werd het duingebied gebruikt voor kleinschalige landbouw en veeteelt. Dit kleinschalige gebruik heeft sterk bijgedragen aan de variatie in het landschap. Zo ontstond rondom voormalige afgesloten dorpskernen als Katwijk aan Zee en Zandvoort het zogenaamde 'zeedorpenlandschap', met een zeldzame plantengroei. Dit landschap is afhankelijk van een kleinschalig gebruik door de mens. Al sinds de 11e eeuw wordt in Nederland helm aangeplant om zand te stabiliseren en het achterland te beschermen tegen de zee. Door een steeds hogere bevolkingsdruk en door toenemende economische waarden van het achterland, werd een steeds intensiever beheer en onderhoud van de zeereep noodzakelijk. Om de teruggang van de kust te beperken, werd de instandhouding van een omvangrijke zeereep doel van het kustbeheer. Door maatregelen als het plaatsen van stuifschermen, het planten van helm en het voorkomen van de ontwikkeling van stuifgaten wordt een brede, veilige, regelmatig begroeide zeereep verkregen. De verantwoordelijkheid voor het beheer hiervan ligt bij de waterkeringbeheerder; het beheer van het achterliggende duingebied is in handen van de duinbeheerders (vaak waterwinbedrijven). Door het steeds intensievere beheer en onderhoud en door de opsplitsing van beheer, vertoont de zeereep veelal een veel gecultiveerdere aanblik dan het meer landinwaarts gelegen duingebied. Natuurlijke processen zoals verstuiving zijn vaak geblokkeerd, waardoor het landschap verstard is en de variatie in landschap en natuur in de loop der tijd is verminderd. Symposium Leidraad Zandige Kust 31

32 2 De kust in natuurlijk perspectief In de jaren 60 groeide het idee dat waterkeringen behalve voor de veiligheid ool< van belang zijn voor andere functies. Zo hield men onder andere door de keuze voor een halfopen Oosterschelde door de aanleg van de Stormvloedkering, expliciet rekening met visserij en natuur. Door de commissie Boertien werd aanbevolen bij rivierdijkversterkingen ook aandacht te besteden aan de waarden van landschap, natuur en cultuurhistorie. En zo worden langs waterwegen steeds vaker natuurvriendelijke oevers aangelegd. Deze tendens komt duidelijk naar voren in het landelijk beleid : Derde Nota Waterhuishouding, het Natuurbeleidsplan en de Kustnota. 2.5 De Leidraad Zandige Kust In het verlengde hiervan wordt in de Leidraad Zandige Kust aanbevolen om bij het beheer en onderhoud van de zandige kust, met behoud van veiligheid, rekening te houden met de belangen die in de kustzone een rol spelen zoals recreatie, waterwinning èn natuur. In de Leidraad wordt heel expliciet aangegeven dat de ontwikkelingsmogelijkheden van het duingebied sterk afhankelijk zijn van de keuze van de breedte van de waterkeringszone. Onder de waterkeringszone wordt daarbij het totale beheersgebied van de waterkeringbeheerder verstaan. Deze keuze is sterk plaatsafhankelijl<. De mogelijkheden en gewenste ontwikkelingen zullen van geval tot geval moeten worden afgewogen. In de Leidraad wordt hierbij onderscheid gemaakt tussen smalle en brede duingebieden (zie fig 1.8). Er zijn plaatsen waar het duingebied smal is. Het duingebied is daar in z'n geheel waterkering ; de ontwikkelingsmogelijkheden voor andere functies zoals natuurontwikkeling zullen relatief Klein zijn. Toch wil ik benadrukken dat ook hier altijd planten en dieren leven en dat ool< smalle duinen een element in het landschap vormen. Op andere plaatsen is de zandige kust zo breed en hoog dat de veiligheid altijd gewaarborgd is. De breedte van de waterkeringszone kan dan als volgt worden gekozen: - Er wordt een brede zone van het duingebied aangemerkt als waterkeringszone. De waterkeringsfunctie behoeft dan vrijwel geen beperkingen op te leggen aan andere functies in de waterkering. Er kan ruimte worden gegeven aan functies die in eerste instantie ten koste lijken te gaan van de waterkeringsfunctie, zoals verstuiving. Want 32 Symposium Leidraad Zandige Kust

33 2 De kust in natuurlijk perspectief ook elders draagt verstoven zand bij aan de waarborging van de uiteindelijke veiligheid. In deze situatie ontstaan geheel natuurlijke overgangen in het duingebied. Er wordt een smalle zone van het duingebied aangemerkt als waterkering. Dit houdt in dat er aan functies landwaarts van de waterkering geen enkele beperking wordt opgelegd vanuit het waterkeringsbelang. In de waterkeringszone zelf echter des te meer. Er ontstaat een stricte scheiding tussen waterkering en de rest van het duingebied. In de Leidraad wordt aanbevolen om daar waar ruimte genoeg is te kiezen voor een brede waterkeringszone. In dat geval komen de waterkeringbeheerders in toenemende mate in aanraking met andere beheerders van het duingebied en met andere functies van het duingebied. 2.6 Rekening houden met andere belangen in de kustzone Bij de toelaatbaarheid van natuurlijke processen spelen behalve het waterkeringsbelang ook andere belangen een rol. Zo moet rekening worden gehouden met de recreatie. Verstuiving kan problemen opleveren voor fietspaden of bebouwing ; een slufter kan hinderlijk zijn voor strandrecreatie. Daarentegen levert een natuurlijk duingebied, zoals een slufter, weer extra mogelijkheden voor natuurgerichte recreatie. Dit is bijvoorbeeld te zien aan de grote aantallen bezoekers aan de Slufter op Texel. Daarnaast moet rekening worden gehouden met de waterwinning. Zand en zout kunnen hiervoor nadelig zijn. En, hoe tegenstrijdig dat ook klinkt, er moet rekening worden gehouden met de aanwezige natuurwaarden. Er moet worden voorkomen dat het toelaten van natuurlijke processen leidt tot een vermindering van de waarden voor landschap, flora en fauna. Dit blijkt vaak een moeilijk punt te zijn, omdat natuurwaarden moeilijk zijn te kwantificeren en moeilijk met elkaar zijn te vergelijken. Voorbeeld hiervan is een discussie over Rottumerplaat, waar het beheer en onderhoud is gestaakt. Ten gevolge hiervan zullen nieuwe zandplaten ontstaan en kun nen zich primaire duinen vormen. Het lijkt er echter op dat een oude, waardevolle kwelder wordt aangetast door de zee. Uit het oogpunt van geomorfologie en landschap vinden op Rottumerplaat waardevolle ontwikkelingen plaats ; uit oogpunt van de vegetatie is dit veel minder het geval. Symposium Leidraad Zandige Kust 33

34 2 De kust in natuurlijk perspectief 2.7 Ervaringen met natuurlijk kustbeheer Inmiddels zijn er diverse ervaringen opgedaan met natuurlijk kustbeheer. Op een aantal plaatsen langs de Nederlands kust is het zeereeponderhoud gestaakt en is er ruimte voor natuurlijke processen (fig. 2.9). Schiermonnikoog oostelijk van km 7 Ameland oostelijk van km 15 Terschelling oostelijk van km 20 Vlieland westelijk van km 40 Rijnland Meijendel Goeree Kwade Hoek km 8-8,5 en km 18,25-18,75 Schouwen Verklikkerduinen/Meeuwenduinen Neeltje Jans Walcheren Oranjezon Fig. 2.9 Lokaties waar het onderhoud aan de zeereep is gestaakt Verder vindt het stoppen van beheer en onderhoud plaats bij wijze van kleinschalige experimenten (Ameland, Goeree en Schouwen). Het reguliere onderhoud wordt hier ter weerszijden van het proefvak gecontinueerd. Door middel van monitoring van zowel de proefvakken als de aangrenzende gebieden worden de ontwikkelingen in ruimte en tijd gevolgd. Het monitoringprogramma wordt uitgevoerd door de betrokken beheerders en bestaat vooral uit het volgen van de morfologische en ecologische ontwikkeling van de zeereep door middel van het inmeten van het duinprofiel, het volgen van de bedekki ng door de vegetatie en de soortensamenstelling en het volgen van de diepte van stuifkuilen. Het is de bedoeling de resultaten van deze experimenten regelmatig te bundelen, zodat ook andere waterkeringbeheerders hiervan kennis kunnen nemen. Uit onderzoek blijkt dat er op andere plaatsen langs de Nederlandse kust mogelijkheden bestaan voor iets grootschaligere natuurontwikkeling, waarbij het om een grotere oppervlakte gaat dan de zeereep alleen. De grootste natuurwinst kan behaald worden langs de Hollandse kust, omdat juist daar de knelpunten het grootst zijn. Er zijn hier mogelijkheden voor grootschaligere verstuiving, het uitstuiven van valleien tot op het grondwater en incidentele overstromingen door zout water. Met relatief weinig maatregelen lijkt hier een grote natuurwi nst te behalen. 34 Symposium Leidraad Zandige Kust

35 2 De kust in natuurlijk perspectief Als voorbeeld hiervan wil ik de veelbesproken lokatie Schoort-Bergen noemen, waar de ontwikkeling van een gekerfde zeereep, en misschien een slufterachtig gebied, mogelijk is. Het gaat hier om een lange smalle zeereep met een breed achterliggend duingebied op de grens van de Boswachterij Schoorl en het Noordhollands Duinreservaat. Achter de zeereep liggen enkele grote uitgestrekte valleien. De huidige natuurwaarden van de lokatie kunnen mager worden genoemd. Er is sprake van een verstard en vrij monotoon duingebied. De omstandigheden voor natuurlijk zeereepbeheer zijn hier zeer geschikt: - De veiligheid is bij het toelaten van de invloed van wind en zee niet in het geding. De aan de landzijde van de valleien gelegen duinenrij is breed en hoog genoeg om eventueel binnenstromend zeewater tegen te houden. Uit berekeningen blijkt dat zelfs bij extreme waterstanden en golfhoogten geen doorbraak van het duin zal optreden. Hier zou dus gekozen kunnen worden voor een brede waterkeringszone. Er is geen waterwinning in het gebied. Wind en zee hoeven geen problemen op te leveren voor de recreatie. Grote delen van het I<ustduingebied zijn momenteel afgesloten voor het publiek en er liggen maar weinig paden. Er wordt natuurwinst verwacht. Bij natuurlijk zeereepbeheer is hier de ontwikkeling van een gekerfde zeereep en misschien een slufterachtig gebied te verwachten en een toename van de mogelijkheden voor verstuiving. Ten gevolge hiervan neemt de dynamiek en afwisseling sterk toe. Ook de variatie in flora en fauna neemt toe. Om een experiment met natuurontwikkeling op deze lokatie uit te voeren, is begin dit jaar (1995) een Werkgroep Schoorl-Bergen opgericht. Hierin hebben onder andere de waterkeringbeheerder èn de duinbeheerders zitting. In de Werkgroep wordt gediscussieerd over de doelstellingen van natuurontwikkeling, over de te nemen maatregelen en over de aanpak. Bij de realisatie van een dergelijk experiment zal uitgebreide voorlichting èn een evenwichtige monitoring van essentieel belang zijn. Momenteel wordt gewerkt aan een handreiking voor monitoring van zowel kleinschalige als grootschalige experimenten met natuurlijk kustbeheer. Symposium Leidraad Zandige Kust 35

36 2 De kust in natuurlijk perspectief 2.8 De kust in natuurlijk perspectief Om terug te komen op de titel kunnen we vaststellen dat het duingebied en de zandige kust weliswaar nu al natuurlijk zijn, maar aan waarden kunnen winnen door plaatselijk meer ruimte te bieden aan natuurlijke processen. De Leidraad biedt hiertoe een aanknopingspunt door de aanbeveling waar mogelijk te kiezen voor een brede waterkeringszone. 36 Symposium Leidraad Zandige Kust

37 3 HET WANGEDRAG VAN ONZE ZANDIGE KUST ALS WATERKERING dr.ir. H.J. Steetzel Waterloopkundig Laboratorium 3.1 Inleiding De Nederlandse kust maakt deel uit van een kustvlakte die zich uitstrekt van Noord-Frankrijk tot Denemarken. Het Nederlandse deel ervan, vanaf het Zwin in Zeeuws-Vlaanderen tot aan het midden van het Randgat in het uiterste noord-oosten omvat in totaal 432 km. Het overgrote deel ervan, te weten 254 km bestaat uit duinen, is dus 'zandig' en kenmerkt zich door een flexibel karakter. Binnen het Nederlandse kustsysteem kan ook nog onderscheid worden gemaakt naar een aantal regio's met onderling grote verschillen, te weten de Deltakust, de gesloten Hollandse kust en de Waddenkust (fig. 3.1). overige 27 km strandvlakten 38 km zeedijken 34 km duinen 254 km (aangegeven met dikke lijn) paaluien strandhoofden 31 %/ Fig. 3.1 Het Nederlandse kustsysteem Symposium Leidraad Zandige Kust 37

38 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering Ook in een dwarsprofiel zijn verschillende zones te onderscheiden (fig. 3.2). Vanaf de zeebodem gezien zijn dat achtereenvolgens de flauw hellende vooroever, het strand en de duinen. Het eigenlijke duingebied omvat soms alleen een enkele duinregel van enkele tientallen meters breedte maar kan ool< een gebied van meerdere kilometers betreffen. In deze duinen zijn in sommige gevallen meerdere functies aanwezig zoals landschap en natuur, maar ook cultuur, recreatie en bewoning. De functie als waterkering staat echter voorop. Dit dwarsprofiel en daarmee ook het hele kustsysteem staat onder invloed van een aantal sturende kustprocessen. primaire waterkering Fig. 3.2 Dwarsprofiel duingebied Deze zijn onder andere het onder invloed van de beweging van de hemellichamen optredende verticale en horizontale getij. Het verticale getij heeft daarbij betrekking op de waterstandsfluctuaties als eb en vloed, terwijl het horizontale getij zich uit in stromingen die door de verplaatsing van de getijgolf worden veroorzaakt. Naast het getij speelt ook wind een grote rol. Wind heeft zowel een indirect als een direct effect. Indirect kan wind immers aanleiding geven tot een waterstandsverhoging, de zogenaamde stormopzet, maar ook tot het ontstaan van golven en zelfs golfgedreven stromingen. Het directe effect van wind op het 38 Symposium Leidraad Zandige Kust

39 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering strand is duidelijk : het kan er immers flink stuiven. Omdat de zandige kust per definitie bestaat uit loskorrelig materiaal, zullen deze processen aanleiding geven tot het transport van materiaal. Hierbij kan onderscheid worden gemaakt tussen het transport van materiaal in langsrichting, dus evenwijdig aan de kust en transport in dwarsrichting, loodrecht op het strand. Nu vormt het transport op zich niet echt een probleem. Het zijn juist de ruimtelijke verschillen, dus een toe- of afname in de grootte van het transport die aanleiding kunnen geven tot erosie- en/of aanzandingspatronen. Gelet op de nimmer constante hydraulische condities mag het duidelijk zijn dat de vorm van het dwarsprofiel en daarmee ook het kustsysteem voortdurend aan verandering onderhevig is. Deze voortdurende dynamiek is in feite het gedrag waar wij in deze lezing bij stil staan. Teneinde dit gedrag nader te beschrijven is het maken van een onderscheid op basis van de tijdschaal van het gedrag een zinnige aanpak. Bij een korte tijdschaal gaat het daarbij met name om het vaak ongewenste, maar onvermijdelijke (wan)gedrag tijdens specifieke stormen. Langere tijdschalen hebben daarentegen betrekking op de meer geleidelijke ontwikkelingen in het dwarsprofiel. 3.2 Gedrag op de korte termijn Samenhangend met het eerstgenoemde dynamische gedrag van een dwarsprofiel spreekt met name het effect van de profielvervorming tijdens een zware storm vaak tot de verbeelding. In feite past het dwarsprofiel zich hierbij tijdelijk aan aan de gewijzigde hydraulische omstandigheden, te weten de veel hogere waterstand en de meer effectieve golfaanval. Hierdoor ondergaat het dwarsprofiel rond het duinfront een significante wijziging waardoor er materiaal uit het duin wordt afgezet op het strand (fig. 3.3). Gelet op de hoofdfunctie van de waterkering, namelijk het blijvend keren van het buitenwater, kan zeker bij een smal duin, duinafslag leiden tot duindoorbraak. Dat dit ongewenst is mag duidelijk zijn. In het onderzoek in de afgelopen jaren heeft dan ook de modellering en kwantificering van dit wangedrag een centrale plaats ingenomen. Symposium Leidraad Zandige Kust 39

40 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering h/ j afslagprofiel schuift in landwaartse richting tot afslag = aanzanding Fig. 3.3 Profielvervorming tijdens zware storm Voor een goede veiligheidsbeoordeling is het immers noodzakelijk dat de mate van duinafslag onder ontwerpomstandigheden kan worden gekwantificeerd. Hiertoe zijn in de afgelopen jaren een tweetal modellen ontwikkeld, te weten het Duros-model zoals opgenomen in de Leidraad Duinafslag en een op een pc werkend dynamisch dwarstransportmodel genaamd Durosta. De feitelijke veiligheidsbeoordeling dient vooralsnog te worden uitgevoerd met het eerstgenoemde Duros-model. 3.3 Gedrag op de lange termijn Het gedrag van een zandige kust op de langere tijdschaal, zeg meerdere jaren, is meer grootschalig van aard. Qua ruimteschaal gaat het daarbij dan ook om kustvakken van meerdere tot tientallen kilo meters. Een geleidelijke verandering van het totale zandvolume in een bepaald kustvak vormt daarbij pas een probleem als sprake is van een geleidelijk verlies van materiaal. Op raainiveau komt dit verlies dan tot uitdrukking in een geleidelijke achteruitgang van de kustlijn. Deze kustlijn is daarbij geformuleerd als het zwaartepunt van een rond de laagwaterlijn gelegen kuberingsstrook. Een dergelijke regressie kan verschillende oorzaken hebben, maar vindt meestal zijn oorsprong in een in langsrichting toenemend netto sedimenttransport. 40 Symposium Leidraad Zandige Kust

41 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering In het kader van de Kustnota is op de schaal van het Nederlandse kustsysteem een zandbalans opgesteld, waaruit kan worden afgeleid in welke kustregio's er sprake is van een jaarlijks verlies van materiaal. Met name rond Texel gaat het hierbij om relatief grote erosiewaarden tot vele meters per jaar (fig. 3.4). 0.1 Jaarlijkse toename zandhoeveelheid (milj. m 3/j) Jaarlijkse afname zandhoeveelheid (milj. m3 /j) Jaarlijkse gemiddeld transport (milj. m3 /j) Fig. 3.4 Zandbalans van het kustsysteem Uit de tijdserie van een aantal waarden van de ligging van een momentane kustlijn kan de trend worden bepaald (fig. 3.5). Voor een raai gelegen in een eroderend kustvak kan daarbij ook worden vastgesteld op welk moment een bepaalde kritieke waarde voor deze kustlijnpositie zal worden overschreden. In dat geval zal men maatregelen moeten nemen teneinde een ongewenste, te ver landwaartse, ligging van de kustlijn te voorkomen. Symposium Leidraad Zandige Kust 41

42 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering trendlijn t.b.v. toetsing basiskustlijn tijd Fig. 3.5 Trend in ligging van de kustlijn Voor het vaststellen van een dergelijke lange-termijn ontwikkeling zijn in feite een tweetal ingangen mogelijk. Ten eerste kan natuurlijk worden uitgegaan van het kustmetingen/jarkus-bestand, een methode waarop de toetsing van de kustlijnbeweging is gebaseerd. Deze methode wordt gebruikt door de kustbeheerders en levert voorspellingen over een termijn van enkele jaren. Een meer modelmatige aanpak wordt gevormd door de toepassing van rekenmodellen waarmee het gedrag van het kustsysteem wordt gesimuleerd. Te noemen zijn bijvoorbeeld een relatief eenvoudig kustlijnmodel als Unibest tot een meer geavanceerd multilaag-model Mobic, waarmee ook het gedrag van een door zeegaten onderbroken kusten kan worden gesimuleerd. De toepassing van dergelijke modellen vereist echter meer specialistische kennis. Ofschoon het gedrag van een zandige kust in de basis redelijk wordt begrepen leveren allerlei verstoringen in de vorm van al dan niet waterbouwkundige constructies vaak problemen op. In sommige gevallen kunnen dergelijke constructies het korte- en/of lange-termijn gedrag van de kust significant beïnvloeden. Zonder uitgebreid in te gaan op de specifieke effecten kan de aanwezigheid van bijvoorbeeld een bouwwerk in de waterkering een soms ongewenst neveneffect sorteren. Hierbij valt niet alleen te denken aan bebouwing op het strand maar ook aan bebouwing op het duin zelf. 42 Symposium Leidraad Zandige Kust

43 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering 14 Maatregelen en ingrepen Problemen die zich ten aanzien van het natuurlijk kustgedrag kunnen voordoen zijn veelal van tweeërlei aard. Met het oog op korte-termijn effecten kan het bijvoorbeeld zo zijn dat als gevolg van een herverdeling het materiaal (tijdelijk) niet op de goede plaats in het profiel ligt. Anderzijds kan er ool< sprake zijn van een meer grootschalig verlies van materiaal, het meer lange-termijn effect. Qua oplossingsmethodiek zijn er in principe twee verschillende ingrepen mogelijk, te weten de zachte en de harde ingrepen. In het geval van een zachte ingreep in de vorm van een suppletie is er in feite sprake van symptoombestrijding en wordt het tekort aan zand simpelweg aangevuld. Bij harde ingrepen, in welke vorm dan ook, wordt daadwerkelijk in het systeem ingegrepen. Gelet op het gedrag zal een ingreep per definitie aanleiding geven tot neveneffecten. Zeker bij een harde ingreep, waar vaak ongewenste neveneffecten optreden, is daarbij dus enige voorzichtigheid geboden. Als voorbeeld van een neveneffect van een harde ingreep kan bijvoorbeeld de aanleg van een duinvoetverdediging worden genoemd. Het verdedigen van het duinfront werkt natuurlijk prima ter voorkoming van duinafslag. Het neveneffect van deze onthouding van afslag is daarbij echter wel dat er aan de teen van de constructie een ontgrondingskuil ontstaat. Het mag duidelijk zijn dat er grote problemen kunnen ontstaan op het moment dat deze kuil reikt tot onder het niveau van de opsluiting van de verdedigingsconstructie (fig. 3.6). duinvoetverdediging teenerosie Fig. 3.6 Neveneffect van een harde ingreep Symposium Leidraad Zandige Kust 43

44 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering 3.5 Kennisbundeling en instrumenten De taal< van de Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen bestaat in feite uit de bundeling en het toegankelijk maken van de voor kustbeheer benodigde kennis. De thans beschikbare groene versie van de Leidraad Zandige Kust vormt daarvan een goed voorbeeld, waarbij U overigens nog verwachtingsvol mag uitkijken naar het bij deze leidraad behorende basisrapport. Naast deze kennis zijn ook instrumenten beschikbaar, instrumenten in de vorm van rekenregels en methodieken of zelfs pc-modellen. 3.6 Onderzoek in ontwikkeling In de loop van de tijd heeft het aan instrumenten en kennisbundeling toeleverende onderzoek een zekere ontwikkeling doorgemaakt. 'Vroeger' ging het vooral om de extremen en de daarmee verband houdende onveiligheid. Afslag en erosie vormden de hoofdbegrippen en, zoals de aangepaste titel van deze voordracht reeds aangaf, werd er voornamelijk aandacht geschonken aan het wangedrag van de kust. 'Nu en straks' blijft dit natuurlijk de aandacht vragen, waarbij echter een uitbreiding plaats gaat vinden richting kustbeheer. Het feitelijke gedrag van de zandige kust en daarmee de ontwikkeling van suppleties onder de meer dagelijkse en minder extreme condities zal een aandachtspunt gaan vormen. Natuurlijk kustherstel en windtransport vormen daarvan belangrijke onderdelen. Het thans in ontwikkeling zijnde Scope-model, engelstalig acroniem voor Simulation of COastal Profile Evolution, vormt hierin een belangrijke schakel en ik hoop dan ook U op een volgende bijeenkomst meer over dit model te mogen vertellen. 3.7 Slotopmerkingen Tot besluit zou ik met enige nadruk willen opmerken dat kennis over het kustsysteem een onontbeerlijke randvoorwaarde vormt voor het uitvoeren van een verantwoord kustbeheer. Deze noodzaak neemt verder toe naarmate wij het kustgedrag in toenemende mate willen beïnvloeden. Hierbij dan niet alleen denkend aan harde ingrepen zoals de in aanbouw zijnde dam op Texel, maar ook aan het tot in lengte van jaren doorzetten van het thans ingezette suppletiebeleid. Hoewel de noodzaak hiertoe niet altijd voor een ieder even evident is, levert vrij fundamentele kennis over detailprocessen, zoals het transport van zand on- 44 Symposium Leidraad Zandige Kust

45 3 Het wangedrag van onze zandige kust als waterkering der golven en stroom of het invangen van stuivend zand in een helmbegroeiing, hieraan een belangrijke en wezenlijk noodzakelijke bijdrage. De Technische Adviescommissie voor de Waterkeringen zal met dit in gedachten, er naar moeten blijven streven de kustbeheerders te voorzien van de voor het kustbeheer noodzakelijke instrumenten. Symposium Leidraad Zandige Kust 45

46 46 Symposium Leidraad Zandige Kust

47 4 WAT WIL, KAN EN MAG DE BEHEERDER ing. A. Provoost Waterschap Het Vrije van Sluis 4.1 De rol van de beheerder in het kustbeleid In het geheel van het waterstaatkundig beheer in Nederland hebben waterschappen een duidelijke rol. Immers, een groot deel van het land ligt beneden de stand van het buitenwater en de rivieren en heeft een permanente behoefte aan kwantitatief en kwalitatief beheer van zeeen oppervlaktewater. Juist voor deze functies, maar ook in sommige landsdelen voor het wegenbeheer, manifesteren zich waterschappen als de instanties, die objectgericht met deze zorg in het buitengebied belast zijn. Zij bevinden zich daarmee min of meer op gelijke hoogte met het gemeentelijk beheer voor de bebouwde kom. Om aan deze zorg de hedendaags vereiste inhoud te geven, wordt onder het samenhangend waterkeringbeheer verstaan de zorg voor de in de kuststrook voorkomende functies. Hierbij is voor een beheerder als het waterschap de verantwoordelijkheid voor de veiligheid van de waterkering als hoofdfunctie aan te merken. Binnen deze functie wordt de veiligheid tegen overstromen gediend door het in optimale conditie houden van de waterkering rond een polder of een dijkring. Dat kan door enerzijds regelmatig onderhoud aan de kering zelf te plegen en anderzijds het medegebruik te regelen via een vergunningenstelsel, met voorwaarden, zodat aan de vereiste veiligheid geen afbreuk wordt gedaan. Wat er zoal om en nabij waterkeringen kan plaatsvinden, ligt per regio nog al eens op een verschillende golflengte. Met name voor zandige kusten concentreert het medegebruik zich op recreatie, bebouwing, drinkwatervoorziening en militaire activiteiten. De mate en de vorm waarin een en ander voorkomt, is de neerslag van wat de regio (gemeente en waterschap) er zelf aan wil geven. Nu zijn deze mogelijkheden zeker niet onbeperkt ; het is de provincie die toeziet op een evenwichtige toekenning van functies van medegebruik. Waarna de uitvoering van een en ander vaak weer in de regio terecht komt. Een dergelijke structuur van betrokkenen ligt verankerd in de op handen zijnde Wet op de Waterkering. Gedecentraliseerd waterkeringbeheer met een gebiedsgerichte benadering is verkozen boven beheer door een centrale overheid. Regionale afweging van mogelijkheden gebeurt Symposium Leidraad Zandige Kust 47

48 4 Wat wil, kan en mag de beheerder door de provincies in daartoe ingestelde overlegorganen. Tevens ligt hier de eerste toezichtfunctie op hetgeen er door waterschappen wordt aangedragen in hun veiligheidsbeoordeling (maar ook, indien mogelijk samen met de gemeente, in de regionale Planvorming). Voor het Rijk geeft deze wet de mogelijkheid om een aantal centrale problemen ook centraal aan te pakken (randvoorwaarden, handhaving basiskustlijn). Tevens is de functie als opper-toezichthouder nader omschreven, alsmede de verplichting tot onderhoud van de kustlijn. Wat niet in de wet staat, maar wel onmisbaar is ten behoeve van de planvorming, is de afstemming op rijksniveau van alles wat rijksbeleid in de kuststrook is/behoort te zijn. Met name, waar nu de provincies uitgenodigd worden te functioneren als 'trekker' van de functie-toekenning in het kustbeleid, is een dergelijke duidelijkheid over de verschillende visies op het gebruik van de kust onontbeerlijk. 4.2 Waar is dit integraal waterkeringbeleid te vinden De duidelijkheid voor de burgers, waar nu bepaalde activiteiten of bestemmingen van de waterkering zijn toegestaan, is te vinden in de waterkeringbeheersplannen van de waterschappen. Het hierbij behorende kaartmateriaal zijn de dijkleggers, die de belijning aangeven van hetgeen als waterkering wordt aangemerkt (figuren 4.1, 4.2 en 4.3). Fig. 4.1 Overzicht 48 Symposium Leidraad Zandige Kust

49 4 Wat wil, kan en mag de beheerder Fig. 4.3 Leggerprofiel De planologische indeling hiervan is te vinden in gemeentelijke bestemmingsplannen. Hierbij wordt het waterkeringsbelang veelal met een dubbelfunctie (bijv. via een raster) weergegeven ; de betekenis hiervan is ook weer om het stellen van voorwaarden ten aanzien van de veiligheidsfunctie mogelijk te maken. Symposium Leidraad Zandige Kust 49

50 4 Wat wil, kan en mag de beheerder De 'overkoepelende' plankaart is die, welke hoort bij het provinciale streekplan, of in het bijzonder het kustbeleidsplan. Hier krijgt de in de Wet op de Waterkering bedoelde invulling van de verschillende functies door de provincie nader gestalte. Op rijksniveau komen hierbij een aantal rijksnota's in beeld: de Kustnota, het Structuurschema Groene Ruimte, de VINEX en de TAW-Leidraden waar onder de Leidraad Zandige Kust. 43 Wat is de beheersruimte voor een waterschap Ten aanzien van de veiligheidsbewaking is er een omslag in de benadering opgetreden sinds de Deltawerken aan de kust tot een einde zijn gebracht. Deze omslag is nog versterkt door de invoering van het beleidsalternatief 'dynamisch handhaven'. Dit beleid zorgt voor het met enige regelmaat uitvoeren van strandsuppleties in erosieve kustvakken, waardoor letterlijk de basis voor de duinen op peil wordt gehouden. Als gevolg van deze beide aspecten heeft de visie ten aanzien van de mogelijkheden voor medegebruik op basis van een veiligheidsbenadering zich verplaatst van 'verboden, tenzij', naar 'toegestaan, mits'. in het algemeen blijkt dit ook mogelijk te zijn, omdat de zandhoeveelheid op de kust (nationaal) is toegenomen. Van deze zandhoeveelheid wordt binnen het waterl<eringbeheer een tweetal aspecten permanent onderzocht, namelijk de duinveiligheid en het verloop van de 'natte erosie'. Voor het eerste worden toetsingen uitgevoerd door middel van duinafslag- en tienjarige trendberekeningen van het afslagpunt. De tweede methodiek betreft het bijhouden van de zandhoeveelheid van een rekenschijf rondom de LW-lijn, die leidt naar zgn. I<ustlijngegevens (MKL, BKL en TI<L). Ook hier is een tienjarige trend maatgevend voor het toetsen aan de afgesproken norm. Binnen het gebruik van deze tijdreeksen bestaat de mogelijkheid, dat er een overschrijding van deze norm optreedt. Nauwkeurigheid van opnames (peilingen en strandmetingen) zijn vaak aanleiding voor enige 'ruis', terwijl ook de rekenmethodiek zelf enige spreiding van resultaten met zich meebrengt. Dit heeft tot gevolg, dat een beheerder per definitie niet direct elke overschrijding hoeft aan te grijpen voor het (doen) uitvoeren van werken. In ieder geval dienen op dergelijke manier verkregen resultaten geïnterpreteerd te worden met mederekening van de invloed van eventuele meet- en verwerkingsfouten, eventueel uitgevoerde werken en de verwachte trend. 50 Symposium Leidraad Zandige Kust

51 4 Wat wil, kan en mag de beheerder Binnen het veiligheidsaspect wordt de duinafslag direct gecombineerd met het verwachte natuurlijke herstel ; wanneer de resultante hiervan permanent negatief blijkt te zijn, is er aanleiding om het duin te versterken (figuren 4.4 en 4.5). Voor het functioneren van een duinwaterkering is dus slechts de inhoud van de zandmassa een maatgevende factor. Vanuit deze filosofie kan er ook met enig gemak worden afgewogen of en in hoeverre een bepaalde Symposium Leidraad Zandige Kust 51

52 4 Wat wil, kan en mag de beheerder vorm van medegebruik invloed uitoefent op deze veiligheid. Daarnaast moet de beheerder afwegen, of hij de kans krijgt, om het van hem verwachte keringbeheer ook daadwerkelijk uit te voeren, samen met het gevraagde medegebruik. In de praktijk blijken hierbij verschillende creatieve combinaties mogelijk te zijn, welke in alle gevallen in de vergunningvoorwaarden moeten worden vastgelegd. 4.4 Omgaan met andere belangen Een benadering, waarbij op deze manier wordt omgegaan met het medegebruik, kan op termijn leiden tot een ander aanzicht van de duinwaterkering. Dit aanzicht kan respectievelijk variëren van natuurgebied tot industrievestiging en van drinl<watergebied tot badplaats (fig. 4.6). Fig. 4.6 Natuurgebied Het bredere kader hiervoor dient te zijn aangegeven in de reeds genoemde bovenliggende nota's. Daarbij kan bij het daadwerkelijk overwegen van een dergelijk medegebruik de veiligheid van de zandmassa 'slechts' als randvoorwaarde worden ingebracht. Bij een dergelijke afweging hoort de honorering van andere belangen te liggen op provinciaal niveau, met inachtneming van de landelijke aanbevelingen. 52 Symposium Leidraad Zandige Kust

53 4 Wat wil, kan en mag de beheerder 4.5 Natuurlijke duinen Het aanzicht van een duinlandschap beweegt zich tussen een zanddijk en een stuifkuil. Voor de combinatie van duinbeheer en natuurbeheer lijken er een aantal raakvlakken te conflicteren. Zuiver vanuit de veiligheidsgedachte is er slechts een veiligheidsprobleem bij het volledig 'verwaaien' van een enkelvoudige duinregel, gepaard gaande met grote stuifoverlast voor het binnenland. In de praktijk kan dit dan ook slechts beperkt worden toegepast. Aan de andere kant rechtvaardigt een op correct wijze uitgevoerde veiligheidstoetsing nog niet het maken van 'zanddijken'. Ook vanuit onderhoudsoogpunt zijn er aantrekkelijker alternatieven te bedenken, dan het telkenmale kunstmatig herstellen van afgeslagen duinfronten. Essentieel voor enige speelruimte hier is het in de legger inbrengen van een (systeemeigen) maatvoering (breder dan een zanddijk). De zo gewenste dynamiek kan daarbij van geval tot geval vrij eenvoudig worden toegelaten en wordt in vele gevallen slechts beperkt door de wensen van de overige medegebruikers. Sturende maatregelen hierbij (t.b.v. een kustweg, duinovergangen, strandpaviljoens) is daarbij gewenst voor het probleem van stuivend zand (figuren 4.7, 4.8 en 4.9). Symposium Leidraad Zandige Kust 53

54 4 Wat wil, kan en mag de beheerder Fig. 4.9 Strandpaviljoen 54 Symposium Leidraad Zandige Kust

Basiskustlijn Herziening van de ligging van de basiskustlijn. Datum 30 januari 2018

Basiskustlijn Herziening van de ligging van de basiskustlijn. Datum 30 januari 2018 Basiskustlijn 2017 Herziening van de ligging van de basiskustlijn Datum 30 januari 2018 Status Definitief 1 Colofon Bestuurskern Dir. Algemeen Waterbeleid en Veiligheid Den Haag Contactpersoon F.P. Hallie

Nadere informatie

Dynamisch kustbeheer. Erna Krommendijk. Milieufederatie Noord-Holland. Versneller van duurzaamheid

Dynamisch kustbeheer. Erna Krommendijk. Milieufederatie Noord-Holland. Versneller van duurzaamheid Dynamisch kustbeheer Erna Krommendijk Milieufederatie Noord-Holland Programma veldbezoek 15 november 2013 Welkom / introductie Veldbezoek met diverse toelichtingen Lunch Wensen en kansen in deelgebieden:

Nadere informatie

Dynamisch duin Landschap van de eeuwige jeugd

Dynamisch duin Landschap van de eeuwige jeugd Dynamisch duin Landschap van de eeuwige jeugd Dynamisch duin landschap van de eeuwige jeugd Wie gericht gebruik maakt van de dynamische krachten van zee, wind en zand in de kuststrook, bevordert een veilige

Nadere informatie

Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust

Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust Zandsuppleties en Morfologie langs de Nederlandse kust Sander Boer, Landelijke Kustdagen 2014 Inhoud presentatie Verankering in beleid en wetgeving Kustlijnzorg Toekomstige uitdaging Kustversterking Hondsbossche

Nadere informatie

Beleidslijn kust 2015. Bijlage: Kaart soorten dynamiek kust

Beleidslijn kust 2015. Bijlage: Kaart soorten dynamiek kust Beleidslijn kust 2015 Bijlage: Kaart soorten dynamiek kust Inhoud 1 Inleiding 3 2 Toelichting op de legenda 5 3 Kaart soorten dynamiek kust 15 4 Kaart soorten dynamiek kust + Natura 2000 22 Colofon / Bronnen

Nadere informatie

Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne. Quirijn Lodder

Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne. Quirijn Lodder Morfologische ontwikkeling van de kust van Voorne Quirijn Lodder Inhoudsopgave 1. Kustontwikkeling Nederland 2. Kustontwikkeling Zuidwestelijke Delta 3. Kustlijnzorg 4. Samenvatting 1. Kustontwikkeling

Nadere informatie

Natuurherstel in Duinvalleien

Natuurherstel in Duinvalleien Natuurherstel in Duinvalleien Kan het natuurlijker? A.P.Grootjans@rug.nl 1 Universiteit Groningen, IVEM 2 Radboud Universiteit Nijmegen Opbouw lezing Hydrologisch systeem van een duinvallei Relatie hydrologie,

Nadere informatie

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied.

Bijgaand doe ik u de antwoorden toekomen op de vragen gesteld door de leden Jacobi en Cegerek (beiden PvdA) over waterveiligheid in het kustgebied. > Retouradres Postbus 20901 2500 EX Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Plesmanweg 1-6 2597 JG Den Haag Postbus 20901 2500 EX Den Haag T 070-456

Nadere informatie

Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn

Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch handhaven van de kustlijn Ruimtelijke verdeling van functies langs de Nederlandse kust in relatie tot het dynamisch

Nadere informatie

Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp

Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp Beheernota duinwaterkeringen Ontwerp Ontwerp, 15-1-2018 Inhoudsopgave 1. Voorwoord... 3 2. Inleiding... 3 3. Samenhangend beheer in de duingebieden... 3 3.1 Beheer Rijkswaterstaat... 4 3.2 Beheer natuurbeheerders...

Nadere informatie

Dynamisch kustbeheer - Kustveiligheid en natuur profiteren van stuivend zand

Dynamisch kustbeheer - Kustveiligheid en natuur profiteren van stuivend zand Dynamisch kustbeheer - Kustveiligheid en natuur profiteren van stuivend zand Moniek Löffler (Bureau Landwijzer), Petra Goessen (Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier), Tycho Hoogstrate (PWN), Bert

Nadere informatie

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied

Deltaprogramma Waddengebied. Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Deltaprogramma Waddengebied Deltaprogramma 2012 Probleemanalyse Waddengebied Colofon Deltaprogramma Waddengebied Nieuwe Uitleg 1 Den Haag PROBLEEMANALYSE DELTAPROGRAMMA WADDEN Datum 10 augustus 2011 Status

Nadere informatie

Basiskustlijn 2001 Evaluatie ligging Basiskustlijn. september 2003

Basiskustlijn 2001 Evaluatie ligging Basiskustlijn. september 2003 Evaluatie ligging Basiskustlijn september 2003 Inhoudsopgave Voorwoord 5 1 Inleiding 7 2. De BKL en het kusthandhavingsbeleid 9 3. Adviezen POK s op hoofdlijnen 13 4. Afweging en besluit over de ligging

Nadere informatie

Samenvatting SAMENVATTING AI eeuwenlang wardt er in Nederland gestreden met de zee. Erosie van de kust zorgt voar een grote bedreiging van het achterland van overstromingen met vaak grote schade tot gevolg.

Nadere informatie

Dynamisch kustbeheer

Dynamisch kustbeheer Dynamisch kustbeheer Terugblik: Wat wilde STOWA ook al weer? Strategienota Koers 2009-2013 van de STOWA heeft kust op de agenda. Veel vragen vanuit beheerders over de praktijk: Hoe ga ik om met bunkers

Nadere informatie

Dynamische kustecosystemen op de Waddeneilanden. Op reis naar de Boschplaat, symposium 30/31 mei 2017 Evert Jan Lammerts, Staatsbosbeheer

Dynamische kustecosystemen op de Waddeneilanden. Op reis naar de Boschplaat, symposium 30/31 mei 2017 Evert Jan Lammerts, Staatsbosbeheer Dynamische kustecosystemen op de Waddeneilanden Op reis naar de Boschplaat, symposium 30/31 mei 2017 Evert Jan Lammerts, Staatsbosbeheer Sturende dynamische processen Stroming van zoet en zout oppervlakte-

Nadere informatie

Aangedragen inzichten door Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en Vitens 10 februari 2014

Aangedragen inzichten door Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en Vitens 10 februari 2014 Notitie Ontwikkelingen kustvak paal 15-20 op Terschelling Aangedragen inzichten door Staatsbosbeheer, Rijkswaterstaat en Vitens 10 februari 2014 In deze notitie worden enkele belangrijke aspecten van het

Nadere informatie

Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019

Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019 Bijlage 2: Onderbouwing concept suppletieprogramma 2016-2019 1 Concept suppletieprogramma 2016-2019 n.a.v. toetsing basiskustlijn Uit de toetsing van de kustlijn blijkt dat de basiskustlijn (BKL) tussen

Nadere informatie

3e Kustnota Traditie, Trends en Toekomst

3e Kustnota Traditie, Trends en Toekomst 3e Kustnota Traditie, Trends en Toekomst 3e Kustnota 3e Kustn Traditie, Trends Traditie, en Toekomst en Toeko Bescherming laag Nederland Kustlijnzorg Bouwen in de kust Nieuwe activiteiten op zee Samenvatting

Nadere informatie

Grasduinen in de Waterkering? Evaluatie van dynamisch kustbeheer. B I D O C (bibliotheek en documentatie)

Grasduinen in de Waterkering? Evaluatie van dynamisch kustbeheer. B I D O C (bibliotheek en documentatie) #ö-fó3 U) Grasduinen in de Waterkering? Evaluatie van dynamisch kustbeheer B I D O C (bibliotheek en documentatie) Oienst Weg- en Waterbouwkunde Postbus 5044, 2600 GA DELFT Tel 015-2518 363/364-1 NOV.

Nadere informatie

De beleidsopgave vanaf 1990

De beleidsopgave vanaf 1990 1 De beleidsopgave vanaf 1990 Kustzone Slufter in de duinenrij bij Bergen, bij (hoge) vloed kan zeewater in de eerste duinvallei binnenstromen. Dit biedt een geschikt milieu voor veel zeldzame (planten)soorten.

Nadere informatie

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor

Meten om te weten: 2,5 jaar Zandmotor : 2,5 jaar Carola van Gelder-Maas Projectmanager WVL Rijkswaterstaat 31 maart 2014 Hoe zat het ook alweer? Eroderende kustlijn NL kust 12 Mm³ zandsuppleties per jaar Zeespiegelstijging Zwakke schakels

Nadere informatie

Metro & De Volkskrant van mei. Veiligheid; versterking van de kustzone

Metro & De Volkskrant van mei. Veiligheid; versterking van de kustzone Metro & De Volkskrant van mei Project Thema DWKPrgr 418 Duurzame kust- en estuariene natuur Noordzee en kust Pieter Slim Diana Prins & Sona Prakash Overzichtkaart Nederland DE RAMP, februari 1953 Natuur

Nadere informatie

Versterking bestaande zeewering. Type Maatregelen Masterplan Kustveiligheid

Versterking bestaande zeewering. Type Maatregelen Masterplan Kustveiligheid Versterking bestaande zeewering Type Maatregelen Masterplan Kustveiligheid Ir. Peter Van Besien MDK-Afdeling Kust 28/09/17 1. Historiek kustlijn & bestaande zeewering 2. Risico s kustgebied 3. Masterplan

Nadere informatie

Beleidsevaluatie 'Dynamisch handhaven'

Beleidsevaluatie 'Dynamisch handhaven' D e f i n i t i e f Beleidsevaluatie 'Dynamisch handhaven' N o v e m b e r 2 0 0 5 D e f i n i t i e f Beleidsevaluatie 'Dynamisch handhaven' dossier MC-BP20050171 registratienummer MC-BP20050171 versie

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 1990-1991 21 136 Kustverdediging na 1990 Nr. 12 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Nadere informatie

Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK!

Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK! Nu geen verstuivingen in de Noordwest Natuurkern NPZK! Verstuivingen in de duinen Verstuivingen in de kustduinen zijn een belangrijk proces waardoor weer nieuwe duinen en duinvalleien kunnen ontstaan en

Nadere informatie

Bestemmingsplan Kustzone Petten, gemeente Schagen

Bestemmingsplan Kustzone Petten, gemeente Schagen Bestemmingsplan Kustzone Petten, gemeente Schagen Toetsingsadvies over het milieueffectrapport en de aanvulling daarop 6 juni 2018 / projectnummer: 3143 1. Oordeel over het MER en de aanvulling daarop

Nadere informatie

Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk

Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk Wandelende Rottums Het veranderende uiterlijk Natuur van de Kust 2015 Ernst Lofvers Noord-Nederland 27 augustus 2015 I.s.m. DELTARES Huidige situatie (2014) Borkum ROTTUMERPLAAT ROTTUMEROOG Simonszand

Nadere informatie

Kustlijnzorg in Nederland

Kustlijnzorg in Nederland Kustlijnzorg in Nederland Aanleiding, uitvoering en ontwikkeling 25 september 2017 Harry de Looff RWS-WVL Inhoud Waarom Kustlijnzorg? Wat en hoe Kustlijnzorg? Ontwikkelingen en vragen 2 RWS INFORMATIE

Nadere informatie

Kustlijnkaarten 2012. december 2011. Colofon Kustlijnkaartenboek 2012

Kustlijnkaarten 2012. december 2011. Colofon Kustlijnkaartenboek 2012 Colofon Kustlijnkaartenboek 2012 Dit rapport is een uitgave van Rijkswaterstaat. Het rapport is tot stand gekomen door samenwerking van de volgende Rijkswaterstaat diensten: RWS Waterdienst RWS Noordzee

Nadere informatie

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud

Tussenresultaten De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud Tussenresultaten 2011-2015 De Zandmotor: Aanjager van innovatief kustonderhoud De Zandmotor In 2011 is voor de kust van Ter Heijde en Kijkduin De Zandmotor aangelegd: een grote kunstmatige zandbank in

Nadere informatie

Kustlijnkaarten 2014. december 2013

Kustlijnkaarten 2014. december 2013 Kustlijnkaarten 2014 december 2013 Kustlijnkaarten 2014 december 2013 2 Rijkswaterstaat Inhoudsopgave 1 Inleiding 4 2 De basiskustlijn 6 3 De toetsing 8 4 Korte beschrijving van de toetsingsresultaten

Nadere informatie

Voorts adviseren zij ten aanzien van de verschillende onderdelen van de nationale Visie Kust:

Voorts adviseren zij ten aanzien van de verschillende onderdelen van de nationale Visie Kust: Rapport Onderwerp Nationale Visie Kust Datum behandeling OIM 23 mei 2013 Kenmerk OIM-2013/104963 I. Aanleiding De deelnemers aan het OIM zijn op verschillende momenten en op verschillende wijzen betrokken

Nadere informatie

NIEUWE HONDSBOSSCHE DUINEN

NIEUWE HONDSBOSSCHE DUINEN NIEUWE HONDSBOSSCHE DUINEN Het zand dat tegen de oude basalten dijk is gestort, zal aangroeien en weer wegstromen, ophopen en weer verstuiven. Een grillig en dynamisch spel dat de Noordzeekust tussen Petten

Nadere informatie

Quick scan ecologie Paviljoen Het Strandhuis

Quick scan ecologie Paviljoen Het Strandhuis Quick scan ecologie Paviljoen Het Strandhuis Quick scan ecologie Paviljoen Het Strandhuis Auteur Opdrachtgever Projectnummer Ingen foto omslag P.J.H. van der Linden Gemeente Beverwijk 09.112 december 2009

Nadere informatie

Memo. Beschouwingen omtrent de mogelijkheid van een rijk strand bij Wemeldinge en Yerseke. 1 Inleiding en doelstelling

Memo. Beschouwingen omtrent de mogelijkheid van een rijk strand bij Wemeldinge en Yerseke. 1 Inleiding en doelstelling Memo Aan RWS Zeeland, t.a.v. Yvo Provoost, Eric van Zanten Datum Van Hans de Vroeg Kenmerk Doorkiesnummer (088) 33 58 238 Aantal pagina's 8 E-mail hans.devroeg @deltares.nl Onderwerp Rijke strand van Wemeldinge

Nadere informatie

Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen

Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen Ontwikkeling van het dynamische kustlandschap van West Zeeuwsch-Vlaanderen Integraal Kustzonebeheer West Zeeuwsch-Vlaanderen '::>::>::''::::

Nadere informatie

In de paragrafen 3.1 en 3.2 is de aanpak voor de twee studieonderdelen gepresenteerd.

In de paragrafen 3.1 en 3.2 is de aanpak voor de twee studieonderdelen gepresenteerd. Memo Aan : Maaike Veer (Waternet) Marieke Hazelhoff (HHRS Rijnland) Van : Martijn Onderwater, Diederik van Hogendorp (Alkyon) Paraaf : Onderwerp : Dynamische Kuststrook Rijnland Datum : 1-8-9 Kopie(en)

Nadere informatie

Motivaties in het beheer van de duinen

Motivaties in het beheer van de duinen Motivaties in het beheer van de duinen Ter gelegenheid van het Lymesymposium 1 november 2013 Marianne Snabilie Manager Onderhoud en Administratie PWN Waterleidingbedrijf Afdeling Natuur en Recreatie Inhoud

Nadere informatie

Memo. 1 Introductie. +31(0) Kees den Heijer Roeland de Zeeuw (Shore Monitoring & Research)

Memo. 1 Introductie. +31(0) Kees den Heijer Roeland de Zeeuw (Shore Monitoring & Research) Memo Aan Saskia Huijs (Rijkswaterstaat Zee en Delta) Datum Kenmerk Doorkiesnummer Van +31(0)88335 7945 Kees den Heijer Roeland de Zeeuw (Shore Monitoring & Research) Aantal pagina's 9 E-mail kees.denheijer

Nadere informatie

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER

DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER DE ZANDMOTOR SAMENVATTING MER FEBRUARI 2010 PILOTPROJECT ZANDMOTOR Het klimaat verandert en de druk van de zee op de Nederlandse kust neemt toe. Daarnaast is in de Zuidvleugel van de Randstad grote behoefte

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens

SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens SOS Het zeewater komt ons tot aan de lippen Hoe verdedig je de kust tegen de zee? Brugge 15 december 2012 Tina Mertens Structuur Vlaamse kust probleem Kustveiligheidsbeleid Kustveiligheidsplan aanpak oplossing

Nadere informatie

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 1 Eerste actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 Het suppletieprogramma Kustlijnzorg voor de periode 2016-2019 is in juli 2015 vastgesteld. Jaarlijks

Nadere informatie

Pianc 15 februari 2012 Theoretische benadering van een strandsectie. ir. Tina Mertens

Pianc 15 februari 2012 Theoretische benadering van een strandsectie. ir. Tina Mertens Pianc 15 februari 2012 Theoretische benadering van een strandsectie ir. Tina Mertens Veiligheidsnorm Agenda Veiligheidstoets Duinen Badzones Havens Ontwerpberekening suppleties Veiligheidsnorm Norm 1:

Nadere informatie

Geschiedenis van de duinen

Geschiedenis van de duinen Geschiedenis van de duinen Bijna de hele Nederlandse kust bestaat uit duinen. We weten hier niet beter, dan dat dat heel normaal is. Toch is dat niet zo. De kust van Frankrijk, Spanje en Portugal bijvoorbeeld

Nadere informatie

Noordvoort. advies tweede fase strandreservaat. provinciaal adviseurs ruimtelijke kwaliteit zuid-holland noord-holland

Noordvoort. advies tweede fase strandreservaat. provinciaal adviseurs ruimtelijke kwaliteit zuid-holland noord-holland Noordvoort advies tweede fase strandreservaat provinciaal adviseurs ruimtelijke kwaliteit zuid-holland noord-holland Noordvoort, advies tweede fase strandreservaat PARK ZH&NH - 01 11 augustus 2017 Aanleiding

Nadere informatie

Naar het optimale voorkeursalternatief

Naar het optimale voorkeursalternatief Kustversterking Katwijk Naar het optimale voorkeursalternatief Veiligheidsprobleem Katwijk afslagzone (verdwijnt in zee) Tramstraat overstromingszone Veiligheidsprobleem Voorgeschiedenis: Probleem De waterkering

Nadere informatie

Mogelijkheden voor dynamisch kustbeheer een handreiking voor beheerders

Mogelijkheden voor dynamisch kustbeheer een handreiking voor beheerders Mogelijkheden voor dynamisch kustbeheer een handreiking voor beheerders Deltares, Bureau Landwijzer, Rijkswaterstaat Waterdienst, drs. M. Löffler (Bureau Landwijzer) dr. A.F. van der Spek drs. C. van Gelder-Maas

Nadere informatie

Voorwoord. aanvulling voor de natuur- en recreatiemogelijkheden,

Voorwoord. aanvulling voor de natuur- en recreatiemogelijkheden, DE ZANDMOTOR van zand naar land De provincie Zuid-Holland is één van de dichtstbevolkte gebieden ter wereld. Het ligt grotendeels onder zeeniveau. Met het veranderende klimaat komt van verschillende kanten

Nadere informatie

Resultaten CLIMAR onderzoek Veilig wonen aan de Kust tot 2100

Resultaten CLIMAR onderzoek Veilig wonen aan de Kust tot 2100 Resultaten CLIMAR onderzoek Veilig wonen aan de Kust tot 2100 Symposium Knokke-Heist 9 januari 2010 Toon Verwaest, Johan Reyns Waterbouwkundig Laboratorium Veilig wonen aan de Kust tot 2050 tot 2050 ~

Nadere informatie

DE Hoek van Holland (ook genoemd de Beer") is door het graven van de

DE Hoek van Holland (ook genoemd de Beer) is door het graven van de 226 DE LEVENDE NATUUR. deelen. Nog kwam Frans Kooymans, ook een jeugdig lid van onze Haagsche Club van Trekwaarnemers" als photografisch medewerker opdagen. Ziehier dan de vrucht van een echt prettige

Nadere informatie

Memo. Stuurgroep Zandmotor. resultaat nadere uitwerking alternatieven Zandmotor en voorstel voorkeursalternatief

Memo. Stuurgroep Zandmotor. resultaat nadere uitwerking alternatieven Zandmotor en voorstel voorkeursalternatief Memo Directie Leefomgeving en Bestuur Afdeling Water Contact mw E van Dam T 070-441 66 14 e.van.dam@pzh.nl Datum Aan Stuurgroep Zandmotor Kopie aan Onderwerp resultaat nadere uitwerking alternatieven Zandmotor

Nadere informatie

Drie jaar kustlijnzorg

Drie jaar kustlijnzorg .. Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat -Generaal Rijkswaterstaat Dienst Getijdewateren Rijksinstituut voor Kust en Zeel RfKZ Drie jaar kustlijnzorg voortgangsrapportage jj dynam isch hand

Nadere informatie

Programma 4: Dynamische eilanden

Programma 4: Dynamische eilanden Programma 4: Dynamische eilanden De Nederlandse Waddeneilanden liggen verankerd in de zee. Stuif- en andere dijken maken dat ze geen kant op kunnen. Wind, water en stuivend zand hebben nauwelijks invloed

Nadere informatie

De duinen hebben een belangrijke functie in ons land:

De duinen hebben een belangrijke functie in ons land: De duinen De duinen hebben een belangrijke functie in ons land: 1 Zeewering 2 Waterwingebied en waterberging 3 Recreatie 4 Natuurwetenschappelijk onderzoek en natuurstudie Laatst las ik: Als de zeespiegel

Nadere informatie

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid 2016 www.opleidingen.stowa.nl Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid M01 - Basis Cursus Beoordelen en Ontwerpen M02 - Geotechniek: SOS en Piping M03 -

Nadere informatie

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water

Natuurvriendelijke oevers. Droge voeten, schoon water Natuurvriendelijke oevers Droge voeten, schoon water VOOR WIE IS DEZE FOLDER BESTEMD? Deze folder is bestemd voor eigenaren van oevers die in aanmerking komen om hun oever natuurvriendelijk in te richten.

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

Noord-Holland. Stuknummer: AM q lllfjl? JUNI Raad van de gemeente Den Helder Postbus AA DEN HELDER

Noord-Holland. Stuknummer: AM q lllfjl? JUNI Raad van de gemeente Den Helder Postbus AA DEN HELDER Noord-Holland POSTBUS 3007 2001 DA HAARLEM Raad van de gemeente Den Helder Postbus 36 1 780 AA DEN HELDER GEMEENTE DEN HELDER HtèEKOW&'J q lllfjl?315 Stuknummer: AM5.03476 Gedeputeerde Staten Uw contactpersoon

Nadere informatie

De zonering inclusief legenda is de afgelopen maanden tot stand gekomen in cocreatie en

De zonering inclusief legenda is de afgelopen maanden tot stand gekomen in cocreatie en Toelichting op de Strandzonering 300617 De zonering inclusief legenda is de afgelopen maanden tot stand gekomen in cocreatie en samenwerking in diverse ateliers (werk/inloop) met alle partijen die bij

Nadere informatie

Ecobeach. Een duurzaam strand door drainage. Brouwersdam, 3-10-2014. Bas Reedijk. Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult

Ecobeach. Een duurzaam strand door drainage. Brouwersdam, 3-10-2014. Bas Reedijk. Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult Ecobeach Een duurzaam strand door drainage Brouwersdam, 3-10-2014 Bas Reedijk Hoofd afdeling kustwaterbouw BAM Infraconsult Inhoud Wat is Ecobeach De ervaring met Ecobeach bij Egmond Toepassing van Ecobeach

Nadere informatie

Zandmotor Delflandse Kust

Zandmotor Delflandse Kust Zandmotor Delflandse Kust Een blik op 2,5 jaar bouwen met de natuur Een blik op 2,5 jaar bouwen met de natuur 1 In 2011 is voor de kust van Zuid-Holland ten zuiden van Den Haag een schiereiland van 21,5

Nadere informatie

Kustlijnkaarten 2006 maart 2006

Kustlijnkaarten 2006 maart 2006 Rapport RIKZ-2006.001 Kustlijnkaarten 2006 maart 2006 Inhoudsopgave 1. Inleiding 5 2. De basiskustlijn 7 3. De toetsing 9 4. Korte beschrijving van de toetsingsresultaten 15 5. Presentatie van de resultaten

Nadere informatie

Verjonging van eilandstaarten. Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck

Verjonging van eilandstaarten. Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck Verjonging van eilandstaarten Alma de Groot, Albert Oost, Evert Jan Lammerts, Willem van Duin, Roos Veeneklaas, Bregje van Wesenbeeck Aanleiding Probleem: Ecologische veroudering, m.n. vergrassing van

Nadere informatie

Programma van Eisen - Beheerplannen

Programma van Eisen - Beheerplannen Programma van Eisen - Beheerplannen Eisen voor de inhoud Inventarisatie 1. Het beheerplan geeft allereerst een beschrijving van de natuurwaarden in het Natura 2000-gebied (de actuele situatie en trends,

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

VAN BELANG STICHTING DE LEVENDE DELTA VOOR ELKE ZEEUW. STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1

VAN BELANG STICHTING DE LEVENDE DELTA VOOR ELKE ZEEUW.  STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1 STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW www.delevendedelta.nl STICHTING DE LEVENDE DELTA VAN BELANG VOOR ELKE ZEEUW 1 HET ONTSTAAN Stichting De Levende Delta is eind jaren 90 van de vorige

Nadere informatie

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust

Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Kennis voor een veilige kust Kustgenese 2.0 Zandige kust Het klimaat verandert. De bodem daalt. Dat heeft gevolgen voor de manier waarop we omgaan met de Nederlandse kust. Om de veiligheid

Nadere informatie

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree

Ruimtelijke onderbouwing. Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree Ruimtelijke onderbouwing Wijziging gebruik van loods voor opslag op het perceel Rinkesfort 13 te Maasbree 16-08-2011 1. Inleiding Algemeen De heer Wijnen heeft het verzoek gedaan om een loods op het perceel

Nadere informatie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie

Voorstellen. Waterschap Hollandse Delta. John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Voorstellen Waterschap Hollandse Delta John Ebbelaar Hoofd afdeling Plannen en Regie Waterschap Hollandse Delta Dynamiek in de Delta [2] Inhoud De taken van het waterschap De dynamiek in de tijd Een dynamische

Nadere informatie

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug

Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug Notitie Contactpersoon Gosewien van Eck Datum 14 november 2013 Kenmerk N001-1220333GGV-evp-V01-NL Vormvrije m.e.r.-beoordeling Landgoed Hydepark, Doorn, gemeente Utrechtse Heuvelrug 1 Inleiding De gemeente

Nadere informatie

Texel Landschappelijke ontwikkelingen

Texel Landschappelijke ontwikkelingen Texel Landschappelijke ontwikkelingen Een LIA-presentatie LIA staat voor: Landschappen ontdekken In een Aantrekkelijke vorm. Lia is ook de geograaf die zich gespecialiseerd heeft in de veranderende Noord-Hollandse

Nadere informatie

Eiland voor een seizoen

Eiland voor een seizoen Eiland voor een seizoen Symbool voor een nieuwe kust Claire van Oeveren Kustbescherming weer aan de orde van de dag Naar een nieuw perspectief voor de Nederlandse kust De Kust heeft primair de functie

Nadere informatie

Waterschap Hollandse Delta. dynamiek in de delta

Waterschap Hollandse Delta. dynamiek in de delta Waterschap Hollandse Delta dynamiek in de delta Inhoud De dynamiek in de tijd Een dynamische ruimte De opgaven nu en voor de toekomst Water besturen Functionele overheid Algemeen belang en specifiek belang

Nadere informatie

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk)

Leggerzones Zandige kust (duinen) Leggerzones Dijk in Duin (Noordwijk) Voorwoord Voor u ligt de legger van de Primaire Waterkeringen van het hoogheemraadschap van Rijnland. De Primaire Waterkeringen van Rijnland bestaan uit dijken, zandige kust en verholen waterkeringen.

Nadere informatie

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid

Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid 2016 www.opleidingen.stowa.nl Opleidingen Nieuwe Normering Waterveiligheid M01 - Basis Cursus Beoordelen en Ontwerpen M02 - Geotechniek: SOS en Piping M03 -

Nadere informatie

Ruimte om te leven met water

Ruimte om te leven met water Ruimte om te leven met water Het huidige watersysteem is volgens de nieuwe In de toekomst wil het waterschap een zoveel Om de benodigde ruimte aan hectares te verwerven inzichten niet meer op orde. Aanpassingen

Nadere informatie

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk De kust is (niet) veilig! De dijk aan de kust van Petten ziet er zo sterk en krachtig uit, maar toch is hij niet

Nadere informatie

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma

Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma Onderbouwing actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 1. Tweede actualisatie suppletieprogramma 2016-2019 Het suppletieprogramma Kustlijnzorg voor de periode 2016-2019 is in juli 2015 vastgesteld. Jaarlijks

Nadere informatie

Het Masterplan Kustveiligheid

Het Masterplan Kustveiligheid Het Masterplan Kustveiligheid Symposium Natuurlijke Kustbescherming, 23/10/17 Ir. Daphné Thoon MDK-Afdeling Kust A low-lying Laaghinterland liggend achterland Meer dan 85% van de polders ligt onder +5

Nadere informatie

De Muy, De Slufter en Eierland

De Muy, De Slufter en Eierland Staatsbosbeheer T 030 6926111 www.staatsbosbeheer.nl Wandelen Fietsen Paardrijden De Muy, De Slufter en Eierland Duinen van Texel, door zeestromen, wind en mensen ontstaan Duinen van Texel Het noordelijke

Nadere informatie

Ruimtelijk Landschappelijke Beoordeling van een Stedenbouwkundig Ontwerp

Ruimtelijk Landschappelijke Beoordeling van een Stedenbouwkundig Ontwerp De Zeeuwse Lagune Ruimtelijk Landschappelijke Beoordeling van een Stedenbouwkundig Ontwerp Cor Geluk 20 februari 2018 Aanleiding: Op verzoek van de gemeente Noord Beveland is door Juurlink+Geluk een ruimtelijk

Nadere informatie

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002

Zandhonger. Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde. 19 september 2002 Zandhonger Kerend Tij Innovatie Competitie Hydrodynamische innovatie van de stormvloedkering Oosterschelde 19 september 2002 Zandhonger, Gaat de Oosterschelde kopje onder? De Deltawerken veranderden de

Nadere informatie

Kustlijnkaarten december 2010

Kustlijnkaarten december 2010 december 2010 Colofon Kustlijnkaartenboek 2011 Dit rapport is een uitgave van Rijkswaterstaat. Het rapport is tot stand gekomen door samenwerking van de volgende Rijkswaterstaat diensten: RWS Waterdienst

Nadere informatie

provincie H 0 L L A N D ZUID

provincie H 0 L L A N D ZUID T^ r Gedeputeerde Staten provincie H 0 L L A N D ZUID Contact mr. drs. S. Hoitinga T 070-441 65 98 s.hoitinqa(a)pzh.nl mw. P.A.H. Vollebregt-Verkoijen T 070-441 61 42 pah.vollebreqtgjpzh.nl leden van het

Nadere informatie

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord

Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord Sedimentatie in Harderwijker Bocht ten gevolge van de strekdam bij Strand Horst Noord In het gebied tussen de strekdammen bij Strand Horst Noord en de bebouwing van Harderwijk ligt een klein natuurgebied

Nadere informatie

Beleidsregels watervergunningen Strandbebouwing

Beleidsregels watervergunningen Strandbebouwing Auteur E. Velema Registratienummer 13.52560 Versie 2.0 Status Definitief Afdeling Waterkeringen & wegen Inhoudsopgave 1 Verklaring van afkortingen begrippen en terminologie 3 2 Inleiding 4 2.1 Keur 4 3

Nadere informatie

De geohydrologie van een eiland: en wat dat betekent voor het natuurbehoud

De geohydrologie van een eiland: en wat dat betekent voor het natuurbehoud De geohydrologie van een eiland: en wat dat betekent voor het natuurbehoud Ab Grootjans 1,2 Evert Jan Lammerts 3 1 Universiteit Groningen 2 Radboud Universiteit Nijmegen 3 Staatsbosbeheer Korte inhoud

Nadere informatie

.fi^"li.y:;ö^'sa.;.;;;.'^ (bibliotheek en documentatie) Frederic R. Harris. ners, Economists & Consultants therlands HARRIS 9.0

.fi^li.y:;ö^'sa.;.;;;.'^ (bibliotheek en documentatie) Frederic R. Harris. ners, Economists & Consultants therlands HARRIS 9.0 9. ONDERZOEK NAAR DE TOEPASBAARHEID VAN OFFSHORE GOLFBREKERS LANGS DE NEDERLANDSE KUST EINDRAPPORT APRIL 993.fi^"li.y:;ö^'Sa.;.;;;.'^ (bibliotheek en documentatie) Dienst Weg-en Waterbouwkunde Postbus

Nadere informatie

Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland)

Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland) Bijlage 1 Overweging zandwinning Den Helder Zandwinning en zandsuppletie voor de kust van Den Helder (Noord-Holland) Herman Gorterstraat 55 3511 EW UTRECHT Postbus 19143 3501 DC UTRECHT www.minlnv.nl T

Nadere informatie

2e Monitoringsrapportage projecten "Slimmer omgaan met zand op Schouwen" en "Herstel duindynamiek Kop van Schouwen"

2e Monitoringsrapportage projecten Slimmer omgaan met zand op Schouwen en Herstel duindynamiek Kop van Schouwen 1 Onderwerp 2 e Monitoringsrapportage projecten "Slimmer omgaan met zand op Schouwen" en "Herstel duindynamiek Kop van Schouwen" Van Projectgroep Kop van Schouwen Datum 7 december 2016 Status Ter besluitvorming

Nadere informatie

MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID. Dr. ir. Nathalie Balcaen

MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID. Dr. ir. Nathalie Balcaen MASTERPLAN KUSTVEILIGHEID Dr. ir. Nathalie Balcaen Agenda promofilm Kustveiligheid korte historiek toelichting van de werken in de verschillende kustgemeentes communicatie Kustveiligheid Korte historiek

Nadere informatie

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden.

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden. Meander Samenvatting groep 6 Thema 1 Water Samenvatting De watersnoodramp In 1953 braken tijdens een zware storm de dijken door in Zeeland en delen van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het land overstroomde.

Nadere informatie

Stand van zaken onderzoeken medio 2018

Stand van zaken onderzoeken medio 2018 Stand van zaken onderzoeken medio 2018 Over Natuurlijk Veilig Natuurlijk Veilig is een meerjarig samenwerkingsproject van Rijkswaterstaat, de Wadden vereniging, Staatsbosbeheer, Vogelbescherming Nederland,

Nadere informatie

Deel I: algemene toelichting op het kustontwerp (breedte en hoogte duin)

Deel I: algemene toelichting op het kustontwerp (breedte en hoogte duin) Deel I: algemene toelichting op het kustontwerp (breedte en hoogte duin) Hieronder is met behulp van een aantal figuren het mechanisme van kustversterking met zand en Dijk-in-Duin in relatie tot hoogte

Nadere informatie

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing

Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing Gemeente Achtkarspelen Projectbesluit Veranderen erf bij de woning Skieppedrifte 5 te Drogeham Ruimtelijke onderbouwing 1. INLEIDING 1.1 Aanleiding voor het projectbesluit Op 15 januari 2010 is er een

Nadere informatie

Methode beoordeling van duinen

Methode beoordeling van duinen Methode beoordeling van duinen Nisa Nurmohamed (H.H. van Delfland) Marien Boers (Deltares) Quirijn Lodder (RWS) Pieter van Geer (Deltares) Pilot-cursus Duinen 18 november 2016 1 Rollen vandaag Nisa Nurmohamed

Nadere informatie

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f

Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f Projectplan verdrogingsbestrijding Empese en Tondense Heide D e f i n i t i e f 26 juni 2013 1 1 Projectbeschrijving 1.1 Wat wordt aangelegd of gewijzigd? Zowel binnen als buiten het natuurgebied Empese

Nadere informatie