Inventarisatie Kunst & Cultuur Oosterhout Een verkenning onder zelfstandig kunstenaars en amateurkunstverenigingen in de gemeente Oosterhout

Transcriptie

1 Inventarisatie Kunst & Cultuur Oosterhout 2011 Een verkenning onder en in de gemeente Oosterhout

2 juni 2011 Een uitgave van de gemeente Oosterhout rapporteur: afdeling Service en Ondersteuning, taakgroep Onderzoek & Statistiek Datum: Juni 2011 oplage: digitale versie 2

3 Inhoudsopgave 1. Inleiding en samenvatting 4 2. Algemeen Leden Kwaliteit, ontplooiing en samenwerking 7 3. Faciliteiten Beschikbare ruimten Samenwerking Begeleiding, ondersteuning en scholing Genoten opleiding Ondersteuningsbehoefte Evaluatie ondersteunende instellingen Publiciteit en presentatie Gebruik media Bijeenkomsten, optredens en exposities Activiteiten en bezoekers Subsidies Subsidiemogelijkheden Gebruik subsidies Hoe kijkt men tegen subsidies aan Toekomst Toekomstbeeld Belemmeringen in ambitie Wensen en behoeften 21 Bijlage 22 3

4 1 Inleiding en samenvatting 1.1 Inleiding De gemeente Oosterhout heeft in april van dit jaar een inventariserend onderzoek gehouden onder en in de gemeente Oosterhout. In dit onderzoek worden onderwerpen als beschikbare faciliteiten, begeleiding en ondersteuning, evaluatie van het aanbod van Kunstfactor, Kunstbalie en H19, publiciteit en presentatie, subsidies en ook toekomstige verwachtingen nader uitgelicht. Dit onderzoek is gehouden om mede input te geven aan het cultuuren kunstbeleid in Oosterhout waar mogelijk rekening wordt gehouden met de meningen, wensen en behoeften van en. De enquête is digitaal gehouden en onder bijna 150 en uitgezet. De netto respons van dit onderzoek is 60% voor de en 66% voor de (zie bijlage). 1.2 Samenvatting Algemeen Een kwart van het aantal leden is jonger dan 20 jaar. Van de jongeren tot 20 jaar is 70% lid bij slechts een paar grote verenigingen. Amateurkunstverenigingen hebben geen moeite om nieuwe leden aan te trekken. Wel hebben zij problemen om jongeren aan de vereniging te binden. Verenigingen vinden de kwaliteit van het werk minstens zo belangrijk of zelfs belangrijker dan het plezier. Faciliteiten Bijna 90% van de en van de beschikt over een werk, oefen, expositie, opslag of ontmoetingsruimte. Deze ruimte wordt door drie kwart van de verenigingen gehuurd. Bij de zegt 82% te beschikken over een eigen ruimte. Ruim 90% van de is tevreden over de ruimte. Twee van de vijf is ontevreden. Dit heeft vooral betrekking op de grootte ervan. Alle verenigingen en een groot deel van de vinden dat de gemeente een rol kan spelen bij hun behoeften op facilitair gebied. Amateurkunstverenigingen vinden financiële ondersteuning minstens zo belangrijk als goede en goedkope faciliteiten. Zelfstandig vinden over het algemeen goede en goedkope faciliteiten belangrijker dan financiële ondersteuning. Begeleiding, ondersteuning en scholing Een op de vijf verenigingen heeft behoefte aan begeleiding; ruim een kwart heeft behoefte aan ondersteuning en een kwart van de verenigingen zegt behoefte te hebben aan scholing. Bij de behoefte aan ondersteuning noemen zij vooral het Uitpunt, Theater de Bussel en Stichting Huis voor Amateurs. Op het terrein aan scholing zien de verenigingen een rol weggelegd voor H19 en in mindere mate voor Kunstbalie. Twee op de vijf heeft behoefte ondersteuning en een op de drie heeft behoefte aan scholing. Zij zien bij ondersteuning vooral een rol weggelegd voor het Uitpunt, gevolgd door Theater de Bussel en Stichting Huis voor Amateurs. Drie van de vier en twee van de drie maakt geen gebruik van producten voor deskundigheidsbevordering en ondersteuning aangeboden door Kunstfactor, Kunstbalie of H19. Als belangrijkste reden wordt aangegeven dat men hieraan geen behoefte heeft. De waardering voor de producten van Kunstbalie, H19 en Kunstbalie is ruim voldoende. ondanks dat er minder gebruik wordt gemaakt van de producten van Kunstfactor en H19. 4

5 Publiciteit en presentatie Bijna de helft van de houdt zes of meer optredens/exposities per jaar. Ongeveer een op de drie verenigingen heeft maximaal drie optredens/exposities per jaar Van de organiseert ruim de helft twee tot vijf activiteiten per jaar. Twee van de vijf houdt zelfs meer dan vijf optredens/exposities per jaar. Ruim de helft van de verenigingen zegt tussen 100 en 500 bezoekers per jaar te trekken en bijna een op de vijf verenigingen zegt 500 of meer bezoekers per jaar te krijgen. Bij de zegt bijna de helft 100 tot 500 bezoekers per jaar te krijgen. Ruim de helft van zowel amateurkunstvereniging en bijna de helft van de is het oneens met de stelling dat Oosterhout voldoende goede en betaalbare faciliteiten voor publiekspresentaties heeft. Een op de drie en twee op de vijf wil graag meewerken aan naschoolse projecten in het onderwijs. Daar staat tegenover dat bijna een derde van de verenigingen hieraan niet mee wil werken. Subsidies Drie van de vier maakt gebruik van subsidies. Ruim de helft maakt gebruikt van structurele subsidies en bijna een kwart maakt gebruik van subsidies op projectbasis. Slechts een op de zes maakt gebruik van subsidies. Het betreft dan alleen subsidies op projectmatige basis. Een ruime meerderheid van de en is het eens met de stelling dat subsidies geen vanzelfsprekendheid zijn. Bijna drie van de vijf is het ook eens met de stelling dat subsidies voor de vereniging van levensbelang zijn. Zij geven daarbij aan dat hun inkomsten voor minimaal de helft bestaan uit gemeentelijke subsidie en dat subsidies geen vanzelfsprekendheid zijn. Bijna de helft van de verenigingen zoekt steeds vaker het bedrijfsleven op als partner voor hun activiteiten. Slechts een op de zes zoekt hiervoor het bedrijfsleven op. Toekomst Op de vraag hoe de vereniging zich over een paar jaar zien komen een aantal onderwerpen herhaaldelijk en duidelijk terug. De top drie onderwerpen die verenigingen noemen bij de vraag hoe zich over een jaar zien zijn:: Meer naamsbekendheid / PR, ook op regionaal of soms zelfs landelijk niveau, Streven naar kwaliteitsverbetering en naar hoge(re) kwaliteit van producten of voorstelling, Organiseren/uitvoeren van meer evenementen/optredens/exposities. De geven ten aanzien van toekomstbeeld antwoorden als: Zo door blijven gaan (als kunstenaar/blijvend professioneel); Zichzelf verbeteren/ vernieuwen/ professioneler; Meer bekendheid, meer landelijk of zelfs internationaal operend. Bijna zeven op de tien en een derde van de ziet beperkingen die hun ambities in de weg kunnen staan. Het is niet verwonderlijk dat in deze tijd zowel de verenigingen als de financiële middelen als het grootste zorgpunt benoemen. Verder vallen de zorgen ten aanzien van nieuwe leden en de beschikbaarheid van een (betaalbare) ruimte op. 5

6 2 Algemeen 2.1 omvang leden In het onderzoek is de gevraagd hoeveel leden zij per leeftijdscategorie hebben. Een kwart van het aantal leden is jonger dan 20 jaar. Hierbij valt op dat meer dan 80% van deze jeugdleden vrouw is. Slechts 13% van het aantal leden is jonger dan 11 jaar. Opvallend detail is dat van de jongeren tot 20 jaar 70% lid is bij slechts een paar grote verenigingen. Dit beeld is nog sterker zichtbaar bij jongeren tot 11 jaar (86% is lid bij een paar grote verenigingen). Veel verenigingen hebben pas leden vanaf een leeftijd van 20 jaar of ouder. Slechts een op de tien verenigingen heeft leden die jonger zijn dan 11 jaar. Ook het percentage verenigingen dat leden heeft in de leeftijdsklasse jaar is met 25% vrij laag. Aandeel leden en bevolking per leeftijdsklasse 50% 40% leden bevolking 30% 20% 10% 0% jonger dan 11 jaar jaar jaar jaar 65 jaar en ouder Jongeren tot 20 jaar en 65-plussers zijn vergeleken met de bevolking van Oosterhout wel licht oververtegenwoordigd. Bijna twee derde deel van de leden is 35 jaar of ouder. Toch is de leeftijdsklasse jaar, vergeleken met de bevolkingsopbouw van Oosterhout, ondervertegenwoordigd. Dit geldt in mindere mate ook voor de leeftijdsgroep jaar. 6

7 2.2 Kwaliteit, ontplooiing en samenwerking Aan de verenigingen en zijn een aantal algemene stellingen voorgelegd over onderwerpen als artistieke kwaliteit, samenwerking of zelfontplooiing met de vraag of zij het hiermee eens of niet eens zijn. Zowel verenigingen als e zijn het overwegend eens met de stelling: we stellen duidelijke kwaliteitsnormen aan artistieke kwaliteiten. Zelfstandig zijn het hier zelfs nog meer mee eens dan de. We stellen duidelijke kwaliteitnormen aan artistieke kwaliteiten 96% 4% mee eens neutraal niet mee eens 84% 14% Amateurkunstverenigingen zijn het duidelijk eens met de stelling dat men altijd op zoek is naar interessante samenwerkingspartners. Drie van de vier verenigingen zijn het hier mee eens, Bij de is ruim de helft het hier mee eens. We zijn altijd op zoek naar interessante samenwerkingspartners 54% 39% 7% mee eens neutraal niet mee eens 74% 25% gemeente Oosterhout, taakgroep O&S Amateurkunstverenigingen vinden het blijkbaar niet lastig om nieuwe leden aan te trekken. Wel zijn zij het niet eens met de stelling dat zij jongeren aan de vereniging weten te binden. 7

8 Stelling Amateurkunstverenigingen Mee eens (%) vrijetijds Wij liggen onze activiteiten vast in een jaarplan 69% nvt Wij vinden het lastig om nieuwe leden aan onze vereniging te binden 33% nvt Wij houden ons hoofdzakelijk aan ons eigen repertoire/ bij onze eigen discipline 59% 64% We stellen duidelijke kwaliteitsnormen aan artistieke kwaliteiten 84% 96% We zijn altijd op zoek naar interessante samenwerkingspartners 74% 54% Plezier en zelfontplooiing gaan voor kwaliteit 43% 22% Met mijn activiteiten wil ik een bijdrage leveren aan de Oosterhoutse samenleving nvt 79% Wij weten jongeren aan onze vereniging te binden 27% nvt Opmerkelijk is het relatief lage percentage mee eens op de stelling Plezier en zelfontplooiing gaan voor kwaliteit. Blijkbaar vindt men de kwaliteit van het werk minstens zo belangrijk of zelfs belangrijker dan het plezier. 8

9 3 Faciliteiten 3.1 Beschikbare accommodaties Bijna 90% van de en van de beschikt over een werk, oefen, expositie opslag of ontmoetingsruimte. Deze ruimten wordt door drie kwart van de verenigingen gehuurd. Een op de vijf verenigingen die over een ruimte beschikt heeft deze in eigen beheer. 6% Van de verenigingen huurt daarnaast ook nog een ruimte. Ongeveer de helft van de verenigingen (die een ruimte huren) huurt deze bij een buurthuis, 14% huurt bij scholen (aula of gymzaal) en 11% bij een dorpshuis/café. De overige verenigingen huren bij diverse instellingen zoals bijvoorbeeld bij Accent, het Open Lucht Theater of een ruimte bij SKO of bij Thuisvester. Beschikt over een werk-, oefen-,expositie-, opslag- of ontmoetingsruimte? 25% ja, gehuurd 74% 82% Ja, in eigen beheer Nee 20% 12% 11% amateurkunst-verenigingen Bij de zegt 82% te beschikken over een eigen ruimte. Een op de vijf huurt daarnaast ook een ruimte. In totaal huurt een kwart van de een ruimte. Zelfstandig huren op verschillende locaties een atelierruimte, welke soms ook buiten de gemeente Oosterhout liggen. Ruim 90% van de is tevreden over de ruimte. Het klein aantal verenigingen dat niet tevreden is over de (gehuurde) ruimte noemt als reden: de zaal is niet gezellig, in de wintermaanden is de ruimte te klein of de accommodatie is slechts gedeeltelijk geschikt als oefenruimte of als ruimte om optredens/concerten te verzorgen De die niet tevreden zijn over hun beschikbare ruimte hebben vooral behoefte aan oefenruimte/atelierruimte (78%) en aan opslagruimte voor decor, instrumenten, kleding e.d. (78%). 9

10 Zo ja, Bent u over deze ruimte tevreden? 9% 40% Ja Nee 91% 60% amateurkunst-verenigingen De zijn minder tevreden over de beschikbare ruimte. Twee van de vijf zijn ontevreden. Deze ontevredenheid heeft vooral betrekking op de grootte van de beschikbare ruimte. Alle verenigingen vinden dat de gemeente een rol kan spelen bij hun behoeften op facilitair gebied. Twee derde van de verenigingen vindt dat buurthuizen hierin ook een rol kunnen hebben en een op de drie verenigingen ziet een rol weggelegd voor Theater De Bussel. De rol van andere partijen, zoals Stichting Huis voor Amateurs, H19 en Uitpunt vindt men minder van belang. Van de die niet tevreden zijn over de beschikbare ruimte heeft 85% vooral behoefte aan een oefenruimte/atelierruimte of aan een expositieruimte. Ook de zien hier vooral een rol weggelegd voor de gemeente (77%). Naast de gemeente worden ook genoemd : Stichting Huis voor amateurs (23%), H19 (15%) en Uitpunt (15%). 3.2 samenwerking Slechts 11% van de is niet bereid om een ruimte te delen met een of meerdere verenigingen. Bij kunstbeoefenaars is ruim 40% niet bereid om de ruimte te delen. bereid om ruimte te delen met een of meerdere verenigingen/ 32% 25% 43% mee eens neutraal niet mee eens 49% 40% 11% gemeente Oosterhout, taakgroep O&S 10

11 Ruim de helft van de vindt dat samenwerking altijd een meerwaarde oplevert. Slechts 2% is het hier niet mee eens. Bij de vindt iets minder dan de helft dat samenwerking een meewaarde oplevert. Een op de 10 is het met deze stelling niet eens. Stelling Amateurkunst verenigingen Mee eens (%) vrijetijds Wij zijn bereid om een ruimte te delen met één of meerdere verenigingen/ 49% 32% Samenwerking levert altijd een meerwaarde op 53% 46% Wij vinden het leerzaam om in andermans keuken te kijken en stellen ons daarom ook graag open voor anderen 70% 61% Goede en goedkope faciliteiten zijn belangrijker dan financiële ondersteuning 28% 46% De Stichting Huis voor Amateurs moet zorgen voor voldoende faciliteiten voor de Oosterhoutse verenigingen en vrijetijds 46% 32% Zowel als vinden het leerzaam om in andermans keuken te kijken. Amateurkunstverenigingen vinden financiële ondersteuning minstens zo belangrijk als goede en goedkope faciliteiten. Zelfs een op de drie verenigingen vindt financiële ondersteuning belangrijker. Zelfstandig vinden over het algemeen goede en goedkope faciliteiten belangrijker dan financiële ondersteuning. Toch vindt een op de vijf financiële ondersteuning belangrijker. Bijna de helft van de verenigingen en een derde van de e vindt dat de Stichting Huis voor Amateurs moet zorgen voor voldoende faciliteiten voor de Oosterhoutse kunstwereld. 11

12 4 Begeleiding, ondersteuning en scholing 4.1 Genoten opleiding Iets meer dan de helft van de leden van de zijn opgeleid voor kunstbeoefening. Ruim 80% van de verenigingen geeft aan dat zij de leden zelf opleiden en een op de zes verenigingen geeft daarnaast aan dat hun leden worden opgeleid bij H19 of via de provinciale organisatie Kunstbalie. Bij de overige opleidingsvormen (50%) wordt het inhuren van deskundigen/ professionals genoemd, naast specifieke scholing/training op het terrein van muziek en dans en naast onderlinge samenwerking. 82% van de e kunstbeoefenaars heeft een bepaalde opleiding gevolgd. Hiervan heeft de helft een HBO-kunstvakopleiding doorlopen en ruim een derde heeft een opleiding bij H19 gevolgd. Bij een derde van de is de opleiding meer gespreid. zoals bijvoorbeeld een gerichte mbo-opleiding, tekenacademie, creatieve handvaardigheid, vrije academie in Den Haag of academie Tilburg. 4.2 Behoefte aan ondersteuning Inventarisatie Een deel van de heeft extra ondersteuning of begeleiding nodig: Een op de vijf verenigingen heeft behoefte aan begeleiding, ruim een kwart heeft behoefte aan ondersteuning en een kwart van de verenigingen zegt behoefte te hebben aan scholing. Behoefte aan begeleiding, ondersteuning en scholing 100% 80% 60% 40% 20% 0% behoefte aan begeleiding behoefte aan ondersteuning behoefte aan scholing. Verenigingen: Bij behoefte aan begeleiding worden dan vooral aanvragen voor subsidies genoemd (en in mindere mate begeleiding op het gebied van PR en begeleiding bij cursussen Verenigingen vragen dan met name ondersteuning bij publieksgerichte projecten en bij themagerichte activiteiten. 12

13 Door de verenigingen wordt vooral scholing op maat speciaal voor de vereniging genoemd. Soms wordt ook aansluiting met MBO- en HBO-kunstvakopleiding genoemd. Twee op de vijf heeft behoefte ondersteuning en een op de drie heeft behoefte aan scholing. Bij de behoefte aan ondersteuning worden vooral ondersteuning bij exposities en ondersteuning bij artistieke projecten genoemd. De behoefte aan scholing is divers en ligt verspreid over een groot aantal terreinen zoals: samenwerking met andere, talentontwikkeling in vooropleidingtrajecten, aansluiting met MBO- en HBO-kunstvakopleiding en specifieke cursussen en/of specialisatie. Ondersteuningsbehoefte en instellingen Aan de verenigingen en de is gevraagd welke instellingen voor bepaalde vormen van ondersteuning het meest in aanmerking komen. De hebben geen grote behoefte aan ondersteuning op terrein van begeleiding. Bij de behoefte aan ondersteuning noemen zij vooral het Uitpunt (57%), gevolgd door Theater de Bussel (39%), Stichting Huis voor Amateurs (35%). Op het terrein aan scholing zien de verenigingen een rol weggelegd voor H19 (25%) en in mindere mate voor Kunstbalie. Ondersteuning Begeleiding Ondersteuning Scholing Amateurkunskunst Amateur- Amateur- vrijetijds kunst vrijetijds Verenigingen verenigingen verenigingen H19 4% 8% 25% 25% 21% Kunstbalie 6% 22% 29% 16% 4% Kunstfactor 4% 16% 29% 4% 4% Uitpunt 0% 57% 57% 0% 4% Stichting Huis voor amateurs 4% 35% 36% 0% 4% Theater de Bussel 2% 39% 36% 0% 4% Andere instellingen 6% 19% 11% 8% 7% De kunstbeoefenaars zien bij ondersteuning vooral een rol weggelegd voor het Uitpunt (57%), gevolgd door Theater de Bussel en Stichting Huis voor Amateurs ( beide 36%). Maar ook Kunstbalie, Kunstfactor en H19 worden door ruim een kwart van de genoemd. De ondersteuning voor scholing zien de vrije kunstbeoefenaren vooral bij H19 zitten (21%). Ontwikkeling van het werk Een derde van de en van de zegt het klappen van de zweep te kennen en hebben daardoor geen behoefte aan begeleiding of ondersteuning. Ruim de helft van de verenigingen en ruimt 40 procent van de kunstbeoefenaars vindt dat zij duidelijk weten bij wie zij terecht kunnen met hun vragen. Een kwart van de e kunstbeoefenaars zegt daarentegen niet te weten waar zij terecht kunnen. Stelling Amateurkunst verenigingen Mee eens (%) vrijetijds Wij kennen het klappen van de zweep en hebben geen behoefte aan begeleiding of ondersteuning 32% 33% Het is ons duidelijk bij wie wij terecht kunnen met onze vragen 53% 43% Wij vinden het moeilijk om vernieuwend te blijven 9% 4% Wij werken steeds meer projectmatig 38% nvt Wij zouden het liefst professioneler gaan werken 23% 29% 13

14 De meerderheid van de verenigingen en is het oneens met de stelling dat het moeilijk is om vernieuwend te blijven. Ongeveer een kwart zou het liefst professioneler gaan werken. Ruim een derde van de is het eens met de stelling dat men steeds meer projectmatiger gaat werken, maar ook ruim een kwart is het hier niet mee eens. Onze vereniging werkt steeds meer projectmatig mee eens 38% 36% 26% neutraal niet mee eens gemeente Oosterhout, taakgroep O&S 4.3 Evaluatie ondersteunende instellingen Drie van de vier en twee van de drie maakt geen gebruik van producten voor deskundigheidsbevordering en ondersteuning aangeboden door Kunstfactor, Kunstbalie of H19. Heeft u of uw vereniging gebruik gemaakt van aangeboden producten van Kunstfactor, Kunstbalie of H19? Amateurkunstverenigingen Zelfstandig geen behoefte aan Ja 26% Nee 74% reden geen gebruik Ja 36% Nee 64% anders reden geen gebruik 51% 67% 49% 33% Als belangrijkste reden wordt aangegeven dat men hieraan geen behoefte heeft. De verenigingen noemen daarnaast diverse andere redenen, zoals bijvoorbeeld: men is te duur (H19), geen inspirerend aanbod, onbekendheid met de instelling of ze kunnen niet bieden wat wij vragen. Een klein aantal noemt als overige reden: men is te duur, onbekendheid met de instelling/ - met de producten of men heeft geen passend aanbod. Afgenomen producten en diensten De verenigingen die producten afnemen (26% van het aantal verenigingen) maken dan vooral gebruik van het aanbod van Kunstbalie. Het betreft dan vooral de producten voor cursus en coaching vouchers (50%). In mindere mate worden de producten techniek, regie en de producten cursussen op maat en workshops afgenomen. Bij H19 wordt door de verenigingen vooral gebruik gemaakt van de producten cursus en coaching vouchers (33%) en cursussen op maat/ workshops (33%). 14

15 Bij kunstfactor worden de producten cursus en coaching vouchers (17%) en coachen (17%) in beperkte mate afgenomen, De kunstenaar die producten afnemen (36% van het aantal ) maken voornamelijk gebruik van het aanbod van Kunstbalie. Het betreft dan vooral de producten cursus en coaching vouchers (50%), cursussen op maat/workshops (30%), techniek en regie (elk 30%). Van H19 wordt minder afgenomen (cursus en coaching vouchers 33%, cursussen op maat/workshops 33%) en van Kunstfactor worden nauwelijks producten afgenomen. Waardering producten De waardering voor de producten van Kunstbalie, H19 en Kunstbalie is ruim voldoende ondanks dat er minder gebruik wordt gemaakt van de producten van Kunstfactor en H19. Wat is uw oordeel over het aanbod? H19 Kunstbalie Kunstfactor slecht goed Ruim een derde van de amateurverenigingen en meer dan de helft van de vindt dat H19 meer samenwerking tot stand moet brengen. Twee derde van de amateurverenigingen en ruim een derde van de maakt altijd gebruik van de UIT-agenda. Men is het dan ook eens met de stelling de aanmelding bij UITpunt dan ook meer bezoekers trekt. Stelling Amateurkunst verenigingen Mee eens (%) vrijetijds H19 moet meer bieden voor de amateurkunst 27% 14% H19 moet meer samenwerking tot stand brengen 38% 52% Bij de planning van onze activiteiten maken wij altijd gebruik van de UIT-agenda 64% 35% Door aanmelding bij het UITpunt trekken onze activiteiten meer bezoekers 53% 31% Ik kijk regelmatig op de website van de Stichting Huis voor Amateurs 13% 0% Het Huis voor Amateurs is een goed initiatief 38% 31% Een klein deel van de verenigingen kijkt regelmatig op de website van de Stichting Huis voor Amateurs. Vrijwel geen enkele kunstenaar bekijkt deze site regelmatig. Toch is ongeveer een derde van de en het eens met de stelling dat het Huis voor Amateurs een goed initiatief is. 15

16 5 Publiciteit en presentatie 5.1 gebruik media Amateurkunst verenigingen maken van diverse media gebruik om hun bekendheid te vergroten, optredens te promoten en leden te werven. Naast regionale kranten, gratis huis aan huisbladen, lokale radio/tv wordt ook het UITpunt en de eigen website hiervoor ingezet. Opvallend is het erg lage gebruik van de website Huis voor Amateurs. Bij gebruik van overige media worden vooral affiches, flyers, sociale media en de dorpskrant genoemd. welke middelen gebruikt u/ uw vereniging om de bekendheid te vergroten, optredens te promoten en leden te werven? 100% 80% 60% 40% 20% 0% regionale krant eigen w ebsite w ebsite Huis voor Amateurs lokale radio / tv gratis huis-aanhuis bladen Uitpunt anders De maken ook van meerdere media gebruik. Vooral de eigen website en de regionale krant worden hierbij ingezet. Media als lokale radio/tv, huis-aan-huis-bladen en het UITpunt worden eveneens gebruikt door de, maar het gebruik is minder groot dan bij de Amateurkunstverenigingen. De website van het Huis voor Amateurs wordt ook door nauwelijks gebruikt. De kunstenaar noemen bij de overige gebruikte media diverse kanalen zoals bijvoorbeeld een eigen mailingsysteem, eigen netwerk, flyers, VVV of via galerie/expositie. 5.2 Bijeenkomsten, optredens en exposities Twee van de drie verenigingen komen minimaal een keer per week bij elkaar. Ongeveer een op de zes verenigingen komt 1 tot 2 keer per maand bij elkaar en een op de zes verenigingen kent geen regelmatige bijeenkomsten (bijvoorbeeld alleen in bepaald seizoen). Bijna de helft van de houdt zes of meer optredens/exposities per jaar. Ongeveer een op de drie verenigingen heeft maximaal drie optredens/exposities per jaar en een op de zes vereniging organiseert 4 tot 5 activiteiten per jaar. Van de organiseert ruim de helft twee tot vijf activiteiten per jaar. Twee van de vijf houdt zelfs meer dan vijf optredens/exposities per jaar en een op de tien heeft geen of maximaal een keer per jaar een optreden/expositie. 5.3 Activiteiten en bezoekers Ruim de helft van de verenigingen zegt tussen 100 en 500 bezoekers per jaar te trekken en bijna een op de vijf verenigingen zegt 500 of meer bezoekers per jaar te krijgen. Bijna 30% van de verenigingen krijgt minder dan 100 bezoekers per jaar. Er is hierbij geen duidelijke relatie tussen het aantal activiteiten en het aantal bezoekers op jaarbasis. 16

17 Ook bij de zegt bijna de helft 100 tot 500 bezoekers per jaar te krijgen. Ruim 40% trekt minder dan 100 bezoekers per jaar. Een op de tien trekt bij zijn activiteiten meer dan 500 bezoekers op jaarbasis. Ruim de helft van zowel amateurkunstvereniging en bijna de helft van de is het oneens met de stelling dat Oosterhout voldoende goede en betaalbare faciliteiten voor publiekspresentaties heeft. Stelling Amateurkunst verenigingen Mee eens (%) vrijetijds Oosterhout heeft voldoende goede en betaalbare faciliteiten voor publiekspresentaties 21% 21% Wij stemmen de activiteiten altijd af op specifieke doelgroepen 39% 48% De activiteiten trekken een vaste kern aan bezoekers 57% 45% De activiteiten trekken ook altijd bezoekers van buiten de gemeente Oosterhout 68% 72% Publiekspresentaties zijn alleen zinvol als ze voldoende bezoekers trekken 34% 31% Een groot deel van de amateurkunstvereniging (39%) en van de (48%) stemt hun activiteiten altijd af op specifieke doelgroepen. Ze zijn het ook voor een groot deel eens met de stelling dat deze activiteiten een vaste kern aan bezoekers trekt. Dit geldt nog meer voor de stelling de activiteiten trekken ook altijd bezoekers van buiten de gemeente Oosterhout. Men is het minder eens met de stelling dat publiekspresentaties alleen zinvol zijn als ze voldoende bezoekers trekken. Bijna een op de vijf verenigingen en bijna de helft van de is het met deze stelling niet eens. Een op de drie en twee op de vijf wil graag meewerken aan naschoolse projecten in het onderwijs. Daar staat tegenover dat bijna een derde van de verenigingen hieraan niet mee wil werken. wij willen graag meewerken aan naschoolse projecten in het onderwijs mee eens 41% 38% 21% neutraal niet mee eens 36% 30% 34% Grotere verenigingen (50 leden of meer) zijn eerder geneigd hieraan te willen meewerken dan de kleinere verenigingen. 17

18 6 Subsidies 6.1 Subsidiemogelijkheden De zijn vooral op de hoogte van de gemeentelijke subsidiemogelijkheden (80%) en van subsidiemogelijkheden van fondsen als VSB en Prins Bernard Cultuurfonds (61%). Men is minder bekend met subsidies van Kunstbalie en het landelijk Fonds voor Cultuurparticipatie. Bent u op de hoogte van de subsidiemogelijkheden van de volgende organisaties? 80% 60% 40% 20% 0% gemeente provincie: Kunstbalie landelijk : Fonds voor Cultuurparicipatie fondsen (VSB, Prins Bernard Cultuurfonds) De Kunstenaars zijn goed op de hoogte van subsidiemogelijkheden van fondsen als VSB en Prins Bernard Cultuurfonds (59%). Opmerkelijk is de lage bekendheid met gemeentelijke subsidies (28%). De zijn ook minder goed op de hoogte van subsidiemogelijkheden van Kunstbalie en het Fonds voor Cultuurparticipatie. 6.2 Gebruik subsidies Drie van de vier maakt gebruik van subsidies. Ruim de helft maakt gebruikt van structurele subsidies en bijna een kwart maakt gebruik van subsidies op projectbasis. maakt u of uw vereniging gebruik van subsidie? 100% 80% 60% 40% 20% 0% ja, structureel ja, projectmatig nee Slechts een op de zes maakt gebruik van subsidies. Het betreft dan alleen subsidies op projectmatige basis. 18

19 6.3 Hoe kijkt men tegen subsidies aan Ongeveer drie van de vijf en bijna drie van de vier is het eens met de stelling dat subsidies geen vanzelfsprekendheid zijn. subsidie is geen vanzelfsprekendheid 72% 24% 5% mee eens neutraal niet mee eens 59% 25% 16% Bijna drie van de vijf is het ook eens met de stelling dat subsidies voor de vereniging van levensbelang zijn. Zij geven daarbij aan dat hun inkomsten voor minimaal de helft bestaan uit gemeentelijke subsidie. Ruim de helft van de verenigingen is het eveneens eens met de stelling dat grootste kosten zitten in publiekspresentaties. Stelling Amateurkunst verenigingen Mee eens (%) vrijetijds Subsidie is voor onze vereniging van levensbelang 57% nvt De grootste kosten van onze vereniging zitten in publiekspresentaties 52% nvt Onze inkomsten bestaan voor minimaal de helft uit gemeentelijke subsidie 59% nvt Culturele subsidies dienen het culturele klimaat van de stad te versterken 77% 90% Zowel als zijn het duidelijk eens met de stelling dat culturele subsidies dienen om het culturele klimaat van de stad te versterken. De zijn hier zelfs nog stelliger in dan de verenigingen. Bijna de helft van de verenigingen zoekt steeds vaker het bedrijfsleven op als partner voor hun activiteiten. Slechts een op de zes zoekt hiervoor het bedrijfsleven op. Meer dan de helft van de heeft daarbij een neutrale mening. wij zoeken steeds vaker het bedrijfsleven op als partner voor onze activiteiten mee eens 17% 52% 31% neutraal niet mee eens 48% 30% 23% gemeente Oosterhout, taakgroep O&S 19

20 7 Toekomst 7.1 Toekomstbeeld Op de vraag hoe de vereniging zich over een paar jaar zien komen een aantal onderwerpen herhaaldelijk en duidelijk terug. De belangrijkste onderwerpen die verenigingen noemen zijn in volgorde van belangrijkheid : Meer naamsbekendheid / PR, ook op regionaal of soms zelfs landelijk niveau, Streven naar kwaliteitsverbetering en naar hoge(re) kwaliteit van producten of voorstelling, Organiseren/uitvoeren van meer evenementen/optredens/exposities, Continuïteit of groter ledenbestand met ook aandacht voor (meer) jeugdleden, Meer samenwerking, Een breder repertoire aanbieden. Een aantal verenigingen heeft hun zorg uitgesproken over hun voortbestaan in de toekomst. Hierbij worden beperktere financiële middelen, opheffen/wegvallen van beschikbare locaties en weinig aanwas van nieuwe leden als zorgpunt genoemd. De geven ten aanzien van toekomstbeeld antwoorden als: Zo door blijven gaan (als kunstenaar/blijvend professioneel); Zichzelf verbeteren/ vernieuwen/ professioneler; Meer bekendheid, meer landelijk of zelfs internationaal operend. Soms wordt ook het houden van meer exposities of het geven van meer cursussen genoemd. 7.2 Belemmeringen in ambitie Bijna zeven op de tien en een derde van de ziet beperkingen die hun ambities in de weg kunnen staan. Ja, er zijn er zaken die de toekomstige ambitie in de weg staan? amateurkunst-verenigingen 32% 68% 65% 35% ja nee Het is niet verwonderlijk dat in deze tijd zowel de verenigingen als de financiële middelen als het grootste zorgpunt benoemen. Verder vallen de zorgen ten aanzien van nieuwe leden en de beschikbaarheid van een (betaalbare) ruimte op. 20

21 De meest voorkomende belemmeringen zijn in onderstaande tabel in volgorde van belangrijkheid genoemd: amateurkunst-verenigingen - financiële middelen - financiële middelen - nieuwe leden / vergrijzing - betaalbare ruimte - sluiten buurthuis / goede oefenruimte - beperktere middelen niet beschikbaar - stijgende kosten - beschikbaarheid vrijwilligers - minder steun gemeente 7.3 Wensen en behoeften Drie kwart van de (75%) en twee op de vijf (59%) geeft aan specifieke wensen en behoeften te hebben. De meest genoemde wensen en behoeften zijn in onderstaande tabel in volgorde van belangrijkheid weergegeven: amateurkunst-verenigingen - subsidie/ financiële ondersteuning - atelier-/mooie expositieruimte - goede concert-/opslag-/atelierruimte - (meer) samenwerking; sparren/ - professionele ondersteuning brainstormen met professionals - goede betaalbare ruimte - professionele ondersteuning - coördinatie concerten/optreden voor - samengaan atelierdagen Dorst / Oosterhout dezelfde doelgroep Hier valt op dat de financiële middelen niet in hun wensen en behoeften hebben staan terwijl dit bij de vraag wat hun ambitie in de weg staat wel als eerste is genoemd. Bij de staat dit wel op de eerste plaats. Zowel verenigingen als geven als wens/behoefte de beschikbaarheid van een oefen/expositie/atelier ruimte en professionele ondersteuning aan. 21

22 Bijlage: Respons Responsoverzicht enquête Kunst en Cultuur gemeente Oosterhout % 66% 25 0 verstuurd uitval netto verstuurd ingevuld 22