INFORMATIEBULLETIN. Bemestingsadvies De ph INFORMATIEBULLETIN. Bemestingsadvies
|
|
- Camiel ter Linde
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 HOMEPAGE EMRO Nederland Agriton.com INFORMATIEBULLETIN kennisoverdracht invulling begrip duurzame landbouw Bemestingsadvies De ph INFORMATIEBULLETIN kennisoverdracht invulling begrip duurzame landbouw Bemestingsadvies blz. 1. Het verfijnde stikstofbemestingsadvies voor grasland (3) 2. Interpretatie door Agriton van dit advies (10) 3. Effektief gebruik maken van Uw grasland (11) 4. De bodem, het duurzame kapitaal in de landbouw (13) Agriton - Noordwolde Ing A.A. de Puijsselaar Het verfijnde stikstofbemestingsadvies voor grasland. Ministerie van Landbouw l /12
2 1. Inleiding Tot welk niveau heeft stikstofbemesting zin? Van (23 jaar) werd één en hetzelfde bemestingsadvies gehanteerd. Grasland neemt met ongeveer 1 miljoen ha meer dan de helft van de agrarische gronden in Nederland in beslag. Stikstof speelt een zeer belangrijke rol in de grasgroei. Door het geven van stikstof, hetzij in de vorm van dierlijke mest, hetzij in de vorm van kunstmest kan een veehouder de gasproductie verhogen. Stikstof heeft een opbrengstverhogend en opbrengstvervroegend effect. Ook heeft stikstof een positief effect op de voederkwaliteit van het gras. Bij te hoge stikstofgiften nemen deze positieve effecten af, en kan de kwaliteit van het gras zelfs minder worden. Het strooien van stikstof kost de veehouder geld. Het advies was vrij simpel, namelijk maximaal 400 kg stikstof per hectare per jaar voor alle grondsoorten, met uitzondering van goed ontwaterd veen en klei-op-veen (250 kg N/ha/j). Zowel uit onderzoek als in de praktijk bleek dat de grondsoort meer invloed heeft op de stikstofreactie van het gras. Het stikstofleverend vermogen (NLV) van de bodem en de vochtvoorziening van het gras bleken een grote rol te spelen. Deze factoren vormen dan ook een belangrijk bestanddeel van het nieuwe stikstofbemestingsadvies. Bovengenoemde publicatie heeft tot doel om voorlichters, docenten en mensen uit handel en industrie en dienstverlening te informeren. In deze publicatie worden twee belangrijke nieuwe begrippen geïntroduceerd, n.l. het stikstofleverend vermogen en de stikstofterugwinning. 2. De invloed van stikstof en vocht op de grasgroei. Uit figuur 2 blijkt, dat grasgroei het resultaat is van de temperatuur en de hoeveelheden licht, water, koolzuurgas en meststoffen. Globaal geldt dat licht de energiebron is voor de grasgroei en dat water, koolzuur en meststoffen de bouwstenen vormen. De temperatuur is van belang omdat deze de verschillende processen in de plant kan vertragen of versnellen. Beneden ongeveer 6 C vindt vrijwel geen grasgroei meer plaats. Bij licht, of beter gezegd straling, moet U denken aan de intensiteit en de daglengte. De groeifactor die in het minimum verkeert bepaalt voor een groot deel de snelheid van het groeiproces. In Nederland bepalen vooral de temperatuur en de straling de lengte van het groeiseizoen. De voorziening van de hoofdvoedingselementen stikstof, fosfor en kalium is meestal groeibeperkend. Voor fosfor en kalium gelden bemestingsadviezen die grotendeels gebaseerd zijn op de onttrekking door het gewas. In de praktijk is het element stikstof dan vaak de meest beperkende groeifactor. Grasgroei en stikstofvoorziening Een goede stikstofvoorziening van het gras resulteert in een snelle groei van de bovengrondse delen. Dit komt doordat stikstof de fotosynthese bevordert en het grootste deel van de droge stofproductie naar de bovengrondse delen stuurt. Een minder zichtbaar effect van stikstof is de invloed op de kwaliteit (voederwaarde) van het gras. Voor de grasplant maakt het niet uit waar de stikstof vandaan komt, zolang deze maar voor de plant opneembaar is. Stikstofbemesting heeft ook een nadeel. Op den duur wordt de zode opener, waardoor onkruiden en slechte grassen meer ontwikkelingskansen krijgen. Er is een economisch omslagpunt waarbij de meeropbrengst van een stikstofgift niet meer opweegt tegen de kosten van deze gift. Als uiterste datum voor een stikstofgift geldt 15 september. Daarbij moet men ook rekening houden met 2/12
3 de (lange) nawerking van stikstof in eerder toegediende dierlijke mest. Langer doorgaan met stikstof bemesten, geeft een grotere kans op vorstschade. Hogere stikstofgiften hebben slechts een klein effect op de voederwaarde. Dit geldt met name voor de VEM-waarde en het DVE-gehalte. Het OEB-gehalte wordt relatief sterker beïnvloed. Invloed van vochttekort. Vochttekorten ontstaan meestal geleidelijk. In het begin zal het gras langzamer groeien. Als het tekort verder toeneemt zal de groei uiteindelijk geheel tot stilstand komen. Het effect van een vochttekort treedt voornamenlijk rond de maand juli op. Dit kan in een heel groeiseizoen leiden tot het verlies van ongeveer een weidesnede. De stikstofjaargift daalt hierdoor met 50 kg. per ha. Algemeen geldt dat er niets aan de hand is, zolang een snede maar beweid of gemaaid wordt bij de opbrengst waarvoor deze is bemest. Dit verandert als een veehouder de snede veel lichter gaat oogsten. De bemesting is dan te zwaar geweest. Vooral dit laatste komt in de praktijk nogal eens voor. Als sneden lichter geoogst worden dan de opbrengst waarvoor ze zijn bemest, dan wordt een deel van de verstrekte stikstof niet voor de groei benut. Hierdoor daalt het stikstofeffect. Er vindt een ophoping van stikstof plaats in het wortelstelsel, in de stoppel en in de oogstbare delen van de plant. In de oogstbare delen leidt dit verhoogde stikstofgehalte tot een hoger OEB-gehalte en een hogere nitraatgehalte. Deze stikstof is na de oogst dus niet meer beschikbaar voor de groei van een volgende snede. De stikstof in de stoppel en het wortelstelsel daarentegen wel. Daarnaast kan een deel van de stikstof in de grond achterblijven. Ook deze hoeveelheid is beschikbaar voor de volgende snede. Hiermee moet rekening worden gehouden bij de stikstofgift van de volgende snede, bijvoorbeeld door deze nog beschikbare stikstof geheel of gedeeltelijk in mindering te brengen op de stikstofbemesting. Graslandgebruik en stikstofvoorziening. De veehouder zal niet willen bemesten voor een maximale gasproductie als dit op zijn bedrijf leidt tot een onrendabel ruwvoeroverschot. De stikstofgift moet dan omlaag. Een zekere afbouw in de hoogte van de snedebemesting wordt door veehouders gewaardeerd. Tevens zal ook de behoefte om na juni nog te maaien vaak minder zijn, omdat het grootste deel van de kuilgrasbehoefte voor de stalperiode al gedekt is met de opbrengsten van de eerdere maaisneden. Bovendien vermindert de kwaliteit van het gras en daarmee de kwaliteit van het kuilgras. 3. De invloed van de bodem op de stikstofgift. In het bestaande stikstofbemestingsadvies is verondersteld dat een onderscheid naar grondsoort niet nodig was, uitgezonderd voor goed ontwaterd veen. Echter, uit proeven is gebleken, dat er tussen proefveldlokaties sterke variaties optreden in de optimale stikstofgiften. Blijkbaar heeft dus ook de bodem invloed op de stikstofreactie van het gras. De verschillen worden verklaard uit het NLV en de stikstofterugwinning. Stikstofleverend vermogen. In een onbemeste situatie (0 kg N/ha.) wordt toch stikstof opgenomen. Deze stikstof is afkomstig uit mineralisatie van organisch gebonden stikstof (o.a. mest- en gewasresten) in de bodem, depositie van stikstof uit de atmosfeer, en de binding van stikstof uit de lucht door bacteriën. Dit wordt het stikstofleverend vermogen van de bodem genoemd, en wordt gemeten door de stikstofopname te bepalen van de bovengrondse grasdelen op een onbemest perceel. Het stikstofleverend vermogen kan uiteenlopen van zoâ n 100 kg N/ha op arme, droge zandgronden tot 500 kg N/ha op redelijk goed ontwaterde veengronden. Op deze opname heeft de veehouder geen invloed. 3/12
4 Stikstofterugwinning De stikstofopname neemt rechtlijnig toe met de stikstofgift. Met andere woorden: van iedere verstrekte kilogram stikstof wordt een vast deel door het gras opgenomen in de oogstbare delen. Dit is de stikstofterugwinning van de verstrekte stikstof. Uit onderzoek blijkt dat de terugwinning niet op alle grondsoorten gelijk is. De gemiddelde terugwinning is ca. 80% op minerale gronden en 60% op veengronden. Het terugwinningspercentage neemt af bij hogere stikstofgiften (ca 400 kg N/ha.). Met de begrippen stikstofleverend vermogen en stikstofterugwinning kan het verschil in optimale gift tussen een veengrond en een minerale grond worden verklaard. Een veengrond heeft een hoger stikstofleverend vermogen dan een minerale grond. Een minerale grond heeft een hogere stikstofterugwinning dan een veengrond. Om aan te kunnen geven hoe in een bemestingsadvies het stikstofleverend vermogen en de stikstofterugwinning kan worden toegepast, is het noodzakelijk een antwoord te krijgen op de volgende 2 vragen: 1. Door welke factoren worden de stikstoflevering en -terugwinning bepaald? 2. Op basis van welke bodemeigenschappen kunnen gronden ingedeeld worden in klassen met een hogere of lagere stikstoflevering en -terugwinning? De stikstofstroom door de bodem. Gras neemt via de wortels stikstof op uit het bodemvocht. Deze stikstof wordt opgenomen als nitraat (NO3-), ammonium (NH4+) of ureum. De wortels hebben een voorkeur voor stikstof in de vorm van nitraat. Bodemprocessen als uit- en afspoeling, denitrificatie, immobilisatie (vastlegging) en vervluchtiging zorgen dat een hoeveelheid minerale stikstof uit de bodem verdwijnt. Deze afvoer van stikstof uit de bodem wordt schematisch weergegeven in figuur 10. De minerale stikstof in de bodemoplossing raakt niet uitgeput gedurende het groeiseizoen. Er is sprake van een continue stroom van stikstof door de bodem. Het aanbod bestaat uit de stikstofgift (kunstmest en werkzame dierlijke mest) en een aanbod van stikstof uit mineralisatie, depositie en vrijlevende stikstofbinders. Figuur 10 laat tevens zien dat het aanbod van stikstof uit mineralisatie op peil blijft door de jaarlijkse aanvoer van gewasresten en niet direct werkzame dierlijke mest. Deze aanvoer en de stikstof uit depositie en vrijlevende stikstofbinders worden bij elkaar de overige aanvoerposten genoemd. Op een groot deel van de minerale gronden in Nederland is deze aanvoer in evenwicht met de afvoer uit de bodem. Er vindt dus geen intering plaats op de voorraad stikstof in de bodem. Op deze gronden is het deel van de aanvoer dat uiteindelijk in de bovengrondse delen van het gras terecht komt ca 140 kg stikstof per hectare per jaar. Dit wordt het stikstofleverend vermogen genoemd. De klavers in grasland nemen een uitzonderingspositie in, omdat bij dit gewas de stikstofopname plaats vindt via de wortelknolletjes. Ze nemen elementaire stikstof (N2) op uit de lucht. De klavers zullen verder buiten beschouwing blijven, omdat ze niet voorkwamen in de proeven waarop het stikstofbemestingsadvies is gebaseerd. De stikstofaanvoer via de stikstofgift. Kunstmest. De grootte van de stikstofgift uit kunstmest wordt volledig door de mens bepaald en bedraagt op dit moment in de praktijk ongeveer 300 kg per hectare per jaar. Dierlijke mest. 4/12
5 De mest bestaat uit urine (gier) en faeces (vaste mest). Stikstof uit urine wordt in de bodem snel omgezet in plantopneembare vorm. Het vaste deel van de mest bevat veel organisch gebonden stikstof. Deze stikstof is pas opneembaar na mineralisatie. Niet alle stikstof in toegekende dierlijke mest wordt tot de stikstofgift gerekend. Alleen het deel van de stikstof dat in minerale vorm in het jaar van toediening voor het gras beschikbaar komt, hoort bij de stikstofgift dierlijke mest. Een deel van de organische stikstof uit dierlijke mest is makkelijk afbreekbaar en mineraliseert tijdens het groeiseizoen. Deze werkzame stikstof uit dierlijke mest wordt meegeteld in de stikstofgift van de volgende snede. Stikstofaanvoer via de overige aanvoerposten. Depositie van stikstof uit de atmosfeer. Deze stikstofaanvoer is afkomstig van de emissie uit de industrie (NOx), het verkeer (NOx) en de landbouw (NH3). De stikstofdepositie is niet gelijk over Nederland verdeeld. Varieert tussen de 32 kg en 73 kg stikstof per hectare per jaar. Mineralisatie. Mineralisatie is het proces waarbij micro-organismen in de bodem aanwezige organische verbindingen voor de eigen energievoorziening afbreken. Bij deze afbraak komen de mineralen (stikstof, fosfaat en zwavel) uit het organische materiaal vrij. Een gedeelte van de gemineraliseerde mineralen wordt echter weer gebruikt voor de opbouw van nieuwe micro-organismen. De stikstof die jaarlijks mineraliseert levert kwantitatief een belangrijke bijdrage aan de bodemoplossing, en is evenredig met de hoeveelheid organisch gebonden stikstof in de bodem. In Nederland wordt de mineralisatie vaak geschat op 2% per jaar van de totale hoeveelheid organisch gebonden stikstof. Deze schatting is globaal omdat de mineralisatie afhangt van een aantal bodemeigenschappen. Hoeveel stikstof er tijdens het groeiseizoen mineraliseert hangt niet alleen af van de hoeveelheid organisch gebonden stikstof, maar ook van de omstandigheden in de bodem. Gunstige omstandigheden in de bodem voor mineralisatie betekenen een hoge mineralisatiesnelheid. De belangrijkste factoren hierbij zijn: de temperatuur, de vochtvoorziening, de zuurstofvoorziening, en het lutumgehalte. Temperatuur. In het voorjaar stijgt de temperatuur. De bodem warmt langzaam op, waardoor de activiteit van de bodemorganismen toeneemt. De mineralisatie van stikstof komt dan op gang. De toename in snelheid van mineralisatie is afhankelijk van de temperatuur. Vocht- en zuurstofvoorziening. De vocht- en zuurstofvoorziening zijn eveneens belangrijk. Zonder vocht kunnen de micro-organismen niet leven. De mineralisatie komt bij vochttekort bijna stil te liggen. Een teveel aan water in de bodem is ook schadelijk voor de mineralisatie. Dit gaat samen met een tekort aan zuurstof, waardoor de mineralisatie vertraagt. Lutumgehalte. Uit onderzoek is gebleken dat een te hoog percentage lutum in de bodem de mineralisatiesnelheid remt. Dit betekent dat in een kleigrond de mineralisatie langzamer verloopt dan in zandgronden. De oorzaak hiervan is waarschijnlijk dat de kleideeltjes de organische stof beschermen tegen afbraak. Mineralisatiepatroon. 5/12
6 In het voorjaar mineraliseert per dag weinig, tot half juli is de snelheid het hoogst en daarna neemt de snelheid weer af. Luchtstikstofbinding. Sommige stikstofbindende micro-organismen leven vrij in de bodem (bijvoorbeeld Azotobacter, Beijerincka en Rhizobium). De bijdrage van vrijlevende stikstofbinders wordt geschat op 4 kg stikstof per ha per jaar. De afvoer van stikstof. Bij de afvoer van stikstof uit de bodem, kunt U onderscheid maken in: 1. stikstof die opgenomen wordt door het gras. 2. stikstof die wordt geïmmobiliseerd ofwel vastgelegd wordt in organische stof. 3. stikstofverliezen uit de bodem door uit- en afspoeling van stikstof, denitrificatie en ammoniakvervluchtiging. Stikstofopname door gras. In het voorjaar is de lichtintensiteit het sterkst, en daardoor de groeisnelheid het hoogst. Later in het seizoen neemt de lichtintensiteit af en wordt de daglengte korter. De opname van stikstof wordt dan minder. Aan het einde van het groeiseizoen is het vooral de temperatuur dier er voor zorgt, dat er geen fotosynthese meer plaats vindt. De opname van stikstof hangt vooral af van de concentratie in de bodemoplossing en de vochtvoorziening. Bij droogte kan de wortel niet voldoende vocht opnemen. In de bovengrondse delen van het gras wordt, afhankelijk van de bemesting, kg stikstof per ha per jaar opgenomen. Immobilisatie van de stikstof. Bij de afbraak van organische verbindingen met een hoog C/N verhouding wordt stikstof door microorganismen vastgelegd in organische verbindingen, die nodig zijn voor de opbouw van het eigen organisme. Dit heet immobilisatie of vastlegging van stikstof. Meestal is de vastlegging tijdelijk en komt de stikstof later in het seizoen weer vrij in de bodemoplossing na mineralisatie van de micro-organismen. Stikstofverliezen. Uitspoeling van nitraat. De meeste minerale stikstof zit als nitraat in de bodem. Bij een neerslagoverschot kan nitraat uitspoelen en komt dan in het grondwater terecht. Aangezien nitraat de kwaliteit van het grondwater bedreigt, wordt dit als een ongewenst verlies gezien. Afspoeling van stikstof naar het oppervlaktewater. Stikstof kan ook afspoelen. Dit gebeurt op gronden die goed gedraineerd zijn. Denitrificatie. Stikstof, in de vorm van nitraat, kan in de bodem ook omgezet worden in stikstof (N2) en lachgas (N2O). Dit gebeurt onder zuurstofarme omstandigheden en wanneer organische verbindingen en nitraat in voldoende mate aanwezig zijn. Voor de verbranding van organisch materiaal is zuurstof nodig. Sommige micro-organismen kunnen voor hun ademhaling zuurstof uit NO3- halen. Nitraat wordt dan eerst omgezet in N2O en vervolgens in N2. In de praktijk betekent dit dat vooral op gronden met veel wateroverlast nitraat denitrificeert. 6/12
7 Ammoniakvervluchtiging. Ammoniakvervluchtiging uit de bodem treedt eigenlijk alleen op bij mesttoediening en bij beweiding. Indeling naar stikstofleverend vermogen en terugwinningspercentage. klasse korte omschrijving NLV terugwinning graslandareaal kg N/ha/j. (%) (%) 1. veengrond (goed) veengrond (slecht) humeuze zandgrond overige gronden Interpretatie van "Het verfijnde stikstofbemestingsadvies voor grasland" Met de uitgave van deze publicatie heeft het Ministerie van Landbouw een opmerkelijke eerste stap gezet in de invulling van het begrip DUURZAME LANDBOUW. Een verfijnd stikstofbemestingsadvies betekent letterlijk veel minder kunstmeststikstof gebruiken. Van 400 kg N per ha per jaar naar 275 kg N. Deze eerste stap is beslist niet de laatste! Wij willen Uw aandacht vestigen op onze visie van deze publicatie, omdat deze publicatie geschreven is voor voorlichters, docenten en mensen uit handel en industrie en dienstverlening. Wij vinden, dat de inhoud van deze publicatie voor de melkveehouder nog belangrijker is. Het Ministerie van Landbouw erkent dat er 23 jaar lang een oud en simpel stikstofbemestingsadvies is gehanteerd, hetgeen de boer door het strooien van een overmaat aan kunstmest veel geld heeft gekost. Er is een economisch omslagpunt, waarbij de meeropbrengst van een stikstofgift niet meer opweegt tegen de kosten van deze gift. Het belangrijkste uitgangspunt voor de melkveehouder zou niet een ruwvoeroverschot (kwantiteit) moeten zijn, doch een op de werkelijke behoefte afgestemde opbrengst (kwaliteit). Kwantiteit dient plaats te maken voor kwaliteit. Stikstof heeft een opbrengstverhogend en opbrengstvervroegend effect. Ook heeft stikstof een positief effect op de voederkwaliteit van het gras. Bij te hoge stikstofgiften nemen deze positieve effecten af, en kan de kwaliteit van het gras zelfs minder worden. Dit geldt met name voor de VEM-waarde en DVEgehalte (gering effect). Het OEB-gehalte wordt relatief sterk beïnvloed. In Nederland bepalen vooral de temperatuur en de straling (licht) de lengte van het groeiseizoen. Stikstofbemesting heeft ook nog enkele andere nadelen. Op den duur wordt de zode opener, waardoor onkruiden en slechte grassen meer ontwikkelingskansen krijgen. Stikstofgiften gegeven na 15 september verhogen de kans op vorstschade. Naast kunstmeststikstof en dierlijke mest is er nog sprake van stikstofaanvoer via overige aanvoerposten. Thans erkent men dat de bodem invloed heeft op de stikstofreactie van het gras. Er worden twee nieuwe begrippen geïntroduceerd, n.l. het stikstofleverend vermogen van de bodem en de stikstofterugwinning 7/12
8 in het gewas. Het Ministerie van Landbouw stelt in deze publicatie vast, dat de minerale stikstof in de bodemoplossing gedurende het groeiseizoen niet uitgeput raakt. Er is sprake van een continue stroom van stikstof door de bodem. Er vindt derhalve geen intering plaats op de voorraad stikstof in de bodem. Helaas heeft men geen rekening gehouden met de stikstofleverantie door klavers, omdat deze in de proefvelden niet voorkwamen. Het is een verheugend feit, dat de overheid de bodem weer als duurzaam kapitaal in de landbouw gaat zien en aandacht schenkt aan de processen, die zich in de bodem afspelen. Het kunstmestgebruik vertoont sinds l986 een dalende tendens en deze tendens zal zich verder voortzetten. Wij van Agriton vinden het belangrijk, dat ook de melkveehouder zich zal moeten interesseren voor deze opmerkelijke ontwikkelingen. De belangrijkste conclusie van Agriton t.a.v. de publicatie is dan ook: 1. het gebruik van dure kunstmeststoffen beperken! 2. het gratis stikstofleverend vermogen in Uw eigen bodem bevorderen! Effectief gebruik maken van Uw eigen bodem. In het verfijnde stikstofbemestingsadvies voor grasland wordt door de overheid gesteld, dat het stikstofleverend vermogen kan uiteenlopen van zoâ n 100 kg N/ha op arme, droge zandgronden tot ca 500 kg N/ha op redelijk goed ontwaterde veengronden. Op deze opname zou de boer volgens genoemd advies geen invloed hebben. Echter de boer kan de bodemeigenschappen van elke grondsoort verbeteren. Hoe? Door: 1. de gratis stikstof te benutten. 2. de ammoniak in de drijfmest niet te laten vervluchtigen, maar als organisch gebonden stikstof te behouden. 3. de bodemvruchtbaarheid te bevorderen 1. De gratis stikstof benutten. De lucht boven elk grasland bestaat voor 78% uit zuivere stikstof (N2). Wetenschappers berekenden dat de luchtkolom boven elke vierkante meter grasland ongeveer 8 ton stikstof bevat. Derhalve bevat de luchtkolom boven elke hectare grasland ton stikstof, een hoeveelheid die voor een miljoen jaar als plantenvoedingsstof voldoende is. Financieel is het voor de melkveehouder aantrekkelijker om de gratis stikstof te gebruiken dan het aankopen van stikstof. Dit blijkt uit de volgende opstelling: 8/12
9 Stikstof N in kg. per ha. Stikstof N in kg. per ha. stikstofbinders Azotobacter Kunstmeststikstof klavers Stikstofleverend vermogen bodemschimmels(flora) regenwormen Totaal De bodem zelf heeft aanmerkelijke voorraden stikstof in de vorm van verschillende organische verbindingen, voornamelijk in humus. Een humusrijke bodem met 4% organische stof (humus) bevat per hectare in de bovenste 15 cm kg organische stof. In de vakliteratuur stelt men dat humus ca 5% stikstof bevat. Derhalve bevat genoemde 90 ton 4500 kg organisch gebonden stikstof. Een dergelijke hoeveelheid stikstof betekent omgerekend naar bijvoorbeeld 27% KAS kg kunstmeststikstof. Geen boer zou het in zijn hoofd halen om zoâ n hoeveelheid kunstmest te strooien. De boer zou het financieel niet overleven en de plant kan het ook niet aan. Dit toont tevens aan dat de verzorging van de bodem met stikstof slechts via de natuurlijke weg mogelijk is. Dit vormt het grote verschil tussen kunstmeststikstof en een organische stikstof! Deze organisch gebonden stikstof heeft een natuurlijk levensproces ondergaan. Chemische stikstof daarentegen is een dode stof. De organisch gebonden stikstof wordt door de micro-organismen voor de plant toegankelijk gemaakt. Derhalve moet de boer zijn bodemleven voeden in plaats van de planten rechtstreeks. 2. De stikstof in de drijfmest. Bij de afbouw van drijfmest wordt de aanwezige ammoniak door zuurstofminnende bacteriën gedurende de eerste fase van de rijping zeer snel gebonden. Ammonium en nitraat worden in de vorm van schimmeleiwitten in het mycelium van de schimmels (actinomyceten) biologisch vastgelegd en dienen na de rijping de plant als langzaam stromende stikstofbron. Stikstofverliezen worden daardoor verregaand beperkt. Drijfmest kan ook rotten in plaats van rijpen en dan vinden er wel stikstofverliezen plaats. Het behandelen van drijfmest met Agri-Mest laat de drijfmest rijpen, waardoor de organisch gebonden stikstof met 20% toeneemt t.o.v. het landelijk gemiddelde. 3. Bevorderen van de bodemvruchtbaarheid. Een duurzame bodemvruchtbaarheid, zowel fysisch (structuur), chemisch (mineralenvoorziening), als biologisch (bodemleven) is het geheim van een succesvolle duurzame landbouw. Fysische bodemvruchtbaarheid: Voor een fysische bodemvruchtbaarheid zijn een goede water doorlatendheid, een goed vochthoudend vermogen, voldoende productie van koolzuurgas, een diepe beworteling, en zonder slempgevoeligheid onontbeerlijk. Het bevorderen van de zogenaamde kruimelstructuur is belangrijk hierbij. De bodem houdt vocht en voedingsstoffen vast en geeft deze geleidelijk af. Alleen bij een goede kruimelstructuur kan een gewas hier optimaal gebruik van maken. Chemische bodemvruchtbaarheid. Chemische bodemvruchtbaarheid heeft in de eerste plaats betrekking op de beschikbaarheid van mineralen. 25% van de bodem dient te bestaan uit water, 25% uit lucht, 5% uit humus en de overige 45% uit zuivere minerale delen. De minerale delen moeten, naast de hoofdvoedingsstoffen N, P, K, Ca 9/12
10 en Magnesium, ook bestaan uit spoorelementen, zoals mangaan, zink, koper, ijzer, aluminium, kobalt, molybdeen, vanadium, titanium, selenium, germanium, gallium plus vele anderen. Al deze elementen, behalve de stikstof komen van nature en in een juiste dosering alleen voor in de Bentoniet kleimineralen (200 kg per ha per jaar voor grasland). Indien humus een verbinding aan kan gaan met kleimineralen (niet te verwarren met kleideeltjes), dan ontstaat in de bodem het felbegeerde klei-humuskomplex. Een klei-humuskomplex vormt in de bodem het vermogen om voedingsstoffen te adsorberen (te binden). Zonder dit klei-humuskomplex spoelen zowel minerale als ook organische voedingsstoffen uit. Dit klei-humuskomplex dient dan als voedingsstoffenbuffer in de bodem. De wortels van de gewassen kunnen op basis van ionenwisseling naar believen voedingsstoffen uit deze voorraadbuffer onttrekken tegen uitwisseling van hun waterstofionen. De biologische bodemvruchtbaarheid. In een hand vol goede aarde komen meer micro-organismen voor dan er mensen op aarde zijn. Het bodemleven bestaat uit een bonte verzameling levende organismen, die organisch materiaal afbouwen en daarna opbouwen tot humusachtige stoffen; de voorlopers van duurzame humus. Tot het bodemleven behoren o.a. schimmels, bacteriën, actinomyceten, algen etc. Het leven van mens, dier en plant wordt door de bodem gevoed. Zonder een rijk bodemleven is een grond dood en fungeert dan alleen maar als een soort substraat. In een dergelijk substraat is geen bodemvruchtbaarheid. In zoâ n grond kan een plant zich niet gezond ontwikkelen. Ook alle geuren, kleuren en smaken worden door de bodem voortgebracht. Vandaar, dat een tomaat gekweekt op het substraat steenwol niet langer door onze oosterburen wordt gegeten. In de gangbare (conventionele) landbouw werden de aksenten gelegd op de fysisch-chemische eigenschappen van de bodem. De biologische aspecten werden als stiefkind behandeld. De geïntegreerde landbouw begint rekening te houden met de biologische processen in de bodem, getuige het verfijnde stikstofbemestingsadvies. Deze integratie van fysisch-chemische en biologische processen in de bodem leidt tot werkelijke duurzame landbouw. De bodem, het duurzame kapitaal in de landbouw. Sedert de vijftiger jaren heeft het NPK denken de land- en tuinbouw volledig beheerst. Men zou kunnen spreken van een chemie tijdperk. Gelukkig begint hier verandering in te komen. Tot voor kort adviseerde de Dienst Landbouw Voorlichting DLV 400 kg. zuivere N per hectare. De wetenschap erkent, dat tot 70% van alle kunstmeststoffen en ook van organische meststoffen uitspoelt Gewassen bemest met kunstmeststoffen bevatten tot 30% meer water dan organisch bemeste gewassen. Thans bedraagt de geadviseerde hoeveelheid 275 kg. per hectare. Was 400 kg. dan teveel? Is 275 kg. niet teveel? Kan men met nog minder toe? Het is dus zaak voor de boer om zelf in de onmiddellijke toekomst met betrekking tot duurzame landbouw, meer van de bodem en de bodemprocessen te weten. Kennis van bodemvruchtbaarheid is een eerste vereiste voor een duurzame bedrijfsvoering. Het leven van plant, dier en mens begint namelijk in de bodem. De duurzame bodemvruchtbaarheid wordt niet positief beïnvloed door kunstmeststoffen. Deze hebben een verzurende werking in de bodem. Ook de zure regen draagt bij tot een verlaging van de ph-waarde. Een te lage ph-waarde veroorzaakt bijvoorbeeld dat de magnesium 10/12
11 slecht opneembaar wordt voor de planten. Een tekort aan magnesium veroorzaakt kopziekte bij het melkvee. De bodem bemesten met enkel NPK, eventueel met een extra gift aan magnesium en kalk, verzorgt de bodem absoluut niet met de zo broodnodige spoorelementen Doordat de weilanden en akkers jarenlang chemisch zijn bemest, zijn deze bodems uitgeloogd. Spoorelementen beginnen te ontbreken. Ook via de oogsten worden er voortdurend spoorelementen aan de bodem onttrokken en deze worden niet aangevuld met alleen een NPK bemesting. Zelfs wanneer men zou proberen dit tekort op te heffen, dan nog is dit onmogelijk, omdat men de tientallen spoorelementen niet kan doseren. In oergesteentemeel, zoals in Bentoniet kleimineralen, komen alle spoorelementen wel voor in een natuurlijke evenwichtige verhouding. Al onze gronden zijn eens ontstaan door verwering van oergesteente. Dit oergesteente in de vorm van kolloidale deeltjes werd via de rivieren uiteindelijk naar ons land gebracht. In deze oergrond kwamen van nature alle spoorelementen voor. Deze spoorelementen zijn onontbeerlijk voor een duurzame bodemvruchtbaarheid en daardoor voor een gezonde plantengroei. Het toegankelijk maken van de mineralen uit het oergesteente vindt plaats door; verwering, ontsluiting door de bodemflora en fauna en door de mycorrhiza (het samenspel tussen de haarwortels van de planten en het bodemleven). Het melkvee kan de spoorelementen slechts opnemen via het gewas en niet in de vorm van voedingssupplementen. Dus waarom niet via de bodem, zoals de natuur het heeft bedoeld? "Staat de natuur in tegenspraak met de wetenschap, dan heeft de natuur altijd gelijk" (Justus von Liebig). De spoorelementen en hun invloed op de gezondheid. Welke spoorelementen, zijn naast de hoofdvoedingselementen NPK van belang voor de stofwisseling van de plant, dier en mens? Welke funkties oefenen deze uit? Om er maar enkele te noemen: magnesium, zink, koper, ijzer, aluminium, titanium, mangaan 1 calcium, natrium, zwavel, borium, chroom, jodium, cobalt, molybdeen, nikkel 1 silicium, selenium etc. Een teveel van of een tekort aan een enkel element, kan de totale minerale stofwisseling verstoren. De plant zal hierdoor gebreken gaan vertonen in haar ontwikkeling. De voor de planten noodzakelijke spoorelementen moeten niet alleen voorhanden zijn - en alle noodzakelijke elementen kennen wij nog lang niet - echter moeten ze ook in een heel bepaalde verhouding tot elkaar staan. Bovendien kunnen bepaalde spoorelementen elkaar tegenwerken, het zogenaamde antagonisme. Teneinde deze onderlinge tegenwerking te kunnen begrijpen volgen onderstaand enige voorbeelden: Hoge kali- en stikstofgiften veroorzaken kopergebrekverschijnselen. Te sterke kopertoevoer leidt tot mangaangebrek. Een teveel aan mangaan veroorzaakt een tekort aan magnesium. Hoge kalktoevoer kan de molybdeenopname overmatig verhogen. Een teveel aan calcium veroorzaakt in de darm een gebrek aan zink. Hoge fosfaatgiften werken de opname tegen van ijzer, koper en zink. Bekende gebrekverschijnselen zijn bijvoorbeeld bij het ontbreken van een bepaald spoorelement: Gebrek: Koper Mangaan kalium-magnesium calcium Cobalt veroorzaakt: onvruchtbaarheid, beenbreuken en verlammingsverschijnselen. voortijdig afkalveren. kopziekte. melkziekte-kalfziekte. onmisbaar bij de vorming van vit. B12. Deze lijst kan men met vele andere gebreken en oorzaken worden aangevuld. 11/12
12 Het bovenstaande maakt wel zeer duidelijk hoe gekompliceerd het thema spoorelementen is. Wij kunnen nu begrijpen waarom oergesteentemeel eigenlijk het soevereine middel is, om de bodem te voorzien van alle spoorelementen. De natuur maakt het ons wat dat betreft gemakkelijk. De verzorging van de bodem met spoorelementen. De kleimineralen zijn onmisbaar voor de vorming van het felbegeerde klei-humuskomplex. Het specifieke oppervlak van: kleimineralen is m2 per gram kleimineraal en dat van humus is m2 per gram humus. Derhalve kan een klei-humuskomplex enorme hoeveelheden vocht en voedingsstoffen adsorberen, dus binden. Op basis van de ionenwisseling kunnen de wortelhaartjes van de gewassen naar believen voedingsstoffen uit deze voorraadbuffer onttrekken tegen uitwisseling van hun waterstofionen, welke zij vanuit hun spijsverteringsstelsel afscheiden. Het gehalte aan humus in de bodem is een maatstaf voor de bodemvruchtbaarheid. De meest vruchtbare gronden bevatten tussen de 8-13% humus. Bekende voorbeelden waren: "De zwarte aarde" in de Oekraïne (Tsjernozem, met 10-12% humus), de Nijldelta in Egypte en de oorspronkelijke prairiegebieden in Amerika. Door een intensief gebruik van kunstmeststoffen is de vruchtbaarheid van deze gebieden sterk afgenomen. Een vruchtbare bodem bestaat niet zonder een klei-humuskomplex. Gronden welke door overmatige regenval dichtslempen en bij droge omstandigheden verkorsten en verstuiven zijn eigenlijk "dode" gronden. Een "levende" bodem kenmerkt zich door een grote biologische aktiviteit. Zo'n grond heeft een rijke bodemflora en -fauna. Dit bodemleven ontsluit de minerale stoffen uit het basalt oergesteentemeel en verhoogt de bodemvruchtbaarheid, met als resultaat een gewas rijk aan mineralen. Een dergelijk gewas zorgt voor een gezond veebestand. Duurzame landbouw is efficiënter dan gangbare Iandbouw. De boer moet weer boer worden en kiezen voor kwaliteit en duurzaamheid, d.w.z. gehoorzamen aan wetmatigheden van de natuur; in de reeks bodem - plant - dier - mens. De boer dient weer de "trots van Neerlands natie" te zijn en niet langer te worden uitgescholden als "milieucrimineel". Gebruik Uw gezonde boerenverstand en neem de proef op de som. Verdeel een weiland in twee delen. Geef respectievelijk aan het ene deel 200 kg. Bentoniet kleimineralen per hectare en aan het andere deel de bemesting zoals U dat altijd al deed. Uw koeien zullen U het antwoord geven. lnstinktief zullen zij de voorkeur geven aan het met spoorelementen bemeste deel. Uw koeien liegen niet! HOMEPAGE EMRO Nederland Agriton.com Meer informatie? info@agriton.nl Agriton, Molenstraat 10-1, 8391 AJ Noordwolde Fr. Tel: , Fax: , info@agriton.nl, /12
2.2 Grasland met klaver
2.2 Grasland met klaver Tot grasland met klaver wordt gerekend grasland met gemiddeld op jaarbasis meer dan 10 15 procent klaver. 2.2-1 2.2.1 Grasland met klaver: Kalk In deze paragraaf wordt alleen de
Nadere informatieGoede bemesting geeft gezonde planten
Goede bemesting geeft gezonde planten Door: HortiNova Opbouw van presentatie: Doel van gezonde bodem & plant Hoe groeit een plant? Hoe kan een plant ziek worden? Waarom moeten we bladgroen en wortels promoten
Nadere informatieWerken aan bodem is werken aan:
DE BODEM ONDER EEN VRUCHTBARE KRINGLOOP Van knelpunten naar maatregelen Sjoerd Roelofs DLV 06-20131200 Werken aan bodem is werken aan: 1. Organische stof 2. Bodemchemie 3. Waterhuishouding 4. Beworteling
Nadere informatieSamenstelling en eigenschappen
Samenstelling en eigenschappen Mest is onder te verdelen in kunstmest en natuurlijke mest. Natuurlijke mest is op zijn beurt weer onder te verdelen in mest van dierlijke herkomst en mest van plantaardige
Nadere informatieOpdrachten. Organische bemesting opdrachten 1
Opdrachten Organische bemesting opdrachten 1 Inleiding Je weet dat je melk moet drinken om voldoende calcium binnen te krijgen voor de opbouw van je botten. Calcium is dus een belangrijk element voor de
Nadere informatieBemesting Gras Hogere ruwvoeropbrengst
Bemesting Gras 2017 Hogere ruwvoeropbrengst oktober 2016 Top Flow entec fl voor in drijfmest Top Flow entec fl: hogere benutting stikstof uit drijfmest Plant N 2 O lachgas Organische stikstof Mineralisatie
Nadere informatieOrganisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar
17-1- Organisch (rest)materiaal als Bodemverbeteraar BODEM De Bodem Van Groot naar Klein tot zeer klein 2 1 17-1- Bodemprofiel Opbouw van de bodem Onaangeroerd = C Kleinste delen = 0 en A Poriënvolume
Nadere informatieBemesting kool en relatie tot trips.
Bemesting kool en relatie tot trips. Programma Nutri Growing concept Trips tabaci Bemesting kool Beheersing van trips in de teelt van kool. Bodemvruchtbaarheid Het vermogen van een bodem een gewas van
Nadere informatieBeredeneerde bemesting van een paardenweide
Beredeneerde bemesting van een paardenweide Gras is het voornaamste voedsel voor paarden. Gras verschaft de noodzakelijke voeding en het omvangrijke ruwvoer dat nodig is voor een goede spijsverteringsactiviteit
Nadere informatiemeststoffen voor meesterlijk grasland! groei door kennis
meststoffen voor meesterlijk grasland! groei door kennis Grasmaster De productie van ruwvoer op het eigen melkveehouderijbedrijf bepaalt in belangrijke mate het bedrijfsresultaat. Talloze onderzoeken bevestigen
Nadere informatieBemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen. Bemesting Blauwe Bessen
Behoefte gewas Verloop in seizoen Sporenelementen Invloed van ph Breedwerpig, fertigatie of controlled release meststoffen? Problemen in de praktijk Nieuw perceel: Grondanalyse voor bepaling P, K, Mg,
Nadere informatieVeel leesplezier! Bertus Stip, Hoveniersbedrijf Stip
Het bodemboek aanleg en onderhoud van de tuin Voorwoord De grond in de tuin, wat moeten we daar nu weer mee? Misschien heeft u zichzelf deze vraag wel eens gesteld. Wij van Hoveniersbedrijf Stip stellen
Nadere informatieAnalyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers
Analyse van N_min in de bodem van maïspercelen Vruchtbare Kringloop Achterhoek/Liemers Marleen Plomp en Gerjan Hilhorst (Wageningen Livestock Research) Maart 217 Inhoud 1. Inleiding... 2 2. Dataset...
Nadere informatieWeersinvloeden op oogst Actualiteiten Ruwvoerteelten. Weersinvloeden op oogst Weersinvloeden op oogst Januari.
Actualiteiten Ruwvoerteelten Mei Juni 1 Juli Juli Oktober Oktober 2 Oktober Oktober Terugblik 2015 & Vooruit kijken op 2016 3 Wat is mijn droge stof opbrengst? 1 e snede 4.000 31% 2 e snede 3.000 23% 3
Nadere informatieBemesting. Fosfaatgebruiksnormen. Mestwetgeving Wettelijk op maisland: 112 kg N/ha/jaar en bij hoge PW 50 kg P205/ha/jaar 1-2-2016.
Even Voorstellen Pascal Kleeven Akkerbouw/vollegrondgroentebedrijf Sinds1999 in dienst bij Vitelia-Agrocultuur Bemesting Wie teelt er maïs? Vragen Wie heeft er een mestmonster? Wie heeft er actuele grondmonsters?
Nadere informatieORGANISCHE STOF BEHEER
ORGANISCHE STOF BEHEER Weet wat je bodem eet! Anna Zwijnenburg van A tot Z landbouwadvies EVEN VOORSTELLEN Zelfstandig landbouwadviseur voor de akkerbouw/groenvoeder gewassen voor de thema s bodem, vruchtwisseling
Nadere informatieTips voor het uitvoeren van bemestingsproeven
Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen Tips voor het uitvoeren van bemestingsproeven Inleiding De CBGV baseert haar adviezen bij voorkeur op zoveel mogelijk proefresultaten. Resultaten moeten daarbij
Nadere informatieBeter stikstofadvies voor grasland op komst
Beter stikstofadvies voor grasland op komst Kees-Jan van Dam, Theun Vellinga Er komt een beter stikstofadvies voor grasland. De Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen heeft eind 1997 de contouren
Nadere informatie1 Voedingselementen Voedingselementen Zuurgraad Elektrische geleidbaarheid (EC) Afsluiting 14
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Voedingselementen 9 1.1 Voedingselementen 9 1.2 Zuurgraad 12 1.3 Elektrische geleidbaarheid (EC) 13 1.4 Afsluiting 14 2 Kunstmeststoffen 15 2.1 Indeling kunstmeststoffen
Nadere informatieNaar 95% benutting van N uit kunstmest. Herman de Boer Divisie Veehouderij, Animal Sciences Group (Wageningen UR), Lelystad
Naar 95% benutting van N uit kunstmest Herman de Boer Divisie Veehouderij, Animal Sciences Group (Wageningen UR), Lelystad Opbouw presentatie Hoezo 95% benutting? Waarom nieuw onderzoek aan vloeibare kunstmest?
Nadere informatieBodemkunde. Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1
Bodemkunde Datum: vrijdag 24 juni 2016 V 2.1. V3.1 V4.1 Bodems en hun eigenschappen 3 Bodems en hun eigenschappen Opdracht: - Zoek op wat het bodemprofiel is waar je zelf woont / werkt / stage loopt 4
Nadere informatieBijeenkomst PN DA. Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV
Bijeenkomst PN DA Jongenelen oktober 2013 Hans Smeets. Adviseur DLV plant BV Waarom een grondanalyse? Inzicht krijgen in de beschikbare voeding voor de plant; Hoofdelementen; Sporenelementen; ph van de
Nadere informatieNaar 95% benutting van N uit kunstmest Herman de Boer Divisie Veehouderij, Animal Sciences Group (Wageningen UR), Lelystad
Naar 95% benutting van N uit kunstmest Herman de Boer Divisie Veehouderij, Animal Sciences Group (Wageningen UR), Lelystad Opbouw presentatie Hoezo 95% benutting? Waarom nieuw onderzoek aan vloeibare kunstmest?
Nadere informatieFOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT. verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf
GROEN FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT verrijkt met borium organische meststof toepasbaar in derogatiebedrijf FOSFAATMESTSTOF VOOR MAÏS Maïs telen zonder fosfaatkunstmest
Nadere informatieaangepast snedeadvies = snedeadvies uit basistabel bij betreffende NLV x (geplande stikstofjaargift / stikstofjaargift uit basistabel).
2.1.2 Grasland zonder klaver: Stikstof Het stikstofbemestingsadvies wordt gestuurd door de stikstofjaargift en het stikstofleverend vermogen van de grond (NLV). De stikstofjaargift is de vooraf geplande
Nadere informatieFOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT
GROEN FOSFAAT NATUURLIJKE MAÏSMESTSTOF NATUURLIJK FOSFAAT NATUURLIJK FOSFAAT FOSFAATMESTSTOF VOOR MAIS Maïs telen zonder fosfaatkunstmest zorgt bij een laag fosfaatgehalte voor een lagere opbrengst en
Nadere informatie(Ver)ken je tuinbodem. Annemie Elsen Stan Deckers
(Ver)ken je tuinbodem Annemie Elsen Stan Deckers Tuinbodems in Vlaanderen ZUURTEGRAAD (ph) 2/3 tuinen = overbekalkt 3/4 gazons = overbekalkt voedingselementen minder beschikbaar voor planten nooit blindelings
Nadere informatieOm optimaal te groeien heeft een plant verschillende voedingsstoffen nodig:
Om optimaal te groeien heeft een plant verschillende voedingsstoffen nodig: Stikstof, voor de bovengrondse plantdelen en de vorming van eiwit Fosfaat, voor de wortelontwikkeling Kali, voor de sapstroom
Nadere informatieModule Plantenvoeding
Module Plantenvoeding Colofon Auteur Jan van den Langenberg, Helicon, Boxtel Redactie Marga Winnubst, Kristal Tekst- en communicatiebureau Beeld ARKA media BV, Beeldverwerving en beeldcreatie Resonans
Nadere informatieRE-gras. Bedrijfsspecifiek advies voor het sturen op ruw eiwit, grasopbrengst en stikstofbenutting
Soil for life RE-gras Bedrijfsspecifiek advies voor het sturen op ruw eiwit, grasopbrengst en stikstofbenutting Een project van het Nutriënten Management Instituut NMI in opdracht van het Productschap
Nadere informatieOpen teelten op zandgronden hebben meer tijd nodig om te voldoen aan nitraatrichtlijn
Resultaten Systeemonderzoek Vredepeel geven aan: Open teelten op zandgronden hebben meer tijd nodig om te voldoen aan nitraatrichtlijn BAVB workshop 11 februari 2014 Janjo de Haan Nieuw mestbeleid heeft
Nadere informatieBemestingsonderzoek Grasland voor paarden voorste deel Postbus 115
voorste deel Onderzoek Onderzoek-/ordernr: Datum monstername: Datum verslag: 110027/001746286 07-10-2010 22-10-2010 Monster genomen bij: A. Dierhouder 8822 XX ARUM Grondsoort: Bemonsterde laag: Monster
Nadere informatieNIEUW. De stikstofstabilisatie voor een verhoogde efficiëntie van stikstof in drijfmest
NIEUW De stikstofstabilisatie voor een verhoogde efficiëntie van stikstof in drijfmest Organische meststoffen efficiënte benutting van stikstof Stikstofbemesting is een elementair onderdeel van de moderne
Nadere informatieWaarom wormencompost? Presentatie op 3 juli 2019 In het kader van de O-genledenexcursies
Waarom wormencompost? Presentatie op 3 juli 2019 In het kader van de O-genledenexcursies De huidige inefficiënte benutting van stikstof proces Verlies% Bij de toediening aan het gewas 60% Bij de consumptie
Nadere informatieStructuur tot de bodem uitgezocht. Gjalt Jan Feersma Hoekstra Christiaan Bondt
Structuur tot de bodem uitgezocht Gjalt Jan Feersma Hoekstra Christiaan Bondt Betere Benutting Bodem Mineralisatie NLV Temperatuursom Betere Benutting Bodem Fosfaat (P2O5) Koude grond= traag bodemleven.
Nadere informatieGroenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek
Groenbedekkers houden grond en mineralen op het perceel en uit de beek Bram Van Nevel Bram.van.nevel@inagro.be 051/27.33.47 Waarom groenbedekkers? 1. Restnitraat 2. Verhogen bodemvruchtbaarheid 3. Verlagen
Nadere informatieHoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen
Hoe maak je een bemestingsplan binnen de gebruiksnormen Natuur en Landschap Pleasure green Milieu Tonnis van Dijk Nutriënten Management Instituut NMI 3 november 2011 Beperkingen in bemesting Europese regelgeving:
Nadere informatieHet gebruik van gips in de fruitteelt
Het gebruik van gips in de fruitteelt Inleiding Als voedingselement zorgt calcium voor stevige, lang houdbare vruchten. Calcium speelt daarnaast ook een belangrijke rol bij bodemstructuur en -vruchtbaarheid.
Nadere informatieGrip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses
Grip op voeding Plantsapme*ngen vs wateranalyses Landelijke Glasgroente dag De toekomst van de tuinbouw Sjoerd Smits, HortiNova Joan Timmermans NovaCropControl Even voorstellen Sinds 003 bezig met plantsapmengen
Nadere informatieEM Onderzoek op blijvend grasland
/9/3 EM Onderzoek op blijvend grasland HOMEPAGE EMRO Nederland Agriton.com EM Onderzoek op blijvend grasland Wageningen, februari 999 EMRO Nederland Dr. Ir. M.G.M. Bruggenwert EM onderzoek op grasland.
Nadere informatieLaag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel
Laag bodemoverschot deelnemers Vruchtbare Kringloop Overijssel Gerjan Hilhorst (WLR De Marke) In het project Vruchtbare Kringloop Overijssel hebben 220 bedrijven in 2014 een gemiddeld bodemoverschot van
Nadere informatieDe toegevoegde waarde van Ammonium in Kalksalpeter
De toegevoegde waarde van Ammonium in Kalksalpeter Water en kooldioxide zijn qua hoeveelheid de belangrijkste bouwstoffen voor planten. Van andere voedingsstoffen hebben ze minder nodig, al zijn die wel
Nadere informatieMesdag Zuivelfonds NLTO
Onderwerpen Mesdagfonds Actuele thema s die keuze vragen Onderzoek uitspoeling stikstof (WUR) Onderzoek vastlegging CO2 (AEQUATOR) Conclusie en aanbevelingen Mesdag Zuivelfonds NLTO Ontstaan: fonds kwaliteit
Nadere informatieWachten op geschikte bodemtemperatuur voor mesttoediening kost opbrengst!
FEBRUARI 2019 Wachten op geschikte bodemtemperatuur voor mesttoediening kost opbrengst! Hoge opbrengst en N-benutting is mogelijk bij bemesting beneden 5 graden Wim Bussink Elk jaar is de vraag: wanneer
Nadere informatieWAT U MOET WETEN OVER STIKSTOF VRAGEN EN ANTWOORDEN
WAT U MOET WETEN OVER STIKSTOF VRAGEN EN ANTWOORDEN Masterplan Mineralenmanagement Meer met minder stikstof De vraagstukken rondom de voedselzekerheid voor een groeiende wereldbevolking en de afnemende
Nadere informatieKop Bemesting maïs 2015
Kop Lopende tekst Bemesting maïs 2015 Lopende RE: 72 tekst P: 2 Behoefte gewas: Onttrekking mineralen Gr/kg ds Gemiddelde maïskuilanalyses BLGG 2010 t/m 2014 Gr/kg ds K: 10,8 Gr/kg ds S: 1 Gr/kg ds Mg:
Nadere informatieBemestingsonderzoek Grasland voor paarden voor de sloot
Bemestingsonderzoek Grasland voor paarden voor de sloot Uw klantnummer: 5001382 Postbus 170 NL- 6700 AD Wageningen T +31 (0)88 876 1010 E klantenservice@blgg.agroxpertus.com I blgg.agroxpertus.nl T monstername:
Nadere informatieAmmoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf
Ammoniakreductie, een zaak van het gehele bedrijf Pilotveehouder Henk van Dijk Proeftuinadviseur Gerrit de Lange Countus Accountants Proeftuin Natura 2000 Overijssel wordt mede mogelijk gemaakt door: 8
Nadere informatieThema 4: Een gezonde bodem
Thema 4: Een gezonde bodem Bodemanalyse en de gezonde plant Emile Bezemer Eurofins Agro Minder chemie met steenmeel Bert Carpay Carpay Advies 25 september 2018 ConGRAS 1 Bodemanalyse en gezonde grasplant!
Nadere informatieZwavel als oorzaak van problemen? dr. Guillaume Counotte
Zwavel als oorzaak van problemen? dr. Guillaume Counotte Verslag van onderzoek naar mogelijke relatie tussen het opbrengen van baggerslib op percelen, gehalten van elementen in gras dat groeit op die percelen
Nadere informatieONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT
ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT Naam: Klas: Datum: 1 Situering van het biotoop Plaats: Type water: vijver / meer / ven / moeras/ rivier / kanaal / poel / beek / sloot / bron Omgeving: woonkern / landbouwgebied
Nadere informatieHendrix UTD Agro Jaarrond bemesting. Programma: Kringloop Bodem Jaarbemesting Grasland
Jaar Rondbemesting Hendrix UTD Agro Jaarrond bemesting Programma: Kringloop Bodem Jaarbemesting Grasland Kringloop Dicht drukken KHK khk - Ca khk - Mg khk - Mg Ca Ca khk Mg khk - Mg khk - Mg Ca Ca khk
Nadere informatieREgras. Bedrijfsspecifiek advies voor het sturen op ruweiwit, grasopbrengst en stikstofbenutting
REgras Bedrijfsspecifiek advies voor het sturen op ruweiwit, grasopbrengst en stikstofbenutting Een project van het Nutriënten Management Instituut NMI in opdracht van het Productschap voor de Zuivel.
Nadere informatieOrganische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman. Saalland Advies 1
Organische stof: daar draait het om! Gouden Grond 26 januari 2018 Wim Stegeman Saalland Advies 1 Wat ga ik vertellen? Wie ben ik? Wat is het? Eigen stappen Tips Vragen Saalland Advies 2 Introductie Akkerbouwbedrijf
Nadere informatieDuurzame landbouw door bodemschimmels
Duurzame landbouw door bodemschimmels Omdat er in natuurgebieden over het algemeen veel bodemschimmels leven, wordt vaak gedacht dat de aanwezigheid van schimmels in een akker of in grasland een kenmerk
Nadere informatieLivestock Research Kwaliteit gras gedurende het jaar. Kwaliteit gras groeiperiode. 7 Graskwaliteit door het jaar Verloop voederwaarde
7 Graskwaliteit door het jaar Verloop voederwaarde Kwaliteit gras gedurende het jaar 1050 1040 1030 1020 1010 1000 990 980 970 960 950 apr mei jun juni aug sept 85,0 84,0 83,0 82,0 81,0 80,0 79,0 VEM VC-os
Nadere informatie7 Bemesting. 7.1 Bemesting met organische mest. 7.2 Mineralenverlies. 7.3 Mineralenbalans per perceel
7 Bemesting De biologische landbouw is milieuvriendelijk omdat ze geen gebruik maakt van bestrijdingsmiddelen en kunstmest. De bemesting wordt uitgevoerd met organische mest. Het probleem dat hierbij optreedt
Nadere informatie2.1.6 Grasland zonder klaver: Natrium
2.1.6 Grasland zonder klaver: Natrium Het natriumadvies voor grasland is niet gericht op verhoging van de opbrengst, maar wordt uitsluitend gegeven met het oog op de gezondheidstoestand van het rundvee
Nadere informatieInvloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans. Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan Heverlee
Invloed van ph op de N-mineralisatie Jan Bries, Stijn Moermans Bodemkundige Dienst van België W. de Croylaan 48 3001 Heverlee www.bdb.be ph in relatie tot N ph beïnvloedt opneembaarheid nutriënten te zuur
Nadere informatieBemesting actueel en uitdagingen toekomst. Piet Riemersma Specialist ruwvoer
Bemesting actueel en uitdagingen toekomst Piet Riemersma Specialist ruwvoer 1 Stikstof in de lucht (N 2 ) Verliezen Denitrificerende bacteriën Rhizobium bacterie Assimilatie Stikstof fixatie door bacteriën
Nadere informatieWeidemengsels Informatie en productenoverzicht
Weidemengsels 2019 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels Het wordt voor de veehouder steeds belangrijker om zo veel mogelijk ruwvoer zelf te telen. Lagere voerkosten zorgen voor een beter rendement.
Nadere informatieBegeleidingscommissie Bodem Vredepeel. 15 december 2015 Janjo de Haan, Harry Verstegen, Marc Kroonen
Begeleidingscommissie Bodem Vredepeel 15 december 2015 Janjo de Haan, Harry Verstegen, Marc Kroonen Programma Mededelingen Eerste resultaten 2015 Teeltseizoen 2015 Opbrengsten Eerste resultaten uitspoelingsmetingen
Nadere informatieDe bodem onder de kringloop Hou rekening met organische stof
Nutriënten Management Instituut B.V. Postbus 250, 6700 AG Wageningen T: 088 8761280 E: nmi@nmi-agro.nl I: www.nmi-agro.nl De bodem onder de kringloop Hou rekening met organische stof Marjoleine Hanegraaf
Nadere informatieBEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS. Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016
BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Albert-Jan Bos Dinsdag 22 november 2016 BEMESTINGSPROEVEN NETWERK MICROVERGISTERS Opbrengstproeven De Marke en Den Eelder 2015 en 2016 Meting NH 3 emissie De Marke
Nadere informatieKennismiddagen 2017
Kennismiddagen 2017 1 Licentieverlenging voor competentie - teelt - Let bij wisselen van pasje op uw inloggegevens (oude pasnr. is inlog!!) ALGEMEEN 2 Brengplicht veiligheidsbladen Leveranciers zijn volgens
Nadere informatieOntzorgen van de Rundveehouder. Loonbedrijf V.O.F. de Schalm Kennes Balans B.V.
Ontzorgen van de Rundveehouder Loonbedrijf V.O.F. de Schalm Kennes Balans B.V. Aanleiding ontwikkelen van nieuwe dienst Groei van melkveebedrijven; Melkveebedrijven ervaren knelpunten op gebied van arbeid,
Nadere informatieStrategieën voor graslandbemesting
Strategieën voor graslandbemesting Auteurs An Schellekens Joos Latré In samenwerking met Luc Van Dijck 7/04/2014 www.lcvvzw.be 2 / 8 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave... 3 Inleiding... 5 Effecten van soort van
Nadere informatieMycorrhiza. Test met Micosat
Mycorrhiza Mycorrhiza een micro-organisme dat in de bodem samen met schimmels en bacteriën zorgt voor een optimaal bodemleven. Micosat Seeds (het product dat in de test is gebruikt) bestaat uit een selecte
Nadere informatieProgramma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit
Programma: Studiemiddag Klein- en Steenfruit 1) Geïntegreerde gewasbescherming 2014 2) Selectieve gewasbescherming d.m.v. foggen 3) Mogelijkheden biologische bestrijding 4) Waarschuwings- en adviessystemen
Nadere informatieDe bodem is de basis voor gewasbescherming!
De bodem is de basis voor gewasbescherming! www.tenbrinkebv.nl Agenda Bemestingsproeven bloembollen. Bodemvruchtbaarheid Flevoland in gevaar. Verschillen tussen kavels binnen de Noordoostpolder. Grond
Nadere informatiePlantenvoeding Waarom is dat nodig? En waar dienen de elementen voor?
Plantenvoeding Waarom is dat nodig? En waar dienen de elementen voor? uinbouwkundig Ingenieur Hans van der Staak Bronnen: VG Weser Ems, Bad Zwischenahn (D) PPO Boskoop (NL) Scotts International (NL) Basis
Nadere informatieBeproeving mineralenconcentraten en spuiwater in diverse gewassen. Praktijkonderzoek Plant & Omgeving. Inhoud
Beproeving mineralenconcentraten en spuiwater in diverse gewassen Resultaten uit onderzoek PPO en andere WUR-instituten Willem van Geel, PPO-AGV, 8-11-2012, Bergeijk Praktijkonderzoek Plant & Omgeving
Nadere informatieNotitie Bemestingswaarde van digestaten
1 Notitie Bemestingswaarde van digestaten J.J. Schröder (lid LTO-Commissie Bemesting Grasland en Voedergewassen) Wageningen, 25 oktober 2016 Digestaat is een algemene benaming voor meststoffen afkomstig
Nadere informatieZWAVEL (= S) : STEEDS BELANGRIJKER IN DE BEMESTING
ZWAVEL (= S) : STEEDS BELANGRIJKER IN DE BEMESTING Door het terugdringen van zwavelhoudende brandstoffen en de verbeterde zuivering van rookgassen, is de zwaveldepositie uit de atmosfeer sterk verminderd.
Nadere informatieStikstofbemesting en stikstofbehoefte van granen: hoe op elkaar afstemmen?
Stikstofbemesting en stikstofbehoefte van granen: hoe op elkaar afstemmen? Piet Ver Elst, Jan Bries, Bodemkundige Dienst van België De Bodemkundige Dienst van België voert jaarlijks een groot aantal analyses
Nadere informatieGezonde koeien en vruchtbare bodems met stro in de box
Gezonde koeien en vruchtbare bodems met stro in de box Stro is een perfect materiaal als strooisel voor in de ligboxen van onze koeien. Het is zacht en droog voor het melkvee, het zorgt voor een toename
Nadere informatieFysische eigenschappen
Fysische eigenschappen Fysische bodemkengetallen - structuur - - Hoe snel is de grond te berijden - Hoe snel verslempt de grond - Hoe groot is de doorwortelbaarheid - Storende laag/ploegzool - Watervasthoudend
Nadere informatieLevende Grond; Voedsel Gezond! Stichting Wervel. De Zonnekouter. Machelen-aan-de-Leie 29 november 2014
Levende Grond; Voedsel Gezond! Stichting Wervel De Zonnekouter Machelen-aan-de-Leie 29 november 2014 De De boer boer de de dokter dokter van van de de toekomst toekomst?? De boer de dokter van de toekomst?
Nadere informatieOptimale groei met medewerking van bodem, bodembiologie en bemesting. Wilma Windhorst Boomteeltcursus Vlamings BV
Optimale groei met medewerking van bodem, bodembiologie en bemesting Wilma Windhorst Boomteeltcursus Vlamings BV 130116 Schimmelziekten algemeen Chemisch systeem: brandjes blussen Ziekte vinden middel
Nadere informatieExamenopgaven VMBO-KB 2003
Examenopgaven VMBO-KB 2003 tijdvak 1 maandag woensdag 199 mei 13.30 09.00-15.00 11.00 uur LANDBOUW EN NATUURLIJKE OMGEVING PLANTENTEELT CSE KB Het examen Landbouw en natuurlijke omgeving CSE KB bestaat
Nadere informatieMAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN!
MAISTEELT 2019: DE SUCCESFACTOREN! In deze editie aandacht voor: Vernietigen en verkleinen vanggewas ph Organische stof: compost Kali bemesting Onderzaai Raskeuze Organisatie maisteelt Een plant groeit
Nadere informatieKringloopWijzer. Johan Temmink
KringloopWijzer Johan Temmink 1 Juli 2013: Sectorplan koersvast richting 2020 Melkveehouderij: Zuivelplan (NZO, LTO) Technische invulling binnen milieurandvoorwaarden KringloopWijzer centraal Film KringloopWijzer
Nadere informatieWeidemengsels 2016 Informatie en productenoverzicht
Weidemengsels 2016 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels Mengselwijzer Kies het juiste weidemengsel Na de afschaffing van het melkquotum is het voor de veehouder nog belangrijker geworden om goed
Nadere informatieWeidemengsels 2017 Informatie en productenoverzicht
Weidemengsels 2017 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels Voor de veehouder wordt het steeds belangrijker om zo veel mogelijk ruwvoer zelf te telen. De lagere melkprijs van het afgelopen jaar heeft
Nadere informatieVraag & Antwoord -PHYSIOMAX en PHYSIOMAG-
Vraag & Antwoord -PHYSIOMAX en - Samenstelling Wat zijn de bestanddelen in Physiomag? - Jonge zeekalk van mariene oorsprong met Biostimulant Physio aangevuld met magnesium. 34% CaO Calciumoxide totaal
Nadere informatieDUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER. 16 mei 2019
DUURZAME BEMESTING EN DUURZAAM BODEMBEHEER 16 mei 2019 Banken van een druivenserre met Krilium. De man rechts is Pieter Michiels, serrist uit Eizer Overijze (januari 1957) (Foto uit het archief BDB) Bodemstaalname
Nadere informatieTOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt.
TOLALG14SPZ_BM07: (Blad)bemestingsproef in najaarsspinazie voor industriële verwerking met voorteelt erwt. Doel Rekening houdende met N-vrijstelling/immobilisatie uit oogstresten van de voorteelt gedeeltelijk
Nadere informatieHet Wortelrapport 2017 De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels
De effecten van de toepassing van mycorrhiza, schimmels en bacteriën op de groei van wortels November 2017 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 De proef... 4 Producten... 4 Proefopzet... 5 Metingen... 5 Resultaten...
Nadere informatie25 jaar biologische teelt op zandgrond: waar staan we nu?
25 jaar biologische teelt op zandgrond: waar staan we nu? Resultaten van systeemonderzoek Bodemkwaliteit op Zand van WUR proeflocatie Vredepeel 24 januari 2019, Janjo de Haan, Marie Wesselink, Harry Verstegen
Nadere informatieKLW KLW. Meer ruwvoer lucratiever dan meer melk? Jaap Gielen, Specialist melkveehouderij 15/22 februari Ruwvoerproductie en economie!
Meer ruwvoer lucratiever dan meer melk!? Jaap Gielen, Specialist melkveehouderij 15/22 februari 2017 Meer ruwvoer lucratiever dan meer melk? Ruwvoerproductie en economie! KLW Actualiteit: Managementinstrument
Nadere informatieBiostimulerend middel voor de rhizosfeer Haal het maximale uit de wortel. explorer 21
Biostimulerend middel voor de rhizosfeer Haal het maximale uit de wortel 21 Begin bij het inzaaien Een succesvolle maïsteelt wordt voorbereid vanaf het vroegste stadium. Daarbij gaat het erom vroegtijdig
Nadere informatieBodemkwaliteit op zand
Bodemkwaliteit op zand 2011-2016 Resultaten gangbare en biologische bedrijfssystemen rond opbrengsten, bodemkwaliteit, bemesting en uitspoeling Themamiddag Bemesting Akkerbouw, Putten, 30 november 2017
Nadere informatieBrochure en poster bemesting
Brochure en poster bemesting Lore Schoeters 1 Bemesting Wat gebeurt er met meststoffen in de bodem? Hoe kan ik de nutriënten die in de bodem zitten optimaal gebruiken? Hoe kan ik ervoor zorgen dat de uitspoeling
Nadere informatie1 Gewassen en hun afwijkingen Kennismaking met de plant Afwijkingen in de teelt Afsluiting 24
Inhoud Voorwoord 5 Inleiding 6 1 Gewassen en hun afwijkingen 9 1.1 Kennismaking met de plant 10 1.2 Afwijkingen in de teelt 17 1.3 Afsluiting 24 2 Afwijkingen voorkomen en bestrijdingsmethoden 25 2.1 Niet-parasitaire
Nadere informatieEen mooie tuin? Bemest! Top 5 vragen en antwoorden over bemesting! + 5 tips van onze specialist
Een mooie tuin? Bemest! Top 5 vragen en antwoorden over bemesting! + 5 tips van onze specialist Inhoudsopgave 1 Waarom is bemesten zo belangrijk? p5 Hoe vaak moet ik eigenlijk bemesten? p6 4 3 Wat is het
Nadere informatieWeidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht
Weidemengsels 2018 Informatie en productenoverzicht Weidemengsels De fosfaatrechten zijn een feit, daardoor komen er minder melkkoeien per ha. Het belang voor een maximaal rendement wordt steeds belangrijker
Nadere informatieBodem en bemesting Basis voor plantgezondheid Wilma Windhorst, VHG docentendag
Bodem en bemesting Basis voor plantgezondheid Wilma Windhorst, VHG docentendag 5-10-2017 Groeifactoren Klimaat Gewasbesch. biologisch Plantversterkers Gewasbesch. chemisch Bemesting Plantmateriaal Klimaat
Nadere informatieEvenredig korten over alle sneden De eerste en tweede snede volgens advies bemesten en de overige sneden extra korten
2.1.2 Grasland zonder klaver: Stikstof Het stikstofbemestingsadvies wordt gestuurd door de stikstofjaargift en het stikstofleverend vermogen van de grond (NLV). De stikstofjaargift is de vooraf geplande
Nadere informatieklaver melkveebedrijf Groene van motor De groene motor van het melkveebedrijf
De groene motor van het melkveebedrijf Door Minas neemt het gebruik van kunstmeststikstof af en komt het gebruik van klaver als groene motor achter de Gras & graslandproductie steeds meer in beeld. Deze
Nadere informatieMaiszaden. Samen naar een optimaal rendement. www.cavdenham.nl
Samen naar een optimaal rendement www.cavdenham.nl Maisteelt 2015 Ook voor het maisjaar 2015 hebben de rundveespecialisten van CAV Den Ham weer een keus gemaakt uit het grote aanbod van maisrassen in Nederland.
Nadere informatie