Dr. F. PORTAELS I.T.G. - Mycobacteriologie Nationalestraat, Antwerpen Tel. : 03/ Fax : 03/
|
|
- Ferdinand Eilander
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Referentielaboratorium - Antwerpen Gegevens van het Referentielaboratorium Dr. F. PORTAELS I.T.G. - Mycobacteriologie Nationalestraat, Antwerpen Tel. : 03/ Fax : 03/ portaels@itg.be Onderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding De volgende analyses werden uitgevoerd : op klinische monsters : microscopisch onderzoek kweek op vaste voedingsbodems (Löwenstein-Jensen, Ogawa en Stonebrink) identificatie van de gedetecteerde mycobacteriën tot op species niveau met behulp van moleculaire identificatie (sequentiebepaling 16S rrna gen) PCR-analyses : deze analyses laten toe de aanwezigheid van mycobacteriën vast te stellen, en het Mycobacterium tuberculosis complex te identificeren op basis van het 16S rrna gen eventueel gevoeligheidsbepaling aan rifampicine van de gedetecteerde mycobacteriën met behulp van PCR en sequencing van het rpob gen. op positieve kweken : identificatie van de gedetecteerde mycobacteriën tot op species niveau met behulp van moleculaire identificatie (sequentiebepaling 16S rrna gen) eventueel gevoeligheidsbepaling van de gedetecteerde mycobacteriën. Dit gebeurde ofwel via de proportiemethode gebruikt en werden de volgende antibiotica getest : eerstelijns op LJ-medium : isoniazide (0,2 en 1 µg/ml), ethambutol (2 µg/ml), rifampicin (40 µg/ml) en streptomycine (4 µg/ml) tweedelijns 7H11 agar (enkel voor MDR-TB) : ofloxacine (4 µg/ml), kanamycine (6 µg/ml), ethionamide (10 µg/ml) en capreomycine (10 µg/ml). ofwel via de MGIT-SIRE kit in het BACTEC-MGIT 960 toestel. aantal monsters ontvangen voor analyse in 2005 Aantal : 382 toegestuurde klinische monsters 187 toegestuurde positieve kweken Geografische oorsprong : zij waren afkomstig van 19 verschillende laboratoria verspreid over Vlaanderen. Zestig procent van de culturen voor eerste analyse waren afkomstig van 3 laboratoria (St. Augustinus Veurne n=49; OLV Aalst n=21; UZA n=17). Voor sommige patiënten werd meer dan één monster ontvangen. In tabel 1 wordt een verdeling weergegeven van de monsters volgens de aard van de analyse en het bekomen resultaat. Een aantal monsters werden gestuurd voor kwaliteitscontrole van gevoeligheidsbepalingen, terwijl de meerderheid gestuurd werd voor een eerste analyse (diagnose of gevoeligheidsbepaling en identificatie). Tabel 1 : totaal aantal stalen voor analyse verstuurd naar Instituut voor Tropische Geneeskunde, Antwerpen in 2005 gerangschikt volgens de aard van de analyse en het bekomen resultaat Kweken Klinische monsters Verschillende Verschillende patiënten patiënten Eerste analyse NTM Negatief Uitgezonderd Subtotaal Confirmatie Kwaliteitscontrole DNA-fingerprinting myco_a_t1 1
2 Referentielaboratorium - Antwerpen Identificatie van de positieve monsters in 2005 Aantal : De 382 klinische monsters waren afkomstig van 315 verschillende patiënten. 6 monsters (van 6 verschillende patiënten) werden positief in cultuur (3 MTB en 3 NTM) Van de 187 toegestuurde isolaten waren er 143 bedoeld voor een eerste diagnose. Deze laatste waren afkomstig van 131 verschillende patiënten. 89 ervan werden geïdentificeerd als mycobacteriën (52 MTB en 37 NTM). Het aandeel gecontamineerde culturen die werden toegestuurd nam aanzienlijk toe het voorbije jaar : 5.8% (6/103) in 2004 tegenover 14.9% (28/187) in Dit heeft wellicht te maken met de strengere veiligheidsvoorschriften opgelegd aan de perifere laboratoria waardoor een eerste confirmatie met microscopie niet meer mogelijk is voor positieve culturen. St. Augustinus Veurne : 25/49 culturen gecontamineerd Eeuwfeestkliniek Antwerpen : 2/9 culturen gecontamineerd AZ Zottegem : 1/5 culturen gecontamineerd In tabel 2 wordt een overzicht gegeven van de geïdentificeerde monsters. Het gaat hier enkel om Mycobacterium species isolaten die werden toegestuurd uit perifere laboratoria of geïsoleerd werden uit klinische monsters in het referentielaboratorium voor een eerste identificatie. Isolaten toegestuurd voor kwaliteitscontrole van de identificatie werden niet meegerekend. Het merendeel van de gekarakteriseerde isolaten (of %) behoren tot het -complex, gevolgd door het -complex (6/63 of 9.5%) en (5/63 of 7.9%). In figuur 1 wordt een evolutie weergegeven van het totaal aantal geïdentificeerde mycobacteriën van Belgische oorsprong in het referentielabotorium over de laatste 6 jaar. Daarbij zien we dat de verhouding van atypische (NTM, of niet-tuberculeuze mycobacteriën) tegenover tuberculose vrij constant blijft. Tabel 2 : geïdentificeerd in klinische monsters en toegestuurde kweken in 2005, gerangschikt per oorsprong en identificatie. Monsters voor kwaliteitscontrole en DNA-fingerprinting werden niet ingesloten. Per patiënt werd slechts één monster meegerekend. aantal patiënten Niet-mycobacterien Negatief M. szulgae M. peregegrinum Klinische Monsters Expectoraties Urine Biopsieën Etter / wisser Sperma Faeces Andere Subtotaal Kweken Expectoraties Bronchiale aspiraties Etter Peritoneaal vocht 0 Urine 2 2 Onbepaalde oorsrong Subtotaal myco_a_t2 2
3 Referentielaboratorium - Antwerpen Figuur 1 : totaal aantal mycobacteriën geïdentificeerd in 2000, 2001, 2002, 2003, 2004 en 2005 N % NTM 59% -complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum 3 N % 28% NTM complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum 2 N % 39% NTM complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum 1 2 3
4 Referentielaboratorium - Antwerpen N % 27% NTM complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum N % 33% 2004 NTM -complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum 1 N % 43% NTM complex M. frederiksbergense M. hassiacum M. nebraski M. necaurum M. peregrinum M. scrofulaceum 4
5 Referentielaboratorium - Antwerpen Gevoeligheidstest 1. In 2005 werd -complex geïdentificeerd bij 55 verschillende patiënten. De gevoeligheidstest werd uitgevoerd voor alle isolaten behalve 1 cultuur die overwoekerd was door een bijbesmetter en die enkel met PCR als kon worden geïdentificeerd. Aantal patiënten gevoelig voor H (isoniazide), R (rifampicine) en E (ethambutol) en S (streptomycine) : 44 mono-resistent tegen S : 3 mono-resistent tegen H : 2 mono-resistent tegen E : 1 resistant tegen H, E en S : 1 multi-resistent (HR) : 2 multi-resistent (HRE) : 1 2. Atypische mycobacteriën of NTM De gevoeligheidstest is uitgevoerd voor 10 patiënten met de volgende mycobacteriën : 3, 1, 1 M. fortuitum, 1, 1 en 2. De resistentieprofielen waren wisselend, maar de meerderheid vertoonde resistentie aan de courante anti-tb middelen. Diagnose per moleculaire biologie op klinische monsters In 2005 zagen we een stabilisatie van de aanvragen voor opsporing van mycobacteriën of -complex door PCR in klinische monsters. Drieentwintig procent van de onderzochte monsters was positief. Details staan weergegeven in tabel 3. Tabel 3 : Detectie van mycobacterieel DNA in klinische monsters ontvangen in 2005 PCR (16S rdna gen) 1 Monster Aantal Negatief Specifiek voor Specifiek voor PCR Sequencing - genus complex Mycobacterium Sputum Gevoelig Wisser Huidbiopsie Etter Lumbaal vocht Andere Gevoelig Rifampicine resistentie bepaling (rpob gen) 1 Niet-gecommercialiseerde testen vervaardigd in het Laboratorium van Mycobacteriologie van het ITG myco_a_t3 5
6 Gegevens van het Referentielaboratorium Dr. Ap. M. DUFAUX WIV - Dpt Pasteur Mycobacterïen Engelandstraat, Brussel Tel. : 02/ Fax : 02/ Mfauville@pasteur.be Onderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het WIV-Dpt Pasteur, Dienst Tuberculose en. Inleiding De volgende analyses werden uitgevoerd : Op klinische monsters microscopisch onderzoek PCR, op uitdrukkelijk verzoek (opsporing van door een PCR die een fragment van het insertie-element IS6110 amplificeert of door Amplicor MTB; opsporing van een mycobacterie door een PCR die een fragment van het gen coderend voor het antigen 85 amplificeert) uitvoeren van een kweek op specifieke voedingsbodems (vloeibare Bactec MGIT of Bactec 12B en vaste Löwenstein- Jensen) identificatie van de positieve kweken (zie hieronder) gevoeligheidstests (zie onderstaande positieve kweken). Op positieve culturen identificatie, door moleculaire biologie (specifieke PCR van verschillende mycobacteriële species, amplificatie van een fragment van het gen coderend voor 16S rrna of voor hsp65, gevolgd door een sequentieanalyse, Inno-Lipa- Mycobacteriatest, PCR aan de hand waarvan het complex kan worden ontleed) gevoeligheidstest voor - in Bactec MGIT 960 of in Bactec 460TB (vloeibare voedingsbodems) voor de eerstelijnstuberculostatica, met name isoniazide (I), rifampicine (R), ethambutol (E). Pyrazinamide (PZA) werd niet getest omdat het resultaat van de invitrotest niet overeenstemt met de activiteit van de in-vivo-pza - door de proportiemethode van Canetti (vaste voedingsbodem) voor de tweedelijnstuberculostatica en in geval van resistentie tegen eerstelijnstuberculostatica - door de methode Bactec 460TB voor bepaalde tweedelijnsantituberculostatica - door de test Inno-Lipa-Rif-TB of door een sequentieanalyse van een regio van 81 pb van het gen rpob om de resistentie tegen rifampicine na te gaan - door PCR om de mutatie S315T in het gen katg en de mutatie C-15T op te sporen in de regio die bevorderlijk is voor gen inha om de resistentie tegen isoniazide na te gaan gevoeligheidstests op atypische mycobacteriën, alleen wanneer het klinische geval dit rechtvaardigt (proportiemethode van Canetti in vaste voedingsbodem) genotypering van, in geval van resistentie tegen eerstelijnstuberculostatica, in geval van een vermoeden van een epidemie of laboratoriumbesmetting of op uitdrukkelijk verzoek (technieken : spoligotyping, MIRU-VNTR op 12 of 22 loci en RFLP op IS6110). Stalen ontvangen voor analyse in 2005 Aantal: stalen 1148 culturen Geografische oorsprong : zij waren afkomstig van 104 verschillende laboratoria in het land, verspreid over Brussel, Wallonië en Vlaanderen. Geïdentificeerde mycobacteriën van klinische oorsprong Aantal : 1068 [471 (44%) -complexen en 597 (56%) atypische mycobacteriën of NTM] De verschillende mycobacteriën geïdentificeerd in klinische monsters en kweken worden in figuur 1 en tabel 1 vermeld. Het detail van de identificaties per type klinisch staal wordt in tabel 2 weergegeven (enerzijds voor de kweken en anderzijds voor de monsters). In tabel 3 staan de verschillende mycobacteriële species die sinds 1998 jaarlijks worden geïdentificeerd. 1
7 Figuur 1 : : stalen voor analyse verstuurd naar het Pasteur Instituut van Brussel (2005) 1926 stalen 1148 culturen 778 klinische stalen M. Tuberculosis Complex * NTM Andere Negatieve stallen Besmetting Verwijderde stallen 8 28 Alleen door PCR geanalyseerd 164 * M. tub. voor KC 10 * NTM = Non Tuberculous Mycobacteria; KC = Kwaliteitscontrole Gevoeligheidstests 1. In 2005 werd (complex ) geïdentificeerd op 471 klinische stalen van 380 verschillende patiënten. De gevoeligheidstest werd uitgevoerd voor 343 patiënten (op één klinisch isolaat voor 324 patiënten en op meerdere isolaten voor 19 patiënten). Er is geen antibiogram uitgevoerd wanneer de stam is geïsoleerd in een laboratorium dat zelf de gevoeligheidstests uitvoert. Aantal patiënten gevoelig voor I (isoniazide), R (rifampicine) en E (ethambutol) : 311 (90,6%) Alleen gevoelig voor I : 21 (6,1%) Multiresistent (I+R+E) : 11 (3,2%) Alleen resistent tegen R : 0 Een mutatie in rpob is aangetroffen in alle isolaten resistent tegen rifampicine; een mutatie in katg is aangetroffen bij 91% van de multiresistente isolaten. Onder de monoresistente isolaten resistent tegen isoniazide is de mutatie S315T in katg aangetroffen bij 47,6% van de isolaten, de mutatie C-15T in inha bij 14,3% van de isolaten en de 2 simultane mutaties bij 4,8% van de stammen. De 33,3% van de overblijvende isolaten hadden de gezochte mutatie niet in deze 2 genen. 2. Atypische mycobacteriën of NTM De gevoeligheidstest werd uitgevoerd voor 124 patiënten besmet met de volgende mycobacteriën : 59 intracellulare, 25, 21, 2 M. malmoense, 8, 3, 1, 1 M. scrofulaceum, 2 -abscessus, 2 - peregrinum. Moleculaire diagnose van het klinische staal De opsporing van door PCR in het klinische staal werd aangevraagd voor 508 monsters waarvan er slechts 83 (16%) positief waren. 344 monsters werden tezelfdertijd door PCR en kweek geanalyseerd. Onder hen bevatten er 38 (11%) amplificatie-inhibitoren, waardoor de PCR-resultaten slechts konden worden vergeleken met die van de cultuur van 306 stalen (274 [90%] die door het rechtstreekse onderzoek negatief waren bevonden en 32 [10%] positief). De gevoeligheid van de specifieke PCR van het complex (Amplicor TB test de Roche) in vergelijking met de kweek (systeem Bactec MGIT van Becton-Dickinson), berekend voor de 306 stalen, bedroeg 92% (45/49) terwijl de specificiteit 96% (247/257) bereikte. De gevoeligheid van de PCR in vergelijking met de kweek, berekend voor de 32 positieve stalen op het rechtstreekse onderzoek, bedroeg 100% met een specificiteit van 83% terwijl de gevoeligheid berekend voor de 247 stalen met een negatieve microscopie slechts 86% bedroeg, met een specificiteit van 97% (tabel 4). Genotypering van de tuberculosebacillen In ons laboratorium worden drie genotyperingstechnieken gebruikt om de genetische afdruk van de tuberculosebacillen te bepalen : spoligotyping en MIRU-VNTR (Mycobacterial Interspersed Repetitive Unit - Variable Number Tandem Repeat) in eerste instantie en zo nodig IS6110-RFLP om clusters van stammen met een identiek profiel na de twee andere technieken van elkaar te onderscheiden. Genotypering biedt de gelegenheid om de wijze van besmetting van tuberculose na te gaan 2
8 (bevestiging van intrafamiliale of naburige besmettingen, micro-epidemies, opsporing van kruisbesmettingen in laboratoria tussen twee stalen waarop tezelfdertijd een techniek wordt toegepast). Dankzij deze techniek kan ook humane tuberculose ten gevolge van worden onderscheiden van klassieke tuberculose ten gevolge van. Systematische genotypering van alle isolaties in de Brusselse regio (beurs van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest) (314 isolaties waarvan het genotype in 2005 is bepaald) heeft aangetoond dat de stammen die in Brussel in omloop zijn allerlei types kunnen vertonen, het Bejingtype inbegrepen (in hoge mate pathogeen). Bij patiënten van allochtone oorsprong (79% van de tuberculosepatiënten in Brussel), kon een verband worden gelegd tussen het genotype van de besmettende stam en het stamtype in omloop in hun land van oorsprong, wat laat vermoeden dat zij in hun eigen land werden besmet. Bovendien werden clusters van 2 à 39 stammen aangetoond, in het bijzonder onder Belgen en inwoners, met een besmettingspercentage van actieve tuberculose van 20% in de hoofdstad van Europa. Een doeltreffende controle van tuberculose is hier bijgevolg onontbeerlijk. Opmerkingen De nationale gegevens over het aantal gevallen van tuberculose in België en het aantal multiresistente patiënten worden verzameld en verspreid door FARES-VRGT. In ons laboratorium is het aantal gevallen van tuberculose resistent tegen isoniazide en van multiresistente tuberculose vergelijkbaar met dat van Het aantal kweken verstuurd voor identificatie die geen mycobacteriën bevatten maar een contaminerend microörganisme, is hoog (13%), toegeschreven aan de toepassing van nieuwe veiligheidsnormen, waarbij het verboden is om buiten laboratorium L3 flesjes van positieve culturen te openen, al was het maar om een uitstrijkje te nemen voor een microscopisch onderzoek. De toename van het aantal vloeibare kweken (81%) die voor identificatie werden ingediend in vergelijking met kweken op een vaste voedingsbodem werd bevestigd. Het percentage mycobacteriën dat als besmettelijk wordt beschouwd en is geïdentificeerd in vloeibare kweken ligt hoger dan dat van contaminanten geïdentificeerd in kweken op een vaste voedingsbodem. De meest geïsoleerde speciës van NTM waren net zoals voorgaande jaren en (niet pathogeen) gevolgd door het complex -intracellulare. Wat de NTM betreft weten wij niet hoeveel onder hen werkelijk aan de oorsprong liggen van een ziekte omdat wij niet over klinische gegevens van de patiënten beschikken. Terwijl, geïsoleerd uit stalen van respiratoire oorsprong in het algemeen als pathogeen kan worden beschouwd, is dit verre van het geval voor, -fortuitum en zelfs -intracellulare. De 23 M. anthracenicum geïdentificeerd in 2005 waren allemaal afkomstig van hetzelfde laboratorium en waren dus contaminanten van de kweken. Het kweken van de klinische stalen in een vloeibaar milieu (Bactec 460TB, Bactec 9000, Bactec MGIT, MB/Bact enz.), evenals de identificatie van de positieve kweken door heel specifieke technieken van moleculaire biologie (zoals de sequentieanalyse van de hypervariabele sequentieregio van het 16S rdna of het gen hsp 65) hebben de identificatie mogelijk gemaakt van atypische mycobacteriën die niet konden worden geïdentificeerd vóór 1999 (tabel 3). Wat betreft de diagnose van tuberculose door PCR op DNA dat rechtstreeks afkomstig is van de klinische staal, naast de aanwezigheid van amplificatieremmers in 11% van de geanalyseerde stalen, bedroeg de gevoeligheid van de PCR in vergelijking met de kweek 92% met een specificiteit van 96% (tabel 4). De gevoeligheid van de PCR was veel beter in 2005 dan in 2004, wat het gevolg is van een betere selectie, door de laboratoria (op ons verzoek), van de stalen verstuurd voor dit soort analyse. De cultuur blijft toch de onmisbare gouden standaard voor de diagnose van tuberculose. 3
9 Tabel 1 : : identificatie van culturen uit klinische monsters (2005) Kweken Klin. monsters TUBCPX BK 1 1 BK + atypische mycobacterië 1 1 Pathogeen M. africanum ,1% M. BCG patiënten M. BCG TUBCPX NTM Potentieel pathogeen Niet pathogeen M. scrofulaceum/paraff ,3% 4,2% 4 4 M. interjectum 5 5 M. lentiflavum 7 7 M. malmoense 4 4 M. haemophilum ,0% 25,0% /abscessus cpx M. immunogen 1 1 /peregrinum M. anthracenicum ,2% 3,9% M. bohemicum 2 2 M. branderi ,4% 24,0% M. intermedium M. nebraskense 1 1 M. phlei NTM ,3% 23,8% 56 5,2% 9,4% ,9% myco_b_t1 4
10 Tabel 2 : : species geïdentificeerd op het Pasteur Instituut van Brussel (2005) Tuberculosis complex BK BK + atyp. mycobact. M. africanum BCG BCG + M. scrofulaceum/paraff. M. interjectum M. lentiflavum M. malmoense M. haemophilum /abscessus cpx M. immunogen M. fort./pegegrinum M. anthracenicum M. bohemicum M. branderi M. intermedium M. nebraskense M. phlei Corynebact/Nocardia Contaminatie Negatieve monsters Uitgezonderd monsters kweken Alleen PCR klinische monsters Sputum Bronchiale aspiraties Broncho-alv. vocht Maagvocht Pleuraalvocht Peric. periton. vocht 2 2 Cerebrospinaal vocht 2 2 Gewrichtsvocht Biopsieën organen Huidbiopsieën Klieren Etter Abces Urine Anderen Onbepaald KC + Stammen ref kweken Sputum Bronchiale aspiraties Broncho-alv. vocht Maagvocht Pleuraalvocht Peric. periton. vocht 1 1 Cerebrospinaal vocht Gewrichtsvocht 5 5 Biopsieën organen Huidbiopsieën Klieren Etter Abces 1 1 Urine 5 5 DNA van biopsies Anderen Onbepaald klin. monsters monsters myco_b_t2 5
11 Tabel 3 : : species geïdentificeerd op het Pasteur Instituut van Brussel ( ) Complex Complex Mengeling M. tub. 3 2 Mengeling M. tub. M. fort. 1 Mengeling M. tub. 6 1 Mengeling M. tub. 1 Mengeling M. tub. 2 Mengeling M. tub. M. lentiflavum 1 1 Mengeling M. tub. 1 Mengeling M. tub. + atypisch M. africanum BCG Mengeling BCG + 1 Opportunistische atypische M. Intracellulare M. bohemicum Complex abscessus-chelonae-fortuitum Complex -abscessus 32 Complex -peregrinum 21 M. genavense 1 M. haemophilum M. heckeshornense 2 M. immunogen M. interjectum M. intermedium Mengeling M. kans. 1 Mengeling M. kans. M. gord. 1 M. lentiflavum M. malmoense M. novocastrense 2 2 M. paraffinicum 5 8 M. peregrinum M. scrofulaceum Mengeling M. scrof. M. gord. 1 M. senegalense 1 1 M. shimoidei M. szulgaï Mengeling M. xen. M. gord Niet of zeer zelden M. agri 1 1 pathogeen M. alvei M. anthracenicum 23 3 M. branderi 2 M. duvalli 1 1 M. elephantis 1 M. gadium 1 1 M. gilvum M. hiberniae M. holsaticum 1 M. negraskense 1 M. neoaurum M. phlei M. ratisbonense M. sphagni M. triplex 1 M. triviale 1 Andere bacterie myco_b_t3 6
12 Tabel 4 : : gevoeligheid en specificiteit van PCR in vergelijking met kweek, op 303 monsters geanalyseerd door 2 methoden Gevoeligheid Specificiteit 32 positief rechtstreeks onderzoek 100,0% 20 / 20 83,3% 10 / negatief rechtstreeks onderzoek 86,2% 25 / 29 96,7% 237 / geanalyseerde monsters 91,8% 45 / 49 96,1% 247 / 257 myco_b_t4 344 stalen werden met de 2 methodes geanalyseerd maar 38 (11%) ervan bevatten amplificatie-inhibitoren. 7
Onderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding
Referentielaboratorium - Antwerpen Onderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding De volgende analyses werden uitgevoerd
Nadere informatieOnderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het WIV-Dpt Pasteur, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.
Gegevens van het Referentielaboratorium Dr. Ap. M. DUFAUX WIV - Dpt Pasteur Mycobacterïen Engelandstraat, 642 1180 Brussel Tel. : 02/373.32.10 Fax : 02/373.32.81 E-mail : Mfauville@pasteur.be Onderstaande
Nadere informatieOnderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut in Brussel, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.
Referentielaboratorium Brussel Onderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut in Brussel, Dienst Tuberculose en. Inleiding De volgende analyses werden uitgevoerd
Nadere informatieOnderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding
Onderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding De volgende analyses werden uitgevoerd: op klinische monsters: microscopisch
Nadere informatieOnderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut van Brussel, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.
Referentielaboratorium - Brussel Onderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het Pasteur Instituut van Brussel, Dienst Tuberculose en. Inleiding De volgende analyses werden
Nadere informatieOnderstaande gegevens zijn afkomstig van het referentielaboratorium van het WIV-Dpt Pasteur, Dienst Tuberculose en Mycobacteriën.
Referentielaboratorium - Brussel Gegevens van het referentielaboratorium Dr. Ap. M. DUFAUX WIV - Dpt Pasteur Engelandstraat 642 1180 Brussel Tel.: 02/373.32.10 Fax: 02/373.32.81 E-mail: : Mfauville@wiv-isp.be
Nadere informatieDr. F. PORTAELS I.T.G. - Mycobacteriologie Nationalestraat, 155 2000 Antwerpen Tel. : 03/247.63.17 Fax : 03/247.63.33 E-mail : portaels@itg.
Referentielaboratorium - Antwerpen Coördinaten van het Referentielaboratorium Dr. F. PORTAELS I.T.G. - Mycobacteriologie ationalestraat, 155 2 Antwerpen Tel. : 3/247.63.17 Fax : 3/247.63.33 E-mail : portaels@itg.be
Nadere informatieTel.: Fax:
Coördinaten van het referentiecentrum Dr. Ap. M. FAUVILLE-DUFAUX Dr. V. MATHYS WIV-ISP Engelandstraat 642 1180 Brussel Tel.: 02 373 32 10 Fax: 02 373 32 81 E-mail: Maryse.fauville@wiv-isp.be Vanessa.mathys@wiv-isp.be
Nadere informatieTel.: Fax:
Coördinaten van het referentiecentrum Dr. Ap. M. FAUVILLE-DUFAUX Dr. V. MATHYS WIV-ISP Engelandstraat 642 1180 Brussel Tel.: 02 373 32 10 Fax: 02 373 32 81 E-mail: Maryse.fauville@wiv-isp.be Vanessa.mathys@wiv-isp.be
Nadere informatieOnderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen).
Referentielaboratorium Antwerpen Mycobacteriën Onderstaande gegevens tonen het activiteitenverslag van het referentielaboratorium in Antwerpen (I.T.G - Antwerpen). Inleiding De volgende analyses werden
Nadere informatieNationaal Referentiecentrum Mycobacteriën en Tuberculose Jaarrapport 2017 Vanessa Mathys
Nationaal Referentiecentrum Mycobacteriën en Tuberculose Jaarrapport 2017 Vanessa Mathys De voorgestelde data zijn afkomstig van de Operationele Directie Infectious Diseases in Humans van Sciensano, Dienst
Nadere informatieRapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2014 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatieRapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2017 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatie1. Deelnemers. 2. Stalen
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2010 Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief pyrazinamide (PZA). Identificatie
Nadere informatieRapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2015 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatieRapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Sciensano
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2018 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatie1. Deelnemers. 2. Stalen
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2013 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatie1. Deelnemers. 2. Stalen
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2009 Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief pyrazinamide (PZA). Identificatie
Nadere informatie1. Deelnemers. 2. Stalen
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2012 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatieRapport opgesteld door Vanessa MATHYS, Bernard CHINA en Kris VERNELEN, Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2016 Identificatie van Mycobacteriën Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief
Nadere informatie1. Deelnemers. 2. Stalen
Externe kwaliteitsevaluatie in Microbiologie 2011 Gevoeligheidsbepaling van Mycobacterium tuberculosis complex isoniazide (INH), rifampicine (RMP), ethambutol (EMB) en facultatief pyrazinamide (PZA). Identificatie
Nadere informatieResultaten vragenlijst Mycobacteriën
FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN GLOBAAL RAPPORT
Nadere informatieDe toegevoegde waarde van rpob sequencing voor de identificatie van non-tuberculeuze mycobacteriën
De toegevoegde waarde van rpob sequencing voor de identificatie van non-tuberculeuze mycobacteriën Rina de Zwaan 1, Jakko van Ingen 2, en Dick van Soolingen 1,2# 1 Nationaal Referentie Laboratorium voor
Nadere informatieTransmissie van MDR/XDR-TB in de Europese Unie. Jessica de Beer RIVM
Transmissie van MDR/XDR-TB in de Europese Unie Jessica de Beer RIVM 1 Outline Moleculaire typering; Waarom?? Techniek Cluster analyse Laboratorium flow Beijing genotype Europese MDR/XDR-TB surveillance
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2011 Referentiecentrum voor Listeria monocytogenes. Straat: Wytsmanstraat 14
ationaal Referentiecentrum Coördinator referentiecentrum Rapportering voor het jaar 11 Referentiecentrum voor monocytogenes. amen: Dr. Bertrand Sophie en Dr. Mattheus Wesley Tel: /64 5 8 of /64 5 89 Instelling:
Nadere informatieNRC Bordetella pertussis: verslag van het Nationaal Referentiecentrum voor het jaar 2012.
NRC Bordetella pertussis: verslag van het Nationaal Referentiecentrum voor het jaar 2012. Inleiding In 2012 bevestigden de twee laboratoria van het Nationaal Referentie Centrum Bordetella pertussis een
Nadere informatieFEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID
FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID 26 JANUARI 2009. - Koninklijk besluit tot wijziging van het artikel 24, 1, van de bijlage bij het koninklijk besluit van 14 september 1984 tot vaststelling van
Nadere informatieHet gevaar van tuberculose
Het gevaar van tuberculose Tbc. s Werelds dodelijkste infectieziekte. Een ziekte die voornamelijk de longen aantast en jaarlijks meer dan 10 miljoen slachtoffers maakt. Waarvan 1,7 miljoen dodelijke. Tbc
Nadere informatieTuberculose Kernpunten 2015 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb
Tuberculose Kernpunten 2015 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb In 2015 werden 867 tbc-patiënten gemeld aan het NTR (814 in 2014). De incidentie in 2015 was 5,1 per 100.000 inwoners. Van de
Nadere informatieStreptococcus pneumoniae
Referentielaboratorium Gegevens van het Referentielaboratorium Dr. J. VERHAEGEN U.Z. - Leuven - Microbiologie Herestraat, 49 3000 Leuven Tel. : 016/34.70.73 Fax : 016/34.79.31 E-mail : Jan.verhaegen@uz.kuleuven.ac.be
Nadere informatieHaemophilus influenzae
Rapport 2011 Referentiecentrum voor DEDISTE Anne Tel: 02 535 45 31 Laboratorium Hallepoort Fax: 02 535 46 56 Hoogstraat 322 E-mail: haemophilus@stpierre-bru.be 1000 Brussel 1. Overzicht van de activiteiten:
Nadere informatieTuberculose Kerncijfers 2016
Tuberculose Kerncijfers 216 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb In 216 werden 889 tbc-patiënten gemeld aan het NTR (861 in 215). Dit is een toename van 3% ten opzichte van 215. De incidentie
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.
Coördinator referentiecentrum Naam: N. Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2016 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel
Nadere informatieTuberculose Kernpunten 2014 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb In 2014 werden 823 tbc-patiënten gemeld aan het NTR (in ).
Tuberculose Kernpunten 2014 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb In 2014 werden 823 tbc-patiënten gemeld aan het NTR (in 2013 844). De incidentie in 2014 was 4,9 per 100.000 inwoners. Van de
Nadere informatieStreptococcus pneumoniae
Het surveillanceprogramma werd tot en met mei 1993 door twee referentielaboratoria waargenomen. Sinds januari 1994 is alleen nog het Universitair Ziekenhuis Gasthuisberg te Leuven nationaal referentielaboratorium
Nadere informatieTarievenlijst Microbiologische onderzoekingen
RIVM Centrum Infectieziekteonderzoek Diagnostiek en Screening A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl Tarievenlijst
Nadere informatieTarievenlijst Microbiologische onderzoeken
Centrum Infectieziekteonderzoek Diagnostiek en laboratorium Surveillance A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl
Nadere informatieINHOUDSTAFEL LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN
INHOUDSTAFEL 1. Deelname 2 2. Enterobacter aerogenes 3 3. Multiresistente Enterobacter aerogenes (MREA) 4 3.1. Definitie van MREA 4 3.2. Aantal MREA-stammen per ziekenhuis 4 3.3. Resistentiecijfer 4 3.4.
Nadere informatieDetectie van M. tuberculosis met moleculaire technieken
Detectie van M. tuberculosis met moleculaire technieken Een klinisch perspectief Onno Akkerman, longarts Tuberculosecentrum Beatrixoord, Haren Moleculaire diagnostiek van M. tuberculosis Waarom een clinicus
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.
Coördinator referentiecentrum Naam: N.Botteldoorn Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Rapportering voor het jaar 2014 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. Instelling: WIV Straat: J. Wijtsmanstraat Stad: Brussel
Nadere informatieStreptococcus pneumoniae
Het surveillanceprogramma werd tot en met mei 1993 door twee referentielaboratoria waargenomen. Sinds januari 1994 is alleen nog het Universitair Ziekenhuis van de K.U. Leuven nationaal referentielaboratorium
Nadere informatieNRC Bordetella pertussis: verslag van het Nationaal Referentiecentrum voor het jaar 2013.
NRC Bordetella pertussis: verslag van het Nationaal Referentiecentrum voor het jaar 2013. Inleiding In 2013 bevestigden de twee laboratoria van het Nationaal Referentie Centrum Bordetella pertussis een
Nadere informatieFR 7,2 / Tuberculose kan eender wie treffen maar komt vaker voor bij mensen uit landen met een hoge incidentie. Incidentie /100.
TUBERCULOSE in België Dankzij de verplichte melding van alle gevallen van actieve tuberculose kunnen de VRGT (Vlaamse Vereniging voor Respiratoire Gezondheidszorg en Tuberculosebestrijding) en de FARES
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2011 Referentiecentrum voor Salmonella en Shigella. Instelling: WIV-ISP Straat: Wytsmanstraat 14 Stad: 1050 Brussels
Rapportering voor het jaar 2011 Referentiecentrum voor en Shigella Coördinator referentiecentrum Namen: Dr. Bertrand Sophie en Dr. Mattheus Wesley Tel: 02/642 50 82 of 02/642 50 89 Instelling: WIV-ISP
Nadere informatieSurveillance van Yersinia enterocolitica en Yersinia pseudotuberculosis in België
Surveillance van Yersinia enterocolitica en Yersinia pseudotuberculosis in België Verslag werkjaar 2014 Twee universitaire microbiologische laboratoria fungeren in België als referentiecentra voor Yersinia
Nadere informatieTUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2017
/ TB register VL TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2017 Analyse van de in 2017 gemelde tuberculosepatiënten Tuberculose in Vlaanderen in 2017 1/17 Inhoudstafel 1 Inleiding 3 2 Methodologie 3 3 Incidentie, aantal
Nadere informatieAminoglycosiden. Gegevens van het Referentielaboratorium. Analysen verricht in het kader van het referentiecentrum. Referentielaboratorium
Gegevens van het Dr. R. VANHOOF W.I.V. - Dpt Pasteur - Antibiotica Engelandstraat, 642 1180 Brussel Tel. : 02/373.32.61 Fax : 02/373.32.78 E-mail : Rvanhoof@pasteur.be Het referentielaboratorium verantwoordelijk
Nadere informatieKarakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2014)
Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2014) V. César (CRA-W) Samenvatting Het Waals onderzoekscentrum voor de landbouw onderzoekt sinds 1999 de populaties van de aardappelplaag.
Nadere informatieRAC scholingsmiddag. Diagnostiek in de tuberculosebestrijding. Margreet Kamphorst-Roemer RTC. RAC scholingsmiddag 29 september 2014
RAC scholingsmiddag Diagnostiek in de tuberculosebestrijding Margreet Kamphorst-Roemer RTC RAC scholingsmiddag 29 september 2014 Inhoud 1. Inleiding 2. Diagnostiek in de tuberculosebestrijding 3. Financiering
Nadere informatieTuberculose bij mens en dier. Ineke van Haeften van der Schee longarts
Ineke van Haeften van der Schee longarts Welke bacteriën zijn er? Mycobacterium tuberculosis-complex Mycobacterium Tuberculosis Mycobacterium Africanum Mycobacterium Cannettii Mycobacterium Microti Mycobacterium
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2012 Referentiecentrum voor NOROVIRUS.
Coördinator referentiecentrum Rapportering voor het jaar 2012 Referentiecentrum voor NOROVIRUS. N.Botteldoorn WIV-ISP J. Wytsmanstraat Brussel Tel 02 642 51 83 Fax: 02 642 52 40 Email: Nadine.Botteldoorn@wivisp.be
Nadere informatieSURVEILLANCE VAN MULTIRESISTENTE ENTEROBACTER AEROGENES (MREA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN
SURVEILLANCE VAN MULTIRESISTENTE ENTEROBACTER AEROGENES (MREA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN WIV Contactpersoon: Mevr. Béatrice JANS Tel: /.57.3 - Fax: /.5.1 - E-mail: bea.jans@iph.fgov.be Eerste surveillancerapport:
Nadere informatieRibotype BR027 zet de langzame daling van zijn incidentie voort terwijl andere ribotypes zoals BR014, BR020, BR002 en BR078 in grote mate toenemen.
Surveillance van diarree geassocieerd met Clostridium difficile in de Belgische ziekenhuizen: resultaten van de nationale surveillance in 2012. Rapport van het referentiecentrum. M. Delmée, V. Avesani,
Nadere informatieAdaptation and evolution of drug-resistant Mycobacterium tuberculosis Bergval, Indra
UvA-DARE (Digital Academic Repository) Adaptation and evolution of drug-resistant Mycobacterium tuberculosis Bergval, Indra Link to publication Citation for published version (APA): Bergval, I. L. (2013).
Nadere informatieStamtyperingen Dr. Thierry De Baere
H.-Hartziekenhuis Roeselare - Menen vzw Wilgenstraat 2-8800 Roeselare Stamtyperingen Dr. Thierry De Baere Bacteriële stam-typering : wat? = opsporen van verschillen op stam-niveau tussen verschillende
Nadere informatieRapportering voor het jaar 2018 Referentiecentrum voor Clostridium botulinum en Clostridium perfringens.
Rapportering voor het jaar 2018 Referentiecentrum voor Clostridium botulinum en Clostridium perfringens. Coördinator Referentiecentrum Oonagh Paerewijck Tom Van Nieuwenhuysen Sciensano 14, J. Wytsmanstraat
Nadere informatieLCI-richtlijn tuberculose
LCI-richtlijn tuberculose 3. Diagnostiek (met medewerking van de NVMM) 3.1 Microbiologische diagnostiek Bij de bespreking van de diagnostiek moet een onderscheid worden gemaakt tussen: de diagnostiek van
Nadere informatieTransmissie M.Bovis op de boerderij
Transmissie M.Bovis op de boerderij C.J. (Kees) van der Loo Met medewerking van: R. van Altena G. de Vries A. van der Zanden Volkskrant 13 maart 2013 Zoönosen Ziekten die kunnen overgaan van dier mens
Nadere informatieJaar N Jaar N. Leeftijdsgroep < 1 j. 0 1 j. - 4 j j j j j j j j j. 96 > 65 j.
Referentielaboratorium Brussel Inleiding De resultaten in de onderstaande tabel zijn gebaseerd op patiënten van wie : een staal naar het referentielaboratorium is verstuurd (U.C.L. - Brussel) voor diagnose;
Nadere informatieJaar N Jaar N. Leeftijdsgroep < 1 j. 0 1 j. - 4 j. 4 5 j j j j j j j j. 88 > 65 j.
Referentielaboratorium Brussel Inleiding De resultaten in de onderstaande tabel zijn gebaseerd op patiënten van wie : een staal naar het referentielaboratorium is verstuurd (U.C.L. - Brussel) voor diagnose;
Nadere informatieAFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS
Laboratorium Klinische Biologie 1. Materiaal AFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS E-swab met roze schroefdop (Flocked swab met 1 ml vloeibaar AMIES transportmedium) Steriele polypropyleen
Nadere informatieTUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2015
/ rapport TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2015 Analyse van de in 2015 gemelde gevallen 24.01.2017 Tuberculose in Vlaanderen in 2015 1/16 Inhoudstafel 1 Inleiding 3 2 Methodologie 3 3 Incidentie, aantal en
Nadere informatieTUBERCULOSE IN VLAANDEREN. Analyse van de in 2013 gemelde gevallen
TUBERCULOSE IN VLAANDEREN Analyse van de in 2013 gemelde gevallen Kristien Janssens Dr. Wouter Arrazola de Oñate Dr. Annemie Forier 1 Methodologie In het Vlaams Gewest moet elk geval van tuberculose wettelijk
Nadere informatieSamenvatting van de evaluatie van het Nationaal Referentie Centrum voor invasieve Groep A Streptokokken
Samenvatting van de evaluatie van het Nationaal Referentie Centrum voor invasieve Groep A Streptokokken 1. Participatiegraad: Allereerst willen we u bedanken voor de tijd die u hebt besteed aan het invullen
Nadere informatieINHOUDSTAFEL. Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren Deelname Resistentiecijfers Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA 5
Surveillance van MRSA in de Belgische ziekenhuizen: eerste semester INHOUDSTAFEL Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren 1 1. Deelname. Resistentiecijfers. Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA.
Nadere informatieTUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2016
/ TB register VL eren TUBERCULOSE IN VLAANDEREN IN 2016 Analyse van de in 2016 gemelde gevallen Tuberculose in Vlaanderen in 2016 1/18 Inhoudstafel 1 Inleiding 3 2 Methodologie 3 3 Incidentie, aantal en
Nadere informatieTuberculose in Vlaanderen 2002
Tuberculose in Vlaanderen 2002 Inleiding Tuberculose is nog steeds een van de belangrijkste en meest frequent voorkomende geregistreerde infectieziektes. Exacte cijfers zijn pas te verkrijgen na grondige
Nadere informatieNederlandse Samenvatting
Nederlandse Samenvatting Eenvoudig verhaal De laatste 20 jaar zijn ziekenhuisuitbraken en infecties veroorzaakt door de tot dan toe als onschuldig beschouwde darmbacterie Enterococcus faecium sterk toegenomen.
Nadere informatieSurveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België:
Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Jaar 2009 B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2010 065 Depotnummer: D/2010/2505/70
Nadere informatieStreptococcus pneumoniae
Nationaal Referentiecentrum Coördinaten van het Referentielaboratorium Dr. J. VERHAEGEN U.Z. - Leuven - Microbiologie Herestraat, 49 3000 Leuven Tel. : 016/34.70.73 Fax : 016/34.79.31 E-mail : Jan.verhaegen@uzleuven.be
Nadere informatieKarakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2012)
Karakterisatie van stammen van de aardappelziekte in Wallonië (2012) V. César (CRA-W) Samenvatting Sinds 1999 onderzoekt het CRA in Libramont de kenmerken van de verschillende stammen van de aardappelziekte
Nadere informatieSurveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België:
Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Jaar 2010 B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2011 039 Depotnummer: D/2011/2505/67
Nadere informatieINHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 1 LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN... 2
INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 1 LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN... 2 LUIK 1: ENTEROBACTER AEROGENES... 3 1- DEELNAME... 3 2- ENTEROBACTER AEROGENES (E. A.)... 4 3- MULTIRESISTENTE ENTEROBACTER AEROGENES (MREA)...
Nadere informatieTarievenlijst Microbiologische onderzoekingen
RIVM Centrum Infectieziekteonderzoek Diagnostiek en Screeng A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 fo@rivm.nl Tarievenlijst Microbiologische
Nadere informatieCompendium LMM Laboratorium voor medische microbiologie LMM-WIV, Juliette Wytsmanstraat Brussel
Site Elsene Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Compendium LMM Laboratorium voor medische microbiologie LMM-WIV, Juliette Wytsmanstraat 14-1050 Brussel Contacten : RIZIV nr Dr J. Vanderpas 0473/87.02.17 1-55989-84-862
Nadere informatieLokalisatie Aantal stalen Lokalisatie Aantal stalen
Het referentielaboratorium verantwoordelijk voor de bestudering van de resistentie tegen aminoglycosiden bevindt zich in het Pasteur Instituut te Brussel. worden nog steeds veelvuldig gebruikt in het ziekenhuismilieu.
Nadere informatieWeefsel Specifiek 2014.3 ZN kleuring
Weefsel Specifiek 2014.3 ZN kleuring SKML sectie Pathologie 16-06-2015 Drs. S. Dubois Overzicht Inleiding Aantallen Samples A-D Verdiepingsvragen Inleiding Wereldgezondheidsprobleem 40% van de wereldbevolking
Nadere informatieAFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS
Laboratorium Klinische Biologie 1. Materiaal AFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS E-swab met roze schroefdop (Flocked swab met 1 ml vloeibaar AMIES transportmedium) E-swab met blauwe
Nadere informatieStreptococcus pneumoniae
Nationaal Referentiecentrum Coördinaten van het Referentielaboratorium Dr. J. VERHAEGEN U.Z. - Leuven - Microbiologie Herestraat, 49 3000 Leuven Tel. : 016/34.70.73 Fax : 016/34.79.31 E-mail : Jan.verhaegen@uzleuven.be
Nadere informatieDe extractie van bacterieel en fungaal DNA uit verschillende lichaamsvloeistoffen
Een grote verscheidenheid aan bacteriën, virussen, schimmels en parasieten is verantwoordelijk voor de naar schatting 15 miljoen sterfgevallen per jaar als gevolg van infectieziekten. Infectieziekten gaan
Nadere informatieTuberculose Kernpunten 2013, update juli 2014 Figuur 1:
Tuberculose Kernpunten 2013, update juli 2014 Bron: Nederlands Tuberculose Register, RIVM-CIb Zie voor meer uitleg over de gebruikte begrippen en afkortingen het document Definities en afkortingen tbcrapportages.
Nadere informatieNeisseria meningitidis
In 21 stuurden 1 laboratoria voor klinische biologie verspreid over België 456 stammen naar het referentielaboratorium (W.I.V. - Afdeling Bacteriologie). De stammen kunnen worden ingedeeld in 4 groepen,
Nadere informatieEpidemiologie van carbapenemase producerende enterobacteriën in België: 01/01/ /10/2012
Epidemiologie van carbapenemase producerende enterobacteriën in België: 0/0/202 3/0/202 B. Jans en Y. Glupczynski Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV), Volksgezondheid en surveillance, Brussel,
Nadere informatiegegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld op mensen [1]
Gepubliceerd op sciensano.be (https://www.sciensano.be) Home > Surveillance van tekenbeten in België: gegevens van TekenNet 2017 en resultaten van de studie op ziektekiemen in teken die werden verzameld
Nadere informatieFEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE JAARRAPPORT
ISSN: 0778-8363 FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST VOOR LABORATORIA VAN KLINISCHE BIOLOGIE COMITE VAN DESKUNDIGEN
Nadere informatieTUBERCULOSE door Dr. Uydebrouck (VRGT)
TUBERCULOSE door Dr. Uydebrouck (VRGT) DEFINITIES - DETERMINANTEN DEFINITIES Actieve tuberculose omvat alle pulmonale en extra-pulmonale tuberculosevormen bevestigd door een bacteriologisch, radiologisch
Nadere informatieHet referentielaboratorium voor rabiës is gevestigd op het WIV-Departement Pasteur Instituut te Brussel.
Gegevens van het Referentielaboratorium Dr. I. LE ROUX W.I.V. - Dpt Pasteur - Hondsdolheid Engelandstraat, 642 1180 Brussel Tel. : 02/373.31.56 Fax : 02/373.32.86 E-mail : ileroux@pasteur.be Het referentielaboratorium
Nadere informatieCompendium LMM Laboratorium voor medische microbiologie LMM-WIV, Juliette Wytsmanstraat Brussel
Site Ukkel Engelandstraat 642 1080 Brussel Site Elsene Wytsmanstraat 14 1050 Brussel Compendium LMM Laboratorium voor medische microbiologie LMM-WIV, Juliette Wytsmanstraat 14-1050 Brussel Contacten :
Nadere informatieSAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN Kattenkrabziekte. Diagnostische en klinische aspecten van Bartonella henselae infectie
166 Samenvatting SAMENVATTING VOOR NIET-INGEWIJDEN Kattenkrabziekte. Diagnostische en klinische aspecten van Bartonella henselae infectie Deel I Introductie In de introductie van dit proefschrift (Hoofdstuk
Nadere informatieEpidemiologie van carbapenemase producerende enterobacteriaceae (CPE) in België:
Epidemiologie van carbapenemase producerende enterobacteriaceae (CPE) in België: 1 januari 2012 tot 0 april 201 B. Jans en Y. Glupczynski Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV), OD Volksgezondheid
Nadere informatieBELANGRIJK: DRINGENDE VEILIGHEIDSMELDING Mueller Hinton E Agar (MHE) (Ref , , en ) Geachte biomérieux-klant,
Ter attentie van de laboratoriummanager Ter attentie van de voorzitter van het zorgcentrum Ter attentie van de correspondent voor reagentiavigilantie Brussel, 8 augustus, 2017 Referentie: FSCA 3532 BELANGRIJK:
Nadere informatieJAARRAPPORT 2008 EXTERNE KWALITEITSEVALUATIE VOOR ANALYSEN KLINISCHE BIOLOGIE MOLECULAIRE MICROBIOLOGIE
ISSN 0778-8363 WIV J. Wytsmanstraat, 14 B-1050 BRUSSEL FEDERALE OVERHEIDSDIENST, VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU COMMISSIE VOOR KLINISCHE BIOLOGIE DIENST LABORATORIA VOOR
Nadere informatieAFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS
Laboratorium Klinische Biologie 1. Materiaal AFNAME VAN ETTER-, WOND- EN PUNCTIEVOCHT EN ANDERE MONSTERS E-swab met roze schroefdop (Flocked swab met 1 ml vloeibaar AMIES transportmedium) E-swab met blauwe
Nadere informatie1. RSV: testaanbod. 1.1 RSV antigeen = sneltest
RSV en influenza seizoen 2018-2019 Met het nieuwe RSV seizoen voor de deur en het daaropvolgend influenza seizoen, wilden we graag even stil staan bij de optimale diagnostische keuze. - Voor de detectie
Nadere informatieSurveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische chronische ziekenhuizen:
Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische chronische ziekenhuizen: Jaar 2008 B. Jans, Prof. M. Struelens & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2009 48 Depotnummer: D/2009/2505/
Nadere informatieVaccineren tegen pneumokokken: Dweilen met de kraan open? Karin Elberse
Vaccineren tegen pneumokokken: Dweilen met de kraan open? Karin Elberse 1 Kolonisatie (dragerschap) Invasieve ziekte (IPD) 2 Dragerschap en infectie Dragerschap: - 47-67% van de kinderen 1-2 jr (Spijkerman
Nadere informatieLegionella. De overdracht. Jacob P. Bruin Streeklaboratorium voor de Volksgezondheid Kennemerland Haarlem
Legionella De overdracht Jacob P. Bruin Streeklaboratorium voor de Volksgezondheid Kennemerland Haarlem Legionella Inhoud: Legionella bacterie Infectieroute Diagnostiek Kweek Urine antigeentesten Serologie
Nadere informatieHaemophilus influenzae
Doelstellingen en beschrijving van het surveillancenetwerk 1. Gegevens van het Referentielaboratorium Dr F. CROKAERT CHU St-Pierre - Microbiologie Hoogstraat, 322 1000 Brussel Tel. : 02/541.37.06 Fax :
Nadere informatieEpidemiologische surveillance van Lyme borreliose Borrelia burgdorferi s.l
Epidemiologische surveillance van Lyme borreliose Borrelia burgdorferi s.l. - 217 Auteurs: T. Lernout, M. Depypere, S. Patteet, K. Lagrou, D. Van Cauteren, B. Kabamba- Mukadi Hoofdpunten - In 217 werden
Nadere informatieMALDI-TOF identificatie van atypische mycobacteriën (NTM) Matthias Weemaes 22/05/2018
MALDI-TOF identificatie van atypische mycobacteriën (NTM) Matthias Weemaes 22/05/2018 CAT vragen Wat is het klinisch diagnostisch belang van mycobacteriën en hun identificatie? Wat is de performantie van
Nadere informatie