Microsoft Word

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Microsoft Word"

Transcriptie

1 Microsoft Word 2013

2 2

3 Microsoft Word

4 Titel Microsoft Word 2013 Eerste druk December 2017 De module Microsoft Word 2013 is een onderdeel van de WERK-portal.nl. De WERK-portal.nl is een product van SBCM en Cedris. Website: Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Ondanks de aan de samenstelling van de tekst bestede zorg kan de uitgever geen aansprakelijkheid aanvaarden voor eventuele schade, die zou kunnen voortvloeien uit enige fout, die in deze uitgave zou kunnen voorkomen. 4

5 Inleiding Microsoft Word is het meest gebruikte tekstverwerkingsprogramma ter wereld. De mogelijkheden die Word biedt zijn talrijk, maar als je nog nooit met Word gewerkt hebt, is hulp bij het ontdekken van al die mogelijkheden welkom. Dit boek biedt je die hulp. Stap voor stap maak je kennis met alle onderdelen van Word Misschien heb je al ervaring opgedaan met eerdere versies van Word. Omdat Word 2013 veel nieuwe functies en een ander uiterlijk heeft, is dit boek ook voor jou heel geschikt. Heb je dit boek straks uit, dan ken je alle geheimen van Word Anderen om hulp vragen op het gebied van Word 2013 behoort dan tot het verleden. Het spreekt voor zich dat je dit boek daarna altijd als naslagwerk kunt gebruiken. 5

6 Inhoudsopgave 1. Kennismaken met Word Weergave 3. Selecteren 4. Letteropmaak 5. Controle Kennismaken met Word 9 Titelbalk, lint en de knop Bestand 11 De werkbalk Snelle toegang 13 Invoeren van een tekst en opslaan 14 Nieuw document en de entertoets 16 Document openen en de cursor verplaatsen 19 Scrollbalk, weergaveknoppen en mini-werkbalk 21 Verborgen opmaakmarkeringen 23 Opslaan onder een andere naam 24 Speciale lettertekens 25 Tekst selecteren 27 Tekst verwijderen 28 Kopiëren, knippen, plakken en ongedaan maken 29 Werken met twee documenten 31 Vet, cursief en onderstreept 34 Lettertype en -grootte 36 Tekstkleur 37 Hoofdletters en kleine letters 39 Super- en subscript 40 Spellingcontrole 43 Woordenlijsten 45 Zoeken en vervangen 47 Afdrukvoorbeeld en afdrukken 48 6

7 6. Tekstindeling 7. Document opmaken 8. Kolommen 9. Werken met objecten Alinea s maken en samenvoegen 51 Uitlijnen 52 Regelafstand en witruimte 53 Inspringen 54 Opsommingen 55 Marges wijzigen 58 Pagina-einde 60 Paginanummering 61 Kop- en voetteksten 62 Afdrukstand en papierformaat 63 Tabtoets en tabstops 65 Tabellen maken 66 Tabel selecteren en tekst opmaken 67 Kolommen en rijen invoegen en verwijderen 68 Kolombreedte en rijhoogte 70 Afbeelding en grafiek invoegen 74 Objecten vergroten en verkleinen 76 Objecten verplaatsen 77 Knippen, kopiëren, verwijderen 78 7

8 Kennismaken met Word 2013 Kennismaken met Word 2013 Titelbalk, lint en de knop Bestand De werkbalk Snelle toegang Invoeren van een tekst en opslaan Nieuw document en de entertoets 8

9 Kennismaken met Word Kennismaken met Word 2013 Microsoft Word is een tekstverwerkingsprogramma en dat wil zeggen dat je er teksten mee kunt maken, zoals brieven, artikelen en verslagen. Je kunt in een Worddocument grafieken, lijsten en afbeeldingen toevoegen en tabellen maken. Zodra je een tekst getypt hebt, kun je nog van alles aanpassen, zoals de grootte van de letters en de stijl en opmaak van de tekst. Je opent Word door te dubbelklikken op het Wordpictogram op je bureaublad. Je kunt ook klikken op de startknop, linksonder in het beeldscherm en kiezen voor Alle programma s. Vervolgens klik je met de muis op de map Microsoft Office en zie je het programma Microsoft Word 2013 uitschuiven. Klik hierop met de linkermuisknop om het programma te openen. De werkomgeving Wanneer je bekend bent met eerder versies van Word, zie je meteen dat de werkomgeving volledig gewijzigd is. Je zult wel even nodig hebben om aan deze nieuwe indeling te wennen. Het Wordvenster bestaat uit twee vensters, te weten het applicatievenster en het documentvenster. Het documentvenster is de plaats waar je documenten kunt maken en wijzigen. Wat zie je op jouw beeldscherm? Linksboven in het beeld zie je de knop Bestand. Wanneer je daarop klikt met de linkermuisknop, krijg je toegang tot de meest gebruikte functies binnen Word, zoals Nieuw, Openen, Opslaan en Afdrukken. Boven de knop Bestand zie je de titelbalk, met de werkbalk Snelle toegang. Standaard is deze werkbalk voorzien van de knoppen Opslaan, Ongedaan maken en Opnieuw. Je kunt desgewenst zelf knoppen toevoegen aan deze balk of ze verwijderen. In het midden van de titelbalk zie je de naam van jouw document, gevolgd door de naam van het programma. Aan de rechterkant van de titelbalk vind je de knoppen Minimaliseren, Maximaliseren en Sluiten. 9

10 Heb je Word 2013 geopend, dan krijg je het Startscherm. Klik op Leeg document om het werkgebied te openen. Onder de titelbalk zie je de menubalk. Klik je op het tabbald Start en alle overige tabbladen, dan verschijnt het zogeheten lint. Daarin vind je alle opdrachten die je kunt uitvoeren in Word. Het lint vervangt de verschillende werkbalken die in vorige versies van Word gebruikt werden. Onder het lint staat het document waarin je op dat ogenblik aan het werk bent. 10

11 Titelbalk, lint en de knop Bestand De titelbalk In het vorige hoofdstuk heb je gezien dat de titelbalk aan de bovenzijde van het venster staat. Aan de rechterzijde vind je de knoppen Minimaliseren, Maximaliseren en Sluiten. Klik je op de knop Minimaliseren, dan wordt het document geparkeerd op de taakbalk. Klik je daarna weer op het Wordlogo in de taakbalk, dan keert het document terug op je beeldscherm. Door middel van de knop tussen het minteken en het witte kruis kun je de weergave van je document vergroten of verkleinen. Wanneer je het verkleint, komt een gedeelte van het bureaublad in beeld. Door nogmaals op deze knop te klikken, wordt het document weer beeldvullend. Om het document te sluiten klik je op de knop Sluiten (het witte kruisje). Het lint Het belangrijkste gereedschap in Word 2013 is het lint. Alle opdrachten die je in jouw document kunt uitvoeren, bevinden zich hier. Het lint is verdeeld in acht verschillende tabbladen, te weten Start, Invoegen, Ontwerpen, Pagina-indeling, Verwijzingen, Verzendlijsten, Controleren en Beeld. Het lint is ten opzicht van eerdere versies van Word sterk veranderd. In deze tabbladen vind je verschillende groepen met opdrachten. Zo is bijvoorbeeld het tabblad Start verdeeld in de groepen Klembord, Lettertype, Alinea, Stijlen en Bewerken. Sommige van deze groepen hebben aan de rechterzijde een pijltje. Wanneer je hierop klikt, verschijnt een nieuw venster met daarin meerdere opties. Heb je wat meer werkruimte nodig, dan kun je het lint verbergen. Dat doe je door tweemaal met de linkermuisknop op het geselecteerde tabblad te klikken. Nogmaals dubbelklikken zorgt ervoor dat het lint weer wordt weergegeven. De knop Bestand De knop Bestand geeft toegang tot de basisfuncties van Word Wanneer je met de linkermuisknop op deze knop klikt, verschijnt het onderliggende menu met aan de linkerkant diverse basisopdrachten zoals Nieuw, Openen, Opslaan, Opslaan als en Afdrukken. 11

12 12

13 De werkbalk Snelle toegang Werkbalk Snelle toegang Boven de knop Bestand vind je de werkbalk Snelle toegang. Indien gewenst kun je de werkbalk onder het lint plaatsen. Dit doe je door met de rechtermuisknop op de werkbalk te klikken en te kiezen voor De werkbalk Snelle toegang onder het lint weergeven. Herhaal deze stap om de werkbalk terug te zetten naar zijn oorspronkelijke plaats. Naast de standaardknoppen Opslaan, Ongedaan maken en Opnieuw kun je andere knoppen toevoegen aan de werkbalk Snelle toegang. Dit doe je door met de linkermuisknop op de naar beneden wijzende pijl naast de werkbalk Snelle toegang te klikken. De werkbalk Snelle toegang kun je naar eigen wensen aanpassen. Er verschijnt een uitschuiflijst. Staat er al een vinkje voor een optie, dan betekent dit dat deze al wordt weergegeven in de werkbalk Snelle toegang. Vink nu de opties aan die je ook wilt weergeven in de werkbalk. Voor het weghalen van opties uit de werkbalk Snelle toegang, verwijder je het vinkje voor de betreffende optie. Dit doe je door te klikken op die optie. 13

14 Invoeren van een tekst en opslaan Invoeren van tekst Wanneer je een Leeg document opent in Word 2013, wordt er automatisch een nieuw document op je scherm getoond. De cursor knippert op de eerste regel van dat document. Wanneer je tekst typt en het eind van een regel bereikt, zal Word automatisch naar de volgende regel gaan. Dit noemen we Automatische terugloop. Gebruik je aan het eind van een regel de entertoets op je toetsenbord, dan beschouwt Word de ingegeven tekst als een alinea. Opslaan en Opslaan als Wanneer je jouw document hebt afgerond. wil je dit natuurlijk opslaan. Om een document op te slaan, klik je op de knop Bestand linksboven in beeld. In het menu dat nu verschijnt heb je twee mogelijkheden: Opslaan en Opslaan als De optie Opslaan maakt het mogelijk een reeds eerder opgeslagen document, waarin je wijzigingen hebt aangebracht, op te slaan. Wil je een nieuw document opslaan, dan kies je Opslaan als In het scherm dat rechts verschijnt klik je op Computer. Voor een document dat niet eerder is opgeslagen kies je Opslaan als. Het is verstandig regelmatig je document tussendoor op te slaan. Dit doe je om te voorkomen dat je verlies hebt wanneer Word bijvoorbeeld plotseling afsluit. 14

15 In het scherm kun je een keuze maken uit Documenten, Bureaublad of Bladeren. In het voorbeeld kiezen we voor Documenten. Er verschijnt nu een dialoogvenster. Geef het document een naam en klik als laatste op Opslaan om het document op de gewenste plaats op te slaan. Heb je een bestaand document aangepast, kies dan voor Opslaan. Het document heeft immers al een naam; alleen de wijzigingen moeten opgeslagen worden. 15

16 Nieuw document en de entertoets Staat er een document in je beeldscherm en wil je een nieuw document maken, dan hoef je het eerste document niet te sluiten (het opslaan is wel aan te raden). Je kunt gewoon een nieuw document maken en het al bestaande blijft dan op de achtergrond aanwezig. Klik op de knop bestand en kies de optie Nieuw. In het venster dat verschijnt dubbelklik je op Leeg document. Het nieuwe document is nu geopend over het al bestaande. In de taakbalk kun je zien dat er nu twee documenten zijn geopend. Klik in het nieuwste document op het minteken en het andere document verschijnt weer in beeld. Wil je in het nieuwste document werken, klik dan in de taakbalk op het Wordlogo en vervolgens op het nieuwe document. Klik op de knop Bestand om een nieuw document te openen. De entertoets Om een nieuwe regel in te zetten, gebruik je de entertoets van je toetsenbord. In voorgaande versies van Word kwam de cursor vervolgens terecht op de volgende regel. Word 2013 slaat na gebruik van de entertoets een regel over en begint met een nieuwe alinea. Wil je die extra lege regel niet, dan kun je de instellingen van Word veranderen, zodat het programma bij een volgend gebruik van de entertoets geen regel overslaat. 16

17 Ga daarvoor naar het tabblad Start en klik op de knop Geen afstand. Klik vervolgens ergens in de tekst en druk op de entertoets. Je ziet nu dat er geen extra regel wordt tussengevoegd. Wil je die extra regel later toch weer, dan klik je in het lint op de knop Standaard, waarna na het gebruik van de entertoets opnieuw een lege regel zal verschijnen. Word afsluiten Wil je het document waarin je hebt zitten werken bewaren, dan moet je dit opslaan voordat je Word afsluit! Klik op de knop Bestand en kies Opslaan als... bij een nieuw document en Opslaan bij een al eerder opgeslagen document. Het sluitvak om programma s af te sluiten. Nu kun je Word afsluiten door op het kruisje aan de rechterbovenzijde van het venster te klikken. Je kunt ook klikken op de knop Bestand en vervolgens kiezen voor Sluiten onder aan de lijst. Sluit je Word af zonder eerst je document(en) op te slaan, dan gaat een nieuw document verloren evenals aanpassingen in een bestaand document. Wil je een document niet bewaren, dan is het geen probleem om Word meteen af te sluiten. 17

18 Weergave Document openen en de cursor verplaatsen Scrollbalk, weergaveknoppen en mini-werkbalk Verborgen opmaakmarkeringen Opslaan onder een andere naam Speciale lettertekens 18

19 Document openen In het vorige hoofdstuk heb je een nieuw document gemaakt en opgeslagen. Je hebt geleerd dat je een nieuw document opslaat door Opslaan als te kiezen en dat je voor het opslaan van een bestaand document waarin je wijzigingen hebt aangebracht Opslaan kiest. Heb je een document opgeslagen en wil je dat bewerken, ga dan als volgt te werk. Open het programma Word en klik op de knop Bestand. Kies de optie Openen. Er verschijnt een venster waarin je de inhoud van de computer ziet. Worddocumenten zullen over het algemeen in de map (Mijn) documenten zijn opgeslagen. Open die map (of een andere waarin je het betreffende document hebt opgeslagen) en zoek naar het document dat aangepast moet worden. Klik eerst op het document en daarna aan de onderzijde van het venster op de knop Openen. Het document verschijnt nu op je beeldscherm. De cursor door een tekst verplaatsen Wanneer je een bestaand document hebt geopend, staat de cursor aan het begin van de tekst. Je kunt de cursor op verschillende manieren verplaatsen. Met de muis Door met de muis over de tekst te bewegen en met de linkermuisknop te klikken op de plaats in de tekst waar je de cursor wenst, zal deze daar knipperen. Met behulp van de pijltjestoetsen op het toetsenbord Met behulp van het toetsenbord kun je gemakkelijk door een tekst navigeren. Aan de rechteronderzijde van het toetsenbord zie je een viertal pijltjes. Met behulp van deze pijltjes kun je de cursor naar boven, naar beneden, naar links en naar rechts door de tekst bewegen. Met de toetsen Home en End Op het toetsenbord vind je een toets met het woord Home en een met End. Staat de cursor aan het begin van de regel dan verspringt die in een keer naar het eind van de regel wanneer je End indrukt. De toets Home doet precies het tegenovergestelde. Met de toetsen Page Down en Page Up Heeft een document meerdere pagina s, dan kun je gemakkelijk door het document bewegen door Page Down en Page Up te gebruiken. Staat de cursor aan het begin van het document en wil je naar de volgende bladzijde, klikt dan op de toets Page Down. De cursor zal nu verspringen naar het begin van de tweede bladzijde. Wil je terug naar de vorige bladzijde, klik dan op de toets Page Up. 19

20 Toetsenbordcombinaties worden veelvuldig gebruikt tijdens het tekstverwerken. Met de toetsencombinaties Ctrl + Home en Ctrl + End Staat de cursor aan het begin van je document en wil je naar het eind ervan, gebruik dan de toetsencombinatie Ctrl en End. Druk beide toetsen op je toetsenbord tegelijk in en je belandt in een keer aan de onderzijde van je document. Wil je weer terug naar de eerste regel van het document, dan gebruik je de combinatie Ctrl en Home. Druk ook deze twee toetsen tegelijk in. 20

21 De scrollbalk vind je aan de rechterzijde van je document. Aan deze balk kun je zien wanneer een document meer tekst bevat dan er in beeld past. Scrollbalk en mini-werkbalk De scrollbalk De scrollbalk is de verticale balk aan de rechterkant van je document en gebruik je om door het document te scrollen (het document naar boven en beneden over je scherm te laten bewegen). Je kunt door het document scrollen door met de linkermuisknop op een van de pijltjes aan de uiteinden van de scrollbalk te klikken. (Ben je in het bezit van een muis met een wieltje dan kun je ook hiermee door je document bladeren. Draai het wieltje van je af om naar boven, en naar je toe om naar beneden te scrollen.) Onder aan de scrollbalk zie je drie knoppen: Vorige pagina, Bladerobject selecteren en Volgende pagina. In een document met meerdere pagina s ga je snel naar de vorige of volgende pagina door op Vorige pagina of op Volgende pagina te klikken. Via de knop Bladerobject selecteren kun je kiezen op welke manier je door het document wilt bladeren. Standaard staat deze knop ingesteld op Bladeren per pagina. De weergaveknoppen De weergaveknoppen bevinden zich aan de rechteronderkant van het venster. Je gebruikt ze om de manier waarop het document in je beeldscherm wordt getoond aan te passen. Standaard is Afdrukweergave geselecteerd. Deze weergave laat zien hoe het document er na afdrukken uitziet. Kies Lezen in volledig scherm, wanneer je het document op volledige schermgrootte wilt bekijken. Wil je een document later publiceren op internet, dan kun je voor de weergave Weblay-out kiezen. Overzicht, de vierde knop, laat zien hoe een document is opgebouwd en maakt het eenvoudig de structuur van een document te wijzigen en de vijfde en laatste knop, Concept, kan handig zijn wanneer je de tekst wilt opmaken. 21

22 De zoomschuifregelaar Wanneer je een document van dichterbij wilt bekijken (inzoomen), of juist wat kleiner wilt maken (uitzoomen) gebruik je de zoomschuifregelaar. Schuif die naar links om uit te zoomen, en naar rechts om in te zoomen. Je kunt ook in- en uitzoomen met behulp van de en de + aan weerszijden van de schuifbalk. De statusbalk Linksonderaan zie je de statusbalk. Hier vind je het aantal pagina s en het aantal woorden dat het document bevat. Ook de taalinstelling wordt hier weergegeven. Je kunt zelf aangeven welke informatie je in deze balk weergegeven wilt zien. Klik daarvoor met de rechtermuisknop op de statusbalk. Je krijgt nu een lijst te zien waarin de in de statusbalk weergegeven objecten zijn aangevinkt. Wil je een of meer objecten toevoegen, dan vink je deze aan. Wil je objecten verwijderen, dan haal je het vinkje weg door (nogmaals) op het object te klikken. De mini-werkbalk De mini-werkbalk is een nieuw gereedschap binnen Word Deze werkbalk verschijnt wanneer je een stuk tekst uit het document selecteert en is heel handig als je een selectie snel wilt opmaken. Je kunt de geselecteerde tekst bijvoorbeeld meteen onderstrepen, cursiveren of vet drukken. Na het selecteren van een tekstgedeelte verschijnt de mini-werkbalk waarmee je snel de opmaak kunt wijzigen. 22

23 Verborgen opmaakmarkeringen Verborgen opmaakmarkeringen Tijdens het maken van een tekst worden niet alleen typefouten gemaakt, maar ook fouten die niet direct zichtbaar zijn. Heb je na een komma bijvoorbeeld vergeten de spatiebalk te gebruiken, dan zie je dat foutje vaak over het hoofd. Er is een handige manier om te ontdekken of er dergelijke fouten in je tekst staan. Klik in het lint op Verborgen opmaakmarkeringen weergeven. Verborgen opmaakmarkeringen laten je de opmaak van een document zien. Je ziet direct twee soorten symbolen verschijnen in de tekst: verhoogde punten en pilcrows. Een verhoogde punt duidt een spatie tussen twee woorden aan. Een pilcrow ( ) geeft aan dat er op die plek een nieuwe alinea is gemaakt. Woorden overschrijven Een overbodig woord in de tekst kun je met behulp van de toetsen Delete of Backspace verwijderen. Een verkeerd gespeld woord kun je op dezelfde manier weghalen, waarna je het correcte woord kunt typen. Je kunt een fout geschreven woord ook overschrijven door de cursor voor het bewuste woord te plaatsen en de toets Insert op het toetsenbord in te drukken. Ga je nu typen, dan schuift de tekst niet door, maar typ je over het verkeerd geschreven woord heen. Als oefening hieronder het woord Handigste. Dit woord moet gewijzigd worden in Handig. Plaats de cursor voor het woord en druk op Insert op het toetsenbord. Typ nu het woord Handig. Druk vervolgens op Delete om de drie laatste letters te verwijderen. Handigste Let op: vergeet niet nogmaals op Insert te drukken om de overschrijffunctie uit te schakelen voor je verdergaat. 23

24 Opslaan onder een andere naam Wanneer je een document al eerder hebt opgeslagen, kun je volstaan met Opslaan, nadat je er wijzigingen in hebt aangebracht. Het document wordt dan opgeslagen, inclusief de wijzigingen. Wil je een eerder opgeslagen document aanpassen, maar ook het origineel bewaren? Klik dan, nadat je wijzigingen hebt aangebracht, op de knop Bestand en kies vervolgens de optie Opslaan als... Je kunt het bestand nu een andere naam geven en in dezelfde map opslaan. Dit kan handig zijn wanneer je bijvoorbeeld wekelijks een bepaald document moet aanpassen. Verwerk dan elke keer het weeknummer in de naam van het document, zodat je later precies weet, welk document bij welke week hoort. Een document op een andere locatie opslaan De documenten die op de harde schijf van je computer staan, kun je ook op een andere locatie opslaan. Denk bijvoorbeeld aan een usb-stick die je overal mee naartoe kunt nemen, zodat je jouw document(en) altijd bij de hand hebt. Klik daarvoor op Opslaan als Laat de naam van het document ongewijzigd en klik aan de linkerzijde van het venster op Computer. Je krijgt nu een overzicht van alle opslagmedia en dubbelklikt op de usb-stick. Vervolgens kies je de optie Opslaan. Nu wordt het document op de usb-stick opgeslagen. Je kunt documenten opslaan op een andere locatie. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een usb geheugenstick. 24

25 Speciale lettertekens Speciale tekens zijn onder andere het trema, het accent aigu (streepje boven een letter dat van linksonder naar rechtsboven wijst), het accent grave (streepje als in crème) en het accent circonflexe (ook wel dakje genoemd). Trema Druk op Shift en tegelijkertijd op de dubbele aanhalingstekens op je toetsenbord. Druk daarna op de letter waarboven een trema moet komen (ë, ï etc.) Accent aigu Druk op het enkele aanhalingsteken en vervolgens op de letter waarboven een accent aigu moet komen (é, á etc.) Accent grave Druk op het teken links van het cijfer 1 op je toetsenbord en daarna op de letter waarboven een accent grave moet komen (è, à etc.) Accent circonflexe Druk op Shift en tegelijkertijd op het cijfer 6. Druk daarna op de letter waarboven een accent circonflexe moet komen (â, ê etc.) Speciale lettertekens die je tijdens het tekstverwerken nodig kunt hebben. Wil je lettertekens invoegen die je niet op het toetsenbord kunt vinden, klik dan in het lint op het tabblad Invoegen en kies de optie Symbool. Er verschijnt nu een venster met een groot aantal vreemde tekens. Door een teken aan te klikken zal deze in de tekst worden opgenomen. 25

26 Selecteren Tekst selecteren Tekst verwijderen Kopiëren, knippen, plakken en ongedaan maken Werken met twee documenten 26

27 Tekst selecteren Er zijn verschillende manier om tekst te selecteren. Je vindt ze hieronder. Selecteren door te slepen met de muis Plaats de cursor aan het begin van de te selecteren tekst. Houd de muisknop ingedrukt en sleep de muis over de tekst die je wilt selecteren. Om de selectie ongedaan te maken, klik je op een willekeurige plaats in het document. Een woord selecteren Om slechts één woord te selecteren dubbelklik je met de linkermuisknop op het woord. Een alinea selecteren Wil je een alinea selecteren, dan klik je driemaal kort na elkaar met de linkermuisknop in de betreffende alinea. Selecteren met behulp van het toetsenbord Je kunt ook tekst selecteren door de muis in combinatie met je toetsenbord te gebruiken. Plaats de cursor weer aan het begin van de te selecteren tekst. Houd Shift op je toetsenbord ingedrukt en klik met de muis op de plaats waar je de selectie wilt beëindigen. Wil je losse woorden in een tekst selecteren, houd dan de Ctrl-toets ingedrukt en dubbelklik met de linkermuisknop op de betreffende woorden. Een hele zin kun je selecteren door de Ctrl-toets ingedrukt te houden en eenmaal op een woord in de zin te klikken. 27

28 Tekst verwijderen Ook voor het verwijderen van losse woorden of een gedeelte van een tekst bestaan verschillende manieren. Hieronder worden er drie besproken. Backspacetoets Druk je op Backspace op je toetsenbord, dan verdwijnt de spatie of het (letter)teken VOOR de cursor. Let op: houd je de toets (te) lang ingedrukt, dan kan er meer verdwijnen dan de bedoeling was. Deletetoets Druk je op Delete op je toetsenbord, dan verdwijnt de spatie of het (letter)teken NA de cursor. Let op: houd je de toets (te) lang ingedrukt, dan kan er meer verdwijnen dan de bedoeling was. Selecteren door middel van slepen Nog een manier om tekst te verwijderen is door het woord of een zin te selecteren met behulp van de muis en vervolgens Delete op je toetsenbord in te drukken. Het geselecteerde gedeelte zal nu in één keer worden verwijderd. 28

29 Kopiëren, knippen en plakken Kopiëren Je kunt gedeelten van de tekst kopiëren om op een andere plek in het document (of in een ander document) te gebruiken. Je moet dan eerst het te kopiëren deel selecteren en daarna klik je onder het tabblad Start in het lint op de knop Kopiëren. Ga dan naar de plaats in het document waar het gekopieerde gedeelte moet komen en klik in het lint op Plakken. Je kunt ook gedeelten van de tekst kopiëren door Ctrl en de letter C op het toetsenbord tegelijk in te drukken. Ga daarna naar de plaats in het document waar het gekopieerde gedeelte moet komen en druk tegelijkertijd op Ctrl en de letter V op het toetsenbord. Knippen Bij de optie Kopiëren blijft wat je gekopieerd hebt op de oorspronkelijke plek staan. Is dit niet de bedoeling, dan kun je beter de optie Knippen kiezen. Selecteer dan eerst weer het gewenste gedeelte en kies daarna Knippen in het lint. Vervolgens plak je het gedeelte op de juiste plaats via Plakken. Het klembord Het klembord bewaart alle gekopieerde gedeelten. Het klembord bewaart wat je hebt gekopieerd of geknipt. Je vindt er de laatste 24 kopieer- en kniphandelingen terug en opent het door op het pijltje naast de tekst Klembord te klikken. Je kunt items dus door middel van knippen of kopiëren toevoegen aan het klembord. Wil je items van het klembord in een document plakken, dan plaats je eerst de cursor op de plaats waar de tekst moet komen. Daarna klik je op het gewenste item op het klembord. In het menu dat nu verschijnt, kies je Plakken, waarna de tekst in het document geplaatst wordt. Wil je iets van het klembord verwijderen, dan klik je op het desbetreffende item en kies je de optie Verwijderen. Ongedaan maken De knoppen Ongedaan maken en Opnieuw wissen vind je in de werkbalk Snelle toegang. 29

30 De knop Ongedaan maken maakt de laatst uitgevoerde bewerking ongedaan. Heb je bijvoorbeeld een deel van de tekst per ongeluk verwijderd, dan zal door klikken op Ongedaan maken de tekst weer op zijn plaats teruggezet worden. Door te klikken op de knop Opnieuw wissen zal de tekst weer verwijderd worden. 30

31 Je kunt met meerdere documenten tegelijk werken. Werken met twee documenten Heb je een document geopend dan kun je door te klikken op de knop Bestand kiezen voor de optie Nieuw en over het bestaande document een nieuw document openen. Je kunt op deze wijze werken met twee documenten. Heb je een nieuw document geopend over een bestaand document, dan liggen de documenten over elkaar op het bureaublad. De laatst geopende ligt boven het eerder geopende document. Door in de taakbalk te klikken op de Wordlogo s, kun je schakelen tussen de twee verschillende documenten. Klik je op het bestand dat onder het huidige document ligt, dan zal dit direct bovenop geplaatst worden. Wil je terug naar het andere document, dan klik je in de taakbalk op het logo van dat document. Het zal vervolgens weer boven komen te liggen. 31

32 Kopiëren naar ander document In het vorige hoofdstuk heb je geleerd hoe je tussen twee documenten kunt schakelen door in de taakbalk te klikken op het logo van het document waarin je wilt werken. Wanneer je de inhoud van een document ook nodig hebt in een ander document, dan kun je die kopiëren. Ga daarvoor als volgt te werk. Zorg dat het document met de te kopiëren tekst het bovenliggende is. Druk op het toetsenbord tegelijkertijd de toetsen Ctrl en A in. Is dit correct gebeurd, dan zal de tekst blauw kleuren, wat betekent dat de tekst is geselecteerd. Druk nu op het toetsenbord tegelijkertijd de toetsen Ctrl en C in. Met deze combinatie geef je de opdracht de geselecteerde inhoud te kopiëren. Klik nu in de taakbalk op het document waarin de gekopieerde inhoud moet komen. Dit document verschijnt nu in het beeldscherm. Bepaal met behulp van de muis de plaats in het document waar je de tekst wilt plakken. De cursor gaat nu op die locatie knipperen. Druk nu op het toetsenbord tegelijkertijd de toetsen Ctrl en V in en de tekst die je gekopieerd hebt verschijnt in het document. Sla dit document op door te klikken op de knop Bestand en te kiezen voor Opslaan als Geef het document een naam en bepaal op welke locatie op de computer het opgeslagen moet worden. Sluit nu het document af door te klikken op het witte kruisje rechtsboven. Nu verschijnt automatisch het document waaruit je daarnet tekst hebt gekopieerd. Heb je in dat document verder niets gewijzigd, dan hoef je het niet op te slaan en kun je het afsluiten door op het witte kruisje in de rechterbovenhoek te klikken. 32

33 Letteropmaak Vet, cursief en onderstreept Lettertype en lettergrootte Tekstkleur Hoofdletters en kleine letters Super- en subscript 33

34 Letteropmaak is een belangrijk onderdeel van tekstverwerken. Vet, cursief en onderstreept Een tekst kan beter leesbaar gemaakt worden door gebruik te maken van de opties vet, cursief en onderstreept weergeven. Om deze opties te gebruiken klik je op het tabblad Start. Daar zie je in het lint het groepsvak Lettertype. Vetgedrukt weergeven Wanneer je een gedeelte van de tekst of een woord vetgedrukt wilt weergeven, moet je eerst het betreffende gedeelte of woord selecteren. Heb je (een) woord(en) geselecteerd, klik dan op het tabblad Start en vervolgens in het lint op de vetgedrukte letter B. Direct zal het geselecteerde gedeelte vergedrukt worden weergegeven. Cursief weergeven Ook voor cursief weergeven geldt dat je eerst de tekst of het woord moet selecteren. Heb je (een) woord(en) geselecteerd, klik dan op het tabblad Start en vervolgens in het lint op de cursief gedrukte letter I. Het geselecteerde gedeelte wordt nu meteen cursief weergegeven. Onderstreept weergeven Nadat je de te onderstrepen tekst hebt geselecteerd, klik je op het tabblad Start en vervolgens in het lint op de onderstreepte letter U. Het geselecteerde gedeelte wordt nu onderstreept weergegeven. Gecombineerde opmaak Een gedeelte cursief én vetgedrukt weergeven kan ook. Dit wordt gecombineerde opmaak genoemd. Klik nadat je een tekst geselecteerd hebt eerst op I en vervolgens op B. Klik nu met de muis op een willekeurige plaats in het document, om de speciale opmaak te deactiveren. 34

35 In plaats van de tekst achteraf opmaken (zoals je op de vorige bladzijde geleerd hebt) kun je dit ook tijdens het typen doen. Klik dan voordat je een woord gaat typen op de gewenste optie (cursief, vet, onderstreept of een combinatie daarvan) en begin daarna met typen. Let op: om te voorkomen dat de hele tekst vetgedrukt, cursief en/of onderstreept wordt weergegeven, moet je opnieuw klikken op I, U en/of B zodra je klaar bent met de speciale opmaak. 35

36 Lettertype en -grootte Tijdens of na het typen van een tekst kun je lettertype en -grootte aanpassen. Dit gaat op dezelfde manier als de letteropmaak. Je kunt tijdens of na het tekstverwerken lettertype en lettergrootte aanpassen. Lettertype In een tekst kun je verschillende lettertypen gebruiken. Dit kun je tijdens het typen doen, maar hier bespreken we hoe je dit achteraf doet. Selecteer een gedeelte tekst en klik op het tabblad Start. In het lint zie je twee velden die te maken hebben met het lettertype. In het eerste veld staat de naam van het lettertype dat je op dit moment gebruikt. Rechts daarvan staat een naar beneden wijzende pijl. Klik je daarop, dan verschijnt een lijst met lettertypen. Kies het gewenste lettertype door erop te klikken. Nu wordt het geselecteerde gedeelte in het nieuwe lettertype weergegeven. Je kunt op deze wijze verschillende gedeelten tekst of woorden selecteren en een ander lettertype geven. Let op: gebruik niet te veel verschillende lettertypen in een document, want dat leest niet prettig. Lettergrootte Niet alleen het lettertype, ook de grootte van de letters (en cijfers) kun je aanpassen. Zo kun je bijvoorbeeld de tekst in één alinea groter maken dan die in de alinea s eromheen. Ook nu geldt weer dat je eerst het gedeelte moet selecteren waarvan je de grootte wilt aanpassen. Ga weer naar het tabblad Start. Rechts naast het lettertypeveld zie je een veld met een getal erin. Dit getal geeft de huidige lettergrootte aan. Klik op de naar beneden wijzende pijl rechts van dit getal. Nu verschijnt een lijst met getallen. Kies de gewenste grootte door op een van deze getallen te klikken. Nu wordt het geselecteerde gedeelte in de nieuwe grootte weergegeven. Je kunt op deze wijze verschillende gedeelten tekst of woorden selecteren en ze een andere grootte geven. 36

37 Tekstkleur In de voorgaande lessen heb je geleerd hoe je een tekst(gedeelte) vetgedrukt, cursief of onderstreept kunt weergeven en hoe je lettertype en lettergrootte kunt aanpassen. Voor al deze handelingen geldt dat je vooraf het betreffende gedeelte dient te selecteren. Je kunt een geselecteerd tekstgedeelte ook een andere kleur geven. Standaard heeft Word de tekstkleur ingesteld op Automatisch (zwart), maar je kunt elke gewenste kleur kiezen. Selecteer een gedeelte tekst of een woord, ga naar het tabblad Start en klik op de rood onderstreepte letter A in het lint. Er verschijnt een venster met een groot aantal kleuren. Een van de onderdelen van letteropmaak is het aanbrengen van tekstkleur. Door op een van de kleuren te klikken zal de geselecteerde tekst in deze kleur worden aangepast. Zit de door jou gewenste kleur er niet tussen, klik dan op Meer kleuren in het geopende venster. Er verschijnt een nieuw venster met daarin een kleurenzeshoek. Je kunt hier een kleur uitzoeken, maar je kunt ook klikken op het tabblad Aangepast. 37

38 Klik je op Aangepast, dan verschijnt een vierkant kleurenschema met nog meer kleurmogelijkheden. Klik de kleur van jouw keuze aan. De geselecteerde tekst zal nu die kleur gekregen hebben. Deze kleur wordt de volgende keer automatisch in het eerste kleurenschema weergegeven, zodat je er in de toekomst niet meer naar hoeft te zoeken. Let op: gebruik in een tekst niet te veel kleuren door elkaar, want dat geeft een rommelig uiterlijk en maakt de tekst minder gemakkelijk te lezen. 38

39 Hoofdletters en kleine letters Elke zin begint met een hoofdletter. Je maakt een hoofdletter door tegelijkertijd op Shift en de gewenste letter op het toetsenbord te drukken. Word 2013 maakt automatisch een hoofdletter van de eerste letter aan het begin van een regel of na een punt (dan hoef je dus niet zelf op Shift te drukken). Wil je na het typen van een tekst een deel of een enkel woord in hoofdletters weergegeven hebben, dan selecteer je eerst het betreffende woord of tekstgedeelte. Klik daarna in het lint binnen de groep Lettertype op dit pictogram: Aa. Klik vervolgens op HOOFDLETTERS. Tijdens het opmaken van een tekst kun je een woord of tekstgedeelte geheel weergeven in hoofdletters. Het geselecteerde gedeelte verschijnt nu in hoofdletters op je scherm. Heb je per ongeluk een gedeelte weergegeven in hoofdletters, dan selecteer je dat gedeelte en klik je in de groep Lettertype op Hoofdlettergebruik. Kies nu de optie kleine letters. 39

40 Super- en subscript Super- of subscript Soms moet een letter of cijfer hoger of lager naast een andere letter komen te staan, zoals het cijfer 2 in de verkorte aanduiding voor vierkante kilometer (km 2 ) of in de chemische formule voor water (H 2 O). Een verhoogd cijfer (of verhoogde letter) noemen we superscript. Staat dat cijfer of die letter lager, dan spreken we van subscript. Super- en subscript gebruik je bijvoorbeeld bij vierkante kilometers. Superscript Typ nu zelf de verkorte aanduiding voor vierkante kilometer. Klik na het typen van km in de groep Lettertype op de x met de verhoogde 2 (superscript) en typ vervolgens het cijfer 2. Er staat nu km 2. Druk nogmaals op de optie superscript om de functie weer uit te schakelen. Subscript Typ nu zelf de chemische formule voor water. Klik na het typen van de letter H in de groep Lettertype op de x met de verlaagde 2 (subscript) en typ vervolgens het cijfer 2. Druk nogmaals op subscript om de functie uit te schakelen en typ vervolgens de letter O. Er staat nu H 2 O. 40

41 Opmaak kopiëren Opmaak kopiëren In een tekst zul je kopjes en dergelijke meestal op dezelfde manier (allemaal vet en cursief, bijvoorbeeld) willen opmaken. Dat gaat op een eenvoudige manier door de optie Opmaak kopiëren te gebruiken. Plaats de cursor in een woord waarvan je de opmaak wilt kopiëren. Vervolgens klik je in het lint onder het tabblad Start op Opmaak kopiëren. Soms wil je de opmaak van een tekstdeel ook elders in de tekst gebruiken. Sleep nu in de tekst over het gedeelte waar je dezelfde opmaak wilt gebruiken. Zodra je stopt met slepen en elders in de tekst klikt, is de opmaak zoals je die hebt gekopieerd, toegepast op het gedeelte dat je zojuist hebt aangegeven. Klik nogmaals op Opmaak kopiëren om de functie weer uit te schakelen. Dubbelklikken op de optie Opmaak kopiëren Er is ook nog een andere manier waarop je Opmaak kopiëren kunt gebruiken. Klik met de muis in een tekstgedeelte en dubbelklik vervolgens op de optie Opmaak kopiëren. Nu kun je een voor een de woorden in de tekst aanklikken die je dezelfde opmaak als dat tekstgedeelte wilt geven. Ben je klaar, klik dan nogmaals op Opmaak kopiëren om de functie weer uit te schakelen. 41

42 Controle Spellingcontrole Woordenlijsten Zoeken en vervangen Afdrukvoorbeeld en afdrukken 42

43 Spellingcontrole Word geeft spelfouten in een tekst aan door middel van een rood, golvend lijntje onder het foute woord. Je kunt deze fouten direct herstellen tijdens het typen, maar je kunt er ook voor kiezen dit te doen wanneer de tekst helemaal af is. Spellingcontrole tijdens het typen. Klik met de rechtermuisknop op het woord waar een rood lijntje onder staat. Je krijgt nu een aantal woorden aangereikt als alternatief voor het verkeerd gespelde woord. Spellingcontrole is een belangrijk gereedschap binnen Word 2013 Staat het correcte woord ertussen, dan klik je daarop. Het verkeerde woord wordt meteen gewijzigd in het juiste. Op deze wijze kun je direct tijdens het typen fouten herstellen. Word maakt gebruikt van een standaard woordenlijst waar lang niet alle woorden in staan. Er zijn daardoor woorden die de spellingcontrole onterecht als verkeerd aanmerkt. De correct geschreven Franse plaatsnaam Magny le Hongre bijvoorbeeld, krijgt ook een rood lijntje. Je kunt dat lijntje negeren (het wordt later niet afgedrukt), maar je kunt de plaatsnaam ook toevoegen aan de woordenlijst. Klik dan met de rechtermuisknop op de plaatsnaam en kies de optie Toevoegen aan woordenlijst. Gebruik je een volgende keer deze plaatsnaam opnieuw, dan zal Word dit als correct geschreven beschouwen en zal de rode lijn niet meer verschijnen. 43

44 Spellingcontrole bij bestaande tekst Wil je liever in één keer alle fouten verbeteren, dan klik je, wanneer je klaar bent met typen, in de menubalk op Controleren en vervolgens op Spelling- en grammaticacontrole. Er verschijnt nu een venster dat is verdeeld in twee aparte vensters. In het bovenste zie je het volgens Word verkeerd geschreven woord, in het onderste de suggesties. Wil je een van de suggesties overnemen, dan klik je op Wijzigen aan de rechterkant. Wil je dat niet, dan klik je op Eenmaal negeren. Op deze wijze doorloop je de gehele tekst. Aan het eind van de controle verschijnt: Controle voltooid. 44

45 Woordenlijsten Zoals je inmiddels weet, gebruikt Word een standaard woordenlijst tijdens de spellingcontrole. Onder een woord dat niet in de lijst voorkomt, zet Word een rood, golvend lijntje ten teken dat het woord verkeerd gespeld is. Gebruik je een bepaald woord dat telkens als fout wordt aangemerkt vaker, dan kun je het toevoegen aan de woordenlijst. Op deze manier zal het de volgende keer niet meer als fout beschouwd worden. Je vindt de woordenlijst door te klikken op de knop Bestand en rechtsonder te kiezen voor Opties. Je kunt de woordenlijst aanvullen met veelgebruikte woorden die Word telkens als foutief aanmerkt. Klik in het nu volgende venster op Controle en vervolgens op Aangepaste woordenlijsten. Bovenaan staat nu: Woordenlijst bewerken. Klik hierop en er verschijnt weer een nieuwe venster. In het bovenste invulveld typ je het woord dat tot nu toe steeds rood werd onderstreept. 45

46 Klik vervolgens op Ok. Het woord is nu toegevoegd aan de woordenlijst. 46

47 Zoeken en vervangen Zoeken Als je een bepaald woord zoekt in een document, is het veel te tijdrovend om de hele tekst door te moeten lezen. Handiger is het om dan gebruik te maken van de zoekfunctie binnen Word. Je vindt deze functie in het groepsvak Bewerken. Klik op de optie Zoeken. Nu verschijnt een nieuw venster. Word 2013 heeft een speciale functie om te zoeken naar woorden in een document. Het venster bevat drie tabbladen: Zoeken, Vervangen en Ga naar. Kies het tabblad Zoeken. Eronder zie je een invulveld. Typ hier het woord waarnaar je op zoek bent en klik op Volgende zoeken. Je komt automatisch terecht op de eerste plek in de tekst waar Word het woord gevonden heeft. Door weer te klikken op Volgende zoeken brengt Word je naar de volgende plek in het document waar het woord voorkomt. Herhaal deze procedure totdat je de melding krijgt dat Word het betreffende woord verder niet meer aangetroffen heeft. Woorddeel zoeken Je kunt ook op woorddelen zoeken. Typ je bijvoorbeeld in het invulveld het woord zoek dan toont Word alle woorden waarin het woorddeel zoek voorkomt. Markering voor lezen Soms is het handig om in een oogopslag te zien waar een bepaald woord(deel) staat. Als je het woord(deel) dat je zoekt intypt en daarna klikt op Markering voor lezen, geeft Word alle zoekresultaten geel gemarkeerd weer. Wil je nadien de markering wissen, dan klik je nogmaals op de optie Markering voor lezen en kies je Markering wissen. 47

48 Afdrukvoorbeeld en afdrukken Afdrukvoorbeeld Voordat je een document gaat afdrukken, moet je het op (spelling)fouten controleren. Daarnaast is het handig om te weten hoe jouw tekst er straks op papier uit zal zien. Ook daarvoor heeft Word een handig hulpmiddel. Voordat je een document gaat afdrukken, is het raadzaam eerst het afdrukvoorbeeld te bekijken. Voordat je een document daadwerkelijk gaat afdrukken, kun je een afdrukvoorbeeld ervan laten weergeven in je scherm. Klik op de knop Bestand en houd de muis stil op de optie Afdrukken. Klik er niet op, want dan wordt je document meteen afgedrukt! Rechts verschijnt nu een aantal nieuwe opties, waarvan Afdrukvoorbeeld er een is. Klik daarop en vervolgens laat Word jou zien hoe de tekst er na afdrukken uit zal zien. 48

49 Ben je tevreden over de lay-out dan kun je het document afdrukken. Afdrukken Wil je de tekst afdrukken, dan klik je weer op de knop Bestand en vervolgens op Afdrukken. Er verschijnt een nieuw venster, waarin staat op welke printer (meestal de standaardprinter) het document zal worden afgedrukt. Zet deze printer aan en klik op Afdrukken. Jouw document wordt nu afgedrukt. Eigenschappen: je ziet in het afdrukvenster ook de knop Eigenschappen. Wat je onder deze knop kunt aanpassen, hangt af van de printer die je hebt. We adviseren je dan ook de handleiding van jouw printer te raadplegen als je meer over Eigenschappen wilt weten. 49

50 Tekstindeling Alinea s maken en samenvoegen Uitlijnen Regelafstand en witruimte Inspringen Opsommingen 50

51 Alinea s maken en samenvoegen Word 2013 maakt na gebruik van de entertoets automatisch een witregel. Dit kun je uitschakelen. Alinea s maken Meerdere zinnen die bij elkaar horen en elkaar zonder witregels opvolgen, noemen we een alinea. Alinea s worden van elkaar gescheiden door een witregel en maken een tekst overzichtelijker en daardoor prettiger leesbaar. In vorige versies van Word verschoof de cursor automatisch naar de volgende regel na het gebruik van de entertoets, maar Word 2013 slaat dan een regel over. Er ontstaat dus automatisch een witregel en daarmee een nieuwe alinea. Wil je dit niet, dan kun je dat eenvoudig aanpassen. Klik daarvoor in het lint op de optie `Geen afstand`. Nadat je deze optie hebt aangeklikt zal de extra witregel niet meer standaard worden ingevoegd. Je maakt dit weer ongedaan door op de optie `Standaard` in het lint te klikken. We gaan in dit naslagwerk over het algemeen uit van de standaardinstelling. Om de alineamarkeringen in een tekst te laten weergeven klik je op `Alineamarkeringen weergeven` in het lint. De pilcrows ( ) die je nu in de tekst ziet verschijnen, geven aan waar alinea s beginnen en eindigen. Wil je tijdens het typen geen nieuwe alinea beginnen maar wel een regel naar beneden, dan druk je `Shift tegelijk in met Enter. De cursor verspringt dan een regel zonder dat een witregel ontstaat. Alinea s samenvoegen Heb je per ongeluk een nieuw alinea gemaakt, dan kun je hem eenvoudig met de voorgaande samenvoegen. Klik met de muis vóór de aan het eind van de vorige alinea en druk op Delete op het toetsenbord. De alinea is nu samengevoegd met de voorgaande; je kunt dat ook zien doordat de op die plek verdwenen is. 51

52 Uitlijnen In Word wordt een tekst standaard links uitgelijnd. Dat betekent dat alle tekst aan de linkerkant gelijkloopt met de kantlijn. Standaard staat de tekst links uitgelijnd, maar je kunt teksten op verschillende andere manieren uitlijnen. Rechts uitlijnen Bij rechts uitlijnen loopt de tekst aan de rechterkant gelijk met de kantlijn. Wil je een alinea rechts uitlijnen, dan klik je in die alinea en daarna in het groepsvak Alinea op Rechts uitlijnen. Uitvullen Bij uitvullen worden de woorden op een zodanige manier over een regel verspreid, dat alle regels exact dezelfde lengte krijgen. Dat gebeurt door te variëren met de witruimte tussen de woorden. Wil je een alinea uitvullen, dan klik je in die alinea en daarna in het groepsvak Alinea op Uitvullen. Centreren Centreren betekent dat een tekst vanuit de middenas wordt uitgelijnd. Wil je een alinea centreren, dan klik je in die alinea en daarna in het groepsvak Alinea op Centreren. De standaardoptie links uitlijnen wordt het meest gebruikt, vooral omdat de tekst dan het rustigst leest. 52

53 De regelafstand, de afstand tussen de regels kan groter of kleiner gemaakt worden. Regelafstand en witruimte De regelafstand is de afstand tussen de opeenvolgende regels. Deze staat standaard ingesteld op Enkel. Je past de regelafstand aan met de knop `Regelafstand`. Wanneer je daarop klikt, krijg je in een nieuw venster verschillende opties te zien. Kies je regelafstand 3, dan worden de regels ver uit elkaar geplaatst. Dat kan handig zijn wanneer je later met pen aantekeningen in het document wilt maken. Wil je de regelafstand weer op de standaardinstelling zetten, dan klik je weer op de knop `Regelafstand` en zet je deze op 1. Wil je na het wijzigen van de regelafstand ook de afstand tussen de alinea s aanpassen, ga dan met de cursor voor de alinea staan en klik op Regelafstand in het lint. Kies vervolgens de optie Afstand na alinea invoegen. Wilt je dat weer ongedaan maken, dan klik je opnieuw op Regelafstand en daarna op Afstand na alinea verwijderen. 53

54 Inspringen Inspringen eerste regel Wanneer je geen gebruik maakt van witregels tussen alinea s kun je het begin van een nieuwe alinea aangeven door de eerste regel ervan in te laten springen. Dit kun je instellen met behulp van de liniaal, die zich aan de bovenkant van je document bevindt. Is de liniaal niet zichtbaar, klik dan op het tabblad Beeld en zet een vinkje voor het woord Liniaal. Plaats de cursor in de eerste regel en ga met de muis naar de markering Eerste regel inspringen van de liniaal. Versleep nu de markering naar het punt waar de eerste regel moet inspringen. Inspringen met de tabtoets Inspringen met behulp van de tabtoets op het toetsenbord kan ook. Plaats de cursor voor de regel die je wilt laten inspringen en klik vervolgens op de tabtoets. Het begin van de regel verspringt nu 1,25 cm. naar rechts. Alinea s inspringen naar links Je kunt een enkele regel, maar ook een hele alinea laten inspringen. Dit kan zowel aan de linker- als aan de rechterkant. Wil je de alinea aan de linkerkant laten inspringen, plaats dan de cursor in de betreffende alinea en versleep met de muis de markering Links inspringen. Alinea s inspringen naar rechts Wil je de alinea aan de rechterkant laten inspringen, plaats dan de cursor in de betreffende alinea en versleep met de muis de markering Rechts inspringen. Wil je de tekst weer in de vorige stand terugzetten, zet dan de cursor weer in de betreffende alinea en zet de markering Rechts inspringen terug. 54

55 Opsommingen Opsommingstekens Maak je in een tekst gebruik van een lijstje (opsomming), dan kun je elk onderdeel daarvan vooraf laten gaan door een opsommingsteken, zoals een bolletje of een streepje. Zet de cursor op de plek waar het eerste opsommingsteken moet komen en klik in het groepsvak Alinea op de knop Opsommingstekens (dat is het pictogram met de drie bolletjes, gevolgd door een liggend streepje). Nu verschijnt op de plek van de cursor een bolletje dat iets naar rechts verspringt. Je kunt nu meteen gaan typen; de tekst verschijnt rechts naast dit bolletje. Wil je liever geen bolletje als opsommingsteken gebruiken, klik dan op de naar beneden wijzende pijl naast de knop Opsommingstekens. In de lijst die nu verschijnt, zie je verschillende keuzemogelijkheden. Door op een van de keuzes te klikken veranderd het standaard opsomming in de door jou gekozen opsomming. Wil je een aantal punten benoemen in de tekst dan kun je dit op een overzichtelijke manier doen door gebruik te maken van opsommingstekens of nummering. Nummering Wil je geen symbolen gebruiken, maar liever een cijfer, dan kan dat ook. Ze de cursor in dat geval op de plek waar de nummering moet beginnen en klik in het groepsvak Alinea op Opsomming numeriek. 55

56 Woorden afbreken Tijdens het typen van een tekst schuift de laatste woorden die niet meer op de regel passen, automatisch door naar de volgende regel. Doordat Word standaard geen woordafbreking toepast, betekent dit dat soms veel witruimte aan het eind van een regel ontstaat. Je kunt dit voorkomen door de instelling voor afbreken te wijzigen van Geen in Automatisch. Een laatste woord dat niet meer op een regel past, krijgt dan automatisch een afbreekstreepje waarna de rest van het woord op de volgende regel wordt weergegeven. Je kunt zelf instellen of je woorden aan het eind van een regel wilt laten afbreken. Je vindt de instelling voor afbreken in het tabblad Pagina-indeling. Klik in het groepsvak Pagina-instelling op Afbreken. Kies in het nu volgende venster de optie Automatisch. Vanaf nu zal Word automatisch woorden aan het eind van elke regel afbreken. Wil je dit ongedaan maken, dan klik je opnieuw op Afbreken. Kies daarna Geen. De functie is dan weer uitgeschakeld, wat betekent dat woorden die niet meer op een regel passen, worden weergegeven op de volgende regel. 56

57 Documentopmaak Marges wijzigen Pagina-einde Paginanummering Kop- en voetteksten Afdrukstand en papierformaat 57

58 Marges wijzigen Marges wijzigen De lege ruimten rondom je document (aan de boven- en onderkant, links en rechts) worden marges genoemd. Deze marges zijn standaard op een bepaalde waarde ingesteld. Ben je klaar met typen en ben je niet tevreden over de lay-out van de pagina, dan kun je deze waarden eenvoudig zelf aanpassen. Vooraf ingestelde marges Klik op het tabblad Pagina-indeling en kies de optie Marges. In het nu volgende venster zie je dat marges standaard staan ingesteld op Normaal. Onder die standaardinstelling vind je diverse vooraf ingestelde marges. Je kunt er daar een van aanklikken en deze instelling wordt dan meteen op jouw document toegepast. Kies je bijvoorbeeld de instelling Breed, dan wordt de tekst smaller weergegeven en worden de marges eromheen veel groter. Wil je de marges terugzetten naar de standaardinstelling, klik dan weer op Marges en kies de optie Normaal. De marges (dit zijn de ruimten boven, onder en links en rechts naast de tekst) kun je naar wens aanpassen. 58

59 Marges wijzigen met de hand Je hoeft niet (altijd) vooraf ingestelde marges te gebruiken, want je kunt ze ook zelf aanpassen. Klik daartoe op Marges en aan de onderzijde in het volgende venster op Aangepaste marges. Boven in het nieuwe venster kun je de marges links, rechts, boven en onder handmatig wijzigen. Tevens kun je hier aangeven of je de pagina staand of liggend wilt laten weergeven. Daarnaast kun je in dit venster aangeven of de wijzigingen op het hele document moeten worden toegepast of alleen vanaf het punt waar je op dat moment bent. Ben je klaar met het wijzigen van de instellingen, dan klik je op Ok. 59

60 Wanneer je een pagina-einde invoegt, ga je direct naar de volgende pagina. Pagina-einde Ben je halverwege een pagina en wil je verdergaan met de tekst op de volgende pagina, dan kun je net zo lang op Enter drukken tot je de volgende pagina bereikt hebt. Het is gemakkelijker om dan een pagina-einde te gebruiken. Dat doe je door met de cursor te gaan staan op de plaats waar de nieuwe pagina moet komen. Klik op het tabblad Pagina-indeling en vervolgens in het groepsvak Pagina-instelling op Eindemarkeringen. Kies vervolgens de eerste optie: Pagina ; OF druk op je toetsenbord tegelijkertijd op Ctrl en Enter. Wil je een pagina-einde verwijderen, dan klik je op het tabblad Start en kies je Opmaakmarkeringen weergeven. In het document wordt het pagina-einde nu weergegeven door een stippellijn. Klik op deze lijn en druk daarna op Delete op je toetsenbord. 60

61 Aan de pagina s van een document kun je automatisch een paginanummer laten toekennen. Paginanummering Het is aan te raden om in een document dat meerdere pagina s bevat paginanummering te gebruiken. Je kunt die nummering dan ook nog in een inhoudsopgave opnemen, zodat de verschillende onderwerpen in je document gemakkelijk terug te vinden zijn. Paginanummering toevoegen doe je als volgt. Klik op het tabblad Invoegen in het groepsvak Koptekst en voettekst op Paginanummer. In het nu volgende venster krijg je een aantal opties. Ga je met de muis op een daarvan staan, dan verschijnt weer een nieuw venster waarin je kunt kiezen uit mogelijke locaties voor de paginanummering. Kies een locatie door middel van een muisklik. Je zult nu zien dat alle pagina s in chronologische volgorde genummerd zijn. Voeg je aan het eind van je document nog een pagina toe, dan zal Word automatisch doornummeren. Paginanummering verwijderen Wil je de paginanummering uitschakelen (bijvoorbeeld omdat jouw document maar een paar pagina s bevat), dan klik je op het tabblad Invoegen in het groepsvak Koptekst en voettekst op Paginanummer. Kies in het venster dat verschijnt de optie Paginanummers verwijderen. 61

62 Kop- en voetteksten Een koptekst is een tekst die aan de bovenkant van elke pagina wordt weergegeven, een voettekst keert op elke pagina terug aan de onderkant. Kop- en voetteksten zijn alleen op het scherm lichter gekleurd dan de hoofdtekst; in het afgedrukte document zie je dit kleurverschil niet. Je voegt een koptekst in door op het tabblad Invoegen in het groepsvak Koptekst en voettekst te klikken op Koptekst. Er verschijnt nu een venster met diverse opties. Zo kun je kiezen of de koptekst aan de linkerkant, in het midden of rechts geplaatst moet worden. Kop- en voetteksten worden bijvoorbeeld gebruikt in rapporten. Kop- en voetteksten keren op elke pagina terug. Kies welke koptekstopmaak je wilt gebruiken en typ daarna de tekst in. Na het typen van de koptekst dubbelklik je op een willekeurige plaats in de hoofdtekst van het document. De koptekst verschijnt nu boven aan elke pagina van je document. Een voettekst voeg je op dezelfde manier toe; uiteraard kies je daarvoor wel de optie Voettekst. Wil je een koptekst verwijderen, dan dubbelklik je in de koptekst en klik je linksboven in je scherm op Koptekst. In het venster dat nu verschijnt, zie je onderaan de optie Koptekst verwijderen. Klik hierop en dubbelklik tot slot in de hoofdtekst. De koptekst is nu verdwenen. Voor het verwijderen van een voettekst volg je dezelfde procedure. 62

63 Afdrukstand en papierformaat Afdrukstand Standaard wordt een document staand (de korte zijden van het papier aan de boven- en onderkant) afgedrukt. Je kunt een document ook liggend (de korte zijden van het papier links en rechts) af laten drukken. Om de afdrukstand te veranderen, klik je op het tabblad Pagina-indeling in het groepsvak Pagina-instelling op de optie Afdrukstand. In het venster dat nu verschijnt, kun je kiezen tussen Staand en Liggend. Papierformaat Word hanteert A4 als standaardpapierformaat. Wil je jouw document op een ander papierformaat afdrukken, klik dan op het tabblad Pagina-indeling op Formaat. Kies in het nu volgende venster het gewenste papierformaat. Wil je terug naar het standaardpapierformaat, klik dan weer op Formaat en kies A4. 63

64 Kolommen Tabtoets en tabstops Tabellen maken Tabel selecteren en tekst opmaken Kolommen en rijen invoegen en verwijderen Kolombreedte en rijhoogte 64

65 Tabtoets en tabstops Tabtoets Wil je in een document verschillende rijen onder elkaar laten uitlijnen, dan is daarvoor de tabtoets op het toetsenbord een handig hulpmiddel. Door daarop te drukken, zal de cursor steeds 1,25 cm doorschuiven naar rechts. Op deze manier kun je verschillende rijen precies onder elkaar uitlijnen. Met behulp van de tabtoets of tabstops kun je op een eenvoudig manier rijen onder elkaar maken. Tabstops Nadeel van rijen maken met de tabtoets is dat je soms een aantal keer op de tabtoets moet drukken voordat je op de juiste plaats in het document bent. Handiger is het dan om tabstops te maken. Die zorgen ervoor dat de cursor direct naar de goede tab doorschuift, wanneer je op de tabtoets drukt. Klik om een tabstop te maken op de plek in de liniaal waar zo n stop moet komen. Er verschijnt een rechthoekig teken in de liniaal. Dit is de tabstop. Druk je nu op de tabtoets, dan verspringt de cursor direct naar de plaats waar je de tabstop hebt ingesteld. Verwijderen van een tabstop Heb je een tabstop ingesteld die je niet (meer) nodig hebt, dan verwijder je die door er met de muis op te gaan staan en de tabstop naar beneden te slepen. 65

66 Tabellen maken Tabellen maken Met een tabel kun je informatie op een overzichtelijke manier presenteren. Tabellen bestaan uit drie onderdelen: rijen (horizontaal), kolommen (verticaal) en cellen (de hokjes in een tabel). Het maken van een tabel in Word is eenvoudig. Klik op het tabblad Invoegen in het groepsvak Tabellen op de optie Tabel. Tabellen geven je de mogelijkheid informatie uitgelijnd en daardoor overzichtelijk te presenteren. Er verschijnt nu een venster met een groot aantal hokjes. Die hokjes veranderen van kleur zodra je er met de muis overheen gaat, zodat je gemakkelijk kunt aangeven hoeveel kolommen en rijen de tabel moet bevatten. Je hoeft nog niet precies te weten hoeveel je er nodig hebt, want je kunt later altijd nog rijen en kolommen aan je tabel toevoegen. Heb je het aantal rijen en kolommen bepaald, dan klik je met de muis, waarna de tabel in het document verschijnt. Je ziet dat het tabblad Ontwerpen is geactiveerd. Hier vind je tal van mogelijkheden om de tabel aan jouw eisen en wensen aan te passen. Je kunt van cel naar cel bewegen met behulp van de muis, de pijltjestoetsen of de tabtoets op je toetsenbord. Klik in de cel linksboven en begin met typen. Wil je naar de volgende cel, gebruik dan de tabtoets. Wil je tekst uit een cel verwijderen, klik dan met de muis in de betreffende cel en gebruik de toetsen Delete of Backspace op je toetsenbord om de tekst weg te halen. 66

67 Tabel selecteren en opmaken Nu leer je hoe je een (gedeelte van) een tabel selecteert en hoe je de tekst in een tabel kunt opmaken. Naam Adres Woonplaats Jan Jansen Jansplein Jansplaats Piet Pietersen Pietstraat Pieterpad Wil je een kolom selecteren, dan beweeg je de muis langs de bovenzijde van de kolom totdat de cursor wijzigt in een naar beneden wijzende pijl. Wanneer dit gebeurt, klik je eenmaal met de muis; de kolom is nu geselecteerd. Om een rij te selecteren ga je met de muis voor de betreffende rij staan. Je selecteert die rij door middel van een muisklik. Als je de hele tabel wilt selecteren, beweeg je de muis naar de linkerbovenhoek van de tabel. Daar verschijnt een plusteken met pijlen aan de uiteinden. Klik met de muis en de gehele tabel is geselecteerd. Tekst opmaken Nadat je een (gedeelte van een) tabel hebt geselecteerd, kun je de tekst opmaken (op dezelfde manier als je eerder in dit boek geleerd hebt). Via het groepsvak Lettertype op het tabblad Start bijvoorbeeld, kun je een rij of een kolom cursief en vetgedrukt weergeven. 67

68 Invoegen en verwijderen Heb je meer rijen en/of kolommen nodig, dan kun je die eenvoudig toevoegen. Naam Adres Woonplaats Jan Jansen Jansplein Jansplaats Piet Pietersen Pietstraat Pieterpad Kolom toevoegen Zet de cursor in een willekeurige cel in de laatste kolom aan de rechterkant. Klik vervolgens op het tabblad Indeling in het groepsvak Rijen en kolommen op de optie Rechts invoegen. Er verschijnt nu meteen een extra kolom aan de rechterkant van de tabel. Rij invoegen Plaats de cursor in de laatste cel van de tabel. Druk vervolgens op de tabtoets van je toetsenbord. Er wordt direct een nieuwe rij aangemaakt. Je kunt in een tabel rijen en kolommen toevoegen of verwijderen. Kolom verwijderen Plaats de cursor in een cel van de kolom die je wilt verwijderen. Klik op het tabblad Indeling en klik op de optie Verwijderen. Er verschijnt nu een venster met een aantal keuze mogelijkheden. Kies de optie Kolom verwijderen. 68

69 Rij verwijderen Klik met de muis in een van de cellen van de rij die je wilt verwijderen. Klik op het tabblad Indeling en kies de optie Verwijderen. Kies in het venster dat nu verschijnt Rij verwijderen. Wil je na het invoegen/verwijderen van rijen en kolommen de wijzigingen herstellen dan kan dit door te klikken op het pictogram Ongedaan maken in de werkbalk Snelle toegang. 69

70 Kolombreedte en rijhoogte Bij het maken van een tabel stelt Word automatisch de breedte van de kolommen en de hoogte van de rijen vast, maar die kun je beide zelf eenvoudig aanpassen. Naam Adres Woonplaats Jan Jansen Jansplein Jansplaats Piet Pietersen Pietstraat Pieterpad Kolombreedte en rijhoogte aanpassen Klik in de kolom waarvan je de breedte wilt aanpassen en daarna op het tabblad Indeling en het groepsvak Celformaat. Naast de kolombreedte (tweede optie) staat een getal dat je met behulp van de pijltjes rechts kunt aanpassen. Door op het omhoog wijzende pijltje te klikken, wordt de kolom breder; het omlaag wijzende pijltje maakt de kolom smaller. De kolombreedte en rijhoogte kan aangepast worden tijdens en achteraf Op dezelfde manier kun je de rijhoogte veranderen (dat kan nodig zijn wanneer je in een rij een groter lettertype wilt gebruiken, bijvoorbeeld). Klik in de rij die je wilt aanpassen en klik vervolgens in het groepsvak Celformaat op de eerste optie ( Hoogte ). Naast de rijhoogte staat een getal dat je met behulp van de pijltjes rechts kunt aanpassen. Door op het omhoog wijzende pijltje te klikken, wordt de rij hoger; het omlaag wijzende pijltje maakt de rij minder hoog. Om de kolombreedte en de rijhoogte aan te passen, kun je ook de liniaal in het document gebruiken. Sleep met behulp daarvan de rijen en kolommen naar de gewenste breedte of hoogte. Deze manier werkt sneller, maar is vooral geschikt voor de geoefende Wordgebruiker. 70

71 Randen en arcering Tabelranden Ook een tabel kun je opmaken. Word kent verschillende mogelijkheden om je tabel extra te laten opvallen en aantrekkelijker te maken voor de lezer. Naam Adres Woonplaats Jan Jansen Jansplein Jansplaats Piet Pietersen Pietstraat Pieterpad Klik met de muis in een van de cellen van de tabel en vervolgens op het tabblad Ontwerpen. In het groepsvak Stijlen voor tabellen zie je een aantal voorbeeldtabellen in kleur. Rechts daarvan zie je verschillende pijltjes. Klik op het onderste pijltje (dat met het streepje erboven). Nu verschijnt een groot venster met zeer veel verschillende tabelstijlen. Door op een van de stijlen te klikken krijgt je tabel het uiterlijk daarvan. Wil je terug naar de oorspronkelijke tabelstijl, dan klik je in de taakbalk Snelle toegang op Ongedaan maken. Randen en arcering Rechts van de tabelstijlen zie je een tweetal knoppen, te weten Arcering en Randen. Door op de knop Randen te klikken, kun je de lijnen in en om de tabel dikker of dunner maken of ze een kleur geven. Verder toont het venster talloze opties voor de tabelopmaak. 71

72 Klik je op Arcering dan zie je dat je de achtergrond van cellen, kolommen en rijen een kleur kunt geven. Dat kan bijvoorbeeld van pas komen wanneer je de informatie in een bepaalde rij of kolom wilt accentueren. 72

73 Werken met objecten Afbeelding en grafiek invoegen Objecten vergroten en verkleinen Objecten verplaatsen Knippen, kopiëren, verwijderen 73

74 Afbeelding en grafiek invoegen Vaak kun je aan de hand van bijvoorbeeld een afbeelding beter duidelijk maken wat je bedoelt. Daarom is het prettig dat je in Word afbeeldingen aan je document kunt toevoegen. Afbeelding invoegen Om een afbeelding in te voegen, klik je op het tabblad Invoegen en vervolgens in het groepsvak Illustraties op Afbeelding. In een nieuw venster verschijnt de inhoud van de map Afbeeldingen. Kies de gewenste afbeelding en klik op Invoegen. Een afbeelding kan je document aantrekkelijker maken. 74

75 Grafiek invoegen Het is mogelijk om gegevens uit een Excelbestand in te voegen in een Worddocument. Klik op het tabblad Invoegen en daarna in het groepsvak Illustraties op de optie Diagram. Kies een van de grafiekopties in het volgende venster en klik op Ok. Het beeldscherm wordt nu meteen verdeeld in een gedeelte Word en een gedeelte Excel. In het Excelgedeelte voeg je de gegevens toe die straks in de grafiek getoond moeten worden. Heb je dat gedaan, dan sluit je het Excelgedeelte en wordt de grafiek toegevoegd aan je document. 75

76 Objecten vergroten en verkleinen Wil je het formaat van een afbeelding in je document aanpassen, dan selecteer je eerst de betreffende afbeelding door er met de muis op te klikken. Er verschijnt nu een lijn om de afbeelding. Door met de muis te slepen, kun je de afbeelding nu vergroten of verkleinen. Let op: sleep altijd vanuit een van de hoeken van de afbeelding, om de correcte hoogte-/breedteverhouding te behouden. Wanneer je de afbeelding over de tekst sleept en de muis loslaat, verschuift de tekst, zodat deze niet achter de afbeelding verdwijnt. Wil je de tekst om de afbeelding heen laten lopen, klik dan op de afbeelding en daarna op het tabblad Opmaak. Klik in het groepsvak Schikken op de optie Tekstterugloop en kies de optie Om kader. Een object kun je altijd achteraf vergroten of verkleinen. 76

77 Objecten verplaatsen Afbeelding verplaatsen Wanneer je een afbeelding naar een andere plek in het document wilt verplaatsen, klik je op het betreffende object en verschijnt een venster met indelingsopties. Klik op een van de opties om de afbeelding op de gewenste plek in de tekst te plaatsen. Wil je het object vergroten of verkleinen, dan selecteer je het door middel van een muisklik en wijzig je het formaat door vanuit een van de hoekpunten te slepen (zie ook het vorige hoofdstuk). Staat een object niet op de juiste plaats dan kun je het verplaatsen naar elders in de tekst. 77

78 Knippen, kopiëren, verwijderen Object knippen of kopiëren In plaats van het te verplaatsen door middel van slepen, kun je een object ook knippen. Klik met de rechtermuisknop op het object en kies Knippen. Ga naar de plek in het document waar het object moet komen, klik daar opnieuw met de rechtermuisknop en kies de optie Plakken. Wil je dat het object ook op de oorspronkelijke plek zichtbaar blijft, dan volg je dezelfde procedure, maar kies je voor Kopiëren in plaats van Knippen. Object verwijderen Je verwijdert een afbeelding, illustratie of grafiek door erop te klikken en vervolgens op de toets Delete van het toetsenbord te drukken. 78

Microsoft Word Weergave

Microsoft Word Weergave Microsoft Word 2013 Weergave Inhoudsopgave 2. Weergave 2.1 Document openen en de cursor verplaatsen 2.2 Scrollbalk, weergaveknoppen en mini-werkbalk 2.3 Verborgen opmaakmarkeringen 2.4 Opslaan onder een

Nadere informatie

Microsoft Word 365. Weergave AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Microsoft Word 365. Weergave AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365 Microsoft Word 365 Weergave Inhoudsopgave 2. Weergave 2.1 Document openen en de cursor verplaatsen 2.2 Scrollbalk, weergaveknoppen en mini-werkbalk 2.3 Verborgen opmaakmarkeringen 2.4 Speciale lettertekens

Nadere informatie

Microsoft Word Kennismaken

Microsoft Word Kennismaken Microsoft Word 2013 Kennismaken Inleiding Microsoft Word is het meest gebruikte tekstverwerkingsprogramma ter wereld. De mogelijkheden die Word biedt zijn talrijk, maar als je nog nooit met Word gewerkt

Nadere informatie

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving

Kennismaking. Versies. Text. Graph: Word Logo voorbeelden verschillende versies. Werkomgeving Kennismaking Word is een tekstverwerkingsprogramma. U kunt er teksten mee maken, zoals brieven, artikelen en verslagen. U kunt ook grafieken, lijsten en afbeeldingen toevoegen en tabellen maken. Zodra

Nadere informatie

Microsoft Word Tekstindeling

Microsoft Word Tekstindeling Microsoft Word 2016 Tekstindeling Inhoudsopgave 6. Tekstindeling 6.1 Alinea s maken en samenvoegen 6.2 Uitlijnen 6.3 Regelafstand en witruimte 6.4 Inspringen 6.5 Opsommingen 6.1 Alinea s maken en samenvoegen

Nadere informatie

Microsoft Word 365. Kennismaken AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Microsoft Word 365. Kennismaken AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365 Microsoft Word 365 Kennismaken Inleiding Microsoft Word is het meest gebruikte tekstverwerkingsprogramma ter wereld. De mogelijkheden die Word biedt zijn talrijk, maar als je nog nooit met Word gewerkt

Nadere informatie

Titel Microsoft Word Eerste druk December 2017

Titel Microsoft Word Eerste druk December 2017 Microsoft Word 2016 Microsoft Word 2016 Titel Microsoft Word 2016 Eerste druk December 2017 De module Microsoft Word 2016 is een onderdeel van de WERK-portal.nl. De WERK-portal.nl is een product van SBCM

Nadere informatie

Fred Beumer. Guus Mul. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk

Fred Beumer. Guus Mul. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk Word 2010 titel Klikmee Word 2010 eerste druk juni 2010 auteur webdesign zetwerk druk Fred Beumer Guus Mul Digitaal Leerplein Hollandridderkerk, Ridderkerk Digitaal Leerplein Postbus 50, 6990 AB Rheden

Nadere informatie

Microsoft Word Spellingcontrole

Microsoft Word Spellingcontrole Microsoft Word 2010 Spellingcontrole Inhoudsopgave 5. Controle 5.1 Spellingcontrole 5.2 Woordenlijsten 5.3 Zoeken en vervangen 5.4 Afdrukvoorbeeld en afdrukken 5.1 Spellingcontrole Word geeft spelfouten

Nadere informatie

Microsoft Word Selecteren

Microsoft Word Selecteren Microsoft Word 2013 Selecteren Inhoudsopgave 3. Selecteren 3.1 Tekst selecteren 3.2 Tekst verwijderen 3.3 Kopiëren, knippen, plakken en ongedaan maken 3.4 Werken met twee documenten 3.1 Tekst selecteren

Nadere informatie

Klikmee OpenOffice Writer. Fred Beumer. Fred Beumer. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk

Klikmee OpenOffice Writer. Fred Beumer. Fred Beumer. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk OpenOffice Writer titel Klikmee OpenOffice Writer eerste druk juli 2010 auteur videolessen zetwerk druk Fred Beumer Fred Beumer Digitaal Leerplein Hollandridderkerk, Ridderkerk Digitaal Leerplein Postbus

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2010, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Word opstarten en afsluiten WORD kan opgestart worden via de startknop en de snelkoppeling in de lijst die boven de startknop staat: WORD kan ook worden opgestart via menu Start,

Nadere informatie

Microsoft Word 365. Letteropmaak AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Microsoft Word 365. Letteropmaak AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365 Microsoft Word 365 Letteropmaak Inhoudsopgave 4. Letteropmaak 4.1 Vet, cursief en onderstreept 4.2 Lettertype en lettergrootte 4.3 Tekstkleur 4.4 Super- en subscript 4.1 Vet, cursief en onderstreept Een

Nadere informatie

Opstarten Word 2013 bij Windows 7 Opstarten Word 2016 bij Windows 10

Opstarten Word 2013 bij Windows 7 Opstarten Word 2016 bij Windows 10 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Word opstarten, verkennen en afsluiten WORD kan opgestart worden via de startknop en de snelkoppeling in de lijst die boven de startknop staat: Opstarten Word 2013 bij Windows

Nadere informatie

Kennismaken met Word 2007

Kennismaken met Word 2007 Kennismaken met Word 2007 1. Het programma Word Microsoft Word is in de eerste plaats een tekstverwerkingsprogramma, maar u kunt nog wat meer, u kunt brieven, enveloppen, etiketten, en andere types van

Nadere informatie

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken.

Een nieuwe presentatie maak je met de sneltoets <Ctrl+N> of via het tabblad,. Vervolgens kies je Lege presentatie en klik je op de knop Maken. SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint opstarten en afsluiten POWERPOINT kan worden opgestart via. Als POWERPOINT al vaker is gestart kun je direct op Microsoft PowerPoint 2010 klikken. Typ anders in het

Nadere informatie

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op.

Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op. Word 2016 - basis Aan de slag met Word 2016? Ontdek de basisfuncties. Maak een nieuw document aan, typ teksten en maak het geheel vervolgens netjes op. Welke Word? Word 2016 is te koop als onderdeel van

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2007, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1

INSTRUCT Samenvatting Basis Word 2007, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Word opstarten WORD kan worden opgestart via menu Start, Alle Programma s, Microsoft Office, Microsoft Office WORD 2007. Soms staat er op het bureaublad een snelkoppeling naar

Nadere informatie

6. Tekst verwijderen en verplaatsen

6. Tekst verwijderen en verplaatsen 6. Tekst verwijderen en verplaatsen In deze module leert u: een stuk tekst selecteren een stuk tekst verwijderen; acties ongedaan maken en opnieuw doen; een stuk tekst vervangen; een stuk tekst verplaatsen;

Nadere informatie

Microsoft Office Tekstdocument alle systemen

Microsoft Office Tekstdocument alle systemen Microsoft Office Tekstdocument alle systemen Inleiding In deze les wordt het maken van een tekst document met gebruikmaking van Microsoft Office Word behandeld. (Het gaat hier om één van de oudere versies).

Nadere informatie

Microsoft Outlook Je weg vinden in Outlook

Microsoft Outlook Je weg vinden in Outlook Microsoft Outlook 2016 Je weg vinden in Outlook Inleiding Outlook is het e-mailprogramma van Microsoft. Naast e-mail kun je binnen Outlook je agenda beheren en een takenlijst maken. In deze module nemen

Nadere informatie

Handleiding Word de graad

Handleiding Word de graad Handleiding Word 2010 3de graad Inhoudsopgave Regelafstand 3 Knippen 3 Kopiëren 5 Plakken 6 Tabs 7 Pagina-instellingen 9 Opsommingstekens en nummeringen 12 Kopteksten en voetteksten 14 Paginanummering

Nadere informatie

Microsoft Word Kolommen en tabellen

Microsoft Word Kolommen en tabellen Microsoft Word 2010 Kolommen en tabellen Inhoudsopgave 8. Kolommen en tabellen 8.1 Tabtoets en tabstops 8.2 Tabellen maken 8.3 Tabel selecteren en tekst opmaken 8.4 Kolommen en rijen invoegen en verwijderen

Nadere informatie

Office LibreOffice Tekstdocument gebruiken

Office LibreOffice Tekstdocument gebruiken offfice_libreoffice_tekstdocument_gebruiken/05-03-15/pag 1/6 Office LibreOffice Tekstdocument gebruiken vooral Als een tekstdocument ook zal worden gebruikt op een computer zonder LibreOffice dan kan dit

Nadere informatie

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2013/2016, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1. PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten

INSTRUCT Samenvatting Basis PowerPoint 2013/2016, H1 SAMENVATTING HOOFDSTUK 1. PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint opstarten, verkennen en afsluiten PowerPoint opstarten POWERPOINT kan bijvoorbeeld worden opgestart via een snelkoppeling op het bureaublad. Presentaties openen en het

Nadere informatie

Dit bundeltje is van. Werken in. Hoe doe ik dat? Dit bundeltje is van. Leen Van Damme. Pagina 1

Dit bundeltje is van. Werken in. Hoe doe ik dat? Dit bundeltje is van. Leen Van Damme. Pagina 1 Dit bundeltje is van Werken in Word Hoe doe ik dat? Dit bundeltje is van Leen Van Damme Pagina Inhoudsopgave Word openen... 3 Scherm in Word... 4 Lint in Word... 5 Document opslaan... 6 Afdrukvoorbeeld

Nadere informatie

Hoofdstuk 8 - Snelfiches Word

Hoofdstuk 8 - Snelfiches Word Hoofdstuk 8 - Snelfiches Word 8.1. Word starten 93 8.2. Een nieuwe tekst maken 94 8.3. Tekst meteen bewaren 95 8.4. Tekst schrijven 96 8.5. Tekst veranderen en verplaatsen 97 8.6. Een tabel maken 99 8.7.

Nadere informatie

Bestanden ordenen in Windows 10

Bestanden ordenen in Windows 10 Bestanden ordenen in Windows 10 Waar heb ik dat bestand ook al weer opgeslagen? Vraagt je jezelf dat ook regelmatig af, dan is het tijd om je bestanden te ordenen. Sla bestanden op in een map met een logische

Nadere informatie

Werkbalk Snelle toegang Titelbalk. Tabbladen

Werkbalk Snelle toegang Titelbalk. Tabbladen SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 PowerPoint verkennen POWERPOINT kan worden opgestart via. Als POWERPOINT al vaker is gestart kun je direct op Microsoft PowerPoint 2010 in het menu Start klikken. Typ anders in

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop

INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Word 2010 2 Word activeren 3 Beginscherm en het lint 4 Meer elementen van het programmavenster 5 Een programma sluiten 6 Hoofdstuk 2: Vensters en knoppen 8 Het

Nadere informatie

Microsoft Word 365. Kolommen en tabellen AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365

Microsoft Word 365. Kolommen en tabellen AAN DE SLAG MET DIGITALE VAARDIGHEDEN TRAINING: MICROSOFT WORD 365 Microsoft Word 365 Kolommen en tabellen Inhoudsopgave 8. Kolommen en tabellen 8.1 Tabellen maken 8.2 Tabel selecteren en tekst opmaken 8.3 Kolommen en rijen invoegen en verwijderen 8.1 Tabellen maken Met

Nadere informatie

Gebruikershandleiding Edit

Gebruikershandleiding Edit Gebruikershandleiding Edit Maak gebruik van de inloggegevens die je terugvindt in jouw mailbox. Noteer ze eventueel ook hier: url: www.. nl/edit Navigeer naar dit adres, door de url in te typen in de adresbalk

Nadere informatie

Handleiding Word 2010

Handleiding Word 2010 Handleiding Word 2010 1 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze handleiding mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand dan wel openbaar gemaakt in einge vorm of op enige

Nadere informatie

Word 2010: rondleiding

Word 2010: rondleiding Word 2010: rondleiding Microsoft Word is in de eerste plaats een tekstverwerkingsprogramma, maar er is meer. Men kan standaardbrieven, memoranda, fax, enveloppen, etiketten, en andere types van documenten

Nadere informatie

Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows

Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows Sneltoetsen in PowerPoint 2016 voor Windows Hieronder een overzicht van veelgebruikte sneltoetsen in Microsoft PowerPoint. Deze sneltoetsen zijn van toepassing in vrijwel alle versies, waaronder PowerPoint

Nadere informatie

4. Documentweergave kiezen 5. Afbeeldingen 6. Tabellen 113 Computergids Word 2019, 2016 en Office 365

4. Documentweergave kiezen 5. Afbeeldingen 6. Tabellen 113 Computergids Word 2019, 2016 en Office 365 Inhoudsopgave Voorwoord... 7 Nieuwsbrief... 7 De website bij het boek... 7 Introductie Visual Steps... 8 Wat heeft u nodig?... 8 Uw voorkennis... 9 Bonushoofdstukken... 9 Hoe werkt u met dit boek?... 10

Nadere informatie

15. Tabellen. 1. wat rijen, kolommen en cellen zijn; 2. rijen en kolommen invoegen; 3. een tabel invoegen en weer verwijderen;

15. Tabellen. 1. wat rijen, kolommen en cellen zijn; 2. rijen en kolommen invoegen; 3. een tabel invoegen en weer verwijderen; 15. Tabellen Misschien heeft u al eens geprobeerd om gegevens in een aantal kolommen te plaatsen door gebruik te maken van spaties, kolommen of tabs. Dat verloopt goed totdat u gegevens wilt wijzigen of

Nadere informatie

HOOFDSTUK 1. beginnen met excel

HOOFDSTUK 1. beginnen met excel HOOFDSTUK 1 beginnen met excel Inleiding Voor het betere rekenwerk in de bedrijfseconomie worden spreadsheets (rekenbladen) gebruikt. In dit hoofdstuk leer je omgaan met algemene basisbewerkingen in Excel:

Nadere informatie

Via de het tabblad Bestand kun je bijvoorbeeld een nieuwe werkmap maken, werkmappen openen, opslaan en afdrukken.

Via de het tabblad Bestand kun je bijvoorbeeld een nieuwe werkmap maken, werkmappen openen, opslaan en afdrukken. SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Excel opstarten, verkennen en afsluiten EXCEL kan bijvoorbeeld worden opgestart via de snelkoppeling naar EXCEL op het bureaublad, als deze er is, of via of. Als EXCEL al vaker

Nadere informatie

14. Opsomming & Nummering (lijsten)

14. Opsomming & Nummering (lijsten) 14. Opsomming & Nummering (lijsten) Het is mogelijk om een alinea op te maken als een opsomming. De regels springen dan een beetje in en ze worden voorafgegaan door een streepje, bolletje of nummer. Hieronder

Nadere informatie

Inhoud. Onbegrensd - Initiatiecursus computergebruik WINDOWS VISTA 1

Inhoud. Onbegrensd - Initiatiecursus computergebruik WINDOWS VISTA 1 Inhoud Hoofdstuk 1 - Microsoft Word Office 2007 2 1.1 Inleiding 2 1.2 Word openen 2 1.3 De werkbalken instellen 4 1.4 Een tekstblad tonen 4 1.5 Een tekst intypen 5 1.6 Een tekst of tekstdeel selecteren

Nadere informatie

Titel: Workshop creatief met MS Word Auteur: Miriam Harreman / Jaar: 2009 Versie: Creative Commons Naamsvermelding & Gelijk

Titel: Workshop creatief met MS Word Auteur: Miriam Harreman /   Jaar: 2009 Versie: Creative Commons Naamsvermelding & Gelijk Versie: 1.0-1- Creative Commons Index INDEX... 2 INLEIDING... 3 INSTELLEN VAN DE PAGINA... 4 LIGGENDE KAART... 4 STAANDE KAART... 4 WERKRUIMTE... 4 WERKEN MET WORDART... 5 WORDART: WERKBALK... 5 WORDART:

Nadere informatie

Aan de slag met Windows 10

Aan de slag met Windows 10 Aan de slag met Windows 10 Titel Aan de slag met Windows 10 Eerste druk December 2017 De module Aan de slag met Windows 10 is een onderdeel van de WERK-portal.nl. De WERK-portal.nl is een product van SBCM

Nadere informatie

Excel 2010, H1 HOOFDSTUK 1

Excel 2010, H1 HOOFDSTUK 1 HOOFDSTUK 1 Excel opstarten en afsluiten EXCEL kan worden opgestart via. Als EXCEL al vaker is gestart kun je direct op Microsoft Office EXCEL 2010 klikken. Typ anders in het zoekvak de eerste letters

Nadere informatie

Microsoft WordPad Sinaleri Opleiding

Microsoft WordPad Sinaleri Opleiding Werken met WordPad WordPad is een zeer simpele tekstverwerker voor het schrijven en bewerken van tekstdocumenten. Het maakt standaard onderdeel uit van het Windows besturingssysteem van Microsoft. Voorwoord

Nadere informatie

Europees Computer Rijbewijs. Module 3. Word 2010. 2010 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: november 2010 ISBN: 978 90 460 0609 2

Europees Computer Rijbewijs. Module 3. Word 2010. 2010 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: november 2010 ISBN: 978 90 460 0609 2 Europees Computer Rijbewijs Module 3 Word 2010 2010 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: november 2010 ISBN: 978 90 460 0609 2 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners 2007. 2011, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl Eerste druk: augustus 2012

Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners 2007. 2011, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl Eerste druk: augustus 2012 Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners 2007 2011, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl Eerste druk: augustus 2012 ISBN: 978-90-817910-3-8 Dit boek is gedrukt op een papiersoort

Nadere informatie

10. Pagina-instellingen

10. Pagina-instellingen 10. Pagina-instellingen Voordat u begint met het schrijven van een document in het programma Writer, is het raadzaam eerst te bepalen hoe het er uiteindelijk uit moet komen te zien. In deze module leert

Nadere informatie

Publisher Handleiding

Publisher Handleiding Publisher 2010 Handleiding Inhoud 1. Wat is Publisher?... 1 2. Openen 2.1 Publisher starten... 2 2.2 Een nieuw document openen... 2 2.3 Een bestaand document openen... 3 3. Opslaan 3.1 Een document opslaan...

Nadere informatie

Afdrukken in Calc Module 7

Afdrukken in Calc Module 7 7. Afdrukken in Calc In deze module leert u een aantal opties die u kunt toepassen bij het afdrukken van Calc-bestanden. Achtereenvolgens worden behandeld: Afdrukken van werkbladen Marges Gedeeltelijk

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Microsoft Word

Hoofdstuk 1. Microsoft Word Handleiding Hoofdstuk 1. Microsoft Word... 2 Vet, cursief en onderstreept... 2 Opslaan van een bestand... 2 Afsluiten van een bestand... 2 Definitief Verwijderen van een bestand... 2 Beginnen met nieuw

Nadere informatie

Opmaak in Word. Cursus Word. Tekenopmaak

Opmaak in Word. Cursus Word. Tekenopmaak Opmaak in Word Als je in Word een document gaat opmaken kun je gebruikmaken van 3 opmaakniveaus: - Tekenopmaak voorbeelden: lettertype, puntgrootte, stijl en kleur - Alinea opmaak voorbeelden: inspringen,

Nadere informatie

Fairword Inhoudsopgave:

Fairword Inhoudsopgave: Fairword Inhoudsopgave: Inleiding Fairword 2 Openen van Fairword 3 Optische functies in Fairword 4 Het openen van een extern document in Fairword 9 Het exporteren van een Fairword document 10 Het printen

Nadere informatie

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.1, juli 2006

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.1, juli 2006 Handleiding XML Leesprogramma versie 2.1, juli 2006 Een uitgave van Dedicon Postbus 24 5360 AA GRAVE Tel.: (0486) 486 486 Fax: (0486) 476 535 E-mail: abonnee@dedicon.nl 1 Inhoudsopgave 1.1 De-installatie...

Nadere informatie

LINC vzw Maria-Theresiastraat 20 3000 Leuven Tel: 016/31.66.09 e-mail: info@linc-vzw.be www.linc-vzw.be. Ontwerp LINC logo: Colofon

LINC vzw Maria-Theresiastraat 20 3000 Leuven Tel: 016/31.66.09 e-mail: info@linc-vzw.be www.linc-vzw.be. Ontwerp LINC logo: Colofon STARTEN MET WORD Colofon De Leren is Leuk -pakketten zijn een product van LINC om de nieuwe geletterdheid te promoten. Een pakket bestaat uit een minibrochure en cd-rom waarbij het horen, zien en doen

Nadere informatie

Word. Sneltoetsen Word - Algemeen. Venster. Navigeren & selecteren. Vooscholen.wordpress.com. Opslaan als. Spellingscontrole

Word. Sneltoetsen Word - Algemeen. Venster. Navigeren & selecteren. Vooscholen.wordpress.com. Opslaan als. Spellingscontrole Word Sneltoetsen Word - Algemeen Nieuw bestand Openen Opslaan (Save) Opslaan als Printen Afdrukvoorbeeld Spellingscontrole In-/uitzoomen Help CTRL + N CTRL + O CTRL + S F12 CTRL + P CTRL + F2 F7 CTRL +

Nadere informatie

INHOUD. Ten geleide 13. 1 Starten met Word 2007 15

INHOUD. Ten geleide 13. 1 Starten met Word 2007 15 INHOUD Ten geleide 13 1 Starten met Word 2007 15 1.1 Word 2007 starten 15 1.2 Het documentvenster 16 1.2.1 De titelbalk 16 1.2.1.1 De Officeknop 17 1.2.1.2 De werkbalk Snelle toegang 20 1.2.1.3 De titelbalk

Nadere informatie

INHOUD. Ten geleide Starten met Word 13

INHOUD. Ten geleide Starten met Word 13 INHOUD Ten geleide 11 1 Starten met Word 13 1.1 Inleiding 13 1.2 Word starten 13 1.3 Het startvenster van Word 14 1.4 Het documentvenster 14 1.4.1 De titelbalk 15 1.4.1.1 De werkbalk Snelle toegang 15

Nadere informatie

HANDLEIDING POWERPOINT 2010

HANDLEIDING POWERPOINT 2010 HANDLEIDING POWERPOINT 2010 Ella Wynants & Caroline Nijsmans THOMAS MORE KEMPEN Turnhout Inleiding Dit zijn allerlei handelingen die je vaker zult moeten gebruiken. Je weet al een manier om dit te doen

Nadere informatie

Bijlage I Sneltoetsen Word

Bijlage I Sneltoetsen Word Bijlage I Sneltoetsen Word Algemeen Nieuw bestand Openen Opslaan (Save) Opslaan als Printen Afdrukvoorbeeld Spellingscontrole In-/uitzoomen Help CTRL + N CTRL + O CTRL + S F12 CTRL + P CTRL + F2 F7 CTRL

Nadere informatie

Een korte handleiding door Frederic Rayen

Een korte handleiding door Frederic Rayen Een korte handleiding door Frederic Rayen Van installeren tot het gebruik P a g i n a 2 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Hoe AbiWord version 2.8.6 installeren?... 4 Schermonderdelen... 5 Uitleg bij elke werkbalk...

Nadere informatie

Sneltoetsen. Inhoud. Inleiding

Sneltoetsen. Inhoud. Inleiding Sneltoetsen Inhoud 1. Inleiding 2. Sneltoetsen in Windows 3. Sneltoetsen die in de meeste programma s kunnen worden gebruikt 4. Sneltoetsen bij het typen van tekst 5. Sneltoetsen Internet Explorer 6. Sneltoetsen

Nadere informatie

Microsoft Word Documentopmaak

Microsoft Word Documentopmaak Microsoft Word 2016 Documentopmaak Inhoudsopgave 7. Documentopmaak 7.1 Marges wijzigen 7.2 Pagina-einde 7.3 Paginanummering 7.4 Kop- en voetteksten 7.1 Marges wijzigen De lege ruimten rondom je document

Nadere informatie

Europees Computer Rijbewijs. Module 3. Word 2007. 2008 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: september 2008 ISBN: 978 90 460 0491 3

Europees Computer Rijbewijs. Module 3. Word 2007. 2008 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: september 2008 ISBN: 978 90 460 0491 3 Europees Computer Rijbewijs Module 3 Word 2007 2008 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: september 2008 ISBN: 978 90 460 0491 3 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden

Nadere informatie

Aan de slag met internet

Aan de slag met internet Aan de slag met internet Titel Aan de slag met internet Eerste druk December 2017 De module Aan de slag met Internet is een onderdeel van de WERK-portal.nl. De WERKportal.nl is een product van SBCM en

Nadere informatie

2.12 Een document opslaan als Oefeningen Achtergrondinformatie Tips... 54

2.12 Een document opslaan als Oefeningen Achtergrondinformatie Tips... 54 Inhoudsopgave Voorwoord... 9 Nieuwsbrief... 9 Introductie Visual Steps... 10 Wat heeft u nodig?... 10 De website bij het boek... 11 Uw voorkennis... 11 Bonushoofdstukken... 12 Hoe werkt u met dit boek?...

Nadere informatie

Vragen opmaken in de editor

Vragen opmaken in de editor Vragen opmaken in de editor De tekstvakken van WTMaak zijn in versie 5.0 opgebouwd volgens de HTML5-methode. Hiermee kunt u direct zien wat u invoegt of opmaakt, de zogenaamde WYSIWYG methode (What You

Nadere informatie

Fred Beumer. Fred Beumer. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk

Fred Beumer. Fred Beumer. Digitaal Leerplein. Hollandridderkerk, Ridderkerk Outlook 2010 titel Klikmee Outlook 2010 eerste druk juli 2010 auteur Videoproduction zetwerk druk Fred Beumer Fred Beumer Digitaal Leerplein Hollandridderkerk, Ridderkerk Digitaal Leerplein Postbus 50,

Nadere informatie

Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners , Serasta Uitgegeven in eigen beheer Eerste druk: december 2012

Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners , Serasta Uitgegeven in eigen beheer Eerste druk: december 2012 Auteur boek: Vera Lukassen Titel boek: Word Beginners 2010 2011, Serasta Uitgegeven in eigen beheer info@serasta.nl Eerste druk: december 2012 ISBN: 978-90-817910-6-9 Dit boek is gedrukt op een papiersoort

Nadere informatie

Word 2007, deel Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: januari 2008 ISBN:

Word 2007, deel Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: januari 2008 ISBN: Word 2007, deel 1 2008 Instruct, Postbus 38, 2410 AA Bodegraven - 1 e druk: januari 2008 ISBN: 978 90 460 0433 3 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE 2 INSTRUCT

INHOUDSOPGAVE 2 INSTRUCT 2 INSTRUCT INHOUDSOPGAVE INHOUDSOPGAVE... 2 VOORWOORD... 8 GEBRUIK VAN HET CURSUSBOEK... 8 ONLINE ONDERSTEUNING... 10 INLEIDING: ALGEMENE BASISKENNIS... 10 1 WORD, BASISMOGELIJKHEDEN... 16 Toets vooraf...

Nadere informatie

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.0

Handleiding XML Leesprogramma versie 2.0 Handleiding XML Leesprogramma versie 2.0 Een uitgave van Dedicon Postbus 24 5360 AA GRAVE Tel.: (0486) 486 486 Fax: (0486) 476 535 1 Inhoudsopgave 1. Installatie... 3 2. De-installatie... 3 3. Starten

Nadere informatie

Sneltoetsen. 1. Inleiding

Sneltoetsen. 1. Inleiding Sneltoetsen Inhoud 1. Inleiding 2. Sneltoetsen in Windows 3. Sneltoetsen die in de meeste programma s kunnen worden gebruikt 4. Sneltoetsen bij het typen van tekst 5. Sneltoetsen Internet Explorer 6. Sneltoetsen

Nadere informatie

Sneltoetsen Word - Algemeen. Venster. Invoer. Opslaan als. Spellingscontrole CTRL + F6. Wisselen tussen. Word bestanden CTRL + W

Sneltoetsen Word - Algemeen. Venster. Invoer.  Opslaan als. Spellingscontrole CTRL + F6. Wisselen tussen. Word bestanden CTRL + W Sneltoetsen Word - Algemeen Nieuw bestand Openen Opslaan (Save) Opslaan als Printen Afdrukvoorbeeld Spellingscontrole In-/uitzoomen Help CTRL + N CTRL + O CTRL + S F12 CTRL + P CTRL + F2 F7 CTRL + Muiswiel

Nadere informatie

Hoofdstuk 18 Tips en sneltoetsen

Hoofdstuk 18 Tips en sneltoetsen Hoofdstuk 18 Tips en sneltoetsen 18.0 Inleiding In deze cursus proberen we steeds op veel manieren tips en suggesties te geven die je tijd kunnen besparen. In dit hoofdstuk gaan we specifiek kijken naar

Nadere informatie

Tekst Opmaken Module 3

Tekst Opmaken Module 3 3. Tekst Opmaken Standaard staat alle tekst die u in een dia invoegt in het lettertype Arial, met een puntgrootte van 44 voor titels en 32 voor opsommingen. Uiteraard kunt u de opmaak van een specifiek

Nadere informatie

Aandachtspunten voor Word

Aandachtspunten voor Word Aandachtspunten voor Word Lesblok 1: Let op het verschil tussen: Opslaan (geopend document onder dezelfde naam en op dezelfde locatie opnieuw opslaan) en Opslaan Als (Kies zelf een nieuwe naam en nieuwe

Nadere informatie

Hoofdstuk 2 Basiskennis... 1-23 Muistechnieken... 1-23 Windows Verkenner... 1-24

Hoofdstuk 2 Basiskennis... 1-23 Muistechnieken... 1-23 Windows Verkenner... 1-24 Module 1 Basisvaardigheden Hoofdstuk 1 De Fluent Interface... 1-9 Lint... 1-9 Backstage... 1-12 Knopafbeeldingen in het lint... 1-15 Werkbalk Snelle toegang... 1-15 Scherminfo... 1-15 Miniwerkbalk... 1-16

Nadere informatie

GIGA Informatica WORD &POWERPOINT. GIGAIWW 1-4.indd :27:58

GIGA Informatica WORD &POWERPOINT. GIGAIWW 1-4.indd :27:58 GIGA Informatica WORD &POWERPOINT GIGAIWW 1-4.indd 1 23-07-2007 16:27:58 Hoofdstuk 2 Basishandelingen Overzicht van de vereiste voorkennis Kennismaking met Windows Basishandelingen in Windows Hoofdstuk

Nadere informatie

1. Kennismaken met Calc

1. Kennismaken met Calc 1. Kennismaken met Calc In deze module leert u: - het programma Calc starten. - de onderdelen van het programmavenster van Calc herkennen. - over het werkblad verplaatsen. - gegevens invoeren. - het programma

Nadere informatie

1. Teksten maken en bewerken

1. Teksten maken en bewerken 17 1. Teksten maken en bewerken Tekstverwerking is één van de meest gebruikte toepassingen op de computer. Dat geldt niet alleen voor het bedrijfsleven, maar ook steeds meer voor de privégebruiker. Een

Nadere informatie

ERGONOMISCH ADVIES : SNELTOETSEN

ERGONOMISCH ADVIES : SNELTOETSEN Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming (GDPB) Boudewijnlaan 30 bus 44 1000 BRUSSEL T 02 553 01 22 F 02 553 49 55 gdpb@kb.vlaanderen.be overheid.vlaanderen.be/welzijn-op-het-werk ERGONOMISCH

Nadere informatie

3. Opmaak van documenten

3. Opmaak van documenten 57 3. Opmaak van documenten In sommige teksten is het overzichtelijker om schema s en opsommingen te gebruiken. In Word kunt u deze opmaak gemakkelijk toepassen met behulp van tabstops en opsommingstekens.

Nadere informatie

Op het bureaublad staan pictogrammen. Via de pictogrammen kunnen programma s worden gestart en mappen en bestanden worden geopend.

Op het bureaublad staan pictogrammen. Via de pictogrammen kunnen programma s worden gestart en mappen en bestanden worden geopend. SAMENVATTING HOOFDSTUK 1 Aanmelden Als je de computer aanzet, wordt Windows opgestart. Windows is een besturingssysteem. Tijdens het opstarten kun je zien met welke versie van Windows 7 je werkt. Voordat

Nadere informatie

I) Wat? II) Google documenten. Deel 2 documenten

I) Wat? II) Google documenten. Deel 2 documenten Google Drive Deel 2 documenten I) Wat? 1) De meeste mensen bewerken teksten in de tekstverwerker Word van Microsoft Office. Het is echter ook mogelijk teksten op internet te bewerken en te bewaren. Het

Nadere informatie

Het uiterlijk lijkt erg op Word, een paar belangrijke verschillen geven we aan in de schermafdruk hieronder.

Het uiterlijk lijkt erg op Word, een paar belangrijke verschillen geven we aan in de schermafdruk hieronder. Inleiding Rekenen is een onderdeel van iedere opleiding. Het programma waar je mee kunt rekenen op de computer is het programma Excel, onderdeel van Microsoft Office. Excel is een krachtig rekenprogramma.

Nadere informatie

Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen.

Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen. SAMENVATTING HOOFDSTUK 9 Pagina-indeling, de Pagina-instelling Via het tabblad Pagina-indeling, groep Pagina-instelling kun je de afdrukstand en het papierformaat instellen. Klik op de knop Afdrukstand

Nadere informatie

INHOUDSOPGAVE. Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop 22 Werken met dialoogvensters 23 Onderdelen van dialoogvensters 24 Het snelmenu 28

INHOUDSOPGAVE. Hoofdstuk 3: Dialoogvensters en rechtermuisknop 22 Werken met dialoogvensters 23 Onderdelen van dialoogvensters 24 Het snelmenu 28 INHOUDSOPGAVE Hoofdstuk 1: Kennismaken met Office 2010 2 Een programma starten 3 Het menu Start 3 Beginscherm en het lint 4 Meer elementen van het programmavenster 6 Een programma sluiten 6 Hoofdstuk 2:

Nadere informatie

PLAKKEN Nadat u een gedeelte heeft geknipt of gekopieerd kunt u met dit icoon de selectie weer in het veld plakken.

PLAKKEN Nadat u een gedeelte heeft geknipt of gekopieerd kunt u met dit icoon de selectie weer in het veld plakken. KNIPPEN Als u na de selectie van een gedeelte van een tekst of een afbeelding op dit icoon klikt, knipt u de selectie uit het veld. Op deze manier kunt u het geselecteerde verwijderen, maar het ook juist

Nadere informatie

SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT

SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT SG ANKER CONCRETE INVULLING LEERLIJNEN ICT Computervaardigheden Gebruik muis K1 K2 K3 L1 L2 L3 L4 L5 L6 bewegen met de muis slepen met de muis (L-muisknop ingedrukt houden) enkel klikken met L-muisknop

Nadere informatie

Deel 1: PowerPoint Basis

Deel 1: PowerPoint Basis Deel 1: PowerPoint Basis De mogelijkheden van PowerPoint als ondersteunend middel voor een gedifferentieerde begeleiding van leerlingen met beperkingen. CNO Universiteit Antwerpen 1 Deel 1 PowerPoint Basis

Nadere informatie

Je kunt de breedte van een kolom veranderen door de kolomrand te verslepen. Je kunt ook dubbelklikken op een kolomrand.

Je kunt de breedte van een kolom veranderen door de kolomrand te verslepen. Je kunt ook dubbelklikken op een kolomrand. SAMENVATTING HOOFDSTUK 2 Navigeren door records Je kunt bladeren door de velden en records van een tabel: Knop Omschrijving Naar volgend record Naar vorig record Naar laatste record Naar eerste record

Nadere informatie

Inhoudsopgave. Mail 36 Agenda 38 Rekenmachine 39 Gamebalk 42 Groove 42 Kaarten 43 Films en tv 45 Paint 45 Foto s 47 WordPad 49

Inhoudsopgave. Mail 36 Agenda 38 Rekenmachine 39 Gamebalk 42 Groove 42 Kaarten 43 Films en tv 45 Paint 45 Foto s 47 WordPad 49 INHOUDSOPGAVE Inhoudsopgave Inleiding 9 Het toetsenbord van je pc 9 Groot en klein 9 Snel programma s oproepen met een toetscombinatie 11 Windows 10 13 Algemeen 14 Combinaties met de Windows-toets 17 Opdrachtprompt

Nadere informatie

Figuren in Word. Vul de Wat weet ik al?-kaart in van les 7. Als je nog niet alles weet en kan, zoek het dan op in les 7.

Figuren in Word. Vul de Wat weet ik al?-kaart in van les 7. Als je nog niet alles weet en kan, zoek het dan op in les 7. Figuren in Word Wat heb je de vorige les geleerd? Hoe je een rand om een alinea kunt maken Tekst te arceren in verschillende kleuren Hoe je een rand om een pagina kunt zetten Op welke manier je tekst kunt

Nadere informatie

Hoofdstuk 8: Bewerken

Hoofdstuk 8: Bewerken Hoofdstuk 8: Bewerken 8.0 Inleiding Bewerken in Excel gaat grotendeels hetzelfde als het bewerken in andere Microsoft Office programma s. Als het bekend is hoe in Word tekst te knippen en plakken, dan

Nadere informatie

1 Een presentatie bekijken

1 Een presentatie bekijken 1 Een presentatie bekijken PowerPoint is een programma om presentaties te maken. In dit hoofdstuk leer je om een bestaande presentatie te bekijken. Ook maak je enkele wijzigingen in een bestaande presentatie.

Nadere informatie

Sneltoetsen bij Microsoft

Sneltoetsen bij Microsoft Sneltoetsen bij Microsoft Inhoud: 1. Sneltoets-combinaties bij MS Windows...1 2. Sneltoets-combinaties bij MS Word...1 3. Sneltoets-combinaties bij MS Excel...3 4. Sneltoets-combinaties bij MS Outlook...4

Nadere informatie

Ergonomisch Advies: Sneltoetsen

Ergonomisch Advies: Sneltoetsen Ergonomisch Advies: Sneltoetsen Departement Bestuurszaken Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming (GDPB) Boudewijnlaan 30 bus 44 1000 Brussel Tel. 02 553 01 22 - Fax 02 553 49 55 gdpb@bz.vlaanderen.be

Nadere informatie

Vragen opmaken in de editor

Vragen opmaken in de editor Vragen opmaken in de editor De tekstvakken van WTMaak zijn in versie 5.0 opgebouwd volgens de HTML5-methode. Hiermee kunt u direct zien wat u invoegt of opmaakt, de zogenaamde WYSIWYG methode (What You

Nadere informatie

Excel afdrukken Afdrukken in Excel. Afdrukbereik, afbeeldingen, kantlijnen e.d.

Excel afdrukken Afdrukken in Excel. Afdrukbereik, afbeeldingen, kantlijnen e.d. Excel afdrukken Afdrukken in Excel. Afdrukbereik, afbeeldingen, kantlijnen e.d. Peter Franke 2-2-2014 Inhoud Excel Les 07 Afdrukken... 3 Marges [ Kantlijnen ]... 3 Afdrukstand.... 4 Afdrukbereik... 4 Afdrukken

Nadere informatie