Onderzoek naar financiële hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas instellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland
|
|
- Valentijn Timmermans
- 8 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Armoede in Nederland 2008 Onderzoek naar financiële hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas instellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland
2
3 Armoede in Nederland 2008 Onderzoek naar financiële hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas instellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland
4 uitgave van 2 Kerk in Actie Postbus AL Utrecht tel. (030) info@kerkinactie.nl (Kerk in Actie is het diaconale werk in binnen- en buitenland en het zendingswerk van de Protestantse Kerk in Nederland) Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland Diaconaal Bureau Postbus AH Veenendaal Tel. (0318) diac.bur@cgk.nl Bisschoppenconferentie van de Nederlandse Rooms-Katholieke Kerkprovincie Postbus LA Utrecht Tel. (030) secrbk@rkk.nl Remonstrantse Broederschap Nieuwegracht 27A 3512 LC Utrecht tel. (030) info@remonstranten.org Werkgroep Arme Kant van Nederland/EVA Luijbenstraat BR Den Bosch (073) info@armekant-eva.nl Onderzoeker drs. Olaf Crutzen Oud-Katholieke Kerk van Nederland Kon. Wilhelminalaan HN Amersfoort tel. (033) buro@okkn.nl VERWERKING GEGEVENS Nel Hoogendoorn ( juni 2008) Opmaak Ontwerpkamer, Utrecht Foto Jaap de Jager/Kerk in Actie Druk Libertas, Bunnik Vincentiusvereniging Nederland Geestbrugweg CS Rijswijk tel. (070) secretariaat@vincentiusvereniging.nl Prijs 5,- Besteladres Brochureverkoop@pkn.nl, tel. (030) Utrecht, juni 2008
5 Inhoudsopgave 3 I Inleiding 4 II Samenvatting en aanbevelingen 5 III Onderzoeksverantwoording Onderzoeksmethode Populatie Steekproef Responsoverzicht Representativiteit en weging Statistische marges Een aantal rekenvoorbeelden 3.4 Dataverzameling De vragenlijst De veldwerkperiode 3.5 Verwerking van de (open) vragen Opmerkingen over het onderzoek en rapportage 15 IV Onderzoeksresultaten Inleiding Deelnemende kerkelijke organisaties Betrokkenheid van kerkelijke organisaties Kwantificering van de financiële hulp Aantal aanvragen voor financiële hulp Aantal aanvragen toegenomen, afgenomen of gelijkgebleven Aantal gehonoreerde aanvragen voor financiële hulp Gehonoreerd totaalbedrag voor financiële hulp Totaalbedrag toegenomen, afgenomen of gelijkgebleven 4.5 Groepen met financiële problemen Aard van de problematiek contact en samenwerking met andere 29 instellingen en organisaties 4.8 Betrokkenheid bij het verstrekken van voedsel Toerusting voor armoedebestrijding Signalen voor de overheid 32 Bijlage: Vragenlijst 34
6 I Inleiding 4 Ondanks het hoge welvaartsniveau in Nederland, hebben grote groepen mensen in ons land moeite om financieel het hoofd boven water te houden. Armoedebestrijding krijgt niet de grootste prioriteit in het overheidsbeleid. Kerkelijke instanties voelen zich daardoor vaak gedwongen om bij te springen. Deze signalering baart verschillende kerken zorgen. Om meer inzicht te krijgen in de situatie en de rol van de verschillende kerken is het onderzoek Armoede in Nederland uitgevoerd. Dit onderzoek is ook in 2005 en 2006 uitgevoerd in opdracht van Kerk in Actie, het diaconale en zendingswerk van de Protestantse Kerk in Nederland. Dit jaar hebben meer kerken geparticipeerd in het onderzoek. Dat zijn: - Protestantse Kerk in Nederland/Kerk in Actie - Rooms-Katholieke Kerk - Vincentiusvereniging Nederland - Oud-Katholieke Kerk van Nederland - Christelijke Gereformeerde Kerken in Nederland - Remonstrantse Broederschap De term kerkelijke organisaties In het onderzoek wordt gesproken over kerkelijke organisaties en over protestantse diaconieën. Waar over kerkelijke organisaties wordt gesproken, worden álle plaatselijke kerkelijke diaconale organen bedoeld van de bovenstaande kerken en vereniging. Waar wordt gesproken over protestantse diaconieën, zijn uitsluitend de diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland bedoeld. Het onderzoek is uitgezet onder de kerkelijke organisaties : protestantse diaconieën parochiële caritas instellingen rooms-katholieke parochies Vincentiusverenigingen oud-katholieke parochies christelijk gereformeerde diaconieën remonstrantse diaconieën Wat is er onderzocht en waarom? Net als in de onderzoeken van 2005 en 2006 is onderzocht in welke mate en op welke wijze kerkelijke organisaties betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen die financieel in de problemen zijn geraakt. Tevens is geïnventariseerd hoeveel aanvragen voor financiële hulp er in 2007 bij kerkelijke organisaties zijn binnengekomen, hoeveel aanvragen gehonoreerd zijn en om welke bedragen het hierbij gaat. Ook is onderzocht binnen welke bevolkingsgroepen de financiële problemen het grootst zijn en wat hiervan de oorzaken zijn. Kortom, het onderzoek laat zien op welke manieren de verschillende kerken hulpverlening bieden aan mensen met f inanciële problemen. Verder geeft het inzicht in zowel de aard van de problemen als in de doelgroepen die te maken hebben met armoede. Onder de protestantse diaconieën is een soortgelijk onderzoek reeds in 2005 en 2006 uitgevoerd. Voor dit kerkgenootschap kan een vergelijking worden gemaakt met voorafgaande jaren. Zo worden ontwikkelingen omtrent hulp bij armoede zichtbaar. De resultaten van dit onderzoek geven een kader om het beleid op het gebied van armoedebestrijding verder gestalte te geven. Tevens kunnen de kerken aantonen welk werk zij verrichten op het gebied van financiële hulpverlening. De cijfers geven voldoende aanknopingspunten om in gesprek te gaan met de overheid. Gedetailleerd overzicht Voor een gedetailleerd overzicht van de punten die in dit onderzoek aan de orde komen, wordt verwezen naar de inhoudsopgave en naar de gebruikte vragenlijst die als bijlage in dit rapport is opgenomen. De tabellen van het onderzoek zijn te vinden op
7 II samenvatting en aanbevelingen Inleiding Dit hoofdstuk is een samenvatting van het onderzoek dat onder kerkelijke organisaties is uitgevoerd naar de financiële hulpverlening aan mensen die financieel in de knel zitten. Op basis van de resultaten zijn er aanbevelingen geformuleerd. Deze worden aan het einde van dit hoofdstuk beschreven. Waar in het onderzoek wordt gesproken over kerkelijke organisaties worden álle respondenten van het onderzoek bedoeld. Zie de Inleiding voor verdere informatie. Met protestantse diaconieën worden alleen de diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland bedoeld. Naast de inleiding zijn er in dit hoofdstuk tien paragrafen opgenomen, waarbij wordt aangesloten op de indeling van hoofdstuk IV. Achtereenvolgens komen aan de orde: 2.2 Deelnemende kerkelijke organisaties 2.3 Betrokkenheid van kerkelijke organisaties 2.4 Kwantificering van de financiële hulp 2.5 Groepen met financiële problemen 2.6 Aard van de problematiek 2.7 Contact en samenwerking met andere instellingen en organisaties 2.8 Betrokkenheid bij het verstrekken van voedsel 2.9 Toerusting voor armoedebestrijding 2.10 Signalen voor de overheid 2.11 Conclusies en aanbevelingen 2.2 deelnemende kerkelijke organisaties In totaal zijn kerkelijke organisaties benaderd om mee te doen aan het onderzoek. De onderstaande tabel geeft aan hoeveel kerkelijke organisaties benaderd zijn en hoeveel er gereageerd hebben. 2.3 Betrokkenheid van kerkelijke organisaties 76% van de kerkelijke organisaties is betrokken bij de ondersteuning van mensen die financieel in de knel zijn geraakt. Dit zijn gemiddeld zo n kerkelijke organisaties in Nederland. Met 95% zekerheid ligt dat aantal in ieder geval tussen de en Voor de protestantse diaconieën kunnen we een vergelijking in de tijd maken. We kunnen dan ook concluderen dat de betrokkenheid bij de ondersteuning van mensen die financieel in de knel zijn geraakt vanaf 2004 vrij stabiel is. Zo was de betrokkenheid in het onderzoek van %, in % en in het huidige onderzoek 75%. Dit zijn geen significante verschillen. Van de kerkelijke organisaties die betrokken zijn bij de armoedeproblematiek is 65% actief op zoek naar armoede binnen hun gemeente. In absolute getallen zijn dit tussen de en kerkelijke organisaties. De meest voorkomende manier om armoede op te sporen is door contact te onderhouden met andere instellingen. Wijze van betrokkenheid Mensen die financieel in de knel zijn geraakt kunnen door de kerkelijke organisaties op verschillende manieren geholpen worden. De kerkelijke organisaties zijn gemiddeld op 4,2 verschillende manieren betrokken bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen. De materiële hulpverlening, zowel met geld (giften en leningen) als in natura vormt de hoofdmoot in de wijze waarop kerkelijke organisaties betrokken zijn bij armoedesituaties. 83,3% verleent financiële hulp door middel van giften. Meer dan de helft (53,9%) verleent materiële hulp in Tabel 1: Categorisering kerkelijke organisaties Populatie Respons Rooms-Katholiek (parochiële caritas instellingen, parochies en Vincentiusverenigingen) Protestantse Kerk in Nederland (diaconieën) Andere kerkgenootschappen (diaconieën van Remonstrantse Broederschap en Christelijke Gereformeerde Kerk, en parochies Oud-Katholieke Kerk) Oecumenische samenwerking (zoals interkerkelijke noodfondsen) - 8 Onbekend - 3 Totaal
8 6 natura. 51,0% geeft aan dat ze financiële hulp verleent door middel van leningen. Dit beeld komt sterk overeen met de vorige onderzoeken, waarin alleen is gekeken naar de protestantse diaconieën. In het onderzoek van 2006 zagen we dat 80,0% van de protestantse diaconieën hielpen door middel van giften, 51,7% door middel van leningen en 54,5% door middel van hulp in natura. Bij de vraag op welke wijze men betrokken is bij het ondersteunen van mensen met financiële problemen, is dit jaar voor het eerst de antwoordcategorie het mogelijk maken van een vakantie toegevoegd. Daaruit blijkt dat 41,8% van de kerkelijke organisaties die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen, één of meerdere vakanties mogelijk hebben gemaakt. Bij de protestantse diaconieën ligt dit percentage nog hoger (51,0%). Een andere belangrijke ontwikkeling binnen de protestantse diaconieën is dat men steeds vaker een diaken voor armoedebestrijding instelt (11,2% in 2006 en 16,9% in 2008). Niet betrokken Indien kerkelijke organisaties niet betrokken zijn bij de armoedeproblematiek, geven de respondenten als belangrijkste reden (52,2%) aan dat er in de gemeente geen mensen leven die financieel in de knel zitten. Bijna één op de vijf binnen deze groep (18,1%) ontvangt geen signalen of aanvragen van mensen met (financiële) problemen. Er zijn wel een aantal significante verschillen tussen de roomskatholieke organisaties en de protestantse diaconieën te zien (deze zijn rood gekleurd). Wanneer we de redenen afzetten tegen omvang van de burgerlijke gemeente, dan zien we dat de redenen in de gemeente geen mensen leven die financieel in de knel zitten en geen signalen of aanvragen ontvangen afnemen naarmate de gemeente groter wordt. De reden wij hebben andere prioriteiten neemt toe naarmate de omvang van de burgerlijke gemeente toeneemt (zie armoede, voor de extra tabel 1). 2.4 kwantificering van de financiële hulp 86% van de kerkelijke organisaties die betrokken zijn bij de armoedeproblematiek verleent hulp middels financiële giften of leningen. Bij kwantificering van dit percentage constateren we dat het hierbij gaat om een aantal tussen de en kerkelijke organisaties. Gemiddeld zijn dit kerkelijke organisaties. Bij de rooms-katholieken geeft 89% van de kerken hulp middels financiële giften of leningen. Bij de andere kerkgenootschappen en oecumenische samenwerkingsverbanden is dit 82%. Voor de protestantse diaconieën kunnen we weer een vergelijking maken in de tijd. In het onderzoek van 2005 was het percentage 90%, in % en in dit onderzoek weer 85%. Aantal aanvragen voor financiële hulp Aan alle kerkelijke organisaties is gevraagd hoe vaak men in 2007 aanvragen heeft gekregen voor financiële hulpverlening. Hieruit blijkt dat men in 2007 gemiddeld 8,4 aanvragen heeft ontvangen. Op basis van deze Tabel: Redenen niet-betrokkenheid bij ondersteuning rk pkn andere kerk- Onbekend totaal genootschappen In gemeente zijn er geen mensen die financieel in de knel zitten 34,6% 58,5% 76,5% 0,0% 52,2% Geen signalen/aanvragen ontvangen 21,0% 18,8% 0,0% 0,0% 18,1% We hebben andere prioriteiten 24,7% 5,7% 5,9% 50,0% 11,6% Overige 8,6% 4,0% 0,0% 50,0% 5,4% Vermoeden dat mensen terughoudend zijn door schaamte 1,2% 7,4% 0,0% 0,0% 5,1% Via een andere organisatie (die we ondersteunen) 3,7% 4,5% 11,8% 0,0% 4,7% Kleine gemeente met weinig middelen 6,2% 1,1% 5,9% 0,0% 2,9%
9 7 gegevens is vervolgens het absolute aantal aanvragen voor financiële hulp berekend. We zien hieronder een overzicht voor alle afzonderlijke kerkelijke organisaties: Tabel: Aantal aanvragen voor financiële hulpverlening 2007 (alle kerkelijke organisaties) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen kerkelijke aantal 95% betrouworganisaties aanvragen baarheids interval Minimaal Maximaal Gemiddeld Alle kerkelijke organisaties , RK , PKN , Andere kerkgenootschappen en oecumenische samenwerking , In onderstaande tabel staat het aantal aanvragen in 2004, 2005 en 2007 bij de protestantse diaconieën weergegeven. Wanneer we de cijfers van het huidige onderzoek vergelijken met de vorige onderzoeken, constateren we een aanzienlijke daling. Binnen het onderzoek wordt in het kader van de betrouwbaarheid alleen gerekend met exacte aantallen. Doordat veel protestantse diaconieën die veel aanvragen hebben ontvangen hun cijfers hebben geschat, worden deze niet meegenomen in de berekening. Het geschatte aantal lag in 2007, voor de protestantse diaconieën, op 12,1. Tabel: Aantal aanvragen voor financiële hulpverlening (protestantse diaconieën) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen protestantse aantal 95% betrouwdiaconieën gehonoreerde baarheids interval aanvragen Minimaal Maximaal Gemiddeld Aantal aanvragen , Aantal aanvragen , Aantal aanvragen ,
10 8 Aantal aanvragen voor financiële hulp gehonoreerd Gemiddeld werden in 2007 per kerkelijke organisatie zo n 7,5 aanvragen voor financiële hulp gehonoreerd. Dit betekent dat de kerkelijke organisaties in 2007, met 95% zekerheid, tussen de en aanvragen voor financiële hulp gehonoreerd hebben. Wanneer we geen rekening houden met de betrouwbaarheidsmarge komen we tot een schatting van ca gehonoreerde aanvragen. Tabel: aantal gehonoreerde aanvragen voor financiële hulpverlening (alle kerkelijke organisaties) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen kerkelijke aantal 95% betrouworganisaties gehonoreerde baarheids interval aanvragen Minimaal Maximaal Gemiddeld Alle kerkelijke organisaties , RK , PKN , Andere kerkgenootschappen en oecumenische samenwerking 150 8, De ontwikkeling bij de protestantse diaconieën in gehonoreerde aanvragen ziet er als volgt uit. Tabel: aantal gehonoreerde aanvragen voor financiële hulpverlening (protestantse diaconieën) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen protestantse aantal 95% betrouwdiaconieën gehonoreerde baarheids interval aanvragen Minimaal Maximaal Gemiddeld Aantal gehonoreerde aanvragen , Aantal gehonoreerde aanvragen , Aantal gehonoreerde aanvragen ,
11 9 Gehonoreerd totaalbedrag voor financiële hulp Per kerkelijke organisatie wordt gemiddeld zo n 5.021,- per jaar besteed aan individuele financiële hulpverlening. Doorgerekend naar een totaalbedrag voor alle financiële hulpverlening in 2007 en rekeninghoudend met de 95%-betrouwbaarheidsinterval constateren we dat de kerkelijke organisaties tussen de ,- en ,- aan financiële hulp hebben besteed. Wanneer we geen rekening houden met de betrouwbaarheidsmarge komen we tot een totaalbedrag van ,- in Tabel: gehonoreerd totaalbedrag voor financiële hulpverlening (alle kerkelijke organisaties) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen kerkelijke gehonoreerd 95% betrouworganisaties bedrag baarheids interval Minimaal Maximaal Gemiddeld Alle kerkelijke organisaties , , , ,- RK , , , ,- PKN , , , ,- Andere kerkgenootschappen en oecumenische samenwerking , , , ,- Het geschatte bedrag is bij de protestantse diaconieën, in tegenstelling tot het aantal aanvragen en gehonoreerde aanvragen, niet hoger dan het exacte bedrag (geschatte bedrag in 2007 is 3.365,-). Als we alleen de protestantse diaconieën vergelijken, zien we de volgende ontwikkeling: Tabel: gehonoreerd totaalbedrag voor financiële hulpverlening (protestantse diaconieën) Aantal Gemiddeld Absolute aantallen protestantse gehonoreerd 95% betrouwdiaconieën bedrag baarheids interval Minimaal Maximaal Gemiddeld Gehonoreerd totaalbedrag , , , ,- Gehonoreerd totaalbedrag , , , ,- Gehonoreerd totaalbedrag , , , ,-
12 groepen met financiële problemen De groepen mensen die verhoudingsgewijs het meest als financiële knelgroep genoemd worden zijn: alleenstaande ouders met kinderen (53,3%), mensen zonder betaald werk (44,0%), asielzoekers (41,8%), ouderen (39,1%), mensen met psychische problemen (31,0%), mensen met een chronische ziekte of handicap (28,2%) en gezinnen waarin slechts 1 persoon betaald werkt (13,7%). De percentages verschillen niet veel ten opzichte van de vorige onderzoeken, waarin alleen de protestantse diaconieën zijn onderzocht. Een totaaloverzicht van de geïdentificeerde groepen: Tabel: meestgenoemde groepen in financiële problemen (top tien) Alleenstaande ouders met kinderen 53,3% Mensen zonder betaald werk 44,0% Asielzoekers 41,8% Ouderen 39,1% Mensen met psychische problemen 31,0% Mensen met een chronische ziekte of handicap 28,2% Gezinnen waarin slechts 1 persoon werkt 13,7% Mensen met een onvolledige AOW 13,0% Jongeren 7,0% Mensen met een partime baan 4,5% Basis: Respondenten die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (n=862) 2.6 Aard van de problematiek Op de vraag hoe vaak men bepaalde knelpunten tegenkomt, kregen respondenten de keuze tussen nooit, soms, regelmatig, vaak en weet niet. Wanneer we de percentages vaak en regelmatig optellen, dan zien we dat schuldenproblematiek (41,4%) en langdurig laag inkomen (36,8%) de meest voorkomende problemen zijn. Deze stonden in 2005 en 2006 (bij de het onderzoek onder protestantse diaconieën) ook op de eerste en de tweede plek. In de volgende tabel staan de percentages van de antwoordcategorieën regelmatig en vaak opgeteld. Een totaaloverzicht: Tabel: Problemen die kerkelijke organisaties vaak of regelmatig tegenkomen Schuldenproblematiek 41,4% Langdurig laag inkomen 36,8% Onvoorziene hoge uitgave/incidentele financiële tegenslag 16,5% Onbekend met regelgeving 16,3% Wachttijden bij toekenning uitkering 14,9% Vastlopen in bureaucratie 14,8% Vallen net buiten allerlei regelingen 13,7% Ingewikkelde formulieren 13,4% Angst of schaamte voor instanties 12,5% Structurele hoge bijzondere uitgaven 10,5% Hoge vaste lasten 10,3% Problemen met flexwerken 1,2% Basis: Respondenten die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen en aangeven regelmatig of vaak in aanraking te komen met het desbetreffende knelpunt (n=826) Uit de tabel blijkt dat problemen in veruit de meeste gevallen worden veroorzaakt door een langdurig laag inkomen of schuldenproblematiek. 2.7 contact en samenwerking met andere instellingen en organisaties Van de instellingen waarmee kerkelijke organisaties in het kader van financiële hulpverlening contact hebben, staat de gemeentelijke sociale dienst duidelijk het hoogst aangeschreven (58,7%). Ook maatschappelijk werk scoort hoog met 56,8%. Voedselbanken staan met 36,3% op de derde plek. Instellingen voor schuldhulpverlening (35,7%) staan op de vierde plaats. Organisaties van uitkeringsgerechtigden en/of cliëntenraden sluiten de top vijf af met 22,9%. Net als in 2006 (bij de het onderzoek onder protestantse diaconieën) staan dit jaar de voedselbanken weer in de top vijf van de instellingen waarmee men wel eens contact heeft bij armoedebestrijding. De voedselbanken zijn belangrijke instellingen geworden bij de hulpverlening rondom armoede.
13 Betrokkenheid bij verstrekken van voedsel Meer dan de helft van de kerkelijke organisaties (50,2%) is op een of andere manier betrokken bij initiatieven om voedsel te verstrekken. Hiervan is 26,2% betrokken bij een voedselbank die is aangesloten bij Voedselbank Nederland. Zo n 19,4% is betrokken bij een soortgelijk initiatief. Aan de respondenten die hebben aangegeven betrokken te zijn bij initiatieven om voedsel te verstrekken is gevraagd op welke wijze men betrokken is. Veruit de meeste respondenten (46,4%) geven aan dat er kerkleden/parochianen actief zijn als vrijwilliger. Het geven van financiële steun (30,4%) staat op plaats twee. 2.9 toerusting voor armoedebestrijding Op de vraag: Voelt u zich voldoende toegerust in uw diaconale werk rondom armoede? geeft 55,7% van de kerkelijke organisaties aan dat men zich voldoende toegerust voelt. In het vorige onderzoek (2006) onder de protestantse diaconieën zagen we dat 65,2% zich voldoende toegerust voelde. In 2008 is dit gedaald tot 54,7%. De respondenten die zich niet voldoende toegerust voelen, geven aan behoefte te hebben aan meer informatie over de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (60,5%). Men wil meer informatie over de veranderingen in de sociale wetgeving (56,5%). Zo n 41,3% wil meer informatie over toeslagen (zorgtoeslag, huurtoeslag, kindertoeslag). 26,5% van de kerkelijke organisaties hebben signalen doorgegeven aan de burgerlijke gemeente ter verbetering van het armoedebeleid. De belangrijkste signalen hadden betrekking op de Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO/23,1%). Men wenst meer samenwerking en overleg met de burgerlijke gemeente omtrent de WMO. Daarnaast hebben de kerkelijke organisaties over het algemeen ook behoefte aan meer en betere samenwerking tussen diaconieën/parochiële caritas instellingen en burgerlijke gemeenten (18,9%). Andere belangrijke signalen zijn minder bureaucratie/betere voorlichting (15,0%) en aandacht/regelgeving omtrent armoede (11,7%). Ongeveer een op de vijf respondenten (18,8%) heeft gebruik gemaakt van de mogelijkheid een zelf geformuleerde boodschap voor de overheid aan te dragen. De meeste respondenten gaven aan dat er minder formulieren, bureaucratie en meer duidelijkheid moet komen binnen de regelgeving rondom armoede (22,8%). Veel zwakkeren in onze samenleving overzien het woud aan regelgeving niet en lopen zo de steun van de overheid mis. Ook gaf 13,0% van de respondenten aan dat de overheid moet toezien op een goede uitvoering van de WMO. Zo n 10,7% geeft aan dat het sociaal minimum omhoog moet Signalen voor de overheid In deze laatste paragraaf wordt beschreven welke signalen kerkelijke organisaties hebben doorgegeven aan de burgerlijke gemeente ter verbetering van het armoedebeleid. Daarnaast wordt ook beschreven welke zaken of signalen men binnen dit onderzoek nog wil doorgeven met het oog op ons contact met de overheid.
14 Conclusies en aanbevelingen 1. Uit het onderzoek blijkt dat de aandacht voor armoede in Nederland bij plaatselijke kerken onverminderd hoog is. Rond driekwart van de respondenten geeft aan op één of meer manieren betrokken te zijn. In eerder onderzoek onder protestantse diaconieën was dit ongeveer even hoog. Nu blijkt dat hetzelfde beeld ook voor de andere kerkelijke organisaties opgaat. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen: plaatselijke kerken stimuleren om armoede in Nederland hoog op de eigen agenda te houden en die van de lokale samenleving. 2. In dit onderzoek wordt het algemene beeld bevestigd dat kerken gedurende meerdere jaren een forse inzet laten zien bij hulp aan mensen die financieel in de knel zijn geraakt. Dat bleek eerder al in onderzoeken van de Protestantse Kerk en wordt nu voor de Rooms-Katholieke Kerk en enkele kleinere christelijke kerken bevestigd. Dit beeld kan verbreed worden naar alle kerken. Aanbeveling aan de landelijke overheid, burgerlijke gemeenten en instanties: De signalen die kerken doorgeven aan politiek en bedrijfsleven en het pleidooi voor armoedebestrijding dienen hoge prioriteit te krijgen. 3. De aantallen ingediende en gehonoreerde hulpvragen, en de bedragen die daar in omgaan, zijn voor de hele onderzoeksgroep ruwweg even hoog als in het eerdere onderzoek onder protestantse diaconieën van Als we de vergelijking alleen maken voor de protestantse diaconieën, constateren we een daling ten opzichte van (Deze daling wordt in het totaalplaatje gecompenseerd door hogere aantallen en bedragen bij de andere kerkelijke organisaties). Hoewel deze daling op meerdere manieren verklaard kan worden, kan ze erop duiden dat er ook een daling in de armoedeproblematiek plaatsvindt. Dat is een hoopvol teken. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen: onderzoeken of het verlenen van individuele materiële hulpverlening feitelijk leidt tot het afnemen van armoedesituaties. De kerken moeten deze ontwikkeling blijven volgen in de toekomst, zodat met meer zekerheid uitspraken gedaan kunnen worden. 4. De groepen die het meest in beeld zijn bij kerkelijke hulpverlening vormen ongeveer dezelfde top vijf als in de voorgaande onderzoeken in 2005 en Ook waar het de aard van de problemen betreft, is er weinig verandering. Met name schuldenproblematiek en langdurig moeten leven van een laag inkomen scoren daarin hoog. Dit duidt erop dat armoedebeleid dat ingezet wordt voor deze specifieke groepen en terreinen nog onvoldoende merkbare vruchten afwerpt. Aanbeveling aan de landelijke overheid en burgerlijke gemeenten: overheidsbeleid gericht op de vermindering van armoede onder specifieke aandachtsgroepen dient te worden geïntensiveerd. Deze intensivering van overheidsbeleid is ook nodig op het terrein van de schuldenproblematiek en de toereikendheid van uitkeringen. 5. Uit de antwoorden blijkt dat hulp te maken heeft met problemen rond bureaucratie, ingewikkelde formulieren, lange wachttijden bij het beoordelen van uitkeringsaanvragen, enz. Hier is geen verbetering opgetreden in vergelijking met de voorgaande onderzoeken in 2005 en Ook bij de vraag welke signalen naar de overheid moeten worden doorgegeven, scoort deze problematiek hoog. Inzet voor verbetering op deze terreinen is dan ook dringend gewenst. Aanbeveling aan de landelijke overheid, burgerlijke gemeenten en instanties: er is een steviger inspanning nodig van de landelijke overheid, gemeenten en instanties om bureaucratische drempels te slechten, niet-gebruik van (inkomens-)voorzieningen tegen te gaan, procedures te vereenvoudigen en te versnellen, formulieren te vereenvoudigen en proactief beleid te ontwikkelen, waardoor mensen gesteund worden in het benutten van voorzieningen en regelingen die er voor hen zijn. 6. Kerken geven aan in de hulpverlening zelf veel te doen en veel samen te werken met gemeenten en instanties. Een kwart van de kerken geeft aan aandacht te geven aan het doorgeven van signalen en knelpunten aan lokale overheden en instanties. De samenwerking lijkt dus eerder gericht te zijn op helpen dan op het signaleren van knelpunten en het zoeken naar politieke oplossingen.
15 13 Aanbeveling aan de kerkgenootschappen en plaatselijke kerkelijke organisaties: plaatselijke kerken moeten vaker aan overheden en instanties doorgeven wat ze tegenkomen in de hulp aan mensen in de knel, en meedenken in aanbevelingen om verbeteringen in beleid en uitvoering aan te brengen. De landelijke kerken moeten dit ondersteunen, met toerustingsmateriaal en gerichte trainingen. 7. De vraag naar toerusting en informatie door de kerkgenootschappen is groot, en is bij de protestantse diaconieën gestegen ten opzichte van eerder onderzoek. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen: de kerkgenootschappen dienen de informatievoorziening voor de achterban te intensiveren over de snel veranderende wet- en regelgeving in sociale zekerheid en zorgsector, via bladen, websites en handreikingen. 8. Uit de antwoorden rond aantallen en bedragen van hulpverlening blijkt dat in vooral grotere gemeenten en bij samenwerkingsverbanden van kerken een vrij groot aantal daarbij uitgaat van schattingen in plaats van exacte getallen. In de presentatie van de uitkomsten zijn louter de exacte getallen meegerekend. Dit duidt erop dat een zorgvuldige registratie van de hulpverlening lang niet overal prioriteit heeft. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen en plaatselijke kerkelijke organisaties: In verband met de signalering naar overheden en instanties toe, is regelmatige geanonimiseerde registratie van hulpaanvragen gewenst. Dat moet een eenvoudige, niet-bureaucratische registratie zijn, zodat dit geen drempels opwerpt. Dit dient tevens als pijler onder het diaconale beleid van de plaatselijke kerk. De kerkgenootschappen dienen de diaconieën en parochiële caritas instellingen hierbij te ondersteunen. 9. Hoe kleiner de (burgerlijke) gemeente, hoe minder kerken aan hulpverlening doen. Het is waarschijnlijk dat dit in een groot aantal kleinere gemeenten niet te maken heeft met het ontbreken van armoede. Van een aantal regio s en kleinere gemeenten is namelijk bekend dat er relatief veel armoede is. De armoede blijft hier kennelijk meer verborgen of er is een groter taboe. Aanbeveling aan de landelijke overheid, burgerlijke gemeenten, kerkgenootschappen en kerkelijke organisaties: overheid, kerken en, instanties in kleinere kernen moeten actiever de noden in de eigen samenleving opsporen. Kwalitatief onderzoek om meer te weten te komen over de feitelijkheden rond armoede en de mate van hulpverlening in kleinere gemeenten kan een aanvulling zijn op het onderhavige onderzoek naar kerkelijke hulpverlening. 10. De tendens bij kerkelijke organisaties om speciale diakenen of andere vrijwilligers dan wel betaalde krachten aan te stellen die zich met armoede in Nederland bezighouden, zet zich door. Dat is toe te juichen. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen: het vrijstellen van speciale diakenen of andere vrijwilligers of betaalde krachten moet verder worden gestimuleerd. 11. Uit het onderzoek komt naar voren dat kleinere kerkgenootschappen meer informele manieren van hulpverlenen kennen, vooral door inzet van vrijwilligers bij formulierenhulp, administratiehulp, zorghulp. De inzet van vrijwilligers uit kerken bij voedselbanken blijkt toegenomen. Kerken maken betaalbare vakanties voor huishoudens in armoedesituaties mogelijk. Vooral protestantse diaconieën kennen hierin een lange traditie. Rond hulpverlening bij armoede hebben kerken in de vorm van hun vrijwilligers een creatief en kundig netwerk, dat op verschillende manieren ingezet kan worden bij manieren van hulpverlenen. Door de onderlinge diversiteit in aanpak kunnen de kerkelijke organisaties van elkaar leren. De meerwaarde van dit oecumenisch opgezet armoedeonderzoek blijkt o.a. hieruit. Aanbeveling aan de kerkgenootschappen: Over enige jaren moeten de betrokken kerken dit onderzoek herhalen zodat trends waargenomen en geanalyseerd kunnen worden.
16 III Onderzoeksverantwoording 14 In dit hoofdstuk wordt een aantal zaken beschreven die inzicht geven in de gehanteerde methoden en technieken binnen het onderzoek. Achtereenvolgens worden de onderzoeksmethode, de populatie, de steekproef, de respons, de betrouwbaarheid en representativiteit, de wijze van dataverzameling en de verwerking van de vragenlijst beschreven. 3.1 Onderzoeksmethode Voor dit exploratief onderzoek zijn de volgende kerkelijke organisaties benaderd: parochiële caritas instellingen rooms-katholieke parochies Vincentiusverenigingen protestantse diaconieën remonstrantse diaconieën christelijke gereformeerde diaconieën oud-katholieke parochies Het onderzoek is uitgevoerd door middel van een schriftelijke vragenlijst. Belangrijkste redenen hiervoor zijn: De respondent krijgt tijd om na te denken over de antwoorden. Daarnaast geeft het de mogelijkheid om vragen die men zelf niet kan beantwoorden met anderen door te spreken. De respondent kan zelf kiezen voor het moment van antwoorden en wordt niet lastig gevallen Responsoverzicht Onderstaand schema geeft het responsoverzicht van de schriftelijke enquête. Totale basis voor respons ,0% Geen vragenlijst retour ontvangen ,9% Respons% ,1% Het responspercentage 36,1% is zeer goed te noemen. Bij soortgelijke schriftelijke onderzoeken ligt het responspercentage meestal rond de 20%. De hoogte van de respons geeft dan ook zeker geen aanleiding om op voorhand ernstige selectiviteit te verwachten Representativiteit en weging Bij een schriftelijk onderzoek bestaat het risico dat bepaalde groepen oververtegenwoordigd dan wel ondervertegenwoordigd zijn in de responsgroep. In dat geval vormen de respondenten geen goede afspiegeling van de totale populatie en is het onderzoek daarmee niet representatief. Met betrekking tot armoede zijn er grote verschillen tussen gebieden met een hoge of lage urbanisatiegraad. Daarom is het van belang dat de respons representatief is naar omvang van burgerlijke gemeente. In onderstaande tabel wordt de omvang van burgerlijke gemeente in de steekproef vergeleken met de populatiecijfers. 3.2 Populatie Tot de populatie van het onderzoek behoren alle bovengenoemde kerkelijke organisaties in Nederland. De totale onderzoekspopulatie bedraagt in totaal kerkelijke organisaties. 3.3 Steekproef Vanaf week 2 in 2008 zijn in totaal vragenlijsten verstuurd. In de volgende subparagraaf staat een overzicht van de respons op de vragenlijst en wordt een verantwoording gegeven over de representativiteit en de betrouwbaarheid van de cijfers. Representativiteit naar omvang burgerlijke gemeente Steekproef Populatie < inwoners 27,9% 14,8% ,9% 33,2% ,5% 38,1% ,0% 8,6% ,8% 4,3% > inwoners 3,6% 1,1% Onbekend 6,3% - Uit de tabel valt af te lezen dat de kleine gemeenten (< inwoners) en de grote gemeenten vanaf inwoners oververtegenwoordigd zijn in de steekproef. De gemeenten met inwoners en inwoners zijn in de steekproef ondervertegenwoordigd. Om deze afwijkingen te corrigeren zijn de resultaten gewogen. Door de weging tellen antwoorden van kerkelijke instellingen uit ondervertegenwoordigde gemeenten (in de steekproef) relatief zwaarder mee in het totaalresultaat. De antwoorden van oververtegenwoordigde gemeenten tellen juist minder zwaar mee. De basis voor
17 15 de weging wordt gevormd door populatiecijfers die afkomstig zijn van het Centraal Bureau voor de Statistiek (2004). De gewogen resultaten worden binnen de rapportage gebruikt wanneer het gaat om percentages. Voor absolute getallen, zoals aantallen en bedragen worden de ongewogen resultaten gebruikt Statistische marges De resultaten in dit onderzoek zijn steekproefuitkomsten. Dit betekent dat we rekening moeten houden met zekere statistische marges rondom de gepresenteerde uitkomsten. Bij elke uitkomst geldt, gegeven de spreiding in de antwoorden en het aantal ondervraagde organisaties, een betrouwbaarheidsmarge. Dit betekent dat de werkelijke waarde, met een betrouwbaarheid van 95%, binnen de grenzen van deze marge zal liggen. Voor het vaststellen van de marges worden de volgende formules gehanteerd. Formules voor het vaststellen van de statistische marges Penetratiecijfers/percentages: Gemiddelden (aantallen, bedragen): 1,96 x {(p x (1-p))/n} 1,96 x SE In deze formules worden de volgende symbolen gebruikt: p: het aangetroffen percentage n: de steekproefomvang SE: de standaardfout van het gemiddelde Een aantal rekenvoorbeelden De steekproefgroottes worden in de tabellen steeds vermeld. Met de hulp van deze steekproefgroottes en bovenstaande formules kunnen de bijbehorende marges worden berekend. Hoe dergelijke marges worden berekend, zien we in onderstaande voorbeelden. Percentages Voorbeeld: 76,4% van de kerkelijke organisaties zijn betrokken bij ondersteuning van mensen met financiële problemen. De hierbij behorende statistische marge bedraagt: 76,4% +/- 1,96 x {(0,764 x (1-0,764))/1158} = 0,764 +/- 0,0244 Dit wil zeggen dat met 95% zekerheid mag worden aangenomen dat het percentage in de hele onderzoekspopulatie tussen 74,0% en 78,8% zal liggen. Gemiddelden Voorbeeld 1: gemiddelde aantal Het gemiddelde aantal aanvragen voor financiële hulp in 2007 is 8,25. De bijbehorende statistische marge bedraagt: 8,25 +/- 1,96 x 1,043 = 8,25 +/- 2,044. Dat wil zeggen dat met 95% zekerheid mag worden aangenomen dat de frequentie van het aantal aanvragen voor financiële hulp in 2007 in de hele onderzoekspopulatie tussen de 6,21 en 10,29 zal liggen. Voorbeeld 2: gemiddelde bedragen Het gemiddelde gehonoreerde bedrag bij financiële hulp is euro. De bijbehorende statistische marge bedraagt: /- 1,96 x 673 = / Dat wil zeggen dat met 95% zekerheid mag worden aangenomen dat het gemiddelde gehonoreerde bedrag bij financiële hulp in de hele onderzoekspopulatie tussen de en euro zal liggen. 3.4 De dataverzameling De vragenlijst Met de vragenlijst is een aanbevelingsbrief meegestuurd. In deze brief is duidelijk aangegeven waarvoor het onderzoek dient en waarom het van belang is dat de vragenlijst wordt ingevuld. De gestructureerde vragenlijst (zie bijlage) is opgesteld in samenwerking met experts op het gebied van armoede(-bestrijding). Zie voor de volledige vragenlijst de bijlage in dit rapport De veldwerkperiode De veldwerkperiode van het onderzoek liep van week 2 t/m week 14 in De vragenlijsten die zijn teruggezonden in deze periode zijn meegenomen in dit onderzoek. 3.5 Verwerking (open) vragen Met behulp van het softwarepakket SPSS zijn de onderzoeksgegevens geanalyseerd en verwerkt tot tabellen en overzichten. Antwoorden op open vragen zijn na afloop zoveel mogelijk gecategoriseerd en voorzien van een code. Antwoorden die niet gecategoriseerd konden worden zijn één op één weergegeven in zogenaamde open vraag tabellen (voor deze OV-tabellen zie de website: Ook de reguliere tabellen zijn te vinden op Missing values worden buiten beschouwing gelaten in het onderzoeksresultaat en worden als normaal verdeeld verondersteld. Doordat de missing values normaal verdeeld zijn, hebben ze geen effect op de resultaten. 3.6 Opmerkingen over het onderzoek en rapportage Bij het lezen van het rapport dient rekening te worden gehouden met het feit dat de resultaten voor een belangrijk deel gebaseerd zijn op interviewgegevens. De antwoorden en opvattingen van de respondenten kunnen, binnen de betrouwbaarheidsmarges, afwijken van de realiteit.
18 IV Onderzoeksresultaten Inleiding Het onderzoek is op te splitsen in een negental aandachtspunten. De aandachtspunten deelnemende kerkelijke organisaties, betrokkenheid van diaconieën, samenwerking en contact met andere instellingen en organisaties, kwantificering van de financiële hulp, groepen met financiële problemen, aard van de problematiek, betrokkenheid bij verstrekken van voedsel, toerusting voor armoedebestrijding en signalen voor de overheid staan in onderstaande paragrafen beschreven. 4.2 deelnemende kerkelijke organisaties In totaal zijn er kerkelijke organisaties benaderd om mee te doen aan het onderzoek. Deze kerkelijke organisaties zijn onder te verdelen in: Tabel 1: Categorisering kerkelijke organisaties populatie Steekproef % binnen steekproef Rooms-katholieke parochiële caritas instellingen, parochies en Vincentiusverenigingen ,4 Protestantse diaconieën ,3 Andere kerkgenootschappen (remonstrantse en christelijke gereformeerde diaconieën, oud-katholieke parochies) ,4 Oecumenische samenwerking - 8 0,6 Onbekend - 3 0,2 Totaal ,0 4.3 Betrokkenheid van kerkelijke organisaties In deze paragraaf wordt beschreven hoeveel kerkelijke organisaties betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen die financieel in de knel zijn geraakt. Hierbij wordt tevens ingegaan op de wijze van betrokkenheid. Uit het onderzoek blijkt dat in 2007 zo n 76% van de kerkelijke organisaties betrokken is bij de ondersteuning van mensen die financieel in de knel zijn geraakt. In de onderzoeken van 2005 en 2006 is dit al onderzocht voor de diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland. In 2004 was zo n 74% van de protestantse diaconieën betrokken en in het jaar 2005 was dit 78%. In 2007 ligt dit percentage rond de 75%. De betrokkenheid lijkt ten opzichte van 2005 gedaald te zijn, maar het verschil is niet significant. Wanneer we dit nieuwe percentage van 76% kwantificeren, blijkt dat er tussen de en kerkelijke organisaties betrokken zijn bij deze problematiek 1. 1 Bij de kwantificeringen in deze rapportage wordt rekening gehouden met de 95%-betrouwbaarheidsmarge. In bovenstaande situatie kan er met 95% betrouwbaarheid worden vastgesteld dat het werkelijke aantal kerkelijke organisaties dat betrokken is binnen deze marge ligt.
19 17 Figuur 1: Kerkelijke organisaties die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen die financieel in de knel zitten Nee: 24% Ja: 76% Basis: Alle respondenten (n=1158) Verder blijkt uit de resultaten dat de betrokkenheid van de kerkelijke organisaties samenhangt met de omvang van de burgerlijke gemeente. De betrokkenheid van het aantal kerkelijke organisaties loopt namelijk op naarmate de burgerlijke gemeente groter is. Zo is de betrokkenheid binnen de kleinste burgerlijke gemeenten 63%, terwijl dit binnen de grootste burgerlijke gemeenten 93% is. De samenhang tussen de omvang en de betrokkenheid binnen een gemeente is de belangrijkste reden dat de resultaten gewogen zijn op omvang van de burgerlijke gemeente. Van de kerkelijke organisaties die betrokken zijn bij de armoedeproblematiek is 65% actief op zoek naar armoede binnen hun gemeente. In absolute getallen zijn dit tussen de en kerkelijke organisaties. De meest voorkomende manieren om armoede op te sporen is door contact te onderhouden met andere instellingen. De instelling maatschappelijk werk wordt hierbij het meest genoemd. Een andere veelvoorkomende manier is het plaatsen van artikelen over armoede in het plaatselijke kerkblad. In onderstaande figuur staat een totaaloverzicht. Figuur 2: Manieren waarop kerkelijke organisaties actief armoede opsporen Contacten onderhouden met instellingen (bijv. maatschappelijk werk) Artikelen in het kerkblad Contacten onderhouden met (belangen)organisaties van uitkeringsger. Verspreiden van informatie d.m.v. folders en/of posters Speciale diaken aanstellen met als taak armoedebestrijding Via ouderlingen/diaken/predikant/gemeenteleden Anders, namelijk... Contacten met andere diaconieën/pastoraat Via huisbezoeken Burgerlijke gemeente/sociale dienst Wijkteams WMO-raad 63,7% 54,6% 49,2% 27,2% 25,2% 10,7% 5,5% 4,7% 4,1% 4,0% 1,9% 1,6% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% Basis: Respondenten die actief armoede opsporen (n= 886)
20 18 Een groot gedeelte van de kerkelijke organisaties is betrokken bij de ondersteuning van mensen die financiële problemen hebben. Deze betrokkenheid wordt op verschillende manieren vormgegeven. Veruit de meest voorkomende manier is het verlenen van financiële hulp door middel van giften (83,3%). Meer dan de helft (53,9%) verleent materiële hulp in natura. 51,0% geeft aan dat ze financiële hulp verleent door middel van leningen. Ook het verwijzen en begeleiden naar instanties en regelingen (51,5%) wordt door meer dan de helft van de kerkelijke organisaties gedaan. Zie onderstaande tabel. Tabel 2: Wijze waarop de kerkelijke organisatie is betrokken bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen rk pkn andere Oecumenische Onbekend Totaal kerkgenoot- samenwerking schappen Financiële hulp (giften) 88,2% 80,4% 80,0% 81,8% 100,0% 83,3% Materiële hulp in natura 56,2% 53,6% 43,3% 40,0% 0,0% 53,9% Verwijzing/begeleiding naar Instanties of regelingen 49,5% 52,3% 53,3% 72,7% 0,0% 51,5% Financiële hulp (leningen) 47,8% 53,9% 32,3% 72,7% 0,0% 51,0% Mogelijk maken van een vakantie 28,9% 51,0% 23,3% 45,5% 0,0% 41,8% Steungeven aan een voedselbank/ steunpunt voedselbank 34,0% 42,4% 50,0% 30,0% 0,0% 39,3% Hulp bij invullen formulieren 18,3% 25,3% 35,5% 63,6% 0,0% 23,5% Participeren in een noodfonds 23,6% 21,9% 23,3% 20,0% 0,0% 22,5% Ondersteunen van een lokale belangenorganisatie 29,3% 17,0% 22,6% 0,0% 0,0% 21,4% Aanstelling van een diaken voor armoedebestrijding 9,0% 16,9% 10,0% 20,0% 0,0% 13,8% Hulp bij aanvragen van belastingteruggave 8,4% 13,0% 30,0% 40,0% 0,0% 12,2% Opzetten van een voedselbank 6,5% 11,3% 3,3% 0,0% 0,0% 9,1% Kledingwinkel/ruilwinkel 6,9% 2,9% 0,0% 9,1% 0,0% 4,3% Anders, namelijk... 3,7% 2,1% 3,3% 9,1% 0,0% 2,8% Kerstpakketten 1,2% 2,5% 3,2% 0,0% 0,0% 2,0% Basis: Respondenten die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (n=886)
21 19 Wanneer we alleen naar de protestantse diaconieën kijken dan komt het beeld in het onderzoek van 2008 sterk overeen met het beeld in 2005 en Zo zijn financiële giften, financiële leningen, materiële hulp en het verwijzen en begeleiden naar instanties en het informeren over regelingen nog steeds de belangrijkste manieren van hulpverlening. Bij deze vraag is dit jaar voor het eerst de antwoordcategorie het mogelijk maken van een vakantie toegevoegd. Van de protestantse diaconieën die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen, heeft 51% één of meerdere vakanties mogelijk gemaakt. Ook stellen de protestantse diaconieën steeds vaker een diaken aan voor armoedebestrijding (11,2% in 2006 en 16,9% in 2008). In onderstaande tabel zien we de verschuivingen in de wijze van betrokkenheid binnen de protestantse diaconieën. Tabel 3: Wijze van betrokkenheid bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (protestantse diaconieën) 2005 (PKN) 2006 (PKN) 2008 (PKN) Financiële hulp (giften) 84,5% 80,0% 80,4% Financiële hulp (leningen) 54,0% 51,7% 53,9% Materiële hulp in natura 50,9% 54,5% 53,6% Verwijzing/begeleiding naar instanties of regelingen 51,6% 50,5% 52,3% Mogelijk maken van een vakantie 1,3% - 51,0% Steungeven aan een voedselbank/steunpunt voedselbank - 36,9% 42,4% Hulp bij het invullen van formulieren 23,2% 33,8% 25,3% Participeren in een noodfonds 23,1% 24,6% 21,9% Ondersteunen van een lokale belangenorganisatie 25,2% 22,0% 17,0% Aanstelling van een diaken voor armoedebestrijding - 11,2% 16,9% Hulp bij aanvragen van belastingteruggave 10,3% 19,3% 13,0% Opzetten van een voedselbank - 11,7% 11,3% Basis: Protestantse diaconieën die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (n=515) In onderstaande figuur zien we de percentages van alle kerkelijke organisaties. Figuur 3: Wijze van betrokkenheid bij ondersteuning van mensen met financiële problemen Financiële hulp (giften) Materiële hulp in natura Verwijzing/begeleiding naar instanties of regelingen Financiële hulp (leningen) Mogelijk maken van een vakantie Steungeven aan een voedselbank/steunpunt voedselbank Hulp bij het invullen van formulieren Participeren in een noodfonds Ondersteunen van een lokale belangenorganisatie Aanstelling van een diaken voor armoedebestrijding Hulp bij aanvragen van belastingteruggave Opzetten van een voedselbank Kleding/ruilwinkel Anders, namelijk Kerstpakketten 83,3% 53,9% 51,1% 51,0% 41,8% 39,3% 23,5% 22,5% 21,4% 13,8% 12,2% 9,1% 4,3% 2,8% 2,0% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% Basis: Respondenten die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (n=880)
22 20 Mensen die financieel in de knel zijn geraakt kunnen door de kerkelijke organisaties op verschillende manieren geholpen worden. Als we kijken op hoeveel verschillende manieren kerkelijke organisaties helpen, blijkt dat de kleinste dorpen (minder dan inwoners) gemiddeld op 3,1 verschillende manieren betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen. Bij de grotere gemeenten zien we dat ze op veel meer verschillende manieren bezig zijn met financiële hulpverlening. Op totaalniveau zijn alle kerkelijke organisaties gemiddeld op 4,2 verschillende manieren betrokken bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen. Voor de protestantse diaconieën kunnen we weer een vergelijking maken in de tijd. Hierbij is er ook onderscheid gemaakt in omvang van de burgerlijke gemeente. Als we de cijfers vergelijken met de afgelopen jaren blijkt dat er op alle niveaus sprake is van een stijging, met uitzondering van de gemeentes met inwoners (zie onderstaande tabel). Tabel 4: Gemiddeld aantal manieren waarop kerkelijke organisaties mensen met financiële problemen steunen (PKN) (PKN) (PKN) (Alle kerkelijke organisaties) < inwoners 2,4 2,8 3,3 3, inwoners 3,0 3,6 4,1 4, inwoners 3,4 4,3 4,9 4, inwoners 4,0 5,4 5,1 4, inwoners 3,8 5,1 5,6 5,3 > inwoners 4,0 5,3 5,6 4,7 Onbekend - - 3,4 3,5 Totaal 3,3 3,8 4,3 4,2 Basis: Respondenten die betrokken zijn bij de ondersteuning van mensen met financiële problemen (n=886) Indien kerkelijke organisaties niet betrokken zijn bij de armoedeproblematiek, geeft men als belangrijkste reden (52,2%) dat er in de gemeente geen mensen leven die financieel in de knel zitten. Ongeveer 18,1% binnen deze groep ontvangt geen signalen of aanvragen van mensen met (financiële) problemen. In tabel vijf staat een totaaloverzicht.
Armoede in Nederland. Onderzoek naar financiële hulpverlening door diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland
Armoede in Nederland Onderzoek naar financiële hulpverlening door diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland Colofon Uitgave Kerkinactie Postbus 456 3500 AL Utrecht tel. (030) 880 14 56 fax (030)
Nadere informatieEnquête armoedebestrijding
Enquête armoedebestrijding BIJ VOORKEUR VIA INTERNET: U kunt de vragenlijst via internet invullen. Ga naar www.knooppuntkerkenenarmoede.nl/armoedeonderzoek. Log in met het wachtwoord dat u heeft ontvangen
Nadere informatieEnquête armoedebestrijding
Enquête armoedebestrijding BIJ VOORKEUR VIA INTERNET: U kunt de vragenlijst via internet invullen. Ga naar www.knooppuntkerkenenarmoede.nl/armoedeonderzoek. Log in met het wachtwoord dat u heeft ontvangen
Nadere informatieArmoede in Nederland 2013
Armoede in Nederland 2013 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas-instellingen en andere kerkelijke organisaties Onderzoek over 2012; vergelijking met 2009 Onderzoek uitgevoerd
Nadere informatieARMOEDE IN NEDERLAND
ARMOEDE IN NEDERLAND 2013 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritasinstellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland Armoede in Nederland 2013 11 II Samenvatting en aanbevelingen
Nadere informatieArmoede in Nederland
Armoede in Nederland 2013 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritasinstellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland 4 Armoede in Nederland 2013 Colofon Participanten
Nadere informatieOnderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas instellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland
Armoede in Nederland 2010 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritas instellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland Armoede in Nederland 2010 Onderzoek naar hulpverlening
Nadere informatieEnquête armoedebestrijding
Enquête armoedebestrijding BIJ VOORKEUR VIA INTERNET: U kunt de vragenlijst via internet invullen. Ga naar www.knooppuntkerkenenarmoede.nl/armoedeonderzoek. Log in met het wachtwoord dat u heeft ontvangen
Nadere informatieArmoede in Nederland
Armoede in Nederland 2013 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritasinstellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland 4 Armoede in Nederland 2013 Colofon Participanten
Nadere informatieVragenlijst Armoedeonderzoek 2019
Vragenlijst Armoedeonderzoek 2019 Bij voorkeur invullen via internet U kunt de vragenlijst via internet invullen. Dit heeft de voorkeur i.v.m. digitale verwerking van uw antwoorden. Voor invullen via internet
Nadere informatieArmoede in Nederland 2016
Armoede in Nederland 2016 Onderzoeksrapport Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritasinstellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland Armoede in Nederland 2016 Armoede
Nadere informatieArmoede in Nederland 2016
Armoede in Nederland 2016 Onderzoek naar hulpverlening door diaconieën, parochiële caritasinstellingen en andere kerkelijke organisaties in Nederland Programma 10.30-11.00 uur: Inloop met thee en koffie
Nadere informatieVragenlijst Armoedeonderzoek 2019
Vragenlijst Armoedeonderzoek 2019 Bij voorkeur invullen via internet U kunt de vragenlijst via internet invullen. Dit heeft de voorkeur i.v.m. digitale verwerking van uw antwoorden. Voor invullen via internet
Nadere informatieVragenlijst Armoedeonderzoek 2019
Vragenlijst Armoedeonderzoek 2019 Bij voorkeur invullen via internet U kunt de vragenlijst via internet invullen. Dit heeft de voorkeur i.v.m. digitale verwerking van uw antwoorden. Voor invullen via internet
Nadere informatieCliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch. Nulmeting 2016
Cliëntervaringen Wmo s-hertogengbosch Nulmeting 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Juli 2016 Samenvatting De gemeente s-hertogenbosch vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met Wmoondersteuning
Nadere informatieHUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG
HUMANITAS NULMETING COMPLEXITEIT VAN DE HULPVRAAG Datum : 2 juni 2017 Auteur : Heleen de Boer Inhoud INTRODUCTIE... 2 SAMENVATTING... 3 1. INLEIDING... 4 1.1. Aanleiding en doel... 4 1.2 De vragenlijst...
Nadere informatieOnderzoek Federatie van Diaconieën en Kerk in Actie naar toekomstgericht diaconaal beleid
Onderzoek Federatie van Diaconieën en Kerk in Actie naar toekomstgericht diaconaal beleid Doelstelling onderzoek Het verkrijgen van inzicht in welk toekomstgericht beleid kan bijdragen aan het (verder)
Nadere informatieKenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek
Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen
Nadere informatieRapportage cliëntervaringsonderzoek WMO Gemeente Aalburg
Rapportage cliëntervaringsonderzoek WMO Versie 1.0.0 Drs. J.J. Laninga juni 2017 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde cliëntervaringsonderzoek
Nadere informatieInternetpeiling ombuigingen
Internetpeiling ombuigingen In opdracht van: Gemeente Sittard-Geleen januari 2012 Flycatcher Internet Research, 2004 Dit materiaal is auteursrechtelijk beschermd en kopiëren zonder schriftelijke toestemming
Nadere informatiePresentatie 31 oktober Armoedeonderzoek 2013
Presentatie 31 oktober 2013 Armoedeonderzoek 2013 Welkom door Carla van der Vlist Teamleider Kerk in Actie Binnenlands Diaconaat Stuurgroep Armoedeonderzoek 2013 Peter de Bie, Hub Crijns, Olaf Crutzen,
Nadere informatieDiaconieën ondersteunen mensen in armoede, binnen en buiten de kerk.
Kerk helpt bij armoede. Geloven is delen. Diaconieën ondersteunen mensen in armoede, binnen en buiten de kerk. Onze diaconie is aangesloten bij de Stichting Diaconale werkgroep solidair Skarsterlân. Uit
Nadere informatieBurgerpanel Wijdemeren
BURGERPANEL WIJDEMEREN PEILING 3 2019 DORPENBELEID Gemeente April-mei 2019 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo 2016
Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2016 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 04-08-2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Algemene informatie geleverde ondersteuning...
Nadere informatieKenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen Statistiek 2009 Versie 2
Centraal Bureau voor de Statistiek Divisie sociale en regionale statistieken (SRS) Sector statistische analyse voorburg (SAV) Postbus 24500 2490 HA Den Haag Kenmerk ontheffing in de Bijstands Uitkeringen
Nadere informatieRapportage Ervaringsonderzoek WOT's
Rapportage Ervaringsonderzoek WOT's Versie 5.0.0 Drs. J.J. Laninga December 2015 www.triqs.nl Voorwoord Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over het uitgevoerde ervaringsonderzoek naar
Nadere informatieOnderzoek Federatie van Diaconieën en Kerk in Actie naar de maatschappelijke inzet van de diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland
Onderzoek Federatie van Diaconieën en Kerk in Actie naar de maatschappelijke inzet van de diaconieën van de Protestantse Kerk in Nederland Doelstelling onderzoek Het op de kaart zetten van de maatschappelijke
Nadere informatieParticipantenlijst onderzoek Armoede in Nederland 2008 Versie 26-06-08 PKN Kleine kerken Bisdommen
Participantenlijst onderzoek Armoede in Nederland 2008 Versie 26-06-08 PKN Kleine kerken Bisdommen Onderzoeker Armoede onderzoek: Olaf Crutzen Klaverstraat 60 5025 MD Tilburg 06-15052081 e-mail: olafcrutzen@hotmail.com
Nadere informatieFinanciële problemen op de werkvloer
Financiële problemen op de werkvloer Gemeente Zoetermeer Nibud, 2012 Auteurs Daisy van der Burg Tamara Madern Inhoud 1 INLEIDING... 2 2 ONTWIKKELING FINANCIËLE PROBLEMEN... 3 3 OORZAKEN, SIGNALEN EN GEVOLGEN...
Nadere informatieGemeente Nederweert. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 30 juni 2017
Gemeente Nederweert Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 30 juni 2017 DATUM 30 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl
Nadere informatieBij deze bieden wij u de resultaten aan van het onderzoek naar de eerste effecten van de decentralisaties in de gemeente Barneveld.
rriercoj Gemeenteraad Barneveld Postbus 63 3770 AB BARNEVELD Barneveld, 27 augustus 2015 f Ons kenmerk: Ö^OOJcfc Behandelend ambtenaar: I.M.T. Spoor Doorkiesnummer: 0342-495 830 Uw brief van: Bijlage(n):
Nadere informatieGemeente Moerdijk. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 20 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 20 juni 2017 DATUM 20 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieVerslag consumentenonderzoek zorgsector Breda
Verslag consumentenonderzoek zorgsector Breda Inleiding: In het kader van het project economische barometer is in 2012 gekozen voor het onderwerp zorgverlening en vooral het gebruik van de zorgverleners,
Nadere informatieKoopkracht onderzoek Inkomens- en uitgavenzekerheid en belastingmoraal 2019
Koopkracht onderzoek Inkomens- en uitgavenzekerheid en belastingmoraal 2019 1 Inhoudsopgave Samenvatting 3 Resultaten 8 Bijlagen 22 2 Samenvatting Koopkracht onderzoek 3 Inleiding Inkomens- en uitgavenzekerheid
Nadere informatieCliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015
Cliëntenonderzoek Wet maatschappelijke ondersteuning Gemeente Zutphen 2015 Gemeente Deventer Team Kennis en Verkenning Jaap Barink Juni 2015 Inhoud Samenvatting... 4 Inleiding... 6 1. Indienen melding...
Nadere informatiebox-tial Stuk ter kennisname Onderwerp Voorstel Samenvatting Vervolg Bijlagen meewerkend
meewerkend box-tial Stuk ter kennisname Datum: 28 juni 2017 Registratienummer: 28 juni 2017 Portefeuillehouder: Contactpersoon: S. van Vlerken, S.v.VIerken@MijnGemeenteDichtbij.nl, 0411-655391. Onderwerp
Nadere informatieBurgerpanel Wijdemeren
BURGERPANEL WIJDEMEREN PEILING 2 2019 COMMUNICATIE Gemeente Maart-mei 2019 Colofon Uitgave: Research 2Evolve Tesselschadelaan 15A 1217 LG Hilversum Tel: (035) 623 27 89 info@research2evolve.nl www.research2evolve.nl
Nadere informatieErvaringen Wmo. Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017
Ervaringen Wmo Cliëntervaringsonderzoek Berg en Dal 2017 Inhoud 1. Achtergrond van het onderzoek... 2 2. Het regelen van ondersteuning... 4 3. Kwaliteit van de ondersteuning... 6 4. Vergelijking regio...
Nadere informatieOpzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus'
Opzet en uitvoering onderzoek 'Motie Straus' Aansluiting mbo-opleidingen op de arbeidsmarkt gev16-0731mr/bes_alg 1 1. Inleiding Aanleiding en achtergrond onderzoek Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
Cliëntervaringsonderzoek Wmo WIJ-gebieden 2017 Laura de Jong Marjolein Kolstein Oktober 2018 Inge de Vries www.oisgroningen.nl Inhoud Samenvatting... 2 2.9 Tot slot... 20 Bijlage 1: de WIJ-gebieden...
Nadere informatiePROTOCOL INDIVIDUELE FINANCIËLE HULPVRAGEN COLLEGE VAN DIAKENEN (CVD) PROTESTANTSE GEMEENTE HOORN ZWAAG BLOKKER (PGHZB)
1. Achtergrond en doelstelling Het CvD van de Protestantse gemeente HZB wil dichtbij mensen in moeilijkheden staan. Zij doet dit vanuit haar Bijbelse opdracht. Het CvD steunt financieel als er geen andere
Nadere informatieEffecten van cliëntondersteuning. Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten
Effecten van cliëntondersteuning Samenvatting van een haalbaarheidsonderzoek naar de meetbaarheid van door de cliënt ervaren effecten MEE Nederland, 4 februari 2014 1. Inleiding In deze samenvatting beschrijven
Nadere informatieCijfers. Kerkbalans 2014
Rooms-Katholiek Kerkgenootschap in Nederland Cijfers Kerkbalans 2014 Mr. J.L.W.M. Zuijdwijk R.-K. Economencollege Inleiding In 2016 wordt voor de 43 e maal de landelijke actie Kerkbalans gehouden. Aan
Nadere informatie2513 AA1Xa. De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 a 2513 AA S GRAVENHAGE
> Retouradres Postbus 90801 2509 LV Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 1 a 2513 AA S GRAVENHAGE 2513 AA1Xa Postbus 90801 2509 LV Den Haag Parnassusplein 5 T 070 333
Nadere informatieMonitor HH(T) 4 e kwartaalmeting
Monitor HH(T) 4 e kwartaalmeting Marlijn Abbink-Cornelissen Marcel Haverkamp Janneke Wilschut 5 April 2016 1 Samenvatting Samenvatting Dit is het vijfde rapport van de monitor HH(T). Deze monitor inventariseert
Nadere informatieGemeente Roosendaal. Cliëntervaringsonderzoek Wmo over Onderzoeksrapportage. 26 juni 2017
Gemeente Cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2016 Onderzoeksrapportage 26 juni 2017 DATUM 26 juni 2017 Dimensus Beleidsonderzoek Wilhelminasingel 1a 4818 AA Breda info@dimensus.nl www.dimensus.nl (076) 515
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
RAPPORTAGE Cliëntervaringsonderzoek Wmo Gemeente Stichtse Vecht november 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT Cliëntervaringsonderzoek Wmo 2017 Gemeente Stichtse Vecht Deze samenvatting presenteert de belangrijkste
Nadere informatieOnderzoektechnische verantwoording. Opinieonderzoek Solidariteit
Onderzoektechnische verantwoording Opinieonderzoek Solidariteit Project 18917 / mei 2013 Een onderzoek in opdracht van de Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling, te Den Haag. AUTEURSRECHT MARKETRESPONSE
Nadere informatieOmnibusenquête 2015. deelrapport. Studentenhuisvesting
Omnibusenquête 2015 deelrapport Studentenhuisvesting Omnibusenquête 2015 deelrapport Studentenhuisvesting OMNIBUSENQUÊTE 2015 deelrapport STUDENTENHUISVESTING Zoetermeer, 9 december 2015 Gemeente Zoetermeer
Nadere informatieHoofdstuk 20. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 20. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het gebruik van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen
Nadere informatieVerzuimcijfers 2010 sector Gemeenten
Verzuimcijfers 00 sector Gemeenten A+O fonds Gemeenten, april 0 Ziekteverzuim bij gemeenten daalt licht tot, procent in 00 Het ziekte van gemeenten is in 00 licht gedaald tot, procent. Ten opzichte van
Nadere informatieRapportage bijzondere bijstand 2014
Rapport Rapportage bijzondere bijstand 2014 Vinodh Lalta Thomas Slager 30 oktober 2015 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl projectnummer
Nadere informatieRapportage. opiniepeiling Lelystad Airport
Rapportage opiniepeiling Lelystad Airport RTV Oost, Omroep Flevoland en Omroep Gelderland hebben een opiniepeiling laten uitvoeren om inzicht te verkrijgen in de mening van inwoners van Flevoland, Overijssel
Nadere informatieProvincie Utrecht Mijn Utrechtse Commissaris. Nieuwe commissaris Utrecht. De tool Mijn commissaris. Inwoners bereiken.
Provincie Utrecht Mijn Utrechtse Commissaris Nieuwe commissaris Utrecht De commissaris van de Koning (cdk) van Utrecht gaat in 2019 met pensioen. Daarom is de provincie op zoek naar een nieuwe commissaris.
Nadere informatieKlanttevredenheidsonderzoek. Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe
Klanttevredenheidsonderzoek Dienstverlening team Werk en Inkomen, gemeente Olst-Wijhe Aanleiding, methode en respons Aanleiding Gedurende de afgelopen jaren heeft de gemeente Olst-Wijhe meerdere onderzoeken
Nadere informatieCliëntervaringen Wmo Gemeente Boxtel
Cliëntervaringen Wmo Gemeente Boxtel Meting 2016 Juli 2016 Afdeling Onderzoek & Statistiek Gemeente s-hertogenbosch Samenvatting De gemeente Boxtel vindt het belangrijk om de ervaringen van cliënten met
Nadere informatieWerkbelevingsonderzoek 2013
Werkbelevingsonderzoek 2013 voorbeeldrapport Den Haag, 17 september 2014 Ipso Facto beleidsonderzoek Raamweg 21, Postbus 82042, 2508EA Den Haag. Telefoon 070-3260456. Reg.K.v.K. Den Haag: 546.221.31. BTW-nummer:
Nadere informatieANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN
ANALYSE PATIËNTERVARINGEN ELZ HAAKSBERGEN Dr. C.P. van Linschoten Drs. P. Moorer Definitieve versie 27 oktober 2014 ARGO BV Inhoudsopgave 1. INLEIDING EN VRAAGSTELLING... 3 1.1 Inleiding... 3 1.2 Vraagstelling...
Nadere informatieVrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten
Vrijwilligerswerk, mantelzorg en sociale contacten Gemeente s-hertogenbosch, afdeling Onderzoek & Statistiek, februari 2019 Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 2. Vrijwilligerswerk... 4 3. Mantelzorg... 8
Nadere informatieCliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015
Cliënttevredenheidsonderzoek Wmo 2014-2015 Afdeling: Maatschappelijke ontwikkeling Auteur : Nick Elshof Datum: 25-09-2015 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Samenvatting... 4 Verantwoording en achtergrond...
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Wmo
RAPPORTAGE Gemeente IJsselstein mei 2018 RESULTAAT KWALITEIT CONTACT 2017 Gemeente IJsselstein Deze samenvatting presenteert de belangrijkste uitkomsten van het cliëntervaringsonderzoek (CEO) Wmo over
Nadere informatieThema: Profiel van de nieuwe burgemeester Drs. Karin du Long Dr. Ellen Dingemans
Inwonerspanel Hilvarenbeek Inwonerspanel Hilvarenbeek Onderzoek 7 2019 Gemeente Hilvarenbeek Maart 2019 Thema: Profiel van de nieuwe burgemeester Drs. Karin du Long Dr. Ellen Dingemans -1- 1. Inleiding
Nadere informatieBurgerpanel Horst aan de Maas - Meting 3
Rapportage Burgerpanel meting 3: Juni 2013 In opdracht van: Contactpersoon: Gemeente Horst aan de Maas Dhr. F. Geurts Utrecht, juli 2013 DUO Market Research drs. Aart van Grootheest drs. Marjan den Ouden
Nadere informatieArmoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg?
Armoede & Veerkracht: Hoe vinden mensen met weinig geld hun weg? Ruim 10% van de Nederlandse bevolking leeft in armoede. Ongeveer 7% van de kinderen in de provincie Groningen groeit op in een gezin dat
Nadere informatieOnderzoeksverantwoording Panel Fryslân
Onderzoeksverantwoording Panel Fryslân Steekproef en werving van een representatief internetpanel Fries Sociaal Planbureau 2017 Versie 1.0 Datum: Juni 2017 Auteur: Miranda Visser en Henk Fernee Voor aanvullende
Nadere informatieOMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID
OMNIBUSONDERZOEK NOORD- KENNEMERLAND 2005 PSYCHISCHE GEZONDHEID Gemeente Alkmaar afdeling Onderzoek en Statistiek februari 2006 auteur: Monique van Diest afdeling Onderzoek en Statistiek gemeente Alkmaar
Nadere informatieZorg verlenen en zorg ontvangen 2012
Zorg verlenen en zorg ontvangen 2012 Onderzoek en Statistiek Gemeente Lelystad Telefoon: 0320-278574 E-mail: lelystadspanel@lelystad.nl www.lelystadspanel.nl Colofon Dit is een onderzoeksrapportage gemaakt
Nadere informatieHoofdstuk 7. Financiële situatie
Stadsenquête Leiden Hoofdstuk 7. Financiële situatie Samenvatting Bijna driekwart van de Leidenaren geeft aan gemakkelijk rond te komen met het huishoudinkomen, twee op de tien komt net rond en bijna een
Nadere informatieVoorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 28 juni 2018 Voorbehouden bij de woningaankoop
> Retouradres Postbus 20011 2500 EA Den Haag Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag Directie Woningmarkt Turfmarkt 147 Den Haag Postbus 20011 2500 EA Den Haag
Nadere informatieMogelijkheden windenergie
Mogelijkheden windenergie Draagvlak onder de inwoners De gemeenteraad heeft half 2013 ingestemd met het uitwerken van de mogelijkheden voor windenergie in Dordrecht in een Uitvoeringsplan Windenergie.
Nadere informatieUitkomsten cliëntervaringsonderzoek Wmo 2015
Uitkomsten cliëntervaringsonderzoek Wmo 2015 1. Algemeen In het Westerkwartier is het cliëntervaringsonderzoek Wmo over 2015 afgerond en zijn de resultaten hiervan inmiddels bekend. In 18 van de 23 Groningse
Nadere informatieKinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging
Kinderen in Nederland - Bijlage B Respons, representativiteit en weging Respons thuiszorgorganisaties en GGD en In deden er tien thuiszorgorganisaties mee aan het, verspreid over heel Nederland. Uit de
Nadere informatieGoede voornemens 2014
Goede voornemens 2014 Goede voornemens 2014 Heeft u goede voornemens voor 2014? Welke van de onderstaande goede voornemens is uw belangrijkste goede voornemen voor 2014? Top 5 Goede Voornemens 2013 (N
Nadere informatieRapport. Rapportage Bijzondere Bijstand 2013
w Rapport Rapportage Bijzondere Bijstand 2013 T.J. Slager en J. Weidum 14 november 2014 Samenvatting In 2013 is er in totaal 374 miljoen euro door gemeenten uitgegeven aan bijzondere bijstand. Het gaat
Nadere informatieRapport Onderzoek Toegang Wmo 2015
Z Rapport Onderzoek Toegang Wmo 2015 Maart 2015 In opdracht van het Transitiebureau Wmo Team Kennisnetwerk Wmo Inhoudsopgave 1. Inleiding 2 2. Over het onderzoek 3 3. De resultaten 4 3.1 Omvang deelnemende
Nadere informatieFLEXMIGRANTEN IN NEDERLAND ONDERZOEK 2014
Klik om de stijl te bewerken FLEXMIGRANTEN IN NEDERLAND ONDERZOEK 2014 IN OPDRACHT VAN Conclusr Research B.V. 28 november 2014 drs. Willeke van Baars business unit manager HR onderzoek Conclusr Research
Nadere informatieRapportage Wmo onderzoek Communicatie
Rapportage Wmo onderzoek Communicatie Cliënten zijn tevreden over hoe het proces nu verloopt, voornamelijk door de inzet van traditionele communicatiekanalen 23 juli 2014 Versie 1,0 Inhoudsopgave Doelstelling
Nadere informatieCheck Je Kamer Rapportage 2014
Check Je Kamer Rapportage 2014 Kwantitatieve analyse van de studentenwoningmarkt April 2015 Dit is een uitgave van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden
Nadere informatieSchuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen
Schuldhulpverlening gemeente Gouda Nota van Conclusies en Aanbevelingen Rekenkamer Gouda - CONCEPT EN VERTROUWELIJK - Versie d.d. 12 mei 2012 Inhoudsopgave 1. Onderzoekskader schuldhulpverlening in Gouda
Nadere informatieRijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds
Rijksmonumentale kerken en het Restauratiefonds 1. Onderzoeksopzet Datum: 23 november 2009 Opdrachtgever: Nationaal Restauratiefonds Doelgroep: Eigenaren van rijksmonumentale kerkgebouwen (3.880 panden)
Nadere informatieHondenbeleid Deventer Eindmeting
Hondenbeleid Deventer Eindmeting Januari 2011 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : Jasper Baks Telefoonnummer : 694229 Mail : jr.baks@deventer.nl Strategische Ontwikkeling 1 Inhoud Algemene samenvatting
Nadere informatieHoofdstuk 8. Financiële dienstverlening
Hoofdstuk 8. Financiële dienstverlening Samenvatting Dit hoofdstuk behandelt de bekendheid en het van zeven Leidse inkomensondersteunende regelingen onder respondenten met een netto huishoudinkomen van
Nadere informatieRapportage Dagbesteding en Vervoer. www.triqs.nl
Rapportage Dagbesteding en Vervoer Versie 1.0.0 Juli 2012 Drs. J.J. Laninga DBV2.0 www.triqs.nl VOORWOORD Met genoegen bieden wij u hierbij de rapportage aan over de uitgevoerde meting. Deze rapportage
Nadere informatieKlanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014
Klanttevredenheidsonderzoek Wmo 2014 Inleiding en toelichting Het jaarlijkse Wmo-klanttevredenheidsonderzoek is in april en mei 2015 naar de cliënten verstuurd. Aan de cliënten werd gevraagd of zij de
Nadere informatieHoofdstuk 13. Arbeidsmarkt
Hoofdstuk 13. Arbeidsmarkt Samenvatting De potentiële beroepsbevolking wordt gedefinieerd als alle inwoners van 15-64 jaar en bestaat uit ruim 86.000 Leidenaren. Van hen verricht ruim zeven op de tien
Nadere informatieOMNIBUSENQUETE 2012. Deelrapport: elektrisch rijden. Mei 2013. Simon Arndt, Directie BV, afdeling FB/Onderzoek en Statistiek
Omnibusenquête 2012 deelrapport elektrisch rijden OMNIBUSENQUETE 2012 Deelrapport: elektrisch rijden Mei 2013 Samenstelling rapport: Enquête-organisatie In opdracht van: Josée Boormans, Directie BV, afdeling
Nadere informatieCliëntervaringsonderzoek Jeugd. Gemeente Bloemendaal. 5 oktober 2016 V1.0
Cliëntervaringsonderzoek 2015 Jeugd Gemeente Bloemendaal 5 oktober 2016 V1.0 Inhoudsopgave Doelstelling Blz. 3 Werkwijze Blz. 4 Onderzoeksdoelgroep Blz. 5 Resultaten cliëntervaringsonderzoek Blz. 6 Toegang
Nadere informatieArbeidsgehandicapten in Nederland
Arbeidsgehandicapten in Nederland Ingrid Beckers In 2003 waren er in Nederland ruim 1,7 miljoen arbeidsgehandicapten; 15,8 procent van de 15 64-jarige bevolking. Het aandeel arbeidsgehandicapten is daarmee
Nadere informatieMeting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [ ]
Meting tevredenheid werkgevers AANSLUITING MBO-ARBEIDSMARKT [12-3-2018 ] 1. Inleiding Op 14 oktober 2015 heeft Tweede Kamerlid Straus een motie ingediend om een indicator voor de tevredenheid van werkgevers
Nadere informatieDigipanel schuldenproblematiek
Digipanel schuldenproblematiek Gemeente s-hertogenbosch Afdeling Onderzoek & Statistiek September 2018 Samenvatting Eind 2017 zijn door de gemeenteraad van s-hertogenbosch de kaders voor het voorkomen
Nadere informatieKLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN
KLANTTEVREDENHEIDSONDERZOEK SCHOONMAAKDIENST GEMEENTE HAREN Klanttevredenheidsonderzoek Schoonmaakdienst gemeente Haren Colofon Opdrachtgever Gemeente Haren Datum December 2016 Auteurs Tessa Schoot Uiterkamp
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 32 847 Integrale visie op de Nr. 409 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer
Nadere informatieKlanttevredenheidsonderzoek 1-op-1 Relaties Trajecten
Klanttevredenheidsonderzoek 1-op-1 Relaties Trajecten Rapportage van de tevredenheid bij cliënten van de één-op-één Relaties Trajecten Uitgevoerd in opdracht van Stichting Welzijn Ouderen Arnhem November
Nadere informatieEerlijk handelen, samen doen! Ontwikkelingen in de achterban
Eerlijk handelen, samen doen! Ontwikkelingen in de achterban Juni 2011 Eerlijk Handelen, Samen Doen! Samenvatting uitslagen enquêtes onder achterban Woord en Daad gehouden in 2008 en 2011 1. Inleiding
Nadere informatieOmnibusenquête deelrapport millenniumdoelen. februari Opdrachtgever: Bedrijfsvoering,
Omnibusenquête 2011 deelrapport Millenniumdoelen Omnibusenquête 2011 deelrapport millenniumdoelen februari 2012 Opdrachtgever: Bedrijfsvoering, Juridische Aangelegenheden Angelique Quentin Uitvoering:
Nadere informatieGevolgen invoering Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie
Gevolgen invoering Directe Toegankelijkheid Fysiotherapie Project: 0468 In opdracht van: Zorgverzekeraars Nederland Auteur: Philip Mokveld/Marieke Smit Datum: 23 mei 2007 Vektis BV Sparrenheuvel 18 3708
Nadere informatieBurgerparticipatie in de openbare ruimte. Juni, 2014
Burgerparticipatie in de openbare ruimte Juni, 2014 Uitgave : Team Kennis en Verkenning Naam : M. Hofland Telefoonnummer : 0570-693317 Mail : m.hofland@deventer.nl 1 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Kader
Nadere informatiePraktische tips voor succesvol marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector
marktonderzoek in de land- en tuinbouwsector Marktonderzoek kunt u prima inzetten om informatie te verzamelen over (mogelijke) markten, klanten of producten, maar bijvoorbeeld ook om de effectiviteit van
Nadere informatieKinderopvang in aandachtswijken
Kinderopvang in aandachtswijken Significant Thorbeckelaan 91 3771 ED Barneveld +31 342 40 52 40 KvK 3908 1506 info@significant.nl www.significant.nl Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Barneveld,
Nadere informatieLeren van de monitor Participatiewet
Leren van de monitor Participatiewet Congres LCR Utrecht, 11 april 2019 Boukje Cuelenaere Presentatie 1. Ervaringsonderzoeken Participatiewet 2. Resultaten ervaringsonderzoek cliëntenraden 2017 3. Acties
Nadere informatie