KAREL DE GROTE-HOGESCHOOL STUDIEGEBIED ONDERWIJS PROFESSIONELE BACHELOR KLEUTERONDERWIJS. Eerste modeltraject STUDIEGIDS ACADEMIEJAAR

Transcriptie

1 KAREL DE GROTE-HOGESCHOOL STUDIEGEBIED ONDERWIJS PROFESSIONELE BACHELOR KLEUTERONDERWIJS Eerste modeltraject STUDIEGIDS ACADEMIEJAAR CAMPUS NOORD, OUDE STEENWEG ANTWERPEN

2 DEEL 1 1. Woord vooraf 2. Inhoud en doelstellingen van de opleiding 3. Studentenparlement 4. Rechtspositieregeling student DEEL 2 Eigenlijke studiegids

3 WOORD VOORAF Beste student, Via deze opleiding behaal je de graad van bachelor in onderwijs, leraar kleuteronderwijs. In het hoger onderwijs doen wij een beroep op je zelfstandigheid. Je neemt niet langer als consument deel aan de lessen. Integendeel, vanaf nu neem je je opleiding zelf in handen. Je doet dat niet alleen. Leertrajectbegeleiders, stagementoren en medestudenten dragen samen met jou die verantwoordelijkheid. Spannend, avontuurlijk, verrijkend, maar misschien ook een beetje beangstigend Daarom geven we je een heleboel stevige aanwijzingen en hulpmiddelen mee, zodat je het noorden niet verliest en je eigen opleidingsweg kunt uittekenen. In deze studiegids vind je een beknopte toelichting bij de vakoverstijgende modules van je eerste opleidingsjaar. In de studiegids staan de verschillende opleidingsonderdelen beschreven met hun studiepunten. Er zijn twee soorten opleidingsonderdelen (OLOD): - een samengesteld opleidingsonderdeel (solod): dit omvat meerdere delen van een opleidingsonderdeel (dolod). - een opleidingsonderdeel zonder verdere verdeling, dit is een enkelvoudige opleidingsonderdeel (eolod). Per opleidingsonderdeel vind je in deze studiegids de volgende informatie: - de duur, d.i. de tijdspanne waarin je met een OLOD bezig bent - het aantal studiepunten (SP), d.i. het relatieve belang van elk dolod van het solod - de studielast (SL), d.i. het aantal uren dat je ongeveer werkt binnen een OLOD. Het betreft hierbij niet alleen de werktijd op de campus, maar ook de uren die je thuis werkt, excursies, opdrachten enz. - contacturen wisselen van week tot week. Ze worden niet weergegeven in de studiegids, maar je vindt ze op je weekrooster. - de namen van de lectoren verantwoordelijk voor dit OLOD - de doelen die je moet bereiken - de inhoud van een OLOD - de werkvormen die in het kader van het OLOD worden toegepast - het studiemateriaal, d.w.z. de boeken, syllabi e.a. of de verwijzing naar de plaats waar je het kan vinden - de evaluatievorm, d.w.z. de manier waarop je kennis, inzicht, vaardigheden, attitudes i.v.m. de module beoordeeld worden: mondelinge en schriftelijke examens, permanente evaluatie, praktische proeven, werkstukken, enz. De diverse modules vormen steeds een OLOD, het kunnen solods of eolods zijn. Algemene verklaringen: - ECTS: European Credit Transport System - EVC: Eerver Verworven Competenties - sonderdeel: een afgebakend geheel van onderwijsactiviteiten en de evaluatie ervan dat gericht is op het verwerven van welomschreven competenties inzake kennis, inzicht vaardigheden en attitudes. - Volgtijdelijkheid: de door de hogeschool bepaalde regels inzake het reeds gevolgd hebben of het geslaagd zijn voor een opleidingsonderdeel of opleiding vooraleer een student zich kan inschrijven voor een andere opleidingsonderdeel of een andere opleiding. Lees deze studiegids alsjeblief grondig. Als je na het lezen nog vragen hebt, neem dan contact op met het opleidingshoofd of de modulecoördinator. Meer gedetailleerde informatie vind je in de moduleboeken. Met vriendelijke groeten Het PBKO-team

4 INHOUD EN DOELSTELLINGEN VAN DE OPLEIDING Voor het behalen van deze graad van bachelor moet je een aantal competenties bereiken. De algemene opleidingsdoelen situeren zich binnen de domeinspecifieke leerresultaten (DLR) die de student aan het einde van zijn opleiding tot professionele bachelor kleuteronderwijs moet bereikt hebben. 1. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. 2. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs creëert een aangenaam en uitdagend speel-, leer- en leefklimaat in de klas en op school, met oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling en het fysieke welzijn van de klasgroep en de individuele kleuter. Hij hanteert een zorgbrede aanpak en speelt positief in op de sociale, culturele en talige diversiteit binnen de klasgroep. Hij bevordert emancipatie, individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. 3. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs heeft een grondig inzicht in de brede ontwikkeling van de kleuter en beheerst de basiskennis - waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen - m.b.t. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Nederlands, wiskundige initiatie, wereldoriëntatie, muzische vorming en lichamelijke opvoeding, en leergebiedoverschrijdende thema s. Hij hanteert een geïntegreerde en mediawijze aanpak en volgt recente ontwikkelingen kritisch op. 4. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs creëert een veilige, werkbare en stimulerende speel-, leer- en leefomgeving. Hij zorgt voor een doel- en kindgerichte planning. Hij gaat correct om met administratieve taken. 5. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs stuurt zijn functioneren bij en innoveert aan de hand van een systematische, kritische reflectie op de eigen professionele praktijk vanuit relevante theoretische denkkaders en inzichten uit onderwijsonderzoek. 6. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs communiceert discreet en in het Standaardnederlands of indien nodig een ander passend register met ouders/verzorgers over de kleuter, de school, opvoeding en onderwijs. Hij betrekt ouders/verzorgers bij het klas - en schoolgebeuren. 7. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs werkt teamgericht en neemt in het schoolteam mee de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van het schoolbeleid. 8. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs legt contacten en werkt samen met aanbieders van onderwijsbetrokken initiatieven en andere externe partners. 9. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs neemt deel aan het maatschappelijke debat over onderwijskundige thema s en over het beroep van de leraar en zijn plaats in de samenleving, ook in internationaal perspectief. 10. De Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs denkt kritisch en met een open geest na over ontwikkelingen op het sociaal-politieke, sociaaleconomische, levensbeschouwelijke, cultureel-esthetische en cultureel-wetenschappelijke terrein. We stellen ook volgende attitudes voorop: beslissingsvermogen, relationele gerichtheid, kritische ingesteldheid, leergierigheid, organisatievermogen, zin voor samenwerking, verantwoordelijkheidszin en flexibiliteit. De 10 domeinspecifieke leerresultaten worden aangevuld met de taalcompetenties Dertien doelen in een dozijn, een referentiekader dat werd opgesteld door de Nederlandse Taalunie met als doel de taalvaardigheid van toekomstige leraren in Nederland en Vlaanderen te verstevigen. De 13 doelen worden onderverdeeld in 3 domeinen: de leraar in interactie met zijn leerlingen, de leraar in interactie met volwassenen in en rond de school en de leraar als lerende. DOMEIN 1: DE LERAAR IN INTERACTIE MET ZIJN LEERLINGEN Doelstelling 1: Gesprekken voeren met leerlingen Doelstelling 2: Beoordelen en toegankelijk maken van teksten Doelstelling 3: Mondeling opdrachten geven Doelstelling 4: Schriftelijk vragen en opdrachten formuleren Doelstelling 5: Een uiteenzetting geven met schriftelijke ondersteuning Doelstelling 6: Een schriftelijke evaluatie geven Doelstelling 7: Vertellen Doelstelling 8: Voorlezen DOMEIN 2: DE LERAAR IN INTERACTIE MET VOLWASSENEN IN EN ROND DE SCHOOL Doelstelling 9: Gesprekken voeren Doelstelling 10: Een presentatie houden met schriftelijke ondersteuning

5 Doelstelling 11: Schrijven Doelstelling 12: Lezen DOMEIN 3: DE LERAAR ALS LERENDE Doelstelling 13: Innoveren en professionaliseren Tot slot vormen ook internationale competenties een belangrijke aanvulling op de domeinspecifieke leerresultaten. 1. logisch redeneren waarin culturele aspecten en achtergronden worden meegenomen 2. kunnen reflecteren op Vlaams / persoonlijk handelen, kennis, inhoud, werkwijze, vakgebied, plaats van vakgebied in internationale maatschappelijke context 3. inzicht hebben in internationale normen binnen het vakgebied en het professioneel handelen 4. in staat zijn met internationale vakgenoten en niet-vakgenoten te communiceren over een eigen project/aspect van het vakgebied 5. in staat zijn informatie uit een brede verzameling van internationale bronnen te vergaren, vergelijken en op waarde te kunnen schatten 6. in staat zijn de culturele grondslagen van het vakgebied aan te geven en te interpreteren 7. in staat zijn om een brugfunctie te vervullen en te functioneren in een multidisciplinair internationaal team 8. in staat zijn in groepen met mensen uit verschillende culturen te werken 9. in staat zijn de manier/stijl van communicatie aan te passen aan de bestaande gebruiken in andere culturen (crossculturele communicatievaardigheden 10. in staat zijn met formele buitenlandse instellingen om te gaan 11. in staat zijn in minimaal één andere dan de moedertaal te communiceren 12. reflecteren op de verschillen en overeenkomsten tussen de eigen cultuur en een andere cultuur, in het bijzonder waar het communicatieverschillen betreft 13. reflecteren op het eigen aanpassingsvermogen aan de context van een andere cultuur 14. effectief kunnen functioneren in formele en informele situaties binnen een andere culturele of multiculturele context 15. in staat zijn in een vreemde cultuur te werken en omgaan met cultuurverschillen 16. in staat zijn zich te verplaatsen in een andere manier van denken en communiceren Samengaand met de algemene evolutie in de samenleving, zijn het beeld en de opdracht van de kleuteronderwijzer gewijzigd. Er is vraag naar gekwalificeerde, breed inzetbare werknemers, die flexibel en ondernemend zijn, zelfstandig kunnen werken, teamspirit hebben, verantwoordelijkheid kunnen en willen dragen. Het opleidingsmodel wil vertrekken vanuit een emancipatorische visie op onderwijs binnen de samenleving. Studenten ontwikkelen een brede kijk en betrokkenheid op een onderwijs, ingebed in een democratisch maatschappelijk bestel, waarin zij nu en later als leraar-burger hun verantwoordelijkheid moeten opnemen met aandacht voor solidariteit om iedereen kansen te geven tot groei. In onze opleiding vormt het gedachtegoed van het Centrum voor Ervaringsgericht onderwijs de basis. Uitgangspunt zijn de begrippen: betrokkenheid, welbevinden en verbondenheid. Deze drie pijlers vormen de basis om het leerproces op gang te brengen. We proberen ze op de zetten door een vijfvoudige aanpak: - Succes/plezier - Differentiatie - Taakgerichtheid - Zelfstandigheid - Samenwerking. Deze diverse facetten van aanpak kunnen niet los van elkaar gezien worden. Zij ondersteunen de drie pijlers (betrokkenheid, welbevinden, verbondenheid), waardoor ontwikkeling tot stand komt. Als resultaat krijgen we een leerproduct : de studenten zetten stappen in de verwerving van kennis en inzicht, vaardigheden en attitudes die het fundament vormen van het beroepsprofiel.

6 STUDENTENPARLEMENT Het studentenparlement vormt het overlegorgaan voor studenten en begeleiders. Doorheen de opleiding neem je meer en meer je eigen leerproces in handen. Dit betekent dat de verantwoordelijkheid voor de eigen opleiding groter wordt. Ook de uitbouw en organisatie van de opleiding vormen elementen van dit geheel. De consequentie hiervan is dat je als student inspraak krijgt en dat we beslissingen nemen in overleg. Om dit mogelijk te maken voorzien we minstens één keer per periode een overleg. Het studentenparlement heeft een adviserende bevoegdheid ten aanzien van de opleiding. Op dit overlegplatform leer je ook goed vergaderen en verslag opmaken. We vinden het van belang dat je als student je zegje kunt doen binnen een democratisch bestel. Het studentenparlement is samengesteld uit volgende vertegenwoordigers: Per halve klasgroep één vertegenwoordiger: steeds wisselend, zodat alle studenten in de loop van het jaar aan bod komen. De modulecoördinator maakt het verslag, dat achteraf aan alle betrokkenen wordt bezorgd. Modulecoördinator De data van de overlegmomenten vind je in de roosters. Mogelijke agendapunten: - Doorstroming van informatie - informatiekanalen naar studenten - Jaarplanning - Organisatie - Opdrachten - Evaluatie en assessment in de module (positieve elementen en aandachtspunten) - Rol van begeleiders - Beschikbaarheid van materialen en accommodatie - Evaluatie van voorbije periode en bijstelling in functie van volgend academiejaar = feedback voor begeleiders - Nieuwe ideeën

7 RECHTSPOSITIEREGELING STUDENT Het studiecontract van de hogeschool bestaat uit het hogeschoolonderwijs- en examenreglement (HOE) en de studiegids per opleiding of optie. In deze studiegids vind je de tabel met de opleidingsonderdelen en al de nodige gegevens over die onderdelen van de professionele bachelor in onderwijs leraar kleuteronderwijs (PBKO). De gebruikte onderwijstaal in de opleiding is Nederlands. REGELING BIJ AFWEZIGHEID TIJDENS OPLEIDINGSACTIVITEITEN Je bent zelf verantwoordelijk voor je opleiding. Dit veronderstelt dat je op een actieve manier deelneemt aan alle opleidingsactiviteiten, dat je afspraken nakomt wat het indienen van opdrachten en de uitvoering van opleidingsactiviteiten betreft. REGELING BIJ AFWEZIGHEID TIJDENS EVALUATIEGEBONDEN OPLEIDINGSACTIVITEITEN - Als je afwezig bent wegens ziekte, verwittig dan een half uur voor aanvang van het examen het onthaal (tel. 03/ ) en bezorg binnen de 5 kalenderdagen een doktersbewijs op het onthaal. - Als je vooraf weet dat je om één of andere ernstige reden opleidingsactiviteiten niet zal bijwonen, bespreek dit dan vooraf met de lector. - Gewettigde afwezigheid op examens of beoordelingsgebonden activiteiten laat een inhaalregeling toe mits de organisatie het toelaat. Dit geldt voor schriftelijke en mondelinge examens, verplichte lessen, presentaties, indienen van opdrachten, De student neemt zelf initiatief om een inhaalopdracht of inhaalexamen aan te vragen bij de desbetreffende lector (behalve voor schriftelijke examens, dan wordt de student verwittigd door de opleidingsondersteuner). AFWEZIGHEID OP NIET-BEOORDEELDE ACTIVITEITEN BV. DE BRINK, STUDIO GLOBO, SPREKERS OP DE CAMPUS, Elke onderwijsactiviteit op verplaatsing of onderwijsactiviteiten waarbij externen betrokken zijn : Je moet deelnemen aan de activiteit om te kunnen slagen op dit opleidingsonderdeel. Ben je ongewettigd afwezig, dan krijg je maximum 5/20 voor het olod waarvan de onderwijsactiviteit deel uitmaakt en kan je dus niet slagen voor dat olod. In 2 de zit dien je een vervangtaak in en herneem je alle assessments behorend bij dit olod. Ben je gewettigd afwezig, krijg je een vervangtaak. Indiendatum wordt door lector bepaald. INHAALREGELING BIJ GEWETTIGDE AFWEZIGHEID TIJDENS DE STAGE Als je gewettigd afwezig bent tijdens de stage, onderneem je de volgende stappen: - verwittig voor schooltijd de stageschool; - verwittig voor schooltijd het onthaal (tel. 03/ ); - verwittig voor schooltijd de lector(en) die je kan (kunnen) bezoeken; - geef binnen de 5 werkdagen een doktersbewijs af op het onthaal, indien het niet om ziekte gaat, bespreek dit met de ombuds; - overleg met de leertrajectbegeleider en je mentor hoe je de gemiste stagedagen inhaalt. EXAMENSTUDENTEN Voor examenstudent stelt de opleiding een leerstofoverzicht, een lijst van syllabi en handboeken, een taken- en literatuurlijst, de studiegids (ECTS-fiches) en het stagevademecum ter beschikking. Deze student heeft recht op één contact met de titularis van het opleidingsonderden. Hij mag geen onderwijsactiviteiten bijwonen en krijgt geen studiebegeleiding. Hij neemt zoals een regulier student deel aan de examens. BEGINASSESSMENTS Bij bepaalde opleidingsonderdelen horen beginassessments waaraan startende studenten deelnemen. PDT-studenten mogen hieraan niet opnieuw deelnemen.

8 Studiegids Academiejaar Traject 1 PB-KO (Voltijds modeltraject) Soort opleiding Diplomatitel Toelatingsvoorwaarden Studieomvang taal Begindatum Einddatum Vakantie Aansluit- en vervolgopleidingen Bachelor in het onderwijs: kleuteronderwijs diploma secundair onderwijs of gelijkwaardig Nederlandse taalproef voor anderstaligen 180 studiepunten (ECTS) Nederlands Kerstvakantie van tot Paasvakantie van tot Zomervakantie van tot PBA kleuteronderwijs Bachelor in het onderwijs: buitengewoon onderwijs Bachelor in het onderwijs: zorgverbreding en remediërend leren Postgraduaat mentor in de stage- en aanvangsbegeleiding Postgraduaat: verantwoordelijke in de kinderopvang Verkorte opleiding - Bachelor in het onderwijs: lager onderwijs Verkorte opleiding - Bachelor in het onderwijs: secundair onderwijs Postgraduaat in bewegingsopvoeding: bewegingsopvoeding bij kleuters Postgraduaat in de zorgverbreding: omgaan met kinderen en jongeren met een autismespectrumstoornis Specifieke lerarenopleiding in de niet confessionele zedenleer voor lager onderwijs Postgraduaat in de innovatieve agogische methodieken Postgraduaat in de educatieve benadering van mensen met autismespectrumstoornissen Postgraduaat Cultuurbemiddeling Schakelprogramma's voor diverse masteropleidingen opleidingspecifieke toelatingsvoorwaarden Bachelor in de pedagogie van het jonge kind Pagina 1 van 48 - versie:

9 sprofiel Deze zijn decretaal beschreven. We verwijzen naar: - Besluit van de Vlaamse regering van 05 oktober 2007 betreffende de basiscompetenties van leraren. Deze zijn decretaal beschreven. We verwijzen naar: - Besluit van de Vlaamse regering van 05 oktober 2007 betreffende de beroepsprofielen van leraren. Pagina 2 van 48 - versie:

10 Eindcompetenties Zie opleidingsprofiel met daarin Domeinspecifieke leerresultaten (DLR) Pagina 3 van 48 - versie:

11 Modeltrajecten Modeltraject gewoon - deeltraject 1 PB-KO - deeltraject 2 PB-KO - deeltraject 3 PB-KO - deeltraject 3 PB-KO Internationalisering Pagina 4 van 48 - versie:

12 sprogramma 1 PB-KO (Voltijds modeltraject) studiepunten tijdsorganisatie OND/13-14/pBa-KO/1.01 Module Instap 1 7 Periode 1 OND/13-14/pBa-KO/1.02 Ontwikkelingspsychologie 1 3 Periode 1 Module Spelenderwijs 1 8 Periode 2 OND/13-14/pBa-KO/ Basisconcepten spelen en spel 1 4 Periode 2 OND/13-14/pBa-KO/ Speelse activiteit 1 4 Periode 2 OND/13-14/pBa-KO/1.05 Ervaringsgericht kleuteronderwijs 1 3 Periode 2 OND/13-14/pBa-KO/1.06 Module Communicatie 1 7 Periode 3 Module Kijk 1 8 OND/13-14/pBa-KO/ Natuurgebied 1 1 Periode 4 OND/13-14/pBa-KO/ Wereldoriëntatie 1 3 Periode 4 OND/13-14/pBa-KO/ Achtergronden 'Kijk' 1 4 Periode 4 Vaardigheidsroute Muziek 1 3 OND/13-14/pBa-KO/ Muziek lezen en instrumenten bespelen 1 1 Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ Zang en creativiteit 1 2 Academiejaar Vaardigheidsroute Beweging 1 3 OND/13-14/pBa-KO/ Zwemvaardigheid 1 1 Variabel of Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ Motorische competenties 1 2 Academiejaar Vaardigheidsroute Beeld 1 3 OND/13-14/pBa-KO/ Beeldend creëren 1 2 Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ Beeldbeschouwen 1 1 Periode 1+2 Vaardigheidsroute Taal 1 3 OND/13-14/pBa-KO/ Schriftelijke taalvaardigheid 1 1 Variabel of Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ Mondelinge taalvaardigheid 1 2 Academiejaar Praktijk 1 12 OND/13-14/pBa-KO/ Stage 1 8 Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ LTB 1 2 Academiejaar OND/13-14/pBa-KO/ Didactisch atelier 1 2 Academiejaar Pagina 5 van 48 - versie:

13 Tijdsorganisatie: Periode 1 Docent(en): De Coninck Lien Debacker Hilde Geens Sonja Heselmans Goedele Michiels Cynthia Sas Filip Schoonvliet Jill Torfs Loes Van de Weghe Johannes Van Weverberg Wilfried Vandevoordt Karolien Verhoeven Greet Warnez Sofie Studiepunten: 7 Wegingsfactor: 7 Quotering: Op 20 (tot op een geheel getal) Delibereerbaar Studiebelasting: 175u Contacturen per jaar: 72u Soort opleidingsonderdeel: enkelvoudig opleidingsonderdeel Trajectschijf: 1 Soort contract: DIP, CRD, EXD, EXC taal: Nederlands sonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Module Instap 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud - De creastage is verplicht en biedt je de kans te werken aan eigen creativiteit en je mogelijkheden op het gebied van taal, muziek, beeld en beweging nieuwe impulsen te geven. - De student maakt kennis met een aantal muzische domeinen binnen kleuteronderwijs. - De student wordt met het werkveld geconfronteerd via een kennismakingsstage. Daarna voert de student gerichte observatieopdrachten uit in een kleuterschool. - De student sluit de module af met participerende stage waarin hij/zij de verantwoordelijke is voor een aantal activiteiten met kleuters. - De student maakt voor de eerste keer kennis met de competenties die je voor dit beroep nodig hebt. - De student maakt kennis met de basisprincipes van goed kleuteronderwijs. - De student leert wat basiscompetenties zijn. - De student krijgt meer inzicht in het organiseren van zelfstandig spel, in het aanbieden van een rijk klasmilieu en in het belang van rituelen in de kleuterklas. - Op het einde van de module kan je verwoorden wat volgens jou goed kleuteronderwijs is. - De student verwerft basiskennis ivm het maken en organiseren van een gezelschapsspel. - De student leert de voornaamste herfstverschijnselen herkennen en natuurgebonden spelen kennen. - De student leert kleuters observeren en leert het verschil tussen observeren en interpreteren. - De student leert verschillende technieken van creatief denken. Doelstellingen - De student verwerft kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn in de opleiding en in het toekomstige beroep. - De student test de eigen creatieve mogelijkheden oa. door een actieve medewerking tijdens de creastage. - De student verwerft kennis over en inzicht in het toekomstige beroep; in goed kleuteronderwijs. - De student leert onderdelen van een kleuterklasdag herkennen en kwalitatief zelf goed uitvoeren (ochtendritueel, zelfstandig spel). - De student leert creatief denken. - De student verwerft kennis over het inrichten van een rijk klasmilieu. - De student leert de kenmerken van een goed kleutergezelschapsspel. - De student observatiesvermogen wordt aangevuld en bijgestuurd, specifiek gericht naar kleuters. - De student krijgt inzicht in de basiscompetenties kleuteronderwijs. - De student verwerft basiskennis wereldoriëntatie en natuurgebonden spelen. - De student maakt op een muzische manier kennis met een aantal vakdomeinen binnen de kleuterklas: taal; beeld, beweging, muziek en wiskunde. Werkvormen Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (72u) 1 periode periode 1 Zelfstudie (103u) 1 periode periode 1 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? Toelichting 1 Einde periode 1 Schriftelijk examen % Ja De overzichtstabel van de ontwikkelingsaspecten uit het Ontwikkelingsplan mag meegebracht worden naar het examen. 2 augustusseptember Schriftelijk examen % NVT De overzichtstabel van de ontwikkelingsaspecten uit het Ontwikkelingsplan mag meegebracht worden naar het examen. Naast het schriftelijk examen is deelname aan de creastage is verplicht. Indien er niet aan de creastage wordt deelgenomen, moet er een vervangtaak gemaakt worden in overleg met de verantwoordelijke van de creastage. Voor dit opleidingsonderdeel wordt er halverwege periode 1 een proefexamen ter beschikking gesteld. Door deelname aan het proefexamen krijgt de student(e) zicht op de effectiviteit van zijn of haar studiemethode voor dit opleidingsonderdeel. Dit proefexamen telt op geen enkele manier mee bij het bepalen van het cijfer voor dit opleidingsonderdeel. Studiematerialen (onder voorbehoud) Pagina 6 van 48 - versie:

14 Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Boek Boek Instap- en studiebegeleiding Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool (editie 2000) Kleuterhoekenboek, milieuverrijking van 2,5 tot 6 jarigen (editie 2006) Declercq, H.; Vandevoordt, K.; Verbeeck, L. Bij dit opleidingsonderdeel hoort vakgeïntegreerde studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kun je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan verwijzen in functie van specifieke leerbegeleiding. Te verwerven competenties (zie lijst met competenties vooraan) VVBKAO Wolters Cursus Infomap Instap 1/1PBKO Vandevoordt, K. Karel de Cursus Moduleboek Instap 1/1PBKO Vandevoordt, K. Karel de Studiekosten Bijkomende kost: deelname creastage. De prijs hiervan bedraagt ongeveer 130 euro. Inleidend ATT2 ATT3 ATT4 ATT7 PBKO/DLR01 PBKO/DLR02 PBKO/DLR03 PBKO/DLR04 PBKO/DLR05 TAAL12 Relationele gerichtheid Kritische ingesteldheid Leergierigheid Verantwoordelijkheidszin De Bachelor in het kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een aangenaam en uitdagend speel-, leer- en leefklimaat in de klas en op school, met oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling en het fysieke welzijn van de klasgroep en de individuele kleuter. Hij hanteert een zorgbrede aanpak en speelt positief in op de sociale, culturele en talige diversiteit binnen de klasgroep. Hij bevordert emancipatie, individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. De Bachelor in het kleuteronderwijs heeft een grondig inzicht in de brede ontwikkeling van de kleuter en beheerst de basiskennis - waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen - m.b.t. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Nederlands, wiskundige initiatie, wereldoriëntatie, muzische vorming en lichamelijke opvoeding, en leergebiedoverschrijdende thema s. Hij hanteert een kritische, geïntegreerde en mediawijze aanpak en volgt recente ontwikkelingen op. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een veilige, werkbare en stimulerende speel-, leeren leefomgeving. Hij zorgt voor een doel- en kindgerichte planning. Hij gaat correct om met administratieve taken. De Bachelor in het kleuteronderwijs stuurt zijn functioneren bij en innoveert aan de hand van een systematische, kritische reflectie op de eigen professionele praktijk vanuit relevante theoretische denkkaders en inzichten uit onderwijsonderzoek. Lezen Pagina 7 van 48 - versie:

15 Tijdsorganisatie: Periode 1 Docent(en): De Greve Hannelore Driesen Godelieve Neyens Deborah Van de Weghe Johannes Studiepunten: 3 Wegingsfactor: 3 Quotering: Op 20 (tot op een geheel getal) Delibereerbaar Studiebelasting: 75u Contacturen per jaar: 16u Soort opleidingsonderdeel: enkelvoudig opleidingsonderdeel Trajectschijf: 1 Soort contract: DIP, CRD, EXD, EXC taal: Nederlands sonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Ontwikkelingspsychologie 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud - Inleiding in de ontwikkelingspsychologie. - De ontwikkeling van de ongeboren baby, de pasgeborene, de baby, de peuter, de kleuter, het lagere schoolkind en de adolescent in verschillende ontwikkelingsdomeinen, met name de lichamelijke ontwikkeling, de motorische ontwikkeling, de perceptuele ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling, de taalontwikkeling, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de seksuele ontwikkeling, de persoonlijkheidsontwikkeling, de morele ontwikkeling, de schoolse ontwikkeling en de tekenontwikkeling. Dit wordt behandeld in alle hoofdstukken van het boek Groot worden. De ontwikkeling van baby tot adolescent van Katrien Struyven et al. (2009). Doelstellingen De student kan de basisbegrippen uit de discipline ontwikkelingspsychologie omschrijven, illustreren en herkennen in voorbeelden. De student kan de ontwikkeling van de ongeboren baby, de baby, de peuter, de kleuter, het lagere schoolkind en de adolescent binnen verschillende ontwikkelingsdomeinen omschrijven, verklaren en illustreren. De betreffende ontwikkelingsdomeinen zijn: de lichamelijke ontwikkeling, de motorische ontwikkeling, de perceptuele ontwikkeling, de cognitieve ontwikkeling, de taalontwikkeling, de sociaal-emotionele ontwikkeling, de seksuele ontwikkeling, de persoonlijkheidsontwikkeling, de morele ontwikkeling, de schoolse ontwikkeling en de tekenontwikkeling. De student kan aangeven op welke punten in de ontwikkeling van het kind er problemen kunnen optreden en hij kan dit toelichten. Werkvormen Ontwikkelingspsychologie 1 wordt georganiseerd in acht interactieve hoorcolleges per klasgroep. In de hoorcolleges wordt er ruimte gemaakt voor discussies, onderwijsleergesprekken, oefeningen, etc. Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (16u) 1 periode periode 1 Zelfstudie (59u) 1 periode periode 1 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? Toelichting 1 Einde periode 1 Schriftelijk examen % Ja schriftelijk examen over de leerstof beschreven in de cursus. 2 augustusseptember Studiematerialen (onder voorbehoud) Schriftelijk examen % NVT schriftelijke examen over de leerstof beschreven in de cursus. Voor dit opleidingsonderdeel wordt een facultatief beginassessment georganiseerd in de eerste week van het academiejaar. Het beginassessment is bedoeld voor studenten die in hun vooropleiding ontwikkelingspsychologie (van ongeboren baby tot adolescent) kregen en die menen de einddoelen van het opleidingsonderdeel 'Ontwikkelingspsychologie 1' te hebben verworven voor aanvang van de lessen. Indien de student(e) slaagt voor het beginassessment is hij/zij vrijgesteld van het volgen van de lessen en het afleggen van het reguliere assessment. De behaalde score op het beginassessment wordt dan de behaalde score op het opleidingsonderdeel. Als de student(e) dit cijfer in de loop van het academiejaar door deelname aan het reguliere assessment wil verhogen, dan kan dat. De regel Het hoogste cijfer telt' (zie HOE) geldt ook hier. Indien de student(e) niet slaagt voor het beginassessment volgt hij/zij de lessen en legt het reguliere assessment af. Studenten die dit opleidingsonderdeel overdoen (bissen), kunnen niet deelnemen aan het beginassessment. Voor dit opleidingsonderdeel wordt er halverwege periode 1 een proefexamen ter beschikking gesteld. Door deelname aan het proefexamen krijgt de student(e) zicht op de effectiviteit van zijn of haar studiemethode voor dit opleidingsonderdeel. Dit proefexamen telt op geen enkele manier mee bij het bepalen van het cijfer voor dit opleidingsonderdeel. Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Boek Cursus Groot worden: de ontwikkeling van baby tot adolescent (editie 2009) Ontwikkelingspsychologie 1/1PBKO (editie ) Struyven, K. e.a. Lannoo Campus De Greve, H. Karel de Instap- en studiebegeleiding Bij dit opleidingsonderdeel hoort vakgeïntegreerde studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kan je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan verwijzen in functie van specifieke studiebegeleiding. Te verwerven competenties (zie lijst met competenties vooraan) Pagina 8 van 48 - versie:

16 Inleidend PBKO/DLR01 PBKO/DLR02 PBKO/DLR03 PBKO/DLR05 De Bachelor in het kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een aangenaam en uitdagend speel-, leer- en leefklimaat in de klas en op school, met oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling en het fysieke welzijn van de klasgroep en de individuele kleuter. Hij hanteert een zorgbrede aanpak en speelt positief in op de sociale, culturele en talige diversiteit binnen de klasgroep. Hij bevordert emancipatie, individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. De Bachelor in het kleuteronderwijs heeft een grondig inzicht in de brede ontwikkeling van de kleuter en beheerst de basiskennis - waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen - m.b.t. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Nederlands, wiskundige initiatie, wereldoriëntatie, muzische vorming en lichamelijke opvoeding, en leergebiedoverschrijdende thema s. Hij hanteert een kritische, geïntegreerde en mediawijze aanpak en volgt recente ontwikkelingen op. De Bachelor in het kleuteronderwijs stuurt zijn functioneren bij en innoveert aan de hand van een systematische, kritische reflectie op de eigen professionele praktijk vanuit relevante theoretische denkkaders en inzichten uit onderwijsonderzoek. Pagina 9 van 48 - versie:

17 Tijdsorganisatie: Periode 2 Docent(en): Buytaert Annemie De Greve Hannelore Debacker Hilde Geens Sonja Heselmans Goedele Michiels Cynthia Michielsen Sara Sas Filip Spillebeen Suzanne Torfs Loes Van de Weghe Johannes Van Weverberg Wilfried Verhoeven Greet Warnez Sofie Samengesteld opleidingsonderdeel Module Spelenderwijs 1 Delen van dit samengesteld onderdeel: Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) zie schema volgtijdelijkheid Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Studiepunt Weging - OND/13-14/pBa-KO/ Basisconcepten spelen en spel OND/13-14/pBa-KO/ Speelse activiteit al de niet-vrijgestelde delen zijn te volgen Studiepunten: 8 Wegingsfactor: 8 Quotering: Op 20 (tot op een geheel getal) Delibereerbaar Herkansing: Niet-geslaagde dolods (waarop tweede examenkans mogelijk) Soort opleidingsonderdeel: samengesteld opleidingsonderdeel Trajectschijf: 1 Soort contract: DIP, CRD, EXD, EXC taal: Pagina 10 van 48 - versie:

18 Tijdsorganisatie: Periode 2 Docent(en): Debacker Hilde Geens Sonja Heselmans Goedele Michiels Cynthia Michielsen Sara Sas Filip Spillebeen Suzanne Torfs Loes Van de Weghe Johannes Van Weverberg Wilfried Verhoeven Greet Warnez Sofie Studiepunten: 4 Internat. gemerkte stp. : 0,25 Wegingsfactor: 4 Quotering: Op 20 (tot op een tiende) Studiebelasting: 100u Contacturen per jaar: 40u Soort opleidingsonderdeel: deel van een opleidingsonderdeel taal: Nederlands Deelopleidingsonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Basisconcepten spelen en spel 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud - De ontwikkelingsaspecten uit het Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool worden leergebiedoverschrijdend en via verschillende workshops verkend. Hierbij verwerf je een bagage aan spelmogelijkheden bij kleuters. - De globale eigenheid van elk leergebied wordt duidelijk en vertaalt zich in verschillende soorten speelse activiteiten bij kleuters. - De student krijgt inzicht in de waarde van spel voor de ontwikkeling van kinderen. Doelstellingen - De student ervaart de kracht van spel en spelen. - De student verwerft inzicht in verschillende ervaringssituaties. - De student verwerft inzicht in het werken met de ontwikkelingsaspecten uit het ontwikkelingsplan. - De student maakt kennis met de globale eigenheid van elk leergebied. - De student ervaart de verschillende muzische domeinen als middel om ontwikkeling te stimuleren. - De student verwerft inzicht in de ontwikkeling van spelen en spel doorheen de verschillende leeftijden. Werkvormen Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (40u) 1 periode periode 2 Zelfstudie (60u) 1 periode periode 2 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? 1 Einde periode 2 Schriftelijk examen % Ja 2 augustusseptember Schriftelijk examen Studiematerialen (onder voorbehoud) % NVT Toelichting Eerste examenkans: schriftelijk examen over de leerstof beschreven in het moduleboek Tweede examenkans: schriftelijk examen over de leerstof beschreven in het moduleboek Om te kunnen slagen op het solod Module Spelenderwijs 1 moet je op dit dolod Basisconcepten spelen en spel 1 minstens 6/20 behalen. Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Cursus Infomap Spelonderwijs 1/1PBKO Van Weverberg, W. Boek Boek Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool (editie 2000) Speelkriebels voor kleuters : een ontwikkelingsgerichte kijk op bewegingsspelen (editie 2003) Florquin, V.; Bertrands, E. Cursus Moduleboek Spelenderwijs1/1PBKO Van Weverberg, W. Karel de VVBKAO Acco - Leuven - Amersfoort (herziene druk) Karel de Instap- en studiebegeleiding Bij dit opleidingsonderdeel hoort vakgeïntegreerde studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kun je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan verwijzen in functie van specifieke leerbegeleiding. Te verwerven competenties (zie lijst met competenties vooraan) Inleidend INT01 INT06 PBKO/DLR01 PBKO/DLR03 Logisch redeneren waarin culturele aspecten en achtergronden worden meegenomen In staat zijn de culturele grondslagen van het vakgebied aan te geven en te interpreteren De Bachelor in het kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. De Bachelor in het kleuteronderwijs heeft een grondig inzicht in de brede ontwikkeling van de kleuter en beheerst de basiskennis - waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen - m.b.t. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Nederlands, wiskundige initiatie, wereldoriëntatie, muzische vorming en lichamelijke opvoeding, en leergebiedoverschrijdende thema s. Hij hanteert een kritische, geïntegreerde en mediawijze aanpak en volgt recente ontwikkelingen op. Pagina 11 van 48 - versie:

19 Tijdsorganisatie: Periode 2 Docent(en): Buytaert Annemie De Greve Hannelore Debacker Hilde Heselmans Goedele Michiels Cynthia Michielsen Sara Spillebeen Suzanne Torfs Loes Van de Weghe Johannes Van Weverberg Wilfried Verhoeven Greet Warnez Sofie Studiepunten: 4 Wegingsfactor: 4 Quotering: Op 20 (tot op een tiende) Studiebelasting: 100u Contacturen per jaar: 10u Soort opleidingsonderdeel: deel van een opleidingsonderdeel Deelopleidingsonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Speelse activiteit 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud In samenwerking met medestudenten werk je vanuit een opgegeven ontwikkelingsaspect een activiteit voor kleuters uit. Je oefent je in het speels en enthousiast aanbrengen en begeleiden van de activiteit. Je realiseert die activiteit bij medestudenten en jekrijgt hierop feedback. Via een praktische proef laat je zien dat je inzicht hebt verworven in de theorie, dat je de transfer naar de praktijk van de kleuterklas zonder problemen maakt, en dat je activiteiten kan uitwerken en spelenderwijs kan begeleiden. Doelstellingen - De student verwerft een bagage aan speelse activiteiten. - De student kan vanuit een vooropgesteld ontwikkelingsaspect een speelse activiteit opbouwen met een doelgericht verloop. - De student kan vanuit een bestaand spelidee boeiende en aan kleuters aangepaste spelvarianten vinden. - De student verwerft inzicht in mogelijke stimulerende tussenkomsten bij het begeleiden van activiteiten bij kleuters. - De student kan een speelse activiteit voor kleuters voorbereiden. - De student kan een lesvoorbereiding op PC uitschrijven. - De student kan een activiteit geanimeerd en enthousiast aanbrengen en begeleiden. - De student kan een zelf uitgewerkte activiteit bij kleuters spelenderwijs aanbrengen en begeleiden. taal: Nederlands Werkvormen Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (10u) 1 periode periode 2 Zelfstudie (90u) 1 periode periode 2 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? 1 Einde periode 2 Vaardigheidstoets % Ja 2 augustusseptember Vaardigheidstoets % NVT Toelichting Eerste examenkans : de criteria voor de praktische proef worden beschreven in het moduleboek. De vooroefening van de praktische proef staat model voor de praktische proef zelf. Tweede examenkans : de criteria voor de praktische proef worden beschreven in het moduleboek. Om te kunnen slagen op het solod Module Spelenderwijs 1 moet je op dit dolod Speelse activiteit 1 minstens 6/20 behalen. Studiematerialen (onder voorbehoud) Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Cursus Infomap Spelonderwijs 1/1PBKO Van Weverberg, W. Cursus Moduleboek Spelenderwijs1/1PBKO Van Weverberg, W. Boek Boek Ontwikkelingsplan voor de katholieke kleuterschool (editie 2000) Speelkriebels voor kleuters : een ontwikkelingsgerichte kijk op bewegingsspelen (editie 2003) Florquin, V.; Bertrands, E. Karel de Karel de VVBKAO Acco - Leuven - Amersfoort (herziene druk) Pagina 12 van 48 - versie:

20 Instap- en studiebegeleiding Bij dit opleidingsonderdeel hoort een vakgerichte studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kun je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan veriwjzen in fucntie van specifieke leerbegeleiding. Te verwerven competenties (zie lijst met competenties vooraan) Inleidend PBKO/DLR01 PBKO/DLR03 PBKO/DLR04 TAAL03 TAAL04 De Bachelor in het kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. De Bachelor in het kleuteronderwijs heeft een grondig inzicht in de brede ontwikkeling van de kleuter en beheerst de basiskennis - waaronder ten minste de ontwikkelingsdoelen - m.b.t. inhouden en vaardigheden uit de leergebieden Nederlands, wiskundige initiatie, wereldoriëntatie, muzische vorming en lichamelijke opvoeding, en leergebiedoverschrijdende thema s. Hij hanteert een kritische, geïntegreerde en mediawijze aanpak en volgt recente ontwikkelingen op. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een veilige, werkbare en stimulerende speel-, leeren leefomgeving. Hij zorgt voor een doel- en kindgerichte planning. Hij gaat correct om met administratieve taken. Mondeling opdrachten geven Schriftelijk vragen en opdrachten formuleren Pagina 13 van 48 - versie:

21 Tijdsorganisatie: Periode 2 Docent(en): De Greve Hannelore Driesen Godelieve Neyens Deborah Van de Weghe Johannes Van de Wiele Jan Studiepunten: 3 Wegingsfactor: 3 Quotering: Op 20 (tot op een geheel getal) Delibereerbaar Studiebelasting: 75u Contacturen per jaar: 12u Soort opleidingsonderdeel: enkelvoudig opleidingsonderdeel Trajectschijf: 1 Soort contract: DIP, CRD, EXD, EXC taal: Nederlands sonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Ervaringsgericht kleuteronderwijs 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud De basisconcepten en -principes van het ervaringsgericht werken met kleuters worden behandeld. - Wat is goed onderwijs volgens de ervaringsgerichte visie? - Welbevinden en betrokkenheid - Tien actiepunten - Ervaringsgerichte leerkrachtstijl Dit wordt behandeld in hoofdstukken 1, 2, 3 en 7 van het boek Ervaringsgericht werken met kleuters in het basisonderwijs van Ferre Laevers en Luk Depondt (2004). Doelstellingen De student kan de invalshoeken voor het evalueren van onderwijskwaliteit omschrijven, illustreren en herkennen in voorbeelden. De student kan de begrippen welbevinden en betrokkenheid omschrijven, illustreren en herkennen in voorbeelden. De student kan het welbevinden en de betrokkenheid van een kleuter(groep) scoren en de score verantwoorden. De student kan de tien actiepunten omschrijven, illustreren en herkennen in voorbeelden. De student kan de ervaringsgerichte leerkrachtstijl omschrijven, illustreren en herkennen in voorbeelden. De student kan interacties tussen kleuteronderwijzer en kleuter(s) scoren met behulp van de empathieschaal en de score verklaren. De student kan de basisbegrippen en -principes van het ervaringsgericht onderwijs in verband brengen met elkaar. Werkvormen Ervaringsgericht kleuteronderwijs 1 wordt georganiseerd in 6 interactieve hoorcolleges per klasgroep. In de hoorcolleges wordt er ruimte gemaakt voor discussies, onderwijsleergesprekken, oefeningen, etc. Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (12u) 1 periode periode 2 Zelfstudie (63u) 1 periode periode 2 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? Toelichting 1 Einde periode 2 Schriftelijk examen % Ja schriftelijk examen over de inhoud beschreven in de cursus 2 augustusseptember Studiematerialen (onder voorbehoud) Schriftelijk examen % NVT schriftelijk examen over de inhoud beschreven in de cursus Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Boek Cursus Ervaringsgericht werken met kleuters in het basisonderwijs (editie 2004) Ervaringsgericht kleuteronderwijs 1/1PBKO (editie ) Laevers, F.; Depondt, L. De Greve, H. CEGO PUBLISHERS, Leuven Karel de Instap- en studiebegeleiding Bij dit opleidingsonderdeel hoort vakgeïntegreerde studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kan je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan verwijzen in functie van specifieke studiebegeleiding. Te verwerven competenties (zie lijst met competenties vooraan) Pagina 14 van 48 - versie:

22 Inleidend ATT2 ATT3 PBKO/DLR01 PBKO/DLR02 PBKO/DLR04 PBKO/DLR09 TAAL01 Relationele gerichtheid Kritische ingesteldheid De Bachelor in het kleuteronderwijs begeleidt kleuters in complexe school- en klascontexten bij hun leer- en ontwikkelingsproces. Rekening houdend met de beginsituatie van de klasgroep en de belevingswereld van de individuele kleuter zorgt hij voor gepaste begeleiding, formuleert hij algemene en concrete doelen, selecteert hij passende leerinhouden en leerervaringen, aangepaste ontwikkelingsmaterialen, werk- en groeperingsvormen. Hij functioneert autonoom en gebruikt hiervoor het Standaardnederlands. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een aangenaam en uitdagend speel-, leer- en leefklimaat in de klas en op school, met oog voor de sociaal-emotionele ontwikkeling en het fysieke welzijn van de klasgroep en de individuele kleuter. Hij hanteert een zorgbrede aanpak en speelt positief in op de sociale, culturele en talige diversiteit binnen de klasgroep. Hij bevordert emancipatie, individuele ontplooiing en maatschappelijke participatie. De Bachelor in het kleuteronderwijs creëert een veilige, werkbare en stimulerende speel-, leeren leefomgeving. Hij zorgt voor een doel- en kindgerichte planning. Hij gaat correct om met administratieve taken. De Bachelor in het kleuteronderwijs neemt deel aan het maatschappelijke debat over onderwijskundige thema s en over het beroep van de leraar en zijn plaats in de samenleving, ook in internationaal perspectief. Gesprekken voeren met leerlingen Pagina 15 van 48 - versie:

23 Tijdsorganisatie: Periode 3 Docent(en): Buytaert Annemie Debacker Hilde Heselmans Goedele Michielsen Sara Neyens Deborah Torfs Loes Van de Weghe Johannes Van Weverberg Wilfried Verhoeven Greet Warnez Sofie Studiepunten: 7 Internat. gemerkte stp. : 0,25 Wegingsfactor: 7 Quotering: Op 20 (tot op een geheel getal) Delibereerbaar Studiebelasting: 175u Contacturen per jaar: 54u Soort opleidingsonderdeel: enkelvoudig opleidingsonderdeel Trajectschijf: 1 Soort contract: DIP, CRD, EXD, EXC taal: Nederlands sonderdeel OND/13-14/pBa-KO/ Module Communicatie 1 Toelatingsvoorwaarden (volgtijdelijkheid) diploma secundair onderwijs Studievoortgang Geen specifieke studievoortgangsmaatregel. Leerinhoud - De student leert de grondbeginselen en de complexiteit van het basiscommunicatiemodel. - Via observaties in de kleuterschool en via workshops ontdek je welke mogelijkheden er zijn om te communiceren met kleuters, zowel verbaal als non-verbaal. - Hoe kun je een boeiend gesprek met kleuters voeren? Welke vragen zetten kleuters aan om te vertellen over hun ervaringen? - Hoe kan je vanuit een verkennend gesprek met kleuters een belangstellingscentrum kiezen en uitwerken? - Goede communicatie begint met duidelijke afspraken en grenzen. In de workshops krijg je ook verdere houvast over straffen en belonen. - Wat zijn goede prentenboeken? Hoe vertel je deze verhalen, boeiend, aan kleuters? Welke hulpmiddelen kan je aanwenden om je verhaal te ondersteunen en het vervolgens te verwerken? Vanuit de workshops beweging, taal, muziek, beeld en godsdienst krijg je voorbeelden aangereikt. - Een gesprek voeren en verhalen vertellen wordt getraind in kleine klasgroepen. Zo krijg je de kans in een vertrouwde groep uit te proberen wat je naderhand in de stageklas zult uitvoeren. - Om je kennis wat betreft kinderliteratuur uit te breiden, stel je een verhalenbundel voor kleuters samen volgens voorgeschreven criteria. Doelstellingen De student kan een goed verhaal kiezen voor kleuters. De student kan volgens voorgeschreven criteria een verhalenbundel voor kleuters samenstellen. De student kan op een expressieve manier en met verzorgd taalgebruik een verhaal vertellen aan kleuters, gebruik makend van verbale en non-verbale communicatie. De student kan met verzorgd taalgebruik een themagesprek voeren met kleuters, gebruik makend van verbale en non-verbale communicatie. De student kan hulpmiddelen kiezen en maken om het vertellen van een verhaal en het voeren van een gesprek te ondersteunen. De student kan een verhaal verwerken in functie van de klascontext. De student kan duidelijke afspraken maken met de kleuters. Werkvormen workshops, hoorcolleges, praktische vooroefeningen Werkvorm Spreiding Startmoment(en) Contacturen (54u) 1 periode Periode 3 Zelfstudie (121u) 1 periode Periode 3 Evaluatie Ex. kans Moment Vorm Gewicht Herhaal baar? 1 Einde periode 3 Presentatie 70.00% Ja Toelichting 1 Einde periode 3 Opdracht 30.00% Ja + mondelinge toelichting 2 augustusseptember 2 augustusseptember Presentatie 70.00% NVT Opdracht 30.00% NVT + mondelinge toelichting Je mondeling examen bestaat uit het vertellen van een verhaal of het voeren van een gesprek. Je bereidt beide onderdelen voor. Voorwaarde voor deelname is dat je zowel van verhaal als van gesprek een lesvoorbereiding afgeeft bij het examen. Het vooraf afgeven van de verhalenbundel is een bijkomende voorwaarde voor deelname aan het assessment. De exacte datum is opgenomen in het moduleboek en wordt bevestigd via Blackboard. Het moduleboek Communicatie 1 maakt integraal deel uit van deze ECTS-fiche. Studiematerialen (onder voorbehoud) Medium Studiemateriaal Auteur Uitgever ISBN Cursus Infomap Communicatie 1/1PBKO Warnez, S. Karel de Cursus Moduleboek Communicatie 1/1PBKO Warnez, S. Karel de Boek Boek Studiekosten Raming: 4 euro (boekendag) Instap- en studiebegeleiding Ontwikkelingsplan voor de Katholieke kleuterschool (editie 2002) Werkplan Godsdienst voor het Katholieke onderwijs in Vlaanderen (editie 2001) VVKBAO Erkende instantie RK Godsdienst CRKLKO Bij dit opleidingsonderdeel hoort vakgeïntegreerde studiebegeleiding. Voor andere vormen van studiebegeleiding kun je terecht bij je leertrajectbegeleider, die je kan verwijzen in functie van specifieke studiebegeleiding. Pagina 16 van 48 - versie: Licap