Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814."

Transcriptie

1 STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Nr februari 2019 Kraamzorg 2019 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Besluit van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 11 februari 2019 tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van de collectieve arbeidsovereenkomst voor de Kraamzorg UAW Nr De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid; Gelezen het verzoek van de Brancheorganisatie (Bo) Geboortezorg mede namens de overige partijen bij bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, strekkende tot algemeen verbindendverklaring van bepalingen van deze collectieve arbeidsovereenkomst; Partij(en) ter ener zijde: Brancheorganisatie (Bo) Geboortezorg; Partij(en) ter andere zijde: FNV, CNV Zorg en Welzijn, onderdeel van CNV Connectief, NU 91, Beroepsorganisatie van de Verpleging en FBZ, Federatie van de Beroepsorganisaties in de Zorg en daaraan gerelateerd onderwijs en onderzoek, vertegenwoordiger van AVBZ/ VHP-Zorg, Nederlandse Vereniging van Lactatiekundigen. Gelet op de artikelen 2, 4 en 5 van de Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten; Besluit: Dictum I Verklaart algemeen verbindend de navolgende bepalingen van bovengenoemde collectieve arbeidsovereenkomst, zulks met inachtneming van hetgeen in de dicta II, III en IV is bepaald: HOOFDSTUK 1: BEGRIPSBEPALINGEN EN WERKINGSSFEER Artikel 1.1 Definities In deze CAO Kraamzorg wordt verstaan onder: 1. Werkgever De privaatrechtelijke organisatie, dan wel een al of niet juridisch zelfstandig onderdeel hiervan, al dan niet met rechtspersoonlijkheid en al dan niet met winstoogmerk. Deze organisatie richt zich deels of in zijn geheel op het verlenen van bij of krachtens de Zorgverzekeringswet (Staatsblad 2005, nr. 649) bepaalde kraamzorg, waaronder in ieder geval het huisbezoek, partusassistentie, verzorging en controle van kraamvrouw en pasgeborene, voorlichting en instructie aan het gezin, observeren en signaleren van risico s op psychosociaal en lichamelijk gebied, waarborgen van hygiëne tijdens partus en kraamperiode, huishoudelijke verzorging, opvang van overige gezinsleden en de overdracht naar de jeugdgezondheidszorg. 2. Werknemer Als je (m/v) op basis van een arbeidsovereenkomst werkzaam bent bij je werkgever. In deze CAO wordt de werknemer, voor zover mogelijk, aangesproken met je. Je bent geen werknemer op grond van de CAO, als: je directeur en eindverantwoordelijke bent belast met de beleidsvoorbereiding en het beheer van de organisatie en daarvoor rechtstreeks verantwoording verschuldigd is aan het bestuur of de raad van toezicht; je werkzaam bent als vakantiekracht; je incidenteel doceerwerkzaamheden verricht als uurdocent. 3. Arbeidsduur Het tussen jou en je werkgever overeengekomen gemiddeld aantal uren per week voor het verrichten van je werkzaamheden, inclusief: alle verlofuren waarover salaris wordt betaald; 1 Staatscourant 2019 nr februari 2019

2 vergoedingen in vrije tijd volgens regelingen in deze CAO; verzuim tijdens vastgestelde werktijden door ziekte/arbeidsongeschiktheid. Ben je ambulant, dan gelden voor jou ook de volgende bepalingen: reis- en wachttijden, in geval van door je werkgever opgedragen werkzaamheden: als deze reistijden meer bedragen dan de voor jou gebruikelijke reistijden voor het woon-werkverkeer; reistijden als gevolg van een gebroken dienst. 4. Bereikbaarheidsdienst Als je in een aaneengesloten periode verplicht bent om bereikbaar te zijn om, zo nodig naast het verrichten van de overeengekomen arbeid, op oproep zo spoedig mogelijk de overeengekomen arbeid te verrichten. Een bereikbaarheidsdienst is mogelijk voor arbeid die bestaat als je planningswerkzaamheden verricht. 5. Beroepsbegeleidende Leerweg (BBL) Onderwijs, waarbij je naast leerling tijdens de beroepspraktijkvorming ook werknemer bent en waarbij de eindverantwoordelijkheid voor de opleiding berust bij de onderwijsinstelling. Voor kwalificatieniveau 5 wordt deze leerweg aangeduid met de term duale leerweg. 6. Feest- en gedenkdagen Nieuwjaarsdag, Eerste en Tweede Paasdag, Hemelvaartsdag, Eerste en Tweede Pinksterdag, Eerste en Tweede Kerstdag en de door de overheid erkende nationale feest- en gedenkdagen, waaronder 5 mei en Koningsdag òf de door de overheid aangewezen dag waarop Koningsdag gevierd wordt. Je kunt ervoor kiezen om, in plaats van deze dagen, verlof op te nemen op andere bij je godsdienst of je levensbeschouwing passende dagen. 7. Leerling-werknemer Als je in het kader van de Beroepsbegeleidende leerweg een (leer)arbeidsovereenkomst met je werkgever hebt. 8. Periode Een aaneengesloten tijdvak van vier weken. 9. Periodiek Het verschil tussen twee opeenvolgende bedragen in een salarisschaal. 10. Relatiepartner a. Echtgeno(o)t(e) of geregistreerd partner of b. Degene met wie je duurzaam samenleeft, een gemeenschappelijke huishouding voert; dit laatste blijkt uit een notariële akte die je (desgevraagd) aan je werkgever geeft. 11. Salaris Het salaris dat je maandelijks of per vier weken ontvangt van je werkgever, zoals vermeld in de salaristabel in bijlage 1. Het salaris is een bruto bedrag waarop de werkgever sociale premies en belastingen inhoudt. Dit is exclusief toeslagen, bijdragen, uitkeringen, vergoedingen en tegemoetkoming op basis van deze CAO. 12. Stagiair Je bent een leerling die een MBO- of een HBO-opleiding volgt binnen het OCW-opleidingsstelsel (beroepsopleidende leerweg) en vanuit je opleiding een stage volgt. 13. Uurloon Onder uurloon wordt voor het maandsalaris verstaan 1/156 deel van het salaris dat gebaseerd is op een voltijd dienstverband of het periodesalaris 1/144 deel van het salaris gebaseerd op een voltijddienstverband (1.878 uur per jaar, gemiddeld 36 uur per week). 14. Vakantiekracht a. Je bent incidenteel tijdens de schoolvakanties werkzaam voor een periode niet langer dan ten hoogste 6 aaneengesloten weken; b. Je bent geen werknemer in de zin van deze CAO. 15. Wachtdienst Dit is een dienst van maximaal 16 uur waarbinnen jij beschikbaar bent om op eerste oproep een partusassistentie en/of verzorging te verrichten. 16. Weekend Een periode van 48 uur waarin je vrij van dienst bent, vallend op zaterdag en zondag. 17. Werktijden De uren waarop dient te worden gewerkt. 18. Medezeggenschapsorgaan Met het medezeggenschapsorgaan wordt in deze CAO Ondernemingsraad of Personeelsvertegenwoordiging bedoelt. Een kraamzorgorganisatie met minder dan 10 medewerkers regelt dit middels het werkoverleg. 2 Staatscourant 2019 nr februari 2019

3 HOOFDSTUK 2: CAO KRAAMZORG Artikel 2.1 Werkingssfeer, toepassing en ontheffingen Werkingssfeer 1. Deze CAO is van toepassing op de individuele arbeidsovereenkomst met je werkgever, zoals bedoeld in artikel 1.1 lid De beperkingen van deze CAO hebben een minimum karakter. Dat wil zeggen dat alleen afwijkingen in positieve zin, ten gunste van de werknemer, zijn toegestaan. Artikel 2.2 Karakter van de cao De bepalingen van deze CAO hebben een minimum karakter. Dat wil zeggen dat alleen afwijkingen in positieve zin, ten gunste van de werknemer, zijn toegestaan. Artikel 2.3 Commissie van Interpretatie 1. De Commissie van Interpretatie is ingesteld door de gezamenlijke partijen bij deze CAO. 2. Alleen CAO-partijen kunnen vragen over de interpretatie van de tekst van deze CAO voorleggen aan de Commissie van Interpretatie. HOOFDSTUK 3: DE ARBEIDSOVEREENKOMST Artikel 3.1 De arbeidsovereenkomst 2. Minimaal een week voor je indiensttreding ontvang je van je werkgever: twee door je werkgever ondertekende exemplaren van de arbeidsovereenkomst. Nadat je deze hebt ondertekend, ontvangt je werkgever een exemplaar retour; Artikel 3.2 Einde van de arbeidsovereenkomst Automatisch einde 1. Naast de bepalingen die in het Burgerlijk Wetboek Boek 7 over het einde van je arbeidsovereenkomst zijn aangegeven, eindigt je arbeidsovereenkomst van rechtswege op de dag waarop je de AOW-gerechtigde leeftijd bereikt. Opzegging 2. a. In geval van opzegging (of tussentijdse opzegging als dit in je arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is opgenomen) gelden de wettelijke opzegtermijnen. Opzegging kan alleen schriftelijk per de eerste van een kalendermaand gebeuren. Je werkgever kan, als je arbeidsongeschikt bent, pas opzeggen nadat je ziekte/arbeidsongeschiktheid twee jaren heeft geduurd. b. Als je met je werkgever een langere opzegtermijn bent overeengekomen dan de wettelijke opzegtermijn en deze opzegtermijn is niet langer dan drie maanden, dan geldt voor je werkgever dezelfde opzegtermijn. Als je met je werkgever een langere opzegtermijn dan drie maanden bent overeengekomen, dan geldt voor je werkgever het dubbele van deze opzegtermijn. Artikel 3.3 Arbeidsovereenkomst na AOW-gerechtigde leeftijd AOW-gerechtigde leeftijd 1. Als je de AOW-gerechtigde leeftijd hebt bereikt, kan een arbeidsovereenkomst met je worden aangegaan voor bepaalde tijd conform artikel 7:668a Burgerlijk Wetboek of voor onbepaalde tijd. Artikel 3.4 Uitkering bij overlijden Overlijdensuitkering 1. Ingeval de werknemer overlijdt verstrekt de werkgever een overlijdensuitkering aan: a. de echtgeno(o)t(e) of relatiepartner van wie de werknemer niet duurzaam gescheiden leefde, en bij het ontbreken van deze aan 3 Staatscourant 2019 nr februari 2019

4 b. zijn minderjarige kinderen, en bij het ontbreken van hen aan c. degene met wie de werknemer in gezinsverband leefde en in wiens kosten van bestaan hij grotendeels voorzag. 2. Indien de overleden werknemer geen nabestaanden heeft zoals bedoeld in artikel 7:674 Burgerlijk Wetboek en genoemd in lid 1, kan de werkgever de uitkering of een gedeelte daarvan doen toekomen aan de persoon of de personen die daarvoor naar het oordeel van de werkgever op grond van billijkheidsoverwegingen in aanmerking komt/komen. 3. In aanvulling op artikel 7:674 Burgerlijk Wetboek wordt de overlijdensuitkering uitgekeerd op basis van het laatstgenoten salaris van de werknemer over de periode vanaf de dag na het overlijden tot en met de laatste dag van de derde maand na die waarin het overlijden plaatsvond. 4. De overlijdensuitkering wordt belasting- en premievrij uitbetaald met uitzondering van het salaris over de maand van overlijden. 5. De overlijdensuitkering wordt verminderd met het bedrag van de uitkering in verband met overlijden die op grond van de sociale verzekeringswetten wordt toegekend. Artikel 3.5 Op non-actiefstelling en schorsing Als je werkgever je op non-actief stelt of schorst, behoud je je recht op salaris in deze periode. Conform artikel 7:628 Burgerlijk Wetboek. HOOFDSTUK 4: ARBEIDSDUUR EN ARBEIDS- EN RUSTTIJDEN Artikel 4.1 Arbeidsduur 1. De arbeidsduur die je met je werkgever overeenkomt, wordt uitgedrukt in een gemiddeld aantal uur per week. Voltijd dienstverband 2. Bij een voltijd dienstverband werk je gemiddeld 36 uur per week. Arbeidsduur 3. Binnen een dienstverband wordt de gemiddelde arbeidsduur gemeten over de periode van een jaar. Hogere arbeidsduur 4. In afwijking van lid 2 kun je met je werkgever een hogere wekelijkse gemiddelde arbeidsduur dan gemiddeld 36 uur overeenkomen, met een maximum van 40 uur. 5. Je kunt met je werkgever overeenkomen om, gedurende een nader af te spreken periode, maximaal gemiddeld 4 uur per week meer te werken dan de overeengekomen wekelijkse gemiddelde arbeidsduur. Je hebt voor deze uren recht op compensatie in tijd. Alle arbeidsvoorwaarden van deze CAO blijven gebaseerd op je overeengekomen arbeidsduur, tenzij in de CAO anders is bepaald. Arbeidsduur leerling-werknemer 6. Als je als leerling-werknemer werkzaam bent en een arbeidsovereenkomst van gemiddeld 36 uur per week bent overeengekomen, wordt je arbeidsduur over een periode van een praktijkleerjaar gemeten. Je hebt als leerling-werknemer recht om met behoud van je salaris je werk te onderbreken voor lestijd op school met een maximum van (4 52) 208 uur per praktijkleerjaar. Als je als leerling-werknemer een arbeidsovereenkomst van minder dan gemiddeld 36 uur per week bent overeengekomen dan wordt de omvang van je lestijd op school tenminste naar verhouding vastgesteld. Artikel 4.2 Inzet- en contractenbeleid van flexibele arbeid Algemene uitgangspunten 1. Er moet een evenwicht zijn tussen de doelstellingen van je werkgever betreffende de kwaliteit en 4 Staatscourant 2019 nr februari 2019

5 betrouwbaarheid, het rendement en de doelmatigheid van de zorgverlening en jouw belangen zoals inkomen en werkzekerheid, het kunnen combineren van werk met je privésituatie, zorgtaken, studie of hobby s of kunnen bijhouden van vaardigheden die voor een deskundige uitoefening van je functie noodzakelijk zijn. a. Je werkgever voert daarom een beleid zodat de inzet van de medewerkers zo goed mogelijk aansluit bij de zich voordoende veranderingen en wisselingen in de zorgvraag van de cliënten. b. Actieve betrokkenheid van het medezeggenschapsorgaan is van groot belang voor het bereiken van het evenwicht tussen de bedrijfsbelangen en de belangen van de medewerkers. Om dit te ondersteunen overlegt je werkgever minimaal eenmaal per jaar met het medezeggenschapsorgaan over ten minste de volgende onderwerpen: het inzet-, rooster- en contractenbeleid; de analyse van de toepassing van het gebruik van nulurencontracten als bedoeld in lid 2a en het gebruik van min/max-contracten als bedoeld in lid 3 en de mogelijkheden tot terugdringing daarvan ter uitvoering van de doelstellingen van dit artikel; de mogelijkheden voor het aanbieden van arbeidsovereenkomsten met een hogere arbeidsduur of het uitbreiden van het aantal arbeidsovereenkomsten; knelpunten bij de uitvoering van de werktijdenregeling; omvang van het gebruik van extern personeel en de mogelijkheden tot verlaging daarvan. c. Het medezeggenschapsorgaan heeft het recht om een of meer van de werknemersorganisaties, partij bij de cao, om advies te vragen of te raadplegen over de onderwerpen van lid 1 sub b. d. CAO-partijen bevelen nadrukkelijk aan dat het medezeggenschapsorgaan de medewerkers, waaronder medewerkers met een flexibel contract, raadpleegt over de uitgangspunten en de uitvoering van het inzet- en contractenbeleid. Nul-urencontracten 2. a. Je werkgever zal geen nulurencontracten gebruiken tenzij in uitzonderlijke situaties, waarbij sprake is van: opvang van onvoorziene en onplanbare cliëntvragen en/of opvang van onvoorziene en onplanbare uitval van personeel, die niet door je collega werknemers kan worden geleverd of alleen door onevenredige aantasting van geplande roosters van jouw of je collega s mogelijk is. b. Als je werkt op basis van een nulurencontract biedt je werkgever je jaarlijks de gelegenheid aan te geven of je jouw nulurencontract wilt omzetten naar een arbeidsovereenkomst waarin wel een gemiddelde wekelijks arbeidsduur is opgenomen. In dat geval overlegt je werkgever met jou om, als dat mogelijk is, te komen tot een arbeidsovereenkomst met een gemiddelde wekelijkse arbeidsduur. c. Je werkgever mag geen gebruik maken van een zgn. voorovereenkomst. Bij deze overeenkomst geldt dat als je gehoor geeft aan de oproep, voor elke periode waarin je werkt, je een nieuwe tijdelijke arbeidsovereenkomst krijgt, waarbij de afspraken in de voorovereenkomst gelden. Min/max contracten 3. a. Met een min/max contract wordt je bereidheid uitgedrukt om, als dat nodig is, extra ingezet te worden. Met het maximum wordt wel een duidelijke bovengrens aan je bereidheid gesteld. Boven de maximum arbeidsduur zal je werkgever geen beroep op je doen. b. Als je een min/max contract bent overeengekomen dan bedraagt de maximum arbeidsduur hooguit anderhalf maal (150% van) de minimum arbeidsduur. c. Als je dit wenst is je werkgever verplicht, aan de hand van het wettelijk rechtsvermoeden van artikel 7:610b Burgerlijk Wetboek, te beoordelen of de overeengekomen minimum arbeidsduur nog aansluit bij je feitelijk structureel gewerkte uren. Indien dat niet het geval is, dan moet je werkgever in overleg met jou de minimum arbeidsduur in de arbeidsovereenkomst verhogen, gebaseerd op een representatieve referteperiode. d. Indien er sprake is van een min/max contract kun je bij je werkgever aangeven op welke dagen of tijden je wel of niet inzetbaar bent. Min- en plusuren 4. a. Wanneer in jouw geval sprake is van min- en plus uren wordt dit per kwartaal bijgehouden. b. Je werkgever houdt hiervoor een signaleringssysteem bij. c. Op basis van dit systeem maak jij samen met je werkgever afspraken om te komen tot een oplossing voor de openstaande min- en plus uren. 5 Staatscourant 2019 nr februari 2019

6 Artikel 4.3 Werk- en Rusttijden ATW 1. Je werkgever kan voor het vaststellen van de werktijden gebruik maken van de mogelijkheden die de Arbeidstijdenwet en het daarop gebaseerde Arbeidstijdenbesluit bieden, tenzij in deze CAO iets anders is bepaald. Je werkgever stelt jouw werktijden vast vanuit de arbeidsduur die jij met je werkgever bent overeengekomen. Je werkgever moet hierbij rekening houden met jouw belang, waaronder voldoende hersteltijd tijdens en na het werk. Maximum per dienst 2. Je werkt maximaal tien uur per dienst binnen de door je werkgever vastgestelde werktijden. Indien er sprake is van een incidentele, onvoorziene wijziging van omstandigheden mag je werkgever je vragen maximaal twaalf uur per dienst te werken. 57 jaar Dit lid gaat in per Als je 57 jaar of ouder bent dan geldt het volgende: De werkgever en de medewerker in de leeftijd van 57 jaar of ouder besteden tijdens het jaargesprek aandacht aan het al dan niet werken tijdens nachtdienst en zo ja, de frequentie daarvan. Gedurende het jaar, bij het vaststellen van de procedures voor planning en inzet van kraamverzorgenden worden daarover in overleg afspraken gemaakt, waarbij het overeenstemmingsvereiste van toepassing is. Rusttijd 5. Bij het vaststellen van de voor jou geldende werktijden moet je werkgever een onafgebroken rusttijd in elke aaneengesloten periode van 7 24 uur van tenminste 36 uur toepassen of in elke aaneengesloten periode van 9 x 24 uur moet je werkgever een onafgebroken rusttijd van tenminste 60 uur toepassen. In dat laatste geval geldt eenmalig de mogelijkheid om de rusttijd te verkorten tot 32 uur in elke periode van vijf achtereenvolgende weken. Als je werkzaam bent als kraamverzorgende kan je werkgever een afwijkende rusttijd toepassen, namelijk per elke aaneengesloten periode van uur een onafgebroken rusttijd van tenminste 72 uur. Als je werkzaam bent als kraamverzorgende mag je werkgever je geen wachtdienst opdragen in de voorgeschreven periodes van onafgebroken rust. Procedures voor planning en inzet van kraamverzorgenden 6. Ten behoeve van een beter evenwicht tussen belangen en wensen van kraamverzorgenden, kwaliteit van de zorg en de eisen die gesteld worden aan de bedrijfsvoering kan gewerkt worden met planning- en inzetprotocol. a. In overleg met het medezeggenschapsorgaan wordt besproken wat de verdeling is tussen op rooster werken (planning- en inzetprotocol) en niet op rooster werken (flexibele inzet). b. In overleg met het medezeggenschapsorgaan worden de kaders omtrent het werken op rooster afgestemd. c. Je werkgever maakt in overleg met het medezeggenschapsorgaan afspraken over de bekendmaking van het rooster. Indien je op rooster werkt en er geen afspraken worden gemaakt geldt dat je werkgever tenminste 14 etmalen van te voren de vastgestelde werkdagen aan jou bekend maakt. d. Na overleg tussen jou en je werkgever kan in geval van bijzondere omstandigheden met een incidenteel karakter: worden afgeweken van de reeds vastgestelde werktijden. e. Overige bepalingen: In het rooster worden in ieder geval de te verrichten diensten en de werktijden opgenomen. Overdracht van dienst vindt plaats binnen werktijd. Bij planning en inzet wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met evenwicht tussen werkdruk en herstel tijdens en na je werk. f. Indien het medezeggenschapsorgaan afspraken maakt over het inzet- en planningsprotocol dient de medezeggenschap een aantoonbare achterbanraadpleging te houden, alvorens in te stemmen, voor het bestendigen van draagvlak. Bij het ontbreken van een medezeggenschapsorgaan is de achterbanraadpleging een verantwoordelijkheid van de werkgever. 6 Staatscourant 2019 nr februari 2019

7 Artikel 4.4 Pauzes 1. Per ochtend, middag, avond of nacht kan je eenmaal gebruik maken van een koffie-/theepauze. 2. Je werkgever kan met instemming van het medezeggenschapsorgaan afwijken van de arbeidstijdenwet vanwege organisatorische belangen of bedrijfsvoering. 3. Uitgangspunten zijn: a. Als je koffie- en theepauze minder dan vijftien minuten duurt, behoort het tot je dagelijkse werktijd; b. Als je pauze vijftien minuten of langer duurt en als eigen tijd geldt, dan moet onafgebroken rust zijn gewaarborgd. Artikel 4.5 Vrije weekenden Je bent jaarlijks in ieder geval 22 weekenden vrij. Je kunt je werkgever verzoeken minder vrije weekenden in te plannen, echter dit kan nooit minder zijn dan 17 vrije weekenden per jaar. Als je uitsluitend werkzaam bent in de weekenden kan je je werkgever verzoeken afwijkende afspraken te maken over het aantal vrije weekenden. Artikel 4.6 Wachtdiensten Kraamverzorgenden Definitie 1. Als je als kraamverzorgende werkt kan je werkgever wachtdiensten aan je opdragen. 2. Het accepteren van een wachtdienst door beide partijen leidt altijd tot vergoeding. Bij een wachtdienst heb je de verplichting om aan de oproep van de kraamzorgorganisatie te voldoen. 3. Je werkgever mag je geen wachtdienst opdragen in de voorgeschreven periodes van onafgebroken rust zoals opgenomen in artikel 4.3 lid Je werkgever kan in overleg met het medezeggenschapsorgaan voor werknemers die uitsluitend in partusdiensten werken, afspraken maken die afwijkend zijn van leden 5 t/m 8. Voorwaarden inzet 5. Je mag maximaal twee aaneengesloten blokken van 8 uur wachtdienst draaien. Hierna volgt minimaal 8 uur rust voor een volgende wachtdienst kan worden gestart. 6. Als onderdeel van je wachtdienst kan je maximaal twee maal worden opgeroepen per blok van 8 uur voor een partusassistentie. Bij slechts één van deze oproepen kun je ook worden ingezet voor de verzorging. 7. Als je tijdens je wachtdienst wordt opgeroepen tellen deze uren mee voor je arbeidsduur en wordt je wachtdienst als onderbroken of beëindigd beschouwd. 8. Als je in de nacht bent opgeroepen, bepaal je in overleg met je werkgever en de cliënt op welk tijdstip de zorg de volgende dag aanvangt. Vergoeding 9. Als je als kraamverzorgende een wachtdienst verricht ontvang je een vergoeding op basis van onderstaande normen: Maandag t/m vrijdag: a. Als je wachtdienst meer dan 8 uur en maximaal 16 uur is, ontvang je een brutovergoeding van 22,88. b. Als je wachtdienst maximaal 8 uur is, ontvang je een brutovergoeding van 11,44. Zaterdag-, zondag- en feestdagen: a. Als je wachtdienst meer dan 8 uur en maximaal 16 uur is, ontvang je een brutovergoeding van 34,32. b. Als je wachtdienst maximaal 8 uur is, ontvang je een brutovergoeding van 17, Je werkgever heeft de mogelijkheid in afwijking van lid 10 met het medezeggenschapsorgaan af te spreken om de hierboven weergegeven bedragen om te zetten in een compensatie in tijd. Je ontvangt dan een compensatie op basis van onderstaande normen: 7 Staatscourant 2019 nr februari 2019

8 a. Maandag t/m vrijdag: respectievelijk 172, 114 of 57 minuten. b. Zaterdag-, zondag- en feestdagen: respectievelijk 257,172 of 86 minuten. Artikel 4.7 Bereikbaarheidsdienst 1. Een bereikbaarheidsdienst kan niet worden opgedragen aan kraamverzorgenden. 2. Je werkgever maakt in overleg met het medezeggenschapsorgaan afspraken over de inzet en vergoeding (in tijd of geld) van de bereikbaarheidsdienst. Indien er geen afspraken worden gemaakt gelden de leden 3 t/m Als je in een aaneengesloten periode van maximaal 24 uur verplicht bent om bereikbaar te zijn om, zo nodig naast het verrichten van de overeengekomen arbeid, op oproep zo spoedig mogelijk de overeengekomen arbeid te verrichten dan is er sprake van een bereikbaarheidsdienst. Een bereikbaarheidsdienst is mogelijk voor arbeid die bestaat als je planningswerkzaamheden verricht. 4. In uitzondering op het gestelde in lid 3 mag je een weekenddienst opgedragen krijgen die langer duurt dan 24 uur. 5. Je ontvangt een compensatie in vrije tijd voor de uren doorgebracht in een bereikbaarheidsdienst. Je ontvangt voor elk vol etmaal op maandag tot en met vrijdag anderhalf uur compensatie in tijd. Voor elk vol etmaal op zaterdag-, zondag- en feestdagen ontvang je drie uur compensatie in tijd. 6. Als je minder dan 24 uur een bereikbaarheidsdienst verricht, dan ontvang je een compensatie naar evenredigheid van het aantal uren. Artikel 4.8 Gebroken dienst 1. Je werkgever heeft de mogelijkheid je werktijd eenmalig te onderbreken zonder dat deze onderbreking werktijd of pauze is. Het is mogelijk je werktijd vaker te onderbreken, maar daar moet jij mee instemmen. Als je werkgever je werktijd onderbreekt moet je minimaal twee maal twee uur aaneengesloten werkzaam zijn. Dit minimum is niet van toepassing als je werkzaamheden (werk)overleg betreffen. Voor de kosten die je maakt voor het heen en weer reizen tussen woon- en werkplaats tijdens de onderbreking ontvang je een vergoeding als bedoeld in artikel 6.2 (tegemoetkoming voor reizen van huis naar cliënten). 2. De beperkingen voor je werkgever, namelijk een minimale inzet van twee maal twee uur en instemming van de werknemer zijn niet op jou van toepassing als je uitsluitend of nagenoeg uitsluitend tijdens de avond (vanaf uur), de nacht of in de weekenden werkzaam bent. Artikel 4.9 Overwerk Definitie overwerk 1. Er is sprake van overwerk als je in opdracht van je werkgever moet werken en je de voor jou geldende gemiddelde arbeidsduur per week overschrijdt, gemeten over een periode van 13 weken: vanwege een incidentele onvoorziene wijziging van omstandigheden of omdat de aard van je werk incidenteel een afwijking van de voor jou geldende gemiddelde arbeidsduur per week noodzakelijk maakt. Als je langer dan een half uur overwerkt, wordt dit afgerond op een heel uur. Als je langer dan een uur overwerkt, wordt deze periode naar boven afgerond op halve of hele uren. 2. Je ontvangt geen overwerkvergoeding als je: a. niet op verzoek of in opdracht van je werkgever overwerkt; b. incidenteel korter dan een half uur overwerkt voorafgaand aan of aansluitend op de voor jou bij rooster of regeling vastgestelde werktijden; c. een voltijd dienstverband bent overeengekomen met een salaris volgens salarisschaal FWG 65 of hoger. 10% overwerk 3. Het aantal uren overwerk mag niet meer zijn dan 10% boven de met jou overeengekomen arbeidsduur gemeten over een periode van 13 weken. Als je het percentage overschrijdt moet je werkgever op jouw verzoek overgaan tot het verlenen van assistentie. 8 Staatscourant 2019 nr februari 2019

9 Compensatie 4. De vergoeding is afhankelijk van je salaris en of je in vol- of deeltijd werkt. De vergoedingen zijn weergegeven in onderstaande tabel. Voltijd / deeltijd dienstverband Salaris vergoeding Voorwaarde Voltijd < FWG 65 Vrije tijd gelijk aan het aantal uren overwerk Deeltijd < FWG 65 Vrije tijd gelijk aan het aantal uren overwerk Voltijd FWG 65 Geen Deeltijd FWG 65 Vrije tijd gelijk aan het aantal uren overwerk Overwerk moet minder zijn dan het verschil tussen de met jou overeengekomen arbeidsduur en de arbeidsduur bij een voltijd dienstverband 5. De compensatie in vrije tijd moet je uiterlijk opnemen in het kwartaal volgend op de periode waarin je hebt overgewerkt, tenzij je met je werkgever andere afspraken maakt/hebt gemaakt. 6. Je werkgever kan de compensatie in vrije tijd omzetten in een financiële vergoeding op basis van het voor jou geldende uurloon. Als je een deeltijd dienstverband bent overeengekomen en je minder dan het verschil tussen de met jou overeengekomen arbeidsduur en de arbeidsduur bij een voltijd dienstverband hebt overgewerkt, is de financiële vergoeding in dat geval het voor jou geldende uurloon. Je bouwt over deze uren ook vakantie-uren op en je ontvangt hierover vakantiebijslag. Artikel 4.10 Inconveniënte uren Definitie 1. Er is sprake van inconveniënte uren als je in opdracht van je werkgever werkt op uren die vallen op: maandag tot en met vrijdag vóór uur en vanaf uur; op zaterdag; op zon- en feestdagen. 2. Als je korter dan één uur achtereen werkt telt dit niet mee voor de berekening van het aantal inconveniënte uren. 3. Het volgen van een opleiding of bijscholing leidt niet tot een toeslag voor inconveniënte uren. Toeslag 4. Als je in opdracht van je werkgever op inconveniënte uren werkt ontvang je een toeslag van 40% van het voor jou geldende uurloon. De toeslag wordt maximaal berekend over het maximum salaris van salarisschaal FWG 35. Artikel 4.11 Doorbetaling onregelmatigheidstoeslag tijdens vakantie-uren en overige verlof ORT tijdens vakantie 1. Als je onregelmatige diensten verricht en je neemt betaalde vakantie-uren of betaald verlof op uit je wettelijke of (extra) bovenwettelijke uren als bedoeld in Hoofdstuk 7, dan ontvang je daarover tevens een gemiddelde aan onregelmatigheidstoeslag. Dit gemiddelde wordt berekend over de afgelopen 6 maanden voorafgaand aan de opname van de vakantie-uren respectievelijk het verlof. HOOFDSTUK 5: SALARIËRING Artikel 5.1 Functiewaardering Functiewaarding 1. Je werkgever hanteert voor het indelen van je functie in een van de functiegroepen 5 t/m 80 het actuele computerondersteunde systeem FWG Geboortezorg. Jij of je werkgever hebben het recht 9 Staatscourant 2019 nr februari 2019

10 het functiewaarderingssysteem FWG 3.0 en FWG Geboortezorg en de relatie hiervan met de indeling van de functie in de functiegroepen als bedoeld in dit artikel en bijlage 3 gratis in te zien. Dit is mogelijk als hiervoor een verzoek bij CAO-partijen wordt ingediend. Zie voor meer informatie bijlage Lid 1 is niet van toepassing als je: a. leerling-werknemer bent en een opleiding volgt zoals is weergegeven in de artikelen 5.11, 5.12 en b. bent aangesteld in het kader van de Wet werk en bijstand of Participatiewet, Staatsblad 2014, nr. 270). c. jonggehandicapt of arbeidsgehandicapt bent als bedoeld in de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening voor jonggehandicapten. d. behoort tot de doelgroep loonkostensubsidie als bedoeld in artikel 6 lid 1 sub e en artikel 7 lid 1 sub a Participatiewet. 3. De wijze van (her)indelen van je functie en de procedure die daarbij gevolgd wordt, is vastgesteld in bijlage 3. Lid 1 van dit artikel is daarbij ook van toepassing. Combifunctie 4. De procedure van bepalen van een combinatiefunctie wordt beschreven door FWG in haar systeemgegevens. Artikel 5.2 Salaris Salarisschaal 1. Je werkgever bepaalt op basis van de functie-indeling uit artikel 5.1 welke salarisschaal op jou van toepassing is. Het nummer van de salarisschaal komt overeen met het nummer van de functiegroep waarin je functie is ingedeeld. De opgenomen bedragen in de salarisschalen in bijlage 1 gelden bij een voltijd arbeidsduur van gemiddeld 36 uur per week. 2. Bij een hogere of lagere arbeidsduur worden de bedragen in de salarisschalen naar verhouding aangepast. Als je bijvoorbeeld een dienstverband van gemiddeld maximaal 40 uur per week bent overeengekomen worden de bedragen in de tabellen 1 en 2 naar verhouding verhoogd om je salaris vast te stellen. Als je een opleiding volgt wordt je salaris bepaald op basis van bijlage 4 of bijlage Je wordt ingeschaald op één van de volgende bedragen: het bedrag behorend bij je leeftijd of; het bedrag van aanloopperiodiek 0 uit de schaal die van toepassing is of; een hoger bedrag uit die schaal die van toepassing is als je ervaring daartoe aanleiding geeft. 4. Als je functie is ingedeeld in FWG 10 dan past je werkgever deze salarisschaal toe, tenzij de bedragen van FWG 5 (zijn gelijk aan het wettelijk minimum (jeugd)loon) behorend bij jouw leeftijd hoger zijn dan de bedragen in deze salarisschaal. 5. Indien je direct voorafgaand aan je indiensttreding bij een andere, onder de werkingssfeer van deze CAO vallende kraamzorgorganisatie hebt gewerkt en daar eenzelfde functie hebt uitgevoerd in dezelfde salarisschaal dan wordt de verworven periodiek bij je vorige werkgever in je nieuwe functie gehandhaafd. Artikel 5.3 Uitbetalen salaris Uitbetalen salaris 1. Je ontvangt uiterlijk twee dagen voor het einde van de kalendermaand, zon- en feestdagen niet meegerekend, je salaris. De vergoedingen uit de artikelen 4.6 (wachtdiensten kraamverzorgenden), 4.10 (inconveniënte uren), 6.1 (vergoeding woon- werkverkeer), 6.2 (tegemoetkoming voor reizen van huis naar cliënten), 6.3 sub b. (vergoeding voor reizen vanaf de vaste locatie naar andere locaties of naar cliënten) en 6.4 (vergoeding reis- en verblijfkosten voor incidentele dienstreizen) ontvang je uiterlijk aan het einde van de kalendermaand volgend op de kalendermaand waarin je aanspraken zijn ontstaan. 10 Staatscourant 2019 nr februari 2019

11 2. Als je salaris of de salarisberekening wijzigt dan ontvang je hiervan schriftelijk bericht via een specificatie. Artikel 5.4 Periodieke verhogingen Periodieke verhogingen 1. Je ontvangt eenmaal per jaar een salarisverhoging binnen de schaal, tenzij hierover in je arbeidsovereenkomst andere afspraken zijn gemaakt. Deze periodieke verhoging wordt (voor de eerste keer) toegekend: a. één jaar nadat je in dienst bent gekomen; b. als je bevorderd wordt naar een functie uit een hogere functiegroep; c. één jaar na de datum waarop je overgaat naar de aanloopperiodiek nul die hoort bij de betreffende salarisschaal door het vervallen van de leeftijdsperiodieken. Afwijking 2. Je werkgever kan je op basis van de toepassing van een systeem van personeelsbeoordeling in een jaar géén of juist op één of meerdere momenten wél een salarisverhoging binnen de schaal toekennen. Artikel 5.5 Bevordering Bevordering 1. Als je wordt bevorderd naar een functie in een hogere functiegroep wordt je salaris, op basis van de salarisschaal van je nieuwe functie, als volgt vastgesteld: het salaris dat je voor je promotie ontving wordt met twee periodieken van de oude schaal verhoogd. Hierbij geldt de voorwaarde dat je nieuwe salaris tenminste gelijk moet zijn aan het minimum van de schaal van je nieuwe functie, maar het mag ook niet meer bedragen dan het maximum van de bij de nieuwe functie behorende schaal. Afwijking 2. Je werkgever kan in overleg met het medezeggenschapsorgaan een afwijkend systeem van salarisaanpassing hanteren. Artikel 5.6 Bijzondere beloningen Je werkgever kan je eenmalige of tijdelijke extra beloningselementen toekennen. Als je werkgever dit toepast kan het voorkomen dat het maximum van de salarisschaal, welke op jou van toepassing is, wordt overschreden. Artikel 5.7 Structurele eindejaarsuitkering Hoogte eindejaarsuitkering 1. Je ontvangt in december een eindejaarsuitkering. De opbouw van je eindejaarsuitkering is per 1 januari 2018 gebaseerd op 6,2% van het door jou in dat kalenderjaar verdiende salaris. Het salaris is inclusief de vakantiebijslag en eventueel meerwerk, maar exclusief alle overige toeslagen en vergoedingen die in deze CAO zijn opgenomen. Als je een gedeelte van het kalenderjaar in dienst bent (geweest) dan ontvang je een eindejaarsuitkering naar verhouding van het aantal maanden dat je in dienst bent (geweest). 2. Als je op 1 januari 2008 in dienst was van een kraamzorgorganisatie en je er voor hebt gekozen om 1,5%-punt van je eindejaarsuitkering uit lid 1 om te zetten in 25 vakantie-uren, dan komen deze uren bovenop je totaal aantal vakantie-uren, zoals in artikel 6.1 is weergegeven. 3. Als je 22 jaar of ouder bent wordt je eindejaarsuitkering tenminste berekend over het actuele bedrag van inpassingstabelnummer 12 dat van toepassing is (zie bijlage 1) en dit wordt verhoogd met 8% vakantiebijslag. 11 Staatscourant 2019 nr februari 2019

12 Artikel 5.8 Vakantiebijslag Hoogte vakantiebijslag 1. Je hebt recht op een vakantiebijslag voor ieder (deel van) de maand waarin je salaris hebt ontvangen. Deze vakantiebijslag is 8% van je maandelijks ontvangen salaris. 2. Je vakantiebijslag wordt in de maand mei of in periode 5 uitbetaald en wordt berekend over de periode van 12 maanden of 13 periodes. Deze periode begint in juni of periode 6 van het vorige kalenderjaar. Je vakantiebijslag wordt eerder uitbetaald als je uit dienst treedt. 3. In afwijking van lid 2 kan je vakantiebijslag maximaal twee keer per jaar worden uitbetaald, maar moet uiterlijk in mei of periode 5 van het kalenderjaar zijn uitbetaald. Minimum vakantiebijslag 4. Als je 22 jaar of ouder bent ontvang je, bij een vol jaar dienstverband, op jaarbasis minimaal 1.878,97 (vanaf 1 mei 2018) / 1.969,64 (vanaf 1 mei 2019) als vakantiebijslag. Dit minimumbedrag wordt in mei van het jaar waarin je de bijslag ontvangt, verhoogd met: a. eventuele algemene loonaanpassingen die in het kader van deze cao hebben plaatsgevonden; b. het effect van de eventuele verhoging van het vakantiebijslagpercentage in het vorige jaar. Artikel 5.9 Pensioen Pensioenregeling 1. De rechten en de verplichtingen van jou en je werkgever, betrekking hebbend op de voor de werknemer geldende pensioenregeling, daaronder begrepen de regeling inzake de vaststelling van de hoogte van de jaarlijkse premie, worden geregeld in de bepalingen van het pensioenreglement van het Pensioenfonds Zorg & Welzijn, of in een in het kader van dit pensioenfonds goedgekeurde regeling. Artikel 5.10 Gratificatie Gratificatie 1. Als je in dienst bent geweest van één of meer (thuis- en/of) kraamzorgorganisaties (met of zonder onderbreking) die onder de werkingssfeer van deze CAO, of rechtsvoorgangers, vallen en dit uit feiten blijkt, heb je recht op een jubileumgratificatie bij een dienstverband van 25, 40 en 50 jaar. Onder het hier genoemde dienstverband wordt ook het dienstverband meegeteld in de sector gezinsverzorging bij een werkgever die onder de werkingssfeer van de CAO Welzijn viel. Indien het dienstverband niet bij één zelfde werkgever (inclusief diens rechtsvoorgangers) heeft plaatsgevonden, is het aan jou dit doorlopende dienstverband binnen de relevante sector(en) aannemelijk te maken bijvoorbeeld via pensioenfondsgegevens. Hoogte 2. De hoogte van de in lid 1 bedoelde jubileumgratificatie is: a. een bruto half maandsalaris bij een dienstverband van 25 jaar; b. een bruto heel maandsalaris bij een dienstverband van 40 jaar; c. een bruto heel maandsalaris bij een dienstverband van 50 jaar. Het maandsalaris is in dit lid je bruto maandsalaris vermeerderd met je vakantiebijslag over een maand, waarbij een en ander wordt afgerond op (een veelvoud van) 2,50. Artikel 5.11 Leerlingsalarissen Verzorgende of Verzorgende IG (BBL) Salaris praktijkleerjaar 1. De salaristabellen voor de leerlingsalarissen Verzorgende of Verzorgende IG (BBL) staan in bijlage 4. In deze tabellen staat het salaris voor leerlingen met een dienstverband van 36 uur. Als het Wettelijk minimum(jeugd)loon hoger ligt dan de vermelde bedragen dan geldt het Wettelijk minimum(jeugd)loon. De weergegeven salarissen zijn inclusief maximaal (4 52) 208 uren (gemeten per praktijkleerjaar) lestijd binnen de onderwijsinstelling. Als je in deeltijd werkt, wordt het salaris naar verhouding berekend. 12 Staatscourant 2019 nr februari 2019

13 Aspirant-leerling 2. Als je als aspirant leerling in dienst treedt voorafgaand aan een opleiding weergegeven, ontvang je een salaris behorend bij het eerste praktijkleerjaar. Garantieregeling 3. Als je voor de opleiding al in dienst bent en je, anders dan als aspirant leerling, de opleiding verzorgende of verzorgende-ig gaat volgen, dan val je onder de salarisschaal voor leerlingen. Om te voorkomen dat je er nominaal mogelijk op achteruit gaat, ontvang je tijdens je opleiding minimaal een bruto bedrag dat overeenkomt met het nominale bruto salarisbedrag dat je ontving voorafgaand aan de opleiding. Dit garantiebedrag wordt verhoogd met de algemene loonsverhogingen. Vanaf het moment dat het bruto salarisbedrag van de leerling-schaal dat geldt voor jouw arbeidsduur hoger is dan het garantiebedrag, volg je het leerling-salaris van lid Je werkgever kan positief afwijken van het leerling-salaris als jij als leerling-werknemer elders een hoger salaris verdiende op basis van betaalde arbeid voorafgaand aan je indiensttreding. Artikel 5.12 Leerlingsalarissen verkorte opleiding tot Kraamverzorgende (BBL) Leerlingsalaris Kraamverzorgende 1. Als je als leerling-werknemer een verkorte opleiding tot kraamverzorgende volgt dan is één van de salaristabellen in bijlage 5 op jou van toepassing. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: de verkorte opleiding voor anders opgeleiden: als je al een andere zorgopleiding hebt afgerond; de verkorte opleiding voor niet-opgeleiden: als je nog geen relevante opleiding in de zorg hebt afgerond. 2. De salarisbedragen zijn gebaseerd op een arbeidsduur van gemiddeld 36 uur per week. Als je een lagere arbeidsduur bent overeengekomen, ontvang je een salaris naar verhouding. Als het Wettelijk minimum(jeugd)loon (op basis van een werkweek van 36 uur) hoger ligt dan de vermelde bedragen dan geldt het Wettelijk minimum(jeugd)loon. 3. Als je bij je werkgever al in dienst bent voor een andere functie en je gaat de verkorte opleiding volgen dan blijft de bestaande salarisaanspraak gehandhaafd. 4. Het uitgangspunt is een arbeidsduur van gemiddeld 32 uur per week. De tijd dat je op school doorbrengt (opleidingstijd) wordt ook als arbeidsduur meegeteld. Je kunt als leerling-werknemer in overleg met je werkgever afwijken van het uitgangspunt van de gemiddelde 32-urige arbeidsduur. 5. Als je het certificaat van de opleiding hebt behaald, word je bij het aangaan van de arbeidsovereenkomst ingeschaald in de bij de functie van kraamverzorgende behorende salarisschaal. Je wordt ingeschaald in aanloopperiodiek 1 tenzij je werkgever op basis van artikel 5.2 of 5.5 een hoger volgnummer toepast. Artikel 5.13 Zakgeld en stagevergoeding leerlingen BOL Voorbereidende periode 1. Als je leerling-verzorgende-ig bent dan is er mogelijk sprake van een voorbereidende periode van respectievelijk 9 en 7 maanden. Ook als je leerling-verzorgende bent kan er sprake zijn van een voorbereidende periode. Tijdens een voorbereidende periode ontvang je zakgeld: Zakgeld a. 347, bruto per maand of als je werkgever periodebedragen toepast dan ontvang je 319, per periode; b. als je een uitkering ontvang die gelijk of hoger is dan de zakgeldvergoeding weergegeven onder a. dan ontvang je geen zakgeldvergoeding. Stagevergoeding 2. Als je een opleiding volgt tot verzorgende, en je in het kader van de beroepsopleidende leerweg (BOL) een stage loopt van tenminste 144 uur per beroepspraktijkvormingsjaar bij een werkgever, 13 Staatscourant 2019 nr februari 2019

14 dan ontvang je een stagevergoeding van 337,53 (2018) bruto per maand. De vergoeding is gebaseerd op een voltijdstage van gemiddeld 4 dagen per week. Als je minder stage loopt dan wordt de vergoeding naar verhouding van het aantal dagen toegekend. De stagevergoeding wordt jaarlijks geïndexeerd met de Consumenten Prijs Index (CPI). HOOFDSTUK 6: ONKOSTENVERGOEDINGEN Artikel 6.1 Vergoeding woon-werkverkeer 1. Als je werkzaam bent op een vaste door je werkgever aangewezen locatie (je werklocatie) ontvang je een tegemoetkoming in de reiskosten voor woon-werkverkeer. Onder werklocatie wordt niet verstaan de woning van een cliënt in de thuissituatie, zie hiervoor artikel 6.2. Hoogte tegemoetkoming 2. Je ontvangt een tegemoetkoming van 0,11 per kilometer voor woon-werkverkeer om eenmaal per werkdag van je huisadres naar je werklocatie te reizen en weer terug. 3. In overleg met de medezeggenschapsorgaan kan je werkgever een afwijkende regeling voor de vergoeding van woon-werkverkeer treffen. Artikel 6.2 Tegemoetkoming voor reizen van huis naar cliënten 1. Als je werkzaam bent bij cliënten in de wijk en rechtstreeks vanaf je woning naar de cliënt(en) reist, ontvang je een tegemoetkoming in verband met de reiskosten naar de cliënt(en). Deze tegemoetkoming is voor de eerste 10 kilometer 0,15 netto per afgelegde kilometer en na 10 kilometer 0,26 netto per afgelegde kilometer. 2. De vergoeding zoals beschreven in lid 1 geldt ongeacht het type vervoer. 3. Parkeerkosten, tolgelden en veerkosten worden volledig door je werkgever vergoed. Als je werkgever daarom vraagt, moet je bewijzen hiervan overleggen. 4. Als de in het voorgaande lid genoemde vergoedingen in het kalenderjaar fiscaal bovenmatig zijn, worden zij geacht mede te strekken tot vergoeding van reiskosten die je werkgever in zoverre nog wel aanvullend belastingvrij kan vergoeden (kijk voor de recente regels op de website van de belastingdienst). 5. a. Indien je werkgever je een vervoermiddel ter beschikking stelt op basis van een medezeggenschapsorgaan overeengekomen regeling, ontvang je geen vergoeding als bedoeld in dit artikel. b. Je werkgever kan in overleg met medezeggenschapsorgaan aanvullende regelingen afspreken voor de vergoeding van reiskosten van huis naar cliënten. Artikel 6.3 Vergoeding voor reizen vanaf de vaste locatie naar andere locaties of naar cliënten Als je werkzaam bent op een vaste door je werkgever aangewezen locatie en van daaruit naar cliënten thuis of naar een andere door je werkgever aangewezen locatie reist om daar werkzaamheden te verrichten, ontvang je: a. vergoeding van je woon-werkverkeer zoals geregeld in artikel 6.1 lid 1. b. vergoeding van de kosten voor de reis vanaf de vaste werklocatie naar cliënten thuis of naar een andere door je werkgever aangewezen locatie zoals geregeld in artikel 6.2. Artikel 6.4 Vergoeding reis- en verblijfkosten voor incidentele dienstreizen Incidentele dienstreis 1. Als je in opdracht van je werkgever in verband met je werkzaamheden incidenteel reis- en verblijfkosten, wegens een dienstreis moet maken, ontvang je hiervoor een vergoeding volgens het onder a en b bepaalde: a. de kosten van de laagste klasse van het openbaar vervoer. Als je werkgever daarom vraagt, moet je je vervoersbewijzen kunnen overleggen. b. als je met toestemming van je werkgever met eigen auto reist ontvang je een vergoeding van 0,26 netto per kilometer. 2. De vergoeding voor reiskosten wordt geïndexeerd met de mutatie Consumenten Prijsindex (CPI) 14 Staatscourant 2019 nr februari 2019

15 afgeleid betreffende het lopende kalenderjaar, dat het CPB in december van dat kalenderjaar publiceert. 3. Je werkgever vergoedt de noodzakelijk door jou gemaakte verblijfskosten in verband met een dienstreis. Als je werkgever daarom vraagt, moet je bewijzen van gemaakte kosten kunnen overleggen. 4. Parkeerkosten, tolgelden en veerkosten worden volledig door je werkgever vergoed. Als je werkgever daarom vraagt, moet je bewijzen hiervan overleggen. 5. In overleg met het medezeggenschapsorgaan kan je werkgever een afwijkende regeling treffen voor de vergoeding van de gemaakte reis- en verblijfkosten. Als dat het geval is, dan zijn de leden 1 tot en met 4 van dit artikel niet van toepassing. HOOFDSTUK 7: VAKANTIE EN VERLOF Artikel 7.1 Opbouw vakantie-uren 1. Je bouwt iedere kalendermaand dat je in dienst bent 1/12e deel van je vakantie-uren op. Dit betreft de wettelijke, bovenwettelijke en extra bovenwettelijke vakantie-uren. Als je niet kunt werken door ziekte, dan bouw je je vakantie-uren op alsof je niet ziek zou zijn geweest. Ben je in dienst gekomen vóór de 16e van de maand, dan telt deze hele maand mee voor de opbouw van vakantie-uren. Ben je uit dienst gegaan na de 15e van de maand, dan telt deze hele maand mee voor de opbouw van vakantie-uren. Aantal vakantie-uren 2. Je hebt per kalenderjaar recht op 144 wettelijke en 80 bovenwettelijke doorbetaalde vakantie-uren bij een gemiddelde arbeidsduur van 36 uur per week. Daarnaast heb je recht op 35 extra bovenwettelijke vakantie-uren. Werk je meer of minder dan de gemiddelde arbeidsduur van 36 uur per week, dan zijn je vakantieuren naar verhouding berekend op basis van je eigen arbeidsduur. 3. Het aantal vakantie-uren wordt naar boven afgerond op halve of hele uren. 4. Op jouw verzoek worden je (extra) bovenwettelijke vakantie-uren uitbetaald, daarbij wordt rekening gehouden met het wettelijke fiscale regime. 5. Je hebt de mogelijkheid je vakantieverlof te sparen met inachtneming van het wettelijke fiscale regime. Artikel 7.2 Opnemen van vakantie-uren Opnemen vakantie 1. Ieder jaar is je werkgever verplicht je in de gelegenheid te stellen de door jou gewenste vakantieuren op te nemen (desgewenst ononderbroken). Je werkgever kan de gewenste opname van vakantie-uren voor een bepaalde periode afwijzen als de belangen van de afdeling of dienst zich hiertegen verzetten. 2. Je kunt tenminste aanspraak maken op een periode van 3 aaneengesloten weken vakantie-uren. Dit is inclusief de weekenden voorafgaand en aansluitend aan je vakantie. Ziek en opname 3. Als je ziek bent en vakantie-uren wil opnemen, vraag je vooraf toestemming aan je werkgever. Wijzigen tijdvak vakantie 4. Je werkgever kan het vastgestelde tijdvak van vakantie-uren wijzigen, als hij op het moment waarop het tijdvak is vastgesteld niet kon voorzien dat zich omstandigheden zouden voordoen als gevolg waarvan het functioneren van de instelling, dienst of afdeling ernstig in gevaar komt. Je werkgever zal het nieuwe tijdvak van vakantie-uren in overleg met jou vaststellen. Als je schade hebt als gevolg van deze wijziging, zal je werkgever deze vergoeden. 15 Staatscourant 2019 nr februari 2019

16 Artikel 7.3 Verjaren vakantie-uren Lid 2 en 3 gelden per Je wettelijke vakantie-uren verjaren 6 maanden na de laatste dag van het kalenderjaar waarin je deze hebt opgebouwd conform artikel 7:640a BW. 3. Je bovenwettelijke en extra-bovenwettelijke vakantie-uren verjaren vijf jaar na de laatste dag van het kalenderjaar waarin je deze hebt opgebouwd. Artikel 7.4 Feestdagen Opnemen vakantie feestdag 1. Wil je vrij zijn op een ingeroosterde werkdag die samenvalt met een feestdag (zie artikel 1.1 lid 6) dan neem je vakantie-uren op. Je kunt er voor kiezen om in plaats van op de genoemde feestdagen in artikel 1.1 lid 6 op een andere dag, die past bij jouw godsdienst of levensbeschouwing vakantie-uren op te nemen. 2. Voor alle dagen genoemd onder lid 1 geldt dat je alleen vakantie-uren kan opnemen als de aard van de werkzaamheden dit toelaten. 3. Als je in een vast patroon maximaal drie dagen per week werkzaam bent op in ieder geval een maandag en/of donderdag, dan heb je de mogelijkheid op (een) andere dag(en) je werkzaamheden te verrichten als deze werkdag(en) samenvallen met een feestdag. Je hoeft dan geen vakantie-uren voor deze feestdag op te nemen. Artikel 7.5 Calamiteiten- en ander kort verzuimverlof Bijzondere persoonlijke omstandigheden 1. Je vakantie-uren zijn ook bedoeld voor verlof vanwege bijzondere persoonlijke omstandigheden en wettelijke verplichtingen. Dit betekent dat je jouw vakantie-uren onder andere inzet voor: huwelijk; registratie van partnerschap; verhuizing; bevalling van je relatiepartner inclusief kraamverlof; huwelijksjubilea; het overlijden van een huisgenoot of bloed- en aanverwant in rechte lijn en in tweede graad van de zijlijn. Rouwverlof 2. Je werkgever is verplicht je in de gelegenheid te stellen vakantie-uren op te nemen als je, door het overlijden van je huisgenoten of een van je bloed- of aanverwanten in de rechte lijn en in de tweede graad van de zijlijn, rouwverlof wil opnemen. Dit geldt ook als je vooraf niet in de gelegenheid bent geweest je vakantie-uren tijdig in overleg met je werkgever vast te stellen. Je stemt met je werkgever af wat de redelijke omvang is, dit is afhankelijk van de aard van de persoonlijke gebeurtenis. 3. Als je onvoldoende vakantie-uren hebt opgebouwd om verlof op te nemen voor de in lid 1 en lid 2 weergegeven situaties, dan heb je recht op onbetaald verlof als je voldoet aan de voorwaarden van de Wet Arbeid en Zorg. (Tand)arts/specialist 4. In afwijking van het onder lid 1 bepaalde hoef je geen vakantie-uren op te nemen als je noodzakelijkerwijs onder werktijd de (tand)arts/specialist bezoekt. Ziekte in gezin 5. In afwijking van het onder lid 1 bepaalde hoef je geen vakantie-uren op te nemen als je regelingen moet treffen om zorg voor een zieke in je gezin te regelen. Je hebt recht op een maximum van 24 uur verlof per kalenderjaar met behoud van salaris ongeacht je arbeidsduur. Als dit ontoereikend is heb je recht op onbetaald verlof als je voldoet aan de voorwaarden van de Wet Arbeid en Zorg. 16 Staatscourant 2019 nr februari 2019

17 Artikel 7.6 Zorgverlof bij zeer ernstige ziekte Zorgverlof 1. Je hebt recht op zorgverlof volgens de Wet arbeid en Zorg (Wazo). Zorgverlof bij zeer ernstige ziekte 2. Als aanvulling op lid 1 heb je na overleg met je werkgever de mogelijkheid betaald verlof op te nemen voor een aaneengesloten periode van maximaal drie maanden als je noodzakelijke thuisverpleging en/of -verzorging verleent aan je zeer ernstig zieke relatiepartner, (pleeg)ouders, (pleeg)kind of een verwant waarmee je samenwoont. Je geeft je werkgever een verklaring van de arts/behandelaar waaruit de noodzaak voor de verpleging/verzorging blijkt. Het verlof dat je opbouwt tijdens het zorgverlof bij zeer ernstige ziekte wordt verrekend met de totale periode van dit zorgverlof. Artikel 7.7 Mantelzorg 1. Werknemers die als mantelzorger meer dan 8 uur per week en meer dan 3 maanden mantelzorg verrichten geven dit aan hun werkgever aan. Samen met de werkgever worden de mogelijkheden nagegaan om te voorkomen dat werknemers als mantelzorger worden overbelast. Daarbij zal gekeken worden naar de mogelijkheden die artikel 7.5 biedt. 2. Onder mantelzorg in deze CAO wordt verstaan: zorg die niet in het kader van een hulpverlenend beroep wordt gegeven aan een hulpbehoevende door één of meerdere leden van diens directe omgeving, waarbij de zorgverlening direct voortvloeit uit de sociale relatie. Artikel 7.8 Verlenging bevallingsverlof Je hebt de mogelijkheid onbetaald verlof voor een periode van maximaal vier weken op te nemen aansluitend aan je bevallingsverlof. Je dient tijdig een verzoek in voor dit onbetaalde verlof bij je werkgever. Uiterlijk drie maanden voor de vermoedelijke bevallingsdatum maak je hierover afspraken met je werkgever. Artikel 7.9 (Gedeeltelijk) afwijzen verlof Je werkgever heeft de mogelijkheid je geheel of gedeeltelijk geen vakantie-uren toe te staan of verlof te verlenen, indien het instellings- of cliëntenbelang dit in redelijkheid niet toelaat. Artikel 7.10 Premies tijdens onbetaald verlof/levensloopregeling 1. Je werkgever heeft de mogelijkheid verschuldigde premies die ten laste van de werkgever komen over de periode van onbetaald verlof op jou te verhalen. Pensioenpremie 2. Jij neemt jouw deel van de pensioenpremie voor rekening en je werkgever neemt zijn deel van de pensioenpremie voor zijn rekening indien het pensioenreglement van het pensioenfonds Zorg en Welzijn de mogelijkheid biedt de pensioenverzekering vrijwillig voort te zetten en het verlof betrekking heeft op: verlenging bevallingsverlof; ouderschapsverlof; verlof via de levensloopregeling indien je daaruit een inkomen hebt van tenminste 70% van je laatstgenoten salaris. 3. Je werkgever betaalt niet meer dan het voor zijn rekening komend deel van de premies die in de periode van onbetaald verlof aan het Pensioenfonds Zorg & Welzijn of het IZZ volledig verschuldigd zijn. Als je werkgever de volledige premie afdraagt, dan zal hij het deel dat niet voor zijn rekening is op je verhalen. 4. De vorige leden zijn alleen op jou van toepassing als je na het onbetaalde verlof tenminste zes maanden in dienst blijft bij je werkgever. Indien jij het dienstverband binnen deze termijn eindigt, dien je de voor rekening van de werkgever komend deel van de betaalde premies in de periode van onbetaald verlof, terug te betalen. Je werkgever zal hiervoor een regeling met je treffen. 17 Staatscourant 2019 nr februari 2019

18 HOOFDSTUK 8: ZIEKTE EN ARBEIDSONGESCHIKTHEID Artikel 8.1 Loon bij ziekte/arbeidsongeschiktheid 1. Als je door ziekte niet in staat bent je overeengekomen werk uit te voeren, dan gelden de bepalingen van artikel 7:629 Burgerlijk Wetboek. Loon bij ziekte Dit lid gaat in per Als je ziek bent, ontvang je van je werkgever: In de eerste 26 weken 100% van je loon bij ziekte. In de tweede 26 weken 95% van je loon bij ziekte, maar ten minste het voor jou geldende wettelijk minimum(jeugd)loon. In de derde 26 weken 75% van je loon bij ziekte, maar ten minste het voor jou geldende wettelijk minimum(jeugd)loon. In de vierde 26 weken 70% van je loon bij ziekte, maar ten minste het voor jou geldende wettelijk minimum(jeugd)loon. Definitie loon bij ziekte 4. Onder loon bij ziekte wordt in dit hoofdstuk verstaan: De som van het bruto-maandsalaris dat je ontvangt op het moment dat je ziek wordt en de overige structurele loonbestanddelen. De hoogte van deze structurele loonbestanddelen wordt op maandbasis berekend over het gemiddelde van de laatste zes maanden voordat je ziek werd. Je loon bij ziekte wordt verminderd met: de aanspraak die je als gevolg van ziekte hebt op een uitkering op basis van een bij de wet geldende verzekering of op grond van een arbeidsongeschiktheidspensioen of een samenloop daarvan en inkomsten voor werkzaamheden die je hebt verricht in de tijd dat je je overeengekomen werk had kunnen verrichten in de eerste 52 weken van ziekte, zowel op grond van je arbeidsovereenkomst als elders. Hieronder zijn ook inkomsten uit eigen bedrijf begrepen. 5. Als je arbeidsovereenkomst met je werkgever eindigt, dan krijg je geen loon bij ziekte meer. Artikel 8.2 Loon bij ziekte/arbeidsongeschiktheid voor werknemers met min/max-contract Min/max-contract Als je een min/max-contract hebt, zoals bedoeld in artikel 4.2 en je hebt nog geen afspraak gemaakt over het te werken variabele gedeelte, dan wordt, in afwijking van artikel 8.1 lid 3 eerste zin, je salaris tijdens ziekte vastgesteld op basis van het gemiddelde salaris over de drie maanden of drie periodes, voorafgaand aan de maand of de periode waarin je ziek bent geworden. De hoogte van structurele looncomponenten wordt berekend over het gemiddelde van de laatste zes maanden voordat je ziek werd. Artikel 8.1 blijft van toepassing. Artikel 8.3 Verlagen van loondoorbetaling Als blijkt dat je de verplichtingen niet bent nagekomen die je werkgever op grond van de wet en/of een eigen regeling aan je stelt tijdens je ziekte, dan kan je werkgever de doorbetaling van het loon tijdens ziekte verlagen tot 70% van je loon, zoals dit is voorgeschreven in artikel 7:629 lid 1 Burgerlijk Wetboek. Het bepaalde in artikel 7:629 lid 3 en lid 6 Burgerlijk Wetboek blijft van kracht. Artikel 8.4 Geheel of gedeeltelijk vervallen van loondoorbetaling Je werkgever kan jouw recht op loondoorbetaling bij ziekte geheel of gedeeltelijk laten vervallen wanneer jouw aanspraak op een uitkering (op grond van de Ziektewet, WIA, WAO of WW) geheel of gedeeltelijk komt te vervallen. Behalve wanneer dit aan je werkgever is te wijten. Artikel 8.5 Salarisaanpassingen bij ziekte Als je maandsalaris verandert doordat je een periodieke verhoging krijgt in de eerste 52 weken van ziekte of door een algemene salarisaanpassing op grond van deze CAO, dan verandert daardoor ook je loon bij ziekte. 18 Staatscourant 2019 nr februari 2019

19 Artikel 8.6 Eindejaarsuitkering bij ziekte Je houdt recht op de eindejaarsuitkering (artikel 5.7) over maximaal 104 weken dat je ziek bent. Artikel 8.7 Productieve arbeid en re-integratie tijdens ziekte Als je in de tweede periode van 52 weken ziekte productieve arbeid verricht bij je werkgever of bij een andere werkgever en/of re-integratieactiviteiten verricht, zoals je bent overeengekomen met je werkgever in het plan van aanpak, als bedoeld in artikel 7:658a lid 2 Burgerlijk Wetboek, geldt het volgende: a. de uren die zijn besteed aan productieve arbeid en/of de uren die direct zijn besteed aan re-integratieactiviteiten worden doorbetaald tegen 100% van jouw loon bij ziekte; b. de overige uren betaalt je werkgever door op basis van 75% (in de eerste 6 maanden in het tweede ziektejaar) en 70% (in de tweede 6 maanden van het tweede ziektejaar) van jouw loon bij ziekte. c. je inkomsten kunnen op basis van de uren onder sub a en/of b afzonderlijk of tezamen niet meer dan 100% van jouw loon bij ziekte bedragen en nooit minder dan 70%, met een minimum van het voor jouw geldende wettelijk minimum (jeugd)loon. Artikel 8.8 Loonaanvulling vervroegde IVA-uitkering Als je door een vervroegde keuring, zoals bedoeld in de WIA, gedurende de eerste 52 weken van ziekte recht hebt op een IVA-uitkering volgens de WIA, dan heb je aanspraak op een aanvulling van je werkgever tot 100% van je loon bij ziekte. Je loon bij ziekte wordt verminderd met: de aanspraak die je hebt op een uitkering op basis van een bij de wet geldende verzekering of op grond van een arbeidsongeschiktheidspensioen of een samenloop daarvan; inkomsten voor werkzaamheden die je hebt verricht in de tijd dat je recht had op de hiervoor genoemde IVA-uitkering, zowel op grond van je arbeidsovereenkomst als elders. Hieronder zijn ook inkomsten uit eigen bedrijf begrepen. HOOFDSTUK 9: MEERKEUZESYSTEEM ARBEIDSVOORWAARDEN Artikel 9.1 Meerkeuzesysteem 1. Je kunt verschillende arbeidsvoorwaarden tegen elkaar uitruilen via een meerkeuzesysteem. Zowel de in te zetten arbeidsvoorwaarden (de bronnen) als de arbeidsvoorwaarden waartegen geruild kan worden (de doelen), kunnen worden uitgedrukt in geld of tijd. 2. Je werkgever bepaalt in overleg met het medezeggenschapsorgaan hoe het meerkeuzesysteem wordt ingericht en wat de bronnen en doelen zijn. Hierbij wordt rekening gehouden met de randvoorwaarden van artikel 9.2. Artikel 9.2 Randvoorwaarden 1. Als je gebruik maakt van het meerkeuzesysteem worden je toeslagen voor overwerk, onregelmatige dienst, of inconveniënte uren berekend alsof er geen uitruil heeft plaatsgevonden. 2. Als je een tijdbron ruilt voor een doel in het kader van oriëntatie op je loopbaan, is de waarde van de tijdbron 120% van de waarde die de bron normaal gesproken heeft. HOOFDSTUK 10: VERGOEDING BIJ ONTSLAG Artikel 10.1 Wachtgeld Voorwaarden wachtgeld 1. Je krijgt vanaf de dag dat je arbeidsovereenkomst is geëindigd wachtgeld toegekend als je voldoet aan de voorwaarden genoemd onder a t/m c: a. Je arbeidsovereenkomst niet op je eigen verzoek eindigt, maar vanwege: opzegging door je werkgever na toestemming van het UWV op basis van het Buitengewoon Besluit Arbeidsverhoudingen òf ontslag na toestemming van de kantonrechter òf een uitspraak van het Scheidsgerecht òf een uitspraak van de gewone rechter. b. En deze beëindiging plaatsvindt vanwege: gehele of gedeeltelijke opheffing van je functie òf 19 Staatscourant 2019 nr februari 2019

20 een reorganisatie waardoor je werkzaamheden geheel of gedeeltelijk overbodig zijn geworden óf een fusie, liquidatie of gehele of gedeeltelijke sluiting van de instelling òf onbekwaamheid die niet aan jou is toe te rekenen en je 50 jaar of ouder bent en minimaal 15 jaar bij je werkgever of zijn rechtsvoorganger(s) in dienst bent. c. En je door de beëindiging van je arbeidsovereenkomst een WW-uitkering is toegekend en je alles doet wat noodzakelijk is voor het verkrijgen van uitkeringen zoals in lid 3 sub a. weergegeven. 2. Als je na de schriftelijke mededeling van je werkgever, dat je arbeidsovereenkomst eindigt vanwege één van de onder lid 1 sub b genoemde redenen en je voor de dag van het ontslag een nieuwe arbeidsovereenkomst met een lager salaris bij een andere werkgever accepteert, dan ontvang je vanaf de dag van indiensttreding een aanvulling op je salaris ter hoogte van het wachtgeld. Dit geldt ook bij inkomsten uit eigen bedrijf. Definitie wachtgeld 3. Onder wachtgeld wordt verstaan de som van a., b. en c. a. De uitkeringen waarop je recht hebt op basis van: de Werkloosheidswet (WW); de Ziektewet (ZW); de Wet Arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO); de Wet Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA); de loonsuppletieregelingen; de Overbruggingsuitkering (OBU) of het Flexpensioen, die verplicht tot uitkering komt, ingevolge de pensioenregeling van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn. b. De inkomsten uit arbeid of eigen bedrijf, voor zover lid 2 of artikel 10.6 (vermindering van wachtgeld) leden 1 t/m 3 van toepassing is. c. De aanvulling van je werkgever op a. en b. 4. Een wachtgelduitkering wordt maandelijks uitgekeerd door je werkgever, zoals de uitbetaling van salaris ook plaatsvindt. 5. Het recht op wachtgeld kan in overleg tussen jou en je werkgever geheel of gedeeltelijk vervangen worden door een afkoopsom. 6. Je werkgever is verplicht bij een sluiting van de instelling tijdig maatregelen te nemen die de financiering van de wachtgeldverplichting waarborgt. Artikel 10.2 Duur van het wachtgeld Wachtgeldperiode 1. Het wachtgeld wordt je toegekend gedurende drie maanden plus drie maanden voor elk vol jaar dat je in dienst was bij je werkgever. De in de vorige zin bedoelde duur van het wachtgeld is gemaximeerd tot de duur van de voor jou geldende loongerelateerde WW-uitkering. 2. Als je binnen vijf jaar na je ontslagdatum, de AOW-gerechtigde leeftijd zal bereiken én direct voorafgaand aan het ontslag minimaal 10 jaar in dienst geweest bent bij je werkgever, wordt de duur van je recht op wachtgeld verlengd tot het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd. 3. Tijdens de in lid 2 van dit artikel vermelde verlengde wachtgeldperiode is het bepaalde in artikel 10.3 lid 1 met betrekking tot de hoogte van het wachtgeld van toepassing. 4. Voor de bepaling van het aantal dienstjaren als bedoeld in het eerste lid, tellen de jaren mee die je hebt doorgebracht bij je huidige werkgever en diens rechtsvoorganger(s). Artikel 10.3 Hoogte van het wachtgeld Hoogte wachtgeld Berekeningsgrondslag 1. De hoogte van het wachtgeld is de eerste zes maanden gelijk aan je laatst verdiende salaris. Na deze periode wordt de hoogte van het wachtgeld afgebouwd en bedraagt het vervolgens de volgende drie maanden 80% van je salaris, de daarop volgende twee jaar 75% van je salaris en vervolgens 70% van je salaris. De berekeningsgrondslag voor het wachtgeld is gelijk aan je laatstverdiende salaris vermeerderd 20 Staatscourant 2019 nr februari 2019

21 met vakantiebijslag en structurele eindejaarsuitkering. Indien de hoogte van je salaris wisselde, wordt het gemiddelde salaris per maand over de laatste twaalf volle kalendermaanden voor het einde van het dienstverband als berekeningsgrondslag genomen. Als deel van de berekeningsgrondslag geldt ook het bedrag dat je voorafgaand aan je ontslag over een periode van twaalf volle kalendermaanden gemiddeld als toelage inconveniënte uren hebt ontvangen. Gedurende de wachtgeldperiode bedraagt het wachtgeld nooit minder dan 80% van het wettelijk minimumloon. Flexpensioen 2. Als je een Flexpensioen ontvangt, die verplicht tot uitkering komt, vanuit de pensioenregeling Pensioenfonds Zorg en Welzijn dan wordt deze uitkering aangevuld tot de hoogte van het wachtgeld. Loonaanpassing 3. Als er sprake is van een algemene loonaanpassing voor deze CAO, waarop je recht gehad zou hebben als je nog steeds in dienst was van je werkgever, dan wordt dit in de berekening van het wachtgeld meegenomen. In dat geval worden voor de berekening van het netto-inkomen de op dat moment geldende premiehoogten in acht genomen. 4. Als de berekening zoals bedoeld in dit artikel leidt tot een voor jou ongunstig resultaat, doordat je werkzaamheden geleidelijk worden afgebouwd, dan wordt in je voordeel van dit artikel afgeweken. Artikel 10.4 Pensioenbijdrage bij wachtgeld Tegemoetkoming kosten pensioenregeling 1. In de periode waarin je recht hebt op wachtgeld, kun je in het geval van vrijwillige voortzetting van je deelname aan de pensioenregeling voor tenminste de helft recht hebben op een tegemoetkoming in de kosten hiervan. Deze tegemoetkoming bedraagt de helft van het werkgeversaandeel in de pensioenpremie dat je werkgever voor jou, over de volle maand voorafgaande aan het ontslag verschuldigd was. 2. Het bepaalde in het vorige lid is alleen van toepassing, indien je zelf (tenminste) de helft van het werknemersaandeel in de pensioenpremie, die je verschuldigd was over de volle maand voorafgaand aan het ontslag, voor je rekening neemt. 3. Zodra er sprake is van een algemene aanpassing van de hoogte van het premiepercentage die ook van toepassing zou zijn geweest als je nog steeds in dienst was, dan geldt vanaf dat moment het bepaalde in leden 1 en lid 2 met de aangepaste premie als uitgangspunt. Artikel 10.5 Overige voorwaarden om in aanmerking te komen voor wachtgeld Overige voorwaarden 1. Je bent verplicht om je direct na de schriftelijke mededeling van je werkgever dat je arbeidsovereenkomst eindigt wegens ontslag, zoals in artikel 10.1 lid 1 is weergegeven, als werkzoekende in te schrijven bij het UWV. 2. Je bent verplicht gebruik te maken van geboden mogelijkheden om inkomsten uit arbeid of uit eigen bedrijf te verwerven, tenzij je kunt aantonen dat het nakomen van deze verplichting in alle redelijkheid niet van je gevraagd kan worden. 3. Als je in de periode waarin je recht hebt op wachtgeld inkomsten verwerft als bedoeld onder lid 2 of uit uitkeringen als genoemd in artikel 10.1 lid 3 a., ben je verplicht om je werkgever hierover en over de hoogte ervan direct te informeren. Als je werkgever hierom vraagt ben je verplicht alle gewenste inlichtingen en bewijsstukken hierover te verstrekken. Artikel 10.6 Vermindering van het wachtgeld Inkomsten arbeid of eigen bedrijf 1. Als je inkomsten uit arbeid of uit eigen bedrijf ontvangt met ingang van of na de dag waarop je wachtgeld is ingegaan, worden deze inkomsten op je wachtgeld in mindering gebracht als de 21 Staatscourant 2019 nr februari 2019

22 inkomsten samen met je wachtgeld hoger zijn dan je laatstverdiende salaris. 2. Lid 1 is ook van toepassing als je inkomsten uit arbeid of in verband met of uit eigen bedrijf ontvangt in de periode van non-activiteit, vakantie of verlof onmiddellijk voorafgaand aan je ontslag, waarvoor je wachtgeld is toegekend. 3. Lid 1 is ook van toepassing als je werk bij een andere werkgever hebt of een eigen bedrijf bent begonnen vóór de dag van je ontslag, anders dan bedoeld in de voorafgaande leden, en na die dag hieruit inkomsten ontvangt. Als je aannemelijk maakt dat (een gedeelte van) je inkomsten of de vermeerdering van je inkomsten niet het gevolg is van een toename van werkzaamheden of verband houden met je ontslag dan worden (een gedeelte van) je meerdere inkomsten niet meegenomen in de toepassing van lid 1. Strafkorting WW 4. Als er sprake is van strafkorting in verband met je WW-uitkering, wordt de verplichting van je werkgever tot de aanvulling zoals in artikel 10.3 weergegeven overeenkomstig aangepast en kan je geen beroep doen op loonbetaling ex artikel 7:629 Burgerlijk Wetboek. 5. Als je inkomsten uit arbeid of uit eigen bedrijf, als bedoeld in lid 1, tot een (gedeeltelijke) korting leiden op je wettelijke uitkering, dan behoort het gedeelte van je inkomsten dat in mindering wordt gebracht op je wettelijke uitkering tot het begrip wachtgeld. Artikel 10.7 Einde van het recht op wachtgeld 1. Het recht op wachtgeld eindigt: a. met ingang van de dag, volgend op die waarop de werknemer is overleden; b. met ingang van de dag waarop je aanspraak maakt op ouderdomspensioen of arbeidsongeschiktheidspensioen volgens de pensioenregeling van het Pensioenfonds Zorg en Welzijn als het recht hierop is ontstaan tijdens het dienstverband op basis waarvan je wachtgeld ontvangt; c. als je onvoldoende meewerkt aan een medisch onderzoek voor het verkrijgen van invaliditeitspensioen of van een wettelijke uitkering wegens arbeidsongeschiktheid; d. als je niet voldoet aan de verplichtingen als bedoeld in artikel e. als één van de in artikel 10.1 lid 3 genoemde uitkeringen wordt stopgezet, omdat de wachtgeldgerechtigde niet het bepaalde in artikel 10.1 lid 1 sub c, in acht neemt. 2. Tijdens een beroepsprocedure op grond van een van de genoemde wettelijke regelingen wordt de uitkering van het wachtgeld opgeschort. Artikel 10.8 Uitkering bij overlijden bij wachtgeld Overlijdensuitkering 1. Ingeval degene die recht heeft op wachtgeld overlijdt, verstrekt de werkgever een overlijdensuitkering aan: 1. de echtgeno(o)t(e) of relatiepartner van wie de werknemer niet duurzaam gescheiden leefde, en bij het ontbreken van deze aan 2. zijn minderjarige kinderen, en bij het ontbreken van hen aan 3. degene met wie de werknemer in gezinsverband leefde en in wiens kosten van bestaan hij grotendeels voorzag. 2. Indien de overleden werknemer geen nabestaanden heeft zoals bedoeld in artikel 7:674 Burgerlijk Wetboek en genoemd in lid 1, kan de werkgever de uitkering of een gedeelte daarvan verstrekken aan de persoon of de personen die daarvoor naar het oordeel van de werkgever op grond van billijkheidsoverwegingen in aanmerking komt/komen. 3. In aanvulling op artikel 7:674 Burgerlijk Wetboek wordt de overlijdensuitkering uitgekeerd ter hoogte van het wachtgeld dat over de eerste drie maanden volgend op de maand van overlijden zou zijn uitgekeerd. 4. Deze overlijdensuitkering vervalt als er vanwege het overlijden uitkeringen worden verstrekt die op grond van de sociale verzekeringswetten wordt toegekend. Artikel 10.9 Positieve afwijking wachtgeldregeling Als er sprake is van een (dreigend) collectief ontslag waarvoor een sociaal plan, als bedoeld in artikel 22 Staatscourant 2019 nr februari 2019

23 11.2 Reorganisatie, wordt afgesproken met (regionale) vakbonden, dan is je werkgever verplicht de wachtgeldregeling van hoofdstuk 10 met de vakbonden te bespreken. Je werkgever moet hierbij een positieve afwijking van deze regeling met de vakbonden overeenkomen. HOOFDSTUK 11: SOCIALE BEGELEIDING BIJ ORGANISATIEVERANDERINGEN Artikel 11.1 Fusie 1. Met fusie wordt gelijkgesteld iedere vorm van overdracht van zeggenschap over een (deel van een) organisatie die valt onder de werkingssfeer van deze CAO aan een andere rechtspersoon. 2. Als je werkgever betrokken is bij een fusie zijn de Fusiegedragsregels 2015 ter bescherming van de belangen van werknemers (kortweg SER-fusiecode genoemd) van toepassing, ongeacht het aantal werknemers dat bij de fusie betrokken is. Artikel 11.2 Reorganisatie Definitie reorganisatie 1. Onder reorganisatie wordt verstaan: het wijzigen, anders organiseren, verminderen of beëindigen van de werkzaamheden van een (deel van een) organisatie. 2. In geval van reorganisatie met verlies van werkgelegenheid zijn de kaders van de Wet Melding Collectief Ontslag (WMCO) leidend voor de volgende leden van dit artikel. Reorganisatieplan/afvloeiingsplan 3. Als je werkgever overgaat tot reorganisatie waardoor op een of meer binnen het tijdsverloop van de totale reorganisatie gelegen tijdstippen: de arbeidssituatie van 20 of meer werknemers aanmerkelijk wordt gewijzigd of de arbeidsovereenkomst van 20 of meer werknemers beëindigd moeten worden, is je werkgever verplicht na overleg met het medezeggenschapsorgaan een voorlopig reorganisatieplan en/of afvloeiingsplan op te stellen. 4. Als er voor de betrokken werknemers sprake is van beëindiging of wijziging in aard of omvang van de arbeidsovereenkomst of functie, is je werkgever verplicht hierover tijdig overleg te voeren met de vakbonden. Na het overleg met het medezeggenschapsorgaan en vakbonden stelt je werkgever het reorganisatieplan definitief vast. Hij stuurt een exemplaar van het definitieve reorganisatieplan aan het medezeggenschapsorgaan en de betrokken vakbonden. Na de uitvoering van het reorganisatieplan ontvangt het medezeggenschapsorgaan het nieuwe organisatieschema van je werkgever. 5. Je werkgever beargumenteert ontslagaanvragen schriftelijk. HOOFDSTUK 12: FACILITEITEN (LEDEN) WERKNEMERSORGANISATIES EN EXTRA BEVOEGDHEDEN ONDERNEMINGSRAAD Artikel 12.1 Scholing Verplichtingen werkgever 1. Naast de verplichtingen die voortvloeien uit de Wet op de ondernemingsraden, is je werkgever verplicht: a. Jaarlijks in overleg met de Ondernemingsraad een scholingsplan inclusief budget vast te stellen. Het scholingsplan bevat functiegerichte, beroepsgerichte en op inzetbaarheid gerichte scholing en een faciliteitenregeling. Het scholingsbudget bedraagt minimaal 2% van de loonsom. b. De kosten van de door het KCKZ verplicht gestelde functie- en beroepsgerichte scholingen en de kosten van herregistratie in het register volledig te vergoeden. Deze kosten zijn onderdeel van het scholingsbudget van minimaal 2% van de loonsom. Ook de verplichte re-certificeringsen examenkosten volgens IBCLC voor lactatiekundigen worden vergoed. c. In overleg met de medezeggenschap en/of de medewerkers afspraken te maken over de vergoeding van de cursus-/studietijd, voor zover dit past binnen het scholingsbudget van minimaal 2% van de loonsom. d. De invulling van het desbetreffende budget schriftelijk vast te leggen. Deze informatie is voor medewerkers toegankelijk of opvraagbaar. 23 Staatscourant 2019 nr februari 2019

24 Artikel 12.2 Verlof voor vakbondsactiviteiten Vakbondsverlof 1. Als je deel wilt nemen aan activiteiten van de vakbond waarvan je lid bent, stelt je werkgever je daartoe in de gelegenheid. Als deze activiteiten plaatsvinden op uren waarop je volgens je arbeidsovereenkomst inzetbaar bent, krijg je hiervoor betaald verlof tot een maximum van 200 uur per jaar. 2. Onder de onder lid 1 bedoelde activiteiten worden verstaan: statutaire vergaderingen of vergaderingen van statutaire regionale organen van de vakbond als je door de vakbond als bestuurslid en/of afgevaardigde bent aangewezen; conferenties, landelijke en regionale vergaderingen en werkgroepen als je daarvoor door het hoofdbestuur van de vakbond bent uitgenodigd; cursussen als je deze op verzoek van het hoofdbestuur van de vakbond verzorgt of bijwoont. BIJLAGEN BIJLAGE 1 SALARISSCHALEN * Salarisbedragen van toepassing voor zover het wettelijk minimum (jeugdloon) niet hoger is. 24 Staatscourant 2019 nr februari 2019

25 Salarisreeks per 1 januari Staatscourant 2019 nr februari 2019

26 Salarisschalen per 1 januari Staatscourant 2019 nr februari 2019

27 Salarisreeks per 1 mei Staatscourant 2019 nr februari 2019

28 Salarisschalen per 1 mei Staatscourant 2019 nr februari 2019

29 * Salarisbedragen van toepassing voor zover het wettelijk minimum (jeugdloon) niet hoger is. ** Vervalt per 1 juli Staatscourant 2019 nr februari 2019

Cao Kraamzorg, versie

Cao Kraamzorg, versie Cao Kraamzorg, versie 6-11-2018 1 Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Kraamzorg Publicatie onder auspiciën van het Sociaal Overleg Kraamzorg (SOK) SOK. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave

Nadere informatie

Brancheorganisatie Geboortezorg CAO. Collectieve arbeidsovereenkomst Kraamzorg

Brancheorganisatie Geboortezorg CAO. Collectieve arbeidsovereenkomst Kraamzorg Brancheorganisatie Geboortezorg CAO Collectieve arbeidsovereenkomst Kraamzorg Collectieve Arbeidsovereenkomst voor de Kraamzorg Publicatie onder auspiciën van het Sociaal Overleg Kraamzorg (SOK) SOK. Alle

Nadere informatie

lid 1. Werkgever lid 2. Werknemer lid 3. Aanwezigheidsdienst lid 4. Arbeidsduur lid 5. Bereikbaarheidsdienst lid 6. Beroepsbegeleidende leerweg (BBL)

lid 1. Werkgever lid 2. Werknemer lid 3. Aanwezigheidsdienst lid 4. Arbeidsduur lid 5. Bereikbaarheidsdienst lid 6. Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) 1.1 Definities 1.1 Definities lid 17 Werkgever lid 18 Werknemer lid 1 Aanwezigheidsdienst lid 2 Arbeidsduur lid 3 Bereikbaarheidsdienst lid 4 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) lid 5 Consignatiedienst lid

Nadere informatie

Transponeringstabel en paginaindeling CAO VVT

Transponeringstabel en paginaindeling CAO VVT 1.1 Definities 1.1 Definities lid 17 Werkgever lid 18 Werknemer lid 1 Aanwezigheidsdienst lid 2 Arbeidsduur lid 3 Bereikbaarheidsdienst lid 4 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) lid 5 Consignatiedienst lid

Nadere informatie

Transponeringstabel CAO VVT

Transponeringstabel CAO VVT 1.1 Definities 1.1 Definities lid 17 Werkgever lid 18 Werknemer lid 1 Aanwezigheidsdienst lid 2 Arbeidsduur lid 3 Bereikbaarheidsdienst lid 4 Beroepsbegeleidende leerweg (BBL) lid 5 Consignatiedienst lid

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Doktersassistenten Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8580 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 31-7-96 nr. 145 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

Onderhandelaarsakkoord Cao Kraamzorg

Onderhandelaarsakkoord Cao Kraamzorg Onderhandelaarsakkoord Cao Kraamzorg ONDERHANDELAARSAKKOORD CAO KRAAMZORG 20 juli 2018 Onderhandelaarsakkoord Cao Kraamzorg Pagina 1 van 12 PARTIJEN: en Bo Geboortezorg, gevestigd te Utrecht, vertegenwoordigd

Nadere informatie

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS)

JUS. Jaarurensystematiek. een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg. JaarUrenSystematiek (JUS) JUS Jaarurensystematiek een inhoudelijke toelichting bij de invoering in de gehandicaptenzorg JaarUrenSystematiek (JUS) Inleiding In de CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008 (CAO) is opgenomen dat per 1 januari

Nadere informatie

Jaarurensystematiek CAO-Sport

Jaarurensystematiek CAO-Sport Jaarurensystematiek CAO-Sport Werkgeversorganisatie in de Sport Arnhem, november 2007 Jaarurensystematiek CAO-Sport 1 Werkgeversorganisatie in de Sport Postbus 185 6800 AD Arnhem Papendallaan 50 T: 0264834450

Nadere informatie

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon

Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Minimumloon, jeugdloon januari 2016 - juni 2016 plus Uurloon Het wettelijk minimum loon of wettelijk minimum jeugdloon is het loon of het salaris dat je minimaal uitbetaald hoort te krijgen. Werknemers

Nadere informatie

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband.

AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. AANGEPASTE CAO TEKST Op de volgende pagina s staat de vanaf 1 januari 2017 geldende cao artikelen in dit verband. Artikel 3.3 Binnendienst Tot de categorie Binnendienst behoren de werknemers die uitsluitend

Nadere informatie

In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten.

In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten. MIJN CAO In deze brochure vindt u een uitleg van de belangrijkste bepalingen van de cao Groothandel in Bloemen en Planten. In dit hoofdstuk Mijn Cao wordt uitgelegd wanneer de cao van toepassing is en

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 23393 18 mei 2018 Glastuinbouw 2018 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

CAO Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg 15

CAO Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg 15 AOW-gerechtigde leeftijd bepaalde tijd, in de periode tot 1 januari 2013 wordt wel meegeteld voor de maximale duur van 36 maanden als bedoeld in artikel 7:668a lid 1sub a Burgerlijk Wetboek. 3. Als je

Nadere informatie

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 3 Oktober 2018 Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene

Nadere informatie

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017

CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 CAO UITVAARTBRANCHE Aangepaste cao tekst inzake werkdruk, roosters en beschikbaarheid geldend vanaf 1 januari 2017 INLEIDING De bonden ontvangen vanuit hun achterban signalen over werkdruk in relatie tot

Nadere informatie

Keuzesysteem arbeidsvoorwaarden en vrije ruimte werkkostenregeling

Keuzesysteem arbeidsvoorwaarden en vrije ruimte werkkostenregeling Keuzesysteem arbeidsvoorwaarden en vrije ruimte werkkostenregeling H12 Vakantie(bijslag), LFB en Verlof B Vakantie Artikel 9 Keuzesysteem arbeidsvoorwaarden voor kopen en verkopen vakantie-uren 1. Inwisselen

Nadere informatie

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging

3 Salaris en vergoedingsregelingen. Bezoldiging 3 Salaris en vergoedingsregelingen Bezoldiging Artikel 3:1 1 Met inachtneming van artikel 1:2:1 wordt aan de ambtenaar binnen het kader van een lokaal vast te stellen bezoldigingsregeling een bezoldiging

Nadere informatie

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 8 Maart 2017 Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

Bijlage: Hoofdlijnen uit de concept-cao SZS/Hiswa op de belangrijkste onderwerpen JAARURENSYSTEMATIEK

Bijlage: Hoofdlijnen uit de concept-cao SZS/Hiswa op de belangrijkste onderwerpen JAARURENSYSTEMATIEK Bijlage: Hoofdlijnen uit de concept-cao SZS/Hiswa op de belangrijkste onderwerpen JAARURENSYSTEMATIEK 1. Voor iedere werknemer geldt een individueel jaarrooster gebaseerd op de Basis Jaarlijkse Arbeidsduur

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20396 14 december 2011 Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg 2011/2012 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21486 14 mei 2018 Verpleeg-, Verzorgingshuizen, Thuiszorg en Jeugdgezondheidszorg 2018 Verbindendverklaring CAO-bepalingen

Nadere informatie

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling

4 BELONING. 4.1 Beloning en inschaling 14 4 BELONING 4.1 Beloning en inschaling 4.1.1 Inschaling Artikel 28 1. Het niveau van de functie bij de werkgever wordt bepaald aan de hand van het systeem van functiewaardering dat is overeengekomen

Nadere informatie

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten Juli 2014 INHOUDSOPGAVE ALGEMENE INLEIDING...6 PROTOCOL 8 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN...9 Artikel 1.1 Definities...9 Artikel

Nadere informatie

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 15 Juli 2015 Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 27304 1 augustus 2017 Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg en Jeugdgezondheidszorg 2017/2018 Verbindendverklaring

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 46193 28 september 2016 Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2016/2017 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

Nadere informatie

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden:

Werktijden 2 Vaststelling van werkroosters geschiedt voor voltijders met inachtneming van de volgende voorwaarden: HOOFDSTUK 3 ARBEIDSDUUR EN ARBEIDSTIJDEN ARTIKEL 8 ARBEIDSDUUR, WERKTIJDEN EN COMPENSATIE-UREN Arbeidsduur 1 Op kalenderjaarbasis bedraagt de arbeidsduur van een voltijdwerknemer gemiddeld 36 uur per week.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 50191 4 oktober 2018 Verpleeg-Verzorgingshuizen, Thuiszorg en Jeugdgezondheidszorg 2018/2019 Verbindendverklaring CAO-bepalingen

Nadere informatie

Het uurloon betreft een all-in uurloon inclusief vakantietoeslag (8%), vakantierechten en de eindejaaruitkering (5,7%).

Het uurloon betreft een all-in uurloon inclusief vakantietoeslag (8%), vakantierechten en de eindejaaruitkering (5,7%). Vakantiekrachten Functie Insula Dei Huize Kohlmann kent twee functies voor vakantiekrachten: 1. vakantiekracht facilitair: werkzaam binnen de sector Facilitair met werkzaamheden van eenvoudige aard. 2.

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 4815 2 maart 2015 Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg, Kraam- en Jeugdgezondheidszorg 2015/2016 Verbindendverklaring

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 2973 25 februari 2010 Verpleeg-Verzorgingshuizen en Thuiszorg 2010 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN

Nadere informatie

COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN

COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN COLLECTIEVE REGELING AANVULLENDE ARBEIDSVOORWAARDEN De naamloze vennootschap Centraal Bureau Slachtverzekeringen; De besloten vennootschap Centraal Bureau Slachtveediensten; De besloten vennootschap Controle

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2006/2007 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Nadere informatie

Midden- en kleinbedrijf. Kantoor Almelo. Secretariaat Sociaal Partners CAO VVT Postbus RG UTRECHT

Midden- en kleinbedrijf. Kantoor Almelo. Secretariaat Sociaal Partners CAO VVT Postbus RG UTRECHT Belastingdienst, Postbus 5105, 7600 GL Almelo Secretariaat Sociaal Partners CAO VVT Postbus 8258 3503 RG UTRECHT Midden- en kleinbedrijf Stationsstraat 5 7607 GX Almelo Postbus 5105 7600 GL Almelo www.belastingdienst.nl

Nadere informatie

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale

Werk en rusttijden. Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? CNV Vakcentrale Werk en rusttijden Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Wat regelt de CAO GHZ? Wat regel je met de werkgever? Sonja Baljeu Eur. Erg. Beleidsadviseur CNV Vakcentrale Drs. A. Mellema Bestuurder Zorg Wat regelt

Nadere informatie

BEZOLDIGINGSREGELING

BEZOLDIGINGSREGELING BEZOLDIGINGSREGELING Algemene bepaling Artikel 1 Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder: a. medewerker De ambtenaar als bedoeld in artikel 1:1, lid 1onder a van de CAR b. werkgever

Nadere informatie

... De beoordeling heeft plaatsgevonden naar de cao en naar de wet- en regelgeving zoals die gelden per 1 januari 2017.

... De beoordeling heeft plaatsgevonden naar de cao en naar de wet- en regelgeving zoals die gelden per 1 januari 2017. Kantoor Almelo 1 Postbus 5105 7600 GL ALMELO Telefoon 0800-0543 Secretariaat Sociaal Partners CAO VVT Postbus 8258 3503 RG UTRECHT Kennisgroep CAO Datum 12 mei 2017 Uw kenmerk Betreft Beoordeling CAO voor

Nadere informatie

Partij(en) ter ener zijde: ActiZ en Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN);

Partij(en) ter ener zijde: ActiZ en Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN); 14 december 2011 Staatscourant 2011, 20396 Verpleeg-, Verzorgingshuizen en Thuiszorg 2011/2012 Verbindendverklaring CAO-bepalingen MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID Besluit van de Minister

Nadere informatie

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken

Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen met terugwerkende kracht per 1 januari 2018 Hoofdstuk II Salariëring en vergoedingen Artikel

Nadere informatie

Onderhandelaarsakkoord CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008

Onderhandelaarsakkoord CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008 Onderhandelaarsakkoord CAO Gehandicaptenzorg 2007-2008 Partijen bij de CAO Gehandicaptenzorg, te weten: Werkgeversorganisaties: - Vereniging Gehandicaptenzorg Nederland - MEE Nederland en Werknemersorganisaties:

Nadere informatie

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis

Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis. Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Hellevoetsluis. Nr. 8894 30 januari 2015 Werktijdenregeling 2014 Gemeente Hellevoetsluis Het college van burgemeester en wethouders van Hellevoetsluis; gelet

Nadere informatie

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd.

3 Salaris per uur: 1/156 van het salaris bij een volledige werktijd. III.1 BEZOLDIGINGSREGELING 1997 - Besluit van de gemeenteraad van Voorst 24 maart 1997. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Deze regeling verstaat onder: 1 Ambtenaar: hij, die overeenkomstig de bepalingen van

Nadere informatie

Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van de Wet op de ondernemingsraden (instemmingsrecht);

Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van de Wet op de ondernemingsraden (instemmingsrecht); CVDR Officiële uitgave van Vught. Nr. CVDR347943_1 6 februari 2018 Regeling arbeidsduur en werktijden 2014 Burgemeester en Wethouders van de gemeente Vught Gelet op artikel 27 lid 1, aanhef en sub b van

Nadere informatie

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers

Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers Collectieve arbeidsovereenkomst voor zaterdagbestellers 1 juli 2013 tot en met 31 december 2015 Uitgave: juli 2013 Group HR INHOUDSOPGAVE PAGINA Considerans 3 Hoofdstuk 1 Algemeen 4 Artikel 1 Definities

Nadere informatie

Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland,

Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland. Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Waterland. Nr. 120876 17 december 2015 Wijziging van de CAR-UWO gemeente Waterland Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Waterland, overwegende

Nadere informatie

1. [Naam onderneming of natuurlijk persoon], gevestigd te [postcode] [plaats] aan de [straat & nummer], hierna te noemen: 'werkgever',

1. [Naam onderneming of natuurlijk persoon], gevestigd te [postcode] [plaats] aan de [straat & nummer], hierna te noemen: 'werkgever', LET OP: VOOR GEBRUIK IN INDIVIDUELE OF CONCRETE GEVALLEN IS AANPASSING VAN DIT MODEL NODIG. RAADPLEEG SEC ARBEIDSRECHT ADVOCATEN VOOR HET OP MAAT MAKEN VAN HET MODEL VOOR UW BEDRIJF/SPECIFIEKE TOEPASSING

Nadere informatie

Wat regelt de Arbeidstijdenwet?

Wat regelt de Arbeidstijdenwet? Info Arbeidstijden 1. Wettelijk kader 2. CAO VVT 3. CAO Thuiszorg Wettelijk kader Wat regelt de Arbeidstijdenwet? In de Arbeidstijdenwet staat hoe lang u per dag en per week mag werken en wanneer u recht

Nadere informatie

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10

BIJLAGE 3. RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 43 BIJLAGE 3 RELEVANTE WETTELIJKE BEPALINGEN Aan deze bijlage kunnen geen rechten worden ontleend. 3-A Burgerlijk Wetboek 7 Titel 10 Goed werkgever en goed werknemer - Artikel 7: 611 BW (geldt voor alle

Nadere informatie

Collectieve Arbeidsovereenkomst De Heus Per 1 januari 2018 tot en met 31 december 2022

Collectieve Arbeidsovereenkomst De Heus Per 1 januari 2018 tot en met 31 december 2022 Collectieve Arbeidsovereenkomst De Heus Per 1 januari 2018 tot en met 31 december 2022 De Heus Cao De Heus 1 januari 2018 Pag. 1 Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 Definities en algemene afspraken 3 Hoofdstuk 2

Nadere informatie

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven:

In onderstaande tabel is de jaarlijkse arbeidsduur van een reeks jaren weergegeven: BIJLAGE IX VORMGEVING 36-URIGE WERKWEEK 1 Inleiding: In artikel 8 is de arbeidstijd gedefinieerd. Per week werkt een werknemer met een fulltime contract gemiddeld 36 uur. Er zijn diverse mogelijkheden

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen en werkingssfeer. Hoofdstuk 6. Arbeidsduur en arbeids- en rusttijden. Artikel 6.1. Definities vervallen

Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen en werkingssfeer. Hoofdstuk 6. Arbeidsduur en arbeids- en rusttijden. Artikel 6.1. Definities vervallen Hoofdstuk 1. Begripsbepalingen en werkingssfeer 1.1. Begripsbepalingen Artikel 1.1.1. Begripsbepalingen In deze cao wordt verstaan onder:.. p. Vrij van dienst Onder 'vrij van dienst' wordt verstaan: vrij

Nadere informatie

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties

44. Doel 2. Contributie beroepsorganisaties Contributie beroepsorganisaties 44. Doel 2 4.1 Mogelijkheden 2 4.2 Inzet van bronnen 2 4.3 Arbeidsrechtelijke/CAO voorwaarden 2 4.4 Fiscale regelgeving 3 4.5 Fiscale gevolgen, gevolgen voor de zorgverzekering

Nadere informatie

vast te stellen de 19e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt:

vast te stellen de 19e wijziging van de Rechtspositieregeling Brandweer Brabant Noord als volgt: AGP 4e DBVRBN 20140430, bijlage 1 Het Dagelijks Bestuur van de Veiligheidsregio Brabant-Noord, - gelet op het bepaalde in de Gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Brabant-Noord 2011; - gelet op

Nadere informatie

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten

Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Arbeids- en rusttijden voor artsen en arts-assistenten Werken kost energie, zowel fysiek als mentaal. Als het te lang duurt kan het leiden tot oververmoeidheid en verminderde alertheid. Dit is niet goed

Nadere informatie

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten

Rechtspositiereglement. voor werknemers in dienst. van religieuze instituten Rechtspositiereglement voor werknemers in dienst van religieuze instituten 1 INHOUDSOPGAVE ALGEMENE INLEIDING... 7 PROTOCOL... 9 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN... 10 Artikel 1.1 Definities... 10 Artikel

Nadere informatie

Van de T salarisschalen T22 t/m T33 vervalt de garantie-lijn. Hiervoor in de plaats komt één bedrag

Van de T salarisschalen T22 t/m T33 vervalt de garantie-lijn. Hiervoor in de plaats komt één bedrag Bijlage 1 cao Grond: Ontkoppelen van belonen en beoordelen in het A&T salarissysteem AMS/GG.16.090 d.d. 18 juli 2016 I. Aanpassing salarissysteem A&T per 1 lanuari 2017 T salarisschalen: Van de T salarisschalen

Nadere informatie

Bijlage 12: Voorbeelden individuele arbeidsovereenkomsten

Bijlage 12: Voorbeelden individuele arbeidsovereenkomsten Bijlage 12: Voorbeelden individuele arbeidsovereenkomsten Individuele Arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd (met vaste/gemiddelde arbeidsduur per week) De ondergetekenden,.(naam onderneming), gevestigd

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 706 31 januari 2018 Metaal en Techniek Goud- en Zilvernijverheid 2018/2019 Verbindendverklaring gewijzigde CAO-bepalingen

Nadere informatie

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST KONINKLIJK INSTITUUT VOOR DE TROPEN

COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST KONINKLIJK INSTITUUT VOOR DE TROPEN COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST KONINKLIJK INSTITUUT VOOR DE TROPEN Partijen bij deze collectieve arbeidsovereenkomst zijn: 1. De vereniging met volledige rechtsbevoegdheid Koninklijk Instituut voor de

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 15 FEBRUARI 2006 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN

Nadere informatie

- OVEREENKOMST - Min-max-contract

- OVEREENKOMST - Min-max-contract - OVEREENKOMST - Min-max-contract DE ONDERGETEKENDEN: gevestigd te < vestigingsplaats werkgever>in deze vertegenwoordigd door , hierna te noemen Werkgever, en

Nadere informatie

CAO. Arbeidstijden. 18 jaar en ouder. Jonger dan 18 jaar

CAO. Arbeidstijden. 18 jaar en ouder. Jonger dan 18 jaar CAO Wat is een CAO? De afkorting CAO staat voor collectieve arbeidsovereenkomst. De CAO komt tot stand door overleg tussen vakbonden en werkgeversorganisaties. Alle genomen besluiten, met betrekking tot

Nadere informatie

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS

ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS ARBEIDSTIJDEN VOOR AIOS EN ANIOS 2 inhoud BELANGRIJKE DEFINITIES 4 ARBEIDS- EN RUSTTIJDEN OVERZICHT 6 CAO S 8 CAO GGZ 14 SLOTWOORD 19 Per 1 augustus 2011 is het Arbeidstijdenbesluit gewijzigd. De wijziging

Nadere informatie

ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN)

ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN) ARBEIDSOVEREENKOMST MET UITGESTELDE PRESTATIEPLICHT VOOR BEPAALDE TIJD (NUL UREN) DE ONDERGETEKENDEN: De heer/mevrouw.., geboren op 201, wonende aan de. te.., hierna werkgever, Of: De besloten vennootschap

Nadere informatie

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ]

Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] 1. Verzekeringsvoorwaarden Ziektewet en Arbeidsongeschiktheidswet [ binnenland ] Dit is een globaal overzicht van de wet en de ter uitvoering daarvan genomen besluiten, aan dit overzicht kan geen enkel

Nadere informatie

Werktijdenregeling Tilburg University

Werktijdenregeling Tilburg University Werktijdenregeling Tilburg University Artikel 1 Inhoud regeling Naast algemene regels voor de invulling van de werktijden bevat deze regeling nadere regels ter uitwerking van de CAO-bepalingen over de

Nadere informatie

Nummer: 11.0001183. Versie: 1.1. Vastgesteld door het DB d.d. Instemming OR RAV d.d.

Nummer: 11.0001183. Versie: 1.1. Vastgesteld door het DB d.d. Instemming OR RAV d.d. Uitvoeringsregeling artikel 6.10 van de CAO sector Ambulancezorg ( vergoeding consignatiediensten ten behoeve van GHOR-taken ) Regionale Ambulancevoorziening Nummer: 11.0001183 Versie: 1.1 Vastgesteld

Nadere informatie

CAO. Gehandicaptenzorg

CAO. Gehandicaptenzorg CAO Gehandicaptenzorg 14 15 Artikel 4:31 Salarisschalen functiegroepen per 1 juli 2013 Let op! Iedere werknemer heeft recht op tenminste het minimum(jeugd)loon. Salarisschalen functiegroep 5 Salarisschalen

Nadere informatie

Cao Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen per 1 januari 2017

Cao Openbare Bibliotheken Gewijzigde artikelen per 1 januari 2017 Centraal Overleg Arbeidsvoorwaarden Openbare Bibliotheken Cao Openbare Bibliotheken 2015-2019 - Gewijzigde artikelen per 1 januari 2017 Hoofdstuk I Algemene bepalingen Artikel 4 (Aard van de arbeidsovereenkomst)

Nadere informatie

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 19. REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland.

Nadere informatie

Personeelshandboek. el&p Payrolling

Personeelshandboek. el&p Payrolling Personeelshandboek el&p Payrolling Maart 2015 Inhoud 1. Voorwoord... 3 2. Algemene Beschrijving Organisatie... 3 3. Indiensttreding:... 3 4. Salaris:... 3 1. Salaris:... 3 2. Onkostenvergoeding:... 3 3.

Nadere informatie

Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard

Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Krimpenerwaard. Nr. 7429 27 januari 2015 Regeling salaris en vergoedingen medewerkers gemeente Krimpenerwaard 2015 Het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

2013, nr. 19. Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân

2013, nr. 19. Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân Uitgegeven: 3 april 2013 2013, nr. 19 PROVINCIAAL BLAD VAN FRYSLÂN Rechtspostieregeling chauffeurs personenvervoer Provincie Fryslân Gedeputeerde Staten van Fryslân, gelet op de Arbeidstijdenwet, het arbeidstijdenbesluit,

Nadere informatie

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid

Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische bereikbaarheid Regeling vergoeding consignatiediensten en telefonische Nummer: 10.0003457 Versie: 1.0 Vastgesteld door het AB d.d. 7 april 2011 Instemming GO d.d. 7 april 2011 Deze regeling treedt in werking op 1 mei

Nadere informatie

De tijd waarin medewerkers op kantoor werkzaamheden kunnen verrichten.

De tijd waarin medewerkers op kantoor werkzaamheden kunnen verrichten. GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Heerde. Nr. 105373 10 november 2015 Werktijdenregeling gemeente Heerde Het college van de gemeente Heerde, besluit: gelet op artikel 160 van de Gemeentewet;

Nadere informatie

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014

Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Overbetuwe. Nr. 26527 13 mei 2014 Regeling bereikbaarheids- en beschikbaarheidsdienst gemeente Overbetuwe 2014 Ons kenmerk: 12BB00004 De burgemeester van de

Nadere informatie

Arbeidstijden voor aios en anios

Arbeidstijden voor aios en anios Arbeidstijden voor aios en anios powered by: Mercatorlaan 1200 Postbus 20057 3502 LB Utrecht info@dejongespecialist.nl www.dejongespecialist.nl @jongespecialist 3 4 Arbeidstijden voor aios en anios Belangrijke

Nadere informatie

Toelichting arbeidsvoorwaarden

Toelichting arbeidsvoorwaarden Toelichting arbeidsvoorwaarden Maart 2016 1 Inhoudsopgave 1. Inleiding Pagina 3 2. Individueel Keuze Budget (IKB) Pagina 4 3. Functioneringstoelage / uitloopschalen / promotieronde (Cao wijziging) Pagina

Nadere informatie

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Toelichting artikel 1.1, onder n en p

Huidige tekst NRGA Nieuwe tekst NRGA Toelichting bij wijziging. Toelichting artikel 1.1, onder n en p Bijlage bij B&W-flap d.d. 15 december 2015, BD2015-010709 Wijzigingen van hoofdstuk 1, 4 en 6 van de Nieuwe Rechtspositieregeling Gemeente Amsterdam in verband met de invoering van de Nieuwe Werktijdenregeling:

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8913 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 23-12-1997, nr. 247 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie

Functie-indeling en beloningsstructuur Binnendienst Fortis Verzekeringen Nederland N.V.

Functie-indeling en beloningsstructuur Binnendienst Fortis Verzekeringen Nederland N.V. Artikel 1 Definities 1. Werkgever: 2. Vakorganisaties: CNV Dienstenbond, gevestigd te Hoofddorp; FNV Bondgenoten, gevestigd te Utrecht; De Unie, gevestigd te Culemborg; Beroepsorganisatie Banken Verzekeringen

Nadere informatie

Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij

Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij Werktijdenregeling Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij Het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke Regeling MijnGemeenteDichtbij; gelet op artikel 160 Gemeentewet; gelet op instemming

Nadere informatie

Model. Oproepovereenkomst (MUP) Versie 21 februari 2014

Model. Oproepovereenkomst (MUP) Versie 21 februari 2014 Model Oproepovereenkomst (MUP) Versie 21 februari 2014 Deze voorbeeld oproepovereenkomst (MUP) is met veel zorgvuldigheid samengesteld door LTO Nederland. Desondanks kan LTO Nederland niet aansprakelijk

Nadere informatie

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019

REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 REGLEMENT SENIORENREGELING GROOTHANDEL IN BLOEMBOLLEN 2019 Artikel 1 a Toepassing Dit reglement is van toepassing op de Groothandel in Bloembollen zoals bedoeld in artikel 1 sub C. lid 2 cao Colland en

Nadere informatie

AANVULLENDE MAATREGELEN ARBEIDSVOORWAARDEN SCHOONMAKERS FACILITAIR BUREAU GEMEENTE AMSTERDAM

AANVULLENDE MAATREGELEN ARBEIDSVOORWAARDEN SCHOONMAKERS FACILITAIR BUREAU GEMEENTE AMSTERDAM Foto: Ed Blaas AANVULLENDE MAATREGELEN ARBEIDSVOORWAARDEN SCHOONMAKERS FACILITAIR BUREAU GEMEENTE AMSTERDAM 1 Inleiding... 3 2 Algemene bepalingen... 4 2.1 Werkingssfeer... 4 2.2 Voorwaarden aanbieding...

Nadere informatie

Toekenning van aanspraken op de Zorgverlofregeling en van vergoedingen

Toekenning van aanspraken op de Zorgverlofregeling en van vergoedingen REGLEMENT ZORGVERLOF APOTHEKEN INHOUD Definities Doel van de Zorgverlofregeling Aanmelding en Informatieverstrekking Financiering Premiegrondslag Premieheffing Voorwaarden voor gebruikmaking van de Zorgverlofregeling

Nadere informatie

Arbeidstijden voor aios en anios

Arbeidstijden voor aios en anios Arbeidstijden voor aios en anios 2 3 Arbeidstijden voor aios en anios Belangrijke definities 5 Arbeids- en rusttijden overzicht 7 Cao Ziekenhuizen 11 Cao Universitaire Medische Centra 15 Cao GGZ 18 Tot

Nadere informatie

j. volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder k van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling;

j. volledige betrekking: de volledige betrekking als bedoeld in artikel 1:1, eerste lid, onder k van de Collectieve arbeidsvoorwaardenregeling; CVDR Officiële uitgave van Geldermalsen. Nr. CVDR102747_1 8 mei 2018 BEZOLDIGINGSREGELING Burgemeester en wethouders van de gemeente Geldermalsen, gelet op artikel 160 van de Gemeentewet en op het bepaalde

Nadere informatie

Checklist Arbeidstijdenwet

Checklist Arbeidstijdenwet Checklist Arbeidstijdenwet Overtreding van de arbeidstijdenregels heeft doorgaans een bedrijfseconomisch motief. De I-SZW streeft er daarom na om overtreders in hun portemonnee te raken. U kunt dit voorkomen

Nadere informatie

Vragen en Antwoorden over het onderhandelingsakkoord cao Zelfstandige Klinieken Nederland

Vragen en Antwoorden over het onderhandelingsakkoord cao Zelfstandige Klinieken Nederland Pagina 1 van 6 Vragen en Antwoorden over het onderhandelingsakkoord cao Zelfstandige Klinieken Nederland 2019-2020 A. Loonstijgingen 1. In het filmpje zeggen jullie dat deze loonstijgingen echt nodig waren.

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 8639 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 14-11-1996, nr. 221 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VRIJWILLIG

Nadere informatie

ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI MEI (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019

ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI MEI (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019 ADDENDUM NBBU-CAO VOOR UITZENDKRACHTEN 1 JUNI 2014 31 MEI 2019 >>> (8e druk: juli 2018) Addendum: januari 2019 Wijziging artikel 22 lid 6 sub b 6. a. In afwijking van lid 2 kan de uitzendonderneming met

Nadere informatie

Geldend van t/m heden

Geldend van t/m heden IKAP-Regeling rijkspersoneel Geldend van 01-01-2017 t/m heden IKAP-Regeling rijkspersoneel De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Gelet op artikel 21c van het Algemeen Rijksambtenarenreglement

Nadere informatie

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis

Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis Ondergetekenden, Overeenkomst voor het verrichten van dienstverlening aan huis De hulpvrager hierna te noemen, de werkgever (graag alle gegevens hieronder volledig invullen) Voorletters en achternaam :

Nadere informatie

CAO OVERGANGSBEPALINGEN MEBIN ( cao-o )

CAO OVERGANGSBEPALINGEN MEBIN ( cao-o ) CAO OVERGANGSBEPALINGEN MEBIN 2017-2018 ( cao-o ) Deze cao Overgangsbepalingen ( cao-o ) beperkt zich tot die overeengekomen bepalingen en afspraken die afwijken van de cao Mebin die vanaf 1 januari 2017

Nadere informatie

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken.

Een werknemer mag maximaal 12 uur per dienst werken. Per week mag hij maximaal 60 uur werken. DE NIEUWE ARBEIDSTIJDENWET Op 1 april 2007 is de nieuwe arbeidstijdenwet in werking getreden. De regels in de Arbeidstijdenwet zijn vereenvoudigd. Hierdoor krijgen werkgever en werknemer meer mogelijkheden

Nadere informatie

Inleiding. Deze voorbeeld arbeidsovereenkomst is een MUP-contract.

Inleiding. Deze voorbeeld arbeidsovereenkomst is een MUP-contract. Inleiding Een oproepkracht is een werknemer die pas komt werken als u hem oproept. De regels waaraan u zich moet houden, hangen af van de arbeidsovereenkomst die u met de oproepkracht sluit. Veel werkgevers

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID BESLUIT VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID VAN 8 MAART 2005 TOT WIJZIGING VAN HET BESLUIT TOT VERBINDENDVERKLARING VAN BEPALINGEN VAN DE

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID AI Nr. 9370 Bijvoegsel Stcrt. d.d. 15-06-2000, nr. 113 ALGEMEEN VERBINDENDVERKLARING VAN GEWIJZIGDE BEPALINGEN VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST VOOR

Nadere informatie