Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1"

Transcriptie

1 Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

2 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN COMMUNICATIE... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA VAN PABO HVA - EEN OVERZICHT VAN DEZE STUDIEWIJZER... 4 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN TOETSING BLOK HOOFDSTUK 1. THEMAONDERWIJS PEDAGOGIEK... 7 HOOFDSTUK 2. DE BEROEPSOPDRACHT 2.2 OPVOEDEN, OUDERS EN DE SCHOOL HOOFDSTUK 3. KENNIS EN VAARDIGHEDEN - DE VAKCOLLEGES NEDERLANDS: AANVANKELIJK LEZEN, VOORTGEZET TECHNISCH LEZEN EN STELONDERWIJS REK./WISK.: BREUKEN, KOMMAGETALLEN, VERHOUDINGEN EN PROCENTEN (BKVP) REK./WISK.: GECIJFERDHEID VOORBEREIDING LKB KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: DANS EN DRAMA KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: BEELDENDE VORMING KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: MUZIKALE VORMING KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: VAKOPDRACHT KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE ICT: GEVORDERD GEBRUIK VAN SMARTBOARD SCHOOLGEBONDEN LEERTAAK CULTUURPROJECT 2.1 VT: CULTUUR EN HET KIND HOOFDSTUK 4. DE PRAKTIJK VAN HET BASISONDERWIJS HOOFDSTUK 5. PERSOONLIJKE PROFESSIONELE ONTWIKKELING (PPO) HOOFDSTUK 6. PRAKTISCHE INFORMATIE BIJLAGE 1. BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSOPDRACHT 2.2 VT BIJLAGE 2. BEOORDELINGSFORMULIER SCHOOLGEBONDEN LEERTAAK BIJLAGE 3. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT KO BIJLAGE 4. BEOORDELINGSFORMULIER P.P.O. 2.2 VT BIJLAGE 5. DE TAALNORM VAN PABO HVA Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 2

3 BLOK 2.2 Diversiteit: contact en communicatie Kinderen leren de hele dag, zowel op school als thuis, gamend maar ook bij verenigingen. Elke keer ontdekken ze een stukje van de wereld. Het kind leert binnen allerlei verschillende contexten: het gezin, de school en de samenleving. Jij bent als leerkracht een relevante volwassene in de omgeving van het kind, je bent cultuurdrager en -overdrager, een tussenpersoon tussen de leefwereld van het kind en de grote wereld, maar je bent natuurlijk niet de enige bron. Ouders spelen immers de belangrijkste rol in het leven van hun kind en zij zijn dus ook van grote betekenis voor de ontwikkeling en het leren. Daarnaast hebben ook peers en de media veel invloed. Een leerkracht heeft daarom kennis van en inzicht in (de samenhang tussen) deze contexten nodig. In je toekomstige beroep krijg je immers te maken met een zeer divers samengestelde samenleving en je zult dus met allerlei kinderen en ouders werken. Daarbij staat altijd de optimale ontwikkeling van ieder kind centraal. Zoals je ongetwijfeld zult hebben gemerkt, zijn er soms flinke verschillen tussen kinderen qua leren en ontwikkeling, maar ook qua achtergrond. Waarschijnlijk beginnen je die verschillen zelfs steeds meer op te vallen en word je je daar bewuster van. Die verschillen betekenen - naast de differentiatie in de les - iets voor de wijze waarop jij contact hebt met het kind. Soms moet je je communicatie aanpassen wil je écht contact krijgen met een kind. Als toekomstig leerkracht in de grote stad is het belangrijk dat je op een goede manier met de diversiteit in je groep leert omgaan. Daar gaan we ons dit blok vooral op richten. Je leert onder andere over interculturele communicatie, over het omgaan met verschillende ouders en over strategieën die je kunt hanteren in gesprekken Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 3

4 Hoe ver ben je met de opleiding? Je hebt inmiddels al enige ervaring opgedaan in het basisonderwijs en je kent een aantal verschillende methoden en technieken om leren en ontwikkelen te stimuleren. We richten ons in dit blok op het omgaan met de diversiteit binnen jouw groep en houden ons daarbij in eerste instantie met name bezig met het bevorderen van contact en communicatie. 1 Kennismaken met onderwijs en met de stad Amsterdam 1.1 Amsterdams onderwijs in beeld Kind in de grote stad / Leerkracht in de grote stad 1.2 Lesgeven over Amsterdam 1.3 Leren door te spelen 1.4 Heden en verleden van het Nederlandse basisonderwijs Praktijk Bovenbouw Bovenbouw Onderbouw (accent groep 1 en 2) Onderbouw (accent groep 1 en 2) 2 Differentiatie in opvoeden en onderwijzen 2.1 Leren en ontwikkelen stimuleren 2.2 Diversiteit: contact en communicatie Kinderen leren op verschillende manieren 2.3 Leren in en met de groep 2.3 De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Praktijk Onderbouw (accent groep 3 en 4) Onderbouw (accent groep 3 en 4) Bovenbouw Bovenbouw 3 Hanteren van verschillen tussen kinderen in onder-/ bovenbouw 3.1 Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep, in onder- c.q. bovenbouw 3.2 Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school Praktijk Onderbouw/bovenbouw Onderbouw/bovenbouw Minor 4 Verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.1 Eigen (LiO)-groep: verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.2 (Eigen) onderwijs ontwikkelen en verantwoorden Voorbereiden overgang naar het werkveld 4.3 Voorbereiden overgang naar het werkveld 4.4 Voorbereiden overgang naar het werkveld _ Praktijk Lint LIO, bouw specialisatie Lint LIO, bouw specialisatie Lint LIO, bouw specialisatie Lint LIO, bouw specialisatie Het onderwijsprogramma van Pabo HvA - Een overzicht van deze studiewijzer Ieder lesblok wordt het onderwijs op de pabo verzorgd rondom een specifiek thema. Dit keer is dat Contact en communicatie. In deze studiewijzer staat te lezen wat je kunt verwachten. Ieder blok is in feite schematisch op te delen in vier onderdelen. Het themaonderwijs, dat in het schema hieronder in het gele vak is aangegeven, bestaat uit hoorcolleges, werkcolleges en practica, waarvan de kennis wordt getoetst in de thematoets (zie hoofdstuk 1 van deze studiewijzer). Daarnaast werk je het gehele blok aan een beroepsopdracht. Deze opdracht vormt de schakel tussen de kennis en vaardigheden die je tijdens de colleges opdoet (links in het schema), en de praktische toepassing van die kennis voor de klas ('Praktijk', rechts in het schema) - vandaar ook dat de beroepsopdracht in het schema in het midden is geplaatst. Het beroepsproduct dat je aan het eind van dit blok oplevert, heeft altijd een directe link met het werken in de klas en in de school (zie hoofdstuk 2). De vakinhoudelijke kennis en vaardigheden staan ook in het teken van het blokthema. Je volgt vakcolleges en je oefent je vaardigheden in de verschillende vakdomeinen. In hoofdstuk 3 zijn alle vakken die je dit blok gaat volgen uitgebreid beschreven, alsmede de literatuur die je ervoor nodig hebt, en alle andere relevante informatie Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 4

5 Let op: het is van belang dat je weet dat sommige, verschillende vakken vallen onder dezelfde studiegidscode, die steeds als één eenheid worden getoetst. Aan het begin van hoofdstuk 3 van deze studiewijzer leggen we dat nog eens helder uit. Natuurlijk loop je dit blok ook weer mee in de praktijk van het basisonderwijs, te weten in de onderbouw. Hoewel alle informatie daarover in de praktijkgids vermeld staat (die is te downloaden via intranet) worden de belangrijkste zaken met betrekking tot de praktijk voor het komende blok in hoofdstuk 4 van deze studiewijzer nog even op een rijtje gezet. Tijdens de persoonlijke en professionele ontwikkeling (te vinden onderaan het schema, hoofdstuk 5 van deze studiewijzer) word je begeleid door jouw kerndocent. Deze ondersteunt je bij het uitvoeren van de beroepsopdracht, ziet toe op je studievoortgang en koppelt je stage-ervaringen aan de opleiding. Beknopt overzicht studieprogramma en toetsing blok 2.2 Het onderwijsprogramma voor dit blok ziet er als volgt uit: Pedagogiek/Themalijn 2.2 Thema: Diversiteit: contact en communicatie Kennis en Vaardigheden Vaktoets Rek./Wisk. (BKVP) 2.2 Vaktoets KO 2.2 Beroepsopdracht Beroepsopdracht 2.2 Praktijk Praktijk 2.2 (stagebeoordeling) Persoonlijke en Professionele Ontwikkeling P.P.O Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 5

6 In het schema hieronder zie je een overzicht van de te behalen studiepunten voor dit blok. STUDIESCHEMA PABO e JAAR BLOK 2.2 VT STUDIEONDERDELEN: Studiepunten: BLOK 2.2 Vaktoets Pedagogiek/Themalijn Vaktoets KO Vaktoets Rekenen/Wiskunde BKVP Beroepsopdracht Praktijk P.P.O TOTAAL STP. BLOK Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 6

7 HOOFDSTUK 1. Themaonderwijs pedagogiek SIS-code: Pedagogiek/Themalijn 2.2 (thematoets) INLEIDING - In deze onderwijsperiode staat de samenwerking met ouders in een multiculturele samenleving centraal. Begrippen als superdiversiteit, ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie en educatief partnerschap worden uitgebreid besproken. Door het voeren van verschillende rollenspelen ervaren de studenten hoe je als leerkracht kunt aansturen op een samenwerking met ouders, waarin je tevens je grenzen moet kunnen bewaken. Leerdoelen Je hebt kennis van grootstedelijke thema's die spelen in Amsterdam. Je kent de begrippen (die te maken hebben met) superdiversiteit, ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie en educatief partnerschap. Je kunt benoemen welke factoren van invloed zijn op de betrokkenheid van ouders bij hun kind en school. Je kunt benoemen wat er vanuit onderzoek bekend is over de effecten van ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie en educatief partnerschap. Je kunt benoemen wat succesfactoren zijn in de samenwerking met ouders. Je kunt het belang van een goede samenwerking tussen ouders en school beschrijven. Je weet wat diversiteit inhoudt en kunt voorbeelden geven hoe een leerkracht zijn handelen kan afstemmen op (culturele) diversiteit van zowel leerlingen als ouders. Je kunt benoemen hoe je als leerkracht kunt aansturen op samenwerking en dialoog met ouders. Je kunt de culturele dimensies van Hofstede uitleggen. Leerdoelen die worden geoefend in de les, maar niet worden getoetst: Je kunt benoemen hoe je een oudergesprek structureert. Je oefent gespreksvaardigheden om in rollenspelen aan te sturen op een samenwerking met ouders. Je herkent gespreksvaardigheden in gefilmde oudergesprekken. Het programma Elk college bestaat uit twee college-uren. Het eerste uur wordt er ingegaan op de theorie. In het tweede uur bekijken we gefilmde oudergesprekken en/of gaan we zelf rollenspelen voeren waarin het gesprek tussen leerkracht en ouder centraal staat. Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf Les 1: Ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie en educatief partnerschap Als je in wilt gaan op de relatie/samenwerking met ouders, moet je eerst weten wat de verschillende begrippen inhouden. In dit college wordt aandacht besteed aan ouderbetrokkenheid, ouderparticipatie en educatief partnerschap en bespreken we wat er vanuit onderzoek bekend is over de effecten hiervan. Les 2: Samen werken en leren in de grote stad: superdiversiteit Ron Oostdam en Peter de Vries (2014). Samen werken aan leren en opvoeden. Hoofdstuk 1 en 2 Kort college bekijken van Ron Oostdam behorende bij deze hoofdstukken (staat op studiedeel van dit vak) Dit college is een inleiding op het thema superdiversiteit. Steeds meer aandacht gaat uit naar het actief betrekken van ouders bij het onderwijsleerproces van hun kind op school. Scholen en leraren hebben een sleutelpositie als het gaat om het bevorderen van de samenwerking met ouders en een goede uitwisseling van informatie over wat er op school en thuis gebeurt. Amsterdam is een multiculturele stad. Hoe betrek je ouders in een multiculturele school en wat zijn factoren die van invloed zijn op de betrokkenheid van ouders bij school en bij hun kind? Crul, M. R. J., Uslu, G., & Lelie, Z. (2016). Superdiverse schoolklassen: een nieuwe uitdaging voor docenten. In R. Fukkink, & R. Oostdam (Eds.), Onderwijs en opvoeding in een stedelijke context Van startbekwaam naar stadsbekwaam (pp ). Coutinho. Hofstede, G. (2002). Culturele diversiteit in de Nederlandse samenleving. Justitiële verkenningen, jrg. 28, nr. 5, 2002 Beide artikelen worden beschikbaar op dit studiedeel van mijnhva.nl Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 7

8 Les 3: Het belang van samenwerken met ouders In deze les wordt ingegaan op de ouder. Wat voor mensen zijn ouders eigenlijk? Wat zijn gezins- en familiesystemen waar een kind deel van uitmaakt? Wat weten we over de relatie tussen een ouder en een kind en waarom is het zo belangrijk deze relatie te respecteren als leerkracht? Tijdens deze les worden verschillende vraagstukken besproken met betrekking tot de samenwerking tussen ouders en school. Ron Oostdam en Peter de Vries (2014). Samen werken aan leren en opvoeden. Hoofdstuk 3 en 4 Kennisclips bekijken behorende bij deze hoofdstukken (staan op studiedeel van dit vak) Artikel De Driestappenmethode uit Interculturele communicatie, een stap verder - David Pinto (beschikbaar via mijnhva.nl) Les 4: Succesfactoren in contacten met ouders In dit college staat centraal hoe je als leerkracht vorm kunt geven aan educatieve samenwerking. Hoe kun je een uitnodigend schoolklimaat creëren voor kinderen én hun ouders? Welke mogelijkheden van moderne media in samenwerking met ouders zijn er en hoe kunnen die worden ingezet? Hoe kun je als schoolteam de educatieve samenwerking tot een succes maken? We gaan dieper in op de rol die jij hebt als gesprekspartner van de ouder. Wat betekent het voor jouw handelen in de praktijk? Welke houding en vaardigheden heb ik nodig om er voor te zorgen dat de ouder zich op zijn gemak voelt en zich gehoord voelt? Wat zijn de succesfactoren in het contact met ouders? In deze les leer en ervaar je hoe je proactief ouders als partner kunt betrekken bij de school. Ron Oostdam en Peter de Vries (2014). Samen werken aan leren en opvoeden. Hoofdstuk 7, 8 en 9 Kennisclips bekijken behorende hoofdstuk 8 (staan op studiedeel van dit vak) Vries, P. de. (2015). E-book Ouderbetrokkenheid 3.0. Amersfoort: CPS Beschikbaar op dit studiedeel van mijnhva.nl Les 5: Afstemmen tussen ouders en school In deze les leer je hoe je als leerkracht het contact met ouders vorm geeft. Hierbij wordt ingezoomd op de visie op de samenwerking met ouders en op de verschillende manieren om met ouders te communiceren met als doel samen te werken met de ouders. Specifiek wordt ingegaan op het betrekken van vaders bij school. Ron Oostdam en Peter de Vries (2014). Samen werken aan leren en opvoeden. Hoofdstuk 5, 6 en 7 Kennisclips bekijken behorende bij deze hoofdstukken (staan op studiedeel van dit vak) Les 6: Communicatie tussen ouders en school Goede communicatie draagt er toe bij dat ouders en school hun verwachtingen op elkaar afstemmen en samenwerken bij de ontwikkeling en het leren van kinderen. In dit college wordt er ingegaan op hoe je het gesprek moet voeren, wanneer er zorgen zijn over het kind, vanuit school en/of vanuit de ouders. Ron Oostdam en Peter de Vries (2014). Samen werken aan leren en opvoeden. Hoofdstuk 10 en 11 Toetsing De leerdoelen die bij het themaonderwijs horen worden getoetst in de thematoets (raadpleeg je rooster). Het betreft een schriftelijk tentamen dat zal bestaan uit 40 meerkeuzevragen. De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. De toets wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed is beantwoord Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 8

9 Literatuur / toetsstof Oostdam, R en Vries, P. de. (2014) (red.) Samen werken aan leren en opvoeden. Bussum: Uitgeverij Coutinho: Hoofdstuk 1: Samen werken aan leren en opvoeden Hoofdstuk 2: Effecten van samenwerking tussen ouders en school Hoofdstuk 3: Ouders voor altijd Hoofdstuk 4: Ouders en school: een systeembenadering Hoofdstuk 5: Pedagogische samenwerking Hoofdstuk 6: Betrokkenheid van vaders Hoofdstuk 7: Welkom op school! Hoofdstuk 8: Ouders en moderne media Hoofdstuk 9: Tien succesfactoren in de samenwerking tussen school en ouders Hoofdstuk 10: Communicatie tussen ouders en school Hoofdstuk 11: Samenwerken met ouders als er zorgen over hun kind zijn Artikelen: Crul, M. R. J., Uslu, G., & Lelie, Z. (2016). Superdiverse schoolklassen: een nieuwe uitdaging voor docenten. In R. Fukkink, & R. Oostdam (Eds.), Onderwijs en opvoeding in een stedelijke context Van startbekwaam naar stadsbekwaam (pp ). Coutinho. Hofstede, G. (2002). Culturele diversiteit in de Nederlandse samenleving. Justitiële verkenningen, jrg. 28, nr. 5, Pinto, G. (2012). Interculturele communicatie. Een stap verder. Dubbelperspectief en driestappenmethode. Blz Vries, P. de. (2015). E-book Ouderbetrokkenheid 3.0. Amersfoort: CPS. Alle hierboven genoemde artikelen worden (via een link) beschikbaar gesteld op het studiedeel Pedagogiek Themalijn 2.2 van mijnhva.nl. Inhoud van de PowerPoints van de colleges Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 9

10 HOOFDSTUK 2. De beroepsopdracht 2.2 Opvoeden, ouders en de school SIS-code: Beroepsopdracht 2.2 Juf Liesbeth is nog steeds stomverbaasd. Vanmorgen in de rekenles was Bas wel heel erg brutaal tegen haar geweest, een jongen uit groep 3! Zo jong, zulke woorden, vertelde ze geschrokken haar collega Justin tijdens de pauze, ik wist me werkelijk geen raad. Soms lijkt het wel of de opvoeding van die kinderen volledig op ons bordje terecht is gekomen. Onzin, vindt Justin: Je moet daar de ouders juist op aanspreken, die zijn verantwoordelijk, niet wij. Wij zijn er voor het onderwijs en het leren van het kind. Liesbeth is het niet met hem eens: Je kunt onderwijs en opvoeding toch niet scheiden, dat is praktisch hetzelfde. Ook collega Fatima mengt zich in het gesprek. Volgens haar ligt het nog genuanceerder. Ze haalt de pedagoge Judith Harris aan, die beweert dat de opvoeding door ouders en leerkrachten vaak schromelijk overschat wordt. Het zijn juist de leeftijdsgenoten in de directe omgeving van het kind die de opvoeding van het kind bepalen. Bas heeft die woorden waarschijnlijk opgepikt van de oudere kinderen op het speelpleintje, of misschien wel van tv. Wie heeft er volgens jou gelijk? Waar vindt de opvoeding van het kind plaats? Is dat de school, de ouders of juist bij de kinderen in de buurt? We kunnen hier spreken van de pedagogische driehoek. Wat is jouw visie daarop? Waardoor worden de kinderen het meest beïnvloed? En hoe hangt dat alles samen? Wat is de rol van de televisie en tegenwoordig het internet? Wat verwachten de ouders van de school, en wat mag de school van de ouders verwachten? INLEIDING - Kinderen leren niet alleen op school, onder de invloed van de leerkracht. Ook thuis en in de buurt wordt er geleerd. Hoe hangen deze werelden met elkaar met samen? Als leerkracht krijg je niet alleen te maken met de kinderen in de klas, maar ook met ouders/verzorgers. Tegenwoordig wordt er steeds vaker gesproken van educatieve samenwerking. Dit begrip en de rollen die ouders hebben, maar ook de rol die de school heeft bij de opvoeding van het kind, staan centraal in deze beroepsopdracht. Daarnaast wordt aandacht besteed aan onderwijzen versus opvoeden. Eerst interview je een ander teamlid dan je mentor over de rol van de school ten aanzien van opvoeden. Daarna ga je in gesprek met een aantal ouders (3) en schetst verwachtingen ten aanzien van opvoeden. De volgende hoofdvraag hoort bij deze beroepsopdracht: Wat zijn de overeenkomsten tussen de verwachtingen van ouders en de verwachtingen van de school over de rol van de school ten aanzien van opvoeden? Je formuleert zelf de deelvragen: één deelvraag gaat over de verwachtingen van de school over hun rol in het opvoeden, één deelvraag gaat over educatieve samenwerking en één deelvraag gaat over de verwachtingen van ouders ten aanzien van opvoeden. Daarnaast formuleer je een eigen deelvraag met betrekking tot je eigen criterium. Leerdoelen Je kunt een interview met ouders en een teamlid opstellen, afnemen en analyseren. Je kunt interviews afnemen waarin meerdere aspecten van educatieve samenwerking naar voren komen. Je kunt de gegevens uit de interviews koppelen aan theorie over educatieve samenwerking. Je vormt een eigen visie op de rol van de school met betrekking tot opvoeden, leren en ouderbetrokkenheid in samenhang met het type school en kan deze uitleggen aan anderen. Het programma Bijeenkomsten Week: 1: Inleiding: opvoeden en onderwijzen; is er verschil en zo ja, wat is het verschil? We bespreken de beroepsopdracht en gaan in op de begrippen onderwijzen en opvoeden. Jouw activiteiten vooraf Lees de studiewijzer (mijnhva.nl). Lees het artikel van de mijnhva.nl van De Winter of kies een eigen artikel met betrekking tot opvoeden en onderwijzen. Formuleer in vijf zinnen je mening op basis van een Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 10

11 artikel: is er een verschil tussen opvoeden en onderwijzen en wat is dan het verschil? Week: 2: Opvoeden en rol van de school. Meenemen deelvragen. We kijken aan de hand van definities van verschillende pedagogen naar opvoeden. Daarnaast bespreken we de rol van de school in het opvoeden. Hierbij komt het interview met het teamlid aan bod. Week: 3: Een stap voorwaarts. Week: 4: Schoolontwikkelingsmodel en het duiden van ouders. Neem de schoolgids van je eigen stageschool mee. Typering van scholen. Er zijn verschillende typen scholen met betrekking tot ouderbetrokkenheid te onderscheiden. Op grond van het schoolontwikkelingsmodel gaan we kijken naar verschillende scholen. Tevens duiden we de rol van ouders op verschillende wijzen. Week: 5: Feedback op producten stap 1 en 2. Hier komt ook het analyseren van de interviews aan bod, dus ook als je nog niet alle deelproducten af hebt is dit een zinnige les. Neem product stap 1 en 2 mee. Week: 6: Eindproduct. We gebruiken deze les om elkaar feedback te geven op het voorlopige eindproduct. Neem je product mee met twee vragen aan de hand van het beoordelingsformulier. Je kiest dus twee rubrics uit het beoordelingsformulier. Naast de begeleiding die je ontvangt van je kerndocent volg je tevens drie practica in het kader van deze beroepsopdracht. Dit zijn specifieke trainingen, waar je vaardigheden leert die jou direct ondersteunen bij het uitvoeren van de beroepsopdracht. Daarnaast heb je deze vaardigheden nodig in de praktijk van het basisonderwijs, dus voor je ontwikkeling tot leerkracht basisonderwijs. Practica De practica kennen in elk blok dezelfde verdeling. Er worden drie practica gegeven, waarvan er één gaat over pedagogisch klimaat, één over didactiek en één over gespreksvaardigheden. Bijeenkomsten 1. Pedagogisch klimaat: Groepsdynamica Je kijkt tijdens dit practicum heel gericht naar de rol van de leerkracht, zowel die van je mentor als je eigen rol. We maken hierbij gebruik van de Roos van Leary Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 11

12 2. Gespreksvaardigheden: Communicatie met kinderen en ouders In dit practicum komen de laatste basisgespreksvaardigheden aan bod, nl. Hardop denken en situatie verduidelijken. Er wordt geoefend met een rollenspel, waarin een leerkracht een gesprek voert met een ouder. Ter voorbereiding op dit practicum kunnen de studenten de kennisclips bekijken van Hardop denken en Situatie verduidelijken. Deze staan bij het studiedeel Practica. 3. Didactiek: Differentiatie Welke manieren, werkvormen heb je tot je beschikking om te differentiëren? In dit practicum zet je een les om naar het ADI-model. Specifiek aandacht besteden we aan de fase begeleid inoefenen. De beroepsopdracht Eindproduct Maak een product waarin je laat zien wat de overeenkomsten zijn tussen verwachtingen van jouw stageschool en de verwachtingen van de ouders als het gaat om opvoeden. Dit doe je aan de hand van de gehouden interviews. Je houdt in jouw analyse rekening met de achtergronden, de opvoedingsdoelen van ouders en de mate van ouderbetrokkenheid. Je formuleert een eigen visie op de rol van de school op het gebied van opvoeden en op ouderbetrokkenheid. Je onderbouwt deze visie met tenminste één bron. Stap 1 Je beschrijft een theoretisch kader (maximaal 1500 woorden) en hierin geef je een gekozen definitie van het begrip opvoeden, gebaseerd op (de aangedragen) theorie. In het theoretisch kader komen de volgende onderwerpen naar voren: de opvoedingsdoelen, de verschillende niveau van de ouderbetrokkenheid en het schoolontwikkelingsmodel voor ouderbetrokkenheid. Stap 2 Je maakt een interviewprotocol voor gesprekken met drie ouders met verschillende culturele achtergronden. Je stelt een interviewprotocol op voor het interview met een teamlid over de rol van de school binnen het gebied opvoeding. In het protocol staan gegevens als; doel van het interview, type interview, ruimte, plaats, tijd, organisatie, vragenlijst en verwerking. Beoordelingscriteria Het eindproduct wordt beoordeeld op basis van de volgende criteria: De student heeft interviews professioneel opgesteld voor ouders en een teamlid die meerdere aspecten van educatieve samenwerking bevatten. De student koppelt de data van het interview met een teamlid aan zijn eigen theoretisch kader en geeft duidelijk weer welke rol de school ziet in het opvoeden van de kinderen. De student koppelt de data van de interviews met de ouders aan het theoretisch kader en geeft duidelijk weer welke rolverdeling de ouders zien tussen hen en de school. Het product bevat een eigen visie op de rol van de school op het gebied van opvoeden en ouderbetrokkenheid. Eigen criterium (haalbaar en in relatie tot het thema): Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 12

13 Deze criteria worden getoetst aan de hand van het beoordelingsformulier in bijlage I. Let op: voldoende beoordeelde producten worden opgenomen in het portfolio. Een geactualiseerd portfolio geldt als voorwaarde voor het functioneringsgesprek met de kerndocent aan het eind van het semester Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 13

14 HOOFDSTUK 3. Kennis en vaardigheden - de vakcolleges INLEIDING - Dit onderdeel van de studiewijzer beschrijft de vakcolleges die je dit blok gaat volgen. Iedere beschrijving hieronder is op dezelfde wijze gestructureerd. We beginnen met een korte inleiding. Dan volgt steeds een beschrijving van de leerdoelen en een schema met het programma. Dit schema is opgedeeld in een kolom met daarin het onderwerp van het college en een korte beschrijving van de inhoud. Daarnaast een kolom waarin de voorbereiding staat vermeld die dat van je vraagt. Verder vind je informatie over de toetsing en een overzicht van de bestuderen literatuur en de toetsstof. De vakken Kunstzinnige vorming en bewegingsonderwijs worden getoetst in één gezamenlijke vaktoets. Hetzelfde geldt voor de vakken Mens & Wereld Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 14

15 3.1 Titel: Nederlands: aanvankelijk lezen, voortgezet technisch lezen en stelonderwijs SIS-code: Vaktoets Nederlands 2.3 INLEIDING Daar zitten ze dan, in groep 3: keurig aan tafeltjes, het spelen en het open leren van de kleuterklassen lijkt voorbij. In groep 3 komen er opeens veel meer formele instructiesituaties voor, met name de klassieke instructie van het schrijf- en leesproces, waarbij de nadruk ligt op de techniek van het leren lezen. Veel kinderen zijn enorm gemotiveerd om te leren lezen en schrijven, maar raken gedemotiveerd als het lezen te eenzijdig wordt benaderd als slechts een techniek die geleerd moet worden. In groep 4 doen veel kinderen frustrerende ervaringen op met begrijpend lezen omdat hun technische leesvaardigheid nog onvoldoende is ontwikkeld. Daardoor zijn zij vooral bezig met het decoderen en kunnen zij zich onvoldoende richten op de inhoud van de tekst. Het is belangrijk dat de leerkracht zich hiervan bewust is. Wanneer het gaat om het leren sturen van het leesproces en het leren gebruiken van leesstrategieën biedt deze daarom teksten aan die leerlingen technisch goed beheersen. In dit blok verwerf je inzicht in en kennis van het lees- en stelonderwijs op de basisschool met de daarbij behorende didactiek en methodiek van aanvankelijk lezen en stellen en voortgezet lezen en stellen. De leestechniek van het aanvankelijk lezen wordt aan de orde gesteld. Er is aandacht voor de kerndoelen voor lezen en stellen, woordidentificatietechnieken en verschillende vormen van lezen. Leerdoelen Je kent de theorie over geletterdheid, aanvankelijk en voortgezet technisch lezen. Je kent de theorie over leesproblemen en dyslexie. Je kent de theorie over stelonderwijs. Je bent in staat om rijke taallessen op het gebied van lezen en stellen te ontwerpen, waarin je ook tegemoet komt aan taalzwakke leerlingen. Het programma Bijeenkomsten 1. Wat is geletterdheid? In deze les gaan we in op de belangrijkste begrippen/ theorieën omtrent geletterdheid en het aanvankelijk technisch lezen. 2. Aanvankelijk lezen In groep 3 leren de meeste kinderen lezen, ze leren de schriftcode breken. Hoe dat proces in zijn werk gaat en welke aspecten daarbij een rol spelen is onderwerp van deze les. 3. Voortgezet technisch lezen Eén ding is zeker: goed lezen is veel lezen, kilometers maken dus. Voortgezet technisch lezen kent verschillende manieren. De verschillende vormen (waaronder het AVI-lezen) worden in deze les besproken. Daarnaast komen de kenmerken van een goede lezer aan de orde. 4. Leesproblemen en dyslexie Tijdens deze les bespreken we de kenmerken van leesproblemen en dyslexie. Daarnaast bekijken we welke interventies je als leerkracht kunt inzetten. Jouw activiteiten vooraf Je bestudeert: Paus et al. (2014). Portaal. Hoofdstuk 5.1 Je bestudeert: Paus et al. (2014). Portaal. Hoofdstuk 5.2 Je bestudeert: Paus et al. (2014). Portaal. Hoofdstuk 5.3 Op tule.slo.nl: Nederlands kerndoel 4A. Op het domein lezen. Je bestudeert: Hoofdstuk 1, 3 en 4 van de publicatie op: n_en_dyslexie_in_het_basisonderwijs.pdf Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 15

16 5. Stelonderwijs in de middenbouw I Stellen is het gericht maken van teksten. Vanaf groep 5 moeten kinderen zich daarin oefenen. Hoe dat proces verloopt, wordt dit college besproken. 6. Stelonderwijs in de middenbouw II. In dit college gaan we verder in op het stelonderwijs. Tijdens deze les worden de stelvaardigheden van kinderen besproken. Je bestudeert: Paus et al. (2014). Portaal. Hoofdstuk 6.1 en 6.2. Op het domein schrijven. Op tule.slo.nl: Nederlands kerndoel 9 (het gedeelte voor de middenbouw). Je bestudeert: Paus et al. (2014). Portaal. Hoofdstuk Mondelinge communicatie; wat zend je als leraar uit en hoe spreek je gezond en effectief In dit werkcollege gaat de logopedist in op de eisen aan je eigen manier van spreken voor de klas. Hoe houdt je dit het beste vol en hoe boei je de kinderen met je stem en manier van spreken. Tijdens deze les krijg je zowel de nodige informatie als ook handige oefeningen en adviezen om je spreken op conditie te houden of wellicht te verbeteren. Je kunt je daarna opgeven voor een aantal thematische vervolgworkshops ( houding, adem/stemgebruik, spreken) Je bestudeert: e-logopedie-pabo.aspx, documenten, naslagwerk, oefeningen Aanbevolen: Dinger, T & Smit, M. (2001) Expressiever en gemakkelijker spreken. Hoe experimenteer ik met mijn spreekgedrag? Bussum: Coutinho. Dit boekje is te leen in de mediatheek. Bekijk via de index de hoofdstukken die relevant voor je zijn Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van Nederlands 2.3. Deze onderwijseenheid wordt getoetst in de vaktoets van blok 2.3. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). Dit tentamen wordt digitaal afgenomen. Literatuur / toetsstof Paus, H. (Red.) (2014). Portaal, praktische taaldidactiek voor het basisonderwijs. Bussum: Coutinho. Hoofdstuk 5.1: Achtergrondkennis. Hoofdstuk 5.2: Ontwikkelingslijnen van lezen. Hoofdstuk 5.3: Didactiek van lezen. Hoofdstuk 6.1: Achtergrondkennis. Hoofdstuk 6.2: Ontwikkelingslijnen van schrijven. Hoofdstuk 6.3: Didactiek van schrijven. Druenen, M. van, Gijsel, M., Scheltinga, F. en Verhoeven, L. Leesproblemen en dyslexie in het basisonderwijs. Handreiking voor aankomende leerkrachten. Expertisecentrum Nederlands, Te downloaden via: Hoofdstuk 1: Onderkenning van lees- en spellingproblemen en dyslexie. Hoofdstuk 3: Signaleren van lees- en spellingachterstanden. Hoofdstuk 4: Begeleiding bij lees- en spellingproblemen. de domeinen lezen en schrijven. Alle collegestof, dat wil zeggen de PowerPoints (mijnhva.nl) alsmede de uitgereikte materialen Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 16

17 3.2 Titel: Rek./wisk.: breuken, kommagetallen, verhoudingen en procenten (bkvp) SIS-code: Vaktoets Rekenen/Wiskunde 2.2 BKVP INLEIDING Dit is deel 2 van het omvangrijke gebied van Breuken, Kommagetallen, Verhoudingen Procenten (BKVP). In het voorafgaande blok stonden verhoudingen en breuken centraal. In dit blokbouwen hierop voort en komen procenten en kommagetallen aan de beurt. Je kennis van de alle vier de domeinen tezamen wordt in één toets - vaktoets aan het eind van blok 2 gepeild. De leerlijn van Breuken, Kommagetallen, Verhoudingen Procenten (BKVP) start in de onderbouw met een kwalitatieve benadering van het begrip verhoudingen en eindigt in groep 8 met het kunnen hanteren van formele oplossingsstrategieën voor BKVP-gerelateerde opgaven. Vanaf groep 6 wordt de leerstof en didactiek van verhoudingen verstrengeld met die van breuken. In de groepen 7 en 8 gevolgd door procenten en kommagetallen. Leerlingen worden geacht om hun kennis van verhoudingen, breuken, kommagetallen en procenten uiteindelijk in samenhang te kunnen toepassen. Heeft de schaal op een landkaart ook met verhoudingen te maken? Wat is het verband tussen 3/4, 75% en 0,75 en hoe leren kinderen dat? Waarom mag voor de berekening van de nieuwe prijs bij een korting van 10% de oude prijs vermenigvuldigd worden met 0,9? Wat is meer 5/6 of 80%? En dan nog de volgende uitspraak: Vorig jaar bedroeg de werkloosheid van de beroepsbevolking 5%, dit jaar is dat 6 %. Mag je dan zeggen: de stijging is 1 %? Ja, als je het absolute verschil in werkloosheid wenst uit te drukken. Niet, als je wilt uitdrukken met welk percentage de werkloosheid dit jaar is toegenomen ten opzichte van het voorafgaande jaar. Die is namelijk 1/5 x groter geworden, en dus met 20 %-punt toegenomen. Tenslotte wordt in de bovenbouw het begrip van kommagetallen verdiept met het idee van decimale verfijning. Vragen als waarom het nodig is om met meer dan twee cijfers achter de kommagetallen te werken en hoe daarmee te rekenen staan centraal. Didactisch gezien betekent het een hele opgave om op deze en de volgende zaken in te spelen. Het verstrengelen van alle leerlijnen van de deelgebieden; Het in lijn brengen van de verschijningsvormen, contexten, modellen, wiskundetaal, en rekenregels Ervoor zorgen dat de leerlingen zich nieuwe begrippen, wiskundetaal en notatievormen eigen gaan maken; Bewaken dat de kerndoelen bereikt worden; en rekening houden met verschillen in rekenniveau. Een geweldige uitdaging waarin een beroep wordt gedaan op al je kennis, kunde en creativiteit. Het spreekt vanzelf dat een goed niveau van basale gecijferdheid een voorwaarde vormt om dit voor elkaar te krijgen. Leerdoelen Je kent de leerlijnen, tussendoelen en onderwijskaders voor de onderbouw, de middenbouw en de bovenbouw op het gebied van BKVP. Je herkent de relaties tussen de verschillende gebieden van BKVP en kunt deze benoemen. Je kent de didactische aanpakken voor dit domein en kan ze in praktische situaties herkennen. Je kunt oplossingsstrategieën herkennen en uitleggen op de drie niveaus: context, model en formeel Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 17

18 Het programma Bijeenkomsten 1. Verschijningsvormen van procenten Procenten kon je tegen bij korting of bij alles wat met rente te maken heeft, zoals bijvoorbeeld in het geval van inflatie. Je komt procenten ook tegen als deel van geheel, deel van een hoeveelheid, verdelingen, toename en afname van prijzen. Het procentbegrip kent net als breuken veel aspecten. Met procenten kun je ook rekenen en die mag je net als breuken niet altijd zomaar optellen. En percentages kun je zien als verhoudingsgetallen. Maar ook als kans. Klopt het dat de kans op regen in het weekend 100% als de kans op zowel zaterdag als zondag dat het regent 50 % is. 2. Procenten in de basisschool Deze les staat in het teken van een practicum rond de leerlijn procenten. Herken je de opbouw van deze lijn in een rekenmethode aan de hand van contexten en modellen? Herken je de verschijningsvormen? Welke criteria bepalen de moeilijkheidsgraad? 3. Rekenen en redeneren met procenten Vandaag winkelen zonder Btw-heffing. Die is voor ons! Bij de kassa van dit winkelbedrijf blijkt de korting tegen te vallen: slechts 17% korting. Hier klopt toch iets niet! In deze les leer je meer over procentopgaven met een deel-totaal structuur, naast opgaven met een groei- of afnamestructuur. 4. Kommagetallen in de basisschool Bij kommagetallen denk je meestal aan geld. In het alledaags leven kom je kommagetallen dan ook tegen als reken- of als meetgetallen. Het lijkt voor de hand te liggen om geldcontexten te gebruiken voor het verwerven van kerninzichten. Toch blijken die tekort te schieten. In deze les staat een analyse van de leerlijn procenten centraal. 5. Een les rond kommagetallen Vandaag nemen we een kijkje in de klas. Juf van groep 8 introduceert een context over een leerling die een prijs gewonnen heeft. De leerling krijgt haar lichaamslengte in klinkende munten van 1 uitbetaald. Wat zijn de doelstellingen van deze les? Komen die terug tijdens de interactieve lesmomenten? En: wat maakt procenten toch zo moeilijk. 6. Een vakdidactische terugblik op BKVP De samenhang tussen verhoudingen, breuken, procenten en kommagetallen komt onder andere bij het rekenen met kommagetallen aan de orde. Deze samenhang is terug te voeren tot de vakdidactiek van geleid herontdekken en de daarvan afgeleide onderwijs-leerprincipes. Jouw activiteiten vooraf Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014.) Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p Je bestudeert: Van Zanten et al. (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen, p en p Toetsing Schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De toets wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5 ) indien minimaal 67 % van de meerkeuzevragen goed beantwoord is. Literatuur / toetsstof Van Zanten, M. & Van den Brom-Snijders, P. (red.) (2014). Verhoudingen, procenten, breuken en kommagetallen wiskundedidactiek. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Gecijferdheid rondom verhoudingen, breuken procenten en kommagetallen. De stof die tijdens de bijeenkomsten is behandeld Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 18

19 3.3 Titel: Rek./wisk.: gecijferdheid voorbereiding LKB SIS-code: KB-toets Rekenen/Wiskunde INLEIDING De kennisbasis heeft betrekking op drie soorten kennis die landelijk getoetst wordt. Bij kennis van de wiskunde (1) wordt van je gevraagd om correct te rekenen en te kunnen redeneren. Daarnaast moet je als toekomstig leraar beschikken over kennis van het rekenwiskundeonderwijs (2). Deze kennis is nodig om in te kunnen spelen op het kinderlijk denken. Denk daarbij aan uitleggen, het kennen en herkennen van oplossingsstrategieën, deze kunnen interpreteren en beoordelen, en hen verder kunnen helpen in hun rekenontwikkeling. Ten derde moet je als leraar beschikken over kennis om situaties uit het alledaagse leven op reken-wiskundige wijze te interpreteren en te verklaren en deze kennis zo nodig kunnen vertalen in tekeningen, modellen, tabellen en schema s (3). Meer informatie vind je op de website van De toets bestaat uit 66 opgaven die verdeeld zijn over de vijf rekendomeinen: hele getallen, gebroken getallen (verhoudingen, breuken, kommagetallen, procenten), meten, meetkunde en verbanden. Tijdens de bijeenkomsten werk je niet alleen aan de voorbereiding van de kennisbasis, maar ook aan je gecijferdheid als leerkracht basisonderwijs, je professionele gecijferdheid. De doelstellingen van deze leereenheid zijn hiervan afgeleid (zie hierna). De doelstellingen van de eenheid worden benaderd onder ander door tijdens de lessen samen te werken, elkaar oplossingen van rekenproblemen te voorzien en daarbij gebruikte aanpakken voor te leggen, oplossingen van anderen proberen te begrijpen, en zonodig (kritisch) te bevragen. De lessen staan in het teken van het verbeteren van de eigen vaardigheid, het ontwikkelen van de vaktaal, het doorzien en herkennen van de onderliggende (gelijksoortige) structuur van opgaven en het leren oplossen van rekenproblemen met behulp van heuristieken. Dat zijn richtlijnen die de kans op het vinden van een oplossing voor het aangeboden probleem vergroten. In de lessen wordt een eigen inbreng van je verlangd op basis van eigen werk naar aanleiding van de aangeboden opgaven tijdens de bijeenkomsten. De daarin voorkomende moeilijkheden en de tussenstappen die gezet werden om tot de oplossing te komen stel je per voor aanvang van de volgende bijeenkomst ter beschikking. Dit materiaal wordt mede gebruikt als input voor de lessen. Het is tevens een mogelijkheid om passende ondersteuning te bieden. Leerdoelen Je toont aan voldoende rekenvaardig en gecijferd te zijn; Je kunt rekenen-wiskunde betekenis geven aan leerlingen; Je kunt oplossingsprocessen realiseren en niveauverhogingen bewerkstelligen; en Je kunt het wiskundige denken van leerlingen bevorderen Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 19

20 Het programma Bijeenkomsten 1. Hele getallen Kennis van wiskunde Kennis voor de leraar Maatschappelijke relevantie 2 Gebroken getallen Kennis van wiskunde Kennis voor de leraar Maatschappelijke relevantie 3. Meten Kennis van wiskunde Kennis voor de leraar Maatschappelijke relevantie 4. Meetkunde Kennis van wiskunde Kennis voor de leraar Maatschappelijke relevantie 5. Verbanden Kennis van wiskunde Kennis voor de leraar Maatschappelijke relevantie 6. Probleemoplossen Heuristieken voor oplossen van tekstopgaven Jouw activiteiten vooraf Je bestudeert Ale & Van Schaik (2014) Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk 1 Je bestudeert: Ale & Van Schaik (2014) Hoofdstuk 2 Je bestudeert: Ale & Van Schaik (2014) Hoofdstuk 3 Je bestudeert: Ale & Van Schaik (2014) Hoofdstuk 4 Je bestudeert: Ale & Van Schaik (2014) Hoofdstuk 5 Je bestudeert: Ale & Van Schaik (2014) Hoofdstuk 6 Toetsing Deze serie voorbereidende colleges wordt afgesloten met de Landelijke Kennisbasistoets Rekenen & Wiskunde. Dit is een digitale toets. Deelname aan de LKB-toets is pas mogelijk als alle didactiekonderdelen van rekenen-wiskunde met een voldoende zijn afgesloten. De cesuur (slagingsnorm) wordt na toetsing definitief landelijk vastgesteld. Literatuur / toetsstof Oonk, W., Keijzer, Lit S., Figueiredo, N., (2016). Rekenen en wiskunde in de praktijk. Kennisbasis. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Proeftoets landelijke kennisbasis. Zie Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 20

21 3.4 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Dans en Drama SIS-code: Vaktoets KO 2.2 Vakopdracht KO 2.3 INLEIDING - Voor het jonge kind is bewegen en spelen in een verbeelde werkelijkheid een vanzelfsprekende vorm van leren. In de kleutergroep / onderbouw vormt dit spelen en bewegen een vanzelfsprekend onderdeel van de inrichting van het onderwijs. Vanaf groep 3 / 4 biedt de inrichting van het (traditionele) onderwijs minder tot weinig ruimte voor dit natuurlijk spelend en bewegend leren en verplaatst het zich naar het speelplein of buitenschoolse momenten. In deze leerjaren tot aan de bovenbouw ontstaat het gerichte dans- en dramaonderwijs voor de vakspecifieke ontwikkeling van de leerlingen. De vakken dans en drama zijn onder meer beschreven in de kerndoelen 54, 55 en 56 van het leergebied kunstzinnige oriëntatie, maar ze dragen ook bij aan andere kerndoelen en bredere ontwikkelingsgebieden. In deze tweede module voor de vakken dans en drama onderzoek je de inhoudelijke en didactische aspecten van de twee vakken. Tijdens de bijeenkomsten werk je aan twee groepsopdrachten, t.w. Een kennisclip waar een dramatische spelvorm in taal en spel wordt uitgelegd. Een choreografie dansexpressie of voorgestructureerde dans. Op deze wijze ontwerp je materiaal voor een databank die je kunt inzetten voor de twee lessen(1 dans en 1 drama) van de vakopdracht 2.3 die je in de stage gaat uitvoeren. Tijdens de bijeenkomsten besteden we ook aandacht aan de theorie voor de vaktoets K.O.2.2. Theorie gaat op deze manier hand in hand met de praktijk en je eigen dansen spelvaardigheid. Excursie & taak bij de kindermatinee Nationale Opera & Ballet in blok 3: Twee keer per jaar organiseert Het Nationale Ballet een kindermatinee van een Klassiek Ballet. Meer dan 1000 leerlingen uit het basisonderwijs komen naar Het Muziektheater om daar te genieten van muziek en dans. De educatieafdeling van het NO&B organiseert vooraf lessen op de scholen en ontwikkelt educatief materiaal opdat de leerlingen voorbereid naar de matinee komen. En daar komen jullie in beeld. Traditiegetrouw assisteren studenten van de Pabo HvA als gastvrouw / gastheer bij het begeleiden van de leerlingen en leerkrachten voor, tijdens en na de matinee. Uiteraard zie je ook de voorstelling. Dit jaar is het ballet Don Quichote dat op vrijdag 16 februari plaatsvindt. Jullie zijn hiervoor van tot uur uitgeroosterd van andere lessen. Voorafgaand aan de matinee zal er een workshop door de educatieafdeling worden aangeboden, waarbij je inzicht krijgt in het ballet, de muziek, het educatieve materiaal en natuurlijk jouw rol tijdens de matinee. Dit moment wordt nader bekend gemaakt. Leerdoelen vaktoets Je weet verschillende functies en betekenissen van dans en drama in de samenleving te duiden en herkennen aan de hand van voorbeelden. Je kunt de kern van het onderwijs in dans en in drama herkennen en toelichten aan de hand van het MVB model voor dans en drama met de verschillende vormen van dansant en dramatisch gedrag. Je kunt de specifieke bijdrage van de vakken dans en drama aan het leren en ontwikkelen van leerlingen herkennen aan de hand van voorbeelden. Je kunt de begrippen (re)productie, receptie en reflectie in relatie brengen met de vakken dans en drama en duiden aan de hand van voorbeelden Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 21

22 Leerdoelen vakopdracht Je kunt een koppeling maken tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor een les dans en een les drama. Je beschikt over basale kennis van de methodische en didactische vaardigheden voor het vak dans en het vak drama. Je kunt met de lesinhoud aansluiten bij een thema/ onderwerp van de stageklas en/ of een ander vak- of vormingsgebied. Je kunt in de reflectie op de gegeven lessen een koppeling maken met de competentiegebieden. Het programma Bijeenkomsten 1. De les drama: In deze bijeenkomst leer je de vakspecifieke structuur van een les drama kennen. We starten vanuit de analyse van een les drama op de vloer en een uit het boek Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Daarnaast bekijken we de vakopdracht en het beoordelingsformulier in relatie tot het vak drama. Jouw activiteiten vooraf Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2016) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hfst. 9 Drama als doel; 9.2 Een voorbeeldles drama geanalyseerd. 2. Dramatische spelvormen onderzoek en eigen vaardigheid: In deze bijeenkomst onderzoek je in kleine groepen een dramatische werkvorm op do s en don ts en zet deze om in een kennisclip voor een gezamenlijke databank. Op deze wijze creëer je met je jaargenoten onderwijsmateriaal die je in de vakopdracht, maar ook later in je opleiding en daarna kunt inzetten en bereid je je voor op je praktijkles. 3. Ontwerp je les drama: In deze bijeenkomst ga je effectief aan de slag met het opzetten van je eigen les die je straks in de stage gaat uitvoeren. De te maken lesopzet vormt onderdeel van de vakopdracht K.O.2.3. Uiteraard blikken we naar de leerlijn drama en bronnenmateriaal die je hierbij houvast geven. Voorwaardelijk is wel dat je de beginsituatie van je klas t.a.v. drama in kaart hebt gebracht. Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2016) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hst. 10 Dramatische werkvormen Onderzoeksopdracht voor de volgende bijeenkomst: Onderzoek de beginsituatie van jouw stagegroep m.b.t. het vak drama Opdracht voorafgaand aan deze bijeenkomst: Je hebt de beginsituatie van je stagegroep voor het vak drama geïnventariseerd. Neem dit mee naar de les. Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2016) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hfst. 9 Drama als doel; De structuur van een voorbeeldles. 4. De les dans: In deze bijeenkomst leer je de vakspecifieke structuur van een les dans kennen. We starten vanuit de analyse van een les dans op de vloer en een uit het boek DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Daarnaast bekijken we de vakopdracht en het beoordelingsformulier in relatie tot het vak dans. 5. Dansen onderzoek en eigen vaardigheid: In deze bijeenkomst onderzoek en ontwerp je in kleine groepen een eigen dans en kom je vanuit een vertaalmethodiek van onderwerp/ thema tot een choreografie die je aan elkaar presenteert. Op deze wijze bekwaam je je in de vertaalmethodiek en bereid je je voor op je praktijkles. Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2014) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hfst. 6 Dans in de stagepraktijk; 6.2 Een voorbeeldles dans geanalyseerd. Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2016) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hfst. 4 Leerinhouden en leerlijnen dans; 4.3 Opbouw van dansvaardigheden en Hfst. 9 Het ontwerpen van een les dans; 9.1 De stappen naar een lesontwerp en 9.2 Vertaalmethodiek Onderzoeksopdracht voor de volgende bijeenkomst: Onderzoek de beginsituatie van jouw stagegroep m.b.t. het vak dans Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 22

23 6. Ontwerp je les dans: In deze bijeenkomst ga je effectief aan de slag met het opzetten van je eigen dansles die je straks in de stage gaat uitvoeren. Deze les vormt onderdeel van de vakopdracht K.O.2.3. Uiteraard blikken we naar de leerlijn dans en bronnenmateriaal die je hierbij houvast geven. Voorwaardelijk is wel dat je de beginsituatie van je klas t.a.v. drama in kaart hebt gebracht. Tot slot bespreken we de activiteiten rondom je begeleiding bij de kindermatinee Don Quichote op 16 februari. Opdracht voorafgaand aan deze bijeenkomst: Je hebt de beginsituatie van je stagegroep voor het vak drama geïnventariseerd. Neem dit mee naar de les. Neem mee naar de les: Heijdanus, E. et al (2016) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Coutinho. We werken tijdens deze les vanuit hfst. 9 Drama als doel; De structuur van een voorbeeldles. Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in: a. Vaktoets Kunstzinnige Oriëntatie van blok 2.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. b. Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie van blok (zie ook paragraaf 3.8 van deze studiewijzer). Het werk wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien alle vastgestelde criteria als voldoende zijn beoordeeld. De vakopdracht differentieert naar hogere cijfers op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. Bij de Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie gelden de volgende beoordelingscriteria: Je toont in voldoende mate aan: een koppeling te kunnen maken tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor een les dans en een les drama. te beschikken over basale kennis van de methodische en didactische vaardigheden voor het vak dans en het vak drama. met de lesinhoud dans en de lesinhoud drama te kunnen aansluiten bij een thema/ onderwerp van de stageklas en/ of een ander vak- of vormingsgebied. in de reflectie op de gegeven lessen een koppeling te kunnen maken met de competentiegebieden. Literatuur / toetsstof te leren voor de vaktoets K.O.2.2 T.a.v. het vak drama: Heijdanus, E. et al (2015) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Coutinho: Hfst 1 Drama in het basisonderwijs: spelend leren, p. 22 t/m. 33 Hfst 3 Dramatheoretische inzichten: 3.2 Het kind en zijn ontwikkeling, p. 58 t/m Spel in het onderwijs, p. 61 t/m. 64 Hfst 4 Leerinhouden voor leerlingen: 4.1 Creativiteit en drama, p Drie inhoudelijke elementen binnen vak drama, p. 70 t/m. 73 (óók leerstof voor de vakopdracht) eeuwse vaardigheden en drama N.B. alléén het onderdeel Vakinhoudelijke en culturele competenties, p. 80 t/m tabel p. 85. Hfst 10 Dramatische werkvormen met aandacht voor de rolopbouw: 10.3 Algemene didactische principes en werkvormen. N.B. alléén het onderdeel Open en gesloten opdrachten, p. 199 t/m Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 23

24 10.4 Dramatische werkvormen, p. 200 t/m Totaal aantal te bestuderen pagina s: 29 incl. doorkijkjes en voorbeelden: alléén doorlezen, niet leren. T.a.v. het vak dans: Heijdanus, E, Nunen, A. van, Valenkamp, M. (2014) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs, Coutinho. - Hfst 1 Wat is dans? p. 19 t/m. 29 Hfst 3 Ontwikkelingspsychologie en dans: 3.3 De ontwikkelingsdomeinen van dans, p Ontwikkeling van het zelf, p. 47 t/m. 49 (niet het schema bestuderen) 3.4 Lichaamsplan, lichaamsbesef en lichaamsidee, p. 56 t/m. 59 (omschrijvingen kunnen herkennen). Hfst 4 Leerinhouden en leerlijnen dans: 4.1 De verschillende invalshoeken van dans, p Opbouw van dansvaardigheden, p. 66 t/m. 69 Hfst 9 Het ontwerpen van een les dans: 9.1 De stappen naar een lesontwerp, p. 156 t/m. 160 (óók leerstof voor vakopdracht; wordt behandeld tijdens les 3). 9.2 Vertaalmethodiek, p. 160 t/m. 162 (óók leerstof voor vakopdracht; wordt behandeld tijdens les 3). Totaal aantal te bestuderen pagina s: 31 inclusief doorkijkjes en voorbeelden: alléén doorlezen, niet leren. Literatuur te lezen voor de vakopdracht K.O.2.3 T.a.v. het vak drama: Heijdanus, E. et al (2015) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Coutinho. Hfst. 2 Werken aan dramacompetenties: Dramacompetenties en indicatoren voor (aankomende) leerkracht, 39 t/m. 41 Hfst. 4 Leerinhouden voor leerlingen: 4.2 Drie inhoudelijke elementen binnen het vak drama, p. 70 t/m Drie manieren van werken met drama; leerlingen stimuleren in hun dramatische spel, p. 74 t/m. 76 Hfst. 10 Dramatische werkvormen met aandacht voor rolopbouw; 10.1 Een dramales in gang zetten, p. 194 t/m Klassenmanagement voor een actieve les drama, p. 196 t/m Algemene didactische principes en werkvormen, p. 198 t/m Dramatische werkvormen, p. 200 t/m Vier voorbeeldlessen met verschillende werkvormen, p. 207 t/m PPT s van de vakcolleges. Totaal aantal te lezen pagina s: 27 T.a.v. het vak dans: Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 24

25 Heijdanus, E, Nunen, A. van, Valenkamp, M. (2014) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs, Coutinho. Hfst. 9 Het ontwerpen van een les dans; 9.1 De stappen naar een lesontwerp, p. 156 t/m Vertaalmethodiek (facultatief), p. 160 t/m Voorbeeldles vertaalmethodiek voor onderbouw, p. 162 t/m. 168 (deze les mag je niet kopiëren en inleveren als zijnde jouw product.) 9.4 Praktische punten, p. 168 t/m PPT s van de vakcolleges Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 25

26 3.5 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Beeldende Vorming SIS-code: Vaktoets KO 2.2 INLEIDING - Deze module is een vervolg op Beeldende Vorming 1.4. In die module waren de doelen gericht op de verkenning en opbouw van het vak Beeldende Vorming. Je hebt gewerkt aan beeldende opdrachten om je eigen beeldende vaardigheid te ontwikkelen. Daarnaast heb je enige kennis opgedaan in het lesgeven in de beeldende vakken met betrekking tot de organisatie, didactiek en kennis van de ontwikkeling van het beeldende vermogen van het kind. Deze module 2.2/2.3 is gericht op kennis van het beeldende product en proces van leerlingen en de grote lijn van de didactiek om dit proces te stimuleren en te begeleiden. Daartoe moet je beschikken over kennis van didactische principes voor keuze van materialen en technieken, vormgevingskennis en de daaraan gekoppelde inhouden. Verder behoor je te beschikken over een goed observatievermogen en de (beeld)taal om je observaties te delen met leerlingen, dit om leerlingen uit te dagen om over beeldend werk(en) te kunnen spreken. Kennis van de leerlijn beeldende vorming is de leidraad voor het inrichten van onderwijs in dit vak. Adequate feedback kunnen geven op beeldend werk is de motor tot stimulatie van het beeldende, creatieve proces. Samenvattend betekent het dat jij als leerkracht positie inneemt in hoe je dit vak wilt inzetten in het onderwijs aan je groep. De didactiek in deze module is dat het eigen beeldende werk, met materialen en technieken zoals je ze in de lessen gaat gebruiken, het uitgangspunt is om bovengenoemde vaardigheden te oefenen. Je gaat in duo s werken aan een gegeven beeldende opdracht. Je doet kennis op van beeldende leermiddelen en weet deze toe te passen tijdens de instructie van een opdracht. De doelgroep is vrij. In het onderwijsontwerp zijn de vakspecifieke leerdoelen, de beschrijving van de beginsituatie van de kinderen, de vakspecifieke lesfasen-opzet en klassenmanagement van belang. Integratie met andere vakken is mogelijk. De aangeboden opdracht is afgestemd en op de ontwikkelingsfase van de gekozen doelgroep. Je weet dit in je reflectie te verantwoorden. Van belang is dat je eerst zelf beeldend gewerkt hebt en je hierin hebt verdiept. Je hebt basiskennis met de te gebruiken materialen en je hebt technieken opgedaan en de verschillende inhouden leren te vertalen naar kinderen. Leerdoelen Je bent in staat de beginsituatie van je leerlingen goed in te schatten en te beschrijven. Daarvoor gebruik je het document Wat weten de kinderen er al van? ; Je bent in staat leermiddelen in relatie tot de beeldende opdracht voor je stageklas te ontwerpen; Je bent in staat vakspecifieke leerdoelen te formuleren en deze te verwerken in een lesfasen beschrijving geschikt voor beeldend werken; Je bent in staat de gegeven beeldende opdracht te beoordelen en je weet dit te verantwoorden; Je kent de regels van klassenmanagement en het belang van het houden van de regie in een dynamische beeldende les; Je bent in staat de beeldende opdrachten met betrekking tot de beeldaspecten (compositie, ruimte, licht, kleur, vorm etc.) te maken en uit te voeren; Je hebt kennis van het creatieve, beeldende proces van kinderen en je bent in staat dat proces te observeren en te beschrijven; Je bent in staat kritische peerfeedback te geven op een ontworpen les Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 26

27 Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf 1. Toelichting op de vakopdracht 2.3 Wat is de opdracht en hoe gaan we aan de slag? Wat is Flipping the classroom? Hoe gaan we een FTC opdracht aanbieden aan de gekozen doelgroep? Bekijk alvast: TXlOA8vxvte-UcFzRWuC_kY&index=2 Wat is er nodig om de doelgroep een betekenisvolle opdracht BV te kunnen aanbieden? We werken aan een persoonlijke beeldende opdracht in relatie tot de beeldaspecten kleur en vorm. 2.Leermiddelen ontwerpen We gaan in op Authentieke kunsteducatie. We gaan in deze bijeenkomst in op wat beeldende leermiddelen zijn en ontwerpen deze in relatie tot de eigen uit te voeren opdracht. We gaan in op het formuleren van juiste vakspecifieke leerdoelen. We werken aan een persoonlijke beeldende opdracht in relatie tot het beeldaspect kleur en vorm 3.Uitwerking leermiddelen We gaan in deze les verder werken aan de verschillende leermiddelen in relatie tot het eigen onderwijsontwerp. We werken aan een persoonlijke beeldende opdracht in relatie tot het beeldaspect kleur en vorm 4. De beeldende opdracht als het lesontwerp Er wordt verder gewerkt aan zowel de beeldende opdracht, de leermiddelen als het lesontwerp. Je bestudeert: Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Herhaling Hfdst 4 Voorbereiding paragraaf 4.1 t/m 4.5 Beeldaspecten bestuderen Heijnen. E (2016), Een nieuw model voor authentieke kunsteducatie, Een kleurrijke basis, LKCA, Utrecht op mijnhva.nl Je bestudeert: Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Herhaling Hfdst 5 Oriënteren paragraaf 5.1 t/m 5.5 Beeldaspecten bestuderen Je bestudeert: Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Herhaling Hfdst 6 Creatieve proces paragraaf 6.1 t/m 6.5 Beeldaspecten bestuderen 5 Uitleg Flipping the classroom film We gaan werken aan FTC opdracht Je bestudeert: Van Onna & Jacobse (2013). Laat maar zien. Herhaling Hoofdstuk 7 Nabeschouwen en evalueren paragraaf 7.1 t/m 7.5 Beeldaspecten bestuderen 6. Voorbereiding vaktoets 2.2 en afronding module Voorbereiding op de vaktoets 2.2 Leermiddelen en lesopzet afronden Je levert in ter beoordeling: In de dropbox op mijnhva.nl lever je de gefotografeerde ontworpen leermiddelen en lesopzet aan ter beoordeling. Peerfeedback is onderdeel van de beoordeling: Stuur daartoe je ontworpen les naar een mede student en vraag deze om een onderbouwde beoordeling. Dit is onderdeel van bovenstaand verslag Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 27

28 Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in: a. Vaktoets Kunstzinnige Oriëntatie van blok 2.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. b. Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie van blok 2.3 (zie ook paragraaf 3.8 van deze studiewijzer). Het werk wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien alle vastgestelde criteria als voldoende zijn beoordeeld. De vakopdracht differentieert naar hogere cijfers op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. Bij de Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie gelden de volgende beoordelingscriteria: De student toont in voldoende mate aan: een koppeling te kunnen makken tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor elk afzonderlijk kunstvak. geschikt bronnenmateriaal te kunnen selecteren en bewerken voor lessen kunstzinnige oriëntatie aan de doelgroep. met ieder kunstvak te kunnen aansluiten bij een thema/ onderwerp van de stageklas en een ander vak- of vormingsgebied. te kunnen reflecteren op de gegeven lessen en aan te geven hoe er pedagogisch en didactisch kan worden aangesloten op de klas en het individuele kind Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 28

29 3.6 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Muzikale Vorming SIS-code Vaktoets KO 2.2 INLEIDING - Muziek laat geen mens onberoerd: muziek doet je wat, muziek betekent iets voor je en muziek kan een praktische functie hebben. In het klank-vorm-betekenismodel wordt de essentie van muziek gecombineerd met vijf verschillende domeinen waarop men met muziek bezig kan zijn (zingen, luisteren, muziek maken, bewegen, noteren ). Dit KVB-model kan helpen om aan het schoolvak muziek betekenisvol inhoud te geven. Je ziet het terug in de opbouw van lessen, in thematische projecten en in het leerstofoverzicht van de leerlijnen. In deze collegereeks gaan we dieper op dat KVB-model in. Bij kinderen in de middenbouw en bovenbouw wordt de belangstelling en deelname aan de muziekcultuur bovendien steeds beter zichtbaar. Als leerkracht kun je inspelen op de muzikale interesse en de muzikale kwaliteiten van kinderen door op zoek te gaan naar variatie in de opdrachten voor muziek. Diverse muziekmethodes kunnen je helpen bij het vinden van de juiste lesinhoud en bij het kiezen van diverse werkvormen. In deze module leer je hoe het klank-vorm-betekenismodel kan worden gekoppeld aan de verschillenden domeinen en de inhoud van de muziekles. Leerdoelen Vaktoets 2.2 Je kunt verschillende functies en betekenissen van muziek in de samenleving begrijpen en herkennen aan de hand van voorbeelden. Je kunt de specifieke bijdrage van het vak muziek aan het leren en ontwikkelen van leerlingen herkennen aan de hand van voorbeelden. Je kunt de begrippen (re)productie, receptie en reflectie in relatie brengen met de vijf domeinen van muziek en illustreren aan de hand van voorbeelden. Je kunt de kern van het onderwijs in de kunstvakken benoemen, herkennen en toelichten aan de hand van de vakspecifieke modellen. Vakopdracht 2.3 Je kunt een koppeling maken tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor het vak muziek. Je beschikt over basale kennis van de methodische en didactische vaardigheden voor het vak muziek. Je kunt de keuze voor de doelen en de lesinhoud verantwoorden. Je kunt in je reflectie op de lesuitvoering een verbinding leggen tussen doelen en lesinhoud. Het programma In deze collegereeks komen essentiële, praktische vaardigheden aan bod die van belang zijn voor het geven van muzieklessen van je les muziek. De te geven muziekles is een onderdeel van vakopdracht KO 2.3. maar kan worden uitgevoerd in blok 2.2.Tevens komt de kennis aan bod ter voorbereiding op de vaktoets KO 2.2. waar muziek onderdeel van uitmaakt Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 29

30 Tijdens de bijeenkomsten worden de volgende onderdelen behandeld: Eigenvaardigheid zingen Liedrepertoire van de basisschool: onderbouw, middenbouw, bovenbouw. Didactiek in relatie tot de domeinen: zingen, muziek maken, luisteren, bewegen, noteren. Kennisoverdracht met betrekking tot het klank-vorm-en betekenismodel. Leiding geven aan muzikale processen. Voorbereiding en begeleiding op de vakopdracht 2.3. Per week zal er leesstof worden opgegeven ter voorbereiding op de volgende les. Toetsing De Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie van blok 2.3. Het werk wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien alle vastgestelde criteria als voldoende zijn beoordeeld. De vakopdracht differentieert naar hogere cijfers op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. Te bestuderen literatuur voor de vaktoets KO 2.2. Lei, R. van de, & Haverkort, F. & Noordam, L.(2015)Muziek Meester! 4e druk, ThiemeMeulenhoff Amersfoort Hoofdstuk 1: Muziek op de bassischool Hoofdstuk 2: Zingen Hoofdstuk 3: Luisteren Hoofdstuk 4: Muziek Maken Hoofdstuk 5: Muziek lezen en noteren. Hoofdstuk 7: Klank Hoofdstuk 8: Vorm Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 30

31 3.7 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie 2.3 Sis-code: Vakopdracht K.O. 2.3 INLEIDING - In jaar 1 heb je kunstzinnige activiteiten voorbereid en uitgevoerd in je stageklas. In dit tweede studiejaar leer je de vakkennis en de methodisch didactische vaardigheden verder te ontwikkelen om tot een lesontwerp te komen. Voor deze vakopdracht ontwerp je per vak een les. Een beeldende les* Een les dans** Een les drama** Een les muziek** *Het in de les gemaakte didactisch materiaal bij beeldende vorming wordt ingezet in de te geven beeldende les aan de stageklas. Deze opdracht voer je uit in blok 2.3. ** De in de les aangezette en ontworpen lessen bij dans en drama en muziek worden aan de stageklas gegeven en op beeld vastgelegd. Deze opdrachten voer je uit in het blok waarin je het betreffende kunstvak krijgt aangeboden. Leerdoelen Je kunt een koppeling maken tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor elk afzonderlijk kunstvak. Je beschikt over basale kennis van de methodische en didactische vaardigheden voor de afzonderlijke kunstvakken. Je kunt met de lesinhoud aansluiten bij een thema/ onderwerp van de stageklas en/ of een ander vak- of vormingsgebied. Je kunt in de reflectie op de gegeven lessen een koppeling maken met de competentiegebieden. Uitwerking van de opdracht: Beeldende vorming: In het eerste blok van zes bijeenkomsten (gegeven in blok 2.1 of blok 2.2) zal er in tweetallen een beeldende les ontworpen worden voor een zelfgekozen doelgroep. In deze beeldende les wordt er gebruik gemaakt van leermiddelen. Aan het eind van deze eerste lessenserie (blok 2.1 of 2.2) heb je het lesontwerp en de toegepaste leermiddelen voor de gekozen doelgroep af. Deze deelopdracht vormt een onderdeel van de beoordeling van het eindproduct in 2.3. In het tweede blok van zes bijeenkomsten ( gegeven in blok 2.3) zal de beeldende les aan de stagegroep gegeven worden. Reflectie op het onderwijsontwerp en de uitvoering hiervan is een onderdeel van de vakopdracht. Het lesontwep werk je uit in het lesvoorbereidingsformulier beeldende vorming (te vinden op mijnhva.nl bij studieonderelen vakopdracht KO 2.3) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 31

32 Dans Voor het vak dans ontwerp je een les die aansluit bij de beginsituatie van je stagegroep en aansluit bij een thema of onderwerp van de stagegroep op dat moment. Tijdens de vakcolleges dans verdiep je je in de materie door samen met anderen een dansles te ontwerpen vanuit geschikt bronnenmateriaal. De leerlijn en deelontwikkelingsgebieden voor dans worden verkend en er wordt gekeken welke leerhulp van toepassing kan zijn voor jouw stagegroep. Het lesontwep werk je uit in het lesvoorbereidingsformulier dans (te vinden op mijnhva.nl bij studieonderelen vakopdracht KO 2.3). Drama Voor het vak drama ontwerp je een les die aansluit bij een thema of onderwerp van de stagegroep op dat moment Tijdens de lessen drama verdiep je je in de materie door samen met anderen geschikt bronnenmateriaal te bestuderen en door de leerlijn en deelontwikkelingsgebieden voor drama te verkennen. Er wordt gericht gekeken welke werkvormen, materialen en leerhulp van toepassing zijn voor uitvoer in de stageschool. Het lesontwep werk je uit in het lesvoorbereidingsformulier drama (te vinden op mijnhva.nl bij studieonderelen vakopdracht KO 2.3). Muziek Tijdens de muzieklessen maak je een aanzet tot het ontwerpen van een muziekles voor je stagegroep. Je bepaalt eerst de beginsituatie en laat de les aansluiten op een thema of onderwerp van de stagegroep op dat moment. Je formuleert muzikale doelen en bepaalt de inhoud van je les. Te behalen eigen leerdoelen mogen in de keuze van de muziekles een rol spelen. Tijdens de lessen muziek verdiep je je in het KVB-model en oefen je vaardigheden die nodig zijn om de muziekles uit te kunnen voeren in je stageklas. Het lesontwep werk je uit in het lesvoorbereidingsformulier Muziek (te vinden op mijnhva.nl bij studieonderelen vakopdracht KO 2.3). De afronding van de opdracht Het verslag van de gegeven lessen, het gemaakte lesmateriaal en de reflectie wordt via dropbox ingeleverd bij het desbetreffende onderdeel. Let op: De opdracht voer je uit in het blok waarin je het betreffende kunstvak krijgt aangeboden. Toetsing De vakopdracht KO wordt beoordeeld aan de hand van het beoordelingsformulier (zie de bijlage). Tijdens het beoordelingsproces wordt er één cijfer voor elk kunstvak vastgesteld. Ieder kunstvak dient voldoende te zijn om tot een voldoende eindresultaat te komen. Het gemiddelde van de vier cijfers is je eindcijfer voor deze vakopdracht Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 32

33 Het werk wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien alle vastgestelde criteria als voldoende zijn beoordeeld. De vakopdracht differentieert naar hogere cijfers op basis van de mate waarin de prestaties op de verschillende criteria als goed worden beoordeeld. Literatuur Muziek: (muziek). Lei, R. van der & Haverkort & F. Noordam, L. (2010). Muziek Meester. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Dans: Heijdanus, E., Van Nunen, A., Valenkamp, M. (2014) DANS! Praktisch handboek voor het basisonderwijs. Uitgeverij Coutinho. ( (beweging = dans) Drama: Heijdanus, E., Van Nunen, A. (2015) Spelend leren en ontdekken, handboek drama voor het basisonderwijs. Uitgeverij Coutinho. (taal en spel = drama) Beeldende vorming: Boermans B. (5 e druk) Beeldende Begrippen. Uitgeverij Lamboo. (beeldende vorming). Dada, kunsttijdschrift voor kinderen van 6 tot 106, uitgeverij Plint, Onna, van. J. Laat maar zien, bijlage 3, p. 340, procesfasenformulier Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 33

34 3.8 Titel: ICT: gevorderd gebruik van smartboard Sis-code: ICT INLEIDING Het toepassen van moderne techniek in je les lijkt soms heel eenvoudig, en dan weer ingewikkeld. Programmeren is een trend in het onderwijs en de reden daarvoor heeft vaak minder met computers te maken dan je zou denken. Kinderen leren door te doen en ook met ICT kan dat op veel manieren. In deze lessen gaan wij zelf ontdekken wat je zoal leert van programmeren, en praktische toepassingen ontwerpen die in de klas te gebruiken zijn. Leerdoelen Je past ICT toe bij diverse didactische werkvormen; Je verantwoordt de keuze om digitale middelen in te zetten; Het programma Bijeenkomsten 1: Leren programmeren door uitproberen. Met behulp van specifieke materialen en toepassingen vergroten we de eigen vaardigheid in het gebruik van code om techniek te laten werken. Het doel van deze activiteiten is het inzien aan welke 21 e - eeuwse vaardigheden wordt gewerkt. 2: Lessen creëren. Nu de werking van de materialen bekend is, wordt gewerkt aan de opzet van lessen die met de kinderen in de klas kunnen worden uitgevoerd. Wat kunnen we vragen van de kinderen en op welke wijze zorgt het werken met de techniek voor het bereiken van hogere leerdoelen? Jouw activiteiten vooraf Je bestudeert: arduino.nu Je bestudeert: kennisnet.nl/artikel/programmeeronderwijs-is-toe-aan-volgendestap/ 3: Programmeren aanleren. De oefening met de materialen en het uitwerken van de lessen wordt afgerond. De verschillende lessen worden gebundeld zodat er in de praktijk mee gewerkt kan en mag worden. Toetsing In deze collegereeks komen essentiële, praktische vaardigheden aan bod. Daarom geldt een aanwezigheidsplicht en actieve deelname voor alle colleges. De werkvormen of leertaken uit de betreffende colleges kunnen, bij vooraf aangekondigde afwezigheid, op een later tijdstip worden ingehaald of worden vervangen door gelijkwaardige opdrachten. Voldoende en actieve deelname aan deze colleges is een van de beoordelingscriteria bij het functioneringsgesprek dat je voert met je kerndocent aan het eind van het semester Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 34

35 3.9 Titel: Schoolgebonden leertaak SIS-code: SLTMS 2.3 INLEIDING - In het tweede jaar voert de student samen met medestudenten een schoolgebonden leertaak uit. Hiervoor krijgt de student de tijd van september tot januari. De student maakt een keuze uit de leertaken die geformuleerd zijn door de opleiding/ opleidingsscholen. Voor de schoolgebonden leertaak analyseert de student een onderwerp en/of een probleem dat past bij de eigen opleidingsschool. De student werkt dus eigenlijk in opdracht van de praktijkschool. De schoolgebonden leertaak fungeert als voorloper van het afstudeeronderzoek in jaar 4: in het kader van het afstuderen voert de student namelijk een afstudeeronderzoek uit in nauwe afstemming met de praktijkschool. De studiebelasting is 84 uur. Leerdoelen Je hebt een probleem/aspect passend bij de school helder in beeld gebracht en geanalyseerd. Je bent in staat om relevante bronnen te zoeken bij dit beroepsprobleem/-aspect en je kunt hiermee het product verantwoorden. Je kunt de vraag passend bij de school omzetten in een bruikbaar eindproduct. Je verwerkt de ontvangen feedback van de school zichtbaar in het product en/of verslag. Het programma Schoolgebonden leertaak: 1. De student kiest bij de start van blok 2.1 een schoolgebonden leertaak passend bij de opleidingsschool. De student zorgt ervoor dat helder is wie de contactpersoon van de school is voor de schoolgebonden leertaak. 2. De student formuleert een plan van aanpak met de leerdoelen, een activiteitenplanning, tijdpad en literatuur. De student bespreekt dit met de contactpersoon en scherpt het plan verder aan. 3. De student neemt het plan van aanpak in de zesde lesweek van blok 2.1 ter bespreking mee naar de kerndocentbijeenkomst. De student ontvangt feedback van medestudenten en van de kerndocent. 4. De student scherpt het plan van aanpak aan op basis van de gegeven feedback. 5. De student levert een tussenproduct in bij de contactpersoon van de school en vraagt om feedback. 6. De student levert in de toetsweek van blok 2.2 het eindproduct in de dropbox via de MIJNHVA. Toetsing Beoordeling schoolgebonden leertaak: De student levert in de toetsweken van blok 2.2 zijn schoolgebonden leertaak in de dropbox (inclusief feedback contactpersoon). De kerndocent beoordeelt het eindproduct en gebruikt daarbij het beoordelingsformulier. In het afrondingsverslag met betrekking tot de schoolgebonden leertaak zitten de volgende items: Vraag en opdracht passend bij de school. Het product zelf Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 35

36 Verantwoording van het product waarin de student een analyse van de opdracht heeft beschreven en de gemaakte keuzes met betrekking tot het eindproduct onderbouwt, inclusief een literatuurlijst (bevat minimaal drie bronnen). Feedback van de contactpersoon van de school. Taakverdeling. Beoordelingscriteria De student heeft een probleem/aspect passend bij de school helder in beeld gebracht en geanalyseerd. De student heeft relevante bronnen gevonden bij dit beroepsprobleem/-aspect en heeft hiermee het product verantwoord. De student heeft de vraag passend bij de school omgezet in een bruikbaar eindproduct. De student heeft de ontvangen feedback van de school zichtbaar in het product en/of verslag verwerkt Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 36

37 3.10 Titel: Cultuurproject 2.1 VT: cultuur en het kind Sis-code: n.v.t. INLEIDING - Iedereen is een drager van de cultuur waarin hij geboren is en waarin hij samen met anderen leeft. Als (aankomend) leerkracht ben je een cultuuroverdrager pur sang. Het zelfbewust worden van jouw eigen cultuurdragerschap vormt een belangrijke basis tot het professionele culturele zelfbewustzijn van de leerkracht. Je neemt jouw eigen culturele bagage en identiteit daar in mee. Met het oog op jouw ontwikkeling tot cultuurdrager binnen je rol als leerkracht neem je in jaar 1, 2 en 3 deel aan twee cultuurprojectweken. Tijdens de cultuurprojectweken in het tweede jaar onderzoek je je eigen beginsituatie over cultuur, verken je het culturele veld aan de hand van excursies, bestudeer je het cultuureducatieve aanbod van culturele instellingen, begin je een visie op cultuuronderwijs te ontwikkelen en maak je de vertaalslag naar cultuureducatieve activiteiten in je stageschool. In het tweede jaar van de opleiding staat het overkoepelende thema Cultuur en het kind centraal en zoom je in op de invloed van de cultuur waarin wij leven op de ontwikkeling van kinderen. Leerdoelen Je hebt je verdiept in de mogelijkheden die er zijn in een grootstedelijke context als Amsterdam om cultuureducatieve activiteiten te verbinden aan het lesgeven aan bassischoolleerlingen. Je kunt de inzichten en ervaringen die je hebt opgedaan in de cultuurprojectweken verbinden met theoretische inzichten op het gebied van cultuuronderwijs Je kunt de ervaringen die je zelf hebt opgedaan in de cultuurprojectweken van jaar 2 vertalen naar onderwijsactiviteiten voor leerlingen basisonderwijs. Je kunt aangeven waar jij aan het eind van het tweede studiejaar staat in je persoonlijk-professionele ontwikkeling ten aanzien van cultuur en cultuuronderwijs; erfgoed, media en burgerschap. Activiteiten in projectweek 1 van jaar 2 Het cultuurproject vindt plaats tússen blok 1 en blok 2, het markeert als het ware de afronding van blok 1 en de start van blok 2. Op hoofdlijnen ziet de week er als volgt uit: Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag Reguliere stagedag (dus geen specifieke activiteit in het kader van het cultuurproject). Introductie thema cultuurproject Mediawijsheid. Bezoek in het kader van media-onderwijs. Werken aan opdracht. Afsluiting: presentaties. Toetsing In cultuurprojectweek 1 van jaar 2 werk je aan een deelproduct. Dit deelproduct is onderdeel van de beoordeling van de opdracht cultuuronderwijs 2.4. De opdracht wordt beoordeeld door de kerndocent, aan de hand van beoordelingscriteria. Aanwezigheid en actieve deelname tijdens de cultuurprojectweken is onderdeel van de beoordeling Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 37

38 Literatuur Heusden, B.P. van, Tans, J.P.M., Rass, M.G. (2016) Cultuur², Basis voor cultuuronderwijs. Bussum: Coutinho. Hoeven, M. van der. e.a. (2014) Cultuur in de Spiegel, een leerplankader voor cultuuronderwijs, SLO (nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling) Enschede. Te downloaden via: Opdracht In het cultuurproject maak je een product rondom het thema mediawijsheid, dit is een deelproduct van de eindopdracht cultuuronderwijs 2.4. Dit deelproduct wordt beoordeeld aan het eind van het tweede semester, in blok 2.4. Je bewaart je deelproduct van het eerste semester en levert het in als onderdeel van de opdracht van cultuuronderwijs 2.4. Portfolio Het portfolio fungeert als reflectie-instrument. Hierin verzamel je alle als voldoende beoordeelde studieonderdelen plus de bijbehorende feedback en beoordelingen. Je neemt het eindproduct van dit studieonderdeel, mits voldoende beoordeeld, op in je portfolio Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 38

39 HOOFDSTUK 4. De praktijk van het basisonderwijs SIS-code: Praktijk 2.2 INLEIDING - Je loopt dit blok stage in dezelfde klas als in blok 2.1. Ook voor de komende periode hebben we een aantal stageactiviteiten en stagedoelen geformuleerd die jouw ontwikkeling op de competentiematrix Lesgeven in de grote stad (Amsterdam) zullen sturen. In dit blok verdiepen we ons in verschillen tussen kinderen, qua leren, maar ook wat betreft (culturele) achtergronden en de gevolgen daarvan voor het leren. We maken een start met het samenwerken en communiceren met ouders. Stagedoelen Je kunt de achtergrond(en) van leerlingen in de stageklas en hun ouders benoemen. Je legt contact met ouders van de kinderen in de groep. Je bent in staat het lesvoorbereidingsformulier compleet in te vullen, rekening houdend met de zes lesfasen van het ADI-model, de beginsituatie en doelen van de leerlingen en van jezelf. Je kunt de les(sen) inhoudelijk verantwoorden. Je houdt rekening met en sluit aan bij de verschillende taal- en rekenniveaus in de (multiculturele) groep. Je bent in staat tot het plannen, voorbereiden, verzorgen en nabeschouwen van een dagdeel in de stagegroep met soepele overgangen tussen de verschillende (les)activiteiten. Je kunt bij het lesgeven de groep boeien, de aandacht vasthouden en kinderen stimuleren om aan het werk te gaan en te blijven. Je maakt bij instructie en verwerking van leerstof gebruik van de ICT-mogelijkheden die de school biedt. Je kijkt kritisch terug op je eigen lessen en je verwerkt op adequate wijze de feedback van je begeleiders. Stageactiviteiten Stageactiviteiten zijn onder voorbehoud van kleine wijzigingen in de Beroeps- of Vakopdracht. Vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie worden alternerend in blok 1 en blok 2 gegeven. Je voert de opdracht uit in het blok dat je de colleges hebt. De afronding is eind blok 3, maar je kunt tussentijds al je deelproducten inleveren. Je interviewt aan de hand van een interviewprotocol drie en één teamlid over opvoeden en ouderbetrokkenheid (Beroepsopdracht 2.2). Je werkt aan de schoolgebonden leertaak. Je voert drie complexe lessen uit: vakoverstijgend, verschillende leeractiviteiten, differentiatie, op basis van verschillende didactische werkwijzen en leersituaties (waaronder de lessen voor de vakopdracht Kunstzinnige Oriëntatie). Je legt jouw lesvoorbereidingen vooraf aan de mentor voor ter goedkeuring. Bij de lessen (dagdelen + gewone lessen) die je geeft zit ten minste één lessenreeks van drie opeenvolgende lessen. Bij de lessen die je geeft zit ten minste één les waarin onderzoekend en ontwerpend leren als didactiek wordt gebruikt. Je voert vijf overige activiteiten uit (accent op culturele verschillen, gesprekken met ouders en interculturele communicatie). Je woont een formeel gesprek van de mentor bij, observeert de gespreksvaardigheden aan de hand van vooraf opgestelde observatiepunten en geeft aan hoe de leerkracht aanstuurt op samenwerking. Je actualiseert je stagemap met daarin tenminste je lesvoorbereidingen, activiteiten, de ontvangen feedback en stagebeoordelingen. Je sluit de stage af en bespreekt de stage-ervaringen met de mentor Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 39

40 Beoordelingsprocedure De praktijk wordt aan het eind van het blok beoordeeld aan de hand van een beoordelingsformulier met beoordelingscriteria. De praktijk wordt als voldoende (6) beoordeeld indien aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en indien ten minste zeven van de beoordelingscriteria met een voldoende zijn beoordeeld. Voorwaarde voor beoordeling is altijd dat je de stageactiviteiten hebt uitgevoerd en dat je je stagemap hebt geactualiseerd. De beoordeling van de stage (de toekenning van het eindcijfer) wordt gegeven door de schoolopleider. De procedure is als volgt: Aan het eind van blok 2.2 geeft de mentor een schriftelijke adviesbeoordeling door het beoordelingsformulier in te vullen met onvoldoende, voldoende, goed of uitstekend. De mentor licht het advies mondeling toe in een gesprek met jou en stuurt de adviesbeoordeling naar de schoolopleider. De schoolopleider is de examinator en komt op basis van de adviesbeoordeling van de mentor (die in een gesprek met de student door de mentor is toegelicht), het eigen lesbezoek en het daarop aansluitende gesprek met jou tot een eindbeoordeling, vult het beoordelingsformulier in en geeft het cijfer. Meer informatie over de praktijk en de beoordelingsprocedure is te vinden in de Praktijkgids Portfolio Je neemt de voldoende praktijkbeoordeling op in je portfolio Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 40

41 HOOFDSTUK 5. Persoonlijke Professionele Ontwikkeling (PPO) SIS-code: P.P.O. 2.2 INLEIDING - De Pabo van de Hogeschool van Amsterdam leidt studenten op tot professionals in de grootstedelijke onderwijspraktijk. Het lesgeven in deze grootstedelijke context, met de superdiversiteit van de stad en die van haar inwoners, vraag veel van de kennis, vaardigheden en attitude van de leerkracht. Hij moet ervoor zorgen dat kinderen goed onderwijs krijgen in de verschillende vakgebieden, ervoor zorgen dat zij zich sociaal ontwikkelen in een groep en dat zij zich als individu leren ontplooien en hun talenten kunnen ontwikkelen. Dat is geen eenvoudige opgave. In de dagelijkse onderwijspraktijk ervaren veel leerkrachten een spanningsveld tussen deze drie doelen. De leerkracht krijgt hierdoor te maken met dilemma s, waarin hij eigen wijze keuzes moet leren maken. Deze dilemma s vinden niet alleen plaats in de interactie tussen leerkracht en leerlingen, maar ook in de interactie tussen leerkracht en ouders, de collega s, de directeur en andere onderwijsprofessionals. Het omgaan met dilemma s vraagt van de leerkracht dat hij weet waar hij voor staat en dat hij eigen wijze keuzes kan maken, die gebaseerd zijn op kennis, vaardigheden en een eigen visie op onderwijs en onderwijzen. Tijdens de bijeenkomsten voor persoonlijke-en professionele ontwikkeling, waarin reflectie op de voortgang in studie en stage centraal staat, wordt de student begeleid en ondersteund bij het maken en onderbouwen van keuzes en het creëren van professionele ruimte. Hiermee wordt een eigen professionele identiteit ontwikkeld, waarmee de startende leerkracht ook na de opleiding zelfstandig lerend kan blijven Pijler Identiteit Eigen wijze keuzes Professionele ruimte creëren De student is een professionele leerkracht. De student kan zijn persoonlijke professionele ontwikkeling duiden, weet waar hij voor staat (visie) en kan deze verwoorden aan anderen. De student kan op basis van verworven kennis, inzichten en ervaringen eigen wijze keuzes maken in zijn beroepspraktijk, deze onderbouwen en verantwoorden aan anderen. De student heeft een onderzoekende houding, stuurt zijn eigen ontwikkeling, voelt de noodzaak om zichzelf te blijven professionaliseren en zoekt verbinding en samenwerking met collega s en externen. Met behulp van de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad, leert de student zijn eigen professionele ontwikkeling en visie te duiden. Het portfolio wordt hierbij als reflectie-instrument gebruikt. Hierin verzamelt de student alle als voldoende beoordeelde studieonderdelen plus de bijbehorende feedback en beoordelingen. Wekelijks wordt er 50 minuten ppo-les gegeven door je kerndocent. Daarin is jouw voorbereiding en inbreng een belangrijk onderdeel van de bijeenkomst. Eigen inbreng bestaat onder andere uit het presenteren van een good practice (zie hieronder). Daarnaast laat je je in je stage filmen door je mentor en/of begeleider. Deze filmopnames worden gebruikt als input voor een ppo-bijeenkomst in het tweede blok. Good practice. Per les is er een duo aan de beurt die iets laat zien of vertelt waardoor zij geïnspireerd zijn geraakt of wat zij graag willen delen met de anderen. Dit kan een website, goed voorbeeld van een mentor, boek, artikel, Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 41

42 werk van kinderen, werkwijze op een school, film, o.i.d. zijn. De studenten brengen hun good practice in (maximaal 10 minuten) waarna de klas hierover in gesprek gaat. In blok 2.2 wordt ppo afgerond met een verslag (via mijnhva.nl inleveren). In blok 2.4 voer je een gesprek met een andere kerndocent over geheel jaar 2. Zorg dus steeds dat je je portfolio bijwerkt. Leerdoelen Je duidt jouw ontwikkeling aan de hand van de competentiematrix. Je reflecteert op eigen opvattingen, overtuigingen en normen en waarden. Je kunt uitleggen hoe en waarom je in verschillende dilemma s bepaalde keuzes heeft gemaakt. Je formuleert in de reflectie handelingsalternatieven met behulp van verkregen (praktijk)inzichten. Je beargumenteert eigen voorkeuren aan de hand van de competentiematrix, eigen reflectie en feedback van anderen. Je kunt verwoorden welke inzichten je hebt verkregen gedurende intervisie. Programma Bijeenkomsten 1. Culturele verschillen en diversiteit. Van welke groepen ben je lid en wat zijn de gewoonten binnen deze groepen? Wat zijn de verschillen en overeenkomsten? We gaan in gesprek over cultuur en diversiteit. Wij ontwikkelen per klas een kijkwijzer om de stageklas in beeld te brengen qua cultuur. 2. Cultuurverschillen in de stageklas. We brengen de verschillende klassen en kinderen in beeld en we bespreken welke verschillen en overeenkomsten er zijn tussen de verschillende stageklassen als het gaat om cultuur en diversiteit. Jouw activiteiten vooraf Huiswerk volgende week: Ga in gesprek met drie kinderen en breng je klas in beeld. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd. Noteer de verschillende groepen in je klas. Noteer van drie kinderen minimaal drie groepen waar zij lid van zijn. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd. 3: Growth and fixed mindset. Aan de hand van casussen en de theorie van Carol Dweck bespreken we de invloed van feedback geven. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd. 4: Oudergesprekken. Als leerkracht ga je ook met de ouders in gesprek. We gaan in op het voeren van deze gesprekken en de gesprekstechnieken die hierbij belangrijk zijn. 5.Intervisie roddelmethode Tijdens deze bijeenkomst is er ruimte voor feedback. Als je in je stage of studie tegen dingen aanloopt die vragen oproepen dan kan je die met je medestudenten en je kerndocent bespreken. De inbreng neem je mee naar de bijeenkomst. Neem je videobeelden mee met dit dilemma. Vraag je mentor hoe hij gesprekken met ouders organiseert. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd. Huiswerk: neem in minimaal vier regels een eigen dilemma mee op papier. In je stage vraag je je mentor je met regelmaat te filmen, zodat er tijdens deze les video-interactie kan plaatsvinden. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 42

43 6.Voorbereiding afronding PPO-verslag en terugblikken We bespreken de criteria waaraan het verslag moet voldoen. We kijken terug naar de inzichten en verwerking van intervisie en we blikken terug op de voorgenomen stagedoelen. Aan de hand van de competentiematrix formuleer je nieuwe stagedoelen. Lees het beoordelingsformulier uit de studiewijzer grondig door en kom met gerichte vragen. Neem de feedback van je mentor op jouw stagedoel van dit blok mee op papier. Een good practice, gouden moment of inspiratiebron door enkele studenten gepresenteerd. Toetsing Aan het eind van dit semester (toetsweken van blok 2.2 volgens rooster) lever je een verslag in via de mijnhva.nldropbox. Het verslag is opgesteld aan de hand van de volgende criteria: Je kunt in voldoende mate de relatie beschrijven tussen je ontwikkeling tot leerkracht basisonderwijs en de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Je maakt hierbij gebruik van eigen filmbeelden en koppelt de filmbeelden aan bepaalde competenties (filmbeelden deel je met ons via een link in het verslag). Je kunt in voldoende mate reflecteren op eigen opvattingen, overtuigingen en normen en waarden. Je kunt uitleggen hoe en waarom je in verschillende dilemma s bepaalde keuzes hebt gemaakt. Je formuleert in de reflectie handelingsalternatieven met behulp verkregen (praktijk)inzichten. Je beargumenteert je eigen voorkeuren aan de hand van de competentiematrix, eigen reflectie en feedback van anderen. Je kunt verwoorden welke inzichten je hebt verkregen gedurende intervisie. Je zorgt ervoor dat in de toetsweken van blok 2.2 je portfolio geactualiseerd is. Dit betekent: een recent overzicht van de studieresultaten in SIS; de stagebeoordelingen; een overzicht van stageactiviteiten uit blok 2.1 en 2.2; de voldoende beroeps- en vakopdrachten (inclusief beoordeling); de competentiematrix waarin je aangegeven hebt op welke gebieden je gegroeid bent en welk niveau je behaald hebt (met kleur en/of opmerkingen) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 43

44 HOOFDSTUK 6. Praktische informatie INLEIDING - Dit hoofdstuk biedt een overzicht van alle belangrijke praktische informatie omtrent dit blok zoals de blokkalender, de gebruikte literatuur en internetsites, het minimum taalniveau dat we hanteren, etcetera. Opzet blok 2 Hieronder zie je in schema hoe dit blok verloopt: in de bovenste rij de weken van het blok, de rij eronder de kalenderweek, de rij daaronder de begindatum van die week, dan de invulling, en tenslotte de toets- en/of stageactiviteiten. BLOK /11 20/11 27/11 4/12 11/12 18/12 08/01 15/01 22/01 29/01 PROJECTWEEK STAGEWEEK vt: ma t/m vr. dt: 1 dag extra TOETSWEEK 1 Stagebeoord. Beroepsopdr. Vakopdracht Herkans blok 1 TOETSWEEK 2 Thematoets Vaktoets Vaktoets Belangrijke internetsites Hier vind je het meest actuele rooster van jouw klas. Hier staat alle actuele informatie van de opleiding en de verschillende vakken. Informatie van het stagebureau voor externen. Bekijk hier jouw studievoortgang. Je kunt STIP gebruiken bij alle vragen rond het zoeken, vinden en gebruiken van (wetenschappelijke en vak-) informatie. Een online oefenmodule om je taalvaardigheid te verbeteren. Belangrijke documenten (downloaden via MijnHvA): Competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Praktijkgids Praktijkgids LIO (via Boekenlijst Een overzicht van de verplicht aan te schaffen boeken voor het derde studiejaar vind je op deze website: Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 44

45 Taalniveau Voor een student aan de leerkrachtenopleiding basisonderwijs is het van belang een goede beheersing van het Nederlands te hebben voor alle taalvaardigheden (spreken, gesprekken voeren, luisteren, lezen en schrijven). Van alle studenten wordt verwacht dat zij het Nederlands beheersen op B2-niveau vanaf het einde van de propedeuse en op C1-niveau aan het einde van de hoofdfase. Een beschrijving van deze taalniveaus vind je op Alle schrijfproducten van studenten worden nagekeken met behulp van de Taalnorm Pabo HvA (is een onderdeel van het taalaspect schrijven ). Deze Taalnorm vind je in een van de bijlagen bij deze Studiewijzer. Bij teveel fouten wordt het schrijfproduct met een onvoldoende beoordeling teruggegeven aan de student. Dit is dan ook gelijk de eerste beoordeling en je moet in dat geval het verslag in zijn geheel herkansen. De beoordeling met behulp van de Taalnorm staat los van de inhoud van de opdracht. Deze wordt apart beoordeeld Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 45

46 BIJLAGE 1. Beoordelingsformulier beroepsopdracht 2.2 VT Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Soort product: Naam beoordelaar: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student verwijst naar ten minste drie verschillende bronnen en doet dit volgens de APA standaarden. O O 2. Het verslag voldoet aan de taalnorm van Pabo HvA. O O 3. De transcripties van de gesprekken met het teamlid en ouders zijn als bijlage toegevoegd. O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) 1. De student heeft interviews professioneel opgesteld voor ouders en een teamlid die meerdere aspecten van educatieve samenwerking bevatten. 2. De student koppelt de data van het interview met een teamlid aan zijn eigen theoretisch kader en geeft duidelijk weer welke rol de school ziet in het opvoeden van de kinderen. 3. De student koppelt de data van de interviews met de ouders aan het theoretisch kader en geeft duidelijk weer welke rolverdeling de ouders zien tussen hen en de school. 4. Het product bevat een eigen visie op de rol van de school op het gebied van opvoeden en educatieve samenwerking. 5. Eigen criterium (haalbaar en in relatie tot het thema):. Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) De student heeft waardeneutrale interviews opgesteld aan de hand van een protocol voor zowel het teamlid als de drie ouders. Hierbij wordt in de analyse van de resultaten gebruik gemaakt van de interviews middels labels en citaten. De student koppelt de analyse van de interviews aan het theoretisch kader en trekt aan de hand daarvan conclusies. Bij de analyse wordt gebruik gemaakt van labels en citaten. De student formuleert een eigen visie op de rol van de school op het gebied van opvoeden en educatieve samenwerking en heeft deze onderbouwd met tenminste één bron. Hier beschrijf je wat jij voldoende zou vinden ten aanzien van je eigen criterium. Goed (3 punten) Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 46

47 C. Eindbeoordeling / cijfer (0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 14 O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 9 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 47

48 BIJLAGE 2. Beoordelingsformulier schoolgebonden leertaak Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Naam beoordelaar: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee Het verslag voldoet aan de taalnorm van de Pabo HvA. O O De student verwijst naar ten minste drie verschillende bronnen en doet dit volgens de APA-standaarden. O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) De student heeft in de schoolgebonden leertaak een probleem / aspect vanuit de school/ scholen in begrijpelijke taal beschreven en geanalyseerd. Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) De context en het probleem zijn helder beschreven. Tevens zijn deze geanalyseerd met behulp van literatuur. Goed ( 3 punten) De student heeft het probleem/ aspect omgezet in een bruikbaar product en/of interventie. De student heeft het probleem/ aspect omgezet in een bruikbaar product en/of interventie én voorzien van feedback van de school/ contactpersoon. De student kan het eindproduct/ de interventie inhoudelijk verantwoorden. De gemaakte keuzes worden zichtbaar en verantwoord, dus er zit een toelichting bij waarom er gekozen is voor juist dit eindproduct. Dit criterium telt dubbel. De student heeft de ontvangen feedback van de school zichtbaar in het product verwerkt. Naar aanleiding van tussentijdse feedback is het product zichtbaar veranderd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 48

49 C. Eindbeoordeling / cijfer (0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 14 O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 9 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 49

50 BIJLAGE 3. Beoordelingsformulier Vakopdracht KO 2.3 Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Naam beoordelaar: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft een lesverslag per vakgebied aangeleverd. O O 2. De student heeft een videofragment voor de vakken dans & drama en muziek en een FTC filmpje voor het vak beeldend vorming aangeleverd. 3. De student heeft het lesontwerp en de leermiddelen bij beeldende vorming in blok 2.1 of 2.2 afgerond. O O 4. De beeldende opdrachten zijn door de docent beoordeeld. O O 5. Het verslag voldoet aan de taalnorm van Pabo HvA. O O O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) Je maakt een koppeling tussen beginsituatie, vakspecifieke productdoelen en doelen op de langere termijn voor elk afzonderlijk kunstvak. Je beschikt over basale kennis van de methodisch didactische vaardigheden voor de afzonderlijke kunstvakken. Je kunt met de lesinhoud van het kunstvak aansluiten bij een thema/ onderwerp van de stageklas en een ander vak- of vormingsgebied. Je kunt in de reflectie een koppeling maken met de competentiegebieden. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) Je formuleert de beginsituatie van de stageklas. Je formuleert vakspecifieke leerdoelen. Je formuleert doelen op de langere termijn. De doelen worden zichtbaar in de lesinhoud. Je kunt laten zien dat je methodisch didactisch handelen past bij het onderwerp van je les. Je verwerkt kennis ten aanzien van de vakgebieden in de lesinhoud.. Je beschrijft op welke wijze de kunstles aansluit bij een thema of onderwerp van de stageklas. Je beschrijft eventuele mogelijkheden om aan te sluiten bij een ander vak- en/ of vormingsgebied. Je geeft een reflectie op de gegeven les met betrekking tot: - Organisatie - Behaalde doelen - Eigen vakdidactische competentie - Een mogelijke vervolgactiviteit + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is. Goed (3 punten) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 50

51 C. Eindbeoordeling / cijfer ( 0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 7 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = 4 4 O Ruim onvoldoende = 3 3 O Ruim onvoldoende = O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 51

52 Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 52

53 BIJLAGE 4. Beoordelingsformulier P.P.O. 2.2 VT Pabo HvA Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Naam beoordelaar: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft uiterlijk maandag 8.30 uur in de toetsweek het portfolio geactualiseerd met de (ten minste voldoende beoordeelde) beroeps- en vakopdrachten en praktijkbeoordelingen. O O 2. Het verslag voldoet aan de taalnorm van Pabo HvA. O O B. Inhoudelijke criteria Helemaal niet (0 punten) 1. De student duidt de eigen ontwikkeling tot leerkracht basisonderwijs aan de hand van de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). 2. De student reflecteert op eigen opvattingen, overtuigingen en normen en waarden. 3. De student kan uitleggen hoe en waarom hij in verschillende dilemma s bepaalde keuzes heeft gemaakt. 4. De student formuleert in de reflectie handelingsalternatieven met behulp verkregen (praktijk)inzichten. 5. De student beargumenteert zijn eigen voorkeuren aan de hand van de competentiematrix, eigen reflectie en feedback van anderen. 6. De student kan verwoorden welke inzichten hij heeft verkregen gedurende intervisie. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. Niet helemaal (1 punten) Voldoende (2 punten) De student beschrijft de eigen ontwikkeling tot leerkracht en koppelt dit aan de producten uit zijn portfolio, praktijkervaringen en aan de competentiematrix. Je kiest uit elke hoofdcompetentie minimaal één deelcompetentie hierbij. Je koppelt eigen filmbeelden aan minimaal één deelcompetentie (via link in verslag). De student kan met voorbeelden en theorie aangeven wat de eigen opvattingen, normen en waarden zijn met betrekking tot differentiatie en diversiteit en koppelt dit aan zijn handelen als (toekomstig) leerkracht. De student beschrijft twee dilemma s uit stage en/of studie en beschrijft hierbij waarom hij welke keuzes heeft gemaakt. De student beschrijft bij deze twee dilemma s welke alternatieven er mogelijk zijn en tot welk inzicht dit heeft geleid. Kies één van de hoofdcompetenties en beschrijf hierin jouw voorkeur. Wat voor soort leerkracht wil je op dat gebied zijn? Gebruik hierbij tevens ervaringen, reflectie hierop en feedback van anderen. De student beschrijft welk inzicht hij heeft verkregen bij welke intervisie en beschrijft hierbij kort de situatie. Goed (3 punten) + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 53

54 C. Eindbeoordeling / cijfer (0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 11 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Ruim onvoldoende = O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 54

55 BIJLAGE 5. De taalnorm van PABO HvA TAALNORM SCHRIJVEN PABO HVA Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 55

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.2 2016-2017 2016-2017 Studiewijzer VT 2.2 - DEFINITIEVE VERSIE 01-11-2016 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN

Nadere informatie

Diversiteit: Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd. Blok Studiewijzer VT 2.2 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Diversiteit: Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd. Blok Studiewijzer VT 2.2 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.2 2018 2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.2 DEFINITIEVE VERSIE 19-10-2018 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN COMMUNICATIE...

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2018-2019 2018-2018 Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN: KINDEREN

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2015-2016 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP OUDERE KIND...3 HOE

Nadere informatie

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool In dit beroepsproduct ontwerp je onderwijs op het gebied van Wetenschap en technologie voor de basisschool. Uitgangspunt bij je onderwijsontwerp

Nadere informatie

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. In dit document lees je wat het beroepsproduct Technisch gesproken reken ik daarop inhoudt. De vakken rekenen-wiskunde,

Nadere informatie

1 De kennisbasis Nederlandse taal

1 De kennisbasis Nederlandse taal Noordhoff Uitgevers bv De kennisbasis Nederlandse taal. De opzet van de kennisbasis. De inhoud van de kennisbasis. Toetsing van de kennisbasis. Hoe gebruik je Basiskennis taalonderwijs? In dit hoofdstuk

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2019-2020 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN EN ONTWIKKELEN STIMULEREN... 3 HOE VER BEN JE MET DE

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsmodel

Lesvoorbereidingsmodel Gegevens student Gegevens basisschool Naam Naam Groep Voltijd Deeltijd Dagavond Plaats Studiejaar/periode Sem 1 Sem 2 Soort onderwijs Regulier Montessori Dalton OGO Studentnummer Stagementor(en) Email

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Periode 1.1 2012-2013 1 Inhoud DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 3 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2017-2018 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 01-02-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs

Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Bekwaamheidseisen leraar primair onderwijs Uit: Besluit van 16 maart 2017 tot wijziging van het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel en het Besluit bekwaamheidseisen onderwijspersoneel BES in verband

Nadere informatie

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Cursusdoelen 1. De student heeft kennis van getalfuncties, inzicht in de telrij, (structuur van) getallen en getalrelaties

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 19-01-2017 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2018-2019 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP OUDERE KIND...3 HOE

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2017-2018 2017-2018 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 25-08-2017 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL!

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2019-2020 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2018-2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 11-09-2018 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.2. Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.2. Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.2 2017-2018 INHOUDSOPGAVE BLOK 3.2 SAMENWERKEN MET OUDERS EN DESKUNDIGEN

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2018-2019 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.2 2019-2020 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het jonge kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP HET JONGE KIND...3

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2015-2016 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.2 2018-2019 2018-2019 Studiewijzer VT 1.2 - DEFINITIEVE VERSIE 24-09-2018 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM...

Nadere informatie

Cursusbeschrijving: Wiskunde in groep 7 en 8, deel 2 Algemene gegevens Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam Cursusnaam Engels Studiepunten Categorie

Cursusbeschrijving: Wiskunde in groep 7 en 8, deel 2 Algemene gegevens Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam Cursusnaam Engels Studiepunten Categorie Cursusbeschrijving: Wiskunde in groep 7 en 8, deel 2 Algemene gegevens Cursuscode(s) : PABWO714X2 Opleiding : Pabo Cursusnaam : Wiskunde in groep 7 en 8, deel 2 Cursusnaam Engels : [vertaling via BB] Studiepunten

Nadere informatie

Leren door spelen. Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind. Blok 2.2. Studiewijzer Pabo Deeltijd

Leren door spelen. Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind. Blok 2.2. Studiewijzer Pabo Deeltijd Leren door spelen Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 2.2 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer DT 2.2 DEFINITIEF 09-11-2017 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.2 LEREN DOOR

Nadere informatie

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.4 2018 2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.4 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.4 - DEFINITIEVE VERSIE 25-04-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam Cursusnaam Engels : PABFMT14X : Pabo : Gecijferdheid 7, Factoren, Machten en Talstelsels : [vertaling via BB] Studiepunten : 1 Categorie Cursusbeheerder

Nadere informatie

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool Nicole Poulussen, Cindy Stienen, Esther Woertman Inhoud Jaar 1 Pabo Avans Voorbeeld 1 ICT in de vorm van een

Nadere informatie

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor

Onderwijs en Opvoeding. HANDLEIDING Educatieve minor , Onderwijs en Opvoeding HANDLEIDING Educatieve minor Fase Semester 1 Leerroute Educatieve Minor 2018-2019 Schrijvers Susan Kruis, Danielle van der Maten en Inge Oudkerk-Pool e-mail Docenten: m.s.kruis@hva.nl

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.1 2016-2017 Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 1.1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS...

Nadere informatie

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1 Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen 2014-2015 Pagina 1 Inhoudsopgave: Inleiding: blz. 3 Module omschrijving: blz. 4 Toetsmatrijs: blz. 5 Cesuur: blz. 6 College 1: blz.

Nadere informatie

Opleiding docent rekenen MBO. Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst

Opleiding docent rekenen MBO. Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst Opleiding docent rekenen MBO Groep Nova College 6 november 2014 Derde bijeenkomst Inhoud 1. Introductie 2. Verhoudingen en procenten 3. Portfolio 4. Lunch 5. Onderzoek 6. Ontwikkelingen in rekenonderwijs

Nadere informatie

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs

Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Bijlage 5 Interviewformulier studieadviseurs Studentnummer: Naam aanmelder: Stap 1. Welkom heten en uitleggen wat het onderzoek inhoudt (Tijd: 5 minuten) Landelijk en bij de FEM is er sprake van een hoge

Nadere informatie

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Dit document is bedoeld om de opleidingsexaminatoren te informeren over de achtergronden van het LIObekwaamheidsgesprek. Ingegaan wordt

Nadere informatie

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Deze module beschrijft drie leeruitkomsten van elk 10 studiepunten (European Credits). Waar gaat deze module over? Deze module gaat over jouw vermogen om éénvoudige

Nadere informatie

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Velon-congres, Breda, 19 maart 2019 Rob Moggré, r.moggre@ipabo.nl Ronald Keijzer, r.keijzer@ipabo.nl https://kenniscentrum.ipabo.nl Hogeschool ipabo We zoomen in

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE VER

Nadere informatie

Terugblik masterclasses HAN Pabo

Terugblik masterclasses HAN Pabo Terugblik masterclasses HAN Pabo Het afgelopen jaar 2017 hebben studenten van de HAN Pabo de mogelijkheid gehad zich via masterclasses te verdiepen in W&T. Alle hieronder beschreven masterclasses zijn

Nadere informatie

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam : PABPRO14X : Pabo : Cij 4, Procenten Cursusnaam Engels : [vertaling via BB] Studiepunten : 1 Categorie Cursusbeheerder Opleidingsvorm Leerroute

Nadere informatie

Studiehandleiding Taal en diversiteit

Studiehandleiding Taal en diversiteit Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Taal en diversiteit (studiegidsnummer 70720219DY) Jaar 2 Semester

Nadere informatie

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen?

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 2.1 2015-2016 [Type here] Inhoud BLOK 2.1 LEREN DOOR SPELEN. WAT IS GOED ONDERWIJS AAN JONGE KINDEREN?...3 HOE

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Student(e) Klas Stageschool Plaats Mentor Datum Groep Aantal lln Vak- vormingsgebied: beeldende

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden Checklist vakdidactisch Kennisbasis Biologie Voor het begin van de 3 e jaars stage vullen de studenten deze checklist in. De studenten formuleren leerdoelen die aansluiten op de uitkomst van deze list.

Nadere informatie

Stappenplan Ontdekken van de Wereld

Stappenplan Ontdekken van de Wereld Stappenplan 2.1.2 Ontdekken van de Wereld In dit document lees je wat het beroepsproduct bij de onderwijseenheid Ontdekken van de Wereld inhoudt en volgens welke stappen je er aan kunt werken. Inleiding

Nadere informatie

Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht 130.

Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht 130. Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Jaar 1 Semester 1, blok

Nadere informatie

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus Creëer een veilig seksueel klimaat Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Annemieke Loos Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Creëer

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond middenbouw

Agenda onderwijsavond middenbouw Agenda onderwijsavond middenbouw Kerndoelen PO Wat komt er aan bod in groep 3-4-5 Leren lezen nader bekeken Onderwijsinhoud op de Bron Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen

Nadere informatie

Domein: Oriëntatie op jezelf en de wereld, Wetenschap en techniek: Natuurkunde. Verantwoording

Domein: Oriëntatie op jezelf en de wereld, Wetenschap en techniek: Natuurkunde. Verantwoording Domein: Oriëntatie op jezelf en de wereld, Wetenschap en techniek: Natuurkunde Verantwoording Wetenschap en techniek draagt bij aan de ontwikkeling van nieuwsgierigheid, creativiteit en kritisch analytisch

Nadere informatie

Rondom Rekenen VO/MBO. Op weg naar topdocenten rekenen mbo. Thema 1: De eigenheid van de mbo-student Een mbo-leerling heeft geen achterstand rekenen

Rondom Rekenen VO/MBO. Op weg naar topdocenten rekenen mbo. Thema 1: De eigenheid van de mbo-student Een mbo-leerling heeft geen achterstand rekenen Rondom Rekenen VO/MBO Op weg naar topdocenten rekenen mbo Thema 1: De eigenheid van de mbo-student Een mbo-leerling heeft geen achterstand rekenen + (inspireert me tot actie) * Dit wil ik bespreken! *

Nadere informatie

Informatie werkplekleren

Informatie werkplekleren Informatie werkplekleren Pabo Venlo 2014-2015 Inhoudsopgave Inleiding Blz. 3 Stagedagen Blz. 4 Stageweken Blz. 4 Jaaroverzicht 2014-2015 Blz. 5 Opleidingsprogramma Blz. 6 Propedeusefase Hoofdfase Afstudeerfase

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 26-01-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE

Nadere informatie

Opleiding docent rekenen MBO. 17 november 2016 derde bijeenkomst Groep Davinci 2 (+2)

Opleiding docent rekenen MBO. 17 november 2016 derde bijeenkomst Groep Davinci 2 (+2) Opleiding docent rekenen MBO 17 november 2016 derde bijeenkomst Groep Davinci 2 (+2) Inhoud 1.Zwakke rekenaars en ERWD: Ceciel Borghouts 2. Lunch 3. Verhoudingen en procenten 4. Onderzoek 5. Huiswerk en

Nadere informatie

Opleiding docent rekenen MBO. ID College groep 1 14 november 2014 Derde bijeenkomst

Opleiding docent rekenen MBO. ID College groep 1 14 november 2014 Derde bijeenkomst Opleiding docent rekenen MBO ID College groep 1 14 november 2014 Derde bijeenkomst Inhoud 1. Introductie 2. Verhoudingen en procenten 3. Portfolio* 4. Lunch 5. Onderzoek* 6. Ontwikkelingen in rekenonderwijs

Nadere informatie

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind Stageactiviteiten Jaar 1 Voor alle activiteiten geldt: Je bereidt je voor op de activiteiten door: Vooraf bij je mentor te informeren wat de beginsituatie van de groep is. Welke activiteiten kennen ze

Nadere informatie

CKV Festival 2012. CKV festival 2012

CKV Festival 2012. CKV festival 2012 C CKV Festival 2012 Het CKV Festival vindt in 2012 plaats op 23 en 30 oktober. Twee dagen gaan de Bredase leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de culturele instellingen van Breda. De basis van

Nadere informatie

Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016. Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10!

Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016. Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10! Volgens Bartjens Studentendag vrijdag 15 april 2016 Ik tel tot 10! Wat: Rekendag voor Pabo-studenten Thema: Ik tel tot 10! Plaats: CPS, Amersfoort (8 min. lopen vanaf NS Amersfoort-Schothorst) Wanneer:

Nadere informatie

Kinderen leren op verschillende manieren Leren in en met de groep

Kinderen leren op verschillende manieren Leren in en met de groep Kinderen leren op verschillende manieren Leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Deeltijd Periode 1.4 2012-2013 1 INHOUD PERIODE 1.4 KINDEREN LEREN OP VERSCHILLENDE MANIEREN. LEREN IN EN MET DE GROEP...3

Nadere informatie

Vervolgcursus Rekenen. bijeenkomst 2 8 december 2011 vincent jonker, monica wijers Freudenthal Instituut

Vervolgcursus Rekenen. bijeenkomst 2 8 december 2011 vincent jonker, monica wijers Freudenthal Instituut Vervolgcursus Rekenen bijeenkomst 2 8 december 2011 vincent jonker, monica wijers Freudenthal Instituut Programma 8 december 1. Huiswerk: kommagetallen in de opleiding 2. Drieslag 3. Procentenproblemen

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en Leraar voorbereidend hoger onderwijs Management en Organisatie Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Management en Organisatie - 2010-2011 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum

Nadere informatie

Differentiatie en motivatie in de rekenles

Differentiatie en motivatie in de rekenles Starter Ieder heeft een kaartje (hetzij breuk/hetzij kommagetal) Eerste doel: drie rijen: 1x breuken en 2x kommagetallen op volgorde. Eerste stap: Zoek je beide buren Tweede stap: Ga op volgorde van klein

Nadere informatie

Kunst en cultuur (PO-havo/vwo)

Kunst en cultuur (PO-havo/vwo) Kunst en cultuur (PO-havo/vwo) Sectoren kerndoelen primair onderwijs kerndoelen onderbouw havo/vwo onderbouw exameneenheden havo/vwo bovenbouw exameneenheden Vakkernen 1. Produceren en presenteren 54:

Nadere informatie

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011

Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011 Leraar voorbereidend hoger onderwijs Engels Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels - 2010-2011 Vrije Universiteit Amsterdam - Onderwijscentrum VU - M Leraar VHO Engels

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Semester 1 2017-2018 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 28-09-2017 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Eerste semester (blok 1.1 en blok 1.2) 2019-2020 Inhoudsopgave SEMESTER 1 Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs... 3 Hoe ziet

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond bovenbouw

Agenda onderwijsavond bovenbouw Agenda onderwijsavond bovenbouw Kerndoelen PO Referentieniveaus Onderwijsinhoud op de Bron Wat komt er aan bod in groep 6-7-8 Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen en kunnen

Nadere informatie

Een geslaagde activiteit

Een geslaagde activiteit Een geslaagde activiteit Toelichting: Een geslaagde activiteit Voor Quest 4 heb ik een handleiding gemaakt met daarbij de bijpassend schema. Om het voor de leerkrachten overzichtelijk te maken heb ik gebruik

Nadere informatie

van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen

van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen van, voor en door de leraar Discussienota Uitgangspunten Herijking Bekwaamheidseisen Inhoudsopgave Hoofdstuk 1 / De kern en inhoud als uitgangspunt... 4 1.1 de kern... 4 1.2 de inhoud... 5 Hoofdstuk 2

Nadere informatie

Voorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten van de basistraining

Voorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten van de basistraining Voorbereidingsopdrachten voor de bijeenkomsten van de basistraining Bij de trainingsbijeenkomsten hoort telkens een voorbereidingsopdracht. Het uitvoeren en (op papier) meenemen hiervan is noodzakelijk

Nadere informatie

Werkplan vakverdieping kunstvakken

Werkplan vakverdieping kunstvakken Werkplan vakverdieping kunstvakken 2012-2013 algemene gegevens Naam: Klas: Nanda ten Have VR3C Gekozen vakverdieping: Beeldend onderwijs Persoonlijke leerdoel gekoppeld aan de vakcompetenties of gericht

Nadere informatie

Vragen stellen in de reken-wiskundeles

Vragen stellen in de reken-wiskundeles Vragen stellen in de reken-wiskundeles Marc van Zanten, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling SLO & Universiteit Utrecht: Panama, O&T, Faculteit Sociale Wetenschappen Inleiding Dit hoofdstuk

Nadere informatie

DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL

DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL DECEMBER 2017 Lisa Jansen-Scheepers HET DRIESLAGMODEL Hoe het drieslagmodel kan worden ingezet ter ondersteuning van het getalbegrip in de realistische rekenles. Het belangrijkste doel van school is niet

Nadere informatie

Planmatig samenwerken met ouders

Planmatig samenwerken met ouders Ouderparticipatie Team Planmatig samenwerken met ouders Samen vooruit! Tamara Wally Tamara Wally (MSc.) is werkzaam bij de CED- Groep. Ze werkte mee aan de publicatie Samen vooruit, over planmatig werken

Nadere informatie

Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg

Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg Competentiescan Propedeuse Academie voor Beeldende Vorming Tilburg naam student: Stan Verhees.. A1 CREËREND VERMOGEN 1 De student kan zelfstandig een beeldend proces op gang brengen, dit proces kwalitatief

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Semester 1 2018-2019 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 17-07-2018 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Erkenning: Stichting Post HBO. Omvang: 252 SBU, 9 EC

Erkenning: Stichting Post HBO. Omvang: 252 SBU, 9 EC Taalexpert De post-hbo opleiding Taalexpert heeft tot doel leraren en intern begeleiders toe te rusten met kennis, inzichten en vaardigheden op het gebied van lees-/taalonderwijs op expertniveau. Alle

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.2 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer DT 1.2 DEFINITIEF 03-11-2016 - pagina 1 INHOUDSOPGAVE BLOK 1.2 HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS IN THEORIE EN PRAKTIJK...

Nadere informatie

Scholingsplan 2012-2013. Samen in ontwikkeling

Scholingsplan 2012-2013. Samen in ontwikkeling Scholingsplan 2012-2013 Samen in ontwikkeling Inhoudsopgave Inleiding 3 Pijlers 4 Kader 5 Deskundigheidsbevordering 2012-2013 6 Beschrijvingen van de scholingen 7 Aanmelden voor externe scholingen 9 Inleiding

Nadere informatie

FOTO'S: VINCENT VAN DEN HOOGEN. Van visievorming tot invoering. Rekenmethode kiezen en implementeren

FOTO'S: VINCENT VAN DEN HOOGEN. Van visievorming tot invoering. Rekenmethode kiezen en implementeren FOTO'S: VINCENT VAN DEN HOOGEN Van visievorming tot invoering Rekenmethode kiezen en implementeren 6 SPECIAL REKENEN Wist je dat het moment waarop je het eerste boek pakt uit een zichtzending van een nieuwe

Nadere informatie

BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE

BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE BIJGESTELDE VISIE REKENEN & WISKUNDE Het project Curriculum.nu Doelstelling van het project Curriculum.nu is ontwikkeling van de curricula in negen leergebieden (uit: werkopdracht aan de ontwikkelteams):

Nadere informatie

Interpersoonlijk competent

Interpersoonlijk competent Inhoudsopgave Inhoudsopgave...0 Inleiding...1 Interpersoonlijk competent...2 Pedagogisch competent...3 Vakinhoudelijk & didactisch competent...4 Organisatorisch competent...5 Competent in samenwerken met

Nadere informatie

kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer

kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer Domein B1.1 Biologie leren Begripsontwikkeling en jargon Leren van biologische vaardigheden Verschillen

Nadere informatie

Het jonge kind. Blok 3.2. Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het jonge kind. Blok 3.2. Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school. Studiewijzer Pabo Voltijd Het jonge kind Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.2 2017-2018 2017-2018 Studiewijzer VT 3.2 JONGE KIND - DEFINITIEVE VERSIE

Nadere informatie

Werkplan SOT

Werkplan SOT Werkplan SOT 2011-2012 algemene gegevens Naam: Klas: Dianne te Walvaart en Dennis Wesselink VR3A gekozen onderwerp Korte beschrijving van het gekozen onderwerp: Probleemstelling: Praktische relevantie:

Nadere informatie

Leerwerktaak Spreken is goud!

Leerwerktaak Spreken is goud! Leerwerktaak Spreken is goud! Titel Spreken is goud! Onderwijstype Niveau Competenties(s) Beroepstaak VO MBO 1 propedeusefase 2 hoofdfase 3 eindfase (lio) 1 interpersoonlijk 2 pedagogisch 3 vakinhoudelijk/vakdidactisch

Nadere informatie

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO

Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO Vragenlijst deelnemers Vlaams Lerend Netwerk STEM SO 1. Persoonlijke gegevens Naam school:.. Provincie school: o Antwerpen o Limburg o Oost- Vlaanderen o Vlaams- Brabant o West- Vlaanderen Wat is je functie?

Nadere informatie

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE*

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* *Voor de speciale trajecten Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs (AOLB) en International

Nadere informatie

Analyse rekenalgebraïsche. vaardigheden in de onderbouw van het havo/vwo. ReAL Leerlijnen van rekenen naar algebra

Analyse rekenalgebraïsche. vaardigheden in de onderbouw van het havo/vwo. ReAL Leerlijnen van rekenen naar algebra Analyse rekenalgebraïsche vaardigheden in de onderbouw van het havo/vwo. ReAL Leerlijnen van rekenen naar algebra SLO nationaal expertisecentrum voor leerplanontwikkeling Wiskunde in de onderbouw van het

Nadere informatie

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het jonge kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2017-2018 2017-2018 Studiewijzer VT 3.1 JONGE KIND DEFINITIEVE VERSIE 25-08-2017 pagina 1 INHOUD BLOK

Nadere informatie

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Nadere informatie

Opbrengstgericht taalonderwijs

Opbrengstgericht taalonderwijs Opbrengstgericht taalonderwijs De leergang Opbrengstgericht taalonderwijs heeft tot doel leraren en intern begeleiders toe te rusten met kennis, inzichten en vaardigheden op het gebied van lees-/taalonderwijs

Nadere informatie

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG

Bijlage 3 BEOORDELINGSFORMULIER EINDPRODUCT PDG Bijlage 3 SFORMULIER EINDPRODUCT PDG Naam deelnemer: Gabriëlle Copini Beoordelaar: Ella ten Barge ROC/AOC: Friesland College Paraaf beoordelaar: Eindproduct (aankruisen) in beeld/lesgeven op pad/ecursie

Nadere informatie