Lesgeven over Amsterdam

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Lesgeven over Amsterdam"

Transcriptie

1 Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

2 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA VAN PABO HVA - EEN OVERZICHT VAN DEZE STUDIEWIJZER... 4 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN TOETSING BLOK HOOFDSTUK 1. PEDAGOGIEK - THEMALIJN... 7 HOOFDSTUK 2. DE BEROEPSOPDRACHT DE SCHOOLOMGEVING ALS BASIS VOOR ONDERWIJS... 9 HOOFDSTUK 3. KENNIS EN VAARDIGHEDEN - DE VAKCOLLEGES NEDERLANDS 1.2 EN DIDACTIEK SPELLING REKENEN EN WISKUNDE: HELE GETALLEN BOVENBOUW MENS & WERELD: BASISDIDACTIEK BIOLOGIE MENS & WERELD: BASISDIDACTIEK GESCHIEDENIS MENS & WERELD: INTRODUCTIE EN BASIS(VAK)DIDACTIEK AARDRIJKSKUNDE ONTWIKKELINGEN OP HET GEBIED VAN ICT KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: MUZIEK KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: BEELDENDE VORMING KUNSTZINNIGE ORIËNTATIE: VAKOPDRACHT 1.2 BEELDENDE VORMING & MUZIEK EIGEN VAARDIGHEID REKENEN EIGEN VAARDIGHEID NEDERLANDS CULTUURPROJECT 1: CULTUUR EN IK HOOFDSTUK 4. DE PRAKTIJK VAN HET BASISONDERWIJS HOOFDSTUK 5. PERSOONLIJKE PROFESSIONELE ONTWIKKELING HOOFDSTUK 6. PRAKTISCHE INFORMATIE BIJLAGE 1. BEOORDELINGSFORMULIER BEROEPSOPDRACHT VT BIJLAGE 2. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT KO 1.2 (BEELDENDE VORMING / MUZIEK) BIJLAGE 3. BEOORDELINGSFORMULIER CULTUURONDERWIJS VT BIJLAGE 4. BEOORDELINGSFORMULIER PPO 1.2 FUNCTIONERINGSGESPREK BIJLAGE 5. DE TAALNORM VAN PABO HVA Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 2

3 BLOK 1.2 Ken de omgeving! - Lesgeven over Amsterdam Amsterdam, die grote stad, Die is gebouwd op palen. Als die stad eens ommeviel, Wie zou dat betalen? Je stageschool staat niet op een eiland, maar maakt onderdeel uit van grote en complexe samenleving. De stad, de omgeving van jouw school, heeft zich in de afgelopen honderden jaren ontwikkeld. De natuur en de samenleving hebben de omgeving gevormd tot wat hij nu is. Soms op basis van toeval, meestal doordat mensen bewust aan de ontwikkeling van de stad hebben gewerkt. Hierdoor wordt ook deels de identiteit gevormd van de mensen die er wonen. Veel kinderen worden geboren in een stad en groeien daar op. Voor hen is die omgeving vanzelfsprekend. Ze gaan er naar school en wellicht naar een sportclub of naar muziekles. Naast de echte wereld krijgen kinderen op steeds jongere leeftijd toegang tot een nog grotere wereld via hun computers en het internet. Wat voeren kinderen in deze heel complexe omgeving eigenlijk uit? Wat weten kinderen al? Wat vinden zij interessant en wat willen zij graag leren? De schoolomgeving kan als een rijke leeromgeving dienen, waarin verschillende vakgebieden zichtbaar kunnen worden. Neem bijvoorbeeld het Amsterdamse kunst & cultuuraanbod, de geschiedenis van de buurt, de geografische ligging, de techniek die wordt ingezet om de samenleving gaande te houden (riolering, trams, stoplichten ), de parken en perken waarin dieren en planten hun thuis hebben, en ga zo maar door. In dit blok ga je bekijken hoe je Amsterdam en in het bijzonder de directe omgeving van je school kunt inzetten in het onderwijs. Hierdoor kun je onderwijs betekenisvol maken voor kinderen. Welke mogelijkheden zijn er concreet voor activiteiten? De wereld van kinderen bestaat uit meer dan hun thuisomgeving en de school. Hoe ziet hun leefwereld er buiten school uit? En op welke manier beleven kinderen hun omgeving, welke wensen hebben zij? Waaruit bestaat hun belevingswereld? En voor jou als leerkracht komt dan meteen de vraag op: Hoe kun je deze kennis gebruiken om kinderen te motiveren, om bij te dragen aan hun ontwikkeling en om hen te laten leren? Kortom: we gaan ons dit blok onder andere verdiepen in betekenisvol onderwijs Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 3

4 Hoe ver ben je met de opleiding? In het eerste blok heb je vooral het Amsterdamse basisonderwijs en de Amsterdamse kinderen leren kennen. Dit blok ga je nog veel meer van Amsterdam en haar rijke omgeving ontdekken. Je zult merken dat je veel van wat je om je heen ziet, prima kunt gebruiken voor het vormgeven van jouw onderwijs. 1 Kennismaken met onderwijs en met de stad Amsterdam 1.1 Amsterdams onderwijs in beeld Kind in de grote stad / Leerkracht in de grote stad 1.2 Lesgeven over Amsterdam 1.3 Leren door te spelen 1.4 Heden en verleden van het Nederlandse basisonderwijs Praktijk Bovenbouw Bovenbouw Onderbouw (accent groep 1 en 2) Onderbouw (accent groep 1 en 2) 2 Differentiatie in opvoeden en onderwijzen 2.1 Leren en ontwikkelen stimuleren 2.2 Diversiteit: contact en communicatie Kinderen leren op verschillende manieren 2.3 Leren in en met de groep 2.3 De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Praktijk Onderbouw (accent groep 3 en 4) Onderbouw (accent groep 3 en 4) Bovenbouw Bovenbouw 3 Hanteren van verschillen tussen kinderen in onder-/ bovenbouw 3.1 Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep, in onder- c.q. bovenbouw 3.2 Omgaan met verschillen: Samenwerken met ouders en deskundigen in en buiten de school Praktijk Bouw profilering leeftijdsgroep Bouw profilering leeftijdsgroep Minor 4 Verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.1 Eigen (LiO)-groep: verantwoordelijkheid nemen voor het leerproces van kind en groep 4.2 (Eigen) onderwijs ontwikkelen en verantwoorden Voorbereiden overgang naar het werkveld 4.3 Voorbereiden overgang naar het werkveld 4.4 Voorbereiden overgang naar het werkveld _ Praktijk LIO-1 LIO-1 LIO-2 LIO-2 Het onderwijsprogramma van Pabo HvA - Een overzicht van deze studiewijzer Ieder lesblok wordt het onderwijs op de Pabo verzorgd rondom het thema van dat blok. Voor het komende blok is dat: Lesgeven over Amsterdam. Het themaonderwijs bestaat uit hoorcolleges en werkcolleges, waarvan de kennis wordt getoetst in de thematoets (hoofdstuk 1). Daarnaast werk je het gehele blok aan een beroepsopdracht. Deze opdracht vormt de schakel tussen de kennis en vaardigheden die je tijdens de colleges opdoet en het beroep van leerkracht basisonderwijs. Het beroepsproduct dat je aan het eind van het blok oplevert heeft altijd een directe link met het werken in de klas en in de school. (hoofdstuk 2). De vakinhoudelijke kennis en vaardigheden staan ook in het teken van het blokthema. Je volgt vakcolleges en oefent jouw vaardigheden in de verschillende vakdomeinen. Informatie daarover vind je in hoofdstuk 3. Natuurlijk loop je deze periode ook weer echt mee in de praktijk van het basisonderwijs, te weten in de bovenbouw. Hoewel alle informatie daarover in de praktijkgids vermeld staat, worden de belangrijkste zaken voor de komende periode nog even voor je op een rijtje gezet (hoofdstuk 4). Tot slot word je tijdens de Professionele en Persoonlijke Ontwikkeling begeleid door jouw kerndocent. Deze ondersteunt je bij het uitvoeren van de beroepsopdracht, ziet toe op jouw studievoortgang, helpt je jouw stage-ervaringen aan de opleiding te koppelen en voert aan het eind van dit blok met jou je eerste functioneringsgesprek (hoofdstuk 5) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 4

5 Het onderwijsprogramma voor dit blok ziet er daarmee als volgt in schema uit. Hieronder tref je eerst een gekleurd blokkenschema, waaruit je kunt opmaken hoe de verschillende onderdelen zich tot elkaar verhouden. Daaronder vind je in schema welke studiepunten je voor dit blok moet behalen. Thema: Lesgeven over Amsterdam Thematoets Kennis en Vaardigheden Vaktoets Mens en Wereld Vakopdracht Kunstzinnige oriëntatie Vaktoets Rekenen HG Beroepsopdracht Beroepsopdracht Praktijk Praktijk 1.2 (stagebeoordeling) Persoonlijke en Professionele Ontwikkeling Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 5

6 Beknopt overzicht studieprogramma en toetsing blok 1.2 Hieronder vind je een samenvatting van het studie-aanbod en de wijze van toetsen van blok 1.2. Uitgebreide informatie (b.v. over de toetsstof en de omschrijving van de opdracht) vind je in deze studiewijzer bij het betreffende studieonderdeel. BLOK 1.2 VT - STUDIEPROGRAMMA & TOETSING COLLEGES door Werkcolleges Pedagogiek/themalijn Vakdocent of gastdocent TOETSING STP. TOETSVORM TOETSMOMENT HERKANSING Pedagogiek / Themalijn 1.2 (Thematoets) 3 Multiple choice 40 vragen Toetsweek 2 van blok 1.2 Datum 1 : Toetsweek 1 van blok 1.3 Vakcolleges Geschiedenis Aardrijkskunde Natuur en techniek ICT Vakdocenten MW Vakcolleges Beeldende vorming Muziek Vakdocenten muziek en beeldende vorming Begeleidingscolleges Beroepsopdracht Kerndocent Vakcolleges Rekenen en wiskunde Vakdocent Stage Opleider in de school of stagedocent Stagementor Begeleiding PPO Practica Kerndocent Mens & Wereld 1.2 (Vaktoets) Kunstz. Oriëntatie 1.2 (Vakopdracht) 2 Multiple choice 40 vragen 2 Verslag (zie voor de specifieke eisen de opdracht in de studiewijzer) Beoordeling door vakdocent a.d.h.v. beoordelingsformulier Beroepsopdracht Verslag (zie voor de specifieke eisen de opdracht in de studiewijzer). Rekenen HG 1.2 (Vaktoets) Praktijk dag per week en 1 stageweek Persoonlijke en Professionele Ontwikkeling 1.2 TOTAAL AANTAL STUDIEPUNTEN BLOK VT Beoordeling door andere kerndocent a.d.h.v. beoordelingsformulier 3 Multiple choice 40 vragen 3 Stage- Beoordeling Beoordeling door opleider in de school of stagedocent a.d.h.v. beoordelingsformulier 1 Functioneringsgesprek PPO Beoordeling door eigen kerndocent a.d.h.v. beoordelingsformulier Toetsweek 2 van blok 1.2 Datum: Toetsweek 1 van blok 1.2 Datum: Toetsweek 1 van blok 1.2 Datum: Toetsweek 2 van blok 1.2 Toetsweek 1 van blok 1.2 Datum: Toetsweek 1 van blok 1.2 Datum: Toetsweek 1 van blok 1.3 Toetsweek 1 van blok 1.3 Toetsweek 1 van blok 1.3 Toetsweek 1 van blok 1.3 Toetsweek 1 van blok 1.3 Toetsweek 1 van blok Zie voor de toetsdata het actuele toetsrooster en vul hier de datum zelf in Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 6

7 HOOFDSTUK 1. Pedagogiek - Themalijn SIS-code: Pedagogiek/Themalijn 1.2 INLEIDING - In de lessen van dit blok staat centraal hoe jij de kennis uit de schoolomgeving kunt inzetten voor jouw onderwijs. Er is aandacht didactiek en voor ontwikkelingspsychologie. Je leert hoe een goede les wordt vorm gegeven. Je leert daarbij ook rekening te houden met de ontwikkelingspsychologische kenmerken van kinderen in de midden- en bovenbouw. Hieronder vind je de informatie over de leerdoelen, de verschillende bijeenkomsten en de kennistoets die bij dit onderwijs horen. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van de reeks? Je weet op welke manier de onderwijsvisie van invloed is op het didactisch model en de didactische werkvormen. Je kent de onderlinge relatie tussen lesdoelen, leerlijnen, tussendoelen en de kerndoelen en je kunt op basis daarvan lesdoelen formuleren. Je weet hoe je een goede lesstart kunt ontwerpen. Je weet welke lesactiviteiten geschikt zijn voor de leskern en voor het slot van een les. Je kent verschillende didactische werkvormen en weet hoe je deze zou kunnen inzetten. Je kunt activerende werkvormen bedenken bij elke lesfase. Je kent de belangrijkste ontwikkelingspsychologische theorieën en hun uitgangspunten. Je kunt de cognitieve, sociaal-emotionele en fysieke ontwikkeling van kinderen in de leeftijd van 6 tot 12 jaar benoemen en je herkent deze ontwikkelingsaspecten in de dagelijkse praktijk. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Les 1: Kerndoelen, lange termijn doelen en lesdoelen Scholen hebben de wettelijke taak om te zorgen voor een doorgaande lijn in de ontwikkeling van kinderen. De overheid heeft daartoe kerndoelen vastgelegd. Voor alle vakgebieden zijn leerlijnen opgesteld. Je oefent in deze les met het formuleren van lesdoelen en langere termijn doelen, waarbij je nagaat hoe de doelen van de lessen zich verhouden tot de kerndoelen. Les 2: Didactische modellen In deze les worden belangrijke didactische modellen herhaald en gekoppeld aan concrete praktijkvoorbeelden. We gaan ons verder verdiepen in de 3 lesfasen. Je past je kennis toe door een les voor te bereiden die opgebouwd is uit een goede inleiding, kern en slot. We gaan in het bijzonder in op de lesstart: wat zijn goede startactiviteiten? Les 3: Werk- en organisatievormen Deze les gaan we aan de slag met verschillende didactische werkvormen en organisatievormen. in de verschillende lesfases. We bekijken daarbij per fase hoe je de les activerend kunt maken door het gebruik van goede werkvormen en organisatievormen. Bovendien bespreken we hoe je werkvormen en organisatievormen beschrijft in het lesvoorbereidingsformulier. Les 4. Ontwikkelingspsychologie (1), een inleiding Kinderen ontwikkelen zich op verschillende aspecten en kinderen verschillen in de manier waarop zij zich ontwikkelen. In deze les worden enkele begrippen uit de ontwikkelingspsychologie behandeld en maak je kennis met verschillende theorieën uit de ontwikkelingspsychologie. Jouw activiteiten vooraf Alkema et al. (2011). Meer dan onderwijs. Hoofdstuk 4.2 en 4.3. (niet 4.3.1) Je bekijkt de kerndoelen op en Je neemt je laptop mee of een print van de kerndoelen. Bekijk de kennisclips bij dit hoorcollege. Van Eijkeren (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 8.3 en 8.4 (herhaal voor jezelf zo nodig hoofdstuk 8,1 en 8.2) Van Eijkeren (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Hoofdstuk 10 Hooijmaaijers, Stokhof & Verhulst (2016). Ontwikkelingspsychologie voor leerkrachten basisonderwijs. Hoofdstuk 2.3 en 2.4. Bekijk de kennisclips bij dit hoorcollege Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 7

8 Les 5. Ontwikkelingspsychologie (2); Cognitieve en fysieke ontwikkelingsaspecten van het midden- en bovenbouw kind. Kinderen ontwikkelen zich op cognitief, sociaal-emotioneel en fysiek gebied. In deze les wordt de cognitieve en fysieke ontwikkeling behandeld voor leerlingen van 6-9 jaar en van 9-12 jaar. Hooijmaaijers, Stokhof & Verhulst (2016). Ontwikkelingspsychologie voor leerkrachten basisonderwijs. Hoofdstuk 4.1, 4.3 en 5.1, 5.3 Bekijk de kennisclips bij dit hoorcollege. Les 6: Ontwikkelingspsychologie (3): Sociaal-emotionele Ontwikkelingsaspecten van het midden- en bovenbouw kind. Kinderen ontwikkelen zich op cognitief, sociaal-emotioneel en fysiek gebied. In dit college wordt de sociaal-emotionele ontwikkeling behandeld voor leerlingen van 6-9 jaar en van 9-12 jaar. Hooijmaaijers, Stokhof & Verhulst (2016). Ontwikkelingspsychologie voor leerkrachten basisonderwijs. Hoofdstuk 4.2 en 5.2 Bekijk de kennisclips bij dit hoorcollege. Toetsing De leerdoelen die bij het themaonderwijs horen, worden getoetst in de thematoets (raadpleeg je rooster of het kalenderoverzicht in hoofdstuk 6). Het betreft een schriftelijk tentamen, dat zal bestaan uit 40 meerkeuzevragen. De toets wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed beantwoord is. Voor studenten uit jaar 2 of verder die deze toets herkansen geldt dat zij een conversietoets kunnen maken. Zij raadplegen voor de toetsstof dan ook de studiewijzer 1.2 van Literatuur/toetsstof Alkema, E., Dam, E. van, Kuipers, J., Linghout, C., & Tjerkstra, T. (2015). Meer dan onderwijs, theorie en praktijk van het onderwijs in de basisschool. Assen: Van Gorcum. Hoofdstuk 4.2 Kind, leerstof en samenleving Hoofdstuk 4.3 Leerplan en leerinhoud; permanent in ontwikkeling (tot bladzijde 255 paragraaf 4.3.1) Eijkeren, M. van (2013). Pedagogisch-didactisch begeleiden. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Hoofdstuk 8.3: Model van activerende instructie Hoofdstuk 8.4: Didactisch model en onderwijsconcept Hoofdstuk 10 : Werk- en organisatievormen Hooijmaaijers, T., Stokhof, T., & Verhulst, F. (2016). Ontwikkelingspsychologie voor leerkrachten basisonderwijs. Assen: Van Gorcum. Hoofdstuk 2.3 Begrippen uit de ontwikkelingspsychologie Hoofdstuk 2.4 Ontwikkelingstheorieën in het kort Hoofdstuk 4: De ontwikkeling van basisschoolkinderen: Kinderen van 6 tot 9 jaar. Hoofdstuk 5: De ontwikkeling van basisschoolkinderen: Kinderen van 9 tot 12 jaar Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 8

9 HOOFDSTUK 2. De beroepsopdracht De schoolomgeving als basis voor onderwijs SIS-code: Beroepsopdracht 1.2 Een Amsterdamse basisschool staat niet op zichzelf, maar maakt deel uit van een rijke en diverse omgeving die zich in de afgelopen honderden jaren heeft gevormd. Het is de omgeving waarin kinderen opgroeien en waarbinnen zij zich ontwikkelen. Het is letterlijk hun leefwereld. Onderdelen van deze échte leefomgeving van kinderen kunnen een belangrijk uitgangspunt vormen bij het ontwerpen van onderwijs. We spreken dan van omgevingsonderwijs. Het onderwijs leuk en interessant maken voor kinderen is geen doel op zich. Als leerkracht moet je er natuurlijk voor zorgen dat kinderen van alle activiteiten leren: leren kaartlezen, de geschiedenis van de buurt leren kennen, weten hoe de buurt is ingericht. Het is jouw taak als leerkracht om onderwijs te ontwerpen dat én betekenis voor hen heeft én waarvan zij voldoende leren. Tijdens deze beroepsopdracht leer je om met een verkennende en didactische blik naar de omgeving van de school te kijken. Je gaat onderzoeken en analyseren wat de buurt van de stageschool typeert en welke waardevolle kenmerken in deze buurt lerend kunnen zijn voor de leerlingen in jouw stageklas. Je verbindt vervolgens een van de kenmerken aan de beginsituatie, productdoelen, kerndoelen, leerlijnen, doelen op langere termijn en lesinhoud in de lesvoorbereiding voor jouw stageklas. Bij dit studieonderdeel geldt een 'verplichte deelname' bij de werkcolleges beroepsopdracht en de practica. Dat wil zeggen dat je aanwezig moet zijn en actief moet deelnemen om de gestelde doelen te kunnen behalen. 2.1 Leerdoelen / competenties Je kunt op grond van bestaande data een beeld van de wijk van de stageschool geven. Je kunt de beginsituatie van je stageklas in kaart brengen ten aanzien van één gekozen aspect. Je kunt verantwoorden waarom de ontworpen les op dit moment aan deze groep kan worden gegeven. Je kunt op basis van het gekozen aspect een les ontwerpen waarbij de beginsituatie van de leerlingen, de doelen voor de leerlingen en de lesinhoud samenhangen. 2.2 Relatie met de praktijk In meer of mindere mate wordt in de praktijk van de eigen stageschool aandacht besteed aan de omgeving van de school in het onderwijs. Dat kan op regelmatige en structurele basis gebeuren of incidenteel als er een bijzondere situatie plaatsvindt. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf Bijeenkomst 1 week van 20 tot 24 november Je krijgt vandaag een introductie op omgevingsonderwijs, de leerdoelen van dit blok, de twee deelproducten en het eindproduct van de beroepsopdracht. We besteden aandacht aan bijzondere kenmerken in de buurt van jouw stageschool, die je zou kunnen gebruiken voor omgevingsonderwijs. Wat is er lerend in de buurt en hoe zou je de omgeving lerend kunnen maken voor de leerlingen in jouw stageklas? Lees de studiewijzer van blok 1.2 nauwkeurig door. Zorg ervoor dat je de inhoud van de beroepsopdracht kent zodat je vragen kunt bespreken met je kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 9

10 Bijeenkomst 2 week van 27 november tot 1 december Vandaag ga je de verzamelde data van de buurt van jouw stageschool betekenis geven en ordenen. Denk daarbij aan kenmerken van de omgeving met betrekking tot ligging, ontwikkeling, populatie, geschiedenis, infrastructuur of erfgoed. Je gaat verder onderzoeken hoe de drie gekozen kenmerken lerend kunnen zijn. Aan welke vakgebieden, kerndoelen en leerlijnen zou je deze drie kenmerken kunnen koppelen? Je hebt drie bijzondere kenmerken gekozen die lerend kunnen zijn voor de kinderen in je stageklas. Bijeenkomst 3 week van 4 tot 8 december Je presenteert in deze bijeenkomst deelproduct 1, dat is de omgevingsanalyse van jouw stageschool. Je gaat in deze bijeenkomst interviewvragen bedenken om de beginsituatie van je stageklas ten aanzien van het gekozen kenmerk vast te stellen, zodat je een lesontwerp kunt gaan maken. Dat wordt het eindproduct van deze beroepsopdracht. Deelproduct 1 moet zijn afgerond: je brengt het werk mee naar de bijeenkomst zodat medestudenten feedback kunnen geven. In deze week oefen je in het college Themalijn Practicum het voeren van het interview (zie hieronder ook paragraaf 2.3) Bijeenkomst 4 week van 11 tot 15 december Je maakt aan de hand van de bevindingen van de beginsituatie van je stageklas een lesontwerp voor het gekozen vakgebied. Op basis van het onderzoek naar de kerndoelen en leerlijnen heb je een keuze gemaakt voor één kenmerk dat leidend gaat worden voor een volledige lesvoorbereiding. Bijeenkomst 5 week van 8 tot 12 januari Deelproduct 2 van de beroepsopdracht wordt besproken. Je kijkt met je medestudenten kritisch naar de ontworpen les. Hoe kan je kinderen enthousiasmeren voor omgevingsonderwijs, welke instructievormen kan je inzetten, welke werkvormen kan je aanbieden om het gekozen kenmerk lerend te maken? Bijeenkomst 6 week van 15 tot 19 januari In deze les presenteren alle studenten het lesontwerp in kleine groepen. Zij krijgen (peer)feedback op de vorm en inhoud van de presentatie. De presentatievaardigheid wordt formatief beoordeeld. Je hebt een keuze gemaakt voor één kenmerk uit de buurt dat je aan een vakgebied gaat koppelen. Je kent de beginsituatie van je stageklas ten aanzien van dit kenmerk en het vakgebied. Je neemt het volledige lesontwerp mee naar de bijeenkomst. Themalijn Practicum - Wat is per practicum de inzet en de verwachting? De colleges die vallen onder Themalijn practicum kennen in elk blok dezelfde verdeling. Er worden drie practica gegeven, waarvan er één gaat over pedagogisch klimaat, één over didactiek en één over gespreksvaardigheden. Bijeenkomsten 1. Pedagogisch klimaat: Op weg naar een positief pedagogisch klimaat (week 1) Zien en creëren van rust. Dit bereik je door overzicht te hebben op de groep en positief te reageren als kinderen zich aan de regels houden. In dit practicum is er aandacht voor belonen van goed gedrag, dit concreet benoemen en zo veel mogelijk negeren van ongewenst gedrag. 2. Gespreksvaardigheden: basisvaardigheden (week 3) Uitgelegd wordt wat het verschil is tussen niet-selectieve luistervaardigheden en selectieve luistervaardigheden. Aan bod komen alle niet-selectieve luistervaardigheden en de selectieve vaardigheid Parafraseren van inhoud. De gespreksvaardigheden van dit practicum worden gekoppeld aan het interview dat je wellicht voor beroepsopdracht 1.2 met kinderen gaat houden. Ter voorbereiding op dit practicum bekijk je de kennisclips over de niet-selectieve luistervaardigheden en Parafraseren van inhoud. Deze staan bij het studiedeel Practica op MijnHvA.nl Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 10

11 3. Didactiek: Doelen in het lesvoorbereidingsformulier (week 4) In de eerste drie weken van de themalijn heb je geleerd hoe je goede lesdoelen moet formuleren. In dit practicum bekijk met medestudenten kritisch naar de geformuleerde lesdoelen en hoe je in de kern aanstuurt op het behalen van de lesdoelen. Ter voorbereiding neem je een ingevuld lesvoorbereidingsformulier mee. De opdracht Deelproduct 1 Je brengt de buurt van jouw stageschool in kaart aan de hand van een omgevingsanalyse. Dit betekent dat je internetbronnen en de omgeving zelf gaat gebruiken om meer te weten te komen over de bijzondere kenmerken van deze buurt. Je kiest drie bijzondere kenmerken die de buurt van de school typeren en gaat deze kenmerken verder onderzoeken. Denk hierbij aan kenmerken met betrekking tot ligging, ontwikkeling, populatie, geschiedenis, infrastructuur of erfgoed. Je maakt duidelijk - Waar in de buurt de drie kenmerken te vinden zijn. - Waarom de kenmerken interessant zijn. - Wat er lerend kan zijn voor kinderen. Vervolgens ga je beschrijven op welke wijze deze kenmerken lerend kunnen zijn. Dit doe je door deze gekozen kenmerken te verbinden aan vakgebieden, kerndoelen en leerlijnen. De uitwerking van deelproduct 1 is een analyse van de hierboven beschreven onderdelen (in beeld en/of tekst). Hierin wordt zichtbaar: - Op welke wijze je een omgevingsanalyse hebt gemaakt van jouw stageschool. - Wat de bijzondere kenmerken zijn in de buurt van jouw stageschool en op welke wijze deze kenmerken de buurt typeren. - Hoe de kenmerken verbonden kunnen worden aan vakgebieden in relatie tot de kerndoelen en leerlijnen voor de doelgroep waar jij stageloopt. Deelproduct 2 Je kiest één van de drie kenmerken om uit te werken voor een les in een vakgebied voor jouw stageklas. Dat betekent dat je op systematische wijze gaat onderzoeken wat er lerend kan zijn aan het kenmerk in relatie tot het gekozen vakgebied voor jouw stageklas. Om te weten te komen of het kenmerk lerend kan zijn voor jouw stageklas moet je de beginsituatie van je stageklas onderzoeken waar het gaat om voorkennis ten aanzien van het kenmerk en het gekozen vakgebied. Dit onderzoekdeel vindt plaats in jouw stageklas. Jij bepaalt zelf op welke wijze je dit onderzoek vorm wilt geven. Denk hierbij aan korte interviews of vragenlijsten voor je mentor en/of de kinderen. De uitwerking van deelproduct 2 bestaat uit: - Een verantwoording ten aanzien van de keuze die je hebt gemaakt voor het kenmerk in de buurt en het vakgebied dat je hebt gekozen. - Een toelichting op het onderzoek dat je gedaan hebt om meer te weten te komen over de beginsituatie van de stageklas. - Een beschrijving van de beginsituatie van jouw stageklas ten aanzien van het gekozen kenmerk en vakgebied Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 11

12 Eindproduct Tot slot ga je een les ontwerpen. Dit doe je door inhoud te geven aan het kenmerk in relatie tot het vakgebied. Je verwerkt deze inhoud in het lesvoorbereidingsformulier dat door de opleiding wordt gebruikt. Let hierbij op: - De koppeling tussen beginsituatie van de leerlingen en doelen van de les. - De koppeling tussen productdoelen, doelen op langere termijn, leerlijn en kerndoel. - Een inleiding waarbij je de kinderen enthousiasmeert voor het vak en het gekozen kenmerk. - Instructievormen waarmee je het vakgebied en het kenmerk met elkaar verbindt. - Werkvormen waarmee je de leerlingen kunt enthousiasmeren en uitdagen. - Een evaluatievorm waarmee je terugblikt op de inhoud van de les. Het eindproduct bestaat uit: - Deelproduct 1 - Deelproduct 2 - Een volledig uitgewerkt lesontwerp. Controleer of de geschreven tekst voldoet aan de eisen die worden gesteld in de pabo taalnorm en het B2 taalniveau. Inleveren van het eindproduct Het eindproduct moet worden ingeleverd via de Dropbox van Beroepsopdracht 1.2 op de DLWO. De deadline voor het inleveren wordt opgenomen in het (toets)rooster en staat vermeld op de inleverpagina van de betreffende Dropbox. Het is niet mogelijk om een opdracht ná de deadline in te leveren, de mogelijkheid tot inleveren sluit automatisch op de genoemde dag en tijd. Het is niet mogelijk om een opdracht op een andere wijze in te leveren dan via de Dropbox, bijvoorbeeld via bij een docent. Ingeleverde documenten worden gecontroleerd op plagiaat. Daarna worden de documenten beschikbaar gesteld aan een docent voor de beoordeling. Geef je document een duidelijke naam volgens een vast format. Voor deze beroepsopdracht wordt dat bijvoorbeeld: 12-Beroepsopdracht1718-VoornaamAchternaam-Klas-Eindproduct.docx Let ook op de volgende punten: Als het eindproduct uit meerdere documenten bestaat, probeer deze dan samen te voegen en als één document in te leveren. Als dat niet lukt of niet mogelijk is lever dan de verschillende documenten stuk voor stuk in via de Dropbox. Zorg ervoor dat de correcte document-extensie wordt gebruikt (bijvoorbeeld.pdf.doc of.docx) en gebruik slechts één punt voorafgaande aan de extensie. Het gebruik van twee punten (..docx) kan problemen opleveren bij het inleveren van het document. Gebruik géén aparte leestekens in de naam, zoals &! : / ) Let op de grootte van het document. Verklein (het bestandsformaat van) foto's wanneer mogelijk. Wacht niet tot de laatste minuut met inleveren Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 12

13 2.5 Beoordelingscriteria De kwaliteit van het eindproduct wordt beoordeeld op basis van de volgende criteria: Het schriftelijk taalgebruik wordt in dit blok formatief beoordeeld. In blok 1.1 en 1.2 krijg je feedback als het schriftelijk taalgebruik nog niet voldoet aan de pabo taalnorm. In blok 1.3 en 1.4 moet het schriftelijk taalgebruik aan de pabo taalnorm voldoen, anders wordt de afronding als onvoldoende beoordeeld. Let op: Als voldoende beoordeelde producten worden altijd opgenomen in het portfolio. Een geactualiseerd portfolio geldt als voorwaarde voor het functioneringsgesprek met de kerndocent aan het eind van het semester. Houd je portfolio dus zorgvuldig bij! Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 13

14 HOOFDSTUK 3. Kennis en vaardigheden - de vakcolleges INLEIDING - Dit onderdeel van de studiewijzer beschrijft de vakcolleges die je dit blok gaat volgen. Daarbij is het van belang dat je het onderscheid kent tussen de titel van de collegereeks, het vakdomein waar deze onder valt en de code van de eenheid die met de studiegids correspondeert. Iedere collegereeks heeft afzonderlijk een titel, maar verschillende collegereeksen kunnen onder dezelfde onderwijseenheid vallen. Per blok wordt steeds het cluster dat onder één eenheid valt (zoals bijvoorbeeld Kunstzinnige oriëntatie 1.2), in één keer getoetst. Zo kan het dus voorkomen dat verschillende collegereeksen in één afsluitende vaktoets samenkomen. Iedere beschrijving hieronder is op dezelfde wijze gestructureerd. We beginnen met een korte inleiding. Dan volgen steeds een beschrijving van de leerdoelen, een schematische weergave van het programma (opgedeeld in de behandelde stof tijdens de bijeenkomst, en de voorbereiding die we voor die bijeenkomst van je verlangen), informatie over de toetsing en een overzicht van de literatuur/toetsstof Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 14

15 3.1 Titel: Nederlands 1.2 en Didactiek spelling SIS-code: Nederlands 1.3 INLEIDING - Wij vinden het op de Pabo essentieel om leerkrachten af leveren die foutloos kunnen spellen en die model willen en kunnen staan om Amsterdamse basisschoolkinderen te inspireren om ook een positieve houding ten opzichte van juist spellen aan te nemen. In dit blok krijg je les in de spellingprincipes van het Nederlands en leer je hoe dit zich vertaalt in spellingstrategieën en spellingdidactiek in midden- en bovenbouw. Leerdoelen - wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de theorie van het spellingonderwijs. Je kent de didactiek van het spellingonderwijs. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1: Schriftsystemen en termen van didactiek spelling In deze eerste les wordt de module uitgelegd en ingeleid met de belangrijkste terminologie. 2: Spellingprincipes Hoe we spellen is vastgelegd in de Nederlandse wetgeving. De spellingprincipes van het Nederlands staan in deze les centraal. 3: Spellingstrategieën De verschillende spellingsstrategieën worden in deze les besproken. We bekijken de bijbehorende termen die in de spellingmethodes voor de basisschool worden gebruikt. 4: Didactiek werkwoordspelling Wordt je broer timmerman? Kinderen moeten leren waarom wordt hier met een "t" wordt geschreven. In deze les leer je verschillende manieren om de werkwoordspelling aan te leren. 5: Spellingslessen Hoe kunnen kinderen het beste leren spellen? Hoe zien de kerndoelen en leerlijnen spelling er uit? Waar moet een goede spellingles aan voldoen? Jouw activiteiten vooraf Huizenga, (2013), H Schriftsystemen (blz ). Huizenga, (2013), H Spellingprincipes van het Nederlands (blz ). Huizenga, (2013), H Spellingstrategieën (blz ) Huizenga, (2013), H.11.5, Werkwoordspelling (blz ) Bestudeer de leerlijnen Nederlands en bekijk wat kinderen uit jouw stageklas moeten leren van de werkwoordspelling op Bestudeer de kerndoelen en leerlijnen Nederlands en bekijk hoe het leren van de juiste spelling is weergegeven op Bestudeer: Huizenga, (2013), H Casus spellingonderwijs bij meester Roelof (blz ). 6: Herhaling en inoefening In deze les herhalen wordt de besproken stof op hoofdlijnen herhaald en wordt een aantal oefenvragen voor de toets aangeboden. Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.3. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 65% goede antwoorden voor een voldoende. Literatuur / toetsstof Huizenga, H. en Robbe, R. (2013), Basiskennis taalonderwijs. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Hoofdstuk 11. Alle collegestof, dat wil zeggen PowerPoints alsmede uitgereikte materialen Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 15

16 3.2 Titel: Rekenen en Wiskunde: Hele getallen bovenbouw SIS-code: Vaktoets Rekenen HG 1.2 INLEIDING Het domein hele getallen wordt in twee collegereeksen aangeboden: in het eerste blok is het onderdeel hele getallen onderbouw behandeld (blok 1.1), in het tweede blok (1.2) staat hele getallen bovenbouw centraal. Vanaf groep 5 zijn de leerlingen naast de tafels bezig met het leren van de algoritmen voor optellen, aftrekken, vermenigvuldigen en delen. Hierbij speelt ook het uitbreiden van het getalbegrip boven de 100 een rol in de richting van hoofdrekenen, schattend rekenen en schriftelijk rekenen. In deze reeks vakcolleges komen de onderliggende kenmerken en opbouw van de bovenbouwdidactiek aan de orde. Bij hele getallen in de bovenbouw hoort ook het didactisch gebruik van de zakrekenmachine en het onderhouden van de basisvaardigheden. Om deze onderwerpen goed aan te kunnen leren moet je zelf inzicht hebben in contexten, modellen en aanpakken. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de leergangen van het schriftelijk rekenen, schattend rekenen en hoofdrekenen en hun onderlinge samenhang kan deze herkennen en beschrijven in praktijksituaties. Je kent de didactische aspecten van het gebruik van de rekenmachine en kunt deze in didactische situaties herkennen. Je kunt leerlingen rekenstrategieën aanreiken om rekenproblemen aan te pakken binnen het rekendomein hele getallen en je weet hoe je niveauverhogingen bewerkstelligt. Je kent de wiskundevaktaal en kan dit onderscheiden van dagelijks taalgebruik. Je weet hoe basisvaardigheden in de midden- en bovenbouw onderhouden kunnen worden en je kunt het belang hiervan onderbouwen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1: Hoofdrekenen Binnen het domein hele getallen in de bovenbouw neemt hoofdrekenen een belangrijke plaats in. In deze les worden de drie vormen van hoofdrekenen behandeld. Tevens komen de eigenschappen van de bewerkingen aan bod. Jouw activiteiten vooraf Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk : Basisvaardigheden Achterstanden bij rekenen kunnen verschillende oorzaken hebben. Uit recent onderzoek komt naar voren dat het niet goed beheersen van de basisvaardigheden een grote invloed kan hebben op de rekenvaardigheid van leerlingen. Dit college gaat over het belang van basisvaardigheden. Je leert daarnaast hoe je leerlingen op speelse wijze de basisvaardigheden kunt laten oefenen en onderhouden. 3: Kolomsgewijs en cijferend optellen en aftrekken Binnen het domein hele getallen in de bovenbouw valt ook het schriftelijk rekenen. Dit wordt opgebouwd van kolomsgewijs naar cijferend rekenen. Deze les richt zich op de leerlijn van kolomsgewijs naar cijferend rekenen binnen optel- en aftrekopgaven. Danhof, W., Bardstra, P. & Hofsetter, W. (2014). Rekendrempels nemen. Een goede basis voor het leren hoofdrekenen. Volgens Bartjens 34 (3), p.4-7. Noteboom, A. (2014). Juf, laat mij het mezelf leren! Automatiseren en memoriseren van de basisvaardigheden rekenen. Volgens Bartjens 34 (1), p Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 16

17 4: Kolomsgewijs en cijferend vermenigvuldigen en delen & principes van realistisch rekenen Deze les is een vervolg op de vorige les en richt zich op de leerlijn van kolomsgewijs naar cijferend rekenen binnen vermenigvuldig- en deelopgaven. Deze onderdelen worden behandeld binnen de didactische opbouw van het realistisch rekenen. Tegenover realistisch rekenen staat functioneel rekenen. In deze les zetten we beide benaderingen tegen elkaar af. 5: Schattend rekenen en rekenen met de rekenmachine Bij rekenen gaat het vaak om het vinden van de exacte uitkomst. De rekenmachine is niet meer weg te denken uit de maatschappij. Ook in het basisonderwijs wordt de rekenmachine gebruikt in de groepen 7 en 8. Dit vraagt om een goede aanpak. Er zijn echter ook veel situaties waarin precies rekenen niet kan of niet nodig is, omdat je alleen maar een schatting wilt weten. In deze les wordt aandacht besteed aan hoe je kinderen in de bovenbouw kunt leren schatten. Het beschikken over een set referentiematen en handige rekenstrategieën is hierbij erg belangrijk. Ook komt het verstandig gebruik van de rekenmachine aan bod. 6: Hele getallen en verbanden & afronding Voor het domein verbanden is (nog) geen doorlopende leerlijn uitgewerkt, terwijl iedereen vrijwel dagelijks in aanraking komt met informatie die schematisch is weergegeven. Vaak gaat het bij de getalsmatige informatie binnen dit domein over hoeveelheidsgetallen, zoals bezoekersaantallen of om meetgetallen zoals bedragen of tijdstippen. Er bestaat een belangrijke samenhang tussen de domeinen hele getallen, verbanden en meten. Een deel van de bijeenkomst zal gaan over hoe je leerlingen betekenis kunt laten verlenen aan verschillende visuele representaties en hoe je leerlingen gegevens kunt laten beschrijven. Een groot deel van deze laatste les zal in het teken staan van de afronding van de module. Er wordt een proeftoets aangeboden. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 5.3 & hoofdstuk 7. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 5.4, 5.5 & 5.6. Hele getallen. Reken-wiskundedidactiek. Van Zanten et al. (2014). Hoofdstuk 6.2. Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van Rekenen / wiskunde 1B (blok 1.1 en 1.2 samen). Deze onderwijseenheid wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (40 meerkeuzevragen). De toets wordt als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed beantwoord is Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 17

18 Literatuur / toetsstof blok 1.2 Brom-Snijders, P. van den, Bergh, J. van den, Hutten, O., & Zanten, M. van (2014). Hele getallen. Rekenwiskundedidactiek. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Hoofdstuk 5: Rekenen-wiskunde met hele getallen in de bovenbouw. Hoofdstuk 6.2: Hele getallen en verbanden op de basisschool. Hoofdstuk 7: Leren en onderwijzen van rekenen-wiskunde. De PowerPoints die tijdens de bijeenkomsten zijn behandeld (via MijnHVA). Literatuur / toetsstof blok 1.1 Brom-Snijders, P. van den, Bergh, J. van den, Hutten, O., & Zanten, M. van (2014). Hele getallen. Rekenwiskundedidactiek. Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. Hoofdstuk 2: Ontluikende gecijferdheid. Hoofdstuk 3: Aanvankelijk rekenen. Hoofdstuk 4: Basisbewerkingen. De PowerPoints die tijdens de bijeenkomsten zijn behandeld (via MijnHvA) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 18

19 3.3 Titel: Mens & Wereld: Basisdidactiek Biologie SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING - Bij dit vak maken we een start met het aanleren van de basisvaardigheden die nodig zijn voor het kunnen voorbereiden en uitvoeren van praktische werkvormen in de klas. Deze basisvaardigheden zijn essentieel voor het geven van lessen biologie, maar ze zijn ook relevant voor natuurkunde en techniek. Er is dit semester gekozen voor biologie, omdat dit vak goed aansluit bij het thema omgevingsonderwijs. De aangeboden werkvormen zullen direct inzetbaar zijn bij het werkplekleren. Voor deze collegereeks is het van belang dat je beschikt over natuurwetenschappelijke kennis op het niveau dat getoetst is in de landelijk verplichte Toelatingstoets Mens en Wereld. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen Je kunt de levende natuur in de schoolomgeving inzetten bij biologielessen. Je oefent met praktische werkvormen voor biologie, kunt uitleggen welke werkvormen geschikt zijn voor het behalen van de gewenste leerdoelen en kunt deze werkvormen toepassen in de praktijk. Je begrijpt de didactiek van onderzoekend leren en kunt de achterliggende theorie uitleggen. Je begrijpt de didactiek van natuurbeleving en kunt de achterliggende theorie uitleggen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten Jouw activiteiten vooraf 1. Veldwerk In deze les staat het doen van veldwerk en de beleving hiervan centraal. We doen een vegetatie-onderzoek en zullen vervolgens de bijbehorende didactiek doornemen. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Inleiding & Hoofdstuk 1 t/m 3. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 8 en Praktische werkvormen biologie (1) Tijdens deze les gaan we in op de samenhang tussen doen en denken en gesloten/open werkvormen. Hierna passen we deze theorie toe bij het oefenen van enkele basale werkvormen bij biologie. 3. Praktische werkvormen biologie (2) Deze les wordt er kennisgemaakt met het toepassen van de natuurwetenschappelijke onderzoeksmethode. Middels het opzetten van een kiemingsexperiment wordt deze methode vervolgens toegepast in de praktijk. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 5. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 10. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 19

20 4. Onderzoekend leren (1) Tijdens deze les zal de uitkomst van het kiemingsexperiment gekoppeld worden aan de didactiek van onderzoekend leren. Er zal met name aandacht worden besteed aan de fasen rapportage en communicatie en verbreding en verdieping. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk Onderzoekend leren (2) Tijdens deze les gebruiken we een circuitpracticum voor het oefenen in het operationaliseren van onderzoeksvragen en besteden we daarbij aandacht aan de leerlijnen biologie. 6. Repetitie basisdidactiek biologie Tijdens deze les repeteren we de toetsstof basisdidactiek biologie aan de hand van de open vragen. De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 9 en (Leerlijnen Oriëntatie op jezelf en de Wereld behorende bij kerndoelen 40 en 41). De Vaan & Marell (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Hoofdstuk 1, 2, 3, 5, 6, 8, 9 en 10. Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Deze wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. Literatuur / toetsstof Vaan E. de, & Marell, J. (2012). Praktische Didactiek voor Natuuronderwijs. Bussum: Coutinho. Hoofdstuk 1: Waarover gaat natuuronderwijs? Hoofdstuk 2: Doen en denken Hoofdstuk 3: Waarnemen Hoofdstuk 5: Onderwijsleerstijlen bij natuuronderwijs Hoofdstuk 6: Onderzoekend en ontdekkend leren Hoofdstuk 8: Natuurbeleving Hoofdstuk 9: Stap voor stap: structuur in de les Hoofdstuk 10: Werkvormen met echt materiaal Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 20

21 3.4 Titel: Mens & Wereld: Basisdidactiek Geschiedenis SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING In deze collegereeks wordt het leergebied geschiedenis geïntroduceerd. Naast de kernconcepten bij geschiedenis wordt vooral aandacht besteed aan de vakdidactische kennis en vaardigheden die nodig zijn om een goede geschiedenisles in het basisonderwijs voor te bereiden en te geven. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of de tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de didactiek van het vak geschiedenis en kan de achterliggende theorie uitleggen. Je kent de drie kernconcepten van het vak geschiedenis (tijdsbesef, historische werkelijkheid en historisch redeneren) en kan hun onderlinge relatie aan de hand van voorbeelden illustreren. Je kunt lessen ontwikkelen waarin verschillende beeldvormers en werkvormen worden ingezet die historisch denken en redeneren bij kinderen stimuleren. Je bent in staat een motiverende en/of activerende instap voor een geschiedenisles te bedenken en didactisch te onderbouwen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Introductie vak geschiedenis: nut en doelstellingen In dit college staat de functie en ontwikkeling van geschiedenisonderwijs op de basisschool centraal. Jouw activiteiten vooraf Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016). Geschiedenis en samenleving. Hoofdstuk 11 ( Er was eens ) Boxtel, C. van en Drie, J. van (2008) Vermogen tot historisch redeneren: onderliggende kennis, vaardigheden en inzichten, in Kleio, nr 43, p Te downloaden via: 2. Kinderen en (historisch) tijdsbesef. In dit werkcollege zal worden stilgestaan bij de ontwikkeling van (historisch) tijdsbesef bij kinderen en de bijbehorende didactische mogelijkheden. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Kind en tijd ), par ( Een programma voor onder- en middenbouw ) en par ( Oriëntatie in de tijd in de groepen 6 t/m 8 ) Wilschut, A. (2012) Historisch denken over tijd. Onderzoek naar tijdsbewustzijn', in: Kleio, nr 3, pag Te downloaden via: Damhuis, et al (2013) Taal, denken en geschiedenis. Historisch redeneren met kinderen op de basisschool, in Kleio, nr 6. Te downloaden via: 3. Didactische mogelijkheden van de instap. In deze bijeenkomst zal worden stilgestaan bij de verschillenden didactische mogelijkheden van de instap tijdens de geschiedenisles. Wilschut, Van Straaten & Van Riessen (2004) Geschiedenisdidactiek. p (Wordt beschikbaar gesteld tijdens bijeenkomst.) Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 21

22 4. Werken met beeldvormers: stilstaand beeld Het stilstaande beeld, waaronder afbeeldingen, prenten, en de bijbehorende didactiek staat in deze les centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Beeldvorming door middel van afbeeldingen ) 5. Werken met beeldvormers: bewegend beeld Het bewegende beeld, waaronder films en documentaires, en de bijbehorende didactiek staat in deze les centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Par ( Beeldvorming door middel van afbeeldingen ) 6. Werken met de beeldvormer: (sleutel)begrippen Geschiedenis en taal zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden In dit college staat omgaan met historische (sleutelbegrippen) centraal. Kooij, K. van der & Groot-Reuvenkamp, M. (2016). Geschiedenis en samenleving. Par 13.5 ( Beeldvorming d.m.v. het gesproken woord ) Wilschut, Van Straaten & Van Riessen (2004). Geschiedenisdidactiek. p ; p (Wordt beschikbaar gesteld tijdens bijeenkomst.) Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Deze wordt getoetst in de vaktoets van blok 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). De grens voldoende / onvoldoende hangt af van het aantal vragen en het aantal antwoordmogelijkheden. Gemiddeld moet gerekend worden op minimaal 67% goede antwoorden voor een voldoende. Toetsstof Boxtel, C. van, & Drie, J. van (2008). Vermogen tot historisch redeneren: onderliggende kennis, vaardigheden en inzichten, Kleio, 43 (Te downloaden via: p Damhuis, et al (2013) Taal, denken en geschiedenis. Historisch redeneren met kinderen op de basisschool, in Kleio, nr 6. Te downloaden via: p Kooij, C. van der, & Groot-Reuvenkamp, M. (2016) Geschiedenis en samenleving. Kennisbasis inhoud en didactiek. Groningen: Noordhoff. Hoofdstuk 11 Paragraaf 12.3 Paragraaf 13.4 Paragraaf 13.5 Paragraaf 14.2 Paragraaf 16.4 Paragraaf Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 22

23 Wildschut, A., Straaten, D. van, & Riessen, M. van (2004). Geschiedenisdidactiek. Handboek voor de vakdocent. Bussum: Coutinho. p p p Wilschut, A. (2012). Historisch denken over tijd. Onderzoek naar tijdsbewustzijn. Kleio, 52 (3). Te downloaden via: p De Powerpoints van de werkcolleges ( zie MijnHvA VT Mens & Wereld 1.2) Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 23

24 3.5 Titel: Mens & Wereld: Introductie en Basis(vak)didactiek Aardrijkskunde SIS-code: Vaktoets Mens & Wereld 1.2 INLEIDING - In deze collegereeks wordt het leergebied Aardrijkskunde geïntroduceerd. Naast het denken met aardrijkskunde, wordt aandacht besteed aan de vakdidactische kennis en vaardigheden die nodig zijn om een goede aardrijkskundeles in het basisonderwijs voor te bereiden en te geven. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of in het tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je kent de didactiek van het vak aardrijkskunde en kan de achterliggende theorie uitleggen. Je kunt lessen ontwikkelen met kaarten waarbij kinderen verschillende kaartvaardigheden gebruiken. Je kunt de stappen voor het voorbereiden van een aardrijkskundeles doorlopen om zo te komen tot een goede les voor kinderen in het basisonderwijs. Je kent de verschillende vormen van veldwerk en kan de omgeving van de school inzetten bij aardrijkskundelessen. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Wat is aardrijkskundedidactiek? Aardrijkskunde, wat is dat voor vak? In deze bijeenkomst wordt duidelijk gemaakt wat het vak aardrijkskunde precies inhoudt en worden de vakinhoudelijke doelstellingen toegelicht en verklaard. 2. Kaartvaardigheid In deze les leer je lesgeven met het aardrijkskundige basismateriaal : kaart & atlas. 3. Aspecten van een goede Aardrijkskundeles I De aspecten van een goede aardrijkskundeles worden behandeld. Daarbij staan leerstofanalyse en voorbereiding op de lesstof centraal. 4. Aspecten van een goede Aardrijkskundeles II Deze les is een vervolg op de vorige bijeenkomst. Ditmaal gaat het vooral om het specifiek uitwerken van de aardrijkskundeles. 5. Werkvormen bij de aardrijkskundeles In deze les worden verschillende typen werkvormen geïntroduceerd en één specifieke werkvorm, namelijk een simulatiespel volledig tot uitvoering gebracht en geëvalueerd op bruikbaarheid voor het primair onderwijs. Jouw activiteiten vooraf De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 1.1 & 4.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 2.1 en 2.3. De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 3.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk en De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 2.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 5.1; 5.3 t/m De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 5.1. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk & Tijdens het college wordt gewerkt met het aanbevolen maar niet verplichte boek: Hoogeveen, P & J. Winkels (2011). Het didactische werkvormenboek: Variatie en differentiatie in de praktijk. Assen: Van Gorcum B.V Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 24

25 6. Aardrijkskundig veldwerk en -onderzoek In deze les leer je veldwerk en -onderzoek uit te voeren. De directe omgeving van de school is daarbij het uitgangspunt. De Hamer et al. (2007). Aardrijkskunde geven. Hoofdstuk 7.1 & 7.2. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Hoofdstuk 8.1; 8.3 & 8.4. Toetsing Deze collegereeks maakt deel uit van studieonderdeel Mens en Wereld 1.2. Dit betreft een schriftelijk tentamen (meerkeuzevragen). Op basis van 40 vragen en vier antwoordmogelijkheden wordt de toets als voldoende beoordeeld (cijfer: 5,5) indien minimaal 67% van de meerkeuzevragen goed is beantwoord. Toetsstof Hamer A. de, Bakker, A., Heck, M. van, & Broere, H. (2007). Aardrijkskunde geven: Praktische didactiek voor het basisonderwijs. Assen: Van Gorcum B.V. Hoofdstuk 1.1: Wat is aardrijkskunde? Hoofdstuk 2.1: Aardrijkskundedoelen. Hoofdstuk 3.1: Lesgeven met de kaart. Hoofdstuk 4.1: Leren waarderen. Hoofdstuk 5.1: Lessen maken. Hoofdstuk 7.1: Op onderzoek uit. Hoofdstuk 7.2: Aardrijkskunde in je omgeving. Centrum voor educatieve geografie (2009). Handboek vakdidactiek aardrijkskunde. Amsterdam: Landelijk Expertisecentrum Mens- en Maatschappijvakken. (Gratis te downloaden: Hoofdstuk 2.1: Aardrijkskunde, wat is dat voor vak? Inleiding. Hoofdstuk 2.3. Schoolaardrijkskunde, wat is dat eigenlijk? Hoofdstuk 5.1: Een aardrijkskundeles ontwikkelen Inleiding. Hoofdstuk 5.3: Aspecten van een goede les. Hoofdstuk 5.4: Het ontwikkelen van een goede les. Hoofdstuk en 7.4.3: Kaart en atlas in de klas. Hoofdstuk 8.1: De eigen omgeving en veldwerk Inleiding. Hoofdstuk 8.3: De omgeving in het aardrijkskundeonderwijs. Hoofdstuk 8.4: Veldwerk. Aanvullende artikelen en PowerPoints, te vinden op de Mens en Wereld jaar 1 pagina van MijnHvA.nl Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 25

26 3.6 Titel: Ontwikkelingen op het gebied van ICT SIS-code ICT (1) INLEIDING - Op de hoogte blijven van wat je vrienden doen, je rooster bekijken, geld overmaken voor de vakantie of je medestudenten een groepsbericht sturen dat het lokaal is gewijzigd. ICT is in het dagelijks leven een gewoon gebruiksmiddel geworden. Voor kinderen op de basisschool is dat niet anders. Zij zoeken informatie voor een werkstuk op internet, maken foto s van hun knutselwerk en rekenen oppervlakte uit op een touchscreen. Het lijkt vaak alsof kinderen deze vaardigheden vanzelf ontwikkelen. Toch moeten zij ook hierbij worden geholpen door de leerkracht. Dat betekent dat de leerkracht zich daar bewust van moet zijn en ICT inzet als middel in het onderwijs. Om dat goed te kunnen doen ontwikkel je eigen vaardigheid op het technische vlak en kennis van de didactische toepassingen. We gaan in op de stand van zaken in het onderwijs op het gebied van ICT, de snelle ontwikkelingen en welke materialen er regelmatig gebruikt worden om het onderwijs te verrijken. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in het eerste of het tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je bent op de hoogte van ontwikkelingen op het gebied van ICT en onderwijs; Je maakt gebruik van diverse vindplaatsen van digitaal leermateriaal en arrangeert hieruit je eigen (digitale, interactieve) leereenheid; Je hebt een open houding naar ontwikkelingen op het gebied van ICT in het onderwijs en wil deze inzetten in de les. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1: ICT, een globaal overzicht We beginnen bij de mogelijkheden van ICT voor de student zelf. Welke middelen heb je tot je beschikking en op welke wijze gebruik je die voor je studie? Daarnaast gaan we in op de middelen die je in de stage tegenkomt en op welke manieren je die voor de les gebruikt. 2: ICT in de vingers We behandelen de visie op onderwijs volgens TPACK, waarbij de technische, inhoudelijke en didactische principes in samenhang zijn om de les te ontwerpen. Deze principes vertalen we naar de eigen vaardigheden en mogelijkheden van zowel het kind als de leerkracht. Jouw activiteiten vooraf Je bestudeert de websites: kennisnet.nl/artikel/wat-is-ict-bekwaamheid foo.mijnhva.nl Je bestudeert de website: 3: ICT in de praktijk Geen specifieke voorbereiding nodig. Met de theorie uit voorgaande lessen worden praktische toepassingen bekeken en daarbij schat je voor jezelf in hoe je dit kunt integreren in je onderwijs Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 26

27 Toetsing In deze collegereeks komen essentiële, praktische vaardigheden aan bod. Daarom geldt een actieve deelname bij de colleges. Voldoende en actieve deelname aan colleges is een van de onderwerpen van het functioneringsgesprek dat je voert met je kerndocent aan het eind van het semester Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 27

28 3.7 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Muziek SIS-code: Vakopdracht Kunstz. Or. 1.2 PD Het moet niet van een gelukje afhangen of je wel of niet in aanraking komt met muziekonderwijs op de basisschool, aldus Ilse de Lange, die als ambassadeur van Meer Muziek in de Klas hiermee de aftrap gaf voor de aankomende leerkrachten. INLEIDING - Met de landelijke subsidie Meer Muziek in het basisonderwijs die aan de pabo- HvA is toegekend, start de pabo dit jaar met het project Muziek Verbindt. Muziek verbindt mensen, muziek verbindt culturen. In een grote, diverse stad als Amsterdam is die verbinding een voorwaarde voor het verankeren van het vak muziek in het primair onderwijs. Gedurende je opleiding word je getraind om muzikale activiteiten in te zetten waarmee je kinderen met elkaar kunt verbinden. Hierbij is het belangrijk dat jijzelf een goede basis hebt gelegd voor eigen vaardigheid zingen en muziek maken. In deze module wordt door middel van samenzang eigenvaardigheid zingen en muziek maken getraind. Tijdens de bijeenkomsten worden de volgende muzikale activiteiten aangeboden: Zingen: 1. Stemvorming. 2. Koorrepertoire: POP/ wereldmuziek. 3. Opbouwen liedrepertoire basisschool. Muziek maken: 1. Liedbegeleiding met body-percussie/ instrumenten. 2. Klankspelen met body-percussie / instrumenten. 3. Het lezen en uitvoeren van genoteerde ritmes. Kennisoverdracht met betrekking tot het klank-vorm-en betekenismodel. Liedleiding: 1. Aanleer- en repetitietechnieken. 2. Methodisch-didactisch handelen. Leerdoelen Wat moet je kennen en kunnen? Je kunt je vocaal presenteren; Je kent het voorgeschreven liedrepertoire. Je kunt een maatbegeleiding en/of een ritmische begeleiding uitvoeren; Je kunt een klankspel ontwerpen en uitvoeren. Aanbevolen leesstof : Hoofdstuk 1: Muziek op de bassischool. Hoofdstuk 2: Zingen. Hoofdstuk 4: Muziek Maken. Hoofdstuk 5: Muziek lezen en noteren. Hoofdstuk 6: Vorm Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 28

29 Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in het onderdeel Vakopdracht 1.2- Beeldende Vorming en Muziek. Voor het onderdeel muziek zal er een eigen vaardigheidstoets van 60 minuten per 15 studenten worden afgenomen. Daarin wordt het volgende getoetst: Het liedrepertoire. De liedbegeleidingsvormen. Het ontwerp van een klankspel. NB: Je kunt excelleren door de uitdaging aan te gaan muzikale activiteiten in de stageklas uit te voeren. Alle leesstof die in de lessen wordt behandeld zal worden getoetst in jaar 2, blok 2.2. Literatuur Lei, R. van der, Haverkort, F. & Noordam, L. (2014). Muziek Meester (Vierde ed.). Amersfoort, Nederland: Thieme Meulenhoff Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 29

30 3.8 Titel: Kunstzinnige Oriëntatie: Beeldende Vorming SIS-code: Vakopdracht Kunstz. Or. 1.2 PD INLEIDING Je volgt de lessen beeldende vorming om je eigen vaardigheid en je kennis van het vak te ontwikkelen. Tijdens de lessen maak je eigen beeldend werk en maak je kennis met de beeldaspecten. Deze beeldaspecten leer je toe te passen in je eigen beeldende werk. Let op: deze collegereeks wordt alternerend aangeboden. Dat wil zeggen dat je, afhankelijk van je rooster, het onderwijsaanbod in de eerste of de tweede blok van dit semester volgt. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen? Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat de beeldende opdrachten volgens de gegeven criteria uit te voeren. Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het format op MijnHvA. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Beelden en vormgeven, kerndoelen In deze eerste bijeenkomst beeldende vorming word je je ervan bewust hoe kinderen opgroeien in een wereld van beelden en wat de functie en betekenis van die beelden kunnen zijn. Je gaat in op vormgeving, materiaal en werkproces. Verder maak je kennis met de kerndoelen voor dit vakgebied. In de les ga je werken aan een beeldende opdracht zelfportret. Jouw activiteiten vooraf Van Onna & Jacobse (2017). Laat maar zien, hfdst. 1 Mens en beeld, p. 13 t/m 21. Van Basis Beeldende Begrippen (2017), hfdst. 1 Algemeen p. 5 t/m 11. Bestudeer de website: KDKunstzinnigeOrientatie.html (beeldende vorming). 2. Sporen van ontwikkeling, verschillen tussen kinderen. Bijdragen van beeldende vorming aan de ontwikkeling Je maakt kennis met de beeldende ontwikkelingsfasen van kinderen en de verschillen tussen kinderen, zodat je straks weet wat voor opdrachten je kunt geven. Je begrijpt en leert uit te leggen waarom beeldend werken belangrijk voor de ontwikkeling van een kind is. In de les werk je aan een beeldende opdracht zelfportret. Van Onna & Jacobse (2017). Laat maar zien, hfdst. 11 Sporen van ontwikkeling, p. 247 t/m 285. Van Basis Beeldende Begrippen (2017), hfdst. 2 Verschijningsvorm, vlak, 2D p. 12 t/m 26. Verzameld beeldmateriaal voor de beeldende opdracht meenemen. Grote zwartwit foto (zelfportret) op A4 in meenemen, zo groot mogelijk! 3. Beeldaspecten Je leert wat beeldaspecten zijn en dat deze een deel van de leerstof voor kinderen vormen. Ruimte, kleur, vorm, textuur en compositie bestaan ieder uit een reeks aan te leren begrippen. In de les werken we aan een beeldende opdracht. Zelfportret. Van Onna & Jacobse (2017). Laat maar zien, hfdst. 8 Beeldaspecten, p. 155 t/m 183. Van Basis Beeldende Begrippen (2017) hfdst. 6 Beeldende aspecten p. 42 t/m 71 (alleen globaal doornemen) Bestudeer de website Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 30

31 4. Beeldend onderwijs, visie en didactiek, doelen In deze bijeenkomst maak je kennis met de essentie van het vak en de benodigde didactiek (proces en product). Wat beeldend vormgeven is kun je uitleggen vanuit het cirkelmodel (MVB-model). Van Onna & Jacobse (2017). Laat maar zien, hfdst. 2 Zien en maken, p. 25 t/m 47. In de les werken we aan een beeldende opdracht Architectuur in Amsterdam. 5. Didactische vaardigheden en klassenmanagement; beeldend onderwijs in de groep: voorbereiding en oriëntatie Je leert over waar het om gaat bij beeldende vorming en de kerndoelen. Je leert over het verkorte lesformulier. Je kunt de brede ontwikkeling die beeldende vorming bewerkstelligt benoemen. In de les werken we aan een beeldende opdracht Architectuur in Amsterdam. Van Onna & Jacobse (2017) Laat maar zien, hfdst. 3 Beeldend onderwijs, p Afronding beeldende opdracht en presentatie. Je neemt kennis over de voorbereiding van de les en wat daarbij komt kijken (Beginsituatie, soort lesactiviteit, basisplan, doelen en evaluatiecriteria). De leerkracht houdt rekening met de condities, zoals de beschikbaarheid van het materiaal, de ruimte, de tijd, de inrichting van het lokaal, de kennis en vaardigheden, en de interesses van de kinderen. Van Onna & Jacobse (2017) Laat maar zien, hfdst. 4 Voorbereiding, p. 69 t/m 83 Al het beeldende werk afmaken. Het verzamelde beeldmateriaal meenemen naar huis en bewaren voor de portfoliopresentatie. Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst in het onderdeel Vakopdracht 1.2- Beeldende Vorming (en Muziek). Inleveren voor beeldende vorming : Via dropbox lever je in: Het beeldend portfolio ( schetsen en foto s van voorstudies (schetsjes en proefjes), inspiratiemateriaal en procesbeschrijving achteraf van de grachtenpandopdracht). Op een ingeroosterd moment in de toetsweek bied je bij de docenten aan: De twee beeldende werkstukken zelfportret en Wonen in Amsterdam, het beeldend portfolio als papieren versie. (Alles dien je na de beoordeling weer op te halen). Literatuur 1. Onna, J. van & Jacobse, A. (2017). Laat maar zien. Groningen: Noordhoff. 2. Boermans, B. (2017). Basis Beeldende Begrippen. Amsterdam: Lambo Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 31

32 3.9 Titel: Kunstzinnige oriëntatie: Vakopdracht 1.2 Beeldende Vorming & Muziek SIS-code: Vakopdracht Kunstz. Or. 1.2 PD INLEIDING - Deze vakopdracht bestaat uit een deelproduct voor beeldende vorming en een deelproduct voor muziek. Leerdoelen Beeldende vorming: Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat de beeldende opdrachten volgens de gegeven criteria uit te voeren. Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het format op MijnHvA. Muziek: Je kunt je vocaal presenteren; Je kent het voorgeschreven liedrepertoire. Je kunt een maatbegeleiding en/of een ritmische begeleiding uitvoeren; Je kunt een klankspel ontwerpen en uitvoeren. Beschrijving Voor deze vakopdracht voer je diverse opdrachten uit voor het vak beeldende vorming en rond je een eigenvaardigheidstoets af voor het vak muziek. Opdracht 1 Beeldende Vorming Twee beeldende werkstukken rondom het thema Ik en Amsterdam. Een procesbeschrijving met vooronderzoek van het grachtenpand als beeldend werkstuk, is een onderdeel van de vakopdracht. Je maakt tijdens de lessen twee beeldende werkstukken. Tijdens het maken van de werkstukken fotografeer je geregeld de beeldende werkstukken, vooronderzoek en inspiratiemateriaal. Deze foto s neem je op in een beeldend portfolio. Bij het werkstuk Grachtenpand maak je een procesbeschrijving achteraf die je eveneens opneemt in het beeldend portfolio. Opdracht 1: Zelfportret volgens opdracht; Opdracht 2: Wonen in Amsterdam volgens opdracht; Procesbeschrijving achteraf van de Wonen in Amsterdamopdracht volgens het procesmodel op DLWO met voorstudies, inspiratiemateriaal en proefjes Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 32

33 Opdracht 2: Muziek Voor het onderdeel muziek zal er een eigen vaardigheidstoets van 60 minuten per 15 studenten worden afgenomen. Daarin wordt het volgende getoetst: Het liedrepertoire. De liedbegeleidingsvormen. Het ontwerp van een klankspel. Je kunt je op deze toets voorbereiden door de liederen en de liedbegeleidingsvormen met elkaar te oefenen tijdens de zelfstudie-uren. Toelichting toetsvormen De vakopdracht wordt beoordeeld op basis van criteria die zijn opgenomen in een beoordelingsformulier, dat is opgenomen in deze studiewijzer. Tijdens het beoordelingsproces wordt er één cijfer voor beeldende vorming vastgesteld en één cijfer voor muziek. Het gemiddelde van beide cijfers is het eindcijfer van de gehele vakopdracht. Beide vakonderdelen dienen met een voldoende te zijn beoordeeld. Studiemateriaal 1. Lei, R. van de, & Haverkort, F& Noordam L.(2015). Muziek Meester! 4e druk Amersfoort: ThiemeMeulenhoff. 2. Onna, J. van & Jacobse, A. (2008). Laat maar zien, een didactische handleiding voor beeldend onderwijs. Groningen: Noordhoff Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 33

34 3.10 Titel: Eigen vaardigheid rekenen SIS-code: EV Rekenen/Wiskunde INLEIDING - De bijeenkomsten voor eigenvaardigheid rekenen zijn bedoeld als voorbereiding op de WisCat- toets. Om deze toets te voldoende te kunnen afsluiten is het nodig om te kunnen rekenen op niveau groep 8+. Het gaat hierbij om alle domeinen van het rekenen. De toets start met een gedeelte hoofdrekenen, waarbij geen aantekeningen gemaakt mogen worden, en de sommen binnen korte tijd gemaakt moeten worden. Tijdens de bijeenkomsten wordt zowel tijd besteed aan automatiseren (vlot opgaven kunnen oplossen) als aan begripsvorming en rekenstrategieën. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van de reeks? Je kunt omgaan met grote en kleine getallen, positief, negatief en ook kommagetallen/breuken Je kunt globaal benaderend rekenen en schattend gebruikmaken van een set referentiematen Je kunt rekenen met breuken, kommagetallen, procenten en verhoudingen op het niveau van groep 8+. Je kunt rekenen met maten en het metriek stelsel op het niveau van groep 8+. Je kunt rekenen met verbanden, formules en grafiek op het niveau van groep 8+. Je kunt cijferend rekenen. Je kunt hoofdrekenen op het niveau van groep 8+. Het programma - Wat gaan we per bijeenkomst behandelen? Bijeenkomsten 1. Getallen Inzicht in de eigenschappen van bewerkingen, het gebruik van contexten en modellen vormen de basis voor het maken van opgaven binnen alle domeinen. Het op verschillende manieren en niveaus kunnen oplossen van opgave is een voorwaarde op kinderen adequaat te kunnen helpen met rekenen en wiskunde. 2. Breuken, kommagetallen In deze les gaan we in op het reken met breuken en kommagetallen Jouw activiteiten vooraf Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk 1. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk Verhoudingen, procenten Procenten vormen een belangrijk onderdeel van het reken- en wiskundeonderwijs van de bovenbouw. 4. Meten In deze les werken we aan het opbouwen van referentiematen en het werken met metriek stelsel. Bovendien komen formules voor omtrek, oppervlakte en inhoud aan bod. 5. Meetkunde In deze les gaan we aan de slag met meetkunde en meetkundige redeneringen. 6. Contextopgaven Hoe pak je een opgave met een context aan? Hoe begin je? Welke strategieën kun je hiervoor gebruiken. Op welke manier kun je reflecteren. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk 2. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk 3. Ale & Van Schaik (2011). Rekenen en wiskunde uitgelegd. Hoofdstuk 4. De oefenwiscat en aangeleverd materiaal Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 34

35 Toetsing Deze onderwijseenheid wordt getoetst middels de Wiscat-toets. De HvA-norm voor een voldoende ligt op een Wiscat-score van 115 (cijfer is dan 5,5). Dat is hoger dan het landelijk gemiddelde voor een voldoende. Tijdens de bijeenkomsten kunnen onderdelen van een voorbeeldtoets LKB worden aangeboden. Toetsstof J. van den Bergh, P. van den Brom-Snijders, O. Hutten, M. van Zanten (2012). Rekenwijzer. Uitgeverij: ThiemeMeulenhoff Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 35

36 3.11 Titel: Eigen vaardigheid Nederlands SIS-code: EV Nederlands 1.3 INLEIDING - In het eerste jaar leg je een digitale taaltoets af. Je bestudeert als voorbereiding hierop de aanbevolen vakliteratuur. Leerdoelen - Wat moet je kennen en kunnen aan het einde van deze reeks? Je hebt kennis van de spellingregels van het Nederlands, de interpunctie, de correcte wijze van formuleren alsmede de regels voor redekundig ontleden (zinsdelen) en taalkundig ontleden (woordsoorten). Je kunt die kennis in voldoende mate in de praktijk toepassen en bij de digitale taaltoets behaal je minimaal een score die gelijk staat aan het cijfer 5,5. Het programma Tijdens de werkcolleges maak je oefeningen ter voorbereiding op de toets. De docent bespreekt deze oefeningen en geeft uitleg over de spelling- en grammaticaregels die van toepassing zijn. Deze lessen worden aan alle klassen tegelijk gegeven, en zijn bedoeld voor hen die de toets na de eerste kans nog niet gehaald hebben. Toetsing De eigen vaardigheid Nederlands wordt getoetst met een digitale meerkeuzetoets, bestaande uit 150 vragen. In het eerste jaar zijn er drie mogelijkheden. Voor het behalen van een voldoende resultaat (128 vragen correct) moet je minimaal een score behalen die gelijk staat aan het cijfer 5,5. Toetsstof (aanbevolen): Weerdt, H. de (2008). De Taaltoets-pabo haal je zo.bussum: Coutinho. Alle collegestof, dat wil zeggen PowerPoints alsmede uitgereikte materialen Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 36

37 3.12 Titel: Cultuurproject 1: Cultuur en ik SIS-code: Cultuuronderwijs 1.4 INLEIDING Iedereen is een drager van de cultuur waarin hij geboren is en waarin hij samen met anderen leeft. Als (aankomend) leerkracht ben je een cultuuroverdrager pur sang. De bewustwording van jouw eigen cultuurdragerschap vormt een belangrijke basis tot het professionele culturele zelfbewustzijn van de leerkracht. Je neemt jouw eigen culturele bagage en identiteit daar in mee. Met het oog op jouw ontwikkeling tot cultuurdrager en cultuuroverdrager in je rol als leerkracht neem je in jaar 1, 2 en 3 deel aan twee cultuurprojectweken. In het eerste jaar van de opleiding staat het thema Cultuur en ik centraal en word je je bewust(er) van de invloed van jouw achtergrond op jouw persoonlijke, professionele ontwikkeling tot leerkracht. In de grootstedelijke context van Amsterdam krijg je als leerkracht te maken met verschillende culturele achtergronden van kinderen en ook de scholen en wijken kennen diversiteit aan culturele levensstijlen. Daarnaast biedt de stad door het rijke aanbod van culturele instellingen als musea, theaters, muziekinstellingen etc. - verschillende mogelijkheden om in het kader van cultuuronderwijs samen te werken. Tijdens de cultuurprojecten is er een aanbod van cultuureducatieve activiteiten, zowel op de opleiding als in Amsterdam. Daarnaast werk je zelfstandig (of met anderen) aan (zelfstudie)opdrachten. Leerdoelen Cultuuronderwijs 1.4 Leerdoelen Cultuurproject 1 Je hebt je eigen culturele identiteit in beeld gebracht. Je koppelt je eigen culturele identiteit aan de ervaringen van cultuurproject 1. Leerdoelen Cultuurproject 2 Je hebt een kunstpagina samengesteld waarin je eigen beleving van kunst zichtbaar wordt. Je hebt je eigen ontwikkeling in kaart gebracht aan de hand van de drie basisberoepstaken cultuureducatie. Activiteiten in projectweek 1 Maandag Introductie thema en individuele opdracht Dinsdag Woensdag Groepsopdracht: culturele diversiteit A dam in beeld brengen Stagedag Bezoek gebedshuizen I: synagoge, moskee en kerk Donderdag Aan de slag met de groepsopdracht Bezoek gebedshuizen II Aan de slag met de groepsopdracht Afsluiting: presentaties Vrijdag Zelfstandig werken aan product Cultuurproject Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 37

38 Toetsing In cultuurweek 1 werk je aan het product cultuurproject 1. Dit product is onderdeel van de beoordeling van de opdracht cultuuronderwijs 1.4. De opdracht wordt beoordeeld door je kerndocent, aan de hand van de beoordelingscriteria in het beoordelingsformulier. Let op: Voor cultuuronderwijs geldt een verplichte deelname. Dat wil zeggen dat je aanwezig moet zijn en actief moet deelnemen om de gestelde doelen te kunnen behalen. In de cultuurweken maak je samen met medestudenten kennis met het culturele veld in Amsterdam en de betekenis daarvan voor het basisonderwijs. Vanwege interactie en discussie met medestudenten, docenten en betrokkenen uit het culturele veld is aanwezigheid en actieve deelname noodzakelijk om de doelen te kunnen behalen. Mocht je afwezig zijn, dan moet je voor de dagen dat je er niet bent vervangende opdrachten maken. Literatuur Heusden, B.P. van, Tans, J.P.M., Rass, M.G. (2016) Cultuur², Basis voor cultuuronderwijs. Bussum: Coutinho. Opdracht In cultuurproject 1 werk je aan een opdracht die wordt meegenomen in de beoordeling van cultuuronderwijs in blok 1.4. De opdracht voor cultuurproject 1 bestaat uit twee onderdelen: 1. Je maakt een persoonlijke identiteitscirkel, waarin is opgenomen welke aspecten en mensen belangrijk zijn voor je eigen identiteit. 2. Je maakt een verwerkingsopdracht van cultuurproject 1 waarin duidelijk is gemaakt op welke wijze de ervaringen van cultuurproject 1 van betekenis zijn geweest op je eigen culturele identiteit. Deadline: Deze individuele opdracht lever je voor 1 december a.s uur in in de dropbox van het studiedeel Cultuuronderwijs Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 38

39 HOOFDSTUK 4. De praktijk van het basisonderwijs SIS-code: Praktijk 1.2 INLEIDING - Je loopt dit blok stage in dezelfde klas als het vorige blok. Ook voor het komende blok hebben we een aantal stageactiviteiten en stagedoelen geformuleerd die jouw ontwikkeling op de competentiematrix Lesgeven in de grote stad (Amsterdam) zullen sturen. Je zult in jouw activiteiten in dit blok de nadruk leggen op klassenmanagement en het zo goed mogelijk voorbereiden van je lessen. Ook oefen je met het voorlezen aan de groep. Stagedoelen Je kunt in overleg met de mentor een realistische planning maken voor de praktijkactiviteiten per blok en per dag. Je kunt een les effectief plannen en organiseren door het zorgvuldig gebruik van tijd en ruimte (klassenmanagement). Je sluit in de lessen aan bij de verschillende taalniveaus binnen de groep Je bent in staat om op een duidelijke en aansprekende manier voor te lezen aan de groep. Je lessen zijn opgebouwd op basis van een inleiding, kern en slot. De lessen sluiten aan op de beginsituatie van de leerlingen en de door jou geformuleerde lesdoelen. Je verkent de schoolomgeving van de leerlingen van je stageklas. Je maakt op een positieve wijze contact met de groep en met individuele leerlingen en je kunt verschillen tussen leerlingen benoemen. Je gaat constructief om met de feedback van de mentor. Je kunt eigen leeropbrengsten uit de stage bespreekbaar maken met de begeleider(s). Stageactiviteiten Stageactiviteiten zijn onder voorbehoud van kleine wijzigingen in de Beroeps- of Vakopdracht. Let op: stageactiviteiten zijn vaak handig met elkaar te combineren. Je interviewt leerlingen over een aspect uit hun leef- en belevingswereld (deelproduct 1 voor Beroepsopdracht 1.2). Je ontvangt de kinderen bij de deur van het lokaal, geeft hen een hand en begroet de ouders die hun kind komen brengen. Je verzamelt spelfouten die kinderen in hun werk maken ten behoeve van het vak Nederlands. Je voert tien groepslessen uit (keuze/begeleiding van de lessen onder intensieve begeleiding van de mentor). Je voert vijf individuele instructies uit. Je voert vijf overige activiteiten uit. Dit zijn vijf verschillende activiteiten die in overleg met de mentor worden bepaald. Indien mogelijk: accent op leiding geven aan de groep (buiten school, tijdens weekafsluiting, op weg naar de gymzaal, voorlezen etc.). Je sluit de stage af en bespreekt jouw stage-ervaringen met de mentor. Je actualiseert je stagemap met daarin tenminste je lesvoorbereidingen, activiteiten, de ontvangen feedback en stagebeoordelingen Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 39

40 Beoordelingsprocedure Stagebeoordeling (toets praktijk). De stage wordt beoordeeld aan de hand van criteria die zijn opgenomen in het beoordelingsformulier. De stage wordt als voldoende (cijfer: 6) beoordeeld als aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en het vereiste aantal criteria (volgens de normering op het beoordelingsformulier) met een voldoende is beoordeeld. De beoordeling van de stage (de toekenning van het eindcijfer) wordt gegeven door de schoolopleider. De beoordelingsprocedure is als volgt: Aan het eind van blok 1.2 geeft de mentor een schriftelijke adviesbeoordeling door het beoordelingsformulier in te vullen met onvoldoende, voldoende, goed of uitstekend. De mentor licht het advies mondeling toe in een gesprek met jou en stuurt de adviesbeoordeling naar de schoolopleider. De schoolopleider is de examinator en komt op basis van de adviesbeoordeling van de mentor (die in een gesprek met de student door de mentor is toegelicht), het eigen lesbezoek en het daarop aansluitende gesprek met jou tot een eindbeoordeling, vult het beoordelingsformulier in en geeft het cijfer. Meer informatie over de praktijk en de beoordelingsprocedure is te vinden in de Praktijkgids Portfolio Je neemt de voldoende praktijkbeoordeling op in je portfolio Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 40

41 HOOFDSTUK 5. Persoonlijke professionele ontwikkeling SIS-code: Persoonlijke professionele ontwikkeling 1.2 INLEIDING - Het lesgeven in een grootstedelijke context, met de superdiversiteit van de stad en die van haar inwoners, vraagt veel van de kennis, vaardigheden en attitude van jou als leerkracht. Je moet ervoor zorgen dat kinderen goed onderwijs krijgen in de verschillende vakgebieden, ervoor zorgen dat zij zich sociaal ontwikkelen in een groep en dat zij zich als individu leren ontplooien en hun talenten kunnen ontwikkelen. Je krijgt als leerkracht hierdoor te maken met dilemma's: in de interactie tussen jou en leerlingen, met ouders, collega's, de directeur en andere onderwijsprofessionals. Omgaan met dilemma's vraagt van jou als leerkracht dat je weet waar je voor staat en dat je eigen wijze keuzes kunt maken, die zijn gebaseerd op kennis, vaardigheden en een eigen visie op onderwijs en onderwijzen. Tijdens de bijeenkomsten voor persoonlijke en professionele ontwikkeling (PPO) leer je je eigen professionele handelen te verantwoorden, het maken van transfer, het ontwikkelen van eigenheid (waaronder een eigen visie op onderwijs en het beroep leerkracht) en het zelf sturing geven aan je eigen leerproces. Het portfolio fungeert hierbij als reflectie-instrument. Bij dit studieonderdeel geldt een 'verplichte deelname'. Dat wil zeggen dat je aanwezig moet zijn en actief moet deelnemen om de gestelde doelen te kunnen behalen. Leerdoelen PPO bestaat uit drie pijlers: Pijler 1. Identiteit Je kunt je persoonlijke professionele ontwikkeling duiden, weet waar je voor staat (visie) en kunt deze verwoorden aan anderen. 2. Eigen wijze keuzes Je kunt op basis van verworven kennis, inzichten en ervaringen eigen wijze keuzes maken in je beroepspraktijk, deze onderbouwen en verantwoorden aan anderen. 3. Professionele ruimte creëren Je hebt een onderzoekende houding, stuurt je eigen ontwikkeling, voelt de noodzaak om jezelf te blijven professionaliseren en zoekt verbinding en samenwerking met collega s en externen. Bij de hierboven genoemde pijlers staan in het eerste semester de volgende leerdoelen centraal: Identiteit Je koppelt de competentiematrix aan je eigen ontwikkeling. Je leert je medestudenten en opleiding kennen (binden). Je herkent je eigen (culturele) achtergrond Eigen wijze keuzes maken Je beschrijft je eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. Je herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. Professionele ruimte creëren Je kunt aan de hand van je eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 41

42 Bijeenkomsten In de PPO-bijeenkomsten begeleiden wij studenten in hun persoonlijke professionele ontwikkeling, waarin reflecteren en de onderzoekende houding van de student een grote rol speelt. Hierbij gaan we ook in op identiteit en groepsprocessen. In de PPO-bijeenkomsten word je uitgedaagd een bijdrage te leveren aan onderstaande onderwerpen: Wie ben ik: je presenteert wat je bezighoudt, waar je vandaan komt, wat je achtergrond is. Muurkrant: wekelijks wordt actueel nieuws uit onderwijsland gepresenteerd en een discussie met de klas (be)geleid. Lesvoorbereiding en uitvoering: we bespreken de relatie tussen de lesvoorbereiding en uitvoering. Competentieontwikkeling: hoe ontwikkel jij je in studie en stage? Koppeling theorie en praktijk: geregeld wordt er een koppeling gemaakt van de praktijk naar de theorie en vice versa. Casusinbreng: in de vorm van een casus wordt er door iemand een succes- of leermoment ingebracht. Tip van de week. Energizer: wekelijks leert een student de klas een energizer. Spreekuur: studenten kunnen een afspraak maken en de kerndocent kan een afspraak maken met studenten om te praten over zaken m.b.t. studie en stage. De kerndocent voert in collegeweken 3 en 4 onder PPO-tijd kennismakingsgesprekken met de studenten. Dan is er geen PPO-college. Toetsing Aan het eind van dit semester heb je een functioneringsgesprek van 20 minuten met je kerndocent. Voorafgaande aan het gesprek actualiseer je jouw portfolio. Bij het gesprek en bij de beoordeling staan de volgende aandachtspunten centraal: Studievaardigheden, studiehouding, en studievoortgang. Actieve deelname aan de studie, waaronder aanwezigheid in de colleges, kan nadrukkelijk aan de orde komen tijdens het gesprek. Reflectie op de eigen professionele ontwikkeling en koppeling hiervan aan de competenties zoals beschreven in de competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Reëel zicht op het vak van leerkracht basisonderwijs, de eigen sterke en te ontwikkelen punten en het formuleren van nieuwe leerdoelen voor semester 2. Je bereidt je voor op het functioneringsgesprek door je portfolio verder in te richten en te actualiseren. Je neemt de volgende documenten op in je portfolio: De stagebeoordeling(en). De voldoende beroeps- en vakopdrachten (inclusief beoordelingsformulieren). De competentiematrix met daarin gearceerd/gemarkeerd in het groen de competentiebeschrijvingen die je beheerst en gearceerd in het geel de competenties waarin je je wilt ontwikkelen in het komende semester. Om tijdens het functioneringsgesprek tot een helder beeld van jouw ontwikkeling te komen kan het je helpen om je schriftelijk voor te bereiden: Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 42

43 - Beschrijf in een apart document hoe je je in de groen gearceerde competenties ontwikkeld hebt. Je kunt hier concrete voorbeelden aan koppelen - Welke kwaliteiten en welke aandachtspunten zijn bij deze items zichtbaar geworden? - Hoe kun je deze kwaliteiten en of aandachtspunten in andere praktijksituaties inzetten of toepassen? Let op: deze schriftelijke voorbereiding mag je meenemen naar het functioneringsgesprek, maar neem je niet op in je portfolio. De kerndocent beoordeelt de afronding van PPO 1.2 op basis van de volgende criteria: De student koppelt de competentiematrix aan zijn eigen ontwikkeling. De student beschrijft eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. De student herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. De student kan aan de hand van zijn eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven. Naast de beoordeling krijg je van je kerndocent zo nodig feedback op het onderdeel gesprekken voeren. Aan het eind van het eerste jaar moet je het B2-niveau aantonen van dit taalaspect. In blok 1.2 krijg je ontwikkelingsgerichte feedback van je kerndocent, dat wil zeggen dat je zo nodig aanwijzingen krijgt indien je taalgebruik niet op het gewenste niveau is. In het functioneringsgesprek van blok 1.4 wordt het aspect gesprekken voeren beoordeeld als onvoldoende/voldoende. Aanwezigheidsplicht Voor de colleges van PPO geldt een aanwezigheidsplicht. Wat deze aanwezigheidsplicht precies inhoudt, wordt aan het begin van het blok bekend gemaakt Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 43

44 HOOFDSTUK 6. Praktische informatie INLEIDING - Dit hoofdstuk biedt een overzicht van alle belangrijke praktische informatie omtrent dit blok zoals de blokkalender, de gebruikte literatuur en internetsites, het minimum taalniveau dat we hanteren, etcetera. Opzet blok 2 Hieronder zie je in schema hoe dit blok verloopt: in de bovenste rij de weken van het blok, de rij eronder de kalenderweek, de rij daaronder de begindatum van die week, dan de invulling, en tenslotte de toets- en/of stageactiviteiten. BLOK /11 20/11 27/11 4/12 11/12 18/12 08/01 15/01 22/01 29/01 PROJECTWEEK Belangrijke internetsites Hier vind je het meest actuele rooster van jouw klas. Hier staat alle actuele informatie van de opleiding en de verschillende vakken. Informatie van het stagebureau voor externen. Bekijk hier jouw studievoortgang. Je kunt STIP gebruiken bij alle vragen rond het zoeken, vinden en gebruiken van (wetenschappelijke en vak-) informatie. Een online oefenmodule om je taalvaardigheid te verbeteren. STAGEWEEK vt: ma t/m vr. dt: 1 dag extra TOETSWEEK 1 Stagebeoord. Beroepsopdr. Vakopdracht Herkans blok 1 TOETSWEEK 2 Thematoets Vaktoets Vaktoets Belangrijke documenten (downloaden via MijnHvA): Competentiematrix Leren lesgeven in de grote stad (Amsterdam). Praktijkgids Praktijkgids LIO (via Boekenlijst Een overzicht van de verplicht aan te schaffen boeken voor het derde studiejaar vind je op deze website: Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 44

45 De BAS-norm: Bij onvoldoende studievoortgang na jaar 1 kan de opleiding een bindend afwijzend studieadvies (BAS) afgeven. In dat geval zul je de opleiding helaas vroegtijdig moeten afbreken. De norm waaraan je moet voldoen om een BAS te voorkomen: Na het eerste jaar in het bezit van minimaal 50 studiepunten. Taalniveau Voor een student aan de leerkrachtenopleiding basisonderwijs is het van belang een goede beheersing van het Nederlands te hebben voor alle taalvaardigheden (spreken, gesprekken voeren, luisteren, lezen en schrijven). Van alle studenten wordt verwacht dat zij het Nederlands beheersen op B2-niveau aan het einde van de propedeuse en op C1-niveau aan het einde van de hoofdfase. Een beschrijving van deze taalniveaus vind je op Vereist niveau einde propedeuse (taalniveau B2) Aan het eind van de propedeuse moet je het B2-niveau aantonen op de volgende taalaspecten: 1. Spreken (presenteren). 2. Gesprekken voeren. 3. Schrijven. 4. Lezen. 5. Luisteren. Je toont aan het eind van het eerste jaar, in blok 1.4, je B2-niveau aan in spreken, gesprekken voeren en schrijven tijdens de volgende daartoe aangewezen opdrachten: Schrijven: vaktoets Nederlands 1.4, beoordeling door docent Nederlands. Spreken (presenteren): presentatie mondelinge vaktoets Nederlands 1.4. Gesprekken voeren: presentatie mondelinge vaktoets Nederlands 1.4. Deze opdrachten staan inhoudelijk beschreven in de Studiewijzers per blok. De opdrachten worden beoordeeld met beoordelingsformulieren voor schrijven, spreken en gesprekken voeren op B2-niveau. De beoordeling op taalniveau B2 staat los van de inhoud van de opdracht. Deze wordt apart beoordeeld. Je krijgt de mogelijkheid gedurende het eerste jaar je taalniveau (zo nodig) te ontwikkelen tot het vereiste B2- niveau. Tijdens blok 1 en 2 (het eerste semester) krijg je van de docenten bij diverse beoordelingen ontwikkelingsgerichte feedback op de drie genoemde taalaspecten. In blok 1 en 2, semester 1, van de propedeuse worden als onderdeel van het vereiste B2-niveau - alle schrijfproducten van studenten taalontwikkelingsgericht nagekeken met behulp van de Taalnorm Pabo-HvA (deze vind je in een van de bijlagen bij deze studiewijzer). Gedurende dit blok kunnen de schrijfproducten nog niet op taal worden afgekeurd. De student moet wel zijn groei kunnen aantonen op dit gebied. Vanaf semester 2 van de propedeuse (en de hierop volgende studiejaren) worden alle schrijfproducten met deze taalnorm nagekeken en bij te veel fouten wordt het schrijfproduct met een onvoldoende beoordeling Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 45

46 teruggegeven aan de student. Dit is dan ook gelijk de eerste beoordeling en je moet in dat geval het verslag in zijn geheel herkansen. Daarnaast zal er in het schriftelijk en mondeling contact met alle docenten aandacht zijn voor de kwaliteit van het taalgebruik. Met behulp van al deze feedback kun je gericht toewerken naar het gewenste taalniveau. B2-niveau in luisteren en lezen wordt indirect aangetoond, namelijk via het volgen van (hoor)colleges en het lezen van studiestof. Je toont het B2-niveau luisteren en lezen aan door het behalen van de eerstejaarstoetsen. Bij deze taalonderdelen worden geen aparte beoordelingsformulieren voor taalgebruik gehanteerd Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 46

47 BIJLAGE 1. Beoordelingsformulier Beroepsopdracht VT 1.2 Pabo HvA Student: Klas en kerndocent: Cijfer: Datum beoordeling: Beoordelende docent: A1. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee Het eindproduct bestaat uit deelproduct 1, deelproduct 2 en een volledig uitgewerkt lesontwerp. O O Het lesontwerp is beschreven in het HvA lesvoorbereidingsmodel. O O A2. Formatieve beoordeling taalaspect (in semester 1 nog geen voorwaarde voor voldoende) Het schriftelijk werk voldoet aan de taalnorm van de Pabo HvA (zie bijlage bij de studiewijzer). O O B. Inhoudelijke criteria Onvoldoende (0 punten) Niet helemaal voldoende (1 punt) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) 1. De student brengt op grond van bestaande de omgeving van de stageschool in beeld. 2. De student kan de beginsituatie van de stageklas in kaart brengen ten aanzien van één gekozen aspect. In een omgevingsanalyse wordt zichtbaar welke drie bijzondere kenmerken de omgeving van de stageschool typeren. De student beschrijft op welke wijze de gekozen kenmerken vanuit verschillende vakgebieden lerend kunnen zijn en maakt hierbij een koppeling met de kerndoelen en leerlijnen. Het onderzoek naar de beginsituatie van de stageklas ten aanzien van het gekozen kenmerk en het vakgebied is op systematische wijze voorbereid en uitgevoerd. De beginsituatie van de stageklas ten aanzien van het gekozen kenmerken en het vakgebied is beschreven. 3. De student verantwoordt waarom de ontworpen les op dit moment aan de gekozen groep kan worden gegeven. Er is duidelijk gemaakt welke relatie bestaat tussen het ontwerp van de les en de kerndoelen en leerlijnen. Op basis van de beginsituatie is minimaal één relevant productdoel en minimaal één relevant doel op langere termijn beschreven. 4. De student kan op basis van het gekozen aspect een les ontwerpen waarbij de beginsituatie van de leerlingen, de doelen voor de leerlingen en de lesinhoud samenhangen. De gekozen les is op een correcte wijze beschreven in het HvA-lesvoorbereidingsmodel. In de lesbeschrijving is zichtbaar sprake van kennisoverdracht ten aanzien van het gekozen kenmerk in relatie tot het vakgebied. C. Eindbeoordeling / cijfer Uitmuntend = 10 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 12 punten. Zeer goed = 9 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 11 punten. Goed = 8 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 10 punten. Ruim voldoende = 7 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 9 punten. Voldoende = 6 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 8 punten. Net niet voldoende = 5 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 7-9 punten. Onvoldoende = 4 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 5-6 punten. Ruim onvoldoende = 3 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 3-4 punten. Slecht = 2 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 1-2 punten. Zeer slecht = 1 Aan twee voorwaardelijke onderdelen is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 0 punten. D. Feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 47

48 BIJLAGE 2. BEOORDELINGSFORMULIER VAKOPDRACHT KO 1.2 (beeldende vorming / muziek) Pabo HvA Profileringsopdracht VT KO 1.2 Vakonderdeel 1: Beeldende vorming Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Beoordelende docent: Cijfer 2 vakonderdeel beeldende vorming: Komt in aanmerking voor bonuspunt: Datum beoordeling: ja/nee A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee De student heeft de twee beeldende opdrachten gemaakt en aangeleverd. O O De student heeft het beeldend portfolio met vooronderzoek en procesbeschrijving achteraf aangeleverd. O O Het verslag voldoet aan de taalnorm van Pabo HvA. O O B. Inhoudelijke criteria Je hebt basiskennis over de aangeboden materialen/ technieken en kan deze toepassen in het beeldend werk. Helemaal niet (0 punten) Niet helemaal (1 punt) Voldoende (2 punten) In opdracht 1 zijn verschillende Oost-Indische inkt- en collagetechnieken te zien. In opdracht 2 is de plakkaatverf dekkend gebruikt en is er met verschillende gereedschappen gewerkt. Er is ook materieschilderwerk (structuurverf) te zien. Er is gemeten, geknipt, geplakt, gesneden, geritst en gevouwen, en alles is verzorgd afgewerkt. Goed (3 punten) Je hebt kennis genomen van de beeldaspecten en kan deze toepassen in je beeldende werk. Je bent in staat een procesverslag te schrijven volgens het gegeven format op de DLWO. Je bent in staat om de gegeven opdracht volgens de criteria uit te voeren Deze student komt in aanmerking voor een bonuspunt 3 voor de vakopdracht KO 1.2 Doorhalen wat niet van toepassing is. In opdracht 1 is gebruik gemaakt van structuren, texturen en lijnen, voor- en achtergrond, en overlappingen en afsnijdingen. Er is alleen in zwart, wit en grijswaarden gewerkt. Ook is er een trompe l oeil effect toegepast doordat er iets uit de lijst komt. In opdracht 2 zijn de steenstructuur en de metselverbanden met structuurverf aangebracht. In opdracht 2 zijn de ramen ruimtelijk aangebracht, met optisch effect (kleiner wordend naar boven). In opdracht 2 is vormdoorbrekend gewerkt (bijv. bij de speksteenlagen) en zijn aardekleuren gebruikt. Het verslag m.b.t. opdracht 2 voldoet aan de beantwoording van de vragen uit het verslagmodel werkproces achteraf Inspiratiemateriaal en onderzoek (plaatwerk, schetsen, materiaalproeven) als proces zijn bij opdracht 2 zijn aanwezig. Bij opdracht 1 dient er een herkenbaar actueel zelfportret met persoonlijke attributen te zien, de lijst is een onderdeel van het te maken werk. Bij opdracht 2 is er een specifiek type Amsterdams grachtenpand te zien. Ook is er een tafelgroepthema te zien. ja nee 2 Het eindcijfer voor de vakopdracht KO 1.2 is het gemiddelde cijfer van het onderdeel beeldende vorming en het onderdeel muziek. 3 Een bonuspunt is je eindcijfer voor de gehele vakopdracht + 1. Een bonuspunt kan alleen worden toegekend als het eindcijfer minimaal een 6 is, én als je bij beide vakonderdelen een bijzondere kwaliteit hebt laten zien en/of een bijzondere prestatie hebt geleverd. De toekenning van een bonuspunt wordt altijd inhoudelijk toegelicht Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 48

49 C. Eindbeoordeling / cijfer ( 0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 11 O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 6 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = 4 3 O Ruim onvoldoende = 3 2 O Ruim onvoldoende = 2 1 O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 49

50 Profileringsopdracht VT KO 1.2 Vakonderdeel 2: Muziek Student: Studentnummer: Cursusjaar: Klas: Beoordelende docent: Cijfer 4 vakonderdeel muziek: Komt in aanmerking voor bonuspunt: Datum beoordeling: ja/nee Inhoudelijke criteria Onvoldoende (0 punten) Niet helemaal voldoende ( 1 punt) Voldoende (2 punten) 1. Je kunt je vocaal presenteren. Je kunt een eenstemmig lied op de juiste toonhoogte zingen Je kunt in groep een canon/meerstemmig lied zingen 2. Je kent het voorgeschreven liedrepertoire. 3. Je kunt een maat en/of ritmebegeleiding uitvoeren. 4. Je kunt een klankspel ontwerpen en uitvoeren. Deze student komt in aanmerking voor een bonuspunt 5 voor de vakopdracht KO 1.2 Doorhalen wat niet van toepassing is. Je kunt de liederen van begin tot het eind zelfstandig zingen. Je kunt bij een liedbegeleiding onderscheid maken tussen maat en ritme. Je kunt een genoteerd ritme lezen en uitvoeren. Je kunt een klankspel bedenken met aandacht voor de klankeigenschappen. Je kunt in een klankspel een vormtechniek verwerken. ja Goed (3 punten) nee C. Eindbeoordeling / cijfer ( 0 punten kan niet worden gecompenseerd, de rest wel). Aantal punten O Uitmuntend = O Zeer goed = 9 11 O Goed = O Ruim voldoende = O Voldoende = 6 6 O Onvoldoende = O Ruim onvoldoende = 4 3 O Ruim onvoldoende = 3 2 O Ruim onvoldoende = 2 1 O Geen punten = 1 0 D. Aanvullende feedback en opmerkingen vakdocent 4 Het eindcijfer voor de vakopdracht KO 1.2 is het gemiddelde cijfer van het onderdeel beeldende vorming en het onderdeel muziek. 5 Een bonuspunt is je eindcijfer voor de gehele vakopdracht + 1. Een bonuspunt kan alleen worden toegekend als het eindcijfer minimaal een 6 is, én als je bij beide vakonderdelen een bijzondere kwaliteit hebt laten zien en/of een bijzondere prestatie hebt geleverd. De toekenning van een bonuspunt wordt altijd inhoudelijk toegelicht Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 50

51 BIJLAGE 3. BEOORDELINGSFORMULIER CULTUURONDERWIJS VT 1.4 Pabo HvA Student: Klas: Cijfer: Datum: Beoordelend kerndocent: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft deelgenomen aan cultuurproject 1. O O 2. De student heeft deelgenomen aan cultuurproject 2. O O 3. Het verslag voldoet aan de taalnorm van Pabo HvA. O O B. Inhoudelijke criteria Onvoldoende ( 0 punten) Net niet voldoende (1 punt) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) Cultuurproject 1: De student heeft de eigen culturele identiteit in beeld gebracht. In de identiteitscirkel maakt de student zichtbaar welke aspecten en mensen belangrijk zijn voor de eigen identiteit. De student heeft een toelichting gegeven op de inhoud van de identiteitscirkel. Cultuurproject 1: De student koppelt de eigen culturele identiteit aan de ervaringen van cultuurproject 1. In de verwerkingsopdracht heeft de student duidelijk gemaakt op welke wijze de ervaringen van cultuurproject 1 van betekenis zijn geweest op de eigen culturele identiteit. De student heeft in de verwerkingsopdracht een koppeling gemaakt tussen de eigen ervaringen en de professionele rol van leerkracht. Cultuurproject 2: De student heeft een kunstpagina samengesteld waarin de eigen beleving van kunst zichtbaar wordt. Cultuurproject 2: De student heeft de eigen ontwikkeling in kaart gebracht aan de hand van de drie basisberoepstaken cultuureducatie. In de kunstpagina heeft de student de eigen beleving van kunst in het algemeen zichtbaar gemaakt. In de kunstpagina heeft de student verschillende kunstdisciplines in beeld gebracht. In de toelichting op de kunstpagina heeft de student een koppeling gemaakt tussen kennis over cultuurdragerschap in relatie tot de eigen beleving van kunst en de ervaringen van cultuurproject 2. De student heeft zichtbaar aandacht besteed aan de vormgeving van de kunstpagina. De student heeft de toelichting op kunstonderwijs onderbouwd met theorie en/of visie. C. Eindbeoordeling / cijfer Uitmuntend = 10 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 12 punten. Zeer goed = 9 Goed = 8 Ruim voldoende = 7 Voldoende = 6 Net niet voldoende = 5 Onvoldoende = 4 Ruim onvoldoende = 3 Slecht = 2 Zeer slecht = 1 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 11 punten. Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 10 punten. Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 9 punten. Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 8 punten. Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 7-9 punten. Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 5-6 punten. Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 3-4 punten. Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 1-2 punten. Aan twee voorwaardelijke onderdelen is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 0 punten Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 51

52 D. Toelichting bij de beoordeling door de kerndocent: Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 52

53 BIJLAGE 4. Beoordelingsformulier PPO 1.2 Functioneringsgesprek Pabo HvA Student: Klas: Docent: Cijfer: Datum beoordeling: A. Voorwaardelijke onderdelen Ja Nee 1. De student heeft het portfolio voor het tijdstip van het gesprek geactualiseerd en gedeeld met de kerndocent. O O 2. De student beheerst taalniveau B2 op het domein van spreken (formatief). O O B. Inhoudelijke criteria Onvoldoende (0 punten) Niet helemaal voldoende (1 punten) Voldoende (2 punten) Goed (3 punten) 1. De student koppelt de competentiematrix aan zijn eigen ontwikkeling. De student kan aan de hand van de gearceerde onderdelen uit de competentiematrix zijn ervaringen in studie en praktijk omschrijven. 2. De student beschrijft eigen handelen in een dilemma in de studie of praktijk aan de hand van de reflectiecyclus. De student kan aan de hand van een casus uit studie en/of praktijk dilemma s omschrijven en reflecteren op zijn denken en voelen en handelen. 3. De student herkent in onderwijssituaties de theorie uit de opleiding. De student kan theorie koppelen aan ervaringen in studie en stage. 4. De student kan aan de hand van zijn eigen leerstijl ontwikkelpunten beschrijven. De student herkent zijn eigen leerstijl en kan sterke punten en aandachtspunten benoemen met betrekking tot de ontwikkeling in studie en stage. Bonus Het product is door de docent beoordeeld als origineel, excellent en kenmerkt zich door eigenheid. + Het eindcijfer gaat 1 punt omhoog wanneer van toepassing, mits het eindcijfer minimaal een 6 is. C. Eindbeoordeling / cijfer Uitmuntend = 10 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 12 punten. Zeer goed = 9 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 11 punten. Goed = 8 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan en de student heeft 10 punten. Ruim voldoende = 7 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 9 punten. Voldoende = 6 Aan alle voorwaardelijke onderdelen is voldaan, voor alle inhoudelijke criteria is tenminste 1 punt gescoord en de student heeft 8 punten. Net niet voldoende = 5 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 7-9 punten. Onvoldoende = 4 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 5-6 punten. Ruim onvoldoende = 3 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 3-4 punten. Slecht = 2 Aan één voorwaardelijk onderdeel is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 1-2 punten. Zeer slecht = 1 Aan twee voorwaardelijke onderdelen is niet voldaan en/of minstens één inhoudelijk criterium is onvoldoende en de student heeft 0 punten. D. Aanvullende feedback en opmerkingen kerndocent Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 53

54 BIJLAGE 5. De taalnorm van PABO HvA TAALNORM SCHRIJVEN PABO HVA Studiewijzer VT DEFINITIEVE VERSIE pagina 54

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.2 2019-2020 Inhoudsopgave BLOK 1.2 KEN DE OMGEVING! - LESGEVEN OVER AMSTERDAM... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 4 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2017-2018 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2018-2019 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2015-2016 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.1 2019-2020 1 Inhoud BLOK 1.1 DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE ZIET DE OPLEIDING OP HOOFDLIJNEN ERUIT?... 4 HET

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsmodel

Lesvoorbereidingsmodel Gegevens student Gegevens basisschool Naam Naam Groep Voltijd Deeltijd Dagavond Plaats Studiejaar/periode Sem 1 Sem 2 Soort onderwijs Regulier Montessori Dalton OGO Studentnummer Stagementor(en) Email

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.1 2016-2017 Studiewijzer VT 1.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 1.1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS...

Nadere informatie

Amsterdams onderwijs in beeld

Amsterdams onderwijs in beeld Amsterdams onderwijs in beeld Studiewijzer Pabo Voltijd Periode 1.1 2012-2013 1 Inhoud DIT IS AMSTERDAM! - AMSTERDAMS ONDERWIJS IN BEELD... 3 HOE VER BEN JE MET DE OPLEIDING?... 3 HET ONDERWIJSPROGRAMMA

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 26-01-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE

Nadere informatie

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1

Leren door te spelen. Blok 1.3. Studiewijzer Pabo Voltijd Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE pagina 1 Leren door te spelen Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.3 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 pagina 1 INHOUD BLOK 1.3 HET JONGE KIND - LEREN DOOR TE SPELEN...3 HOE VER

Nadere informatie

Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY)

Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Geschiedenis (studiegidsnr.: 70710102MY) Jaar 1 Semester 1, blok

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 1.4 - DEFINITIEVE VERSIE 25-04-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu

Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Basisonderwijs in Nederland, toen en nu Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 1.4 2018-2019 2018-2019 - Studiewijzer VT 1.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 1.4 BASISONDERWIJS IN NEDERLAND,

Nadere informatie

Lesgeven over Amsterdam

Lesgeven over Amsterdam Lesgeven over Amsterdam Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 1.2 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer DT 1.2 DEFINITIEF 03-11-2016 - pagina 1 INHOUDSOPGAVE BLOK 1.2 HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS IN THEORIE EN PRAKTIJK...

Nadere informatie

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool

Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool Beroepsproduct Project Wetenschap en technologie op de basisschool In dit beroepsproduct ontwerp je onderwijs op het gebied van Wetenschap en technologie voor de basisschool. Uitgangspunt bij je onderwijsontwerp

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1

Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Semester 1 2018-2019 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 17-07-2018 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016

Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Hoe leer ik kinderen rekenen in groep 3 en 4? Weekschema PABWJ314X1 2015-2016 Cursusdoelen 1. De student heeft kennis van getalfuncties, inzicht in de telrij, (structuur van) getallen en getalrelaties

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Semester 1 2017-2018 Studiewijzer DT 1 sem 1 VERSIE 28-09-2017 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 1 KENNISMAKEN MET HET AMSTERDAMSE ONDERWIJS... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN

Nadere informatie

1 De kennisbasis Nederlandse taal

1 De kennisbasis Nederlandse taal Noordhoff Uitgevers bv De kennisbasis Nederlandse taal. De opzet van de kennisbasis. De inhoud van de kennisbasis. Toetsing van de kennisbasis. Hoe gebruik je Basiskennis taalonderwijs? In dit hoofdstuk

Nadere informatie

Stappenplan Ontdekken van de Wereld

Stappenplan Ontdekken van de Wereld Stappenplan 2.1.2 Ontdekken van de Wereld In dit document lees je wat het beroepsproduct bij de onderwijseenheid Ontdekken van de Wereld inhoudt en volgens welke stappen je er aan kunt werken. Inleiding

Nadere informatie

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1

CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 CURSUSBESCHRIJVING Deel 1 Cursuscode(s) Opleiding Cursusnaam Cursusnaam Engels : PABFMT14X : Pabo : Gecijferdheid 7, Factoren, Machten en Talstelsels : [vertaling via BB] Studiepunten : 1 Categorie Cursusbeheerder

Nadere informatie

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen.

Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. Technisch gesproken reken ik daarop. Taal, techniek en rekenen-wiskunde bij jonge kinderen. In dit document lees je wat het beroepsproduct Technisch gesproken reken ik daarop inhoudt. De vakken rekenen-wiskunde,

Nadere informatie

GROEPSDYNAMICA STUDIEHANDLEIDING

GROEPSDYNAMICA STUDIEHANDLEIDING GROEPSDYNAMICA STUDIEHANDLEIDING Opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening Instituut ISO/Hogeschool Rotterdam Code ISOGDY Module-beheerder: Claudine van Boxtel Studiejaar: 2014-2015 Kwartaal: 1 Opleiding:

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP OUDERE KIND...3 HOE

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2016-2017 2016-2017 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 19-01-2017 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2015-2016 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 08-07-2015 Pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN

Nadere informatie

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder. Student(e) Klas Stageschool Plaats Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven Bron: Didactisch model van Gelder Student(e) Klas Stageschool Plaats Mentor Datum Groep Aantal lln Vak- vormingsgebied: beeldende

Nadere informatie

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind

Pedagogiek 1: Grondslagen pedagogiek en oriëntatie op didactiek jonge kind Stageactiviteiten Jaar 1 Voor alle activiteiten geldt: Je bereidt je voor op de activiteiten door: Vooraf bij je mentor te informeren wat de beginsituatie van de groep is. Welke activiteiten kennen ze

Nadere informatie

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs

Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs Studiewijzer Pabo Deeltijd 1 Eerste semester (blok 1.1 en blok 1.2) 2019-2020 Inhoudsopgave SEMESTER 1 Kennismaken met het Amsterdamse onderwijs... 3 Hoe ziet

Nadere informatie

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden

beheerst de volgende vaardigheden, kan deze onderwijzen en vaardigheden Checklist vakdidactisch Kennisbasis Biologie Voor het begin van de 3 e jaars stage vullen de studenten deze checklist in. De studenten formuleren leerdoelen die aansluiten op de uitkomst van deze list.

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond bovenbouw

Agenda onderwijsavond bovenbouw Agenda onderwijsavond bovenbouw Kerndoelen PO Referentieniveaus Onderwijsinhoud op de Bron Wat komt er aan bod in groep 6-7-8 Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen en kunnen

Nadere informatie

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend

De wereld verkennen: kinderen leren verschillend De wereld verkennen: kinderen leren verschillend Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.4 2018 2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.4 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.4 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool

WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool WELKOM Twee ICT voorbeelden in het Rekenen-wiskunde onderwijs op de Pabo van Avans hogeschool Nicole Poulussen, Cindy Stienen, Esther Woertman Inhoud Jaar 1 Pabo Avans Voorbeeld 1 ICT in de vorm van een

Nadere informatie

Vakdidactiek 2 Didactiek van de hoofdvaardigheden

Vakdidactiek 2 Didactiek van de hoofdvaardigheden Onderwijs en Opvoeding MODULEHANDLEIDING Vakdidactiek 2 Didactiek van de hoofdvaardigheden Fase Hoofdfase, jaar 2 Leerroute Voltijd en deeltijd Schrijver(s)/docenten Ilona de Milliano, Catherine van Beuningen,

Nadere informatie

CKV Festival 2012. CKV festival 2012

CKV Festival 2012. CKV festival 2012 C CKV Festival 2012 Het CKV Festival vindt in 2012 plaats op 23 en 30 oktober. Twee dagen gaan de Bredase leerlingen van het voortgezet onderwijs naar de culturele instellingen van Breda. De basis van

Nadere informatie

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen

D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen DIDACTISCHE BEKWAAMHEID D.1 Motiveren en inspireren van leerlingen Resultaat De leraar motiveert leerlingen om actief aan de slag te gaan. De leraar maakt doel en verwachting van de les duidelijk zorgt

Nadere informatie

Terugblik masterclasses HAN Pabo

Terugblik masterclasses HAN Pabo Terugblik masterclasses HAN Pabo Het afgelopen jaar 2017 hebben studenten van de HAN Pabo de mogelijkheid gehad zich via masterclasses te verdiepen in W&T. Alle hieronder beschreven masterclasses zijn

Nadere informatie

Universitaire Pabo van Amsterdam Studiehandleiding CE RF Cultuureducatie en Erfgoed

Universitaire Pabo van Amsterdam Studiehandleiding CE RF Cultuureducatie en Erfgoed Universitaire Pabo van Amsterdam Studiehandleiding CE RF Cultuureducatie en Erfgoed Bachelorjaar: 3 Cursusjaar: 01-013 Semester 1, blok 1 nr? Docenten: Mila Ernst en Roosien Verlaan In studiejaar 01-013

Nadere informatie

Agenda onderwijsavond middenbouw

Agenda onderwijsavond middenbouw Agenda onderwijsavond middenbouw Kerndoelen PO Wat komt er aan bod in groep 3-4-5 Leren lezen nader bekeken Onderwijsinhoud op de Bron Leren in de echte wereld Kerndoelen PO: Wat moeten kinderen kennen

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2018-2019 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP OUDERE KIND...3 HOE

Nadere informatie

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het jonge kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het jonge kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2019-2020 INHOUD BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP HET JONGE KIND...3

Nadere informatie

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5

Beoordelingsformulier Verslag Vakprofilering Geschiedenis Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5 Beoordelingsformulier 3.1.2 Verslag Vakprofilering Geschiedenis 2015-2016 Code: OTR3-PRWT1-15 EC: 5 Studentnaam: Klas: Beoordelaar Studentnummer: Datum: KERN- EN DEELTAKEN DIE HOREN BIJ DEZE TOETS: 2.1,

Nadere informatie

kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer

kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer kennisbasis vakdidactiek biologie auteurs Teresa Maria Dias Pedro Gomes, Stefan Bosmans en Marnix van Meer Domein B1.1 Biologie leren Begripsontwikkeling en jargon Leren van biologische vaardigheden Verschillen

Nadere informatie

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY) Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding eigen vaardigheid basistoets Nederlands (studiegidsnr: 70710P06MY)

Nadere informatie

KNAG dag Andreas Boonstra

KNAG dag Andreas Boonstra KNAG dag 2018 Andreas Boonstra 1 Beeldvorming Foto van Pixabay 2 Is er sprake van een kloof? Foto van Pixabay 3 Kennis en vaardigheden?? Is het en/of OF en/en? 4 Eerste jaar Aardrijkskunde op de Katholieke

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89

Inhoud. Inleiding 9. 5 Planning 83 5.1 Leerdoelen en persoonlijke doelen 84 5.2 Het ontwerpen van het leerproces 87 5.3 Planning in de tijd 89 Inhoud Inleiding 9 1 Zelfsturend leren 13 1.1 Zelfsturing 13 1.2 Leren 16 1.3 Leeractiviteiten 19 1.4 Sturingsactiviteiten 22 1.5 Aspecten van zelfsturing 25 1.6 Leerproces vastleggen 30 2 Oriëntatie op

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2018-2019 2018-2018 Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 23-01-2019 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN: KINDEREN

Nadere informatie

Kwaliteitseisen. 4.1 Praktijk Reflectie Kwaliteitseisen voor toetsing Portfolio 30

Kwaliteitseisen. 4.1 Praktijk Reflectie Kwaliteitseisen voor toetsing Portfolio 30 25 Kwaliteitseisen Samenvatting In dit hoofdstuk worden de kwaliteitseisen aan een toets besproken. Een toets moet valide, betrouwbaar, bruikbaar en transparant zijn..1 Praktijk 26.2 Reflectie 26.3 Kwaliteitseisen

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2017-2018 2017-2018 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 25-08-2017 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL!

Nadere informatie

Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen:

Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen: Verplichte stage opdrachten P-fase semester 1 C-GES 1 Begin je (les)activiteit met een korte observatie aan de hand van onderstaande vragen: Gebruikt de mentor materiaal en/ of een methode? Welke beeldvormers

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2019-2020 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET VERSCHIL! LEREN EN ONTWIKKELEN STIMULEREN... 3 HOE VER BEN JE MET DE

Nadere informatie

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen?

Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Leren door spelen. Wat is goed onderwijs aan jonge kinderen? Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 2.1 2015-2016 [Type here] Inhoud BLOK 2.1 LEREN DOOR SPELEN. WAT IS GOED ONDERWIJS AAN JONGE KINDEREN?...3 HOE

Nadere informatie

Interpersoonlijk competent

Interpersoonlijk competent Inhoudsopgave Inhoudsopgave...0 Inleiding...1 Interpersoonlijk competent...2 Pedagogisch competent...3 Vakinhoudelijk & didactisch competent...4 Organisatorisch competent...5 Competent in samenwerken met

Nadere informatie

De wereld verkennen: leren in en met de groep

De wereld verkennen: leren in en met de groep De wereld verkennen: leren in en met de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.3 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer VT 2.3 DEFINITIEVE VERSIE 01-02-2018 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.3 DE WERELD VERKENNEN:

Nadere informatie

Informatie. vakgebieden. Groep 3

Informatie. vakgebieden. Groep 3 Informatie vakgebieden Groep 3 Rekenen en wiskunde Gehanteerde methode: Wereld in getallen. Sinds een aantal jaren rekenen we met de nieuwe methode: De wereld in getallen. De inhoud van een rekenles bestaat

Nadere informatie

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing

Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Onderhandelen over onderwijsvernieuwing Velon-congres, Breda, 19 maart 2019 Rob Moggré, r.moggre@ipabo.nl Ronald Keijzer, r.keijzer@ipabo.nl https://kenniscentrum.ipabo.nl Hogeschool ipabo We zoomen in

Nadere informatie

Lesgeven over Werelderfgoed

Lesgeven over Werelderfgoed flyer Werelderfgoed:Layout 4 19-12-2013 10:30 Pagina 1 WELKOM IN DE SCHATKAMERS VAN DE WERELD! Lesgeven over Werelderfgoed Stelling van Amsterdam Grachtengordel Amsterdam Droogmakerij De Beemster flyer

Nadere informatie

Werkplan vakverdieping kunstvakken

Werkplan vakverdieping kunstvakken Werkplan vakverdieping kunstvakken 2012-2013 algemene gegevens Naam: Klas: Nanda ten Have VR3C Gekozen vakverdieping: Beeldend onderwijs Persoonlijke leerdoel gekoppeld aan de vakcompetenties of gericht

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren

Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Toelichting Startbekwaamheidsgesprek voor opleidings- en werkveldexaminatoren Dit document is bedoeld om de opleidings- en werkveldexaminatoren te informeren over de achtergronden van het Startbekwaamheidsgesprek.

Nadere informatie

Verantwoording van de te bezoeken les

Verantwoording van de te bezoeken les Verantwoording van de te bezoeken les Toelichting m.b.t. constructeur leeromgeving: Zie het losse lesvoorbereidingsformulier. Toelichting m.b.t. de rol van vakinhoudelijk begeleider: Waar in de les motiveert

Nadere informatie

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip).

Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Getallen 1 Getallen 1 is een computerprogramma voor het aanleren van de basis rekenvaardigheden (getalbegrip). Doelgroep Rekenen en Wiskunde Getallen 1 Getallen 1 is geschikt voor groep 7 en 8 van de basisschool

Nadere informatie

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd

Diversiteit: Blok 2.2. Contact en communicatie. Studiewijzer Pabo Voltijd Diversiteit: Contact en communicatie Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.2 2016-2017 2016-2017 Studiewijzer VT 2.2 - DEFINITIEVE VERSIE 01-11-2016 - pagina 1 Inhoudsopgave BLOK 2.2 DIVERSITEIT: CONTACT EN

Nadere informatie

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1

Cluster rekenen/wiskunde & didactiek. Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen Pagina 1 Verantwoording module Breuken, procenten, kommagetallen en verhoudingen 2014-2015 Pagina 1 Inhoudsopgave: Inleiding: blz. 3 Module omschrijving: blz. 4 Toetsmatrijs: blz. 5 Cesuur: blz. 6 College 1: blz.

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Semester 2 2017-2018 Studiewijzer DT 1 sem 2 VERSIE 02-02-2018 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 2 KINDEREN LEREN OP VERSCHILLENDE MANIEREN... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA EN TOETSING

Nadere informatie

Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam.

Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht VZ Amsterdam. Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Digitaal Denken in Meten en Meetkunde (studiegidsnr.: 70720203AY)

Nadere informatie

Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht 130.

Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Universitaire Pabo van Amsterdam. Nieuwe Prinsengracht 130. Universitaire Pabo van Amsterdam Nieuwe Prinsengracht 130 1018 VZ Amsterdam E-mail: upva@uva.nl www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding Rekenen jaar 1 (studiegidsnr.: 70710P14LY) Jaar 1 Semester 1, blok

Nadere informatie

Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken

Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken Nieuwe generatie rekenmethodes vergeleken Ruud Janssen Alles telt (2e editie - ThiemeMeulenhoff) De methode biedt een doorgaande lijn vanuit de kleuterbouw. De leerlijnen zijn digitaal beschikbaar. Het

Nadere informatie

Studiewijzer Pabo Deeltijd

Studiewijzer Pabo Deeltijd Studiewijzer Pabo Deeltijd Jaar 1 Semester 2 2018-2019 Studiewijzer DT 1 sem 2 VERSIE 30-01-2019 Pagina 1 Inhoud SEMESTER 2 KINDEREN LEREN OP VERSCHILLENDE MANIEREN... 3 BEKNOPT OVERZICHT STUDIEPROGRAMMA

Nadere informatie

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO

Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Ontwerponderzoek paper 2 Geografische informatievaardigheden in 5 VWO Student: Vincent van der Maaden, MSc Studentnummer: 5783070 Opleiding: Interfacultaire lerarenopleiding, UvA Vakgebied: Aardrijkskunde

Nadere informatie

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat

Cursus. Creëer een veilig seksueel klimaat Cursus Creëer een veilig seksueel klimaat Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur: Annemieke Loos Inhoudelijke redactie: Floortje Vissers Titel: Creëer

Nadere informatie

Studiehandleiding beeldende vorming 2

Studiehandleiding beeldende vorming 2 Universitaire Pabo van Amsterdam www.student.uva.nl/upva Studiehandleiding beeldende vorming 2 70720212LY Docent Ineke Schaveling April 2014 Inleiding Deze module is een vervolg op Beeldende Vorming 1.

Nadere informatie

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP

BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Persoonlijke ontwikkeling Portfolio ~ POP ~ PAP BBL-4, topklinisch traject RdGG Pagina 1 van 7 Inleiding en leerdoelen Het begrip portfolio komt oorspronkelijk uit de wereld van kunst en architectuur. Kunstenaars en architecten kunnen bij hun sollicitaties

Nadere informatie

Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2)

Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2) Het onderwijs op de Bron: de onderbouw (groep 1-2) Het onderwijs op de Bron De opdracht van de basisschool Het onderwijs op de Bron per bouw Onderwijsinhoud op de Bron Wat komt er aan bod in groep 1-2

Nadere informatie

WPO Science jaar 1 de observatie- of demonstratiekring

WPO Science jaar 1 de observatie- of demonstratiekring WPO Science jaar 1 de observatie- of demonstratiekring De opdracht De werkplekopdracht (WPO) voor Science jaar 1 is het ontwerpen van 3 lessen Natuur en Techniek (oftewel Science) waarbij je gebruik maakt

Nadere informatie

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren

Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Toelichting LIO-bekwaamheidsgesprek voor (opleidings)examinatoren Dit document is bedoeld om de opleidingsexaminatoren te informeren over de achtergronden van het LIObekwaamheidsgesprek. Ingegaan wordt

Nadere informatie

Bijlage 2-9. Richtlijnen voor de prestatie

Bijlage 2-9. Richtlijnen voor de prestatie Bijlage 2-9 Richtlijnen voor de prestatie Inleiding Tijdens de stage leveren studenten in feite voortdurend prestaties. Ze doen dingen die (nog) geen dagelijkse routine zijn, waar wilskracht en overtuiging

Nadere informatie

Opdrachten bij hoofdstuk 1

Opdrachten bij hoofdstuk 1 Opdrachten bij hoofdstuk 1 1.1 Het portfolio op jouw opleiding Ga na met welke portfolio s er binnen jouw pabo gewerkt wordt. Probeer in handboeken en studiegidsen van je opleiding omschrijvingen van het

Nadere informatie

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9

Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Samen beoordelen van deeltijdstudenten Bijlage 9 Kenniscentrum Talentontwikkeling Handleiding Stage Deeltijdopleiding Jaar 1 1 Pabo Hogeschool Rotterdam September 2017 Inleiding In het eerste jaar van

Nadere informatie

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren

Leerwerktaak: Verhaaltjessom oplossen aanleren Leerwerktaak: oplossen aanleren Titel Gekoppeld aan beroepstaak OWE ILS-wi 614 Gekoppeld aan de volgende competenties(s) Niveau Geschikt voor de volgende vakken Ontwerper/ ontwerpgroep/ sectie/ school

Nadere informatie

Leerdoelen, leerlijnen en leeractiviteiten

Leerdoelen, leerlijnen en leeractiviteiten Leerdoelen, leerlijnen en leeractiviteiten Wanneer je werkt vanuit leerlijnen, is de methode slechts een van de bronnen waarmee leerlingen zich de leerstof eigen maken. Ilse Gmelig 8 februari 2018 Leerdoelen

Nadere informatie

Tussen-Feedbackformulier minor cultuureducatie (week 5 en 9 op onderdelen die in portfolio getoetst worden) Datum:

Tussen-Feedbackformulier minor cultuureducatie (week 5 en 9 op onderdelen die in portfolio getoetst worden) Datum: Tussen-Feedbackformulier minor cultuureducatie 2016-2017 (week 5 en 9 op onderdelen die in portfolio getoetst worden) Datum: 26-5-2017 Naam: Ingevuld door Britt Vereijken voor Danique van Hassel. Gericht

Nadere informatie

Teamtrainingen & ouderavond

Teamtrainingen & ouderavond Teamtrainingen & ouderavond Een teamtraining is een bijeenkomst van 1,5 tot 2 uur voor een heel schoolteam. Op actieve en enthousiasmerende wijze verdiep je je samen in een onderwerp. Er zijn verschillende

Nadere informatie

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE*

BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* BIJLAGE B NADERE UITWERKING VAN DE ONDERWIJSEENHEDEN VAN HET CURRICULUM VAN DE OPLEIDING VOOR DE PROPEDEUTISCHE FASE* *Voor de speciale trajecten Academische Opleiding Leraar Basisonderwijs (AOLB) en International

Nadere informatie

Leren door spelen. Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind. Blok 2.2. Studiewijzer Pabo Deeltijd

Leren door spelen. Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind. Blok 2.2. Studiewijzer Pabo Deeltijd Leren door spelen Leer- en ontwikkelingslijnen van het jonge kind Studiewijzer Pabo Deeltijd Blok 2.2 2017-2018 2017-2018 - Studiewijzer DT 2.2 DEFINITIEF 09-11-2017 - pagina 1 INHOUD BLOK 2.2 LEREN DOOR

Nadere informatie

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Samenwerkend leren

Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn Stageopdracht Samenwerkend leren Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn 015-016 Stageopdracht Samenwerkend leren Lerarenopleiding Gezondheidszorg en Welzijn - Stageopdracht leerjaar 1 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Werken aan competenties...

Nadere informatie

Toetsbekwaamheid BKE november 2016

Toetsbekwaamheid BKE november 2016 Toetsbekwaamheid BKE november 2016 De Basiskwalificatie Examinering heeft als doel de hbo-toetspraktijk te versterken. Een belangrijk aspect in die toetspraktijk is het gesprek over toetsing: het vragen/

Nadere informatie

Inhoud. Introductie tot de cursus

Inhoud. Introductie tot de cursus Inhoud Introductie tot de cursus 1 Inleiding 7 2 Voorkennis 7 3 Het cursusmateriaal 7 4 Structuur, symbolen en taalgebruik 8 5 De cursus bestuderen 9 6 Studiebegeleiding 10 7 Huiswerkopgaven 10 8 Het tentamen

Nadere informatie

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd

Het oudere kind. Blok 3.1. Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep. Studiewijzer Pabo Voltijd Het oudere kind Hanteren van verschillen tussen kinderen in de groep Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 3.1 2017-2018 1 Inhoud BLOK 3.1 HANTEREN VAN VERSCHILLEN TUSSEN KINDEREN IN DE GROEP HET OUDERE KIND...

Nadere informatie

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs

Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Modulekaart 2 Leraar Basisonderwijs Deze module beschrijft drie leeruitkomsten van elk 10 studiepunten (European Credits). Waar gaat deze module over? Deze module gaat over jouw vermogen om éénvoudige

Nadere informatie

Onderwijsbehoeften: - Korte instructie - Afhankelijk van de resultaten Test jezelf toevoegen Toepassing en Verdieping

Onderwijsbehoeften: - Korte instructie - Afhankelijk van de resultaten Test jezelf toevoegen Toepassing en Verdieping Verdiepend Basisarrange ment Naam leerlingen Groep BBL 1 Wiskunde Leertijd; 5 keer per week 45 minuten werken aan de basisdoelen. - 5 keer per week 45 minuten basisdoelen toepassen in verdiepende contexten.

Nadere informatie

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis)

Cursus. Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis) Cursus Vakinhoud en leergebieden primair onderwijs (geschiedenis) Colofon Uitgeverij: Edu Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur(s): Sietske van Es Inhoudelijke redactie: Floortje

Nadere informatie

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden

VOORWOORD. De opbouw van de leereenheden VOORWOORD Angerenstein SB (Sport en Bewegen) is een complete serie leermiddelen voor het kwalificatiedossier Sport en Bewegen. Angerenstein SB bestaat uit boeken met theorie en opdrachten, online verdiepingsstof

Nadere informatie

De module in onderdelen Totaal 18 studiepunten = 504 uur.

De module in onderdelen Totaal 18 studiepunten = 504 uur. Module 1.04 Analyse en duiding van de horoscoop 1. Doelstelling 1.04 Analyse en duiding van de horoscoop Kerncompetentie Succescriteria Proces Resultaat De student is in staat de horoscoop op de juiste

Nadere informatie

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis

Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Juf, wat gaan we eigenlijk leren? Jouw vakkennis - hun basis Inleiding: Al eerder schreef ik het ebook `het kan zonder groepsplan`. In veel scholen ervaren leerkrachten het maken van groepsplannen als

Nadere informatie

2 jarig Verzorgende IG BOL

2 jarig Verzorgende IG BOL 2 jarig Verzorgende IG BOL Loopbaanoriëntatie Begeleiding (LOB) Leerjaar 1 Fase A Docentenhandleiding LOB Fase A leerjaar 1 Ontwikkelaar: Rianne Schuur Inhoudsopgave 1. Inleiding... 3 1.1 Beginsituatie...

Nadere informatie

Opleidingsschool Noord

Opleidingsschool Noord Praktijkgids werkplekleren voltijd en dag-avond Opleidingsschool Noord Eenheid in verscheidenheid 2011-2012 obsbuikslotermeer.obsdorusrijkers.obsvierwindstreken.obsijplein.obsijdoorn.obsoverhoeks. obstwiske.obsweidevogel.sbouniversum

Nadere informatie

Teamtrainingen & ouderavond

Teamtrainingen & ouderavond Teamtrainingen & ouderavond Een teamtraining is een bijeenkomst van 1,5 tot 2 uur voor een heel schoolteam. Op actieve en enthousiasmerende wijze verdiep je je samen in een onderwerp. Er zijn verschillende

Nadere informatie

kempelscan K1-fase Eerste semester

kempelscan K1-fase Eerste semester kempelscan K1-fase Eerste semester Kempelscan K1-fase eerste semester 1/6 Didactische competentie Kern 3.1 Didactisch competent Adaptief omgaan met leerlijnen De student bereidt systematisch lessen/leeractiviteiten

Nadere informatie

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren.

Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Jij maakt het verschil! Leren en ontwikkelen stimuleren. Studiewijzer Pabo Voltijd Blok 2.1 2018-2019 2018-2019 Studiewijzer VT 2.1 DEFINITIEVE VERSIE 11-09-2018 pagina 1 Inhoud BLOK 2.1 JIJ MAAKT HET

Nadere informatie