Mijn Verhaal van Brabant

Transcriptie

1 Groep 8: In het museum, voorwerp 1 Museumtas nummer 1 met daarin: 1. Een vergiet 2. Lucifersdoosje 3. Een stuk hout 1. Laat de leerlingen van groep 4 de gatenpot bekijken. 2. Stel de vraag: Waarvoor werd de gatenpot gebruikt denk je? 3. Ze mogen om de beurt iets uit de grote zak met spulletjes grabbelen. Dit zijn hints om er achter te komen wat de gatenpot is. 4. Zijn ze er nog niet achter gekomen? Ga dan naar het dichtstbijzijnde ontdekstation (de grote witte bak) en bekijk de animatie.

2 Groep 8: In het museum, voorwerp 2 Museumtas nummer 2 met daarin: 1. Een laars 2. Een waterschoen 3. Een slof 1. De leerlingen van groep 4 mogen om de beurt een schoen uit de zak pakken. 2. Bedenk samen met hen voor welke omstandigheden deze schoenen het beste zijn. Vaak weet je wel wanneer deze schoen gedragen worden (klompen/slippers etc), maar waarom ziet deze schoen er juist op deze manier uit?

3 Groep 8: In het museum, voorwerp 3 Museumtas nummer 3 met daarin: 1. Schrijfplankjes 2. Werkbladen 3. Potloden 1. Deel de schrijfplankjes met werkbladen en potloden uit. 2. Laat de leerlingen de maquette bestuderen. 3. Laat de leerlingen de cijfers op de juiste plaats op het werkblad zetten.

4 Groep 8: In het museum, voorwerp 4 Museumtas nummer 4 met daarin: 1. Een boetebus 2. Muntjes 3. Opdrachtenkaartjes 1. Speel met de leerlingen van groep 4 het spelletje verboden woord. 2. Kies een leerling uit die gaat vertellen over het verboden woord. 3. De verteller krijgt een kaartje met het onderwerp te zien waarover hij/zij gaat vertellen. Het woord zelf mogen zij niet gebruiken wanneer er verteld wordt. 4. Nu krijgt de verteller ook 3 muntjes. 5. De andere leerlingen mogen nu om de beurt vragen stellen aan de verteller om het verboden woord te ontdekken. 6. Wanneer de verteller het verboden woord gebruikt of euhhh zegt, moet er een muntje in de boetebus worden gestopt. Zodra alle muntje op zijn is leerling A af en kun je het spelletje met andere leerlingen herhalen.

5 Groep 8: In het museum, voorwerp 5 Museumtas nummer 5 met daarin: 1. 4 schrijfplankjes 2. Potloden 3. Vellen papier met daarop lege wapenschilden 1. Deel de spullen uit de tas uit aan de leerlingen van groep Laat de leerlingen van groep 4 een eigen wapenbord ontwerpen.

6 Groep 8: In het museum, voorwerp 6 1. Het ontdekstation (de grote witte bak met animaties) in de dichtstbijzijnde hoek van de zaal. 1. Vertel over de Gildeketen. 2. Laat daarna de leerlingen van groep 4 het spel spelen op het ontdekstation. Het spel lijkt op Angry Birds.

7 Groep 8: In het museum, voorwerp 7 Benodigdheden: Opdrachtenkaartjes met oude beroepen 1. Maak van de leerlingen twee teams. 2. Deel de kaartjes met oude beroepen uit aan de twee teams. 3. Team 1 krijgt nu één minuut de tijd om de beroepen uit te beelden. Team 2 gaat raden wat team 1 uitbeeld. 4. Na 1 minuut draaien de rollen om. Team twee gaat uitbeelden, team 1 raden. 5. Welk team heeft de meeste beroepen kunnen raden?

8 Groep 8: In het museum, voorwerp 8 1. Maak van de leerlingen twee teams. 2. Laat ieder team een fantasie-ziekte bedenken. Net zo gek als de fantasie-ziekte van vroeger, een kei in je hoofd. 3. Als de teams een fantasie-ziekte hebben bedacht vertellen ze het andere team over de ziekte. De kwakzalvers (het andere team) gaat nu een genezing voor de ziekte bedenken. 4. Laat de teams eerst samen over een genezing overleggen. Na ongeveer 2 minuten mogen ze elkaar vertellen over de behandeling.

9 Groep 8: In het museum, voorwerp 9 Het schilderij 1. Geef alle leerlingen een nummer. 2. Nu spelen jullie het spelletje: ik zie, ik zie, wat jij niet ziet. 3. Leerling nummer 1 kijkt goed naar het schilderij en neemt een klein onderdeel van het schilderij in gedachten. Bijvoorbeeld de vrouw gekleed in rood in de koets. 4. Nu mogen de andere leerlingen vragen stellen aan leerling nummer 1. Leerling 1 mag alleen antwoord geven met ja en nee 5. Kunnen de anderen ontdekken wat leerling 1 gezien heeft? 6. Als het geraden is mag leerling nummer 2 iets op het schilderij uit kiezen en begint het spel opnieuw. Let er op dat ze niet wijzen naar het schilderij, want dat is gevaarlijk. 7. In plaats van te wijzen moeten de kinderen vertellen wat en waar ze bedoelen.

10 Groep 8: In het museum, voorwerp 10 Museumtas nummer 10 met daarin: 1. Zaklamp 2. Kleine zonnewijzer 1. Zet de zonnewijzer op een plekje zodat je er goed om heen kunt lopen. 2. Laat de leerlingen van groep 4 om de beurt een tijd proberen aan te geven met de zaklamp. 3. De verschillende tijden zijn: u u u u

11 Groep 8: In het museum, voorwerp 11 Museumtas nummer 11 met daarin: 1. Een stempel 2. Losse lettertjes 3. Inktdoosje 4. Evt. Papier 1. Laat de leerlingen van groep 4 zelf een stempel maken. Bijvoorbeeld de naam van jullie school 2. Ieder kind mag de stempel op zijn hand stempelen (of op een papiertje)

12 Groep 8: In het museum, voorwerp 12 Museumtas nummer 12 met daarin: 1. Meetlint 2. Haaknaalden 3. Knoopjes 4. Garen 5. Kralen 6. Armbandjes 1. Laat de leerlingen van groep 4 telkens om de beurt één voorwerp uit de tas grabbelen. 2. Hoort dit voorwerp wel of niet in de naaidoos?

13 Groep 8: In het museum, voorwerp 13 Museumtas nummer 13 met daarin: 1. Hoge hoed 2. Admiraalshoed 3. Boerenpet (man) 4. Boerinnenmutsje 1. Pak zelf 1 hoofddeksel uit de museumtas. 2. De leerlingen van groep 4 gaan bedenken van wie deze hoed is geweest. (Het goede antwoord staat aan de binnenkant van de hoed met een stickertje, dus laat dat niet van te voren zien!) 3. Als de leerlingen het goed heb geraden pak je het volgende hoofddeksel uit de tas. Enz.

14 Groep 8: In het museum, voorwerp 14 Museumtas nummer 14 met daarin: Kaarten met afbeeldingen van het koningsschieten De leerlingen van groep 4 krijgen de kaarten met afbeeldingen van het koningsschieten. Nu moeten zij deze in de juiste volgorde leggen.

15 Groep 8: In het museum, voorwerp 15 Museumtas nummer 15 met daarin: 1. Een foto van een moderne auto (de binnenkant) 1. Laat de leerlingen van groep 4 de binnenkant van de DAF auto bekijken. 2. Schrijf op de werkbladen wat er anders is dan in een moderne auto. 3. En wat is er hetzelfde als in een moderne auto? 4. Laat hen de auto vergelijken met de foto van de moderne auto.

16 Groep 8: In het museum, voorwerp 166 Plattegrond zaal met locatie object. Museumtas nummer 2 met daarin: 1. foto s van Philipsapparaten. 1. Laat telkens één foto van een Philipsapparaat zien aan de leerlingen van groep Vraag hen waar het apparaat voor is, of hoe het heet. 3. Op de achterkant van de foto kun je de antwoorden vinden.

17 WERKBLAD BIJ VOORWERP 3 (Korbelen) 4. Waar zitten de korbelen? 5. Zet pijlen op de juiste plaats. Tip: Kijk goed naar de maquette in het museum.

18 WERKBLAD BIJ VOORWERP 5 (Wapenschild Ontwerp een wapenschild waar je jou familie aan kunt herkennen!

19 WERKBLAD BIJ VOORWERP 15 (DAFJE) Extra informatie over de DAF: Deze auto komt uit de tijd van opa en oma. Hij heet Daffodil. Wie weet van welk merk deze auto is? De Brabantse fabriek die deze auto s maakte heeft vooral vrachtwagens gemaakt. Het bijzondere aan deze auto is dat hij net zo hard achteruit als vooruit kan! Auto s zijn door de jaren heen veel veranderd. Kijk maar eens goed naar de buiten en de binnenkant. Opdracht voor de leerlingen van groep 4: Wat is er veranderd en wat is er hetzelfde gebleven tussen deze auto uit de tijd van opa en oma en auto s uit de tijd van nu? Tips: Wat is er anders aan de wielen? Heeft de Daffodil: ruitenwissers, radio, binnenspiegel, versnellingspook, navigatie, enz? Zoek de verschillen met de binnenkant van een auto van nu.