Handboek bestemmingsplannen Gemeente Hellevoetsluis

Transcriptie

1 projectnr revisie 03 8 februari 2011 Opdrachtgever Postbus AA Hellevoetsluis datum vrijgave beschrijving revisie 03 goedkeuring vrijgave januari 2011 definitief ing. M. Fransen ing. M. Winkel-Bootsma

2

3 Inhoud Blz. 1 Inleiding Doel en reikwijdte Status van het handboek Leeswijzer 6 2 Gebruik van het handboek digitale bestemmingsplannen Gebruik Beheer 8 3 Het bestemmingsplan De verbeelding De regels Toepassing in de praktijk De plantoelichting 22 4 Overige ruimtelijke plannen Inleiding Structuurvisies Overige gebiedsgerichte besluiten 27 5 IMRO Toepassing van IMRO IMRO voor bestemmingsplannen IMRO voor structuurvisies en overige gebiedsgerichte besluiten 29 6 Techniek en beheer Inleiding Stand van zaken Digitaal beschikbaar stellen Beheer digitale plannen Uitwisseling informatie tussen gemeente en extern bureau 34 Bijlagen: 1. Algemene renvooi 2. Standaardregels (separaat) 3. Beheerlijst handboek 4. Overzicht wijk- en buurtindeling gemeente Hellevoetsluis 5. Standaard inhoudsopgave 6. Handleiding goede ruimtelijke onderbouwing 7. Beleidskader gemeente Hellevoetsluis 8. Lijst contactgegevens overlegpartners blad 2 van 35

4 blad 3 van 35

5 1 Inleiding De gemeente Hellevoetsluis heeft in het kader van de actualisering van haar bestemmingsplannen een handboek opgesteld voor de uniformering van de bestemmingsplannen. Het handboek heeft tot doel om te komen tot een standaardrichtlijn voor de opzet, de uitwisseling en de raadpleging van bestemmingsplannen. Bij het opstellen van de eerste versie van het handboek is aansluiting gezocht bij het rapport Praktijkrichtlijn bestemmingsplannen PRBP 2003 van VROM, het rapport Op de digitale leest van het NIROV en het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening (IMRO 2003). De wet- en regelgeving verandert. Met de inwerkingtreding van de nieuwe Wet ruimtelijke ordening (Wro) worden er technische en inhoudelijke regels gesteld aan bestemmingsplannen. Het betreft regels ten aanzien van de vorm en ook de inhoud van bestemmingsplannen. De nu voorliggende versie van het handboek is afgestemd op de laatste RO-standaarden zoals opgenomen in het rapport 'Praktijkrichtlijn bestemmingsplannen PRBP 2008', het Informatiemodel Ruimtelijke Ordening (IMRO 2008), de Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP 2008) en Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke Instrumenten (STRI 2008). De Standaard Vergelijkbare BestemmingsPlannen (SVBP 2008) maakt het mogelijk om bestemmingsplannen te maken, die op vergelijkbare wijze zijn opgebouwd en op een zelfde manier digitaal en analoog worden verbeeld. Vergelijkbare bestemmingsplannen leiden tot een betere dienstverlening en tot een effectievere en efficiëntere overheid. Het handboek dient als kapstok voor het maken van bestemmingsplannen. Elk bestemmingsplan kan op basis van het handboek zijn eigen inhoud hebben. De wijze waarop het bestemmingsplan is opgebouwd is echter gelijk. De indeling en de vorm van de verbeelding, de planregels en de plantoelichting komen overeen. De gebruiker van het bestemmingsplan vindt de door hem of haar gewenste informatie altijd op dezelfde plaats en in dezelfde verschijningsvorm. Op 1 oktober 2010 is de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) in werking getreden. Specifiek voor RO betekent de Wabo dat een groot aantal toestemmingsregels uit de Wro volledig is geïntegreerd in de omgevingsvergunning. Hierbij gaat het onder meer om de bouwvergunning, aanlegvergunning, de sloopvergunning, ontheffingen en het projectbesluit. Als gevolg van de Wabo zijn de regels over de verlening en handhaving van die toestemmingen uit de Wro en Woningwet verdwenen. Omdat de aanlegvergunning, de sloopvergunning en de binnenplanse ontheffing, als instrumenten van het bestemmingsplan, onderdeel zijn geworden van de omgevingsvergunning is de terminologie van deze regels en vergunningen veranderd. Naar aanleiding van de inwerkingtreding van de Wabo is het handboek aangepast. De belangrijkste wijzigingen betreffen: Terminologie is aangepast aan de Wabo Voor wat betreft de erfbebouwing aangesloten bij de Wabo Conform de Wabo de procedureregels geschrapt. blad 4 van 35

6 1.1 Doel en reikwijdte Dit handboek heeft als voornaamste doel om eenduidig voor te schrijven op welke wijze bij het maken van bestemmingsplannen dient te worden omgegaan met: het benoemen en onderscheiden van bestemmingen en aanduidingen; de opzet van de bijbehorende regels; de opzet van de bijbehorende verbeelding; de opzet van de plantoelichting; de toepassing van IMRO - coderingen; de uitwisseling/aanlevering van bestemmingsplannen in digitale vorm. Volgens de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en het Besluit ruimtelijke ordening (Bro 2008) wordt een bestemmingsplan met de daarbij behorende toelichting langs elektronische weg vastgelegd. Het bestemmingsplan wordt in die vorm ook vastgesteld, tegelijk met een volledige analoge verbeelding van het bestemmingsplan op papier. Indien de digitale en de analoge verbeelding tot interpretatieverschillen leiden, is de digitale verbeelding leidend. Naast een omschrijving hoe de gemeente Hellevoetsluis omgaat met bestemmingsplannen (hoofdstuk 3), wordt ook aangegeven hoe de gemeente met overige ruimtelijke plannen omgaat. Op hoofdstuk 3 na geldt het handboek dan ook voor de overige ruimtelijke plannen. 1.2 Status van het handboek Het handboek is bindend, doch niet statisch. Dit geldt ook voor de bijlagen. Deze bijlagen zijn bedoeld als handleiding. Het opstellen van een ruimtelijk plan blijft echter maatwerk. Desondanks is de van mening dat met het handboek een goede invulling wordt gegeven aan de opzet en uitgangspunten die de gemeente wil hanteren. Waardoor slechts in bijzondere gevallen van het handboek gemotiveerd mag worden afgeweken. Afwijkingen zijn pas mogelijk nadat de beheerder hiervoor toestemming heeft gegeven. Het handboek heeft in beginsel een dynamisch karakter. Elk jaar zal een evaluatie van het handboek plaatsvinden waarbij verbeterpunten aangebracht kunnen worden. In dit handboek wordt gebruik gemaakt van de gangbare standaarden uit het SVBP 2008, plannen gecodeerd met IMRO 2008 en opgeslagen in het NEN 3610 formaat. De voornoemde regelingen, SVBP 2008, STRI 2008, IMRO 2008 en PRBP 2008, dienen altijd naast het handboek te worden toegepast en hebben bij twijfel en/of strijdigheid met hetgeen in dit handboek is voorgeschreven voorrang op het handboek. blad 5 van 35

7 1.3 Leeswijzer De wijze waarop dit handboek dient te worden toegepast en beheerd, wordt beschreven in hoofdstuk 2. Vervolgens wordt in hoofdstuk 3 aandacht besteed aan hoe de gemeente Hellevoetsluis om gaat met het opstellen van bestemmingsplannen, voor wat betreft de verbeelding, de regels en toelichting. In hoofdstuk 4 wordt aangegeven hoe omgegaan wordt met de overige ruimtelijke plannen. De toepassing van IMRO staat beschreven in hoofdstuk 5. De technische aspecten, zoals de structuur van de bestanden, het gebruik van een standaard uitwisselformaat naast een CAD - formaat staat uitgewerkt in hoofdstuk 6. De vaste locatie van documenten en de standaardwijze waarop gebruik moet worden gemaakt van kruisverwijzingen in de documenten is tevens uitgewerkt in dit hoofdstuk. blad 6 van 35

8 blad 7 van 35

9 2 Gebruik van het handboek digitale bestemmingsplannen 2.1 Gebruik 2.2 Beheer Het doel van dit hoofdstuk is duidelijk te maken door wie en op welke wijze dit handboek dient te worden gebruikt. Daarnaast wordt aangegeven op welke wijze het beheer van dit handboek dient te worden vormgegeven. Dit handboek heeft een tweeledig doel. Allereerst dient dit handboek als richtlijn voor de afdeling die belast is met het vervaardigen van ruimtelijke plannen. Tevens dient het als bestek, dat als bijlage wordt meegeleverd bij de uitbesteding van het maken van een bestemmingsplan of een overige ruimtelijk plan aan een adviesbureau. In het verlengde hiervan dient dit handboek tevens als controlemiddel voor de uitvoering en vormgeving van ieder opgesteld ruimtelijk plan in digitale en analoge vorm. Daarnaast dient dit handboek voor de afdeling als leidraad, voor de wijze waarop vastgestelde en goedgekeurde ruimtelijke plannen in digitale vorm centraal worden gepubliceerd. Deze publicatie vindt plaats via RO-Online op de website en de gemeentelijke website, alwaar de plannen door een ieder kunnen worden geraadpleegd. Dit handboek is in beheer bij de afdeling Bouwen en Ruimte en Milieu (BRM). Voorstellen tot verbeteringen of wijzigingen dienen schriftelijk en gemotiveerd bij de afdeling BRM te worden aangemeld. De voorstellen worden besproken en beoordeeld door de afdeling BRM. In een lijst, opgenomen in bijlage 3 worden de verzoeken bijgehouden. Dus ook de verzoeken die niet zijn gehonoreerd worden in deze lijst opgenomen. Eenmaal per jaar zal op basis van de gehonoreerde verzoeken het handboek worden geactualiseerd. Mocht de situatie zich voordoen dat het noodzakelijk wordt geacht het handboek eerder aan te passen, dan kan het handboek per direct worden aangepast. Nadat de wijzigingen in het handboek zijn verwerkt, krijgen de personen die hiermee werken bericht dat er een gewijzigde versie beschikbaar is. De beheerder draagt er zorg voor dat het gewijzigde handboek wordt verstrekt aan alle afdelingen en/of personen die hiermee werken. blad 8 van 35

10 blad 9 van 35

11 3 Het bestemmingsplan Het doel van dit hoofdstuk is het creëren van eenduidigheid in het opstellen van de verbeelding, de regels en de toelichting van een bestemmingsplan binnen de gemeente Hellevoetsluis. De standaardregels zijn uitgangspunt voor het handboek. De standaarden bevatten direct bindende voorwaarden voor bestemmingsplannen. De onderwerpen die niet in de standaarden zijn geregeld, zoals de wijze van aanleveren door het bureau worden in dit handboek geregeld. 3.1 Naamgeving bestemmingsplan Binnen de gemeente Hellevoetsluis hebben we te maken met verschillende soorten bestemmingsplannen. Om duidelijkheid te scheppen is er voor gekozen om in de naamgeving van het plan tot uitdrukking te brengen om wat voor soort bestemmingsplan het gaat. (Hierbij wordt specifiek niet bedoeld de digitale naamgeving oftewel de identificatiecode van het plan zoals vermeldt in paragraaf 6.4). Het "soort" plan dient ook opgenomen te worden in de omschrijving zoals bedoeld in het begrip "Plan" onder artikel 1.2 van de inleidende regels. Uitgangspunt bij deze naamgeving is dat wij spreken van een: Actualisatie bestemmingsplan indien een bestemmingsplan op grond van de verplichting, genoemd in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) wordt geactualiseerd. Alle bestaande bestemmingsplannen die nu ouder zijn dan 10 jaar moeten voor 1 juli 2013 geactualiseerd zijn en voldoen aan de digitaliseringverplichting en aan de landelijke RO-Standaarden Daarnaast geldt dat bestemmingsplannen binnen 10 jaar, gerekend vanaf datum vaststelling, opnieuw vastgesteld dienen te worden. Indien er bij de actualisatie van een bestemmingplan in een bepaald gebied geen (vergaande) toekomstige ontwikkelingen zijn voorzien en waarin hoofdzakelijk alle bestaande functies worden bestemd, wordt dit een conserverend bestemmingsplan genoemd. Indien er bij de actualisatie van een bestemmingsplan niet alleen bestaande functies worden bestemd maar ook één of meerdere toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen en ontwikkelingsmogelijkheden worden meegenomen, zelfstandig door de gemeente of in samenwerking met een projectontwikkelaar, dan spreekt men van een ontwikkelingsgericht bestemmingsplan. Partiële herziening van een bestemmingsplan indien gewijzigd Rijks-, provinciaalen/of gemeentelijk beleid aanleiding geeft om een bestemmingsplan aan te passen. Bij elke partiële herziening wordt een opvolgend nummer gegeven (1, 2, 3 etc.) zodat onderscheid gemaakt kan worden tussen partiële herziening van eenzelfde bestemmingsplan; Postzegel bestemmingsplan indien de gemeente, zelfstandig of in samenwerking met een projectontwikkelaar of een initiatiefnemer, een ruimtelijke ontwikkeling wil realiseren die in strijd is met het vigerende bestemmingsplan en waarmee vooruitgelopen wordt op de actualisatie van het vigerende plan. In deze gevallen worden bestemmingsplannen als het ware op verzoek van een initiatiefnemer opgesteld (dit kunnen bijvoorbeeld de gemeente zelf, een bedrijf of een particulier zijn). blad 10 van 35

12 In de inleiding van het onderdeel "Toelichting" van het betreffende bestemmingsplan zal nader worden ingegaan op de aanleiding voor de opstelling van het bestemmingsplan. Ook zal hierin, indien van toepassing, aangetoond worden dat het project of te wel de ruimtelijke ontwikkeling waarvoor het bestemmingsplan wordt opgesteld, een combinatie van nieuwbouw en functieverandering van een locatie is. 3.2 De verbeelding Ondergrond Als ondergrond voor de bestemmingsplannen wordt in principe gebruik gemaakt van de Grootschalige Basiskaart Nederland (norm-gbkn). De norm-gbkn geeft de topografische kenmerken van het plangebied weer (bebouwing, wegen, waterlopen etc.). Indien nodig wordt de GBKN-ondergrond ten behoeve van het maken van de verbeelding aangevuld met informatie uit de kadastrale kaart of luchtfoto s. De gemeente stelt per bestemmingsplan de te gebruiken ondergrond samen, basis voor deze ondergrond is altijd de norm-gbkn. De gemeente levert de ondergrond aan in een in overleg te bepalen formaat. De gegevens mogen uitsluitend voor de betreffende opdracht en voor de duur van de opdracht worden gebruikt. Dit nadrukkelijk aangegeven in de offerteaanvragen en vervolgens vastgelegd in de opdrachtbevestiging. De ondergrond wordt normaal gesproken in zwart uitgevoerd, en als externe reference-file bij de verbeelding gevoegd. De bebouwing wordt weergegeven met een dikte van 0.25mm, de overige belijningen met een dikte van 0.13 mm. Indien noodzakelijk kan van de zwarte uitvoering afgeweken worden en gebruik gemaakt worden van een grijze weergave. Naast de GBKN informatie dient er bij geprojecteerde nieuwbouw gebruik gemaakt te worden van digitale kadastrale informatie Lijnen, kleuren en arceringen Op de verbeelding (voor een voorbeeld van het renvooi in analoge vorm, zie bijlage 1) wordt het plangebied weergegeven. De begrenzing van het plangebied wordt op de verbeelding aangegeven via een aparte lijnstijl, namelijk een lijn met gesloten bolletjes. De lijndiktes op de verbeelding verhouding zich tot elkaar als volgt: Ondergrond : Aanduidingsgrens : Bestemmingsgrens : Bouwvlak 1 : 2 : 3 : 6 Het totale plangebied is onderverdeeld in bestemmingsvlakken. Een bestemmingsvlak is een gebied met één of meer functies. De verschillende bestemmingen worden op de verbeelding in verschillende kleuren weergegeven, en aangevuld met één of meer letters. Voor de bestemmingen wordt in elk plan dezelfde kleur gebruikt. blad 11 van 35

13 3.2.3 De schaal In een bestemmingsvlak kunnen bouwvlakken worden opgenomen. Middels de bijbehorende omschrijving in de regels wordt bepaald waarbinnen gebouwd mag worden. Binnen een bestemmingsvlak kan een gebied aanvullende kenmerken hebben, zoals bijvoorbeeld de maatvoering of functieaanduiding. Een dergelijk kenmerk wordt aangegeven door middel van een maatvoeringsvlak of functieaanduiding (..). Verder kan er ook sprake zijn van een bestemming die een andere bestemmingen overlapt. Deze zogeheten dubbelbestemmingen worden weergegeven middels een arcering. In bijlage 1, het analoge voorbeeld renvooi SVBP, is onder de kop verklaring te zien welke lijnen, lijnstijlen, lijndiktes worden gebruikt. Dit renvooi geeft weer, wat men in een bestemmingsplan allemaal kan regelen conform het SVBP. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling als weergave van de standaard regels Hellevoetsluis. Een verbeelding wordt geplot op schaal 1: Indien de aard van het bestemmingsplan en de omvang van het plangebied hierom vraagt kan van deze schaal worden afgeweken. Bij een bestemmingsplan voor het buitengebied is een schaal van 1:5.000 van de analoge verbeelding gelet op de omvang van het plangebied gangbaar. Voor digitale bestemmingsplannen is de schaal in principe niet van belang, het verdient echter de voorkeur om bij digitale presentatie een maximaal schaalniveau van schaal 1:500 in te stellen Het renvooi (legenda) Op het renvooi (of legenda) van een analoge verbeelding worden de in het plan voorkomende bestemmingen, dubbelbestemmingen en de verklaring van lijnen en arceringen en aanduidingen aangegeven. De volgorde van de bestemmingen is alfabetisch bepaald. In het renvooi komen de bestemmingen overeen met de alfabetische volgorde waarin de bestemmingen in de regels zijn opgenomen. Naast elke bestemming worden de eventueel daarbij gebruikte aanduidingen aangegeven, zoals deze zijn bepaald in het SVBP Dwarsprofielen en dergelijke kunnen mogelijk op een aparte kaart weergegeven worden. De profielen kunnen in digitale vorm als JPEG bestand opgeslagen worden. In hoofdstuk 5 komen de aanduidingen uitvoeriger aan de orde. Het renvooi zal ook bij aanlevering in digitale vorm een vereist onderdeel vormen. Hierbij wordt uitgegaan van aanlevering van het CADbestand, dat als basis dient voor de analoge afdruk. Bij presentatie in een raadpleegsysteem hoeft de verbeelding geen renvooi te bevatten, de wijze waarop het renvooi wordt getoond, is afhankelijk van de gebruikte software en het bijbehorende bestandsformaat Transfer (stempel) In de rechter onderhoek van de verbeelding wordt een transfer (of stempel) opgenomen. Hierin wordt de naam van het bestemmingsplan aangegeven, de datum en de status. Verder dient de verbeelding voorzien te worden van een noordpijl en een tekeningnummer. Het tekeningnummer dient te bestaan uit de gemeentelijke CBS-code aangevuld met de identificatiecode van het plan, voor een nadere omschrijving van de opbouw van het tekeningnummer wordt verwezen naar hoofdstuk 7. Indien het plan uit meerdere bladen bestaat dienen deze op de verbeelding aangegeven te worden, eventueel voorzien van een overzichtskaart met de bladindeling. blad 12 van 35

14 3.2.6 Lettertype Er zal gebruik worden gemaakt van een strak lettertype. De gemeente Hellevoetsluis heeft gekozen voor het gebruik van het lettertype Arial op de verbeelding. 3.3 De regels Algemeen Algemeen uitgangspunt voor de regels in het bestemmingsplan is dat deze helder, inzichtelijk en leesbaar dienen te zijn. Lange zinnen moeten worden voorkomen. Een regel dient één norm te bevatten. De bepalingen moeten zowel analoog als digitaal goed raadpleegbaar zijn. De standaardregels die de gemeente Hellevoetsluis wenst te hanteren zijn opgenomen als losse bijlage (bijlage 2), deze bestaat uit de onderstaande standaardindeling: Hoofdstuk 1 Inleidende regels; o begrippen; o wijze van meten; Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels; o bestemmingen; o dubbelbestemmingen; Hoofdstuk 3 Algemene regels; o anti-dubbeltelregel; o algemene bouwregels; o algemene aanduidingsregels; o algemene afwijkingsregels; o algemene wijzigingregels; o overige regels; Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels; o overgangsregels; o slotregel. Per bestemmingsplan zal de inhoudsopgave van de regels worden bepaald aan de hand van bovenstaande inhoud. In de volgende paragrafen worden de hiervoor genoemde onderdelen toegelicht Inleidende regels De inleidende bepalingen van algemene aard bestaan uit de volgende voorschriften: Artikel 1: Begripsbepalingen; Artikel 2: Wijze van meten. In artikel 1 wordt een omschrijving gegeven van de in het bestemmingsplan gebruikte begrippen. Deze worden opgenomen om interpretatieverschillen te voorkomen. Vervolgens wordt in artikel 2 een omschrijving gegeven van de te gebruiken wijze van meten. blad 13 van 35

15 3.3.3 Bestemmingsregels Met het oog op de vergelijkbaarheid van bestemmingsplannen is het belangrijk dat er een eenheid is waarop de diverse functies in bestemmingen worden ondergebracht. Eenduidigheid in de naamgeving van bestemmingen is daarbij een vereiste. Daarom is in het SVBP 2008 een lijst met mogelijke voorkomende functies opgesteld. Deze functies zijn gegroepeerd binnen zogeheten hoofdgroepen van bestemmingen. Deze hoofdgroepen zijn de basis bij de naamgeving en de verbeelding in bestemmingsplannen. De naam van een in het bestemmingsplan op te nemen bestemming begint altijd met de naam van de hoofdgroep. De systematiek van hoofdgroepen laat het toe een bestemming te specificeren met een functieaanduiding waardoor slechts één of enkele functies mogelijk worden gemaakt. Elke bestemming wordt afzonderlijk in bestemmingsregels opgenomen. De opbouw van bestemmingsregels komen in deze paragraaf aan de orde, waarbij per bestemmingsonderdeel een korte toelichting wordt gegeven. Bestemmingsregels worden als volgt opgebouwd: a. Bestemmingsomschrijving; b. Bouwregels; c. Afwijken van de bouwregels; d. Specifieke gebruiksregels; e. Afwijken van de gebruiksregels; f. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden; g. Wijzigingsbevoegdheid. Bestemmingsregels hoeven niet alle bovenstaande elementen te bevatten. Dit kan per bestemming verschillen. Toelichting op bestemmingsregels a. Bestemmingsomschrijving In de bestemmingsomschrijving wordt een nadere omschrijving gegeven van de aan de gronden toegekende functie(s). De hoofdfunctie(s) worden als eerste genoemd. Indien van toepassing, worden ook de aan de hoofdfunctie ondergeschikte functies mogelijk gemaakt. De ondergeschiktheid kan worden aangegeven door de zin met daaraan ondergeschikt. De ondergeschikte functies staan ten dienste van de hoofdfunctie in de bestemming. De bestemmingsomschrijving is niet alleen functioneel maar bevat ook inrichtingsaspecten. b. Bouwregels In de bouwregels worden voor alle bouwwerken de van toepassing zijnde bebouwingsbepalingen geregeld. De maatvoering waaraan een (hoofd)gebouw c.q. bouwwerk, geen gebouw zijnde, dient te voldoen, wordt in deze bepaling opgenomen. De maximale goothoogte en maximale bouwhoogte worden in meters weergegeven voorzover niet op de verbeelding is aangeduid. De bouwvlakken mogen in principe voor 100% worden bebouwd, tenzij op de verbeelding anders wordt aangeduid. blad 14 van 35

16 c. Afwijken van de bouwregels In deze bepaling wordt een opsomming gegeven van de bouwregels waarvan bevoegd gezag kan afwijken ten aanzien van de specifieke bestemming. Een afwijking/omgevingsvergunning van de bouwregels wordt alleen opgenomen/verleend indien dit noodzakelijk wordt geacht in verband met het gewenste beleid. De criteria, die bij toepassing van de omgevingsvergunning in acht moeten worden genomen, worden in deze bepaling opgenomen. d. Specifieke gebruiksregels Specifieke gebruiksregels worden bij specifieke bestemmingsregels opgenomen indien ten aanzien van betreffende bestemming afzonderlijke gebruiksregels noodzakelijk worden geacht. In de bepaling wordt aangegeven welke specifieke vormen van gebruik worden uitgesloten. Dit zijn gebruiksvormen, waarvan het op voorhand gewenst is aan te geven dat deze in ieder geval niet zijn toegestaan. De gebruiksregels die gelden voor alle bestemmingen in het plan, de algemene gebruiksregels, worden in hoofdstuk 3 opgenomen. e. Afwijken van de gebruiksregels Een afwijking/omgevingsvergunning van de gebruiksregels wordt alleen opgenomen/verleend indien dit noodzakelijk wordt geacht in verband met het gewenste beleid. De criteria, die bij toepassing van de ontheffing in acht moeten worden genomen, worden in deze bepaling opgenomen. f. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden Door het opnemen van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden (voorheen aanlegvergunning), kunnen specifieke inrichtingsactiviteiten aan een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden worden verbonden. Onder deze inrichtingsactiviteiten valt niet het bouwen. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt opgenomen om extra bescherming aan een specifieke waarde van de bestemming te bieden, zoals landschappelijke of natuurlijke waarden, of de groen- en/of waterstructuur. Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden wordt niet in een algemeen hoofdstuk opgenomen, maar in een bestemmingsregel. De criteria, die bij toepassing van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden in acht moeten worden genomen, worden in deze bestemmingsregel beschreven. g. Wijzigingsbevoegdheid In deze bepaling kunnen per bestemming specifieke wijzigingscriteria, die van toepassing zijn, worden geregeld. De algemene wijzigingsbevoegdheid ex artikel 3.6 Wro, die geldt voor alle bestemmingen in het plan, wordt in hoofdstuk 3 opgenomen. Een gebiedsgebonden wijzigingsbevoegdheid wordt op de verbeelding aangegeven door middel van een gebiedsaanduiding (zie bijlage 1). blad 15 van 35

17 Dubbelbestemmingen Een dubbelbestemming wordt opgenomen in een bestemmingsplan wanneer er sprake is van twee functies die onafhankelijk van elkaar op dezelfde plaats voorkomen. Het opnemen van een dubbelbestemming zorgt met het oog op een specifiek belang voor bescherming van het betreffende gebied. Deze bestemmingen liggen als het ware over de reguliere bestemmingen heen. De bestemmingsomschrijving van de dubbelbestemming geeft aan dat de gronden, naast de andere aan die gronden gegeven bestemming (hoofdbestemming), tevens voor deze aanvullende bestemming zijn bestemd. De opbouw van dubbelbestemmingsregels is dezelfde als reguliere bestemmingsregels. De bouwregels in de dubbelbestemming bepalen de verhouding van de hoofdbestemming ten opzicht van de dubbelbestemming. In beginsel worden de bebouwingsmogelijkheden van de hoofdbestemming weggenomen. Alleen bij ontheffing kunnen deze weer terugkeren. In bijlage 2 zijn de in de gemeente Hellevoetsluis voorkomende dubbelbestemmingen opgenomen met de daarbijbehorende verbeelding Algemene regels Aan algemene regels als onderdeel van de planregels kan behoefte bestaan wanneer de raadpleegbaarheid en de leesbaarheid van het bestemmingsplan het wenselijk maken bepaalde regels in één keer op één plaats in de planregels weer te geven. In het hoofdstuk algemene regels kunnen de regels in één artikel worden opgenomen of per onderwerp een eigen artikel krijgen, indien dit de leesbaarheid en de raadpleegbaarheid ten goede komt. Ook de regels met betrekking tot een of meer gebiedsaanduidingen kunnen hier een plaats krijgen. De algemene regels worden in onderstaande volgorde opgenomen: a. Anti-dubbeltelregel; b. Algemene bouwregels; c. Algemene aanduidingsregels; d. Algemene afwijkingsregels; e. Algemene wijzigingregels; f. Overige regels. Toelichting op de algemene regels a. Anti-dubbeltelregel Een anti-dubbeltelregel wordt opgenomen om te voorkomen dat, wanneer volgens een bestemmingsplan bepaalde gebouwen en bouwwerken niet meer dan een bepaald deel van een bouwperceel mogen beslaan, het opengebleven terrein niet nog eens meetelt bij het toestaan van een ander gebouw of bouwwerk, waaraan een soortgelijke eis wordt gesteld. b. Algemene bouwregels: In de algemene regels worden bepalingen opgenomen met betrekking tot het realiseren van bouwwerken. Het waterschap Hollandse Delta heeft de wens uitgesproken dat in deze regel wordt verwezen naar de Keur. c. Algemene aanduidingsregels In de algemene aanduidingsregels wordt vorm en inhoud gegeven aan de regels met betrekking tot vrijwaringszone - molenbiotoop, vrijwaringszone - schootsveld, veiligheidszone - lpg en milieuzone - geurzone. blad 16 van 35

18 d. Algemene afwijkingsregels In deze regel wordt vorm en inhoud gegeven aan de algemene afwijkingsregel zoals afwijkingen in de maatvoering van maximaal 10%. e. Algemene wijzigingregels In de algemene wijzigingsregels wordt vorm en inhoud gegeven aan de regel die het mogelijk maakt de bestemmingsgrenzen te wijzigen. f. Overige regels In de overige regels kunnen bepalingen worden opgenomen welke wetten, verordeningen of algemeen verbindende regels van toepassing zijn Overgangs- en slotregels In het hoofdstuk overgangs- en slotregels zijn twee regels benoemd die in onderstaande volgorde moeten worden opgenomen: a. Overgangsregels; b. Slotregel. Toelichting op overgangs- en slotregels a. Overgangsregels In deze bepaling wordt vorm en inhoud gegeven aan het overgangsrecht voor bouwwerken en gebruik. Het overgangsrecht dient letterlijk overgenomen te worden uit het Bro (artikel 3.2 Bro, Bro voor bouwwerken, Bro voor gebruik). b. Slotregel Als laatste wordt de slotbepaling opgenomen. Deze bepaling bevat de titel van het plan. 3.4 Toepassing in de praktijk In deze paragraaf wordt aangegeven hoe de gemeente Hellevoetsluis de (basis)bestemmingen, dubbelbestemmingen en aanduidingen wil toepassen in bestemmingsplannen. blad 17 van 35

19 3.4.1 Bestemmingen Iedere bestemming moet op de verbeelding worden weergegeven in een andere kleur. Voor wat betreft bestemmingen, bestemmingsomschrijving en kleurgebruik is de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen (SVBP 2008) leidend. Een uitgebreidere omschrijving van de bestemmingen, de bijbehorende coderingen, en de presentatie is opgenomen in het algemene renvooi (bijlage 1). In onderstaand schema is een opsomming gegeven van de in de standaard toegepaste bestemmingen en de daarbij behorende lettercode. Bestemmingen Lettercode Agrarisch A Agrarisch met waarden AW Bedrijf B Bedrijventerrein BT Bos BO Centrum C Cultuur en ontspanning CO Detailhandel DH Dienstverlening DV Gemengd GD Groen G Horeca H Kantoor K Maatschappelijk M Natuur N Recreatie - Dagrecreatie R-DR Recreatie - Verblijfsrecreatie R-VR Sport S Tuin T Verkeer V Water WA Wonen - 1 W-1 Wonen - 2 W-2 Wonen - 3 W-3 Wonen - Uit te werken W-U Tabel 1: bestemmingen (bron: SVBP 2008) gespecificeerd voor de gemeente Hellevoetsluis De bovengenoemde bestemmingen vormen de basis van alle voorkomende bestemmingen in de gemeente Hellevoetsluis. Het is toegestaan van deze bestemmingen af te wijken en specificaties op te nemen. Vooraf is dan een akkoord van de beheerder van het handboek noodzakelijk. Een dergelijke afwijking wordt gezien als uitzondering. blad 18 van 35

20 Bestemmingsomschrijving Naast het hanteren van dezelfde namen voor bestemmingen, is het gewenst voor enkele veel voorkomende bestemmingen aan te geven welke functies daarbij behoren. Hiermee wordt voorkomen dat de bestemmingen teveel uiteen gaan lopen en alleen qua naam gelijk zijn. In het SVBP 2008 en in het algemene renvooi (bijlage 1) is een overzicht opgenomen van enkele veel voorkomende bestemmingen met bijbehorende functie omschrijving Dubbelbestemmingen Er is sprake van een dubbelbestemming, indien op een stuk grond twee of meer onafhankelijk van elkaar voorkomende bestemmingen voorkomen, waarbij er sprake is van een rangorde tussen de dubbelbestemming en de daarmee samenvallende bestemming. De specifieke kenmerken van dubbelbestemmingen brengen met zich mee dat deze doorgaans een relatief groot gebied beslaan en veelal op meerdere bestemmingen betrekking hebben. Een dubbelbestemming heeft altijd betrekking op een geometrisch bepaald vlak. In onderstaand schema is een opsomming gegeven van de toe te passen dubbelbestemmingen in de gemeente Hellevoetsluis. Wat betreft de leidingen zijn alle leidingen opgenomen die binnen het grondgebied van Hellevoetsluis voorkomen. Binnen de dubbelbestemmingen Waarden en Waterstaat bestaat de specificatie Overig. Deze dient gehanteerd te worden bij situaties waar de genoemde hoofdgroep niet toepasbaar is. Dubbelbestemmingen Leiding - Brandstof Leiding - Gas Leiding - Hoogspanning Leiding - Hoogspanningsverbinding Leiding - Leidingstrook Leiding - Riool Leiding - Water Waarde - Archeologie Waarde - Cultuurhistorie Waarde - Overig Waterstaat - Waterkering Waterstaat - Overig Lettercode L-B L-G L-H L-HV L-L L-R L-W WR-A WR-C WR-O WS-WK WS-O Tabel 2: dubbelbestemmingen (bron: SVBP 2008) gespecificeerd naar de gemeente Hellevoetsluis Aanduidingen Behalve bestemmingen en dubbelbestemmingen zijn binnen het bestemmingsplan aanduidingen te onderscheiden. Deze aanduidingen bevatten specificaties van bestemmingen en dubbelbestemmingen met betrekking tot het gebruik of het bouwen. Aanduidingen hebben altijd juridische betekenis waardoor zij niet alleen voorkomen in de analoge en digitale verbeelding van een bestemmingsplan, maar ook in de planregels. Er zijn zes soorten aanduidingen te onderscheiden: gebiedsaanduidingen; functieaanduidingen; bouwvlakken; bouwaanduidingen; maatvoeringsaanduidingen; figuren. blad 19 van 35

21 Met uitzondering van de aanduiding figuur zijn de hiervoor genoemde aanduidingen geometrisch begrensd en hebben zij altijd betrekking op een vlak. Gebiedsaanduiding Een gebiedsaanduiding is een aanduiding, die verwijst naar een gebied waarvoor bij de toepassing van het bestemmingsplan specifieke regels gelden of waar nadere afwegingen moeten worden gemaakt. Bij gebiedsaanduidingen gaat het veelal om zones en (deel)gebieden die aan sectorale regelgeving zijn ontleend. In alle gevallen gaan gebiedsaanduidingen vergezeld van een daarop betrekking hebbende regeling in de planregels. In onderstaande lijst zijn gegroepeerd naar hoofdgroepen de in een bestemmingsplan te hanteren gebiedsaanduidingen opgesomd. Bij het opstellen van een bestemmingsplan moet voor zover van toepassing van deze gebiedsaanduidingen gebruik worden gemaakt. Om nieuwe, niet genoemde gebiedsaanduidingen mogelijk te maken, is aan de lijst een groep Overig toegevoegd. Hoofdgroep van gebiedsaanduidingen vrijwaringszone veiligheidszone milieuzone Specifieke gebiedsaanduiding molenbiotoop schootsveld lpg geurzone Tabel 3: Gebiedsaanduidingen (bron: SVBP 2008) gespecificeerd naar de gemeente Hellevoetsluis Functieaanduiding Een functieaanduiding wordt gebruikt om de gebruiksmogelijkheden binnen een bestemming of een gedeelte daarvan nader te specificeren. Het kan hierbij gaan om een nadere specificatie van de gebruiksmogelijkheden, een expliciete verruiming daarvan of juist een beperking. Voor veel in de praktijk voorkomende functies zijn aanduidingen opgenomen in het algemene renvooi (bijlage 1). Bij het opstellen van bestemmingsplannen moeten deze aanduidingen worden toegepast. In principe is de lijst opgenomen in het SVBP 2008 limitatief maar aanvullingen zijn mogelijk onder de verzamelaanduiding. Bij niet genoemde functies dient gebruik te worden gemaakt van deze aanduiding. Deze wordt weergegeven door de kleine letter 's' in combinatie met de letter(s) van de betrokken hoofdgroep van bestemmingen. Hiermee kunnen functies/gebruiksmogelijkheden worden aangegeven die niet in bijlage 1 worden genoemd. Bouwvlak Een bouwvlak is een aanduiding die maar in één soort kan worden afgebeeld. Een bouwvlak wordt zowel in de analoge als de digitale verbeelding van het bestemmingsplan weergegeven door dikke lijnen die 2 maal de dikte van een bestemmingsgrens hebben. Bouwaanduiding Alle aanduidingen met betrekking tot de wijze van bouwen en de verschijningsvorm van bouwwerken, worden bouwaanduidingen genoemd. Veel voorkomende bouwaanduidingen zijn: aaneengebouwd, twee-aaneen, vrijstaand, gestapeld en de specifieke bouwaanduidingen carport en voorbouwzone. Deze bouwaanduidingen zijn onderstaand opgenomen. Bij het opstellen van een bestemmingsplan moet voor zover van toepassing van deze bouwaanduidingen gebruik worden gemaakt. Met het oog op een goede ruimtelijke ordening kan het echter nodig zijn om ook met andere dan de daar genoemde bouwaanduidingen te werken. Dit kan door gebruik te maken van een verzamelaanduiding die aangeeft dat het hier om een specifieke bouwaanduiding gaat, dat wil zeggen een bouwaanduiding die niet in onderstaand overzicht is opgenomen. blad 20 van 35

22 Bouwaanduidingen SVBP 2008 Verbeelding aaneengebouwd [aeg] antennemast [am] bijgebouw [bg] gestapeld [gs] kap [kap] karakteristiek [ka] nokrichting [nr] onderdoorgang [ond] platdak [pd] twee-aaneen [tae] uitgesloten [-..] vrijstaand [vrij] specifieke bouwaanduiding carport [sba-c] specifieke bouwaanduiding voorbouwzone [sba-vbz] specifieke bouwaanduiding [sba-..] Tabel 4: Bouwaanduidingen (bron: SVBP 2008) gespecificeerd naar de gemeente Hellevoetsluis Maatvoeringsaanduiding Alle aanduidingen die betrekking hebben op goothoogte, bouwhoogte, bebouwingspercentages en wooneenheden (aantallen), zowel ten aanzien van het bouwen als ten aanzien van het gebruik, zijn maatvoeringsaanduidingen. Hiervoor worden gestandaardiseerde coderingen gebruikt, die zijn weergegeven in het algemene renvooi (bijlage 1). Figuur Er zijn in de praktijk aanduidingen, die voor een goede planologische regeling van belang kunnen zijn, maar die niet zijn onder te brengen onder de hiervoor bedoelde categorieën van aanduidingen. Het betreft hier zogenaamde figuren. Als zodanig zijn in het algemene renvooi (bijlage 1) aangemerkt: as van de weg; dwarsprofiel; gevellijn; hartlijn leiding; hartlijn leiding-brandstof; hartlijn leiding-gas; hartlijn leiding-hoogspanning; hartlijn leiding-hoogspanningsverbinding; hartlijn leiding-olie; hartlijn leiding-riool; hartlijn leiding-water; relatie Vermelding van aanduidingen in de planregels Functie-, bouw- en gebiedsaanduidingen worden met de volgende woorden in de planregels opgenomen: ter plaatse van de aanduiding. Achter het woord 'aanduiding' volgt de volledige naam van de aanduiding, zonder lettercode. Bijvoorbeeld bij functieaanduidingen: 'museum' of 'sportveld', bij bouwaanduidingen 'gestapeld' en bij gebiedsaanduidingen 'Geluidzone - weg', 'Milieuzone - geurzone'. Indien met behulp van een functieaanduiding een bepaalde functie moet worden geweerd, luidt de formulering bijvoorbeeld: ter plaatse van de aanduiding 'horeca uitgesloten' is de functie horeca niet toegestaan. blad 21 van 35

23 Indien met een bouwaanduiding een bepaalde wijze van bouwen of een bepaalde verschijningsvorm ongewenst moet worden verklaard, luidt de formulering bijvoorbeeld: 'ter plaatse van de aanduiding 'vrijstaand uitgesloten' mogen de gebouwen niet vrijstaand worden gebouwd'. Bij functieaanduidingen en bouwaanduidingen kan worden gewerkt met het verzamelbegrip specifieke vorm van. In deze gevallen luidt de redactie in de planregels bijvoorbeeld als volgt: ter plaatse van de aanduiding specifieke vorm van.. (naam van de hoofdgroep van bestemmingen, aangevuld met een liggend streepje gevolgd door een cijfer of een specifieke functiebenaming). Bijvoorbeeld: ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - 1 t/m 8' mogen bedrijven.. Of 'ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - autoreparatiebedrijf' is een autoreparatiebedrijf uit categorie van de Staat van Bedrijfsactiviteiten' toegestaan. 3.5 De plantoelichting Inleiding De toelichting dient een duidelijk beeld van het bestemmingsplan en van de daaraan ten grondslag liggende gedachten te geven. Met name een goede afstemming tussen de toelichting en de beide juridische onderdelen van het bestemmingsplan (regels en verbeelding) is van groot belang. De plantoelichting geeft een toelichting op het bestemmingsplan, maar maakt geen deel uit van het bestemmingsplan. De plantoelichting bevat achtereenvolgens de volgende hoofdstukken: Hoofdstuk 1 Inleiding; Hoofdstuk 2 Bestaande situatie; Hoofdstuk 3 Planbeschrijving; Hoofdstuk 4 Beleidskaders; Hoofdstuk 5 Omgevingsaspecten; Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid; Hoofdstuk 7 Handhaving (Wabo); Hoofdstuk 8 Juridische planopzet; Hoofdstuk 9 Overleg Een volledig overzicht van de inhoudsopgave van een toelichting is opgenomen in bijlage 7. In de volgende paragrafen wordt aangegeven wat onder meer beschreven moet worden in de diverse hoofdstukken. In dit hoofdstuk wordt de aanleiding voor de bestemmingsplanherziening en de ligging en begrenzing van het plangebied aangegeven. Dit wordt geïllustreerd door middel van het opnemen van een kaartfragment, waaruit de ligging van het plangebied blijkt. Verder wordt een opsomming van de vigerende bestemmingsplannen gegeven, die met het nieuwe bestemmingsplan worden herzien Bestaande situatie In dit hoofdstuk komt aan de orde wat de huidige situatie is met betrekking tot de ruimtelijke structuur en de functionele structuur. Wat betreft de ruimtelijke structuur wordt aandacht gegeven aan de volgende elementen: de wegenstructuur (verschillende typen en/of categorieën wegen), groen- en waterstructuur en bebouwingsstructuren. In verband met de overzichtelijkheid is het opnemen van toelichtende kaarten wenselijk. blad 22 van 35

24 3.5.3 Planbeschrijving In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe het beleid en de planuitgangspunten zijn verwoord in de planregels en op de verbeelding. Zo wordt een toelichting gegeven op het juridische systeem en op alle afzonderlijke bestemmingen. Wanneer sprake is van een ontwikkelingsplan worden in dit hoofdstuk ook de uitgangspunten met betrekking tot de gewenste ruimtelijke structuur, de functionele structuur en de milieu-aspecten beschreven. Met betrekking tot de functionele structuur worden, voor zover aanwezig, de volgende elementen opgenomen: wonen (aantal woningen, aantal bewoners, type woningen) wooncentra, centrumvoorzieningen, maatschappelijke voorzieningen, de aanwezigheid van detailhandel en/of horeca en bedrijven. Van alle elementen wordt een omschrijving en beschrijving gegeven. Ook hierbij is het opnemen van toelichtende kaarten wenselijk Beleidskader In dit hoofdstuk wordt het relevante rijks-, provinciaal-, regionaal en gemeentelijk beleid ten aanzien van de ruimtelijke structuur en de functionele structuur opgenomen. Ook wordt aandacht besteed aan relevant Europees beleid. Op het gebied van het Rijksbeleid kan o.a. worden gedacht aan de Nota Ruimte. Op provinciaal niveau kan worden gedacht de Provinciale Structuurvisie. Het beleidskader bevat daarnaast ook relevant gemeentelijk beleid. Op gemeentelijk niveau zijn onder andere de in bijlage 7 opgenomen beleidsstukken van belang. Zie ondermeer voor de actuele beleidsstukken Omgevingsaspecten In dit hoofdstuk worden de relevante milieuaspecten aan de orde gesteld. Hierbij dienen aan de orde te komen: wegverkeerslawaai, geluidzones industrieterreinen, bedrijvigheid, bodem, vervoer gevaarlijke stoffen, archeologie, luchtkwaliteit, water, de flora en fauna en de (externe) veiligheid Economische uitvoerbaarheid Artikel lid 1 sub f. van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) bepaalt dat in de voorbereiding van een bestemmingsplan de economische uitvoerbaarheid inzichtelijk dient te worden gemaakt. Op basis van artikel 6.12 van de Wro kan de financieel-economische uitvoerbaarheid worden aangetoond middels een door de gemeenteraad vastgesteld grondexploitatieplan (posterieure overeenkomst) of middels een anterieure overeenkomst indien er sprake is van private gronden Handhaving (Wabo) In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe het handhavingsbeleid van de gemeente Hellevoetsluis eruit ziet Juridische planopzet In dit hoofdstuk wordt omgeschreven hoe het bestemmingsplan is opgezet. Er wordt een toelichting gegeven op de opstelde regels en verbeelding. blad 23 van 35

25 3.5.9 Overleg In dit hoofdstuk wordt de maatschappelijke uitvoerbaarheid beschreven. De maatschappelijke uitvoerbaarheid heeft als doel om aan te tonen dat het bestemmingsplan maatschappelijk draagvlak heeft. Over het voorontwerp van een bestemmingsplan wordt, overeenkomstig de gemeentelijke inspraakverordening gelegenheid tot inspraak geboden. Ook zal in deze fase op basis van artikel Bro het overleg met diensten van Rijk en Provincie en met betrokken maatschappelijke organisaties plaatsvinden. In bijlage 8 is een lijst opgenomen met wettelijke overlegpartners. De resultaten van zowel het overleg als de inspraak zullen in het bestemmingsplan worden verwerkt. blad 24 van 35

26 blad 25 van 35

27 4 Overige ruimtelijke plannen 4.1 Inleiding In het voorgaande hoofdstuk is aan bod gekomen hoe de gemeente invulling geeft aan bestemmingsplannen. Daarnaast zijn er voor de gemeente nog een aantal andere ruimtelijke plannen van toepassing zoals structuurvisies en overige gebiedsgerichte besluiten. Voor deze plannen gelden ook standaarden en richtlijnen. Dit is verwoord in het IMRO 2008 en praktijkrichtlijnen. Voor deze ruimtelijke plannen is niet zoals bij bestemmingsplannen (het SVBP 2008) een richtlijn opgesteld voor de standaardisering van de inhoud. De standaarden en richtlijnen hebben enkel betrekking op technisch mogelijkheden rondom de vormgeving van de plannen. In dit hoofdstuk wordt aangegeven hoe de gemeente aan deze standaarden en richtlijnen invulling heeft gegeven. 4.2 Structuurvisies In het IMRO2008 wordt in paragraaf 6.5 specifiek ingegaan op de technische aspecten voor een gemeentelijke structuurvisie. Het instrument structuurvisie wordt gekenmerkt door beleidsmatige tekst over ruimtelijk beleid en kaarten met veelal globale aanduidingen. Dit in tegenstelling tot bestemmingsplannen waarin sprake is van een dwingend karakter vastgelegd in voorschriften en bijbehorende kaarten. Vanuit het IMRO2008 is het mogelijk om drie verschillende typen gebieden op te nemen, te weten: structuurvisieplangebied, structuurvisiegebied en structuurvisiecomplex. Conform de digitale verplichtingen voor gemeentelijke structuurvisies dient de structuurvisie minimaal op de volgende wijze te worden opgebouwd. Dit betreft een structuurvisieplangebied dat gezien kan worden als het 'plangebied' voor de structuurvisie. Aan het structuurvisieplangebied wordt altijd een verwijzing opgenomen naar het bijbehorende beleidsdocument [d_idn] als pdf-bestand. Daarnaast dient tevens een beleidstekst te worden opgenomen [b_idn] als pdf-bestand. Dit kan worden gekoppeld aan een structuurvisiegebied. De noodzaak voor het opnemen van zowel een beleidsdocument [d_] als een beleidstekst [b_] komt voort uit het STRI2008. De inhoud van de twee bestanden is veelal hetzelfde. Op basis van bovenstaande uitgangspunten bestaat een digitale structuurvisie ten minste uit: o IMRO in de vorm van een gml-bestand; o beleidsdocument [d_idn.pdf] gekoppeld aan het structuurvisieplangebied; o beleidstekst [b_idn.pdf] gekoppeld aan het structuurvisiegebied; o na vaststelling tevens het vaststellingsbesluit [vb_idn.pdf]. blad 26 van 35

28 4.3 Overige gebiedsgerichte besluiten Alle ruimtelijke instrumenten die in de Wro onderscheiden worden kunnen middels IMRO beschreven worden. Voor een aantal van deze plannen gelden dezelfde technische richtlijnen, de 'overige gebiedsgerichte besluiten'. De volgende overige gebiedsgerichte besluiten zijn voor de gemeente van toepassing: o Het voorbereidingsbesluit; o De beheersverordening; o De omgevingsvergunning, zoals bedoeld in artikel 2.12 lid 1, a onder 3 Wabo (voorheen projectbesluit, dus alleen bij uitgebreide procedure). Voor bovenstaande ruimtelijke besluiten is het alleen noodzakelijk om door middel van een plancontour de ligging van het besluitgebied aan te geven en daar het bijbehorende besluitdocument aan toe te voegen. Na vaststelling dient tevens het vaststellingsbesluit te worden bijgevoegd. Een omgevingsvergunning dient in het kader van de goede ruimtelijke ordening voorzien te zijn van een goede ruimtelijke onderbouwing. Om ook hier consistentie in te krijgen heeft de gemeente hiervoor een handreiking opgesteld (zie bijlage 6). Op basis van bovenstaande uitgangspunten bestaan de voor de gemeente van toepassing zijnde overige gebiedsgerichte besluiten uit de volgende onderdelen: o IMRO in de vorm van een gml-bestand; o besluitdocument [d_idn.pdf]; o toelichting (=ruimtelijke onderbouwing) [t_idn.pdf] (alleen bij omgevingsvergunning); o na vaststelling tevens het vaststellingsbesluit [vb_idn.pdf]. blad 27 van 35

29 5 IMRO Toepassing van IMRO 2008 IMRO is het informatiemodel voor het opstellen en uitwisselen van digitale plannen voor de ruimtelijke ordening (RO plannen). Het gaat hierbij om plannen, zoals die voor de ruimtelijke ordening in de Wro gedefinieerd zijn en op de verschillende administratieve niveaus gemaakt worden: gemeentelijk, provinciaal, regionaal, nationaal en euregionaal. Belangrijk is dat het om RO plannen gaat en niet om bijvoorbeeld het weergeven van ruimtelijke thema s in een bepaald willekeurig beleidsveld. Voor de toepassing van het model is dit van groot belang, immers de inhoud en terminologie, die voorkomt en gebruikt wordt in RO plannen, stelt specifieke eisen aan het model waarmee de inhoud vastgelegd moet worden. Het informatiemodel is voor uitwisselen van plannen en planinformatie tussen organisaties in het veld van de ruimtelijke ordening en ook voor uitwisseling naar andere werkvelden. Dit betekent dat het gaat om informatie die voor verschillende partijen van belang is, vandaar de uitwisseling. Dit betekent ook dat als het niet meer om informatie gaat die door meerdere partijen gebruikt wordt, een codering via IMRO niet meer interessant is. Met andere woorden IMRO is geen model voor specifieke, geïsoleerde toepassing. Dergelijke modellen kunnen beter voor de specifieke toepassing zelf ontworpen worden. Een nationale standaard heeft dan immers niet veel zin. 5.2 IMRO voor bestemmingsplannen In het Informatie Model Ruimtelijke Ordening 2008 is in hoofdstuk 6.4 IMRO voor Bestemmingsplan beschreven (pagina's 17 t/m 30, te raadplegen via Het bestemmingsplan vormt samen met het inpassingsplan en het rijksbestemmingsplan een groep van beleidsinstrumenten van de Wro die door eenzelfde model beschreven kunnen worden. Als benaming van dit model is Bestemmingsplan gekozen. In IMRO voor bestemmingsplan wordt het model gepresenteerd en worden van alle klassen de bijbehorende attributen en de onderlinge relaties toegelicht. Het is van belang om te realiseren dat een objectklasse alle attributen overerft van zijn superklasse. Deze attributen worden niet nog een keer herhaald. Opmerking: Bij het model voor bestemmingsplannen zijn voorzieningen opgenomen voor het uitwisselen van een aantal presentatie-elementen. Dit betreffen informatie over symboolcodes, tekstlabels en bijbehorende plaatsingsinformatie. Deze informatie is opgenomen voor het realiseren van correcte analoge printouts van de gegevens. In de visualisatie of ontsluiting van de digitale gegevens hebben deze voorzieningen geen waarde. blad 28 van 35

30 5.3 IMRO voor structuurvisies en overige gebiedsgerichte besluiten Gemeentelijke structuurvisies In het Informatie Model Ruimtelijke Ordening 2008 is in paragraaf 6.5 IMRO voor gemeentelijke structuurvisies beschreven Het instrument structuurvisie wordt gekenmerkt door beleidsmatige tekst over ruimtelijk beleid en kaarten met veelal globale aanduidingen. Dit in tegenstelling tot bestemmingsplannen waarin sprake is van een dwingend karakter vastgelegd in voorschriften en bijbehorende kaarten Overige gebiedsgerichte besluiten Alle ruimtelijke instrumenten die in de nieuwe Wet op de Ruimtelijk Ordening onderscheiden worden kunnen middels IMRO beschreven worden. Voor een aantal ruimtelijke instrumenten zijn hiervoor aparte modellen ontwikkeld die afgestemd zijn op de wettelijk geformuleerde eisen en praktisch opgedane ervaring. Voor een aantal van de besluiten, hier verder genoemd Overige Gebiedsgerichte Besluiten, was nog geen ervaring opgedaan en is vooralsnog voorzien in een algemeen voor deze groep geschikt model. Het model voor Overige Gebiedsgerichte Besluiten, dit is opgenomen in paragraaf 6.10 van het IMRO2008. Onder deze groep vallen de volgende besluittypen welke van toepassing zijn voor de gemeente: o Het voorbereidingsbesluit o De beheersverordening o De omgevingsvergunning, zoals bedoeld in artikel 2.12, lid 1 a onder 3 Wabo (voorheen projectbesluit) blad 29 van 35

31 6 Techniek en beheer 6.1 Inleiding Dit hoofdstuk beschrijft de organisatorisch- en technische regeling van het digitale bestemmingsplan. Behalve de inhoud zijn de techniek en het beheer van een bestemmingsplan eveneens relevant. In dit hoofdstuk wordt tevens beschreven op welke wijze het beheer en onderhoud geregeld zijn. 6.2 Stand van zaken In de Wro is de verplichting opgenomen voor het maken, beschikbaar stellen en gebruiken van digitale plannen volgens de RO standaarden De digitale onderdelen van de Wro 2008 zijn vanaf 1 januari 2010 van kracht. Er moet vanaf dat moment sprake zijn van een digitaal bestemmingsplan, naast een analoge versie. Bij eventuele inconsistentie tussen het digitale- en analoge plan is de digitale versie juridisch bindend 1 en dient daarop getoetst te worden. In werkelijkheid is de analoge versie een afdruk van het digitale bestemmingsplan. Indien geen digitaal plan volgens de RO standaarden 2008 voor digitalisering is gemaakt in de periode 1 juli januari 2010 dient dit plan wel in pdf-vorm te worden vastgesteld. Dit is een gevolg van de tekst van artikel 3.8 Wro 2008, waarin wordt gesteld dat een bestemmingsplan in elektronische vorm dient te worden vastgesteld. 6.3 Digitaal beschikbaar stellen Inleiding In paragraaf 6.3 wordt beschreven hoe de gemeente Hellevoetsluis gaat voldoen aan de eisen die de Wro voorschrijft. Artikel 3.8 Wro 2008 schrijft voor dat de tervisielegging van een bestemmingsplan, net als het vastgestelde plan, digitaal dient te geschieden. Dit impliceert ook dat de kaarten en documenten digitaal beschikbaar zijn Publiceren van het plan Iedere gemeente is verplicht alle ruimtelijke plannen, die vanaf heden in procedure gaan, digitaal beschikbaar te stellen en te publiceren. Dit gebeurd volgens de regelingen die zijn opgenomen in de Standaard Toegankelijkheid Ruimtelijke Instrumenten 2008 (STRI 2008), welke de normen voorschrijft ten aanzien van het digitaal publiceren en ter beschikking stellen van ruimtelijke plannen. Publicatie geschiedt via webservices waarbij het plan plus alle bijbehorende bestanden (de dataset) via één website beschikbaar is. De procedure die de gemeente dient te volgen wat betreft het publiceren is terug te vinden in paragraaf Voor bestemmingsplannen die na 1 januari 2010 in procedure zijn gebracht geldt de digitale versie als juridisch bindend. blad 30 van 35

32 6.3.3 Digitale raadpleegbaarheid Evenals de ruimtelijke informatie dient er ook een digitale verbeelding beschikbaar te worden gesteld. Deze is net als de ruimtelijke informatie voor iedereen beschikbaar en toegankelijk. Via gemeentelijke website Alle verbeeldingen van de plannen worden op de landelijke voorziening gepubliceerd. Op de gemeentelijke website van de gemeente Hellevoetsluis wordt een doorverwijzing opgenomen naar bovengenoemde voorziening. Deze digitale verplichting is opgenomen in de Wro, evenals dat de ruimtelijke informatie getoond wordt conform de SVBP2008. Het is echter niet mogelijk om bijvoorbeeld een vorm van digitale inspraak te koppelen aan de verbeelding. Als dienstverlening voor burgers wordt in het klantencontactcentrum een pc met internet geplaatst. Op die manier is het voor burgers altijd mogelijk de digitaal gepubliceerde plannen in te kunnen zien, ook wanneer zij zelf geen toegang hebben tot het internet Kennisgeving langs elektronische weg Wanneer de gemeente zich voorneemt een nieuw bestemmingsplan te maken wordt dit op een digitale manier kenbaar gemaakt, bijvoorbeeld via een specifieke plaats op de gemeentelijke website. De locatie (bijvoorbeeld de website) waarop deze kennisgevingen plaatsvinden is terug te vinden in een gestandaardiseerd landelijk overzicht. 6.4 Beheer digitale plannen Vanwege juridische en procedurele consequenties is het van het grootste belang dat er bij de publicatie authentieke bestanden gebruikt worden. Dit impliceert dat het beheer van bestemmingsplan een belangrijke rol speelt. Evenals alle andere ruimtelijke plannen zoals voorbereidingsbesluiten of een structuurvisie is het beheer van bestemmingsplannen beschreven in de Wro. De volgende aspecten spelen een rol bij het beheer van digitale plannen: archiveren en publiceren van aanwezige digitale plannen; het beheren van het ; het bijhouden van een contourenkaart (overzicht van alle digitale plannen met de bijbehorende begrenzingen); plan IDN; het beheren van een Identificatiecode van alle plannen; het beheren van het gemeentelijk Manifest ten aanzien van ruimtelijke plannen. De gemeente Hellevoetsluis werkt op dit moment met de applicatie RoBeheer. Deze applicatie zorgt voor een juist beheer en verwerking van bovenstaande punten. Zo worden voor alle ruimtelijke plannen de aanwezige bestanden gearchiveerd met bijbehorende plan IDN, waarbij ieder plan wordt opgenomen in het gemeentelijk Manifest. Ook wordt op basis van de status van de diverse plannen een contourenkaart bijgehouden, waardoor op ieder willekeurig moment de vigerende situatie is te bekijken. Dit kan eveneens voor een moment in het verleden, waarvoor het noodzakelijk is de vigerende situatie op dat moment te beoordelen. Het beheer van het handboek vindt buiten de applicatie plaats. Wel is er een toetsingsinstrument opgenomen voor het gebruik van (dubbel)bestemmingen en aanduidingen conform de inhoud van het handboek als signaleringsinstrument. blad 31 van 35

33 6.4.1 Identificatiecode (Plan IDN) Gebiedsgerichte besluiten dienen te zijn voorzien van een unieke identificatiecode, welke is opgebouwd is conform STRI2008. De gemeente bepaald deze code en levert hem aan indien ze het opstellen van een digitaal plan uitbesteed. Deze code bestaat uit maximaal 36 alfanumerieke tekens en heeft een vaste opbouw: NL.IMRO.0530.[unieke naam]-[versie] [CBS-code bronhouder] De CBS-code voor de gemeente Hellevoetsluis is [Unieke naam] De unieke naam is door de gemeente zelf te bepalen, enige voorwaarde waaraan voldaan moet worden is dat deze uit maximaal 18 alfanumerieke tekens bestaat. Het toekennen van een plancode wordt bovendien extra noodzakelijk omdat alle digitale soorten digitale ruimtelijke plannen in één en hetzelfde beheersysteem belanden. Naamgeving digitale ruimtelijke plannen Hellevoetsluis De gemeente Hellevoetsluis kiest ervoor om de unieke naam als volgt op te bouwen: NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE NL.IMRO. = standaard gegenereerd door programmatuur (niet te wijzigen) NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE = CBS code gemeente Hellevoetsluis (standaard voor plannen in Hellevoetsluis) NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE AA = code type plan: BP = bestemmingsplan; VB = voorbereidingsbesluit; BV = beheersverordening; SV = structuurvisie; OV = omgevingsvergunning (zoals bedoeld in artikel 2.12, lid 1 a onder 3 Wabo) NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE BBBBBBBBBBBB = invulling van maximaal 12 karakters voor de naam van het bestemmingsplan NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE CCCC = het jaar waarin is gestart met het opstellen van het plan blad 32 van 35

34 [versie] De versie van het digitale plan wordt conform onderstaande regeling opgebouwd en bestaat uit altijd vier karakters. Allereerst door middel van twee karakters voor de planstatus. Gevolgd door twee karakters voor de betreffende versie van de planstatus. NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE DD = code planstatus co = concept vo = voorontwerp ow = ontwerp vg = vastgesteld oh = onherroepelijk gv = geconsolideerde versie NL.IMRO.0530.AABBBBBBBBBBBBCCCC-DDEE EE = nummer versie (beginnend bij 01 en genummerd per planstatus, bij nieuwe planstatus weer 01) 01 = eerste versie van planstatus 02 = tweede versie van planstatus Voorbeeld: Een eerste versie van een voorontwerpbestemmingsplan in Hellevoetsluis voor de hele wijk De Kooistee welke in 2010 opgestart is kan dus bijvoorbeeld een volgende IDN-code hebben: NL.IMRO.0530.BPDeKooistee2010-vo BP-contourenkaart De gemeente heeft de taak een contourenkaart bij te houden. Op deze kaart staan alle begrenzingen van de verschillende ruimtelijke plannen die een gemeente heeft. Verder dient de kaart om eventuele en onwenselijke overlapping van plangebieden tegen te gaan, zo ontstaat er een controle-instrument om het gehele gemeentegebied dekkend te krijgen en wordt de kaart gebruikt voor het bepalen van de plangrens van nieuwe bestemmingsplannen. Indien een gemeente het opstellen van een bestemmingsplan uitbesteed aan derden wordt de plangrens aangeleverd als microstationv8- of autocad-bestand. De contourenkaart wordt, zoals beschreven in paragraaf 7.4, beheert door middel van de applicatie RoBeheer. De contourenkaart wordt hierin automatisch bijgewerkt bij verwerking/invoering van een digitaal planbestand Publicatie en archivering Het publiceren gaat als volgt: 1. opstellen van een geleideformulier voor het betreffende plan; 2. digitaal ondertekenen van het plan (authenticiteitskenmerk); 3. het Manifest van gemeente bijwerken en elektronisch ondertekenen; 4. bestanden van plan op URL (internet) plaatsen; 5. het bestaande Manifest op internet vervangen door bijgewerkte, ondertekende versie; 6. de bestaande verbeelding op het internet bijwerken. Geleideformulier Na het compleet maken van de gegevensset die bij het plan hoort en het digitaal ondertekenen door de bronhouder hiervan kan een geleideformulier gemaakt worden. De gemeente is hier zelf verantwoordelijk voor en wordt aangemaakt in RoBeheer. blad 33 van 35

35 Gemeentelijk Manifest Het gemeentelijk manifest betreft een XML-bestand en bevat een gedetailleerde inhoudsopgave van alle digitaal beschikbare ruimtelijke instrumenten van een gemeente. In feite is het dus een overzicht van het portfolio met digitale plannen van de gemeente. De gemeente Hellevoetsluis zal dit ook doen, evenals het digitaal beschikbaar stellen van dit document. In RoBeheer wordt het manifest beheerd en bij het publiceren tevens beschikbaar gesteld. 6.5 Uitwisseling informatie tussen gemeente en extern bureau De gemeente heeft in het geval van uitbesteding van het opstellen van een digitaal bestemmingsplan de taak een aantal digitale bestanden aan de opdrachtnemer te verstrekken. Deze bestanden zijn noodzakelijk in verband met de eisen die ROstandaarden stellen ten aanzien van de opbouw van een digitaal bestemmingsplan Aan te leveren informatie en bestanden door gemeente De gemeente Hellevoetsluis wordt in het geval van uitbesteding van het opstellen van een digitaal bestemmingsplan verzocht de volgende bestanden en informatie aan te leveren: de naam van het bestemmingsplan; de Identificatiecode van het betreffende plan (Plan IDN); de plangrenzen in een DWG- of DGN-bestand, al dan niet op basis van de contourenkaart van de gemeente. De plangrens is gebaseerd op het Rijksdriehoek-coördinatenstelsel (RD-coördinatenstelsel); GBKN- en kadastrale gegevens, eveneens volgens het bovenstaande; een Stylesheet van de gemeente waarin de opmaak van de HTML-bestanden beschreven staat; indien reeds beschikbaar het complete en oorspronkelijke digitale bestemmingsplan, wanneer er sprake is van het opstellen van een uitbreidings- of uitwerkingsplan. De bestaande digitale plannen dienen dan wel opgesteld te worden conform de eisen van digitale verplichting; na vaststelling van een plan de gescande versie van het vaststellingsbesluit als pdf-bestand, zodat deze kan worden gekoppeld en bijgevoegd aan de digitale bestanden behorende bij het vastgestelde plan; luchtfoto s van het plangebied; het voorliggende handboek met bijlagen. blad 34 van 35

36 6.5.2 Aan de gemeente op te leveren bestanden In het PRBP2008 en de STRI2008 staat beschreven welke bestanden een extern bureau moet leveren aan de betreffende gemeente, eveneens is in deze documenten de naamgeving van de bestanden bepaald. Eventueel kan de gemeente Hellevoetsluis hier een aantal aanvullingen op geven. Bestand Naamconventie (excl. extensie) Bestandstype Aantal* IMRO [ID plan] GML 1 Regels r_[id plan] of HTML 1..* r_[id plan]_[xxx] (als n>1) Bijlagen bij de regels rb_[id plan] HTML of 0..* rb_[id plan]_[xxx] (als PDF n>1) Toelichting t_[id plan] HTML of 1..* t_[id plan]_[xxx] (als PDF n>1) Bijlagen bij de tb_[id plan] HTML of 0..* toelichting tb_[id plan]_[xxx] (als PDF n>1) Illustratie i_[id plan] JPEG of 0..* i_[id plan]_[xxx] (als PNG of PDF n>1) Vaststellingsbesluit vb_[id plan] HTML of PDF Geleideformulier g_[id plan] XML 1 * 0: komt niet voor 0..*: komt zo vaak voor als gewenst 1: komt 1 keer voor 1..*: komt tenminste 1 keer voor NB [ID plan] = idn plangebied; [xxx] = tekstuele extensie Toelichting IMRO-bestand het PRBP2008 bepaald de toepassing van de IMRO2008 op juridisch relevante ruimtelijke objecten. Laatstgenoemde objecten zijn als zodanig in de regels van het bestemmingsplan aangeduid; alle geometrische objecten moeten in het Rijksdriehoekstelsel in millimeters opgenomen worden; het plangebied dat door de gemeente ter beschikking is gesteld moet exact overeenkomen met het plangebied van het digitale bestemmingsplan, dit wil zeggen dat de plangrens van het product identiek is aan de door de gemeente aangeleverde plangebied. Toelichting Regels per planregel ontvangt de gemeente een apart HTML-bestand, evenals een index-bestand waar de verwijzingen naar de afzonderlijke regels in staan; bovengenoemd bestand dient conform de naamconventie van de RO- Standaarden te zijn. Dit impliceert dat de bestandsnaam begint met 'r_[plan IDN]_' met daarachter de naam van de betreffende regel, ontdaan van spaties en maximaal twintig alfanumerieke tekens lang; verwijzingen binnen de planteksten dienen relatieve padverwijzingen te zijn. blad 35 van 35

37 Toelichting Validatieformulier Het is de taak van het opdrachtnemende advies- of ingenieursbureau om het betreffende plan zelf te valideren alvorens het aan te leveren aan de opdrachtgever. Dit gebeurd op de volgende website: Het aan de opdrachtgever geleverde IMRO-bestand dient logischerwijs geen foutmeldingen meer te geven na validatie en het validatierapport (als pdf-bestand) wordt meegeleverd. Toelichting aanvullingen standaard regels en/of verbeelding Indien blijkt dat het noodzakelijk is dat er in het te leveren bestemmingsplan aanvullingen op de door de gemeente aangeleverde set regels en verbeelding nodig zijn, dan wordt dit door het opdrachtnemende bureau kenbaar gemaakt in een Worddocument. Hierin staat een opsomming van de planobjecten die aanvullend zijn. Dit kunnen bijvoorbeeld gespecificeerde bestemmingen zijn, of functieaanduidingen met een 'specifieke vorm van - ' of wanneer er specifieke bouwaanduidingen opgenomen moeten worden. Algemene voorwaarden opdrachtnemer bij uitbesteding De opdrachtnemer dient gebruik te maken van software die gecertificeerd is voor de laatste versie van de RO-Standaarden om het digitale bestemmingsplan te vervaardigen. Wijze van levering Per digitale versie wordt een complete dataset van alle bij het plan behorende bestanden (exclusief geleideformulier) in één zip-bestand zonder sub-mappen per mail aangeleverd. Het geleideformulier wordt door de applicatie RoBeheer aangemaakt het hoeft in dit kader niet bijgevoegd te worden. Daarnaast ontvangt de gemeente voor iedere definitieve (te publiceren) versie één CD/DVD-ROM met daarop de complete dataset van bestanden. De hoofdmap waarin alle bestanden komen te staan draagt het IDN (inclusief versienummer) van het plan als naam. Additionele levering Wanneer vooraf afgesproken is dat de opdrachtnemer behalve het digitale bestemmingsplan ook de bronbestanden die gebruikt zijn voor het opstellen van het plan zal leveren, ontvangt de gemeente deze eveneens. blad 36 van 35

38 Handboek digitale bestemmingsplannen

39 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 1 Algemene renvooi

40 Handboek digitale bestemmingsplannen

41 PLANGEBIED AANDUIDINGEN Grens plangebied GEBIEDSAANDUIDINGEN FUNCTIEAANDUIDINGEN BOUWVLAK BESTEMMINGEN HOOFDGROEPEN VAN BESTEMMINGEN Indien een functie met een bestemming wordt geregeld, moet hij onder de hoofdgroep worden geplaatst waar de functie is genoemd. Functies die niet zijn genoemd moeten in die hoofdgroep worden geplaatst die daarbij gelet op de aard van de betrokken hoofdgroep het beste past. RGB:235,240,210 RGB:210,225,165 RGB:180,095,210 RGB:200,160,215 RGB:100,170,045 RGB:255,200,190 RGB:255,060,130 RGB:255,160,150 RGB:240,145,190 RGB:255,190,135 RGB:040,200,070 RGB:255,105,035 RGB:235,195,215 RGB:220,155,120 RGB:130,165,145 RGB:185,215,070 RGB:130,200,070 RGB:200,215,110 RGB:205,205,205 RGB:175,205,225 RGB:255,255,000 RGB:255,255,180 RGB:235,225,235 A Agrarisch Agrarisch (bedrijf), akkerbouw, ambachtelijke be- en verwerking agrarische producten, aquacultuur, bollenteelt, bomenteelt, bosbouw, fruitteelt, glastuinbouw, grondgebonden veehouderij, houtwal, houtsingel, intensieve veehouderij, intensieve kwekerij, kas, paardenfokkerij, paardenhouderij, sierteelt, silo, tuinbouw, viskwekerij AW Agrarisch met waarden Aagrarische functie met natuurwaarden, agrarische functie met landschapswaarden, agrarische functie met natuur- en landschapswaarden, agrarische functie met ecologische waarden, agrarische functie met archeologische waarden, agrarische functie met cultuurhistorische waarden, agrarische functie met geomorfologische waarden B Bedrijf Agrarisch loonbedrijf, baggerspeciedepot, bedrijf, brandweerkazerne, caravanstalling, gronddepot, groothandel, hovenier, munitiedepot, nutsbedrijf, nutsvoorziening, opslag, (veer)haven, verkooppunt motorbrandstoffen (met of zonder vulpunt lpg), waterzuiveringsinstallatie, windturbine(park), zend-/ontvangstinstallatie BT BO Bedrijventerrein Bedrijven (zie hiervoor) met daarbij behorende wegen, paden, verblijfsgebieden, groenvoorzieningen, water en andere op een bedrijventerrein voorkomende functies. Bos Bos C Centrum Functies behorend tot de volgende hoofdgroepen van bestemmingen: bedrijf, cultuur en ontspanning, detailhandel, dienstverlening, groen, horeca, kantoor, maatschappelijk, recreatie, sport, verkeer, water, wonen CO Cultuur en ontspanning Atelier, attractiepark, bioscoop, bordeel, bowlingbaan, casino, creativiteitscentrum, dansschool, dierentuin, evenemententerrein, kinderboerderij, museum, muziekschool, muziektheater, prostitutie, raamprostitutie/raamexploitatie, sauna, seksinrichting, speeltuin, theater, welness DH Detailhandel Het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder de uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruikof aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, waaronder grootschalige detailhandel, volumineuze detailhandel, tuincentrum en supermarkt. DV Dienstverlening Het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder belwinkel en internetcafé. GD Gemengd Een combinatie van minimaal twee gelijkwaardige functies van de in deze tabel opgenomen hoofdgroepen van bestemmingen. G Groen Beeldbepalende boom, groen(voorziening), monumentale boom, park, plantsoen H Horeca Het bedrijfsmatig verstrekken van ter plaatse te nuttigen voedsel en dranken, het bedrijfsmatig exploiteren van zaalaccommodatie en/of het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf, waaronder bed & breakfast, discotheek, feestzaal en partyboerderij K Kantoor Het bedrijfsmatig verlenen van diensten waarbij het publiek niet of slechts in ondergeschikte mate rechtstreeks te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder congresen vergaderaccommodatie. M Maatschappelijk Asielzoekerscentrum, begraafplaats, bibliotheek, crematorium, dierenasiel, dierenpension, drugsopvang, gezondheidszorg, jeugdopvang, justitiële inrichting, kazerne, militair oefenterrein, militaire zaken, naschoolseopvang, onderwijs, openbare dienstverlening, praktijkruimte, religie, uitvaartcentrum, verenigingsleven, welzijnsinstelling, zorgboerderij, zorginstelling N R Natuur Ecologische verbindingszone, natuurgebied Recreatie Dagrecreatie, jachthaven, kampeerboerderij, kampeerterrein, modelvliegtuigbaan, passantenhaven recreatie(woning), strand, verblijfsrecreatie, volkstuin S Sport Autocircuit, drafbaan, fitnesscentrum, golfbaan, ijsbaan, kartbaan, kunstijsbaan, manege, modelvliegtuigbaan, motorcrossterrein, pitch & putt, skeelerbaan, skibaan, speelterrein, sport, sportcentrum, sporthal, sportschool, sportveld, sportzaal, stadion, squashcentrum, tennisbaan, wielerbaan, zwembad T Tuin Tuin V Verkeer Landingsbaan, luchthaven, luchtverkeer, openbaar vervoer(station), parkeerterrein, parkeergarage, railverkeer, spoorverkeer, vertrek- en aankomsthal, wegverkeer, verblijfsgebied WA Water Aanlegsteiger, aquaduct, ligplaats, oever, sluis, steiger, stuw, tunnel, vaarweg, vijver, water, waterberging, waterkering, waterstaat, waterweg, woonschepenligplaats W Wonen Wonen, woonwagenstandplaats WG Woongebied Wonen met de daarbij behorende wegen, paden, verblijfsgebieden, groenvoorzieningen, water en andere binnen een woongebied voorkomende functies... Overig De hoofdgroep Overig wordt gebruikt, indien een functie niet onder een hoofdgroep is te scharen. In dat geval is de naam van de bestemming de naam van de te bestemmen functie. UIT TE WERKEN BESTEMMINGEN.. -U...-Uittewerkenbestemming De kleur van de Uit te werken bestemming is gelijk aan de kleur van de daarmee corresponderende, niet uit te werken bestemming. VOORLOPIGE BESTEMMINGEN.. -VRL SPECIFICATIE VAN BESTEMMINGEN Specifieke bestemmingsbenaming Van een specifieke bestemmingsbenaming wordt gebruik gemaakt, wanneer zich binnen dezelfde hoofdgroep functies voordoen die qua ruimtelijke kenmerken en effecten grote verschillen vertonen. Voorbeeld: R-DR RGB:185,215,070 R-VR RGB:185,215,070 HOOFDGROEPEN VAN DUBBELBESTEMMINGEN L WR WS Leiding L-B L-G L-H L-HV L-L L-O L-R L-W WR-A WR-C WR-E WR-G WR-L WR-N WR-NL WS-WB WS-WK WS-WL WS-WS... - Voorlopige bestemming De kleur van de Voorlopige bestemming is gelijk aan de kleur van de daarmee corresponderende bestemming. Recreatie - Dagrecreatie Recreatie - Verblijfsrecreatie Splitsen van bestemmingen Splitsing van bestemmingen is zinvol, wanneer zich binnen dezelfde bestemming geheel verschillende stedenbouwkundige situaties voordoen die om heel verschillende bouwregels vragen. Voorbeeld: RGB:255,255,000 RGB:255,255,000 W-1 Wonen - 1 W-2 Wonen - 2 De hoofdgroepen van dubbelbestemmingen zijn limitatief, de genoemde functies niet. Waarde Leiding - Brandstof Leiding - Gas Leiding - Hoogspanning Leiding - Hoogspanningsverbinding Leiding - Leidingstrook Leiding - Olie Leiding - Riool Leiding - Water Waarde - Archeologie Waarde - Cultuurhistorie Waarde - Ecologie Waarde - Geomorfologie Waarde - Landschap Waarde - Natuur Waarde - Natuur en landschap Waterstaat Waterstaat - Waterbergingsgebied Waterstaat - Waterkering Waterstaat - Waterlopen Waterstaat - Waterstaatkundige functie RGB:255,155,000 RGB:155,050,205 RGB:000,155,000 RGB:100,100,100 RGB:056,133,094 RGB:000,000,255 RGB:000,255,255 RGB:255,000,000 geluidzone geluidzone - industrie geluidzone - spoor geluidzone - weg luchtvaartverkeerzone milieuzone milieuzone - bodembeschermingsgebied milieuzone - geluidsgevoelige functie milieuzone - geurzone milieuzone - grondwaterbeschermingsgebied milieuzone - stiltegebied milieuzone - waterwingebied milieuzone - zones wet milieubeheer overig reconstructiewetzone reconstructiewetzone - extensiveringsgebied reconstructiewetzone - landbouwontwikkelingsgebied reconstructiewetzone - verwevingsgebied veiligheidszone veiligheidszone - bevi veiligheidszone - leiding veiligheidszone - lpg veiligheidszone - munitie veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen veiligheidszone - vuurwerk veiligheidszone - windturbine vrijwaringszone vrijwaringszone - buisleidingenstraat vrijwaringszone - dijk vrijwaringszone - duin vrijwaringszone - molenbiotoop vrijwaringszone - radar vrijwaringszone - spoor vrijwaringszone - straalpad vrijwaringszone - vaarweg vrijwaringszone - weg wro-zone 1 wro-zone - moderniseringsgebied 1 wro-zone - ontheffingsgebied wro-zone - verwerkelijking in naaste toekomst 1 wro-zone - wijzigingsgebied (as) (a) (ab) (al) (agw) (ak) (abp) Grens functieaanduiding aanlegsteiger agrarisch agrarisch bedrijf agrarisch loonbedrijf agrarisch met waarden akkerbouw ambachtelijke be- en verwerking agrarische producten (aqc) aquacultuur (aq) aquaduct (aw) archeologische waarden (az) asielzoekerscentrum (atl) atelier (at) attractiepark (ac) autocircuit (bsd) baggerspeciedepot (bb) bed & breakfast (b) bedrijf (bah) bedrijf aan huis (b ) bedrijf tot en met categorie.. (b= ) bedrijf van categorie.. (bw) bedrijfswoning (bt) bedrijventerrein (beb) beeldbepalende boom (bp) begraafplaats (be) belwinkel (bh) beroep aan huis (bi) bibliotheek (bs) bioscoop (bot) bollenteelt (bm) bomenteelt (bd) bordeel (bo) bos (bow) bowlingbaan (brk) brandweerkazerne (br) brug (cs) caravanstalling (ca) casino (c) centrum (coc) congrescentrum (cc) creativiteitscentum (cr) crematorium (co) cultuur en ontspanning (cw) cultuurhistorische waarden (dr) dagrecreatie (da) dansschool (dh) detailhandel (dhg) detailhandel grootschalig (dhe) detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke goederen (dhp) detailhandel perifeer (dhv) detailhandel volumineus (dv) dienstverlening (ds) dierenasiel (dt) dierentuin (di) discotheek (db) drafbaan (do) drugsopvang (evz) ecologische verbindingszone (ew) ecologische waarde (ek) eendenkooi (e) erf (ev) evenemententerrein (fz) feestzaal (ft) fruitteelt (ga) garage (gs) geluidscherm (gw) geluidwal (gm) gemaal (gd) gemengd (gmw) geomorfologische waarde (gz) gezondheidszorg (gt) glastuinbouw (go) golfbaan (g) groen (gr) gronddepot (gv) grondgebonden veehouderij (gh) groothandel (ha) haven (h) horeca (h ) horeca t/m horecacategorie (h= ) horeca van categorie.. (hs) houtsingel (hw) houtwal (hv) hovenier (ijs) ijsbaan (i) infrastructuur (ik) (iv) (ic) (iw) (jh) (jo) (jop) (ji) (kv) (kp) (kt) (k) (kab) (ks) (kz) (kb) (kijs) (ll) (lb) (lw) (lbr) (lg) (lhs) (lhv) (lo) (lr) (lwa) (ls) (lp) (lh) (lv) (m) (ma) (mrk) (me) (mz) (mo) (mb) (mob) (mc) (md) (mu) (ms) (-..) intensieve kwekerij intensieve veehouderij internetcafé internetwinkel jachthaven jeugdopvang jongeren ontmoetingsplek justitiële inrichting kamerverhuur kampeerboerderij kampeerterrein kantoor kartbaan kas kazerne kinderboerderij kunstijsbaan laad- en losplaats landingsbaan landschapswaarden leiding brandstof leiding gas leiding hoogspanning leiding hoogspanningsverbinding leiding olie leiding riool leiding water leidingstrook ligplaats luchthaven luchtverkeer maatschappelijk manege markt meer militaire zaken militair_oefenterrein modelvliegtuigbaan monumentale boom motorcrossterrein munitiedepot museum muziekschool... uitgesloten Indien door middel van een aanduiding moet worden aangegeven dat bepaalde functies niet zijn toegestaan, wordt de betrokken lettercode binnen de haakjes van een min-teken voorzien. Dit geldt ook in geval van uitsluiting van specifieke functieaanduidingen. (mt) muziektheater (nso) naschoolse opvang (nlw) natuur- en landschapswaarden (n) natuur (nw) natuurwaarden (nb) nutsbedrijf (nv) nutsvoorziening (oe) oever (on) onderwijs (os) ontsluiting (ov) openbaar vervoer (od) openbare dienstverlening (op) opslag (ovs) openbaar vervoerstation (pf) paardenfokkerij (ph) paardenhouderij (pd) pad (pa) park (pg) parkeergarage (p) parkeerterrein (pb) partyboerderij (pah) passantenhaven (pp) pitch & putt (ps) plantsoen (pl) plein (prr) praktijkruimte (pr) prostitutie (rap) raamprostitutie (raamexploitatie) (rv) railverkeer (r) recreatie (rw) recreatiewoning (re) religie (ri) risicovolle inrichting (rr) rivier (sau) sauna (shu) schiphuis (si) seksinrichting (sit) sierteelt (sil) silo (ske) skeelerbaan (skb) skibaan (sl) sluis (sa-..) specifieke vorm van agrarisch (saw-..) specifieke vorm van agrarisch met waarden (sb-..) specifieke vorm van bedrijf (sbt-..) specifieke vorm van bedrijventerrein (sbo-..) specifieke vorm van bos (sc-..) specifieke vorm van centrum (sco-..) specifieke vorm van cultuur en ontspanning (sdh-..) specifieke vorm van detailhandel (sdv-..) specifieke vorm van dienstverlening (sgd-..) specifieke vorm van gemengd (sg-..) specifieke vorm van groen (sh-..) specifieke vorm van horeca (sk-..) specifieke vorm van kantoor (sle-..) specifieke vorm van leiding (sm-..) specifieke vorm van maatschappelijk (sn-..) specifieke vorm van natuur (sr-..) specifieke vorm van recreatie (ss-..) specifieke vorm van sport (st-..) specifieke vorm van tuin (sv-..) specifieke vorm van verkeer (swr-..) specifieke vorm van waarde (swa-..) specifieke vorm van water (sws-..) specifieke vorm van waterstaat (sw-..) specifieke vorm van wonen (swg-..) specifieke vorm van woongebied (spt) speeltuin (sz) speelvoorziening (sp) spoorweg (s) sport (spc) sportcentrum (sph) sporthal (spv) sportveld (spz) sportzaal (sq) squashcentrum (sd) stadion (ste) steiger (str) strand (shs) strandhuis (sth) studentenhuisvesting (stw) stuw (su) supermarkt (tn) tennisbaan (tr) terras (th) theater (t) tuin (tb) tuinbouw (tc) tuincentrum (tu) tunnel (uv) uitvaartscentrum (vw) vaarweg (vh) veerhaven (ve) ven (vb) verblijfsgebied (vr) verblijfsrecreatie (vl) verenigingsleven (v) verkeer (vep) verkoop eigen producten (vml) verkooppunt motorbrandstoffen met lpg (vm) verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg (va) vertrek- en aankomsthal (vij) vijver (vk) viskwekerij (vt) volkstuin (vu) vulpunt lpg (wm) waardevolle boom (wa) water (wb) waterberging (wk) waterkering (ws) waterstaat (ww) waterweg (wz) waterzuiveringsinstallatie (we) weg (wel) welness (wei) welzijnsinstelling (wn) wielerbaan (wt) windturbine (wtp) windturbinepark (w) wonen (wg) woongebied (wl) woonschepenligplaats (wp) woonwagenstandplaats (zee) zee (zo) zend-/ontvangstinstallatie (zoi) zorginstelling (zbo) zorgboerderij (zw) zorgwoning (zb) zwembad Grens bouwvlak BOUWAANDUIDINGEN [aeg] [am] [bg] [gs] [kap] [ka] [nr] [ond] [pd] [tae] [vrij] [sba-..] [-..] Grens bouwaanduiding MAATVOERINGSAANDUIDINGEN Symbool s100 s101 s102 s103 s104 s105 s106 s107 s108 s109 s110 s111 s112 s124 s119 a A a-a b B b-b c C c-c D% a b A B a-a b-b A B D% E FIGUREN Grens maatvoeringsvlak Verklaring minimale goothoogte (m) maximale goothoogte (m) minimale - maximale goothoogte (m) minimale bouwhoogte (m) maximale bouwhoogte (m) minimale - maximale bouwhoogte (m) minimale dakhelling (graden) maximale dakhelling (graden) minimale - maximale dakhelling (graden) maximum bebouwingspercentage (%) minimale goot- en bouwhoogte (m) maximale goot- en bouwhoogte (m) minimale - maximale goot- en bouwhoogte (m) maximale goot-, bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%) asvandeweg 1 dwarsprofiel gevellijn.. hartlijn leiding B hartlijn leiding - Brandstof G hartlijn leiding - Gas H hartlijn leiding - Hoogspanning HV hartlijn leiding - Hoogspanningsverbinding O hartlijn leiding - Olie R hartlijn leiding - Riool W hartlijn leiding - Water relatie OPDRACHTGEVER PROJECTOMSCHRIJVING Handboek digitale bestemmingsplannen TEKENINGOMSCHRIJVING Bijlage 1: Algemene renvooi (conform SVBP2008) STATUS aaneengebouwd antennemast bijgebouwen gestapeld kap karakteristiek nokrichting onderdoorgang plat dak twee-aaneen vrijstaand specifieke bouwaanduiding... uitgesloten Indien door middel van een aanduiding moet worden dat een bepaalde wijze van bouwen of een bepaalde verschijningsvorm niet is toegestaan, wordt de betrokken lettercode binnen de haakjes van een min-teken voorzien. Dit geldt ook in geval van uitsluiting van specifieke bouwaanduidingen. maximum aantal wooneenheden Voor overige Maatvoeringen zie: SVBP 2008, bijlage 9 Verbeelding Maatvoering Genoemde figuren zijn limitatief. VERKLARINGEN Definitief Topografische ondergrond DATUM 8 maart 2010 ORANJEWOUD OOSTERHOUT Beneluxweg AA Oosterhout HEERENVEEN DEVENTER ALMERE CAPELLE A/D IJSSEL OOSTERHOUT RIJSWIJK postbus 40 tel. (0162) fax (0162)

42

43 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 2 Standaardregels (separaat)

44 Handboek digitale bestemmingsplannen

45 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 3 Beheerlijst handboek

46 Handboek digitale bestemmingsplannen

47 Bijlage 3: Beheerlijst Handboek Datum ontvangst Aanvrager Gewenste wijziging met onderbouwing (incl. Plan ID) Verwerkt ja/nee Datum

48

49 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 4 Overzicht wijk- en buurtindeling gemeente Hellevoetsluis

50 Handboek digitale bestemmingsplannen

51

52

53 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 5 Standaard inhoudsopgaven

54 Handboek digitale bestemmingsplannen

55 Inhoudsopgave voor bestemmingsplannen en ruimtelijke onderbouwingen 1. Inleiding 1.1 Aanleiding 1.2 Doelstelling 1.3 Leeswijzer 2. Bestaande situatie 2.1 Algemeen 2.2 Ligging en begrenzing plangebied 2.3 Beschrijving huidige situatie plangebied 2.4 Vigerende regeling 3. Planbeschrijving 4. Beleidskaders 4.1 Inleiding 4.2 Beleid Rijksbeleid Provinciaal en regionaal beleid Gemeentelijk beleid 5. Omgevingsaspecten 5.1 Milieu Geluid Bedrijven en milieuzonering Bodem Flora en fauna Luchtkwaliteit Externe veiligheid 5.2 Archeologische en cultuurhistorische waarden 5.3 Watertoets 5.4 Verkeer en parkeren 6 Economische uitvoerbaarheid 7. Handhaving (Wabo) 8. Juridische planopzet 8.1 Algemene opzet 8.2 Toelichting op de verbeelding 8.3 Bestemmingen op verbeelding 8.4 Toelichting op de regels 9. Overleg 9.1 Inspraak 9.2 Overleg 9.3 Vaststellingsprocedure Bijlagen Bijlage 1: Verslag informatieavond Bijlage 2: Brief Waterschap Hollandse Delta Bijlage 3: Brief VROM-Inspectie Bijlage 4 etc. diverse onderzoeken

56

57 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 6 Handleiding goede ruimtelijke onderbouwing

58 Handboek digitale bestemmingsplannen

59 Ruimtelijke onderbouwing bij afwijking van bestemmingsplannen Als een initiatief niet past in het van toepassing zijnde bestemmingsplan, dan is deze te realiseren door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning. Het betreft hier dan een aanvraag om omgevingsvergunning op grond van artikel lid 1, onder a 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo). Voorheen de artikel 19 WRO procedure en projectbesluit. De aanvraag om omgevingsvergunning dient vergezeld te gaan van een goede ruimtelijke onderbouwing. Doel van deze onderbouwing is aan te tonen dat alle ruimtelijk relevante aspecten zijn meegewogen en dat het initiatief niet in strijd is met de goede ruimtelijke ordening. In deze handleiding wordt aan de hand van een inhoudsopgave de structuur van een goede ruimtelijke onderbouwing zichtbaar gemaakt. Deze toont gelijkenis met de structuur van een bestemmingsplantoelichting, aangezien in principe dezelfde planologische afwegingen worden gemaakt. Met deze handleiding wordt getracht een volledige opsomming te geven van relevante onderwerpen. De omgevingsaspecten moeten veelal gebaseerd zijn op verrichte onderzoeken. De betreffende onderzoeksrapporten wensen wij ook ter beoordeling te ontvangen. De gemeente verwacht dat er voorafgaand aan de indiening van een aanvraag om omgevingsvergunning al sprake is van een ambtelijk akkoord op de ruimtelijke onderbouwing, dat de benodigde inspraakprocedure is afgerond en dat er een overeenkomst met de gemeente is gesloten. Inhoud van de ruimtelijke onderbouwing Met deze handleiding wordt getracht een volledige opsomming te geven van relevante onderwerpen. De omgevingsaspecten moeten veelal gebaseerd zijn op verrichte onderzoeken. De betreffende onderzoeksrapporten wensen wij ook ter beoordeling te ontvangen. Inleiding Aanleiding en Doelstelling ruimtelijke onderbouwing Omschrijving project (waaronder o.a. projectonderdelen en programma) Stedenbouwkundige verantwoording van de overschrijding, waarbij tevens wordt ingegaan op de inpassing van het project in de omgeving (Kanttekening: de gemeente zet de afwijkingsprocedure pas in gang nadat een positief welstandsadvies is afgegeven) Bestaande situatie Algemeen Ligging en begrenzing plangebied Beschrijving huidige situatie plangebied Vigerende regeling Beleidskaders Inleiding Beleid Rijksbeleid: Beschrijving van het relevante beleid van het Rijk ( conclusie vermelden of project conform beleid is dan wel overschrijdingen benoemen); Provinciaal en regionaal beleid: Beschrijving van het relevante beleid van de provincie ( conclusie vermelden of project conform beleid is dan wel overschrijdingen benoemen) ook provinciale verordening; Gemeentelijk beleid:

60 Beschrijving van het relevante beleid van de gemeente ( conclusie vermelden of project conform beleid is dan wel overschrijdingen benoemen) dit is ook bepalingen bestemmingsplan en overschrijdingen bestemmingsplan Omgevingsaspecten Milieu Geluid Bedrijven en milieuzonering Bodem Flora en fauna Luchtkwaliteit Externe veiligheid Archeologische en cultuurhistorische waarden Watertoets Verkeer (ontsluiting en parkeren ) Economische uitvoerbaarheid Financiering van het project op hoofdlijnen: de Initiatiefnemer is verantwoordelijk voor de financiering van het project. In sommige grote projecten wordt voorafgaand aan de planologische procedure een financiële haalbaarheidsanalyse gevraagd aan de initiatiefnemer. Deze analyse laat de gemeente dan beoordelen. Ontwikkelings- en realisatieovereenkomst tussen de gemeente en de initiatiefnemer, waarin onder andere dient te worden opgenomen: - Regeling planschadevergoeding: Uitgangspunt is dat de gemeente en de initiatiefnemer een verhaalsovereenkomst voor planschadevergoeding aangaan. Hiermee is de economische uitvoerbaarheid op dit punt afdoende gewaarborgd. In de ruimtelijke onderbouwing kan dan ook worden volstaan met een verwijzing naar deze verhaalsovereenkomst. Om inzicht te krijgen in de reikwijdte van de verhaalsovereenkomst kan het voor de initiatiefnemer wenselijk zijn om een risicoanalyse te laten opstellen naar eventuele planschade. - Indien het plan Grex-plichtig is dan dient dit opgenomen te worden in de samenwerkingsovereenkomst. (Art lid 2 Wro jo art Bro) Overleg Resultaten inspraak en overleg met andere overheden en instanties (dit is voor aanvang van de procedure nog niet aan te geven. Hier kan dan ook worden volstaan met een PM-vermelding). Inspraak Op grond van het Inspraakdocument Ruimtelijke projecten en plannen van de gemeente Hellevoetsluis in het kader van het stedenbouwkundig plan of het bouwplan gedaan; Wettelijk vooroverleg Op grond van artikel 6.18 van het Besluit omgevingsrecht (Bor) wordt artikel van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) van toepassing verklaard. Dit betekent dat er bij de voorbereiding van de GRO overleg moet worden gepleegd met de besturen van betrokken gemeenten en waterschappen en met de diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in de GRO in het geding zijn. Samenvatting en conclusie Samenvattende afweging van het relevante overheidsbeleid Samenvattende afweging van de in het geding zijnde belangen Conclusie ten aanzien van het verlenen van een omgevingsvergunning artikel lid 1, onder a, onder 3 van de Wabo

61 Bijlagen Bijlagen zoals bijvoorbeeld: onderzoeksrapporten en overlegreacties: Plankaart/Verbeelding De plankaart/verbeelding heeft niet dezelfde verplichting als onder het projectbesluit. Dit betekent dat er geen verbeelding op ruimtelijkeplannen.nl hoeft te worden geplaatst maar een kaart met daarop een aanduiding van een grijs vlak van het plangebied waarbij er een link is naar het besluit, waarin de GRO is geïntegreerd of als bijlage toegevoegd zoals is omschreven bij de digitaliseringsvereisten. Daarnaast wordt een link gemaakt naar het vigerende digitale bestemmingsplan. Digitaliseringsvereisten Elke kennisgeving van een omgevingsvergunning die is verleend met toepassing van artikel 2.12, eerste lid, onder a 3 van de Wabo dient beschikbaar te worden gesteld conform de vereisten zoals die zijn vastgelegd voor projectbesluiten in IMRO2008 en STRI2008. De werkwijze is vooruitlopend op aanpassing van de Ministeriële Regeling standaarden ruimtelijke ordening toegelicht in een werkafspraak (Geonovum, september 2010) In de werkafspraken RO Standaarden vs. Wabo is uitdrukkelijk bepaald dat er geen andere documenten aan het besluitgebied gekoppeld mogen worden dan het Besluitdocument zelf. Ook niet een ruimtelijke onderbouwing als toelichting gekoppeld aan het besluitgebied. Het kan niet de bedoeling van de wetgever zijn geweest dat de GRO via ruimtelijke plannen.nl niet kan worden geraadpleegd. Daarom kan gekozen worden voor de praktische oplossing door de GRO in zijn geheel in het Besluitdocument op te nemen, hetzij door deze te integreren in het besluit van B&W, hetzij door deze als bijlage in het besluit op te nemen. In een later stadium kan worden bezien van welke mogelijkheid gebruik wordt gemaakt. Dit kan mede afhankelijk zijn van de mogelijkheden van RoBeheer van Crotec (verwachting implementatie begin 2011). Het handboek bestemmingsplannen is van toepassing. Het dient te worden toegepast om te komen tot een eenduidigheid van ruimtelijke onderbouwingen binnen de gemeente Hellevoetsluis en voor het samenstellen van de identificatiecode voor het digitaal aanleveren en beschikbaar stellen. Hellevoetsluis, december 2010 BRM

62

63 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 7 Beleidskader gemeente Hellevoetsluis

64 Handboek digitale bestemmingsplannen

65 Beleidskader gemeente Hellevoetsluis Europees beleid Indien relevant Rijksbeleid Nota ruimte 2006 Realisatieparagraaf 2008 Amvb Ruimte Nationaal Bestuursakkoord Water - Actueel 2008 Waterwet Flora- en Fauna wet Provinciaal beleid Structuurvisie op Zuid Holland 2010 Verordening ruimte 2010 Uitvoeringsagenda structuurvisie Provinciale Ecologische Hoofdstructuur (PEHS) Provinciaal Waterplan Zuid-Holland Provinciaal detailhandelsbeleid Regionaal beleid Ruimtelijk Plan Regio Rotterdam 2020 (RR2020) Beleidskader stedelijke vernieuwing stadsregio Rotterdam Structuurvisie Retail & Leisure Sub-regio beleid Regionale Gebiedsvisie Voorne Putten Rozenburg Masterplan Recreatie & Toerisme Voorne-Putten/ Rozenburg 2003 Gemeentelijk beleid Watervisie Hellevoetsluis 2030 Fase 1 Waterplan Maatregelenplan Water Hellevoetsluis 2008, Fase 2 Kadernota Detailhandel 2011 Geluidsbeleidsplan Beleidsplan luchtkwaliteit Milieustructuurplan Flora- en Faunaonderzoek gemeente Hellevoetsluis deel 1 en Plantoetsing ecologie 2009 Nota ruimtelijke kwaliteit 2010 Klimaatbeleidsplan Beleidsvisie Externe Veiligheid Nota prostitutiebeleid 2007 Woonvisie Hellevoetsluis , actualisering Structuurplan Hellevoetsluis Groenstructuurplan ) Economische beleidsnota Horecavestigingsbeleid Kadernota economie Notitie standplaatsen en ventbeleid 2007 Kadernotitie Toerisme en Recreatie 2008

66

67 Handboek digitale bestemmingsplannen Bijlage 8 Lijst contactgegevens overlegpartners

68 Handboek digitale bestemmingsplannen