Fit Gap Analyse MijnHvA en De Nieuwe DLO

Transcriptie

1 Fit Gap Analyse MijnHvA en De Nieuwe DLO Redacteur: Paul den Hertog Opdrachtgevers: Ria Bruins en Aart Schouten Versie: v1.1 Datum: 23 november 2017

2 Versiebeheer versie datum auteur wijziging v PdH Initiële versie, gedeeld met AS, TM, ML en MF ter review v0.1b PdH Semantiek bijgewerkt v PdH Review Aart Schouten en Michiel Feij verwerkt v PdH Review Tine de Mik en Manoek Los verwerkt v PdH Resultaten COM Onderzoek Informatievoorziening aan hoofdstuk Eindgebruikerservaring en Functionaliteit toegevoegd v PdH Nieuw Governancemodel en laatste opmerkingen Manoek Los toegevoegd v PdH FitGap Analyse PvEW toegevoegd in bijlage V PdH Aanvullingen en opmerkingen Ria Bruins verwerkt V PdH Onderscheid DLO en LMS ten opzichte van MijnHvA en Studiedelen verscherpt. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 2

3 Inhoudsopgave Versiebeheer... 2 Inhoudsopgave... 3 Waarom een FitGap analyse voor de Nieuwe DLO... 4 Dimensies en belanghebbende actoren... 5 Dimensies... 5 Perspectieven... 5 Onderzoeksvraag... 6 Werkwijze Eindgebruikerservaring en Functionaliteit... 7 MijnHvA... 7 DLO Visie... 9 FitGap Technologie en integratie MijnHvA DLO Visie FitGap Bestuur en beheer MijnHvA DLO Visie FitGap Conclusies Fit Gap Bijlage 1: Bronnenlijst Bijlage 2: MijnHvA toptaken ontwerp Bijlage 3: Visie DLO Bijlage 4: SURF gegevensintegratie en standaarden Bijlage 5: FitGap Analyse PvEW FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 3

4 Waarom een FitGap analyse voor de Nieuwe DLO De visie op de Nieuwe DLO is vastgesteld in de periode dat de meeste faculteiten werkten met DLWO, gebaseerd op SharePoint Inmiddels zijn alle faculteiten gemigreerd naar de opvolger van DLWO, namelijk MijnHvA, gebaseerd op SharePoint MijnHvA geeft reeds ten dele invulling aan wensen en eisen die destijds in het visietraject zijn uitgesproken door studenten en docenten. Door middel van een FitGap analyse moet vastgesteld worden hoe de Nieuwe DLO en het huidige MijnHvA zich tot elkaar verhouden. De uitkomsten van deze analyse zijn richtinggevend aan de inrichting van het Programma Nieuwe Digitale Leeromgeving en de Europese Aanbesteding LMS die daarvan deel uitmaakt. Vanuit de geschetste perspectieven in de "MijnHvA Voordeuren" en de "DLO Visie" (zie bijlage voor bronnenlijst) kijkt de HvA naar het SP2013 landschap en de aanpalende systemen. We analyseren in hoeverre het huidige landschap in lijn is met de nieuwe DLO Visie en de eerder ontworpen MijnHvAVisie. De verschillen tussen de huidige omgeving en de beide visiestukken beschrijven de 'Gap' tussen de huidige en de gewenste situatie. Deze 'Gap' kan vervolgens vertaald worden in een geïntegreerde roadmap voor de nieuwe DLO en het huidige IVlandschap. De roadmap is een schets van activiteiten en veranderingen aan het IVlandschap die nodig zijn om de DLO visie te realiseren. De activiteiten kunnen worden toegevoegd aan het programma (omdat de scope en doelmatigheid dat rechtvaardigen), of als projecten worden belegd in het ICT projectportfolio. De schets dient daarmee als richtsnoer voor het programma DLO en onderdelen van het ICT projectportfolio. Om begripsverwarring te voorkomen en besluitvorming te ondersteunen is hieronder een definitie gegeven van de belangrijkste begrippen binnen dit programma. DLO (digitale leeromgeving) De DLO is de gebruikerservaring van de studenten en docenten als ze met de systemen van de HvA interacteren over hun onderwijs. De DLO is geen vastomlijnd samenstel van systemen of applicaties. De DLO is dat wat de studenten ervaren als de informatiesystemen van de HvA waarmee het onderwijs georganiseerd en gegeven wordt. Dit komt overeen met het idee achter MijnHvA voor studenten en docenten, maar komt niet overeen met de implementatie van MijnHvA in SharePoint. Dit betekent dat: DLO als concept onvoldoende praktische handvatten biedt om de precieze scope van het programma aan te duiden. Voor informatieanalisten is deze definitie te abstract. we duidelijk voor ogen moeten hebben tot welke doelgroep degene hoort met wie we over de DLO spreken. Portal, Intranet en SIS bijvoorbeeld voor een deel onderdeel zijn van de DLO. het DLO programma dus niet alle onderdelen van de DLO gaat vernieuwen. Kern en schil De DLO bestaat uit een vaste kern en een flexibele schil. De vaste kern omvat alle functionaliteit die standaard (vanuit centraal ) wordt aangeboden. Uitgangspunt is dat deze kern de hele onderwijscyclus ondersteunt. De flexibele schil vormt de keuzevrijheid van de faculteiten, opleidingen en docenten(teams) waarin aanvullende functionaliteit kan worden toegevoegd of functionaliteit uit de kern kan worden vervangen. Alle functionaliteit in de FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 4

5 kern wordt doorberekend in het vaste O&O tarief van ICTS, functionaliteit in de schil wordt direct doorberekend naar de opleiding. LMS (learning management system) Een LMS is een applicatie die onderwijseenheden en studenten ondersteunt bij het leren en het interacteren met medestudenten en docenten over het onderwijs. Bekend zijn bijvoorbeeld Blackboard, Moodle, Brightspace en Canvas. Dimensies en belanghebbende actoren Omdat de aanbesteding van het LMS onderdeel uitmaakt van de realisatie van een groter geheel, de DLO, moet ook de aanbesteding worden beschouwd in het licht van dat grotere geheel. De HvA Visie op de DLO is vergelijkbaar met de visie van SURF op de FPLO (Flexibele en Persoonlijke Leeromgeving). Beide bestaan uit een kernschilmodel, waarin bestofbreed applicaties zijn gekoppeld om samen de gewenste eindgebruikerservaring te leveren. Niet alle componenten van de DLO zijn per definitie onderdeel van de LMS aanbesteding, maar zaken als de koppelbaarheid van applicaties en de eindgebruikerservaring zijn dat nadrukkelijk wel omdat het LMS immers een belangrijk deel van de DLO vormt. Omdat de definitie van de DLO in zich heeft dat studieinformatie en applicaties voor leren als een integraal geheel worden ervaren, moeten verschillende componenten en informatiebronnen vanuit een multidisciplinair perspectief onder de loep genomen worden. Denk hierbij aan: portalfunctionaliteit, groeps, studievoortgang, curriculum en vakinformatie en de koppelvlakken voor integratie van de verschillende informatiesystemen. Ten aanzien van de onderwijslogistieke componenten is hiervoor binnen het DLOprogramma reeds een project gestart. Dimensies Er zijn drie dimensies te benoemen die in deze FitGap analyse onderzocht worden; 1. Eindgebruikerservaring en functionaliteit 2. Technologie en integratie 3. Bestuur en beheer Omdat de beschikbare onderzoeken die zich richten op de eindgebruikerservaring ook veel informatie bevatten over de functionaliteit zijn deze twee dimensies in deze FitGap analyse gecombineerd. De auteur van deze analyse heeft al wel kennis kunnen nemen van de voorlopige resultaten en deze verwerkt in de analyse. Perspectieven 1. Studenten 2. Docenten 3. Facultaire ondersteuners 4. Techniek 5. Governance De gekozen perspectieven corresponderen met de adviesgroepen die in het aanbestedingsproces hebben gewerkt aan het Programma van Eisen voor de aanbesteding FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 5

6 van het LMS. Iedere doelgroep stelt vanuit zijn rol weer andere eisen aan de DLO, maar alle zijn van belang bij het realiseren van een optimale eindgebruikerservaring. Onderzoeksvraag De centrale onderzoeksvraag is: Welke verschillen zie je tussen de ambities en de praktijk van vandaag? Uit de antwoorden op deze vraag volgen na analyse wensen en eisen ten behoeve van de aanbesteding van het LMS. Deze wensen en eisen zijn soms functioneel van aard, maar kunnen ook de gewenste integratie of eindgebruikerservaring beschrijven. De Architectuurcommunity kan vanuit haar professionele perspectief samen met de DLOprojectgroep benoemen welke componenten waar thuishoren. Sommige zaken moeten worden geborgd in de aanbesteding van het LMS als functionele eis, maar bijvoorbeeld integratievraagstukken kunnen ook eisen stellen aan het huidige landschap. De laatstgenoemde valt dan ook buiten de scope van de aanbesteding LMS, maar zal wel een plek moeten krijgen in de DLO roadmap en valt daarom binnen de scope van de FitGap analyse. Een concreet voorbeeld van een dergelijk integratievraagstuk is de notificatieservice (het MijnHvA belletje) dat berichten uit het LMS moet tonen in MijnHvA. Werkwijze De FitGap Analyse is uitgevoerd op basis van deskresearch aan de hand van interne en publiek beschikbare bronnen. Een complete bronnenlijst is opgenomen in de bijlage van dit document en zijn desgewenst op te vragen bij de auteur. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 6

7 1.Eindgebruikerservaring en Functionaliteit MijnHvA User Intelligence heeft in opdracht van de HvA in 2015 een "ontwerp hoofdnavigatie en voordeuren" opgesteld. In dit ontwerpdocument staat voornamelijk visueel uitgelegd hoe MijnHvA op effectieve wijze invulling kan geven aan de "toptaken" van studenten, docenten en stafmedewerkers. Het ontwerpdocument schetst een ideaalbeeld; er is ontworpen "wat we zouden moeten willen [...] vanuit de gebruikers en niet vanuit de huidige situatie, zonder rekening te houden met wel of niet technisch mogelijk is". Het ontwerp vormt een degelijk uitgangspunt voor de verdere ontwikkeling van MijnHvA als portaal, maar is vooral "ontworpen om te inspireren en niet om te implementeren [...] Veel onderdelen zullen verder bestudeerd moeten worden." (Bron #2) In de bijlage zijn een aantal schetsen opgenomen. In het Functioneel Ontwerp MijnHvA v3.0, door SharePoint consultants Rik Dekker en Marc de Best is begin 2016 vastgesteld op welke wijze de HvA de SP2013 omgeving wil inrichten. "Dit FO beschrijft de functionaliteiten van MijnHvA op de nieuwe SharePoint 2013 omgeving. Dit betreft functies anders dan de standaardsharepointfunctionaliteit. Naast de functionaliteiten wordt de navigatie beschreven. Bij elke functionaliteit wordt aandacht besteed aan de interface, de mobiele weergave, autorisatie en governanceaspecten en de voor dat onderdeel specifieke informatie. [...] Dit document is geschreven voor technisch ontwerpers, ontwikkelaars, gebruikers, testers en technisch en functioneel beheerders van MijnHvA/DLWO en hieraan gekoppelde systemen." (Bron #4) Het FO en bijbehorend addendum besteden betrekkelijk weinig aandacht aan de gewenste eindgebruikerservaring. De beschrijving van het ontwerp richt zich op de functionaliteit (wat het systeem kan) en niet op het eindgebruikers perspectief (hoe de gebruiker werkt met de beschikbare functionaliteit). Op zich is dit niet ongewoon en komt het vaker voor dat nonfunctionals zoals gebruiksgemak niet in een FO zijn beschreven. Een document dat de beoogde UX (user experience) van MijnHvA op SharePoint beschrijft is helaas niet beschikbaar. De functionaliteit van het onderdeel MijnHvAStudiedelen is in het document gedetailleerd beschreven. De kernfunctionaliteit betreft een beperkte leeromgeving waar een docent lesmateriaal kan uploaden (max. 200MB), berichten kan plaatsen, en het door studenten ingeleverde huiswerk op plagiaat kan controleren. De eindgebruikerservaring van MijnHvA is recentelijk onderzocht door Max Schouten en Yara van Schaik in opdracht van afdeling Communicatie. De onderzoeksresultaten van Van Schaik en Schouten zijn zonder twijfel richtinggevend voor de inrichting van de DLO in het algemeen en het LMS in het bijzonder. Met name de resultaten die betrekking hebben op het onderdeel MijnHvAStudiedelen, zijn van invloed op het Programma van Eisen van het LMS. De overige resultaten, met name op gebied van portalfunctionaliteit en communicatie, zullen buiten de scope van de aanbesteding van het LMS vallen. Dit neemt echter niet weg dat de zaken die buiten scope van het project vallen, wel degelijk opgepakt moeten worden. "Er zijn grote verschillen tussen de studenten per faculteiten. Zo heb je binnen de faculteiten verschillende opleiding die een totaal ander karakter kunnen hebben. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 7

8 Denk aan ICT en AMFI binnen FDMCI. Met elke specifieke groep studenten zou afzonderlijk gecommuniceerd moeten kunnen worden maar uit gesprekken met betrokkenen binnen de HvA blijkt het spreekwoordelijke schot hagel (het niet doelgroep gericht kunnen communiceren) meer regel dan uitzondering. Het gevolg hiervan is dat alle informatie naar alle studenten gaat waardoor veel relevante informatie ondersneeuwt en de effectiviteit van de communicatie daalt. Voor een effectieve manier van communiceren is het van belang dat de communicatie beter gericht wordt op de relevantie voor studenten. Studenten geven aan dat zij vooral geïnformeerd willen worden over roosters, afwezigheid van docenten, studiedelen en studieresultaten. Dit is allemaal informatie die direct te linken is aan de studie. Studenten geven aan dat zij minder geïnformeerd willen worden over culturele cursussen en evenementen vanuit de HvA, studieverenigingen, locaties, beschikbaarheid studieplekken en sportactiviteiten. Uit de panelgesprekken blijkt dat de studenten deze informatie niet kunnen koppelen aan hun studie waardoor ze de informatie als minder relevant ervaren. Ook geven de studenten in de panelgesprekken aan dat zij vaak informatie tegenkomen die niet relevant is voor hen. Wat opvalt is dat de studenten naast studiegerelateerde informatie ook aangeven geïnformeerd te willen worden over evenementen en arbeidsmarktperspectieven uit het vakgebied waarvoor zij studeren. Studenten in de panelgesprekken gaven ook aan geïnteresseerd te zijn in extra informatie zolang de informatie maar relevant is voor de opleiding. Vakgebied informatie is dus z n soort informatie waar de student in geïnteresseerd is naast studiegerelateerde informatie. Op zowel opleiding als HvA niveau zijn de studenten ontevreden over de vindbaarheid van de informatie. Op opleidingsniveau zijn studenten ontevreden over de vindbaarheid van inleverdeadlines, afwezigheid docenten, reglementen en OER, examencommissie en boekenlijsten en studiemateriaal. Dit is juist wel de informatie die de studenten belangrijk vinden. Als we kijken naar de vindbaarheid van de informatie vanuit de HvA dan zien we dat studenten tevreden zijn over de vindbaarheid van campusinformatie en nieuws en mededingen vanuit de HvA. Studenten zijn echter ontevreden over de vindbaarheid van informatie over (her) inschrijving en (ICT)voorzieningen. Over het algemeen kan gezegd worden dat nieuws en mededelingen goed vindbaar zijn voor zowel de opleidingen als de HvA en dat informatie die cruciaal is voor de studie (zoals inleverdeadlines en studiemateriaal) niet goed vindbaar is. Terwijl dit wel belangrijke informatie is voor de studenten. MijnHvA en HvA zijn de meest gebruikte middelen onder studenten. Daarnaast valt op dat 80% van de studenten ook WhatsApp gebruikt voor studiegerelateerde zaken door in groepsapps met klasgenoten en met docenten te communiceren. Dit sluit aan bij de conclusie dat studenten een vorm van interactie willen. Nu biedt de HvA dit niet aan en gaan de studenten opzoek naar een eigen manier van interactie. Er is echter wel een voorbeeld van een faculteit dat wel interactie mogelijk maakt op MijnHvA. Sinds 2013 heeft de faculteit Techniek MijnHvA in gebruik en zij stellen de Nieuwsfeed ter beschikking aan de studenten. Dit is terug te zien in de waardering per faculteit voor MijnHvA. Uit het onderzoek blijkt dat de studenten van de faculteit FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 8

9 techniek een hoger tevredenheidspercentage hebben in vergelijk met de andere faculteiten. Kijkend naar het gebruik van de middelen door de studenten vallen een aantal dingen op. Zo worden MijnHvA en de AZlijst vooral gebruikt om studiegerelateerde informatie te vinden en de MijnHvApp vooral voor roosterinformatie. Voor het inleveren van opdrachten en het zoeken naar studiemateriaal op studiedelen wordt MijnHvA gebruikt en er kan ook geconcludeerd worden uit de enquête dat MijnHvA niet gebruikt wordt als startpunt naar de andere middelen en dat de werking van MijnHvA niet voor alle studenten duidelijk is. Een belangrijk kanaal voor de Hogeschool van Amsterdam, namelijk de studiegids, wordt maar door 43.6% van de studenten gebruikt. Dit kan komen doordat veel van de informatie uit de studiegids ook te vinden is op MijnHvA onder studiedelen. Een kwart geeft aan ontevreden te zijn over MijnHvA. Dat een kwart ontevreden is kan liggen aan het feit dat studenten aangeven dat het personaliseren, doorschakelen naar andere applicaties en het vinden van de studiedelen op MijnHvA niet duidelijk is. De vindbaarheid van studiedelen is een klacht die vaak voorkwam in het onderzoek. Studenten geven aan dat veel van de informatie die zij zien, niet relevant is voor hun en dat relevantie informatie niet goed vindbaar is. Relevante informatie voor de student gaat over roosters, docenten, studiemateriaal en studieresultaten. Voor MijnHvA beveel ik aan om deze te positioneren als het belangrijkste communicatiemiddel dat fungeert als toegangspoort tot alle informatie die de student nodig heeft. Dit om ervoor te zorgen dat MijnHvA wordt gebruikt zoals het bedoeld is." (Bron #14) DLO Visie Flexibele Schil In de flexibele schil is ruimte voor de aanvullende, specifieke functionaliteiten die in de vaste kern niet of slechts in 'lightvariant' beschikbaar zijn. Deze extra's worden aangeboden aan de docent en student via een appstore. Bijvoorbeeld het eenvoudig beschikbaar maken van Webcolleges, maar ook MOOCs, videoapplicaties als Mediasite, toetsapplicaties als QMP (red. Testvision) en samenwerkingsapplicaties kunnen laagdrempelig worden ingezet. De appstore zorgt ervoor dat het geheel aan systemen door eindgebruikers flexibel is in te zetten. Door het koppelen van de systemen ontstaat voor de eindgebruiker een prettige userexperience omdat het geheel (kern & schil) ervaren wordt als e e n geïntegreerde omgeving. Een (formatieve) toets die bijvoorbeeld beschikbaar is in Questionmark Perception (red. Testvision) kan zo rechtstreeks worden aangeboden aan de student in de DLO. Tenslotte biedt een flexibele schil de mogelijkheid om per vak/opleiding/faculteit te differentiëren in de toepassing van onderwijsapplicaties. (Bron #5) "Het succes van een digitale leeromgeving is sterk afhankelijk of en hoe de docenten en studenten de onderstaande zaken terugvinden in het DLO: FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 9

10 Flexibiliteit; sluit de DLO soepel aan op de behoeften van de docent en student en is de DLO als legoblokken eenvoudig op te bouwen en af te breken? Openheid; kunnen studenten en docenten open maar ook veilig samenwerken met andere studenten, docenten en de buitenwereld? Personalisatie; in hoeverre is de informatie die ik krijg afgestemd op mijn gebruik en behoefte als persoon? En kan ik dat zelf instellen of aanpassen? Intuïtief gebruik; kan ik eenvoudig mijn weg erin vinden en inzet van functionaliteit wijst zich bijna vanzelf? Rijkheid aan functionaliteit; ondersteunt de DLO alle primaire onderwijsactiviteiten en kan het aansluiten op nieuwe didactische leermodellen? Gemak; bijvoorbeeld één keer inloggen, eenvoudig zoeken en vinden Efficiëntie: basisgegevens altijd integer en waar nodig eenvoudig beschikbaar; Cocreatie; docent, buitenwereld en student geven samen vorm aan de leeromgeving; De nieuwe normaal; is de DLO voldoende aangesloten op digitale functionaliteit die we gewend zijn in de wereld buiten de DLO, bijvoorbeeld qua opslag, synchronisatie en communicatie? Hoe meer de DLO aan deze verwachtingen kan voldoen, hoe groter de kans dat de DLO ervaren wordt als uitstekende ondersteuning voor het creëren van een leeromgeving die de primaire onderwijsactiviteiten goed ondersteunt. De realisatie van de digitale leeromgeving tot op heden loopt achter op deze genoemde verwachtingen, zoals onder meer blijkt uit de enquête en workshopresultaten" (Bron #5) FitGap Samenvattend is DLO behalve een vakomgeving (LMS) ook een van de belangrijkste communicatiemiddelen voor studenten (en docenten). Die rol vervult MijnHvA nu. Studenten zijn vooral te vinden op de studiedelenpagina s binnen MijnHvA. Daar is georganiseerd dat studenten informatie uit andere bronnen niet mislopen door onder meer geïntegreerde en gepersonaliseerde actuele berichten (nieuws, mededelingen en agenda van verschillende afzenders) en bijvoorbeeld het tonen van studiegidsvelden op de studiedeelpagina van MijnHvA. Als het LMS uit de MijnHvA omgeving gehaald wordt, dan is die geïntegreerde berichtgeving niet meer mogelijk. Daarmee is een belangrijk aandachtspunt: oplossen dat de links met de andere bronnen voor interne communicatie opnieuw gelegd worden. Belangrijke uitganspunt daarvoor is: enkele bron van needtoknow informatie. Op gebied van alle leidende principes uit de DLO Visie (in de paragraaf hierboven) geven de onderzoeksresultaten van het huidige MijnHvA concrete aanleiding tot vervolgstappen op gebied van eindgebruikerservaring en functionaliteit. De DLO Visie beschrijft een LMS als centrale hub van het studielandschap. Het verschil in functionaliteit tussen een LMS en MijnHvAStudiedelen is substantieel. Een modern LMS biedt een groot aantal communicatiemogelijkheden en (didactische) voorzieningen die in SharePoint niet beschikbaar zijn. Een uitputtende lijst hiervan is opgenomen in bijlage 5. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 10

11 De belangrijkste 10 zijn: 1. Koppelbaarheid met didactische tool (LTI) 2. Management van de courses gaat natuurlijker (verschillende instanties van een vak voor verschillende blokken/jaren, archivering/dossier opbouw beter geregeld, enz) 3. Systeem gebruiken waar het voor ontwikkeld en geoptimaliseerd is 4. Ingebouwde functie voor formatief toetsen en het uitzetten van quizzes 5. Blokboek/studiehandleiding geïntegreerd in vakomgeving 6. Inleveren en nakijken (op het scherm of met audio/video feedback) 7. Peerfeedback 8. Ingebouwd (of eenvoudig aan te sluiten) eportfolio systeem 9. Gepersonaliseerd aanbieden van leercontent 10. Ingebouwde mogelijkheid learning analytics te gebruiken De vastgestelde 'Gap' op het gebied van Functionaliteit en Eindgebruikerservaring is het verschil in functionaliteit tussen MijnHvAStudiedelen en de vakomgeving van de DLO (het LMS), zoals uitgewerkt in bijlage 5. het verschil in eindgebruikerservaring tussen het huidige MijnHvA platform (zoals onderzocht door Van Schaik en Schouten) en de ervaring zoals beoogd in de DLO visie. Functionaliteit ten behoeve van de geïntegreerde en gepersonaliseerde actuele berichten (nieuws, mededelingen en agenda van verschillende afzenders) en bijvoorbeeld de integratie van studiegidsvelden op de studiedeelpagina van MijnHvA is van het grootste belang. De reeds gerealiseerde koppelingen moeten blijven werken nadat MijnHvA Studiedelen is vervangen voor een nieuw LMS. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 11

12 2.Technologie en integratie MijnHvA De MijnHvAStudiedelen en bijbehorende voorzieningen worden in de nieuwe DLO vervangen door het LMS. In het MijnHvAFO staan deze gedetailleerd beschreven, hieronder volgt een beknopt overzicht van de geïntegreerde voorzieningen; MijnHvAStudiedeelsites en subsites a) Studiedeel 'volg'systeem en studiedeelkiezer webpart b) Studiedeel inleverbox met plagiaatscanner c) Studiedeel mededelingen formeel (door docenten) d) Studiedeel nieuwsfeed informeel (door alle deelnemers aan het studiedeel) e) Studiedeel bestanden (max 200MB per stuk) Diverse functionaliteiten en events in MijnHvA genereren berichten voor eindgebruikers. In het MijnHvAFO is een notificatieservice (het belletje) beschreven die gebruikers informeert over nieuwe berichten. Alle nieuwsmededelingen en agendaitems worden opgerold op de startpagina. DLO Visie De DLO visie komt overeen met de SURF FPLO visie op gebied van open standaarden met betrekking tot integratie en is opgebouwd conform het HORA model (Bron #11). Nb. deze afbeelding is overgenomen van SURF, de getoonde applicaties zoals edutrac, Bootstrap en Blackboard worden hier slechts als voorbeeldcomponenten gebruikt. De HvA gebruikt Oracle Campussolutions als SIS en SharePoint als portaal en LMS. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 12

13 In deze illustratie zijn de studiedeelsites ondergebracht in het LMS en worden berichten en notificaties (via APItechnologie) doorgestuurd naar een integratielaag. Het aanwezige portal 'luistert' naar deze integratielaag en maakt berichten uit het LMS beschikbaar via de notificatieservice in het portal. FitGap De HvA kiest in de DLO visie voor het werken met Open Standaarden die door SURF worden aanbevolen. Daarnaast is gekozen voor een persoonlijke en flexibele leeromgeving. De huidige SharePoint technologie maakt niet altijd gebruik van open standaarden. In het bijzonder de wijze waarop de zoekfunctionaliteit en notificaties in het portal worden gefaciliteerd behoeft daardoor extra aandacht. Het is evident dat studenten en docenten vandaag en in de toekomst willen beschikken over één centrale plek waar alle berichtgeving wordt geaggregeerd, maar de wijze waarop dit na aanbesteding gerealiseerd kan worden vereist nader onderzoek. De resultaten van dit onderzoek moeten voorafgaand aan de LMS PoC beschikbaar zijn. De huidige leverancier van het portal zal moeten verbinden met de API om de berichten uit het LMS en intranet te bundelen in één persoonlijk en flexibel notificatiesysteem. Omdat LMS en integratielaag centraal staan in de visie op de DLO kunnen deze eisen stellen aan het portaal, maar omgekeerd is dit niet het geval. Het portaal mag volgens de opgestelde architectuurprincipes geen eisen stellen aan het LMS. (Bron #6) De HvA kiest in de DLO visie voor bestofbreed oplossingen voor de componenten zoals beschreven in het SURF Applicatielandschap op de vorige pagina. Het DLWO concept waarin zoveel mogelijk op basis van hetzelfde technologieplatform wordt gewerkt, is vervangen voor een flexibel landschap waarin deelfunctionaliteit is ondergebracht in losse componenten van verschillende leveranciers. De vastgestelde 'Gap' omvat de mogelijkheid te kunnen werken met Open Standaarden voor integratie en berichtgeving (Bron #3) en beschrijft een flexibele bestofbreed omgeving in plaats van een onesizefitsall platform. De impact van deze Gap is niet gering, het betekent dat intranet en portalfunctie ook aangepast of vervangen moeten worden. Hoe deze aanpassing of vervanging te organiseren (in roadmap) wordt nader onderzocht, binnen project 841 Ketenanalyse Onderwijslogistiek. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 13

14 3.Bestuur en beheer MijnHvA De governance van MijnHvA is niet eenvoudig, omdat het platform diverse belangrijke systemen omvat en veel disciplines betrokken zijn bij het beheer van zowel content als technologie. De oplevering van het MijnHvA project ging gepaard met een voorstel voor de inrichting van de governance. "Voor HvAbrede processen en systemen is geen standaard Governance ingericht binnen onze hogeschool. Bij faculteitsoverstijgende processen is het zoeken naar eigenaarschap en besluitvorming. Dat wordt vaak opnieuw uitgevonden. Governance MijnHvA gebaseerd op Studiegids Deze blauwdruk heeft niet de ambitie om tot een volledig nieuwe aanpak te komen, die als voorbeeld dient voor de rest van de HvA. Wél is de insteek is pragmatisch: om nu de grootste knelpunten in het beheer van MijnHvA op te lossen. Het laat bestaande structuren intact, maakt gebruik van best practice, en pleegt twee interventies om tot een meer integrale aanpak te komen. De impact op de bestaande organisatie is minimaal. Implementatie van deze Blauwdruk: De Stuurgroep vraagt opdrachtgevers Paul Helbing en Bert Voorbraak om met een implementatieplan te komen en dat te bespreken met het BVO. Aanbeveling voor vervolg: Daarnaast doet dit project de aanbeveling aan het CvB om een traject te starten met procesdeskundigen om een methode te ontwikkelen hoe om te gaan met het efficiënt aansturen van HvAbrede processen en systemen. Er is een begin gemaakt met het in FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 14

15 kaart brengen van systeemeigenaren, maar dat is nog niet aangevuld met definities van proceseigenaren, diensteigenaren en inhoudelijk eigenaren. Het voorkomt veel onduidelijkheid en inefficiënte parallelle besluitvorming om dat goed uit te werken." (Blauwdruk_Governance_MijnHvA_def_februari 2017) DLO Visie Cruciaal is het realiseren van het adaptieve vermogen van de DLO en de ondersteunende organisatie(s). Het onderwijslandschap en de ondersteunende ICTmiddelen zijn continu in beweging, en zullen dat ook blijven: internet, smartphones, social media, 4G en High Density WIFI. De verwachting is dat deze ontwikkelingen de komende jaren sneller maar ook net weer anders gaan dan we nu kunnen voorzien. In geval van onderwijsuitvoering bijvoorbeeld zal blended learning enerzijds steeds meer gemeengoed worden en tegelijkertijd ook op onvoorspelbare wijze blijven ontwikkelen. Ook is de verwachting dat trends zoals personalisatie, multidisciplinaire adhoc samenwerkingsverbanden en big data (lees: learning analytics) zich in rap tempo zullen blijven ontwikkelen. Dit vraagt om voortdurende adaptie en flexibele inzet van de digitale leeromgeving. Adaptief vermogen van de DLO is dus cruciaal wanneer we jaren vooruit kijken. Een adaptief DLO moet snel nieuwe applicaties, communicatievormen, technologiee n en media kunnen toevoegen. Hetzelfde geldt voor het afstoten van applicaties of tools die niet meer gewenst zijn. Adaptief veronderstelt ook het voortdurend verbeteren van de beschikbaarheid van de basisgegevens, personalisering en gebruiksgemak. De kern biedt naast de ondersteuning van de hoofdprocessen ook de mogelijkheid om bronnen (content) en applicaties op te nemen uit de schil ; de appstore. Onderdelen van de kern kunnen dus eenvoudig vervangen worden (en dus naadloos aansluiten op) door een best of breed oplossing uit de schil. Denk hierbij aan functionaliteit voor bijvoorbeeld formatief toetsen, grading, studentbegeleiding, learning analytics, et cetera. Dit betekent in de praktijk dat een docent kan kiezen om gebruik te maken van de standaard (eenvoudige) quizmodule in de kern, of van Questionmark Perception in de schil. De student zal in de praktijk het verschil niet merken omdat de apps in de schil geïntegreerd zijn met de kernapplicatie." (Bron #5) FitGap Wanneer we de gewenste eindgebruikerservaring centraal stellen en bovenstaande paragraaf uit de DLO visie lezen, kunnen we constateren dat we op gebied van governance en beheer kritisch zullen moeten kijken naar de huidige praktijk. Wensen uit het primair proces veranderen in een toenemend tempo en de ondersteunende organisatie zal hierop in een passend tempo moeten kunnen inspelen. De DLO Visie stelt de student centraal, waarbij de docent bepaalt hoe er gewerkt wordt. Dit betekent dat de docent in staat moet zijn om zijn onderwijs in de DLO zelf naar wens in te richten, zonder tussenkomst van beheerders. Het proces dat in het governancevoorstel van MijnHvA is opgenomen biedt het multidisciplinaire perspectief dat nodig is om de omgeving in te richten, hetgeen leidt tot de omgeving waarin de docent en student prettig kunnen werken. We realiseren een nieuwe omgeving die flexibeler is dan het huidige MijnHvA en moeten er daarom alert op zijn dat de ondersteunende processen dezelfde gewenste mate van flexibiliteit blijven bieden. De FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 15

16 aanbevelingen t.a.v. de MijnHvA governance gelden dan ook onverkort voor de nieuwe DLO, met flexibiliteit als bijzonder aandachtspunt. Vanuit governance en beheers perspectief is een 'gap' te benoemen tussen MijnHvA en DLO. Op gebied van architectuur, portofolio en contractmanagement moeten zaken mogelijk anders worden georganiseerd als gevolg van implementatie van het kernschil model. De consequentie is immers dat de HvA niet langer werkt met één groot systeem, maar met een grotere hoeveelheid kleinere systemen. De nieuwe DLO biedt studenten, docenten en opleidingen een toegenomen mate van keuzevrijheid. In verhouding tot het huidige MijnHvA betekent dit dat het beheer van de leeromgeving in de toekomst inhoudelijk en procesmatig zal veranderen als gevolg van de transitie van managed hosting naar softwareasaservice (SaaS). Hierbij komt het beheeraccent te liggen op koppeling van systemen en contractbeheer. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 16

17 Conclusies Fit DLO en MijnHvA liggen op visie niveau duidelijk in elkaars verlengde. Er is al een stevige aanzet gedaan ten behoeve van het inrichten van multidisciplinair beheer en bestuur. Gap De vastgestelde 'Gap' op het gebied van Functionaliteit en Eindgebruikerservaring is a) het verschil in functionaliteit tussen MijnHvAStudiedelen en de vakomgeving van de DLO (het LMS), zoals uitgewerkt in bijlage 5. De belangrijkste 10 functionaliteiten zijn: 1. Koppelbaarheid met didactische tool (LTI) 2. Management van de courses gaat natuurlijker (verschillende instanties van een vak voor verschillende blokken/jaren, archivering/dossier opbouw beter geregeld, enz) 3. Systeem gebruiken waar het voor ontwikkeld en geoptimaliseerd is 4. Ingebouwde functie voor formatief toetsen en het uitzetten van quizzes 5. Blokboek/studiehandleiding geïntegreerd in vakomgeving 6. Inleveren en nakijken (op het scherm of met audio/video feedback) 7. Peerfeedback 8. Ingebouwd (of eenvoudig aan te sluiten) eportfolio systeem 9. Gepersonaliseerd aanbieden van leercontent 10. Ingebouwde mogelijkheid learning analytics te gebruiken b) het verschil in eindgebruikerservaring tussen het huidige MijnHvA platform (zoals onderzocht door Van Schaik en Schouten) en de ervaring zoals beoogd in de DLO visie. De vastgestelde 'Gap' op gebied van Technologie en Integratie omvat de mogelijkheid te kunnen werken met Open Standaarden voor koppeling, integratie en applicatieoverstijgende berichtgeving en beschrijft een flexibele en modulaire kernschil omgeving in plaats van een onesizefitsall platform. De vastgestelde 'Gap' op gebied van Governance en Beheer omvat het kernschil model in plaats van een onesizefitsall platform. Deze keuze behelst een grotere invloed van studenten en docenten op de inrichting van de leeromgeving en de applicaties waarmee gewerkt wordt in het primair proces. De HvA visie op de Digitale Leeromgeving vertoont zeer grote overeenkomsten met het voordeurenontwerp van MijnHvA, dat is opgesteld door User Intelligence. Zowel de visie op de DLO als de onderzoeksresultaten van Schouten en Van Schaik geven aan dat een prettige eindgebruikerservaring en begrijpelijke informatiearchitectuur de meest belangrijke vereiste is die studenten en docenten aan de DLO stellen. De didactische toolkit die beschikbaar FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 17

18 komt met de introductie van een LMS stelt de HvA in staat om invulling te geven aan haar ambities op gebied van blended learning en persoonlijk en flexibel onderwijs. Ook onlinecursussen door de HvA Academy of bijvoorbeeld een SKC zijn met het LMS adequaat te ondersteunen. Met de huidige leeromgeving die gebaseerd is op SharePoint Studiedelen, is dit niet mogelijk. Het vervangen van een onesizefitsall platform voor een modulaire omgeving is noodzakelijk om de gewenste mate van flexibiliteit te kunnen bieden, maar is tevens complex als gevolg van de sterke mate waarin de diverse SharePoint componenten vandaag met elkaar zijn verweven. De roadmap die de transitie van onesizefitsall naar kernschil beschrijft verdient daarom bijzondere aandacht. Daarnaast wordt aandachtig stilgestaan bij de gewenste integratie van gegevens uit de bronsystemen zoals het Intranet, Studiegids, SIS, Rooster en IDM. De aanbesteding van het LMS zal onherroepelijk leiden tot de uitfasering van SharePoint Studiedelen. Het is daarom opportuun om tevens de toekomst van de overgebleven SharePoint componenten zoals Teamsites en Portal te onderzoeken. Dit onderzoek vindt plaats binnen deelproject 841 Ketenanalyse onderwijslogistiek. Door te kiezen voor Open Standaarden is de nieuwe DLO toekomstvast en in staat flexibel mee te bewegen met de wensen van docenten en studenten. Het in en uitfaseren van applicaties of componenten is veel eenvoudiger binnen het nieuwe DLOontwerp dan binnen de huidige omgeving het geval is. In de LMS Schil is ruimte voor de aanvullende, specifieke functionaliteiten die in de vaste kern niet of slechts in 'lightvariant' beschikbaar zijn. Door het koppelen van de systemen ontstaat voor de eindgebruiker een prettige eindgebruikerservaring omdat het geheel (kern & schil) ervaren wordt als één geïntegreerde omgeving. De LMS Schil (appstore) biedt de mogelijkheid om per vak (studiedeel) en per opleiding te differentiëren in de toepassing van onderwijsapplicaties. FitGap Analyse Fit Gap deels FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 18

19 Top 5 verschillen MijnHvA en DLO 1. Gebruiksvriendelijkheid en nieuwe normaal 2. Rijkere functionaliteit voor docenten 3. Vergaande personalisatie 4. Zoeken en vinden van content 5. Ondersteuning voor Open Standaarden t.b.v. koppelen met andere systemen Zie Bijlage 5 (p. 25) voor de volledige analyse van alle eisen en wensen, inclusief matching met MijnHvA functionaliteit. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 19

20 Bijlage 1: Bronnenlijst 1. Onderzoek HvA Studentenpanel MijnHvA Ontwerp hoofdnavigatie en voordeuren FPLO SURF F.O. SP2013/MijnHvA v Visie DLO PSA LMS Aanbesteding MijnHvA Governance en beheer Eindrapport MijnHvA Memo ArC Eindrapport MijnHvA Advies MijnHvA EGOL aan Regiegroep HORA Referentiearchitectuur, geraadpleegd op: Programmakaart DLO v Businesscase DLO Onderzoek informatievoorziening v FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 20

21 Bijlage 2: MijnHvA toptaken ontwerp FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 21

22 FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 22

23 FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 23

24 Bijlage 3: Visie DLO FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 24

25 Bijlage 4: SURF gegevensintegratie en standaarden FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 25

26 Bijlage 5: FitGap Analyse PvEW FitGap MijnHVA en LMS Fit deels Gap Header NX Eis / Wens MijnHvA Toelichting DvA General The LMS is SaaS hosted. General General General General General General General General All of the LMS' functions can be accessed via the current and previous release of common browsers (Chrome, Safari, Edge, Firefox) and their mobile versions without the need for client software to be installed. The LMS supports, in any event, the English and Dutch languages and the users can set the language themselves. When doing so, the system must not adopt the browser language. The names of tabs, buttons and labels can be modified for each language and user group. The LMS supports an organisational structure of at least five levels. The LMS supports SSO/federated authentication via SURFconext within two months after award, or sooner if possible. The LMS uses an authorisation matrix for a granular security and access model that takes account of system roles, the structure mentioned above and LMS components. At least the system administrator can add new roles for access and authorizations. The LMS supports OpenID for the purpose of granting external parties access to the LMS. / / / Bijna alle SP functies in andere browsers en andere OSen beschikbaar Voor iedere taal, niet voor iedere user group Gastaccounts (social accounts), LinkedIn niet, wel MS social accounts FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 26

27 Enrollment Enrollment The course administrator can set any single and any combination of the following enrollment options: turn selfenrollment on/off The course administrator can set any single and any combination of the following enrollment options: send a request to be enrolled. Enrollment Enrollment The course administrator can set any single and any combination of the following enrollment options: guest access using OpenID. The course administrator can set any single and any combination of the following enrollment options: automated via SIS (for students). Enrollment Enrollment Courses Any user can enroll him or herself on a course if the course administrator wishes to provide the option to do so. Students, teachers and course administrators can be enrolled in courses automatically, based on data in external systems such as SIS and SAPHR. Courses can be created manually, using a predefined wizard or workflow. In MijnHvA geen automatische enrollment. Student kiest zelf zijn studiedelen via FUW en Studiedelenkiezer. In MijnHvA geen automatische enrollment. Student kiest zelf zijn studiedelen via FUW en Studiedelenkiezer. via metadatalijst, handmatig (input gedeeltelijk SIS en handmatig) Courses Courses can have the following statuses: Under construction: the course is being prepared and not visible for students. Active: the course is live and visible for enrolled students.inactive: the course is completed and remains accessible for enrolled students. Archived: the course is only accessible for the course administrators. Deleted: the course has been deleted. / Studiedelen zijn gekoppeld aan studiejaar. Oude studiedelen kunnen op readonly gezet worden. Studiedelen kunnen verwijderd worden. Courses Courses Courses Courses Courses Courses Courses A course can have multiple instances for when it will be active, for example any block, semester or academic year. A course can have any start and finish date. Course statuses can be changed based on or triggered by predefined schedules. Any course status can be manually changed to any other course status by course administrators (except for deleted courses). Scheduled deletes must be announced to the course administrator at least one month before deletion takes place. A teacher can manually change a course status from under construction to active and from active to inactive and vice versa. A teacher can view the course as if he/she were a student, when logged on as a teacher. / via metadatalijsten, scripts via P_accounts (deze worden uitgefaseerd). Middels 2e account inloggen/uitloggen Courses It is possible for a teacher to create a new (instance of a) course by copying an entire course (excluding all student generated data and enrollment information) and then modifying it. Example: a course in Block 1 of 2017 is copied to a course in Block 1 of 2018 and can then be modified. / content gerelateerd is het mogelijk, het kopieren van gehele site niet helemaal mogelijk FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 27

28 voor een teacher, maar wel FB. Courses Courses The LMS allows the use of a term other than course for the course environments. A course can have multiple instances to accommodate multiple groups of students following the same course at the same time. In this case a teacher is able to make bulk modifications to these instances. Example given, uploading a powerpoint file could be done for all instances of the course at once or per instance. Similarly, a teacher is able to post announcements to all instances at once. A teacher should never be forced to upload the same file multiple times or post the same announcement on multiple locations. hier staan veel verschillende requirements. Beter deze uit elkaar te halen. Mededelingen en studiemateriaal plaatsen zijn verschillende dingen. Courses Content Content The economic operator has understood the above conditions and accepts them. Users can copy content within the course and from one course to another in a simple and userfriendly way, either for an entire course or for parts or individual items within a course. The LMS supports uploading, downloading and displaying/playing files of at least the following types: video content (such as MP4/H.264);audio content (such as MP3);text content;html content;visual material/images (such as PNG, JPEG, TIFF, GIF);mathematical content;scorm files;adobe PDF;MS Office files (XLSX, DOCX, PPTX)Zip files. / kopieren content is mogelijk Geen scorm, geen inline mp4 playback of inline mp3 playback Content Content Content The LMS supports the creation of the following, at least: video content;audio content;text content;mathematical content. Teachers may share content with fellow teachers in the LMS. When content items that are reused in other courses via a link are changed or deleted, the course administrators of those other courses receive notification of this. / geen videocontent en wiskundige formules Content Content Content Content The LMS can upload batches of multiple files and can upload files larger than 2GB. Multiple content items can be deleted all at once. The LMS allows users to export course content. Teachers and course administrators can import course content and full courses. LargeFileUpload functionaliteit, 25 GB als course een site is, dan niet. FB kan sites klaar zetten/kopieren. Docenten kunnen alleen content kopieren. Content Teachers and course administrators can export the full course. content kan geexporteerd worden door docent en fb. Sites kunnen opgeslagen worden als template door FB. Met Sharegate kan je kopieen maken van alles FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 28

29 Backup and exports Teachers and course administrators can import course content from a backup. This can be done: with a backup file that was created in the latest version of the system.with a backup file up to seven years old, calculated from the latest version of the system. SharePoint prullenbak. Leverancier kan sites terug halen uit backup Backup and exports A teacher who is working on a course cannot lose more than 5 minutes work if he or she makes an operator error (undo) or if a system error occurs (Recovery Point Objective). Backup and exports Deletion of a course or parts thereof by a user can be undone by a Teacher or Course Administrator within a period of 30 days (Recycle bin). Backup and exports Backup and exports Teachers and Course Administrators are able to create an export for personal archiving. A deleted or exported course can be restored in the LMS. This can be done using an export that is up to seven years old, calculated from the latest version of the system. Learning object responsitory (LOR) Collaboration The LMS has a builtin LOR and can be connected to an external LOR. In case of a connected external LOR, the internal LOR can be disabled. LOR stands for Learning Object Repository, a library of learning objects.the economic operator has understood the above conditions and accepts them The LMS supports the creating of a collaboration environment within a course, in which small groups of students collaborate on a group project. Collaboration The students, teachers and administrators have direct access to one's MS OneDrive from within the LMS. / Beperkt. Er is gekozen om dit niet te willen. Alleen beperkte opslag via MySite. Collaboration The LMS supports the following methods of grouping users: based on information from the student information system; students cannot personally deregister from the group;assigned by the course administrator; students cannot personally deregister from the group.students automatically assigned to a group by the system; students cannot personally deregister from the group.existing group selected by a student personally; it is also possible for the student to personally deregister from a group. Collaboration Collaboration Collaboration Function Submission and grading Function Submission and grading Function Submission and grading Teachers and students can view a list of groups and members. Teachers and course administrators are able to hide members and groups from this list The LMS provides the capability to create sets of groups. These groups are not limited to the course or institution level (for instance, work placement supervisors and research groups). Students (peerfeedback) and teachers can provide inline feedback (on the same screen as the submitted work) on the submitted work for individual students or for a group of students. Draftfeedback may be saved and published at a later moment.feedback can consist of not only text, but additionally at least: Video (inlcuding screencasts)audio The LMS supports the use of rubrics and predefined annotations for grading. / / Volglijst kan ook "nietdeelnemers" bevatten SharePoint groepen/ad groepen Feedback kan gegeven worden in Inleverbox (inline mits MS office docement), alleen door docenten FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 29

30 Function Submission and grading Function Submission and grading Function Submission and grading Function Submission and grading Examination Examination Examination Examination Examination Examination Examination Examination Learning Analytics Learning Analytics Learning Analytics Communication Communication All submitted file types may be subjected to (peer) feedback. Assignments can be submitted in the following file formats: PDF;MS Office files;media files. Submitted assignments can be checked for plagiarism via a linked plagiarism checker, such as Urkund or Turnitin. Submitted assignments (and given feedback) can only be viewed by the teacher and the student who submitted the assignment. The LMS facilitates formative examination, using the following types of questions: multiple choice;multiple response;matching;open questions;fill in the blank questions. The course administrators and teachers can create and manage a question bank. This question bank can be shared with other users of the LMS. The course administrators and teachers can set the publication date and closing date for the exam. Automatic feedback can be given to closed questions. The LMS can import and export existing tests and question bank(s) using the QTI 2.1 standard. The LMS provides the capability to take a test just once or a number of times. It is possible to save the answers provided, the results and the feedback for every attempt. Course administrators and teachers can add feedback to answers and add explanatory information to exam questions. In the latter case, it must be possible to add at least multimedia files and hyperlinks to external pages. It is possible to use the examination module for surveys. In this case the individual examination results are combined and merged into a surveyreport. The LMS can monitor the activities, progress and performance of students in the LMS, to automatically save this data in the Learning Record Store (LRS). he gathered data can also be presented to the student(s) in a meaningful way. The results of the monitoring as mentioned above can be saved and can be converted into reports, which may be viewed or downloaded from the dashboard (as mentioned in ). The LMS supports notification at course and degree program level. Notifications are available for at least: deadlines;providing and receiving feedback;results;announcements;new assignments;the option to enroll on or register for a new course and waiting lists. The LMS sends a push notification to inform users of new announcements. It must be possible to forward this to a portal. / / zou kunnen Ephorus In oorspronkelijk ontwerp hadden notificaties middels belletje, dit heeft het uiteindelijk niet gehaald. In oorspronkelijk ontwerp hadden notificaties middels belletje, dit heeft het uiteindelijk niet gehaald. FitGap Analyse MijnHvA en de Nieuwe Digitale Leeromgeving 30