Tim de Boer. Jasper Müller. Profielwerkstuk

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Tim de Boer. Jasper Müller. Profielwerkstuk"

Transcriptie

1 Profielwerkstuk Het verband tussen het brandstofverbruik en de vliegsnelheid, de vlieghoogte en de stroomlijn van een passagiersvliegtuig Tim de Boer Jasper Müller Het vliegtuig is een veel gebruikt vervoermiddel. De luchtvaart ontwikkelt zich voortdurend. Door de luchtvaart zijn wij in staat om in enkele uren aan de andere kant van de wereld te komen. In 1903 wisten de Amerikaanse Gebroeders Wright als eerste mensen met hun zelf gebouwde en gemotoriseerde vliegtuig, "The Flyer", een gecontroleerde vlucht te maken. Sindsdien is de ontwikkeling erg hard gegaan. Op Schiphol stijgt of landt iedere minuut een vliegtuig! Het leek ons dan ook zeer interessant om hier ons profielwerkstuk over te doen. Vooral met de kijk op het brandstofverbruik. Tim de Boer (DV6S-N&G) Jasper Müller (DV6R-N&T) Da Vinci College Hoornselaan AX Purmerend Begeleider: Dhr. F. Postma Jaar:

2 Inhoudsopgave Inleiding blz. 2 Onderwerp blz. 2 Introductie blz. 2 Hoofdvraag blz. 2 Deelvragen en hypothesen blz. 3 Plan van aanpak blz. 4 Begrippen blz. 4 Hoofdtekst blz. 5 Deelvraag 1: Vlieghoogte blz. 5 Deelvraag 2: Vliegsnelheid blz. 11 Deelvraag 3: Stroomlijn blz. 17 Deelvraag 4: Aanpassingen blz. 31 Discussie blz. 35 Conclusie / Samenvatting blz. 36 Reflectie blz. 37 Bronvermeldingen blz. 38 Logboek blz. 42 Labjournaal blz. 42 1

3 Inleiding Onderwerp Brandstofverbruik passagiersvliegtuigen. Introductie Met ons PWS gaan we dus kijken wat het verband tussen het brandstofverbruik en de vliegsnelheid, de vlieghoogte en de stroomlijn van een passagiersvliegtuig is en hoe je het brandstofverbruik kunt minimaliseren door aanpassingen aan vliegsnelheid, vlieghoogte en stroomlijn van een passagiersvliegtuig. Ons doel is om te kijken of we door verschillende aanpassingen van de vliegsnelheid, vlieghoogte en de stroomlijn het brandstofverbruik van een passagiersvliegtuig kunnen verlagen. Dit heeft een aantal voordelen. Het eerste voordeel is dat het economisch voordelig is. Het kost vliegmaatschappijen minder geld als zij zuiniger kunnen doen met de brandstof. Ten tweede is het beter voor het milieu. Bij het verbranden van kerosine of benzine komen schadelijke gassen zoals CO2 en NOx vrij. CO2, het zogenaamde broeikasgas, zorgt voor een versterkt broeikaseffect op aarde. Hierdoor warmt de aarde op met alle gevolgen van dien. Aangezien 12% van de totale door transportmiddelen uitgestoten hoeveelheid CO2 wereldwijd uitgestoten wordt door vliegtuigen, kunnen aanpassingen aan vliegtuigen een aanzienlijk deel bijdragen aan het verminderen van de uitstoot van CO2. De luchtvaartsector doet al onderzoek naar manieren om de CO2-uitstoot nog verder te verminderen. Het doel is om onder andere de CO2-uitstoot van nieuwe motoren in 2008 te verminderen met 20% en op de lange termijn (2020) met 50%. Daarbij zijn er voor het maken van benzine en kerosine fossiele brandstoffen nodig. De voorraden van deze fossiele brandstoffen wordt steeds kleiner en zal in de toekomst op zijn. Men moet dus het winnen van fossiele brandstoffen zoveel mogelijk beperken en uiteindelijk overgaan op een alternatief. Hoofdvraag Wat is het verband tussen het brandstofverbruik en de vliegsnelheid, de vlieghoogte en de stroomlijn van een passagiersvliegtuig? 2

4 Deelvragen en hypothesen Vraag Wat is het verband tussen de vliegsnelheid en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Hypothese Wij denken dat hoe hoger de vliegsnelheid is, hoe groter het brandstofverbruik wordt. Een voorwerp, in dit geval een vliegtuig, heeft bij een hogere snelheid een grotere weerstand. En bij een grotere weerstand is meer verbranding van brandstof nodig. Vraag Wat is het verband tussen de vlieghoogte en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Hypothese Wij denken dat hoe hoger een vliegtuig vliegt, hoe lager het brandstofverbruik is. Hoe hoger een vliegtuig vliegt, hoe lager de luchtdruk daar is waardoor het vliegtuig daar minder weerstand ondervindt. Om een zelfde snelheid te behouden moet een vliegtuig op lagere hoogte meer brandstof verbranden en heeft dan dus een hogere brandstofverbruik. Vraag Wat is het verband tussen de stroomlijn en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Hypothese Wij denken dat hoe beter de stroomlijn is, hoe lager het brandstofverbruik is. Onder beter verstaan wij een bepaalde vorm waarbij de weerstand zo laag mogelijk is. Om een zelfde snelheid te behouden moet een vliegtuig met een slechtere stroomlijn meer brandstof verbranden en heeft dan dus een hogere brandstofverbruik. Vraag Hoe kun je het brandstofverbruik minimaliseren door aanpassingen aan vliegsnelheid, vlieghoogte en stroomlijn van een passagiersvliegtuig? Hypothese Wij denken dat als vliegtuigen met een betere stroomlijn langzamer gaan vliegen op een grotere hoogte het brandstofverbruik zal dalen. We weten niet wat de grenzen zijn. Een vliegtuig kan natuurlijk niet hoger dan een bepaalde hoogte vliegen en heeft een minimale snelheid nodig om in de lucht te blijven. Daarnaast zijn er nog andere maatregelen die het brandstofverbruik kunnen minimaliseren. Wij denken bijvoorbeeld aan het uitstellen tax-free inkopen tot na de vlucht. Dit scheelt massa in het vliegtuig. Hoe lichter het vliegtuig is, hoe minder brandstof nodig is voor een bepaalde snelheid. 3

5 Plan van aanpak Zie gele PWS begeleidingsboekje. Begrippen Stall Speed = De minimale snelheid, anders valt de vliegtuig letterlijk uit de lucht (verticaal!) Pressure Altitude = De vlieghoogte in feet's, waarbij de hoogte is gemeten door middel van luchtdruk. Dit betekent dat als het opeens extreem kouder wordt, de hoogte meter aangeeft dat men hoog vliegt. Airspeed = De horizontale snelheid in knots. (1 knot = 1,852 km/h) Flaps = Een uitschuifbaar deel van de vleugels. Door de flaps uit te schuiven wordt het vleugel oppervlakte groter. Hierdoor is er minder snelheid nodig om in de lucht te blijven. Dit wordt gebruikt bij het starten en landen. (Met flaps wordt overigens wel meer weerstand gecreëerd, maar dat terzijde) Throttle = Dit is heel letterlijk de gashendel. In plaats van een gaspedaal in een auto, heeft een vliegtuig een gashendel. Lift = De liftkracht is de kracht die een stromend gas of vloeistof (in dit geval lucht) op een lichaam (vleugel) uitoefent. 4

6 Hoofdtekst Deelvraag 1: Vlieghoogte Wat is het verband tussen de vlieghoogte en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Inleiding Zoals we allemaal wel weten is de luchtdruk op zeeniveau hoger dan op de bergtop van de Himalaya. Door een lagere druk zullen er minder deeltjes (lucht) tegen de romp van het vliegtuig aan botsen. Dit betekend minder weerstand. Als we de druk (dus ook dichtheid) projecteren op het dagelijks leven, kunnen we merken dat de druk en dichtheid van water groter is dan die van de lucht. Dit is te merken als we bijvoorbeeld willen lopen in water. Dat is veel zwaarder. Dit principe is ook van toepassing op de luchtdruk, dat kan variëren door de vlieghoogte. Met een simulator programma (te vinden op: kunnen we een aantal variabelen (zoals; snelheid, hoogte, throttle) invullen en vervolgens kijken wat het brandstofverbruik is (Fuel Flow) in Kilogrammen per uur. Met een andere simulator programma (te vinden op: kunnen we de variabelen; snelheid en hoogte invoeren en vervolgens de liftkracht in Newton aflezen. Defenitie lift: "De liftkracht is de kracht die een stromend gas of vloeistof (in dit geval lucht) op een lichaam (vleugel) uitoefent." Hier later meer over. 5

7 Motorsimulator resultaten Figuur 1.1: Bij een snelheid van 400km/u en de throttle op 100%, op een hoogte van meter (Turbo Fan) Hier is af te lezen dat er dan een verbruik geldt van 1822 kg/u Figuur 1.2: Bij een snelheid van 400km/u en de throttle op 100%, op een hoogte van meter (Turbo Fan) Hierbij is af te lezen dat er dan nog maar 842 kg/u wordt verbruikt. 6

8 Brandstofverbruik (kg/u) Tabel 1.3: Brandstofverbruik in kg/u tegen hoogte in meters bij een snelheid van 400km/u Hoogte in meters Brandstofverbruik in kg/u Grafiek 1.4: Brandstofverbruik in kg/u (y-as) tegen hoogte in meters (x-as) bij een snelheid van 400km/u Hoogte (m) 7

9 Vleugelsimulator resultaten Figuur 2.1: Bij een snelheid van 400km/u en een hoogte van meter Hier is af te lezen dat er een lift van N wordt gecreëerd Figuur 2.2: Bij een snelheid van 400km/u en een hoogte van meter Hierbij is af te lezen dat er dan nog maar een lift van N wordt gecreëerd. 8

10 Lift (N) Tabel 2.3: Lift in N tegen hoogte in meters bij een snelheid van 400km/u Hoogte in meters Lift in N Grafiek 2.4: Lift in N (y-as) tegen hoogte in meters (x-as) bij een snelheid van 400km/u Hoogte (m) 9

11 Conclusie Hoe hoger men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen. Dit heeft mede te maken dat hoger in de lucht, de luchtdruk lager is. Hierdoor heeft het vliegtuig minder last van weerstand. Maar hoe hoger men vliegt, des te minder lift er gecreëerd wordt. Hierdoor zal een vliegtuig sneller moeten vliegen! Dit is weer extra brandstofverbruik. Ieder vliegtuig heeft zo zijn eigen minimale snelheid bij een bepaalde hoogte. Dit noemen we stall speed. Een voorbeeld van een stall speed diagram, van een Boeing B met een gewicht van kg en waarbij de flaps allemaal op normaal staan: Grafiek 3: Snelheid in Knots tegen Drukhoogte in Feet Bijkomend nadeel van hoog vliegen is dat een veel langere afstand nodig is. Hierdoor zal het bij korte vluchten (bijvoorbeeld: Amsterdam Schiphol Airport (EHAM) - London Heathrow Airport (EGLL) of Amsterdam Schiphol Airport (EHAM) - Groningen Airport Eelde (EHGG)) niet rendabel zijn om eerst tot meter te klimmen. Echter bij lange afstandsvluchten (bijvoorbeeld: Amsterdam Schiphol Airport (EHAM) - Willemstad Hato Airport (TNCC) is dit wel heel erg economisch. 10

12 Deelvraag 2: Vliegsnelheid Wat is het verband tussen de vliegsnelheid en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Inleiding Snel fietsen kost meer energie dan langzaam fietsen. Iemand met een wat duurdere auto kan ook zien met behulp van een brandstofverbruikmeter dat zodra diegene harder rijdt de auto ook meer verbruikt. In theorie (zonder lucht(weerstand)) kost alleen een versnelling meer energie (=arbeid). Dit is niet zo bij bewegende voorwerpen met luchtweerstand. Bijvoorbeeld bij een fiets, een auto of een vliegtuig. Hierbij geldt dat als het voorwerp sneller gaat er meer weerstand ontstaat en er dus ook meer energie nodig is om het voorwerp op constante snelheid te houden. Met een simulator programma (te vinden op: kunnen we een aantal variabelen (zoals; snelheid, hoogte, throttle) invullen en vervolgens kijken wat het brandstofverbruik is (Fuel Flow) in Kilogrammen per uur. Met een andere simulator programma (te vinden op: kunnen we de variabelen; snelheid en hoogte invoeren en vervolgens de liftkracht in Newton aflezen. 11

13 Motorsimulator resultaten Figuur 4.1: Bij een snelheid van 200km/u en de throttle op 100%, op een hoogte van meter (Turbo Fan) Hier is af te lezen dat er dan een verbruik geldt van 1423 kg/u Figuur 4.2: Bij een snelheid van 400km/u en de throttle op 100%, op een hoogte van meter (Turbo Fan) Hierbij is af te lezen dat er dan nog maar 1486 kg/u wordt verbruikt. 12

14 Brandstofverbruik (kg/u) Tabel 4.3: Brandstofverbruik in kg/u tegen snelheid in km/u bij een hoogte van 5000 meter Snelheid in km/u Brandstofverbruik in kg/u (bij stationair draaien) Grafiek 4.4: Brandstofverbruik in kg/u (y-as) tegen snelheid in km/u (x-as) bij een hoogte van 5000 meter Snelheid (m/s) 13

15 Vleugelsimulator resultaten Figuur 5.1: Bij een snelheid van 200km/u en een hoogte van meter Hier is af te lezen dat er een lift van 6460 N wordt gecreëerd Figuur 5.2: Bij een snelheid van 400km/u en een hoogte van meter Hierbij is af te lezen dat er dan nog maar een lift van N wordt gecreëerd. 14

16 Lift (N) Tabel 5.3: Lift in N tegen snelheid in km/u bij een hoogte van 5000 meter Snelheid in km/u Lift in N Grafiek 5.4: Lift in N (y-as) tegen snelheid in km/u (x-as) bij een hoogte van 5000 meter Snelheid (m/s 15

17 Conclusie Hoe langzamer men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen. Dit heeft mede te maken met dat de luchtweerstand lager is. Hierdoor heeft het vliegtuig minder last van onnodige weerstand, waardoor het vliegtuig minder brandstof zal verbruiken. Maar hoe langzamer men vliegt, des te minder lift er gecreëerd wordt. Hierdoor zal een vliegtuig lager moeten vliegen! Dit kost extra brandstof. Ieder vliegtuig heeft zo zijn eigen minimale snelheid bij een bepaalde hoogte. Dit noemen we stall speed. Een voorbeeld van een stall speed diagram van een Boeing B met een gewicht van kg en waarbij de flaps allemaal op normaal staan: Zie grafiek 3 (op blz. 10) 16

18 Deelvraag 3: Stroomlijn Wat is het verband tussen de stroomlijn en het brandstofverbruik van passagiersvliegtuigen? Inleiding Bij een vliegtuig is de stroomlijn belangrijk. Een stroomlijn is een denkbeeldige baan die luchtmoleculen volgen. Een goede stroomlijn kan verkregen worden door zo min mogelijk voorwerpen haaks op de stroom te zetten en kan zorgen voor een zo laag mogelijke weerstand. Hoe lager de weerstand van een vliegtuig, hoe lager het brandstofverbruik van een vliegtuig. Bij deze deelvraag beperken we ons tot het actuele onderwerp winglets. Brandstof besparing speelt de laatste tijd een grote rol in de luchtvaart. Verschillende luchtvaartmaatschappijen vliegen op dit moment langzamer om brandstof te besparen. De zogenaamde winglets zijn tegenwoordig erg populair. Een winglet is een meestal recht opstaande verlenging van een vliegtuigvleugel die wervelingen in de lucht vermindert, waardoor het toestel efficiënter vliegt. Deze winglets interesseren ons heel erg, vandaar dat we onze proef hieraan toegewijd hebben. Wij gaan onderzoeken in hoeverre winglets de stroomlijn rondom een vleugel van een vliegtuig beïnvloeden. Dit gaan wij onderzoeken met behulp van de Verticale Windtunnel van de Universiteit van Delft. Dit is tevens ons practicum. Practicum Inleiding Onderzoeksvraag In hoeverre veranderd de weerstand van een vliegend vliegtuig als de vleugels van het vliegtuig winglets hebben? Hypothese Wij denken dat een vliegend vliegtuig dat vleugels heeft met winglets minder weerstand ondervindt dan een vliegend vliegtuig dat vleugels zonder winglets. Theoretische achtergrond Een vliegtuig heeft aan beide kanten vleugels. Deze vleugels zijn nodig voor de zogenaamde liftkracht. De liftkracht is de kracht die een stromend gas of vloeistof op een lichaam uitoefent. In ons geval is het dus de kracht die het vliegtuig in de lucht houdt waardoor het vliegtuig geen hinder ondervindt van de zwaartekracht. De liftkracht door een vleugel ontstaat door de vorm van de vleugel. Bekeken vanaf een zijaanzicht heeft een vleugel van een vliegtuig aan de bovenkant een 17

19 grotere kromming dan aan de onderkant. Hierdoor wordt de lucht boven de vleugel afgebogen en moet de lucht dus een langere weg afleggen dan de lucht die recht onder de vleugel doorgaat. Door dit principe wordt de lucht boven de vleugel als het ware uit elkaar getrokken en dit heeft een lage druk tot gevolg. Aangezien de druk onder de vleugel nauwelijks verandert, zal de vleugel omhoog gedrukt worden. Uit allerlei onderzoeken en foto s (zie figuur 7) blijkt dat er bij vliegtuigen met vleugels zonder winglets een tipwerveling of een zogenaamde fortex-werking optreedt. Deze tipwerveling zorgt ervoor dat een vliegend vliegtuig meer weerstand ondervindt. Bij vliegtuigen met vleugels met winglets treedt er geen tipwerveling op. Figuur 7: KLM PH-BFI (Boeing BC) vliegt door de wolken, tip werveling duidelijk zichtbaar Een winglet is een meestal recht opstaande verlenging van een vliegtuigvleugel die wervelingen in de lucht vermindert, waardoor het toestel efficiënter vliegt. Dit heeft te maken met de verschillende luchtdrukken van onder en boven de vleugel. Onder een vliegtuigvleugel heerst dus overdruk, en boven een vleugel heerst onderdruk (hierdoor krijgt een vliegtuig zijn lift). Aan de vleugeltip verplaatst de lucht zich van onder de vleugel naar boven de vleugel (=tipwerveling). Als de lucht de vleugel (en het vliegtuig) voorbij is blijft deze beweging doorzetten. Hierdoor ontstaan luchtwervels. Dit wordt ook wel zogturbulentie genoemd. Hierdoor neemt de luchtweerstand toe, wat de snelheid en het stijgvermogen van het toestel negatief beïnvloedt. Winglets beperken plaatselijk deze wervels, zodat de luchtweerstand afneemt en de opwaartse kracht wordt vergroot. Hierdoor kan het brandstofverbruik met vijf tot tien procent worden teruggedrongen. 18

20 Werkplan In september hebben wij op scholierenlab ( gezien dat er workshops over vleugelpofielen in de verticale windtunnel van de faculteit Lucht en Ruimtevaart van de universiteit Delft worden gegeven. Wij hebben ons toen ingeschreven voor de aankomende workshop. Voor deze workshop moet je je eigen vleugelprofiel maken. Op de site van scholierenlab stond een handleiding (zie logboek/labjournaal) voor het zelf maken van een vleugelprofiel. Met behulp van deze handleiding hebben wij zelf op school in het drooglab een vleugelprofiel gemaakt met verschillende soorten bijbehorende winglets. Een winglet loodrecht op de vleugel en een winglet onder een hoek van 120 graden. Tijdens dit proces (ook uitgebreid beschreven in logboek) hebben wij contact gehouden met scholierenlab voor een datum voor de workshop. De workshop in oktober kon helaas niet doorgaan. Daardoor zijn we naar de workshop van december gegaan. 19

21 Figuur 8.1: Het piepschuim en de opstelling (gespannen c onstantaandraad tussentwee houders) Figuur 8.2: Eerst het door de helft snijden 20

22 Figuur 8.3: Uitsnijden met een mal als begeleiding Figuur 8.4: Gereedschappen, grove vleugel, mallen, logboek 21

23 Figuur 8.5: Vleugel vastzetten met behulp van tape om vervolgens de uitsparing te maken Figuur 8.6: Zijaanzicht Figuur 8.7: Totaaloverzicht 22

24 Benodigdheden Tijden voorbereidingen potlood schaar veiligheidsbril stuk piepschuim (50x60 cm) constantaandraad voedingskast (15V) snoer voor aansluiting voedingskast statieven 2 houten platen voor zijkant van de vleugelprofielen 4 schroeven Boormachine Blok hout voor ondergrond boren Schrovendraaier Elektrische figuurzaag Schuurpapier Tijdens workshop Windtunnel TU Delft Verticale windtunnel Pitot-buis Computer Teller voor de luchtsnelheid Proefbeschrijving Een aantal feitjes op een rij: Soort tunnel: Open ruimte, Vertikaal Test gedeelte: 0.6m diameter Max. snelheid: 45 m/sec Turbulence level: < 0.1% Totale hoogte: 16.8m Totale breedte: 8.0m Het gaat hier dus om een "Vertical Low Turbulence Tunnel" (zie figuur 9.1). De Veriticale Windtunnel van de faculteit Lucht en Ruimtevaart van de universiteit Delft is de langzaamste windtunnel in Europa! Hierdoor is hij uitermate geschikt voor zelf gemaakte vleugelprofielen. 23

25 Figuur 9.1: Overzicht windtunnel Vervolgens krijgen we met behulp van een whiteboard (zie figuur 9.2) de theorie uitgelegd die we nodig hebben bij het onderzoek. 24

26 Figuur 9.2: Theorie op het whiteboard Er is een algemeen probleem met windtunnels. De wind is vaak erg turbulent. Dit wil zeggen dat de lucht moleculen zich niet in een rechte lijn zich voorbewegen maar heel erg heen en weer trillen. Het heel erg heen en weer trillen van luchtmoleculen wordt ook wel turbulente stroming genoemd. Bij turbulente stroming gaan luchtdeeltjes dus gemiddeld wel dezelfde kant op, maar kunnen er ook wervels in de lucht ontstaan waarbij de luchtmoleculen in alle richtingen bewegen. Zo n turbulente stroming wordt bijvoorbeeld veroorzaakt door ventilatoren. Normaal beweegt een vliegtuig en hangen de lucht moleculen stil. Dit houdt in dat als een vliegtuig beweegt, de lucht moleculen (ten opzichten van het vliegtuig) in een rechte lijn bewegen. Dit noemt men laminaire wind. Om een bijvoorbeeld een meting te doen aan vleugelprofielen van een vliegtuig is er dus een windtunnel nodig met laminaire wind en niet met turbulente wind. Hoe krijgt men het voor elkaar om van turbulente wind laminaire wind te maken? Dit gaat als volgt: als men turbulente wind in een veel grotere tunnel laat lopen dan waar het uit komt (omgekeerde trechter idee) en vervolgens door een soort filter (kleine gaatjes) heen laat lopen, hebben de lucht moleculen de neiging om laminair te worden. Om vervolgens weer van breed naar smal te gaan (trechter) krijgt de lucht weer dezelfde druk en snelheid. Deze lucht is nog wel steeds een beetje turbulent. Door dit "trucje" twee keer uit te voeren krijgt men nagenoegen laminaire wind. Om de exacte windsnelheid te meten, maken we gebruik van een zogenaamde pitot-buis (zie figuur 10.1/10.2). 25

27 Figuur 10.1: Pitot-buis (schematisch) r = dichtheid V = Snelheid P = druk Een pitot-buis is een speciale buis waarmee twee verschillende luchtdrukken gemeten worden. Dit zijn de statische druk en de dynamische druk. De statische druk is de omgevingsdruk (stilstaande luchtdruk) die met gaatjes aan de zijkant wordt gemeten (zie figuur 10.1). De dynamische druk heeft te maken met de windsnelheid. Bij hogere snelheden wordt de druk ook hoger. De ingang voor de dynamische druk (zie figuur 10.1) is net als de statische druk verbonden met twee luchtdrukmeters. Figuur 10.2: Pitot-buis (gebruikt bij het experiment) Door het gebruik van de wet van Bernoullii kan de snelheid van de luchtstroom berekend worden. Figuur 10.3: Wet van Bernoullii Bernoulli vergeleiking: Statische druk + Dynamische druk = Totale druk De bovenstaande formule kan men korter schrijven: 26

28 Hierbij is: V 2 = P t = P s = r = de snelheid in meters per seconden in kwadraad en dus (V 2 ) = de snelheid in meters per seconden de dynamische druk de statische druk de dichtheid, dit kan variëren door verschillende temperaturen Waarnemingen en resultaten De bovenstaande theorie hadden wij nodig voor het uitvoeren van metingen. De workshop bood de gelegenheid om onder begeleiding de lift coëfficiënt bij verschillende hoeken van verschillende profielen te berekenen. Zodoende hadden alle ingeschreven leerlingen meerdere vleugelprofielen gemaakt waarbij ze de liftcoëfficiënt onder verschillende hoeken gingen berekenen. Aangezien dit allemaal bekend is en op internet te vinden, hadden wij dus bedacht om iets te doen met het actuele nieuws over de winglets. Alleen konden de studenten die de workshop leidden ons al vertellen dat een vleugel zonder winglet dezelfde liftkracht heeft als een vleugel met winglet, mits deze onder dezelfde hoek staan gericht in de wintunnel. Het grote verschil tussen vliegtuigen met vleugels zonder en vleugels met winglets, is dat de weerstand verschillend is. Helaas was deze weerstand heel lastig of niet te berekenen tijdens de workshop met de windtunnel, zo vertelden de studenten. Wij hebben wel met een klein kort draadje kunnen aantonen dat er geen tipwerveling optreedt bij vleugels met winglets en wel bij vleugels zonder winglets. Dit deden we door het draadje op de hoek van de vleugel te houden. Bij een vleugel zonder winglet begon dit draadje heel snel heen en weer te trillen(zie figuur 11). Dit duidt op turbulentie. Bij het houden van het draadje op precies dezelfde plek alleen dan bij een vleugel met winglet, bleef het draadje stil staan. Dit duidt op een laminaire windstroom en dus geen tipwerveling of fortex-werking. Figuur 11: Stukje wol in de tip-werveling (draait super snel, bijna niet zichtbaar!) 27

29 Doordat de workshop dus vooral gebaseerd was op het berekenen van de liftkracht onder verschillende hoeken van de vleugels, zijn er bij de onderstaande excelsheets verschillende meetpunten. Dit is op zich geen probleem. Als wij globaal kijken naar de resultaten (tabel 12.1 en 12.2) kunnen wij concluderen dat de liftkracht bij een verschillende hoek van de vleugel wel verandert, maar dat er weinig verschil is tussen de liftkrachten van de vleugel met en de vleugel zonder winglets. De weerstand was dus niet te berekenen, maar uit andere onderzoeken blijkt dat de luchtweerstand bij een vleugel met winglets minder is. Tabel 12.1, zonder winglet Vleugelkoorde,c 0,24 [m] Vleugeloppervlak, S 0,144 [m2] Dynamische druk q 150 [Pa] Luchtdichtheid, 1,225 [kg/m3] V 15,65 [m/s] 56,34 [km/h] Lift als functie van de invalshoek Meetpunt (graden) (graden) Krachtopnemer (mv/v) Liftkracht (N) 1 0,0 0,0 0 0,00 0,00 2 5,0 1,7-0,0095-9,50-0, ,0 3,3-0, ,80-1, ,0 5,0-0, ,20-1, ,5 5,8-0,04-40,00-1, ,0 6,7-0, ,30-1, ,5 7,5 0,00 0, ,0 8,0 0,00 0, ,0 8,3 0,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0,00 C L 28

30 Tabel 12.2, met winglet Vleugelkoorde,c 0,24 [m] Vleugeloppervlak, S 0,144 [m2] Dynamische druk q 150 [Pa] Luchtdichtheid, 1,225 [kg/m3] V 15,65 [m/s] 56,34 [km/h] Lift als functie van de invalshoek Meetpunt (graden) (graden) Krachtopnemer (mv/v) Liftkracht (N) 1 0,0 0,0 0 0,00 0,00 2 5,0 1,7-0,0051-5,10-0, ,0 3,3-0, ,40-0, ,0 5,0-0, ,50-0, ,5 5,8-0, ,70-0, ,0 6,7-0, ,90-0, ,5 7,5 0,00 0, ,0 8,0 0,00 0, ,0 8,3 0,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0, ,00 0,00 In theorie zou de liftkracht bij beide vleugels hetzelfde moeten zijn. Men zou alleen verschil in weerstand moeten merken. Het verschil tussen beide vleugels, volgens bovenstaande tabellen, heeft te maken met onnauwkeurigheden bij de metingen en de nauwkeurigheid van de apparatuur. Vleugelkoord,c = breedte van de vleugel (van de voorkant (dik) tot de achterkant (smal)) (0,24m) Vleugeloppervlak, S = vleugelkoorde X breedte (0,24 x 0,6 = m 2 ) Dynamische druk, q = dit is de druk die veranderd bij een andere windsnelheid (pitotbuis) Luchtdichtheid, = dit is gemeten met een speciale meter Snelheid, V = te berekenen met de wet van Bernouilli, in dit geval de wortel van 2 x (150/1,225) = 15,65 m/s en dus 56,34 km/h Liftkracht, N = de liftkracht die geproduceerd wordt, de kracht meter wordt in mv/v gegeven en die waarde moet omgezet worden naar bruikbare Newtons. Dit kan door de waarde van de krachtopnemer x1000 te vermedigvuldigen. graden, = ingestelde hoek graden, = de werkelijke hoek, deze is te vinden door de -hoek door 3 te delen. Dit moet omdat de lucht namelijk in de windtunnel wordt afgebogen doordat de vleugel in een andere hoek wordt geplaatst. Bij een compleet (model) vliegtuig is dit niet het geval. Liftcoëfficiënt, l = <liftkracht>/(<dynamische druk>*<vleugeloppervlakte, s>) C L 29

31 Conclusie Practicum Een vliegtuig ondervindt dus minder weerstand als de vleugels van het vliegtuig winglets bevatten. Dit hebben wij kunnen aantonen door middel van een draadje. We hebben met behulp van Excel ook kunnen aantonen dat een vleugel onder een hoek van 6,7 graden bij dezelfde omstandigheden de meeste liftkracht ondervindt. Discussie Practicum Achteraf gezien hadden veel dingen van ons practicum beter en nauwkeuriger gekund. Bij het maken van de modelvleugel hadden veel dingen beter gekund. Het snijden van het plastic met behulp van een constantaandraad ging niet heel vloeiend. Hierdoor kreeg de vleugel niet de gewenste perfecte vorm. De onderkant van de vleugel was bijvoorbeeld niet helemaal recht. Om de vleugel gladder te maken hebben we de vleugel geplastificeerd. Achteraf is dit misschien niet een verstandige keuze geweest, omdat er door het plastificeren er allerlei luchtbellen eronder kwamen. Deze hebben wij met het maken van gaatjes met een speld weg kunnen halen. Maar op deze manier ontstonden er kleine rafeltjes bij de gaatjes. Door het plastificeren ontstonden er ook richels en aan het einde van de vleugel ontstonden door het afsnijden ook rafeltjes. Deze rafeltjes en richeltjes beïnvloeden natuurlijk erg de luchtstroom om de vleugel heen. Hierdoor zullen de waardes van de liftkracht van ons practicum niet helemaal kloppen. Er zijn tijdens ons practicum ook veel leesfouten opgetreden. De vleugel stond natuurlijk nooit precies in de hoek die moest. Dit wijkt natuurlijk altijd een heel klein beetje af. Bij het aflezen van de krachtmeter zijn er natuurlijk ook fouten gemaakt. De waardes van de krachtmeter verschilden steeds, zodat een gemiddelde waarde genomen moest worden. Dit gemiddelde moest ook nog afgerond worden. We hebben wel van een aantal fouten bij ons practicum geleerd. Bijvoorbeeld bij het snijden van het plastic zijn we erachter gekomen dat we de verhitte constantaandraad langer op een bepaalde positie moeten houden zodat we de gewenste vorm krijgen en geen afsnijding. Als wij ons practicum nog eens zouden moeten uitvoeren, zouden wij dit beter doen. Wij zouden de vleugel dan ook niet plastificeren. Conclusie De stroomlijn van een vliegtuig heeft dus invloed op het brandstofverbruik van een vliegtuig. Door een goede stroomlijn ondervindt een vliegtuig minder weerstand en dat betekent een lager brandstofverbruik. Een betere stroomlijn kan verkregen worden door het toevoegen van winglets aan de vleugels van een vliegtuig. De winglets beperken plaatselijk de tipwerveling, zodat de luchtweerstand afneemt, waardoor het vliegtuig in zijn geheel minder weerstand heeft. Hierdoor kan het brandstofverbruik met vijf tot tien procent worden teruggedrongen. 30

32 Deelvraag 4: Aanpassingen Hoe kun je het brandstofverbruik minimaliseren door aanpassingen aan vliegsnelheid, vlieghoogte en stroomlijn van een passagiersvliegtuig? Inleiding Zoals uit de voorgaande deelvragen blijkt, heeft de vliegsnelheid, de vlieghoogte en de stroomlijn van een passagiersvliegtuig invloed op het brandstofverbruik. Hoe langzamer men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen (met uiteraard een minimum snelheid om te kunnen vliegen). Hoe hoger men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen. Echter, bij te hoog vliegen zijn er niet genoeg lucht deeltjes om te kunnen vliegen. Uit de praktijk is gebleken dat 10~11km de beste vlieghoogte is voor lange vluchten. Daarbij heeft de stroomlijn ook veel te maken met het brandstofverbruik. Zo blijkt dat winglets 10 tot 15% minder lucht weerstand creëren. Hierdoor is minder brandstof nodig. Ons advies is dan ook: bij lange vluchten zo hoog mogelijk, iets langzamer dan nu gedaan wordt en met kleine aanpassingen (winglets) te vliegen. Het brandstofverbruik kan ook door andere aanpassingen omlaag gebracht worden. Een voorbeeld is het laten kopen van tax-freegoederen pas na de vlucht in plaats van daarvoor. Tegenwoordig stappen passagiers met kilo s belastingvrije spullen aan boord. Dit staat haaks op het streven om het brandstofverbruik van vliegtuigen naar beneden te brengen. Want hoe hoger het startgewicht, hoe hoger het verbruik tijdens de vlucht. Op luchthavens buiten de Europese Unie bestaan bijvoorbeeld al langer faciliteiten om pas bij aankomst te shoppen. In Noorwegen bijvoorbeeld wordt inmiddels 50% van de dutyfree-aankopen na de landing aan de man gebracht. Vooral zware producten als wijn, bier en sterke drank worden zo gekocht, aldus een woordvoerder van vliegveld Gardermoen in Oslo. De luchthaven van het Deense Kopenhagen wil ook dat tax-free goederen pas na de vlucht worden gekocht. Wellicht gaan andere Europese luchthavens dit initiatief volgen, maar de huidige importregels van de Europese Unie staan helaas op dit moment nog niet toe dat iemand pas na een vlucht zijn belastingvrije inkopen doet. Wij hebben zelf met een berekening aangetoond dat het tax-free inkopen doen na de vlucht in plaats van voor de vlucht rendabel is. 31

33 Berekening Eerst de verhouding tussen massa en massa brandstof uitrekenen: TOW: 390T, LAW: 278T, 10 h TOW: 320T, LAW: 227T, 10 h TOW: 270T, LAW: 190T, 10 h Bron : FCOM (het Flight Crew Operations Manual = kort door de bocht de gebruiksaanwijzing van het vliegtuig) Bij een vliegtuig met massa voor de vlucht: kg - na de vlucht van 10 uur: kg Bij een vliegtuig met massa voor de vlucht: kg - na de vlucht van 10 uur: kg Bij een vliegtuig met massa voor de vlucht: kg - na de vlucht van 10 uur: kg Dus verbruikte kerosine bij vliegtuig met massa kg kg Dus verbruikte kerosine bij vliegtuig met massa kg kg Dus verbruikte kerosine bij vliegtuig met massa kg kg Verhouding uitrekenen: / = 0, / = 0, / = 0,30 Gemiddelde verhouding is tussen massa vliegtuig en massa brandstof is dus 1 : 0,29. Bij de rest van de berekening gaan we uit van een Boeing (2 klassen) 32

34 Gegevens Leeggewicht = kg Aantal stoelen = 524 (en dus aantal passagiers) Gemiddeld massa taxfree inkopen = 2,0 kg Maximale gewicht = kg Een vliegtuig met maximaal startgewicht heeft dus aan kerosine nodig= x 0,29 = kg kerosine Dichtheid kerosine = 0,90 kg/l kg kerosine = /0,9 = liter kerosine Een vliegtuig met maximaal startgewicht de besparing van tax-free inkopen: Massa vliegtuig = (524 x 2) = kg x 0,29 = kg = liter kerosine 338/ x 100 % = 0,26 % Door Tax-free inkopen na de vlucht heeft een Boeing voor een lange vlucht dus: = 3,4 x 10^2liter kerosine minder nodig. Doordat een Boeing dus 338 liter minder kerosine nodig heeft, bespaart dit ook weer 338 x 0,9 = 304 kg aan brandstof. Hierdoor is er dus 304 x 0,29 = 88 kg brandstof minder nodig. Dit is 88/0,9 = 98 liter kerosine. Doordat er 98 liter kerosine = 88 kg brandstof minder meegenomen hoeft te worden bespaart dit weer 88 x 0,29 = 26 kg brandstof. Dit is 26/0,9 = 28 liter kerosine. De hoeveelheid brandstof dat bespaard wordt komt steeds neer op een 0,29 ste deel van de hoeveelheid brandstof die minder nodig is. Dus: 28 x 0,29 = 8 vervolgens 8 x 0,29 = 2,3 etc. Dit kan zo oneindig doorgaan (haas en de schildpad principe). Het aantal liters kerosine dat je extra bespaart wordt natuurlijk wel steeds kleiner. Het totaal aantal liters kerosine dat een Boeing bij een lange vlucht dus bespaart is: ,3 = 474 liter kerosine (afgerond) Wij denken dat 474 liter kerosine per Boeing bij een lange vlucht (want we hebben voor onze berekening de maximale hoeveelheid kerosine genomen dat in een vliegtuig kan) rendabel is om de Europese Unie de importregels te laten veranderen zodat tax-free inkopen doen na de vlucht kan/moet. 33

35 Een nadeel van de invoering van tax-free inkopen ná de vlucht in plaats van voor de vlucht is dat mensen dit minder snel zullen doen. Mensen moeten voor een vlucht een tijd wachten op een luchthaven. Dat is een van de redenen waarom mensen dan veel tax-free inkopen gaan doen. Na een vlucht willen mensen snel naar hun bestemming toen en zullen zij minder geïnteresseerd zijn in het doen van tax-free inkopen. Of tax-free inkopen na de vlucht een oplossing is voor een minder zwaar vliegtuig is dus maar de vraag. Een betere oplossing is misschien mensen te belonen voor een lagere massa van hun bagage. Door al deze aanpassingen kan het brandstofverbruik bij een vliegtuig zo veel mogelijk om laag gebracht worden. Dit heeft gunstige gevolgen voor het milieu, maar natuurlijk ook voor de luchtvaartmaatschappijen en de passagiers zelf. Vliegtickets kunnen door een verlaging van het brandstofverbruik goedkoper worden. Het CBS heeft namelijk berekend dat vliegen in één jaar tijd 25,4% duurder is geworden door vooral de hoge kerosineprijs. Door een vermindering van de hoeveelheid kerosine dat nodig is, zullen de kosten voor de kerosine ook dalen en zullen vliegtickets goedkoper worden. 34

36 Discussie Terugkijkend op de hele periode dat we met ons PWS bezig zijn geweest, valt er een hoop op wat beter had gekund. Dit heeft vooral betrekking tot ons practicum. Achteraf gezien hadden veel dingen van ons practicum beter en nauwkeuriger gekund. Bij het maken van de modelvleugel hadden veel dingen beter gekund. Het snijden van het plastic met behulp van een constantaandraad ging niet heel vloeiend. Hierdoor kreeg de vleugel niet de gewenste perfecte vorm. De onderkant van de vleugel was bijvoorbeeld niet helemaal recht. Om de vleugel gladder te maken hebben we de vleugel geplastificeerd. Achteraf is dit misschien niet een verstandige keuze geweest, omdat er door het plastificeren er allerlei luchtbellen eronder kwamen. Deze hebben wij met het maken van gaatjes met een speld weg kunnen halen. Maar op deze manier ontstonden er kleine rafeltjes bij de gaatjes. Door het plastificeren ontstonden er ook richels en aan het einde van de vleugel ontstonden door het afsnijden ook rafeltjes. Deze rafeltjes en richeltjes beïnvloeden natuurlijk erg de luchtstroom om de vleugel heen. Hierdoor zullen de waardes van de liftkracht van ons practicum niet helemaal kloppen. Er zijn tijdens ons practicum ook veel leesfouten opgetreden. De vleugel stond natuurlijk nooit precies in de hoek die moest. Dit wijkt natuurlijk altijd een heel klein beetje af. Bij het aflezen van de krachtmeter zijn er natuurlijk ook fouten gemaakt. De waardes van de krachtmeter verschilden steeds, zodat een gemiddelde waarde genomen moest worden. Dit gemiddelde moest ook nog afgerond worden. We hebben wel van een aantal fouten bij ons practicum geleerd. Bijvoorbeeld bij het snijden van het plastic zijn we erachter gekomen dat we de verhitte constantaandraad langer op een bepaalde positie moeten houden zodat we de gewenste vorm krijgen en geen afsnijding. Als wij ons practicum nog eens zouden moeten uitvoeren, zouden wij dit beter doen. Wij zouden de vleugel dan ook niet plastificeren. In onze berekening van het voordeel van het doen van tax-free inkopen na de vlucht, zijn natuurlijk ook veel nauwkeurigheid fouten te ontdekken. De gemiddelde massa van tax-free inkopen is natuurlijk een schatting. Tussentijds hebben wij voor het gemak getallen afgerond. Dit heeft natuurlijk ook een onnauwkeurig resultaat tot gevolg. De berekening voor ons PWS is ook van maar een bepaald vliegtuig, de Boeing Uit nieuwsgierigheid hebben we dezelfde berekening ook gemaakt voor een ander vliegtuig. De uitkomst daarvan verschillende veel van de uitkomst van de Boeing Dit komt natuurlijk ook omdat elk type vliegtuig anders is gebouwd. De waardes die we gevonden hebben bij deelvraag 1 en 2 zijn ook niet algemeen geldend. We hebben namelijk de waardes van één bepaald vliegtuig gebruikt. Wel hebben we alle berekeningen en testjes uitgevoerd met de waardes van ongeveer hetzelfde vliegtuig (Boeing , of Boeing , beide 2 klassen). Dit hebben we gedaan zodat we de verkregen waardes wel goed met elkaar konden vergelijken. 35

37 Conclusie / Samenvatting Zoals uit onze deelvragen onder andere blijkt, hebben vliegsnelheid, de vlieghoogte en de stroomlijn van een passagiersvliegtuig invloed op het brandstofverbruik en kan men door aanpassingen het brandstofverbruik verlagen. Hoe langzamer men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen (met uiteraard een minimum snelheid om te kunnen vliegen). Hoe hoger men vliegt, des te lager het verbruik van fossiele brandstoffen. Daarentegen heeft een vliegtuig een grotere snelheid nodig om hoger te vliegen. Ieder vliegtuig heeft zo zijn eigen minimale snelheid bij een bepaalde hoogte. Dit wordt stall speed genoemd. De stroomlijn van een vliegtuig staat ook in verband met het brandstofverbruik. Zo blijkt dat winglets 5 tot 10% minder lucht weerstand creëren. Hierdoor is minder brandstof nodig. Bij vleugels met of zonder wings blijft de liftkracht daarentegen wel hetzelfde. Het verlagen van het brandstofverbruik van vliegtuig heeft voordelen voor het milieu, de vliegtuigmaatschappijen en voor de passagiers. Ons advies voor het verlagen van het brandstofverbruik bij vliegtuigen is om bij lange vluchten zo hoog mogelijk, iets langzamer dan nu gedaan wordt en met kleine aanpassingen (winglets) te vliegen. Andere aanpassingen als tax-free inkopen na de vlucht kunnen ook het brandstofverbruik doen verlagen. 36

38 Reflectie Wij vonden het erg leuk om aan ons PWS te werken. De samenwerking vonden wij ook erg goed gaan. Het doen van ons practicum in de windtunnel van Delft vonden wij echt een ervaring. Het berekenen van de voordelen van het doen van tax-free inkopen na de vlucht, vonden wij bijvoorbeeld ook erg leuk. Je leest in een tijdschrift (Consumentengids) dat een aantal landen wil dat de tax-freegoederen pas na de vlucht worden verkocht. Je maakt dan een schatting van de gemiddelde massa van de tax-freegoederen dat passagiers kopen en gaat dan met behulp van een aantal feiten van een bepaald vliegtuig rekenen of dit wel echt zo rendabel is. Je wilt dan als je bezig bent graag weten wat voor antwoord uit de berekening komt. Dat maakt het leuk om te doen. Wij zijn ook beide geïnteresseerd in allerlei technische dingen, dus dat maakt het ook leuk om daarover meer te weten te komen. Kortom, een leuk en volgens ons geslaagd PWS. 37

39 Bronvermeldingen Pilot's Handbook of Aeronautical Knowledge: FAA-H , December 2003 (FAA Handbooks series) door Federal Aviation Administration, Aviation Supplies & Academics, Inc ISBN: ISBN-10:

40 Aircraft Instrument Integrated Systems door E. H. J. Pallett, Longman Sc & Tech 1992 ISBN: ISBN-10:

41 Vliegtuigen, voor B1 en B3, volgens eisen RLD, deel A door ir. C.J.A. Langedijk, ir. J.G.W. van Ruitenbeek, capt. J.M. Nieuwenhuijse b.d. jaar onbekend ISBN: nvt ISBN-10: nvt 40

42 Websites

43 Logboek Zie geschreven logboek. Labjournaal Zie bijlagen. 42

44 43

45 44

46 Tim de Boer (DV6S-N&G) Jasper Müller (DV6R-N&T) Da Vinci College Hoornselaan AX Purmerend Begeleider: Dhr. F. Postma Jaar:

Hand- out Boeing 737 vliegen. hand- out- PU.01

Hand- out Boeing 737 vliegen. hand- out- PU.01 Hand- out Boeing 737 vliegen. Pitch- Up Arendweg 37- B Lelystad Airport 085-210 60 66 pitch- up.nl 1 Deze hand- out is samengesteld door Simcenter Lelystad, Pitch- Up en wordt toegepast bij het uitvoeren

Nadere informatie

Hand- out Boeing 737. hand- out- PU.01

Hand- out Boeing 737. hand- out- PU.01 Hand- out Boeing 737 Pitch- Up Arendweg 37- B Lelystad Airport hand- out- PU.01 085-210 60 66 leervandeluchtvaart.nl 1 Deze hand- out is samengesteld door Simcenter Lelystad, Pitch- Up en wordt toegepast

Nadere informatie

Sheets inleiding ontwerpen

Sheets inleiding ontwerpen Sheets inleiding ontwerpen Boten bouwen Periode 4 themaklas Doel van het project Bedenk een ontwerp voor een boot Verkoop dit ontwerp aan de baas (ik) Bouw je eigen ontwerp De winnaars winnen een bouwpakket

Nadere informatie

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2

Inhoud. Inleiding 2. Materiaal & Methode 3. Resultaten 5. Theoretisch Kader 6. Discussie 7. Bronnen 9. Appendix Onderzoeksvraag 2 Bifilaire slinger De invloed van de slingerlengte, de lengte van en afstand tussen de draden op de trillingstijd van een bifilaire slinger. Kiki de Boer, Sitti Romijn, Thomas Markhorst & Lucas Cohen Calandlyceum

Nadere informatie

Laten we eens kijken naar de volgende grafiek:

Laten we eens kijken naar de volgende grafiek: Hoogte en snelheidscontrole Een vliegtuig is moeilijker te besturen dan een auto. Dat komt niet alleen om dat de cockpit ingewikkelder is, meer knopjes bevat. Het werkelijke, achterliggende, probleem is

Nadere informatie

Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo

Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo Uitwerkingen van 3 klas NOVA natuurkunde hoofdstuk 6 arbeid en zo 1 Arbeid verrichten 1 a) = 0 b) niet 0 en in de richting van de beweging c) =0 d) niet 0 e tegengesteld aan de beweging 2 a) De wrijvingskracht

Nadere informatie

Bewegingswetten van Newton:

Bewegingswetten van Newton: Bewegingswetten van Newton: Eerste wet van Newton Traagheidswet, Een voorwerp waarop geen (resulterende) kracht werkt blijft in rust of behoudt haar snelheid en richting Tweede wet van Newton Bewegingswet,

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo 2002 - II

Eindexamen wiskunde b 1-2 havo 2002 - II Pompen of... Een cilindervormig vat met een hoogte van 32 dm heeft een inhoud van 8000 liter (1 liter = 1 dm 3 ). figuur 1 4p 1 Bereken de diameter van het vat. Geef je antwoord in gehele centimeters nauwkeurig.

Nadere informatie

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275

Werken met eenheden. Introductie 275. Leerkern 275 Open Inhoud Universiteit Appendix B Wiskunde voor milieuwetenschappen Werken met eenheden Introductie 275 Leerkern 275 1 Grootheden en eenheden 275 2 SI-eenhedenstelsel 275 3 Tekenen en grafieken 276 4

Nadere informatie

Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!!

Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!! Naam: Voortgangstoets NAT 5 VWO 45 min. Week 49 SUCCES!!! Noteer niet uitsluitend de antwoorden, maar ook je redeneringen (in correct Nederlands) en de formules die je gebruikt hebt! Maak daar waar nodig

Nadere informatie

Aerodynamica Draagkracht. Eenparige rechtlijnige beweging Krachten zijn in evenwicht Lift = Gewicht Weerstand = Trekkracht

Aerodynamica Draagkracht. Eenparige rechtlijnige beweging Krachten zijn in evenwicht Lift = Gewicht Weerstand = Trekkracht Aerodynamica Draagkracht Eenparige rechtlijnige beweging Krachten zijn in evenwicht Lift = Gewicht Weerstand = Trekkracht 1 Aerodynamica Draagkracht Continuïteitswet: In elke doorsnede van de stromingsbuis

Nadere informatie

Inhoud. Inhoud 1. Voorwoord 2. Hoe haalt een windmolen zijn energie uit de wind 3. Bij welke invalshoek van de wind is de energieopbrengst maximaal?

Inhoud. Inhoud 1. Voorwoord 2. Hoe haalt een windmolen zijn energie uit de wind 3. Bij welke invalshoek van de wind is de energieopbrengst maximaal? Inhoud Inhoud 1 Voorwoord 2 Hoe haalt een windmolen zijn energie uit de wind 3 Bij welke invalshoek van de wind is de energieopbrengst maximaal? 5 Wat is de invloed van het toerental op de energieopbrengst?

Nadere informatie

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden.

2: vermindering van koolmonoxide, kooldioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide en dat is erg goed om het broeikaseffect tegen te houden. Stelling door T. 1429 woorden 12 juni 2014 7,8 2 keer beoordeeld Vak Methode Biologie Nectar Stelling 1: openbaar vervoer moet gratis worden 1: km autorijden levert dan per passagier gemiddeld zeven keer

Nadere informatie

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl)

Examen HAVO. Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl) Wiskunde B1,2 (nieuwe stijl) Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 19 juni 13.30 16.30 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 85 punten te behalen; het examen bestaat uit

Nadere informatie

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013. TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4. Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX VAK: natuurkunde KLAS: Havo 4 DATUM: 20 juni 2013 TIJD: 10.10 11.50 uur TOETS: T1 STOF: Hfd 1 t/m 4 Toegestane hulpmiddelen: Binas + (gr) rekenmachine Bijlagen: 2 blz Opmerkingen voor surveillant XXXXXXXXXXXXXXXXXXX

Nadere informatie

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011

vwo: Het maken van een natuurkunde-verslag vs 21062011 Het maken van een verslag voor natuurkunde, vwo versie Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige

Nadere informatie

TRANSPORT 3.5 Krachten

TRANSPORT 3.5 Krachten Schooljaar: 2015-2016 TRANSPORT 3.5 Krachten KLAS 2A 2B 2C 2D 2G Algemene Techniek Mnr. Baromeo 1. Transport & Krachten Op transportmiddelen kunnen de volgende krachten werken. 1) Aandrijvingskracht (de

Nadere informatie

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3

Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Samenvatting snelheden en 6.1 6.3 Boekje snelheden en bewegen Een beweging kan je op verschillende manieren vastleggen: Fotograferen met tussenpozen, elke foto is een gedeelte van een beweging Stroboscopische

Nadere informatie

Toelatingstoets havoniveau natuurkunde max. 42 p, vold 24 p

Toelatingstoets havoniveau natuurkunde max. 42 p, vold 24 p Toelatingstoets havoniveau natuurkunde max. 42 p, vold 24 p Verantwoording: Opgave 1 uit havo natuurkunde 1,2: 2009_1 opg 4 (elektriciteit) Opgave 2 uit havo natuurkunde 1,2: 2009_2 opg 1 (licht en geluid)

Nadere informatie

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt.

Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10. Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk. Let op dat je alle vragen beantwoordt. Oefentoets Schoolexamen 5 Vwo Natuurkunde Leerstof: Hoofdstukken 1, 2, 4, 9 en 10 Tijdsduur: Versie: A Vragen: Punten: Hulpmiddelen: Niet grafische rekenmachine, binas 6 de druk Opmerking: Let op dat je

Nadere informatie

Meten is weten, dat geldt ook voor het vakgebied natuurkunde. Om te meten gebruik je hulpmiddelen, zoals timers, thermometers, linialen en sensoren.

Meten is weten, dat geldt ook voor het vakgebied natuurkunde. Om te meten gebruik je hulpmiddelen, zoals timers, thermometers, linialen en sensoren. 1 Meten en verwerken 1.1 Meten Meten is weten, dat geldt ook voor het vakgebied natuurkunde. Om te meten gebruik je hulpmiddelen, zoals timers, thermometers, linialen en sensoren. Grootheden/eenheden Een

Nadere informatie

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA)

Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Werkblad 3 Bewegen antwoorden- Thema 14 (NIVEAU BETA) Theorie In werkblad 1 heb je geleerd dat krachten een snelheid willen veranderen. Je kunt het ook omdraaien, als er geen kracht werkt, dan verandert

Nadere informatie

Inspectie Verkeer en Waterstaat

Inspectie Verkeer en Waterstaat Inspectie Verkeer en Waterstaat Theorie examen JAR-FCL PPL voorbeeldexamen AGK/POF PPL(A) 1 Hoeveel bedraagt het gewicht van 1 m 3 lucht nabij het aardoppervlak? A) 12.25 kg. B) 12.25 gr. C) 1.225 gr.

Nadere informatie

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur

Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en temperatuur Profielwerkstuk Natuurkunde Weerstand en tem Profielwerkstuk door een scholier 1083 woorden 10 maart 2016 6 7 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Weerstand en tem Hoe heeft de tem invloed op de weerstand van

Nadere informatie

Space Experience Curaçao

Space Experience Curaçao Space Experience Curaçao PTA T1 Natuurkunde SUCCES Gebruik onbeschreven BINAS en (grafische) rekenmachine toegestaan. De K.L.M. heeft onlangs aangekondigd, in samenwerking met Xcor Aerospace, ruimte-toerisme

Nadere informatie

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam.

Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Over gewicht Bepaling van de dichtheid van het menselijk lichaam. Inleiding. In het project Over gewicht worden gewichtige zaken op allerlei manieren belicht. In de wiskundeles heb je aandacht besteed

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht

Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef Natuurkunde Vallen en zwaartekracht Proef door een scholier 1883 woorden 19 januari 2005 5,4 91 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Natuurkunde overal Verband tussen massa en zwaartekracht Wat

Nadere informatie

VWO CASE SPEED KITESURFEN

VWO CASE SPEED KITESURFEN VWO CASE SPEED KITESURFEN In het dagelijks leven neemt windenergie een steeds belangrijkere plek in. Overal zie je windmolens verschijnen. Gebruik maken van de wind is immers beter voor het milieu dan

Nadere informatie

Wet van Bernoulli. 1 Druk in stilstaande vloeistoffen en gassen 2 Druk in stromende vloeistoffen en gassen 3 Wet van Bernoulli

Wet van Bernoulli. 1 Druk in stilstaande vloeistoffen en gassen 2 Druk in stromende vloeistoffen en gassen 3 Wet van Bernoulli Wet van Bernoulli 1 Druk in stilstaande vloeistoffen en gassen 2 Druk in stromende vloeistoffen en gassen 3 Wet van Bernoulli 1 Druk in stilstaande vloeistoffen en gassen Druk in een vloeistof In de figuur

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II

Eindexamen wiskunde B1-2 havo 2002-II Pompen of... Een cilindervormig vat met een hoogte van 32 dm heeft een inhoud van 8000 liter (1 liter = 1 dm 3 ). figuur 1 4p 1 Bereken de diameter van het vat. Geef je antwoord in gehele centimeters nauwkeurig.

Nadere informatie

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A.

In het internationale eenhedenstelsel, ook wel SI, staan er negen basisgrootheden met bijbehorende grondeenheden. Dit is BINAS tabel 3A. Grootheden en eenheden Kwalitatieve en kwantitatieve waarnemingen Een kwalitatieve waarneming is wanneer je meet zonder bijvoorbeeld een meetlat. Je ziet dat een paard hoger is dan een muis. Een kwantitatieve

Nadere informatie

Taak van de hoofdrotor

Taak van de hoofdrotor Helikopter vliegen Taak van de hoofdrotor De taak van de hoofdrotor is het generen van lift, waardoor de helikopter omhoog wordt getrokken. In principe is de rotor een stel draaiende vleugels), waarbij

Nadere informatie

De kinematische viscositeit gebruikt de dynamische viscositeit om het reynoldsgetal te bepalen van een object. De formule hiervoor is:

De kinematische viscositeit gebruikt de dynamische viscositeit om het reynoldsgetal te bepalen van een object. De formule hiervoor is: Theoretisch kader In dit deel van het verslag wordt er gekeken naar de benodigde informatie om het proces goed te doorlopen. Deze informatie zal voornamelijk betrekking hebben op de aerodynamica wetten

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1

Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting Natuurkunde Hoofdstuk 1 Samenvatting door een scholier 1494 woorden 8 april 2014 7,8 97 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Systematische natuurkunde Grootheden en eenheden Kwalitatieve

Nadere informatie

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag

Practicum algemeen. 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag Practicum algemeen 1 Diagrammen maken 2 Lineair verband en evenredig verband 3 Het schrijven van een verslag 1 Diagrammen maken Onafhankelijke grootheid en afhankelijke grootheid In veel experimenten wordt

Nadere informatie

lucht afzetten. Lucht heeft niet een vaste plaats zoals we weten. Hiervoor heeft men een systeem ontwikkeld waarop we hierna in zullen gaan.

lucht afzetten. Lucht heeft niet een vaste plaats zoals we weten. Hiervoor heeft men een systeem ontwikkeld waarop we hierna in zullen gaan. Beechcraft Baron 58 Beech Baron 58 Cessna Skyhawk Als we de Beech Baron met een Cessna Skyhawk vergelijken, dan valt gelijk op dat de Cessna een eenmotorig en de Beech Baron een tweemotorig vliegtuig is.

Nadere informatie

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2)

Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Theorie: Snelheid (Herhaling klas 2) Snelheid en gemiddelde snelheid Met de grootheid snelheid geef je aan welke afstand een voorwerp in een bepaalde tijd aflegt. Over een langere periode is de snelheid

Nadere informatie

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-I

Eindexamen natuurkunde 1-2 vwo 2007-I Opgave 5 Kanaalspringer Lees onderstaand artikel en bekijk figuur 5. Sprong over Het Kanaal Stuntman Felix Baumgartner is er als eerste mens in geslaagd om over Het Kanaal te springen. Hij heeft zich boven

Nadere informatie

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni keer beoordeeld. Natuurkunde. De Veer. Het bepalen van de veerconstante,

4,4. Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni keer beoordeeld. Natuurkunde. De Veer. Het bepalen van de veerconstante, Praktische-opdracht door een scholier 2528 woorden 23 juni 2004 4,4 127 keer beoordeeld Vak Natuurkunde De Veer Het bepalen van de veerconstante, Het bepalen van de trillingstijd van een veer, Het bepalen

Nadere informatie

Phydrostatisch = gh (6)

Phydrostatisch = gh (6) Proefopstellingen: Bernoulli-opstelling De Bernoulli-vergelijking (2) kan goed worden bestudeerd met een opstelling zoals in figuur 4. In de figuur staat de luchtdruk aangegeven met P0. Uiterst links staat

Nadere informatie

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl.

De hoogte tijd grafiek is ook gegeven. d. Bepaal met deze grafiek de grootste snelheid van de vuurpijl. et1-stof Havo4: havo4 A: hoofdstuk 1 t/m 4 Deze opgaven en uitwerkingen vind je op www.agtijmensen.nl Bij het et krijg je in 1 minuten ongeveer deelvragen. Oefen-examentoets et-1 havo 4 1/11 1. Een lancering.

Nadere informatie

De diverse somsoorten bij Fysica

De diverse somsoorten bij Fysica De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:

Nadere informatie

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2).

RBEID 16/5/2011. Een rond voorwerp met een massa van 3,5 kg hangt stil aan twee touwtjes (zie bijlage figuur 2). HOOFDSTUK OOFDSTUK 4: K NATUURKUNDE KLAS 4 4: KRACHT EN ARBEID RBEID 16/5/2011 Totaal te behalen: 33 punten. Gebruik eigen grafische rekenmachine en BINAS toegestaan. Opgave 0: Bereken op je rekenmachine

Nadere informatie

snelheid in m/s Fig. 2

snelheid in m/s Fig. 2 Dit oefen-vt en de uitwerking vind je op Itslearning en op www.agtijmensen.nl 1. Oversteken. Een BMW nadert eenparig met 21 m/s een 53 m verder gelegen zebrapad. Ria die bij de zebra stond te wachten steekt

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS APRIL :00 12:45 uur TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2013 TOETS 1 24 APRIL 2013 11:00 12:45 uur MECHANICA 1 Blok en veer. (5 punten) Een blok van 3,0 kg glijdt over een wrijvingsloos tafelblad met een snelheid van 8,0 m/s

Nadere informatie

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier

Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren van de mens. F spier Samenvatting door F. 823 woorden 3 maart 2015 7,4 32 keer beoordeeld Vak NaSk Sport, kracht en beweging 1 Naam van de kracht: Uitleg: Afkorting: Spierkracht De kracht die wordt uitgeoefend door spieren

Nadere informatie

Aerodynamica Overtrek en tolvlucht. Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe.

Aerodynamica Overtrek en tolvlucht. Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe. Luchtdruk neemt af, Vervolgens neemt de luchtdruk weer toe. 1 1. Luchtdeeltjes stromen tegen de druk in en worden hierdoor afgeremd. 2. Op een gegeven moment verander de stroomrichting en laat de stroming

Nadere informatie

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45

TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45 TWEEDE RONDE NATUURKUNDE OLYMPIADE 2019 TOETS 1 17 APRIL 2019 Tijdsduur: 1h45 Enige constanten en dergelijke MECHANICA 1 Twee prisma`s. (4 punten) Twee gelijkvormige prisma s met een hoek α van 30 hebben

Nadere informatie

natuurkunde vwo 2017-I

natuurkunde vwo 2017-I Cessna In figuur 1 staat een foto van een Cessna, een eenmotorig vliegtuig. figuur 1 In tabel 1 staan gegevens van deze Cessna. tabel 1 figuur 2 Cessna lengte 7,3 m spanwijdte 10,7 m hoogte 3,0 m tankinhoud

Nadere informatie

De diverse somsoorten bij Fysica

De diverse somsoorten bij Fysica De diverse somsoorten bij Fysica 1 liter zout water weegt 1,03 kilo 1 liter zoet water weegt 1,00 kilo 1 meter zout water levert 0,1 bar druk op 1 meter zoet water levert 0,097 bar druk op Belangrijk:

Nadere informatie

Inleiding kracht en energie 3hv

Inleiding kracht en energie 3hv Inleiding kracht en energie 3hv Opdracht 1. Wat doen krachten? Leg uit wat krachten kunnen doen. Opdracht 2. Grootheden en eenheden. Vul in: Grootheid Eenheid Andere eenheid Naam Symbool Naam Symbool Naam

Nadere informatie

Hoofdstuk 6 Energie en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal

Hoofdstuk 6 Energie en beweging. Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal Hoofdstuk 6 Energie en beweging Gemaakt als toevoeging op methode Natuurkunde Overal 6.1 Energie omzetten en overdragen Arbeid De energie die de kracht geeft/overdraagt aan het voorwerp waar de kracht

Nadere informatie

Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht

Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht Praktische opdracht Natuurkunde Ballon vlucht Praktische-opdracht door een scholier 5680 woorden 10 augustus 2010 7 22 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde proef: Ballon vlucht Liselotte & Nina

Nadere informatie

Hoofdstuk 4: Arbeid en energie

Hoofdstuk 4: Arbeid en energie Hoofdstuk 4: Arbeid en energie 4.1 Energiebronnen Arbeid: W =............. Energie:............................................................................... Potentiële energie: E p =.............

Nadere informatie

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING

FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING FYSICA DM THEORIE SAMENVATTING Elementen - Elementen kunnen op 3 manieren voorkomen: - Vast - Vloeibaar - Gasvormig Water & Warmte - Warmte overdracht op 3 manieren - Geleiding direct contact / toepassing

Nadere informatie

Vraag Antwoord Scores. methode 1 Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. ( ) ( ) 2

Vraag Antwoord Scores. methode 1 Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. ( ) ( ) 2 natuurkunde vwo 05-II Opgave Indoor Skydive maximumscore 3 uitkomst: h =,7 0 m voorbeelden van een berekening: methode Omdat de luchtweerstand verwaarloosd wordt, geldt: v( t) = gt. Invullen levert: 40

Nadere informatie

Examen HAVO. wiskunde A. tijdvak 1 dinsdag 18 mei 13.30-16.30 uur

Examen HAVO. wiskunde A. tijdvak 1 dinsdag 18 mei 13.30-16.30 uur Examen HAVO 2010 tijdvak 1 dinsdag 18 mei 13.30-16.30 uur wiskunde A Dit examen bestaat uit 23 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 82 punten te behalen. Voor elk vraagnummer staat hoeveel punten met

Nadere informatie

Tekst lezen en vragen stellen

Tekst lezen en vragen stellen Tekst lezen en vragen stellen 1. Om een tekst goed te begrijpen is het erg belangrijk om een tekst actief te lezen. In de uitleg lees je hoe je dat moet doen. Als je actief leest, dan: - controleer je

Nadere informatie

Flowlabpracticum - Lynn Verkroost, Nick Van Bossche en Michiel Haegeman

Flowlabpracticum - Lynn Verkroost, Nick Van Bossche en Michiel Haegeman Vleugelprofiel Drukcoëfficiënt α=4 Voorbij het stuwpunt neemt de druk eerst af, om daarna weer toe te nemen. (Drukzijde: aan tip / zuigzijde: bovenoppervlak - waar er onderdruk is - ) α=12 Bij deze aanvalshoek

Nadere informatie

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand:

We hebben 3 verschillende soorten van wrijving, geef bij elk een voorbeeld: - Rollende wrijving: - Glijdende wrijving: - Luchtweerstand: Lespakket wrijving Inleiding Wrijving is een natuurkundig begrip dat de weerstandskracht aanduidt, die ontstaat als twee oppervlakken langs elkaar schuiven, terwijl ze tegen elkaar aan gedrukt worden.

Nadere informatie

Eindexamen wiskunde B havo II (oude stijl)

Eindexamen wiskunde B havo II (oude stijl) Pompen of Een cilindervormig vat met een hoogte van 32 decimeter heeft een inhoud van 8000 liter ( liter = dm 3 ) en is geheel gevuld met water. Aan de kraan onder aan het vat (zie figuur ) wordt een pomp

Nadere informatie

Taak van de hoofdrotor

Taak van de hoofdrotor Helikopter vliegen Taak van de hoofdrotor De taak van de hoofdrotor is het generen van lift, waardoor de helikopter omhoog wordt getrokken. In principe is de rotor een stel draaiende vleugels), waarbij

Nadere informatie

Aerodynamica Practicum

Aerodynamica Practicum Aerodynamica Practicum Aviation Studies Jaar 1, Groep BB Marleen Hillen, Niels de Ruijter, Max Witteman, Tristen de Vries Inhoudsopgave Samenvatting... 2 Inleiding... 3 1 Proef 1: De continuïteitswet...

Nadere informatie

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012

aluminium 2,7 0, ,024 ijzer 7,9 0, ,012 DEZE TAAK BESTAAT UIT 36 ITEMS. --------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------- Dichtheid Soortelijke

Nadere informatie

John J. Videler. Hoe vogels vliegen SOVON 2012. Foto: Herman Berkhoudt

John J. Videler. Hoe vogels vliegen SOVON 2012. Foto: Herman Berkhoudt John J. Videler Hoe vogels vliegen SOVON 2012 Foto: Herman Berkhoudt Grote albatros: spanwijdte 324 cm Kleinste vogel: bijkolibrie (2 g) Brandgans Schouderveren Vleugeldekveren Duimvleugel Kleine armslagpennen

Nadere informatie

oppervlakte grondvlak hoogte

oppervlakte grondvlak hoogte OVERZICHT FORMULES: omtrek cirkel = π diameter oppervlakte cirkel = π straal 2 inhoud prisma = oppervlakte grondvlak hoogte inhoud cilinder = oppervlakte grondvlak hoogte inhoud kegel = 1 3 oppervlakte

Nadere informatie

toelatingsexamen-geneeskunde.be

toelatingsexamen-geneeskunde.be Fysica juli 2009 Laatste update: 31/07/2009. Vragen gebaseerd op het ingangsexamen juli 2009. Vraag 1 Een landingsbaan is 500 lang. Een vliegtuig heeft de volledige lengte van de startbaan nodig om op

Nadere informatie

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS

AVONTURENPAKKET DE UITVINDERS LESBRIEVEN LEERLINGEN WERKBLAD LESBRIEF 3: VLIEGEN Verhaal: De Uitvinders en De Verdronken Rivier (deel 3) Vliegen Opdracht 1: Opdracht 2: Opdracht 3: Ontwerp een vliegmachine Proefvliegen: drijven op

Nadere informatie

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage.

Examen HAVO. wiskunde B (pilot) tijdvak 2 woensdag 20 juni 13.30-16.30 uur. Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Eamen HAV 0 tijdvak woensdag 0 juni 3.30-6.30 uur wiskunde B (pilot) Bij dit eamen hoort een uitwerkbijlage.. Dit eamen bestaat uit 0 vragen. Voor dit eamen zijn maimaal 8 punten te behalen. Voor elk vraagnummer

Nadere informatie

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4

Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 Uitwerkingen opgaven hoofdstuk 4 4.1 De eerste wet van Newton Opgave 7 Opgave 8 a F zw = m g = 45 9,81 = 4,4 10 N b De zwaartekracht werkt verticaal. Er is geen verticale beweging. Er moet dus een tweede

Nadere informatie

Meteorologie. Cirrus, cirrocumulus en cirrostratus zijn; A lage bewolking B middenbewolking C hoge bewolking. 1) Altocumulus en altostratus zijn ;

Meteorologie. Cirrus, cirrocumulus en cirrostratus zijn; A lage bewolking B middenbewolking C hoge bewolking. 1) Altocumulus en altostratus zijn ; Cirrus, cirrocumulus en cirrostratus zijn; 1) Altocumulus en altostratus zijn ; Meteorologie 2) Stratus, stratocumulus en cumulus zijn; 3) Cumulonimbus en nimbostratuswolken vinden we terug ; A enkel in

Nadere informatie

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15.

- KLAS 5. a) Bereken de hellingshoek met de horizontaal. (2p) Heb je bij a) geen antwoord gevonden, reken dan verder met een hellingshoek van 15. NATUURKUNDE - KLAS 5 PROEFWERK H6 22-12-10 Het proefwerk bestaat uit 3 opgaven met in totaal 31 punten. Gebruik van BINAS en grafische rekenmachine is toegestaan. Opgave 1: De helling af (16p) Een wielrenner

Nadere informatie

3 Veranderende krachten

3 Veranderende krachten 3 Veranderende krachten B Modelleren Een computermodel van bewegingen in SCYDynamics NLT-module Het lesmateriaal bij deze paragraaf vormt een onderdeel van de NLT-module Dynamische Modellen VWO. Wat gaan

Nadere informatie

1 oppervlakte grondvlak hoogte

1 oppervlakte grondvlak hoogte Examen VMBO-GL en TL 2007 tijdvak 2 dinsdag 19 juni 13.30-15.30 uur wiskunde CSE GL en TL Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Dit examen bestaat uit 23 vragen. Voor dit examen zijn maximaal 81 punten

Nadere informatie

Figuur 3 Totale druk bij aanvalshoek 4 Figuur 4 Totale druk bij aanvalshoek 4

Figuur 3 Totale druk bij aanvalshoek 4 Figuur 4 Totale druk bij aanvalshoek 4 Practicum Flowlab Lien Crombé & Mathias Peirlinck 2 de bachelor Ingenieurswetenschappen: bouwkunde 12/11/2009 Opgave 1: Stroming over Clark-Y profiel Invloed van aanvalshoek op fluïdumeigenschappen Druk

Nadere informatie

Windmolenpark Houten. Project nask & techniek Leerjaar 2 havo/atheneum College de Heemlanden, Houten. Namen: Klas:

Windmolenpark Houten. Project nask & techniek Leerjaar 2 havo/atheneum College de Heemlanden, Houten. Namen: Klas: Namen: Klas: Windmolenpark Houten Project nask & techniek Leerjaar 2 havo/atheneum College de Heemlanden, Houten Ontwikkeld door: Geert Veenstra Gerard Visker Inhoud Probleem en hoofdopdracht Blz 3 Samenwerking

Nadere informatie

Exact periode Youdenplot Krachten Druk

Exact periode Youdenplot Krachten Druk Exact periode 10.2 Youdenplot Krachten Druk Youdenplot. De Youdenplot wordt uitgelegd aan de hand van een presentatie. Exact Periode 10.2 2 Krachten. Een kracht kan een voorwerp versnellen of vervormen.

Nadere informatie

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl)

Examen HAVO. Wiskunde B (oude stijl) Wiskunde B (oude stijl) Examen HAVO Hoger Algemeen Voortgezet Onderwijs Tijdvak 2 Woensdag 9 juni 3.30 6.30 uur 20 02 Voor dit examen zijn maximaal 90 punten te behalen; het examen bestaat uit 9 vragen.

Nadere informatie

jaar: 1989 nummer: 17

jaar: 1989 nummer: 17 jaar: 1989 nummer: 17 De snelheidscomponent van een deeltje voldoet aan : v x = a x t, waarin a x constant is en negatief. De plaats van het deeltje wordt voorgesteld door x. Aangenomen wordt dat x= 0

Nadere informatie

Spanningscoëfficiënt water. 1 Doel 1. 2 Theorie 1

Spanningscoëfficiënt water. 1 Doel 1. 2 Theorie 1 Proefnummer : FE3-W5-WA1 Naam schrijver : René van Velzen Naam medewerker : Guillaume Goijen klas en PGO-groep : TN-P2, Groep 1 Datum practicum : 4 Oktober 2007 Datum inlevering : 11 Oktober 2007 Inhoudsopgave

Nadere informatie

Eindexamen havo wiskunde B pilot II

Eindexamen havo wiskunde B pilot II Het gewicht van een paard Voor mensen die paarden verzorgen figuur 1, is het belangrijk om te weten hoe zwaar hun paard is. Het gewicht van een paard kan worden geschat met behulp van twee afmetingen:

Nadere informatie

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk.

Titel: De titel moet kort zijn en toch aangeven waar het onderzoek over gaat. Een subtitel kan uitkomst bieden. Een bijpassend plaatje is leuk. Het maken van een verslag voor natuurkunde Deze tekst vind je op www.agtijmensen.nl: Een voorbeeld van een verslag Daar vind je ook een po of pws verslag dat wat uitgebreider is. Gebruik volledige zinnen

Nadere informatie

Samenvatting Natuurkunde H3 Beweging

Samenvatting Natuurkunde H3 Beweging Samenvatting Natuurkunde H3 Beweging Samenvatting door Marith 737 woorden 21 november 2016 2,7 2 keer beoordeeld Vak Methode Natuurkunde Nova Samenvatting H3 Beweging Klas 3 Inhoud Paragraaf 1 3 Paragraaf

Nadere informatie

Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje

Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje Verslag Natuurkunde Versnelling Karretje Verslag door B. 1773 woorden 9 november 2014 6,1 14 keer beoordeeld Vak Natuurkunde 2. Inleiding De rede dat ik dit proefje heb gedaan is om te onderzoeken wat

Nadere informatie

Voortgang CO2 reductie

Voortgang CO2 reductie Voortgang CO2 reductie Introductie A. Hak wil in 2030 CO2 neutraal werken en heeft doorlopend aandacht voor de invloed van onze werkzaamheden op het milieu. Wij zijn gecertificeerd volgens ISO 14001, MVO

Nadere informatie

Vliegtuigen. Inleiding. De geschiedenis van het vliegtuig

Vliegtuigen. Inleiding. De geschiedenis van het vliegtuig Vliegtuigen Inleiding Een vliegtuig is een voertuig dat in de lucht vliegt. Een passagiersvliegtuig is een vliegtuig die mensen vervoerd. Een gevechtsvliegtuig is een vliegtuig die oorlog voert. Een gevechtsvliegtuig

Nadere informatie

Inleiding tot de natuurkunde

Inleiding tot de natuurkunde OBC Inleiding tot de Natuurkunde 01-08-2010 W.Tomassen Pagina 1 Hoofdstuk 1 : Hoe haal ik hoge cijfers. 1. Maak van elke paragraaf een samenvatting. (Titels, vet/schuin gedrukte tekst, opsommingen en plaatsjes.)

Nadere informatie

De bepaling van de positie van een. onderwatervoertuig (inleiding)

De bepaling van de positie van een. onderwatervoertuig (inleiding) De bepaling van de positie van een onderwatervoertuig (inleiding) juli 2006 Bepaling positie van een onderwatervoertuig. Inleiding: Het volgen van onderwatervoertuigen (submersibles, ROV s etc) was in

Nadere informatie

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald

De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald Hieronder wordt uitgelegd wat massadichtheid betekent. De massadichtheid, dichtheid of soortelijke massa van een stof is de massa die aanwezig is in een bepaald volume. De massadichtheid is dus bijvoorbeeld

Nadere informatie

Testen en metingen op windenergie.

Testen en metingen op windenergie. Testen en metingen op windenergie. Inleiding Als we rond groene energie begonnen te denken, dan kwam windenergie als een van de meest vanzelfsprekende vormen van groene energie naar boven. De wind heeft

Nadere informatie

Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; veerconstante

Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; veerconstante Proef Natuurkunde Massa en zwaartekracht; ve Proef door een scholier 1568 woorden 20 januari 2003 4,9 273 keer beoordeeld Vak Natuurkunde Natuurkunde practicum 1.3 Massa en zwaartekracht; ve De probleemstelling

Nadere informatie

Proefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef.

Proefopstelling Tekening van je opstelling en beschrijving van de uitvoering van de proef. Practicum 1: Meetonzekerheid in slingertijd Practicum uitgevoerd door: R.H.M. Willems Hoe nauwkeurig is een meting? Onderzoeksvragen Hoe groot is de slingertijd van een 70 cm lange slinger? Waardoor wordt

Nadere informatie

Het berekenen van de componenten: Gebruik maken van sinus, cosinus, tangens en/of de stelling van Pythagoras. Zie: Rekenen met vectoren.

Het berekenen van de componenten: Gebruik maken van sinus, cosinus, tangens en/of de stelling van Pythagoras. Zie: Rekenen met vectoren. 3.1 + 3.2 Kracht is een vectorgrootheid Kracht is een vectorgrootheid 1 : een grootheid met een grootte én een richting. Bij het tekenen van een krachtpijl geldt: De pijl begint in het aangrijpingspunt

Nadere informatie

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje

Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje Havo 4 - Practicumwedstrijd Versnelling van een karretje Vandaag gaan jullie een natuurkundig experiment doen in een hele andere vorm dan je gewend bent, namelijk in de vorm van een wedstrijd. Leerdoelen

Nadere informatie

Gebruiksaanwijzing leerdagboek

Gebruiksaanwijzing leerdagboek Gebruiksaanwijzing leerdagboek Exempel Vliegen met de Wrights Afdrukken pagina 2-13 dubbelzijdig formaat A4 naar behoefte kunnen lege A4-pagina s worden tussengevoegd Aanwijzingen Schrijf- en tekenruimte

Nadere informatie

PRACTICUM SPRINGEN, KRACHT EN VERSNELLING

PRACTICUM SPRINGEN, KRACHT EN VERSNELLING LESKIST SPORT EN BEWEGING PRACTICUM SPRINGEN, KRACHT EN VERSNELLING Om hoog te kunnen springen moet je je met flinke kracht tegen de grond afzetten. Bovenin de lucht hang je heel even stil voordat je weer

Nadere informatie

natuur- en scheikunde 1 CSE KB

natuur- en scheikunde 1 CSE KB Examen VMBO-KB 2017 tijdvak 1 vrijdag 19 mei 13.30-15.30 uur natuur- en scheikunde 1 CSE KB Bij dit examen hoort een uitwerkbijlage. Gebruik het BINAS informatieboek. Dit examen bestaat uit 37 vragen.

Nadere informatie

Zwaartekrachtenergie contra Bewegingsenergie. Rekenen met de snelste rollercoaster ter wereld de Kingda Ka

Zwaartekrachtenergie contra Bewegingsenergie. Rekenen met de snelste rollercoaster ter wereld de Kingda Ka Zwaartekrachtenergie contra Bewegingsenergie Rekenen met de snelste rollercoaster ter wereld de Kingda Ka Kingda Ka de snelste rollercoaster ter wereld Algemene informatie Type Accelerator Coaster Bouwer(s)

Nadere informatie

Roeisloepwedstrijden worden beslist door te berekenen hoeveel vermogen de roeiers nodig hadden om de gehaalde gemiddelde roeisnelheid te halen.

Roeisloepwedstrijden worden beslist door te berekenen hoeveel vermogen de roeiers nodig hadden om de gehaalde gemiddelde roeisnelheid te halen. Cw-kromme Roelf Pot, februari 2015 Roeisloepwedstrijden worden beslist door te berekenen hoeveel vermogen de roeiers nodig hadden om de gehaalde gemiddelde roeisnelheid te halen. Om dat vermogen (P) te

Nadere informatie