Sluis. Sluice. Sluizen en stuwen in Nederland UDC 626.4

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Sluis. Sluice. Sluizen en stuwen in Nederland UDC 626.4"

Transcriptie

1 UDC Sluice Sluizen en stuwen in Nederland

2 a. Stroomsluizen Tot

3 RVblad Rotterdam. Blootgelegde, middeleeuwse sluis bij de bouw van de spoortunnel in Katwijk aan Zee. De uitwateringssluizen uit nieuwe materiaal toepaste, werd gebouwd in 1893 in de noordelijke Maasdijk bij Nederhemert (Gld) afb. 5. In de 20ste eeuw werden steen en hout langzamerhand vrijwel geheel verdrongen door het gewapend beton. Uitwateringssluizen kan men onderverdelen in sluizen met een directe afwatering van een polder en sluizen die het water van een boezem afvoeren. Sluizen met een directe afwatering, soms wel poldersluizen genoemd, lozen het overtollige polderwater rechtstreeks op zee, op een rivierarm of op een rivier. De achter de sluis 5. De gewapende betonnen duiker van de sluis bij Nederhemert-Zuid (Gld) uit gelegen polders liggen hoog genoeg om het overtollige water bij lage buitenwaterstanden te kunnen kwijtraken. Deze uitwateringssluizen zijn meestal klein. De tweede groep is te vinden bij de lager gelegen polders. Daar wordt het polderwater eerst op de boezem gemalen. Een boezem omvat de gezamenlijke vaarten met alle aanwezige meren en plassen, die als tijdelijke bergplaats voor het overtollige water van een polder dienen. Als het boezempeil hoog genoeg is, kan er op natuurlijke wijze worden geloosd met uitwateringssluizen. De sluizen die tot deze groep behoren zijn vaak groot van afmetingen. Bekende voorbeelden hiervan zijn de uitwateringssluizen te Katwijk aan Zee uit 1807 afb. 6 en die in de Afsluitdijk uit circa De sluiswijdte wordt bepaald door de eisen die aan een natuurlijke lozing worden gesteld. Hierbij is niet alleen de grootte van het gebied en de hoeveelheid neerslag van belang, maar ook de sluisgang. Dit is de tijd dat de sluis werkt, met andere woorden: de tijd dat het buitenwater lager staat dan het binnenwater. Bij het openen van een sluis in een getijdegebied zal de intensiteit van de uitstroming toenemen totdat het hoogteverschil het grootst is en daarna weer afnemen. Kokersluizen werden voor 1940 bij voorkeur niet breder gebouwd dan 5 m. Als een grotere breedte was vereist, werden enkele kokers naast elkaar gelegd. De uitwateringssluizen in de Afsluitdijk, met een kokerbreedte van 12 m, zijn hierop een uitzondering. Toepassing van meer dan een koker geeft het voordeel dat ook uitwatering kan plaatsvinden als één van de sluizen gecontroleerd of hersteld moet worden. Bij open uitwateringssluizen worden vrijwel altijd puntdeuren toegepast. Bij kokersluizen komen naast puntdeuren ook enkele draaideuren, klepdeuren en schuiven (hefdeuren) voor. Puntdeuren, enkele draaideuren en klepdeuren in uitwateringssluizen worden, als ze door de eb- en vloedbeweging van het water zelf worden bediend, wachtdeuren genoemd. Bij toepassing van wachtdeuren bezitten kokersluizen altijd een schuif als noodvoorziening. Aan zee gelegen open sluizen moesten, naast de gewone vloeddeuren, om veiligheidsredenen zijn voorzien van een extra stel deuren, stormvloeddeuren genoemd. On tlastsluizen Ontlastsluizen afb. 7 dienen om water, dat ten gevolge van een overstroming een gebied is binnengekomen, af te voeren. RDMZ RV

4 RVblad Ontlastsluis. Ze kunnen als een bijzonder type

5 RVblad a. Keersluis

6 I RVblad Coupure in de Beusichemse Dijk bij Culemborg (Gld). ll. Vlissingen. Het droogdok uit keersluizen die slechts enkele keren worden geopend om een schip door te laten. Dit is bij voorbeeld het geval als de sluis een scheepswerf met het buitenwater verbindt, waarbij het buitenwater aan eb en vloed onderhevig is. Als de sluis slechts enkele keren een schip hoeft door te laten, kan in plaats van een dure schutsluis worden volstaan met een keersluis, die bij gelijke waterstand wordt geopend. Een bijzonder type keersluis is de coupure afb. 10. Een coupure is een doorgraving van een dijk of een kade, waarmee wordt voorkomen dat het verkeer dat de waterkering moet kruisen over de dijk heen zou moeten gaan, wat lange opritten of steile hellingen vereist. De zijwanden van de doorgraving worden voorzien van een stenen of betonnen wand. In deze wand worden sponningen uitgespaard, waarin schotbalken of vloedschotten kunnen worden geplaatst. Soms zijn in plaats van schotbalken een enkele draaideur, puntdeuren of een roldeur aangebracht. Toepassing van een coupure is alleen zinvol als dergelijke hoge waterstanden niet zo vaak voorkomen. Doksluizen Doksluizen zouden als een bijzonder type van de keersluizen kunnen worden beschouwd. Zij een spuisluis te Middelburg. komen voor bij droogdokken. Het Achter de spuisluis bevond zich grootste verschil ligt in het feit gewoonlijk een spuikom, zoals dat de sluis in gesloten stand vaak nog is te zien bij de sluis te over de gehele hoogte water moet Termunterzijl (Gr) uit Bij keren. Het er achter gelegen dok opkomend tij werd de sluisdeur wordt, nadat het schip is binnen- geopend en stroomde het buitengevaren, geheel drooggepompt, water de spuikom binnen. Wanzodat aan de dokzijde geen water neer het water de hoogste stand meer tegen de deuren staat. Voor had bereikt, sloot men de sluis en 1800 werd ook een keersluis die pas als het buitenwater voldoende een haven met de open zee was gedaald, werd de sluis zo snel verbond gewoonlijk een doksluis mogelijk geopend. Het met grote genoemd. snelheid naar buiten stromende De doksluis werd in Nederland water woelde het bezonken vuil voor het eerst toegepast in het op en voerde dit met het water af. begin van de 18de eeuw voor het droogdok in Vlissingen afb. 11. Als afsluitmiddelen werden schot- Een ander vroeg voorbeeld is te deuren (hefdeuren), toldeuren, vinden in het nog steeds be- puntdeuren voorzien van tolstaande droogdok te Hellevoet- deuren, kruisende deuren en sluis uit Als afsluitmiddellen waaierdeuren toegepast. De tolvoor doksluizen werden vooral deuren en de kruisende deuren puntdeuren en schipdeuren werden speciaal voor dit doel toegepast. ontwikkeld. Door de ontwikkeling van modern baggermaterieel Spuisluizen raakten de spuisluizen in de 20ste Spuisluizen afb. 12 hebben als eeuw buiten gebruik. Spuisluizen doel het dichtslibben van water- met spuikom zijn vrijwel allemaal wegen te voorkomen en deze verdwenen of buiten gebruik, zodoende op voldoende diepte te zoals die te Goedereede (ZH) en houden. Zij waren vooral te die bij Termunterzijl. vinden aan het einde van kleine Een ander gebruik van spuisluizen zeehavens. De sluis heeft daar een is het op gezette tijden schoonfunctie ten dienste van de scheep- spoelen en verversen van stedelijke vaart, namelijk een baggerfunctie, waterlopen. Met name in Amsterhoewel zij zelf meestal geen dam wordt voor het verversen van schepen doorlaat. Al in de 14de grachtwater nog steeds gebruik eeuw wordt melding gemaakt van gemaakt van diverse sluizen.

7 RVblad Spuisluis. Eigenlijk zijn dit geen echte spuisluizen maar inlaatsluizen. De snelheid waarmee het water door de sluis stroomt, is veel kleiner dan bij de traditionele spuisluizen het geval was. Tegenwoordig worden ook uitwateringssluizen wel spuisluizen genoemd. Inundatiesluizen Inundatiesluizen afb. 13 dienen om ten tijde van oorlog of oorlogsdreiging snel te kunnen worden geopend om water door te laten en op deze wijze grote stukken land onder water te zetten of te inunderen. In normale gevallen is de sluis gesloten. Inundatiesluizen hebben dus een soortgelijke werking als de inlaatsluizen. Soms worden zij ook wel met deze naam aangeduid of doorlaatsluizen genoemd. Het inunderen houdt in dat het terrein dras wordt gezet. De waterhoogte moet voldoende zijn om het verder trekken van de vijand te verhinderen. Wegen, maar ook greppels en sloten, moeten vrijwel onzichtbaar zijn. Het water mag echter ook niet zo hoog staan, dat de tegenstander van boten gebruik kan maken. Het benodigde water wordt onttrokken aan rivieren, boezems of poldervaarten. Daartoe wordt op de meest gunstige plaatsen in dijken of kaden een sluis gebouwd. 13. Inundatiesluis. De eerste inundatiesluizen werden gebouwd bij de verbetering van de oude Hollandse Waterlinie na Daarvoor geschiedde het inunderen nog door het doorsteken van dijken of het vernielen van sluizen. Als afsluitmiddel paste men gewoonlijk schotbalken, schuiven of schotdeuren, toldeuren en waaierdeuren toe. Met de komst van het moderne oorlogstuig, zoals vliegmachines, verloor de inundatie haar betekenis. Er zijn echter nog diverse inundatiesluizen aanwezig, zij het buiten gebruik. Voorbeelden hiervan zijn twee sluizen bij Asperen (Gld), een sluis te Hedikhuizen (NB) en één aan de Bakkerskil bij Werkendam (NB) afb. 14. Damsluizen Damsluizen afb. 15 moeten in oorlogstijd voorkomen dat het inundatiewater het inundatiegebied uitstroomt, of juist een te groot gebied onder water zet. De eerste damsluizen werden gebouwd bij de aanleg van de Nieuwe Hollandse Waterlinie in de 19de eeuw. Met deze sluizen kon het inundatiepeil beter worden beheerst en tevens de grootte van de linie worden begrensd. Damsluizen bestaan meestal uit een sluishoofd, waarin twee rijen schotbalken kunnen worden geplaatst, waarom dit sluistype ook wel schotbalksluis wordt genoemd. In normale gevallen staat de sluis open en kan er bijvoorbeeld onbelemmerde scheepvaart plaatsvinden. Alleen bij oorlogsgevaar werd de sluis gesloten. De ruimte tussen de beide rijen schotbalken vulde men met zand en klei, zodat er een dam in de waterweg ontstond. Wanneer daarna de inundatiesluis werd geopend, kon het inundatiewater niet meer worden afgevoerd. Het water werd daardoor opgestuwd en stroomde over het inundatiegebied. 74. Inundatiesluis aan de Bakkerskil bij Werkendam (NB) uit ca RDMZ RV

8 Een bijzonder type damsluis is de plofsluis in het Amsterdam-Rijnkanaal bij Nieuwegein afb. 16. Daarbij kon de vaarweg worden afgesloten door het laten exploderen van de bodem van een (bijvoorbeeld met puin en zand gevuld) reservoir dat boven de vaarweg is gebouwd. Om dezelfde redenen als de inundatiesluizen, raakten ook de damsluizen hun functie kwijt. Er is echter nog een aantal sluizen bewaard gebleven, onder meer in de liniedijk in de Wijkermeerpolder bij Beverwijk en in de Ringvaart van de Haarlemmermeer bij Vijfhuizen. b. Schutsluizen Schutsluizen maken scheepvaart mogelijk tussen twee verschillende waterwegen of panden met een verschillend waterpeil. Daartoe bestaat een schutsluis gewoonlijk uit ten minste twee sluishoofden, die onderling zijn verbonden door een schutkolk afb. 17. Door het water in de schutkolk beurtelings de hoogte van het boven- of het benedenwater te geven, kan het afsluitmiddel tussen de kolk en respectievelijk het boven- of het benedenwater worden geopend en een schip naar binnen of naar buiten varen. Kan een stroomsluis geopend of gesloten zijn, bij schutsluizen is vrijwel altijd ten minste één afsluitmiddel gesloten. Alleen als de waterstand voor en achter de sluis gedurende enige tijd gelijk is, kunnen alle deuren openstaan. Dit kan bijvoorbeeld voorkomen bij sluizen in getijdegebieden of bij sluizen in of langs rivieren. Schutsluizen in of langs rivieren, die alleen bij extreem hoge of lage rivierstanden worden gesloten, heten keer-schutsluizen. Voorbeelden hiervan zijn de tweelingsluis in het Julianakanaal te Limmel (L) en de sluis in het Maas-Waalkanaal te Heumen (Gld). Schutsluizen zijn de belangrijkste scheepvaartsluizen en gewoonlijk ook de meest in het oog springende sluizen. Vermoedelijk ontwikkelde zich de schutsluis in de 13de eeuw uit de keersluis. Gedurende die eeuw werden diverse waterlopen door een dam van het buitenwater afgesloten om het achter gelegen gebied tegen overstromingen te beschermen. Voor de scheepvaart was een dam echter een grote hindernis. Aanvankelijk moesten de schepen gebruik maken van uitwateringssluizen of keersluizen. Deze RVblad 01-8 konden alleen worden geopend als de waterstand voor en achter de sluis gelijk was. Daarbij mocht de snelheid van het uitstromende water niet te groot zijn, omdat dit de schepen te veel hinderde. Doorvaart was daardoor slechts gedurende korte tijd mogelijk. Door toepassing van schutsluizen werd de doorvaarttijd aanmerkelijk vergroot. Ook de eerste schutsluizen waren geheel van hout, een materiaal dat ook later nog wel werd toegepast voor minder belangrijker sluizen afb. 18. De eerste stenen schutsluis werd kort voor 1400 gebouwd, overigens nog met een houten vloer. In het begin van de 19de eeuw werd voor het eerst ongewapend beton voor de sluisvloer toegepast. Een voordeel van dit materiaal was dat dit onder water kon worden gestort, zodat er geen droge sluisput meer nodig was. In de 20ste eeuw werd het gewapend beton voor de bouw van schutsluizen geïntroduceerd. Stenen schutsluizen werden daarna steeds minder gemaakt. Schutsluizen nemen in Nederland niet alleen belangrijke plaats in, maar zijn ook lange tijd toonaangevend geweest in de wereld. De Amstelsluizen te Amsterdam 15. Damsluis. a = schotbalksponning, b = schotbalken, c = klei, d = niet te inunderen gebied, e = inundatiegebied. b a c d 16. De plofsluis bij Nieuweqein uit 1940.

9 RVblad Schutsluis uitgevoerd als kanaalsluis. afb. 19 en de Zeesluizen te Muiden (NH) staken wat betreft grootte en veelheid van functies ver uit bij datgene dat in die tijd gebruikelijk was. Beide sluizen werden gebouwd rond het Rampjaar 1672, toen Nederland in oorlog was met vier andere landen. De Noordersluis te IJmuiden uit 1930 was lange tijd de grootste schutsluis ter wereld, terwijl de schutsluis te Wijk bij Duurstede (U) uit 1938 de binnenvaartsluis met de langste schutkolk was. Oude benamingen voor een schutsluis zijn: verlaat, sas of sassluis, en kolksluis. In de middeleeuwen werd de naam speie of spoye ook wel voor een schutsluis gebruikt. Bij de eerste schutsluizen werden schotdeuren en waarschijnlijk ook enkele draaideuren als afsluitmiddel toegepast. De puntdeuren verschenen pas veel later. Rond 1600 werden in scheepvaartsluizen de schotdeuren langzamerhand vervangen door puntdeuren. In de 19de eeuw werd de eerste roldeur toegepast, die pas in de 20ste eeuw navolging kreeg. In laatstgenoemde eeuw verschenen ook de moderne hefdeuren, klepdeuren en de segmentdeur. De hefdeuren en de segmentdeuren kunnen tevens gebruikt worden voor het vullen en ledigen van de schutkolk. Bij de andere deuren zijn hiervoor schuiven in de deuren of omloopriolen nodig. De schutkolk kan op diverse manieren worden begrensd. Het meest eenvoudig is de zogeheten groene kolk, waarbij de wanden, al of niet bekleed, onder een helling lopen. Om te voorkomen dat de schepen bij de wand aan de grond lopen, wordt in de kolk vaak een remmingwerk aangebracht. Oudere sluizen zijn vaak voorzien van een gemetselde sluiswand van baksteen of basaltblokken, met aan de bovenzijde natuurstenen dekzerken. Bij kleine schutsluizen komen soms 19. Amsterdam. De Amstelsluizen uit Het Boterdorpsche Verlaat bij Rotterdam. houten beschoeiingen voor. Bij de 20ste-eeuwse sluizen zijn gewoonlijk stalen of betonnen damwanden geslagen of heeft men wanden van gewapend beton gestort. Voor het op hun plaats houden van de schepen in de schutkolk zijn meestal haalijzers, haalkommen, haalpennen of bolders aangebracht. Op het sluiscomplex bevinden zich gewoonlijk één of meer bedieningshuisjes, soms met een zeer fraaie vormgeving. Een enkele maal zijn op de sluishoofden schuilhuisjes voor de sluiswachters geplaatst, zoals bij! RDMZRV1995/37-85

10 RVblad f de c dea 20. Lemmer (F). De Lemstersluis met peilschaalhuisje en het huisje dat als slaapvertrek voor de sluiswachtersknecht diende. 21. Dubbelkerende schutsluis met stormvloeddeuren. a = binnenwater, b = buitenwater, c = schutkolk, d = ebdeuren, e = vloeddeuren, f = stormvloeddeuren. de schutsluis te Vianen (ZH). Deze bestaan uit twee elkaar kruisende, houten wanden met een puntdak. Bij aan zee gelegen sluizen komen wel peilschaalhuisjes voor. Fraaie voorbeelden daarvan zijn de sluiscomplexen te Hansweert (Z) - nu verdwenen - en Wemeldinge (Z) en de Lemstersluis te Lemmer (F) afb. 20. Bij de laatstgenoemde sluis bevindt zich tegenover het peilschaalhuisje, aan de andere zijde van het buitensluishoofd, een eenzelfde gebouwtje dat als slaapvertrek diende voor de sluiswachtersknecht. In de nabije omgeving van de sluis zijn, afhankelijk van de belangrijkheid van de sluis, vaak één of meer sluiswachterswoningen gesitueerd. Ook komen bij belangrijke sluizen dikwijls deurenbergplaatsen (voor onder meer puntdeuren) of deurdokken (voor roldeuren) voor. Schutsluizen zijn er in allerlei vormen. Een aantal daarvan hangt af van de plaats waar de sluis zich bevindt. Andere typen zijn weer afgeleid van de kwantiteit en de kwaliteit van de scheepvaart. Daaruit blijkt reeds dat de verschillende typen ook in combinatie kunnen voorkomen. Omdat puntdeuren het meest zijn toegepast, zal van dit afsluitmiddel worden uitgegaan, tenzij een ander type meer voor de hand ligt. Gewone of enkelkerende kanaalsluis Bij sluizen in kanalen hoeft het water gewoonlijk slechts in één richting te worden gekeerd, waardoor kan worden volstaan met in elk sluishoofd één stel puntdeuren zie afb. 1. Het sluishoofd aan de zijde met de hoge waterstand wordt het bovensluishoofd en dat aan de kant van het lage water het benedensluishoofd genoemd. Enkelkerende kanaalsluizen komen onder meer voor tussen twee kanaalpanden en in gekanaliseerde rivieren, parallel aan een stuw. Het pand met de hoogste waterstand wordt het bovenpand genoemd en het andere het benedenpand. Ook een sluis die de vaarwegen van twee polders met een ongelijk polderpeil verbindt, waarbij de waterstand van de ene polder altijd hoger is dan die van de andere, wordt als kanaalsluis uitgevoerd. De schuthoogte in deze sluizen is vrijwel constant, met uitzondering van die in en langs rivieren. Dubbelkerende sluis Deze komt voor in de uitmonding van een kanaal of een haven in een rivier of in zee. De waterstand van een rivier kan zowel hoger als lager zijn dan die van het kanaal. Het water zal dus naar twee zijden gekeerd moeten kunnen worden. In dat geval zijn bij toepassing van bijvoorbeeld puntdeuren in elk sluishoofd minimaal twee stel deuren nodig afb. 21. Bij deze sluizen wordt het sluishoofd aan de rivierzijde het buitenhoofd en dat aan de kanaalzijde het binnenhoofd genoemd. Ook bij zeesluizen zal het water, ten gevolge van eb en vloed, meestal naar twee zijden gekeerd moeten kunnen worden. De stroom- en keerrichting verandert hier met eb en vloed mee, dus ongeveer vier maal per dag. Bij toepassing van puntdeuren moeten de sluishoofden daarom zijn voorzien van eb- en vloeddeuren. Bij zeesluizen onderscheidt men eveneens een buitenhoofd (aan de zeezijde) en een binnenhoofd. De binnendeuren werden vroeger ook wel verse of zoete deuren genoemd en de buitendeuren zoute deuren. Gewoonlijk bezit het buitenhoofd voor de veilig-

11 RVblad heid een extra stel stormvloeddeuren afb. 21f. Deze zijn bij storm en extreem hoge waterstanden gesloten, zodat in die situatie geen scheepvaart kan plaatsvinden. Door de ontwikkeling van de bouwtechniek waardoor de deuren sterker en meer bedrijfszeker werden, paste men na 1945 nauwelijks meer stormvloeddeuren toe. Om financiële redenen werd de schutsluis soms zo gebouwd, dat er onder extreem hoge of lage waterstanden niet geschut kon worden. De hoogste waterstand waarbij nog geschut kan worden, wordt het schutpeil genoemd. Schutsluis met tussenhoofd Moest een sluis dienst doen voor schepen met verschillende lengte, dan werd de lengte van de schutkolk gebaseerd op die van het langste schip. Om kleine schepen snel en met weinig waterverlies te schutten, werd de kolk voorzien van een tussenhoofd afb. 22. Dit tussenhoofd verdeelde de sluiskolk in twee gewoonlijk ongelijke delen. Al naar gelang de grootte van het te schutten schip of het aantal schepen werd de kleine of de grote kolk of werden beide kolken gezamenlijk gebruikt. De sluis met tussenhoofd vond met name toepassing in lange sleepvaartsluizen. Vormt de sluis de verbinding met een rivier, dan kan men bij extreem hoge of extreem lage waterstanden de sluis als gekoppelde sluis gebruiken. De meeste schepen kunnen nu altijd de sluis gebruiken, alleen grote schepen moeten wachten op normale waterstanden. 22. Broek op Langedijk (NH). Schutsluis met tussenhoofd. wordt tweetrapssluis genoemd. niveauverschil met één of meer In Nederland werd voor 1900 kolken worden geschut. vanwege de bodemgesteldheid Gekoppelde sluizen komen voor een schuthoogte van 3 m als het in de uitmonding van een kanaal maximum beschouwd. Bij grotere in een rivier, waarbij het verval schuthoogten was men namelijk groot kan worden, en in sterk bang voor onderloopsheid (kwel) oplopende gebieden. Ook wanen voor het uitwijken van de neer men het schutverlies zo sluiswanden bij toepassing van beperkt mogelijk wil houden, puntdeuren. Moest op korte wordt wel voor een getrapte sluis afstand een groter niveauverschil gekozen. Alle sluizen en sluisworden overwonnen, dan koos kolken worden dan even groot men voor een gekoppelde sluis. gemaakt en krijgen eenzelfde Op plaatsen waar de schuthoogte schuthoogte. grote variaties vertoonde, kon In Nederland is naast een aantal afhankelijk van de grootte van het tweetrapssluizen ook een drie- 23. De gekoppelde Dubbele Sluis bij Reutum (0) in het Kanaal Almelo-Nordhorn uit Gekoppelde sluis Een gekoppelde sluis wordt ook wel getrapte sluis genoemd. De eenvoudigste gekoppelde sluis lijkt op een kanaalsluis met een tussenhoofd afb. 23. Het verschil hiermee is echter dat het niveauverschil tussen de waterweg voor en achter de sluis over beide sluiskolken moet worden verdeeld. Een dergelijke gekoppelde sluis RDMZ RV

12 RVblad a b l a b 24. Schutsluis met verbrede kolk: eenzijdige verbreding (links) en bajonetsluis (rechts). a = eerst binnenvarende schip, b = laatst binnenvarende schip. trapssluis gebouwd in het Apeldoornsch Kanaal bij Dieren, die echter reeds verdwenen is zie afb. 67. Soms bouwde men twee kanaalsluizen direct achter elkaar. Het tussenliggende korte kanaalpand deed dan dienst als derde schutkolk. Met de komst van nieuwe materialen en nieuwe bouwtechnieken kon men sluizen bouwen die in één keer een grote schuthoogte kunnen overwinnen. Bajonetsluis Vroeger was de kolkbreedte vaak veel groter dan de doorvaartbreedte tussen de sluishoofden. Bij de moderne sluizen is de kolk meestal even breed als de doorvaartbreedte. Rond 1900 bouwde men echter nog veel sluizen, waarvan de kolkbreedte groter was. De breedte werd dan zodanig gekozen, dat twee of drie grote schepen naast elkaar konden liggen. Moesten in de sluis twee schepen gelijktijdig kunnen worden geschut, dan kon men de verbreding aan één zijde maken afb. 24, links. De beide sluishoofden bevonden zich daarbij aan één kant van de sluisas. Een nadeel van deze uitvoering is dat het eerst aankomende schip het laatst de sluis verlaat. In de 20ste eeuw werd daarom gekozen voor een andere oplossing, waarbij de beide sluishoofden niet in elkaars verlengde maar ten opzicht van elkaar verschoven zijn geplaatst afb. 24, rechts. Het schip dat nu het eerst de sluis binnenvaart, komt recht voor het andere sluishoofd te liggen en zal de kolk ook weer als eerste verlaten. Een dergelijke sluis wordt bajonetsluis genoemd. Zij zijn onder meer toegepast in de Zuid-Willemsvaart en in het Wilhelminakanaal. Dubbele sluis Een dubbele sluis bestaat uit twee naast elkaar gelegen sluizen met verschillende afmetingen. Een voorbeeld van een dubbele sluis zijn de Katerveersluizen bij Zwolle. Het toenemen van de 25. Hansweert (Z). Het voormalige sluizencomplex. afmetingen van de schepen kon er de oorzaak van zijn dat de bestaande sluis niet meer voldeed. Soms werd dan naast deze sluis een grotere gebouwd, waarbij de oude sluis nog voor kleine schepen werd gebruikt. Soms wil men echter grote en kleine schepen bewust scheiden en worden al bij de aanleg twee sluizen gebouwd. Naast dubbele sluizen zijn ook enkele driedubbele sluizen gebouwd. Voorbeelden daarvan zijn de sluiscomplexen te Hansweert afb. 25 en te IJmuiden. Tweelingsluis In kanalen waarin men veel

13 RVblad scheepvaartverkeer verwacht, worden vaak twee gelijke sluizen naast elkaar gebouwd afb. 26. Op deze wijze kan separaat in beide richtingen worden geschut en zal de op- en neergaande scheepvaart elkaar niet hinderen. Een dergelijke sluis wordt tweelingsluis genoemd. Een voorbeeld hiervan is de Beatrixsluis in het Lekkanaal bij Nieuwegein. Ook als later een tweede sluis van dezelfde omvang wordt toegevoegd, spreekt men van een tweelingsluis. Drie gelijke en naast elkaar gelegen sluizen noemt men een drielingsluis. Schach Huis 26. Tweelingsluis (Beatrixsluis) in het Lekkanaal bij Nieuwegein. Door de invoering van de nieuwe bouwmaterialen staal en gewa- wordt schachtsluis genoemd. pend beton en van nieuwe tech- Schachtsluizen komen voor in het nieken was men in staat veel Julianakanaal te Born en in het grotere vervallen in één keer te Twenthekanaal te Hengelo. overwinnen. Een gekoppelde sluis was niet meer nodig en raakte Drie wegsl uis buiten gebruik. Een grote schut- Meestal verbindt een schutsluis hoogte hield echter ook in, dat in twee waterwegen of twee kanaalhet benedenhoofd zeer hoge panden met elkaar. Soms moet deuren nodig waren. Daarom een sluis echter drie vaarwegen werd dit sluishoofd vaak als koker of schacht uitgevoerd, zodat de deur tevens een bovenaanslag kreeg afb. 27. De bovenkant van de deuren ligt daarbij meestal onder de waterspiegel van het bovenpand. Een dergelijke sluis met een verschillend waterpeil verbinden. Men bouwt dan een sluis met drie openingen, een driewegsluis genoemd afb. 28. Bij een dergelijke sluis moet minstens één sluishoofd dubbelkerend worden uitgevoerd. Dit is het sluishoofd naar de vaarweg, waarvan de waterstand tussen die van de beide andere in ligt. Soms is meer dan één sluishoofd dubbelkerend, bijvoorbeeld bij variërende waterstanden. Driewegsluizen zijn toegepast op de kruising van de Linde met de Helomavaart bij Nijetrijne (F) en in het Damsterdiep te Groningen. Schutsluis met spaarkommen Tijdens het schutten verdwijnt er water van het bovenpand naar het benedenpand. Wanneer geen water aan het bovenpand zou worden toegevoegd, komt het 27. Schachtsluis. a = bovenpand van het kanaal, 28. Plattegrond van een driewegsluis metpuntdeuren. b = benedenpand, c = sluiskolk, d = sluisdeuren benedenpand K = schutkolk, H = vaarweg met hoogste waterstand, (schacht), e = sluisdeuren bovenpand. L = vaarweg met laagste waterstand, M = vaarweg met tussenliggende waterstand. d C l e a b RDMZRV 1995/37-87

14 RVblad Panheel (L). De schutsluis met spaarkommen uit ca Enkele draaideur. waterpeil daarvan steeds lager te staan en zou uiteindelijk dit pand droogvallen. Bij het schutverlies komt nog het verlies door verdamping, dat vaak veel groter is. Het verlies kan worden beperkt door het aanleggen van spaarkommen. De spaarkommen bestaan uit een aantal reservoirs, waarvan de bodems op verschillende hoogten liggen. Bij het legen van de kolk wordt een deel van het water in de kommen ingelaten (te beginnen bij de bovenste). Dit water wordt bij het vullen weer gebruikt (te beginnen bij de onderste kom). Het enige voorbeeld in Nederland is de sluis te Panheel (L) met drie spaarkommen, waarvan één in de sluiswanden, waardoor het schutverlies met circa 60% werd verminderd afb. 29. Wel is na 1945 een aantal zeesluizen met waterbekkens gebouwd om verzilting van het binnenwater door het schutten tegen te gaan. In de loop van de loste eeuw ging men er toe over om, waar nodig, naast de sluis een gemaal te bouwen, waarmee het bovenpand op peil werd gehouden. Een voorbeeld daarvan zijn de sluizen in het Twenthekanaal. 3. Afsluitmiddelen Een sluis kenmerkt zich door een beweegbare waterkering, die geopend en gesloten kan worden. Het meest eenvoudige afsluitmiddel bestaat uit een aantal balken, die in de waterweg op elkaar worden gestapeld en op deze wijze het water keren. Deze waterkering voldoet echter alleen maar in situaties waarbij het afsluitmiddel slechts sporadisch behoeft te worden geopend of gesloten. Wanneer dit niet het geval is, zijn andere afsluitmiddelen nodig. Hiervan zijn in de loop der tijd verschillende typen ontwikkeld. Enkele draaideur De enkele draaideur is een sluisdeur die in haar geheel de sluisopening afsluit. Zij is draaibaar om een verticale as aan één van de uiteinden afb. 30. Geopend bevindt de deur zich in een uitsparing in de wand van het sluishoofd (de deurkas), evenwijdig aan de sluisas. In gesloten stand is de deur naar een in de wand aan de overzijde aangebrachte uitsparing gedraaid. De enkele draaideur is een relatief eenvoudig afsluitmiddel, dat al vroeg in de sluisbouw werd toegepast. Ze werd rond 1600 ook wel slagdeur of staande deur genoemd. Een enkele draaideur heeft vrijwel dezelfde constructie als een puntdeur zie afb. 32. De scharnieren bevinden zich bij de achterhar. De houten enkele draaideur komt vooral voor in sluizen met een breedte tot circa 4 m. IJzeren deuren zijn toegepast tot een breedte van 7 m. Het afsluitmiddel kan slechts naar één zijde water keren, zodat als tweezijdige kering is vereist er twee deuren nodig zijn. De enkele draaideur wordt vooral toegepast in uitwateringssluizen, maar ook wel in kleine schutsluizen. De doorvaarthoogte is onbeperkt, tenzij de deur in een gebint of in een kokersluis is geplaatst. Een voordeel van de enkele sluisdeur is dat deze op eenvoudige wijze van één zijde op het sluishoofd met de hand is te bedienen. Meestal gebeurde dit met behulp van een bootshaak. Soms was op de bovenkant van de deur een houten balk bevestigd die over de sluiswand stak. Deze fungeerde als een draaiboom waarmee de deur kon worden bewogen. Pun tdeuren Puntdeuren bestaan uit twee draaideuren met een verticale draaias, die in gesloten stand onder een hoek tegen elkaar steunen en zo een stompe punt vormen afb. 31. Geopend bevinden de deuren zich in deurkassen, die in de zijwanden van het sluishoofd zijn uitgespaard. Bij uitwateringssluizen bevinden de puntdeuren zich vaak in of voor een koker.

15 Puntdeuren zijn het bekendste en in schutsluizen ook het meest toegepaste afsluitmiddel. Er wordt onderscheid gemaakt tussen vloed- en ebdeuren. De eerste zijn met de punt naar het buitenwater gericht en keren de vloed, terwijl de andere naar binnen zijn gericht en bij eb het binnenwater tegenhouden. De deuren in het buitensluishoofd noemt men buitendeuren (vroeger zoute deuren) en die in het binnenhoofd binnendeuren (vroeger verse of zoete deuren). Het merendeel van de puntdeuren is van hout gemaakt. Brede deuren zijn gewoonlijk van ijzer of staal vervaardigd. Wanneer puntdeuren voor het eerst zijn toegepast is niet bekend. De oudste bestekken van sluizen met draaideuren zijn hierover zeer vaag. Wel kan worden vastgesteld dat de puntdeuren een logisch vervolg op de enkele draaideur zijn. Vermoedelijk werden de eerste puntdeuren in de 15de eeuw gemaakt, hoewel duidelijke beschrijvingen pas uit de tweede helft van de 16de eeuw dateren. De deuren werden in die tijd ook wel steekdeuren of zwaaideuren genoemd. Rond 1600 is bij scheepvaartsluizen ook een omslag te zien in de toepassing van schotdeuren (hefdeuren) naar puntdeuren. Zeilschepen moesten bij schut- 31. Puntdeuren. sluizen met schotdeuren eerst hun masten strijken, voordat zij de sluis konden passeren. Daar dit een snelle doorvaart belemmerde, werden deze langzamerhand vervangen door puntdeuren. Bij uitwateringssluizen verdrongen de puntdeuren de klepdeuren en de enkele draaideuren. De eerste puntdeuren werden van hout gemaakt. Pas in 1860 verschenen de eerste geklonken puntdeuren van smeedijzer. Puntdeuren komen voor in sluizen tot een breedte van circa 35 m. De puntdeur is evenals de enkele deur ongeschikt voor sluizen waar de breedte van de sluisdeur belangrijk groter is dan de hoogte. Ook is bij toepassing van puntdeuren de doorvaarthoogte onbeperkt. Wanneer waterkering naar twee zijden noodzakelijk is, zijn gewoonlijk minimaal twee stel puntdeuren nodig. Slechts bij een gering waterverschil, waarbij absolute waterdichtheid geen vereiste was, kon met een extra voorziening, ook waterkering in tegengestelde richting worden verkregen. Op elk der beide voorharren werden dan stalen ogen gemonteerd, waardoor een stalen staaf kon worden gestoken. Een puntdeur bestaat uit een voor- en een achterhar, een onder- en een bovenregel, een schrankschoor en een aantal tussenregels, waaroverheen een beplanking is aangebracht afb. 32. Bij de achterhar bevinden zich de draaipunten. Het bovenste draaipunt van de puntdeur bestaat uit een cilindervormige verlenging van de achterhar, prop of hals genoemd, die in een halsbeugel of halsring draait. De halsbeugel is in de wand van het sluishoofd verankerd. Aan de onderzijde draaien de deuren met een taats in een keus- of taatspot. Aanvankelijk werd de keuspot in de sluisvloer aangebracht en de taats aan de onderzijde van de achterhar. Omdat er op deze wijze gemakkelijk vuil in de pot terecht RVblad I c e a 1 d De constructie van een puntdeur. a = voorhar, b = achterhar, c = bovenregel, d = onderregel, e = tussenregel, f = schrankschoor, g = trekstang, h = beplanking, i = hals met halsbeugel, j = taats met taatspot, k = beugel, 1 = winkelhaak, m = dubbele winkelkaak, n = kruk, o = wartel. kwam, werd na circa 1860 de taats op de sluisvloer bevestigd en de kom in de achterhar uitgespaard. Voor het openen en sluiten van de deuren zijn in de loop der tijd diverse bewegingsmechanismen ontwikkeld. De meest eenvoudige manier van bewegen is die met behulp van een bootshaak die om een op de voorhar bevestigde haalpen grijpt. Dit is alleen mogelijk bij kleine deuren. Voor grotere deuren werd aan de voorhar scharnierend een duwboom bevestigd. Daarnaast werd aan de voorhar en aan het andere uiteinde van de duwboom een ketting vastgemaakt. De ketting werd enige keren om de spil van een op het sluishoofd geplaatste kaapstander gewonden afb. 33. Kaapstanders werden al in de 16de eeuw toegepast. Door de spil te draaien werd tevens de ketting RDMZ RV

16 RVblad Spaarndam (NH). Bewegingsmechanisme met kaapstander en duwboom in de Kolksluis. op- of afgewonden en kon de deur worden geopend of via de duwboom gesloten. In plaats van een ketting werd vroeger ook wel een touw gebruikt, terwijl in de 20ste eeuw vaak een kabel werd toegepast. Soms ontbreekt een ketting of een kabel en is de duwboom tevens trekstang. De kaapstanders zijn evenals de duwboom meestal van hout. Vanaf de 19de eeuw werden ook wel ijzeren kaapstanders en duwbomen toegepast. Voor niet al te grote deuren werd later vaak het gebogen kwadrant of de cr lière toegepast. Dit is een gebogen smeedijzeren staaf met een rechthoekige doorsnede, die aan de buitenzijde is voorzien van tanden afb. 34. De tanden grijpen in een rondsel en worden met behulp van een windwerk bewogen. Naast gebogen staven komen ook rechte heugelstangen voor, die met het ene uiteinde scharnierend aan de deur zijn bevestigd. 34. Utrecht. Een geland kwadrant in de Weertsluis. Panamawiel of een daarvan In Nederland werd het zogeafgeleid mechanisme worden noemde verbeterde of halve geopend en gesloten. Het wiel is Panamawiel ontwikkeld afb. 35. door middel van een duwpers met De duwstang kan hier in het vlak de deur verbonden. Het Panama- van het wiel worden geplaatst. Bij wiel werd voor het eerst bij de te ver doordraaien loopt het halve sluizen in het Panamakanaal wiel uit de tanden van het rondsel toegepast. Voordeel van dit (klein tandrad) waardoor de systeem is dat bij een eventueel beweging wordt gestopt. Met doordraaien van het wiel de deur name het verbeterde Panamawiel niet door de uiterste stand ge- is veel gebruikt. duwd kan worden, omdat in dat geval de stang weer wordt terug- Bij uitwateringssluizen langs de getrokken. kust of de benedenrivieren 35. Maassluis. Het verbeterde Panamawiel in de Monstersesluis. Voor grote deuren voldoen bovengenoemde bewegingsmechanismen niet. Na 1900 worden bewegingsinrichtingen toegepast, waarbij de deuren door middel van een zogeheten

17 36. De constructie en vergrendeling van een toldeur. a = bovenwater (spuikom), b = benedenwa ter, c = balk voor fixatie bovendraaipunt, d = aanslagdrempel, e = midden- of koningsstijl, f = draaias, g = eindstijl, h = onderregel, i = bovenregel, j = tussenregel (gestippeld), k = schrankschoor, 1 = beplanking, m = klink; beneden de tussenregel een horizontale doorsnede over de toldeur. worden de deuren vaak door het stromende water zelf geopend of gesloten. Deze deuren worden wachtdeuren genoemd. Om het stromende water vat op de deur te laten krijgen is deze voorzien van een waker, een inrichting die de deur in open stand uit de sluiskas duwt. Ook wordt wel de draaias iets uit het lood geplaatst, zodat de deuren zich in ruststand sluiten. cf a h d b Toldeur Een toldeur draait, evenals een enkele draaideur, om een verticale as. Deze as bevindt zich echter niet bij één van de uiteinden van de deur, maar iets uit het midden daarvan afb. 36f. De breedten van de beide delen van de deur aan weerszijden van deze as verhouden zich ongeveer als 3 : 4. Het onderste draaipunt is in de sluisbodem verankerd, terwijl bij kokersluizen het bovenste draaipunt in de zoldering van de koker is bevestigd. Bij open sluizen is meestal tussen de beide wanden van het sluishoofd een balk geplaatst, waaraan het bovendraaipunt is verankerd. De toldeur is een oude, typisch Nederlandse constructie, die aanvankelijk spildeur werd genoemd. De eerste toldeur werd rond 1500 in Brielle gemaakt. Deze deur werd op primitieve wijze geopend. Adriaen Jansz., aan het einde van de 16de eeuw Stadtmeester van Rotterdam, kwam met een nieuw ontwerp. Het bovendraaipunt was via twee balken met een van de sluiswanden verbonden, zodat bij open stand de doorvaarthoogte aan de andere zijde onbeperkt was. Als vergrendeling gebruikte hij een verticale balk, die in een sponning van de sluiswand was geplaatst. Adriaen Diericxsz, rond 1600 werkzaam als timmerman in Delft, bracht enkele verbeteringen aan de toldeur aan. Hij stelde voor puntdeuren te gebruiken en in de deuren een toldeur aan te brengen. In de 19de eeuw is de toldeur verscheidene malen gebruikt, 37. Goedereede (ZH). Toldeur in de spuisluis. zowel zelfstandig als opgenomen in puntdeuren. Toen werden naast houten ook ijzeren en later stalen deuren toegepast. In de 20ste eeuw, toen de spuisluizen hun betekenis verloren, verdwenen vrijwel alle toldeuren. In Goedereede is nog een oude toldeur aanwezig afb. 37, terwijl in Amsterdam behalve die in de Amstelsluizen ook nog enkele nieuwe toldeuren zijn toegepast. RDMZ RV 1995/37 89

18 De toldeur kan naar twee zijden water keren: het buitenwater doordat

19 RVblad Dircksz. Muys, die aan het eind van de 16de eeuw stadtmeester (of stadstimmerman) te Delft was. Het afsluitmiddel was bedoeld om te worden toegepast in spuisluizen. Voor 1617 waren deze deuren in een drietal sluizen toegepast. In 1778 werd de Donkere Sluis te Gouda voorzien van kruisende deuren afb. 41. De bijna 5 m brede sluis is de enige nog bestaande sluis met kruisende deuren, maar doet geen dienst meer. 39. Andel (NB). De waaierdeuren in de Wilhelminasluis uit getande ijzeren boog, die in een rondsel liep. De deuren konden via een windwerk worden bewogen. Een dergelijk bewegingsmechanisme is toegepast bij de ijzeren waaierdeuren in de Wilhelminasluis bij Andel (NB) uit 1897 afb. 39. Kruisende deuren Kruisende deuren bestaan uit twee paren puntdeuren, die in gesloten stand met de voorharren tegen elkaar steunen. In een horizontale doorsnede vormen zij daarbij een kruis afb. 40. Op deze wijze kan het afsluitmiddel naar twee zijden water keren. Geopend liggen de deuren aan weerszijden van de sluisdoorgang in de deurkas, waarbij zij elkaar gedeeltelijk overlappen. De deurkassen zijn in de wanden uitgespaard. Er zijn alleen houten kruisende deuren gemaakt. De kruisende deuren zijn een uitvinding van Cornelis De voordelen van kruisende deuren boven een toldeur in een scheepvaartsluis zijn in de eerste plaats de vrije doorvaarthoogte en het feit dat de gehele sluisbreedte bij geopende deuren beschikbaar is. De constructie is echter veel ingewikkelder dan van een toldeur. Vergeleken met de waaierdeuren vereist de sluis veel minder ruimte, omdat de deurkassen veel kleiner zijn. In tegenstelling daarmee kunnen de kruisende puntdeuren echter pas worden gesloten als het water niet meer stroomt. Om te kunnen spuien, worden de deuren met een schippershaak gesloten als het water de hoogste of laagste stand heeft bereikt. Daarna zakt de waterstand achter 40. Kruisende deuren. a = binnendeuren, b = buitendeuren, c = ruimten tussen de deuren en de deurkas, d = omloopriolen, e = schuiven. 41. Gouda. De kruisende deuren in de Donkere Sluis uit RDMZ RV 1995/37- PO

20 RVblad de buitendeuren of stijgt het water achter de binnendeuren, zodat er een verval over de sluis ontstaat. De beide driehoekige ruimten staan in open verbinding met het hoogste waterniveau, zodat de deuren gesloten blijven. Als het lage water ver genoeg is gezakt of het hoge water ver genoeg is gestegen, worden de beide ruimten in verbinding met het lage water gebracht. De deuren worden daardoor door het hoge water open gedrukt, waarna het water met grote snelheid door de sluis stroomt. Gekoppelde deuren Gekoppelde deuren bestaan uit twee paar puntdeuren, die achter elkaar zijn geplaatst, en in dezelfde richting draaien afb. 42. De voorharren van de overeenkomstige deuren zijn met elkaar verbonden via een koppeldeur. De punt van de deuren is gericht naar het buitenwater, waar de hoogste waterstand voorkomt. De deuren bewegen ongeveer volgens een parallellogram, waarvan de hoekpunten worden gevormd door de scharnierpunten. De plattegrond van de deuren zelf wijkt iets van af van een parallellogram, omdat zij anders niet 42. Gekoppelde deuren; maquette van een sluis te Terneuzen. geheel zouden kunnen worden geopend. Gekoppelde deuren zijn alleen in hout gemaakt en een vinding van de kapitein-ingenieur C. Alewijn. Deze ontwierp dit afsluitmiddel als alternatief voor de waaierdeuren en kwam in 1823 met een publikatie. De constructie is slechts weinig toegepast, voor het eerst in 1825 te Maastricht in de keersluis bij de uitmonding van de Zuid-Willemsvaart in de Maas. Alle toepassingen waren echter reeds spoedig verdwenen en een model van de sluis te Terneuzen, waarin deze deuren ook waren toegepast, is het enige wat nog rest van dit type afsluitmiddel. Gekoppelde deuren bezitten een onbeperkte doorvaarthoogte, kunnen naar twee zijden water keren en zijn bij alle waterstanden en onder elk verval te openen en te sluiten. Gekoppelde deuren kunnen bij een plotseling opkomende hoge vloed in stromend water zonder veel problemen en met weinig risico worden gesloten. Bij stormvloed kan de waterdruk tevens over de buiten- en de binnendeuren worden verdeeld, door het water in de beide omslo- ten ruimten iets lager te houden dan het buitenwater. In de beide sluiswanden bevindt zich een omloopriool, dat de beide, parallellogram-vormige ruimten verbindt met het binnenen het buitenwater. Door de beide ruimten in verbinding te brengen met het buiten- of het binnenwater, kunnen de deuren worden gesloten of geopend. Klepdeur Een klepdeur draait om een horizontale as aan de onderzijde of de bovenzijde van de deur. Bij een draaias op de bodem ligt de geopende deur in een inkassing in de sluisvloer en wel zodanig dat er geen delen boven de vloer uitsteken afb. 43. In gesloten stand neigt de deur enigszins naar de zijde met de hoogste waterstand. Klepdeuren met een draaias aan de bovenzijde hangen in open stand tegen de onderzijde van een brug of tegen de bovenkant van een sluiskoker. Bij kleine duikersluizen kan de klep ook vrijhangen zie afb. 1. De klep wordt in dat geval alleen door het uitstromende water open gedrukt. Er zijn zowel houten als stalen klepdeuren gemaakt. Klepdeuren zijn het oudst toegepaste afsluitmiddel in Nederland. Al in de Romeinse tijd kwamen klepdeuren voor met een bovengelegen draaias, als afsluiting van een houten duiker. In de middeleeuwen kwamen klepdeuren voor met de draaias aan de onderzijde. Rond 1600 raakte de deur buiten gebruik. In de 19de eeuw werd de klepdeur met benedenas toegepast als dokdeur. Bij de aanleg van het Julianakanaal kregen de sluizen te Maasbracht en Roosteren uit circa 1934 een stalen klepdeur in het bovensluishoofd. Puntdeuren waren daar vanwege de grote breedte-hoogteverhouding minder gunstig. Beide sluizen zijn gesloopt, nadat te Maasbracht een nieuwe sluis was gebouwd, die het verval in één keer overbrugde. Daarmee zijn tevens de

21 RVblad 01-21

22 RVblad Bij de roldeur bestaan er twee hoofdtypen: deuren met laaggelegen rol- of rijbaan en deuren met een hooggelegen rijbaan. Bij deuren met een laaggelegen rijbaan is de deur op rollen of wielen geplaatst. Deze lopen over een rail die op de sluisvloer is gemonteerd. Bij deuren met een hooggelegen rijbaan hangt de deur met wielen aan een rail. 45. IJmuiden. Roldeur met laaggelegen rolbaan in de Noordersluis uit halen nog enige tijd nadruppelen. Een segmentdeur wordt door middel van een bewegingswerk geopend en gesloten. Ten einde dit bewegingswerk zo licht mogelijk (en daarmee dus goedkoop) te houden, is de deur uitgebalanceerd. Aan weerszijden van de sluisdoorgang bevindt zich een kelder, waarin een tegengewicht (contragewicht) beweegt dat stijf met de draaias is verbonden afb. 44b. 46. Kampen. De snepdeur in de Cellesluis uit Roldeur Een roldeur is een vlakke deur, die bij het openen en sluiten een horizontale beweging maakt, loodrecht op de sluisas afb. 45. De deur wordt bij het openen zijwaarts getrokken, meestal in een in het sluishoofd aangebrachte sleuf, de deurkas genoemd. Soms, bijvoorbeeld bij bajonetsluizen, wordt de deur langs de voor- of achterzijde van het sluishoofd gerold. Roldeuren zijn reeds rond 1600 toegepast. De eerste die dit deurtype presenteerde, was Andries Vierlingh. Hij stelde houten deuren voor met een laaggelegen rolbaan. De deuren voldeden blijkbaar niet, want zij raakten reeds spoedig buiten gebruik. Pas aan het eind van de 18de eeuw werden nieuwe pogingen ondernomen om roldeuren toe te passen. Cornelis Redelijkheid kwam met een ontwerp van in- en uitschuivende deuren, terwijl in de eerste helft van de 19de eeuw J.C. Singels en B.P.G. van Diggelen met ontwerpen voor spoordeuren (roldeuren) kwamen. De eerste roldeur sinds eeuwen werd in 1868 toegepast en wel in het binnenhoofd van een uitwateringsschutsluis. J. Swets ontwierp deze ijzeren deur voor de 6 m brede nieuwe Cellesluis te Kampen afb. 46. Hoewel de deur voldeed kreeg deze geen directe navolging. Pas in 1911 werd besloten de derde schutsluis te Hansweert in het kanaal door Zuid-Beveland, de Oostsluis, te voorzien van roldeuren. De roldeuren met laaggelegen rijbaan werden elektrisch aangedreven. Er volgden daarna in korte tijd meer sluizen met roldeuren. De grootste deuren kwamen in 1930 gereed als afsluitmiddel voor de Noordersluis te IJmuiden met een doorvaartbreedte van 50 m en een diepte van 15 m afb. 45. Houten en stalen deuren met hooggelegen rijbaan werden onder meer toegepast in Groningen afb. 47 en Noord-Holland. Het benedenhoofd van de schutsluis

23 RVblad in het Twenthekanaal te Hengelo uit 1935 kreeg dubbele roldeuren met bovenliggende rolbaan, ook wel porte brisée genoemd afb. 48. Roldeuren hebben enkele voordelen boven puntdeuren. Zij kunnen zonder beperkingen naar twee zijden water keren. Daarmee kan één roldeur, op plaatsen waar eb en vloed heersen, vier puntdeuren vervangen. De sluishoofden worden daardoor in de lengterichting belangrijk kleiner. Het schadelijke kolkgedeelte, dat wil zeggen het deel dat niet voor het schutten is te gebruiken, is bij roldeuren niet of nauwelijks aanwezig. Daardoor geven sluizen met roldeuren ook minder waterverlies dan sluizen met puntdeuren. Ook het aantal reservedeuren kan beperkt blijven. Vaak is één reservedeur voor de hele sluis voldoende. Roldeuren kunnen in veel bredere sluizen worden toegepast dan puntdeuren. Met name lenen zij zich goed voor toepassing in (brede) zeesluizen. Zij vereisen een eenvoudiger bewegingsmechanisme dan bij toepassing van vier puntdeuren (eb- en vloeddeuren) en kunnen gemakkelijk van één zijde worden bediend. Ook zijn roldeuren in gesloten stand vrijwel ongevoelig voor deining, zodat bij bijna gelijke waterstand geen gevaar voor klapperen bestaat. Evenals bij puntdeuren geeft de toepassing van roldeuren gewoonlijk een onbeperkte doorvaarthoogte. In brede sluizen met een gering verval, waar puntdeuren minder goed bruikbaar zijn en men toch een onbeperkte doorvaarthoogte wil hebben, voldoen roldeuren dan ook uitstekend. Brede roldeuren met laaggelegen rolbaan kunnen worden gebruikt voor de overbrugging van de sluis door het wegverkeer, waardoor de bouw van een brug kan vervallen. Zo wordt het verkeer bij de Noordersluis te IJmuiden over de 7 m brede roldeuren geleid. Hetzelfde gebeurde bij de voormalige Oostersluis te 47. Jipsingboermussel (Gr). Houten roldeur met hooggelegen rolbaan in het Ter Apelerverlaa t uit Hansweert en die Wemeldinge. Het meest in het oog vallende nadeel is wel het brede en gewoonlijk asymmetrisch uitgevoerde sluishoofd. Bij bajonetsluizen, waar de sluishoofden ten opzichte van de sluisas verschoven liggen, kan dit echter eenvoudig worden opgevangen. Door de deur langs één der kopwanden van de sluiskolk te schuiven. vervalt een relatief dure sluiskas. Voor de deur wordt daarvoor in de plaats ter bescherming een remmingwerk geplaatst. Deuren met een laaggelegen rijbaan hebben nog als nadeel, dat de bewegende delen (de rollen) zich onder water bevinden. Hierdoor is controle relatief moeilijk, terwijl de slijtage vaak groot is. 48. Hengelo. Porte brisée in het benedenhoofd van de schutsluis in het Twen thekanaal uit RDMZ RV 1995/37-92

24 RVblad Roldeuren met een hooggelegen rijbaan zijn toegepast tot een doorvaartbreedte van 16 m. Deze komen zowel in hout als in staal voor. Bij grotere breedten worden roldeuren met een laaggelegen rolbaan gebruikt, waarvan alleen stalen exemplaren bestaan. Voor het in beweging brengen van de roldeur zijn in de loop der tijd diverse bewegingsinrichtingen ontwikkeld. De in ons land meest toegepaste zijn die met kabels of kettingen zonder einde en die met heugelstangen. De eerste worden via trommels bewogen, de laatste door middel van een rondsel. Hefdeur en schuif Een hefdeur is een vlakke deur, die bij het openen en sluiten een verticale beweging maakt afb. 49. Kleine hefdeuren in kokersluizen noemt men gewoonlijk schuiven afb. 50. Deze bewegen in een boven de koker gemetselde of gestorte verticale schacht of in een houten of stalen geleiding die voor de sluisopening is gemonteerd. De moderne hefdeuren in schutsluizen bevinden zich tussen twee heftorens of in een hefportaal afb. 51. In de beide torens of de beide stijlen van het portaal is daarbij vaak een contragewicht aangebracht. Kleine hefdeuren van hout worden vaak schotdeuren genoemd. 49. Afbeelding van een valschut met hef- 50. Schuif met heugelstang in een of schotdeur in Drenthe. uifwateringssluis bij Heukelum (Gld) eveneens houten gebint was geplaatst en door middel van een spil (windas) kon worden opengedraaid zie afb. 49. Aan het einde van de 16de eeuw was de schotdeur nog een normaal en veel gebruikt afsluitmiddel voor scheepvaartsluizen. De beperkte doorvaarthoogte werd echter steeds meer als een belemmering gezien. De schotdeuren werden dan ook langzamerhand vervangen door puntdeuren. Wel werd de hefdeur als schuif veel toegepast in uitwaterings- en inlaatsluizen. Met name voor laatstgenoemd sluistype is het afsluitmiddel zeer geschikt. Als hoofdkering in uitwateringssluizen voldoet de hefdeur alleen in gebieden waar geen getijwerking aanwezig is. In aan zee gelegen uitwateringssluizen is de hefdeur vaak toegepast als noodkering. In de 19de en 20ste eeuw werden veel houten en ijzeren of stalen schuiven gebruikt die via een heugelstang met behulp van een tandwielkast werden geheven en neergelaten. 51. De hefdeur in de schutsluis in het Bosscheveld bij Maastricht uit Schuiven in uitwateringssluizen komen zowel in hout als in ijzer en staal voor. Houten schotdeuren werden in het begin van de ZOste eeuw nog wel toegepast in keersluisjes die slechts sporadisch voor scheepvaart worden gebruikt en valschutten werden genoemd. Er zijn echter ook schutsluizen met houten schotdeuren toegepast. De hefdeuren in de moderne schutsluizen zijn uitsluitend in staal uitgevoerd. De hefdeur als schotdeur is een oud, middeleeuws afsluitmiddel. Het bestond oorspronkelijk uit een houten schot dat in een

25 RVblad Aan het einde van de 19de eeuw verschijnen er hefdeuren voorzien van rollen. De bekendste daarvan is de Stoney-schuif, uitgevonden door een Engelse firma. Tussen de schuif en de beide verticale aanslagen is aan weerszijden een rolwagen gehangen. Hiermee is een zuiver rollende beweging verkregen, die vrijwel zonder wrijving is. De Stoney-schuiven zijn meestal via kabels verbonden met een contragewicht, zodat deze gemakkelijk met de hand via een tandwielstelsel kan worden bewogen zie afb. 58. De eerste grote moderne hefdeuren voor scheepvaartsluizen werden in 1931 toegepast in de schutsluis in het Bosscheveld te Maastricht zie afb. 51. Elke deur beweegt tussen twee heftorens, onderling verbonden door een verbindingsbrug, ook wel hefportalen genoemd. Daarna volgden in korte tijd diverse toepassingen van hefdeuren, die allen door elektromotoren bewogen, omdat handbediening hierbij is uitgesloten. Ook de moderne hefdeuren zijn gewoonlijk met contragewichten uitgebalanceerd. In tegenstelling tot de Stoneyschuiven zijn bij hefdeuren de wielen vast met de deur verbonden. Hefdeuren met wielen en Stoney-schuiven vereisen speciale voorzieningen voor de waterdichtheid. Ook wordt de waterdruk alleen ter plaatse van de wielen overgebracht, waardoor de aanslag op de sluiswand plaatselijk zwaar wordt belast. Daarom ontwikkelde de waterbouwkundige J.P. Josephus Jitta een systeem, waarbij de wielen alleen voor het bewegen worden gebruikt. De waterdruk bij het keren wordt via houten aanslaglijsten op de aanslagen overgebracht. zaam geheven. Pas als het water het water aan beide zijden bijna gelijk staat, wordt de snelheid opgevoerd. Grote deuren met een afdrukmechanisme kunnen alleen in gelijk water worden geheven, anders zouden de krachten te groot worden. Daarom zijn deze deuren voorzien van schuiven of moet men gebruik maken van omloopriolen. Voordelen van de hefdeur of schuif zijn de eenvoudige constructie, de gemakkelijke bediening, de korte sluishoofden en het feit dat alle bewegende delen in open stand zich boven water bevinden. Verder kan met een hefdeur naar twee zijden water worden gekeerd, zodat bij dubbelkerende sluizen slechts één deur per opening of sluishoofd nodig is. Bij schutsluizen kan een hefdeur vaak tevens worden gebruikt om de schutkolk te vullen of juist water af te laten lopen. Riolen of schuiven zijn in dat geval niet nodig. Ook is geen schadelijke kolklengte aanwezig, zodat de schepen over de hele kolklengte kunnen beschikken. Een nadeel van een hefdeur in scheepvaartsluizen is naast de beperkte doorvaarhoogte ook het nadruppelen van de deuren. Ook 52. Hellevoetsluis. Schipdeur in het droogdok. kost het heffen van de deur meer energie dan het bewegen van de meeste andere afsluitmiddelen. In uitwateringssluizen hebben schotdeuren en schuiven het nadeel dat zij niet door het water zelf kunnen worden geopend en gesloten. Schipdeur Een schipdeur is een drijvende deur, die als een schip tussen de beide wanden van het sluishoofd kan worden gevaren en ter plaatse worden afgezonken afb. 52. De eerste Nederlandse schipdeur werd in 1802 gebouwd in het droogdok te Hellevoetsluis, naar een ontwerp van P. Glavimans. A.F. Goudriaan ontwierp enkele jaren later een schipdeur voorzien van puntdeuren voor een dok te Medemblik. Kleine schepen konden daarbij gebruik maken van de puntdeuren, zodat een tijdrovende verplaatsing van de schipdeur niet nodig was. De eerste ijzeren schipdeuren werden rond 1860 gebouwd voor een tweetal droogdokken van de marine in Den Helder. Van de houten schipdeuren resten alleen nog enkele maquettes. Er is nog wel een tweetal stalen schipdeuren aanwezig: één te Hellevoetsluis als vervanger van de Hefdeuren kunnen, evenals segmentdeuren, ook worden gebruikt om een schutkolk te vullen of juist water af te voeren. Om grote deining in de kolk te voorkomen, wordt de deur bij het openen in het begin zeer lang- RDMZRV 1995/37-93

26 oorspronkelijke houten deur en

27 RVblad 01-27

28 RVblad De naald-klepstuw in de Vecht bij Ane (0) uit 1853 met dwars-doorsnede. 57. Stuw met glijschuiven in de Overijsselsche Vecht bij Vilsteren uit ca Stoney-schuiven in de stuw in de Dinkel bij de kruising met het Kanaal Almelo-Nordhorn uit glijschuif De glijschuif werkt in principe op dezelfde mannier als de schuiven, die veel voorkomen in sluizen ten behoeve van de waterhuishouding. Ze zijn zowel in hout als in ijzer en staal uitgevoerd. De schuiven glijden in sponningen in de beide landhoofden. Bij meer dan een opening worden tussenpijlers geplaatst afb. 57. Dit kan een gemetselde pijler zijn maar er komen ook ijzeren staven voor die aan de onderzijde tegen een drempel steunen en aan de bovenzijde tegen een vaste brug. De waterdichtheid van glijschuiven is over het algemeen groot. Bij het bewegen van glijschuiven onder verval treden echter grote wrijvingskrachten op. De schuiven kunnen dus niet te groot worden en zijn daarom slechts bruikbaar voor kleine stuwen. Gewoonlijk wordt een aantal schuiven boven elkaar geplaatst, zodat door het wegnemen van één of meer schuiven het stuwpeil nauwkeurig kan worden geregeld. Glijschuiven zijn aan het begin van de 20ste eeuw onder meer toegepast in de stuwen in de Overijsselse Vecht. - Stoney-schuif Voor grotere stuwopeningen werden vaak Stoney-schuiven gebruikt afb. 58. De constructie daarvan komt overeen met die in sluizen. Stoney-schuiven zijn toegepast tot een breedte van 17 m. De schuiven drukken tegen losse wielwagens, die tussen de deur en de aanslagen zijn geplaatst. Bij het bewegen gaan deze met halve snelheid mee omhoog of omlaag, zodat een zuivere rollende beweging plaatsvindt. De Stoney-schuif werd in 1904 toegepast in de stuw in de Dinkel voor de voeding van het Kanaal Almelo-Nordhorn. Om de waterstand met een enkele schuif te regelen, moet de stuw worden geheven, zodat het water er onderdoor stroomt. Dit heeft verschillende nadelen, waarom meestal bij grote stuwen wordt gekozen voor een dubbele schuif

29 RVblad Dubbele Stoney-schuif zoals toegepast in de Maasstuwen tussen Linne en Sambeek. a = bovenste schuif, b = benedenste schuif, c = losse rolwagens, d = ophangkabels schuiven en rolwagens, e = toren met bewegingsinrfchting. 60. Wielschuiven ondersteund door jukken. a = schuif, b = juk, c = losse stijl, d = loopwiel, e = nok als onderaanslag voor de stijl. afb. 59. De beide schuiven bevinden zich daarbij zowel boven als achter elkaar, waarbij de bovenste wordt gebruikt voor de regulering van het stuwpeil. Pas als de watertoevoer zo groot is dat er geen opstuwing meer nodig is, worden beide schuiven geheven. Stuwen met dubbele schuiven zijn gebruikt in de afvoeropeningen van de Maasstuwen tussen Maastricht en Grave uit de jaren 1920 tot wielschuif Ook wielschuiven zijn veel toegepast, en wel in een breedte variërend van 4 tot bijna 40 m. Wielschuiven zijn met name veel gebruikt in de scheepvaartopening van een stuw. Voor deze opening werd bij de Limburgse Maas een breedte vereist van meer dan 60 m. Een dergelijke breedte was in die tijd niet meer door één schuif af te sluiten. Daarom is daar voor een andere oplossing gekozen. De opening wordt door een groot aantal naast elkaar geplaatste schuiven afgesloten, die worden ondersteund door jukken, die zijwaarts konden worden neergeklapt afb. 60. andere oplossing gekozen. De jukken kunnen onder de gelijktijdig gebouwde verkeersbrug worden gedraaid, waarmee de hele constructie zich boven water bevindt. In tegenstelling tot de zijwaarts neerklapbare jukken, staan deze jukken dwars op het rivierbed. Aan de onderzijde haken ze achter stalen aanslagstukken op de vloer, terwijl de bovenzijde van de jukken tegen de verkeersbrug steunt afb. 61. Bij toepassing van jukken mogen de schuiven niet te groot worden. Meestal worden twee of drie schuiven boven elkaar geplaatst, wat als bijkomend voordeel heeft, dat de waterafvoer fijner kan worden geregeld. De schuiven sluiten de opening niet volledig af. Tussen twee naast elkaar geplaatste schuiven bevindt zich een opening van enkele centime- 61. De bouw van de stuw met opklapbare jukken onder de verkeersbrug in Grave. Bij de stuw te Grave is voor een RDMZ RV 1995/37 95

30 RVblad Lith (NB). Wielschuif met klep in de stuw uit ters, opdat de schuiven bij het bewegen elkaar niet hinderen. In extreem droge perioden kunnen deze kieren worden afgedekt met naalden. Naast deze relatief kleine wielschuiven zijn er ook grotere toegepast, tot een breedte van 38 m. Deze bewegen tussen heftorens en zijn opgehangen aan zware kettingen. De schuiven zijn aan beide uiteinden voorzien van twee rolwagens, elk met twee loopwielen. Voor de fijnregeling van de waterafvoer wordt op de schuif vaak een klep geplaatst, die scharnierend daarmee is verbonden. Dit stuwtype is toegepast in Borgharen (L) en Lith (NB) afb. 62. rotten en moeten soms na enkele decennia al worden vernieuwd. Ook het metselwerk wordt in de loop der tijd aangetast, zodat herstel noodzakelijk is. IJzeren deuren zullen gaan roesten, zodat regelmatig onderhoud is vereist. Hierdoor zullen sluizen en stuwen vrijwel nooit in hun oorspronkelijke staat bewaard zijn gebleven. Het karakter van het object hoeft hierdoor echter niet of nauwelijks te veranderen. Een zeer grote bedreiging vormt de economische veroudering. Uitwateringssluizen kunnen hun functie verliezen door een verandering van de waterhuishouding in een gebied. Een bestaande sluis kan daardoor te klein of overbodig worden. Bevindt een buiten gebruik gestelde sluis zich in een hoofdwaterkering, dan wordt deze als een zwakke plek in de dijk beschouwd. Soms wordt een sluis dan gesloopt, zoals de uitwateringssluizen te Katwijk aan Zee die plaats moesten maken voor een nieuwe sluis omdat de bestaande sluizen niet meer voldeden. Vaak ook wordt de sluis afgedamd of blijft de sluis liggen met geopende of zonder afsluitmiddelen. Voorbeelden daarvan zijn de uitwateringssluis te Dalem bij Gorinchem (ZH) en de inundatiesluis aan de Bakkerskil bij Werkendam zie afb. 14. Wanneer een sluis zijn functie heeft verlo- 63. Kinderdijk (ZH). Voormalige uitwateringssluis. ren, blijft onderhoud gewoonlijk achterwege. Dit heeft tot gevolg dat spoedig verval optreedt en de sluis alsnog verdwijnt. Een andere bedreiging voor sluizen vormen verscherpte veiligheidseisen zoals de Deltanorm. Sluizen moeten dan een hogere waterstand kunnen keren, waartoe zij vaak niet in staat zijn. Ingrijpende aanpassingen of vervanging is dan het gevolg. Zo zijn de vele uitwateringssluizen te Kinderdijk (ZH) alle gesloopt afb. 63. Soms wordt om de bestaande sluis een nieuwe dijk aangelegd, waarmee de sluis zijn functie verliest. Een voorbeeld daarvan is de sluis bij Noordpolderzijl in Noord-Groningen. De sluis is fraai gerestaureerd maar heeft geen functie meer. Een niet minder ernstige bedreiging vormt de eis tot automatisering, waardoor de sluisdeuren door een druk op de knop of zelfs automatisch door de hoogte van de waterstand kunnen worden geopend. Personeelskosten zijn hoog, terwijl door automatisering vaak veel sneller op een situatie kan worden ingespeeld. Sluizen, maar ook stuwen, kunnen hierdoor ingrijpend veranderen. Zo zijn de stuwen in de Overijsselse Vecht geautomatiseerd, waarbij de glijschuiven werden vervangen door stuwkleppen. Het karakter van de stuwen is hierdoor echter duidelijk gewijzigd. 5. Instandhoudingsproblemen Sluizen en stuwen zijn evenals bruggen veel sterker aan veroudering onderhevig dan bijvoorbeeld gebouwen. Doordat de sluis zich in het water bevindt en aan allerlei weersomstandigheden is blootgesteld, zullen diverse onderdelen worden aangetast. Met name het materiaal rond het grensvlak tussen het water en de lucht is hiervoor zeer gevoelig. Houten sluizen en afsluitmiddelen zullen op dit grensvlak gaan

31 RVblad Ook schutsluizen worden bedreigd. Veel kleine sluisjes zijn verdwenen, doordat met de komst van de vrachtwagens de vaarwegen in de land- en tuinbouwgebieden hun functie verloren. Andere werden afgedamd en liggen vaak te vergaan omdat er geen onderhoud meer plaatsvindt. Bij de Utrechtse Gemeenteschutsluis en de Rijkshulpschutsluis, beide te Vreeswijk, zijn de buitensluishoofden vervangen door een dam. De Stolwijkersluis bij Gouda is door een stalen damwand van de Hollandsche IJssel afgesloten. De gekoppelde Dubbele Sluis bij Reutum (0) in het Kanaal Almelo-Nordhorn is fraai gerestaureerd, maar kan niei meer worden gebruikt omdat het kanaal op diverse plaatsen is gedempt. Anders dan bij de meeste andere bouwwerken is hergebruik van een sluis bijna niet mogelijk. Waar dat wel gebeurt, wordt het aanzien van de sluis vaak ingrijpend gewijzigd. Het minst ver gaat nog de verandering van de scheepvaartfunctie in een functie voor de waterhuishouding. Soms bouwt men in één van de sluishoofden een betonnen wand met daarin een stuw. Nog ingrijpender is de bouw van een gemaal in het sluishoofd, zoals bijvoorbeeld in het bovensluishoofd van de Oude Schutsluis in de Merwede te Utrecht en het buitensluishoofd van de grote schutsluis te Katerveer bij Zwolle. De sluizen zijn daarbij behouden, maar het karakter van de sluis is in sterke mate aangetast. 64. Maasbracht. De klepdeur in de voormalige sluis uit spaarkommen in het Kanaal Wessem-Nederweert bij Panheel (L). Ook kan men na de bouw van de tweede sluis de beide richtingen van de scheepvaart splitsen, zodat die elkaar niet hinderen. Het komt echter ook regelmatig voor dat de oude sluis wordt afgebroken. De sluizen bij Maasbracht afb. 64 en Roosteren werden vervangen door één nieuwe (tweeling)sluis die het totale verval in één keer kan overbruggen. Daarmee verdwenen de enige schutsluizen met een klepdeur. De schutsluis te Sint Pieter bij Maastricht afb. 65 met drijvende roldeuren raakte buiten functie na de bouw van een nieuwe sluis bij Ternaaien (België) en werd gedempt. Bij Stompwijk (ZH) is een schutsluis met fraaie houten gebinten gesloopt omdat de sluis geen functie meer had en het onderhoud te duur werd. Het fraaie sluizencomplex te Hansweert in het Kanaal door Zuid-Beveland werd na de bouw van een tweelingsluis afgebroken. Vanwege een verdrag met België mochten er zich op de route van de Westerschelde naar Rotterdam maar drie sluizen bevinden. Dit aantal werd overschreden doordat ten gevolge van de open kering in de Oosterschelde de Philipsdam moest worden aangelegd met daarin de Krammersluizen. De sluizen bij Wemeldinge moesten daardoor vervallen, terwijl die te Hansweert aan de nieuwe situatie moesten worden aangepast. Oude sluizen werden gewoonlijk met de hand bediend, zoals de Amstelsluizen in de Amstel te Amsterdam zie afb. 19 en de schutsluis te Woerdense Verlaat. De eerste wordt met behulp van kaapstanders bediend en de andere met een bootshaak. Hiervoor is enige mankracht nodig, wat volgens de huidige arbeidswet zoveel mogelijk moet worden vermeden. Bij schutsluizen met veel scheepvaart- 65. De voormalige schutsluis te St. Pieter bij Maastricht uit Schutsluizen in vaarwegen die nog wel worden gebruikt, raken verouderd of worden te klein doordat het scheepvaartverkeer toeneemt of dat de schepen groter worden. Soms besluit men tot het bouwen van een tweede sluis en blijft de oude gehandhaafd, hetzij voor de kleinere schepen, hetzij als reservesluis. Voorbeelden hiervan zijn de Prinses Irenesluis te Wijk bij Duurstede en de schutsluis met RDMZ RV 1995/37-96

32 ; RVblad Geautomatiseerd bewegingsmechanisme in een schutsluis bij Edam. verkeer vergt een handbediende sluis met puntdeuren gewoonlijk ten minste twee sluiswachters voor de bediening van de afsluitmiddelen en de schuiven. Automatisering van het openen en sluiten van de deuren en de schuiven is in dat geval vaak veel goedkoper. De sluis kan dan door één personeelslid worden bediend door een druk op de knop, of zelfs een aantal sluizen op afstand. Bovendien zal het schutten van de schepen veel sneller plaatsvinden. Zelfs kan men bij minder belang- rijke sluizen door automatisering veel gemakkelijker de schippers zelf de sluis laten bedienen, zodat geen sluiswachter meer nodig is. De aanpassing van de bewegingsmechanismen van de afsluitmiddelen en de schuiven kan ingrijpend zijn. Er zijn echter ook voorbeelden waarbij de geautomatiseerde aandrijving goed is weggewerkt, zoals bij de schutsluis in de haven van Edam afb. 66. In de houten kaapstanders is bijna onopvallend een elektromotor geplaatst. 67. Dieren. De drietrapssluis in het Apeldoornsch Kanaal uit De lijst van verdwenen sluizen en stuwen zou met veel meer voorbeelden kunnen worden aangevuld. Vele interessante, ja zelfs unieke objecten zijn gedurende de laatste decennia gesloopt. Andere zijn zo ingrijpend gewijzigd dat er van de oude sluis of stuw weinig meer over is. Het zal duidelijk zijn dat niet alles bewaard kan blijven, maar een goede afweging zal nodig zijn. De drietrapssluis te Dieren afb. 67 moest plaats maken voor een sluis met tussenhoofd, die het verval in één keer kon overbruggen. Ironisch is het dat deze nieuwe sluis nauwelijks 10 jaar later buiten gebruik werd gesteld. Bij een zorgvuldiger beleid zou de drietrapssluis misschien bewaard zijn gebleven. Anderzijds zijn er ook voorbeelden van sluizen die, nadat zij lange tijd buiten gebruik zijn geweest, weer opnieuw in bedrijf worden genomen. Zo is de Driewegsluis op de kruising van de Linde met de Helomavaart bij Nijetrijne gerestaureerd om door de recreatievaart te worden gebruikt. Ook als besloten kan worden om een (monumentale) sluis te behouden, zijn er diverse mogelijkheden. Restaureren is een kostbare zaak en het instandhouden van monumenten kost veel geld. Er zullen dus keuzen moeten worden gemaakt en men zal zich moeten afvragen op welke wijze een verantwoorde restauratie kan plaatsvinden. Zo kan men besluiten de oorspronkelijke toestand te herstellen of later aangebrachte wijzigingen handhaven. Later aangebrachte wijzigingen geven ook een deel van de historie van de sluis weer. Bovendien zal het wegrestaureren van aanpassingen die de levensduur van een constructie verlengen al spoedig weer voor problemen zorgen als de oorspronkelijke onderhoudsgevoeliger constructie weer wordt teruggebracht. Een andere vraag is of het noodzakelijk is om niet zichtbare delen van een te restaureren object

33 weer in de oude staat terug te brengen of dat met een goedkopere constructie

Objectbeschrijving sluiscomplex Heumen (Pepijn van Aubel, november 2016)

Objectbeschrijving sluiscomplex Heumen (Pepijn van Aubel, november 2016) Objectbeschrijving sluiscomplex Heumen (Pepijn van Aubel, november 2016) Het sluiscomplex Heumen (km. 1,4) bestaat uit de volgende onderdelen met bijbehorende kentallen: 1) De oude sluis (west) met 3 puntdeuren

Nadere informatie

Objectbeschrijving sluiscomplex Weurt (Pepijn van Aubel, november 2016)

Objectbeschrijving sluiscomplex Weurt (Pepijn van Aubel, november 2016) Objectbeschrijving sluiscomplex Weurt (Pepijn van Aubel, november 2016) Het sluiscomplex Weurt (km. 11,8) bestaat uit de volgende onderdelen met bijbehorende kentallen: 1) De oude sluis (oost) met 3 roldeuren

Nadere informatie

Hoe Jan ten Holt in Kampen de waaiersluis uitvond

Hoe Jan ten Holt in Kampen de waaiersluis uitvond Hoe Jan ten Holt in Kampen de waaiersluis uitvond door Dirk van der Schrier Niet veel Kampenaren zullen weten dat er in 1778 in hun stad een belangrijke waterstaatkundige uitvinding is gedaan: de waaiersluis.

Nadere informatie

Opvouwbare Sluisdeur. Hans van Stralen. Oktober Royal HaskoningDHV, All rights reserved

Opvouwbare Sluisdeur. Hans van Stralen. Oktober Royal HaskoningDHV, All rights reserved Opvouwbare Sluisdeur Hans van Stralen Oktober 2013 2013 Royal HaskoningDHV, All rights reserved Sluis met puntdeuren 2 Inhoud 1. Panama Vergelijk oude en nieuwe kolk Vergelijk puntdeur roldeur Vergelijk

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 522276 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam Sluiscomplex Hel- en

Nadere informatie

Sluis met enkele draaideuren

Sluis met enkele draaideuren thema 1 Het sluitstuk van de Zuid-Willemsvaart: Sluis Empel Sluis met enkele draaideuren De omlegging van de Zuid-Willemsvaart bevat twee nieuwe sluiscomplexen: Hintham en Empel. Van deze twee sluizen

Nadere informatie

MSH BEHEERPLAN 2016 voor de HARLINGER monumentale Sluiz en

MSH BEHEERPLAN 2016 voor de HARLINGER monumentale Sluiz en MSH BEHEERPLAN 2016 voor de HARLINGER monumentale Sluiz en Inhoudsopgave VOORWOORD... 3 VERANTWOORDING:... 4 Omschrijving sluisdelen:... 4 GROTE SLUIS aan de Rommelhaven... 5 Algemene gegevens:... 6 Technische

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 516526 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam Lorentzsluizen Aantal

Nadere informatie

Bijlage 1 Begrippenlijst

Bijlage 1 Begrippenlijst Bijlage 1 Begrippenlijst aanlegdiepte Zie Figuur 0-1 aanlegfase alternatief autonome ontwikkeling basculebrug bellenscherm binnenhaven binnenhoofd bouwkuip bouwput buitenhaven buitenhoofd caissonmethode

Nadere informatie

Nederlandse Sluizen en Stuwen advies

Nederlandse Sluizen en Stuwen advies Waardering Dierense Sluis te Dieren Opgesteld door ir. G.J. Arends i.o.v. Stichting Apeldoorns Kanaal Gouda, september 2013 versie 3 definitief Bodegraafsestraatweg 21 2805GK GOUDA Tel.: 0182-537 327-06

Nadere informatie

ROTZOOIEN. MET WATER Opdrachtbladen

ROTZOOIEN. MET WATER Opdrachtbladen Opdrachtbladen Naam Groep Datum Opdrachtblad Water in de polder Opdracht 1 De Nieuwe Hollandse Waterlinie moest de vijand tegen houden. Dit gebeurde door een brede strook land onder water te zetten. Dat

Nadere informatie

Waterbouwdag 2011. Sluizen in de wereld. Han Vos

Waterbouwdag 2011. Sluizen in de wereld. Han Vos Sluizen in de wereld Han Vos Recente sluisprojecten voor Waterbouwdag 2011 de zeevaart In de laatste jaren zijn en worden er plannen gemaakt voor grote zeesluizen waarvan de capaciteit aansluit bij de

Nadere informatie

Leggerdocument sluiscomplex Weurt

Leggerdocument sluiscomplex Weurt 3 Leggerdocument sluiscomplex Weurt DLB 2009/8942 Datum 7 december 2009 Status Definitief Leggerdocument sluiscomplex Weurt DLB 2009/8942 Datum 7 december 2009 Status Definitief Colofon Uitgegeven door

Nadere informatie

Rondje Plofsluis. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden

Rondje Plofsluis. Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Fietsroute Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden Rondje Plofsluis Ontdek de sluizen, dijken en kanalen van de Nieuwe Hollandse Waterlinie ten zuiden van Utrecht. Deze fietsroute voert langs historische

Nadere informatie

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk Werken aan een waterveilig Nederland Project Afsluitdijk 80 jaar De Afsluitdijk beschermt Nederland al meer dan tachtig jaar tegen de zee. De dijk voldoet niet meer aan de huidige normen voor waterveiligheid.

Nadere informatie

Renovatie Heinellensluisje Eemnes

Renovatie Heinellensluisje Eemnes Renovatie Heinellensluisje Eemnes Door: R.J.S. SIERAT Kort geleden werd het Heinellensluisje in de zomerdijk bij Eemnes gerenoveerd. Het project is uitgevoerd in opdracht van waterschap Vallei & Eem, en

Nadere informatie

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren

Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek. Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Watermanagement en het stuwensemble Nederrijn en Lek Voldoende zoetwater, bevaarbare rivieren Rijkswaterstaat beheert de grote rivieren in Nederland. Het stuwensemble Nederrijn en Lek speelt hierin een

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 508296 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam Reitdiepsluizen Aantal

Nadere informatie

Leggerdocument sluiscomplex Heumen

Leggerdocument sluiscomplex Heumen 3 Leggerdocument sluiscomplex Heumen DLB 2009/8941 Datum 7 december 2009 Status Definitief Leggerdocument sluiscomplex Heumen DLB 2009/8941 Datum 7 december 2009 Status Definitief Colofon Uitgegeven door

Nadere informatie

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk

Werken aan een waterveilig Nederland. Project Afsluitdijk Werken aan een waterveilig Nederland Project Afsluitdijk 80 jaar De Afsluitdijk beschermt Nederland al meer dan tachtig jaar tegen de zee. De dijk voldoet niet meer aan de huidige normen voor waterveiligheid.

Nadere informatie

Legger regionale waterkering

Legger regionale waterkering Legger regionale waterkering Apeldoorns Kanaal, Anklaarseweg-Koudhoornsesluis Definitief Datum 28 september 2009 Opgemaakt door J. Borgers Afdeling Planvorming Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 1 2 INHOUD...

Nadere informatie

Complexnummer:

Complexnummer: Complexnummer: 523252 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam Ophaalbruggen Griendtsveen

Nadere informatie

thema Nieuwe Meppelerdiepsluis verbetert waterveiligheid en doorgang scheepvaart Van keersluis naar schutsluis

thema Nieuwe Meppelerdiepsluis verbetert waterveiligheid en doorgang scheepvaart Van keersluis naar schutsluis 1 Nieuwe Meppelerdiepsluis verbetert waterveiligheid en doorgang scheepvaart Van keersluis naar schutsluis 34 1 Meppelerdiepsluis, na ombouw keersluis tot schutsluis foto: Sander Jongsma / RTV Oost 2 Ligging

Nadere informatie

Inhoudstafel. Doorvaart van schepen in de sluis... 6-7. Brusselse Havendomein (plan)... 11. Belgische Bevaarbare waterwegen (kaart)...

Inhoudstafel. Doorvaart van schepen in de sluis... 6-7. Brusselse Havendomein (plan)... 11. Belgische Bevaarbare waterwegen (kaart)... D E S L U I Z E N Inhoudstafel Inhoudstafel.............................................. 3 Wat is een sluis?......................................... 5 Doorvaart van schepen in de sluis.........................

Nadere informatie

Samenvatting In deze simulatie-studie is onderzocht in welke mate het schutwaterverlies beperkt kan worden door een aanpassing in de bediening van de sluis. Op kanalen en gekanaliseerde rivieren spelen

Nadere informatie

Lesbrief. Watersysteem. Droge voeten en schoon water. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Watersysteem. Droge voeten en schoon water. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Watersysteem Droge voeten en schoon water www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Droge voeten en schoon water Waterschappen zorgen ervoor dat jij en ik droge

Nadere informatie

UNESCO Nominatiedossier - bijlagen STELLING VAN AMSTERDAM EN NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE SAMEN STERKER!

UNESCO Nominatiedossier - bijlagen STELLING VAN AMSTERDAM EN NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE SAMEN STERKER! STELLING VAN AMSTERDAM EN NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE SAMEN STERKER I COLOFON STELLING VAN AMSTERDAM EN NIEUWE HOLLANDSE WATERLINIE SAMEN STERKER Nieuwe Hollandse Waterlinie Uitbreiding van de Stelling

Nadere informatie

Hoe schepen veilig getijhoogteverschillen kunnen overbruggen: de zeesluis

Hoe schepen veilig getijhoogteverschillen kunnen overbruggen: de zeesluis Hoe schepen veilig getijhoogteverschillen kunnen overbruggen: de zeesluis Björn van de Walle & Tom De Mulder* *Waterbouwkundig Laboratorium, Berchemlei 115 B-2140 Antwerpen Nee, een zeesluis is geen vies

Nadere informatie

Renovatie Noordzeesluizen IJmuiden

Renovatie Noordzeesluizen IJmuiden Project Renovatie Noordzeesluizen IJmuiden Z5361 3 a 5 q "C u_ \o in w> ^ in Tj -S o -* o Riikswaterstaat renoveert de Noordzeesluizen te IJmutden. _, i. i!.355^5=- Riikswaterstaat Om schepen ook in de

Nadere informatie

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort.

VAN BRON TOT DELTA. Paul de Kort. een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent. Eemmeer. Eem. Amersfoort. Eemmeer een studie naar landschapskunst in de Blaricummermeent Eem VAN BRON TOT DELTA Amersfoort Gelderse vallei Paul de Kort Utrechtse heuvelrug stuw gemaal Een Deltarivier in De Blaricummermeent De rivier

Nadere informatie

agendapunt H.07 Aan Verenigde Vergadering INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GROOT ONDERHOUD SLUIZEN Gevraagd besluit Verenigde Vergadering

agendapunt H.07 Aan Verenigde Vergadering INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GROOT ONDERHOUD SLUIZEN Gevraagd besluit Verenigde Vergadering agendapunt H.07 1103288 Aan Verenigde Vergadering INVESTERINGSPLAN EN KREDIET GROOT ONDERHOUD SLUIZEN Gevraagd besluit Verenigde Vergadering 27-02-2014 I. Vast te stellen het Investeringsplan met daarin

Nadere informatie

Hijswerktuig. Zie CiITblad Hijswerktuig 01. G. Dubbeld November 1961 Schaal 1:50 UDC 621.86. DOCblad 01-1. Plaats Gebouw Omschrijving

Hijswerktuig. Zie CiITblad Hijswerktuig 01. G. Dubbeld November 1961 Schaal 1:50 UDC 621.86. DOCblad 01-1. Plaats Gebouw Omschrijving Hijswerktuig Tredrad, windas UDC 621.86 Lifting tool Treadwheel, windlass Plaats Gebouw Omschrijving Datering Toelichting Haarlem Grote of Sint Bavokerk Tredrad boven het gewelf van het schip nabij de

Nadere informatie

Legger van de primaire waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel met bijbehorende kunstwerken

Legger van de primaire waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel met bijbehorende kunstwerken CVDR Officiële uitgave van. Nr. CVDR272485_1 12 december 2017 Legger van de primaire waterkeringen langs de Gekanaliseerde Hollandse IJssel met bijbehorende kunstwerken Het algemeen bestuur van het ; op

Nadere informatie

CT1101 Inleiding Civiele Techniek

CT1101 Inleiding Civiele Techniek CT1101 Inleiding Civiele Techniek Wegen, Spoorwegen en Vaarwegen (Deel B) Waterbouw (Deel D) Sluizen Constructieve Waterbouw Wat is ontwerpen? Chaotisch Creatief Ontwerpen Gestructureerd Ontwerpen Alternatives

Nadere informatie

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6

Naam: De Romeinen. Vraag 1. De Romeinen hebben veel gebouwd. Noem vijf verschillende toepassingen. pagina 1 van 6 Naam: De Romeinen De Romeinse bouwkunst. De Romeinen behoren tot de beste bouwers uit de geschiedenis. Ze bouwden tempels, riolen, waterleidingen, wegen, kanalen, huizen, aquaducten, havens, bruggen en

Nadere informatie

Leggerdocument sluis Limmel

Leggerdocument sluis Limmel 3 Leggerdocument sluis Limmel DLB 2009/8944 Datum 7 december 2009 Status Definitief Leggerdocument sluis Limmel DLB 2009/8944 Datum 7 december 2009 Status Definitief Colofon Uitgegeven door Rijkswaterstaat

Nadere informatie

4 Duikers 4.1 Inleiding

4 Duikers 4.1 Inleiding 4 Duikers 4.1 Inleiding Een duiker is een constructie die watergangen door een grondlichaam heen met elkaar verbindt. Een duiker zorgt ervoor dat water van de ene kant van het grondlichaam naar de andere

Nadere informatie

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort

Complexnummer: Smallepad MG Amersfoort Postbus BP Amersfoort Complexnummer: 520509 Smallepad 5 3811 MG Amersfoort Postbus 1600 3800 BP Amersfoort www.cultureelerfgoed.nl T 033 421 74 21 F 033 421 77 99 E info@cultureelerfgoed.nl Complexnaam: Stuw en sluis Roermondse

Nadere informatie

Lezingenblok Traditioneel onvergankelijk Vakmanschap Houten Sluisdeuren Ad Wesselink & Jeroen Hakkers Wijma Kampen B.V.

Lezingenblok Traditioneel onvergankelijk Vakmanschap Houten Sluisdeuren Ad Wesselink & Jeroen Hakkers Wijma Kampen B.V. Lezingenblok Traditioneel onvergankelijk Vakmanschap Houten Sluisdeuren Ad Wesselink & Jeroen Hakkers Wijma Kampen B.V. Wijma, een naam in hout geschreven Koninklijke Houthandel G. Wijma & Zonen B.V. Maatschappelijk

Nadere informatie

Borgharen maakt kennis met ontwerp nieuwe sluis Grote opkomst bijeenkomst nieuwe sluis Limmel

Borgharen maakt kennis met ontwerp nieuwe sluis Grote opkomst bijeenkomst nieuwe sluis Limmel Borgharen maakt kennis met ontwerp nieuwe sluis Grote opkomst bijeenkomst nieuwe sluis Limmel Ruim 100 omwonenden uit Borgharen en Itteren kwamen af op de informatiebijeenkomst op 4 juni jl. over de nieuwe

Nadere informatie

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 21 januari 2014 kenmerk 34722;

op voordracht van dijkgraaf en hoogheemraden van 21 januari 2014 kenmerk 34722; Investeringsplan en krediet groot onderhoud sluizen Hoogheemraadschap van Delfland Kenmerk W : 1103288 Vergaderdatum : 27 februari 2014 Beleidsveld : Waterkeringen Agendapunt : H.07 De Verenigde Vergadering

Nadere informatie

Nota schutsluis in het Goese Sas, Nr. A-75-039. Centrum voor Onderzoek Waterkeringen. April 1975.

Nota schutsluis in het Goese Sas, Nr. A-75-039. Centrum voor Onderzoek Waterkeringen. April 1975. Nota schutsluis in het Goese Sas, Nr. A-75-039 Centrum voor Onderzoek Waterkeringen. April 1975. -1- Nota schutsluis in het Goese Sas. 1. -------- Inleiding ---- en pobleernstel -------------- ling. De

Nadere informatie

Verantwoord waterbeheer

Verantwoord waterbeheer Verantwoord waterbeheer Laten we geen water gaan rondpompen Droge voeten, schoon water Verantwoord waterbeheer.indd 1 20-2-2014 15:29:38 Het waterpeil in een polder wordt beheerd en geregeld door het hoogheemraadschap

Nadere informatie

Toelichting bij de tentamenzitting CT november 2009, 9u 11u

Toelichting bij de tentamenzitting CT november 2009, 9u 11u Tentamen CT1101: nleiding Civiele Techniek Toelichting bij de tentamenzitting CT1101 3 november 2009, 9u 11u - Vermeld op elk blad naam en studienummer. - Vul de antwoorden in op het antwoordformulier.

Nadere informatie

Toelichting bij de tentamenzitting CT oktober 2008, 9u 11u

Toelichting bij de tentamenzitting CT oktober 2008, 9u 11u Tentamen CT1101: nleiding Civiele Techniek Toelichting bij de tentamenzitting CT1101 29 oktober 2008, 9u 11u - Vermeld op elk blad naam en studienummer. - Vul de antwoorden in op het antwoordformulier.

Nadere informatie

Leggerdocument sluis Sint Andries

Leggerdocument sluis Sint Andries 3 Leggerdocument sluis Sint Andries DLB 2009/8943 Datum 7 december 2009 Status Definitief Leggerdocument sluis Sint Andries DLB 2009/8943 Datum 7 december 2009 Status Definitief Colofon Uitgegeven door

Nadere informatie

Stormvloedkering Nieuwpoort.

Stormvloedkering Nieuwpoort. Stormvloedkering Nieuwpoort www.afdelingkust.be Inleiding Stormvloeden vormen één van de belangrijkste natuurlijke dreigingen in de Noordzeeregio. De kusthavens zijn vandaag het meest bedreigd met overstromingsgevaar

Nadere informatie

Systems Engineering bij een sluisontwerp. Jacques Montijn, Movares Zuid West, Rotterdam, 19 januari 2012

Systems Engineering bij een sluisontwerp. Jacques Montijn, Movares Zuid West, Rotterdam, 19 januari 2012 Systems Engineering bij een sluisontwerp Jacques Montijn, Movares Zuid West, Rotterdam, 19 januari 2012 Inhoud presentatie Doelstelling De sluis Rol Movares in het ontwerp Ontwikkeling van eisen Omgeving

Nadere informatie

ROTZOOIEN MET WATER. Docentenhandleiding WATER ALS WAPEN

ROTZOOIEN MET WATER. Docentenhandleiding WATER ALS WAPEN E ROTZOOIEN MET Docentenhandleiding N N Lesdoelen - Leerlingen weten dat Nederland verschillende waterhoogtes heeft en dat je gemalen, dijken en sluizen nodig hebt om het water te kunnen managen. - Leerlingen

Nadere informatie

De Keenesluis. Barlaaksedijk ongenummerd, Standdaarbuiten

De Keenesluis. Barlaaksedijk ongenummerd, Standdaarbuiten De Keenesluis Barlaaksedijk ongenummerd, Standdaarbuiten Foto's Standdaarbuiten De Keenesluis Kenmerken Adres Barlaaksedijk ongenummerd Huidige functie Restanten sluis (doorlaat) Postcode/plaats Oorspronkelijke

Nadere informatie

H4 Lichten, seinen & termen

H4 Lichten, seinen & termen Kielboot 4.4 Verkeerstekens algemeen Net zoals in het verkeer kan je op het water ook verkeerstekens tegen komen. Deze tekens zijn in 4 groepen te verdelen; - Verbodstekens, - Aanbevelingstekens, - Aanwijzingstekens,

Nadere informatie

blad 1 Afsluitende toetsvragen bij de tentoonstelling over het NAP

blad 1 Afsluitende toetsvragen bij de tentoonstelling over het NAP blad 1 Afsluitende toetsvragen bij de tentoonstelling over het NAP docentenmateriaal: 3 niveaus, incl. antwoorden Afsluitende toetsvragen bij de tentoonstelling over het NAP De toetsvragen staan gerangschikt

Nadere informatie

Eventuele voettekst 1

Eventuele voettekst 1 De nieuwe zeesluis IJmuiden Waarom? Nieuwe Zeesluis IJmuiden SIKB 7 juni 2018 Marylène Reijntjes, Omgevingsmanager OPENIJ Wat is gevraagd? Wat zijn de uitgangspunten? Wat merken we ervan? Met wie? 2 Waarom

Nadere informatie

5.6. Boekverslag door R woorden 7 april keer beoordeeld

5.6. Boekverslag door R woorden 7 april keer beoordeeld Boekverslag door R. 2435 woorden 7 april 2003 5.6 217 keer beoordeeld Vak Wiskunde Inleiding: De boogbrug is één van de oudste type brug. De Grieken hebben het bedacht. De Romeinen hebben de constructie

Nadere informatie

Programma. Nieuwe zeesluis IJmuiden. Sluizencomplex IJmuiden. Scope 22-10-2015

Programma. Nieuwe zeesluis IJmuiden. Sluizencomplex IJmuiden. Scope 22-10-2015 Nieuwe zeesluis IJmuiden Mediabijeenkomst 20 oktober 2015 Jaap Blokland, EPCM-directeur OpenIJ Scope Design, Build, Finance & Maintain contract (DBFM) voor het ontwerpen en realiseren van de nieuwe zeesluis

Nadere informatie

BENODIGDHEDEN o Werkbladen o Antwoordkaarten o Eventueel verdiepingsopdracht

BENODIGDHEDEN o Werkbladen o Antwoordkaarten o Eventueel verdiepingsopdracht Leerkrachtinformatie Groep 6 Zeehavens in Zeeland Lesduur:90 minuten (klassikaal en in tweetallen) DOEL De leerlingen weten op een kaart van Zeeland de zeehavens te vinden en te benoemen; kunnen de werking

Nadere informatie

Kattendijksluis in ere hersteld. Renovatie 150 jaar oude sluis kadert in opwaardering het Eilandje

Kattendijksluis in ere hersteld. Renovatie 150 jaar oude sluis kadert in opwaardering het Eilandje Kattendijksluis in ere hersteld Renovatie 150 jaar oude sluis kadert in opwaardering het Eilandje Kattendijksluis begint aan tweede leven Toekomst De vernieuwing en heropening van de Kattendijksluis is

Nadere informatie

Trapdijk. Dé multifunctionele stadsdijk. www.rotterdam.nl. nieuwe Trapdijk. oude dijk

Trapdijk. Dé multifunctionele stadsdijk. www.rotterdam.nl. nieuwe Trapdijk. oude dijk www.rotterdam.nl Trapdijk Dé multifunctionele stadsdijk Gemeentewerken Rotterdam ontwikkelt de Trapdijk. Dit is een trapsgewijze dijk, waarvan de treden gebruikt kunnen worden voor wegen, groen, bebouwing,

Nadere informatie

Drie sluizen vervangen

Drie sluizen vervangen 1 Sluizen 4, 5, en 6 in de Zuid-Willemsvaart opgewaardeerd Drie sluizen vervangen In de Zuid-Willemsvaart tussen Veghel en de aansluiting van het Wilhelminakanaal bevinden zich de sluizen 4, 5 en 6. De

Nadere informatie

KORTE GESCHIEDENIS VAN HET GELDERS RIVIERENGEBIED

KORTE GESCHIEDENIS VAN HET GELDERS RIVIERENGEBIED KORTE GESCHIEDENIS VAN HET GELDERS RIVIERENGEBIED Toen de mens zich permanent vestigde in het Rivierengebied, was dat in principe alleen mogelijk op de oeverwallen en sporadisch voorkomende plaatselijke

Nadere informatie

Technische uitvoering van damwanden, steigers en meerpalen

Technische uitvoering van damwanden, steigers en meerpalen Technische uitvoering van damwanden, steigers en meerpalen Damwanden Damwand wordt in de waterbouw toegepast om water en grond te scheiden, veelal langs een oever waar een bepaalde waterdiepte vereist

Nadere informatie

introductie waterkwantiteit waterkwaliteit waterveiligheid virtuele tour Waar zorgen de waterschappen in mijn omgeving voor?

introductie waterkwantiteit waterkwaliteit waterveiligheid virtuele tour Waar zorgen de waterschappen in mijn omgeving voor? Waar zorgen de waterschappen in mijn omgeving voor? De waterschappen zorgen voor voldoende en schoon water, gezuiverd afvalwater en stevige dijken. De waterschappen zorgen voor voldoende en schoon water,

Nadere informatie

DIENST DER ZUIDERZEEWERKEN

DIENST DER ZUIDERZEEWERKEN DIENST DER ZUIDERZEEWERKEN Sweelinckplein 14 's-g RAVEN HAGE Teiefoon 070-39.dl. 00 PUBLICATIE nr.: 21 WORDING EDI OPBOW VAN DE POLDER ZUIDELIJK FLEVOLAND 1 Terwijl de ontginning van de derde IJsseSmeerpolder,

Nadere informatie

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta

Lesbrief. Dijken. Kijken naar dijken. www.wshd.nl/lerenoverwater. Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Lesbrief Dijken Kijken naar dijken www.wshd.nl/lerenoverwater Afdeling Communicatie waterschap Hollandse Delta Kijken naar dijken Zonder de duinen en de dijken zou jij hier niet kunnen wonen: bijna de

Nadere informatie

Bijeenkomst buurtraad Borgharen, 8 januari 2015 Presentatie plannen nieuwe keersluis Limmel

Bijeenkomst buurtraad Borgharen, 8 januari 2015 Presentatie plannen nieuwe keersluis Limmel Bijeenkomst buurtraad Borgharen, 8 januari 2015 Presentatie plannen nieuwe keersluis Limmel Notulist: Yolanda Sikking, RWS Datum verslag: 16 januari 2015 Aanleiding Rijkswaterstaat en BESIX Group presenteren

Nadere informatie

De plek waar de zee als een brede rivier het land instroomt. Al het werk dat gedaan is om het Deltaplan uit te voeren.

De plek waar de zee als een brede rivier het land instroomt. Al het werk dat gedaan is om het Deltaplan uit te voeren. Meander Samenvatting groep 6 Thema 1 Water Samenvatting De watersnoodramp In 1953 braken tijdens een zware storm de dijken door in Zeeland en delen van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het land overstroomde.

Nadere informatie

Bijlage A. Begrippenlijst

Bijlage A. Begrippenlijst Bijlage A. Begrippenlijst Begrippenlijst dijkverbeteringsplan Aanleghoogte Kruinhoogte van de dijk onmiddellijk na het gereedkomen ervan. Beheer Berm Beroep Beschoeiing Binnendijks Binnentalud Boezem Boezempeil

Nadere informatie

Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus 1031 3000 BA Rotterdam D 0338

Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus 1031 3000 BA Rotterdam D 0338 S. js.io Rijkswaterstaat Dienst Verkeerskunde Bureau Dokumentatie Postbus 1031 3000 BA Rotterdam D 0338 Ri jkswater s t aat, Dienst Verkeerskunde, Hoofdafdeling Scheepvaart. Dordrecht, 2 juni 1975. NOTITIE

Nadere informatie

- Op de terugweg hiervan kwamen ze op één punt bijeen, Utrecht. ( auto s)

- Op de terugweg hiervan kwamen ze op één punt bijeen, Utrecht. ( auto s) Samenvatting door Saskia 1046 woorden 8 april 2014 7,5 4 keer beoordeeld Vak Methode Aardrijkskunde De Geo 2.4 Files oplossen Files 29 mei 1955 was er in Nederland de eerste file. Duizenden inwoners van

Nadere informatie

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden.

De ramp in 1953 waarbij grote stukken van Zeeland, Noord-Brabant en Zuid- Holland overstroomden. Meander Samenvatting groep 6 Thema 1 Water Samenvatting De watersnoodramp In 1953 braken tijdens een zware storm de dijken door in Zeeland en delen van Noord-Brabant en Zuid-Holland. Het land overstroomde.

Nadere informatie

De grootste sluis ter wereld!! WAAR?? In de haven van Antwerpen!!!

De grootste sluis ter wereld!! WAAR?? In de haven van Antwerpen!!! De grootste sluis ter wereld!! WAAR?? In de haven van Antwerpen!!! Je kan er heel veel over vertellen. Zorg dus voor structuur. Hier heb je een aantal vragen. Deze vragen helpen je om je spreekbeurt over

Nadere informatie

- 1 - ROBOT MET IN SERIE GESCHAKELDE DELTA SAMENSTELLEN

- 1 - ROBOT MET IN SERIE GESCHAKELDE DELTA SAMENSTELLEN - 1 - ROBOT MET IN SERIE GESCHAKELDE DELTA SAMENSTELLEN 1 2 De onderhavige uitvinding heeft betrekking op een robot met een delta samenstel dat is voorzien van bestuurbare actuatoren, scharnierend op de

Nadere informatie

Het probleem is: 160 miljard. September2009 (niet ingewerkt in het Technisch rapport 2003) September2009

Het probleem is: 160 miljard. September2009 (niet ingewerkt in het Technisch rapport 2003) September2009 Het probleem is: De zeespiegel stijgt! De rivieren stijgen mee! De bodem daalt! Grondwaterdruk stijgt! Nederland verzilt! Door Deltacommissie geschatte kosten, deze eeuw 120-160 160 miljard 1 September2009

Nadere informatie

Sterkte en stabiliteit Puntconstructies (STKWp)

Sterkte en stabiliteit Puntconstructies (STKWp) Sterkte en stabiliteit Puntconstructies (STKWp) Arnaud Casteleijn RWS-WVL Pilot-cursus Kunstwerken 10 november 2016 Geen Eenvoudige Toets I.v.m. grote diversiteit in soorten, types en dimensies van kunstwerken

Nadere informatie

FHN Reglementen. Behendigheid Toestellen

FHN Reglementen. Behendigheid Toestellen FHN Reglementen Behendigheid Toestellen Behendigheid Toestellen versie 2009 INHOUDSOPGAVE Blz. DE TOESTELLEN 3 FIGUUR 1: Hoogtesprongen 8 FIGUUR 2: De Muur 9 FIGUUR 3: De Borstelsprong 10 FIGUUR 4: De

Nadere informatie

Een wal van zand, klei of steen die mensen beschermt tegen hoog water. De plek waar het rivierwater in de zee uitkomt.

Een wal van zand, klei of steen die mensen beschermt tegen hoog water. De plek waar het rivierwater in de zee uitkomt. Meander Samenvatting groep 5 Thema 3 Waterland Samenvatting Langs de kust Nederland ligt voor de helft onder de zeespiegel. Heel vroeger woonden mensen dicht bij zee op terpen. Langs de kust beschermen

Nadere informatie

Ammerzoden Kasteel Ammersoyen, Z.W. hoektoren

Ammerzoden Kasteel Ammersoyen, Z.W. hoektoren Stoo kplaats Hearth Schouw Fireplace UDC 697.2 Plaats Gebouw, onderdeel Omschrijving Datering Toelichting Ammerzoden Kasteel Ammersoyen, Z.W. hoektoren Gemetselde schouw in muur 13de eeuw In de muur van

Nadere informatie

Nieuwe zeesluis IJmuiden

Nieuwe zeesluis IJmuiden Nieuwe zeesluis IJmuiden Programma Scope Wie is OpenIJ Ontwerp Planning Fasering op hoofdlijnen Aanpak Scope Ontwerpen en realiseren van een nieuwe zeesluis (afmetingen 500x70x18m) Financiering van de

Nadere informatie

Les 3 - Het waterschap

Les 3 - Het waterschap Les 3 - Het waterschap Inleiding Weet jij wat een waterschap is? Het is eigenlijk best een vreemd woord. Dat het over water gaat is wel duidelijk, maar wat is dan een schap Denk eens aan het woord maatschappij.

Nadere informatie

Waterstaatkundige objecten in Zuid-Holland (2)

Waterstaatkundige objecten in Zuid-Holland (2) Waterstaatkundige objecten in Zuid-Holland (2) Scheepvaartsluizen Tijdschrift voor Waterstaatsgeschiedenis 8(1999); webversie 2006 In de vorige aflevering van deze serie van drie werd reeds ingegaan op

Nadere informatie

Stormvloedkering Nieuwpoort.

Stormvloedkering Nieuwpoort. Stormvloedkering Nieuwpoort www.afdelingkust.be Inleiding Stormvloeden vormen één van de belangrijkste natuurlijke dreigingen in de Noordzeeregio. De kusthavens zijn vandaag het meest bedreigd met overstromingsgevaar

Nadere informatie

geheimzinnige, waterlopen. Deze deels onbekende waterwegen worden weer zichtbaar en bruikbaar voor de kleinere recreatievaart.

geheimzinnige, waterlopen. Deze deels onbekende waterwegen worden weer zichtbaar en bruikbaar voor de kleinere recreatievaart. Gouda is een typisch Hollandse stad die al leven met water Ykema T+L eeuwenlang verbonden is met het water van de Gouwe en de Hollandse IJssel. Hollandse Waterstad is de naam van een aantal ambitieuze

Nadere informatie

Leiden Ringweg Oost. Bouwfasering Sumatrabrug. Movares Nederland B.V. ing. R. van der Vlies Kenmerk TW-VDV-120009934 - Versie 1.0

Leiden Ringweg Oost. Bouwfasering Sumatrabrug. Movares Nederland B.V. ing. R. van der Vlies Kenmerk TW-VDV-120009934 - Versie 1.0 Leiden Ringweg Oost Bouwfasering Sumatrabrug Opdrachtgever Gemeente Leiden Ondertekenaar Movares Nederland B.V. ing. R. van der Vlies Kenmerk TW-VDV-120009934 - Versie 1.0 Utrecht, 10 mei 2012 Definitief

Nadere informatie

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland Fietsroute Waterschap Rivierenland Rondje Loevestein De fietsroutes voeren langs historische objecten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Onderweg krijg je een beeld van de werking van het watersysteem

Nadere informatie

Nieuwe Zeesluis IJmuiden

Nieuwe Zeesluis IJmuiden Nieuwe Zeesluis IJmuiden Jan Rienstra, Omgevingsmanager Rijkswaterstaat Rob Gordijn, Omgevingsmanager OpenIJ Welkom Waarom de nieuwe zeesluis Korte terugblik Wat staat de komende tijd op de planning Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Project Doorsnede in de tijd Ontwikkelingen Noordzee

Project Doorsnede in de tijd Ontwikkelingen Noordzee Project Doorsnede in de tijd Ontwikkelingen Noordzee Mogelijke onderwerpen: 1. Windturbineparken 2. Plastic soep 3. Beleidslijnen RWS Onderwerp Beleid olieen gasboringen Waddenzee 4. RWS: Welke beroepen?

Nadere informatie

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland

Rondje Loevestein. Waterschap Rivierenland Fietsroute Waterschap Rivierenland Rondje Loevestein De fietsroutes voeren langs historische objecten van de Nieuwe Hollandse Waterlinie. Onderweg krijg je een beeld van de werking van het watersysteem

Nadere informatie

Citeertitel: Landsbesluit elektrische leidingen en kabels ==================================================================== Artikel 1

Citeertitel: Landsbesluit elektrische leidingen en kabels ==================================================================== Artikel 1 Intitulé : Landsbesluit, houdende algemene maatregelen, ter uitvoering van de artikelen 1, vierde lid, en 11, eerste lid, van de Landsverordening elektriciteitsconcessies Citeertitel: Landsbesluit elektrische

Nadere informatie

De bouwonderdelen bij dit nummer

De bouwonderdelen bij dit nummer De bouwonderdelen bij dit nummer Bij deze aflevering ontvangt u de onderdelen voor de pompen en nog meer vaten voor in het laadruim. Beslag 4 grote vaten 4 kleine vaten 2 onderstukken voor iepen pompen

Nadere informatie

BETOMAT betonblokkenmat

BETOMAT betonblokkenmat BETOMAT betonblokkenmat 1 1. Inleiding Betomat, flexibel toepasbare betonblokkenmat. Systeem PE-G R Betomat kan in diverse soorten worden geleverd. In het algemeen worden de matten gebruikt om oevers en

Nadere informatie

Visvriendelijk waterbeheer. Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost in Schalkwijk

Visvriendelijk waterbeheer. Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost in Schalkwijk et Visvriendelijk waterbeheer Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost in Schalkwijk Visvriendelijk waterbeheer Aanleg vispassage bij renovatie gemalen Kerkeland en Vuylcop-Oost

Nadere informatie

Hoe werkt waterbergings-/inundatiegebied Blokhoven?

Hoe werkt waterbergings-/inundatiegebied Blokhoven? Hoe werkt waterbergings-/inundatiegebied Blokhoven? Op het Eiland van Schalkwijk komt bij hevige regenval af en toe wateroverlast voor. Deze overlast wordt verergerd als het, door klimaatverandering, vaker

Nadere informatie

Nieuwe Zeesluis IJmuiden

Nieuwe Zeesluis IJmuiden Nieuwe Zeesluis IJmuiden OV IJmond 5 november 2015 Jan Rienstra, RWS omgevingsmanager Rob Gordijn, OpenIJ omgevingsmanager De nieuwe Zeesluis IJmuiden Waarom? Wat is gevraagd? Wat zijn de uitgangspunten?

Nadere informatie

aanwijzing als gemeentelijk monument van de schutsluis met twee vaste bruggen aan de Broekweg ten zuiden van het gemaal Broekweg 4

aanwijzing als gemeentelijk monument van de schutsluis met twee vaste bruggen aan de Broekweg ten zuiden van het gemaal Broekweg 4 besluit van burgemeester en wethouders div-nummer onderwerp 689185 aanwijzing als gemeentelijk monument van de schutsluis met twee vaste bruggen aan de Broekweg ten zuiden van het gemaal Broekweg 4 burgemeester

Nadere informatie

sluiscomplex eefde cultuurhistorische verkenning

sluiscomplex eefde cultuurhistorische verkenning sluiscomplex eefde cultuurhistorische verkenning BiermanHenketarchitecten juli 2012 COLOFON Opdrachtgever totale project: Opdrachtgever projectnota-fase: Architect: Rijkswaterstaat Grontmij Bierman Henket

Nadere informatie

Kaart 13: Afwateringsgebieden. Afwateringsgebieden. Legenda. IJsselmeer IJsselmeer bij bijzondere omstandigheden

Kaart 13: Afwateringsgebieden. Afwateringsgebieden. Legenda. IJsselmeer IJsselmeer bij bijzondere omstandigheden 28 Watersysteem en ondergrond Het IJsselmeergebied is het grootste zoetwaterbekken van Nederland en zal in de toekomst steeds belangrijker worden voor de strategische zoetwatervoorziening. Daarnaast vormt

Nadere informatie

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk

Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk Informatie over de versterking van de Noord-Hollandse kust Voor je spreekbeurt of werkstuk De kust is (niet) veilig! De dijk aan de kust van Petten ziet er zo sterk en krachtig uit, maar toch is hij niet

Nadere informatie

Toekomst Noordersluis als BE-Spaar-sluis

Toekomst Noordersluis als BE-Spaar-sluis Team Pieter Hack, Toekomst Noordersluis als BE-Spaar-sluis met 3 perspectieven! Fred Mathot, Hans Pauw, Mathijs Verduijn, Herbert Berger, Sirpjan Werkman Presentatie Bouwcampus 9-4-2019 Energie winnen

Nadere informatie