Nota van B&W. gemeente Haarlemmermeer. Onderwerp Verdeelregels Regeling voor Volkscultuur

Transcriptie

1 gemeente Haarlemmermeer Nota van B&W Onderwerp Verdeelregels Regeling voor Volkscultuur Portefeuillehouder H. Tuning Collegevergadering 17 maart 2009 Inlichtingen Jorgen Karskens ( ) Registratienummer Inleiding Het materieel erfgoed is in de gemeente goed zichtbaar met landmarkerende elementen als gemaal de Cruquius, korenmolen de Eersteling en de Geniedijk. Volkscultuur, door sommigen ook wel immaterieel erfgoed genoemd, is daarentegen minder prominent aanwezig in Haarlemmermeer. Volkscultuur wordt officieel omschreven als het geheel van cultuuruitingen dat als wezenlijk wordt ervaren voor specifieke groepen, steeds onder verwijzing naar traditie, verleden en nationale, regionale, of lokale identiteiten. Volkscultuur is belangrijk cultureel erfgoed waarin de identiteit van een samenleving zichtbaar is. Eenvoudiger gezegd bestaat volkscultuur uit de manier waarop mensen hun dagelijks leven vormgeven. Het zijn de alledaagse dingen, gewoonten en gebruiken, normen en waarden, tradities en rituelen die in ieders leven een rol spelen, of vroeger hebben gespeeld. Volkscultuur betekent geen uitsluiting van bevolkingsgroepen, maar maakt juist de beleving mogelijk van ieders identiteit. Eens in de zoveel tijd zijn Volksculturele uitingen te bewonderen in tentoonstellingen van de historische musea. Maar er zijn ook uitingen van volkscultuur die nog niet eerder in een tentoonstelling behandeld zijn, of niet geschikt zijn voor vertoning in een historisch museum. Zoals bijvoorbeeld gebruiken uit het dagelijks leven van nu. Context Belangstelling voor volkscultuur sluit goed aan bij de gemeentelijke aandacht voor de lokale, regionale en nationale identiteit van Haarlemmermeer in het kader van het citymarketingbeleid. De te organiseren volkscultuuractiviteiten bieden een kans om meer inzicht te krijgen in wat de lokale identiteit precies inhoudt. Daarmee kunnen de volkscultuuractiviteiten zeer bruikbare input opleveren voor citymarketing. Verder biedt het alledaagse karakter van volkscultuur mogelijkheden voor het presenteren en organiseren van projecten die zowel binnen, als buiten het museum plaatsvinden, in wijken en kernen. Plannen met volkscultuur tot onderwerp kunnen een goed platform bieden voor ontmoeting, dialoog en uitwisseling om zo het cultureel burgerschap, de sociale cohesie en het gevoel voor lokale identiteit te versterken. Hiernaast biedt volkscultuur de mogelijkheid projecten te realiseren die verrassende dwarsverbanden aangaan tussen instellingen en verenigingen, materieel en immaterieel erfgoed, oud en nieuw.

2 Verdeelregels Regeling voor Volkscultuur volgvei 2 Onderwerp Gecombineerd met laagdrempeligheid heeft volkscultuur de potentie nieuwe bevolkingsgroepen te betrekken bij cultuur. Probleemstelling Als college hebben we eind 2008 besloten mee te doen aan de rijksregeling voor cultuurparticipatie. In het bij dit besluit horende programma gaven we aan in de periode onder andere in te zullen zetten op stimulering van volkscultuur. Met de nota "Voorgenomen verlening subsidies in het kader van de Regeling Cultuurparticipatie 2009 besloten wij opdracht te geven de randvoorwaarden voor een regeling voor volkscultuur uit te werken. Om onze doelstellingen in het kader van volkscultuur te kunnen realiseren, besloten we in een eerder stadium al middelen vrij te maken. Tot op heden hebben we nog geen besluit genomen volgens welke regels we deze middelen willen verdelen. Doelstelling Een belangrijke doelstelling van ons collegeprogramma is het bevorderen van actieve en passieve deelname aan kunst en cultuur. Het gemeentelijk cultuurparticipatiebeleid bevordert initiatieven gericht op het zichtbaarder maken van volkscultuur en het versterken van de samenwerking tussen professionele instellingen en amateurverenigingen. Verder heeft het beleid ook tot doel moeilijk bereikbare groepen - inwoners met een laag inkomen en inwoners van kleinere kernen - te betrekken bij actieve cultuurbeoefening. Oplossingen De gemeente wil bovenstaande doelstellingen realiseren door instellingen en verenigingen te vragen laagdrempelige volkscultuurprojecten in wijken en kernen te organiseren. Laagdrempeligheid van de activiteiten, spreiding over wijken en kernen en de mogelijkheid tot verankering in regulier beleid zijn belangrijke voorwaarden voor de te realiseren projecten. Hiernaast dienen de plannen te zoeken naar verrassende dwarsverbanden tussen materieel en immaterieel erfgoed. Dit om niet alleen toenemende samenwerking tussen instellingen en verenigingen te kunnen bewerkstelligen, maar ook vernieuwende activiteiten te kunnen ontlokken. Verder vragen we van de projecten dat ze actief van aard zijn door ontmoeting, dialoog en uitwisseling centraal te stellen bij de activiteiten. Van 2009 tot en met 2012 stelt de gemeente dan ook eenmalige subsidies beschikbaar aan projectmatige volkscultuuractiviteiten of de opstart van structurele activiteiten op het gebied van volkscultuur. De "Regeling voor Volkscultuur " loopt maximaal vier jaar en zal via bijgevoegde verdeelregel uitgevoerd worden. Wij zullen vervolgens besluiten welke van de ingediende projectplannen inhoudelijk gezien het beste voldoen aan de verdeelregel en in welke mate deze gehonoreerd zullen worden. Hiervoor zullen wij extern advies inwinnen. Via deze weg stellen we de regeling in werking en verzoeken we instellingen en verenigingen via een persoonlijke uitnodiging uiterlijk vóór 1 mei plannen in te dienen.

3 Onderwerp Volgvei 3 Verdeelregels Regeling voor Volkscultuur Effecten gerealiseerde projecten, waarvan 1 project gericht op inwoners met laag inkomen; - 8 instellingenlverenigingen die samenwerken; - 3 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; gerealiseerde projecten, waarvan 1 project gericht op inwoners met laag inkomen; - 10 instellingenlverenigingen die samenwerken; - 4 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - 1 project verankerd in regulier beleid van instelling; 201 l - 6 gerealiseerde projecten, waarvan 2 projecten gericht op inwoners met laag in komen; - 12 instellingenlverenigingen die samenwerken; - 5 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - 2 projecten verankerd in regulier beleid van instelling; gerealiseerde projecten, waarvan 2 projecten gericht op inwoners met laag inkomen; - 12 instellingenlverenigingen die samenwerken; - 5 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - 3 projecten verankerd in regulier beleid van instelling; Middelen De jaarlijkse lasten voor de regeling bedragen in totaal en bestaan uit twee componenten: maximaal f: voor de subsidiering van projecten en maximaal E voor externe advisering. Beide bedragen kunnen ten laste worden gebracht van programma 7- Cultuur, Sport en Recreatie (product 540). Personeel en organisatie Binnen de bestaande formatie is ruimte opgenomen voor uitvoering van de regeling. Juridische aspecten De bijgevoegde "Verdeelregel Volkscultuur " is getoetst aan de Algemene Subsidieverordening De subsidieverlening vindt plaats op grond van de regels voor eenmalige subsidies zoals verwoord in de Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlemmermeer Hiernaast worden de aanvragen getoetst aan het Subsidiebeleidskader gemeente Haarlemmermeer 2008 en de Verdeelregel Volkscultuur De gelden op grond van de regeling staan los van de reguliere subsidiëring van activiteiten van de betrokken organisaties en zijn bedoeld om de doelen zoals opgenomen in bijgevoegde verdeelregel uit te voeren.

4

5 Verdeelregel: Regeling voor Volkscultuur Subsidievorm: Eenmalige subsidie I Versie: Artikel l Doelstelling a. Het gemeentelijk cultuurparticipatiebeleid bevordert initiatieven gericht op het zichtbaarder maken van volkscultuur en het versterken van de samenwerking tussen professionele instellingen en amateurverenigingen. Verder heeft het beleid ook tot doel moeilijk bereikbare groepen - inwoners met een laag inkomen en inwoners van kleinere kernen -te betrekken bij actieve cultuurbeoefening. De gemeente wil deze doelstellingen realiseren door instellingen en verenigingen te vragen laagdrempelige volkscultuurprojecten in wijken en kernen te organiseren. b. Laagdrempeligheid van de activiteiten, spreiding over wijken en kernen en de mogelijkheid tot verankering in regulier beleid zijn belangrijke voorwaarden voor de te realiseren projecten. Hiernaast dienen de plannen te zoeken naar verrassende dwarsverbanden tussen materieel en immaterieel erfgoed. Dit om niet alleen toenemende samenwerking tussen instellingen en verenigingen te kunnen bewerkstelligen, maar ook vernieuwende activiteiten te kunnen ontlokken. Verder vragen we van de projecten dat ze actief van aard zijn door ontmoeting, dialoog en uitwisseling centraal te stellen. c. Om bovenstaande doelstellingen te realiseren heeft de gemeente de Regeling voor Volkscultuur ingesteld. Van 2009 tot en met 2012 stelt de gemeente subsidie beschikbaar voor eenmalige volkscultuurprojecten of de opstart van structurele activiteiten op het gebied van volkscultuur. Artikel 2 Begripsomschrijvingen In deze verdeelregel wordt verstaan onder: a. Volkscultuur: het geheel van cultuuruitingen dat als wezenlijk wordt ervaren voor specifieke groepen, steeds onder verwijzing naar traditie, verleden en nationale, regionale, of lokale identiteiten. Het is belangrijk cultureel erfgoed waarin de identiteit van een samenleving zichtbaar is. Anders gezegd bestaat volkscultuur uit de manier waarop mensen hun dagelijks leven vormgeven. Het zijn de alledaagse dingen, gewoonten en gebruiken, normen en waarden, tradities en rituelen die in ieders leven een rol spelen, of vroeger hebben gespeeld. Volkscultuur betekent geen uitsluiting van bevolkingsgroepen, maar maakt juist de beleving mogelijk van ieders identiteit. b. Zichtbaar maken: bij het zichtbaarder maken kan aan verschillende vormen gedacht worden, van publieke manifestaties tot het ontsluiten van historische archieven. c. Professionele instellingen: organisaties die zich beroepsmatig bezighouden met een activiteit. Om dwarsverbanden te stimuleren worden hier niet alleen culturele instellingen bedoeld, maar alle instellingen die de ambitie en mogelijkheden hebben projecten voor volkscultuur op te zetten. Zoals bijvoorbeeld sport-, toeristische, of zorginstellingen; d. Amateunrereniging: verenigingen waarvan de leden uit passie, liefhebberij, of engagement een activiteit beoefenen, zonder daarmee primair in het levensonderhoud te willen voorzien. De mensen die een amateuractiviteit beoefenen doen dat in de eerste plaats omdat die ervaring en het eventuele resultaat daarvan waardevol zijn voor henzelf. Om dwarsverbanden te stimuleren worden hier niet alleen amateurkunstorganisaties bedoeld, maar alle verenigingen die de ambitie

6 en mogelijkheden hebben projecten voor volkscultuur op te zetten. Zoals bijvoorbeeld sport-, ondernemers-, of dorpsverenigingen; Moeilijk bereikbare groepen: Inwoners van de gemeente Haarlemmermeer met een minimuminkomen; Inwoners van de gemeente Haarlemmermeer die niet in de kernen Badhoevedorp, Hoofddorp en Nieuw-Vennep wonen, of inwoners van wijken in de grotere kernen waar normaal gesproken weiniglgeen activiteiten georganiseerd worden; Materieel erfgoed: het behouden van de fysieke omgeving, het papieren erfgoed en historisch gezien relevante voorwerpen. Voorbeelden hiervan zijn gebouwde monumenten, archeologie, landschap, archieven en objecten die in musea tentoongesteld worden; Immaterieel erfgoed: het bewaren van gewoonten en gebruiken, tradities en rituelen en alledaagse dingen uit het verleden. Immaterieel erfgoed heeft alles te maken met de wortels en identiteit van een samenleving; Verankering: het opnemen van verrichte succesvolle activiteiten en daarbij behorende programma's van de deelnemers in het reguliere activiteitenplan van instellinglvereniging, na ondersteuning uit de Regeling voor Volkscultuur; Verrassende dwarsverbanden: verbindingen tussen onderwerpen, instellingen en verenigingen die op het eerste gezicht nietslweinig met elkaar te maken lijken te hebben; Vernieuwende activiteiten: niet eerder binnen de gemeente Haarlemmermeer gerealiseerde projecten op het gebied van volkscultuur; Subsidiabele kosten: kosten die direct verband houden met de organisatie van de activiteit; ASV: Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlemmermeer Artikel 3 Resultaten Voor realisering van de doelstellingen zetten we als gemeente in op het behalen van de volgende jaarlijkse resultaten: a minimaal 4 gerealiseerde projecten, waarvan 1 project gericht op inwoners met laag inkomen; - minimaal 8 instellingenlverenigingen die samenwerken; - minimaal 3 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; b minimaal 5 gerealiseerde projecten, waarvan 1 project gericht op inwoners met laag inkomen; - minimaal 10 instellingenlverenigingen die samenwerken; - minimaal 4 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - minimaal 1 project verankerd in regulier beleid van instelling; c minimaal 6 gerealiseerde projecten, waarvan 2 projecten gericht op inwoners met laag inkomen; - minimaal 12 instellingenlverenigingen die samenwerken; - minimaal 5 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - minimaal 2 projecten verankerd in regulier beleid van instelling;

7 d minimaal 6 gerealiseerde projecten, waarvan 2 projecten gericht op inwoners met laag inkomen; - minimaal 12 instellingenlverenigingen die samenwerken; - minimaal 5 wijkenlkleine kernen waarin projecten plaatsvinden; - minimaal 3 projecten verankerd in regulier beleid van instelling; Artikel 4 Nadere eisen Om in aanmerking te komen voor subsidie worden de volgende nadere eisen gesteld: a. Een instellinglvereniging dient aangesloten te zijn bij een koepelorganisatie indien van toepassing; b. Instellingenlverenigingen wier activiteiten zich richten op de inwoners van de gemeente Haarlemmermeer, maar gevestigd zijn buiten de gemeente Haarlemmermeer kunnen tevens in aanmerking komen voor subsidie; c. De instellinglvereniging dient een rechtspersoon te zijn; d. De subsidieaanvraag dient door een hoofdaanvrager en minimaal 1 andere partner ingediend te worden. De hoofdaanvrager is de contactpersoon voor de gemeente en eindverantwoordelijk voor het op een tijdige en juiste wijze verantwoorden van de activiteiten waarvoor subsidie verleend is; e. Om het culturele gehalte van de aanvragen te kunnen waarborgen dient de hoofdaanvrager een professionele culturele instelling, amateurkunstvereniging, of amateur historische vereniging te zijn. f. Subsidie in het kader van de Regeling voor Volkscultuur wordt verleend van 2009 tot en met 2012 en voor de volgende activiteiten: O Eenmalige publieksgerichte activiteiten die in Haarlemmermeer plaatsvinden voor maximaal 1 keer gedurende de periode dat de Regeling voor Volkscultuur loopt; O Meerjarige publieksgerichte activiteiten die in Haarlemmermeer plaatsvinden voor maximaal vier opeenvolgende jaren, of een andere opeenvolging van jaren die in ieder geval binnen de periode valt dat de Regeling voor Volkscultuur loopt; g. Activiteiten die tot de reguliere werkzaamhedenlactiviteiten van instellingenlverenigingen behoren, worden niet gesubsidieerd; Artikel 5 Voorwaarden indienen a. Voor projecten in 2009 is de uiterste indieningsdatum voor subsidie 1 b. mei 2009; c. Voor projecten in 2010 is de uiterste indieningsdatum voor subsidie 1 oktober 2009; d. Voor projecten in 2011 is de uiterste indieningsdatum voor subsidie 1 oktober 2010; e. Voor projecten in 2012 is de uiterste indieningsdatum voor subsidie 1 oktober 2011; f. De aanvraag dient gedaan te worden via het daarvoor beschikbare formulier; g. De aanvraag dient de volgende gegevens te bevatten: e een inhoudelijke omschrijving van het project, waarbij specifiek wordt aangegeven hoe het volkscultuurproject bijdraagt aan de doelstellingen en voldoet aan de randvoorwaarden; in de aanvraag dient een heldere visie op relevantie van het idee (in relatie tot wat er al is) gegeven te worden; e een begroting van het project (voor meerjarige projectvoorstellen een meerjarenbegroting); o informatie over op welke resultaten, op welke wijze en op welke tijdstippen het project geëvalueerd zal worden; e informatie over samenwerking met andere instellingenlverenigingen;

8 meerjarige projectvoorstellen dienen voorzien te zijn van een vooruitzicht hoe de activiteiten financieel en beleidsmatig te verankeren in de periode na ondersteuning door de Regeling voor Volkscultuur. de wijze waarop de co-financiering geregeld wordt. Artikel 6 Subsidiebedrag a. Voor de Regeling voor Volkscultuur is in totaal jaarlijks een bedrag van maximaal ,- beschikbaar. b. De verdeelregel is gebaseerd op co-financiering van de subsidieaanvraag, waarbij maximaal 75% subsidie verleend wordt en minimaal 25% voor eigen rekening is, of voor het aantal partijen dat aan het project deelneemt. Daarbij kan de aanvrager zijn aandeel in tijd of in geld vastleggen. c. Gehonoreerde projecten ontvangen bij aanvang van het project 80% van het verleende subsidiebedrag en bij vaststelling het restantbedrag. d. Bij meerjarige projecten wordt bepaald welk percentage van de begrote kosten elk jaar, tot de afloop van de regeling, gesubsidieerd worden. Artikel 7 Beoordeling aanvragen a. Aanvragen die tijdig en volledig zijn, worden in behandeling genomen. b. Beoordeeld wordt de inhoudelijke kwaliteit van de activiteit, het effect van de activiteit op het zichtbaarder maken van volkscultuur, het versterken van de samenwerking tussen professionele instellingen en amateurverenigingen en in welke mate de plannen in staat zijn moeilijk bereikbare groepen te bereiken. Verder wordt beoordeeld in hoeverre de ingediende aanvragen bijdragen aan realisering van de jaarlijkse resultaten als beschreven in artikel 3. c. Indien er meer subsidie wordt gevraagd dan er geld beschikbaar is, worden de aanvragen met een positief advies onderling vergeleken. Deze vergelijking vindt plaats aan de hand van een aantal rangschikkingscriteria. d. De rangschikkingscriteria zijn in aflopende volgorde de mate waarin: e o e de zichtbaarheid van volkscultuur vergroot wordt; met andere instellingenlverenigingen wordt samengewerkt; de activiteit gericht is op moeilijk bereikbare groepen; verankering in het reguliere activiteitenplan is geregeld. e. Het jaarlijks beschikbare subsidiebudget wordt verdeeld volgens de rangschikking op de lijst. f. Het college van B&W beslist binnen 12 weken na de uiterste indieningsdatum over de ontvangen aanvragen.

9 Artikel 8 Inwerkingtreding Deze verdeelregel treedt in werking op 17 maart 2009 en geldt tot en met 31 december Artikel 9 Citeertitel Deze verdeelregel wordt aangehaald als "Verdeelregel Volkscultuur " Artikel 10 Overige bepalingen Deze verdeelregel valt onder de Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlemmermeer 2008 en de bepalingen hierin zijn dan ook van toepassing. Bijlage 1 Algemene toelichting Op 1 juli 2008 heeft de gemeenteraad van Haarlemmermeer de 'Algemene Subsidieverordening gemeente Haarlemmermeer 2008' (hierna: ASV) vastgesteld. Met deze ASV is - ook met het oog op rechtmatigheid - het fundament gelegd om subsidies procedureel (vereenvoudigd) en juridisch af te wikkelen. Aan de hand van de ASV is het Subsidiebeleidskader ontwikkeld waaraan deze verdeelregel voortkomt. De subsidieaanvraag wordt getoetst aan de ASV, het Subsidiebeleidskader en de verdeelregel omdat deze onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

10

11 .. Dit..... gedeelte niet invullen , Poststuknr. : Ingekomen : Dossiernr. : Beh. ambt. : toestelnr. : AANVRAAGFORMULIER subsidie 2009 Regeling voor Volkscultuur Naam van organisatie I (hoofdaanvrager) Correspondentieadres Postcode en woonplaats Telefonische inlichting onder nummer (overdag) Inschrijfnummer Kamer van Koophandel Correspondentieadres Postcode en woonplaats Telefonische inlichting onder nummer (overdag) Inschrijfnummer Kamer van Koophandel Wanneer de subsidie voor het project door meer organisaties aangevraagd wordt, deze namen en adresgegevens op een apart blad vermelden. Dit blad moet voorzien zijn van de handtekeningen van voorzitter, secretaris en penningmeester.

12 Banklgirorekeningnummer : ostcode en woonplaats : o Statuten van de instellingen; o Activiteitenplan (projectomschrijving); o Vragenlijst Regeling voor Volkscultuur (bijgaand); o Begroting project (overzicht kosten en opbrengsten, inclusief personeelslasten en accommodatielasten). Plaats: Datum: Het bestuur organisatie 1 (hoofdaanvrager): Handtekeningen Voorzitter, Secretaris, Penningmeester, Plaats: Datum: Het bestuur organisatie 2: Handtekeningen Voorzitter, Secretaris, Penningmeester, Dit formulier vóór 1 mei 2009 volledig ingevuld, ondertekend en voorzien van de nodige bijlagen Gemeente Haarlemmermeer Cluster Dienstverlening Team Relatiebeheer en Subsidies AG Hoofddorp

13 Vragenlijst subsidieaanvraag 2009 Ondewerp: Regeling voor Volkscultuur Naam instelling I (hoofdaanvrager):... Naam instelling II:... Indien meer instellingen betrokken zijn bij het project, de namen van deze instellingen:... Vragen over het project 1. Naam van het project Betreft de aanvraag een eenmalig of meerjarig project: Inhoudelijke omschrijving van het project. Op welke manier draagt het project bij aan de doelstellingen en voldoet het aan de randvoorwaarden van de Regeling voor Volkscultuur Beschrijving van uw visie op relevantie van het project, in relatie tot het huidige aanbod Indien van toepassing, de naam van de koepelorganisatie(s) waarbij de instelling(en) aangesloten islzijn Beschrijving van de resultaten en de manier waarop het project wordt geëvalueerd...

14 Vervolg vragenlijst 7. Beschrijving van de manier van samenwerking met andere instellingenlverenigingen Bij meerjarige projectvoorstellen: op welke manier wordt het project financieel en beleidsmatig verankerd in de periode na ondersteuning door de Regeling voor Volkscultuur...