JAARRAPPORT 2010 navigator algemene ziekenhuizen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "JAARRAPPORT 2010 navigator algemene ziekenhuizen"

Transcriptie

1 TOTALE T ZIEKENHUISSTERFTE ZIEKENHUISSTERFTE VAN PATIËNTEN MET EEN STERFTERISICO KLASSE 1 ZIEKENHUISSTERFTE VAN PATIËNTEN MET EEN STERFTERISICO KLASSE 2 TOTALE PREVALENTIE VAN DECUBITUS TOTALE PREVALENTIE VAN DECUBITUS DIE ZICH ONTWIKKELD HEEFT TIJDENS DE ZIEKENHUISOPNAME TOTAAL AANTAL VALINCIDENTEN TOTAAL AANTAL VALINCIDENTEN MET VERWONDING VAN ERNSTKLASSE 3 TOT GEVOLG JAARRAPPORT 21 navigator algemene ziekenhuizen PATIËNTEN MET MEERDERE VALINCIDENTEN TIJDENS EENZELFDE ZIEKENHUISOPNAME ONGEPLANDE HEROPNAMES OP EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG AANTAL INTERNE URGENTIES VAGINALE BEVALLINGEN NA EEN VROEGERE KEIZERSNEDE VERBLIJFSDUUR VAN PATIËNTEN OP DE SPOEDGEVALLENDIENST >8 UUR AANTAL ONGEPLANDE OPNAMES IN HET ZIEKENHUIS NA DAGBEHANDELING INCIDENTIE VAN IN HET ZIEKENHUIS VERWORVEN MRSA GEBRUIK VAN HANDALCOHOL VOOR HANDHYGIËNE Project onder leiding van prof. dr. Arthur Vleugels Coördinatoren: mevr. Leen De Paepe mevr. Geert Van de Water dhr. Marc Nickmilder

2

3 JAARRAPPORT 21 navigator algemene ziekenhuizen Project onder leiding van prof. dr. Arthur Vleugels Coördinatoren: mevr. Leen De Paepe mevr. Geert Van de Water dhr. Marc Nickmilder

4 navigator Centrum voor Ziekenhuis- en Verplegingswetenschap, KUL ISBN D/211/453/1 NUR 882

5 INHOUDSTAFEL I. Voorwoord 1 II. Gemeenschappelijke set 1 III. Selectie van indicatoren in 21 2 IV. Resultaten Totale ziekenhuissterfte Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse Totale prevalentie van decubitus Totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname Totaal aantal valincidenten Totaal aantal valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde ziekenhuisopname Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg Aantal interne urgenties Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede Verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur Aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA Gebruik van handalcohol voor handhygiëne V. Besluiten 37

6

7 navigator voor algemene ziekenhuizen 1 I. Voorwoord Voor u ligt het jaarrapport 21 van navigator voor algemene ziekenhuizen. Navigator is een systeem van klinische en organisatorische kwaliteitsindicatoren dat toelaat om op organisatie- en afdelingsniveau de kwaliteit van de zorgprocessen en hun resultaat op een systematische manier continu op te volgen. Navigator ondersteunt daarenboven de zorgorganisaties bij het sturen in een beleid van permanente kwaliteitsverbetering. Het systeem bestaat uit een uitgebreide indicatorset, een ondersteunende software, een interactieve website en een actief netwerk. Bij dit netwerk zijn in Belgische algemene ziekenhuizen aangesloten. Deze ziekenhuizen vaardigen coördinatoren en andere medewerkers - artsen, verpleegkundigen, directieleden - af naar de verschillende overlegorganen van het navigatornetwerk. De indicatorset bestaat voornamelijk uit proces- en resultaatsindicatoren onder de vorm van verhoudingsgetallen. Deze set is dynamisch en kan bijgevolg voortdurend bijgestuurd en uitgebreid worden. De indicatoren zelf zijn een maatstaf voor de klinische en organisatorische kwaliteit van zorg, maar doen geen uitspraak over goed of slecht. De evaluatie gebeurt in het ziekenhuis of op de betrokken dienst. De gegevens voor de meeste indicatoren worden continu geregistreerd op de betrokken diensten. Maandelijks worden de totalen gemaakt van teller- en noemergegevens. Deze worden doorgegeven aan de navigator-coördinator binnen het ziekenhuis. Hij of zij geeft de gegevens online in en verstuurt ze naar de databank. Elk kwartaal krijgen de deelnemende ziekenhuizen feedbackrapporten. Deze feedback geeft twee soorten informatie, namelijk de evolutie doorheen de tijd van het eigen ziekenhuis en een positionering van het eigen ziekenhuis tegenover de ziekenhuizen die voor dezelfde indicatoren gegevens hebben geregistreerd. Om de haalbaarheid van registratie te verhogen en de registratielast te verlagen, wordt voor bepaalde indicatoren één keer per maand geregistreerd (puntprevalentie) of gedurende één week per maand. De software ondersteunt de gegevensinvoer en terugkoppeling. Tevens laat de software toe om de databank van navigator te exploreren aan de hand van grafieken, tabellen en statistische procescontrole. De website huist de software en fungeert enerzijds als informatiemedium onder de vorm van een bibliotheek, kalender en nieuwsberichten en anderzijds als interactief communicatiemedium onder de vorm van een discussieforum. II. Gemeenschappelijke set In dit rapport wordt verslag gedaan van de resultaten van een selectie van de indicatoren. De selectie voor de algemene ziekenhuizen is gebaseerd op de gemeenschappelijke set van 21. Dit is een set van indicatoren die samen met de deelnemende ziekenhuizen werd vastgelegd met de afspraak ernaar te streven zoveel als mogelijk, in functie van relevantie en haalbaarheid, voor deze indicatoren te registreren. Het rapport focust op de resultaten van het jaar 21. Daarnaast wordt er ook een vergelijking gemaakt met de voorgaande jaren Totale ziekenhuissterfte Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse Totale prevalentie van decubitus Totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname Totaal aantal valincidenten

8 navigator voor algemene ziekenhuizen Totaal aantal valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde ziekenhuisopname Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg Aantal interne urgenties Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede Verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur Aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA Gebruik van handalcohol voor handhygiëne III. Selectie van indicatoren in 21 aantal ziekenhuizen K1 21 K2 21 K3 21 K indicator Figuur 1: Overzicht van het aantal ziekenhuizen dat gegevens registreert voor de indicatoren van de gemeenschappelijke set gedurende de 4 kwartalen van 21.

9 navigator voor algemene ziekenhuizen 3 IV. Resultaten Hieronder wordt voor elke indicator een tabel weergegeven met beschrijvende statistiek, waarmee de spreiding van de databank duidelijk wordt. Volgende gegevens zijn opgenomen in de tabel: min: minimumwaarde van de dataset. q1: kwartiel 1 of het 25 ste percentiel: getalswaarde die de laagste 25% van de data onderscheidt van de hogere waarden. mediaan: of het 5 ste percentiel. Getalswaarde die het midden van de dataset aangeeft. q3: kwartiel 3 of 75 ste percentiel: getalswaarde die de hoogste 25% van de data onderscheidt van de lagere waarden. max: maximumwaarde van de dataset. ongewogen gemiddelde: som van alle ratio s van alle ziekenhuizen die voor deze indicator geregistreerd hebben, gedeeld door het aantal ratio s. Ieder ziekenhuis legt dus evenveel gewicht in de schaal. sd: standaarddeviatie: een maat voor de spreiding van de variabele. aantal: aantal ziekenhuizen dat voor deze indicator gegevens heeft ingevoerd. Verder wordt voor elke indicator ook het ongewogen gemiddelde met kwartiel 1 en 3 weergegeven in een lijngrafiek. Indien de data beschikbaar zijn in de databank, wordt ook een vergelijking gemaakt met het totaal van het ziekenhuis en met andere diensten. Bij deze vergelijkingen dient rekening gehouden te worden met het feit dat de groep van ziekenhuizen die voor deze indicatoren geregistreerd heeft niet altijd dezelfde is qua samenstelling en grootte.

10 navigator voor algemene ziekenhuizen Totale ziekenhuissterfte Formule: (Totaal aantal opgenomen patiënten dat overlijdt / Totaal aantal opgenomen patiënten dat ontslagen wordt, inclusief het aantal patiënten dat overlijdt) *1 Deze indicator wordt door een groot aantal ziekenhuizen opgevolgd via navigator. In 21 schommelt het aantal ziekenhuizen dat voor deze indicator gegevens registreert tussen 32 en 35 ziekenhuizen. Tabel 1: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Totale ziekenhuissterfte. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1 1,74 2,49 2,96 3,83 9,82 3,23 1,4 35 feb '1 1,4 2,21 2,71 3,19 5,96 2,85,95 35 maa '1 1, 1,86 2,51 2,89 4,19 2,45,68 35 apr '1,8 1,88 2,42 2,86 5, 2,44,78 35 mei '1,76 2,24 2,67 3,28 4,15 2,7,77 35 jun '1,96 1,84 2,31 2,62 3,57 2,28,58 35 jul '1 1,73 2,22 2,89 3,28 7,46 2,94 1,6 32 aug '1 1, 2,5 2,58 3, 8,66 2,75 1,28 32 sep '1 1,34 1,96 2,29 2,72 3,89 2,39,62 32 okt '1,73 1,75 2,32 2,76 3,95 2,36,79 34 nov '1 1,18 1,9 2,52 3,16 4,45 2,54,81 34 dec '1 1,7 2,25 2,62 3,11 4,25 2,69,6 34 In 21 varieert de gemiddelde ziekenhuissterfte tussen 2,28% en 3,23% (tabel 1). De variatie tussen de ziekenhuizen is beperkt; 5% van de ziekenhuizen scoort tussen 1,75% (laagste q1) en 3,83% (hoogste q3), met een minimum van,73% in oktober 21 en een maximum van 9,82% in uari 21. In figuur 2 kan men jaarlijks een piek zien terugkeren in de maanden uari-februari. Deze figuur illustreert ook de beperkte variatie tussen de ziekenhuizen. De gemiddelde ziekenhuissterfte is de voorbije 4 jaar quasi ongewijzigd gebleven.

11 navigator voor algemene ziekenhuizen 5 4,5 Totale ziekenhuissterfte 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1,5 kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 2: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Totale ziekenhuissterfte

12 navigator voor algemene ziekenhuizen Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 1 Formule: (Aantal opgenomen patiënten met sterfterisico klasse 1 dat overlijdt / Aantal opgenomen patiënten met sterfterisico klasse 1 dat ontslagen wordt) *1 Voor deze en volgende indicator worden de gegevens van 28 weergegeven, omdat het hier DRGgebonden indicatoren betreft. Dit wil zeggen dat de ziekenhuizen de gegevens voor deze indicatoren uit de feedback van de MZG halen. Omwille van een aanzienlijke achterstand bij de FOD, werd vanuit de ziekenhuizen uitstel gevraagd voor het doorsturen van de gegevens van de DRG-gebonden indicatoren. Dit heeft als gevolg dat wij momenteel geen gegevens van 29 en 21 kunnen tonen. In het eerste semester van 28 registreren 8 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. In het laatste semester zijn dit er 14. Tabel 2: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 1. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '8,,,9,16,74,15,25 8 feb '8,,,15,27,35,15,15 8 maa '8,,,8,14,57,13,19 8 apr '8,,,6,26,45,14,19 8 mei '8,,,,15,43,9,15 8 jun '8,,,11,24,45,14,17 8 jul '8,,,11,25,4,13,13 14 aug '8,,,,2,54,11,16 14 sep '8,,,,11,26,5,8 14 okt '8,,,8,2,28,1,1 14 nov '8,,,8,14,86,12,22 14 dec '8,,,,15,42,8,12 14 Uit tabel 2 blijkt dat minstens 25% van de ziekenhuizen geen ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 1 heeft gehad in 28. Tijdens 4 maanden is dit zelfs bij minstens 5% van de ziekenhuizen het geval (mediaan = ). Het gemiddelde schommelt tussen,5% en,15%, met een maximum in de databank van,86%. Deze indicator lijkt een grillig verloop te hebben, maar het gemiddelde blijft tussen zeer nauwe grenzen (figuur 3).

13 navigator voor algemene ziekenhuizen 7,35,3 Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 1 kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde,25,2,15,1,5 maa mei jul sep nov '8 maa '8 mei '8 jul '8 sep '8 nov '8 Figuur 3: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse

14 navigator voor algemene ziekenhuizen Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 2 Formule: (Aantal opgenomen patiënten met sterfterisico klasse 2 dat overlijdt / Aantal opgenomen patiënten met sterfterisico klasse 2 dat ontslagen wordt) *1 Ook dit is een DRG-gebonden indicator en dus zijn de gegevens van 29 en 21 nog niet beschikbaar. In het eerste semester van 28 registreren 8 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. In het laatste semester zijn dit er 14. Tabel 3: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 2. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '8,98 1,3 2,18 3,51 4,93 2,49 1,48 8 feb '8,,5 1,6 1,98 5,6 1,52 1,61 8 maa '8,42 1,3 2,18 4,59 5,32 2,67 1,95 8 apr '8,36,5 1,91 2,8 6,71 2,1 2,5 8 mei '8,,52 1,64 2,55 4,11 1,69 1,38 8 jun '8,,97 1,75 2,88 4,29 1,94 1,43 8 jul '8,,53 1,68 3,49 4,11 1,93 1,47 14 aug '8,43,76 1,55 2,32 4,4 1,82 1,19 14 sep '8,,79 1,87 2,79 4,6 1,97 1,32 14 okt '8,,52 2,27 2,86 4,17 1,88 1,37 14 nov '8,31,55 1,95 3,55 5,84 2,21 1,76 14 dec '8,28 1,13 2, 2,65 5,21 2,2 1,28 14 In 28 werd tijdens 6 maanden op 12 door minstens 1 ziekenhuis % gescoord voor deze indicator, maar toch heeft elke maand minstens 75% van de ziekenhuizen minstens 1 geval van ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 2 (tabel 3). Het gemiddelde schommelt tussen 1,52% en 2,67%, met een maximum in de databank van 6,71%. Het gemiddelde van deze indicator verloopt constant in de tijd en varieert binnen nauwe grenzen (figuur 4). In figuur 5 wordt de ziekenhuissterfte volgens de klassen van sterfterisico naast elkaar gezet. Zoals kan verwacht worden, zijn de patiënten met sterfterisico klasse 4 de patiënten met het grootste aandeel van de ziekenhuissterfte (rond 4%; indicator ) en vervolgens klasse 3 (rond 1%; indicator ). Voor deze indicatoren wordt in evenveel ziekenhuizen geregistreerd als voor de indicatoren en

15 navigator voor algemene ziekenhuizen Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse 2 kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde feb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec '8 feb '8 maa apr mei jun '8 '8 '8 '8 jul aug sep okt nov dec '8 '8 '8 '8 '8 '8 Figuur 4: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Ziekenhuissterfte van patiënten met een sterfterisico klasse feb maa apr mei jun Ziekenhuissterfte volgens strefterisisco jul aug sep okt nov dec '8 feb '8 maa apr mei jun '8 '8 '8 '8 sterfterisico klasse 1 sterfterisico klasse 2 sterfterisico klasse 3 sterfterisico klasse 4 jul aug sep okt nov dec '8 '8 '8 '8 '8 '8 Figuur 5: Ongewogen gemiddelde van de ziekenhuissterfte volgens sterfterisico klasse 1 (indicator ), klasse 2 (indicator ), klasse 3 (indicator ) en klasse 4 (indicator ) voor

16 navigator voor algemene ziekenhuizen Totale prevalentie van decubitus Formule: (Aantal patiënten met één of meer decubitusletsels aanwezig op de dag van de telling / Aantal patiënten aanwezig op de dag van de telling) *1 In 21 registreren 26 tot 27 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 4: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Totale prevalentie van decubitus. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1 1,14 4,37 6,28 8,39 13,99 6,66 3,1 26 feb '1 2, 4,32 6,52 9,33 15,38 7, 3,28 26 maa '1 2,4 4,96 5,94 1,24 12,84 7,1 2,98 26 apr '1 1,46 3,7 5,3 8,84 15,38 6,18 3,2 27 mei '1, 4,57 6,4 8,29 23,3 7,1 4,28 27 jun '1,78 4,17 6,12 7,41 1,22 5,9 2,22 27 jul '1, 3,55 6,52 8,26 14,86 6,46 3,48 27 aug '1 1,97 4,23 5,97 7,55 11,68 6,16 2,32 27 sep '1 2,7 4,72 6,38 7,85 13,4 6,43 2,51 27 okt '1 1,1 4,72 5,95 7,43 14,2 6,8 2,7 26 nov '1, 4,7 6,63 8,15 1,67 6,31 2,53 26 dec '1 2,29 4,42 6,65 9,48 26,9 7,59 4,83 26 Deze indicator wordt geregistreerd aan de hand van prevalentiemetingen, dit wil zeggen dat geregistreerd wordt op 1 dag per maand. Volgens de registratieregels van navigator is dit telkens de 2 ste dag van de maand. Als deze dag in het weekend of op een feestdag valt, dan wordt geregistreerd op de eerstvolgende werkdag. Gedurende 3 maanden van het jaar is er minstens één ziekenhuis dat geen patiënten met decubitus heeft (tabel 4). Dit kan te verklaren zijn doordat er slechts één dag in de maand wordt geregistreerd. Het gemiddelde schommelt tussen 5,9% en 7,59%, met een maximum in de databank van 26,9%. De maxima in de databank zijn afkomstig van piekresultaten vanuit meerdere ziekenhuizen. Uit figuur 6 blijkt dat de prevalentie van decubitus de voorbije jaren constant is gebleven. In figuur 7 wordt de prevalentie van decubitus volgens graad weergegeven. Hieruit blijkt dat voornamelijk decubitus graad 1 (indicator ) wordt vastgesteld, variërend rond 4%. De voorbije jaren bleek vervolgens decubitus graad 3 (indicator ) in ongeveer 25% van de gevallen te worden vastgesteld, eerder dan decubitus graad 2 (indicator ) dat rond 2% varieert. In 21 lijken de resultaten voor deze 2 indicatoren elkaar te ontmoeten en schommelen ze beiden tussen 2 en 25%. Decubitus graad 4 (indicator ) wordt in ongeveer 15% van de gevallen vastgesteld. Voor al deze indicatoren wordt in evenveel ziekenhuizen geregistreerd.

17 navigator voor algemene ziekenhuizen Totale prevalentie van deubitus kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 6: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Totale prevalentie van decubitus graad 1 graad 2 graad 3 graad 4 Prevalentie van decubitus volgens graad '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 7: Ongewogen gemiddelde de prevalentie van decubitus graad 1 (indicator ), graad 2 (indicator ), graad 3 (indicator ) en graad 4 (indicator ) voor

18 navigator voor algemene ziekenhuizen Totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname Formule: (Aantal patiënten dat één of meerdere decubitusletsels ontwikkelt tijdens hun opname in het ziekenhuis en dat aanwezig is op de dag van de telling / Aantal patiënten aanwezig op de dag van de telling) *1 In 21 registreren 24 tot 26 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 5: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1 1,14 2,25 3,8 5,1 11,4 4,15 2,45 26 feb '1 1,5 2,61 3,97 6,35 12,18 4,6 2,64 26 maa '1 1,44 2,26 3,25 6,84 1,4 4,24 2,52 26 apr '1,61 2,5 3,58 5,43 11,89 3,9 2,4 26 mei '1, 2,62 3,67 4,77 9,5 3,83 2,3 26 jun '1, 2,18 3,91 5,13 6,92 3,81 1,86 26 jul '1, 2,14 3,24 5,74 1,4 4,4 2,45 25 aug '1,88 1,88 3,7 5,32 7,3 3,73 1,91 25 sep '1 1,13 2,7 4,26 5,66 13,4 4,44 2,5 25 okt '1,64 1,88 2,94 5,8 7,69 3,5 2,12 24 nov '1, 2,21 3,97 5,21 6,99 3,67 1,82 24 dec '1 1,19 2,52 3,9 5,55 9,94 4,7 2,37 24 Deze indicator wordt geregistreerd aan de hand van prevalentiemetingen, dit wil zeggen dat gescoord wordt op 1 dag per maand. Volgens de registratieregels van navigator is dit telkens de 2 ste dag van de maand. Als deze dag in het weekend of op een feestdag valt, dan wordt gescoord op de eerstvolgende werkdag. In 8 op 12 maanden is er minstens één ziekenhuis dat één of meerdere patiënten registreert met in het ziekenhuis ontwikkelde decubitus (tabel 5). Het gemiddelde schommelt tussen 3,5% en 4,6%, met een maximum in de databank van 13,4%. Uit figuur 8 blijkt dat deze indicator constant verloopt in de tijd en schommelt tussen nauwe grenzen. In figuur 9 worden de totale prevalentie van decubitus (indicator ) en prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname (indicator ) tegen over elkaar gezet. Hieruit blijkt dat meer dan de helft van de patiënten met decubitus, hun decubitusletsel tijdens de ziekenhuisopname ontwikkeld heeft. Het aantal ziekenhuizen dat voor deze indicatoren registreert, is niet altijd hetzelfde.

19 navigator voor algemene ziekenhuizen 13 8 Prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 8: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname Prevalentie van decubitus ontwikkeld tijdens opname totaal '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 9: Ongewogen gemiddelde van de totale prevalentie van decubitus (indicator ) en de totale prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft tijdens de ziekenhuisopname (indicator ) voor

20 navigator voor algemene ziekenhuizen Prevalentie van decubitus per afdeling '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 C-dienst D-dienst G-dienst IZ-dienst '1 '1 '1 Figuur 1: Ongewogen gemiddelde van de prevalentie van decubitus die zich ontwikkeld heeft bij patiënten op een C-dienst (indicator ), op een D-dienst (indicator ), op een G-dienst (indicator ) en op een IZ-dienst (indicator ) voor In figuur 1 wordt de prevalentie van decubitus per afdeling weergegeven. Hier geldt de registratieregel dat de vastgestelde decubitusletsels ontwikkeld moeten zijn tijdens de ziekenhuisopname. Dit wil zeggen dat de decubitusletsels niet altijd op de afdeling ontstaan zijn waar de patiënt verblijft op de dag van de telling. Decubitusletsels die geregistreerd worden op een C- dienst, kunnen bijvoorbeeld ontstaan zijn op de IZ-dienst. Uit deze figuur blijkt dat de IZ-diensten (indicator ) het hoogst scoren. Deze gegevens zijn gebaseerd op de data vanuit 25 ziekenhuizen in 21. Ook de G-dienst (indicator ) scoort hoog. Deze gegevens zijn gebaseerd op de data vanuit 21 ziekenhuizen in 21. De prevalentie van tijdens de ziekenhuisopname ontwikkelde decubitus op de C-diensten (indicator ) en op de D-diensten (indicator ) schommelt in beide gevallen tussen 2 en 4%. Deze gegevens zijn gebaseerd op de data vanuit 21 en 2 ziekenhuizen in 21.

21 navigator voor algemene ziekenhuizen Totaal aantal valincidenten Formule: (Aantal valincidenten / Aantal verpleegdagen) *1 Het aantal ziekenhuizen dat gegevens registreert voor deze indicator schommelt in 21 tussen 27 en 34. Tabel 6: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Totaal aantal valincidenten. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,1,14,21,32,59,24,13 27 feb '1,6,14,23,33,47,24,11 27 maa '1,4,17,24,32,52,26,12 27 apr '1,,12,21,31,44,21,12 34 mei '1,6,16,23,36,75,26,15 34 jun '1,,15,23,32,5,24,12 34 jul '1,,12,23,42 2,63,33,46 3 aug '1,,14,24,35 1,84,3,33 3 sep '1,4,18,26,37 2,6,32,35 3 okt '1,3,19,24,32,53,25,12 31 nov '1,,14,25,35,57,24,13 31 dec '1,,16,26,36,67,27,15 31 Voor deze indicator worden alle valincidenten meegeteld en niet enkel de valincidenten waarbij schade of verwonding wordt vastgesteld. De minimumscores voor deze indicator zijn zeer laag (tabel 6). Men kan zich afvragen of de registratie van valincidenten in alle ziekenhuizen even goed wordt opgevolgd. Het gemiddelde schommelt tussen,21 en,33; met een maximum in de databank van 2,63. Volgens figuur 11 blijft het aantal valincidenten in de loop van de jaren vrijwel constant. In figuur 12 worden het aantal valincidenten voor bepaalde afdelingen weergegeven. Daaruit blijkt dat er op de materniteit (indicator ), op de spoedgevallendienst (indicator ) en in het chirurgisch dagziekenhuis (indicator ) nauwelijks valincidenten geregistreerd worden. Deze gegevens zijn gebaseerd op data vanuit respectievelijk 14, 1 en 7 ziekenhuizen. Het aantal valincidenten is het hoogst op de G-dienst (indicator ), gevolgd door de D-dienst (indicator ) en de C-dienst (indicator ). Deze gegevens zijn gebaseerd op data vanuit respectievelijk 31, 23 en 24 ziekenhuizen. Het aantal valincidenten op de IZ-dienst (indicator ) waren de voorbije jaren ook eerder beperkt, maar in 21 zien we het aantal valincidenten op IZ-dienst snel stijgen. Deze gegevens zijn gebaseerd op data vanuit 24 ziekenhuizen.

22 navigator voor algemene ziekenhuizen 16,45 Totaal aantal valincidenten,4,35,3,25,2,15,1,5 kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 11: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Totaal aantal valincidenten voor ,8 Valincidenten per afdeling,7,6,5,4,3,2,1 C-dienst D-dienst G-dienst M-dienst IZ-dienst spoed chir. dagzh apr jul okt '8 apr '8 jul '8 okt '8 '9 apr '9 jul '9 okt '9 '1 apr '1 jul '1 okt '1 Figuur 12: Ongewogen gemiddelde van het aantal valincidenten op een C-dienst (indicator ), op een D-dienst (indicator ), op een G-dienst (indicator ), op een M-dienst (indicator ), op een IZ-dienst (indicator ), op de spoedgevallendienst (indicator ) en in het chirurgisch dagziekenhuis (indicator 3.1.1) voor

23 navigator voor algemene ziekenhuizen Valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg Formule: (Aantal valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 / Aantal valincidenten met verwonding tot gevolg) *1 Het aantal ziekenhuizen dat voor deze indicator gegevens verzamelt, schommelt tussen 23 en 27 in 21. Tabel 7: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,,, 17,42 1, 11,73 22,47 26 feb '1,,, 11,81 42,86 6,24 11,84 26 maa '1,, 3,7 15,48 4, 9,94 12,93 26 apr '1,,, 13,39 33,33 5,99 9,6 27 mei '1,,, 12,5 33,33 7,23 11,65 27 jun '1,,, 7,64 42,86 4,71 9,88 27 jul '1,,, 12,5 5, 8,3 13,35 23 aug '1,,, 11,11 1, 9,65 22,71 23 sep '1,,, 8,68 18,18 3,66 6,17 23 okt '1,,, 11,25 4, 5,85 9,95 25 nov '1,,, 6,7 5, 5,58 12,5 25 dec '1,,, 8,33 5, 7,19 13,41 25 Valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg komen niet vaak voor. In 21 registreerden maandelijks minder dan 5% van de ziekenhuizen een dergelijk valincident (tabel 7). Het gemiddelde varieert tussen 3,66 en 11,73; met een maximum in de databank van 1. De maxima in de databank zijn niet het resultaat van één of enkele ziekenhuizen, maar worden veroorzaakt door piekwaarden vanuit meerdere ziekenhuizen. Uit figuur 13 blijkt dat het verloop van deze indicator zeer grillig is. In figuur 14 worden de valincidenten met de verschillende ernstklassen naast elkaar gezet. Voor deze indicatoren geldt dat patiënten, indien ze meerdere verwondingen hebben, enkel worden mee geteld in de indicator die de hoogste ernstklasse van hun verwonding weergeeft. Bijvoorbeeld als een valincident leidt tot 2 verwondingen, één van ernstklasse 1 en een andere van ernstklasse 2, dan telt dit valincident enkel mee voor indicator Valincidenten met verwonding van ernstklasse 2 tot gevolg en niet voor indicator Valincidenten met verwonding van ernstklasse 1 tot gevolg. Er wordt het meest gescoord voor valincidenten met verwonding van ernstklasse 1 tot gevolg (indicator ), gevolgd door valincidenten met verwonding van ernstklasse 2 (indicator ) en tenslotte ernstklasse 3 (indicator ). Al deze indicatoren worden door eenzelfde aantal ziekenhuizen opgevolgd.

24 navigator voor algemene ziekenhuizen Valincidenten met verwonding van ernstklasse 3 tot gevolg kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 13: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Valincidenten met verwonding met ernstklasse 3 tot gevolg voor Valincidenten met verwonding tot gevolg volgens ernstklasse ernstklasse 1 ernstklasse 2 ernstklasse '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 14: Ongewogen gemiddelde van het aantal valincidenten met verwonding met ernstklasse 1 (indicator ), ernstklasse 2 (indicator ) en ernstklasse 4 (indicator ) voor

25 navigator voor algemene ziekenhuizen Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde ziekenhuisopname Formule: (Aantal patiënten dat twee of meer keer valt / Aantal patiënten dat één of meer keer valt) *1 In 21 registreren 18 tot 23 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 8: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde ziekenhuisopname. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,, 11,11 21,18 35, 12,8 11,55 23 feb '1, 6,25 11,11 2, 32,88 13,28 1,27 23 maa '1,, 11,11 21,88 42,86 14,12 12,13 23 apr '1,, 9,9 23,16 9, 15,7 21,17 23 mei '1, 2,27 12,86 28,33 48,39 16,35 14,88 23 jun '1,, 18,47 3, 5, 18,85 16,33 23 jul '1,, 1,73 18,7 28,57 1,7 9,3 2 aug '1, 1,92 12,92 25,2 46,67 15,37 13,25 2 sep '1, 9,55 14,84 24,4 42,86 18,17 11,93 2 okt '1, 2,27 14,31 25,83 33,33 14,19 11,49 18 nov '1, 6,25 12,92 26,14 57,14 17,45 14,99 18 dec'1, 3,75 13,39 19,9 37,5 14,3 11,32 18 In 21 is er elke maand minstens 1 ziekenhuis dat geen patiënten met meerdere valincidenten registreert (tabel 8). Het gemiddelde varieert tussen 1,7% en 18,85%, met een maximum in de databank van 9%. Figuur 15 toont aan dat de variatie tussen de ziekenhuizen heel groot is.

26 navigator voor algemene ziekenhuizen Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde kwartiel 1 ziekenhuisopname kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 15: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Patiënten met meerdere valincidenten tijdens eenzelfde ziekenhuisopname voor

27 navigator voor algemene ziekenhuizen Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg Formule: (Aantal ongeplande opnames op een dienst voor intensieve zorg / Aantal patiënten dat ontslagen wordt van een dienst voor intensieve zorg) *1 In 21 registreren 8 tot 1 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 9: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,, 2,79 7,17 8,54 3,35 3,24 1 feb '1,, 2,77 4,33 5, 2,48 1,9 1 maa '1,, 3,51 5,41 1,53 3,38 3,35 1 apr '1, 1,41 4,1 5,51 11,82 4,21 3,8 8 mei '1, 1,73 4,2 6,35 6,54 3,89 2,52 8 jun '1,,58 2,9 5,58 13,54 3,76 4,59 8 jul '1,,38 2,91 6,42 8,7 3,46 3,17 9 aug '1,,89 2,38 3,55 6,2 2,46 1,9 9 sep '1, 2,4 4,46 5,57 9,52 4,22 2,75 9 okt '1,, 1,93 2,91 11,63 2,66 3,84 8 nov '1, 1,65 2,21 5,39 8,16 3,33 2,72 8 dec '1,, 1,74 5,2 9,9 2,83 3,28 8 In 21 is er elke maand minstens één ziekenhuis dat geen enkele ongeplande heropname op een dienst voor intensieve zorg registreert (tabel 9). Gedurende 5 van de 12 maanden zijn er minstens 25% van de ziekenhuizen die geen heropnames op IZ registreren. Het gemiddelde schommelt tussen 2,46 % en 4,22%, met een maximum in de databank van 13,54%. Figuur 16 toont een constant verloop in de tijd van het gemiddelde van deze indicator. In figuur 17 worden de ongeplande heropnames op IZ-dienst bekeken naast de ongeplande heropnames op IZ-dienst binnen 48 uur na ontslag van een IZ-dienst (indicator ). Deze laatste indicator werd op 1 april 21 geïmplementeerd op vraag van enkele intensivisten. Een oorzaak van heropname binnen 48 uur na ontslag kan eerder gelinkt zijn aan het vorige verblijf op IZ, terwijl een heropname later dan 48 uur na ontslag een heel andere oorzaak kan hebben. De oorzaken van de heropnames kunnen pathologie-gebonden zijn, maar kunnen ook een organisatorische oorsprong hebben. De ene maand vindt meer dan de helft van de heropnames plaats binnen 48 uur na ontslag, andere maand gebeurt slechts een fractie van de heropnames binnen 48 uur na ontslag. Deze gegevens zijn gebaseerd op data vanuit 8 ziekenhuizen.

28 navigator voor algemene ziekenhuizen Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 16: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg voor Ongeplande heropnames op een dienst voor intensieve zorg 4,5 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1,5 binnen 48 uur totaal '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 17: Ongewogen gemiddelde voor ongeplande heropnames in totaal (indicator ) en voor ongeplande heropnames binnen 48 uur na ontslag van een IZ-dienst (indicator ) voor

29 navigator voor algemene ziekenhuizen Aantal interne urgenties Formule: (Aantal muginterventies in het ziekenhuis / Totaal aantal verpleegdagen in het ziekenhuis) *1 In 21 registreren 15 tot 19 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 1: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Aantal interne urgenties. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,,3,6,7,15,6,4 19 feb '1,2,4,6,8,2,7,4 19 maa '1,2,4,5,7,12,6,3 19 apr '1,1,3,6,1,18,7,5 18 mei '1,1,5,6,9,2,7,5 18 jun '1,1,4,5,1,18,7,4 18 jul '1,2,3,6,7,15,6,3 15 aug '1,2,4,5,9,22,8,6 15 sep '1,,3,4,8,22,6,5 15 okt '1,1,2,5,7,17,5,4 18 nov '1,3,4,6,9,16,7,3 18 dec '1,1,4,6,8,22,7,5 18 De lage ratio s worden veroorzaakt door het feit dat in de noemer het aantal verpleegdagen wordt geteld. Het gemiddelde van de databank schommelt tussen,5 en,8, met een maximum in de databank van,22 (tabel 1). Het gemiddelde blijft vrijwel constant in de loop van de tijd (figuur 18).

30 navigator voor algemene ziekenhuizen 24,14,12 Interne urgenties kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde,1,8,6,4,2 '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 18: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Aantal interne urgenties voor

31 navigator voor algemene ziekenhuizen Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede Formule: (Aantal vaginale bevallingen na vroegere keizersnede / Aantal vaginale bevallingen na vroegere keizersnede + aantal herhaalde keizersneden) *1 In 21 registreren 17 of 18 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 11: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1, 14,51 36,4 43,65 66,67 32,85 17,66 18 feb '1,, 2,71 29,64 37,4 17,95 13,1 18 maa '1, 11,61 27,88 5, 66,67 29,14 19,8 18 apr '1, 15,48 29,41 43,8 1, 31,61 23,18 17 mei '1, 15,8 25, 33,33 77,78 28,16 22,28 17 jun '1,, 35, 47,22 9, 31,38 26,54 17 jul '1, 19,52 33,33 52,78 8,95 36,2 21,3 17 aug '1, 17,52 3,43 45, 63,64 31,99 18,81 17 sep '1,, 3, 45,56 91,67 31,93 28,44 17 okt '1,, 2,63 32,8 41,67 19,2 14,87 18 nov '1 1, 14,84 3,3 5, 71,43 33,85 18,89 18 dec '1, 12,14 19,38 32,8 83,33 22,95 19,56 18 Bijna elke maand is er minstens één ziekenhuis dat geen vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede rapporteert (tabel 11). In 4 van de 12 maanden geldt dit voor minstens 25% van de ziekenhuizen. Het gemiddelde varieert van 17,95% tot 36,2%, met een maximum in de databank van 1%. Ook uit figuur 19 blijkt dat de variatie tussen de ziekenhuizen zeer groot is. De evolutie van de indicator blijft eerder constant in de loop van de tijd.

32 navigator voor algemene ziekenhuizen Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 19: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Vaginale bevallingen na een vroegere keizersnede voor

33 navigator voor algemene ziekenhuizen Verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur Formule: (Aantal geregistreerde patiënten op de spoedgevallendienst met een verblijfsduur van >8 uur / Aantal geregistreerde patiënten op de spoedgevallendienst) *1 In het eerste semester van 21 scoren 23 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. In het tweede semester zijn dat er 24. Tabel 11: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,,68 3,17 6,78 21,64 4,87 5,52 23 feb '1,,87 3,18 6,69 2,96 4,87 5,38 23 maa '1,11,62 3,31 6,21 19,95 4,53 5,14 23 apr '1,,55 3,37 5,29 19,8 4,6 4,73 23 mei '1,,7 2,91 5,56 17,51 3,87 4,49 23 jun '1,,84 3,47 4,97 19,14 4,1 4,58 23 jul '1,,92 3,74 5,14 2,4 4,15 4,61 24 aug '1, 1,2 3,12 5,93 21,82 4,43 5,1 24 sep '1,,97 3,87 5,63 22,93 4,4 5,12 24 okt '1,,65 3,35 5,75 23,33 4,45 5,37 24 nov '1,12,8 3,13 5,71 23,85 4,5 5,46 24 dec '1,,85 3,23 5,68 2,81 4,53 5,24 24 Bijna elke maand registreert minstens één ziekenhuis geen enkele patiënt die langer verblijft op de spoedgevallendienst dan 8 uur (tabel 11). Toch registreert minstens 75% van de ziekenhuizen maandelijks minstens 1 of meerdere patiënten met een verblijfsduur langer dan 8 uur op de spoedgevallendienst. Het gemiddelde schommelt tussen 3,87% en 4,87%, met een maximum in de databank van 23,85%. Figuur 2 toont aan dat de variatie tussen de ziekenhuizen eerder beperkt is. De maximumwaarden in de tabel worden veroorzaakt door de cijfers vanuit 2 ziekenhuizen die duidelijk boven het gemiddelde van de databank uitsteken. Figuur 21 toont de verdeling van de patiënten over de verschillende verblijfsduren op de spoedgevallendienst. Het grootste aandeel van de patiënten verblijft niet langer dan 2 uur op de spoedgevallendienst (indicator ), maar dit aandeel is de voorbije 4 jaar gedaald van ongeveer 65% naar ongeveer 6%. Het aandeel patiënten dat tussen 2 en 4 uur verblijft op een spoedgevallendienst (indicator ) stijgt dan weer lichtjes van ongeveer 2% in 27 naar ongeveer 25% in 21. De verblijfsduren langer dan 4 uur (indicatoren ) blijven voorlopig gemiddeld onder de 1%. De resultaten van de indicatoren zijn in het laatste kwartaal van 21 gebaseerd op de gegevens vanuit 23 ziekenhuizen.

34 navigator voor algemene ziekenhuizen Verblijfsduur van patiënten op spoedgevallendienst >8 uur kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 2: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur voor Verblijfsduur van patiënten op spoedgevallendienst <2 uur 2-4 uur 4-6 uur 6-8 uur >8 uur '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 21: Ongewogen gemiddelde van de verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst <2 uur (indicator ), tussen 2 en 4 uur (indicator ), tussen 4 en 6 uur (indicator ), tussen 6 en 8 uur (indicator ) en >8 uur (indicator ) voor

35 navigator voor algemene ziekenhuizen 29 Figuur 22 toont de bestemming van de patiënten na een verblijfsduur van meer dan 8 uur op de spoedgevallendienst. Het grootste aandeel van deze patiënten wordt opgenomen in het ziekenhuis (indicator ), hoewel dat aandeel gedaald is de voorbije jaren. Deze bestemming wordt gevolgd door het ontslag naar huis (indicator ), hetgeen de voorbije jaren is toegenomen. Onderaan de grafiek bevinden zich de resultaten van de indicator transfer naar een ander ziekenhuis (indicator ) en andere bestemmingen (indicator ). De resultaten van al deze indicatoren zijn gebaseerd op data vanuit 2 ziekenhuizen Verblijfsduur van patiënten op spoed >8 uur volgens bestemming ontslag naar huis opname in ziekenhuis transfer naar ander ziekenhuis andere bestemming '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 22: Ongewogen gemiddelde van de verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur en ontslag naar huis (indicator ), opname in het ziekenhuis (indicator ), transfer naar een ander ziekenhuis (indicator ) en andere bestemmingen (indicator ) voor In figuur 23 wordt een onderscheidt gemaakt tussen de ziekenhuizen met meer dan en minder dan 2 aanmeldingen op de spoedgevallendienst in 29. Daarin zien we dat de 2 groepen van ziekenhuizen elkaar in de loop van de jaren afwisselen voor wat betreft het aantal patiënten op de spoedgevallendienst met een verblijfsduur langer dan 8 uur. Dit kan deels verklaard worden door het feit dat de groepen jaarlijks wijzigen. Vele ziekenhuizen hebben jaarlijks iets meer of iets minder dan 2 aanmeldingen op spoed en zitten het ene jaar in de ene groep en het andere jaar in de andere groep. Anderzijds treed er een verschuiving op in de helft van 29, hetgeen niet veroorzaakt kan worden door een verandering binnen de groepen, want die blijven gedurende een volledig kalenderjaar hetzelfde. Het voorbije anderhalf jaar scoren de ziekenhuizen met meer dan 2 aanmeldingen op de spoedgevallendienst duidelijk hoger voor deze indicator. Het aantal ziekenhuizen per groep is wisselend en varieert tussen 6 en 11 ziekenhuizen.

36 navigator voor algemene ziekenhuizen Verblijfsduur van patiënten op spoed >8 uur volgens aantal aanmeldingen op spoed < 2 aanmeldingen > 2 aanmeldingen '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 23: Ongewogen gemiddelde van de verblijfsduur van patiënten op de spoedgevallendienst >8 uur voor ziekenhuizen met minder dan 2 aanmeldingen op de spoedgevallendienst en voor ziekenhuizen met meer dan 2 aanmeldingen op de spoedgevallendienst voor

37 navigator voor algemene ziekenhuizen Aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling Formule: (Totaal aantal ongeplande opnames volgend op een dagbehandeling / Aantal patiënten dat een dagbehandeling ondergaat) *1 In 21 registreren 14 tot 16 ziekenhuizen gegevens voor deze indicator. Tabel 12: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,1,58 1,26 2,15 3,4 1,35,82 14 feb '1,27,79 1,36 2,13 3,1 1,49,85 14 maa '1,7,56 1,32 1,82 2,17 1,25,65 14 apr '1,7,57 1,13 1,75 4,3 1,39 1,11 14 mei '1,14,73 1,31 1,83 2,41 1,32,66 14 jun '1,13,44 1,7 2,34 3,27 1,3,98 14 jul '1,,7 1,2 1,92 4,8 1,43 1,14 16 aug '1,,58 1,8 1,55 3,2 1,11,77 16 sep '1,21,62 1,18 1,59 3,23 1,22,76 16 okt '1,13,68 1,17 1,54 2,94 1,33,86 15 nov '1,12,69 1,43 2,28 3,28 1,49,94 15 dec '1,,64 1,5 1,71 2,56 1,18,74 15 Uit tabel 12 blijkt dat het aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling eerder beperkt is en dat de variatie tussen de ziekenhuizen laag is. Het gemiddelde varieert van 1,11% tot 1,49%, met een maximum in de databank van 4,8%. Ook figuur 24 illustreert de beperkte variatie tussen de ziekenhuizen. Er lijkt een dipje te zijn in de eerste helft van 29, maar gezien de kleine schaal op de Y-as kan hier moeilijk gesproken worden van een speciaal oorzaak van variatie. In figuur 25 worden de ongeplande opnames opgesplitst volgens ingreep of procedure die eraan voorafgegaan is. Hieruit blijkt dat ongeplande opnames voornamelijk volgen na een invasieve diagnostische procedure (indicator ) en na een geplande heelkundige ingreep (indicator ) en minder na chemotherapie of radiotherapie (indicator ) of andere procedures (indicator ). Toch lijkt het aantal ongeplande opnames na een geplande heelkundige ingreep het voorbij jaar drastisch te dalen. De resultaten van deze indicatoren zijn gebaseerd op de gegevens vanuit 1 tot 16 ziekenhuizen.

38 navigator voor algemene ziekenhuizen ,5 Ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde 2 1,5 1,5 '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 24: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling voor ,5 Ongeplande opnames in het ziekenhuis na dagbehandeling volgens ingreep/procedure na invasieve diagnostische procedure na geplande heelkundige ingreep na chemotherapie / na RT na andere procedure 2 1,5 1,5 '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 25: Ongewogen gemiddelde van het aantal ongeplande opnames in het ziekenhuis na een invasieve diagnostische procedure in dagbehandeling (indicator ), na een geplande heelkundige ingreep in het chirurgisch dagziekenhuis (indicator ), na chemotherapie/na RT (indicator ) en na alle andere procedures (indicator ) voor

39 navigator voor algemene ziekenhuizen Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA Formule: (Aantal patiënten met een positieve cultuur voor in het ziekenhuis verworven MRSA / Aantal opgenomen patiënten inclusief A- en K-dienst) *1 Het aantal ziekenhuizen dat in 21voor deze indicator gegevens registreert, varieert van 24 tot 34 ziekenhuizen. Tabel 13: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,,,89 2, 6,62 1,38 1,7 32 feb '1,,,98 1,8 6,19 1,47 1,77 32 maa '1,,,74 1,52 9,37 1,35 1,96 32 apr '1,,,87 1,63 5,1 1,12 1,36 34 mei '1,, 1,18 3,1 8,51 1,93 2,9 34 jun '1,,,87 2,96 9,55 1,83 2,26 34 jul '1,,8 1,11 2,25 8,53 1,65 2, 24 aug '1,,,84 1,92 6,48 1,33 1,64 24 sep '1,,26,96 2,1 6,41 1,52 1,72 24 okt '1,, 1,6 1,78 5,61 1,21 1,36 29 nov '1,,,86 1,68 2,51,93,84 29 dec '1,,25 1,38 2,21 8,3 1,67 1,93 29 Maandelijks registreert minstens 5% van de ziekenhuizen één of meerdere patiënten met een positieve cultuur voor in het ziekenhuis verworven MRSA (tabel 13). Het gemiddelde schommelt tussen,93% en 1,93%, met een maximum in de databank van 9,55%. De maximawaarden in de databank worden voornamelijk veroorzaakt door de resultaten van enkele ziekenhuizen die regelmatig hoog scoren voor deze indicator. De evolutie van deze indicator verloopt grillig (figuur 26). Na een periode van daling volgt vaak weer een plotse stijging. De plotse stijging in uari 29 kan wellicht deels verklaard worden door een grote toename van het aantal ziekenhuizen dat voor deze indicator registreert, namelijk van 22 naar 37. Na deze stijging kan men spreken van een lichte daling, zowel van het aantal incidenten van in het ziekenhuis verworven MRSA als van het aantal ziekenhuizen dat voor deze indicator gegevens registreert. In figuur 27 wordt een onderscheidt gemaakt tussen de ziekenhuizen op basis van het aantal verpleegdagen (vpd) in 29 (minder dan 75 vpd, tussen 75 en 15 vpd en meer dan 15 vpd). Daaruit blijkt dat er weinig verschil is tussen de 3 groepen, hoewel de evolutielijn van de ziekenhuizen met het laagst aantal verpleegdagen de grootste variatie vertoont en er vaak bovenuit steekt. De groepen zijn ongeveer even groot, namelijk tussen 6 en 8 ziekenhuizen.

40 navigator voor algemene ziekenhuizen 34 4,5 4 3,5 3 2,5 2 1,5 1,5 Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 26: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA voor ,5 4 Incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA volgens aantal verpleegdagen <75 vpd vpd >15 vpd 3,5 3 2,5 2 1,5 1,5 jul sep nov '8 '8 '8 jul '8 sep nov '8 '8 '9 '9 '9 jul '9 sep nov '9 '9 '1 '1 '1 jul '1 sep nov '1 '1 Figuur 27: Ongewogen gemiddelde van de incidentie van in het ziekenhuis verworven MRSA voor ziekenhuizen met minder dan 75 verpleegdagen, voor ziekenhuizen tussen 75 en 15 verpleegdagen en voor ziekenhuizen met meer dan 15 verpleegdagen in 29.

41 navigator voor algemene ziekenhuizen Gebruik van handalcohol (in liters) voor handhygiëne Formule: (Gebruik van handalcohol (in liters) voor opgenomen patiënten en patiënten in het dagziekenhuis / Totaal aantal verpleegdagen + aantal patiënten in het dagziekenhuis) *1 Het aantal ziekenhuizen dat gegevens registreert voor deze indicator daalt sterk in de loop van 21. In het begin zijn het 33 ziekenhuizen, op het einde van het jaar nog 26. Tabel 14: Maandelijkse statistische gegevens voor indicator Gebruik van handalcohol (in liters) voor handhygiëne. maand min q1 mediaan q3 max ong gem sd aantal '1,44,96 1,41 1,79 3,51 1,45,63 33 feb '1,46,97 1,55 1,79 4,4 1,56,78 33 maa '1,82 1,23 1,47 1,97 4,5 1,69,71 33 apr '1,58,97 1,66 2,6 3,56 1,66,77 32 mei '1,55 1,14 1,42 1,74 3,93 1,6,76 32 jun '1,58 1,17 1,51 2,2 4,26 1,69,78 32 jul '1,15,94 1,22 1,96 3,39 1,44,74 26 aug '1,17 1, 1,43 1,98 3,88 1,49,76 26 sep '1,16,83 1,19 1,86 3,5 1,4,75 26 okt '1,73 1,5 1,38 1,83 3,8 1,56,65 26 nov '1,6 1, 1,27 1,83 4,48 1,49,77 26 dec '1,75 1,14 1,61 1,9 3,7 1,6,53 26 Uit tabel 14 blijkt dat de variatie voor deze indicator tussen de ziekenhuizen beperkt is. Het gemiddelde schommelt tussen 1,4 en 1,69, met een maximum in de databank van 4,48. De maxima in de databank worden veroorzaakt door enkele ziekenhuizen die systematisch hoger scoren dan het gemiddelde. In figuur 28 is een stijging zichtbaar in 29. Daarna daalt het gebruik van handalcohol opnieuw en blijft het constant. Uit figuur 29 blijkt dat de ziekenhuizen met het hoogst aantal verpleegdagen opmerkelijk hoger scoren voor deze indicator. Door de stijging in 29 die zich voornamelijk voordoet bij ziekenhuizen met een laag en gemiddeld aantal verpleegdagen, komen deze laatste 2 groepen in de buurt van de ziekenhuizen met een hoog aantal verpleegdagen. In 21 zakken deze 2 groepen van ziekenhuizen echter weer naar een lager niveau.

42 navigator voor algemene ziekenhuizen 36 2,5 2 Gebruik van handalcohol voor handhygiëne kwartiel 1 kwartiel 3 ongewogen gemiddelde 1,5 1,5 '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 28: Kwartiel 1, ongewogen gemiddelde en kwartiel 3 van indicator Gebruik van handalcohol (in liters) voor handhygiëne voor Gebruik van handalcohol voor handhygiëne volgens aantal verpleegdagen 2,5 2 1,5 1,5 '8 '8 '8 '8 '8 '8 '9 '9 '9 '9 '9 '9 '1 < 75 vpd vpd > 15 vpd '1 '1 '1 '1 '1 Figuur 29: Ongewogen gemiddelde van het gebruik van handalcohol (in liters) voor ziekenhuizen met minder dan 75 verpleegdagen, voor ziekenhuizen tussen 75 en 15 verpleegdagen en voor ziekenhuizen met meer dan 15 verpleegdagen in voor

JAARRAPPORT Benchmarking van de klinische kwaliteit op de diensten voor Intensieve Zorg

JAARRAPPORT Benchmarking van de klinische kwaliteit op de diensten voor Intensieve Zorg ZIEKENHUISSTERFTE OP EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG ZIEKENHUISSTERFTE NA EEN VERBLIJF OP EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG BINNEN 48 UUR NA ONTSLAG VAN EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG PREVALENTIE VAN DECUBITUS

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2012 navigator algemene ziekenhuizen

JAARRAPPORT 2012 navigator algemene ziekenhuizen ZIEKENHUISSTERFTE STERFTE OP EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG ZIEKENHUISSTERFTE VAN PATIËNTEN MET EEN STERFTERISICO KLASSE 1, 2, 3 EN 4 PREVALENTIE VAN DECUBITUS PREVALENTIE VAN DECUBITUS DIE ZICH ONTWIKKELD

Nadere informatie

JAARRAPPORT 2013 Navigator algemene ziekenhuizen

JAARRAPPORT 2013 Navigator algemene ziekenhuizen ZIEKENHUISSTERFTE STERFTE OP EEN DIENST VOOR INTENSIEVE ZORG ZIEKENHUISSTERFTE VAN PATIËNTEN MET EEN STERFTERISICO KLASSE 1, 2, 3 EN 4 PREVALENTIE VAN DECUBITUS PREVALENTIE VAN DECUBITUS DIE ZICH ONTWIKKELD

Nadere informatie

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen

Situering algemene en universitaire ziekenhuizen Situering Sinds 1 januari 2005 moet ieder Vlaams ziekenhuis een periodieke evaluatie maken van de kwaliteit van de zorgen in het eigen ziekenhuis. Dit staat beschreven in het kwaliteitsdecreet van 17 oktober

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs Oktober 21 VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING AGENTSCHAP VOOR ONDERWIJSDIENSTEN (AgODi) Inhoudstafel INHOUD Inleiding 3 Hoofdstuk

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs December 29 VLAAMS MINISTERIE VAN ONDERWIJS EN VORMING AGENTSCHAP VOOR ONDERWIJSDIENSTEN (AgODi) Arbeidsmarktbarometer Onderwijs december

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer 2011 Basisonderwijs en Secundair onderwijs

Arbeidsmarktbarometer 2011 Basisonderwijs en Secundair onderwijs Arbeidsmarktbarometer 2011 Basisonderwijs en Secundair onderwijs Vlaams ministerie van Onderwijs & Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel http://www.ond.vlaanderen.be/wegwijs/agodi

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren Deelname Resistentiecijfers Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA 5

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren Deelname Resistentiecijfers Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA 5 Surveillance van MRSA in de Belgische ziekenhuizen: eerste semester INHOUDSTAFEL Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren 1 1. Deelname. Resistentiecijfers. Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA.

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA 5

INHOUDSTAFEL. Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA 5 Surveillance van MRSA in Belgische ziekenhuizen: eerste semester 1 INHOUDSTAFEL Inhoudstafel - Lijst van tabellen en figuren 1 1. Deelname. Resistentiecijfers. Incidentie van nosocomiaal verworven MRSA.

Nadere informatie

SURVEILLANCE VAN DE METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN

SURVEILLANCE VAN DE METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN WIV SURVEILLANCE VAN DE METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN Contactpersoon: Mevr. Béatrice JANS Tel: /6.7. - Fax: /6.. - E-mail: bea.jansepi.ihe.be Surveillancerapport:

Nadere informatie

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20

Donderdag 28-jan 6:30 8:27 11:54 12:54 15:34 17:23 19:20 Januari 2016 Vrijdag 1-jan 6:44 8:50 11:41 12:44 14:55 16:41 18:45 Zaterdag 2-jan 6:44 8:50 11:41 12:45 14:56 16:42 18:46 Zondag 3-jan 6:44 8:50 11:42 12:45 14:57 16:43 18:47 Maandag 4-jan 6:44 8:49 11:42

Nadere informatie

Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006

Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006 Rapportage Jeugdzorg derde kwartaal 2006 In deze rapportage komen respectievelijk het Bureau Jeugdzorg (BJZ), het Advies- en Meldpunt Kindermishandeling (AMK) en de geïndiceerde jeugdzorgaanbieders aan

Nadere informatie

SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN

SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN WIV SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN Contactpersoon: Mevr. Béatrice JANS Tel: /6.7. - Fax: /6.. - E-mail: bea.jansepi.ihe.be Inleiding Resultaten.

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 1 LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN... 2

INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 1 LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN... 2 INHOUDSTAFEL INHOUDSTAFEL... 1 LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN... 2 LUIK 1: ENTEROBACTER AEROGENES... 3 1- DEELNAME... 3 2- ENTEROBACTER AEROGENES (E. A.)... 4 3- MULTIRESISTENTE ENTEROBACTER AEROGENES (MREA)...

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN AGRESSIVITEIT SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN 2014-2015-2016 AGRESSIVITEIT 1 Inhoudstafel I. INLEIDING... 3 II. METHODOLOGIE... 3 STRUCTUURINDICATOREN... 3 PROCESINDICATOREN... 5 RESULTAATINDICATOREN...

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer 2012 Basisonderwijs en Secundair onderwijs

Arbeidsmarktbarometer 2012 Basisonderwijs en Secundair onderwijs Arbeidsmarktbarometer 2012 Basisonderwijs en Secundair onderwijs Vlaams ministerie van Onderwijs & Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel http://www.ond.vlaanderen.be/wegwijs/agodi

Nadere informatie

Conjunctuurmonitor 2e kwartaal 2014

Conjunctuurmonitor 2e kwartaal 2014 Conjunctuurmonitor 2e 214 Augustus 214 Directe Bedrijfsvoering, afdeling FB, team Onderzoek en Statistiek, Camiel Geryszewski Conjunctuurmonitor Zoetermeer 2 e 214 Toelichting: Voor u ligt de Conjunctuurmonitor

Nadere informatie

I. Analyse van de resultaten van fase 1

I. Analyse van de resultaten van fase 1 Analyse van de resultaten voor de toepassing van de referentiebedragen: Berekening 2013 Gegevens 2010 Methode 2009 Deze vijfde toepassing van de referentiebedragen had betrekking op 118 voor een totaal

Nadere informatie

Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen

Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN VLAAMS AGENTSCHAP ZORG EN GEZONDHEID Toelichting bij de rapporten van de klinische performantie-indicatoren Algemene en universitaire ziekenhuizen

Nadere informatie

INHOUDSTAFEL LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN

INHOUDSTAFEL LIJST VAN TABELLEN EN FIGUREN INHOUDSTAFEL 1. Deelname 2 2. Enterobacter aerogenes 3 3. Multiresistente Enterobacter aerogenes (MREA) 4 3.1. Definitie van MREA 4 3.2. Aantal MREA-stammen per ziekenhuis 4 3.3. Resistentiecijfer 4 3.4.

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief MAART 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand van

Nadere informatie

Persbericht. Geregistreerde werkloosheid verder gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting

Persbericht. Geregistreerde werkloosheid verder gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek. Technische toelichting Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-065 16 maart 2000 9.30 uur Geregistreerde werkloosheid verder gedaald De werkloosheid is verder gedaald. Het aantal geregistreerde werklozen kwam in

Nadere informatie

Analyse van meerdere MVG financieringsjaren: BFM 2005 tot BFM 2009

Analyse van meerdere MVG financieringsjaren: BFM 2005 tot BFM 2009 DG1 Organisatie Gezondheidszorgvoorzieningen Inhoudstabel Analyse van meerdere MVG financieringsjaren: BFM 2005 tot BFM 2009 Annelies Ghesquiere, Anne Delvaux Augustus 2010 1. Inleiding 2 2. Verdeling

Nadere informatie

Handleiding benchmarkrapport MPG

Handleiding benchmarkrapport MPG Handleiding benchmarkrapport MPG Inhoudsopgave 1. Wat is een benchmarkrapport?... 2 2. Wanneer wordt het benchmarkrapport ter beschikking gesteld?... 2 3. Waar kan u het benchmarkrapport raadplegen?...

Nadere informatie

VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN

VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN VLAAMS MINISTERIE VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Evaluatierapport in het kader van het kwaliteitsdecreet Evaluatie van de zelfevaluatie AZ Sint-Maarten Mechelen April, 2006 1 Inleiding Sinds 1997

Nadere informatie

Vitalink gebruiksstatistieken

Vitalink gebruiksstatistieken RAPPORT Vitalink gebruiksstatistieken September 2017 Niki Van Den Eeckhaut - Thomas Van Langendonck 10-10-2017 VAZG 1 SAMENVATTING De opvallendste conclusie uit de statistieken van deze maand is het toenemend

Nadere informatie

Noord-Limburg , , ,2

Noord-Limburg , , ,2 Tabel : Evolutie toeristische aankomsten (bezoekers) 3-7 Toerisme Het aantal personen dat bij alle commer ciële logiesinrichtingen tegen betaling verbleven heeft, levert voor het verblijfstoerisme twee

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief AUGUSTUS 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief JULI 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand van

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief FEBRUARI 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief nieuwe stijl In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod De maandelijkse nieuwsbrief

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief OKTOBER 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Patiënten (niet-inwoners) in België

Patiënten (niet-inwoners) in België FOD Volksgezondheid SPF Santé Publique Observatorium voor Patiëntenmobiliteit Patiënten (niet-inwoners) in België DIRECTORAAT-GENERAAL GEZONDHEIDSZORG DGGS Dienst Datamanagement, Databankbeheer Eveline

Nadere informatie

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 2

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2011 / 2 ECONOMISCHE MONITOR EDE 211 / 2 De economische monitor geeft een beeld van de economie van de gemeente Ede in de afgelopen periode van 27 tot 211. De economische monitor is verdeeld in twee delen. Het

Nadere informatie

Kerncijfers. 1. Kerncijfers activiteiten Kerncijfers: nominaal

Kerncijfers. 1. Kerncijfers activiteiten Kerncijfers: nominaal Kerncijfers 1. Kerncijfers activiteiten 1.1. Kerncijfers: nominaal Structurele gegevens Erkende bedden 573 573 573 573 573 Verantwoorde bedden per 1 juli (1) (2) 551 561 557 559 565 Verantw. bedden chir.

Nadere informatie

Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij. - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010

Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij. - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010 Acute Opname Afdelingen, de pioniersfase voorbij - Beelden van AOA s - Jan van der Eijk 25 maart 2010 Onderdelen Hoe in aanraking gekomen met de AOA? Beelden van de AOA Eigenschappen van de AOA in vraag

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN ONDERVOEDING

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN ONDERVOEDING SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN 2014-2015-2016 ONDERVOEDING 1 Inhoudstafel I. INLEIDING... 3 II. METHODOLOGIE... 3 STRUCTUURINDICATOREN... 3 PROCESINDICATOREN... 5 RESULTAATINDICATOREN...

Nadere informatie

Zomer Bob Campagne 2017 PZ GRENS (KALMTHOUT)

Zomer Bob Campagne 2017 PZ GRENS (KALMTHOUT) 1. Huidige campagne Campagne 2017 Uw zone heeft 8.470 testen uitgevoerd, waarvan 1,26 % een positief resultaat hadden Dag Nacht sub-totaal Dag Nacht sub-totaal # totaal uitgevoerde testen 5.590 341 5.931

Nadere informatie

Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België:

Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Jaar 2010 B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2011 039 Depotnummer: D/2011/2505/67

Nadere informatie

Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische chronische ziekenhuizen:

Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische chronische ziekenhuizen: Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische chronische ziekenhuizen: Jaar 2008 B. Jans, Prof. M. Struelens & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2009 48 Depotnummer: D/2009/2505/

Nadere informatie

Clostridium difficile-infecties in Belgische ziekenhuizen : resultaten van de nationale surveillance. juli december 2008

Clostridium difficile-infecties in Belgische ziekenhuizen : resultaten van de nationale surveillance. juli december 2008 Clostridium difficile-infecties in Belgische ziekenhuizen : resultaten van de nationale surveillance juli 2006 - december 2008 Dr. Marie-Laurence Lambert Afdeling Epidemiologie Contact : mllambert@iph.fgov.be

Nadere informatie

Persbericht. Werkloosheid daalt niet meer. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Werkloosheid daalt niet meer. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-284 19 december 2000 9.30 uur Werkloosheid daalt niet meer Aan de jarenlange daling van de geregistreerde werkloosheid is een einde gekomen. De kortdurende

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind december 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen uitbetaalde cheques tijdens

Dienstencheques Situatie eind december 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen uitbetaalde cheques tijdens December 2017 Dienstencheques Situatie eind december 2017 Aangekochte cheques 6 650 801 tijdens de maand Aan de ondernemingen uitbetaalde cheques tijdens 7 234 926 de maand Aandeel elektronische dienstencheques

Nadere informatie

SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN. Tweede surveillancerapport : tweede semester 1994

SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN. Tweede surveillancerapport : tweede semester 1994 IHE SURVEILLANCE VAN DE MULTIRESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN DE BELGISCHE ZIEKENHUIZEN Tweede surveillancerapport : tweede semester 1994 Inleiding Resultaten 1. Deelname Niettegenstaande een

Nadere informatie

Arbeidsmarkt Onderwijs

Arbeidsmarkt Onderwijs Nieuwsbrief SEPTEMBER 2010 Arbeidsmarkt Onderwijs Inleiding In dit nummer 1 Inleiding 1 Vlaanderen - Vraag 3 Vlaanderen - Aanbod 5 Brussel - Vraag 6 Brussel - Aanbod Elke maand schetsen we u aan de hand

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid stijgt opnieuw sterk

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid stijgt opnieuw sterk Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB03-092 20 mei 2003 9.30 uur Werkloosheid stijgt opnieuw sterk In de periode februari april 2003 telt de werkloze beroepsbevolking gemiddeld 392 duizend

Nadere informatie

Persbericht. Geregistreerde werkloosheid gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Geregistreerde werkloosheid gedaald. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-164 19 juli 2000 9.30 uur Geregistreerde werkloosheid gedaald In het tweede kwartaal van dit jaar kwam het aantal geregistreerde werklozen uit op 173

Nadere informatie

Persbericht. Dalende tendens werkloosheid houdt aan. Centraal Bureau voor de Statistiek

Persbericht. Dalende tendens werkloosheid houdt aan. Centraal Bureau voor de Statistiek Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB00-110 18 mei 2000 9.30 uur Dalende tendens werkloosheid houdt aan Volgens de nieuwste cijfers van het CBS kwam het aantal geregistreerde werklozen in de

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind oktober 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen

Dienstencheques Situatie eind oktober 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen Oktober 2017 Dienstencheques Situatie eind oktober 2017 Aangekochte cheques 7.799.034 tijdens de maand Aan de ondernemingen 7.576.259 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische dienstencheques

Nadere informatie

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg

Overzicht uitgeschreven huisartsen NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg Overzicht uitgeschreven huisartsen 1990-2015 NIVEL Lud van der Velden Daniël van Hassel Ronald Batenburg ISBN 978-94-6122-424-8 http://www.nivel.nl nivel@nivel.nl Telefoon 030 2 729 700 Fax 030 2 729 729

Nadere informatie

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen

Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen De impact van de economische crisis in West Limburg Werkloosheidscijfers Tijdelijke werkloosheid Faillissementen MEI 2009 1. Werkloosheid 1.1 Niet werkende werkzoekenden Een eerste indicator die de economische

Nadere informatie

Aantal verhandelde groenestroomcertificaten en gemiddelde prijs

Aantal verhandelde groenestroomcertificaten en gemiddelde prijs Aantal verhandelde groenestroomcertificaten en gemiddelde prijs 1. Inleiding Dit document bevat gegevens betreffende de verhandelde groenestroomcertificaten van 1/2006 tot. 2. Tabellen en grafiek Tabel

Nadere informatie

De ontwikkeling van een heropnamemodel. Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD

De ontwikkeling van een heropnamemodel. Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD De ontwikkeling van een heropnamemodel Corine Penning, Jan van der Laan, Agnes de Bruin (CBS) Landelijke Themabijeenkomst Heropnamen DHD Aanleiding Heropname kan een indicator zijn voor sub-optimale zorg

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind mei 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen

Dienstencheques Situatie eind mei 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen Mei 2017 Dienstencheques Situatie eind mei 2017 Aangekochte cheques 7.500.646 tijdens de maand Aan de ondernemingen 7.385.717 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische dienstencheques

Nadere informatie

HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 :

HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 : HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 : ZONDER UITZONDERING NEGATIEVE EVOLUTIES VANAF HET VIERDE KWARTAAL VAN 28 VERKORTE VERSIE 1 Opmaak maart 29. Provinciehuis

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid WET MELDING COLLECTIEF ONTSLAG 2016 Jaarlijkse rapportage over de door bedrijven bij het UWV ingediende meldingen voor collectief ontslag maart 2017 M. Schaeps

Nadere informatie

Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België:

Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Surveillance van meticilline- resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in chronische ziekenhuizen in België: Jaar 2009 B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2010 065 Depotnummer: D/2010/2505/70

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind februari 2018 Aangekochte cheques

Dienstencheques Situatie eind februari 2018 Aangekochte cheques Februari 2018 Dienstencheques Situatie eind februari 2018 Aangekochte cheques 6.930.971 tijdens de maand Aan de ondernemingen 6.894.740 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische 58,13%

Nadere informatie

Statistiek: Spreiding en dispersie 6/12/2013. dr. Brenda Casteleyn

Statistiek: Spreiding en dispersie 6/12/2013. dr. Brenda Casteleyn Statistiek: Spreiding en dispersie 6/12/2013 dr. Brenda Casteleyn dr. Brenda Casteleyn www.keu6.be Page 2 1. Theorie Met spreiding willen we in één getal uitdrukken hoe verspreid de gegevens zijn: in hoeveel

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind november 2018 Aangekochte cheques

Dienstencheques Situatie eind november 2018 Aangekochte cheques November 2018 Dienstencheques Situatie eind november 2018 Aangekochte cheques 7.517.827 tijdens de maand Aan de ondernemingen 7.417.661 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische 62,97%

Nadere informatie

De Amsterdamse woningmarkt: voorzichtige stabilisatie

De Amsterdamse woningmarkt: voorzichtige stabilisatie De Amsterdamse woningmarkt: voorzichtige stabilisatie De problemen op de wereldwijde financiële markten hebben de economie inmiddels meer dan twee jaar in haar greep. Vanaf oktober 28 zijn de gevolgen

Nadere informatie

Elektrisch Rijden Personenauto s en laadpunten Analyse over 2018

Elektrisch Rijden Personenauto s en laadpunten Analyse over 2018 Pagina 1/5 Elektrisch Rijden Analyse over 2018 Elektrisch Rijden Personenauto s en laadpunten Analyse over 2018 INHOUD 1. Ontwikkeling van het en personenauto wagenpark in de afgelopen 5 jaren... 1 2.

Nadere informatie

Thermometer economische crisis

Thermometer economische crisis 9 Thermometer economische crisis oktober 20 Bestuursinformatie 07//20 gemeente Utrecht Inleiding In deze negende Thermometer economische crisis worden de recente ontwikkelingen op belangrijke gemeentelijke

Nadere informatie

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I

ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I ECONOMISCHE MONITOR EDE 2015 I In deze economische monitor vindt u cijfers over de werkgelegenheid en de arbeidsmarkt van de gemeente Ede. Van de arbeidsmarkt zijn gegevens opgenomen van de tweede helft

Nadere informatie

Samenstelling Levensloop Platina Fonds in 2015

Samenstelling Levensloop Platina Fonds in 2015 Samenstelling Levensloop Platina Fonds in 2015 januari 813,401 535,514 1,568 1,350,482.89 10,416.12 februari 835,453 519,550 4,203 1,359,207.13 9,964.25 maart 877,904 524,371 3,271 1,405,545.28 10,002.50

Nadere informatie

1. Algemeen klimatologisch overzicht, juli

1. Algemeen klimatologisch overzicht, juli Klimatologisch maandoverzicht juli 219 1. Algemeen klimatologisch overzicht, juli 219..... 1 2. Klimatologisch overzicht voor Ukkel, juli 219.... 4 Overzicht van de maandwaarden sinds 1981......... 4 Recordwaarden

Nadere informatie

januari 2007 Woningwaarde-index Kadaster (Nederland alle woningen jan 1995 = 100)

januari 2007 Woningwaarde-index Kadaster (Nederland alle woningen jan 1995 = 100) Persbericht Datum 14 20 augustus februari 2007 20 Gemiddelde koopsom januari stijgt met 2,21% Woningwaarde-index Kadaster januari stijgt tot 290,8 De Woningwaarde-index van het Kadaster is in de maand

Nadere informatie

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG

Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Ministerie van Volksgezondheid, Sociale Zaken, Leefmilieu Bestuur Gezondheidszorgbeleid Dinsdag 17 september 2002 Raamwerk en aanpak Actualisatie MVG Prof. Dr. W. Sermeus Prof. Dr. L. Delesie K. Van den

Nadere informatie

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs

Arbeidsmarktbarometer Onderwijs R A P P O RT Arbeidsmarktbarometer Onderwijs Basisonderwijs en secundair onderwijs december 2009 Vlaams ministerie van Onderwijs en Vorming Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) Koning Albert II-laan

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind februari 2019 Aangekochte cheques

Dienstencheques Situatie eind februari 2019 Aangekochte cheques Februari 2019 Dienstencheques Situatie eind februari 2019 Aangekochte cheques 7.220.795 tijdens de maand Aan de ondernemingen 7.374.732 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische 65,61%

Nadere informatie

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09

jul/09 mei/09 jun/09 sep/09 sep/08 jan/09 feb/09 mrt/09 jun/09 aug/09 sep/09 aug/09 HAAGSE MONITOR ECONOMISCHE RECESSIE 7 Deze monitor geeft zowel prognoses als gerealiseerde cijfers weer. Het vaststellen van gerealiseerde cijfers kost tijd, maar worden, zodra deze bekend zijn, in de

Nadere informatie

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990

Augustus 2018: aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Augustus : aantal jonge werkzoekenden op laagste niveau sinds 1990 Eind augustus telt het Brussels Gewest 8.605 jonge werkzoekenden. Voor de maand augustus is dat het laagste aantal in 28 jaar. Er zijn

Nadere informatie

Statistisch Bulletin. Jaargang 72 2016 25

Statistisch Bulletin. Jaargang 72 2016 25 Statistisch Bulletin Jaargang 72 2016 25 23 juni 2016 Inhoud 1. Arbeid en sociale zekerheid 3 Werkloosheid daalt verder 3 Werkloze beroepsbevolking (20) 4 2. Inkomen en bestedingen 5 Consument een stuk

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie. % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij hysterectomie % verblijven voor een hysterectomie waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen P4P indicatorenset 2018 Domein Effectiviteit

Nadere informatie

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden

34,0 32,0 30,0 28,0 26,0 24,0 22,0. Jaarlijkse evolutie. Jeugdwerkloosheid -534 eenheden Mei 2018: De jeugdwerkloosheid daalt 5 jaar ononderbroken De daling van de werkloosheid zet zich verder in Brussel. Eind mei telt het Brussels Gewest 87.912 werkzoekenden, wat overeenkomt met een werkloosheidsgraad

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind januari 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen

Dienstencheques Situatie eind januari 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen Januari 2017 Dienstencheques Situatie eind januari 2017 Aangekochte cheques 7.786.053 tijdens de maand Aan de ondernemingen 6.259.376 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische dienstencheques

Nadere informatie

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese

Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese INDICATORFICHE Antibioticaprofylaxe bij het plaatsen van een totale heupprothese % verblijven voor implantatie van een totale heupprothese waarbij antibioticaprofylaxe gebeurde volgens de antibioticarichtlijnen

Nadere informatie

Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering

Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering Evolutie van de schadefrequentie 2003-2012 in de BA motorrijtuigen verzekering Inhoud 1. Aantal schadegevallen BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie BA toerisme en zaken... 2 Schadefrequentie van

Nadere informatie

Thermometer economische crisis

Thermometer economische crisis 6 Thermometer economische crisis oktober 20 /11/20 1 Inleiding In deze zesde Thermometer economische crisis worden de recente ontwikkelingen op belangrijke gemeentelijke thema s gevolgd (economie, arbeidsmarkt,

Nadere informatie

Uit de INR-cijfers blijkt dat met een groei van 3,5 % de bouw de algemene economische groei (+1,2 %) in 2016 sterk gestimuleerd heeft.

Uit de INR-cijfers blijkt dat met een groei van 3,5 % de bouw de algemene economische groei (+1,2 %) in 2016 sterk gestimuleerd heeft. Variatie ten opzichte van hetzelfde kwartaal een jaar eerder Uit de cijfers blijkt duidelijk dat de bouw de algemene economische groei aanzienlijk heeft gestimuleerd in 2016. Maar welke factoren verklaren

Nadere informatie

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid WET MELDING COLLECTIEF ONTSLAG 2017 Jaarlijkse rapportage over de door bedrijven bij het UWV ingediende meldingen voor collectief ontslag april 2018 M. Schaeps

Nadere informatie

Vanaf werden 30 T-bedden buiten gebruik gesteld en ter beschikking gesteld voor het Noolim-project (mobiele teams).

Vanaf werden 30 T-bedden buiten gebruik gesteld en ter beschikking gesteld voor het Noolim-project (mobiele teams). Beddenbezetting en andere patiëntgerelateerde cijfers Psychiatrisch ziekenhuis Erkende bedden Dienst 2014 2015 2016 370 A 60 60 60 380 a-dag 13 13 13 390 a-nacht 1 1 1 410 T 79 79 79 410 Tg 80 80 80 420

Nadere informatie

I. Analyse van de resultaten van fase 1

I. Analyse van de resultaten van fase 1 Bijlage CGV 2016/396 Analyse van de resultaten voor de toepassing van de referentiebedragen: Berekening 2016 Gegevens 2013 Deze achtste toepassing van de referentiebedragen had betrekking op 113 voor een

Nadere informatie

STUDIE (F)050908-CDC-455

STUDIE (F)050908-CDC-455 Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas Nijverheidsstraat 26-38 1040 Brussel Tel. : 02/289.76.11 Fax : 02/289.76.09 COMMISSIE VOOR DE REGULERING VAN DE ELEKTRICITEIT EN HET GAS STUDIE

Nadere informatie

Toerisme in Caribisch Nederland 2016

Toerisme in Caribisch Nederland 2016 Paper Toerisme in Caribisch Nederland 216 Juli 217 CBS Centraal Bureau voor de Statistiek Losse elektronische publicatie, 1 Inhoud 1. Bonaire 3 1.1 Samenvatting 216 3 1.2 Toeristen per vliegtuig 4 1.3

Nadere informatie

Vastgoedbericht april 2009

Vastgoedbericht april 2009 20 mei 20 Vastgoedbericht april 20 Het Kadaster brengt maandelijks een vastgoedbericht uit. Hierin worden statistieken gepresenteerd met de ontwikkelingen van de afgelopen maand: de prijsindex, het aantal

Nadere informatie

Jaarverslag Ziekenhuis 195. Gemaakt op:

Jaarverslag Ziekenhuis 195. Gemaakt op: Jaarverslag 2015 Ziekenhuis 195 Gemaakt op: 2016-03-22 Inhoud Inleiding... 4 Minimale Data Set (MDS)... 5 Algemeen... 6 Aantal... 7 Her... 8 Herkomst... 9 Opnametype... 9 Leeftijd en Geslacht... 10 Reanimaties...

Nadere informatie

Dienstencheques Situatie eind juni 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen

Dienstencheques Situatie eind juni 2017 Aangekochte cheques tijdens de maand Aan de ondernemingen Juni 2017 Dienstencheques Situatie eind juni 2017 Aangekochte cheques 7.317.424 tijdens de maand Aan de ondernemingen 7.371.359 uitbetaalde cheques tijdens de maand Aandeel elektronische dienstencheques

Nadere informatie

1. Highlights. Rapportage 1e kwartaal 2016

1. Highlights. Rapportage 1e kwartaal 2016 1. Highlights PDOK Geodatastore De PDOK Geodatastore is in Q1 verder in bekendheid toegenomen. Inmiddels zijn er circa 25 datasets ondergebracht in de Geodatastore. PDOK is verder gestart met een uitrolcampagne

Nadere informatie

Inhoud. Nota in het kader van de coördinatieopdracht monitoring asielinstroom van het Agentschap Integratie en Inburgering

Inhoud. Nota in het kader van de coördinatieopdracht monitoring asielinstroom van het Agentschap Integratie en Inburgering Nota in het kader van de coördinatieopdracht monitoring asielinstroom van het Agentschap Integratie en Inburgering Publicatiedatum: 25 augustus 2016 Inhoud Inleiding... 2 1. Asielaanvragen in België januari

Nadere informatie

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN IN DE PSYCHIATRIE

SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN IN DE PSYCHIATRIE SAMENVATTING VAN DE RESULTATEN VAN DE FRKVA-INDICATOREN 2014-2015-2016 VRIJHEIDSBEPERKENDE MAATREGELEN IN DE PSYCHIATRIE 1 I. INLEIDING... 3 II. METHODOLOGIE... 3 STRUCTUURINDICATOREN DE STRUCTUUR INDICATOREN

Nadere informatie

1. Algemeen klimatologisch overzicht, februari

1. Algemeen klimatologisch overzicht, februari Klimatologisch maandoverzicht februari 219 1. Algemeen klimatologisch overzicht, februari 219.. 1 2. Klimatologisch overzicht voor Ukkel, februari 219. 3 Overzicht van de maandwaarden sinds 1981.........

Nadere informatie

Sprekende Cijfers 2014-3 Woningmarkt regio Noord-Holland. Sprekende Cijfers. Kwartaalbericht Q3 Woningmarkt Regio Noord-Holland

Sprekende Cijfers 2014-3 Woningmarkt regio Noord-Holland. Sprekende Cijfers. Kwartaalbericht Q3 Woningmarkt Regio Noord-Holland Sprekende Cijfers -3 Woningmarkt regio Noord-Holland Sprekende Cijfers Kwartaalbericht Woningmarkt Regio Noord-Holland Pagina 1 van 49 regio Amsterdam oktober Sprekende Cijfers -3 Woningmarkt regio Noord-Holland

Nadere informatie

Surveillance van. Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen:

Surveillance van. Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen: Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen: B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 11 18 ISSN nummer: 32-699 Wetenschappelijk Instituut

Nadere informatie

Surveillance van. Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen:

Surveillance van. Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen: Surveillance van Meticilline- Resistente Staphylococcus aureus (MRSA) in Belgische acute ziekenhuizen: Tweede semester 2009 B. Jans, Dr. O. Denis & BICS IPH/EPI REPORTS Nr. 2010 062 ISSN nummer: 2032-6599

Nadere informatie

SURVEILLANCE VAN METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN ACUTE ZIEKENHUIZEN IN BELGIË SURVEILLANCEFORMULIER

SURVEILLANCE VAN METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN ACUTE ZIEKENHUIZEN IN BELGIË SURVEILLANCEFORMULIER SURVEILLANCE VAN METICILLINE-RESISTENTE STAPHYLOCOCCUS AUREUS (MRSA) IN ACUTE ZIEKENHUIZEN IN BELGIË SURVEILLANCEFORMULIER Periode van: tot : Naam van het ziekenhuis: NSIH-code: Gegevens jaarlijks te leveren

Nadere informatie

Passanten in de Leidse binnenstad 2013

Passanten in de Leidse binnenstad 2013 Maart 214 Passanten in de Leidse binnenstad 213 Net als vorig jaar heeft City Traffic ook in 213 weer passanten geteld in de Leidse binnenstad. Deze tellingen leveren waardevolle informatie op om het binnenstadsbeleid

Nadere informatie

Facebook in Nederland Analyse Augustus 2012. Een analyse van fans, interactie en demografie

Facebook in Nederland Analyse Augustus 2012. Een analyse van fans, interactie en demografie Facebook in Nederland Analyse Augustus 2012 Een analyse van fans, interactie en demografie Inleiding Met 952 miljoen actieve gebruikers is Facebook het grootste sociale netwerk ter wereld. In Nederland

Nadere informatie

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd

De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd De jongerenwerkloosheid blijft verder dalen in Brussel: -9,3% in één jaar tijd Brussel, 1 oktober Eind september bedraagt de jongerenwerkloosheidsgraad, na een 64 e daling op rij, 24,7%. Brussel telt 9.477

Nadere informatie

Ontwikkeling leerlingaantallen

Ontwikkeling leerlingaantallen Ontwikkeling leerlingaantallen Elk jaar wordt op 1 oktober het leerlingaantal van elke basisschool geregistreerd door de Dienst Uitvoering Onderwijs (). Op basis van deze leerlingtelling wordt de bekostiging

Nadere informatie

Klimaatstatistieken van de Belgische gemeenten De Panne (nis 38008)

Klimaatstatistieken van de Belgische gemeenten De Panne (nis 38008) Klimaatstatistieken van de Belgische gemeenten De Panne (nis 388) 1. Luchttemperatuur en neerslag............ 2 2. Wind op 1 meter.................... 4 3. Zonnestraling en zonneschijnduur.......... 5

Nadere informatie