STUDIEKEUZEVOORLICHTING ONDER DE LOEP

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "STUDIEKEUZEVOORLICHTING ONDER DE LOEP"

Transcriptie

1 VLAAMSE VERENIGING VAN STUDENTEN STUDIEKEUZEVOORLICHTING ONDER DE LOEP Een vergelijkend onderzoek naar de studiebrochures in de Vlaamse hoger onderwijscontext VVS

2

3 Inhoudsopgave Samenvatting... 4 Inleiding... 6 Onderzoeksopzet... 7 Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten 10 Contacturen Zelfstudie Noodzakelijke karaktereigenschappen en competenties Noodzakelijke inhoudelijke kennis Hogeschool of universiteit Extra studiekosten Overzicht kenmerk Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten Arbeidsmarkt Beroepsperspectief Baangarantie Startloon Overzicht kenmerk Arbeidsmarkt Omvang studie en rendement Grootte van de studie Aantal eerstejaars Student-docent ratio Uitval in het eerste jaar Bachelorrendement Overzicht kenmerk Omvang studie en rendement Onderwijs en onderwijsomgeving Inhoud studie en studieprogramma Studiebegeleiding Fantastische faciliteiten Contact met docenten Topdocenten Taal van het onderwijs Deeltijd Didactische methode

4 Invulling keuzeruimte Excellentietraject Best beoordeeld / hoog op ranglijst Struikelvak Stage Diversiteits- en inclusiebeleids Studie- en studentenverenigingen Medebestuur of medezeggenschap Overzicht kenmerk Onderwijs en omgeving Instroom en Doorstroom Aansluiting master Persoonlijke studiebegeleiding Verwante opleidingen Studievoortgangsbewaking Toegangsadvies Infomomenten Overzicht kenmerk Instroom en doorstroom Internationalisering Buitenland Overzicht kenmerk Internationalisering Stad Huisvesting Stad Overzicht kenmerk Stad Hoogst en laagst scorende instellingen Top 15 brochures Vergelijkende grafieken Hogescholen vergeleken Universiteiten vergeleken Vergelijking universiteiten hogescholen Spreiding van de resultaten Vaststellingen Conclusie en aanbevelingen Bijlagen

5 Bijlage I: onderzochte opleidingen Bijlage II: overzicht kenmerken en indicatoren

6 Samenvatting Door de blijvende aandacht voor studiesucces en de juiste student op de juiste plaats is het belangrijk dat aankomende studenten beschikken over objectieve en vergelijkbare voorlichtingsbrochures. Aankomende studenten moeten ondersteund worden in hun behoefte aan informatie. Er zijn structurele problemen in de studievoorlichting via brochures. Ten eerste ontbreekt er in studiefolders veel noodzakelijke informatie die studiekiezers nodig hebben om hun studiekeuze te maken. Zo wordt er in 61% van de onderzochte brochures geen inzicht verschaft in de te verwachten contacturen en in 59% van de gevallen wordt geen inzicht gegeven in de extra studiekosten. Daarnaast ontbreekt er in 97% van het materiaal een indicatie van het te verwachten startloon en wordt er in 98% geen beeld geschetst van het aantal eerstejaars. Ook geeft maar 24% van de hogescholen en universiteiten uitleg bij de studievoortgangsbewaking. Verder mist in 10 van het materiaal inzicht in de student-docentratio of het studierendement. Al deze en meer ontbrekende gegevens zorgen voor een zeer onvolledig beeld van de te kiezen opleiding, terwijl de toekomstige student deze gegevens hard nodig heeft bij het maken van een keuze. Door het gebrek aan toereikende en vergelijkbare informatie wordt het voor studiekiezers moeilijk een passende en succesvolle studiekeuze te maken. Daarnaast blijkt dat er in brochures nog steeds misleidende informatie staat. In dit onderzoek zijn de claims van instellingen vergeleken met accreditatierapporten van de Nederlands-Vlaamse accreditatieorganisatie (NVAO). In sommige gevallen pakt deze vergelijking negatief uit zoals bij fantastische faciliteiten of topdocenten. Ook het taalgebruik kan in dit verband een stuk objectiever. Momenteel wordt er nog al te veel gebruik gemaakt van gekleurde en overmatige superlatieven. Ten slotte toont dit onderzoek aan dat er een groot verschil is tussen de hogescholen en universiteiten, maar ook tussen de verschillende opleidingen. Gelukkig zijn er ook instellingen die wel uitgebreid voorlichten zoals de Hogeschool Gent of de KU Leuven. Om tot betere voorlichting te komen, beveelt VVS het volgende aan: In de eerste plaats zou er moeten werk gemaakt worden van meer uniformiteit tussen de verschillende studiebrochures. Onderlinge afspraken over (minimum)vereisten waaraan een studiebrochure moet voldoen, zou het vergelijken voor studenten een stuk gemakkelijker maken. Wanneer instellingen bepaalde claims doen in hun voorlichtingsmateriaal, moeten deze onderbouwd worden met objectieve cijfers. Het gebruik van subjectieve informatie moet zoveel mogelijk beperkt worden. 4

7 Bij gebruik van cijfers om bepaalde claims te onderbouwen, is het belangrijk dat er onderlinge afspraken gemaakt worden welke cijfers er gebruikt worden. Wanneer alle instellingen dezelfde cijfers gebruiken zijn de claims ook vergelijkbaar voor studiekiezers. belangrijk de voorlichting via brochures en via de website meer te laten aansluiten bij overige studievoorlichtingsactiviteiten. Door alle voorlichtingsactiviteiten meer met elkaar te integreren, ontstaat een beter beeld van de opleiding. Het is belangrijk dat het voorlichtingsmateriaal gedeeld wordt met middelbare scholen. Schoolhoofden moeten goed op de hoogte zijn van alle verschillende opleidingsmogelijkheden en de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van studiekeuzebegeleiding. 5

8 Inleiding Studieoriëntering en de optimalisering ervan staat hoog aangeschreven op de beleidsagenda en vormde dan ook een veel besproken onderwerp de afgelopen jaren en maanden. Hoewel het doel steevast duidelijk is, namelijk een betere doorstroming van scholieren naar het hoger onderwijs, lopen de meningen over de te volgen weg dikwijls sterk uiteen. VVS heeft zich in dit debat altijd voorstander getoond van een vroegtijdige, proactieve aanpak die reeds van start gaat in het secundair onderwijs. Dit onderzoek kadert binnen deze discussie maar concentreert zich op één aspect ervan, namelijk het correct informeren van de toekomstige student. Meer bepaald hebben we een vergelijkende studie van een tiental studiebrochures van zowel hogescholen als universiteiten gemaakt. Door studiebrochures op een systematische manier te vergelijken en te beoordelen, proberen we een beeld te schetsen van de algemene kwaliteit van deze brochures in het Vlaamse hoger onderwijs. Dit onderzoek is gebaseerd op het Nederlandse voorbeeld van de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) die reeds aan de vierde editie van dit onderzoek toe zijn. Door het vergelijkend onderzoek jaarlijks te herhalen, zijn de Nederlandse studenten erin geslaagd significante verbeteringen aan te brengen in het voorlichtingsmateriaal en studiebrochures (o.a. de invoering van de verplichte bijsluiter studie in cijfers ). De vereisten voor objectieve informatie, aangestuurd vanuit de overheid, hebben voor significante verbeteringen gezorgd. De ambitie om een kenniseconomie te zijn die meedraait in de top van de wereld blijft een doelstelling van de overheid. In dit kader is het van groot belang om de juiste student op de juiste plek te krijgen. De beperkte middelen en de studenten moeten zo goed mogelijk ingezet worden om het meeste uit zowel de studenten als de instellingen te halen. Dit kan alleen worden bereikt met een traject van matching tussen de student en de opleiding of instelling. Goed en objectief voorlichtingsmateriaal vormt een belangrijk onderdeel van dit traject. Pas wanneer de studiekiezer daar toegang tot heeft, ontstaat er een correct beeld van wat er van een student verwacht wordt en wat de student zelf kan verwachten. Hoe kan immers van een student een weloverwogen en gemotiveerde studiekeuze worden verlangd wanneer deze onvolledig en/of onjuist wordt voorgelicht? Wij zullen, waar nodig, aanbevelingen doen om de kwaliteit van het voorlichtingsmateriaal te verbeteren zodat studiekiezers een eerlijke kans krijgen en zonder achterstand aan hun studiecarrière kunnen beginnen. Hiervoor gaan wij ook graag in gesprek met de betreffende, of andere, hogescholen en universiteiten om te bekijken hoe de voorlichtingsfolders verbeterd kunnen worden. 6

9 Onderzoeksopzet In navolging van onze Nederlandse collega s werd er in dit onderzoek voor gekozen om een vergelijking te maken tussen enkele brochures van de hoger onderwijsinstellingen. Instellingen promoten hun brochures via websites als een manier om over opleidingen meer informatie te verkrijgen. Hierdoor mag verwacht worden dat die brochures in ieder geval een compleet overzicht geven van de beschikbare informatie, zo niet een completer beeld dan de websites bieden. De volgende voorbeelden onderschrijven dit beeld: In beide gevallen raden we je aan deze brochure door te nemen. Ze maakt je wegwijs in alles wat het studiegebied sociaal-agogisch werk van VIVES je te bieden heeft. 1, In deze brochure kan je lezen hoe wij te werk gaan. 2, Een opleiding kiezen, hoe begin je daaraan? Met deze opleidingsbrochure in handen ben je goed op weg. We helpen je stap voor stap bij het maken van je studiekeuze door je alles te vertellen over de structuur en de inhoud van de opleiding, verder studeren en jobmogelijkheden. 3 Brochures geven daarnaast een beter vergelijkbaar beeld van de beschikbare informatie voor studiekiezers. Websites veranderen immers continu en informatie wordt op verschillende manieren aangeboden. Daarnaast verschilt de mate waarin informatie vindbaar is door de opzet van een website. Door een vergelijkend onderzoek te voeren naar de studiebrochures trachten we een dubbele doelstelling te realiseren: in eerste instantie trachten we een overzicht te geven van de compleetheid van de Vlaamse infobrochures: wat staat er vermeld en vooral, wat niet? In tweede instantie willen we de vergelijkbaarheid van de studiebrochures tussen de verschillende opleidingen en instellingen in kaart brengen: in hoeverre kan je op basis van studiebrochures dezelfde opleidingen vergelijken? Dit zijn twee belangrijke leidraden waar we in de conclusie op terugkomen. Het onderzoek omvat vijf verschillende bacheloropleidingen van de vijf universiteiten en vijf verschillende hogeschool bacheloropleidingen van 13 hogescholen. In totaal zijn er 81 voorlichtingsbrochures onderzocht. De onderzochte hogeschool opleidingen zijn: communicatiemanagement, verpleegkunde, sociaal werk, lerarenopleiding lager onderwijs en chemie. Op universitair niveau zijn de volgende opleidingen onderzocht: rechten, economie, bio-ingenieurswetenschappen, psychologie en architectuur. Deze opleidingen zijn gekozen om een gevarieerd aanbod te onderzoeken, bijvoorbeeld qua studentenaantallen en om wat voor soort studie het gaat. Niet op alle instellingen worden deze studies aangeboden. Daarom is waar mogelijk een variant 1 Verpleegkunde, Vives, Sociaal werk, KHLim, Rechten, UA,

10 onderzocht die nauw aansluit bij de zojuist genoemde studies. Zie voor het totale overzicht van alle onderzochte opleidingen bijlage I. De indicatoren op welke basis we de studiebrochures vergeleken hebben, zijn voor het merendeel overgenomen van onze Nederlandse collega s. Met behulp van gesprekken met studenten, aankomende studenten en onderzoek heeft de LSVb immers een representatieve lijst kunnen opmaken van kenmerken die van belang zijn om een goed beeld van een opleiding te krijgen en wat er van studenten verwacht wordt bij de desbetreffende opleiding. Enkele indicatoren waren enkel van toepassing op de Nederlandse context en deze hebben we logischerwijs weggelaten of verwisseld met een Vlaamse variant. Daarnaast hebben we echter ook een aantal indicatoren toegevoegd waarvan we overtuigd zijn dat ze wel degelijk een meerwaarde vormen voor de studiekiezer. Het betreft de volgende indicatoren: Universiteit/hogeschool, diversiteits- en inclusiebeleid, studie- of studentenverenigingen, persoonlijke begeleiding, studievoortgangsbewaking en infomomenten. De volledige lijst van indicatoren met hun desbetreffende betekenis zijn opgenomen in bijlage II. Op deze manier bekwamen we 41 indicatoren. De onderzochte indicatoren zijn per thema gegroepeerd om ook naar de onderlinge samenhang te kunnen kijken. Dit heeft geresulteerd in de volgende thema s: Studielast en verwachte inzet en kennis van studenten, Arbeidsmarkt, Omvang studie en rendement, Onderwijs en onderwijsomgeving, Instroom en Doorstroom, Internationalisering en Stad. Hieronder de volledige lijst van indicatoren per thema. 1. Studielast, verwachte inzet en verwachte kennis van studenten a. Aantal contacturen b. Zelfstudie c. Noodzakelijke karaktereigenschappen en competenties d. Noodzakelijke inhoudelijke kennis e. Hogeschool/Universiteit f. Extra studiekosten 2. Arbeidsmarkt a. Beroepsperspectief b. Jobgarantie c. Startloon 3. Omvang van de studie en studierendement a. Grootte van de studie b. Aantal eerstejaars c. Student-docent ratio d. Werkgroep grootte e. Uitval eerste jaar f. studierendement 8

11 4. Onderwijs en onderwijsomgeving a. Inhoud studie en studieprogramma b. Studiebegeleiding c. Fantastische faciliteiten d. Nauw contact met docenten e. Topdocenten f. Taal van het onderwijs g. Deeltijd h. Didactische methode i. Invulling keuzeruimte j. Excellentietraject k. Best beoordeeld/hoog op ranglijst l. Struikelvak m. Stage n. Diversiteits- en inclusiebeleid o. Studie/studentenverenigingen p. Medebestuur of medezeggenschap 5. In- en doorstroom a. Aansluiting master b. Persoonlijke studiebegeleiding c. Aanverwante opleidingen d. Studievoorgangsbewaking e. Toegangsadvies f. Infomomenten 6. Internationalisering a. Buitenland b. Internationale sfeer 7. Stad a. Huisvesting b. Stad De 81 brochures werden vervolgens gescreend op de aanwezigheid van bovenstaande indicatoren. De resultaten worden gepresenteerd in het volgende deel van dit rapport. 9

12 Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten Het eerste thema dat behandeld wordt, is verwachte inzet, kennis en competenties. Hierbij gaat het om onderwerpen die te maken hebben met wat er door instellingen van aankomende studenten verwacht wordt. Dit thema bestaat uit de volgende kenmerken: Contacturen Zelfstudie Noodzakelijke karaktereigenschappen en competenties Noodzakelijke inhoudelijke kennis Extra studiekosten Om elke student op de juiste plaats te krijgen, is het belangrijk dat wederzijdse verwachtingen duidelijk door instelling en student op elkaar afgestemd worden. Pas wanneer dit op een correcte wijze gebeurd is, kan er sprake zijn van matching. Daarom is het belangrijk dat de instellingen hun verwachtingen op een heldere en ondubbelzinnige manier communiceren. Hoe dat op dit moment gebeurt, zal aan de hand van bovenstaande kenmerken in dit hoofdstuk onderzocht worden. 10

13 Contacturen Bij contacturen is er gekeken of er in de brochures vermeld staat hoeveel contacturen een aankomende student gemiddeld per week kan verwachten. De meeste brochures hanteerden hier een voorbeelduurrooster 4 voor, anderen formuleerden het nog explicieter, bv. Gemiddeld heb je 22 contacturen per week 5, Dit is een voorbeeld van hoe je lesweek er zou kunnen uitzien, gemiddeld heb je 25 uur les per week. 6. Bij deze indicator is er evenwel sprake van een grijze zone: veel brochures maken het de student mogelijk via een uitleg over de betekenis van het studiepunt, zich een beeld te vormen over het te verwachten aantal contacturen. Deze opleidingen kregen een 0,5 op deze indicator omdat ze er melding van maken. Voorbeeld: Een studiepunt komt overeen met 25 tot 30 uren onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten 7, Per studiepunt moet je rekenen op 25 tot 30 uren studeren, lessen volgen en examens afleggen. 8 Het vermelden van het aantal contacturen is belangrijk omdat studiekiezers gewend zijn om op de middelbare school veel klassikaal les te krijgen. Bij de meeste studies in het hoger onderwijs is dit niet het geval. Daarom is het goed dat aankomende studenten op de hoogte worden gebracht van dit verschil. Daarnaast geeft het aantal contacturen samen met de verwachtte zelfstudietijd aan hoeveel tijdsinvestering er van een student verwacht wordt. In 78% van de universitaire folders wordt het aantal contacturen vermeld, bij de hogescholen is dit een pak lager (43%). Chemie is de best scorende hogeschool opleiding (5), communicatiemanagement scoort met 33,3% het laagst. Bij de universitaire opleidingen scoort bio-ingenieurswetenschappen het hoogst (87,5%), economie scoort met 7 het laagst. Er zijn 3 hogescholen die 10 scoren en 5 hogescholen vermelden niets over de contacturen. Twee universiteiten scoren 10 en alle universitairen scoren boven de 5. 4 Rechten, UGent Chemie, KdG, Sociaal Werk, Vives, Rechten, VUB, Bio-ingenieurwetenschappen, UA. 11

14 Contacturen totaal 25,5% 30,7% 43,8% Melding Contacturen hogescholen 51,02% 28,6% 20,4% Melding Contacturen universiteiten 0, 40,9% 59,1% Melding 12

15 Contacturen Contacturen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Contacturen volgens opleiding (hogescholen) ,33% 37,5 36,36% 38,46% 50,0 1 Richting , Contacturen volgens opleiding (universiteiten) 70, 87,5% 83,3% 80, Richting 13

16 Contacturen Contacturen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Contacturen volgens instelling 5 100, 100, 4 83,3% , 60, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Contacturen volgens instelling , 50, 50, 100, 25, 0, 0, 100, 0, 66,7% 0, 100, 66,7% Instelling 14

17 Zelfstudie Bij het kenmerk zelfstudie is er gekeken of er in de brochures duidelijk vermeld wordt dat er zelfstudie van de studenten verwacht wordt. Een kwantitatieve indicatie is goed, maar niet noodzakelijk want altijd afhankelijk van student tot student. Goede voorbeelden hiervan zijn: Eén studiepunt staat voor 25 à 30 uren studietijd. Dat omvat niet enkel college volgen, maar ook achteraf je nota s overlopen, naar de bibliotheek gaan, monitoraatsoefeningen volgen, zelfstudie Zo zit je al snel aan een 40 urenweek. 9, Gemiddeld heb je 20 lesuren per week. Daarnaast verwachten we van je dat je [ ] op zelfstandige basis leerstof verwerkt binnen of buiten de campus. 10 Om je hiervoor voldoende tijd te geven, is het aantal contacturen per week beperkt tot 8 à 10 uren. Per contactuur wordt drie à vier uur zelfstudie voorzien. 11. Bij deze indicator is er evenwel sprake van een grijze zone: veel brochures maken het de student mogelijk via een uitleg over de betekenis van het studiepunt, zich een beeld te vormen over het verwachtte aantal zelfstudie-uren. Deze opleidingen kregen een 0,5 op deze indicator omdat ze er melding van maken. Voorbeeld: Een studiepunt komt overeen met 25 tot 30 uren onderwijs-, leer- en evaluatieactiviteiten 12, Per studiepunt moet je rekenen op 25 tot 30 uren studeren, lessen volgen en examens afleggen. 13. De vermelding hiervan is belangrijk voor aankomende studenten omdat ze meestal van een onderwijsvorm komen waar de hoeveelheid thuiswerk veel minder zal zijn dan in het hoger onderwijs. Door duidelijk te maken wat hoger onderwijs inhoudt, wordt voorkomen dat er verkeerde vooronderstellingen bij de aankomende studenten zijn en dat ze hun tijd niet goed indelen. Ook is het belangrijk dat aankomende studenten beseffen dat er een grote mate van zelfstandigheid en verantwoordelijkheid van hen zal worden gevraagd binnen het hoger onderwijs. In slechts 44% van de brochures staat de zelfstudietijd vermeld. Er is een groot verschil tussen de score van hogescholen en universiteiten, hogescholen scoren 31% en universiteiten 59%. Chemie is de hoogst scorende opleiding op de hogescholen (36%), bio-ingenieurswetenschapppen scoort van de universitaire studies het hoogst met 75%.De PXL en Groep T scoren met 10 het hoogst onder de hogescholen, er is 1 universiteit met een 10 score en alle universiteiten scoren boven de 5. 9 Rechten, KUL, Lerarenopleiding, KdG, Rechten, UHasselt, Rechten, VUB, Bio-ingenieurswetenschapppen, UA,

18 Zelfstudie universiteiten 9,1% 59,1% 31,8% Melding Zelfstudie totaal 36,2% 23,1% 40,8% Melding Zelfstudie hogescholen 14,3% 63,3% 22,4% Melding 16

19 Zelfevaulatie Zelfevaulatie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Zelfstudie volgens opleiding (universiteiten) 70, 75, 66,7% 50, 50, Opleiding 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Zelfstudie volgens opleiding (hogescholen) 33,33% 35,71% 25,0 23,08% 18,18% Opleiding 17

20 Zelfstudie Zelfevaulatie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Zelfstudie volgens instelling , , 50, 60, 33,3% KUL Ugent UA VUB UH Instelling Zelfstudie volgens instelling , 50, 50, 100, 0, 25, 0, 0, 0, 33,3% 0, 100, 16,7% Instelling 18

21 Noodzakelijke karaktereigenschappen en competenties Brochures scoren op het kenmerk noodzakelijke karaktereigenschappen wanneer er een profiel geschetst wordt van de aankomende student. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de volgende kenmerken; student is nauwkeurig, student heeft een brede interesse, et cetera. Voorbeelden uit brochures hiervan zijn: Omdat jij van taal houdt. En van communicatie. Je bent creatief en nieuwsgierig. 14, Staan de mens en zijn omgeving bij jou centraal? Kijk je met een open geest de wereld in? [ ] Dan ben jij het talent dat we zoeken voor één van onze opleidingen. 15. In 99% van de brochures wordt inzicht gegeven in de noodzakelijke karaktereigenschappen die volgens de opleiding wenselijk zijn voor het goed doorlopen van de studie. Bij de hogescholen is de score 97%, bij de universiteiten 10. Dit is een zeer goede score voor onze instellingen. Enkel Vives valt in negatieve zin op met een score van 67%. 14 Commerciële communicatie, pr en voorlichting, AP, Verpleegkunde, HoGent,

22 Noodzakelijke karaktereigenschappen universiteiten 0, 100, Noodzakelijke karaktereigenschappen hogescholen 2, 98, Noodzakelijke karaktereigenschappen totaal 1, 99, 20

23 Noodzakelijke karaktereigenschappen Noodzakelijke karaktereigenschappen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 12 Noodzakelijke karaktereigenschappen volgens opleiding (universiteiten) , 100, 100, 100, 100, 2 Opleiding 12 Noodzakelijke karaktereigenschappen volgens opleiding (hogescholen) ,0 100,0 90,91% 100,0 100,0 2 Opleiding 21

24 Noodzakeljke karaktereigenschappen Noodzakelijke karaktereigenschappen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 9 Noodzakelijke karaktereigenschappen volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Noodzakelijke karaktereigenschappen volgens instelling , 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 66,7% Instelling 22

25 Noodzakelijke inhoudelijke kennis Brochures scoren op het kenmerk noodzakelijke inhoudelijke kennis wanneer er - naast de verplichte profielen - aanvullende informatie wordt gegeven over vakken die belangrijk zijn. Voorbeelden hiervan zijn: Empathie, communicatie, creativiteit, initiatief nemen, betrouwbaarheid, zelfstandigheid, verantwoordelijkheid en professionaliteit zijn competenties van een verpleegkundige. 16, Kennis en vaardigheden: voldoende wiskunde en wetenschappen (minstens pakket van neger uur in vooropleiding), goede kennis van het Engels. 17. In 63% van de brochures wordt noodzakelijke inhoudelijke kennis vermeld, de brochures van de hogescholen scoren in 48% van de gevallen, bij de universiteiten is dit 8. Dit is opnieuw een opvallend verschil tussen beide hoger onderwijsvormen. Bij de hogescholen scoort Groep T (10) het hoogst, KHLim scoort niet. Van de universitaire studies scoren rechten, economie en architectuur met 10 het hoogst, psychologie (67%) het laagst. Bij de hogescholen scoort communicatiemanagement niet, sociaal werk scoort het best met 63%. Drie universiteiten scoren 10 en 10 hogescholen scoren onder de 5. De VUB scoort evenmin. 16 Verpleegkunde, Howest, Psychologie, KUL,

26 Noodzakelijke inhoudelijke kennis universiteiten 22,7% 77,3% Noodzakelijke inhoudelijke kennis hogescholen 55,1% 44,9% Noodzakelijke inhoudelijke kennis totaal 38,9% 61,1% 24

27 Noodzakelijke inhoudelijke kennis Noodzakelijke inhoudelijke kennis Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Noodzakelijke inhoudelijke kennis volgens opleiding (universiteiten) 80, 80, 75, 66,7% 80, Opleiding 7 Noodzakelijke inhoudelijke kennis volgens opleiding (hogescholen) ,67% 63,64% 53,85% 42,86% 1 0,0 Opleiding 25

28 Noodzakelijke inhoudelijke kennis Noodzakelijke inhouedelijke kennis Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 9 Noodzakelijke inhoudelijke kennis volgens instelling , 100, 100, 100, , KUL Ugent UA VUB UH Instelling Noodzakelijke inhoudelijke kennis volgens instelling 50, 50, 25, 100, 75, 66,7% 50, 50, 50, 40, 0, 25, 40, Instelling 26

29 Hogeschool of universiteit Brochures scoren op dit kenmerk als ze duidelijk vermelden wat het verschil is tussen studeren aan een hogeschool en studeren aan een universiteit of wat het verschil is tussen academische en professionele bachelors. Een voorbeeld verduidelijkt meteen veel: Kies je voor een opleiding tot professionele bachelor, dan word je rechtstreeks voorbereid op een job [ ]. Een academisch gerichte bachelor opleiding is [ ] veeleer academisch van aard en heeft een sterke wetenschappelijke component. 18. Voor toekomstige studenten kan het immers belangrijk zijn om deze verschillen duidelijk te kunnen inschatten. In totaal maakt slechts 19% van de brochures melding van de verschillen tussen opleidingen aan de hogescholen en universiteiten. Aan de universiteiten is dit 16%, voor hogescholen zo n 23%. Uiteindelijk verduidelijken enkel de VUB (8), HoGent (10), KHLim (10) en Vives (10) het verschil op een heldere wijze. Qua individuele opleidingen vallen enkel rechten en communicatiemanagement in negatieve zin op (). 18 Algemene brochure, HoGent,

30 Hogeschool/universiteit universiteiten 19, 81, Hogeschool/universiteit hogescholen 20,8% 79,2% Hogeschool/universiteit totaal 20, 80, 28

31 Hogeschool/universiteit Hogeschool/universteit Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 35% 3 25% 2 15% 1 5% Hogeschool/universiteit volgens opleiding (universiteiten) 0,0 20,0 25,0 33,33% 20,0 Opleiding 3 25% 2 15% 1 5% Hogeschool/universiteit volgens opleiding (hogescholen) 0,0 25,0 18,18% 25,0 28,57% Opleiding 29

32 Hogeschool/universiteit Hogeschool/universiteit Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Hogeschool/universiteit volgens instelling , 0, 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Hogeschool/universiteit volgens instelling , 100, 100, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, Instelling 30

33 Extra studiekosten Bij het kenmerk extra studiekosten gaat het erom dat in de brochure vermeld staat hoeveel kosten de student moet maken naast het betalen van het wettelijke inschrijvingsgeld. Het gaat hierbij vooral om geld voor het aanschaffen van boeken, maar ook excursies, labojassen, en dergelijke. De kieswijzer van de VUB geeft op p.71 een goed overzicht van de mogelijke extra studiekosten. Een voorbeeld uit een andere brochure is: Naast het inschrijvingsgeld zal je ongeveer 350 euro uitgeven aan cursussen, handboeken, kopieën. 19. Bij deze indicator is er evenwel sprake van een grijze zone: veel brochures verwijzen voor de extra studiekosten door naar een aparte studiebrochure (die evenwel niet automatisch mee opgestuurd wordt). Deze opleidingen kregen een 0,5 op deze indicator omdat ze er melding van maken. Voorbeeld: Centen voor studenten: info over studiefinanciering. 20. In totaal wordt in 58% van de brochures minstens melding gemaakt van extra studiekosten. In slechts 16% wordt er werkelijk een bedrag vermeld, in 52% wordt er enkel melding van gemaakt. Hogescholen scoren significant lager dan universiteiten (respectievelijk 38% en 8). Bij de opleidingen aan de hogeschool valt er weinig variatie te bekennen (allen rond de 38%), qua instellingen scoren enkel HoGent en KHLim hoger dan 5 (maken meer dan enkel melding van extra studiekosten) en er zijn drie hogescholen die niet scoren op deze indicator. De universitaire opleidingen scoren allemaal rond de 8 op deze indicator, qua instellingen scoren zowel KUL, UH als UA Rechten, KUL, Architectuur, UGent,

34 Extra studiekosten universiteiten 0, 40,9% 59,1% Melding Extra studiekosten hogescholen 4,1% 32,7% 63,3% Melding Extra studiekosten totaal 16,3% 52,1% 31,6% Melding 32

35 Extra studiekosten Extra studiekosten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 84% Extra studiekosten volgens opleiding (universiteiten) 82% 8 78% 76% 74% 80, 80, 83,3% 80, 72% 75, 7 Opleiding 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% 41,67% Extra studiekosten volgens opleiding (hogescholen) 37,5 31,82% 34,62% 35,71% Opleiding 33

36 Extra studiekosten Extra studiekosten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Extra studiekosten volgens instelling , 100, 100, , 50, 1 KUL Ugent UA VUB UH Instelling Extra studiekosten volgens instelling , 50, 50, 50, 62,5% 50, 66,7% 50, 50, 1 12,5% 0, 0, 0, Reeks2 Instelling 34

37 Overzicht kenmerk Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten Na ieder kenmerk geven we een beknopt vergelijkend overzicht van dat kenmerk op basis van een radar-grafiek van de totale gemiddeldes van iedere indicator. We maken bovendien eveneens de opdeling naar hogeschool en universiteit. Op die manier wordt het mogelijk om te kijken waar de sterke en zwakke punten van een bepaald kenmerk liggen. Contacturen 10 8 Extra studiekosten Zelfstudie Totaal Universiteiten Hogeschool/universi teit Vereist karaktereigenschap pen en competenties Hogescholen Noodzakelijke inhoudelijke kennis Figuur 1 Overzicht kenmerk 'Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten' Voor het kenmerk Studielast en verwachtte inzet, kennis en competenties van studenten zien we een vrij grote variatie tussen de indicatoren. Vereiste karaktereigenschappen en competenties scoren duidelijk het hoogst. Extra studiekosten, contacturen en zelfstudie vormen de middenmoot en hogeschool/universiteit is duidelijk de slechts scorende kenmerk van dit kenmerk. Universiteiten scoren op alle indicatoren buiten hogeschool/universiteit hoger dan hogescholen. 35

38 36

39 Arbeidsmarkt Het tweede thema dat behandeld wordt, is arbeidsmarkt. Het gaat bij dit thema om onderwerpen die te maken hebben met de arbeidsmarkt van een specifieke opleiding. Dit thema is opgebouwd uit de volgende kenmerken: Beroepsperspectief Jobgarantie Startloon Er zijn al lang zorgen over het aantal aankomende studenten dat kiest voor een opleiding in de techniek. Eerlijke en heldere voorlichting over de perspectieven die een opleiding kan bieden, zou kunnen helpen om meer scholieren voor een carrière in deze richting te interesseren. Voor hogescholen is dit thema belangrijker dan voor universiteiten, het professionele bachelorsdiploma is veel meer een algemeen aanvaarde startkwalificatie dan een universitaire bachelor. Het merendeel van de afgestudeerden zal dan ook meteen de arbeidsmarkt op stromen, waar universitaire studenten bijna altijd nog een aansluitende masteropleiding gaan volgen. Tegelijkertijd is het belangrijk om te bedenken dat toekomstige ontwikkelingen op de arbeidsmarkt moeilijk te voorspellen zijn. Zodoende is er enige terughoudendheid geboden wanneer het aankomt op het toekomstperspectief van een bepaalde sector binnen de arbeidsmarkt. In dit hoofdstuk zal er aan de hand van de bovenstaande kenmerken gekeken worden naar de manier waarop hogescholen momenteel voorlichten over de arbeidsmarkt van door hen aangeboden opleidingen. 37

40 Beroepsperspectief Het kenmerk beroepsperspectief wordt gescoord wanneer een brochure aankomende studenten een beeld geeft van de beroepsmogelijkheden die een opleiding biedt. Een voorbeeld hiervan is: Het diploma bachelor in de chemie biedt je een waaier aan beroepsmogelijkheden. Je komt terecht in laboratoria en productieprocessen, je kan aan de slag in [ ] 21 Met je diploma [ ] kun je aan de slag op alle marketing- en communicatiedepartementen. Bij reclamebureaus, PR-agentschappen [ ] 22 In alle brochures staat het beroepsperspectief van de opleiding vermeld. In 10 van de brochures van de hogescholen en in 10 van de universitaire brochures wordt op dit kenmerk gescoord. 21 Chemie, HoGent, Reclame, event & experience, public relations, woordvoerder, digital media manager, Thomas More,

41 Beroepsperspectief universiteiten 0, 100, Beroepsperspectief hogescholen 0, 100, Beroepsperspectief totaal 0, 100, 39

42 Beroepsperspectief Beroepsperspectief Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Beroepsperspectief volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 100, Opleiding Beroepsperspectief volgens opleiding (hogescholen) 100,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Opleiding 40

43 Beroepsperspectief Beroepsperspectief Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Beroepsperspectief volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Opleiding Beroepsperspectief volgens instelling , 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, Instelling 41

44 Jobgarantie Brochures scoren op het kenmerk jobgarantie wanneer er overduidelijk de indruk wordt gewekt dat het bijna onmogelijk moet zijn om na het succesvol afronden van de studie geen job op niveau te vinden. Voorbeelden hiervan zijn: Uit onderzoek is gebleken dat een gediplomeerd bio-ingenieur niet langer dan drie maanden zoekt naar een eerste job in de sector van de afstudeerrichting 23, Je kan kiezen uit talrijke jobaanbiedingen en je hebt grote werkzekerheid in een breed werkveld. 24. In 57% van de brochures wordt een jobgarantie gegeven. 55% van de hogeschool folders en 59% van de universitaire folders scoren op dit kenmerk. Chemie (71%) en verpleegkunde (66%) zijn op het hogeschoolniveau de hoogvliegers. Bio-ingenieurswetenschappen (75%) en economie (8) scoren het hoogst bij de universiteiten. Deze opleidingen komen overeen met de maatschappelijke perceptie van arbeidsmarktgerichte opleidingen. Op instellingsniveau zien we dat de VUB () er in negatieve zin uitspringt bij de universiteiten en Arteveldehogeschool (10), Groep T (10) en Odisee (10) er in positieve zin uitspringen bij de hogescholen. 23 Bio-ingenieurswetenschappen, UA, Verpleegkunde, Thomas More,

45 Jobgarantie universiteiten 40,9% 59,1% Jobgarantie hogescholen 46,9% 53,1% Jobgarantie totaal 43,9% 56,1% 43

46 Jobgarantie jobgarantie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Jobgarantie volgens opleiding (universiteiten) , 80, 75, ,3% 40, Opleiding Jobgarantie volgens opleiding (hogescholen) 66,67% 71,43% 53,85% 33,33% 36,36% Opleiding 44

47 jobgarantie jobgarantie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 Jobgarantie volgens instelling , , 50, 66,7% 1 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Jobgarantie volgens instelling , 100, 50, 100, 100, 50, 25, 25, 60, 33,3% 40, 33,3% 25, Instelling 45

48 Startloon Brochures scoren op het kenmerk startloon wanneer er een indicatie gegeven wordt van de hoogte van het loon na het afstuderen. Voorbeeld hiervan is: De vraag is groot, de werkzekerheid een feit en de sector betaalt goed. 25. In slechts 3% van de folders wordt er een melding over het startloon gemaakt. Enkel de opleidingen chemie aan de KdG en de opleiding economie van de KUL maken er een verwijzing naar. 25 Chemie, KdG,

49 Startloon universiteiten 4,5% 95,5% Startloon hogescholen 2, 98, Startloon totaal 3,3% 96,7% 47

50 jobgarantie Baangarantie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 25% Startloon volgens opleiding (universiteiten) 2 15% 1 20, 5% 0, 0, 0, 0, Opleiding 16% 14% 12% 1 8% 6% 4% 2% Jobgarantie volgens opleiding (hogescholen) 14,29% 0,0 0,0 0,0 0,0 Opleiding 48

51 Startloon Baangarantie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 25% Jobgarantie volgens instelling 2 15% 1 20, 5% 0, 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling 3 25% 2 Startloon volgens instelling 15% 1 25, 5% 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, Instelling 49

52 Overzicht kenmerk Arbeidsmarkt Beroepsperspectief Totaal Universiteiten Hogescholen Startsalaris Baangarantie Figuur 2 Overzicht kenmerk 'Arbeidsmarkt' Hogescholen en universiteiten scoren duidelijk zeer gelijkaardig op de drie indicatoren van het kenmerk arbeidsmarkt. Toch zijn er grote verschillen tussen de indicatoren. Qua beroepsperspectief wordt er zeer hoog gescoord, op jobgarantie gemiddeld en startloon blijft nagenoeg onvermeld. 50

53 Omvang studie en rendement Het derde thema dat behandeld wordt, is omvang van de studie en rendement. De omvang van de studie wordt samen met het rendement behandeld omdat er vooral zorgen zijn over de rendementen van grote opleidingen. Dit thema bestaat uit de volgende onderdelen: Grootte van de studie Aantal eerstejaars Student-docent ratio Werkgroepgrootte Uitval in het eerste jaar Bachelorrendement De omvang van een studie is vooral belangrijk om studiekiezers erop te wijzen dat er soms grote verschillen in de groepsgrootte bestaan tussen het onderwijs op de middelbare school en het onderwijs op de hogeschool. Duidelijke communicatie op dit gebied kan de eerste schok over de massaliteit van hoger onderwijs verminderen. VVS vindt het zorgelijk dat er door de overheid en door de instellingen steeds meer op rendement wordt gefocust. Door de grotere waarde die er aan rendement wordt toegekend, is het belangrijk dat instellingen hier ook duidelijk over communiceren. 51

54 Grootte van de studie Brochures scoren op het kenmerk grootte van de studie wanneer ze op enige manier aankomende studenten duidelijk maken wat de omvang van de studie is. Dit kan een objectieve of subjectieve omschrijving betreffen. Voorbeelden hiervan zijn: Je gaat niet in de massa op, want je krijgt les in kleinere groepen. 26, We zijn een kleinschalige opleiding. Geen uitpuilende aula s, maar vaak les in relatief kleine groepen. 27. In 26% van de brochures wordt een indicatie van de omvang van de studie gegeven, zowel bij de hogescholen (27%) als de universiteiten (25%) ligt dit ongeveer op dezelfde hoogte. In meer dan de helft van de brochures wordt er dus geen melding gemaakt van de grootte van de studie. Tussen de opleidingen vallen er weinig significante verschillen op te merken, gekeken naar instellingsverschillen, zien we dat qua universiteiten enkel de VUB (10) en de UA (33%) scoren op deze indicator, qua hogescholen zijn dit KHLim (10), Vives (10), Odisee (25%), AP (75%) en Erasmushogeschool (5). De overige instellingen maken geen enkele melding van de grootte van de studie. 26 Architectuur, VUB, Sociaal werk, Erasmushogeschool, 2015; 52

55 Grootte van de studie universiteiten 27,3% 72,7% Grootte van de studie hogescholen 25, 75, Grootte van de studie totaal 26,1% 73,9% 53

56 Grootte van de studie Grootte van de studie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Grootte van de studie volgens opleiding (universiteiten) 40, 20, 25, 33,3% 20, Opleiding 35% 3 Grootte van de studie volgens opleiding (hogescholen) 25% 2 15% 1 33,33% 27,27% 25,0 28,57% 5% 0,0 Opleiding 54

57 Grootte van de studie Grootte van de studie Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 12 Grootte van de studie volgens instelling , 2 33,3% 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Grootte van de studie volgens instelling , 0, 25, 0, 50, 0, 0, 0, 0, 100, 0, 0, 100, Instelling 55

58 Aantal eerstejaars Brochures scoren op het kenmerk aantal eerstejaars wanneer er uit de brochures blijkt hoeveel eerstejaars studenten een studie telt. Een voorbeeld: arlijks kiezen meer dan 1500 eerstejaarsstudenten er voor om hun studie te beginnen aan de Erasmushogeschool Brussel. 28. Het weergeven van het aantal eerstejaars is een goede indicator voor studiekiezers om de omvang van de opleiding te kunnen bepalen. Wanneer dit goed vergelijkbaar gebeurt, kunnen studiekiezers een opleiding kiezen die qua omvang het beste bij hun wensen aansluit. Enkel de Erasmushogeschool Brussel vermeldt voor verpleegkunde en de lerarenopleiding lager onderwijs duidelijk het aantal eerstejaars. Voor de rest zijn er geen instellingen of opleidingen die voor deze indicator scoren. Er werden dan ook geen grafieken met betrekking tot de universitaire folders aangemaakt. Aantal eerstjaars universiteiten 0, 100, 28 Lerarenopleiding lager onderwijs, EhB,

59 Aantal eerstejaars hogescholen 4,1% 95,9% Aantal eerstejaars totaal 2, 98, 57

60 Aantal eerstejaars Aantal eerstejaars Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Aantal eerstejaars volgens richting (hogescholen) 9% 8% 7% 6% 5% 4% 3% 8,33% 7,69% 2% 1% 0,0 0,0 0,0 Opleiding Aantal eerstejaars volgens instelling , 1 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, Instelling 58

61 Student-docent ratio De brochures scoren op het kenmerk student-docent ratio wanneer deze ratio in de brochure wordt vermeld. Naast het aantal eerstejaars geeft dit kenmerk een goed idee van de omvang waarin het onderwijs wordt aangeboden. Hoe hoger de student-docent ratio, hoe onwaarschijnlijker het is dat er op een kleinschalige en intensieve wijze onderwijs wordt gegeven op de opleiding. In het kader van de beoogde kwaliteitsslag in het hoger onderwijs wordt veel nadruk gelegd op de intensivering van het onderwijs. Een deel van de hogescholen zijn voorstander van verruiming van de ruimte voor de toepassing van selectie aan de poort. Het mogelijk maken van kleinschalig en intensief onderwijs is een voornaam argument in deze discussie. Uit informatie over de student-docent ratio kan blijken of hogescholen hun beloften op dit gebied ook waar (kunnen) maken. Ondanks de duidelijke voordelen voor de student, vermeldt geen enkele folder de student-docent ratio. 59

62 Ratio docent-student universiteiten 0, 100, Ratio docent-student hogescholen 0, 100, Ratio docent-student totaal 0, 100, 60

63 Werkgroepsgrootte Opleidingen scoren op het kenmerk werkgroepsgrootte wanneer de omvang van de werkgroepen wordt omschreven. Dit kan zowel op kwantitatieve als op een meer subjectieve manier. Voorbeelden hiervan zijn: [ ] verplichte werkcolleges waar je dan met een man of praktische gerichte oefeningen krijgt. 29 Vaak verloopt de ondersteuning in kleinere groepen of zelfs individueel. 30, In kleine groepjes word je begeleid bij de verwerking van de leerstof. 31. In 87% van de brochures wordt de werkgroepsgrootte vermeld. In de hogeschool brochures is dit 74%, voor de universitaire brochures de volledige 10. Vooral communicatiemanagement en verpleegkunde scoren hoger dan de overige hogeschoolopleidingen. Op instellingsniveau zijn er een viertal hogescholen die 10 scoren, enkel de KHL scoort onder de 25%. 29 Rechten, VUB, Psychologie, Ugent, Economie, KUL,

64 Werkgroepgrootte universiteiten 0, 100, Werkgroepgrootte hogescholen 28,6% 71,4% Werkgroepgrootte totaal 14,3% 85,7% 62

65 Werkgroepgrootte Werkgroepgrootte Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Werkgroepgrootte volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 100, Opleiding Werkgroepgrootte volgens opleiding (hogescholen) ,33% 83,33% 63,64% 69,23% 57,14% Opleiding 63

66 Werkgroepgrootte Werkgroepgrootte Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Werkgroepgrootte volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Werkgroepgrootte volgens instelling , 100, 50, 100, 75, 75, 50, 100, 60, 100, 25, 60, 66,7% Instelling 64

67 Uitval in het eerste jaar Een brochure scoort op het kenmerk uitval in het eerste jaar wanneer aankomende studenten inzicht krijgen in het rendement van het eerste studiejaar. Het percentage studenten dat uitvalt in het eerste jaar zegt op zichzelf niets over de kwaliteit van een opleiding. Er kunnen immers verschillende redenen zijn waarom uitval bij een opleiding hoger is dan ergens anders. Wel kan hoge uitval een indicator zijn dat er iets mis is. In geen enkele brochure wordt er melding gemaakt van de uitval in het eerste jaar. 65

68 Uitval eerste jaar universiteiten 0, 100, Uitval eerste jaar hogescholen 0, 100, Uitval eerste jaar totaal 0, 100, 66

69 Bachelorrendement Brochures scoren op het kenmerk bachelorrendement wanneer studenten inzicht verschaft wordt over het rendement van de bachelor studie. Voor het bachelorrendement geldt hetzelfde als voor de uitval in het eerste jaar: het percentage studenten dat binnen een bepaalde tijd zijn diploma haalt, zegt op zichzelf niet voldoende over de kwaliteit van een opleiding. Er kunnen immers verschillende redenen zijn waarom het rendement bij een opleiding hoger is dan elders. Wel kan een laag rendement een indicator zijn dat er iets veranderd moet worden. Geen enkele brochure vermeldt het bachelorrendement. 67

70 Bachelorrendement universiteiten 0, 100, Bachelorrendement hogescholen 0, 100, Bachelorrendement totaal 0, 100, 68

71 Overzicht kenmerk Omvang studie en rendement Studierendem ent Grootte van de studie 1 0,8 0,6 0,4 0,2 0 Aantal eerstejaars Totaal Universteiten Uitval eerste jaar Ratio studentdocent Hogescholen Werkgroepgro otte Figuur 3 Overzicht kenmerk 'Omvang studie en rendement' Wat het kenmerk Omvang studie en rendement betreft, zien we dat universiteiten en hogescholen nauwelijks verschillen van scores. In totaal wordt er slechts op 2 van de 6 indicatoren gescoord; op werkgroep grootte wordt zeer hoog gescoord, op grootte van de studie in beperkte mate. 69

72 Onderwijs en onderwijsomgeving Het derde thema dat behandeld wordt, is onderwijs en onderwijsomgeving. Bij dit thema gaat het om onderwerpen die het onderwijs en de omgeving van het onderwijs aangaan. Deze onderwerpen moeten aankomende studenten een beeld geven van het opzet en inhoud van het onderwijs. Het gaat dus om een inhoudelijk inzicht in het onderwijs zodat voor een aankomende student duidelijk is hoe zijn onderwijs wordt vorm gegeven. De volgende kenmerken zullen in dit hoofdstuk worden onderzocht: Inhoud studie en studieprogramma Studiebegeleiding Fantastische faciliteiten Nauw contact met docenten Topdocenten Taal van het onderwijs Deeltijd Didactische methode Invulling keuzeruimte Excellentietraject Best beoordeeld / hoog op ranglijst Struikelvak Stage Diversiteits- en inclusiebeleid Studie- en studentenverenigingen Medezeggenschap en medebestuur De in dit thema besproken kenmerken dragen het meeste bij aan het inhoudelijke beeld dat een aankomende student van de opleiding krijgt. De roep om meer differentiatie kan bij uitstek in dit thema uitgewerkt worden. 70

73 Inhoud studie en studieprogramma Om te scoren op het kenmerk inhoud studie en studieprogramma moet er in de brochure minimaal verteld worden welke vakken er in het eerste jaar aangeboden worden en hoe het verdere verloop van de studie eruit ziet. Daarnaast moet er ook enig inzicht verschaft worden over de opbouw van de gehele studie en het aangeboden lesprogramma. Dit kenmerk is vooral belangrijk omdat aankomende studenten in staat worden gesteld een vergelijking tussen een bepaalde opleiding op verschillende instellingen te maken. Zo kan gezien worden welke verschillende zwaartepunten er in het curriculum zijn aangebracht. In totaal scoren 99% van de brochures op dit kenmerk. De universiteiten scoren hier allemaal 10 op en bij de hogescholen scoort enkel de opleiding communicatiemanagement van Howest niet op deze indicator. De manier waarop er gecommuniceerd wordt over de inhoud en het studieprogramma verschilt wel sterk. Zo zijn er grote verschillen in de overzichtelijkheid ervan evenals in de concrete toelichting bij de verschillende vakken. 71

74 Inhoud studie en studieprogramma universiteiten 0, 100, Inhoud studie en studieprogramma hogescholen 2, 98, Inhoud studie en studieprogramma totaal 1, 99, 72

75 Inhoud studie en studieprogramma Inhoud studie en studiepgrogramma Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Inhoud studie en studieprogramma volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 100, Opleiding Inhoud studie en studieprogramma volgens opleiding (hogescholen) ,33% 100,0 100,0 100,0 100,0 Opleiding 73

76 Inhoud studie en studieprogramma Inhoud studie en studieprogramma Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 9 Inhoud studie en studieprogramma volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Inhoud studie en studieprogramma volgens instelling , 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 75, Instelling 74

77 Studiebegeleiding Brochures scoren op het kenmerk studiebegeleiding wanneer in de brochure vermeld wordt dat eerstejaars studenten begeleiding krijgen van een mentor, lector of tutor. De meeste instellingen bieden bovendien extra begeleiding voor eerstejaarsstudenten aan. Voorbeelden hiervan zijn: Het monitoraat staat klaar om je te begeleiden en biedt ondersteuning bij de overgang van het secundair onderwijs naar onze universitaire opleidingen. 32, [ ] ruime aandacht voor begeleiding, die door de studenten erg gewaardeerd wordt. 33 Hoe studeren? Hoe zelfstudieopdrachten voorbereiden? Hoe examens voorbereiden en afleggen? Hoe het studeren plannen? Hiervoor stellen wij graag een studiebegeleider aan die jou hierin wegwijs kan maken. 34. In 99% van de brochures wordt vermeld dat er studiebegeleiding is in het eerste jaar. Bij de hogescholen is dit 98%, bij de universiteiten is het 10. We kunnen dus stellen dat nagenoeg alle instellingen en opleidingen studiebegeleiding aan eerstejaars aanbieden. Enkel Howest voor de opleiding van communicatiemanagement slaagde hier niet in. 32 Economie, KUL, Sociaal werk, Thomas More, Verpleegkunde, KHLim,

78 Inhoud studie en studieprogramma universiteiten 0, 100, Inhoud studie en studieprogramma hogescholen 2, 98, Inhoud studie en studieprogramma totaal 1, 99, 76

79 Inhoud studie en studieprogramma Inhoud studie en studiepgrogramma Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Inhoud studie en studieprogramma volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 100, Opleiding Inhoud studie en studieprogramma volgens opleiding (hogescholen) ,33% 100,0 100,0 100,0 100,0 Opleiding 77

80 Inhoud studie en studieprogramma Inhoud studie en studieprogramma Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 9 Inhoud studie en studieprogramma volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Inhoud studie en studieprogramma volgens instelling , 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 75, Instelling 78

81 Fantastische faciliteiten Brochures scoren op het kenmerk fantastische faciliteiten wanneer de faciliteiten omschreven worden met waardeoordelen die zeer bovengemiddeld zijn. Voorbeelden hiervan zijn: In de gloednieuwe More Media School stomen we je klaar voor de [ ] Op één plek krijg je een unieke waaier aan mogelijkheden in specialisaties en vervolgmogelijkheden in media- en communicatieopleidingen. 35 Op Spoor Noord, op dit ogenblik the place to be in Antwerpen, bouwt AP Hogeschool aan de nieuwe Campus Spoor Noord met ultramoderne aula s, labo s en praktijklokalen. 36 De faculteit rechtsgeleerdheid biedt een bruisende en stimulerende leeromgeving. Alle aula s zijn uitgerust met de nieuwste multimediafaciliteiten. 37. In 83% van de brochures wordt vermeld dat de opleiding fantastische faciliteiten heeft. Bij de hogescholen is dat 79%, bij de universiteiten 89%. Qua universiteiten is het enkel de UH die zich in bescheidener bewoordingen uitlaat over de eigen faciliteiten (67%), bij de hogescholen zijn het enkel Artevelde, Groep T, Thomas More, KHLim en de KHL die geen 10 scoren. Qua opleidingen zijn er minder relevante verschillen. Wanneer echter de opleidingen die aangeven dat ze fantastische faciliteiten hebben vergeleken worden met de opleidingen die dat niet vermelden, blijkt dat de NVAO de instellingen die aangeven dat ze fantastische faciliteiten hebben niet hoger beoordelen op studiefaciliteiten. De omschrijving van fantastische faciliteiten lijkt dus nogal subjectief te zijn, waardoor de toegevoegde waarde onduidelijk is. 35 Reclame, event & experience, public relations, woordvoerder en digital media manager, Thomas More, Campus Spoor Noord, AP, Rechten, KUL,

82 Fantastische faciliteiten universiteiten 9,1% 90,9% Fantastische faciliteiten hogescholen 16,3% 83,7% Fantastische faciliteiten totaal 12,7% 87,3% 80

83 Fantastische faciliteiten Fantastische faciliteiten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Fantastische faciliteiten volgens opleiding (universiteiten) 60, 100, 100, 100, 100, Opleiding Fantastische faciliteiten volgens opleiding (Hogescholen) ,0 91,67% 72,73% 76,92% 85,71% Opleiding 81

84 Fantastische faciliteiten Fantastische faciliteiten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Fantastische faciliteiten volgens instelling , 80, 100, 100, 66,7% KUL Ugent UA VUB UH Instelling Fantastische faciliteiten volgens instelling , 25, 100, 0, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 80, 66,7% 50, Instelling 82

85 Contact met docenten Brochures scoren op het kenmerk nauw contact met docenten wanneer dit letterlijk zo vermeld wordt of wanneer dit uit de omschrijving van het contact tussen docent en student is af te leiden. Voorbeelden hiervan zijn: Dankzij actieve lessen in beheersbare -- lees zeer kleine -- groepen, staan studenten en docenten zeer dicht bij mekaar. 38, Contacten tussen lectoren en studenten verlopen open en vlot: spontane contacten, voldoende tijd voor persoonlijke begeleiding bij stage, bachelorproef of projectmatig onderwijs. 39. In 59% van de brochures wordt vermeld dat er nauw contact tussen studenten en docenten is. Bij hogescholen is dit 44%, bij universiteiten is dit zo n 74%. Bij de hogescholen scoren verpleegkunde en communicatiemanagement het hoogst met 5. In het universitair onderwijs scoort psychologie het hoogst met 10, rechten en economie scoren het laagst met 6. Drie hogescholen scoren 10, 3 hogescholen scoren niet. De KUL en de UA scoren zeer slecht op deze indicator, bij de hogescholen zijn het vooral Ehs, GroepT, HoGent, KdG, Thomas More, KHL en PXL die opvallend onder het gemiddelde scoren. 38 Verpleegkunde, Odisee, Sociaal werk, Vives,

86 Contact met docenten universiteiten 27,3% 72,7% Contact met docenten hogescholen 42,9% 57,1% Contact met docenten totaal 42,2% 57,8% 84

87 Contact met docenten Contact met docenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Contact met docenten volgens opleiding (universiteiten) 60, 60, 75, 100, 80, Opleiding 6 5 Contact met docenten volgens opleiding (hogescholen) ,0 50,0 36,36% 38,46% 42,86% Opleiding 85

88 Contact met docenten Contact met docenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Contact met docenten volgens instelling , 100, 100, , 1 20, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Contact met docenten volgens instelling , 100, 100, 75, 75, 50, 25, 0, 0, 25, 0, 0, 20, Instelling 86

89 Topdocenten Brochures scoren op het kenmerk topdocenten wanneer de kwaliteit van de docenten omschreven wordt met waardeoordelen die hoger dan goed zijn. Voorbeelden hiervan zijn: [ ] voorziet ze in haar eigen excellente professoren, ook heft ze jaarlijks [ ] buitenlande professoren en onderzoekers te gast. 40, Je krijgt les van een ploeg enthousiaste en gedreven professoren die zowel op nationaal als internationaal niveau toonaangevend zijn in hun vakgebied. 41. De kwaliteit van docenten is een belangrijke indicator voor de kwaliteit van een opleiding. Maar zeggen dat je docenten top zijn, maakt ze nog niet top. Het zou voor aankomende studenten dan ook beter zijn wanneer dit kenmerk op enige wijze gekwantificeerd zou worden. Naast het percentage docenten met een mastergraad wat wellicht te abstract voor aankomende studenten is, zou gedacht kunnen worden aan de NVAO oordelen over de kwaliteit van het onderwijzend personeel of de studentenoordelen uit de studentenenquêtes. In totaal vermelden 9% van de brochures dat de opleidingen topdocenten hebben. Op de hogescholen is dit 6%, op de universiteiten is dit 12%. Qua opleidingen valt het bij de universiteiten op dat vooral psychologie (33%) en rechten (4) hoog scoren, qua hogescholen scoort enkel de lerarenopleiding lager onderwijs (15%) op deze indicator. Op instellingsniveau zien we vooral dat slechts enkele instellingen hun docenten als topdocenten bestempelen. Wanneer we de claims van topdocenten van de opleidingen vergelijken met de visitatierapporten van deze opleidingen, blijkt dat opleidingen hier zelden over liegen. De visitatierapporten beoordelen personeel echter op een drietal facetten, een goed op één facet is voor de meeste opleidingen al voldoende om hun docenten als topdocenten te bestempelen. Als vanzelfsprekend is dit iets te kort door de bocht. Bij andere opleidingen vinden we dan weer niets terug in de visitatierapporten over al dan niet excellente docenten. 40 Rechten, KUL, Psychologie, VUB,

90 Topdocenten universiteiten 13,6% 86,4% Topdocenten hogescholen 6,1% 93,9% Topdocenten totaal 9,9% 90,1% 88

91 Topdocenten Topdocenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% Topdocenten naar opleiding (universiteiten) 40, 33,3% 0, 0, 0, Opleiding Topdocenten volgens opleiding (hogescholen) 18% 16% 14% 12% 1 8% 6% 15,38% 4% 8,33% 2% 0,0 0,0 0,0 Opleiding 89

92 Topdocenten Topdocenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 25% Topdocenten volgens instelling 2 15% 1 20, 20, 20, 5% 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Topdocenten volgens instelling 35% 3 25% 2 15% 1 25, 20, 33,3% 5% 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 0, Instelling 90

93 Taal van het onderwijs Brochures scoren op het kenmerk taal van het onderwijs wanneer uit de brochure blijkt in welke taal het onderwijs gegeven wordt. Het gaat hierbij niet om de taal van de literatuur. Voorbeelden hiervan zijn: Tot slot staat er een pakket talen op het programma. In de eerste twee bachelorjaren bestaat dit pakket zowel uit Economisch Engels als uit Economisch Frans. 42, Verruim je horizon en kies voor een anderstalig traject. Gedurende één semester kan je een aantal opleidingsonderdelen volgen in het Engels. 43. Het is voor studenten belangrijk dat duidelijk wordt wat de taal van het onderwijs is. Er is in dit onderzoek niet gekeken wat de werkelijke taal van het onderwijs is; studies die dat niet vermelden in hun voorlichtingsbrochures zouden gewoon in het Nederlands gegeven kunnen worden maar ook in het Engels. In totaal 44% van de brochures wordt de taal van het onderwijs expliciet benoemd. Bij de hogescholen is dit 41%, bij de universitaire opleidingen 49%. Communicatiemanagement scoort het hoogst met 5 bij de hogescholen, economie met 8 bij de universiteiten. Een drietal hogescholen scoort 10 op deze indicator, 4 hogescholen scoorden niet. De KUL scoort evenmin op talen, de UGent scoort Economie, UGent, Sociaal Werk, Arteveldehogeschool,

94 Taal van onderwijs universiteiten 50, 50, Taal van onderwijs hogescholen 36,7% 63,3% Taal van onderwijs totaal 43,4% 56,6% 92

95 Taal van onderwijs Taal van onderwijs Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context , Taal van onderwijs volgens opleiding (universiteiten) 80, 50, 33,3% 20, Opleiding 6 5 Taal van onderwijs volgens opleiding (hogescholen) ,0 25,0 36,36% 38,46% 42,86% Opleiding 93

96 Taal van onderwijs Taal van onderwijs Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 Taal van onderwijs volgens instelling , , 50, 33,3% 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Taal van onderwijs volgens instelling , 100, 100, 100, 50, 25, 25, 0, 0, 33,3% 75, 20, 0, Instelling 94

97 Deeltijd Brochures scoren op het kenmerk deeltijd wanneer specifiek vermeld wordt of een opleiding wel of niet in deeltijd wordt aangeboden. Een opleiding scoort dus ook op dit kenmerk wanneer expliciet vermeldt wordt dat het onderwijs niet in deeltijd gevolgd kan worden. Voorbeelden hiervan zijn: Naast het dagonderwijs kunnen werkenden of werkzoekenden, om familiale of professionele redenen, ook s avonds cursus volgen. 44, Instappen in deze boeiende opleiding kan je niet alleen via het traditionele dagonderwijs, maar ook via brugprogramma s en alternatieve trajecten. 45. In 45% van de brochures staat vermeld of de opleiding wel of niet in deeltijd wordt aangeboden. Bij hogescholen is dit 73%, bij universiteiten slechts 19%.Dit grote verschil is opvallend. Bij de hogescholen scoren vooral communicatiemanagement (83%)en verpleegkunde (81%)goed op deze indicator, bij de universiteiten scoort vooral rechten (4). Qua instellingen zien we bij de universiteiten dat enkel de UA behoorlijk scoort met zo n 75%, bij de hogescholen scoren 6 instellingen de volle Rechten, VUB, Verpleegkunde, Thomas More,

98 Deeltijd universiteiten 18,2% 81,8% Deeltijd hogescholen 30,6% 69,4% Deeltijd totaal 43,8% 56,2% 96

99 Deeltijd Deeltijd Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Deeltijd volgens opleiding (universiteiten) 45% 4 35% 3 25% 2 40, 15% 1 5% 20, 25, 0, 0, Opleiding Deeltijd volgens opleiding (hogescholen) 83,33% 81,82% 66,67% 69,23% 28,57% Opleiding 97

100 Deeltijd Deeltijd Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Deeltijd volgens instelling , 1 20, 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Deeltijd volgens instelling , 100, 100, 100, 25, 100, 75, 0, 60, 100, 75, 60, 100, Instelling 98

101 Didactische methode Brochures scoren op het kenmerk didactische methode wanneer er in de brochure expliciet vermeld wordt welke onderwijsmethode er gehanteerd wordt. Voorbeelden hiervan zijn: "Aan de UHasselt gebruiken we een mix van onderwijsvormen. Naast hoorcolleges krijg je individuele of groepsopdrachten, bespreek je de leerstof en gemaakte opdrachten in responsiecolleges, werk je in leer- of onderwijsgroepen, volg je practica-, labo- of oefeningensessies. Je neemt deel aan seminaries, je werkt aan projecten, je gaat op stage of excursie... De combinatie van verschillende werkvormen is niet alleen resultaatgericht, het zorgt ook voor afwisseling! 46 Probleemgestuurd onderwijs: [ ] In kleine groepen van ongeveer 14 studenten, de zogenaamde onderwijsgroepen, is er een continue coaching van het leerproces door de lector. Wekelijks zijn er nog enkele hoorcolleges waar theoretische en praktische kaders uiteengezet worden. Minstens de helft van de opleiding bestaat uit practica en stages. 47. In 68% van de brochures wordt inzicht verschaft over de gehanteerde didactische methode. Bij de hogescholen is dit 7, bij universiteiten 66%. Bij de hogescholen scoort communicatiemanagement het hoogst (92%) en Leraar lager onderwijs en chemie het laagst (58%). Bij de universiteiten is het vooral bio-ingenieurswetenschappen dat goed scoort met 85%. Op instellingsniveau is het vooral de UGent en de UHasselt die goed scoren bij de universitairen, qua hogescholen zijn er drie hogescholen die 10 scoren, de KHL scoort het minst met 13%. 46 Architectuur, UH, Verpleegkunde, PXL,

102 Didactische methode universiteiten 31,3% 68,8% Didactische methode hogescholen 26,8% 73,2% Didactische methode totaal 28,9% 71,1% 100

103 Didactische methode Didactische methode Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Didactische methode volgens opleiding (universiteiten) 50, 50, 87,5% 66,7% 70, Opleiding Didactische methode volgens opleiding (hogescholen) ,67% 75,0 72,73% 57,69% 57,14% Opleiding 101

104 Didactische methode Didactische methode Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 Didactische methode volgens instelling , 100, , 37,5% 50, 1 KUL Ugent UA VUB UH Instelling Didactische methode volgens instelling 75, 100, 37,5% 100, 100, 87,5% 75, 75, 60, 66,7% 12,5% 80, 50, Instelling 102

105 Invulling keuzeruimte Brochures scoren op het kenmerk invulling keuzeruimte wanneer studenten inzicht wordt verschaft in de omvang en/of de mogelijke invulling van de keuzeruimte in het curriculum. Voorbeelden hiervan zijn: [ ] dat je je ook kunt onderscheiden dankzij talrijke keuze- en combinatiemogelijkheden. Naast je diplomarichting kun je bijvoorbeeld verdiepen in een nevenspecialisatie [ ]. 48, Je kan kiezen uit de volgende afstudeerrichtingen. 49. De beschikbare keuzeruimte en de manier waarop studenten die kunnen invullen, kan van belang zijn voor aankomende studenten bij het bepalen van hun studiekeuze. Studenten die liever een breed programma volgen, zouden een voorkeur kunnen hebben voor een studieprogramma wat meer keuzeruimte omvat. Inzage in de te kiezen vakken kan studenten die zich willen verdiepen een beeld geven hoe ze dat bij de betreffende studie kunnen vorm geven. In 86% van de brochures wordt de mogelijke invulling van de keuzeruimte besproken. De hogescholen scoren iets hoger dan het gemiddelde (9), de universiteiten iets lager (82%). Negen hogescholen en een drietal universiteiten scoren 10 op deze indicator. Enkel UA en AP scoren hier slechts 5 op. Op opleidingsniveau zien we betrekkelijk kleine verschillen. Bij de universiteiten zien we evenwel wel een slechtere score van psychologie (67%) en architectuur (66%). 48 Bio-ingenieurswetenschappen, UGent, Rechten, VUB,

106 Invulling keuzeruimte universiteiten 18,2% 81,8% Invulling keuzeruimte hogescholen 10,2% 89,8% Invulling keuzeruimte totaal 14,2% 85,8% 104

107 Invulling keuzeruimte Invulling keuzeruimte Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Invulling keuzeruimte volgens opleiding (universiteiten) 80, 100, 100, 66,7% 60, Opleiding Invulling keuzeruimte volgens opleiding (hogeschool) ,0 100,0 90,91% 76,92% 85,71% 2 Opleiding 105

108 Invulling keuzeruimte Invulling keuzeruimte Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Invulling keuzeruimte volgens instelling , 100, 100, 50, 60, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Invulling keuzeruimte volgens instelling , 100, 100, 100, 75, 100, 75, 75, 100, 100, 100, 100, 100, Instelling 106

109 Excellentietraject Brochures scoren op het kenmerk excellentietraject wanneer in de brochure wordt vermeld dat er excellentieprogramma s binnen de opleiding of instelling als student van de opleiding zijn te volgen. Een voorbeeld hiervan is: De faculteit wil betere studenten van de opleidingen TEW: bedrijfskunde, TEW: economisch beleid, handelsingenieur (in de beleidsinformatica) en sociaal- economische wetenschappen in hun master een extra competentie-ontwikkelingstraject aanbieden. Via interactieve sessies in kleine groep worden managementvaardigheden aangescherpt in het Junior Managers Programme (JuMP). 50, Ben je er na je eerste bachelorjaar van overtuigd dat universiteit voor jou net dat ietsje meer mag zijn? Dan zijn de hounoursprogramma s van de UGent beslist iets voor jou. 51 In 17% van de brochures staat iets over excellentietrajecten vermeld. Voor de universiteiten betreft dit 34% terwijl geen enkele hogeschool een excellentietraject lijkt aan te bieden. Aan de universiteiten biedt de UGent voor iedere onderzochte opleiding een dergelijk traject aan, de KUL biedt er één aan voor de opleiding psychologie en de UA voor economie en bioingenieurswetenschappen. 50 Economie, UA, Iedere brochure, UGent,

110 Excellentietrajecten universiteiten 36,4% 63,6% Excellentietrajecten hogescholen 0, 100, Excellentietraject totaal 18,2% 81,8% 108

111 Excellentietraject Titel Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 7 Excellentietraject volgens opleiding (universiteiten) , 50, 66,7% 1 20, 20, Titel Excellentietraject volgens instelling , , 20, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling 109

112 Best beoordeeld / hoog op ranglijst Brochures scoren op het kenmerk best beoordeeld/hoog op ranglijst wanneer er op enige wijze verwezen wordt naar hoge beoordelingen door studenten, ranglijsten et cetera. Voorbeelden hiervan zijn: Ter gelegenheid van de meest recente visitatie hadden Vlaamse en buitenlandse experten alleen maar lof voor de opbouw van het curriculum, de didactische aanpak en de leermethoden [ ] 52, Ook de VUB krijgt lovende visitatierapporten. 53. Zoals uit de bovenstaande voorbeelden al blijkt, worden opleidingen op verschillende manieren aangeprezen. Maar doordat het niet op eenduidige manier gebeurt, is het niet goed vergelijkbaar. Daar komt nog bij dat veel dezelfde studie zich allemaal op de een of andere manier als beste zien. Dit kunnen ze natuurlijk onmogelijk allemaal zijn. Daarbij zou het beter zijn als alle hogescholen en universiteiten samen tot een indicator voor vergelijking van beoordelingen zouden komen, bv. de accreditatieoordelen van de NVAO. In 17% van de brochures wordt vermeld dat de opleiding op een of andere manier als beste is beoordeeld of hoog op een ranglijst staat. Bij de hogescholen is dit 11%, bij de universiteiten 24%. Arteveldehogeschool (10)en VUB (8) zijn de twee hoogst scorende instellingen. Elke claim op het beste zijn hebben we eveneens nagetrokken in de visitatierapporten van de betreffende instelling. Hieruit blijkt dat opleidingen zelden liegen hieromtrent maar de realiteit toch vaak rooskleuriger voorstellen dan dat ze is. Zo zijn er vaak meerdere richtingen die goed of excellent scoren op een bepaald aspect en dit wordt uiteraard niet vermeld in de brochures. Een goed op een bepaald kenmerk kan bovendien ook (on)voldoendes op enkele indicatoren van dat kenmerk verbloemen. Vertrekkende vanuit deze vaststellingen, kunnen we hier opnieuw ijveren voor een eenduidig gebruik van bepaalde vergelijkingsindicatoren. 52 Rechten, UGent, Economie, VUB,

113 Best beoordeeld/hoog op ranglijst universiteiten 27,3% 72,7% Best beoordeeld/hoog op ranglijst hogescholen 12,2% 87,8% Best beoordeeld/hoog op ranglijst totaal 19,8% 80,2% 111

114 Best beoordeeld/hoog op ranglijst Best beoordeeld/hoog op ranglijst Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 45% Best beoordeeld/hoog op ranglijst volgens opleiding (universiteiten) 4 35% 3 25% 2 40, 40, 33,3% 15% 25, 1 5% 0, Opleiding 2 18% 16% 14% 12% 1 8% 6% 4% 2% Best beoordeeld/hoog op ranglijst volgens opleiding (hogescholen) 16,67% 8,33% 18,18% 7,69% 14,29% Opleiding 112

115 Best beoordeeld/hoog op de ranglijst Best beoordeeld/hoog op ranglijst Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Best beoordeeld/hoog op ranglijst volgens instelling , 100, 0, 0, 0, 0, 0, 0, 20, 0, 0, 20, 0, Instelling Best beoordeeld/hoog op de ranglijst universiteiten , 20, 20, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling 113

116 Struikelvak Brochures scoren op het kenmerk struikelvak wanneer uit een brochure blijkt dat er één of meerdere vakken binnen de opleiding zijn waar studenten problemen mee kunnen hebben. Wanneer er binnen het curriculum van een opleiding vakken zijn waar studenten bovengemiddelde problemen mee hebben is het belangrijk dit te vermelden. Dit kan aankomende studenten helpen om te bepalen of een bepaalde opleiding bij hen past. Daarnaast geeft het de mogelijkheid aan studenten om eventuele deficiënties op dit gebied al vroeg aan te pakken zodat latere problemen voorkomen kunnen worden. Er blijkt echter dat geen enkele onderzochte opleiding aan hogeschool of universiteit melding maakt van mogelijke struikelvakken. 114

117 Struikelvak universiteiten 0, 100, Struikelvlak hogescholen 0, 100, Struikelvak totaal 0, 100, 115

118 Stage Brochures scoren op het kenmerk stage wanneer uit de brochure blijkt dat er de mogelijkheid is om stage te lopen of dat de stage een verplicht onderdeel van de studie vormt. Een voorbeeld hiervan is: Tijdens je (vele) stages werk je samen met leerkrachten, directies, ouders, externen. 54, Alle studenten doorlopen in 3 de fase een algemene stage, 2 afstudeerstages, [ ] 55, Je neemt deel aan seminaries, je werkt aan projecten, je gaat op stage of excursie Stages vormen een wezenlijk onderdeel van een beroepsopleiding, informatie hierover mag dan ook niet ontbreken. Maar het moet tegelijkertijd wel eerlijke en realistische informatie zijn. In 85% van de brochure staat er iets over stages vermeld. Er is slechts een beperkt verschil tussen hogescholen (93%) en universiteiten (76%). Drie universiteiten scoren 10, de VUB scoort met het laagst. Tien van de 13 hogescholen scoren 10, Thomas More scoort met 6 het laagst. Op opleidingsniveau zijn de verschillen eerder beperkt, al zien we ook hier dat hogescholen (gemiddeld 92%) significant beter scoren dan universiteiten (gemiddeld 72%). 54 Lager Onderwijs, KdG, Verpleegkunde, KHL, Architectuur, UH,

119 Stage universiteiten 27,3% 72,7% Stage hogescholen 8,2% 91,8% Stage totaal 17,7% 82,3% 117

120 Stage Stage Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Stage volgens opleiding (universiteiten) , 60, 75, 66,7% 80, 2 1 Opleiding Stage volgens opleiding (hogescholen) 100,0 100,0 92,31% 81,82% 85,71% Opleiding 118

121 Stage Stage Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Stage volgens instelling , 100, 100, 80, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Stage volgens instelling ,0 100,0 100,0 100,0 75,0 100,0 100,0 75,0 60,0 100,0 100,0 100,0 100,0 Instelling 119

122 Diversiteits- en inclusiebeleid Een instelling scoort op deze indicator als er melding wordt gemaakt over een specifiek diversiteits- of inclusiebeleid voor kansengroepen. Voorbeelden hiervan zijn: Elk individu in onze samenleving moet gelijke kansen krijgen om zich in studie, werk en vrije tijd zo veel mogelijk te ontplooien, en dit ongeacht socioeconomische achtergrond, geslacht, functiebeperking, religie, etnische origine, leeftijd of seksuele geaardheid. Het gelijke kansen- en diversiteitsbeleid is dan ook een prioriteit aan de KU Leuven. 57, "Bijzondere studenten krijgen onze bijzondere aandacht. [ ] Omdat we vinden dat élke student ongeacht zijn of haar vooropleiding, afkomst, beperking, financiële situatie, kansen verdient om het beste uit zichzelf te halen. 58 In 46% van de brochures wordt er melding gemaakt van een aangepast diversiteits- en inclusiebeleid. Dit percentage ligt hoger bij hogescholen (52%) dan bij universiteiten (4). Enkel de KUL (10) en de UH (10) scoren hier op voor de universiteiten, 6 van de hogescholen scoren 10 en 6 hogescholen scoren helemaal niet. Qua opleidingen zijn er enkel minieme verschillen tussen de richtingen. 57 Economie, KUL, Verpleegkunde, Arteveldehogeschool,

123 Diversiteits- en inclusiebeleid universiteiten 36,4% 63,6% Diversiteits- en inclusiebeleid hogescholen 55,1% 44,9% Diversiteits- en inclusiebeleid totaal 40,6% 59,4% 121

124 Diversiteits- en inclusiebeleid Diversiteits- en inclusiebeleid Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 45% Diversiteits- en inclusiebeleid volgens opleiding (universiteiten) 4 35% 3 25% 2 40, 40, 40, 33,3% 15% 25, 1 5% Opleiding 6 Diversiteits- en inclusiebeleid volgens opleiding (hogescholen) ,33% 41,67% 45,45% 53,85% 42,86% Opleiding 122

125 Diversiteits- en inclusiebeleid Diversiteits- en inclusiebeleid Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Diversiteits- en inclusiebeleid volgens instelling , 100, 1 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Diversiteits- en inclusiebeleid volgens instelling ,0 100,0 100,0 100,0 100,0 75,0 0,0 0,0 0,0 100,0 0,0 0,0 100,0 Instelling 123

126 Studie- en studentenverenigingen Brochures scoren op de indicator studie- en studentenverenigingen als ze duidelijk vermelden dat er studie- of studentenverenigingen actief zijn binnen hun opleiding. Voorbeelden: Onder meer de verschillende studentenverenigingen organiseren geregeld allerlei leuks. 59, Studentenclubs brengen leven in de brouwerij met cantussen, fuiven, rollingen en andere varianten. 60 In totaal 54% van de brochures maken melding van actieve studie- en studentenverenigingen aan hun opleidingen. Voor universiteiten is dit 52%, voor hogescholen 57%. De KUL, UGent en UA maken als enige universiteiten melding van dergelijke verenigingen, bij de hogescholen maken 8 van de 13 instellingen er melding van. Tussen opleidingen vallen er opnieuw weinig significante verschillen op te merken. Qua universitaire opleidingen scoort rechten opmerkelijk laag en bio-ingenieurswetenschappen dan weer relatief hoog. 59 Sociaal Werk, Vives, Algemene brochure, HoGent,

127 Studie/studentenvereniging universiteiten 45,5% 54,5% Studie/studentenvereniging hogescholen 46,9% 53,1% Studie/studentenvereniging totaal 46,2% 53,8% 125

128 Studie/studentenverenigingen Studie/studentenverenigingen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 8 7 Studie/studentenvereningen volgens opleiding (universiteiten) , 75, 66,7% 60, , Opleiding Studie/studentenverenigingen volgens opleiding (hogescholen) ,0 58,33% 54,55% 46,15% 57,14% Opleiding 126

129 Studie/studentenverenigingen Studie/studentenverenigingen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Studie/studentenverenigingen volgens instelling , 4 80, 80, , 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Studie/studentenverenigingen volgens instelling , 0, 75, 100, 100, 100, 100, 0, 0, 66,7% 0, 100, 100, Instelling 127

130 Medebestuur of medezeggenschap Instellingen scoren op medebestuur of medezeggenschap wanneer er duidelijk vermeld staat of en op welke manier studenten kunnen participeren aan het beleidsproces van de instelling. Voorbeelden zijn: De HoGent heeft studentenvertegenwoordigers op alle niveaus: het bestuurscollege, het inrichtingsorgaan, de faculteitsraden [ ]. 61, De kringen organiseren samen de verkoop van cursussen, vertegenwoordigen je in allerlei onderwijsraden, [ ]. 62. Participatie staat momenteel centraal in heel wat beleidsteksten. Studenten betrekken en warm maken om deel te nemen aan het dagelijkse bestuur staat steeds vermeld als centrale doelstelling. We vinden het dan ook belangrijk dat hier reeds aandacht aan gegeven wordt in de studiebrochures. In 47% van de brochures worden de mogelijkheden tot medebestuur uitgelicht. Voor hogescholen stijgt dit gemiddeld naar 52%, voor universiteiten bedraagt dit 44%.Vooral de UHasselt (10) en UGent (8) scoren hoog op deze indicator, qua hogescholen zijn er een vijftal instellingen die 10 scoren en 4 instellingen die helemaal niet scoren. Psychologie (67%) scoort het hoogst qua universitaire opleidingen rechten het laagst (2) --, qua hogescholen is communicatiemanagement (67%) de primus, leraar lager onderwijs (46%) scoort het laagst. 61 Algemene brochure, HoGent, Psychologie, KUL,

131 Medebestuur of -zeggenschap universiteiten 59,1% 40,9% Medebestuur of -zeggenschap hogescholen 51, 49, Medebestuur of -zeggenschap totaal 44,9% 55,1% 129

132 Medebestuur of -zeggenschap Medebestuur of -zeggenschap Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 7 6 Medebestuur of -zeggenschap volgens opleiding (universiteiten) , 50, 66,7% 40, 1 20, Opleiding Medebestuur of -zeggenschap volgens opleiding (hogescholen) 66,67% 50,0 54,55% 46,15% 28,57% Opleiding 130

133 Medebestuur of -zeggenschap Medebestuur of -zeggenschap Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Medebestuur of -zeggenschap volgens instelling , 4 80, , 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Medebestuur of -zeggenschap volgens instelling , 0, 100, 100, 100, 100, 100, 33,3% 0, 0, 0, 80, 33,3% Instelling 131

134 Overzicht kenmerk Onderwijs en omgeving Totaal Universiteiten Hogescholen Medebestuur/medezegge nschap Studie/studentenverenigi ngen Diversiteits- en inclusiebeleid Stage Inhoud studie en studieprogramma Studiebegeleiding Fantastische faciliteiten Contact met docenten Topdocenten Struikelvak Taal van het onderwijs Best beoordeeld/hoog op de ranglijst Invulling keuzeruimte Excellentietraject Deeltijd Didactische methode Figuur 4 Overzicht kenmerk 'Onderwijs en omgeving' Hoewel deze grafiek wat minder overzichtelijk is door het grote aantal indicatoren op dit kenmerk, kunnen we toch enkele belangrijke elementen uit halen. Algemeen gesteld verschillen universiteiten en hogescholen niet al te veel voor dit kenmerk. Enkel op de indicatoren deeltijd, contact met docenten en excellentietraject verschillen hogescholen en universiteiten significant. Daarnaast zijn er grote verschillen tussen de indicatoren onderling. Inhoud studie en studieprogramma scoort samen met studiebegeleiding, fantastische faciliteiten, invulling keuzeruimte en stage het hoogst; struikelvak, topdocenten en excellentietraject scoren het laagst. 132

135 133

136 Instroom en Doorstroom Het vierde thema dat behandeld wordt is instroom en doorstroom. In dit thema wordt gekeken naar verschillende kenmerken die te maken hebben met de manier waarop studenten kunnen instromen in een opleiding en hoe de doorstroom binnen de bachelor en uit de bachelor naar de master is geregeld. De volgende kenmerken worden onderzocht: Aansluiting master Persoonlijke studiebegeleiding Aanverwante opleidingen Studievoortgangsbewaking Toegangsadvies Infomomenten Rondom dit thema zijn een aantal politieke ontwikkelingen van belang. Vooral de studievoortgangsbewaking en het toegangsadvies zullen komende maanden en jaren ingrijpende veranderingen ondergaan. Dit alles maakt het van wezenlijk belang dat aankomende studenten vroegtijdig op de hoogte worden gesteld van alle maatregelen die van toepassing zijn op de opleiding die ze kiezen of aan de instelling waar ze aan gaan studeren. 134

137 Aansluiting master Brochures scoren op het kenmerk aansluiting master wanneer in de brochure vermeld wordt welke mogelijke masters er na de desbetreffende bachelor opleiding gevolgd kunnen worden. Voorbeelden hiervan zijn: Via een schakelprogramma kan je met je diploma van bachelor in de chemie ook een Master of Science in de industriële wetenschappen behalen. 63, Aanvullende opleidingen: een extra professionele bachelor, een keuzetraject, master in de criminologie, master in de veiligheidswetenschappen. 64. In 82% van de brochures worden aansluitende masteropleidingen vermeld. Bij universiteiten bedraagt dit 10, bij hogescholen 66%. Alle onderzochte universitaire opleidingen vermelden dus een aansluitende master, bij de hogescholen ligt dit minder voor de hand: verpleegkunde en chemie scoren met respectievelijk 83% en 86% eveneens zeer hoog, sociaal werk en lager onderwijs scoren een pak lager. Ook tussen de hogescholen onderling zijn er veel verschillen. Een drietal scholen scoort 10, GroepT scoort niet. 63 Chemie, HoGent, Sociaal Werk, Vives,

138 Aansluiting master universiteiten 0, 100, Aansluiting master hogescholen 30,6% 69,4% Aansluiting master totaal 15,3% 84,7% 136

139 Aansluiting Master Aansluiting master Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Aansluiting master volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 100, Opleiding Aansluiting master volgens opleiding (hogescholen) ,67% 83,33% 54,55% 61,54% 85,71% Opleiding 137

140 Aansluiting Master Aansluiting master Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 Aansluiting master volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Aansluiting master volgens instelling , 100, 75, 0, 100, 100, 100, 75, 75, 60, 66,7% 50, 25, Instelling 138

141 Persoonlijke studiebegeleiding Een instelling scoort op deze indicator wanneer studenten de mogelijkheid geboden wordt om persoonlijke studiebegeleiding te volgen. Voorbeelden hiervan zijn: Je kan met al je vragen en problemen terecht bij je studietrajectbegeleider. Deze begeleider krijg je toegewezen vanaf de eerste opleidingsfase en is je aanspreekpunt gedurende je volledige opleiding. 65 Troeven van de opleiding: [ ] persoonlijke studiebegeleiding. 66. Persoonlijke studiebegeleiding wordt in 8 van de brochures aangeboden. Bij hogescholen ligt dit gemiddelde hoger (88%), bij universiteiten bedraagt dit 72%. 10 van de 13 hogescholen scoort 10 op deze indicator, enkel KdG (5), Thomas More (2) en KHL (75%) scoren hier minder op. Qua universiteiten zien we dat zowel de KUL, UGent als de VUB 10 scoren. Op opleidingsniveau zien we dat psychologie en bio-ingenieurswetenschappen (beiden 10) er bovenuit steken bij de universiteiten, terwijl de lerarenopleiding (92%) dit doet voor de hogescholen. 65 Verpleegkunde, KHLim, Sociaal werk, PXL,

142 Persoonlijke begeleiding Persoonlijke begeleiding Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Persoonlijke begeleiding volgens opleiding (universiteiten) 60, 60, 100, 100, 80, Opleiding Persoonlijke begeleiding volgens opleiding (hogescholen) ,33% 83,33% 81,82% 92,31% 85,71% Opleiding 140

143 Persoonlijke begeleiding Persoonljke begeleiding Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Persoonlijke begeleiding volgens instelling , 100, 100, , 33,3% KUL Ugent UA VUB UH Instelling Persoonlijke begeleiding volgens instelling 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 50, 20, 100, 75, 100, 100, Instelling 141

144 Verwante opleidingen Een brochure scoort op het kenmerk verwante opleidingen wanneer er in de brochure expliciet verwezen wordt naar soortgelijke opleidingen met een iets andere insteek. Een voorbeeld hiervan is: Na je bacheloropleiding TEW kan je vanzelfsprekend de masteropleiding TEW volgen maar kan je ook beslissen een andere richting op te gaan. Zo kan je, na het volgen van een voorbereidingsprogramma, starten aan de master Handelsingenieur, de master in de Sociologie, de master in Politieke Wetenschappen. 67, Via voorbereidingsprogramma: politieke wetenschappen, communicatiewetenschappen, sociologie, EE-studies, geografie, geomatica en landmeetkunde, toerisme. 68. Het verschaffen van informatie over andere verwante opleidingen kan aankomende studenten helpen om een net iets beter beredeneerde studiekeuze te maken. Wanneer studiekiezers weten welke alternatieven er voor een bepaalde studie zijn kan de studiekiezer voor die studie gaan die het beste aansluit bij zijn of haar wensen. In 86% van de brochures wordt aangegeven welke andere opleidingen verwant zijn aan de desbetreffende opleiding. In de hogescholen is dit 75% en in de universiteiten is dit 96% -- enkel de VUB scoort met 8 niet het maximum. Bij de hogescholen zijn er een zevental die 10 scoren, enkel KdG scoort onder de 5. Qua instellingen zien we relatief grote verschillen bij de hogescholen: verpleegkunde scoort 10 op deze indicator, communicatiemanagement scoort met 68% het laagst. 67 Economie, VUB, Economie, UGent,

145 Aanverwante opleidingen universiteiten 4,5% 95,5% Aanverwante opleidingen hogescholen 20,4% 79,6% Aanverwante opleidingen totaal 12,5% 87,5% 143

146 Aanverwante opleidingen Aanverwante opleidingen Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Aanverwante opleidingen volgens opleiding (universiteiten) 100, 100, 100, 100, 80, Opleidingen Aanverwante opleidingen volgens opleiding (hogescholen) 66,67% 100,0 81,82% 69,23% 71,43% Opleiding 144

147 Studievoortgangsbewaking Wordt het leerkredietsysteem uitgelegd en worden zaken als volgtijdelijkheid uitgelegd? Dit zijn de vereisten om te scoren op deze indicator. Omdat de mate waarin studievoortgangsbewaking uitgelegd wordt zo sterk varieert van zeer goed tot zeer summier, hebben we ervoor geopteerd om hier een derde midden -categorie toe te voegen. Brochures die studievoortgangsbewaking enkel beknopt vermeldden, kregen deze 0,5-score. Voorbeelden: Het hoger onderwijs is flexibeler geworden, maar dit betekent niet dat je onbeperkt kan blijven studeren zonder vooruitgang te boeken. Die vooruitgang wordt studievoortgang genoemd en wordt gemeten aan de hand van het aantal verworven studiepunten of credits. Als je onvoldoende voortgang maakt, heeft dit gevolgen voor de voorwaarden waaronder je mag inschrijven of kan je inschrijving uiteindelijk zelfs geweigerd worden. 69, Vives gaat voluit voor een flexibel hoger onderwijs. [ ] Er zijn twee beperkingen. Een opleiding kan bepalen dat je sommige opleidingsonderdelen in een bepaalde volgorde moet afwerken. Dat heet volgtijdelijkheid. 70 In totaal 37% van de brochures wordt er minstens melding gemaakt van studievoortgangsbewaking. Slechts in 13% wordt studievoortgangsbewaking grondig uitgelegd, de overige 24% raken dit onderwerp slechts vaag aan. De universiteiten vermelden in 41% van de brochures studievoortgangsbewakingsmaatregelen, hogescholen in 33% van de gevallen. Universitaire folders vermelden in 13% een uitleg te gronde, hogescholen doen dit in 8% van de gevallen. Qua instellingen moeten vooral de HoGent en de UA vermeld worden, het zijn de enige instellingen die consequent en op voldoende wijze haar toekomstige studenten wegwijs maken in de mogelijke studievoortgangsbewaking. 69 Algemene brochure, HoGent, Verpleegkunde, Vives,

148 Studievoortgangsbewaking universiteiten 59,1% 18,2% 22,7% Melding Studievoortgangsbewaking hogescholen 8,2% 67,3% 24,5% Melding Studievoortgangsbewaking totaal 13,2% 63,2% 23,6% Melding 146

149 Studievoortgangsbewaking Studievoortgangsbewaking Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 4 Studievoortgangsbewaking volgens opleiding (universiteit) 35% 3 25% 2 15% 30, 30, 37,5% 30, 1 5% 16,7% Opleiding 25% Studievoortgangsbewaking volgens opleiding (hogescholen) 2 15% 1 16,67% 20,83% 18,18% 23,08% 21,43% 5% Opleiding 147

150 Studievoortgangsbewaking Studievoortgangsbewaking Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 12 Studievoortgangsbewaking volgens instelling , 2 50, 0, 0, 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Studievoortgangsbewaking volgens instelling , 100, 50, 50, 50, 0, 0, 0, 0, 0, 10, 0, 0, Instelling 148

151 Toegangsadvies Brochures scoren op deze indicator als er een zeker toegangsadvies aan toekomstige studenten gegeven wordt. Dit kan zowel slaan op persoonlijkheidskenmerken als intellectuele competenties. Veel opleidingen bieden ook instapcursussen aan. Enkele voorbeelden maken het duidelijk: Voor wiskunde is een degelijke basiskennis uit het secundair onderwijs bijzonder welkom. [ ] Ook voor fysica is voorkennis meegenomen, maar die is minder determinerend dan die van wiskunde. 71, De overstap van het secundair naar het hoger onderwijs is niet altijd even evident. Daarom biedt Howest jou een reeks instapcursussen aan die je voorbereiden op je studies tot professionele bachelor. 72 In 78% van de gevallen wordt er een toegangsadvies aan toekomstige studenten gegeven. Bij universitaire brochures is dit zelfs 10, de hogescholen behalen hier 43%. Vier hogescholen behalen evenwel 10 op deze indicator, een tweetal scoort niet. Op opleidingsniveau scoort vooral verpleegkunde hoog (58%) en sociaal werk opvallend laag (27%) maar de verschillen blijven al bij al vrij klein. Vooral het verschil tussen universiteiten en hogescholen is voor deze indicator opmerkelijk. 71 Architectuur, UGent, Leraar lager onderwijs, Howest,

152 Toegangsadvies universiteiten 0, 100, Toegangsadvies hogescholen 42,9% 57,1% Toegangsadvies totaal 28,6% 71,4% 150

153 Toegangsadvies Toegangsadvies Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Toegangsadvies volgens opleiding (universiteiten) , 100, 100, 100, 100, Opleiding 7 Toegangsadvies volgens opleiding (hogescholen) ,0 58,33% 27,27% 38,46% 42,86% Opleiding 151

154 Toegangsadvies Toegangsadvies Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Toegangsadvies volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Toegangsadvies volgens instelling , 100, 100, 100, , 0, 25, 0, 0, 0, 20, 0, 66,7% Instelling 152

155 Infomomenten Instellingen scoren op deze indicator als er sprake is van duidelijke infomomenten waarop studenten zich ter plekke kunnen komen informeren. Dit kan verschillende vormen aannemen (informatiedagen, openlesweken, beurzen ). Infomomenten worden meestal ergens opgesomd op het einde of aan het begin van de brochure. Voorbeeld: Je studierichting kies je niet in een-tweedrie. Die KU Leuven organiseert verschillende initiatieven die haar opleidingen telkens vanuit een andere invalshoek belichten. 73. Quasi alle instellingen en alle opleidingen bieden dergelijke infomomenten aan. Enkel de Arteveldehogeschool vermeldt er geen voor haar opleiding communicatiemanagement. De overige instellingen scoren allemaal Rechten, KUL,

156 Infomomenten universiteit 0, 100, Infomomenten hogescholen 2, 98, Infomomenten totaal 1, 99, 154

157 Infomomenten Infomomenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Infomomenten volgens opleiding (universiteiten) , 100, 100, 100, 100, Opleiding Infomomenten volgens opleiding (hogescholen) 100,0 100,0 100,0 100,0 83,33% Opleiding 155

158 Infomomenten Infomomomenten Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Infomomenten volgens instelling , 100, 100, 100, 100, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Infomomenten volgens instelling , 75, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, 100, Instelling 156

159 Overzicht kenmerk Instroom en doorstroom Infomomenten Toegangsadvies Aansluiting master Persoonlijke studiebegeleiding Aanverwante opleidingen Totaal Universiteiten Hogescholen Studievoortgangsbe waking Figuur 5 Overzicht kenmerk 'Instroom en doorstroom' Voor het kenmerk Instroom en doorstroom zien we opnieuw grotere verschillen tussen hogescholen en universiteiten. Waar er gelijk gescoord wordt op de indicatoren studievoortgangsbewaking en infomomenten, zien we grotere verschillen voor toegangsadvies, aansluiting master en persoonlijke studiebegeleiding. Daarnaast zien we dat op alle indicatoren buiten studievoortgangsbewaking relatief hoog gescoord wordt. 157

160 Internationalisering Het vijfde thema dat behandeld wordt, is internationalisering. Hierin worden kenmerken onderzocht die te maken hebben met internationalisering. Dit betreft zowel de mogelijkheden voor Vlaamse studenten om een deel van hun studie in het buitenland te volgen als het internationale karakter van de onderzochte opleidingen. De volgende kenmerken worden in dit hoofdstuk onderzocht: Buitenland Internationale sfeer Er is in Vlaanderen nog steeds een ambitie om tot de top van de kenniseconomieën in de wereld te behoren. Dit is onmogelijk zonder een internationale component in het hoger onderwijs, kennisdeling en culturele uitwisseling zijn hier een belangrijk onderdeel van. Studentmobiliteit is een belangrijk onderdeel om dit mogelijk te maken, maar hierbij is het wel van belang om een realistisch beeld van de mogelijkheden op dit gebied te schetsen. 158

161 Buitenland Brochures scoren op het kenmerk buitenland wanneer er op enige wijze verteld wordt dat er een mogelijkheid is om tijdens de studie in het buitenland te studeren of stage te lopen. Voorbeelden hiervan zijn: De Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen heeft het meest uitgebreide internationale uitwisselingsaanbod in Vlaanderen. Naast Erasmus+ hebben we ook uitwisselingsakkoorden met topuniversiteiten en business schools over de hele wereld, onder eer met de Wharton School in de VS, de nummer één onder de business schools. 74, Wil je tijdens je studie verpleegkunde proeven van een internationale ervaring? Dan kom je in onze opleiding, die een lange traditie heeft in internationale projecten en stages, zeker aan je trekken. 75 Zoals uit de bovenstaande voorbeelden blijkt, schetsen de instellingen in hun voorlichting een wereldwijd scala aan mogelijkheden. Gezien het lage percentage Belgische studenten dat er voor kiest om naar het buitenland te gaan bestaat er de mogelijkheid dat de werkelijkheid en het in de brochures geschetste beeld niet overeenkomen. Als hogescholen echt werk van internationalisering willen maken, zouden ze de voorlichting tijdens de opleiding over de buitenlandmogelijkheden meer aandacht moeten geven. In 85% van de brochures wordt vermeld dat er een mogelijkheid is tijdens de studie in het buitenland te studeren of stage te lopen. Bij de universitaire brochures bedraagt dit 8, bij hogescholen 9. Enkel de VUB scoort niet op deze indicator, de overige universiteiten scoren 10. Negen van de 13 hogescholen scoren 10. Vooral KdG (5) valt hier in negatieve manier op. Qua opleidingen doen psychologie (67%) en de lerarenopleiding lager onderwijs (77%) het opvallend minder goed dan de overige opleidingen. 74 Economie, KUL, Verpleegkunde, KHL,

162 Buitenland Buitenland Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Buitenland volgens opleiding (universiteiten) , 80, 75, 66,7% 80, 2 1 Opleiding Buitenland volgens opleiding (hogescholen) ,0 100,0 90,91% 76,92% 85,71% Opleiding 160

163 Buitenland Buitenland Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Buitenland volgens instelling , 100, 100, 100, 1 0, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Buitenland volgens instelling 75, 75, 100, 100, 100, 100, 100, 50, 80, 100, 100, 100, 100, Instelling 161

164 Internationale sfeer Brochures scoren op het kenmerk internationale sfeer wanneer dit met soortgelijke bewoordingen in de brochure vermeld staat. Voorbeelden hiervan zijn: Studeren aan de UHasselt is studeren in een internationale context. Als knooppunt in het innovatieweb op een boogscheut verwijderd van Maastricht, Luik en Aken is deze universiteit een kruispunt van internationale docenten, assistenten, onderzoekers en studenten. 76, De Leuvense Faculteit Rechtsgeleerdheid kent een indrukwekkende internationale traditie. Niet alleen voorziet in haar eigen excellente professoren, ook heeft ze jaarlijks, in het kader van internationale congressen en van docentenmobiliteit, buitenlandse professoren en onderzoekers te gast. 77. In 58% wordt melding gemaakt van een internationale sfeer op de opleiding. Bij hogescholen is dit in 36% van de gevallen, bij de universiteiten is dit significant hoger (8). Bij universitaire folders scoort enkel de UA geen 10 op deze indicator, bij de hogescholen scoren 8 van de 13 scholen onder de 5 voor dit kenmerk. GroepT, HoGent en Vives scoren evenwel ook 10. Op opleidingsniveau zien we dat sociaal werk (4) en lerarenopleiding lager onderwijs (46%) betrekkelijk beter scoren dan de overige hogeschoolopleidingen. Tussen universitaire opleidingen zij er heel wat minder verschillen op te merken. 76 Architectuur, UH, Rechten, KUL,

165 Internationale sfeer universiteiten 18,2% 81,8% Internationale sfeer hogescholen 31,3% 68,8% Internationale sfeer totaal 43,2% 56,8% 163

166 Internationale sfeer Internationale sfeer Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 12 Internationale sfeer volgens opleiding (universiteiten) , 80, 75, 100, 80, 2 Opleiding 5 45% 4 35% 3 25% 2 15% 1 5% 16,67% Internationale sfeer volgens opleiding (hogescholen) 25,0 40,0 46,15% 14,29% Opleiding 164

167 Internationale sfeer Internationale sfeer Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Internationale sfeer volgens instelling , 100, 100, 100, , KUL Ugent UA VUB UH Instelling Internationale sfeer volgens instelling , 0, 75, 100, 50, 100, 0, 0, 20, 0, 25, 0, 100, Instelling 165

168 Overzicht kenmerk Internationalisering Buitenland Internationale sfeer Totaal Universiteiten Hogescholen Figuur 6 Overzicht kenmerk 'Internationalisering' De instellingen scoren duidelijk ongeveer gelijk op de indicator Buitenland; qua internationale sfeer zijn de verschillen heel wat groter met een beduidend lagere score voor de hogescholen. 166

169 Stad Het laatste thema dat behandeld wordt, is de stad waar de hogeschool of universiteit gevestigd is. Bij dit thema wordt gekeken naar de beweringen die instellingen doen over de stad waarin zij huizen. De volgende kenmerken worden in dit hoofdstuk besproken: Huisvesting Stad De stad waar de instelling gevestigd is, speelt een belangrijke rol bij de studiekeuze door een aankomende student. VVS is van mening dat de kwaliteit van het geboden onderwijs en de compatibiliteit tussen student en opleiding belangrijker zijn dan de stad van de instelling. Voor instellingen geldt hopelijk hetzelfde: die zouden hier in hun voorlichting wellicht op in kunnen spelen door minder aandacht te schenken aan de geweldige sfeer en het uitgaansleven. 167

170 Huisvesting Brochures scoren op het kenmerk huisvesting als er enige informatie over huisvesting in de stad van de instelling gegeven wordt. Veel brochures verwijzen echter door naar een aparte brochure. Deze opleidingen kregen voor dit kenmerk 0,5. Voorbeelden hiervan zijn: Als student van de HoGent kan je in een van onze eigen studentenresidenties terecht [ ] Prijs? De jaarhuurprijs bedraagt 1800 [ ] 78, Soms betekent studeren ook op kot gaan. Op de VIVES-campus in Kortrijk zijn er twee peda s die samen 105 kamers tellen. In de Meersstraat (stadscentrum) is er een residentie met 96 kamers waarvan achttien voor twee personen. Hier verblijven ook onze Erasmusstudenten. Het aanbod van privéverhuurders maken we bekend via 80, Ben je op zoek naar een kot? [ ] Bij de huisvestingsdienst kun je voor al je vragen over wonen in Leuven terecht. 81. De beschikbaarheid van koten of residenties zou geen rol moeten spelen bij de overwegingen van een aankomende student bij zijn of haar studiekeuze. Daarom is het belangrijk dat instellingen en steden dit probleem aanpakken. Zolang er nog wel problemen rondom studentenhuisvesting zijn, is het belangrijk dat studenten hier voldoende over geïnformeerd worden zodat ze zich op tijd kunnen inschrijven voor een studentenwoning. In 57% van de brochures wordt iets vermeld over de huisvestingsmogelijkheden in de stad waar de instelling gevestigd is. Universiteiten scoren 65%, hogescholen 49%. De UHasselt en de KULeuven scoren beide 10 op deze indicator, de UA scoort met 25% het laagst. Bij de hogescholen zijn er een viertal die 10 scoren, een drietal scoort helemaal niet. Qua opleidingen bemerken we vooral dat Chemie opvallend laag scoort met 25%. 78 Algemene brochure, HoGent, Verpleegkunde, Howest, Rechten, KUL,

171 Huisvesting universiteiten 9,1% 54,5% 36,4% Melding Huisvesting hogescholen 44,9% 36,7% Melding 18,4% Huisvesting totaal 27, 36,5% 36,5% Melding 169

172 Huisvesting Huisvesting Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context Huisvesting volgens opleiding (universiteiten) , 60, 50, 66,7% 70, Opleiding 6 Huisvesting volgens opleiding (hogescholen) ,0 45,83% 45,45% 53,85% 28,57% Opleiding 170

173 Huisvesting Huisvesting Studiekeuzevoorlichting: een vergelijkend onderzoek in Vlaamse context 10 Huisvesting volgens instelling , 100, , 25, 50, KUL Ugent UA VUB UH Instelling Huisvesting volgens instelling 62,5% 50, 50, 37,5% 25, 100, 62,5% 0, 0, 100, 0, 50, 100, Instelling 171

174 Stad Brochures scoren op het kenmerk stad wanneer er in de brochure enige informatie gegeven wordt over de stad waarin de instelling gevestigd is. Veel brochures verwijzen hiervoor naar een aparte brochure, deze opleidingen hebben een 0,5 gekregen voor deze indicator. Voorbeelden hiervan zijn: Kortrijk Studentenstad is geen lege doos. Generaties studenten passeerden al langs t Hoge en de velden waar jaren geleden koeien liepen, zijn al decennia geleden ingepalmd door innovatieve studentengebouwen en peda s. 82, Straks student in Gent: algemene kennismakingsbrochure voor de toekomstige student. 83. Veel studenten laten de stad waar de instelling gevestigd is nog steeds zwaar wegen in hun studiekeuze. Instellingen zouden dit moeten ontmoedigen en overdreven praatjes over de stad achterwege laten. Alleen in gevallen wanneer de aanwezige faciliteiten in een stad direct verband houden met de studie zou dit van toegevoegde waarde kunnen zijn. In 77% van de brochures wordt minstens iets vermeld over de stad waar de instelling gevestigd is. Voor hogescholen gebeurt dit in 66% van de gevallen, voor universiteiten in 9 van de brochures. Alle universiteiten buiten de UGent de UGent verwijst naar een aparte brochure scoren 10 op deze indicator. Qua hogescholen zijn er een zevental die 10 scoren, maar evengoed 4 hogescholen die minder dan 5 scoren. Op opleidingsniveau zien we bij de universitaire brochures weinig verschillen, bij de hogescholen valt het op dat chemie opnieuw significant slechter scoort op deze indicator dan de andere opleidingen. 82 Sociaal Werk, Vives, Architectuur, UGent,

175 Stad universiteiten 0, 22,7% 77,3% Melding Stad hogescholen 44,9% 36,7% Melding 18,4% Stad totaal 13,3% 16,5% 70,3% Melding 173

Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken

Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken T. van den Brink Beleidsmedewerker onderwijs tim@lsvb.nl Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) Met dank aan Josephine Verstappen, beleidsmedewerker onderzoeksbureau.

Nadere informatie

Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken

Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken Studiekeuzevoorlichting: Vier keer vergeleken T. van den Brink Beleidsmedewerker onderwijs tim@lsvb.nl Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) Met dank aan Josephine Verstappen, beleidsmedewerker onderzoeksbureau.

Nadere informatie

Voorlichtingsonderzoek Betere Voorlichting Betere Keuze Beste Match

Voorlichtingsonderzoek Betere Voorlichting Betere Keuze Beste Match Betere Voorlichting Betere Keuze Beste Match Juli 2016 Dit is een uitgave van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden naar: lsvb@lsvb.nl Willemijn Rijper,

Nadere informatie

Studiekeuzevoorlichting: verleiding of voorlichting?

Studiekeuzevoorlichting: verleiding of voorlichting? Studiekeuzevoorlichting: verleiding of voorlichting? T. van den Brink Beleidsmedewerker Onderwijs tim@lsvb.nl LSVb Met dank aan Eduard Schmidt en Karlijn Ligtenberg Drieharingstraat 6 3511 BJ Utrecht lsvb@lsvb.nl

Nadere informatie

Studiefolders: voorlichting of verkooptruc?

Studiefolders: voorlichting of verkooptruc? T. van den Brink Beleidsmedewerker Onderwijs tim@lsvb.nl LSVb Met dank aan Eduard Schmidt Drieharingstraat 6 3511 BJ Utrecht lsvb@lsvb.nl 030-2316464 Oktober 2012, Utrecht Twitter: @studentenbond Website:

Nadere informatie

q WO q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (HBO/WO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO Naam opleiding: Plaats:

q WO q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (HBO/WO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO Naam opleiding: Plaats: BLAD 1 Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: HBO q WO Naam opleiding: Plaats: Naam: q UNIVERSITEIT q HOGESCHOOL Website van de opleiding: Datum: AANMELDING EN PLAATSING Ben je toelaatbaar met je

Nadere informatie

Indeling hoger onderwijs

Indeling hoger onderwijs achelor & master Sinds enkele jaren is de structuur van het hoger onderwijs in België afgestemd op die van andere Europese landen. Hierdoor kan je makkelijker switchen tussen hogescholen en universiteiten

Nadere informatie

Verder studer e n. Zoek de zeven verschillen: bachelor en master

Verder studer e n. Zoek de zeven verschillen: bachelor en master Verder studer e n Zoek de zeven verschillen: bachelor en master Alles over bachelors en masters Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Beleidsdomein Onderwijs Vorming www.hogeronderwijsregister.be Awel,

Nadere informatie

Overzicht. Studiekeuze Bachelor-masterstructuur (bama) Overgang SO naar HO Praktisch Studeren doe je zelf maar niet alleen

Overzicht. Studiekeuze Bachelor-masterstructuur (bama) Overgang SO naar HO Praktisch Studeren doe je zelf maar niet alleen Start to study Overzicht Studiekeuze Bachelor-masterstructuur (bama) Overgang SO naar HO Praktisch Studeren doe je zelf maar niet alleen Hoe maak je een goede studiekeuze? Studiekeuze Neem je tijd! begin

Nadere informatie

Onderzoek studie uitval HBO studenten Het belang van een goede studiekeuze. oktober 2011

Onderzoek studie uitval HBO studenten Het belang van een goede studiekeuze. oktober 2011 Onderzoek studie uitval HBO studenten Het belang van een goede studiekeuze oktober 2011 Hoog percentage studie uitvallers Uit cijfers van de HBO-raad blijkt dat gemiddeld 15,8% van de HBO studenten afvalt

Nadere informatie

Cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour

Cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour Cijfermatige achtergrondinformatie ten behoeve van Slotconferentie HO-tour In deze bijlage zijn feiten en cijfers opgenomen over het hoger onderwijs die illustratief kunnen zijn voor de discussies in de

Nadere informatie

Campus Dansaert Campus Jette 2011

Campus Dansaert Campus Jette 2011 Campus Dansaert Campus Jette 2011 Talenttraining www.erasmushogeschool.be partner in de Universitaire Associatie Brussel Talenttraining? Ben ik goed voorbereid op het hoger onderwijs? Wat boeit me? Waarin

Nadere informatie

Het hoger onderwijs verandert

Het hoger onderwijs verandert achelor & master Sinds september 2004 is de hele structuur van het hoger onderwijs veranderd. Die nieuwe structuur werd tegelijkertijd ingevoerd in andere Europese landen. Zo sluiten opleidingen in Vlaanderen

Nadere informatie

q MBO plus INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (MBO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: Naam bezochte MBO-instelling: Plaats:

q MBO plus INFORMATIEFORMULIER VERDIEPINGSFASE (MBO) Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: Naam bezochte MBO-instelling: Plaats: BLAD 1 Ik heb me in de volgende opleiding verdiept: Naam bezochte MBO-instelling: Plaats: Naam opleiding: q MBO niveau 3-4 q MBO plus Website van de opleiding: AANMELDING EN PLAATSING Ben je toelaatbaar

Nadere informatie

r ipboek voor ouders over studiekeuze

r ipboek voor ouders over studiekeuze s t r ipboek voor ouders over studiekeuze Uw kind gaat kiezen, hoe kunt u helpen? Studeren Werken Eigen Bedrijf Start Index Uw kind gaat kiezen. Wat kunt u doen als ouder? Hebt u vragen? Mail of bel mij.

Nadere informatie

Voorlichting Econometrie & Operationele Research. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Voorlichting Econometrie & Operationele Research. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Voorlichting Econometrie & Operationele Research Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Vier bacheloropleidingen Bedrijfskunde Econometrie & Operationele Research Economie en Bedrijfseconomie

Nadere informatie

Onderzoek Studievoorlichting: Voorliegen of voorlichting?

Onderzoek Studievoorlichting: Voorliegen of voorlichting? Onderzoek Studievoorlichting: Voorliegen of voorlichting? februari 2011 Pagina 1 Inhoud Onderzoek Studievoorlichting: Voorliegen of voorlichting?... 1 1 Samenvatting... 4 2 Inleiding... 5 2.1 Opzet van

Nadere informatie

Kies voor jezelf! Welke studie past bij jou? Hulp nodig bij het kiezen? Check ons filmpje!

Kies voor jezelf! Welke studie past bij jou? Hulp nodig bij het kiezen? Check ons filmpje! Kies voor jezelf! Welke studie past bij jou? Hulp nodig bij het kiezen? Check ons filmpje! Aan de slag! Het maken van een goede studiekeuze is belangrijk en kan best lastig zijn. Er zijn immers ruim 1750

Nadere informatie

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017 TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS WO d.d. mei 2017 Studie in Cijfers (vaak ook studiebijsluiter genoemd) geeft een beeld van hoe een opleiding aan een universiteit het doet in vergelijking met

Nadere informatie

STUDIEPROGRAMMA S HOGER ONDERWIJS

STUDIEPROGRAMMA S HOGER ONDERWIJS STUDIEPROGRAMMA S VAN HET HOGER ONDERWIJS Je krijgt het studieprogramma van een opleiding (=studie) aan een universiteit en aan een hogeschool. In de tabellen zie je alle opleidingsonderdelen (= vakken,

Nadere informatie

Adviezen voor studiekiezers op basis van de Startmonitor

Adviezen voor studiekiezers op basis van de Startmonitor Adviezen voor studiekiezers op basis van de Startmonitor Conclusies en aanbevelingen op basis van jaarlijks onderzoek naar studiekeuze en studiesucces Jules Warps ResearchNed mei 2012 2012 ResearchNed

Nadere informatie

Subsector geografie. Sectorbeeld Gedrag & Maatschappij, Inspectie van het Onderwijs,

Subsector geografie. Sectorbeeld Gedrag & Maatschappij, Inspectie van het Onderwijs, Samenvatting... 2 Minst aantal opleidingen... 2 Minst aantal studenten... 3 Instroom neemt af... 3 Laagste uitval... 3 Lager diplomarendement... 3 Daling in switch... 3 Twee nieuwe opleidingen... 4 Weinig

Nadere informatie

Academiejaar 2014/2015. bachelor. verpleegkunde. verpleegkunde. Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen

Academiejaar 2014/2015. bachelor. verpleegkunde. verpleegkunde. Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen Academiejaar 2014/2015 bachelor verpleegkunde verpleegkunde Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen Bachelor verpleegkunde verpleegkunde Je ideale opleiding kiezen uit het ruime aanbod aan onze hogeschool

Nadere informatie

Master in de journalistiek

Master in de journalistiek BRUSSEL t Master in de journalistiek Faculteit Sociale Wetenschappen Welkom aan de KU Leuven, de grootste en oudste universiteit van België. Je kunt hier je studietraject verderzetten en verrijken, ook

Nadere informatie

Verder studer e n. Wat je best weet als student in spé

Verder studer e n. Wat je best weet als student in spé Verder studer e n Wat je best weet als student in spé Alles over verder studeren Alles over centen voor studenten www.centenvoorstudenten.be www.cebud.be www.studietoelagen.be Lees ook onze folder Studietoelage

Nadere informatie

Hoe word je leraar aardrijkskunde, biologie, chemie, fysica, informatica of wiskunde?

Hoe word je leraar aardrijkskunde, biologie, chemie, fysica, informatica of wiskunde? Hoe word je leraar aardrijkskunde, biologie, chemie, fysica, informatica of wiskunde? FACULTEIT WETENSCHAPPEN SLO natuurwetenschappen, SLO wiskunde wet.kuleuven.be/studenten/slo Kies ik voor aardrijkskunde,

Nadere informatie

Subsector overig. Subsector overig

Subsector overig. Subsector overig Subsector overig Samenvatting... Grote subsector... 2 Veel switchende studenten... 3 Hoge uitval onder mbo ers... 4 Hoog wo-diplomarendement... 4 Minste studenten van hbo naar wo... 4 8 accreditaties na

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Rijselstraat 5 8200 Brugge T 050 38 12 77 F 050 38 11 71 www.howest.be Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2013-2014 Inhoud Doel

Nadere informatie

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs

Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs Handreiking bij het beoordelingskader voor het bijzonder kenmerk Kleinschalig en intensief onderwijs 12 november 2012 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Handreiking voor specifieke invulling van de standaarden

Nadere informatie

FAQ deeltijds studeren opleiding vroedkunde Turnhout

FAQ deeltijds studeren opleiding vroedkunde Turnhout FAQ deeltijds studeren opleiding vroedkunde Turnhout Kan je in Turnhout de opleiding vroedkunde in deeltijds gaan studeren? Ja, dit kan. Er wordt dan een individueel programma op maat gemaakt. Hebben jullie

Nadere informatie

ZER Informatica. Programma-evaluatie. Resultaten programma-evaluatie. 5 enquêtes:

ZER Informatica. Programma-evaluatie. Resultaten programma-evaluatie. 5 enquêtes: ZER Informatica Resultaten programma-evaluatie Programma-evaluatie 5 enquêtes: - Overgang secundair onderwijs universiteit - Studenten die niet aan examens deelnamen / met hun opleiding stopten - Evaluatie

Nadere informatie

ANTWOORD. Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX

ANTWOORD. Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN PASCAL SMET VLAAMS MINISTER VAN ONDERWIJS, JEUGD, GELIJKE KANSEN EN BRUSSEL Vraag nr. 572 van 1 september 2011 van KATHLEEN DECKX Leerlingen BSO Slaagkansen hoger

Nadere informatie

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding)

Informatiebrochure. Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) Informatiebrochure Verkorte opleiding: Professionele Bachelor in de Verpleegkunde (Brugopleiding) ACADEMIEJAAR 2012-2013 Inhoud Doel van de opleiding Situering van de opleiding Onderwijsvormen Onderwijsorganisatie

Nadere informatie

VAKGROEP <... > ONDERZOEKSGROEP <... > NIET GESLAAGD VOOR TOELATINGSEXAMEN: WAT NU?

VAKGROEP <... > ONDERZOEKSGROEP <... > NIET GESLAAGD VOOR TOELATINGSEXAMEN: WAT NU? VAKGROEP ONDERZOEKSGROEP NIET GESLAAGD VOOR TOELATINGSEXAMEN: WAT NU? 1 DOELSTELLING Informeren over de verschillende opties in een duidelijke context, met oog voor alle voor- en nadelen

Nadere informatie

Wat na je bacheloropleiding aan Hogeschool PXL?

Wat na je bacheloropleiding aan Hogeschool PXL? Wat na je bacheloropleiding aan Hogeschool PXL? n Bachelor in de agro- en biotechnologie 2 Beste PXL-student, Als (bijna) kersverse professionele bachelor zoek je misschien een geschikte overgang naar

Nadere informatie

Economie en Bedrijfseconomie. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Economie en Bedrijfseconomie. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Economie en Bedrijfseconomie Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde ( FEWEB) Opbouw van studie door prof. dr. Henri de Groot (programmadirecteur)

Nadere informatie

BANABA INTENSIEVE ZORGEN EN SPOEDGEVALLENZORG 2014-2015

BANABA INTENSIEVE ZORGEN EN SPOEDGEVALLENZORG 2014-2015 BANABA INTENSIEVE ZORGEN EN SPOEDGEVALLENZORG 2014-2015 INHOUD 04 Doel van de opleiding 05 Banaba Intensieve zorgen en spoedgevallenzorg 06 Situering van de opleiding 08 Curricula 09 Individueel traject

Nadere informatie

Jouw weg naar het hoger onderwijs

Jouw weg naar het hoger onderwijs Jouw weg naar het hoger onderwijs Inspiro_folder_v1.indd 1 INSPIRO COLLEGE.BE Ben je ook zo nieuwsgierig naar je nieuwe school? Hoe je er gaat leren en welke nieuwe vrienden en vriendinnen je gaat krijgen?

Nadere informatie

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel

Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel Rapport alumni-enquête 2016 Vrije Universiteit Brussel 1 Inleiding Naar aanleiding van het nieuwe kwaliteitszorgsysteem dat werd ingevoerd bij de opschorting van de opleidingsvisitaties, werd beslist om

Nadere informatie

DOORSTUDEREN NA HET HBO

DOORSTUDEREN NA HET HBO DOORSTUDEREN NA HET HBO Met welke financiële gevolgen moet je rekening houden? Informatie van het Avans Studentendecanaat Stand van zaken 2015-2016 Kenmerk: 14 september 2015 Studeren na het HBO: onderwerpen

Nadere informatie

creating tomorrow Bouwkunde hva techniek

creating tomorrow Bouwkunde hva techniek creating tomorrow 2013 2014 Bouwkunde hva techniek HVA TECHNIEK bouwkunde 2013-2014 Bouwkunde: studeren in dé bouwplaats van Nederland Bouwkunde studeren in Amsterdam biedt veel uitdagingen. Want als er

Nadere informatie

Studeren na het HBO. stand van zaken 2014-2015. Informatie van het Avans Studentendecanaat

Studeren na het HBO. stand van zaken 2014-2015. Informatie van het Avans Studentendecanaat Studeren na het HBO stand van zaken 2014-2015 Informatie van het Avans Studentendecanaat 1 Studeren na het HBO: onderwerpen 1. Wat moet je weten over het collegegeld als je kiest voor een nieuwe bachelor

Nadere informatie

UNIVERSITEITEN IN VLAANDEREN

UNIVERSITEITEN IN VLAANDEREN UNIVERSITEITEN IN VLAANDEREN In Vlaanderen is er een universiteit in elke provincie, maar je kan niet alle opleidingen aan elke universiteit volgen. Wat kan je waar studeren? Bron: www.ond.vlaanderen.be

Nadere informatie

Studeren na het HBO. stand van zaken 2013-2014. Informatie van het Avans Studentendecanaat

Studeren na het HBO. stand van zaken 2013-2014. Informatie van het Avans Studentendecanaat Studeren na het HBO stand van zaken 2013-2014 Informatie van het Avans Studentendecanaat 1 Studeren na het HBO: onderwerpen 1. Wat moet je weten over het collegegeld als je kiest voor een nieuwe bachelor

Nadere informatie

DE STRUCTUUR VAN HET HOGER ONDERWIJS

DE STRUCTUUR VAN HET HOGER ONDERWIJS Het hoger onderwijs in Vlaanderen kent twee soorten onderwijs: het hoger professioneel onderwijs en het academisch onderwijs. Je kan een opleiding volgen aan een hogeschool of aan een universiteit. Bron:

Nadere informatie

Verkiezingsprogramma 2012-2013

Verkiezingsprogramma 2012-2013 Verkiezingsprogramma 2012-2013 UVASOCIAAL 5 mei 2012 UVASOCIAAL streeft naar keuzevrijheid, kwaliteit, gelijkheid en betrokkenheid, de belangrijkste voorwaarden voor een goede universiteit! Inleiding UVASOCIAAL

Nadere informatie

BESTUURS- EN ORGANISATIEWETENSCHAP FACULTEIT DER SOCIALE WETENSCHAPPEN

BESTUURS- EN ORGANISATIEWETENSCHAP FACULTEIT DER SOCIALE WETENSCHAPPEN BESTUURS- EN ORGANISATIEWETENSCHAP FACULTEIT DER SOCIALE WETENSCHAPPEN VOORLICHTING BESTUURS- EN ORGANISATIEWETENSCHAP > Wat is Bestuurs- en organisatiewetenschap (B&O)? > Zo zit je opleiding in elkaar

Nadere informatie

Voorbereidingscursussen

Voorbereidingscursussen Voorbereidingscursussen Biologie Natuurkunde Scheikunde Wiskunde Studeren aan de Open Universiteit voorbereidings cursussen Het systeem van eindexamenprofielen in het voortgezet onderwijs brengt met zich

Nadere informatie

Thema 7 Hoger onderwijs Beleidsvariant A Besparingen in 2011-2015, in mld. euro s 2011 2012 2013 2014 2015 Structureel Variant 7A 0,06 0,10 0,20 0,35 0,61 1,21 Omschrijving variant Deze variant zet voor

Nadere informatie

NOTA. Be kendmaking data herexamens. Onderwerp: Bekendmaking data herexamens Datum: 30/09/2015. Document voor. Ewoud De Sadeleer, Joris Gevaert

NOTA. Be kendmaking data herexamens. Onderwerp: Bekendmaking data herexamens Datum: 30/09/2015. Document voor. Ewoud De Sadeleer, Joris Gevaert NOTA Be kendmaking data herexamens Onderwerp: Bekendmaking data herexamens Datum: 30/09/2015 Status discussienota Document voor AV Redacteur Ewoud De Sadeleer, Joris Gevaert RvB-lid Joris Gevaert Probleemstelling

Nadere informatie

Evaluatie weblectures bij FLOT. aanleiding

Evaluatie weblectures bij FLOT. aanleiding Evaluatie weblectures bij FLOT aanleiding In september 2013 is bij de lerarenopleiding wiskunde van FLOT gestart met het project weblectures. Het plan was om deze in te zetten bij de cursussen calculus

Nadere informatie

Schakelprogramma s UHasselt

Schakelprogramma s UHasselt 2017-2018 Schakelprogramma s UHasselt Beste PXL-student, Je hebt nu een professioneel bachelordiploma op zak. Al gedacht aan het behalen van een academische master? Dat kan! Via een schakelprogramma kan

Nadere informatie

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017

TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017 TOELICHTING INDICATOREN STUDIE IN CIJFERS HBO d.d. mei 2017 Studie in Cijfers (vaak ook studiebijsluiter genoemd) geeft een beeld van hoe een opleiding aan een hogeschool het doet in vergelijking met dezelfde

Nadere informatie

OVERZICHT. Inleiding... 4 Organisatie van het hoger onderwijs in Vlaanderen... 5 Tabel 1: Aantal inschrijvingen in het hoger onderwijs...

OVERZICHT. Inleiding... 4 Organisatie van het hoger onderwijs in Vlaanderen... 5 Tabel 1: Aantal inschrijvingen in het hoger onderwijs... HOGER ONDERWIJS IN CIJFERS - BEKNOPT /////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// ACADEMIEJAAR 2016-2017 OVERZICHT Inleiding...

Nadere informatie

Profilering derde graad

Profilering derde graad De leerling heeft in de 1ste en de 2de graad, de gelegenheid gehad zijn/haar interesses te ontdekken en heeft misschien al enig idee ontwikkeld over toekomstige werk- of studieplannen. Vaardigheden, inzet,

Nadere informatie

Schakelprogramma: master in de handelswetenschappen

Schakelprogramma: master in de handelswetenschappen ANTWERPEN Schakelprogramma: master in de handelswetenschappen Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen Studeren in Antwerpen Dat Antwerpen een bruisende stad is, hoeft geen betoog. De vele cafeetjes,

Nadere informatie

4 Toegankelijkheid optimaliseren

4 Toegankelijkheid optimaliseren 4 Toegankelijkheid optimaliseren Benutten van talent betekent ook dat degenen die na een vooropleiding geschikt zijn voor een opleiding in het hoger onderwijs dit onderwijs ook kunnen volgen. Institutionele

Nadere informatie

Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience. Leiden, 17 januari 2017

Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience. Leiden, 17 januari 2017 Aanvraag beoordeling macrodoelmatigheid International Bachelor of Bioscience Leiden, 17 januari 2017 Samenvatting aanvraag Algemeen Soort aanvraag (kruis aan wat van toepassing is): Naam instelling Contactpersoon/contactpersonen

Nadere informatie

Studeren in het hoger onderwijs in Vlaanderen

Studeren in het hoger onderwijs in Vlaanderen Studeren in het hoger onderwijs in Vlaanderen Hoger Beroepsonderwijs Hoger Beroepsonderwijs (HBO5): Na secundair onderwijs of via toelatingsexamen 3 jaar overdag of s avonds les volgen Les volgen in een

Nadere informatie

Subsector politicologie en bestuurskundige opleidingen

Subsector politicologie en bestuurskundige opleidingen Subsector politicologie en bestuurskundige Samenvatting... 2 Weinig deeltijd... 2 Wo-instroom... 3 Weinig uitval iets toegenomen... 3 Veel switch... 3 Vier in herstel... 3 Veel studenten raden opleiding

Nadere informatie

Subsector sociale wetenschappen

Subsector sociale wetenschappen Samenvatting... 2 Weinig opleidingen... 2 Kleinste aantal instromende studenten... 3 Uitval lager... 3 Veel switch... 3 Diplomarendement beter dan sector, slechter dan totaal ho... 3 Accreditaties met

Nadere informatie

bachelor in de verpleegkunde

bachelor in de verpleegkunde Academiejaar 2014/2015 Werk en behaal je diploma via een brugprogramma bachelor in de verpleegkunde Artesis Plantijn Hogeschool Antwerpen Werk en behaal je diploma via een brugprogramma Omdat jij je wilt

Nadere informatie

Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities. 19 februari 2015

Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities. 19 februari 2015 Basisgegevens opleidingsbeoordelingen Indicatoren en definities 19 februari 2015 Inhoud 1 Inleiding 3 2 Basisgegevens hbo-bacheloropleidingen 4 2.1 Voltijd hbo-ba 4 2.2 Deeltijd en duaal hbo-ba 5 3 Basisgegevens

Nadere informatie

Schakelprogramma s UHasselt

Schakelprogramma s UHasselt Schakelprogramma s UHasselt Beste PXL-student, Je hebt nu een professioneel bachelordiploma op zak. Al gedacht aan het behalen van een academische master? Dat kan! Via een schakelprogramma kan je doorstromen

Nadere informatie

Specifieke lerarenopleiding economie

Specifieke lerarenopleiding economie DRIE LOCATIES: ANTWERPEN BRUSSEL, LEUVEN Specifieke lerarenopleiding economie Academiejaar 2014-2015 Faculteit Economie en Bedrijfswetenschappen Aan de slag als leerkracht De specifieke lerarenopleiding

Nadere informatie

Mekelweg 4, kamer LB02.800 2628 CD Delft 015-2781430 j.vandeluitgaarden-ninaber@tudelft.nl

Mekelweg 4, kamer LB02.800 2628 CD Delft 015-2781430 j.vandeluitgaarden-ninaber@tudelft.nl Pagina 1/5 Mekelweg 4, kamer LB02.800 2628 CD Delft 015-2781430 j.vandeluitgaarden-ninaber@tudelft.nl Aan: TU Delft, College van Bestuur Van: Betreft: Prestatieafspraken TU Delft Datum: 2 januari 2011

Nadere informatie

creating tomorrow Logistiek en economie Hva techniek

creating tomorrow Logistiek en economie Hva techniek creating tomorrow 2013 2014 Logistiek en economie Hva techniek HVA TECHNIEK Logistiek en Economie 2013-2014 Het muziekfestival staat op de kalender, de artiesten zijn geboekt. Maar hoe komen al die onderdelen

Nadere informatie

Studeren met een functiebeperking

Studeren met een functiebeperking CIJFERS Studeren met een functiebeperking Gebaseerd op het onderzoek Studeren met een functiebeperking 2012 door ResearchNed/ITS in opdracht van het Ministerie van OCW. 1 De 10 meest voorkomende functiebeperkingen

Nadere informatie

Subsector pedagogische opleidingen

Subsector pedagogische opleidingen Samenvatting... 2 Gemiddeld in aantal en inschrijvingen... 2 Meeste instroom in hbo-... 3 Weinig uitval... 3 Relatief minder switchers... 3 Hoog rendement in hbo-bachelor en wo-master... 3 Accreditatie-uitkomsten:

Nadere informatie

ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B.

ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID. Dockx J. & De Fraine B. ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J. & De Fraine B. ONDERWIJSVORMEN EN WERKLOOSHEID Dockx J.& De Fraine B. Promotor: B. De Fraine Research paper SONO/2018.OL1.1/09 Gent, januari 2018 Het Steunpunt

Nadere informatie

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009

FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA. ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 UNIVERSITEIT VAN AMSTERDAM FACULTEIT DER NATUURWETENSCHAPPEN, WISKUNDE EN INFORMATICA ONDERWIJS- EN EXAMENREGELING Masterschool Life and Earth Sciences studiejaar 2008-2009 DE MASTEROPLEIDING BIOMEDICAL

Nadere informatie

LSVb visie op Decentrale Toelating

LSVb visie op Decentrale Toelating LSVb visie op Decentrale Toelating Dit is een uitgave van de Landelijke Studentenvakbond (LSVb). Voor vragen of extra informatie kan gemaild worden naar: lsvb@lsvb.nl Landelijke Studentenvakbond Postbus

Nadere informatie

Praktische informatie. > Inschrijven. > Hoe lang duurt de opleiding? > Wanneer zijn de examens? > Inschrijvingsgeld. > Meer info?

Praktische informatie. > Inschrijven. > Hoe lang duurt de opleiding? > Wanneer zijn de examens? > Inschrijvingsgeld. > Meer info? Praktische informatie > Hoe lang duurt de opleiding? De colleges starten op 19 september 2006 en eindigen op 11 mei 2007. Ze kunnen plaatsvinden elke werkdag tussen 8u30 en 19u30. > Wanneer zijn de examens?

Nadere informatie

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen

Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Commissie Hoger Onderwijs Vlaanderen Oordeel bij de aanvraag tot inrichting van een anderstalige equivalente initiële bachelor- of masteropleiding (Codex Hoger Onderwijs dd. 20 december 2013, deel 2. Structuur

Nadere informatie

Meer waard met Schoevers

Meer waard met Schoevers Meer waard met Schoevers Met Schoevers word je meer waard. Want bij ons combineer je leren en werken. Je leert dus echt een vak als managementassistent, officemanager of communicatieprofessional en gaat

Nadere informatie

Dienst Studentenzaken Risicoprofiel nieuwe studenten

Dienst Studentenzaken Risicoprofiel nieuwe studenten Dienst Studentenzaken Risicoprofiel nieuwe studenten student: score: studentnummer: vraag 1: opleiding: Rechtsgeleerdheid vraag 8: email: vraag 12: 1 Met welke vooropleiding heb je toegang tot de opleiding

Nadere informatie

Wat na het secundair onderwijs?

Wat na het secundair onderwijs? Wat na het secundair onderwijs? WICO Campus Sint- Hubertus 15 oktober 2013 Inleiding Ø Verder studeren: een noodzaak na ASO. Een diploma Hoger Onderwijs verhoogt je kansen aanzienlijk op de arbeidsmarkt.

Nadere informatie

Wat is het verschil tussen deze opleiding bij de TU Delft en die bij een andere universiteit?

Wat is het verschil tussen deze opleiding bij de TU Delft en die bij een andere universiteit? Naam opleiding: Industrieel Ontwerpen Toelating Is de studie moeilijk? Een studie aan de TU Delft is pittig, zorg er daarom voor dat je er aan het begin van je studie gelijk vol voor gaat. Gas terugnemen

Nadere informatie

Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans

Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans Studeren aan de Universiteit Utrecht Welkom bij de opleiding Frans Luuk Dijkstra (l.dijkstra@uu.nl) Bachelorvoorlichtingsdagen november 2015 Opbouw presentatie Inleiding Kenmerken van de opleiding De studie

Nadere informatie

Resultaten NSE Resultaten Domein Gezondheid, Sport en Welzijn. Mei Institutional Research Afdeling Informatievoorziening en Technologie

Resultaten NSE Resultaten Domein Gezondheid, Sport en Welzijn. Mei Institutional Research Afdeling Informatievoorziening en Technologie Resultaten NSE 2017 Resultaten Domein Gezondheid, Sport en Welzijn Mei 2017 Institutional Research Afdeling Informatievoorziening en Technologie 2 Inleiding Hogeschool Inholland (Inh) voert voor de dertiende

Nadere informatie

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s.

Dit onderdeel gaat over diploma s van bekostigde opleidingen. Hierbij onderscheiden we diplomarendement en het aantal diploma s. Na nominaal plus 1 jaar 45 procent een diploma... 2 Rendement wo stijgt, hbo-rendement daalt... 4 Hbo-ontwerpopleidingen laagste rendement van de sector... 6 Hoger rendement wo biologie, scheikunde en

Nadere informatie

Proefhoofdstuk Gitaar. www.centrumvoorafstandsonderwijs.be. www.centrumvoorafstandsonderwijs.be. info@centrumvoorafstandsonderwijs.

Proefhoofdstuk Gitaar. www.centrumvoorafstandsonderwijs.be. www.centrumvoorafstandsonderwijs.be. info@centrumvoorafstandsonderwijs. Proefhoofdstuk Gitaar Kom je cursus inkijken: Antwerpen, Frankrijklei 127, 2000 Gent, Oude Brusselseweg 125, 9050 Hasselt, Simpernelstraat 27, 3511 Brussel, Timmerhoutkaai 4, 1000 +32 3 292 33 30 Maak

Nadere informatie

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte

Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Curriculumevaluatie BA Wijsbegeerte Beste student, U heeft onlangs alle onderdelen van uw bacheloropleiding Wijsbegeerte afgerond en kunt nu het BA-diploma aanvragen. Het bestuur van het Instituut voor

Nadere informatie

Studieloopbaan en Loopbaanorientatie. Nieke Campagne Studenten Loopbaan Service Universiteit Leiden

Studieloopbaan en Loopbaanorientatie. Nieke Campagne Studenten Loopbaan Service Universiteit Leiden Studieloopbaan en Loopbaanorientatie Nieke Campagne Studenten Loopbaan Service Universiteit Leiden Programma - Wat kan er in de opleiding - Hoe kies je? - Loopbaan oriëntatie en Studieloopbaankeuzes, binnen

Nadere informatie

Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen

Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen Opleiding van leraren in de informaticawetenschappen Studienamiddag Informaticawetenschappen in het leerplichtonderwijs Paleis der Academiën, Brussel, 2015-04-29 Bern Martens Lerarenopleiding Sec. Onderwijs

Nadere informatie

STUDIEKEUZE BOEKJE. Een gratis e-book van Keuzecoaches. 2013, Keuzecoaches

STUDIEKEUZE BOEKJE. Een gratis e-book van Keuzecoaches. 2013, Keuzecoaches STUDIEKEUZE BOEKJE Een gratis e-book van Keuzecoaches Een gratis studiekeuze boekje van Keuzecoaches. Met handige tips voor ouders en jongeren. Een eerste stap op weg naar een goede keuze. C KEUZE COACHES

Nadere informatie

1. Studenttevredenheid TOELICHTING

1. Studenttevredenheid TOELICHTING 1. Studenttevredenheid TOELICHTING Dit criteria geeft een beeld van het oordeel dat studenten over hun studie geven. Het is een eenvoudige maar robuuste indicatie van hoe de studenten de kwaliteit van

Nadere informatie

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers

Communicatiewetenschap. Voor hbo-doorstromers Communicatiewetenschap Voor hbo-doorstromers Anke Koopmann MSc Studieadviseur Programma Een wo-master na een hbo-opleiding: wat zijn de mogelijkheden? De verkorte bachelor CW aan de UvA Waarom een wetenschappelijke

Nadere informatie

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen.

De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. De hervorming van het hoger onderwijs in Vlaanderen. Associaties, bama-structuur en flexibilisering Frank Baert Jaarlijkse Algemene vergadering van het Wit-Gele Kruis van Vlaanderen 25 juni 2004 Europese

Nadere informatie

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG >Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA.DEN HAAG Hoger Onderwijs en Studiefinanciering Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375

Nadere informatie

Voorlichtingsdag Bedrijfskunde. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde

Voorlichtingsdag Bedrijfskunde. Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde Voorlichtingsdag Bedrijfskunde Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde PROGRAMMA Bedrijfskunde@VU: hoe, wat en waarom? Prof. dr. W.E.H. Dullaert, Opleidingsdirecteur bachelor bedrijfskunde

Nadere informatie

Monitor beleidsmaatregelen 2014. Anja van den Broek

Monitor beleidsmaatregelen 2014. Anja van den Broek Monitor beleidsmaatregelen 2014 Anja van den Broek Maatregelen, vraagstelling en data Beleidsmaatregelen Collegegeldsystematiek tweede studies uit de Wet Versterking besturing inclusief uitzonderingen

Nadere informatie

Je wil studeren aan een hogeschool of universiteit. Op het internet kan je hierover alle informatie vinden die je nodig hebt.

Je wil studeren aan een hogeschool of universiteit. Op het internet kan je hierover alle informatie vinden die je nodig hebt. EEN OPLEIDING KIEZEN Je wil studeren aan een hogeschool of universiteit. Op het internet kan je hierover alle informatie vinden die je nodig hebt. Wat moet je doen? 1. Lees de instructie en de zoektips

Nadere informatie

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING

Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING Infobrochure SLO SPECIFIEKE LERARENOPLEIDING INHOUD Voor wie? Waar staan wij voor? Opleidingsstructuur en diploma Inhoud van de modules Studiepunten Studieduur en modeltraject Flexibiliteit Waar en wanneer

Nadere informatie

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147-

Vlaams Parlement - Vragen en Antwoorden - Nr.2 - November 2008-147- Vlaams Parlement Vragen en Antwoorden Nr.2 November 2008 47 VLAAMS PARLEMENT SCHRIFTELIJKE VRAGEN FRANK VANDENBROUCKE VICEMINISTERPRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING, VLAAMS MINISTER VAN WERK, ONDERWIJS

Nadere informatie

Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster

Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster Handleiding voor het samenstellen van een individueel collegerooster voor studenten van campus Brussel en campus Parnas Academiejaar 2014-2015 1. Waar vind ik de inhoud van mijn vakken? Kies in de programmagids

Nadere informatie

Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting. Studiejaar

Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting. Studiejaar Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE) Behaalde resultaten en samenvatting Studiejaar 2-2 Inhoudopgave Inleiding Samenvatting De enquete vragen De resultaten 7 2 Inleiding De Jaarlijkse Studenten Enquete (JSE)

Nadere informatie

creating tomorrow BEDRIJFSWISKUNDE Hva techniek

creating tomorrow BEDRIJFSWISKUNDE Hva techniek creating tomorrow 2013 2014 BEDRIJFSWISKUNDE Hva techniek HVA TECHNIEK BEDRIJFSWISKUNDE 2013-2014 Bedrijfswiskunde: jij wordt degene die de feiten kent. Bij Bedrijfswiskunde draait het om het oplossen

Nadere informatie